JAARGANG 2 NUMMER 1
FEBRUARI 2002
Kanaalweg Noord 65 B - 7671 EB Vriezenveen - Telefoon 0546 - 564561 - Fax 0546 - 566163 - E-mail:
[email protected] - www.consonantyachts.nl
Het heeft een tijdje geduurd, maar hier is dan de Consonant Yachts nieuwsbrief in een nieuw jasje en met een gewijzigde opzet. Middels deze nieuwsbrief willen wij U op de hoogte houden van de gebeurtenissen op en rond de werf, de Kuster serie en nieuwe ontwikkelingen. Ook zullen we onze klanten aan het woord laten over hun ervaringen met de Kuster. Het is de bedoeling de Consonant Courant tenminste twee maal per jaar uit te laten komen.Indien U suggesties heeft voor het volgende nummer houden wij ons van harte aanbevolen. Wij wensen u veel leesplezier!
Merknamen geregistreerd
Het team Consonant Yachts
De namen KUSTER® en CONSONANT YACHTS® zijn inmiddels geregistreerd bij het Benelux Merken-bureau. Dit betekent dat zowel de naam van de werf als de naam van het jacht dat exclusief door Willem Nieland voor Consonant is ontworpen in de Benelux zijn beschermd. Registratie in een aantal andere Europese landen staat nog op stapel.
In de afgelopen paar jaar zijn er heel wat nieuwe ontwikkelingen geweest binnen Consonant Yachts. Zo heeft de werf zich geheel toegelegd op ontwikkeling en bouw van de Kuster. Het is dan ook niet verwonderlijk dat sinds de bouw van de eerste Kuster in 1999 het personeelsbestand geleidelijk aan is uitgebreid naar 10 personen. Om u als toekomstige en bestaande klant nog beter van dienst te kunnen zijn is het team sinds augustus 2001 versterkt met een afgestudeerd HTS scheepsbouwer: Wilco Smit. Wilco Smit zal het hele bouwproces zo gedetailleerd mogelijk digitaal vast gaan leggen om zodoende effici-
ënter, maar vooral ook beter en sneller te kunnen bouwen. Daarnaast is Wilco geheel verantwoordelijk voor de CE-certificering van de hele Kuster serie. Wilco vertelt: “De reden waarom ik na mijn afstudeerperiode bij een Groningse rederij toch voor de jachtbouw heb gekozen en dan met name voor Consonant Yachts, is de vooruitstrevendheid en de goede ideeën die ik in de werf terug zie. Bovendien zijn alle medewerkers van de werf zeer betrokken bij de bouw van elk schip en wordt er voortdurend meegedacht om een zo kwalitatief mogelijk schip te bouwen. Kortom, een team waar ik graag in mee wil doen!”
In dit nummer: • Het team Consonant Yachts • Kuster serie • M.Y. Hopper • Reisverslag: Kerst 2001 • Sirius • Buikgevoel • Op weg naar de Hiswa • Merknaam registratie • Bijeenkomst eigenaren
JAARGANG 2 NUMMER 1
De Kuster serie In een tijdsbestek van een paar jaar 3 verschillende typen Kusters ontwikkelen en bouwen. Een hele prestatie! Uiteraard wil dat niet zeggen dat daarmee de verdere ontwikkeling van de schepen stopt. Samen met ontwerper Willem Nieland wordt voort-
FEBRUARI 2002
durend gedacht aan optimalisering en vernieuwing van de Kuster. Consonant Yachts levert op dit moment de Kuster 31’, 38’ en de 45’, waarvan de 31’ tevens in een snelvarende uitvoering is uitgevoerd en de 45’ met een dubbele voortstuwing. Bovendien ligt op de tekentafel de Kuster 50’ en zijn er zelfs plannen voor een 52’. De bouw van elke Kuster begint bij het plaatpakket. Het snijden van dit plaatpakket wordt uitbesteed. Van het plaatpakket worden de romp en opbouw gemaakt. Zodra het casco is
afgelast gaat het schip op transport om te worden gestraald en te worden geconserveerd. Vervolgens komt het casco weer terug bij de werf waar het gehele interieur en alle systemen worden ingebouwd. Gedurende de bouw is er voortdurend contact tussen de klant en de werf. Door deze manier van werken wordt het schip geheel naar wens van de klant afgebouwd. Het is dan ook niet verwonderlijk dat elke doop en tewaterlating iedere keer weer een feestelijke gebeurtenis is!
