Tijdschrift Toelating gesloten verpakking 2099 Antwerpen X - n° BC 6379
Verschijnt maandelijks, uitgez. juli en aug. Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X
België-Belgique P.B. 2099 Antwerpen X PB 8/1779
erkenning: p303221
19 no v e mbe r 2 0 0 8 | nr 3 | 2 0 s t e j aa r g a ng | w w w. k ul e u v e n . be / c k /
t i jdschrif t va n de k .u.l eu v en
Het probleem heet mens eredoctor aat voor jared diamond [6]
Gouden medaille voor genezende bacterie te am studenten scoort in boston [3]
(© Rob Stevens)
Wijs optreden
De patiëntjes van het kinderziekenhuis van de UZ Leuven werden op 15 november ondergedompeld in een echte festivalsfeer. Tijdens het mUZtival konden ze genieten van een optreden van de Junior Eurosong-finalisten, onder wie winnaar Oliver (vierde van links). Eerder op de dag konden de kinderen zich uitleven in een aantal creatieve workshops en meezingen met een coverband.
Videogames voorspellen intentie roekeloos rijden
Hoe zwart is Obama? lessen voor de 21ste eeuw [5]
Straffen we meer en harder? studiedag punitiviteit in belgië [5]
Adolescenten die vaak videogames spelen waarin ze zich uitleven in snel of gevaarlijk rijgedrag, staan positiever tegenover roekeloos autorijden.
Een multicultureel kwartet
Jaak Poot
voorstelling eredoctores 2009 [6]
Een op de drie ondervraagde jongeren denkt in de toekomst minstens soms risico’s te zullen nemen in het verkeer “om het rijden leuker te maken.” Dat blijkt uit onderzoek van Kathleen Beullens van de School voor Massacommunicatieresearch van de K.U.Leuven. Ongevallencijfers tonen aan dat mannen tussen 18 en 29 jaar een hoger risico lopen om te sterven bij een wegongeval. Die vaststelling was voor Kathleen Beullens een aanleiding om onderzoek te doen naar mogelijke oorzaken en verbanden. Zij startte in 2005 een studie naar de invloed van media op rijgedrag. In het toonaangevende tijdschrift Journal of Adolescent Health verschenen de eerste resultaten van een enquête bij 2.200 leerlingen van het vijfde en zesde jaar middelbaar onderwijs uit vijftien Vlaamse scholen. “Het gaat om twee soorten games”, zegt Kathleen Beullens. “Racing-spellen zoals Gran Turismo, Ridge Racer of MotoGP dagen uit om snel te rijden op racecircuits. Bij drive’em up-games zoals Carmageddon, Burnout en Need for Speed ga je niet alleen snel, je
wint extra punten met roekeloos rijgedrag. Ruim 40 procent van de ondervraagde jongeren speelt dit soort games meerdere keren per maand, een goede 15 procent zelfs dagelijks of verschillende keren per week. Als we naar de persoonlijkheidseigenschappen van die groep kijken, scoren ze hoger dan gemiddeld op vragen rond sensatiezucht en agressie.”
Kip en ei De eerste fase van het onderzoek toont een duidelijke band aan tussen frequent spelgedrag en een positieve houding tegenover snel en roekeloos rijden. De cijfers zijn gelijklopend voor beide types van games en voor jongens én meisjes – afgezien dan van het feit dat jongens dit soort games significant vaker spelen. De studie geeft geen uitsluitsel over de kip en het ei: spelen jongeren die spelletjes omdat ze snelheidsduivels willen worden? Of veroorzaakt of versterkt spelervaring een neiging tot roekeloos gedrag? “Eén ding is overduidelijk: er is een verband. Dat op zichzelf is een belangrijke conclusie: je kunt via de observatie van het spelgedrag een groep jongeren identificeren met een
Verschijningsdata Campuskrant 2008-2009
duidelijk hoger risico op gevaarlijk rijgedrag. En dus kun je specifieke preventiecampagnes opzetten voor die groep.” “Mijn onderzoek levert nog andere interessante cijfers op: slechts één procent van de jongeren zegt: ‘ik zal nooit te snel rijden’. 27,5 procent is van plan om dikwijls te snel te rijden, en 15,5 procent wil dit zelfs heel dikwijls of altijd doen. Bijna een op drie jongeren antwoordt bovendien: ik denk dat ik in de toekomst minstens soms risico’s ga nemen in het verkeer, om het rijden leuker te maken.” In het kader van haar onderzoek ondervroeg Kathleen Beullens dezelfde groep jongeren twee jaar later opnieuw. Op een ogenblik dat de meesten een rijbewijs hebben en de weg op gaan. “Die resultaten zijn nog niet vrij voor publicatie. Ik kan wel alvast een tipje van de sluier lichten: niets in het tweede luik van mijn onderzoek spreekt de conclusies van de eerste fase tegen. Mijn studie is trouwens een van de eerste op dit domein en er valt nog een hele weg te gaan. Zo zijn experimenten nodig om te meten of videogames effectief attitudes of gedrag veranderen.”
nr. 4 – 17 dec 2008
nr. 5 – 28 jan 2009
Atrechtcollege viert vijf eeuwen verleden ... en toekomst als werelderfgoed? [10]
“Ik was een autodidact aan de unief” leven na leuven nestlé-CEO Paul Bulcke [14] nr. 6 – 25 feb 2009 Nr. 7 – 25 maa 2009
nr. 8 – 29 apr 2009
2 Nieuws colofon Campuskrant Maandelijks tijdschrift van de K.U.Leuven
Redactie Ine Van Houdenhove (hoofdredacteur), Ludo Meyvis, Reiner Van Hove, Wouter Verbeylen
Redactieadres Oude Markt 13 - bus 5005 3000 Leuven 016 32 40 18,
[email protected]
Adreswijzigingen ALUMNI: Alumni Lovanienses Naamsestraat 63 - bus 5601 3000 Leuven
[email protected] PERSONEEL: Koen Van den Bossche Personeelsdienst K.U.Leuven Parijsstraat 72b - bus 5540 3000 Leuven Koen.Vandenbossche@pers. kuleuven.be EXTERNEN: Campuskrant Dienst Communicatie K.U.Leuven Oude Markt 13 - bus 5005 3000 Leuven
[email protected]
Losse medewerkers Sofie Bas, Tine Bergen, Emma Grootveld, Hendrik Lens, Ines Minten, Jaak Poot, Wim Troch, Benedict Vanclooster, Henk Van Nieuwenhove, Tim Vuylsteke, Tim Willekens
Grafisch ontwerp Catapult, Antwerpen
Lay-out en zetwerk Wouter Verbeylen
campuskrant
Forum
Lessen trekken uit het Fortis-verhaal Naar aanleiding van enkele ‘anonieme interviews’ in het vorige nummer van Veto, wil ik in persoonlijke naam en niet anoniem mijn bezorgdheid uiten over een aantal ontwikkelingen binnen de K.U.Leuven. Ik verbind deze ontwikkelingen doelbewust met de lessen die we uit de Fortis-crisis kunnen trekken. 1. De K.U.Leuven staat op dit ogenblik op een keerpunt: zal de Associatie K.U.Leuven omgevormd worden in een integratie, inkanteling, multicampus, LUS of hoe men die beweging ook wil noemen? De logica achter deze evolutie is dat een groter geheel een sterkere positie zou betekenen. Uit de Fortis-affaire kan men echter leren dat ‘groot, groter, grootst’ ook wel eens ‘klein, kleiner, kleinst’ zou kunnen betekenen. Vele collega’s stellen zich terecht de vraag of deze integratie de positie van de K.U.Leuven als onderzoeksuniversiteit niet eerder zal verzwakken. Zal het voordeel van de Associatie als netwerk niet omgebogen worden in een groot nadeel wanneer men integreert? Wat hen vooral stoort is dat de evolutie naar integratie in feite al volop aan de gang is, en dat deze evolutie niet alleen verloopt zonder het nodige overleg of debat met de universitaire gemeenschap (de ‘geïntegreerde faculteit Letteren’ is bijvoorbeeld nooit aan de Faculteitsraad Letteren voorgelegd), maar ook in tegenspraak is met de opdrachtsverklaring van de K.U.Leuven. Deze omschrijft immers de Associatie als
een ‘open en creatief netwerk’ en een ‘creatieve relatie van partnerschap’ niet als een integratie, fusie of multicampus. Wil men op dit essentiële punt van de opdrachtsverklaring afwijken, dan moet dit eerst een democratische procedure doorlopen. 2. Essentiële beslissingen over de K.U.Leuven worden hoe langer hoe meer genomen op het niveau van de Raad van Bestuur. De opeenvolgende herzieningen van het organiek reglement hebben in de laatste jaren de rol van de Raad van Bestuur versterkt. Uit de boven vermelde problematiek omtrent de Associatie blijkt hoezeer de afstand tussen het bestuur en de universitaire gemeenschap is toegenomen en dat de voeling met wat er in die gemeenschap leeft verloren gaat. Uit de Fortiscrisis leren we dat een raad van bestuur zonder democratische controle hoogst gevaarlijk is. Wil men een toekomst aan de universiteit bieden, dan moet de rol van de Academische Raad hoogst nodig hersteld worden als ‘het rechtstreeks democratisch verkozen hart van de universiteit’ (A. Oosterlinck in zijn verkiezingsprogramma 2000).
Kortom, een Raad van Bestuur die op dit ogenblik lessen wil trekken uit de Fortis-crisis en een toekomst wil bieden aan onze universiteit, dient er nauwer op toe te zien dat de opdrachtsverklaring gerespecteerd wordt, de democratische con3. De afstand tussen het bestuur en trole versterkt, en dat er dringend de universitaire gemeenschap blijkt maatregelen worden genomen om ook uit de op gang zijnde evaluatie het vertrouwen te herstellen. van de rector. Ik heb me van het begin verzet tegen deze procedure, en Nicolas Standaert de Fortis-crisis biedt extra argumen- OnderzoekseEnheid ten aan. De crisis leert ons dat het Sinologie goed functioneren van zelfs finan- Faculteit Letteren
Fotografie Rob Stevens
Cartoons
ciële instellingen zoals banken niet in de eerste plaats gebaseerd is op productieresultaten, goed geoliede structuren, of duidelijke outputindicatoren, maar op vertrouwen. Welnu, dit vertrouwen is hoe langer hoe meer zoek in onze instelling. Als een rector democratisch verkozen is, komt het immers geen ander orgaan toe om dit vertrouwen van de kiezer door een ‘evaluatie’ in vraag te stellen (behoudens uiteraard schuldig gedrag), en zeker niet als er geen evaluatie is van voorzitters en leden van allerlei organen die niet democratisch zijn verkozen. De ontransparante procedure zelf, overgoten met ‘anonieme interviews’ allerhande, voedt het wantrouwen en ondermijnt verder het vertrouwen. Wil men een goed bestuur, dan is er nood aan procedures die het vertrouwen en de participatie van de brede universitaire gemeenschap verhogen, niet verminderen.
Joris steekt de draak
Joris Snaet
Reclameregie Wouter Verbeylen T 016 32 41 46 Wouter.Verbeylen@dcom. kuleuven.be
Oplage 33.000 ex.
Drukwerk Verheyen Graphics, Deurne
Verantwoordelijke uitgever Ronny Vandenbroele Oude Markt 13 - bus 5005 3000 Leuven
Copyright artikels Artikels kunnen overgenomen worden mits toestemming. Het volgende nummer verschijnt op 17 december. Suggesties voor artikels zijn welkom op het redactieadres. Campuskrant op Internet: www.kuleuven.be/ck/
Hoe zwart is Obama? Lees het artikel op pagina 5.
Lezersbrief
Genderverhaal: in medias res Campuskrant 22.10.2008 Als langdurig lid en huidig medecoördinator van de VAPL-Werkgroep ‘Vrouw en Universiteit’ las ik met veel genoegen het optimistische hoofdartikel ‘Steeds meer vrouwen professor’ (Campuskrant nr. 2). Als literatuurwetenschapper was ik echter geïrriteerd over de frase ‘Het genderverhaal startte begin 1999, met de aanstelling van de eerste rectoraal adviseur gelijke kansen’. Het is belangrijk vast te stellen waar een verhaal precies begint. Wat het ‘genderverhaal’ betreft, is 1999 geen ab initio maar een in medias res. Het creëren van een beleidsfunctie om het schrijnende tekort aan vrouwen onder het academisch personeel te remediëren viel namelijk in dat jaar niet uit de lucht, maar was in grote mate het gevolg van de activiteiten van de Werkgroep ‘Vrouw en Universiteit’. Deze Werkgroep werd opgericht in 1996 en heeft energiek tot de huidige verworvenheden in het ‘genderverhaal’ bijgedragen. ‘Vrouw en Universiteit’ heeft als drukkingsgroep gepleit voor een structurele bestuursfunctie, aangedrongen dat er in het curriculum een duidelijk geprofileerd vak genderstudies zou komen. Dat de doelstellingen van toen nu mainstream zijn en vruchten afwerpen is mooi. Maar het lijkt me niet meer dan terecht het parcours van het verhaal correct in zijn geheel weer te geven. Anke Gilleir Literatuurwetenschap Faculteit Letteren
19 november 2008
Nieuws 3
Studenten ontwerpen bacterie die geneest
Geciteerd
De (zij)lijn der verwachtingen De Standaard, 25.10.2008
Begin november verdedigden twaalf studenten de kleuren van de K.U.Leuven op de vierde Jamboree van de International Genetically Engineered Machines competitie in Boston. Zij kregen er een gouden medaille voor hun Dr. Coli, een bacterie die medicatie toedient op maat van de patiënt. Wim Troch Synthetische biologie is de biologie van de toekomst. Het is de tak van de wetenschap die levende cellen bouwt of verbouwt voor specifieke opdrachten. Zo kunnen er bacteriën worden ontwikkeld die water zuiveren of ’s nachts licht geven. Dat jongleren met blokjes DNA – BioBricks – biedt oneindig veel mogelijkheden. Ideaal dus om er een competitie voor studenten rond te organiseren. Op 8 en 9 november verzamelden aan het MIT in Boston 84 studententeams uit de hele wereld voor de Jamboree van de International Genetically Engineered Machines (iGEM). Onder hen voor het eerst ook een Belgische vertegenwoordiging. Twaalf studenten van de faculteiten Bio-ingenieurswetenschappen, Ingenieurswetenschappen en Wetenschappen bundelden hun krachten voor de ontwikkeling van Dr. Coli. Dat is een bacterie die op maat van de patiënt inwendig geneesmiddelen toedient. Hoe dat precies in z’n werk gaat, vroegen we op de vooravond van hun vertrek naar de States aan drie studenten van het team: Stefanie Roberfroid, Hanne Tytgat en Antoine Vandermeersch.
enige probleem. Antoine: “Op ethisch vlak zijn er nog wel wat vragen omtrent synthetische biologie: wat kan en wat mag? Er zijn enorme mogelijkheden, maar we moeten er zinvol en
wel dat iedereen een verschillende invalshoek hanteert. Daarom was het ook nodig dat er per studierichting eerst een inleiding werd gegeven tot het specifieke vakgebied, bijvoorbeeld over
“Als de patiënt genezen is, stopt de bacterie met de productie van medicatie en vernietigt hij zichzelf.” wijs mee omspringen. Er moet ook gedacht worden aan organisaties die zorgen voor de nodige controle.” De twaalf teamleden zijn afkomstig uit drie verschillende faculteiten. Stefanie: “Je merkt
‘Wat is een cel?’ of ‘Hoe maak je een computermodel van een bacterie?’.” Uiteindelijk bleken de achtergronden net heel complementair. Antoine: “iGEM bouwt echt op de verschillende disciplines en zorgt dat ze nauw
samenwerken.” Ondertussen kennen de ingenieurs hun weg in het labo en hebben computersimulaties geen geheimen meer voor bioingenieurs en biochemici. Maar ook ‘buitenschoolse’ kwaliteiten kwamen van pas bij onder andere het ontwerpen van de logo’s of het opzetten van de website. “We hebben allemaal heel veel respect voor wat iedereen aan Dr. Coli heeft bijgedragen en we hebben veel van elkaar geleerd. Echt een geweldige ervaring!” http://www.kuleuven.be/ BioSCENTer/iGEM. De twaalf deelnemende studenten waren Maarten Breckpot, Nathalie Busschaert, Jonas Demeulemeester, Andim Doldurucu, Jan Mertens, Benjamien Moeyaert, Stefanie Roberfroid, Hanne Tytgat, Elke Van Assche, Nick Van Damme, Antoine Vandermeersch en Dries Vercruysse.
