“Het vertrek der Veldschutterij van Rotterdam, waaronder een groot aantal vrijwilligers, in het jaar 1830.” Kleurenlithografie vervaardigd door Houtman te Utrecht naar het ontwerp van Quirijn Maurits Rudolf Ver Huell, los uitgegeven in oktober 1830 door W.J. van Oosterzee te Rotterdam. Afm. ca. 58 x 84 cm. In de tijd van het ontstaan van deze prent had Rotterdam een schutterij waarin mannelijke ingezetenen tussen 18 en 50 Jaar verplicht waren dienst te doen. Het was een soort burgerwacht om de stad te beschermen bij een aanval en de orde te handhaven bij oproer of brand. Van maart tot oktober werd twee keer per maand op de Beurs geëxerceerd, eens in het jaar werd er een algemene wapenschouwing gehouden op de Boompjes. In 1830 kwam de Belgische Opstand, de Zuidelijke Nederlanden dreigen zich af te splitsen. Een golf van vaderlandsliefde ging door de Nederlanden, zowel in de Noordelijk als de Zuidelijke. Tal van schutters meldden zich aan, ook uit Rotterdam. Per (stoom)boot vertrokken ze naar Antwerpen en werden daarbij enthousiast uitgeleide gedaan. Het mag echter niet baten, België wordt uiteindelijk onafhankelijk. Ver Huell (1787- 1860) was zee-officier en later directeur van de Marinewerf te Rotterdam. Hij was actief als tekenaar en auteur van reisverhalen en biografieën. Hij was een van de oprichters van de Rotterdamse Koninklijke Jachtclub, waar later het Etnografische en het Maritiem Museum aldaar uit zijn voortgekomen. INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge Bernard Zweerskade 18 1077 TZ Amsterdam T: 020-6640841 F: 020-6641391 E:
[email protected] www.inter-antiquariaat.nl
(wij zijn op afspraak geopend)
Het leeuwendeel van de werk van Ver Huell bevindt zich in het Gemeente Museum te Arnhem en het Maritiem Museum. Grote, vroege, los uitgegeven lithografieën zijn bijzonder zeldzaam. Van dit schitterende gezicht op de stad zijn slechts enkele exemplaren bewaard gebleven.
1- LEVE DE ROTTERDAMSCHE SCHUTTERIJ!
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge
highlights – februari 2009
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge Grote “Platte grond der stad Rotterdam, vervaardigd volgens kadastrale plans, opgedragen aan Edel Achtbare Heeren Burgemeester en Wethouders dezer stad”, uitgegeven in 1839 door L.F. Temminck, in koper gegraveerd door D. Veelwaard en Zonen, gedrukt op vier bladen door Wed. Koning & Brugman. Deels later, met de hand gekleurd. Afm. (prent) 75 x 123 cm. Steeds weer bestond bij Rotterdamse stadsbestuurders behoefte aan een grootschalige betrouwbare kaart waarop ook alle percelen zijn aangeduid. In 1827 wordt door de fabriekmeesters, die de directie voeren over de Fabricage, de technische dienst van de stad, bij Burgemeesters en Wethouders aangedrongen op het laten vervaardigen van een plattegrond van de gemeente. Pas twaalf jaar later wordt deze wens vervuld door Leonardus Temminck, controleur en bewaarder van het kadaster van Rotterdam. Aan het stadsbestuur worden vijf gekleurde en vijf ongekleurde exemplaren geleverd. Sinds de verschijning van de vorige kaart (in 1800) is het gebied van de gemeente behoorlijk uitgebreid. De gemeente Cool is ingelijfd, WestBlommersdijk en Oost-Blommerswijk en Rubroek staan nu voor het eerst op een plattegrond. Door de zeer dichte bebouwing van de binnenstad is het Temminck, door het ontbreken van gegeven daarover, niet overal mogelijk geweest de onbebouwde gedeeltes van de percelen weer te geven, maar slechts de kadastrale perceelgrenzen. Het grondgebruik buiten de singels is op de kaart wel mooi aangeduid. Met name van de tuinaanleg wordt een prachtig beeld gegeven. Een groot aantal straten, stegen en wateren, openbare gebouwen, bedrijven en buitenplaatsen zijn aangeduid. Dit en de zeer precieze kartering, maken deze kaart tot een uiterst belangrijke bron van kennis van Rotterdam aan de vooravond van de ingrijpende veranderingen, die de stad in de negentiende eeuw zou ondergaan.