m.y. Hopper haalt maar liefst 20 knopen Op het eerste gezicht zou men niet zeggen dat dit schip sneller vaart dan haar grotere zussen. Toch haalt deze Kuster een snelheid van maar liefst 20 knopen. Reden temeer om deze jongste telg uit de Kuster serie eens wat nader te bekijken. De Hopper is de tweede snelvarende Kuster A-31 die gebouwd is. In vergelijking met de verdringer uitvoering is het onderwaterschip en de constructie speciaal aangepast voor hoge snelheden. Daarnaast is een zwaardere motor van 300 pk in combinatie met een speciale schroef en trimvlakken geplaatst. Het schip, dat voorzien is van een ruime natte cel, met separate douchecabine, biedt plaats aan 4 opvarenden. Kenmerkend voor de Kuster is ook hier de riante open kuip met als doel zoveel mogelijk mensen een comfortabele zetel te verschaffen op vaste banken met daarin veel bergruimte. Op 12 december jl is de Hopper gedoopt door de 85-jarige moeder van de eigenaar van het schip. Met passende bewoording en het stukslaan van een fles echte champagne is het schip te water gelaten. Deze snelle, zeewaardige Kuster A-31 heeft als thuishaven Breskens.
JAARGANG 2 NUMMER 1
FEBRUARI 2002
Kerst 2001, Kuster 38, Terschelling, sneeuw, ijs en windkracht 10
Steekwoorden Steekwoorden als wij, Joy en Humphrey van der Laan Oldenhof, eigenaren van “De Blauwe Draeck” een Kuster 38, bouwnummer 7, terugdenkend aan de jaarwisseling 2001 / 2002. Dit jaar zijn we overgestapt van een zeilboot naar een motorboot. Een compromis….eerlijk gezegd, ja! Zeilen is mijn grote hobby. Een Kuster 38, tja dat kon nog net. Maar na een seizoen varen, waarin we van haven naar haven zwierven en met de kortingskaart van de NS comfortabel steeds weer naar huis terugkeerden, ben ik een zeer enthousiast motorbootvaarder geworden. We hebben veel gevaren. Van België (rode diesel, lekker goedkoop en …..heerlijke restaurants) naar Friesland tot het puntje van Groningen. Fantastische tochten, dwars door de stad Utrecht, de Vecht, maar ook de grote Rivieren, Zeeland overal waar we met onze mast vroeger nooit konden komen. Veel kustwateren hadden we in de afgelopen 27 jaar zeilend op eigen kiel bezocht, waaronder Polen, Zweden maar ook Frankrijk, Engeland, maar nog nooit hebben we met Kerst gevaren. Te koud, wat moet je met je gezin in zo een gezellige tijd op een boot? Enfin, dit jaar zouden we met zijn tweeën
zijn. Onze oudste zoon Sebastiaan brengt de kerstdagen van 2001samen met zijn lief -door in het zonnige Taiwan, bij zijn schoonouders. Onze jongste zoon Roderick brengt een groot deel van de feestdagensamen met zijn lief- werkend door, om te sparen voor hun nieuwe huis. Tja, wat gaan we doen -met ons lief “De Blauwe Draeck”? Naar de wadden, naar Terschelling, veel over gelezen, maar tja…is het niet te koud? Kun je nog wel overal varen? Draaien de bruggen wel? Hoe kom je aan water? Joy begint alvast met het maken een boodschappenlijstje met veel lekkere dingen voor de feestdagen, lekker en uitgebreid eten is een grote hobby van ons, mooie wijnen zelfs de champagne gaat mee. Natuurlijk moet er ook een (moderne biezen) kerstboom mee en lichtjes en extra kaarsen. Zo langzaam, maar zeker wordt het al echt een ‘Kerstboot’. De route wordt bepaald, vanzelfsprekend is zoiets in deze tijd van het
