Deze handleiding beschrijft het installatieproces van het ICU EVe oplaadpunt voor elektrische voertuigen. Lees voordat u het oplaadpunt gaat installeren deze handleiding aandachtig door. ICU Charging Equipment alsmede Alfen bv zijn niet aansprakelijk voor eventuele gevolgschade voortvloeiend uit het gebruik van deze handleiding. Deze handleiding is van toepassing op onderstaande typen producten: Plug & Charge
4457.230V.50HZ.16A.1FNPE.2X16A.PUAST 4457.400V.50HZ.32A.3FNPE.2X16A.PMAT 4457.400V.50HZ.16A.3FNPE.1X16A.PMAT 4457.400V.50HZ.64A.3FNPE.2X32A.PMAT 4457.400V.50HZ.32A.3FNPE.1X32A.PMAT
RFID + RFID Display
4457.400V.50HZ.32A.3FNPE.2X16A.RMAST 4457.400V.50HZ.16A.3FNPE.1X16A.RMAST 4457.400V.50HZ.64A.3FNPE.2X32A.RMAST 4457.400V.50HZ.32A.3FNPE.1X32A.RMAST 4457.230V.50HZ.16A.1FNPE.2X16A.DRUAST 4457.400V.50HZ.32A.3FNPE.2X16A.DRMAST 4457.400V.50HZ.16A.3FNPE.1X16A.DRMAST 4457.400V.50HZ.64A.3FNPE.2X32A.DRMAST 4457.400V.50HZ.32A.3FNPE.1X32A.DRMAST
Plug & Charge + Display
4457.400.50Hz.32A.3F+N+PE.2x16A.PDMAT 4457.400.50Hz.64A.3F+N+PE.2x32A.PDMAT
Het typenummer is te vinden op de identificatiesticker aan de onderzijde van het product.
Veiligheid
1
De elektrische installatie dient tijdens alle installatie- en onderhoudswerkzaamheden spanningsloos te zijn; Installatiewerkzaamheden dienen te worden verricht door vakkundige personen die kennis hebben genomen van deze handleiding en werken volgens de richtlijnen IEC-60364;
Werkzaamheden mogen niet worden uitgevoerd bij regen of luchtvochtigheid boven de 95%; Sluit nooit meer dan één laadobject per groep aan.
Installatie-eisen Houd bij het installeren van de ICU EVe rekening met de volgende eisen: Het kabeltracé van hoofdverdeler naar de ICU EVe moet beveiligd zijn tegen overstroom en kortsluiting met een B-karakteristiek installatieautomaat of een schroef mespatroon gG; Het kabeltracé moet beveiligd zijn tegen toevallige aanraking door een type A of B-aardlekschakelaar 30 mA; Het kabeltracé en laadpunt maken deel uit van een TN-S stelsel; de aarding wordt voorzien vanuit de hoofdverdeler; Het kabeltracé dient aangelegd te worden conform de geldende standaarden zoals bijvoorbeeld de NEN 1010; Het kabeltracé bestaat uit koperen kabel met tenminste 90 °C als hoogst toegestane geleider-temperatuur. Type 2x16A 1-fase 1x16A 3-fase 2x16A 3-fase 1x32A 3-fase 2x32A 3-fase
2
Beveiliging optie 1 3x35A gG patronen + 40A30mA aardlekschakelaar 3x20A gG patronen + 20A30mA aardlekschakelaar 3x35A gG patronen + 40A30mA aardlekschakelaar 3x35A gG3 patronen + 40A-30mA aardlekschakelaar 3x80A gG patronen + 80A30mA aardlekschakelaar
Beveiliging optie 2 40 B – 30mA 2p aardlekautomaat 20 B – 30mA 4p aardlekautomaat 40 B – 30mA 4p aardlekautomaat 40 B – 30mA 4p aardlekautomaat 3x80B installatieautomaat + 80A-30mA aardlekschakelaar
Min. Aderdoorsn. 5x6mm2 5x4mm2 5x6mm2 5x6mm2
5x16mm2
Voer de bedrading altijd uit op de maximale laadstroom van het laadpunt bij continue belasting. Kabeldiktes in deze handleiding zijn indicatief. De installateur is altijd verantwoordelijk voor de bepaling van de juiste kabeldiktes ter plaatse en de toepassing van de van toepassing zijnde normen. Let op: de eisen voor installatie kunnen afhankelijk zijn van de locatie. Volg de richtlijnen van de NEN1010.
Inhoud van de verpakking
1x Basisunit ICU EVe
1x Voorkap ICU EVe
2x Antidiefstalbouten
1x Pin key inbussleutel
1x Wandbeugel
Niet meegeleverde benodigdheden Gereedschappen Waterpas; (Klop)boormachine; Schroevendraaier t.b.v. gat M5 kruisgleuf; Schroevendraaier t.b.v. klemmenstrook; Potlood; Boren, geschikt voor ondergrond, t.b.v. gat M5 x 30mm;
3
Materiaal 4x 4x 4x
Schroeven M5 x 30mm; Ringen M5 Plug M5 x 30mm.
Installatie van het laadpunt 1.