Maatwerk Stefanie: “Dr. Coli is een bacterie die zichzelf reguleert. Het doel is dat hij een signaal opvangt, bijvoorbeeld van een ontsteking, en er dan gepast op reageert door een geneesmiddel te produceren. Wanneer hij geen signaal meer krijgt, dus als de patiënt genezen is, stopt hij met de productie van de medicatie en vernietigt hij zichzelf.” Hanne: “Dr. Coli kan op verschillende manieren worden ingenomen. Als pil, maar hij zou bijvoorbeeld ook in yoghurt kunnen worden verwerkt. Het grote Stefanie Roberfroid, Hanne Tytgat en Antoine Vandermeersch. voordeel van Dr. Coli is dat hij enkel actief is op de plaats waar het nodig is, en enkel zolang het nodig is. Medicatie op maat van de patiënt dus.” Het initiatief voor iGEM kwam “BioSCENTer was dus ideaal “Dr. Coli – de naam is afgeleid van wetenschappenstudent Ben- geplaatst als organisator en van E. coli, een bacterie die voorjamien Moeyaert, die bij BioS- hoofdsponsor van het K.U.Leuven komt in de dikke darm – is ontCENTer-coördinator professor iGEM 2008 project. We namen de wikkeld in functie van de ziekte Bart De Moor meteen respons kosten van het labowerk en de van Crohn maar in principe kan vond. De Moor: “Het pas opge- trip naar Boston voor onze rekevoor elke ziekte een bacterie worrichte BioSCENTer groepeert alle ning, en enkele onderzoekers van den ontwikkeld. Afhankelijk van biowetenschappen in de Groep het BioSCENTer, zoals dr. Inge de ziekte wordt dan ook een ander Wetenschap en Technologie, Thijs en dr. Sigrid De Keersmaecsoort medicatie geproduceerd.” gaande van fundamenteel biolo- ker, waren meteen bereid het proIs Dr. Coli iets voor morgen, of gisch onderzoek tot biotechnolo- ject te sturen en te omkaderen, blijft het bouwen met DNA-blokgie en bioinformatica. Een project gaande van infosessies voor de ken toekomstmuziek? Stefanie: als iGEM, dat biologie combineert studenten tot projectbrainstorms “Het project is eigenlijk nog met ingenieursprincipes, toont bij en begeleiding in het labo.” niet afgerond, daarvoor is het te uitstek het potentieel aan van in- Inge Thijs: “De jamboree was groot en te complex. We hebben terdisciplinaire samenwerking.” echt fantastisch. De drukte van wel al veel resultaten verkregen, maar er is nog heel wat onderzoek nodig.” Maar dat is niet het
Dat vaders naast de zijlijn staan te roepen, vindt sportpsycholoog Bert De Cuyper begrijpelijk. “Ouders zijn maar in één ding geïnteresseerd: de ontwikkeling van hun kind. Hoeveel topvoetballers hadden geen veeleisende vader, hard maar rechtvaardig? De ideale sportouders vinden een evenwicht tussen aanmoediging en aanvaarding van hun kind.” (…) “Niet elk voetballertje is de nieuwe Ronaldinho. Ouders onthouden selectief. Dat ene doelpunt, die ene gewonnen wedstrijd. Veel ongewenst gedrag vloeit voort uit dat soort onrealistische verwachtingen. Het komt er op aan die bij te stellen met objectieve gegevens. Trainers moeten altijd open kaart spelen tegenover de ouders. Van een ezel maak je geen renpaard. De subtop in voetbal kan nog altijd een aardig inkomen opleveren.”
Listige Vos
Het Belang van Limburg, 31.10.2008
Professor krijgskunde Luc De Vos zag het spel ‘Call of Duty: World at War’ in actie, en was onder de indruk. “De wapens, de uniformen, de manier van vechten, het ziet er allemaal heel accuraat uit.” Een computerspel spelen terwijl een echte expert als De Vos toekijkt, het is een aparte ervaring. “Japanse soldaten hadden een heel ander gevoel van eer dan westerse. Zij gaven zich niet over als ze omsingeld waren. Nee, ze probeerden liever nog twee of drie tegenstanders mee de dood in te sleuren.” Daartoe bedachten ze enkele gemene listen, die allemaal in het spel zitten. “Ze verstopten granaten onder hun armen en deden alsof ze zich overgaven. Of ze deden alsof ze dood waren, en vielen dan toch nog aan. Of ze klommen in een boom, wachtten tot de vijand was gepasseerd en begonnen dan pas met schieten.” “Weet je, zelfs mijn goed verkopende boeken bereiken nooit zo’n groot publiek als een computerspel. Als zo’n spel dan een historisch correct verhaal vertelt en de speler iets bijbrengt, vind ik dat nuttig.”
Haarlok Holmes Het Laatste Nieuws, 5.11.2008
(c) Rob Stevens
“Een bekroning van het harde werk” al die enthousiaste studenten en hun begeleiders, en de sublieme locatie aan het MIT, maakten het een onvergetelijke ervaring.” Met het Dr. Coli project verdiende het team een gouden medaille. Sigrid De Keersmaecker glundert als ze eraan denkt: “Die medaille is een bekroning voor het harde werk. Slechts 16 teams van de 84 hebben er eentje gekregen, niet slecht dus voor een team dat voor de eerste keer meedoet. We zijn heel trots op onze studenten.” (wt)
Officieel wil men er niets over kwijt, maar betrouwbare onderzoekskringen bevestigen ons dat de haaranalyse van Tom Boonen wel degelijk een significant gebruik van cocaïne heeft aangetoond. (…) Toxicoloog Jan Tytgat, specialist in de materie, twijfelt niet aan de accuraatheid van de tests. “Met de haaranalyse zijn we als Sherlock Holmes, we vinden een naald in een hooiberg terug”, weet hij. “Van eenmalig tot veelvuldig gebruik, het is allemaal te achterhalen. En met een test die op twee verschillende manieren gevoerd wordt en nu zo goed als volledige zekerheid biedt. Elke centimeter hoofdhaar komt overeen met een maand in een mensenleven. Met een haarlengte van pakweg vier cm kan je dus het gebruik tot vier maanden terug perfect achterhalen. Je kan aan de hand van de teruggevonden hoeveelheden ook de occasionele van de frequente gebruiker onderscheiden.”
4 Nieuws
campuskrant
Opvangcentrum geopend Rector Marc Vervenne, zuster Jeanne Devos en professor Peter Adriaenssens hebben in Bangalore Gowpyatha geopend, een opvangtehuis voor meisjes die huisarbeid ontvlucht zijn vanwege mishandelingen en misbruik. Meer info over het het Zuster Jeanne Devos Fonds voor Kinderrechten: http://www.kuleuven.be/jeannedevosfonds
UZ Pellenberg De International Society for Orthopaedic Clinics heeft UZ Leuven campus Pellenberg opgenomen in de lijst van de tien beste orthopedische instellingen ter wereld.
Konings adviseert Commissie Professor Joep Konings, sinds 2005 decaan van de Faculteit voor Economie en Bedrijfswetenschappen, wordt volgend jaar adviseur bij het Bureau of European Policy Advisers (BEPA), een beleidsvoorbereidend adviesorgaan van de Europese Commissie.
Primeur
Met ‘Genomics Core’ beschikt UZ Leuven als eerste in België over de nieuwe generatie genoomscanning technologieën, die het mogelijk maakt sneller en goedkoper ziektegenen te karakteriseren. Hiermee zet UZ Leuven een eerste stap naar het in kaart brengen van het individuele patiëntengenoom.
E-books
Nog tot 19 december houdt de universiteitsbibliotheek een grootschalige e-books trial, waarbij elektronische boeken van op vijf verschillende platformen aangeboden zullen worden. Op die manier krijgen alle leden van de K.U.Leuvengemeenschap de gelegenheid kennis te maken met het fenomeen e-book. Meer hierover leest u binnenkort in de dagkrant op http://dagkrant. kuleuven.be
Tevredenheidsenquête bib De universiteitsbibliotheek is bezig met een bevraging van studenten en personeelsleden over de kwaliteit van haar dienstverlening. Dat gebeurt aan de hand van een webenquête die nog tot 9 december kan worden ingevuld. De enquête werd ontworpen door de Association of Research Libraries en zal het de Universiteitsbibliotheek mogelijk maken om de resultaten van het Leuvense onderzoek te vergelijken met die van gelijkaardige instellingen in binnen- en buitenland. http://www.libqual.be http://bib.kuleuven.be/ bibliotheeknieuws
(© Procedural)
Rome in 3D
Google Earth heeft sinds 12 november een 3D-model van het oude Rome toegevoegd aan zijn galerij. Deze Rome Reborn heeft ondertussen ook al een opvolger gekregen: in de 2.0 versie is het merendeel van de huizen vervangen door modellen ontwikkeld door het bedrijf Procedural, dat mee gesticht werd door professor Luc Van Gool van ESAT. De zeer gedetailleerde modellen werden geproduceerd met de city engine software, die gebaseerd is op het principe van procedurele modellering. Hiermee kunnen 3D-stadsmodellen automatisch gebouwd worden op basis van een zogenaamde stadsgrammatica. In het kader van het Vlaamse IBBT-project URBAN wordt deze techniek verder uitgebouwd in samenwerking met o.a. TeleAtlas en de Leuvense spin-off GeoAutomation. Ook in een nieuw op te starten Europees project, V-City zal ESAT, dat tot de wereldtop behoort in 3Dstadsmodellering, hierop verder werken. Versie 2.0 wordt momenteel gecontroleerd door archeologen en wordt wellicht eind 2009 gelanceerd. http://www.procedural.com, http://www.romereborn.virginia.edu, http://www.ibbt.be/nl/project/urban, http://www.geoautomation.com
Leuvense cardiologen bewierookt door Amerikaans vakblad Circulation Het Amerikaanse vakblad Circulation, het tijdschrift nummer 1 in de cardiologische wereld, heeft een belangrijk artikel gepubliceerd over het onderzoekswerk van de Afdeling Cardiologie, die onder leiding staat van professor Frans Van de Werf. Het Leuvense hartcentrum wordt als Centre of Excellence aanzien vanwege haar pionierswerk naar ondermeer thrombolyse en myocardiaal infarct.
Henk Van Nieuwenhove In zijn recentste nummer publiceert Circulation een uitgebreid interview met professor Frans Van de Werf. Daarin wordt de loftrompet gehanteerd over het baanbrekend multidisciplinair onderzoek van de Afdeling Cardiologie. “Wat Brussel is voor de Europese politiek, is professor Frans Van de Werf voor de Europese cardiologie”, luidt het. Van de Werf is de eerste om die persoonscultus te relativeren. “Het is niet mijn verdienste, het is de verdienste van ons team dat wij tot de Europese top behoren”, zegt hij. “Het unieke is dat heel wat uiteenlopende
onderzoeken naar verschillende facetten van hartaandoeningen op onze campus verzameld zijn en dat wij op alle domeinen van de cardiologie actief zijn.” Wetenschappers uit alle uithoeken van de wereld worden dan ook aangezogen door de uitgebreide mogelijkheden die het Leuvens onderzoekscentrum biedt. De Afdeling Cardiologie excelleert onder meer inzake het toedienen van stamcellen na een hartinfarct, onderzoek naar systolische hypertensie bij ouderen, hartritmestoornissen bij sportmensen en assist devices voor terminaal hartfalen. Het team staat ook vooraan op
het gebied van beeldvorming en het gebruik van grote proefdiermodellen. Zo werd onder meer een schapenmodel uitgewerkt voor onderzoek naar voorkamerfibrillatie. De Tilt training, als behandeling voor recidiverende neurocardiogene syncopes, waarbij de patiënt op een tafel wordt geplaatst die tot 60 graden kan kantelen, is een Leuvense techniek. Bovendien huisvest het UZ Leuven het grootste centrum voor harttransplantaties in België. Sedert de eerste harttransplantatie in ons land er werd uitgevoerd, in 1983, kregen in totaal al een vijfhonderdtal patiënten een ruilhart in Leuven.
Magnetisme zorgt voor betere kwaliteit van stoffen met nanodeeltjes Onderzoekers van het Centrum voor Oppervlaktechemie en Katalyse hebben een revolutionaire methode ontwikkeld om nanodeeltjes gelijkmatig te spreiden in een stof. Ze halen de samenklittende deeltjes uit elkaar met magneten. Dat is een makkelijker en vooral zuiniger manier dan de technieken die de industrie nu gebruikt. Luc West Nanodeeltjes zijn de bouwstenen van een nieuwe generatie producten. Ze zijn ongeveer een miljardste van een millimeter groot en
worden in een laboratorium volgens een bepaalde structuur bij elkaar gezet. Je kunt er bijvoorbeeld heel fijne zeefjes voor luchten waterzuivering mee maken, of verf en isolatiematerialen die met een uiterst dunne laag toch uitstekend beschermen. Ze zouden ook geneesmiddelen zoals chemotherapie kunnen vervoeren tot in de allerkleinste hoekjes van het lichaam, de celkernen. Een probleem bij het maken van nanomaterialen is dat de deeltjes de neiging hebben om samen te klitten waardoor ze de voordelen van hun kleine afmetingen weer verliezen. Bij zonnecrème krijg je dan plekken waar die goed en minder goed beschermt. Of neem het rubberen omhulsel van een tennisbal, waarin soms nanodeeltjes gebruikt worden omdat
ze het rubber veel dichter maken zodat er geen gas uit de bal kan ontsnappen bij een harde klap: als de deeltjes daarin samenklitten, ontstaan er zwakke plekken waardoor er gas ontsnapt en de bal toch slap wordt.
Magnetisme te hulp Je moet samenklittende nanodeeltjes dus uit elkaar halen om een gelijkmatige spreiding te krijgen. Tot nu toe gebeurde dat met dure en energieverslindende technieken, zoals ultrasoon geluid en speciale maalmachines. De onderzoekers van het Centrum voor Oppervlaktechemie en Katalyse kozen voor een compleet nieuwe invalshoek. Projectleider Johan Martens gebruikte zijn ervaring als specialist in katalysetechnieken: hij liet de samenklittende
nanodeeltjes in een vloeibare oplossing door een magnetisch veld stromen, een beetje zoals uitlaatgassen door de katalysator van een auto stromen en daar worden gesplitst in afzonderlijke stoffen. De magneten trokken de ‘brokken’ zonder veel energieverbruik uit elkaar, zodat er weer sprake was van deeltjes op nanoschaal. De techniek heeft vooral voordelen bij het maken van deklagen (coatings) en geneesmiddelen, en is op punt gesteld voor industriële toepassingen in twee spin-offbedrijven van de K.U.Leuven. Dit resultaat kwam er overigens door de samenwerking van specialisten uit maar liefst vier faculteiten: Bio-ingenieurswetenschappen, Ingenieurswetenschappen, Wetenschappen en Farmaceutische Wetenschappen.