jaar toch wel afhankelijk van het weer, maar de bedoeling is dat we in ieder geval Terschelling willen aandoen, de Wadden zijn in deze tijd van het jaar wel heel speciaal. Op 22 december stappen we aan boord van “De Blauwe Draeck” in Woudsend waar we een plekje bij de zeilschool, waar onze jongste al jaren instructeur is, hadden gevonden de laatste drie weken. Vandaag varen we via de prinses Margrietsluis in Lemmer (waar we water tanken) en het IJsselmeer naar Stavoren, waar we een prima plekje vinden in de nieuwe -op dit moment, op een boot na, lege- jachthaven naast de sluis. ’s Avonds begint het te sneeuwen, het ziet er erg romantisch uit, binnen is
JAARGANG 2 NUMMER 1
het 22° C, het begin kan niet beter. Een fantastische oven, een vierpits gasstel, en de grote koelkast zijn echt nodig voor ons viergangen diner. De volgende dag vertrekken we met goed zicht naar Makkum, waar we om ongeveer 16.00 uur vastleggen achter 2 andere motorboten. Er zijn dus nog meer van die ‘winteravonturiers’. Op maandag varen we vroeg weg via de sluis bij Kornwerderzand om naar Harlingen te varen. Het waait stevig, 5 Bfr, een beetje hobbelige Waddenzee en het is bijzonder hoog water. De keersluis is gesloten en de grote sluis zal morgen niet draaien. Behoorlijke golven rollen de haven in. Op advies van de havendienst meren we af in de vluchthaven, vlakbij de politieboot, de douaneboot en de kustwacht; goed bewaakt, wat wil je nog meer! De volgende ochtend staat er nog steeds een stevige wind 5/6 Bfr. We gaan, nadat we alles wat enigszins los staat of ligt, goed vast gezet hebben of opgeborgen hebben achter deurtjes en in laatjes. We navigeren op de elektronische, geheel bijgewerkte kaart op de van kantoor meegenomen laptop. Met een motorboot en een computer met een zo goed (elektronisch) bijgewerkte kaart lijkt het varen op het Wad als varen op een goed aangege-
FEBRUARI 2002
ven wegennet; je vaart van boei naar boei. Tipje op de stuurautomaat en de GPS geeft zelfs je drift (door de stroom wordt de boot iets weggezet) precies aan. Je ziet jezelf varen op de kaart, gewoon heel comfortabel om op ieder moment precies te weten waar je bent en met een druk op de knop kun je even bij sturen. Dat was op onze zeilboot wel anders. Daar de ondieptes van het wad en de eb en vloed, moet je goed letten op de boeien, zelfs de veerboten die hier elke dag varen en je regelmatig voorbij stuiven of tegemoet komen, grote golven veroorzakend, ‘steken nergens een stukje af’. We voelen ons veilig met onze Kuster 38 met 1.10 m. diepgang op het toch wel hobbelige Wad. Het werd een prachtige, spannende tocht (met mooi weer waren we al door Noord Holland naar Den Helder en via Texel, Harlingen naar Leeuwarden gevaren) maar met een stevige bries en tegen de stroom in, waren we met onze Kuster 38 nog niet op de Waddenzee geweest.