2 – INDRUKWEKKEND TIJDSBEELD VAN ROTTERDAM
highlights – februari 2009 “Rotterdam naar mijne Teekening van ‘t jaar 1862”
Tekening met potlood en Oost-Indische inkt vervaardigd door A.J. Terwen, gedateerd juni 1910. Gemonogrammeerd rechtsonder. Afm. 22,5 x 30,5 cm. Bij de tekening zit een brief (op 5 zijden) van de hand van Terwen aan een (niet genoemde) vriend “aan de Rijn”, waarin hij verhaalt over de ontstaansgeschiedenis van dit stuk: “eene teekening, naar eene gravure, naar mijne teekening”. Reeds in 1862 maakte Terwen het ontwerp voor de gravure van de Laurenskerk voor het boek Het Koninkrijk der Nederlanden. Bijna 50 jaar later tekende hij de afbeelding opnieuw – sterk uitvergroot – naar de staalgravure. Terwen geeft het stuk cadeau, maar niet alleen voor het plezier van de vriend aan de Rijn, maar “tevens dat de oude stijfkoppig heer eens zien wou of hij nog kon wat hij 48 jaar geleden kon. En zie, ik heb het stellig gewonnen, dat weet ik, en de teekening is, even stellig, veel beter als de quasi-kunst dan de toenmalige, wat ook wel dient.” De encadrering van het stuk is origineel en de keuze van Terwen zelf: “De lijst is eenvoudig; eiken staat hier het best. De teekening is op grijs opgeplakt, om het licht sterker te doen spreken.”
3 – CURIOSUM: DE LAURENSKERK GETEKEND NAAR EN DOOR A.J. TERWEN
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge
Ets vervaardigd door Caspar Bouttats naar een tekening van Ioannes Peeters, uit het Thoneel der steden en stercken van ‘t Vereenight Nederlandt., uitgegeven te Antwerpen 1674. (1674 is ook het jaar waarin het schip van de Utrechtse domkerk instort.) Later gekleurd. Afm. (prent) 17 x 46,5 cm. Met links (in het Nederlands) en rechts (in het Frans) een loffelijke beschrijving van de stad: “ghelegen in Hollandt aen de Maes op de mondt vande rivier de Rotte, een myl van Schiedam en twee van Delft, is een schoone en wel beboude Stadt, die doorsnede wordt van vele waeteren, ’t Vaederlandt vanden Hoog-gheleerden Desiderius Erasmus, alwaer hy in roode coper omtrent het Marckt-Velt op een overwelfde Brugge treffelijck staet uytghebeldt. Sy heeft in welvaren seer toeghenomen door het qualijck vaeren van Brabandt en Vlaenderen, mits veele rijcke Coopluyden hier nedersloeghen, datse nu can gerekent worden onder de maghtighste Steden van Hollandt.” Caspar Bouttats stamt uit een familie van Antwerpse graveurs. Hij was voorzitter van de Antwerpse Sint-Lucas gilde van 1690-1691. Hij graveerde veel portretten en dagelijkse gebeurtenissen. Op deze ets is de scheepvaart voor de stad nog bescheiden. Pas tweehonderd jaar na het verschijnen van de prent wordt Rotterdam een belangrijke havenstad. 4 – ROTTERDAM, EEN VAN DE MAGHTIGHSTE STEDEN VAN HOLLANDT
highlights – februari 2009
Groot panorama van Den Haag uit 1730, gedrukt door Reinier Boitet (1691-1758) naar een tekening van G. van Giessen. Kopergravure, later met de hand gekleurd. Afm. (prent) 42, 5 x 97 cm. Dit gezicht op de stad komt uit de “Beschrijving van 's Graven-Hage; behelzende deszelfs oorsprong, benaming, gelegentheid, uitbreidingen, onheilen en luister; Mitsgaders stigtinge van het hof, der kerken, kloosters, kapellen, godshuizen..., als mede de privilegien, handvesten, keuren en wyze der regeringe / uit zeer veele nooit gedrukte oorspronkelyke charters en bescheiden getrokken, opgeheldert en bevestigt door Jacob de Riemer. - Te Delft gedrukt by Reinier Boitet”. 5 – MOOIE STAD AGTER DE DUINE
