Het Dwarse Zoeken
Het werk op het titelblad is van de Limburgse kunstenaar André Dieteren (Schinnen, 1943). Hij heeft in de loop der jaren een geheel eigen visie op zijn kunstzinnige drive en op het conflict tussen realiteit en abstractie in het bijzonder ontwikkeld. Dieterens vormentaal transformeert in de jaren zeventig en tachtig geleidelijk van figuratief naar volledig non-figuratief. De bewust perspectiefloze, non-figuratieve werken worden na 1995 echter weer regelmatig doorsneden met figuratieve vormen. Het recente oeuvre van Dieteren kan worden gegroepeerd onder drie thema’s: De klank van kleur (1996-1997), Paradijzen in onrust (1998-2001) en Onvoltooide verbeelding (2002-2008). In zijn kunst uit de periode 1996-2008 verwerkt hij (beeld)elementen en filosofische opvattingen uit alle kunsthistorische fasen.
Oriënteer je op het werk van de Moderne Kunstenaars (1900-1945) en analyseer de vormentaal die zij gezocht en gevonden hebben. Realiseer je bij het maken van je eigen keuzes dat de kunstenaars van het Moderne altijd gezocht hebben naar het wezen van kunst en de functie ervan…niet om te behagen of om behang te maken…zoeken en (steeds opnieuw) vinden, dwars tegen de heersende conventies in…
Geit (van rieten prullenmand), 1950
Picasso (1881-1973) ’Ik zoek niet, ik vind’ Stierenkop, 1943
het dwarse zoeken Inhoud: • Associëren • Abstraheren • Deformeren • Stileren
Surrealisme en Dada: afzetten tegen de redelijkheid en de voorspelbare patronen van de massa André Breton in het "Manifeste du surrealisme
"
1."SURREALISME, zn.,o.: Puur psychisch automatisme waarmee men zich voorneemt om, in woord en geschrift of op welke andere manier ook, de wezenlijke werking van het denken tot uitdrukking te brengen. Dictaat van het denken, zonder controle van de rede, in welke vorm dan ook, vrij van iedere esthetische of zedelijke vooringenomenheid." 2. ENCYCL. Filos. : Het surrealisme berust op het geloof in de hogere werkelijkheid van bepaalde tot dan veronachtzaamde associatievormen, in de almacht van de droom, in het onbaatzuchtige spel van het denken. Het streeft ernaar alle andere psychische mechanismen voorgoed af te breken en bij het zoeken naar oplossingen van de voornaamste levensvragen zichzelf daarvoor in de plaats te stellen.
Breton gaf een aantal methodes, sleutels aan om het surrealisme te verwezenlijken: - de 'écriture automatique', het 'automatisch schrift' - het systematisch exploreren van het onderbewuste, van dromen en van zwarte humor; - het uitbuiten van het toeval (de hasard objectif): het toeval brengt inderdaad, via spontaan opwellende beelden, de langs irrationele weg opgeroepen associaties tussen twee verschillende werelden teweeg.
A. Masson, Cupido en Psyche, 1938
Citaten van Kurt Schwitters •
Dada brengt alle grote spanningen van onze tijd op hun grootste gemene deler. Deze grootste gemene deler is: nonsens. Niet Dada is nonsens - maar het wezen van onze tijd is nonsens.
‘‘Dus heb ik aanvankelijk beelden uit materiaal gemaakt dat ik gemakkelijk bij de hand had, zoals tramkaartjes, garderobe-briefjes, stukjes hout, touw en draad, kromme wieltjes.. .Deze dingen worden zoals ze zijn of ook gewijzigd in het beeld ingevoegd, op de manier zoals het beeld daar om vraagt. Door hun onderlinge waardering verliezen ze hun individuele karakter, hun bijzonderheid; ze verliezen hun materiële karakter en zijn slechts materiaal voor het beeld’.(1923) ‘Nu zocht ik, toen ik voor het eerst deze geplakte en opgespijkerde beelden.. .tentoonstelde, een verzamelnaam voor deze nieuwe creatie omdat ik mijn beelden niet wilde inlijven in de gangbare benamingen van expressionisme,kubisme, futurisme, of wat er nog meer was. Ik noemde vanaf toen al mijn beelden.. .Merzbeelden’. (1927)
• •
Merz wil betrekkingen in het leven roepen, het liefste tussen alle dingen van de wereld. Merz is het bruikbaar maken van alle mogelijke materialen voor de kunst. Merz is abstracte kunst. Merz is de vereniging van kunst en nietkunst die leidt tot het totale Merzwereldbeeld. Merz cultiveert de onzin. Merz is consequent. Merz betekent om uit de scherven het nieuwe op te bouwen. Merz ontwikkelt de voorstudies voor de gemeenschappelijke schepping van de wereld. Merz ontgift.. .Merz is een standpunt, Merz is een vrolijk spel. Merz is een wereldbeschouwing. Merz is Kurt Schwitters.(vgl. ook Hans Arp)
• Kunst bezit geen boodschap, de boodschap is de kunst zelf.