De zon scheen volop, het was helder zicht, de watertemperatuur was 2° C, de marifoon staat op uitluisteren op kanaal 2 van de ‘Brandaris’, alwaar we ons melden met de mededeling dat we onderweg zijn van Harlingen naar West Terschelling. Vlak voor Terschelling worden we begroet door een aantal zeehonden, die ons aankijken en volgens ons denken ze: ”Gaaf schip, maar jullie zijn hartstikke gek!” Na een tocht van 6 uur maken we langszij een praktisch lege steiger vast en gooien guldens in de stroomautomaat, we willen hier een paar dagen blijven en dan hoeven we geen stroom te draaien, zodat we lekker de elektrische deken aan kunnen zetten en tv kijken, zonder dat de accu daar te veel van te lijden heeft.We hebben geen generator, maar via een omvormer, wel 230 volt aan boord. Gemakkelijk en heerlijk!!!. De werf heeft een tweede dynamo op de motor geïnstalleerd, voorzien van een slimme computerchip, die alleen de verbruiksaccu’s oplaadt. `s Morgens en ’s avonds een uurtje stroomdraaien is meer dan voldoende, zo is ons gebleken. Maar als er stroom voorhanden is hoeft dat niet natuurlijk. De volgende dag fietsen we, die gaan in de zeer grote “kelder” gewoon
mee, een deel van het eiland rond en drinken Gluhwein in het café. (het lijkt echt wintersport!). Donderdag 27 december worden we wakker van de harde wind, de havenmeester komt in de stromende regen langs en zegt dat de vooruitzichten
JAARGANG 2 NUMMER 1
niet al te best zijn, de komende dagen neemt de wind nog toe naar zelfs 10/11 Bfr! Er is een schip voor de kust van Vlieland in nood door de storm en er is brand uitgebroken. Mogelijk moeten we geëvacueerd worden door de giftige dampen. Door de storm varen ook de veerboten naar Terschelling en Vlieland niet meer! Dat betekent dat we nu een keuze moeten maken: of hier blijven tot in ieder geval maandag, of NU gaan. We kiezen voor het laatste en spreken af dat als het een van ons echt te gek wordt dat we dan teruggaan. We melden ons als we de haven uitvaren bij de ’Brandaris’ met de woorden “Motorbootje De Blauwe Draeck vertrekt van West Terschelling met bestemming Harlingen“ en krijgen als antwoord: “Weet u wel hoe hard het waait?”. Ja, dat weten we! Ik antwoord dat dit dan waarschijnlijk de reden is dat ik geen vouw meer in mijn broek heb, maar vraag wel of ze een oogje, via de radar, op ons kunnen houden. Onze Kuster gedraagt zich fantastisch, Humphrey houdt haar ( we hebben afgesproken dat het een ‘ meisje’ is) iets scheef op de golven, terwijl Joy de hele route bovenaan de trap (naar het voorschip) staat, zodat ze met haar neus tegen de voorruit tussen het zwaar overkomend water door, de boeien in de gaten kan houden en de schipper
FEBRUARI 2002
aanwijzingen kan geven (waar deze zelfs naar luistert!) als:” 10 graden naar stuurboord, 5 naar bakboord “. We hebben sterke stroom en windkracht 10 met uitschieters naar 11! mee en een kleine 4 uur later vast in de sluis,( waar we water tanken, we douchen elke dag aan boord dus dat gebruikt nogal wat) naar het Harinxmakanaal waar we, nadat we achter de Stationsbrug in Franeker vastleggen ons “Waddenavontuur” afsluiten met een dineetje in een plaatselijk restaurant. Willem Nieland heeft toch een fantastische boot ontworpen, concluderen we. De wind neemt inderdaad nog steeds toe, we zijn blij dat we achter het vasteland liggen en zetten onze tocht voort via Leeuwarden, het Sneekermeer, met golven van meer dan een meter! en varen dezelfde dag nog de Grote Sluis in Lemmer uit om bij de Friesche Sluis ( met een enorm verval!) in Lemmer door de Noordoostpolder te varen. Een tegenligger. Deze vertelt ons dat de brug bij Marknesse niet draait,
maar dat is voor ons geen probleem, want onze doorvaarthoogte is maar 2.45 m. terwijl de brug 2.60 m. hoog is. Bij de Voorstersluis ( prachtig natuurgebied dat Voorsterbos!) gaan we linksaf en blijven een paar dagen in Vollenhove, midden in de jachthaven, bij het centrum. Humphrey merkt op een avond op dat het water rondom de boot in het stilstaande water van de haven in een klap is bevroren! Net was het nog water! Rare gewaarwording. De volgende dag ligt er een pak sneeuw van jewelste en een ijsvloer van heel 3 cm dik! Wij willen toch weg, Humphrey staat voorop de boot en breekt het ijs voor de boeg met een volle puts water, die hij elke keer op het ijs laat vallen. Joy vaart de boot cm voor cm vooruit; het kost ons 3 uur om 150 m te overbruggen, voordat we uit het ijs weer op open water zijn! Via het Zwarte water liggen we deze avond in Kampen, waar we Oud en Nieuw vieren. De tocht over de snel wassende IJssel, meer dan een meter per dag, met een overnachting in Wijhe, is meer dan sprookjesachtig: besneeuwde oevers, stralend blauwe lucht, honderden en honderden foeragerende ganzen. We doen ons best de vele soorten uit elkaar te houden. Fantastisch! Op 2 januari meren we “De Blauwe Draeck” af bij de Almelose Watersport Vereniging waar we definitief vast vriezen. Ze is bijna thuis. Humphrey en Joy van der Laan a/b “De Blauwe Draeck” een Kuster 38 van Consonant Yachts.