19 november 2008
Nieuws 5
Hoe zwart is Obama? Op 17 november begon een nieuw seizoen – het vijftiende inmiddels – van de ‘Lessen voor de 21ste eeuw’. Als voorsmaakje proeven we van één van de lessen, die op dit moment heel actueel klinkt: ‘Hoe zwart is Obama?’ door literatuurwetenschapper Theo D’Haen. “Obama past niet echt in het plaatje van de African American met een slavenverleden. Hij is een uitzondering in zijn minderheidsgroep, maar zijn symboolwaarde is daarom niet minder groot.” Wouter Verbeylen Theo D’Haen: “Ik zal in mijn les de geschiedenis van de zwarten in de literatuur belichten, en breder de algemene beeldvorming tussen rassen onderling. Die beeldvorming begint in Amerika met de slavenverhalen die vanaf het einde van de achttiende eeuw opduiken. De voorstanders van slavernij beweerden dat die slavenverhalen vervalsingen waren, dat ze eigenlijk van de hand van blanken waren die voor de afschaffing van de slavernij waren. Die zouden de situatie van de zwarten vele keren slechter voorstellen dan ze in werkelijkheid was.” “De hele beeldvorming rond zwarten ging tot halfweg de twintigste eeuw uit van de inherente inferioriteit van het zwarte ras, die via het bloed werd doorgegeven. Er waren halfbloeden, er waren quadroons die voor een kwart zwart waren, en dat ging zo door tot mensen die één 32ste ‘zwart bloed’ hadden nog als zwart werden beschouwd.” “In de twintigste eeuw nam de emancipatiebeweging van de jaren 1950 en 1960 expliciet afstand van het soort ‘Uncle Tom’figuren dat zichzelf bekijkt door de ogen van blanken: hoe ‘zwarter’ iemand zich gedroeg, hoe authentieker hij was.”
Hussein Obama “Om het nu over Barack Obama te hebben: die past helemaal niet in dat historisch plaatje. Zijn voorouders zijn nooit slaven geweest – zijn moeder is een blanke Amerikaanse, zijn vader een Afrikaan –, hij heeft geen complexen over zijn afkomst, hij heeft dus vanuit zijn familieverleden geen ‘rekening te vereffenen’ met de blanken. Ik denk dat hij daardoor ook minder bedreigend is geweest voor de blanke kiezers. In zijn boek The audacity of Hope uit 2006 is hij ook altijd heel omzichtig geweest met uitspraken over de zwarte emancipatie.” “Voor de republikeinen was Obama dus een lastige klant. Zelf meed hij het raciale thema, en na meer dan twintig jaar multicultu-
ralisme konden de republikeinen het niet meer maken om iemand frontaal raciaal aan te vallen. Dus deden ze het verdoken, ze trachtten hem af te schilderen als ‘de ander’. Was Obama wel een Amerikaan? Haalden ze met hem niet een soort vijfde colonne in huis? Had deze Barack Hussein Obama zijn kinderjaren niet in Indonesië doorgebracht, een land dat voor 99 procent moslim is? Obama mocht dan veel meer van de wereld gezien hebben dan zijn voorganger Bush, maar voor sommige Amerikanen is net het feit dat je in een ander land dan de V.S. gelukkig kan zijn op zich al landverraad (lacht).” “De strijd om het presidentschap was toen het erop aankwam vooral een strijd om de blue collar-kiezer, wat men in de V.S. de blanke middenklasse noemt, maar in Europa zouden we van de arbeidersklasse spreken. Net die klasse heeft de zwarte emancipatie de voorbije decennia rechtstreeks als een bedreiging gezien. Voor hen was de rassendiscriminatie vaak de enige mogelijkheid om zich positief te onderscheiden, om zich beter te kunnen voelen dan een ander. In het recente verleden kozen zij meestal republikeins, vaak op basis van racistische onderbuikgevoelens. Obama is er toch in geslaagd om een groot deel van deze mensen – die niet intellectueel, niet rijk, niet zwart zijn – voor hem te doen stemmen. Hij besefte dat zoiets enkel mogelijk was door zich niet als zwarte te profileren.”
Domineesretoriek Anderzijds maak je, als je Obama ziet speechen, soms onwillekeurig de vergelijking met Martin Luther King, met de bevlogen zwarte predikant. Theo D’Haen: “Voor ons komt dat misschien zo over, maar in Amerika ligt dat helemaal anders. De V.S. hebben nooit een scheiding van kerk en staat gekend zoals wij die in Europa kennen. De eerste blanke settlers waren bijbelse protestanten, ze vervulden een missie van God op basis van de bijbel, en deden dat met de nodige gezwollen
retoriek. De zwarte revival-kerken hebben die retoriek overgenomen, maar ook daarbuiten bleef hij bestaan. In de Amerikaanse speech-traditie is die pulpit-retoriek, dat preken vanaf de kansel, altijd heel aanwezig gebleven. Obama heeft hem onder meer via zijn dominee Jeremiah Wright meegekregen, en ook de blanken zijn er vaak mee opgevoed – ze zijn er niet afkerig van.” “Als ik dan toch moet vergelijken, zie ik zelf eerder een parallel tussen Obama en John F. Kennedy. Kennedy was de eerste president uit katholieke hoek, ook een bevolkingsgroep die lang als minderwaardig werd beschouwd. Denk maar aan de film Gangs of New York, waarin de Ierse katholieken de onderlaag van het negentiende-eeuwse New York uitmaken. De katholieken werden geminacht, ze waren de joden van hun tijd. Zowel Kennedy als Obama zijn intellectuelen, ze hebben gestudeerd, ze komen uit een familie die een uitzondering is in de groep waartoe ze behoren.” “Maar Obama zal in de eerste plaats de president van álle Amerikanen willen zijn. Hij zal zeker niet openlijk emancipatorisch zijn, hij zal eerder iemand van een bepaalde inkomensklasse ondersteunen dan iemand van een bepaalde huidskleur. De tijd van Martin Luther King en de ‘positive action’ voor de zwarten is voorbij.” “De conclusie is dat Obama niet erg zwart is, en dat hij tijdens de race zijn best heeft gedaan om nog minder zwart over te komen. Maar eens daadwerkelijk aan de macht zal het feit dat hij een gekleurde president is wel degelijk een verschil maken, de symboolwaarde is bijzonder groot. Eén ding staat nu al vast: er zal meer aandacht voor de minderheden en minder voor de rijken zijn dan onder Obama’s voorganger.” De lessen voor de 21ste eeuw (met aansluitende discussie) worden gegeven op maandagavond, telkens van 19u30 tot 21u30 in Aula Pieter De Somer, Deberiotstraat 24, te 3000 Leuven http://www.hiw.kuleuven.be/ ned/lessen/
Ontdek jezelf. Begin bij de infodagen K.U.Leuven. Zaterdag 7, 21 en 28 maart 2009 www.kuleuven.be/infodag
Hoe streng straft onze samenleving? Op 24 jaar tijd is de gemiddelde gevangenisbevolking met 63 procent gestegen. Dat het Leuvens Instituut voor Criminologie (LINC) en vaktijdschrift Panopticon op 21 november een studiedag organiseren rond de vraag ‘Straffen we meer en harder?’ hoeft dus niet te verwonderen. Tine Bergen
Slachtofferschap
Eric Maes is verbonden aan het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie en één van de sprekers tijdens de studiedag: “Dat de gemiddelde gevangenisbevolking tussen 1980 en 2004 met 63 procent is toegenomen, heeft vooral te maken met het feit dat er langere straffen worden uitgesproken: de gemiddelde detentieduur is gestegen met maar liefst 104 procent. Er worden nu wel 21 procent minder mensen opgesloten dan zo’n 25 jaar geleden, maar diegenen die in de gevangenis terechtkomen, blijven er gemiddeld langer zitten dan vroeger.” Tom Daems, postdoctoraal onderzoeker aan het Instituut voor Strafrecht en LINC: “Er is duidelijk een tweedeling tussen enerzijds een groep die streng wordt aangepakt en aan de andere kant een groep die er vrij licht vanaf komt. Naast moord en doodslag zijn vooral drugsdelinquenten en seksuele delinquenten sterk vertegenwoordigd bij de lange straffen.” En wat met de zogenaamde alternatieve straffen? Heeft het toepassen daarvan invloed op de cijfers? Volgens professor Ivo Aertsen, organisator van de studiedag, is het verkeerd om te denken dat alternatieve straffen ook werkelijk een alternatief vormen: “Ze vormen een uitbreiding. Er worden niet minder gevangenisstraffen uitgesproken omdat iemand ook een werkstraf kan krijgen. Maar delinquenten die vroeger geen straf zouden krijgen, krijgen nu vaak een werkstraf.” Daems: “Een tweede reden voor de toegenomen gevangenisbevolking is het veranderde invrijheidstellingsbeleid voor langgestraften. Het duurt vandaag veel langer om het hele systeem met alle procedures te doorlopen. Bovendien worden we alsmaar voorzichtiger, want de druk om geen fouten te maken is bijzonder groot.”
Volgens Aertsen zijn er vandaag veel meer mensen die zich slachtoffer voelen dan vroeger: “Mensen stellen zich in het algemeen veeleisender op. Bovendien spitsen de media zich ook sterk toe op de ervaringen van slachtoffers. Slachtofferschap wordt een soort status. Denk bijvoorbeeld aan de ouders van Joe Van Holsbeek, die een prijs krijgen omdat ze slachtoffer zijn.” Maes: “Via zogenaamde slachtofferenquêtes wordt de bevolking regelmatig bevraagd over haar ervaringen met criminaliteit. Daaruit blijkt dat de criminaliteit de laatste jaren is gedaald. Maar als je gaat kijken naar de geregistreerde criminaliteit, dan is dat cijfer net gestegen. Dat heeft te maken met het feit dat de politie nu beter is uitgerust om te registreren.” Daems beklemtoont dat er geen rechtstreeks verband is tussen straf en criminaliteit: “Beiden zijn ingebed in een cultuur, geschiedenis, economie ... Twee landen die dezelfde evolutie tonen in criminaliteitscijfers, gaan vaak op heel andere manieren met straf om. Met straf wil je als maatschappij duidelijk maken wat je afkeurt. Met daarbij tegelijkertijd de overweging: hoeveel extra leed wil ik hier nog aan toevoegen? We hebben maar een beperkt aantal strafmogelijkheden. Maar je kan wel op heel veel manieren omgaan met de strafbehoefte.” Aertssen: “Criminaliteit is veel complexer dan het individu dat een criminele daad pleegt. Het is een onvermijdelijk deel van de samenleving en dat zou men meer moeten beseffen. We zouden de samenleving ook meer op een gecontroleerde manier moeten laten deelnemen aan de reactie erop. Want recht is geen product dat je kan afleveren. Recht zal maar gebeuren als mensen het als recht aanvaarden…” http://www.maklu.be/ punitiviteit/
6 Nieuws
campuskrant
Eredoctor Jared Diamond: “Waar wacht u op? Ga kinderen maken!” Op 13 november kwam professor Jared Diamond zijn eredoctoraat van de K.U.Leuven ophalen. De Amerikaanse fysioloog, bioloog, geograaf en socioloog is een van de populairste wetenschappers die er vandaag op deze planeet rond lopen. Hij trad met zo’n vijfhonderd studenten in debat over de toekomst van de menselijke samenleving. Hendrik Lens “Professor, u die de ontwikkeling en de ondergang van menselijke samenlevingen hebt bestudeerd, zeg ons eens, zou u nog kinderen maken als u vandaag vijfentwintig was?”, vroeg een studente aan het einde van het debat. Het werd muisstil en Jared Diamond plukte even aan zijn baard. “Als mijn vrouw ermee akkoord zou gaan, zou ik dat zeker doen”, zei de professor, die vader is van twee tweelingzonen. “De meesten hier in de zaal zijn tussen de twintig en de vijfentwintig. Waar wacht u op? Ga kinderen maken! Maar doe het verstandig. Het zijn uw kinderen en kleinkinderen die de problemen over vijftig jaar zullen moeten oplossen.” Die ene simpele vraag en dat ene simpele antwoord vatten mooi de discussie samen die zich in de aula ontsponnen had. De aarde heeft een probleem, dat probleem heet mens, het enige ‘dier’ dat zichzelf totaal kan vernietigen. Menselijke samenlevingen komen en gaan. Als een samenleving verdwijnt, heeft dat meestal te maken met verkeerde beslissingen. “We shall be able to solve our problems, if we decide to do so!”
Derde chimpansee Jared Diamond, verbonden aan de University of California, is een van de weinige wetenschappers die zich naast zijn honderden wetenschappelijke artikels ook aan populaire boeken mag wagen, zonder minder ernstig te worden genomen. Voor zijn werk Zwaarden, paarden en ziektekiemen kreeg hij in Amerika zelfs de Pulitzer-prijs. Jared Diamond is ook een van de weinigen die in verschillende en uiteenlopende disciplines thuis is en die ook aan elkaar kan knopen om tot een holistische visie te komen, in zijn geval over de mens als ‘derde chimpansee’ – naast de ‘gewone’ chimpansee en de dwergchimpansee of bonobo, over menselijke beschavingen en de mechanismen die maken dat ze vooruitgaan of imploderen. Diamonds grootste verdienste – een kenmerk dat grote wetenschappers delen – is dat hij erin slaagt om een probleem te herleiden tot een doodeenvoudige vraag. Dat systeem past hij niet alleen toe in zijn wetenschappelijke artikels, maar ook in zijn populariserende werken, en zelfs op een herfstige donderdagnamiddag in een spel van vraag en antwoord met studenten van een Belgische universiteit. Jared Diamond nam
geen blad voor de mond, stak als Amerikaan ook de hand in eigen boezem, maar hield de lippen op elkaar als hem gevraagd werd naar politieke oplossingen of theorieën. De beste schoenmaker blijft bij zijn leest. “Natuurlijk zijn er redenen voor hoop”, zei professor Diamond met een knipoog naar de nieuwe president van zijn land. “Ik ben bewust optimist. Acht jaar slechte beslissingen betekenen niet het einde van de Verenigde Staten. Op het gebied van milieubewustzijn heb ik de voorbije twee à drie jaar trouwens een kentering gezien in de VS die ik op zo korte tijd niet voor mogelijk hield. Er zijn ook positieve signalen. De luchtkwaliteit in California is beter dan veertig jaar geleden, in veel rivieren in Europa zit weer vis, wat toen ook niet het geval was, het zalmbestand in Alaska groeit weer aan.” “Maar als je weet dat er vandaag 6,7 miljard mensen op aarde wonen en dat de wereldbevolking over 40 à 50 jaar nog eens verdubbeld zal zijn, dan moet je de vinger op de alarmknop houden. De problemen die dat meebrengt zijn niet onoplosbaar, maar zeker niet eenvoudig. De wetenschap kan oplossingen aanbrengen, maar de politieke wil moet aanwezig zijn om de dingen te veranderen!”
“Op het vlak van milieubewustzijn heb ik de voorbije twee à drie jaar een kentering gezien in de VS die ik op zo korte tijd niet voor mogelijk hield.”
(© Rob Stevens)
gedaan in Nieuw-Guinea”, vertelt hij. “Ik ben daar gekomen om vogels te bestuderen, heb me dan bezig gehouden met natuurconservatie, tot ik uiteindelijk de samenlevingen van de verschillende volkeren ben gaan onderzoeken. Er worden duizend talen gesproken in Nieuw-Guinea, dat is zowat een vijfde van de talen die op de hele aarde geregistreerd werden. Als dat geen taalproblemen geeft. Het moet een hele opluchting zijn voor een land als België dat er maar twee talen gesproken worden …” In De derde Chimpansee schrijft Jared Diamond uitvoerig over de volkeren van Nieuw-Guinea. De vorige generatie leefde in het Stenen Tijdperk, maar de Papoea’s
vandaag zijn moderne mensen, die computers kunnen bedienen en vliegtuigen kunnen besturen, betoogt hij. Dat is het beste bewijs dat de verschillen niet in de mensen zitten, maar in de omstandigheden waarin ze leven. Misschien is dat wel de allerbelangrijkste boodschap die Jared Diamond in petto heeft.
