MAGAZINE VAN FACILICOM SER VICES GROUP
JAARGANG 5, NUMMER 2 2016
USG People gaat totaal integraal
ROBOTS
GAAN HET MAKEN
Een symbiose met Sonion Daan Roosegaarde
het recht op schoonheid
VOORWOORD!
De menselijke factor
D
e technologie rukt op. Ook in de facilitaire dienstverlening. En in dit blad. In dit nummer een achtergrondverhaal over de gevaren van cybercrime. Niet altijd iets dat onder de verantwoordelijkheid van de facilitair manager valt, maar dat is nu juist een beetje het probleem, constateert het artikel: cyber security is vaak niet goed belegd in een organisatie. Bedrijven zijn zich niet bewust van de enorme risico’s en zijn er bovendien niet van doordrongen dat criminelen steeds slimmer worden en steeds makkelijker hun slag kunnen slaan. Het artikel geeft daar een paar onthutsende voorbeelden van. Het Nationaal Cyber Security Centrum heeft geconstateerd dat uitval van systemen geen optie meer is, omdat er geen analoog alternatief meer is. Daar wil ik, met alle respect, wel een kleine kanttekening bij plaatsen. Dat analoge alternatief is er natuurlijk wel: de mens. Een ‘back up-systeem’ dat we volgens mij moeten koesteren. Dit magazine verkent ook de ontwikkelingen in de robotisering. Robots gaan het helemaal maken, tenminste in productieprocessen. Het is een ontwikkeling die maar door blijft gaan. Maar of robots buiten de maakindustrie ook zo’n succes zullen zijn, valt te bezien. Volgens een diepgravende studie van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid loopt het inderdaad niet zo’n vaart. Zeker niet in de dienstverlening. Het valt eerder te vermoeden dat robots een aanvulling zullen worden op de mens. Dat vertelt ook de kunstenaar en innovator Daan Roosegaarde in dit nummer. Hij noemt de drie belangrijkste capaciteiten van de mens: creativiteit, kritisch nadenken en het oplossen van complexe problemen. Roosegaarde concludeert: ‘Allemaal eigenschappen waar een machine of een robot heel slecht in is. Daar moet je op inzetten. Want dan kun je, met behulp van die machines, toegevoegde waarde leveren.’ Dat zou ik nog iets sterker willen aanzetten. Nu we steeds meer machines om ons heen krijgen, wordt de menselijke component juist belangrijker. Misschien niet zozeer in de uitvoerende activiteiten, maar wel in het contact leggen met de klanten, de bewoners van de panden waar we werkzaam zijn, en de gasten die daar komen. Dat is goed te zien in het beeldverhaal over de vijfsterren dienstverlening die we leveren in het multi tennant-gebouw Willemswerf. Het team dat Facilicom daar inzet heeft hospitality echt in het DNA zitten, iets dat bijvoorbeeld tot uiting komt in alle gemaksdiensten die we de bewoners aanbieden. Het is ook te zien bij Sonion, een high tech-bedrijf waar superspecialisten fascinerend werk verrichten, maar waar juist bijzonder veel waarde wordt gehecht aan een hoogwaardige dienstverlening die flexibel is, meebeweegt en zich voortdurend blijft ontwikkelen. Ik moet de machine nog zien die zich zo kan inleven in de vaak verborgen wensen van pandbewoners én er met zo’n brede glimlach invulling aan geeft. Het is moeilijk om te voorspellen waar het naartoe zal gaan met de technologie en de robotisering, maar ik ben ervan overtuigd dat de mens een centrale factor zal blijven in de facilitaire dienstverlening. ! Hans Gennissen, president-directeur Facilicom Services Group
02
2 | 2016
Facilitair!
In dit nummer MAGAZINE VAN FACILICOM SER VICES GROUP
JAARGANG 5, NUMMER 2 2016
USG People gaat totaal integraal
ROBOTS
GAAN HET MAKEN
Een symbiose met Sonion Daan Roosegaarde
het recht op schoonheid
04
Cover: Daan Roosegaarde
Symbiose met Sonion
Voor het Facilitair Kenniscentrum laten Hans de Jonge, Herman Kok en Rogier Verbeek hun licht schijnen over succesvolle gebouwen. De prikkelende toegift komt van kunstenaar en innovator Daan Roosegaarde die bij de VN ijvert voor het recht op schoonheid.
Samenwerken is als een tango: de partners moeten perfect met elkaar meebewegen. Dat gebeurt gelukkig ook vaak in de facilitaire dienstverlening. Sonion en Facilicom bewegen echter niet alleen perfect met elkaar mee, hier is sprake van een heuse symbiose.
08 Robots gaan het maken Het debat over robotisering wordt telkens weer vertroebeld door de vrees dat robots alle banen zullen inpikken. En dan zouden ze ook nog eens kunnen uitgroeien tot een groot gevaar voor de wereld. Facilitair! doet een eerste verkenning in de wereld van de robotisering en scheidt zin en onzin. Begeleid door een leeswijzer en een kijkwijzer, want robots zijn óók een kijkspektakel.
14 Dertig jaar maatwerk voor Rechtbank Amsterdam PPS-project Rechtbank Amsterdam krijgt een dienstverleningsconcept dat is gewaardeerd met een 9. Dat terwijl Facilicom pas halverwege het traject is ingestapt.
32 Cybercrime-as-a-Service De wereld van de cybercriminaliteit professionaliseert in hoog tempo. De meest actieve ransomware-bendes hebben zelfs een professionele helpdesk. Het Nationaal Cyber Security Centrum waarschuwt voor het toenemende gevaar. Hoffmann Bedrijfsrecherche licht toe en legt uit.
04 Een symbiose met Sonion 08 Robots gaan het maken 14 Dertig jaar maatwerk voor Rechtbank Amsterdam 17 Fastforward! Wilde ideeën, mooie plannen en concrete initiatieven die de toekomst dichterbij brengen 18 USG People gaat Totaal integraal 23 Column! Geert van de Laar Nederland gastvrij 24 Facilitair kenniscentrum: Het succesvolle gebouw 28 Daan Roosegaarde: Het recht op schoonheid 30 Whatsupp! Leuke gadgets, handige apps en meer 32 Cybercrime-as-a-Service 38 Beeldverhaal! Willemswerf 40 De Droom: Samen leren, werken en innoveren 44 Samen lunchen bij JUUL 46 Verantwoord! Opleidingen en banen voor ‘Nuggers’
Colofon Facilitair! is het magazine van Facilicom Services Group. Facilitair! verschijnt twee keer per jaar en wordt verspreid onder opdrachtgevers, relaties, studenten en andere geïnteresseerden. Facilitair! is ook op internet te vinden: www.facilitaironline.nl. Abonnementen zijn gratis en kunnen per mail worden aangevraagd o.v.v. alle adresgegevens, functie en bedrijf via
[email protected]. Facilicom moedigt de discussie aan over de onderwerpen in Facilitair! Het delen van artikelen (met bronvermelding) is toegestaan. Ook tips en reacties zijn welkom. Kijk op www.facilitaironline.nl Eindredactie: Geert van de Laar, Babette Sarlet en Frank Bokern Teksten: Frank Bokern, Weergaloos met Woorden, Bussum Ontwerp en lay-out: John Roobol, Facilicom Services Group Fotografie: Studio 38c, Ron Gessel, Sander Veeneman, Twan de Veer, Shutterstock Adres: Redactie Facilitair!, Postbus 144, 3100 AC Schiedam Telefoon: 088 298 62 05, e-mail:
[email protected] Meer informatie over Facilicom is te vinden op www.facilicom.nl
2 | 2016
Facilitair!
03
Een symbiose met Sonion
Samenwerken is als een tango: de partners moeten perfect met elkaar meebewegen. Dat gebeurt gelukkig ook vaak in de facilitaire dienstverlening. Sonion en Facilicom bewegen echter niet alleen perfect met elkaar mee, hier is sprake van een heuse symbiose, vertellen directeur Development Support Services Peter Steentjes van Sonion en facility coördinator Janneke Olie van Facilicom. Samen maken ze dienstverlening in dit high tech r&d-bedrijf elke keer weer een beetje beter.
04
2 | 2016
Facilitair!
H
et Deense Sonion is wereldspeler in microcomponenten voor hoortoestellen, high end in ear-koptelefoontjes voor audiofielen en on stage monitoring voor music. De vestiging in Hoofddorp, waar alle r&d van het bedrijf plaatsvindt, is ooit als zelfstandig Nederlands bedrijf begonnen. Het ontwikkelen van deze microcomponenten vraagt om een zeer specifieke kennis en de competences die mensen hiervoor moeten hebben zijn schaars. Dat is de reden waarom onderzoek en ontwikkeling van Sonion nog steeds in Nederland plaatsvinden. Het bedrijf zat lange tijd aan de Van Hallstraat in Amsterdam, verhuisde later naar de Zekeringstraat, maar toen een jaar of drie geleden de productieafdeling werd verplaatst werd het tijd voor nieuwe huisvesting. Amsterdam viel af omdat het te lang duurde voor de benodigde vergunningen afkwamen. Ontwikkelaar OVG stelde Hoofddorp voor als alternatief, en liet CePeZed Architecten een bijzonder nieuw pand ontwerpen.
Interactie bevorderen ‘De opzet van het oude pand paste niet meer bij ons,’ vertelt directeur Development Support Services Peter Steentjes van Sonion Nederland. ‘Het bestond uit vier verdiepingen die ook nog eens werden doorsneden door een trappenhuis. Dat is niet handig als je de interactie tussen collega’s wil bevorderen, en dat was nodig.’ Sonion wilde een single tennant-gebouw van maximaal drie bouwlagen waarbij die interactie maximaal zou worden gefaciliteerd. ‘Via makelaar CBRE zijn we uitgekomen bij OVG. Hun voorstel om een pand in Hoofddorp te bouwen sprak ons zeer aan. Het bleek veel voordeliger dan een pand in Amsterdam, de aansluitingen met het OV zijn uitstekend, de snelweg is dichtbij en we zitten vlak bij Schiphol. Belangrijk want al onze klanten en veel van onze leveranciers zitten in het buitenland.’
BREEAM Very Good Het is een duurzaam pand, de BREEAM-certificering is Very Good. ‘We zijn een Scandinavisch bedrijf, dus we hechten daaraan,’ vertelt Peter Steentjes. Belangrijker is misschien nog wel is dat het pand het gebruik maximaal ondersteunt. ‘Het is transparant, zodat mensen ook worden uitgenodigd om met elkaar samen te werken. Tegelijkertijd is de toegang tot specifieke plekken niet vrij voor derden ’ Op de eerste verdieping, centraal in het pand, ligt het prachtige atrium waar onder meer het bedrijfsrestaurant is gevestigd. Het is de enige plek waar koffie is te krijgen, dus het is echt een ontmoetingsplek. Mensen komen hier naartoe voor hun favoriete koffie en kunnen even bijpraten aan de lange statafel, maar ze kunnen ook kiezen voor huiskamer-achtige ruimte met bibliotheek, of voor het terras aan het water dat uitziet op wijds groen.
2 | 2016
Facilitair!
05
Bewegen stimuleren
‘WE BLIJVEN ONTWIKKELEN. WE ZIJN VOORTDUREND AAN HET SPARREN’
JANNEKE OLIE:
Sonion wil gezond gedrag stimuleren. Bijna direct achter de entree begint de lange trap die de drie verdiepingen verbindt. Dat is zo uitnodigend dat de lift amper wordt gebruikt. Voor mensen die met de fiets komen zijn er twee douches. Peter Steentjes: ‘Dat was onze wens. We hebben een kleine 150 medewerkers, en daarvan komen er tussen de vijftien en de twintig regelmatig op de fiets.’ Wie trek heeft kan de hele dag in het atrium een banaan, appel of sinaasappel pakken: dat is gratis. Sonion is een van de initiatiefnemers van BOOM!, een vitaliteitsprogramma dat samen met bedrijven in de buurt en de gemeente is opgezet en gericht is op gezond werken, sporten en bewegen. BOOM! organiseert bijvoorbeeld elke middag onder leiding van een coach een actieve lunchwandeling in de omgeving. Zo’n 25 medewerkers van Sonion doen mee aan BOOM!
Gezonde keuze beïnvloeden
‘ONGEZONDE PRODUCTEN KRIJGEN EEN TOESLAG VAN 20 PROCENT. KIES JE VOOR GOEDKOOP, DAN EET JE DUS GEZOND’
PETER STEENTJES:
In het bedrijfsrestaurant is het menu aangepast. Peter Steentjes: ‘Het assortiment is nu erg gericht op gezond. Zo is er bijvoorbeeld een saladebar. We proberen de gezonde keuze ook te beïnvloeden. Gezonde producten verkopen we tegen kostprijs, ongezonde producten krijgen een toeslag van 20 procent. Kies je voor goedkoop, dan eet je dus gezond. Andersom geredeneerd: kies je voor gezond, dan krijg je een bonus want je betaalt minder.’ Het restaurant betrok een tijdje verse melk, eieren en groente van een boer in de buurt. De oogst bepaalde het aanbod, en daarmee het menu in het restaurant. Facility coördinator Janneke Olie van Facilicom: ‘Dat is gestopt omdat de boer ermee ophield. Jammer. Zodra de mogelijkheid zich weer voordoet, gaan we dat weer doen.’
Sturen in milieubelasting Op een zelfde gedetailleerde manier wordt gekeken naar de milieubelasting. Peter Steentjes: ‘De man die bij ons de groenvoorziening doet zit dichtbij, zodat hij weinig kilometers hoeft te maken. De koffie betrekken we van een lokale brander. Maar als die koffie dan in zakken van een kilo komt en we elke dag tien van die zakken moeten weggooien, dan zeggen we daar ook wat van. Dus krijgen we nu balen van 25 kilo.’ Janneke Olie: ‘Dat hebben we ook gedaan bij het beleg. De hardlopers komen nu uit een grootverpakking, alleen de specials zitten nog apart verpakt. Daarmee sturen we ook in de milieubelasting, want de specials zijn duurder dan het zelfgesneden beleg en worden taylormade via de barcode afgerekend.’
Pilot met krnwtr Het is op deze locatie dat Prorest een eerste pilot heeft gedaan met krnwtr: water uit de kraan, maar dan in mooie glazen flessen. Peter Steentjes: ‘Goed idee, daar kwam Facilicom mee, ik zou willen dat ik het zelf had bedacht.
06
2 | 2016
Facilitair!
Het was aan ons om te investeren in die flessen, maar dat is een eenmalige investering die we graag hebben gedaan. Dat is ook de symbiose tussen Facilicom en Sonion: Facilicom komt met de ideeën, wij proberen een goede voedingsbodem te bieden voor die ideeën. We stimuleren dat, maar het is aan Facilicom om te komen met vernieuwingen, zij hebben de expertise in het facilitaire vakgebied.’ Janneke Olie: ‘Het is heel erg prettig dat Sonion daar zo open voor staat. Dat is leuk werken.’
Makkelijk maken Het restaurant heeft geen bemande kassa’s. Janneke Olie: ‘Mensen moeten zelf afrekenen, en daar hebben we ze wel bij moeten helpen. De populatie is internationaal, dus de toetsen hebben we voorzien van plaatjes. Toen dat niet hielp hebben we het zo makkelijk mogelijk gemaakt door te gaan werken met kleurcodes: alle lunchgerechten op een bord met een rood randje, kunnen worden afgerekend met een druk op de rode toets.’ Peter Steentjes: ‘Als je het niet makkelijker maakt voor de klant, krijg je ook nooit wat je hoopt te bereiken. Als je eenmaal bij de kassa staat weet je echt niet meer welk prijskaartje er bij dat broodje stond. Met een gekleurd bord heb je het prijskaartje gewoon bij je. Een geweldig idee van Janneke.’
Continu in ontwikkeling ‘Bij Sonion willen we begrijpen wat onze klanten nodig hebben, zegt Peter Steentjes, nog voordat ze zelf helemaal in het vizier hebben wat dat is. Cruciaal voor ons, want het is erg belangrijk om een plaats te veroveren binnen het ontwikkelingsplatform van zo’n hoortoestellenfabrikant. Wij zijn de expert, dus willen we toegevoegde waarde bieden en de verwachtingen overtreffen. Die relatie zoek ik ook met Facilicom.’ Met de verhuizing naar het nieuwe pand heeft Facilicom de dienstverlening dan ook naar een hoger niveau getild. Janneke Olie: ‘Maar we blijven ontwikkelen. We zijn voortdurend aan het sparren.’ Peter Steentjes: ‘We vinden altijd wel weer een schroefje waar we aan kunnen draaien. En zo maken we het weer een beetje beter.’