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge
Profiel van de stad Delft, gezien vanaf het westen, uitgegeven in 1729 door Reinier Boitet. Kopergravure, later met de hand gekleurd. Afmetingen (prent) ca. 44 x 124 cm. Dit panorama komt uit de eerste en enige editie van de “Beschryving der Stadt Delft, behelzende een zeer naukeurige en uitvoerige verhandeling van deszelfs eerste oorsprong, benaming, bevolking, aanwas, gelegenheid, prachtige en kunstige gedenkstukken en zeltzaamheden. Nevens derzelver voorregten, handvesten, previlegien, en regeeringsvorm, alles ’t zamengestelt en getrokken uit oude handtschriften, memorien, en brieven, en met zeer veele echte bewysstukken (te vooren nooit gedrukt) bevestigt: door verscheide liefhebbers en kenners der Nederlandsche oudheden.” Het boek is een zeer uitgebreide heruitgave van burgemeester Dirk Evertsz Bleyswijck’s tekst over Delft en werd één van de belangrijkste publicaties over de stad. Delft is “de vermaerste en aensienlijckste Stadt van Holland”, na de brand van 1536 was de stad al snel weer “de schoonste en reynichste, de treflijckste en sindelijckste”. Over de nog jonge aardewerkindustrie: “nergens het hierlands Porceleyn subtijler noch fijnder gewrocht als in deze stad”. Reinier Boitet, geboren te Rietveld, vestigde zich in Delft als boekhandelaar en drukker. Hij produceerde zowel schitterende gravures als tekstboeken, maar hij was ook actief als dichter en publiceerde vanaf 1721 zijn eigen nieuwsblad. Zijn drukkerij heette “De Draeck”, en was gevestigd Wijnhaven 1112.
6 – NERGENS HET HIERLANDS PORCELEYN SUBTIJLER NOCH FIJNDER GEWROCHT ALS IN DEZE STAD
highlights – februari 2009
Rotterdam. Later met de hand Gekleurde kopergravure, omstreeks 1617 uitgegeven door Lodovico Guicciardini. De prent maakte onderdeel uit van de “Beschryvinghe van alle de Nederlanden, anderssins ghenoemt Neder-Duystlandt. Afm. (prent) 24,7 x 33,2 cm. Guicciardini (1521 - 1589) was een Italiaanse koopman die in Antwerpen leefde. Hij was de eerste die de Republiek der Zeventien Nederlanden uitvoerig beschreven heeft. Hoewel Guicciardini niet beschikte over ‘wetenschappelijk verantwoorde’ historische kennis, somt hij in zijn Beschryvinghe allerlei wetenswaardigheden op die voor een toenmalige reiziger zeer interessant moeten zijn geweest. Over economische en staatkundige zaken, schilderkunst maar ook over taalkundige verhoudingen schreef Guicciardini met grote passie. Hij zweeg echter over de oorlogsperikelen waar de Nederlanden door geteisterd werden. Het idyllische beeld dat Guicciardini van ‘zijn’ Nederlanden geeft, is – zo schrijft hij uitdrukkelijk - gebaseerd op de politieke situatie vóór 1560. 7 –ROTTERDAM ZOALS HET WAS, BIJNA 450 JAAR GELEDEN
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge
“Delfi Batavorum”, kopergravure, later met de hand gekleurd. Uitgegeven te Amsterdam door Joan Blaeu in 1649. Afm. (prent) 37.7 x 48.5 cm.
Blaeu, de grootste en beroemdste cartograaf en uitgever van de Gouden Eeuw, wilde de doelstellingen van eerdere uitgevers tegelijk te realiseren, door aan zijn uit vele delen bestaande wereldatlas ook een aantal stedenboeken toe te voegen. Blaeu’s Toneel der Steden van de Vereenighde Nederlanden verscheen aan het einde van de 80-jarige oorlog in 1649. Bekend is dat Blaeu brieven aan stadsbesturen richtte met het verzoek hem een stadsplattegrond en een beschrijving van de stad toe te zenden, die vervolgens voor het stedenboek werden gebruikt.