2.
3. 4.
Vouw de verpakking open om als eerst de witte voorkap te verwijderen. De voorkap zit vast op de laadeenheid met twee schroeven aan de boven- en onderkant. Draai de schroeven aan de onderkant los met de bijgeleverde Pin key inbussleutel. Draai de schroeven aan de bovenkant van de achterkap los met een Torx M5 (T25). Kantel de voorkap aan de onderkant naar boven. Let op: De bedrading van de LEDs en optioneel de display, zit aan zowel de voorkap als de achterkap vast. Zorg dat deze bedrading eerst is losgekoppeld. Leg nu de voorkap neer. Gebruik de boormal op de kartonnen verpakking, gemerkt met een boormachinepictogram, om gaten af te tekenen op de gewenste hoogte Let op: gebruik de boormal en niet de achterkap. Gebruik een waterpas om de markeringen recht af te tekenen. De afstand tussen de gaten bedraagt 123,8mm (boven), 39,6mm (onder) en 434,3mm (verticaal); Bevestig het ophangblok m.b.v. de onderste twee gaten die zijn geboord; Laat het laadpunt loodrecht op het ophangblok zakken (afb. 1) Zet het laadpunt aan de bovenzijde vast met 2 schroeven van maximaal 8mm doorsnee. (afb. 1);
Afbeelding 1: 3-fase model afgebeeld
4
5. 6.
7.
8.
9.
Steek de voedingskabel door de opening in de wartel; Trek de voedingskabel ongeveer 150 mm in de behuizing. De voedingskabel moet lang genoeg zijn om vanaf de grond of muur de behuizing ingetrokken te kunnen worden; Maak de voedingskabel vast in de wartel door deze aan te draaien op een dusdanige manier dat geen beweging in de voedingskabel zit; Verwijder de mantel van de voedingskabel met een kabelstriptang zodanig dat de aders ver genoeg bloot komen te liggen om in de werkschakelaar gemonteerd te worden; Bevestig de aders op de juiste plek in de aardschakelaar. Monteer de aarde altijd als eerste! Zie afbeelding 3.1 (1-fase variant) of afbeelding 3.2 (3-fase variant).
Afbeelding 3.1: 1-fase variant)
Afbeelding 3.2: 3-fase variant)
10. Schakel de werkschakelaar in nadat spanning op de voedingskabel is gezet; 11. Sluit de bedrading van de LEDs weer terug op de connector welke los werd gekoppeld in stap 1.
5
12. Laat de voorkap met de twee uitstekende nokken in de sleuven aan de bovenkant zakken, aangegeven met de blauwe pijlen, (afb. 4);
Afbeelding 4
13. Draai met een M5 Torx (T25) de twee schroeven aan de bovenkant van de basisunit vast;
Afbeelding 5: 3-fase model afgebeeld
14. Druk de voorkap dicht en bevestig de antidiefstalbouten M8x16 in de daarvoor bestemde gaten aan de achterkant. Draai deze vast met de bijgeleverde pin-key inbussleutel (afb. 5); 15. Haal als laatste de transparante folie van de voorkap.
6
Ingebruikname 1.
2.
Zet spanning op de voedingskabel. De EVe zal verschillende LEDindicaties tonen. Uiteindelijk gaat de LED uit en is het laadpunt klaar voor gebruik; In geval van een foutmelding, onderneem de volgende stappen: a. Controleer de aardaansluiting; b. Controleer of fase en nul correct zijn aangesloten; c. Schakel minimaal 1 minuut de spanning van het laadpunt uit; d. Schakel de spanning weer in.
Productspecificaties Behuizing Afmetingen Gewicht Beschermingswaarde Laadmodus Contactstop Omgevingstemperatuur Max. luchtvochtigheid Stand-by verbruik Norm CE Richtlijnen RFID* Local Area Network* GPRS * Specifieke modellen
7
1-fase model 3-fase model SMC (glasvezel versterkt kunststof) H590 x B338 x D230 mm circa 15 kg circa 25kg IP54 Mode 3 Type 2 -30°C tot +40°C 95% ca. 20W IEC 61851-1 (2010) en IEC 61851-22 (2001) Laagspanningsrichtlijn 2006/95/EG en EMC richtlijn 2004/108EC Voldoet aan ISO15693 en ISO14443 Minimaal CAT5 Ethernet (TCP/IP) 900/1800Mhz
Identificatiesticker Op de identificatiesticker, welke aan de onderzijde van het laadpunt is geplaatst, is onder andere de uitvoering, productiedatum en het serienummer te vinden. Vermeld bij correspondentie met ICU altijd het serienummer voor de snelste ondersteuning.
Contactinformatie Onderstaande contactinformatie is bedoeld voor wederverkopers van ICU producten. Eindgebruikers van oplaadpunten kunnen voor vragen of meldingen contact opnemen met het verkooppunt waar zij het product hebben gekocht. ICU Charging Equipment Splijtbakweg 15 1333 HC Almere Postbus 1042 1300 BA Almere Tel: E-mail: Website:
8
+31 36 54 93 400
[email protected] www.icu-charging-stations.com