Kurt Schwitters De Baumerafbeelding, 1920 en Merzbau, 1933
De futuristen riepen op tot de niets-ontziende destructie van alles wat door de traditie geheiligd was en verheerlijking van snelheid, geweld, techniek en lawaai
Marinetti in Futuristisch manifest-1909: • •
Futurisme is geen kunststijl, het is een stijl van leven. 'Wij willen de musea, de bibliotheken en de academies op elk gebied vernietigen en tegen het moralisme, het feminisme en tegen iedere lafheid strijden, die op doelmatigheid en eigenbelang berust.‘
Het belangrijkste vernieuwende futuristische concept was de simultaneïteit, de uitdrukking van het dynamisme. In de schilderkunst nam dat de vorm aan van een chaos en botsen van verschillende ritmen en een simultane en cinematografische weergave van de werkelijkheid. Marinetti ontwikkelde een eigentijdse dichtvorm, de 'vrije woorden' ('parole in libertá'), poëzie in telegramstijl. Voor het toneel schreef hij stukken waarin verschillende scènes zich gelijktijdig afspelen. In de muziek werden polyritmiek en polyharmonie als de uitdrukkingsmiddelen van het dynamisme gezien.
Giacomo Balla, Macchina Tipografica,1914 komt
Umberto Boccioni De straat het huis in, 1911
1910 Marinetti's eerste theatermanifest getiteld: 'Manifesto dei Dramaturgi Futuristi'. •
'Wij futuristen', schreef hij, 'moeten auteurs leren het publiek te minachten'.
•
1913 manifest 'Il teatro di Varietá'.
•
De stukken waren onlogisch, hadden geen verhalende opbouw.
•
Bijvoorbeeld door het uitlokken van gevechten, het verkopen van verschillende kaartjes voor dezelfde stoel of door het insmeren van stoelen met lijm. Het publiek ontkwam er zo niet aan om mee te doen. presentatie. Het variététheater was gericht op absurditeit. De absurditeit doorgetrokken tot het onpersoonlijke, het machinale, de machine. Zo schetste een manifest regels voor lichaamsbewegingen gebaseerd op de staccato bewegingen van machines.
•
Umberto Boccioni, Giacomo Balla
Dynamism of a dog on a Lash, 1917
Unique Form of Continuity in Space, 1913
Giacomo Ballà (1871-1851) & Umberto Boccioni (1882-1916), futuristen. Stilstand is achteruitgang
Les Soirées de Paris, tijdschrift opgericht in Café de Flore door o.a. André Salmon, René Dalize en Guillaume Apollinaire, 1912 Parijs , daarnaast verscheen het tijdschrift Montjoie en diverse manifesten/artikelen van o.a. Apollinaire, Max Jacob en Jean Cocteau om te schrijven over de AvantGarde in de kunst
Le Bateau Lavoir
Bovenste verdieping
Middelste verdieping
De naam Le Bateau-Lavoir is denkelijk door de dichter Max Jacob, die zelf in 1911 een ruimte huurde, gegeven wegens de overeenkomst met de in de Seine liggende wasserijboten. Daarvoor was het gebouw bekend onder de naam Maison du Trappeur. In 1892 was de schilder Maxime Maufra de eerste huurder uit de kunstwereld. Na hem kwamen steeds meer kunstenaars, zowel schilders, beeldhouwers als schrijvers, die een atelier huurden: Kees van Dongen, Pierre Dumont, Juan Gris, Auguste Herbin, Max Jacob, Amadéo Modigliani, Pablo Picasso, Otto en Adya van Rees, Pierre Reverdy (dichter), André Salmon (dichter), Jacques Vaillant Juan Gris nam eind 1906 het atelier over van Kees van Dongen. De schilder Jacques Vaillant was bevriend met Georges Braque. Zij hadden samen lessen gevolgd op de Académie Humbert en samen de zomer van 1904 doorgebracht in Bretagne. Door de aanwezigheid van vele kunstenaars kwamen vele andere kunstenaars naar het kunstcentrum o.a. Henri Matisse, Braque, André Derain, Raoul Dufy, Marie Laurencin, Henri Laurens, Utrillo, Jacques Lipchitz, Marie Blanchard, Jean Metzinger, Louis Marcoussis, Modigliani, de Vlaminck, maar ook schrijvers als Guillaume Apollinaire, Maurice Raynal, Gertrude Stein, Roland Dorgelès en de kunsthandelaren Ambroise Vollard, Clovis Sagot, Daniel-Henry Kahnweiler en Berthe Weill. Na de Eerste Wereldoorlog verlieten de schilders het Bateau-Lavoir en Montmartre. De wijk Montparnasse aan de andere kant van de Seine werd het kunstenaarscentrum.