Vikings Het debat werd gevoed door een spervuur van vragen. Jared Diamond tastte diep in zijn trukendoos, had het over de Braziliaanse economie, het vogelbestand in Nieuw-Guinea, het verdwijnen van de amfibieën op aarde, het faillissement van IJsland, de ondergang van het Romeinse rijk, kikvorsen die hun eieren in hun mond uitbroeden, het drama van Paaseiland waar de mens zichzelf uitroeide, waarom Australiers geen kangoeroes en koala’s domesticeerden, de migraties van de mens na de laatste IJstijd, de grote sprong voorwaarts die vooral te danken was aan geografische elementen en geenszins aan verschillen tussen mensen, de bakermat van onze beschaving die in het Midden-Oosten ligt, meer bepaald in Iran, Irak en Afghanistan vandaag, de ondergang van de Vikings, enzomeer. Diamond is een begenadigd verteller en slaagt erin om de talloze thema’s die hij op een uur tijd aansnijdt tot een coherente visie te smeden. Misschien is zijn grootste verdienste wel dat hij zo snel absorbeert wat zijn nieuwe omgeving hem aanbiedt. “Ik heb jarenlang onderzoek
Samenlezing
(© ingezonden)
Op enkele duizenden kilometers van Leuven is rector Vervenne samen met zijn Ethiopische collega Mitiku Haile in de lectuur van Campuskrant verdiept. Van 26 tot en met 30 oktober werd aan de Universiteit van Mekelle in Noord-Ethiopië de tweede fase van een Institutioneel Universitair Samenwerkingsproject gelanceerd, gecoördineerd door de K.U.Leuven. Dankzij het project kan de Universiteit van Mekelle onder meer haar onderzoekscapaciteit, internationalisering en infrastructuur versterken.
19 november 2008
Nieuws 7
Eredoctores Patroonsfeest 2009 bekend De eredoctoraten 2009 gaan naar de Iraanse illustrator Marjane Satrapi, de Palestijnse filosoof Sari Nusseibeh, de Soedanese rechtsgeleerde Abdullahi Ahmed An-Na` im en de Italiaanse Jezuïet Paolo Dall’Oglio. minder geschoolde bevolking. In een recent werk onderzoekt hij de mogelijkheden om de islam te verzoenen met de vereisten van de seculiere staat. Ook hier tracht hij bruggen te slaan tussen wat door sommigen gezien wordt als tegenstrijdige standpunten over de organisatie van menselijke samenlevingen. Promotor: prof. dr. Marie-Claire Foblets, Instituut voor Vreemdelingenrecht en Rechtsantropologie
Paolo Dall’Oglio Marjane Satrapi
(© Getty Images)
Sari Nusseibeh
(© ingezonden)
Abdullahi Ahmed An-Na`im (© ingez.)
Paolo Dall’Oglio
(© Rob Stevens)
Emory University in Atlanta. Tussen 1993 en 1995 was hij directeur-generaal van de Afrikaanse afdeling van Human Rights Watch. Abdullahi Ahmed An-Na`im geldt als één van de grootste kenners van de mensenrechten in de islam. Hij verwerpt de idee dat islam en mensenrechten onverzoenbaar zouden zijn en verdedigt de stelling dat de mohammedaanse identiteit zich integreert in de universele mensenrechten. In workshops over mensenrechten heeft hij in verschillende Afrikaanse en Arabische landen de principes van de mensenrechten dichter bij de mensen kunnen brengen. Zijn uitgangspunt is dat mensenrechten niet van Sari Nusseibeh Abdullahi Ahmed An-Na`im bovenaf met wetten en formele Marjane Satrapi Prof. dr. Sari Nusseibeh (Damas- Prof. dr. Abdullahi Ahmed An- regelgeving kunnen worden opMarjane Satrapi (Teheran, 1969) cus, 1949) is rector van de Al- Na`im (Soedan, 1950) is hoog- gelegd indien ze niet van binis illustrator en striptekenaar. Quds Universiteit in Jeruzalem. leraar aan de School of Law van nenuit gedragen worden door de Onze universiteit kent ieder jaar het eredoctoraat toe aan personen met bijzondere verdiensten op wetenschappelijk, maatschappelijk of cultureel vlak. In 2009 vieren de K.U.Leuven en de UCL hun Patroonsfeest samen, en reiken ze de onderscheidingen gemeenschappelijk uit. Die keuze benadrukt de wens tot versterkte samenwerking tussen de twee zusteruniversiteiten. Op 2 februari 2009 mogen vier vooraanstaande personen de titel van doctor honoris causa van de beide universiteiten in ontvangst nemen. De respectieve Academische Raden kozen voor het thema: ‘multiculturaliteit, interculturaliteit en diversiteit’.
Zij veroverde de harten van het publiek met haar strip Persepolis. In deze autobiografie, verfilmd in 2007, beschrijft ze de verschillende periodes van de Iraanse revolutie, gezien door de ogen van een klein meisje. Op een kritische maar toch humoristische manier onderricht ze met dit boek haar Westerse lezers over Iran. Ze wekt belangstelling en empathie op voor het land en zijn bevolking. Tegelijkertijd ontkracht ze vele mythes over de Iraniërs en hun cultuur. Vandaag woont Marjane Satrapi in Frankrijk. Promotor is de heer Thierry Bellefroid, journalist verbonden aan de UCL.
Hij is gekend voor zijn standpunten over vrede en dialoog in het Israëlisch-Palestijnse conflict. Samen met de Israëlische politicus Ami Ayalon is Sari Nusseibeh co-auteur van de verklaring The People’s Voice. Volgens het principe van ‘twee volkeren, twee staten’, pleiten de auteurs voor een Palestijnse staat gebaseerd op Israëls grenzen van 1967 en voor een compromis over het Palestijnse recht op terugkeer. Het doel van de verklaring is aan de basis steun op te bouwen voor een oplossing van het conflict. Promotor: prof. dr. Helge Daniëls, eenheid Nabije Oosten Studies.
Paolo Dall’Oglio (Rome, 1954) is een Italiaanse Jezuïet die geloof, rechtvaardigheid en waarheid hoog in het vaandel draagt. In het sinds eeuwen verlaten klooster van Mar Musa el-Habashi, ten noorden van Damascus, stichtte hij in 1992 een gemengde oecumenische religieuze gemeenschap. Het klooster van ‘de Heilige Mozes’, Mar Musa in het Arabisch, staat bekend voor zijn gastvrijheid en zijn betrokkenheid bij de dialoog met de moslims. De communauteit streeft naar het tot stand brengen van een positieve verstandhouding tussen islam en christendom. De keuze van het Arabisch voor de onderlinge omgang en voor het liturgische leven van deze oecumenische en internationale gemeenschap is nauw met deze doelstelling verweven. Promotor: de heer Benjamin Peltier en de heer Dries Deweer, studenten aan de UCL en de K.U.Leuven
Ethisch Forum over rankings
De zevende editie van het Ethisch Forum van de Universitaire Stichting is gewijd aan een thema waar we ons officieel niet druk over maken, maar in de wandelgangen praat iedereen er telkens weer over met een bibberende dan wel jubelende stem: rankings van universiteiten. Ludo Meyvis Volgens Bart Pattyn van het Overlegcentrum voor Ethiek gaat het om een belangrijk en omstreden thema. “Belangrijk is het alleszins. Alleen al de media-aandacht die uitgaat naar de bekende rankings, illustreert dat. Het echte belang schuilt hem echter in de mate waarin rankings keuzeprocessen beïnvloeden – of toch minstens kùnnen beïnvloeden. Kiest een student voor deze of gene universiteit, onder meer omdat ze hoger staat in een bepaalde ranking? Kiest een onderzoeker voor een affiliatie met een instelling uit de top? En laten bewindslieden hun subsidies afhangen van de plaats in een ranking, omdat die zogezegd betere resultaten en dus een meer efficiënte werking weerspiegelt?”
Discussiemoe
“Het grootste probleem heeft er
volgens mij mee te maken dat rankings suggereren dat ze iets meten, maar dat het niet zo duidelijk is wat de maatstaf is. Die maatstaf is: de universiteit die we willen zijn, het ideaal. Maar daar zitten we met een vervelende kwestie. Ten eerste: hoe druk je in cijfers uit in welke mate een universiteit dat ideaal benadert? En veel belangrijker nog is het tweede aspect: waar is de discussie die aan de basis moet liggen van wat ons ideaal is? Ik kan het niet hardmaken, maar ik heb een beetje de indruk dat er een soort moeheid aan het groeien is om aan die discussie deel te nemen, zeker bij jongeren.” “Dat heeft allicht te maken met een bepaald carrièreperspectief: als je wil doorstoten, moet je je specialiseren, en je moet maar met een grote boog om brede discussies heenlopen, want die brengen je geen stap vooruit.
Ik situeer de grond van die vermoeidheid of onverschilligheid ook wel bij een bepaalde vorm van reflectie die niet meer aanslaat, namelijk de reflectie die niét op empirisch verifieerbare
worden, maar het gaat om een heel reële tendens, vermoed ik, iets waar we rekening mee moeten houden.” “Het Ethisch Forum wil de discussie over de rankings voorzien
“Het grootste probleem is dat rankings suggereren dat ze iets meten, maar dat het niet zo duidelijk is wat de maatstaf is.” criteria stoelt, maar die haar kwaliteit ontleent aan de aansluiting bij een brede cultuurhistorische traditie, de reflectie van de belezen mens. Je kunt daar droef bij
van een stevige bodem. Daarvoor wordt onder meer gezorgd door Ben Sowter, head of research bij Quacquarelli Symonds in London, de organisatie die de
jaarlijkse rankings van de Times Higher Education Supplement opstelt. Hij kent dus als geen ander de achtergrond en de problemen verbonden met rankings. Richard Yelland van de OESO stelt de houding van zijn organisatie voor ten aanzien van rankings in de wereldwijde onderwijsruimte. Patrick Loobuyck van de UGent zal het hebben over de bezorgdheden van jonge academici over de impact van rankings op de universitaire wereld. Het gevulde programma omvat verder nog een discussie, waaraan ook minister Vandenbroucke deelneemt. Verplichte kost voor wie begaan is met de huidige situatie en de toekomst van onze universiteiten…” Het 7de Ethisch Forum van de Universitaire Stichting vindt plaats op donderdag 20 november. Meer informatie: http:// www.fondationuniversitaire.be/ nl/forum7.php
8 Onderzoek
campuskrant
Bachsymposium mixt discussie en muziek Op 4 en 5 december vindt in het Lemmensinstituut een bijzonder symposium plaats over de muziek van Johann Sebastian Bach. Ines Minten “Het wordt zeker geen klassiek symposium”, zegt zanger-musicoloog Dirk Snellings, docent aan het Lemmensinstituut. “We zullen woord en klank sterk vermengen. De uitvoeringen die je er te horen krijgt, worden meteen weer onderwerp voor discussie. Zoiets vind je nergens anders. Het is een leuk en uniek concept.” Het symposium en het onderzoeksproject waarvan het een uitloper is, zijn er gekomen naar aanleiding van het eredoctoraat van Sigiswald Kuijken in februari 2007. “Sigiswald heeft een hoofdrol gespeeld in de zogenaamde authenticiteitsbeweging die vooral in de jaren zeventig opgang maakte”, vertelt Dirk Snellings. “Hij was het niet eens met de manier waarop Bach in die tijd werd gespeeld en ging op zoek in de bronnen naar de historische uitvoering van barokmuziek. Op dit moment speelt vrijwel niemand nog op de toenmalige traditionele romantische manier.” Nieuwe inzichten omtrent de cantates van Bach vormen het hoofdthema van de eerste symposiumdag. Snellings: “Traditioneel plaatst men voor de uitvoering van die cantates een koor op een podium. Historische bronnen wijzen nu aan dat het er in de tijd van Bach wel eens helemaal anders uitgezien zou kunnen hebben. In de eerste plaats is die muziek zo moeilijk dat het niet denkbeeldig is dat Bach de cantates liet uitvoeren met een veel kleinere – solistische – bezetting in plaats van met een groot koor. Bovendien tonen de bronnen dat Bach op zondag enkel op de vier beste zangers een beroep kon doen voor de uitvoering van zijn cantates.” “Het is een boeiende discussie die nu al meer dan tien jaar aan de gang is en nog steeds voort duurt. Er blijft een interessant spanningsveld rond bestaan. Dat willen wij met ons onderzoek en symposium verfijnen. We zullen er op 4 december ook mee experimenteren. Zo plaatsen we een solistische uitvoering door Sigiswald Kuijken en zijn orkest La Petite Bande naast een uitvoering met een grotere bezetting door Currende, het ensemble van Erik Van Nevel. Beide versies laten we vervolgens bevragen door musicologen en publiek.” Een bijkomende vraag die zich door het onderzoek weeft, is die naar de persoonlijke keuzes van de dirigent in dergelijke kwesties.