JAARGANG 2 NUMMER 1
FEBRUARI 2002
De Sirius is het tweede jacht dat Consonant voor een Belgisch echtpaar bouwt De grootste trots van een werf is wel wanneer een klant bij de werf terugkeert om een tweede schip te laten bouwen. Een bewijs van goed vakmanschap! De heer en mevrouw T. varen reeds 9 jaar in een schip dat destijds door de werf is gebouwd. “Na 22 jaar watersportervaring heb ik nu opnieuw voor Consonant Yachts gekozen omdat ik (na een grondige marktstudie) tot de conclusie ben gekomen dat Consonant voor mij het meest perfecte schip kan bouwen. Ik ben ervan overtuigd dat binnenkort mijn hooggespannen verwachtingen zullen uitkomen” aldus dhr. T.
Een goed “buikgevoel” Na een eerste gesprek met de heer Kruiskamp, directeur-eigenaar van Consonant Yachts, was de heer P. van mening dat hem een goede en onderbouwde uitleg was gegeven over de Kuster. Dit gaf de doorslag om verder te gaan en uiteindelijk de opdracht te geven voor de bouw van een Kuster A-38. “Samen met mijn vrouw en twee kinderen hebben wij altijd met onze eigen lemsteraak gevaren. Van zeilen weten wij daarom nagenoeg alles. Het wensenlijstje voor ons nieuwe (motor)schip was dus nogal bijzonder. Het schip moest een “scheeps” uiterlijk hebben, onderhoudsarm zijn, goed manoeuvreerbaar en zeewaardig. Bovendien moesten onze kinderen zich er veilig op voelen. Met deze uitgangspunten zijn wij op zoek gegaan naar ons droomschip. In korte tijd hebben we veel werven bezocht. Bij Consonant Yachts kregen wij een goed “buikgevoel” over de gang van zaken. Een duidelijk verhaal zonder poespas.”