In zijn nieuwe woonplaats Parijs ontwikkelde Van Dongen zich van links geëngageerde illustrator tot gevierde kunstenaar. Hij brak hier door via de avant-garde stroming het fauvisme. Van Dongen was niet alleen spraakmakend vanwege zijn eigentijdse gebruik van kleur, verf en elektrisch licht, maar ook vanwege zijn levensstijl. Zijn uitbundige atelierfeesten in de jaren twintig en dertig werden bezocht door filmsterren, beroemde politici, en kunstenaars. Wat Andy Warhol in de jaren zestig was voor New York, was Kees van Dongen vanaf de jaren twintig voor Parijs; een societykunstenaar en bohemien die de stad extra kleur en allure gaf.
Henri Matisse, Musique, 1939 •
Als ik op een leeg doek toetsen in blauw, groen, rood zet, verzwakt ieder nieuwe toets het belang van de voorgaande. Stel dat ik een interieur ga schilderen: ik heb een kast voor me die de indruk van een levendig rood geeft. Ik zet dan een rood op dat me goed lijkt. Er ontstaat een relatie tussen het rood en het wit van het doek. Ik zet er een groen naast, een gele parketvloer, nog steeds is er een relatie tussen het groen of het geel en het wit van het doek die me bevalt. Maar die verschillende tonen verzwakken elkaar. De vormen en kleuren die ik neerzet moeten met elkaar in evenwicht zijn zodat ze elkaar niet vernietigen. Ik moet daarom mijn ideeën ordenen. De relaties tussen de verschillende kleuren moeten zo zijn dat ze elkaar ondersteunen in plaats van vernietigen. De kleur is een middel om het licht uit te drukken; niet zo zeer het natuurkundige fenomeen, maar veel meer het licht zoals het werkelijk bestaat: in het hoofd van de kunstenaar. Ik kan de natuur niet op een slaafse manier kopiëren; ik moet de natuur interpreteren en haar onderwerpen aan de geest van het schilderij. Uit het verband tussen alle tonen moet een levende harmonie van kleuren voortkomen, een harmonie analoog aan die van muzikale composities. Bij een vijgenboom is geen enkel blad gelijk aan een ander, toch zegt ieder van hen: vijgenboom.
1912
Over het algemeen is de kleur een middel om directe invloed op de ziel mee uit te oefenen. De kleur is de toets. Het oog is de hamer. De ziel is de piano met haar vele snaren. De kunstenaar de hand die doelgericht door deze of gene toets de menselijke ziel doet vibreren. Ik dacht weinig aan bomen of huizen, smeerde met de spatel kleurige strepen en vlekken op het linnen en liet ze zo hard zingen als ik maar kon. Schilderkunst kan net zulke krachten ontwikkelen als muziek bezit. Wassily Kandinsky, 1906
Kandinsky, Herfstlandschap met boten, 1508
Het suprematisme van Malevitsj • Voor een belangrijk deel gebaseerd op het werk van de Russische wiskundige Lobatsjevski. Elk schilderij is een bevroren beeld van een eeuwige beweging door een ideaalruimte van dimensies. Er is geen omhoog, geen omlaag, geen rechts en geen links. • In de Kunst is geen sprake van Figuratie. Het is gebaseerd op geometrische vormen en zuivere kleuren, wit en zwart. • Kunst is verbonden met het spirituele. • Kunst diende geen politieke, utilitaire of sociale doelstellingen of pretenties te hebben. • Kunst behoorde autonoom te zijn. Deze opvatting scheidde hem van de constructivisten.