8 - HET GROOTSTEDELIJKE DELFT
Hier zien we de stad zoals zij geweest moet zijn voor de Delftse Donderslag. Op deze dag in 1654 ontplofte een opslag voor buskruit (op de plaats van de huidige Paardenmarkt) en werd een groot deel van de binnenstad verwoest.
highlights – februari 2009 “Generale Paschaerte van Europa, so verre die Zeecusten ende Navigatien streckende zijn, gepractizeert Doer Lucas Iansz. Wagenaer van Enchuusen.” Gegraveerd door Ioannes van Doetecum. Kopergravure uit 1583, 2e staat uitgegeven als onderdeel van de in 1586 verschenen Latijnse editie van de Spieghel der Zeevaerdt. Mooi exemplaar met gerestaureerde randen. Afm. 55,5 x 39,5 cm. Over deze kaart schrijft Günther Schilder in zijn Monumenta Cartographica Neerlandica IV (2003), pp. 80-83: “On 7 May 1580, the States of Holland and West Friesland granted Waghenaer a ten-year privilege to print his Spieghel der Zeevaerdt and ‘noch twee groote ende cleyne Pascaerten, mitsgaders een generale Pascaerte’. The latter must certainly refer to the 1583 chart of Europe which was included as an overview map. It was placed at the beginning of the pilot guide to make it easier to see the precise location of each of the various countries and to appreciate subcharts’ sequence. This chart seems to be a much more accurate representation than shown on any previously published maps. For the first time, the east-west extent of the Gulf of Finland is accurately depicted. In 1586, the first Latin translation of Waghenaer’s Spieghel was published in Leiden by Plantin’s son-in-law Van Raphelegien under the title Speculum Nauticum. Latin annotations were engraved alongside the Dutch text on the charts. Only minor additions and corrections were made on the overview map of Europe.” De Spieghel der Zeevaardt is bepalend geweest voor de maritieme cartografie! Tot die tijd bestonden er slechts zeemansgidsen met tekst en zeilaanwijzingen voor een beperkt gebied, geïllustreerd met kustprofielen. Waghenaer bracht daar met zijn gedetailleerde paskaarten op uniforme schaal verandering in.
9 - KEERPUNT IN DE MARITIEME CARTOGRAFIE, ANNO 1586
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge
Grote wandkaart van “’T Hooge Heemraedschap van Rhynland”, kopergravure door Jan Jansz. Dou en Steven van Broeckhuyzen, gewijzigd door Melchior Bolstra, gegraveerd door David Coster te Den Haag en uitgegeven in 1746 door Isaac Tirion te Amsterdam. Gedrukt op 13 bladen, later gemonteerd en met de hand gekleurd. Afm. (lijst): 212 x 200 cm (!)
Over deze imposante kaart schrijft prof. Koeman in zijn Geschiedenis van de cartografie van Nederland: “Uiteraard heeft Zuid-Holland ook zijn grote namen in de waterschapscartografie van de 17e eeuw gehad. Onder die namen domineert die van Jan Jansz. Dou, de landmeter van Rijnland en van zijn collega Steven van Broeckhuysen. Hun grote kaart geldt terecht als het ‘non plus ultra’ van Nederlandse waterschapskartering uit de 17e eeuw. [!!] De grote schaal [1:30.000] veroorloofde de volledige weergave van de bewoning: niet alleen de buitenplaatsen maar alle boerderijen en overige opstallen langs de wegen. Onvervangbare informatie over de infrastructuur van het dichtst bewoonde gedeelte van Nederland in de Gouden Eeuw.”