Helemaal tevreden Als directeur voor alle ondersteunende diensten in een high tech r&d-bedrijf heeft Peter Steentjes wel wat meer aan zijn hoofd dan alleen de facilitaire diensten. Toch is hij zeer betrokken. ‘Ik ben er verantwoordelijk voor, dus wil ik betrokken zijn. Bovendien ben ik namens Sonion bouwheer geweest van dit pand, het is dus een beetje mijn gebouw en ik wil dat het netjes blijft. Daar komt bij: als je goed samenwerkt, kost het ook niet zo veel tijd. Ik ben niet zo van werken volgens allerlei procedures: als ik wat zie, dan meld ik het. En Facilicom reageert meteen.’ Het gebouw en de facilitaire dienstverlening scoren dan ook steevast heel hoog in het medewerkerstevredenheidsonderzoek. ‘De mensen zijn helemaal tevreden.’ !
Wereldleider in componenten voor hoortoestellen Sonion is met een marktaandeel van rond de 50 procent wereldleider in het ontwerpen en produceren van miniatuurcomponenten voor hoortoestellen en professionele in ear-koptelefoontjes. Hoofdkantoor van Sonion staat in Denemarken, voor de productie heeft het bedrijf fabrieken in Vietnam en de Filipijnen, maar alle r&d vindt plaats in Hoofddorp. De componenten die hier worden ontworpen, bijvoorbeeld microfoontjes van slechts 1 mm groot, zijn zo uniek dat het bedrijf zelf de tools moet ontwerpen voor de serieproductie. Ook dat gebeurt in Hoofddorp. Productie van de tools vindt vervolgens weer plaats in de Sonion-vestiging in Polen. Het bedrijf heeft verder nog een verkoopkantoor in de VS. Sonion is sinds 2014 eigendom van Novo A/S, een investeerder die wereldmarktleider is op het gebied van medicijnen voor diabetes en focust op oplossingen voor de oudere mens. Novo A/S belegt wereldwijd in bedrijven die actief zijn in life sciences.
Het promotiefilmpje van BOOM! vertelt alles over het wat, hoe en waarom van dit vitaliteitsprogramma. Kijk op facilitaironline.nl In een kort filmpje vertellen de mensen van krnwtr alles over de mvo-gedachte achter het initiatief. Kijk op facilitaironline.nl
2 | 2016
Facilitair!
07
08
2 | 2016
Facilitair!
Het debat over robotisering wordt telkens weer vertroebeld door de vrees dat robots alle banen zullen inpikken. En dan zouden ze ook nog eens kunnen uitgroeien tot een groot gevaar voor de wereld. Facilitair! doet een eerste verkenning in de wereld van de robotisering.
ROBOTS
GAAN HET MAKEN
H
et is natuurlijk wel even schrikken als grootheden als Elon Musk, Apple-oprichter Steve Wozniak en zelfs de eminente geleerde Stephen Hawking waarschuwen voor de gevaren van kunstmatige intelligentie. De drie mannen waren de boegbeelden van een groep van ruim duizend experts die vorig jaar zomer een open brief publiceerde over het onheil dat we over onszelf afroepen. De experts stellen dat kunstmatige intelligentie in potentie gevaarlijker is dan atoomwapens. In de media werd niet altijd duidelijk dat de brief vooral gaat over het gebruik van robots en kunstmatige intelligentie bij militaire toepassingen. Kort gezegd: een robot kan doorslaan in het maken van rationele afwegingen en het opvolgen van bevelen, ook omdat een machine geen moraal heeft en geen last zal krijgen van gewetenswroeging. Vergelijk het met de twitterbot Tay die Microsoft in maart lanceerde: de machine groeide in 24 uur tijd uit tot een racistisch monster. De experts zeggen in hun brief dan ook helemaal niet tegen kunstmatige intelligentie te zijn, maar pleiten wel voor een ban op de ontwikkeling van autonome wapens, ofwel militaire kunstmatige intelligentie.
Open source AI Wonderlijk dat zo’n waarschuwing nu juist komt van de mensen die hun geld verdienen met de nieuwste technologieën, en, sterker nog, met hun investeringen deze ontwikkelingen mogelijk maken en zelfs fors versnellen. Elon Musk noemde zijn Tesla’s altijd al rijdende computers, en sinds de auto’s deels zelfstandig kunnen rijden zijn het feitelijk toch een soort robots, robots die over lerend vermogen beschikken. Musk heeft bovendien ooit geïnvesteerd in DeepMind, inmiddels onderdeel van Google, een bedrijf dat voorop loopt in het ontwikkelen van kunstmatige intelligentie. Maar dat deed hij, volgens een citaat in The Guardian ‘alleen maar om oog te houden op wat er gebeurt met kunstmatige intelligentie’. Verder heeft hij 1 miljard dollar geïnvesteerd in OpenAI, een non-profit-organisatie die kunstmatige intelligentie wil ontwikkelen die de mens voorbij streeft. De technologie wordt
2 | 2016
Facilitair!
09
HET IS OPVALLEND MAAR MISSCHIEN OOK WEL LOGISICH DAT DE MEESTE ROBOTS WORDEN GECREËERD OM TAKEN UIT TE VOEREN DIE DE MENS NIET OF NIET ZO GOED KAN. DAARMEE ZIJN ZE DUS OOK GEEN BEDREIGING VOOR DE MENS, MAAR JUIST EEN WELKOME AANWINST
open source en komt voor iedereen beschikbaar. Dat klinkt nobel, en dat is het misschien ook, maar dan kan die kennis eveneens worden gebruikt door mensen, organisaties en bedrijven die kwaad willen.
Defensiebudgetten Het is wellicht ook wat naïef om te denken dat het mogelijk is om tot een ban te komen van militaire kunstmatige intelligentie. Het is in ieder geval wel wat laat. De militaire wereld zit al vanaf het begin in de ontwikkeling van robots en kunstmatige intelligentie, veel research wordt zelfs (mede) gefinancierd uit defensiebudgetten, ook waar het gaat om populaire toepassingen. Het Defense Advanced Research Projects Agency (DARPA) van het Amerikaanse ministerie van Defensie heeft bijvoorbeeld aan de wieg heeft gestaan van tal van nieuwe technologieën die we nu gretig gebruiken in onze gadgets. Het instituut, vroeger ARPA geheten, ontwikkelde in 1968 bijvoorbeeld ARPANET, het netwerk dat we nu kennen als internet. DARPA is van meet af aan ook de motor geweest achter de ontwikkeling van kunstmatige intelligentie. Het is dus niet erg waarschijnlijk dat de Amerikaanse regering ooit zal instemmen met zelfs maar een gedeeltelijke ban op een technologie waarin het land de afgelopen decennia honderden miljarden dollars heeft geïnvesteerd.
De robotmens Atlas DARPA staat overigens aan de basis van veel meer research op het gebied van robotisering. Het instituut heeft onder meer veel geld geïnvesteerd in zelfrijdende auto’s, en het lijkt er toch op dat die ontwikkeling straks tot net zo’n grote revolutie zal leiden als de komst van het wereldwijde web: het is ook niet voor niets dat Google, Apple, Tesla en alle grote traditionele autofabrikanten miljarden investeren in deze technologie. Met de DARPA Robotics Challenge heeft de Defensie-organisatie de afgelopen jaren de ontwikkeling van semi-autonome robots een enorme impuls gegeven. Het gaat daarbij om robots die complexe opdrachten kunnen vervullen in rampgebieden, bijvoorbeeld na een aardbeving of een meltdown in een kerncentrale. Het Amerikaanse Boston Dynamics gooide daar hoge ogen. Het bedrijf, inmiddels ook onderdeel van Google, publiceerde al in 2008 op YouTube filmpjes van robothondjes die nog wel wat schokkend bewogen, maar al wel in staat waren moeilijke hindernissen te nemen. In 2015 kwam het bedrijf met de hond Spot, en het is indrukwekkend om te zien wat die gemechaniseerde viervoeter allemaal kan. Werkelijk verbluffend is Atlas, de DARPA-robot van Boston Dynamics, zeker wie kijkt naar de verbeterde versie die begin dit jaar werd geïntroduceerd.
Menselijke bewegingen imiteren Atlas kan lopen, bukken, liggen, zitten, opstaan, deuren openen, door de sneeuw of het bos rennen, door een rivier waden en over stenen klauteren. De robot kan pakjes oppakken en stapelen en doet gewoon een nieuwe poging als zo’n pakje op het laatste moment wordt weggetrokken. Ook bijzonder, hoewel het er een beetje cru uitziet: Atlas weet zelfs op fenomenale wijze zijn evenwicht te herstellen als de makers hem een flinke schop geven. De mens op perfecte wijze geïmiteerd. Het is een grappig aspect aan de ontwikkeling van robots: veel research is gericht op het zo goed mogelijk
Kijkwijzer
Boston Dynamics
Robots zijn ook een kijkspektakel. Op YouTube en elders op internet is dan ook voldoende te zien. De complete kijkwijzer is te vinden op facilitaironline.nl. Met links naar de officiële introductiefimpjes van Boston Dynamics van de hond Spot en de robotmens Atlas. De vijf colleges aan de Universiteit van Nederland van professor Robotics en Mechatronics Stefano Stramigioli. Het filmpje dat toont hoe Tesla zijn auto’s produceert. Een grappig en indrukwekkend promotiefilmpje van Apple over de iPhone-demontagerobot Liam. Het introductiefilmpje van beveiligingsrobot SAM van Robot Robots Company. Een uitgebreide reportage van nieuwssite Motherboard over (onder andere) het ‘robot-hotel’ in Japan. En een filmpje van bright.nl over de receptierobot Hugo bij vestigingen van Hampshire Hotels in Amsterdam en Rotterdam.
10
2 | 2016
Facilitair!
App-industrie belangrijke banenmotor Dat het debat over automatisering en robotisering al gauw gaat over de bedreiging voor de arbeidsmarkt is opmerkelijk in een tijd waarin technologie de heilige graal lijkt. Bovendien: bij alle vorige technische en technologische ontwikkelingen is het aantal banen alleen maar toegenomen, fors toegenomen zelfs, net als de welvaart. Dat is ook te zien aan de meest recente revolutie die we hebben meegemaakt: de smartphone. Miljoenen mensen verdienen hun geld met de ontwikkeling, productie, verscheping en verkoop van (onderdelen voor) al die smartphones en tablets. Toegegeven, dat gebeurt voor het overgrote deel in het Verre Oosten. Maar ook Europa profiteert, en niet alleen met bedrijven als Philips Lighting, AMSL, ASMI en NXP, om maar een paar Nederlandse toeleveranciers te noemen, ook met een afgeleide business: de app-industrie, een bedrijfstak die zich razendsnel ontwikkelt. In 2014 werkten er al 1,8 miljoen Europeanen in deze industrie die zeven jaar eerder nog niet bestond, in 2018 gaat het naar verwachting om 4,8 miljoen mensen. Al die mensen samen voegen dan maar liefst 63 miljard euro toe aan de economie, zo blijkt uit een rapport dat in opdracht van de EU is opgesteld. En dat op een continent dat zelf in het geheel geen smart devices produceert.
staat zijn tot het snel lokaliseren van mensen die het slachtoffer zijn van een lawine. Hoogleraar kunstmatige intelligentie Guszti Eiben van de VU denkt dat zijn zichzelf voortplantende robots zich via ‘industriële evolutie’ zelfs zover kunnen ontwikkelen dat ze straks Mars kunnen koloniseren. Dat staat allemaal ver af van de robots die in de industrie worden gebruikt. Die robots kunnen alleen voorgeprogrammeerde, repeterende handelingen uitvoeren in een gestructureerde omgeving, en raken volstrekt van slag als er ook maar iets in die setting verandert. Geavanceerde robots zijn juist in staat om te reageren op hun omgeving, te anticiperen op onvoorziene gebeurtenissen, en te handelen. Nu worden dat soort robots vaak nog op afstand bestuurd. Maar er gaan jaar in jaar uit vele miljarden naar het ontwikkelen van robots die geen besturing meer nodig hebben, die autonoom of
ATLAS KAN LOPEN, BUKKEN, LIGGEN, ZITTEN, OPSTAAN, DEUREN OPENEN, DOOR DE SNEEUW OF HET BOS RENNEN, DOOR EEN RIVIER WADEN EN OVER STENEN KLAUTEREN
nadoen van dierlijke of menselijke bewegingen. De TU Delft heeft in Martijn Wisse tegenwoordig zelfs een hoogleraar biorobotica, de wetenschap waarbij de (menselijke) biologie als voorbeeld dient voor het ontwerpen van robots. Stefano Stramigioli, hoogleraar Robotics and Mechatronics aan de Universtiteit Twente, laat in een van zijn colleges aan de Universiteit van Nederland een vliegende robotvalk zien die niet van echt is te onderscheiden. De valk kan bijvoorbeeld worden gebruikt om vogels weg te jagen op Schiphol. Zoals Stramigioli zegt: ‘Bepaalde processen in de natuur zijn in miljoenen jaren evolutie geoptimaliseerd. Daarvan kunnen we heel veel leren in de robotica.’ Dat uitgangspunt kreeg recent een nieuwe dimensie met de ‘geboorte’ van robots die zichzelf kunnen voortplanten en zich met elke generatie weten te verbeteren.
Anticiperen en handelen
Boston Dynamics
Het is opvallend maar misschien ook wel logisich dat de meeste robots worden gecreëerd om taken uit te voeren die de mens niet of niet zo goed kan. Daarmee zijn ze dus ook geen bedreiging voor de mens, maar juist een welkome aanwinst. Het gaat bijvoorbeeld om robots die in de diepzee naar wrakstukken kunnen zoeken. Die op lastige plaatsen kunnen worden ingezet voor mijnbouw. Die bommen kunnen demonteren. Die van binnenuit gasleidingen kunnen controleren op lekken. Of die in
2 | 2016
Facilitair!
11
Lees meer
semi-autonoom zijn, en dus zelflerend. Dat zal resulteren in robots die kunnen bewegen als een dier of mens, zijn uitgerust zijn met tal van sensoren, en beschikken over kunstmatige intelligentie.
Liam, SAM en LEA Dat robots het gaan maken, lijkt als een paal boven water te staan. Zeker in de industrie. Want ook die ontwikkeling gaat steeds verder. In de auto-industrie worden al tientallen jaren robots gebruikt, maar hoe Tesla zijn auto’s bouwt doet toch weer denken aan science fiction. Een bedrijf als Adidas gebruikt robotisering om productie weer terug te kunnen halen uit het Verre Oosten: reshoring. En daarmee komt toch ook weer een beetje werkgelegenheid terug, hoogwaardige
Wie meer wil lezen over robotisering kan terecht op facilitaironline.nl. Daar staat onder meer het rapport De robot de baas, de toekomst van werk in het tweede machinetijdperk van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid klaar als download. Ook interessant is het rapport Werken aan de robotsamenleving van medio 2015, opgesteld in opdracht van de Tweede Kamer door het Rathenau Instituut. Daarin de conclusie dat de robotisering niet zozeer bedreiging is, maar eerder een wenkend perspectief. Bij de digitale versie van dit artikel is bovendien een link te vinden naar het artikel Robot panic peaked in 2015 – so where will AI go next van The Guardian, met daarin onder meer een uitgebreid overzicht van artikelen van tal van opiniemakers in de wetenschap, de technologie en de robotica. Het artikel Stephen Hawking, Elon Musk, and Bill Gates warn about Artificial Intelligence in The Observer geeft interessante achtergronden bij hun open brief, en ook de brief zelf Autonomous weapons: an open letter from AI & robotic researchers staat op facilitiaironline. Het interview in de vorige Facilitair! met Yuri van Geest van de Singularity University is ook bij dit onderwerp weer actueel: De wereld is exponentieel aan het veranderen.