Kinloos De tweede dag van het symposium concentreert zich op het instrumentarium van Bach. Daar zal onder meer de violoncello da spalla aan bod komen. Het gaat
om een kleine schoudercello die de musicus met een touw om de hals draagt. Bach gebruikte het instrument sporadisch, maar na de 17de eeuw is het vergeten geraakt. Tot Sigiswald Kuijken een aantal jaren geleden een exemplaar liet bouwen, gestoeld op historische bronnen. Het onderzoek waar het symposium uit voortvloeit, wordt crossdisciplinair gevoerd door een team van musicologen, musici, psychologen en economen. Behalve Dirk Snellings is ook professor Bart Van Looy van de Onderzoekseenheid Bedrijfseconomie, Strategie en Innovatie één van de voortrekkers van het project. “Ik heb mijn doctoraat gemaakt over innovatie”, vertelt hij. “Toen La Petite Bande een cd-box uitbracht met als ondertitel ‘25 jaar innovatie’ was mijn nieuwsgierigheid geprikkeld. Oude muziek opvoeren leek me immers veeleer conservatie dan innovatie. Er zijn vinnige discussies met La Petite Bande-manager Geert Robberechts en later Sigiswald Kuijken uit voortgevloeid. Uiteindelijk was mijn interesse zozeer gewekt, dat ik een case over innovatie in de klassieke muziek heb opgenomen in mijn doctoraatsverhandeling.” Zo ging de bal aan het rollen en ontstond uiteindelijk de crossdisciplinaire samenwerking met Dirk Snellings, die vanuit het Lemmensintituut ook op zoek was hoe hij kwalitatief onderzoek naar Bach kon opzetten. “Ik hou persoonlijk erg van klas-
Sigiswald Kuijken neemt met La Petite Bande actief deel aan het symposium over de muziek van Johann Sebastian Bach. (© Rob Stevens)
sieke muziek”, legt Bart van Looy uit. “Maar het onderzoek is voor mij veel meer dan een hobby. Het levert ook nieuwe inzichten
door Sigiswald Kuijken tot het tenschappelijke domeinen.” herdenken van de conceptuali- “Omgekeerd halen ook musici sering van de ondernemer zoals en musicologen een voordeel ooit naar voor geschoven door uit de samenwerking; met name op het methodologische vlak. Ik denk dat kruisbestuivingen tussen onderzoek uit verschillende werelden heel vaak zulke interessante resultaten kan opleveren. Het biedt je op zijn minst een frisse kijk op bestaande theorieën en concepten.” Vernieuwende inzichten bij historisch gedocumenteerde uitvoeringen van de muziek van Johann Schumpeter. Met andere woor- Sebastian Bach, 4 en 5 december, den, een analyse van veranderin- Lemmensinstituut, Herestraat gen en innovatie in de klassieke 53, 3000 Leuven muziek genereert interessante http://associatie.kuleuven.be/ ideeën op meer economisch-we- ivok/bachsymposium
“Een nieuwe kijk op Bach leidt tot een nieuwe kijk op ondernemerschap.” op die relevant zijn op het vlak van innovatie en ondernemerschap. Zo leidt een analyse van het ‘heruitvinden’ van de kinloze methode van viool spelen
Een zetel met een geheugen Je koopt in de winkel een kubus en eenmaal thuis verandert die door warmte in een zetel. Toverij? Neen, het resultaat van interactie tussen wetenschap, technologie, kunst en design. Het is maar een van de ontwerpen die worden voorgesteld in het boek In.tangible.scape.s dat deze week bij Imec wordt voorgesteld. Wim Troch Een in juwelen verwerkte patch die insuline toedient, een designobject dat de lucht zuivert… Als kunstenaars en wetenschappers hun krachten bundelen, kan het allemaal. Een van hen is Carl De Smet, kunstenaar, architect en designer. In samenwerking met het Departement Metaalkunde en Toegepaste Materiaalkunde onderzoekt hij het designpotentieel van zogeheten shape memory polymers en shape memory alloys, materialen die hun oorspronkelijke of gewenste vorm kunnen ont-
houden. De Smet: “Mijn deel van het project is eigenlijk een onderzoek naar een prototype van een zetel die zijn vorm krijgt door geheugenmateriaal. De zetel heeft bijvoorbeeld oorspronkelijk de vorm van een kleine kubus. Als je die opwarmt, groeit het materiaal uit tot een zetelvorm. Die kun je dan opnieuw modelleren – zoals kneedbare klei – naar weer iets anders. Als je het materiaal daarna opnieuw opwarmt, kan je het weer terugbrengen tot de geprogrammeerde zetel. Nu werken we nog met warmte, maar later willen we de zetel
doen veranderen op basis van uv-lichtstimuli.” “Het grote voordeel is dat de verpakking en het eindproduct één en hetzelfde materiaal is. Vergelijk het met de meubels die je in IKEA koopt in platte dozen om ze dan thuis in elkaar te steken. De volgende stap is dat er geen verpakking meer nodig zal zijn, omdat de meubels zelf in eerste instantie een praktische vorm hebben, en pas thuis hun gewenste vorm krijgen. Philip Ball heeft ooit gezegd dat in de toekomst het materiaal een mechanisme zal worden, en dat klopt volgens mij.” Die toekomst hoeft niet eens zo ver verwijderd te zijn. “Mits het nodige onderzoek denk ik dat we binnen een tweetal jaar echt van start kunnen gaan. Voor dat onderzoek doen we beroep op professor Jan Ivens van het Departement Metaalkunde en Toegepaste Materiaalkunde. We zoeken naar geschikte materialen en we kijken hoe we die
kunnen versterken en optimaliseren. Van de kleine labopstellingen willen we echte prototypes maken. Vaak duiken er toch nog technische problemen op wanneer je op werkelijke afmetingen werkt.” Het boek In.tangible.scape.s is het resultaat van een samenwerking tussen IMEC en Ad!dictlab. com, dat een platform biedt aan meer dan vierduizend creatievelingen. Imke Debecker van IMEC: “Dankzij deze samenwerking kunnen we mensen de andere kant van wetenschap en technologie laten zien. Al te vaak wordt wetenschap beschouwd als emotieloos, abstract en moeilijk toegankelijk voor nietexperten.” Het project In.tangible.scape.s wordt op 21 november, om 20u voorgesteld bij IMEC in Leuven. Eén van de sprekers is Carl De Smet. Voor meer info en inschrijvingen: http://www.imec.be/ intangiblescapes.
19 november 2008
Leerstoelen 9
Francqui-leerstoel UCL voor Ignaas Verpoest Professor Ignaas Verpoest ziet zijn baanbrekend werk in de ontwikkeling van composietmaterialen beloond met de binnenlandse Francquileerstoel 2008-2009 van de Université Catholique de Louvain. Jaak Poot “Koolstofcomposieten zijn op dit ogenblik onmisbaar bij de productie van vliegtuigen en auto’s”, aldus professor Verpoest. “De aandacht gaat nu volop naar natuurlijke vezels – milieuvriendelijker en beloftevol voor ontwikkelingslanden – en koolstofnanobuisjes, nog duizend keer dunner dan een koolstofvezel: 1 tot 5 miljoenste van een millimeter.” “Ik zie de Francqui-leerstoel vooral als een erkenning van het wetenschappelijk werk van de hele onderzoeksgroep Composietmaterialen in het Departement Metaalkunde en Toegepaste Materiaalkunde (MTM). Ik ben in mijn groep het enige vast door de universiteit betaalde staflid, maar hier zijn wel vijfentwintig wetenschappers aan de slag, binnenkort zelfs dertig. De voorbije twintig jaar hebben meer dan zeventig experts hier wetenschappelijk onderzoek verricht. Dat resulteerde in twaalf octrooien.” Composietmaterialen zijn met vezels versterkte kunststoffen. “Baekeland versterkte al in 1907 zijn bakeliet met katoenvezels om het wat minder broos te maken. Maar de echte doorbraak kwam er met de supersterke vezels: glasvezel in de jaren dertig en koolstofvezel in de jaren zestig.”
Licht en sterk “Met koolstofvezels versterkte materialen kun je niet meer wegdenken uit de moderne industrie. Ze zijn even stijf en sterk als staal, maar wegen vijf keer min-
der. Bij de nieuwste vliegtuigtypes, zoals de Airbus 350 en de Boeing 787, bestaat de dragende structuur voor de helft uit met koolstofvezel versterkte kunststof. Vergelijk dat met de huidige vliegtuigen die maar tien procent composiet bevatten. Toyota heeft een concept klaar voor een nieuwe Prius met chassis en koetswerk in koolstofcomposiet: die weegt drie keer minder dan de huidige versie en verbruikt twee keer minder – 2,17 liter op 100 km.” “Wij zijn actief op drie terreinen. Wij doen fundamenteel wetenschappelijk onderzoek en ontwerpen modellen om het gedrag van composieten beter te begrijpen én te voorspellen. Als ingenieurs verbeteren we materialen en productieprocessen. En voor echte doorbraken is veel creativiteit nodig. Zonder creatieve inbreng, slaag je er alleen maar in om bestaande materialen en processen incrementeel te verbeteren. Wij willen en doen meer.” De composietgroep binnen het Departement MTM is een van de belangrijkste onderzoeksgroepen in zijn soort in Europa. “Europese projecten en internationale samenwerking leveren een derde van ons budget. Projecten en beurzen van universiteit, IWT en FWO leveren ook ruim een derde. Het laatste part komt uit rechtstreekse samenwerking met bedrijven. Vooral die laatste pijler groeit gestadig. Bedrijven sturen trouwens ook mensen naar onze onderzoeksgroep om hier aan onderzoek te doen.”
Natuurvezels “De laatste jaren concentreren we ons sterk op natuurlijke vezels. De sterke natuurvezels zijn het resultaat van natuurlijke selectie en wij lichten hun inwendige structuur door. Tegelijk blijven we actief als ingenieur: we zoeken uit welke productietechnieken nodig zijn om ze efficiënt te gebruiken. Daarmee helpen we ontwikkelingslanden vooruit. Ze kunnen hun landbouwproducten gebruiken als hoogwaardig technologisch materiaal. We begeleiden projecten
voor gebruik van bamboe- en kokosvezels in Vietnam, jutevezels in Bangladesh en bamboe in Colombia. In dat laatste land hoopt de regering zo een goed alternatief te krijgen voor de cocakweek.” Dat lijkt veraf van het geavanceerde onderzoek naar koolstofnanobuisjes of biopolymeren, dat recent startte in het Leuven Materials Research Centre. Maar het vertrekt van dezelfde basisidee: creatief ingrijpen in de structuur van materialen om revolutionair betere materialen te maken. “Wat ik heel belangrijk vind? De samenwerking met designers. Zij kijken anders naar producten en materialen dan wij als ingenieurs. Dat geeft een nieuwe impuls voor creatieve ontwikkelingen. Samen met edelsmid Nedda El Asmar, die onze workshop voor designers volgde, ontwikkelden we bijvoorbeeld een composietmateriaal op basis van zijdevezels. Volgend jaar komt een eerste product op de markt.”
Spin-off “Wij hebben twaalf octrooien op onze naam. Die voor ThermHex en TorHex brachten we onder in een spin-off van de K.U.Leuven: Econcore in Haasrode. Het gaat om de continue productie van sterke, maar heel lichte honingraatstructuren. Dat bedrijf draait heel goed, binnenkort starten productie-eenheden in Japan en Duitsland, en een joint venture met Arcelor. Ik vind wel dat we moeten oppassen met de zachte dwang naar professoren om zich in spin-offs te engageren. Akkoord dat wij jongeren stimuleren en ondersteunen voor en bij ondernemerschap. Maar een bedrijf leiden? Dat vraagt andere talenten dan academische en onderzoeksvaardigheden.” Professor Verpoest start een reeks van zes lezingen onder de noemer: ‘Les composites – science, ingéniérie et creativité’. De inaugurale lezing geeft hij in het Frans. Engels wordt de voertaal voor de vijf volgende lezingen die elk een deelaspect behandelen. http://www.mtm.kuleuven.be
Nanotechnologie in gezondheidszorg biedt enorme mogelijkheden De veertigste Van Cauterenleerstoel gaat op zoek naar nanotechnologische toepassingen in de gezondheidszorg. Sofie Bas Het thema van de Van Cauteren Leerstoel – georganiseerd door de Faculteit Ingenieurswetenschappen – is dit jaar ‘Nano voor bio’ of hoe nanotechnologie de gezondheidszorg vooruit kan helpen. Een domein dat in de toekomst een grote groeimarkt zou kunnen zijn voor de Vlaamse en Belgische economie, volgens professor Georges Gielen, hoofd van de ESAT-afdeling Micro-elektronica en Sensoren en voorzitter van de werkgroep Van Cauterenleerstoel: “Naast de nood om de kost van de gezondheidszorg onder controle te houden is er namelijk ook behoefte aan een meer gepersonaliseerde zorg. Monitoring met elektronische systemen van thuis uit of behandelingen op maat van individuele patiënten zijn daar goede voorbeelden van. Nanotechnologie kan daar een rol spelen.” Nanotechnologie wordt gedefinieerd als het gebruik van materialen en structuren met een fysische afmeting tot honderd nanometer – een nanometer is een miljardste van een meter. Professor Jos Vander Sloten, voorzitter van het Leuven Medical Technology Center: Die nanostructuren hebben twee grote voordelen in medische toepassingen. Eerst en vooral zijn ze natuurlijk ongelooflijk klein – veel kleiner zelfs dan structuren die we graag zouden observeren zoals virussen of bacteriën. Daarnaast maakt nanometerelektronica het mogelijk om op een piepklein stukje silicium enorm veel transistoren te integreren. Die plaatjes kunnen dan onopvallend in bijvoorbeeld kledij of implantaten ingewerkt worden.” De mogelijkheden van nanotechnologie in de medische sector zijn volgens de enthousiaste leden van de Van Cauterenleer-
stoel werkgroep enorm. Gielen: “Dankzij nanometerelektronica kunnen we bijvoorbeeld intelligente toestelletjes maken die patiënten met hartproblemen voortdurend monitoren – en die de hulpdiensten automatisch waarschuwen bij onregelmatigheden. Zulke meettoestelletjes kunnen bijvoorbeeld ook in de voedingsindustrie gebruikt worden bij de detectie van salmonella.” “Op een hoger niveau hebben we dan intelligente implantaten. Pacemakers en hoorapparaten bestaan al, maar met nanotechnologie kunnen bijvoorbeeld heup- en knieprotheses slimmer gemaakt worden met ingebouwde monitoring en grotere aanpassing aan het lichaam. Zo kan men bij patiënten met verlammingen ook de motorische functies op een elektronische manier herstellen. Daarnaast maakt de nanoschaal nog mogelijk om elektronica te laten interageren met menselijke neuronen – wat dan weer autonome neurostimulatie mogelijk maakt. Onder andere patiënten met epilepsie, Parkinson of Alzheimer kunnen daarmee geholpen worden. Ten slotte maken nanomaterialen nog een volledig nieuwe vorm van geneeskunde mogelijk, waarbij geneesmiddelen bijvoorbeeld selectief en lokaal op de juiste plek in het lichaam ingezet worden.” Al zullen nanotechnologische producten de komende jaren nog niet volop op de markt komen, de nanotechnologie is wel een onomkeerbare trend. Tijdens de Van Cauterenleerstoel komen zowel de technische als de economische, maatschappelijke en ethisch-juridische aspecten van nanotechnologische toepassingen in de gezondheidszorg aan bod. http://eng.kuleuven.be/vancauterenleerstoel/index.html
Ontdek eenvoud, begin bij uw administratie www.kuleuven.be/kufka
10 Onderzoek
campuskrant
Robots en treintjes zijn niet saai Op 20 en 21 november organiseert het Departement Elektrotechniek-ESAT opendeurdagen. Daar toont het aan bachelorstudenten van universiteit en hogescholen de uitdagingen van een masteropleiding in elektrotechniek. Met ingenieur Wim Dehaene hadden we vooraf een gesprek, over vallende robots en treintjes van Lego. “Het ingenieursvak hoeft helemáál niet saai te zijn.” Jaak Poot “Veel mensen gaan ervan uit dat ingenieurs saaie mensen zijn. Dat klopt natuurlijk niet”, zegt professor Wim Dehaene. “Mijn boodschap? Het ingenieursvak kan heel plezant zijn. Al gebruik ik liefst het Engelse woord ‘engineering’. Het gaat om de kunst om als ingenieur creatief problemen op te lossen.” “Mijn voorganger, professor Hugo De Man, introduceerde een geïntegreerd engineeringproject voor de hervorming van de ingenieursopleiding in 2000”, vertelt Wim Dehaene. “De studenten werken een heel jaar in teams aan de automatisering van een modeltrein op een luchthaven. Ze vertrekken van het lastenboek, lossen problemen op en vooral: ze leren samenwerken, een belangrijke vaardigheid voor een ingenieur.” “Vorig jaar hebben we dat Dragon-project een nieuwe inhoud gegeven. We verdelen de studen-
ten van het derde bachelorjaar in twee teams. Elk team krijgt een leeg robotframe, een motor en sensoren. De robot loopt op twee wielen, maar valt om als je hem niet aanstuurt. En daar begint de
De studenten worden nog eens opgedeeld in kleine deelgroepen die elk een aspect van de puzzel oplossen. “Daarna moeten ze alles samenbrengen. En dan loopt het bijna altijd fout. Waarom?
“Je leert pas echt als je proefondervindelijk ervaart waarom en hoe het fout loopt. En niet uit de wijze woorden van professoren.” probleemstelling: hoe stuur ik de wielen zodat mijn robot overeind blijft? Hoe programmeer ik hem zodat hij niet tegen obstakels aanbotst?”
Elke module loopt perfect, maar de boel draait in het honderd als je de onderdelen integreert. Omdat studenten niet doen wat wij hen vooraf duizend keer op
het hart drukken: je oplossingen grondig documenteren en voortdurend communiceren. Ons project bewijst de regel: je leert pas echt als je proefondervindelijk ervaart waarom en hoe het fout loopt. En niet uit de wijze woorden van professoren (grijnst).” Elk team krijgt twee assistenten toegewezen als projectleider. En het beschikt over een consultancy budget waarmee studenten assistenten-experts kunnen inschakelen om hen te helpen met deelproblemen. Ze leren dus ook zuinig met werkmiddelen om te springen.