10 – MAGISTRALE KAART VAN RIJNLAND
highlights – februari 2009
Ackerdijkse plassen, Hillegersberg en Berkel-Rodenrijs. Deze kaarten vormden onderdeel van de als atlas gebonden kaart van “’t Hoogheemraedschap van Delflant, Gemeten en in Kaerte gebracht Door (de Geadmitteerde Landmeters) Nicol. en Jac. Kruikius”. De kaart werd uitgegeven in 1712. Afm. (prent): elk 51 x 59 cm. Deze kopergravures zijn in de tijd prachtig met de hand gekleurd en met goud gehoogd. De gebonden, rijk geornamenteerde kaart van Delfland was bedoeld als relatiegeschenk. Volgens Koeman in Old maps and their makers (1975) is dit “the most beautiful map of Delfland, the Kruikius map is stunning”. Het vervaardigen van de kaart duurde vele jaren en kostte toen 20.000 gulden (!!). De topografie is perfect weergegeven, ook de door het slagturven in die tijd ontstane legakkers en veenplassen (die naderhand veelal weer werden drooggelegd).
11 – UIT DE BEROEMDE ATLAS VAN KRUIKIUS
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge
Gezicht op Rotterdam komend vanaf de Maas “Vue de la ville de Rotterdam” en “Vue de la interieur de la ville de Leyden”, gezicht op de vismarkt en hoogstraat te Leiden. Hand gekleurde (met gouache) aquatinta’s, uitgegeven in 1826 door Johann Ludwig (Louis) Bleuler. Afm. (afb.) 20,2 x 29,5 cm. Bleuler (1792 -1850) wordt gerekend tot de beste Zwitserse landschapschilders van zijn tijd. Hij studeerde in Parijs, maar betrok later kasteel Laufen (CH) naast de Rheinfall, Europas grootste waterval. De Rijn vormde een grote bron van inspiratie, hetgeen resulteerde in een schitterende serie van 80 gezichten op steden en landschappen Der Rhein von den Quellen bis zur Mündung, waar ook Rotterdam en Leiden onderdeel van uitmaakten. Dit boekwerk was in eerste instantie bedoeld als souvenir voor de (veelal Engelse) elite die zich een toeristische reis langs de Rijn konden veroorloven, maar de keizer van Oostenrijk en Marie Isabelle van Sicilië behoorden tot zijn eerste en belangrijkste afnemers.
12 – IDYLLISCHE GEZICHTEN OP ROTTERDAM EN LEIDEN
highlights – februari 2009 “L’Amusemens De L’Hiver”, kopergravure van de hand van Jacques Aliamet (1726 – 1788) naar een schilderij van Adriaan van de Velde. Uitgegeven te Parijs omstreeks 1770. Later met de hand gekleurd. Afm. (afbeelding) ca. 31,5 x 36,5 cm. Colf werd gespeeld met een bal van hout of leer en een slaghout, genaamd colf. Colf kan gezien worden als de voorloper van de huidige golfsport. Bij Colf was het de bedoeling om in zo min mogelijk slagen een doel te raken. Dit doel kon honderden meters of zelfs kilometers verwijderd zijn van het startpunt. Als doel kon dienen een deur, een boom, een steen of het einde van een akker of weiland. Colf werd in de Middeleeuwen vooral in de stad gespeeld. Ongelukken met laagvliegende ballen en schade aan huizen en kerken zorgden ervoor dat de meeste steden het spelen van colf binnen de stad verboden. Vanaf de 16e eeuw werd het spelen van colf in de winter, op het ijs, steeds populairder. De spelers dragen vaak nette kleding en hebben dikwijls geen schaatsen onder.
13 - COLF SPELERS OP HET IJS
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge “Winter Gesicht van de Schie by de stad Delft / Divertissement d'hyver sur la Rivière de Schie pres la ville de Delft”. Kopergravure vervaardigd door meester graveur Jacques Philippe le Bas naar een ontwerp van (winter/) landschapschilder Aert van der Neer. Ca. 1780 tegelijkertijd uitgegeven te Amsterdam en Parijs door Fouquet en Basan. Afm. ca. 36 x 45 cm. Het feit dat men ruim 100 jaar na het ontstaan van het schilderij van Van der Neer, nog deze gravure heeft gemaakt, geeft aan hoe, ook in de 18e eeuw, zeer geliefd de voorstelling moet zijn geweest. In een tijd dat het economisch tij in Nederland was gekeerd, had men nostalgie naar de Gouden Eeuw.