KUSTER A-38 OP RLT 4: 20 april om 17.30 uur 21 april om 09.30 uur 23 april om 22.45 uur KUSTER A-45: op de HISWA te Water in IJmuiden van 3 tot en met 8 september 2002
JAARGANG 2 NUMMER 1
Reisverslag Hiswa 2000 Onze reis naar Hiswa 2000 zal ik nooit meer vergeten. We maakten die dag van alles mee, maar gelukkig was het wel eind goed al goed. Om het verhaal goed te kunnen vertellen zal ik bij het begin beginnen. We hadden onze boot de AQUA FUN net twee maanden en tijdens de plezierig verlopen bouw hadden wij Mijnt Kruiskamp beloofd dat onze boot gebruikt mocht worden voor Hiswa 2000. Eindelijk op 1 juli was het zo ver de officiele doop. Wel moest er nog het nodige gebeuren. Op 7 juli hebben wij de boot met tegenzin van Mijnt opgehaald, en onze eerste reis gemaakt over de Maas richting Maastricht. De boot beviel goed, al moesten er nog wel wat dingetjes bijgesteld en afgemaakt worden. Om de laatste puntjes op de ‘i` te zetten zorgden we ervoor dat de boot een week voor het begin van de Hiswa terug in Vriezenveen was bij de Consonant Yacht werf, zodat bouwer daar voldoende tijd voor kreeg. Het echte avontuur begon pas toen we de boot ophaalden om richting IJmuiden af te reizen. We zijn dezelfde dag nog naar Urk gevaren en de afspraak was dat we de dag erna in de haven van Lelystad zouden gaan liggen om op Kruiskamp te wachten, die zelf met de Tellina naar de Hiswa zou gaan. De trip Urk – Lelystad was snel gepiept. Rond het middaguur hadden we een mooie ligplaats voor ons en voor de Tellina geregeld, het liggeld al betaald en een terrasje opgezocht om te genieten van het heerlijke weer. De telefoon ging, daar heb je nu eenmaal je mobieltje voor, het was Mijnt die belde met het verzoek om meteen maar door te varen naar Amsterdam om daar te overnachten. Het grootste stuk naar IJmuiden was dan achter de rug. Een tegenvallertje, want we zaten zo lekker uit de wind in de zon want er stond wel een stevige wind maar het was natuurlijk zonde van het al betaalde liggeld. Maar goed, we hadden nog tijd genoeg om rustig door te varen. Mijnt moest zelf nog door de sluis van Lelystad. De afspraak was dat we
FEBRUARI 2002
in Amsterdam zouden wachten voorbij de Oranje Sluizen. De reis naar Amsterdam verliep voorspoedig en na een klein half uurtje wachten meerde ook de Tellina aan. We besloten echter om niet in Amsterdam te blijven, omdat het tempo er toch al in zat konden we net zo goed doorvaren richting IJmuiden. Het weer was prima en er was geen vuiltje aan de lucht, dat dat nog zou veranderen wisten we op dat moment nog niet! Tegen negen uur ’s avond meerden we twee kilometer voor de sluizen van IJmuiden aan, maar na nog geen vijf minuten daar gelegen te hebben besloten we ook om maar het laatste stukje van het traject af te leggen. We waren nu zo dichtbij, dan was het het beste om meteen maar door te gaan naar onze gereserveerde Hiswa plaatsen in IJmuiden. Een foute beslissing bleek al snel. Bij het binnenvaren van de sluis van IJmuiden was het weer nog prima, maar al snel betrok de lucht en toen we eindelijk de sluis uitkwamen stond er een flinke storm. Daar hadden we niet opgerekend, dat was een flinke tegenvaller. Bovendien begon het al aardig te schemeren. Het binnenvaren van de haven van IJmuiden ging ondanks de harde wind nog redelijk soepel, maar in de haven begonnen de problemen. Het was inmiddels donker geworden en we wisten niet precies waar we heen moesten. Met de harde wind kwamen er flinke golven en hebben we een half uur lang ploeterend rond gedobberd. Het belangrijkste was eigenlijk om geen andere boot te raken. Met kunst en vliegwerk is dat uiteindelijk gelukt. Omdat er geen vrije plek te vinden was besloten we maar aan te leggen bij de benzinepomp. De havenmeester was daar niet blij mee en wilde ons daar weg hebben. Gezien het late tijdstip, de lange reis en de overvolle haven zagen we dat echt niet zitten en bleven we daar liggen. Als er iemand nog wilde tanken, wat ik mij met dat weer niet voor kon stellen dan moest hij maar bij ons
langszij, maar zo als verwacht is dat niet gebeurd. Om 23.00 uur lagen we dan eindelijk goed en wel. Mijnt had voor de Tellina een ander plekje gevonden en kwam nog even kijken of we schade hadden. Gelukkig was dat niet het geval. De volgende morgen kwam de havenmeester ons vertellen dat we naar onze gereserveerde ligplaats moesten gaan om de plek bij de benzinepomp vrij te maken. Omdat ik nog steeds niet wist waar die plek was bracht hij ons met zijn eigen bootje naar de juiste bestemming. Toen diende echter het volgende probleem zich aan. De ingang van de ligplaats was veel te smal voor
onze boot. Na enig passen en meten en flink discussiëren met de havenmeester zag hij ook wel in dat de ingang vergroot moest worden. De havenmeester legde een drijvende steiger om, zodat de doorvaart al wat vergroot werd. Maar nog was de ruimte erg klein om de boot schadevrij de korte draai te laten maken. Opnieuw toonde de havenmeester zich behulpzaam, door met zijn boot ons aan de zijkant te duwen en zo lukte het eindelijk toch om de eindbestemming te bereiken. Hiermee kwam een einde aan een hachelijke trip. De dag ervoor hadden we genietend van een borrel op het terras niet kunnen bevroeden wat we de twintig uren erna allemaal zouden meemaken. De les voor mij is in ieder geval, dat ik eerder besluit om aan te meren, want met storm en in het donker rond dobberen met je net nieuwe boot in een overvolle haven is geen pretje. Ab Pos.