Het dwarse zoeken Vorm • Licht • Materiaal • Kleur • Ruimte • Tijd • Vorm • Compositie • Tijd
Het expressieve aspect van kleuren ervaar ik op een zuiver instinctieve manier. Om een herfstlandschap te schilderen probeer ik me niet voor de geest te halen welke kleuren het best bij dat seizoen passen. Ik laat me alleen inspireren door het gevoel dat dat jaargetijde bij me oproept: de ijzige puurheid van de bijtend blauwe lucht drukt het seizoen net zo goed uit als de nuanceringen in de boombladeren. Mijn gevoel kan ook wisselen: de herfst kan zacht en warm zijn als een na-zomer of juist tamelijk fris met een koude lucht en citroengele bomen die een kille indruk geven en de winter al aankondigen. Mijn kleurkeus berust niet op een of andere wetenschappelijke theorie. Hij is gebaseerd op observatie, op gevoel, op de ervaring van mijn gevoeligheid voor dingen.
Henri Matisse Het Rode Atelier, 1911
‘Expressie zit voor mij niet in de hartstochten die op iemands gezicht te zien zijn of door hevige gebaren onderstreept worden. De hele compositie van mijn schilderij is expressief; de plaats die de figuren innemen, de lege ruimten eromheen, de verhoudingen, alles speelt mee. Compositie is de kunst van het decoratief arrangeren van de verschillende elementen waar de schilder over beschikt om zijn gevoelens uit te drukken. In een schilderij is ieder deel zichtbaar en speelt de rol die het toebedeeld is, hetzij de hoofdrol of de bijrol. Alles wat in een schilderij geen nut heeft is dus schadelijk. Een kunstwerk moet in zijn totaliteit harmonieus zijn: elk overbodig detail zou een ander essentiëel detail in de geest van de beschouwer verdringen.’ Henri Matisse, De Rode Kamer, 1908
http://youtu.be/vBhMQz7-X34 bekijk hier de verschillende versies die Matisse maakte van Pink Nude
Henri Matisse, de Zee, 1946 Bij het bekijken van een schilderij moet men vergeten wat het voorstelt.
R.Mutt (Marcel Duchamp) Fountain, 1917
Welke betekenis schuilgaat achter het fietswiel op de kruk die hierboven is afgebeeld, is pas duidelijk als je weet dat een vriend van Marcel Duchamp Paul Roussel heette. Roue is Frans voor 'wiel'. En selle betekent 'kruk'. Erg leuk zo'n beeld, maar als je het niet weet... Duchamp hield ervan verborgen betekenissen te leggen in zijn werk, bijvoorbeeld via woordgrapjes en puzzeltjes. Dali, ook een DADA-kunstenaar, deed dat ook. Beiden dreven in feite de spot met de critici door te kijken hoe ver ze konden gaan.
Raoul Hausmann Dada siegt, 1920
Marcel Duchamp L.H.O.O.Q (elle a chaud au cul)
La mariée mise à nu par ses célibataires, même (1915-1923), Marcel Duchamp
Hebt u in uw tekening het wezenlijke van de citroen vastgelegd?
Rene Magritte
Met zijn fotogrammen vestigde ManRay zijn naam als kunstfotograaf. Deze afbeeldingen van voorwerpen die tussen lichtbron en lichtgevoelig papier geplaatst worden noemde hij rayografieën. Hoewel deze techniek al uit de negentiende eeuw stamt, eiste hij deze ontdekking zelf op. Dat deed hij ook met de solarisatietechniek, die zijn leerlinge en minnares Lee Miller toevallig herontdekte in de donkere kamer. Het effect ontstaat door korte belichting tijdens het ontwikkelproces van foto's. Na deze ontdekking zou hij nog vaak oude negatieven uit de la halen voor talloze afdrukken met verschillende kleur- en contrasteffecten. Op de expositie zijn diverse voorbeelden te zien van dit 'Photoshoppen avant la lettre'
zelfportret
Man Ray Dadaïst, speelt met licht & techniek: solarisaties
http://www.imdb.com/video/screenplay/vi2380267801/
Francis Picabia
•
…DADA lui ne sent rien, il n'est rien, rien, rien. Il est comme vos espoirs : rien. comme vos paradis : rien comme vos idoles : rien comme vos hommes politiques : rien comme vos héros : rien comme vos artistes : rien comme vos religions : rien… Uit Manifeste Canibale Dada
Francis Picabia L’oeuil cacodylate, en Sotileza,1928, een zgn. transparante schildering
…’ik doe moeite de werkelijkheid opnieuw op te bouwen’… Pablo Picasso Les Demoiselles d‘Avignon, eerste kubistisch werk
Het kubisme en Georges Braque
"Al wat in de kunst belangrijk is, ligt voorbij de woorden." "Een definitie is de eerste stap naar het conformisme." "Laat ons de dingen vergeten en slechts letten op het verband ertussen.“ "Ik heb nooit een begin van een einde kunnen onderscheiden."