14 - ZWIEREN OVER DE SCHIE
highlights – februari 2009
“Canal de Hollande près de Rotterdam (Hiver)”, ets van de hand van Johan Barthold Jongkind gedrukt in 1875. Afm. (prent) 15,5 x 23,4 cm.
Jongkind (1819 – 1891) had zijn eigen stijl vervolmaakt rond 1860. Hij heeft het ‘zware’ realisme achter zich gelaten, maar is nog niet zo lichtzinnig als het impressionisme. Hij schetste en aquarelleerde in de open lucht en trachtte exact dat vast te leggen wat er voor hem afspeelde. Meestal lag daarbij de nadruk op de sfeer rondom een te schilderen object, in plaats van op het object zelf. Gedreven door financiële noodzaak maakte Jongkind toen ook het leeuwendeel van zijn etswerk. Etsen bood immers de mogelijkheid met één afbeelding meermaals iets te verdienen. Tegenwoordig is Jongkinds betekenis voor de ontwikkeling van het impressionisme alom erkend. Zijn erfgoed hangt in alle grote schilderijencollecties en grafische verzamelingen over de gehele wereld. 15 – JONGKIND, VOORLOPER VAN HET IMPRESSIONISME
Literatuur: Delteil, 4e staat van VI.
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge Studies van tulpen en irissen, tekening met aquarel en dekverf op papier, van de hand van Franz Xaver Gruber (1801-1862). Met pen gesigneerd “Franz X Gruber Prof. Wien” onder rechts. Afm. (blad) 36 x 25,5 cm. Gruber (niet te verwarren met de eveneens Oostenrijkse tijdgenoot Franz Xaver Gruber, componist van het kerstlied “Stille Nacht”), vanaf 1835 docent industriële kunst aan de Weense Academie, was een van de meest beduidende bloemenschilders van de 19e eeuw. Als een van de belangrijkste vertegenwoordigers van de oud Weense bloemschilderkunst, was Gruber een kunstenaar met een fijnzinnig gevoel voor kleur en begrip voor de natuur, gevormd aan de hand van de 17e en 18e eeuwse Nederlandse genre schilders.
16 – EEN VAN DE BEDUIDENDSTE 19E-EEUWSE BLOEMENSCHILDERS
highlights – februari 2009 “A Forgone Conclusion”, staalgravure vervaardigd door Leopold Lowenstam naar het schilderij van Lawrence Alma-Tadema. Later met de hand gekleurd. In de druk gesigneerd en gedateerd (Sept. 1 1886). Afm. (afbeelding): 39,7 x 29,5 cm. Het schilderij “A Foregone Conclusion” werd gemaakt in opdracht van de oprichter van de Londense Tate Gallery, Sir Henry Tate (1819-1899), als huwelijksgeschenk voor diens tweede vrouw Amy Hislop. De scène speelt zich af in de tijd van het vroege Romeinse Rijk. Een man brengt een verlovingsring naar zijn geliefde in de hoop dat zij zijn fiancée wil worden. De verwachtingsvolle blik bij de jonge vrouw en de bediende die haar hand vasthoudt, bovenaan de trap, duidt op het feit dat het aanzoek “a forgone conclusion” (een uitgemaakte zaak) is. Alma-Tadema’s verlovingsscènes zouden kunnen worden beschouwd in de context van de Romeinse regels en gebruiken, waarin vrouwen van hoge komaf veelal trouwden uit politiek strategische overwegingen en sociaal gewin. Liefde vond men eerder in buitenechtelijke relaties. Het lijkt echter onwaarschijnlijk dat Henry Tate, een self-made zakenman, meer met het schilderij wilde zeggen dan waarvoor het duidelijk bedoeld was: een dankbetuiging voor de liefde van zijn verloofde. Amy Hislop trouwde met Tate in 1885, het jaar waarin het schilderij werd voltooid. Dit werk is typisch voor de latere periode van Alma-Tadema’s carrière. Een tijd lang had hij historische gebeurtenissen op grote doeken vastgelegd. Na 1880 worden zijn werken kleiner, huiselijker en emotioneler. Toen Alma-Tadema A Forgone Conclusion schilderde, was hij inmiddels opgeklommen tot prominente speler in de Victoriaanse kunst wereld. Hij was verkozen tot lid van de Royal Academy in 1879 en drie jaar later werd een grote tentoonstelling aan zijn werk gewijd in de Grosvenor Gallery.