Naar een inclusieve robotagenda Het WRR-rapport ‘De robot de baas’ van december 2015 is een uitputtend onderzoek naar de kansen en bedreigingen van de robotisering. In het rapport is onder meer te lezen dat er onder economen consensus bestaat dat door nieuwe technologie weliswaar altijd banen verloren gaan, maar dat er al snel nieuwe voor terugkomen. De CIO van Aegon, Kees Smaling, onderschrijft dat in een interview in het rapport. ‘Ik ben geneigd dat enorme banenverlies als gevolg van verdergaande automatisering zwaar te relativeren. Ik moet het nog zien. Er is de afgelopen jaren al heel veel geautomatiseerd, en de IT-functies en marketingbanen zijn niet aan te slepen.’ Bovendien loopt het zo’n vaart niet met de robotisering, zo signaleert het rapport na een analyse van diverse sectoren. Zelfs niet in de thuiszorg, een sector die zwaar onder druk staat en waar bovendien al twee decennia wordt geschermd met technologische vernieuwingen. ‘De beloften worden niet ingelost,’ vertelt een senior-onderzoeker van het NIVEL in een interview. ‘Het gaat juist helemaal niet snel met technologische innovaties.’ Het rapport, met daarin ook een uitgebreide ‘Stand van zaken en kansen in de robotica’ van hoogleraar Martijn Wisse, concludeert dan ook dat het onwaarschijnlijk is dat de komende twee decennia de helft van alle banen zal verdwijnen door de robotisering. Wel zullen veel banen, op termijn, veranderen. Het zal dan meestal niet zo zijn dat robots het werk overnemen, maar dat ze mensen gaan assisteren. We moeten dan ook een ‘inclusieve robotagenda’ opstellen, stelt een van de bijdragen aan het rapport: een agenda waarin wordt uitgestippeld hoe mensen en robots straks samen kunnen werken en samen productiever kunnen worden. Dat stelt bijvoorbeeld eisen aan het onderwijs. Daar is gelukkig de tijd voor, want ‘De robot de baas’ constateert dat er in Nederland in de afgelopen jaren nog maar weinig is geïnvesteerd in robotisering. Er is dus nog alle gelegenheid om de ontwikkelingen bij te sturen.
12
2 | 2016
Facilitair!
werkgelegenheid. Ook interessant is de komst van robots die een circulaire economie bevorderen. Zo heeft Apple recent met Liam een robot ontwikkeld om afgedankte iPhones uit elkaar te halen en alle kostbare grondstoffen zoals cobalt, goud en platina terug te winnen: het levert het bedrijf tientallen miljoenen op aan kostenbesparingen én het is goed voor de wereld. Of de robot ook in de dienstverlening op grote schaal zal worden ingezet, is intussen te vraag. Trigion-partner Robot Robots Company (RRC) scoort met zijn beveiligingsrobot SAM, maar typeert de elektronische surveillant als ‘een maatje’ voor de beveiliger. Het bedrijf heeft recent vijf miljoen euro opgehaald om onder andere de zorgrobot LEA verder te ontwikkelen. Daar lijkt een grote markt voor met de verdergaande vergrijzing, want tal van bedrijven zijn bezig met zorgrobots. Oude mensen beschikken vaak niet meer over de motoriek om verfijnde handelingen uit te voeren, en dat is nu precies wat een robot kan overnemen. Ook belangrijk: ouderen accepteren vrij makkelijk dat ze assistentie krijgen van een machine, al komt dat misschien ook omdat de robotisering in hun situatie vooalsnog beperkt blijft tot het overnemen van simpele handelingen. Professor Stramigioli weet waarom ouderen deze robots accepteren: ‘Het maakt ze weer zelfstandig.’
Goed voor de economie In Japan is al een heel hotel dat wordt gedreven door robots. Het hotel is duidelijk bedoeld als een gimmick, maar de filmpjes tonen wel meteen de tekortkomingen van het vervangen van mensen door humanoids. In Nederland heeft Hampshire Hotels recent een robot geïntroduceerd in de receptie van zijn hotels in Amsterdam en Rotterdam. De 57 cm grote receptionist, die de naam Hugo heeft gekregen, want een mensennaam lijkt een must in de robotisering, is echter niet veel meer dan een chatrobot die bovendien een leercurve heeft van acht tot twaalf maanden en al die tijd op afstand moet worden ondersteund door een menselijke assistent. Professor Stefano Stramigioli vertelt overigens in een van zijn colleges dat robots ook weer niet te veel op de mens moeten gaan lijken, want dan gaan mensen ze eng vinden of te veel van de robot verwachten. Het lijkt dan ook onwaarschijnlijk dat robots alle taken van mensen gaan overnemen. Ze zullen de mens vooral gaan assisteren of uitgroeien tot een maatje, en worden zo eerder een soort elektronische hulphond. Volgens een uitputtende studie van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR, zie kader) zal de robotisering ook veel minder snel verlopen dan goeroes nu verkondigen. En we hoeven volgens dit gremium niet bang te zijn dat robots al onze banen zullen inpikken: de robotisering zal veel nieuwe banen creëren en is misschien juist erg goed voor de economie. !
SAM beveiligt AlarmServiceCentrale Surveillancerobot SAM is ook actief op het hoofdkantoor van Facilicom. De robot beveiligt de buitenring van de AlarmServiceCentrale. Hoewel de beveiliging en dus ook de buitenschil van de meldkamer ruimschoots aan de hoogste veiligheidsnormen voldoen, ziet de AlarmServiceCentrale toch toegevoegde waarde in een permanente mobiele toezichthouder. De robot heeft een directe connectie via beeld en audio met de AlarmServiceCentrale, heeft sensoren voor het meten van warmte en rook en is uitgerust met een paslezer. Passanten worden door SAM aangesproken en gevraagd hun toegangspas voor de paslezer van de robot te houden. Daar is de robot streng in: hij zal nooit een bekende zomaar doorlaten. Bezoekers die over de juiste authorisatie beschikken mogen verder, is dat niet het geval dan stuurt de robot pasinformatie en een foto van de bezoeker naar de AlarmServiceCentrale. SAM is onvermoeibaar, hij wordt dan ook 24 uur per dag ingezet. Op de momenten dat hij niet surveilleert koppelt de robot zich automatisch aan een elektriciteitsbron om zichzelf op te laden.
2 | 2016
Facilitair!
13
Het mag een bijzonder ontwerp worden genoemd: de nieuwe Rechtbank Amsterdam krijgt een statig en gezagwekkend gebouw, dat toch open en uitnodigend is. De dienstverlening is op maat gesneden maar kan altijd worden aangepast aan veranderende behoeften. Een dienstverlening die in dit PPS-project is gewaardeerd met een 9. Dat terwijl Facilicom pas halverwege het traject is ingestapt.
Dertig jaar maatwerk voor Rechtbank Amsterdam Artist impressions © KAAN Architecten
Het consortium NACH is geïnitieerd door Macquarie Capital, ABT, DVP, KAAN Architecten, BiUM, Bouwbedrijf M.J. de Nijs & Zonen.
Na twee dialoogronden zijn ook facilitair dienstverlener
H
et rechtbankcomplex aan de Parnassusweg in Amsterdam is technisch en functioneel sterk verouderd. De klimatologische voorzieningen voldoen niet meer, de logistiek is slecht en de panden zijn inefficiënt ingedeeld. Verbouw is overwogen, maar bleek geen optie. Daarom hebben de Raad voor de Rechtspraak en de Rechtbank Amsterdam in samenspraak met het Rijksvastgoedbedrijf (Rvb) gekozen voor nieuwbouw. De bouw is aanbesteed als PPS-project en moest leiden tot een huisvesting met toekomstwaarde die nog decennia actueel, functioneel en representatief blijft. Het consortium NACH (New Amsterdam Court House) kwam als beste uit de aanbesteding en kreeg het contract, groot 235 miljoen euro, gegund. Het contract behelst sloop van het oude pand, de nieuwbouw en de exploitatie. Het contract heeft een looptijd van dertig jaar, geteld vanaf de oplevering in 2020.
Facilicom en bouwbedrijf Heijmans
Grootste rechtbank van Nederland
tot NACH toegetreden.
Het wordt de grootste rechtbank van Nederland.
14
Facilitair!
2 | 2016
Het nieuwe pand krijgt een vloeroppervlak van ruim 47.000 vierkante meter en biedt onderdak aan circa 1.000 rechtbankmedewerkers en nog eens 200 medewerkers van ketenpartners. Het pand telt twee zalengebouwen met samen vijftig zittingszalen en tal van raadkamers. Dankzij de binnentuinen hebben al die ruimtes daglicht. Het sterk gedateerde complex dat er nu staat, maakt plaats voor een statig pand dat met zijn grote ramen toch open en uitnodigend is. Het is alsof de stad doorloopt in de begane grond van de twee gebouwen. Dat wordt nog eens versterkt door het plein aan de voorzijde, dat uitnodigt tot publiek gebruik, en de binnentuinen tussen de panden. De opdrachtgevers prijzen het ontwerp omdat het functioneel, klantgericht, representatief en opvallend is en bovendien een ‘passende gezagwekkende uitstraling’ heeft.
Een 9 voor de dienstverlening Het ontwerp van NACH dat na twee dialoogronden werd gepresenteerd, sloot perfect aan bij de vraag van de rechtbank. Pas op dat moment zijn de twee partners
HET PAND TELT TWEE ZALENGEBOUWEN MET SAMEN VIJFTIG ZITTINGSZALEN EN TAL VAN RAADKAMERS
toegetreden die het overgrote deel van de bouw, het beheer en de exploitatie op zich gaan nemen: Heijmans en Facilicom. Zij moesten snel aan de slag om het ontwerp te spiegelen aan de maakbaarheid én een op maat gesneden dienstverleningsconcept te ontwikkelen. Bas Niese, directeur PPS & Energiemanagement bij Facilicom: ‘We zijn relatief laat ingestapt, pas in het late voorjaar van 2015. Maar uiteindelijk hebben we een score behaald van een 9 voor de dienstverlening. Dat heeft in belangrijke mate meegeholpen om de andere twee consortia af te troeven.’ De aanpak van Facilicom wekte in eerste instantie enige bevreemding. Projectmanager Casper Meinders: ‘We moesten natuurlijk haast
maken. Toch hebben we de tijd genomen om ons goed in dit project en de Rechtbank Amsterdam als organisatie te verdiepen. We zijn twee weken in de huidige rechtbank gaan werken en hebben bijvoorbeeld gesproken met bezoekers, rechters, advocaten om een goed beeld te krijgen van wat het betekent om hier te werken.’ Bas Niese: ‘De andere leden van het consortium hadden eigenlijk verwacht dat we meteen waren gaan schrijven. Maar we wilden echt een dienstverleningsconcept op maat ontwerpen. Dat heeft gewerkt. Uiteindelijk zijn opdrachtgever én gebruiker zeer tevreden. Ons dienstverleningsconcept sluit nauw aan bij de behoefte van deze toch heel specifieke opdrachtgever.’
Soft en hard facilities worden samengebracht in een integraal concept dat samen wordt uitgevoerd door Facilicom en Heijmans.
Het ontwerp verrijkt Facilicom heeft zorgvuldig gekeken naar de verschillende gebruikers en hun behoeften geanalyseerd. Omdat die gebruikers hun werk in hoofdzaak doen in zes verschillende domeinen, is de dienstverlening niet alleen per gebruiker maar ook per domein in kaart gebracht Bas Niese: ‘Je praat over rechters, ketenpartners als het
2 | 2016
Het project heeft een omvang van 235 miljoen euro, inclusief dertig jaar beheer en onderhoud.
Facilitair!
15
De sloop van het oude pand begint januari 2017. Een deel blijft voorlopig intact. Aan de achterzijde verrijst een tijdelijke rechtbank.
In 2020 opent de nieuwe Rechtbank Amsterdam zijn deuren.
16
2 | 2016
openbaar ministerie, advocaten, gehechten, publiek en journalisten. We hebben een grondige analyse gemaakt van de behoeften van al deze doelgroepen, en op basis daarvan gekeken wat we moeten toevoegen aan de dienstverlening en aan het interieur in al die domeinen.’ Zelfs aan het ontwerp is nog gesleuteld. Casper Meinders: ‘Daar past een compliment aan KAAN Architecten. Als wij op basis van onze expertise toch tot andere wensen kwamen dan waar het ontwerp in voorzag, dan stonden ze daar open voor. Een voorbeeld: op ons advies hebben zelfs een aantal horecapunten een andere invulling gekregen. Zo hebben we het ontwerp kunnen verrijken en waarde kunnen toevoegen.’ Overigens is Facilicom ook betrokken bij de realisatie: het bedrijf levert en installeert alle technische beveiligingsmiddelen en brandmeldinstallaties.
Een aangenaam verblijf Bij het ontwerpen van het dienstverleningsconcept was zeker niet alleen aandacht voor rechters en advocaten, maar ook voor bodes, die een belangrijke onder-
Facilitair!
steunende functie hebben, en journalisten, die hier vaak in hectische omstandigheden hun werk moeten doen. Casper Meinders: ‘Bij de voorzieningen op het plein hebben we er bijvoorbeeld rekening mee gehouden dat journalisten hier graag een stand up doen, en dan een mooie achtergrond willen. De koffiebars hebben we zo ingericht dat journalisten zicht houden op hun laptop als ze even koffie gaan halen. Zo hebben we het verblijf voor alle gebruikersgroepen aangenamer proberen te maken.’ Facilicom is ook betrokken bij het PPS-project Gerechtsgebouw Breda, maar die ervaringen gaven eigenlijk nauwelijks een voorsprong. Bas Niese: ‘Elke gebruikersorganisatie is anders. Zelfs als het gaat om twee rechtbanken. Het is bepaald geen copy-paste, het gaat altijd om maatwerk, het dienstverleningsconcept moet passen als een maatpak en net zo comfortabel zitten. Dat is ons ook hier weer heel goed gelukt, met een concept dat zich ook nog eens voegt naar al die verschillende doelgroepen.’ Casper Meinders: ‘Dat heeft de opdrachtgever ook gezien. Het is daarom dat de dienstverlening ! is beoordeeld met een 9.’
fastforward! Wilde ideeën, mooie plannen en concrete initiatieven die de toekomst dichterbij brengen
>> Kritische succesfactor bij elektrisch rijden is de actieradius. Die moet minimaal 300 km zijn, is de consensus. Wachten op Tesla’s Model 3 hoeft echter niet. Eind dit jaar komt de Chevrolet Bolt op de markt, en die haalt 320 km op een volle accu. De prijsklasse is hetzelfde: de Bolt gaat in de VS met subsidie 30.000 dollar kosten. General Motors heeft laten doorschemeren dat de Bolt in Europa op de markt komt als Opel Ampera-E >> Misschien is de elektrische auto binnenkort wel ontzettend 2016. De Duitse start op Lilium werkt aan een tweepersoons vervoermiddel dat net als een helicopter verticaal kan stijgen en landen, maar zich vervolgens kan voortbewegen als een vliegtuig. Topsnelheid wordt 400 km per uur. Voor starten en landen is een open stuk van 15 bij 15 meter voldoende, het ‘helituig’ maakt bovendien geen lawaai, want hij wordt elektrisch. Belangrijk, want de uitvinders willen dat de hopper geschikt is voor de stad. Er zijn al werkende prototypes op schaal >> Al die elektriciteit moet natuurlijk groen zijn. Uruguay is daarin al een heel eind. In dit land is inmiddels 94,5 procent van alle elektriciteit afkomstig uit zon, wind, water en biomassa. Ter vergelijking: in Nederland was het aandeel hernieuwbare energie in 2015 niet meer dan 5,8 procent. Uruguay hoeft inmiddels geen elektriciteit meer van omringende landen te betrekken, maar verdient geld met de export van groene stroom. De energiesector floreert en trekt veel buitenlandse investeerders >> Ook schoon, maar dan anders: bij het Nederlandse Bundles koop je geen wasmachine of droger, maar betaal je per wasbeurt. Products-as-a-Service, zou je kunnen zeggen. De idealisten achter Bundles denken circulair. Ze keren zich tegen de ‘wegwerpapparaten’ die nu op de markt zijn en nemen op deze manier de verantwoordelijkheid voor de hoge kwaliteit van de machines. De wasmachines en drogers zijn aangesloten op internet dus je hebt altijd inzicht in je gebruik met de speciale WasApp >> Het basisinkomen wint aan momentum. Zwitserland mag plannen in die richting dan hebben weggestemd, Canada is van plan een eerdere proef op grote schaal te gaan herhalen. Het Amerikaanse Give Directly steunt al vele jaren mensen in ontwikkelingslanden door ze geen hulp te geven, maar gewoon geld. Met reden, want onderzoek wijst uit dat arme mensen die gratis geld krijgen niet achterover gaan leunen, maar juist uiterst ondernemend worden en op termijn zelfvoorzienend. De VN is dan ook een groot voorstander van deze manier van hulp. Give Directly gaat nu de ultieme GiveDirectly.org
proef doen: de organisatie garandeert 6.000 arme Kenianen minstens tien jaar een basisinkomen. Vooraanstaande wetenschappers zijn aangesloten om het experiment van dag tot dag te volgen << 2 | 2016
Facilitair!