Georges Braque, Hommage aan Bach, 1912
…’uit mijn kunst kan men twee dingen aflezen: het ritme van de uitbarstingen van geweld en dat van de opgewekte overpeinzingen…’ Pablo Picasso
MarieThérèse Walter 1932
Dora Maar 1937
Françoise Gilot 1946
Tijdens WOII vroeg een Duitse officier met een van afschuw vervulde stem …‘Das haben Sie gemacht?’…. …’Nein’, antwoordde Picasso, ‘Das haben Sie gemacht’… Guernica, n.a.v. bombardement op stadje G. door de fascisten o.l.v. Franco, 1937
Speeding Car, 1913
Detail uit ‘Trans-Siberian Prose and of Little Jehanne of France’, van Blaise Cendrars and Sonia Delaunay, uitg.Terk,1913 The Cardiff Team, 1922
Robert (1885-1941) & Sonia Delaunay ( 1985-1979), Orfisme
Alberto Giacometti
“Zo vrij mogelijk om te proberen – met de middelen die nu voor mij het meest bruikbaar zijn – beter te zien en te begrijpen wat er om me heen gebeurt. Beter te begrijpen om vrijer te zijn, om me in te zetten en om me zo veel mogelijk te geven in wat ik maak.
Giacometti De lopende Man, 1960 De vorm bepaalt de ruimte, hoe minder vorm hoe meer ruimte
Slapende Muze, 1909-1911
De Kus, 1907-1908
Brancusi (1876-1958) probeert alle overtollige elementen te elimineren.
Destijds (rond 1906) probeerde ik door lijnvoering en verdeling van bonte stippen het muzikale van Rusland uit te drukken. In andere doeken uit die tijd is het tegenstrijdige en later het excentrieke van Rusland weerspiegeld. Wassily Kandinsky
Wolgalied, 1906
Improvisatie 31, zeeslag, 1913
Kandinsky, Compositie VIII, 1923
Het Constructivisme in Rusland
VladimirTatlin (architect, 1885-1953) Momument voor de Derde Internationale
El Lissitzky (1890-1941) Proun Room
kubo-futuristische ballet Malewitch en de dichter Majakovski. 1913:'Overwinning op de zon, theater open voor de beeldende kunstenaars.
Suprematisme 1917 Kazimir Malevich
Kasimir Malevitsj (1878-1935) maakte ook totaalkunst , De opdracht die de kunstenaars kregen was om porselein te vervaardigen dat de revolutie liet zien.