JAARGANG 2 NUMMER 1
FEBRUARI 2002
Eerste bijeenkomst van
KUSTER EIGENAREN lijn geldt dat het in één oogopslag duidelijk moet zijn dat het een Kuster betreft. Onderscheidend is ook de breedte van het schip op de waterlijn. Deze breedte zet zich onder water niet door. Het schip is breed waar het breed moet zijn, om leefruimte te creëren, en smal waar het smal moet zijn.
De ontvangst vond plaats op de werf zelf. Daar stonden een viertal Kusters opgesteld in verschillende stadia van
Met name de aanwezige dames gaven aan het heel prettig te vinden dat de kombuis op hetzelfde niveau is geplaatst als de stuurstand. Het gevoel “er bij te horen en alles mee te maken” als je in de kombuis staat in plaats van “verbannen te zijn” naar het onderschip werd meerdere keren gememoreerd. In zalencentrum Zandwijk gaf ontwerper Willem Nieland uitleg waarom een Kuster een Kuster is. Bij het ontwerp was helder dat de Kuster zich door een eigenwijze lijn
de bouw, van een Kuster 45 als casco tot een volledig ingerichte Kuster 31. Tijdens de bezichtiging van de schepen werden al snel de persoonlijke ervaringen uitgewisseld. Het bleek dat de keuze voor een Kuster vaak werd bepaald door de vorm van het schip, de plaatsing van de kombuis en de totale afwerking.
van andere schepen zou moeten onderscheiden, aldus Willem Nieland. Kenmerken voor de Kuster is een flinke zeeg met een lage instap midscheeps. De plaatsing van de ramen en luchtinlaten (boven op het stuurhuis) zijn zeer bepalend voor het uiterlijk van de Kuster. Voor de hele
WERF:
Op 26 januari reisden ca. 28 eigenaren en toekomstige eigenaren van een Kuster uit binnen- en buitenland af naar de Consonant Yachts werf in Vriezenveen. Er was bij een aantal eigenaren de behoefte ontstaan om elkaar te ontmoeten en ervaringen uit te wisselen. Daarom had de werf een middag georganiseerd speciaal rondom de Kuster.
De bijeenkomst werd door de aanwezigen ook aangegrepen om te komen tot een “Club van Kuster-eigenaren”. Binnen deze club kunnen onderling ervaringen worden uitgewisseld. De ervaringen kunnen ook via dit platform met de ontwerper en bouwer worden besproken om zo een bijdrage te leveren aan de verdere ontwikkeling van de Kuster. Ook samen elkaars vaargebied verkennen gaat tot de activiteiten van deze nieuwe vereniging behoren. Aan het eind van de middag was helder dat de “Kusterclub” van start gaat.
Kanaalweg Noord 65 B 7671 EB Vriezenveen Telefoon 0546 - 564561 Fax 0546 - 566163 E-mai:
[email protected] www.consonantyachts.nl