Techniek in ASO “De kernvaardigheid van een ingenieur, dat is nadenken, problemen oplossen op basis van technisch inzicht. Dat moeten we jong aanleren. Daarom investeren we samen met de rvo-society – de Stichting Roger Van Overstraeten – in een andere aanpak voor het onderdeel informatietechnologie in het vak technologische
opvoeding in de eerste graad van het middelbaar onderwijs”, gaat Dehaene enthousiast verder. “Nu leren kinderen in het ASO wiskunde en wetenschappen, maar geen techniek. Dat is fout: ook techniek moet basiskennis worden voor elke leerling. Daarom vertaalde ik samen met leraar Nico Goddé van de rvo-society ons treinenproject naar de eerste graad middelbaar onderwijs. In het huidige leerplan zitten te weinig de échte ingenieursvaardigheden ingebouwd: de fundamentele manier van denken die zich richt op het analyseren en oplossen van problemen. Nu leren ze theorie en dan mogen ze dat – eerder saai – toepassen op schakelpanelen. Wij doen het andersom: eerst het technisch probleem dat hen wél intrigeert, dan de theorie. En: het moet leuk zijn.” “We geven de leerlingen een stuurbare Lego-trein – gesponsord! –, een stel logische modu pagina 11
Vijf eeuwen Atrechtcollege: van huis voor arme studenten tot werelderfgoed? “Het Atrechtcollege leeft in mijn herinnering als de Leuvense stadspoort”, vertelt de Taiwanese Hsien-yang Tseng. “Met de bus kwamen we van het station en het eerste wat we zagen was die poort en die prachtige Japanse honingboom, het enige groen in de Naamsestraat. Daarna volgde een ontvangst in de salons met hun prachtige decoratie. Ik was heel blij toen ik precies dat college als studieobject kreeg. En nu mag ik er een lezing over geven!”
– nu Paridaensinstituut. En over mezelf. Als Taiwanees kreeg ik de kans om mij aan de K.U.Leuven te verdiepen in werelderfgoed en monumentenzorg, een discipline waarvoor in mijn land weinig interesse bestaat. Hoe kan het ook anders? Wij kunnen niet eens lid worden van de Unesco.” Nog voor hij bisschop van Atrecht werd, stichtte Nicolaus Ruterius het college in 1508 als een huis voor arme studenten. Van dan tot in de 18de eeuw werd het stap voor stap omgebouwd tot een residentieel college, met ontvangsthal, kamers, bibliotheek, kapel en twee binnentuinen. Na de Franse Revolutie werd het verkocht en het gebouw kende tot in de twintigste eeuw een opeenvolging van privé-eigenaars. In 1921 kocht de universiteit het terug aan. Ze gebruikte het eerst vijftig jaar als peda voor meisjesstudenten en liet de leiding over aan de zusJaak Poot ters van het Paridaensinstituut. In 1977 kreeg de Dienst voor StuHsien-yang Tseng is master in dieadvies er onderdak en nu is conservation of monuments and het al enkele jaren de vaste stek sites (K.U.Leuven en Cheng Kung van het International Office. University). Hij komt volgend jaar voor minstens vier jaar naar Leu- Werelderfgoed ven om te doctoreren. Op 21 no- “Samen met de Vlaamse adminisvember is hij gastspreker tijdens tratie en de Vlaamse Unesco-comde viering van vijfhonderd jaar missie werken we al enkele jaren Atrechtcollege. “Ik ga het daar niet aan de erkenning van de universialleen hebben over het Atrecht- taire colleges als werelderfgoed”, college, maar ook over de studie vertelt professor Koen Van Balen die ik uitvoerde over een 25-tal van het Centrum voor Monumenandere colleges in het stadscen- tenzorg. “Het probleem is dat trum, zoals het Hollands College 75% van het erkende werelderf-
goed zich in Europa bevindt. De Unesco is niet zo happig om dat overwicht nog te vergroten, maar de meeste dossiers komen wel van hier. In Europa is er immers interesse én geld om dossiers uit te werken. Daarom hebben we het Atrechtcollege opgenomen in een vraag tot erkenning van het geheel van universitaire colleges. We volgen daar het spoor van het Leuvense Begijnhof. Dat is ook niet individueel erkend als werelderfgoed, maar in een pakket van dertien begijnhoven.” De colleges staan al sinds 2002 op de Tentative List van Unesco voor België, als ‘Leuven/Louvain, bâtiments universitaires, l’héritage de six siècles au sein du centre historique’. “Het erkenningsvoorstel pikt ook in op een nieuwe trend bij Unesco”, zegt Koen Van Balen. “De voorkeur gaat nu naar projecten waar de gebouwen gekoppeld worden aan immaterieel erfgoed, in dit geval de band tussen universiteit en stad. Wij leggen daarvoor ook contacten met andere landen, onder meer in de Coïmbragroep. De kans op erkenning is namelijk groter als die slaat op universiteit-stadsweefsel op diverse plekken in Europa.” Maar eerst moet de Vlaamse Gemeenschap een aantal colleges als monument erkennen – voorlopig is alleen de boom geklasseerd.
voor een Unesco-leerstoel aan de K.U.Leuven. Koen Van Balen: “Bij die aanvraag vertrokken we van het concept ‘Monumentenwacht’ waar we al jaren aan werken, onder meer in het kader van onze master-na-master. Het gaat om het geheel van preventieve zorg voor en onderhoud van monumenten. Hopelijk krijgen we binnenkort het definitieve groene licht.” Wat komt er dan? Een opleidingstraject van een tot twee maanden, met onderzoek en lesprogramma’s, aangevuld met websites en korte seminaries. Dat richt zich onder meer tot internationale beheerders van werelderfgoedmonumenten. “NatuurMonumentenwacht lijk betekent dat een belangrijke Het Centrum voor Monumen- erkenning voor de K.U.Leuven tenzorg kreeg ondertussen al en het Internationaal Raymond wel een informele toezegging Lemaire Centrum voor Conser-
(© Rob Stevens)
vatie,” zegt Koen Van Balen. “Het vergroot de internationale uitstraling die het Centrum de voorbije dertig jaar opbouwde.” Meteen komen er dan meer internationale gasten naar het Atrechtcollege. “Ik vind dat de K.U.Leuven zijn internationale studenten in dat unieke kader moet blijven verwelkomen’, zegt Hsien-yang Tseng. “Het is als nieuwe gast in Leuven een bijzondere ervaring dat je in zo’n prachtig kader terechtkomt. Die stijlvolle salons, het zomerpaviljoen, de binnentuinen, de doorgang naar het stadspark ... Het geeft je een dubbel gevoel: ik ga me hier thuis voelen én ik val hier terug op een universiteit die voortbouwt op eeuwen ervaring in onderzoek en onderwijs.” http://whc.unesco.org/en/ tentativelists
19 november 2008
Emeriti 11
Het ESAT-treintje op de Kinderuniversiteit.
pagina 10
of als het donker wordt. Dat is een uitdaging waar ze met plezier aan les, sensoren en een handleiding. beginnen. En wat zie je gebeuren? Ze moeten ervoor zorgen dat de Ze willen een ingewikkelde trein trein rijdt, stopt voor een obstakel maken en lopen muurvast. Dan
(© Rob Stevens)
komen ze met hun vragen. Ons antwoord? Kijk, een ingenieur tekent schema’s voor hij in actie schiet. Als ze hun redeneerproces dan uitschrijven, zien ze meestal
zelf hun fouten. En ze leerden intuïtief de juiste aanpak!” “We leren ze ook abstraheren zonder dat ze dit zelf beseffen: hun oplossingen proberen ze
eerst uit op een testframe waar ze lampjes moeten doen branden. Pas als het daar werkt, mogen ze het echt met de trein uitproberen. Waarom dit lukt? Ik heb dat als ingenieur samen met een leraar uitgewerkt en wij maakten er een punt van dat we elkaar altijd moesten begrijpen. Dat resulteerde in het juiste compromis tussen technische diepgang en goede didactische aanpak. En de scholen reageren enthousiast: we kunnen de vraag niet bijhouden.” Dehaene wil vanuit ESAT verder inspanningen doen om de aandacht van techniek in alle jaren van het middelbaar onderwijs een plaats te geven. Momenteel werkt hij aan een project dat aansluit bij de leerstof over golven en trillingen in fysica en goniometrie binnen wiskunde in de derde graad. Dehaene: “Wij willen de leerlingen duidelijk maken dat die leerstof voor meer dient dan voor een examen. Ze beheerst een groot stuk van de realiteit. Maar welke leraar maakt zijn leerlingen nu duidelijk dat geen enkele auto kan rijden zonder integralen?” Op 20 november richten de ESATdagen zich naar universiteitsstudenten, en op 21 november naar associatiestudenten. Dan zijn er ook inaugurale lezingen van nieuwe docenten. Info: http://www.esat.kuleuven. be/esatdagen2008.
Het emeritusexamen Volgens het emeritibeleid van onze universiteit mag elke ZAP’er die minstens vijfentwintig academische dienstjaren heeft, de extra titel van emeritus voeren wanneer hij of zij met pensioen gaat. Campuskrant maakt voor enkele professoren een uitzondering. Als tegenprestatie voor alle examens die ze tijdens hun carrière hebben afgenomen, worden ze door ons nog één keer zelf op de rooster gelegd. Pas dan willen ook wij hen emeritus noemen. seum willen we de kennis over sport in Vlaanderen bewaren en ook een cultureel en historisch kader bieden voor wat er vandaag op sportgebied gebeurt.”
Onderwijs of onderzoek?
(© Rob Stevens)
Historisch kinesioloog
Roland Renson Bijdrage aan de wetenschap?
“Je kan volgens mij alleen goed onderwijs geven als het gebaseerd is op onderzoek. Ik gaf graag les, doceren vond ik een vorm van academische showbusiness, want studenten moeten ook graag naar de les komen. Onderwijzen is voor mij altijd een belangrijke uitlaatklep én stimulans geweest. Ik heb uit de les heel wat thema’s gehaald waar ik later in projecten dieper op ben ingegaan, vage plekken die nog om verduidelijking vroegen. Nu ben ik bijvoorbeeld nog bezig met onderzoek naar de oorsprong van het begrip kinesiologie. De term komt eigenlijk uit Frankrijk, maar is wel afkomstig van iemand die ook in Tongeren, Visé en Brussel les heeft gegeven. Het is boeiend om de weg die zo’n term heeft afgelegd steeds verder te ontdekken. Onderzoek blijf ik dus doen en ik blijf ook kennis overdragen, nu met rondleidingen in het Sportimonium. Maar ik ga mijn studenten zeker missen.”
“Vroeger werd er wat neergekeken op het vak sportgeschiedenis. Het was not done voor academici om zich daarmee bezig te houden. Via mijn antropologische benadering van sportgeschiedenis heb ik daar toch enige verandering in gebracht. Ik heb bijvoorbeeld onderzoeksprojecten kunnen uitwerken over volkssporten, turnen, moderne sport … Uit die verschillende projecten is uiteindelijk ook Het zwarte gat? het Sportimonium in Hofstade “Ik hou ervan beeldjes te lassen uit voortgekomen. Met dat sportmu- allerlei materiaal van oud ijzer. Dat
maatschappelijke dienstverlening. Er zijn de louter wetenschappelijke bijdragen die ik heb geleverd rond bijvoorbeeld de economische analyse van het recht. Daar kan maar een beperkte kring van ‘genieten’, maar als ik zag hoe enthousiast de studenten in die cursus waren, gaf dat wel veel voldoening. Want recht is meer dan het oplossen van conflicten voor de rechtbank. Ik heb vaak tegen mijn studenten gezegd dat ze eigenlijk een soort maatschappij-ingenieurs zijn. Als zij goede contracten opstellen, kunnen ze conflicten vermijden en dat is uiteindelijk waar het om gaat.” “Maar ik heb nog meer voldoening gehaald uit wat ik mijn ‘maatschappelijke dienstverlening’ noem. Ik heb met de Leuvense economen bijvoorbeeld meegewerkt aan studies over economisch federalisme en Europese integratie. Daarmee hebben we toch een duidelijke impact gehad op de staatshervormingen. Ik was ook regelmatig aanwezig op Europese vergaderingen en mi(© Rob Stevens) nisterraden. Ik geloof dat net academici daar invloed kunnen uitRechtseconoom oefenen. In het monetair comité bijvoorbeeld, gaat niemand naar een klein land als België luisteren omdat we macht hebben. Ze gaan Onderwijs of onderzoek? wel luisteren vanwege de kwali“Onderwijs én onderzoek én teit van onze interventies.”
is een bezigheid die tijd vraagt, ik moet mezelf bijna ‘vervelen’ voor ik ertoe kom. Mijn collega’s hebben er zelfs een boekje over gemaakt: Metal Blues. Sport blijft uiteraard ook een constante in mijn leven, zowel hoog boven als onder de grond. Alpinisme en speleologie zijn twee van mijn favoriete bezigheden. Ik ben niet bang voor het zwarte gat, nee. Als speleoloog kruip ik graag in zwarte gaten.”
Dirk Heremans
Gezagsgetrouw of eigengereid? “Als jurist ben je altijd in zekere zin gezagsgetrouw. Aan de andere kant is er ook het gezegde: de gezamenlijke fout maakt wet. Of nog: lawyers can make even common sense illegal. Ik vind het ook onze verantwoordelijkheid om regelmatig kritiek uit te oefenen op het systeem. Er zou inhoudelijk van alles kunnen veranderen, we zouden bijvoorbeeld veel beter af zijn met een meer responsief recht. Nu zijn onze rechters sterk gebonden aan de regels, er zou meer beleidsvorming voor de rechters moeten komen.”