17
18
2 | 2016
Facilitair!
USG People gaat
Totaal integraal
Een hoofdkantoor met zo’n 500 medewerkers. En een kleine 250 vestigingen in het land. USG People had voor de servicing, het onderhoud en het beheer van al die panden nog een eigen facilitaire dienst. Met de veranderende uitzendmarkt is wendbaarheid echter noodzaak. Het complete facilitair bedrijf is nu geoutsourced en gaat totaal integraal. De organisatie van de dienstverlening wordt hierdoor minder complex en het werk kan efficiënter ingericht. 2 | 2016
Facilitair!
19
W
at in 1972 in Almere begon als Unique Uitzendburo is uitgegroeid tot een van de grootste leveranciers van HR-diensten in Europa. USG People is met zo’n 4.800 medewerkers actief in Nederland, België, Duitsland en Frankrijk en was in 2015 goed voor een jaaromzet van ruim 2,5 miljard euro. Dagelijks werken er via de merken Start People, Unique, USG Professionals en Secretary Plus meer dan 100.000 mensen bij zo’n 15.000 opdrachtgevers. USG People typeert zichzelf als een club van ondernemende, hardwerkende professionals met passie voor het uitzendvak. De mens staat centraal in het bedrijf. Zoals grondlegger Alex Mulder het verwoordt: ‘Wij luisteren naar mensen en willen mensen helpen hun loopbaan verder in te richten, te laten groeien en duurzaam inzetbaar te blijven.’ Dat geldt voor de flexwerkers die het bedrijf inzet, maar het geldt net zo goed voor de eigen medewerkers. Met een ambitieus programma worden medewerkers van USG People geholpen en gestimuleerd zichzelf verder te ontwikkelen.
In één keer een grote stap zetten In de Request For Proposal (RFP) bij de recente aanbesteding van alle facilitaire diensten staat het kort en bondig omschreven: ‘USG People is ervan overtuigd dat mensen beter presteren in een omgeving waarin zij zich prettig voelen.’ De facilitaire dienstverlening kan daar natuurlijk in grote mate aan bijdragen. Die diensten werden tot voor kort met name door eigen mensen ingevuld. Ook de catering vond nog plaats in eigen beheer. Dominique Dingjan, algemeen directeur Shared Service Center (SSC) van USG People in Nederland: ‘We zaten in een bijzondere situatie. Er zullen anno 2016 inderdaad niet zo veel bedrijven meer zijn die zelfs nog een eigen kok in dienst hebben.’ Juist omdat het bedrijf nog zoveel in eigen beheer deed, kon er in één keer een grote stap worden gezet. ‘We hadden immers maar weinig afhankelijkheden.’
Naar een integraal model Dat het anders moest, was duidelijk. ‘De uitzendmarkt is sterk aan het veranderen. Een groot deel van het werk gebeurt tegenwoordig digitaal. Dat betekent dat ons netwerk van vestigingen kleiner wordt. Een eigen team
‘ALS JE IN EEN PROCES MET MEERDERE LEVERANCIERS HEBT TE MAKEN, IS HET HEEL COMPLEX OM EEN ECHT GOEDE KETEN TE ORGANISEREN’ DOMINIQUE DINGJAN:
20
2 | 2016
Facilitair!
voor het vastgoedbeheer bleek niet meer effectief, want dat vraagt om een specifieke expertise en bovendien om lokale marktkennis.’ Iets vergelijkbaars gold voor de andere facilities. ‘Wij waren niet meer zelf in staat om de systemen verder te ontwikkelen en de concepten te vernieuwen.’ Uitbesteding lag dus voor de hand. ‘We hebben Hospitality Consultants ingeschakeld om een analyse te maken van onze situatie en ons te adviseren hoe we onze facilities en het vastgoedbeheer moesten inrichten. Het was in hun ogen het beste om over te stappen op een integraal model. Als we dat goed wilden doen, moesten we die stap in één keer zetten. En omdat we een bestendige oplossing voor de toekomst wilden realiseren, was het bovendien de beste oplossing om alles te outsourcen.’
Cultural fit Schoonmaak en beveiliging waren al jaren uitbesteed. Breijer was sinds medio 2015 jaar verantwoordelijk voor het technisch onderhoud en verbouwingen. De rest gebeurde in eigen beheer. Per 1 juni zijn de 25 medewerkers die het betreft overgegaan naar Facilicom Solutions. ‘Dat is een grote stap. Het is de grootste outsourcing tot nu toe voor het SSC van USG People. Dan wil je met een organisatie in zee gaan die net zo met deze mensen omgaat zoals jezelf zou doen.’ Daar speelt in mee dat Dominique Dingjan oorspronkelijk uit de wereld van de HR komt. ‘Maar er moest ook een cultural fit zijn. Je moet erop kunnen vertrouwen dat je verder gaat met een partij aan wie je de totale facilitaire dienstverlening durft uit te besteden.’ Dat heeft ze gevonden in Facilicom. ‘We zochten een bedrijf dat
2 | 2016
Facilitair!
21
pragmatisch is, een hands on-mentaliteit heeft, transparant is en goed zorgt voor zijn mensen.’ Het spreekt haar zeer aan dat Facilicom zoveel diensten met eigen mensen invult. ‘Als je in een proces met meerdere leveranciers hebt te maken, is het heel complex om een echt goede keten te organiseren. Kun je die keten eenvoudig houden, dan heeft dat meteen zijn weerslag op de kwaliteit en daarmee op de servicebeleving.’
Vastgoedbeheer Het contract omvat naast de soft services en hard services ook het zoeken, huren, inrichten, beheren, onderhouden, verbouwen en waar nodig afstoten van panden. Facilicom doet dat werk deels in eigen beheer, deels in samenwerking met DTZ Zadelhoff, dat als partner daarin is aangezocht. Door een slimme en efficiënte invulling van het beheer en onderhoud en de combinatie van soft en hard services wordt de winst gemaakt. ‘Omdat het netwerk van vestigingen van USG People beperkter wordt, rendeert het om integraal te werk te gaan. Door functies en taken te combineren willen we voordeel behalen. Als er toch een monteur langs een vestiging moet, is het handig als hij naast het onderhoud van de airco ook even de deurklink vastmaakt, een tl-balk vervangt en de noodverlichting controleert. Dat leidt tot efficiëntie. Facilicom is ook veel beter in staat om een lange termijn onderhoudsplanning te maken en zo storingen te voorkomen. Dan ga je doeltreffender te werk en krijg je een hogere klantbeleving.’ Facilicom moet in zijn rol als vastgoedbeheerder ook snel kunnen acteren en improviseren. ‘Bij grote bedrijven leveren we niet altijd zomaar uitzendkrachten, maar nemen we soms de hele verantwoordelijkheid over voor een bepaalde bezettingsgraad. Dan richten we meestal een in housevestiging in. Vaak moet dat op heel korte termijn, en dat is dus nu de eindverantwoordelijkheid van Facilicom.’
Kunnen differentiëren USG People is een multi brand-organisatie. ‘Als Shared Services Center moeten we sterk kunnen differentiëren op de klantbehoefte die er is. Dat typeert ons bedrijf.
22
2 | 2016
Facilitair!
Het betekent dat we een hoge wendbaarheid moeten hebben in de dienstverlening. De verschillende merken hebben bijvoorbeeld eigen arbeidsvoorwaardelijke pakketten. Of andere behoeftes op het vlak van huisvesting, ook omdat ze een andere uitstraling hebben. Het is onze uitdaging om dat zo veel mogelijk te stroomlijnen en het zo slim mogelijk te doen. Dat is een continu proces. Het is ons streven om alleen te differentiëren als het nodig is voor de merkbeleving.’ Ook Facilicom moet daarin meebewegen. ‘Het is maatwerk, per merk en soms zelfs per vestiging. Een vestiging die wel mensen ontvangt, vraagt om een andere locatie, een andere inrichting, een andere facilitaire dienstverlening en ander onderhoud dan een vestiging waar dat niet gebeurt. Maar ook daarin willen we meer stroomlijning. Facilicom heeft ons meegenomen op een site visit bij Vodafone. In de winkels van de verschillende Vodafone-labels speelt hetzelfde. Daar is een goede oplossing voor gecreëerd door per label een aansluitend servicelevel aan te bieden. We weten nu wat Facilicom kan op dit vlak, en daar zijn we erg enthousiast over.’
Focus op klantwaarde Bij USG People resteert nu alleen nog een regieorganisatie van vier mensen die verantwoordelijk is voor een goede uitvoering van (onder meer) dit contract. De regie-organisatie is in nauw overleg met Facilicom ingericht: regie-organisatie en facilitaire organisatie zijn zorgvuldig aan elkaar gespiegeld. ‘We hebben optimaal gebruik gemaakt van de kennis die Facilicom daarin te bieden heeft. We wilden het meteen goed doen. Je moet niet te veel eromheen willen organiseren, dat kan je model in de weg gaan staan.’ Het contract is op 1 juni officieel ingegaan. ‘De eerste focus ligt op de continuïteit van de dienstverlening en het samen goed organiseren van de diensten. Maar ik verwacht wel dat Facilicom snel een plus gaat bieden in doelmatigheid, bedrijfsresultaat, kwaliteit, flexibiliteit en innovatie. Dat is ook vastgelegd in het contract. We willen continu blijven werken aan het doorontwikkelen van de diensten.’ Vraag daarbij is om ook nadrukkelijk te kijken naar de toegevoegde waarde van de dienstverlening. ‘Soms geef je veel geld uit aan zaken waarvan niet altijd duidelijk is wat de waarde is voor de eindgebruiker. Dat is ook een opdracht aan Facilicom: redeneer meer vanuit de klant. We moeten zaken durven loslaten als ze relatief weinig opleveren, of anders gezegd: er mag meer focus komen op diensten met een hoge klantwaarde. Daarbij helpt het om met een professionele partij te werken voor wie facilitaire dienstverlening de kernactiviteit is. Facilicom kijkt veel scherper naar wat we allemaal doen aan facilitaire dienstverlening, wat het oplevert, en of het wel goed is ingericht.’ !
Column!
Nederland gastvrij
H
orecamedewerkers in de VS zijn altijd vriendelijk tegen klanten. Logisch: ze verdienen immers maar een bescheiden uurloon en zijn daardoor erg afhankelijk van de fooien. Die zijn ook fors. Zelfs als de service ‘lousy’ is word je geacht 10 procent fooi te geven. Is de service gemiddeld, dan is 15 procent fooi de gewoonte. En bij een goede service is een fooi van 20 procent gewenst. Dat tikt aan. Bedraagt de rekening 100 dollar dan komt daar eerst nog eens belasting bij, zo’n 10 dollar, en dan nog eens de fooi. Soms betaal je dus 30 procent meer dan op de rekening staat. Maar is die vaak forse fooi dan de reden waarom ‘your host for the evening’ zo vriendelijk is? Ik vond de Amerikanen in het algemeen namelijk erg vriendelijk. Zelfs in een stad als New York zijn mensen heel aardig en ontspannen. Dat zie je ook op de snelweg. Je mag links en rechts inhalen en dat is even wennen, maar niemand rijdt te hard, snijdt je de weg af of plakt achter op je bumper. Als we lopend door een grote stad ook maar even stonden te twijfelen kwam er iemand naar ons toe om te vragen of hij ons kon helpen. Het was dan wel vakantie maar het viel me zo op dat ik het toch ging vergelijken met Nederland en meer in het bijzonder met de facilitaire dienstverlening. Dat soort vriendelijkheid zit in Nederland niet in onze natuur. Dat is jammer, want ik vond het bijzonder prettig om zo bejegend te worden.
‘OP VAKANTIE IN DE VS VIEL ME OP HOE VRIENDELIJK EN RELAXED DE AMERIKANEN ZIJN. DAAR KUNNEN WIJ NEDERLANDERS NOG WAT VAN LEREN’
Bij Facilicom zijn we een aantal jaren geleden het programma gestart om medewerkers te trainen in hostmanship. Natuurlijk, we zijn facilitaire dienstverleners dus gastvrijheid zit in onze genen, maar hostmanship gaat net een stapje verder. Met hostmanship probeer je echt in de huid van de ander te kruipen en verleen je niet alleen op een goede manier diensten, maar probeer je het iemand echt naar de zin te maken. Voor veel Amerikanen kennelijk een eigenschap waarmee ze worden geboren, maar hier in Nederland is dat veel minder gewoon. Het is de reden waarom we bij Facilicom het fenomeen hebben omarmd: hostmanship is een uitstekende manier om ons te onderscheiden. Het is misschien wel een idee om dat breder te trekken. Misschien is het hele land wel toe aan een dergelijke cultuurverandering. Nederland is een logistiek knooppunt. We willen ons profileren als kennisland. We profiteren steeds meer van de enorme stroom van toeristen uit nieuwe economieën. Dan is het wellicht ook een idee als we met zijn allen gaan proberen wat minder hoekig en direct te reageren en gewoon wat aardiger tegen elkaar zijn. Dat helpt vast ook in de logistiek, bij de export van kennis en de ontvangst van toeristen. Dus misschien is het wel een idee om daar een nationaal programma voor te starten: Nederland Gastvrij. Gastvrijheid of hostmanship is misschien een zachte waarde, maar kan veel opleveren. Het is in mijn ogen dan ook de moeite waard om daarin te investeren. ! Geert van de Laar, concerndirecteur facilitaire bedrijven Nederland
M @Geert_vd_Laar Meer blogs op www.facilitaironline.nl
2 | 2016
Facilitair!
23
FACILITAIR KENNISCENTRUM
Het succesvolle gebouw
Een prettige en gezonde werkomgeving heeft een substantiële invloed op de gezondheid, het welbevinden en de productiviteit van medewerkers. Maar welke rol spelen het gebouw en de facilitaire dienstverlening hierin? En zijn die prestaties meetbaar? Dit artikel brengt de visies van hoogleraar Hans de Jonge, universitair docent Herman Kok en Facilicom Solutions-directeur Klant & Markt Rogier Verbeek samen. Op de volgende pagina’s een prikkelende toegift van kunstenaar en innovator Daan Roosegaarde.
24
2 | 2016
Facilitair!
W
e praten nog te veel over gebouwen, zegt Rogier Verbeek. ‘Maar gebouwen hebben alleen maar als doel om mensen te huisvesten. Uiteindelijk draait het allemaal erom hoe die mensen in die gebouwen presteren en bijdragen aan het succes van hun organisatie.’ Het is echter heel lastig om de toegevoegde waarde van gebouwen aan te tonen, zegt Hans de Jonge. ‘Huisvesting valt in de categorie dissatisfiers: als het werkt hoor je niemand erover, werkt het niet, dan klaagt iedereen. Eerste functie-eis voor facility managers is dan ook dat ze een lichte aanleg tot sadomasochisme moeten hebben.’ Herman Kok: ‘Maar er is wel allerlei bewijs uit andere takken van wetenschap, bijvoorbeeld uit de omgevingspsychologie.’
Stated references Hans de Jonge: ‘Als je mensen vraagt of het gebouw goed functioneert, zul je daar geen duidelijk antwoord op krijgen. Dus ga je vragen of ze productiever zijn geworden of het werk nu beter kunen uitvoeren. De antwoorden zijn vaak zeer persoonlijk gekleurd en noemen we in de wetenschap stated preferences: een werknemer kan wel het idee hebben dat hij heel productief is, maar daar kan de organisatie een ander beeld bij hebben. Je kunt ook vragen of mensen tevreden zijn. Maar individuele tevredenheidsscores zeggen nog weinig over de mate waarin het gebouw bijdraagt aan de productiviteit van de organisatie.’
Healing environment Herman Kok ergerde zich er zo aan dat het in de facilitaire dienstverlening vrijwel altijd over kosten ging en maar zelden over opbrengsten, dat hij er onderzoek naar is gaan doen en erop is gepromoveerd. ‘In de wereld van FM was daar een jaar of zeven geleden nog nauwelijks literatuur over te vinden. Maar wel in andere vakgebieden. In de retail, de health care en het onderwijs is het heel gebruikelijk om naar dat soort factoren te kijken en ze te meten. Een winkel kan klanten naar binnen lokken en tot kopen aanzetten als mensen positief worden geprikkeld met de juiste kleuren en geuren en de goede muziek. Een ziekenhuis kan de genezing van patiënten bevorderen met een goede healing environment: schone kamers, frisse lucht, goed eten, uitzicht op groen. Een school kan de prestaties van studenten bevorderen door een goede leeromgeving te creëren. Dat zijn allemaal zaken die heel dicht bij FM liggen.’