László Moholy-Nagy (1895-1946) Licht-Raum-Modulator, (1922-1930), replica 1970
het dwarse zoeken Functie • Andere visie op het esthetische • Protest • Opvoeden in ideologie • Vermaak/decoratie/expressie
Dwarse zoeken naar schoonheid (esthetische functie), betekent voor Adolf Loos het afzetten tegen het decoratieve
Gustav Klimt, Bewegtes Wasser, 1904-07 Victor Horta, interieur Solvayhotel, Brussel, 1894-98
• 1910 Loos : architectuur ontdoen van alles wat niets met architectuur te maken had zodat de functies (en de vormen en structuren die dienstig zijn aan deze functies) volledig tot uitdrukking zouden kunnen komen zonder hulp van een kunstenaar Adolf Loos (Moravië,1870-1933)vocht met zijn in 1889 in Wenen opgerichte architectenbureau en architectenopleiding voor ‘pure architectuur’
Adolf Loos Steinerhaus in Wenen, 1910
Adolf Loos Adolf Loos rekende in 1908 met de stijlkunstenaars af in de openbare lezing 'Ornament en misdaad'. De ornamentale stijl die Klimt en diens kring progressief noemden, vond Loos een achteruitgang. Hij zag het ornament als instrument om aan de smaak van het publiek tegemoet te komen en het politiek dom te houden. De drang van de mens om zijn gezicht en alles waar hij maar bij kan, te ornamenteren, is het primitiefste stadium van de beeldende kunst. Het is het lallen van de schilderkunst (...) Evolutie daarentegen staat gelijk aan het verwijderen van het ornament uit het gebruiksvoorwerp.(...) Volgens bepaalde mensen moet de mensheid verder zuchten onder het juk van het ornament. (...) De staat die het als zijn plicht beschouwt de volkeren in hun culturele ontwikkeling te remmen, ontfermt zich over de ontwikkeling en bevordering van het ornament. Wee de staat waar de revoluties door de bureaucraten gemaakt worden. (...) Goed, de ornamentepidemie is van staatswege erkend en wordt met overheidsgeld gesubsidieerd. Ik zie dat als een stap terug. Ik raak niet onder de indruk van het gesputter dat het ornament de levensvreugde van de gecultiveerde mens verhoogt, ik raak niet onder de indruk van de vergoelijking: 'Maar als het nu een mooi ornament is...!' Voor mij en met mij voor alle gecultiveerde mensen verhoogt het ornament de levensvreugde niet. Uit: Adolf Loos, Ornament en misdaad, 1908
1910 Loos : groot kledingmagazijn met woningen erboven, gelegen tegenover het keizerlijk paleis de Hofburg.
Bauhaus: men zette zich af tegen het elitaire van het ambachtelijke, wilde ontwerpen voor een groot publiek.
Docenten: Paul Klee, Wasily Kandinsky, Walter Gropius, Ludwig Mies van der Rohe, László Moholy-Nagy
• Gropius wil de scheiding BAUHAUS : openingsmanifest an kunst en ambacht opheffen. 'Architecten, beeldhouwers, schilders, wij moeten allen terug naar het handwerk... laten we een nieuw gilde van handwerkers vormen zonder het aanmatigende klassenverschil dat een hoogmoedige muur tussen kunstenaars en handwerkers opricht.'
Bauhaus(1919-1933)
Le Corbusier ontwikkelde woonmachines om de techniek te laten zegevieren.
woonmachines In 1925 ontwikkelt Le Corbusier het stedenbouwkundig plan Plan Voisin, een concept voor een stad met drie miljoen inwoners. Ook publiceert hij het boek 'Vers une archiectuur'. Geïnspireerd door de technologische innovaties begin 20e eeuw, wilde Le Corbusier woningen en steden net zo goed laten functioneren als machines. vijf uitgangspunten In 1926 legt Le Corbusier de uitgangspunten voorzijn nieuwe architectuur vast in vijf punten: Het bouwen op kolommen waardoor het gebouw los staat van de grond, de daktuin, een vrije plattegrond met niet dragende muren, lange horizontale ramen en een vrije gevelindeling. Tijdens de Werkbund-tentoonstelling in 1927 te Stuttgart-Weißenhof toonde hij twee woonhuizen waarbij hij deze punten toepast. Een jaar later werd Le Corbusier medeoprichter van het Congrès Internationaux d'Architecture Moderne (CIAM). In 1928 bouwt Le Corbusier De Villa Savoye in Poissy, waarin zijn vijf punten voor de nieuwe architectuur naar voren komen. In de naoorlogse jaren ontwierp Le Corbusier samen met Charlotte Perriand een aantal meubels, waaronder een stoel, sofa en de beroemde Chaise Longue. omslag Met zijn ontwerp voor het bedevaartskerkje in Ronchamp (1955) verrast hij vriend en vijand door geen gebruik te maken van de witte strakke volumes van de jaren twintig. De kerk is plastisch vormgegeven en heeft iets weg van een beeldhouwwerk.
Le Corbusier Villa Savoye in Poissy 1928,
bedevaartskerkje Notre-Dame-du-Haut te Ronchamp 1955
Constructivisme
Vladimir Tatlin (1885-1953) Het tonen van werkelijke materialen in een werkelijke ruimte. Tatlin onderschreef de eisen van de Russische revolutie: Het doel en de functie van kunst is voornamelijk sociaal. Kunst dient praktisch, gemakkelijk te begrijpen en sociaal nuttig te zijn. In de praktijk blijkt het werk van Tatlin niet zo gemakkelijk te begrijpen…
De Jordaan in de 19de eeuw: een sloppenwijk zonder stromend water, met open riolen en kleine, bouwvallige huisjes, elk kamertje volgestouwd met gezinnen en hun grote schare kinderen.