Kind of carrière? “Wij hebben gekozen voor drie kinderen en twee carrières. Mijn vrouw werkte bij de VN en zat daarom veel in het buitenland. Op een bepaald moment was mijn werk aan de universiteit dus ook interessant omdat het flexibiliteit bood. Ik kon iets makkelijker inspringen op moeilijke momenten. Al leverde dat nadien natuurlijk genoeg nachtwerk op, want dit was zeker geen nine-to-five job. Maar je werk is ook je hobby. En nu komt er wellicht meer tijd om ook in andere hobby’s te steken, zoals reizen en sport.” (tb)
12 Personeel
campuskrant
Capella Academica zingt het al tien jaar uit “Enkele kartrekkers denken eraan om in oktober te starten met een personeelskoor”, zo klonk het nog voorzichtig in een oproep voor zanglustige personeelsleden in Campuskrant van 4 juni 1998. Meer dan 60 enthousiaste zangers sprongen op die kar en Capella Academica kon van start gaan met de eerste repetities. Tien jaar en 21 concerten later viert het personeelskoor zijn jubileum met een ‘aangekleed’ feestprogramma in de Campusbibliotheek Arenberg. Reiner Van Hove Twee van de pioniers die de oproep destijds uit Campuskrant scheurden, zijn alt Inge Hoornaert en sopraan Mariël Volckaert. “Ik was inderdaad meteen enthousiast”, zegt Hoornaert, nu edutainer bij Technopolis, destijds doctoraatsstudent op het Centrum voor Menselijke Erfelijkheid. “Het initiatief kwam van enkele mensen uit de Faculteit Rechten en enkele professoren die cultuur een warm hart toedragen. Ze zochten Peter Dejans aan als eerste dirigent.” Capella Academica debuteerde met I died for beauty, een programma met 19de- en 20ste-eeuwse Engelse en Nederlandstalige liederen. In de jaren daarop proefde het koor van uiteenlopende genres: Europese volksliederen, passiemuziek, jazz... “Uiteraard ligt niet elk genre je even goed”, zegt ICTS-medewerker Mariël Volckaert, “maar je engageert je telkens weer ten volle voor een project en uiteindelijk sta je ook altijd achter het resultaat. Het is dus moeilijk om een favoriet concert uit die tien jaar te kiezen.” Hoornaert: “In een kathedraal zingen – met ons programma Great is the Lord – was wel een heel bijzondere ervaring. Ook het concert naar aanleiding van 575 Inge Hoornaert: “Tijdens mijn jaar K.U.Leuven, samen met LUK doctoraatsjaren heb ik een periode gehad waarin de experimenen USO, is me bijgebleven.” ten niet wilden vlotten. In het Gretig maar bescheiden koor maakte ik vrienden die me Capella Academica werkt telkens steunden en raad gaven. Ik keek rond een project, met wisselende ook uit naar de repetities voor de dirigenten. Sinds januari van dit ontspanning: met anekdotes over jaar zwaait Inge Feyen het stokje. componisten kregen de dirigenZe studeerde orgel en koordirec- ten het hele koor aan het lachen. tie aan het Lemmensinstituut Ik heb de Capella zelfs vermeld in en leidde al verschillende koren. het dankwoord van mijn docto“Capella Academica heeft echt raatsthesis.” wel een goede reputatie in het Volckaert: “Ook voor mij is zinwereldje. Uniek vind ik hun open- gen stoom aflaten: na een drukke heid, zowel naar nieuwe mensen als naar nieuwe muziek. Het is een geschoolde groep, die ondertussen heel wat ervaring heeft opgebouwd, en ook in hun vakgebied zijn de koorleden top. Maar toch zijn ze absoluut niet hautain, integendeel: ik vind dat ze wat te bescheiden zijn. Ik heb trouwens niet het gevoel dat ik maar een gastdirigent ben: de koorleden hebben me echt opgenomen in de groep. Ze zijn ook heel gretig: ze kennen hun capaciteiten, dag op het werk mijn hoofd leegmaar willen bijleren.” maken en me volledig concentreEn wat vinden de koristen van ren op de muziek. En tijdens de hun nieuwe dirigent? Feyen: repetities, de nabespreking aan “Zal ik even buitengaan? (lacht).” de bar, en het jaarlijkse koorweekVolckaert: “Inge slaagt erin om end is de sfeer inderdaad prima. op een professionele en tegelijk Je hebt natuurlijk allemaal die gespeelse manier haar enthousias- lijke noemer: de liefde voor mume voor muziek over te brengen ziek. Sommige mensen vinden op ons. Als we een collectief dipje ook een partner in het koor. Dit hebben, weet Inge ons op haar jaar zijn er zelfs drie baby’s van manier – heel expressief, met veel Capella-koppels: de opvolging is gebaren – weer op te peppen.” dus verzekerd (lacht) .” Het koor staat open voor alle Capella koppelt personeelsleden van de AssociSamenzang bevordert de samen- atie K.U.Leuven en hun familie. hang, dat beamen beide anciens. Volckaert: “We houden geen au-
(© Rob Stevens)
ditie of zo: kandidaat-leden komen gewoon naar een repetitie, en ze voelen dan zelf wel aan of het koor iets voor hen is. Verder rekenen we op hun inzet en enthousiasme. Of we al ooit iemand hebben moeten weigeren omdat hij niet kon zingen? Dat kan ik me niet herinneren. Het is vooral een kwestie van willen zingen. We repeteren ook lang voor elk concert – meestal een half jaar – en uiteindelijk vindt iedereen wel zijn plaatsje.” Een personeelskoor kent uiter-
“Dit jaar zijn er drie baby’s van Capellakoppels: de opvolging is dus verzekerd.” aard wel een vrij groot verloop. Hoornaert: “We zien geregeld goede stemmen verdwijnen omdat ze een andere job vinden of omdat ze verhuizen. Dan moeten we telkens een nieuw evenwicht vinden, maar dat heeft nooit tot echte problemen geleid. We hebben gelukkig ook een vaste kern van elf zangers, die er al van de start bij zijn.” Feyen: “Bij het opstellen van het programma hou je natuurlijk wel rekening met de beschikbare stemmen. Voor het komende feestconcert heb ik bijvoorbeeld een mooi stuk moeten laten val-
len omdat we te weinig mannen hebben. Dat is in veel koren een probleem: in het Lemmensinstituut bijvoorbeeld moeten vrouwen soms de tenorpartijen voor hun rekening nemen.”
Moulin Rouge De drie zijn overigens wel opvallend enthousiast over dat feestprogramma: onder de titel L’année tourne brengt Capella Academica twee aperitiefconcerten met werk van Franse componisten. Inge Feyen: “Je mag echt iets speciaals verwachten: geen traditioneel statisch concert, maar een soort van geënsceneerd wandelconcert. We spelen op drie verschillende locaties in de Arenbergbibliotheek, en elk stuk krijgt een eigen stijl en een eigen inkleding. De twee religieuze stukken brengen we heel sober, zonder partituur en in zwarte kledij. Andere stukken brengen we jovialer, en we eindigen zelfs in een Moulin Rouge-sfeer. Meer wil ik daar niet over kwijt, je moet maar komen kijken (lacht).” Hoornaert: “Door die speciale opbouw voelde ik me tijdens de repetities al snel heel gemotiveerd: Wow, wat gaan we nu brengen! Ik moet zoveel mogelijk mensen naar de voorstelling krijgen. Ik heb er echt zin in en dat enthousiasme groeit nog elke week.” Aperitiefconcerten “L’année tourne”, zondag 23 november en zondag 30 november om 11u, Campusbibliotheek Arenberg in Heverlee. Info en kaarten op http://www.kuleuven.be/ capellac/optredens/ Lanneetourne.html
Capella Mathematica: 10 jaar in cijfers ♪ ♪ ♪
♪
♪
♪
♪
aantal dirigenten: 7 aantal concerten: 21 aantal nationaliteiten: 18 totaal aantal leden sinds aanvang: 175 gemiddeld aantal leden: 40 aantal leden die er van bij het begin bij zijn: 11 aantal gezongen stukken: 170
Iedereen in koor! Capella Academica is op zoek naar nieuwe stemmen voor volgende projecten. Op 2 december starten de repetities voor een nieuw programma rond Duitse romantiek, met werk van Brahms, Mendelsohn en Mahler. Dirigent is Bart Naessens. In 2010 neemt Capella Academica een cd op met religieus koorwerk van Kurt Bikkembergs. De repetities vinden telkens op dinsdag plaats, van 20u tot 22u, in het Kartuizerklooster, Bankstraat 75.
19 november 2008
Personeel 13
[40] De Collega’s
“Hier wordt echt voor enorme bedragen aangekocht” In deze rubriek proberen we een gezicht te plakken op die collega met wie u zo goed samenwerkt, maar die u op straat straal voorbij zou lopen. Wim Troch In de vorige aflevering van De Collega’s kon u lezen dat de bibliotheek van de Faculteit Sociale Wetenschappen een scantoestel wilde kopen. De mailbox van Chris Schroeven leidde ons dus naar de Aankoopdienst, en meer bepaald naar Ann Van Ermen (42). Zij behandelde de prijsaanvraag. We ontmoeten haar in de schaduw van de Universiteitshal, op de derde verdieping van het gebouw in de Krakenstraat. Ann: “Elke aankoop van meer dan 5.500 euro die aan de K.U.Leuven gebeurt, wordt hier verwerkt. Dat geldt zowel voor goederen als voor diensten. Voor kleine verbruiksgoederen, zoals potloden en balpennen, sluiten we raamcontracten af. Aankopen vanaf 5.500 euro gebeuren volgens speciale procedures, afhankelijk van de wetgeving op overheidsopdrachten. Exacte bedragen ken ik niet, maar hier wordt echt voor enorme budgetten aangekocht.” “Elke aankoper hier op de dienst heeft een specifiek domein waar hij of zij gespecialiseerd in is. Ik ben bijvoorbeeld verantwoordelijk voor de aankoop van kantoorbenodigdheden, voor drukwerk en voor bibliotheekgerelateerde aankopen – zoals de boekscanner voor de Bibliotheek Sociale Wetenschappen – maar ik sluit ook de overeenkomsten voor cateringopdrachten af.”
“Het doel van de Aankoopdienst is om het personeel een gevarieerde waaier te bieden aan benodigdheden. Onze taak is dan raamcontracten met leveranciers op te stellen en te bespreken en door schaalvoordelen zo voordelig mogelijke condities te verkrijgen. Een optimale prijs-kwaliteitverhouding is daarbij heel belangrijk. Ook de dienstverlening, zoals levering ter plaatse, of tijdsvoordelen spelen voor ons een rol. Daarnaast ben ik ook verantwoordelijk voor het op de website zetten van de aankoopprocedures en de informatie over de raamcontracten. Iedereen moet op de hoogte worden gebracht van de juiste manier van werken. Dat sensibiliseren in verband met procedures is cruciaal. De K.U.Leuven valt onder de regelgeving in verband met overheidsopdrachten. Het is door al die regels niet gemakkelijk om klantgericht te werken, maar het is dan onze taak om de gulden middenweg te vinden.” “Ik werk hier al meer dan tien jaar en ik doe mijn werk nog altijd zeer graag. We vormen een heel fijn team. Er is wel veel veranderd sinds ik begon. De dienst is sterk uitgebouwd – er werken nu elf mensen – en de focus ligt nu echt op professioneel werken. Dat betekent meer specialisatie, meer productkennis, maar ook meer kennis van de specifieke regelgeving. Wat mij het meeste aanspreekt in deze job, is het commerciële aspect ervan: het
(© Rob Stevens)
contact met de klanten en met de leveranciers, en vooral: de appreciatie van beiden. Dat is erg motiverend en dat zorgt er voor dat ik graag kom werken.” “Ik heb twee dochters, van zeven en negen, dus heel veel tijd voor hobby’s blijft er niet meer over.
Maar als ik wat vrije tijd heb dan lees ik graag wat fictie, of kijk ik graag naar een film.” Wanneer we een blik in de agenda van Ann werpen, zien we dat er voor later die dag een afspraak genoteerd staat met Stijn Sanders. “Stijn werkt in Heverlee
en is informatiearchitect logistiek en technologie van de Dienst Administratieve Informatieverwerking.” Wat dat dan allemaal inhoudt, komt u te weten in onze volgende aflevering. Wij maken alvast een afspraak voor het nummer van januari.
Jong stel hersens Twee neurofysiologen in spe gunnen onze fotograaf enkele seconden van hun aandacht, om zich vervolgens weer helemaal te concentreren op ‘De werking van het brein’. In oktober en november organiseert de K.U.Leuven voor de vierde keer een Kinderuniversiteit, die jongeren tussen 8 en 13 jaar de kans geeft om les te volgen bij gerenommeerde proffen en onderzoekers. Dit jaar vonden er voor het eerst ook lessen plaats op de Campus Kortrijk. Er staat nog één sessie gepland, op 29 november op Campus Gasthuisberg. Info en inschrijvingen: http://www.kuleuven.be/kinderuniversiteit/ (© Rob Stevens)
Kinderuniversiteit K.U.Leuven
� Vierde editie!
Kortrijk: 25 oktober 2008 Leuven: 8, 15 en 29 november 2008 Ontdek het programma op www.kuleuven.be/kinderuniversiteit en schrijf je in!
14 Leven na Leuven
campuskrant
Handelsingenieur en Nestlé-CEO
Paul Bulcke Hij heeft zowat overal ter wereld gewoond en gewerkt, maar toch is handelsingenieur Paul Bulcke (54) nogal honkvast. Al meer dan dertig jaar verdient hij zijn brood bij Nestlé, het bekende Zwitserse voedingsmiddelenconcern. Sinds april is hij er CEO, maar daar blijft hij bescheiden bij: “Het is niet zo dat ik mijn carrière in het bedrijfsleven als niet geslaagd had beschouwd als ik naast deze job had gegrepen.”
“Ik ben geen wetenschapper, maar ik begrijp wel wat mijn wetenschappers zeggen” (© ingezonden)
Interview tim vuylsteke Dat Paul Bulcke op zijn achttiende zou kiezen voor een universitaire opleiding, lag voor de hand. “Na zes jaar Latijn-wiskunde aan het Oostendse Onze-Lieve-Vrouwecollege was dat voor mij de meest logische stap. Welke richting ik zou volgen en waar ik dat ging doen, daar heb ik iets langer over moeten nadenken. Eigenlijk kon ik alle kanten uit, maar omdat ik vooral geïnteresseerd was in economie, maar ook in wiskunde en productieprocessen, werd het dus handelsingenieur.” “In Antwerpen moest je vijf jaar studeren om handelsingenieur te worden – eigenlijk werd je eerst licentiaat en volgde je daarna een extra jaar – en in Leuven slechts vier. De keuze was dus snel gemaakt. Als ik naar Leuven trok, kon ik dat vijfde jaar aan iets anders spenderen, en kreeg ik meteen vanaf het eerste jaar de vakken die ik wilde. Bovendien fungeerde de K.U.Leuven toen – en nu nog steeds – als referentiepunt.”
Autodidactisch Was Paul Bulcke een actief student? “Als je gaat studeren, dan staat je maar één iets te doen: slagen, het liefst in eerste zit. Dat was voor mij toen ook het hoofddoel, al combineerde ik het studeren uiteraard met een aantal
andere interesses en activiteiten. Thuis bleef ik lid van de scouts, en in Leuven kon je me vaak in het Sportkot vinden. Bovendien kende ik toen ook al mijn huidige vrouw, die net als ik in Oostende woonde, maar wel in Gent studeerde. Ten slotte was ik ook lid van Ekonomika en van Moeder Oostendse en Moeder Mandel – ik ben geboren in Roeselare. Je kan dus wel stellen dat ik een ‘verspreid’ studentenleven had: ik wilde me niet aan één groep binden, dus ik was zo’n beetje overal.” “Colleges volgen deed ik eigenlijk niet zo vaak. Ik pakte het nogal autodidactisch aan. Als er in de les niet veel meer gezegd werd dan wat er in de cursus stond, dan verwerkte ik de leerstof liever zelf. Al met al heb ik in Leuven vier mooie jaren beleefd. Uiteraard omdat het een formidabele stad is, maar ook omdat het de tijd was van de oliecrisis. We hebben toen heel vaak interessante discussies gevoerd. Het waren de jaren dat we de wereld tien keer veranderden per nacht.” “Nadat ik was afgestudeerd, in 1976, ben ik naar Gent getrokken, waar ik nog een postgraduaat management volgde bij Vlerick. Het jaar erop kon ik dan aan de slag bij Scott Graphics International in Bornem, waar ik eerst als costaccountant, en later als financieel analist werkte. Hoewel ik, als handelsingenieur, eigenlijk meer
geïnteresseerd was in productie en verkoop, wilde ik toch ook die tak van de bedrijfseconomie leren kennen en beheersen.”
Buitenland “Na twee jaar bij Scott – ik was ondertussen getrouwd en had een dochter – wilde ik graag naar het buitenland, maar dat zat er niet meteen in. Een vriend van me werkte echter bij multinational Nestlé en dat bracht me op het idee om daar zelf ook te solliciteren. Ik had toen uiteraard nog niet zo veel ervaring, maar mijn enthousiasme over een eventueel buitenlands avontuur heeft hen blijkbaar overtuigd.” “Ondertussen werk ik dus al bijna dertig jaar in hetzelfde bedrijf. Als trainee zat ik het eerste jaar in Zwitserland, België en Spanje, daarna spendeerde ik zestien jaar in Zuid-Amerika, waar ik achtereenvolgens in Peru, Ecuador en Chili marketingfuncties uitoefende. Tussen 1996 en 2003 was ik dan weer algemeen directeur in Portugal, Tsjechië en Slowakije en Duitsland, waarna ik aan het hoofd kwam van de Zone Noord- en Zuid-Amerika van Nestlé. Vorig jaar, ten slotte, werd ik aangesteld als CEO, een functie die ik sinds april officieel bekleed.” “Of het al die jaren mijn bedoeling was om ooit topman van Nestlé te worden? Nee, ik heb het nooit gepland. Al die jaren wer-
ken met enkel dat doel voor ogen, is het beste recept om ongelukkig te worden. Uiteraard had en heb ik nog steeds een gezonde ambitie, en ben ik er fier op dat ik het vertrouwen gekregen heb van het bestuur om het bedrijf te leiden, maar het is zeker niet zo dat ik mijn carrière in het bedrijfsleven als niet geslaagd had beschouwd als ik naast deze job had gegrepen.”