2 | 2016
Facilitair!
25
Hans de Jonge Hans de Jonge is hoogleraar aan de TU Delft in real estate management & development en is directievoorzitter van de Brink Groep, een bedrijf dat opdrachtgevers ondersteunt bij bouw, huisvesting en vastgoedopgaven. De Jonge is ook oprichter en bestuursvoorzitter van het Center for People and Buildings, een kenniscentrum dat zich richt op de relatie tussen mens, werk en werkomgeving.
Herman Kok Herman Kok promoveerde in 2015 op de vraag hoe FM kan bijdragen aan de onderwijsprestaties van Nederlandse hogescholen. Hij is assistant professor facility, health and innovation management aan de Wageningen University, doceert ook in het buitenland en is als adviseur actief op het gebied van facility management-innovatie met zijn bedrijf Demand Academy.
Rogier Verbeek Rogier Verbeek is directeur Klant & Markt bij Facilicom Solutions, de divisie van Facilicom waar facility management, soft en hard services zijn samengebracht om zo totaal integrale dienstverleningsconcepten te kunnen ontwikkelen. Rogier Verbeek is onder andere lid het college van deskundigen van de Dutch Green Building Council, lid van diverse vak verenigingen en heeft zitting in meerdere beroepenveldcommissies van onderwijsinstellingen.
Schone omgeving motiveert Herman Kok is in 2015 gepromoveerd op een onderzoek bij achttien HBO-instellingen. Maar liefst 2.000 docenten gaven in een online enquête hun mening over veertig facetten van de onderwijsomgeving. Vervolgens is hij gaan kijken of er een verband is aan te tonen tussen de kwaliteitsbeleving van facilities en de studieprestaties van de instellingen. ‘Ik had verwacht dat het klaslokaal erg zou tellen, de AV-middelen, het binnenklimaat. Dat draagt inderdaad allemaal bij, maar het sterkste effect vond ik voor schoonmaak. De schoonmaakbeleving blijkt de beste voorspeller te zijn van studieprestaties. Dat is ook wel te verklaren. Een schone omgeving motiveert, trekt aan en maakt dat docenten en studenten het verblijf als prettig ervaren. Docenten zien een schone omgeving bovendien als een waardering van de organisatie en worden daardoor dus gestimuleerd.’
26
2 | 2016
Facilitair!
Arbeidsproductiviteit meten Een winkel wil verkopen. Een ziekenhuis genezen. Een school gediplomeerde studenten afleveren. Allemaal heldere en goed meetbare doelen. Herman Kok: ‘Arbeidsproductiviteit meten is echter een stuk minder eenvoudig.’ Hans de Jonge: ‘In een fabriek lukt dat misschien nog wel, maar in een dienstverlenende omgeving is dat heel moeilijk.’ Toch heeft hij zelf jaren geleden een lijst gemaakt van de factoren in huisvesting die een toegevoegde waarde bieden. ‘Die uitgangspunten hebben we bijvoorbeeld gebruikt bij de inrichting van de High Tech Campus in Eindhoven. Doel was om innovatie mogelijk te maken en samenwerking te bevorderen. Dat is gelukt. ’
High Tech Campus Bij de High Tech Campus heeft Hans de Jonge met zijn Brink Groep aan werkelijk alle knoppen mogen draaien. Het bedrijf was niet alleen betrokken bij het tot stand brengen van het gebied en de gebouwen, maar ook bij het inrichten van de soft services. ‘We hebben gekeken naar alle aspecten die van invloed konden zijn op het doel dat was gesteld.’ Dat is precies waar het schuurt, zegt Rogier Verbeek. ‘Iedereen weet zo langzamerhand wel wat er nodig is om werkomgevingen beter te laten presteren en te laten bijdragen aan het succes van organisaties, maar door de schotten tussen vastgoedeigenaren, beheerders, gebruikers en dienstverleners blijft het moeilijk echt successen te boeken. Misschien moeten we de keten wel opnieuw gaan inrichten.’
Integratie in de keten Daar past overigens wel een nuancering, vindt Hans de Jonge. ‘Organisaties worden succesvol omdat ze goede dingen doen, goed worden geleid en goede en gemotiveerde mensen hebben. Gebouwen kunnen daar een katalysator in zijn. Maar je kunt niet een slecht functionerende organisatie met een goed gebouw ombuigen tot een goed functionerende organisatie.’ Door het statische karakter van een gebouw en steeds sneller veranderende organisaties is het lastig om het gebouw duurzaam tot die katalysator te maken, stelt Rogier Verbeek. ‘We werken nu meestal met bestaande gebouwen en passen daar een gebruiker in. Als je bij nul zou beginnen, zou je misschien wel tot iets heel anders komen. Kijk naar de tiny house-movement, huizen die op maat rond de gebruiker worden gebouwd en makkelijk zijn aan te passen. Zo zou je eigenlijk ook een pand en de dienstverlening in dat pand om een organisatie heen moeten bouwen.’
FM als liaison Rogier Verbeek ziet een belangrijke rol voor facilitaire dienstverleners. ‘Met Facilicom Solutions hebben we facility management, soft en hard services en dus eigenlijk gebouw en gebruik al samengebracht. Dat stelt ons heel goed in staat om de eindgebruiker integraal te bedienen en echt toegevoegde waarde te leveren. De samenwerking met vastgoedeigenaren en beheerders wordt daarbij steeds intensiever, maar om nog betere resultaten voor klanten te boeken is het nodig om een stap verder te gaan. Ik zie facility management als een liaison daarin, een verbindingsofficier die partijen bij elkaar kan brengen om beter presterende werkomgevingen te creëren. De bedrijfsvoering in de sector is nog te vaak gestoeld op oude businessmodellen. Er wordt nu gelukkig wel disruptief naar gekeken, maar dat wordt gedreven door leegstand, of door de vraag naar duurzaamheid. Het komt niet intrinsiek voort uit een drang om die eindgebruiker te helpen succesvol te zijn.’
Het recht op schoonheid
Evidence based FM Alle partijen kunnen hun voordeel doen met een integraal denken en werken door de hele keten, denkt Rogier Verbeek. ‘Kijk naar de eindgebruiker, kijk wat hij nodig heeft, en richt daar de keten op in. Dat kan ook. Maak het onderdeel van aanbestedingen. Neem het op in het contract. Maak het deel van de managementrapportage.’ Dan kan het helpen, zegt Herman Kok, als de sector gaat proberen bewijslast te leveren. ‘Facilitaire dienstverlening kan positief bijdragen aan gedrag en dus prestaties van medewerkers, en daarmee aan het succes van organisaties. Maar kijk daarbij niet alleen naar gastvrijheidsbeleving of klanttevredenheid, want dat is onderbuik-FM. Dat is ook belangrijk, maar richt het vizier eveneens op de output. Kijk naar de prestaties van eindgebruikers, probeer daar slim in te acteren en zorg ervoor dat je kunt aantonen dat het effect heeft. Anders gezegd: het is tijd dat we evidence based FM gaan leveren.’ !
daan Roosegaarde
Het Facilitair Kenniscentrum vond plaats op 23 juni in De Kunsthal in Rotterdam.
Lees meer Facilitair! publiceerde eerder het artikel ‘Gezonde gebouwen werken beter’. Het artikel is nog steeds actueel en te vinden op facilitaironline.nl. Handig: het artikel geeft negen concrete tips hoe een gebouw, of toch in ieder geval het gebruik van een gebouw, gezonder te maken. Het artikel is destijds geschreven naar aanleiding van het verschijnen van Health, Wellbeing & Productivity in Offices van de World Green Building Council. Deze meta-analyse toont met harde cijfers aan dat een prettige en gezonde werkomgeving een substantiële invloed heeft op de gezondheid, het welbevinden en de productiviteit van medewerkers. Ook dit rapport is te lezen of te downloaden via facilitaironline.nl
2 | 2016
Facilitair!
27
het recht op
schoonheid Als alle conventionele oplossingen zijn uitgeprobeerd, wordt het tijd om nieuwe verten te verkennen. Als er één Nederlander is die daar dagelijks mee bezig is, dan is het wel Daan Roosegaarde. De bevlogen kunstenaar en innovater heeft recent bij de VN aangeklopt omdat hij vindt dat er een recht op schoonheid moet komen voor iedereen. Een recht dat ook richtinggevend kan zijn bij het realiseren en faciliteren van werkplekken.
N ‘
iemand heeft mij twee jaar geleden opgebeld omdat hij een smogvrije toren wilde. Nu is hij er en wil elke stad zo’n toren, ik heb heel wat burgemeesters aan de lijn gehad de afgelopen weken. Er zit een gat tussen wat de wereld vraagt en wat de wereld nodig heeft. En dat gat gaat over dromen, maar ook over entrepeneurschap, over innoveren. Je kunt in elke sector de bestaande processen nog wel wat verder optimaliseren, maar daar is de rek zo langzamerhand uit. Wil je verder, dan moet je in iets nieuws investeren. Dat is lastig, want nieuw is anders en je kunt dan niet voorspellen waar je precies zult uitkomen.’
Nieuwe allianties aangaan ‘Sommige van onze opdrachtgevers vinden onze ideeën interessant, voelen dat het belangrijk is, en willen daarom investeren. Maar dat is eerlijk gezegd maar een klein groepje. De meeste opdrachtgevers worden gedreven door wanhoop. Ze hebben alle conventionele oplossingen al geprobeerd, maar niets werkt. Mensen gaan klagen, media springen er op in, dus ze moeten iets. Dat is de belangrijkste reden waarom ze bellen: ze weten niet meer hoe ze verder moeten, dus staan ze open voor iets nieuws. Het is denk ik kenmerkend voor deze tijd: veel oude oplossingen werken niet meer. Dat zie je op heel veel terreinen. Dus moet je nieuwe allianties aangaan.’
Uit je vakgebied stappen ‘Het is altijd moeilijk om te innoveren in de bestaande business, want die staat onder druk. Dus moet je waarde toevoegen om innovatief werken te kunnen verantwoorden. Een paar jaar geleden dacht niemand na over licht-
Kunstenaar en innovator Daan Roosegaarde heeft wereldfaam verworven met zijn interactieve ontwerpen waarin de dynamische relatie tussen mensen, technologie en ruimte wordt verkend. De kunstenaar die ook een master heeft in architectuur timmert sinds 2007 stevig aan de weg met zijn Studio Roosegaarde. Hij grossiert in revolutionaire projecten die technologie zichtbaar maken of de wereld beter maken, maar altijd ook vrolijk stemmen. Het World Economic Forum benoemde hem tot Young Global Leader, Forbes riep hem uit tot creative change maker en Trouw zet hem steevast bovenaan in de Duurzame Top 100 als meest invloedrijke groene leider, om maar een paar referenties te noemen. Studio Roosegaarde huist in Rotterdam maar heeft een hub in Shanghai, want de vernieuwende ideeën zijn erg gewild in China.
28
2 | 2016
Facilitair!
gevende fietspaden. Fietspaden moeten gewoon goedkoop zijn. Maar als je er waarde aan toevoegt door zo’n fietspad bijvoorbeeld te koppelen aan Van Gogh en cultuur, je zorgt ervoor dat het een trekpleister wordt en je maakt het energieneutraal, dan stap je uit het vakgebied. Dan zijn de kosten wel hoger, maar het levert ook veel op. Het is niet meer een gewoon fietspad, het heeft een belangrijke extra waarde gekregen.’
Vooruit kijken ‘Ik heb een paraplu met een chip en een lampje erin. De paraplu weet of het binnenkort gaat regenen, en licht dan blauw op. Dan weet ik als ik de deur uitga: er komt regen aan dus ik kan maar beter die paraplu meenemen. Een simpel voorbeeld hoe het Internet of Things zich gaat versmelten met onze wereld. In 2030 zijn er naar verwachting 50 biljoen objecten met elkaar verbonden. Dus die koppelingen komen er. Dat weten we ook allemaal. Nog vrijwel niemand pakt het echt op, maar dat gaat natuurlijk wel gebeuren. Daar moeten we op gaan inspelen. Want als je niet vooruit kijkt, ben je niet toekomstbestendig. En dan kan het heel hard gaan in deze wereld.’
Toegevoegde waarde leveren ‘De robotisering gaat de hele maakindustrie veranderen. Daar moeten we voor oppassen. Maar dat kan ook heel veel nieuwe ontwikkelingen, nieuwe bewegingen, nieuwe ervaringen en nieuwe emoties opleveren. We moeten niet blijven hangen in angst voor het nieuwe. Het World Economic Forum heeft een top 10 gemaakt van skills die de mens in 2020 nodig heeft. Op drie staat creativiteit, op twee kritisch nadenken, op een het oplossen van complexe problemen. Allemaal eigenschappen waar een machine of een robot heel slecht in is. Daar moet je op inzetten. Want dan kun je, met behulp van die machines, toegevoegde waarde leveren.’
Informatie smart maken ‘Met de smart highway die wij hebben ontwikkeld krijg je alleen informatie als het nodig is. IJskristallen op het wegdek lichten op als het inderdaad glad dreigt te gaan worden. Hoe is dat nu? Nu staan er borden langs de weg dat het hier wel eens glad kan zijn. Maar wat heb ik aan zo’n bord in de zomer? Niemand ziet dat ook meer. Maak het interactief, kijk of de lage temperaturen automatisch zulke oplichtende ijskristallen kunnen genereren, en koppel dat. Dan maak je die informatie smart, geef je alleen informatie als het nodig is en gaan mensen er weer op letten. Het maakt de omgeving ook een stuk rustiger, je krijgt veel minder ruis.’
Recht op een goede leefomgeving ‘Een half jaar geleden realiseerde ik me dat schoonheid de gezamenlijke noemer is bij alle projecten van Studio Roosegaarde.
Schone lucht, schoon water, schone energie, een schone leefomgeving, maar ook de schoonheid van dat mooie schilderij dat je de adem beneemt en je verder doet kijken dan wat je denkt dat er is. We zijn nu met de VN bezig om het recht op schoonheid in het leven te roepen. We hebben gewoon aangeklopt en de VN blijkt daarvoor open te staan. We hebben het recht op gelijke behandeling, op een nationaliteit, op werk en bijvoorbeeld op mobiliteit, maar we hebben in mijn ogen ook recht op een goede leefomgeving.’
Een andere manier van denken ‘Dat recht op schoonheid kun je ook toepassen op de werkomgeving. Ik zou zeggen: ga het uitproberen. Ga kijken hoe de omgeving de prestaties van mensen en het succes van een organisatie kan beïnvloeden. We maken voor alles plannen en systemen, willen alles kunnen verantwoorden, maar zijn ondertussen het gevoel voor uitproberen, voor experimenteren kwijtgeraakt. Begin een pilot met een beperkt budget, zet een hek eromheen en geef het een deadline. Dat is erg inspirerend, het voedt ook het DNA van je bedrijf. Je legt de voedingsbodem voor een andere manier van denken.’
Het lef om iets nieuws te beginnen ‘Je kunt allerlei processen starten om het ziekteverzuim met enkele tienden van procenten terug te dringen, je kunt ook een inspirerende omgeving creëren met leuke en vernieuwende projecten waardoor mensen zich veel prettiger gaan voelen en zich veel minder vaak ziek zullen melden. Misschien ben ik wat naïef, maar daar geloof ik echt in. Ik geloof in innovatie omdat het de wereld beter maakt. Maar dat vraagt om durf, om lef. Daar ben ik misschien nog wel het meest mee bezig. Ideeën heb ik voldoende. De technieken zijn er vaak wel. Dan begint het zoeken naar mensen die de durf en het lef hebben om iets nieuws te beginnen, om het anders te gaan doen.’ !
Op de site van Studio Roosegaarde zijn video-explainers te vinden van alle grote projecten die aan het brein van de kunstenaar en innovator zijn ontsproten. Leuk, leerzaam en inspirerend. Kijk op studioroosegaarde.net
2 | 2016
Facilitair!