In Nederland zet de Amsterdamse School zich af tegen het elitaire bouwen door ‘paleizen voor de arbeiders’ te bouwen
Michel de Klerk, Het Schip – woningblok met postkantoor, Spaarndammerbuurt, Amsterdam, 1920
De Stijl zette zich af tegen geweld (WOI) en wanorde In Leiden in 1917 publiceerde Theo van Doesburg het eerste nummer van maandblad De Stijl, dat begon als de spreekbuis van drie schilders, twee architecten, een beeldhouwer en een schrijver. Het doel was het zoeken naar een absolute harmonie. Een nieuwe kunststijl, meenden leden van De Stijl, zou een nieuwe manier van leven tot resultaat hebben. Hun kunst zou fungeren als een wegwijzer naar de toekomst. In 1918 ondertekenden ze een eerste manifest waarin onder meer te lezen viel Er is een oud en een nieuw tijdsbewustzijn. Het oude richt zich op het individuele. Het nieuwe richt zich op het universele.
J.P.Oud Café De Unie, ontwerp 1924, herbouw gevel 1986
Manifest tegen de individuele variatie – voor het universele onveranderlijke
“Het individuele en het universele zouden met elkaar in harmonie moeten worden gebracht. Ze grepen met deze begrippen terug naar de ideeënleer van de Griekse filosoof Plato. Volgens diens filosofie zijn de aardse voorwerpen en wezens slechts onvolmaakte (individuele) variaties op het eeuwig geldende onveranderlijke (universele) hogere beginsel, waarop de wetten van het heelal berusten. De kunstenaars van De Stijl probeerden die universele waarden zichtbaar te maken door middel van abstracte kunst met zuivere geometrische vormen en zuivere kleuren. Elke associatie met de toevallige, onregelmatige vormen van de natuur moest worden uitgebannen. Herkenbare voorstellingen waren dus uit den boze. Alleen de rechte lijn, de rechte hoek, horizontalen en verticalen, de drie primaire kleuren rood, geel en blauw en de drie niet-kleuren wit- zwart en grijs kwamen in aanmerking om het beoogde doel te bereiken. Deze ideeën hadden in eerste instantie betrekking op de schilderkunst. Mondriaan noemde deze kunst Nieuwe Beelding of Neoplasticisme en bij bleef de principes tot het eind van zijn leven toe trouw. “
Piet Mondriaan • De rode boom 1908
• Grijze boom 1911
• Bloeiende appelboom
• Compositie in zwart en wit 1915
1924 Theo van Doesburg in het blad De Stijl het manifest: "Tot een beeldende architectuur". Daarin schreef hij onder meer dat neoplastische architectuur: •elementair •economisch •functioneel •vormloos •niet-monumentaal •dynamisch •niet passief moest zijn. Rietveld-Schröderhuis tastbaar geworden manifest voor De Stijl-architectuur, maar in één opzicht week het sterk af van de nagestreefde ideeën. Het was zeker geen universele woning, maar juist een individueel huis, toegesneden op de specifieke eisen van Truus Schróder.
DE STIJL 1917-1931
Rietveld Schroderhuis Prins Hendriklaan 50, Utrecht
Rietveld Schroder huis in Utrecht 1924
In de mode reageren Paul Poiret en Gabrielle Chanel op het fin-de-siècle tweedelige japon (1898)
sortie (avondcape, 1885)
blouse en schoenen (1895)
Paul Poiret bevrijdde vrouwen van de knellingen van het corset: ‘lampenkaplook’ ‘haremlook’
ongetailleerde jurken ‘the Wave’
Paul Poiret, harembroek, 1912
dagelijkse jurk, 1924
Gabrielle ‘Coco’Chanel, afrekenen met dure juwelen, oncomfortabele kleding en rijk gedecoreerde stoffen: nepsieraden, jersey, badpakken en lbd (little black dress)
Coco Chanel in Deauville (Fr)
“Painting is not done to decorate apartments. It is an instrument of war.” Pablo Picasso Minotaure caressant du mufle la main d’une dormeuse, 1933
Marcel Duchamp:
"Er bestaat geen oplossing omdat er geen probleem bestaat."