17 - EEN UITGEMAAKTE ZAAK
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge “L’Oracle”, ets vervaardigd door André Paul Artigue. In de tijd geaquarelleerd. Uitgegeven in 1912 door Dietrich et Cie. te Brussel. Gesigneerd door de kunstenaar en genummerd 25/100. Afm. (prent) 51 x 33 cm. Artigue (1879 - 1956), zoon van een tekenleraar, had al op jonge leeftijd gevoel voor kunst. Hij wordt aangetrokken door het schilderen, maar zijn liefde gaat in eerste instantie naar de muziek. Hij was daartoe geïnspireerd door de sopraan Nellie Melba (een wereldster(!) in die tijd, die veel in Parijs optrad). Als bariton zingt Artigue in verschillende populaire opéras-comiques en hij zong solo in de fameuse Schola Cantorum te Parijs. Eerste tekenlessen kreeg hij van zijn vader, later volgde Artigue lessen bij Gustave Moreau aan de Ecole des Beaux-Arts. Zijn werk werd tentoongesteld te Parijs en in Noord Amerika. In 1919 keert hij Parijs de rug toe en trekt de provincie in. Hij vestigt zich uiteindelijk in 1921 in Chambery, waar hij succes heeft met zijn schilderingen van landschappen en dorpen. Vermoedelijk is Nellie Melba de mooie vrouw die in deze afbeelding het orakel om een raadgeving vraagt.
18 – RAADGEVINGEN UIT DE ART NOUVEAU
highlights – februari 2009 “August Vacation” en “Jet Trim” tekeningen met pen en gouache van de hand van Ruth Muller. Gesigneerd rechtsonder. Afm. (papier): ca. 38 x 25,5 cm. De bladen komen uit een serie mode ontwerpen uit de jaren 1937-1938. Vermoedelijk was Muller een ontwerpster voor een van de grote New Yorkse department stores. Mode uit late jaren 1930 benadrukt een super slanke lijn en heeft nog een ‘zachte’ uitstraling. De oorlog naderde, door slim te ontwerpen kon efficiënt met stof worden omgegaan. Poffende schouders en een naad rondom de middel bepalen het modebeeld.
19 – MODE BEELD UIT DE LATE JAREN ‘30
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge
Ontwerp voor een affiche voor Tailleur W.J. Nijboer eind jaren 1950 vervaardigd door Pierre Constant Schenkenberg van Mierop. Gouache op karton (afm. 79 x 54 cm).
Piet van Mierop (1903 - 1978), werkte bij de Staatsspoorwegen in Nederlands Indië. Daar werden zijn artistieke kwaliteiten ontdekt en hij kreeg een baan aangeboden als ontwerper van reclame materiaal in Bandung. Hij maakte spoorwegmaquettes, wandschilderingen in stationsgebouwen en reclame borden. Daarnaast ontwikkelde hij zich in z’n vrije tijd als karikaturist. In 1931 exposeert Van Mierop in sociëteit Constantia in Madiun en krijgt daarmee bekendheid bij pers en publiek. Hij gaat tekenen voor de Java Expres en d‘Orient, het Algemeen Indisch Dagblad en het Soerabajaasch Handelsblad. Na de oorlog vestigt Van Mierop zich in Oosterbeek, waar hij snel als kunstenaar waardering oogst. Hij wordt lid van de Oosterbeekse kunstenaarsvereniging Rhijn-Ouwe en de opvolger daarvan Punt 62. Als hij zijn eigen reclame bureau Studio Van Mierop opricht kunnen artisticiteit en commercie worden verenigd. Het oeuvre van Van Mierop laat zien dat hij een veelzijdig kunstenaar was: kunstschilder, tekenaar-portrettist, illustrator en reclameontwerper.
20 – HEEREN KOOPT UW ZOOMER’S KOSTUUM BIJ W.J. NIJBOER