29
Whatsupp! Leuke gadgets, handige apps en meer
MOBILITEIT
ÜBERHIPPE E-BIKE
Z TV-SERIE BOSS
ZEKER ZO GOED ALS HOUSE OF CARDS
V
eel minder bekend dan House of Cards, maar erg vergelijkbaar en zeker zo goed: Boss. Hier speelt Kelsey Grammer de doortrapte politicus. Politici, ondernemers, vrienden, kennissen en zelfs gezinsleden zijn niet meer dan pionnen in het spel dat hij speelt. Shakespeare-fan Grammer, die de serie ook produceerde, is bij ons vooral bekend als de wat sullige psychiater in Cheers en spin off Frasier. In Boss speelt hij de sterren van de hemel als een meedogenloze manipulator met een progressieve ziekte die hij verborgen probeert te houden. De tweede reeks is wat minder en betekende helaas ook het (wat abrupte) einde van Boss, maar toch scoort de serie bij IMDB een 8,1. Op Netflix en dvd. !
e komen eraan: de überhippe e-bikes. Met motor en accu zo subtiel weggewerkt dat je relaxed een heuveltje kunt nemen zonder dat iemand ziet dat de techniek een deel van het werk doet. Dit voorjaar introduceerde het Nederlandse Van Moof zijn Electrified S. De Tesla onder de elektrische fietsen, noemde een blog hem al, en dat hoort de producent natuurlijk graag. De Electrified S is net een gewone Van Moof, ook in gewicht: hij weegt 18,4 kilo. Actieradius is 50 tot 120 km. De S heeft 3G en GPS en met de speciale Van Moof-app is je fiets helemaal connected. Is hij gestolen, dan vertelt de app waar de fiets staat of rijdt. Ook net als Tesla: de S bestaat wel maar is pas vanaf 28 september leverbaar. Snelle beslissers betalen ‘maar’ 2.500 euro. Straks kost überhip e-biken met een Van Moof je 3.000 euro. Meer info: vanmoof.com !
ONLINE STUDEREN
EINDELIJK NAAR YALE
W
ijzer worden wordt wel heel makkelijk met Coursera. Deze site stelt cursussen beschikbaar afkomstig van de beste universiteiten ter wereld, zoals Yale, Stanford en de École Polytechnique. Coursera werkt met mooc’s, de ‘massive open online courses’ die zelfs op reguliere universiteiten steeds populairder worden om studenten voor te bereiden op colleges. De meeste modules beslaan een paar weken en kosten 69 dollar of zijn zelfs gratis. Voertaal is Engels. De cursussen bestaan uit videocolleges, interactieve quizzen en peer assessments en je gaat pas verder als je de materie echt onder de knie hebt. Leuk: als student kun je op het eind ook je docent punten geven. Kijk op coursera.org of download de app. !
30
2 | 2016
Facilitair!
LEZEN
ONTSPULLEN
H
BATTERIJ MET WIFI
HEEL SLIMME ROOKMELDER
S
limme rookmelders zijn handig, maar ook peperduur: een Nest Protect maakt je 119 euro armer. De batterij van Roost maakt oude rookmelders op eenvoudige wijze smart. De 9 volts- batterij levert namelijk niet alleen stroom, maar beschikt ook over wifi. En is via de gratis app eenvoudig in je netwerk op te nemen. Vanaf dat moment krijg je overal waar je bent een melding op je smartphone bij rook in je huis. De melding is bij vakantie eenvoudig door te sluizen naar de smartphone van een ander. De batterij is helaas niet herlaadbaar, maar gaat volgens de maker vijf jaar mee. De Belgische uitvinding kost slechts 35 dollar. Dat is dus niet zomaar slim, dat is heel ! slim. Kijk op getroost.com
WONEN
WIKKELHOUSE
W
onen in een kartonnen doos krijgt een nieuwe betekenis met het Nederlandse Wikkelhouse. Een soort tiny house dat vooral bestaat uit gewikkeld karton, afgewerkt met hout. Een Wikkelhouse is zo licht dat er geen fundament nodig is. Het kan dus zo in de tuin worden geplaatst. Of op het platte dak. In een bos. Op de camping. Of zelfs op een boot. En wie het uitzicht beu is, kan het huis eenvoudig verplaatsen. Een Wikkelhouse is drie keer duurzamer dan een traditioneel huis, volledig te recyclen, bijzonder goed geïsoleerd en gaat 100 jaar mee, stelt producent Fiction Factory. De modules waaruit elk huisje bestaat zijn eindeloos te koppelen. Een compact Wikkelhouse met keuken, badkamer en toilet kost 80.000 euro, een prijs die vergelijkbaar is met andere kant-en-klare tiny houses. Kijk voor een leuk filmpje op ! wikkelhouse.com
et zijn de spullen. Dat zijn de grootste boosdoeners als het gaat om de milieu-impact die consumenten veroorzaken met hun gedrag. De uitkomst is verrassend en komt uit een hoogst origineel boek: De verborgen impact van Babette Porcelijn. De industrieel ontwerpster stelde alle moeilijke vragen die ze kon bedenken op milieugebied aan tientallen deskundigen. De lezer valt, met de schrijfster, van de ene verbazig in de andere. Zo is vlees de nummer twee van alle boosdoeners, wonen de nummer drie en komt de auto pas op de vierde plaats. De schrijfster toont zelfs aan dat het vaak helemaal niet goed is om een benzine-auto te vervangen door een elektrische. De verborgen impact kost in de papieren versie 22,50 euro maar als e-book slechts 15,00 euro. Kijk ook op thinkbigactnow.nl !
MINIVAKANTIE
VUURTORENEILAND
E
ten op een vuurtoreneiland. Met een ticket dat je lang van te voren moet reserveren. En een boot die er soms wel een uur over doet om je af te leveren. Zonder de mogelijkheid om het eiland af te gaan op het moment dat jij dat wilt. Dat klinkt niet erg aantrekkelijk, maar dat is het wel. Het Vuurtoreneiland ligt in het IJ, net buiten Durgerdam, de boot vertrekt vanaf het Lloyd Hotel in Amsterdam. Het eten is puur, ambachtelijk en lokaal. De recensies zijn wisselend, maar iedere bezoeker is laaiend enthousiast over de locatie: IENS geeft een 7,5 voor het eten en een 9,5 voor het decor. Het Vuurtoreneiland noemt het zelf dan ook geen gewone avond uit maar ‘meer een avontuurlijke minivakantie’. Een heel betaalbare vakantie: een ticket kost 55 euro voor overtocht en diner, inclusief hapjes op de boot. Alleen de drank moet je dan nog extra afrekenen. ! Warme kleren mee!
2 | 2016
Facilitair!
31
32
2 | 2016
Facilitair!
De wereld van de cybercriminaliteit professionaliseert in hoog tempo. Er zijn tegenwoordig zelfs websites waar criminelen simpelweg de softwarecomponenten kunnen bestellen die ze nodig hebben voor hun digitale inbraken: Cybercrime-as-a-Service. Ook het niveau van dienstverlening stijgt: er zijn ransomware-bendes die over een helpdesk beschikken voor bedrijven die hebben betaald maar hun computersysteem niet opnieuw aan de praat krijgen.
CYBERCRIMEAS-ASERVICE 2 | 2016
Facilitair!
33
H
et is de grootste vrees van banken en waarschijnlijk ook overheden: een great bank robbery, maar dan digitaal. In 2015 kwam het Russische beveiligingsbedrijf Kaspersky met de onthulling dat de Cabernak-bende misschien wel 1 miljard dollar buit had gemaakt door in te breken bij een reeks van banken. Begin dit jaar slaagden cybercriminelen erin om een bank in Bangladesh digitaal binnen te dringen. Alleen omdat de overvallers een tikfout maakten bleef de buit beperkt: ze wisten geen 840 miljoen dollar weg te sluizen, maar ‘slechts’ 72 miljoen. De daders zijn spoorloos. Maar daarmee is het verhaal nog niet afgelopen. Volgens de Britse defensiespecialist BAE Systems zijn de bankrovers erin geslaagd om bij dezelfde hack ook in te breken in Swift, het wereldwijde elektronische netwerk waarmee ruim 11.000 banken hun onderlinge transacties afwikkelen. De organisatie achter Swift ontkende eerst dat de systemen in gevaar zijn geweest, maar heeft later moeten toegeven dat hun netwerk inderdaad is geïnfiltreerd. Het gerucht wil dat er op deze manier onder andere een Amerikaanse bank is beroofd.
Criminele diensten op maat De wereld van de cybercrime professionaliseert in hoog tempo. Het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC), onderdeel van het ministerie van Veiligheid en Justitie, waarschuwt er omstandig voor in zijn laatste rapport. ‘Een crimineel heeft al lang geen digitale vaardigheden meer nodig om digitale aanvallen uit te voeren.’ Ze kunnen namelijk terecht bij andere criminelen die diensten op maat leveren. ‘Deze zogenoemde cybercrime-as-a-service blijft zich verder ontwikkelen en professionaliseren. Het is daarom voorstelbaar dat het aantal digitale aanvallen door criminelen niet alleen in omvang, maar ook in diversiteit zal toenemen.’ Cybercriminelen worden ook steeds inventiever in het kiezen van hun buit. In de VS is de database van zorgverzeke-
Het actuele dreigingsbeeld Het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC) is onderdeel van de Directie Cyber Security van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Het NCSC De robot de baas geldt als het centrale meld- en informatiepunt voor dreigingen en incidenten op het gebied van ICT. De toekomst van werk in
het tweede machinetijdperk
Robert Went, Monique Kremer & André Knottnerus (red.)
Het rapport dat in het artikel wordt geciteerd heeft als titel ‘Cybersecuritybeeld Nederland 2015’ en is te downloaden op facilitaironline.nl
34
2 | 2016
Facilitair!
© ANP ROBIN VAN LONKHUIJSEN
raars gehackt, waarschijnlijk om met de persoonsgegevens van de verzekerden financiële fraude en zorgverzekeringsfraude te plegen. Ook wisten hackers toegang te krijgen tot data uit de farmaceutische sector, informatie waarmee ze konden voorspellen hoe de beurskoersen van de beroofde bedrijven zich naar alle waarschijnlijkheid zouden ontwikkelen. Helaas zijn er niet echt harde feiten over de omvang en de groei van cybercriminaliteit. Veel digitale criminaliteit blijft waarschijnlijk onontdekt, bovendien doen veel bedrijven en organisaties geen aangifte want dat kan slecht zijn voor het imago. In Nederland moet de meldplicht datalekken daar verandering in brengen: bedrijven en overheden zijn sinds begin 2016 verplicht elk ernstig datalek waarbij persoonsgegevens zijn betrokken direct te melden bij de Autoriteit Persoonsgegevens. Deskundigen hopen dat de meldplicht zal leiden tot meer IT-security awareness bij bedrijven. Dat is nodig, want de overheid wil dat handelsnatie Nederland een veilige, open en stabiele informatiesamenleving is. In de woorden van staatssecretaris Dijkhoff: ‘Digitale veiligheid, en dus veilig en ongestoord gebruik kunnen maken van ICTmogelijkheden, is een randvoorwaarde voor het goed functioneren van de samenleving en dus onze toekomst.’
Steeds afhankelijker van ICT Uitval is geen optie meer, schrijft het NCSC in zijn rapport. We zijn namelijk steeds afhankelijker van ICT-systemen, ook voor de ondersteuning van maatschappelijke processen. Als de computers van ProRail vastlopen, kunnen vaak tienduizenden reizigers geen kant meer op. Toen in 2008 de ICT in de tunnels van de Limburgse A73 faalde, moest het verkeer maandenlang weer over die oude en gevaarlijke rijkswegen. Eerder dit jaar ging het mis bij de Ketheltunnel in de A4 (foto). Daar waren het kinderziektes waardoor de tunnel tijdelijk niet kon worden gebruikt. Maar het geeft wel aan hoe belangrijk het is dat ICT-systemen goed functioneren. En dus ook goed zijn beveiligd tegen hackers en (D)DoS-aanvallen. ING, ABN Amro, SNS, KLM, NS en DigiD kunnen erover meepraten: ze moesten in 2013 allemaal toezien hun systemen werden platgelegd door zo’n aanval. In augustus 2015 was Ziggo tot twee keer toe slachtoffer en zaten meer dan 3 miljoen mensen een avond lang zonder tv, internet en telefoon. Cybercrime komt daarmee steeds dichterbij. Want met het Internet of Things worden ook dagelijkse processen bij consumenten kwetsbaar, zoals bijvoorbeeld bezitters van een Mitsubishi Outlander recent konden ervaren. De auto heeft een eigen wifi-netwerk, maar dat was zo slecht beveiligd dat criminelen er makkelijk op konden inbreken en zo, onder meer, het alarmsysteem van de auto konden uitschakelen.
Een op de vier bedrijven ‘Grote Nederlandse bedrijven zoals banken, verzekeraars en telecombedrijven hebben inmiddels allemaal cyber security-programma’s en een security operations center waar ze hun technische systemen continu monitoren,’ zegt Petra Oldengarm, manager van de unit cyber security van Hoffmann Bedrijfsrecherche. Dat blijkt ook wel: Nederlandse bedrijven en organisaties zijn bijvoorbeeld steeds beter in staat om (D)DoS-aanvallen af te slaan. ‘Criminelen zullen zich dus eerder richten op de bedrijven die wel kwetsbaar zijn. En bij die bedrijven staat ICT-beveiliging soms helemaal niet op de agenda.’ Hoffmann heeft er recent onderzoek naar laten doen. Bij slechts 16 procent van de middelgrote en grote organisaties leeft het onderwerp informatiebeveiliging daadwerkelijk. Dat terwijl het ook voor deze bedrijven wel degelijk actueel moet zijn. Uit hetzelfde onderzoek blijkt namelijk dat ongeveer een kwart van de ondervraagde bedrijven in de afgelopen twee jaar te maken heeft gehad met een cybercrime-incident. Het is wel opvallend dat bijna geen enkele getroffen organisatie na zo’n incident structurele maatregelen heeft genomen om herhaling te voorkomen. Petra Oldengarm: ‘Wij vragen organisaties altijd wat hun kroonjuwelen zijn. Vaak blijft
Trends in risk cyber security Een verslag van het onderzoek dat Hoffmann recent heeft laten uitvoeren over cybercrime in Nederland is te lezen in de laatste editie van Hoffmann Statistiek. Hoffmann Statistiek is te downloaden op facilitaironline.nl of op te vragen via
[email protected]
Factsheets ICT-dreigingen De NCSC publiceert met regelmaat factsheets over actuele ICT-dreigingen en geeft concrete tips hoe bedrijven zich tegen deze dreigingen kunnen beschermen. Stuk voor stuk must reads voor iedereen die bezig is met IT-beveiliging. Er zijn inmiddels al meer dan vijftig van dergelijke fact sheets beschikbaar.
De factsheets ICT-dreigingen zijn gratis te downloaden op: www.ncsc.nl/actueel/factsheets
2 | 2016
Facilitair!
35
Drie jaar geleden publiceerde Facilitair! in het artikel ‘Laat je hacken (maar dan legaal)’ over de dertien belangrijkste
het dan stil. Bedrijven zijn erg gericht op hun producten en diensten en de verkoop daarvan, informatie zien ze als iets dat niet belangrijk is, dat alleen nodig is voor de ondersteuning. Maar voor cybercriminelen is juist de informatie van een bedrijf heel waardevol.’ Dan gaat het zeker niet alleen om waardevolle onderzoeksresultaten of uitvindingen. ‘Ook een klantenbestand kan cruciale informatie zijn. Wat ook voorkomt: dat hackers in de administratie IBAN-nummers aanpassen, zodat bij de eerstvolgende betaalbatch grote sommen geld naar criminele rekeningen worden overgeschreven. Zie het geld dan maar eens terug te halen, je hebt het immers zelf overgeboekt.’
kwetsbaarheden in de IT van veel organisaties. Ze zijn nog steeds actueel. De tips zijn terug te lezen op facilitaironline.nl
Ransomware De kwetsbaarheden zijn eigenlijk nog steeds hetzelfde: mensen maken zwakke wachtwoorden aan, bedrijven werken met verouderde software, servers zijn niet goed beveiligd, systemen zijn niet gecompartimenteerd en er is geen (goede) back up van het systeem en de bestanden. Ook de meest gebruikte methode om binnen te komen is niet veranderd: via een (spear) phishing mail. ‘De kwaliteit van de phishingteksten is steeds beter geworden,’ constateert het NCSC in zijn rapportage.
‘Het is gebruikers bijna niet meer kwalijk te nemen dat ze hierin trappen.’ Petra Oldengarm adviseert bedrijven om niet alleen systemen te compartimenteren en een goede back up te maken, maar ook de ICT-infrastructuur ‘forensic ready’ te maken. ‘Als je ervoor zorgt dat het systeem wordt gemonitord en dat er goede loggingbestanden worden aangelegd, dan is bij een cyberincident beter te achterhalen wat er precies is gebeurd. Dat bespoedigt het herstel van de systemen en geeft meer zekerheid dat het incident daadwerkelijk is verholpen.’ Maar zover zijn de meeste bedrijven voorlopig nog niet. ‘Ze zijn vaak nog niet eens begonnen met het maken van een risico-inventarisatie of het laten uitvoeren van een penetratietest, twee stappen op weg naar digitale veiligheid.’
Helpdesk Als een bedrijf in paniek opbelt omdat ze te maken hebben met ransomware of cryptoware, malware waarbij alle data worden versleuteld, adviseert Hoffmann soms om toch maar te betalen. ‘Zeker als er geen actuele back up is en er voor de organisatie zeer cruciale bestanden zijn versleuteld. Het gaat meestal om kleine bedragen, rond de 250 euro, als je tenminste meteen betaalt. Ik weet het, de overheid raadt betalen af, met als argument dat je niet zeker weet of het systeem na betaling weer wordt vrijgegeven. Maar ik denk daar toch iets genuanceerder over. Het is het businessmodel van veel van deze criminelen om bij veel bedrijven kleine bedragen op te halen. Als ze niet doen wat ze beloven krijgen ze een slechte naam en droogt hun inkomstenstroom op.’ Het dienstverleningsniveau van deze criminelen is daar tegenwoordig ook naar. Petra Oldengarm: ‘Bij een klein bedrijf dat wij hebben geholpen ging na betaling het ontsleutelen mis. Toen bleek er zelfs een helpdesk te zijn waarmee de systeembeheerder kon chatten. Hij werd fantastisch geholpen: uiteindelijk kreeg hij nieuwe software geleverd om de ransomware eraf te halen.‘ Een waarschuwing is wel op zijn plaats: ‘Na het betalen van losgeld moeten wel de ICT-systemen worden doorgelicht op eventuele achtergebleven malware. Ook is het verstandig om te kijken of
Petra Oldengarm Hoffmann Bedrijfsrecherche is al jaren actief in de informatiebeveiliging, en heeft daar nu zelfs een speciale business unit voor. Petra Oldengarm, die sinds een half jaar leiding geeft aan deze unit, studeerde technische informatica aan de Rijksuniversiteit Groningen, was als innovationteam manager bij KPN Research verantwoordelijk voor het ontwikkelen van internetdiensten, heeft op het ministerie van Binnenlandse Zaken leiding gegeven aan een team van analisten en beleidsmedewerkers op het gebied van openbare orde en veiligheid en cyber security, en was als IT-manager bij ECN (Energieonderzoek Centrum Nederland) en NRG (Nuclear Research & Consultancy Group) onder meer verantwoordelijk voor de informatiebeveiliging op deze high risk-locatie.
36
2 | 2016
Facilitair!
Cyber Maturity Scan Organisaties vinden het kennlijk lastig om de juiste maatregelen te nemen tegen cyber crime. Daarom heeft Hoffmann recent Cyber Maturity Scan geïntroduceerd. De scan geeft een organisatie snel inzicht in zijn ‘volwassenheid’ als het gaat om informatiebeveiliging, en kijkt daarbij niet alleen naar de techniek, maar ook naar beleid, processen, gedrag en cultuur. De Cyber Maturity Scan is te beschouwen als een nulmeting. Meer informatie op hoffmannbv.nl
de systemen echt up to date zijn en alle patches zijn geïnstalleerd. Verouderde ICT systemen zijn aanzienlijk kwetsbaarder bij dit soort aanvallen.’
Uitval is geen optie Cybercriminaliteit wordt steeds bedreigender, want we zijn almaar afhankelijker van de computer. Of zoals de NCSC schrijft: ‘Wanneer ICT-systemen voor de ondersteuning van maatschappelijke processen niet beschikbaar zijn, is er in een groeiend aantal gevallen geen analoog alternatief meer. De beschikbaarheid van deze ICT-systemen wordt daarmee belangrijker: uitval is geen optie. Tegelijkertijd is de onderliggende technologie complexer dan bij analoge systemen. Ook zijn deze systemen gemakkelijker aan te vallen als ze via het internet bereikbaar zijn.’ Voor bedrijven geldt eigenlijk hetzelfde, zegt Petra Oldengarm: ‘Organisaties zijn steeds afhankelijker van hun ICT, en worden tegelijkertijd steeds kwetsbaarder, ook omdat de rol van de gebruiker in belang is toegenomen. Elk mobiel device is een toegangspoort geworden tot de bedrijfsinformatie.’ Nog een probleem: ‘Jongeren vinden privacy niet zo belangrijk. Ook dat leidt tot onveilig gedrag.’ Het is dan ook lang niet meer afdoende om alleen technologische maatregelen te nemen. ‘De processen moeten eveneens goed zijn ingericht. En je moet kijken naar de rol van de mens.’ Hoffmann heeft daar recent zelfs een psycholoog voor in dienst genomen. ‘Het gaat om gedrag. Een workshop security awareness maakt mensen vaak wel bewust van hun onveilige gedrag, maar dat is meestal niet voldoende. We moeten mensen ook helpen hun gedrag te veranderen.’ De ICT-beveiliging is daarmee niet langer (alleen) de verantwoordelijkheid van de IT-manager. ‘Het moet zijn belegd in de board. Alleen dan gaat informatiebeveiliging echt goed werken. In de board moet inzicht zijn in de belangrijkste risico’s die een organisatie loopt op dit gebied. Bovendien: ook veilig gedrag begint met een goed voorbeeld in de top van de organisatie.’ De technologiesector kan helpen. ‘Hier ligt volgens mij een grote kans voor bedrijven: ze zouden het mensen makkelijker kunnen maken om zich veiliger te gedragen. Denk aan een vingerafdruksensor in elk toetsenbord, dan hoeven mensen nooit meer een wachtwoord te onthouden. Dat zou al heel veel schelen.’ !
In zes stappen een betere informatiebeveiliging Hoffmann Statistiek geeft in zijn laatste editie zes tips om tot een betere informatiebeveiliging te komen. Een licht bewerkte versie. 1. Stel een information security officer aan Een (parttime) information security officer bewaakt de voortgang op het gebied van informatiebeveiliging en andere beveiligingsaspecten binnen een organisatie. Hij stelt op strategisch, tactisch en operationeel gebied maatregelen op waarmee de organisatie de informatiebeveiliging naar een hoger niveau tilt.
2. Meet veilig gedrag Veilig gedrag is meetbaar. Sterker nog: alleen al het meten kan positieve gedragsveranderingen teweegbrengen. Met metingen gaat de organisatie dus eigenlijk een stapje verder dan het creëren van bewustzijn met behulp van dilemma-sessies en workshops.
3. Neem patches op in de IT-maandplanning Patches zorgen ervoor dat software up-to-date is. Het is dus belangrijk om met name security patches altijd snel te installeren. Patches kunnen het best vast worden opgenomen in de maandplanning van IT-werkzaamheden. Dat voorkomt dat software verouderd raakt en de organisatie ongewild kwetsbaar wordt voor hackers.
4. Maak het netwerk ‘forensic ready’ Maak het netwerk forensic ready. Houd van belangrijke IT-systemen logging-bestanden bij en richt procedures in om te volgen bij een cyberincident. Mocht zo’n incident zich voordoen, dan is direct duidelijk hoe groot de schade is en op welke plek maatregelen moeten worden getroffen om de schade te beperken.
5. Maak goede afspraken met clouddiensten Slaat de organisatie cruciale informatie op in de cloud? Is bekend waar de gegevens zich fysiek bevinden? Zijn ze wel in Nederland? Zijn er afspraken met de cloudleverancier over toegang in geval van een incident? Maak vooraf een risico-inventarisatie en neem de uitkomsten hiervan mee in de eisen die worden gesteld aan de cloudleverancier.
6. Doe regelmatig een penetratietest Penetratietests, in het jargon: pentests, leggen de zwakke schakels van de informatiebeveiliging bloot. Laat met regelmaat een pentest uitvoeren. Op basis van de resultaten kunnen maatregelen worden getroffen of aangescherpt om zo de beveiliging te optimaliseren.
2 | 2016
Facilitair!
37
Beeldverhaal! De vijfsterren dienstverlening in multi-tennantgebouw Willemswerf in Rotterdam, vastgelegd in een beeldverhaal. Zoals hier in de schitterende en ruime ‘lobby’ die veelvuldig wordt gebruikt voor koffie drinken, ontmoeten, informele besprekingen en gesprekken met bezoekers. Bekijk het hele beeldverhaal op facilitaironline.nl
38
2 | 2016
Facilitair!
Zie het volledige beeldverhaal op facilitaironline.nl
2 | 2016
Facilitair!
39
Hybride onderwijs in een excellente leeromgeving komt tot stand in nauwe samenwerking tussen onderwijs en het bedrijfsleven. Dat is De Droom van de
De Dro": branche Horeca en Toerisme van het Albeda College in Rotterdam. In december 2014 hebben het Albeda college en Facilicom de handen ineen geslagen.
In september 2015 ging Youngflex van start, een schoonmaakbedrijf van Gom
en Albeda, waarin studenten alle relevante functies invullen. De Droom gaat nog een stap verder.
Samen leren, werken
H
et Albeda College heeft enkele jaren geleden in het programma Ruim Baan enkele belangrijke doelstellingen geformuleerd. Het ROC wil herkenbaar, aantrekkelijk en kleinschalig onderwijs bieden met opleidingen die een sterke arbeidsmarktrelevantie hebben. Een belangrijke taak voor het onderwijs is het aanleren van een juiste arbeidshouding en gedrag. Daarnaast wil de opleiding een goed en realistisch beeld geven van het bedrijfsleven in zijn algemeen. Ook streeft de school naar een verbetering van de uitstroom naar de arbeidsmarkt en vindt het Albeda het belangrijk dat de docent voeling houdt met de praktijk. Met een goede samenwerking tussen het MBO en het bedrijfsleven kunnen al deze wensen worden ingevuld. De Droom gaat echter een stap verder. De Droom gaat namelijk niet alleen over een samenwerking tussen onderwijs en Gom als vertegenwoordiger van het bedrijfsleven, er is een derde participant: het facilitair bedrijf van het Albeda. Het doel van De Droom is dat deze drie stakeholders beter worden van deze samenwerking. Maar het project moet bovendien een betere start voor de student op de arbeidsmarkt realiseren.
maatschappij als burger en als vakman. Daar hoort een realistische praktijk-werkomgeving bij waar ze het vak dat ze later gaan uitoefenen zo goed mogelijk in een veilige omgeving kunnen uitproberen en waar ze ook de ruimte en de gelegenheid krijgen om fouten te maken. Vanuit de jarenlange samenwerking hebben Albeda en Facilicom de handen ineen geslagen om De Droom te realiseren. Gom houdt al sinds 2000 alle panden schoon van het ROC. Toen het Albeda College enkele jaren geleden al zijn leveranciers ging uitdagen om werk te maken van het integreren van onderwijs in hun bedrijfsvoering door bijvoorbeeld gastcolleges te verzorgen en stageplaatsen aan te bieden, gaf het bedrijf meteen gehoor. In september 2015 sloten beide partijen een convenant en ging Youngflex van start: een schoonmaakbedrijf dat door Gom en Albeda samen is opgezet en wordt geleid door studenten Facilitaire Dienstverlening op MBO 4-niveau. Bertho Rombout: ‘Al snel ontstond het idee dat we misschien nog een stap verder zouden kunnen gaan en de driehoek compleet zouden kunnen maken. Dus zijn we gaan onderzoeken waar de kansen liggen voor onderwijs en ons eigen facilitair bedrijf. Dan snijdt het mes aan drie kanten. Najaar 2015 is dat idee uitgewerkt in De Droom.’
Excellente leeromgeving ‘Een excellente leeromgeving,’ legt onderwijsdirecteur Bertho Rombout van de branche Horeca en Toerisme uit, ‘is een leeromgeving die voldoet aan alle eisen die studenten, het onderwijs maar ook het bedrijfsleven stellen om studenten voor te bereiden op hun plek in de
40
2 | 2016
Facilitair!
Van brons naar goud ‘Omdat het Albeda een facilitaire opleiding biedt kunnen wij als facilitair bedrijf een voorbeeldfunctie vervullen,’ vertelt contractmanager Rien van Sprundel van het Albeda. ‘We hebben de mogelijkheden om hier
en innoveren Bertho Rombout, Rien van Sprundel en Mieke Sprinkhuizen
te laten zien wat wij verstaan onder kwaliteit van facilitaire dienstverlening. Daar zien we veel kansen in. Daarom willen we als facilitaire organisatie investeren in de verdere verbetering van onze kwaliteit en dat in nauwe samenwerking met ons eigen onderwijs.’ Het uitgangspunt is samen werken, leren en innoveren, maar op de proeflocatie moet de samenwerking ook nog eens resulteren in een hogere kwaliteit van de dienstverlening. Accountmanager Mieke Sprinkhuizen van Gom, tevens projectleider van De Droom: ‘Het niveau is nu brons, zoals we het hebben geformuleerd, en dat moet naar goud.’ Bertho Rombout: ‘Dat is ons gezamenlijke doel. Maar de resultaten die we eruit halen zijn voor ieder van ons anders. Het facilitair bedrijf krijgt tevreden gebruikers, want de kwaliteit van de dienstverlening en de aandacht voor de pandbewoners neemt toe. Het onderwijs ervaart voordelen want er ontstaat een betere aansluiting op het bedrijfsleven voor onze studenten. En Facilicom wint, want het bedrijf komt eerder in contact met nieuwe en goed opgeleide potentiële medewerkers.’
De nieuwe FD-medewerker ‘Als school is het onze taak om ervoor te zorgen dat de aansluiting met het bedrijfsleven beter wordt,’ vertelt Bertho Rombout. ‘Daar zijn we succesvoller in als we nog beter begrijpen wat het bedrijfsleven nodig heeft. De behoefte van nu willen we proberen te vertalen naar wat bedrijven over tien jaar willen. Daar willen we met onze opleidingen op proberen te anticiperen.’ Mieke
‘WE STAAN HIERMEE AAN DE WIEG VAN DE TOEKOMSTIGE FACILITAIRE MEDEWERKER’
Sprinkhuizen: ‘Daar dragen we als Facilicom graag ons steentje aan bij. Dat vind ik belangrijk als sociaal betrokken partner. Het is bovendien goed voor het vak: we staan hiermee aan de wieg van de toekomstige facilitaire medewerker.’ Bertho Rombout: ‘Dat is een van de uitdagingen: we willen hier de nieuwe FD-medewerker opleiden, medewerkers die weten dat ze verantwoordelijk zijn voor alles waar mensen in een gebouw geen last van willen hebben. Mensen klagen zelden dat een gebouw te schoon is, de klachten komen pas als er iets mis gaat.’ Rien van Sprundel ervaart daar wel een beetje een spagaat: ‘In mijn rol als contractmanager is het mijn taak om kritisch te kijken naar de dienstverlening. Fantastisch dat we besloten hebben om studenten van FD hier te laten schoonmaken, maar het mag niet ten koste gaan van de kwaliteit.’
Tevreden gebruikers Prettige gebouwen, goede voorzieningen en goede faciliteiten vormen een belangrijk onderdeel van de excellente leeromgeving die het Albeda wil bieden.
2 | 2016
Facilitair!
41
YoungFlex: echte opdrachtgevers, echte medewerkers Youngflex is een samenwerking van Gom en Albeda en is actief in het bieden van flexibele schoonmaakmedewerkers. Het bedrijf, dat onderdeel is van Gom, werd in september 2015 speciaal opgericht om studenten van het Albeda een plek te bieden waar zij zich kunnen bekwamen in managementposities. De studenten komen een jaar lang in dienst als business unit-manager, HR-adviseur, KZI-manager of rayonmanager. Managers van Gom begeleiden het team intensief. Belangrijk, want YoungFlex heeft echte opdrachtgevers. Het is de bedoeling dat het bedrijf uitgroeit tot een onderneming die op alle fronten succesvol is, en dus ook elk boekjaar een goede omzet heeft en een gezonde winst kan presenteren.
Bertho Rombout: ‘Met De Droom geven we een impuls aan het onderwijs. En als de kwaliteit van de facilitaire dienstverlening stijgt, krijgen we ook nog eens tevredener studenten en medewerkers.’ Mieke Sprinkhuizen: ‘Als studenten ergens niet tevreden over zijn, dan delen zij dit vaak op de sociale media. Vaak gaat het dan toch over faciliteiten of over hoe mensen zijn behandeld. Een goede facilitaire dienstverlening draagt direct bij aan het imago van een school.’ Rien van Sprundel: ‘Al onze opleidingen moeten goed zijn, maar studenten moeten zich ook welkom en veilig voelen in het gebouw. Daar zijn we volop mee bezig met onze facilitaire organisatie. We bieden een servicedesk en brengen iedere dag weer meer hospitality in onze dienstverlening.‘ Bertho Rombout: ‘Door de samenwerking tussen Facilicom, het onderwijs en het eigen facilitaire bedrijf kunnen we grote stappen maken in innovatie.’
Wisselwerking In september gaat De Droom van start. Youngflex en nog twee andere lopende initiatieven worden onderdeel
42
2 | 2016
Facilitair!
van het project. Op de proeflocatie werken straks naar verwachting zo’n 24 studenten samen met medewerkers van Gom en het facilitair bedrijf van Albeda. Docenten zijn aangesloten, want de projecten zijn onderdeel van het onderwijs. Studenten van niveau 2 worden ingezet in uitvoerende taken, studenten van niveau 4 gaan kaderfuncties invullen. Het facilitair bedrijf houdt de regie en wordt daarin ondersteund door Facilicom. Docenten en studenten worden begeleid en krijgen als aanvulling op het curriculum trainingen van Facilicom-medewerkers, bijvoorbeeld in de filosofie van hostmanship. Alle ervaringen die worden opgedaan vinden direct hun weg in het curriculum. Bertho Rombout: ‘De projecten worden onderdeel van het onderwijs. De theoretische vakken worden zo ingericht dat ze voorbereiden op wat er de praktijk zal gebeuren.’ Maar het is zeker ook de bedoeling dat er een wisselwerking ontstaat. Mieke Sprinkhuizen: ‘Op deze proeflocatie sluit de nieuwste generatie aan bij de oudere. Dat zal elkaar versterken. Daar zie ik veel kansen, het wordt als het ware een living lab. Want de schoonmaakbranche is wel toe aan doorontwikkeling.’
Toegevoegde waarde Mieke Sprinkhuizen tevens projectleider, heeft een uitgebreide business case geschreven en heeft al heel wat uren in het project gestoken. Ze is erg enthousiast over De Droom. ‘We willen als Facilicom graag toegevoegde waarde bieden aan de business van de klanten, willen weg uit de traditionele klant-leverancierrelatie. We zijn er namelijk van overtuigd dat iedereen daar beter van wordt. Dat merken we duidelijk bij dit project: we zijn elkaar echt aan het versterken. We zien veel beter wat de klant beweegt en kunnen daar nu veel beter op inspelen.’ Bertho Rombout: ‘Je moet verder willen kijken dan de dagelijkse dienstverlening. Ik heb zelf in de catering gewerkt en met schoonmaakbedrijven samengewerkt. Er is altijd een harde scheidslijn tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. Dat willen we hier anders organiseren. Hier zoeken klant en leverancier elkaar op als partner in business. Ik denk dat elke onderwijsorganisatie zo zou moeten willen werken.’ Rien van Sprundel: ‘Deze samenwerking gaat verder dan het contract met Gom. We hebben de verplichting om elke zoveel jaar een contract opnieuw aan te besteden. Het kan dus zijn dat de overeenkomst met Gom een keer over zal gaan naar een andere partij. Dan willen we niet dat dit initiatief stopt.’ Bertho Rombout: ‘We hebben dan ook de intentie om dit vast te leggen in een aparte samenwerkingsovereenkomst. Facilicom is daartoe bereid en dat hebben wij omarmd.’ !
Albeda College: gewilde en bekwame vakmensen Het Albeda College telt vijftig locaties, 120 opleidingen en zo’n 20.000 studenten. Het Rotterdamse ROC staat voor herkenbaar, aantrekkelijk en kleinschalig onderwijs. Onderwijstrajecten worden samen met bedrijven, instellingen, gemeenten en deelgemeenten ontwikkeld. Doel van het Albeda is ‘zo veel mogelijk studenten hun talenten laten ontdekken, ontwikkelen en toepassen zodat ze uitgroeien tot gewilde en bekwame vakmensen, die in staat zijn een leven lang te leren en als vakman/ vakvrouw én als actief burger een bijdrage te leveren aan een duurzame toekomst’.
Lessen in hostmanship De eerste contacten tussen het Albeda en Facilicom waren al meteen heel leerzaam. Het Albeda wilde leerlingen graag de capaciteiten meegeven om heel specifieke functies in te vullen. Maar werkgevers, wist Facilicom, hebben juist behoefte aan instroom die niet is opgeleid voor een specifieke functie, maar heel breed is opgeleid en goed kan meebewegen met veranderende behoeftes. In de ogen van Facilicom moeten die potentiële nieuwe medewerkers dan weer wel de capaciteiten hebben om dat op excellente wijze te doen. Bijvoorbeeld doordat ze getraind zijn in hostmanship. De match was snel gemaakt, want als er één facilitaire dienstverlener is die hostmanship heeft omarmd, dan is het Facilicom wel. En omdat het bedrijf de training van al die duizenden medewerkers met eigen mensen doet, is er een enorme kennis in huis op dat gebied. Marieke Borkus (foto), consultant Klanttevredenheid bij Facilicom Solutions heeft voorjaar 2015 twee docenten van het Albeda opgeleid tot trainer hostmanship, heeft acht lessen ontwikkeld om de studenten hierin op te leiden, en heeft de docenten de eerste keer begeleid bij het geven van de lessen. Het vak is nu een vast onderdeel voor de studenten Facilitaire Dienstverlening op niveau 2. Inmiddels heeft ze ook een keuzemodule Hospitality ontwikkeld. Studenten van niveau 4 gaan bij die lessen aan de slag met gastheerschap en klantgerichtheid, ook iets waar Facilicom veel belang aan hecht en veel kennis over heeft ontwikkeld. De potentiële leidinggevenden die voor deze module kiezen gaan acht keer een hele dag mee naar klanten van Facilicom, waar ze de opdracht krijgen om hetgeen ze geleerd hebben in praktijk te brengen. In de acht weken dat de module duurt moeten de circa 25 studenten bovendien een HIP facilitair bedrijf ontwikkelen, waarbij HIP staat voor Hospitality In Praktijk.
2 | 2016
Facilitair!
43
S
amen lunchen, wel zo leuk. Dat ervaren nu ook de medewerkers van Pharmapartners en Mondēlez in de America Tower in Oosterhout. Toen Mondēlez fors kosten wilde gaan besparen, bracht Facilicom de twee opdrachtgevers bij elkaar. Nu is er nog maar één contract voor alle facilitaire dienstverlening. En kunnen de medewerkers van Mondēlez elke middag gewoon nog terecht in het bedrijfsrestaurant van de America Tower. Een veel mooier bedrijfsrestaurant bovendien. Pharmapartners en Mondēlez hadden tot voor kort ieder hun eigen restaurant, receptie, schoonmaak en andere facilitaire dienstverlening. Het contract met Mondēlez, bekend van merken als Milka, Cadbury, LU, TUC, Stimorol en Philadephia, liep via Facilicom België. PharmaPartners, onderdeel van Total Specific Solutions en bekend van het ontwikkelen en beheren van zorgsystemen voor huisartsen, huisartsenposten, openbare- en ziekenhuisapotheken, medisch specialisten en geïntegreerde eerstelijns zorgorganisaties, was klant bij het Nederlandse Facilicom Solutions. Facilicom België en Facilicom Nederland staken de koppen bij elkaar toen Mondēlez sterk wilde gaan besparen op de facilitaire dienstverlening en er zelfs over dacht het bedrijfsrestaurant in Oosterhout maar helemaal te sluiten. En kwamen met het idee om alle facilitaire dienstverlening te gaan delen. Daar hadden Pharmapartners en Mondēlez wel oren naar. Het samenbrengen van alle soft en hard facilities in één contract leverde zelfs zo veel besparingen op dat er ruimte ontstond voor investeringen. Mondēlez heeft in de nieuwe situatie geen eigen restaurant meer, maar de medewerkers kunnen nu wel elke dag terecht in het gezamenlijke restaurant op de begane grond. Een schitterend restaurant, want Facilicom heeft hier het spiksplinternieuwe Prorest-concept JUUL geïntroduceerd. Het is een horeca-achtig restaurant met een focus op vers en gezond. Medewerkers en gasten van Pharmapartners en Mondēlez zijn hier de hele dag welkom voor ontmoeten, vergaderen en werken. Trigion Services gaat nu een nieuw entreeconcept implementeren in de gezamenlijke receptie. Het contract met Facilicom betreft niet alleen catering, receptiediensten en schoonmaak, maar ook handyman-diensten, klein technisch onderhoud en de inkoop van kantoorartikelen en sanitaire artikelen. Inmiddels wordt erover gedacht om de mobiele surveillance en de groenvoorziening eveneens in het contract onder te brengen. Komen er straks meer huurders, dan kunnen ze gebruik gaan maken van dezelfde facilities. Daarmee wordt de America Tower dus nog aantrekkelijker. !
44
2 | 2016
Facilitair!
Samen lunchen bij JUUL 2 | 2016
Facilitair!
45
Opleidingen en
46
1 | 2016
Facilitair!
verantwoord!
Nuggers worden ze genoemd in het jargon van het maatschappelijk middenveld, ofwel: niet-uitkeringsgerechtigden. Schoolverlaters die geen startkwalificatie hebben, maar ook geen uitkering. Amsterdam Nieuw-West wil deze Nuggers niet in de steek laten. Trigion en zusterbedrijven City 360 en IVON Opleidingen zorgen nu voor opleidingen en banen. Zo raken deze jongeren ook niet uit het zicht.
banen voor ‘Nuggers’
T
rigion is altijd wel actief voor en in de gemeente Amsterdam, tegenwoordig met Boa’s voor de Dienst Stadstoezicht en met toezichthouders in diverse stadsdelen. In opdracht van Egis Projects S.A. levert het beveiligingsbedrijf bovendien parkeerhandhavers voor de hoofdstad. Sinds vorig najaar leiden Trigion, City 360 en IVON Opleidingen ook gastheren en gastvrouwen op. Het gaat om Nuggers ofwel niet-uitkeringsgerechtigden. Streven is dat minimaal 40 procent van de deelnemers kan doorstromen naar een baan bij Trigion.
Amsterdam Nieuw-West wil deze jongeren niet in de steek laten. Wil voorkomen dat ze uit het zicht raken. En wil ervoor zorgen dat ze niet op het verkeerde pad terecht komen. Dat kan door een opleiding voor ze te creëren met zicht op een baan. Trigion doet veel aan social return en wist desgevraagd ook voor deze bijzondere doelgroep een leerproject te creëren. Toevallig had het stadsdeel ook behoefte aan gastheren en gastvrouwen om in de wijk bij te dragen aan een veilige leefomgeving. En daar worden de Nuggers nu voor ingezet.
Nuggers zijn jongeren zonder startkwalificatie. Ze hebben nooit een opleiding voltooid en dreigen uit het zicht te raken van de gemeente omdat ze geen uitkering aanvragen. Jongeren die tussen de wal en het schip terecht dreigen te komen. Onderzoek wijst uit dat er een relatief grote kans is dat ze, ook gedwongen door geldgebrek, in de criminaliteit terecht komen. Bij jongeren die de islam aanhangen dreigt nog een ander gevaar: dat ze radicaliseren, zich bij IS voegen om te strijden voor het kalifaat of nog erger: overgaan tot terroristische acties.
In het najaar van 2015 is een eerste groep van twaalf Nuggers van start gegaan met de opleiding tot verkeersregelaar. De praktijkbegeleiding is gedaan door City 360. Omdat de groep nog werkritme moet opdoen, duurt het traject geen drie maar zes maanden. Dit voorjaar was de eerste groep klaar. Elf deelnemers hebben de eindstreep gehaald, en daarvan hebben er nu acht een contract aangeboden. Ze zijn in dienst van de Safety Group, een zusterbedrijf van Trigion en moederbedrijf van City 360. De gemeente is tevreden, de jongeren zijn enthousiast en Trigion en Safety Group zijn blij met deze kwalitatief goede instroom. Inmiddels is de werving gestart voor de tweede groep Nuggers. !
2 | 2016
Facilitair!
47
Facilitair! verschijnt ook online. De site biedt nu nog meer nieuws, achtergrondinformatie, links naar relevante sites en actuele en prikkelende blogs. Ook zijn er natuurlijk volop mogelijkheden om feedback te geven op het blad, de blogs en de site. U bent van harte welkom op www.facilitaironline.nl
Lees meer op
www.facilitaironline.nl Updates Singularity De ideeën van geestelijk vader Ray Kurzweil van de Singularity University worden op singularityhub.com uitgediept: het zal de komende tijd vooral draaien om (de samenkomst van) gentechnologie, nanotechnologie en robotics. Met gentechnologie kan de mens anders worden geprogrammeerd. Met nanotechnologie kunnen we materie tot op atomair niveau manipuleren. En met de robotrevolutie kunnen we intelligentie creëren die de menselijke intelligentie overstijgt. Ook Kurzweil waarschuwt voor de gevaren die deze ontwikkelingen met zich mee kunnen brengen. Fairphone OS Een zo eerlijk mogelijke smartphone. Facilitair! portretteerde ooit de bedenker van dit Nederlandse initiatief. Drie mijlpalen. Sinds kort zijn er 100.000 mensen met een Fairphone. Het nieuwe model is nu zelfs op voorraad en dus meteen aan te schaffen. En, heel bijzonder: gebruikers kunnen nu kiezen voor een eigen (open source) OS. Weliswaar gebaseerd op Android maar zonder alle Google Mobile Services die je anders standaard erbij krijgt. Ook heeft het OS een ingebouwde veiligheidslaag die vertelt in hoeverre apps je privacy schenden. Wel zo fair. Korreltje zout ‘Take it with a pinch of salt’ kopt The Guardian boven een vermakelijk artikel over voedselmythes. Het ontbijt de belangrijkste maaltijd van de dag? Bedacht door Kellog’s en door een PR-man die de Amerikanen aan de bacon moest krijgen. Bij een gezond ontbijt hoort sinaasappelsap? Ontstaan toen Californische telers met een enorm overschot aan citrusvruchten zaten. Twee liter water per dag drinken? Een succesvolle spin van de bottelaars van mineraalwater, want de meeste mensen krijgen met een normaal dieet genoeg vocht binnen. En wortels goed voor je ogen? Verzonnen door de Britse regering vanwege een overschot van deze groente. En tientallen jaren lang doorgegeven door mensen die niet goed kunnen lezen. Blijven lezen? Dat kan met de maandelijkse nieuwsbrief van Facilicom. De nieuwsbrief is een verlengstuk van Facilitair! en facilitaironline.nl en wil verbanden leggen tussen nieuws en bestaande content op de sites van Facilicom en zijn divisies. Dat is voor de redactie ook nieuw. Volg die zoektocht en blijf lezen. Aanmelden kan op: facilicom.nl/nieuwsbrief
De extra’s op facilitaironline bij dit nummer • Het WRR-rapport ‘De robot de baas - de toekomst van werk in het tweede machinetijdperk’, met onder meer een een uitgebreide ‘Stand van zaken en kansen in de robotica’ van hoogleraar Martijn Wisse. • Interessant als aanvulling op de WRR-studie is ‘Werken aan de robotsamenleving’, het rapport van het Rathenau Instituut, opgesteld in opdracht van de Tweede Kamer. • De robotisering levert ook werk op: in de EU is alleen al de app-industrie straks goed voor 4,8 miljoen banen. Het is te lezen in ‘Sizing the EU App Economy’. • Het begrip Cybercrime-as-a-service werd gemunt door het Nationaal Cyber Security Center. Het rapport ‘Cybersecuritybeeld Nederland CSBN 2015’ is zeer lezenswaardig. • Wat ook tot nadenken mag stemmen: de ‘Top 10 milieubelasting van de gemiddelde consument’ van CE Delft, opgesteld in opdracht van Babette Porcelijn voor haar boek ‘De verborgen impact’.