Geen casestudy’s Hoe ziet de gemiddelde werkdag van Paul Bulcke eruit? “Je bedoelt eigenlijk: wat doet een CEO precies? De job is voor mij uiteraard nog nieuw, maar één van mijn belangrijkste taken is ongetwijfeld het strategisch richting geven aan het bedrijf: toekomstgerichte beslissingen nemen, de juiste mensen op de juiste plaats zetten, het personeel op één lijn krijgen, zorgen dat het beeld dat de wereld heeft van Nestlé, goed gestuurd wordt… En natuurlijk ook – dat is niet te vermijden – wat administratief werk.” “Ik weet dat het vandaag niet vanzelfsprekend is om zo lang in hetzelfde bedrijf te werken, maar ik voel me gewoon goed bij Nestlé. Ik heb hier ook steeds nieuwe uitdagingen gekregen – ook de komende jaren ga ik me hoegenaamd niet vervelen – en heb binnen dezelfde onderneming verschillende jobs uitgeoefend, veel verschillende landen bezocht en
culturen leren kennen. En, niet onbelangrijk, de waarden die het bedrijf aanhangt – mensen zijn belangrijker dan systemen, tolerantie en multiculturaliteit, vertrouwen, pragmatisme… – leunen heel dicht aan bij wat ik zelf belangrijk vind.” “Mijn K.U.Leuven-opleiding heeft me al die jaren zeker geholpen. De Belgische universiteiten behoren tot de Europese top, vooral door het belang dat ze hechtten – en wellicht nog steeds hechten – aan basiskennis. Casestudy’s bestonden nog niet in mijn tijd, en eigenlijk was dat niet slecht. In Leuven leerden we onder meer ook over de geschiedenis van het geld en de economie, en die achtergrond, die buitenlanders vaak niet hebben, is dikwijls heel nuttig geweest in de verschillende jobs die ik uitoefende. Bovendien stelde ze me in staat bepaalde gebeurtenissen en beslissingen in perspectief te plaatsen.” “Daarnaast heeft ook de veelzijdigheid van de opleiding handelsingenieur me zeker geen windeieren gelegd: ik ben geen wetenschapper, maar ik begrijp wel wat de wetenschappers binnen mijn bedrijf zeggen. De opleiding die je volgt, is uiteraard slechts één van de factoren die mee bepalen wie je bent, maar het is volgens mij wel de belangrijkste. En dan kan ik alleen maar blij zijn dat ik mijn diploma in Leuven heb behaald.”
19 november 2008
Kamerbreed 15
Kamer breed Om de vier weken belt onze man in de straat aan bij een willekeurig Leuvens – of Kortrijks – studentenkot, en onderwerpt een kamer én haar bewoner aan een grondig onderzoek. Deze keer hielden we halt in de Weldadigheidsstraat, maar wees op je hoede, want onze reporter verlegt voortdurend zijn terrein. Volgende keer belt hij misschien wel bij jou aan!
DE KAMER Adres Weldadigheidsstraat 19
Ligging Eén van de koten die achter het rijtjeshuis in de tuin staan
Grootte
(© Rob Stevens)
11 m²
Huurprijs
Woonplaats
Ongeveer 270 euro per maand
Vorst (Brussel)
Aantal studenten
Lief
11
Nee
Inboedel
Geslaagd?/!
Bureau, stoel, bed, lavabo, kast, Ik wou talen gaan studeren, en de rekje, vlaggen tegen de muur, waar- keuze voor Nederlands en Engels lag bij mij eigenlijk voor de hand. Net onder een kleintje van Zweden als veel Brusselse Franstaligen ben ik altijd naar een Nederlandstalige school gegaan, en op mijn achttiende heb ik in het kader van een Rotary-uitwisseling nog een jaar aan een echte Amerikaanse high school geNaam studeerd in Arizona. Hoewel NederGaëtane de Cartier lands en Engels me erg interesseren, heb ik ook nog even overwogen om Leeftijd Romaanse talen te studeren. Tot nu 22 toe bevalt de studie me echter erg goed, al moet ik stilaan keuzes maStudierichting ken: wil ik in een bedrijf werken of Eerste master taal- en letterkunde voor de klas staan? Nederlands – Engels, specialisatie bedrijfscommunicatie, ingeschre- Hobby’s Vooral sinds mijn verblijf in Amerika ven aan de UCL
DE BEWONER
heb ik zin gekregen in reizen. Toen ik vorig jaar kon deelnemen aan een Erasmusuitwisseling heb ik dan ook niet getwijfeld en ben ik een jaar naar Groningen getrokken. Deze zomer ben ik samen met een vriendin naar Duitsland gelift om een studente te bezoeken die ik kende van mijn verblijf in Nederland. Dat was niet het enige bezoekje: we zijn ook nog in Milaan langsgegaan bij een Italiaans meisje dat ik uit Amerika ken. De heenweg hebben we gevlogen, de terugweg naar Brussel gelift. Nu studeer ik een jaartje in Leuven via de speciale uitwisseling Erasmus Belgica, en eigenlijk hoop ik volgend jaar weer ergens anders op Erasmus te kunnen gaan. Ik keer nog wel elke week terug naar Brussel om er een paar uur Nederlands te geven in een Franstalige school. Ik ben ook scoutsbegeleidster bij een speciale groep van 16- en 17jarigen die activiteiten organiseert om geld in te zamelen voor een humanitair project.
Hoezo dit kot? In dit huis wonen, eigenlijk toevallig, al een tijdlang veel Franstaligen. De meeste studenten komen hier terecht omdat ze iemand kennen die hier gewoond heeft en wiens kamer leeg komt te staan. Bij mij is het ook zo gegaan: een vriendin van mijn zus vertrok hier en heeft me het kot aangeraden.
Kotleven Er hangt hier wel een leuke sfeer en zowel met de Nederlandstalige als met de Franstalige studenten kan ik het goed vinden. Om elkaar wat beter te leren kennen hebben we eerder dit jaar al een kotentocht en een kotfeestje georganiseerd. Meestal wordt er hier elke week ook wel een keer samen gegeten. We kunnen zelfs een spelletje spelen op de spelconsole die in de woonkamer staat.
Uitgaansleven
Leuven spreken de fakbars me wel aan. In onze eigen Fakbar Letteren ben ik intussen al een paar keer geweest. Ook in de Lido en de Rumba heb ik al feestjes meegemaakt, maar er zijn hier in Leuven ongetwijfeld erg veel plaatsen die ik nog moet ontdekken.
Zweeds vlaggetje Deze zomer heb ik samen met een vriendin een groep buitenlandse studenten begeleid die via het Holiday Exchange Program van Rotary in België waren. Tijdens de twee erg leuke weken dat je met die jongeren op stap bent, leer je elkaar best goed kennen en worden er weer nieuwe vriendschappen gesloten. Van een Zweedse student die me wou bedanken voor de fijne tijd heb ik toen dit vlaggetje gekregen. Eigenlijk zou ik best nog wat meer vlaggen willen hebben om hier tegen de muur te hangen!
Ik zit het liefste op café, en hier in
(tw)
ADVERTENTIE
Kerstkaarten De nieuwe kerstkaarten zijn gearriveerd! Personeelsleden kunnen kaarten voor dienstgebruik vanaf 3 december bestellen via het Centraal Magazijn. Kaarten voor persoonlijk gebruik kunnen vanaf 3 december worden gekocht in de Boetiek, Universiteitshal, lokaal 91.50, van maandag tot vrijdag tussen 10u en 16u. Ook externen kunnen hier kaarten verkrijgen. De kaarten kosten 5 euro per set van drie en de opbrengst gaat naar het Bibliotheekfonds van de Universiteitsbibliotheek. Elektronische kaarten zullen beschikbaar zijn vanaf 15 december op www. kuleuven.be/kerstkaarten. Vanaf 3 december is ook een jaarkalender 2009 beschikbaar (gratis voor personeelsleden, 2,5 euro voor externen). 11/18/08 12:33:31 PM
advertentie_Campuskrant.indd 1
4/11/2008 12:02:30
16 Nieuws
campuskrant
30 jaar LIBIS U hoeft Realismus und Relativität van Joachim Hölling niet meteen te lezen, zolang u maar weet dat het het allereerste boek was dat ingevoerd werd in onze digitale bibliotheekcatalogus. We schrijven 17 november 1977, en DOBIS/ LIBIS ging officieel van start. Ludo Meyvis
(© Rob Stevens)
Vrouwenweek VTK tussen paalfitness en ‘women in business’
Drie zwetende lijven op het podium, dansend op hitsige beats. De stemfrequenties in de rest van de zaal overtreffen moeiteloos het gemiddelde: zeker driehonderd vrouwen laten zich juichend trakteren op een avondje schaamteloze mannen. Het is de donderdagavond van de Vrouwenweek, die dit jaar plaatsvond onder het thema Red Light District. Emma Grootveld
waren zo enthousiast dat er wel meer naakt te zien was,” glundert Claire. Paaldansen weinig feministisch? Claire meent van niet. “Het ging niet zozeer om sexy zijn als wel om plezier maken. Met twin-
“Een week vol speciale activiteiten, gewoon om vrouwen te laten genieten.” Claire Smith kijkt voldaan terug op de voorbije week for women only. Vanaf augustus was ze al bezig met de voorbereidingen, samen met Jasmine Craps en Nele Meeuwsen. De drie dames zijn respectievelijk van Apolloon (Bewegings- en Revalidatiewetenschappen), LBK (Landbouwkunde) en VTK (Burgerlijk Ingenieur): kringen waar testosteron dreigt te overheersen. Claire: “Het studentenleven – met name in de technische richtingen – is vooral op mannen gericht, met veel bier en cantussen. Nu was het eens anders. Mannen waren op geen van de evenementen toegestaan, behalve voor het genot van de vrouwen en de opbouw van de voorzieningen. Bij onze Cancantus op dinsdagavond tig meiden wat moves aan de paal gingen ze bijvoorbeeld met de proberen is gewoon grappig om te doen.” Eigenlijk was Vrouwenchampagne rond.” week 2008 ‘Red Light District’ dan Paaldansen ook meer voor de lol dan voor de Iedere dag waren er minstens twee emancipatie. Het “haal die netactiviteiten, sommige wat minder kousen en decolletés al maar uit braaf dan een champagnecantus de kast” dat op de website staat, of een chocoladefondue. Bij de werd nogal letterlijk genomen. Upperdareparty op maandag werd De Women in Business Confeeen breed scala aan erotische rence in Brussel en de workshop speeltjes onder de aandacht ge- ‘Vrouw en Ingenieur’ konden op bracht. De paaldansworkshop op slechts een handjevol geïntereswoensdag en de Mister Heverlee seerden rekenen. verkiezing de avond erna spraken Nele: “Het was nochtans een niet alleen tot de vrouwelijke hor- hele interessante workshop. Greet monen. “We vroegen de mannen Pipijn, eigenares van een bedrijf hun shirts uit te trekken, maar ze in communicatietraining en exe-
cutive coaching, gaf ons tips over vaardigheden en attitudes in het bedrijfsleven. Volgens haar gaat het niet over verschillen tussen geslachten maar wel tussen identiteiten. Iedere persoon heeft eigen kwaliteiten. Zo hebben vrouwen
“Vrouwen hebben over het algemeen meer aanleg voor empathisch luisteren dan mannen, maar dat wil niet zeggen dat alle vrouwen daar goed in zijn, of dat mannen slecht luisteren.” over het algemeen meer aanleg voor empathisch luisteren dan mannen maar dat wil niet zeggen dat alle vrouwen daar goed in zijn, of dat mannen slecht luisteren.” De mindere opkomst voor de ‘serieuzere’ activiteiten wijst er volgens Nele op dat deze Vrouwenweek niet echt met ‘carrière’ werd geassocieerd: “De volgende keer kunnen we feesten en business misschien beter gescheiden houden. Er was ook wel erg veel te doen. Maar met 180 man op de champagnecantus en een goede sfeer tijdens de hele week, kunnen we echt wel spreken van een succes!”
Jo Rademakers, diensthoofd van LIBIS, was er toen nog niet bij, maar hij kent de geschiedenis als geen ander. “Je moet eigenlijk teruggaan naar 1973. Toen besliste de K.U.Leuven om een eengemaakte online catalogus te maken voor alle universitaire bibliotheken. Samen met IBM en de universiteit van Dortmund werd toen DOBIS/ LIBIS gemaakt, de software achter de catalogus. Die was geconcipieerd als een open systeem, waar ook andere organisaties hun collectie mee konden ontsluiten. In 1978 was KADOC de eerste om dat te doen. Later volgden nog de Boerenbond, de UFSAL en tientallen anderen. In 1988 werd de miljoenste titelbeschrijving ingevoerd. Momenteel zitten we ruim boven de 3 miljoen.” “DOBIS/LIBIS sloeg aan. Op een bepaald moment waren er wereldwijd honderden bibliotheken die onze software gebruikten! Er ontstond ook een internationale gebruikersgroep, DLUG, die nauw betrokken was bij de verdere groei van het systeem.” “Maar de tijd stond natuurlijk niet stil. Het internet groeide, het web maakte zijn opmars. In 1996 werd het tijd om uit te kijken naar een opvolger en een nieuwe aanpak. IBM had zijn focus inmiddels verlegd, en verliet het schip. De hoop op Amicus, een systeem dat ontwikkeld zou worden door een eigen spin-off, Elias, kon niet ingelost worden. Uiteindelijk werd gekozen voor een Israëlisch bedrijf, Ex Libris, dat met het pakket Aleph500 de basis zou leveren voor de inmiddels sterk uitgebreide dienstverlening van LIBIS.”
Focus op dienstverlening “We zijn inderdaad heel wat meer geworden dan alleen maar een catalogus. Je moet onze organisatie eerst en vooral zien als een dienstverlener, die verschillende producten aanbiedt, waaronder een catalogus voor wetenschappelijke bibliotheken met een sterk uitgebouwd administratief luik voor bibliotheekbeheer, bestellingen van nieuwe documenten, facturatie enzovoort. Deze organisaties hebben zich gegroepeerd in LIBIS-Net. Daarnaast zijn we nauw betrokken bij de uitbouw van het provinciaal bibliotheeknetwerk van de openbare bibliotheken van Vlaams-Brabant en werken we samen met het VCOB voor de uitbouw van Open VLACC, de Vlaamse Collectieve Catalo-
gus.” “Verder besteden we veel aandacht aan de creatie van een digitale bibliotheek, waardoor niet alleen bibliografische gegevens, maar ook de teksten zélf aan de eindgebruiker aangeboden worden. We proberen als het ware de bibliotheek bij de gebruiker thuis te brengen. En een laatste groeipool is ongetwijfeld LIAS, het Leuvens Integraal Archiefsysteem, waarmee we archieven willen ontsluiten.” “Dat is heel wat werk voor een ploeg van veertien mensen. Enkele van hen zijn geschoold als bibliothecaris. Samen met onze ICT-mensen vertalen zij de functionele noden van een informatieverstrekker naar performante, gebruiksvriendelijke oplossingen. Het spreekt vanzelf dat we geleidelijk aan streven naar een eengemaakte interface, in de limiet zelfs één Google-achtig zoekvenstertje, dat toegang zou bieden naar al onze informatie.”
Uitdagingen “Een bibliotheek of een archief is natuurlijk al lang niet meer uitsluitend een papierberg. Steeds meer informatie wordt ook of meer en meer zelfs alleen nog langs digitale weg aangeboden. Dat levert bijzondere uitdagingen op. Vergeet ook niet dat het web zelf sterk verandert. Van eenrichtingsverkeer komen we meer en meer in de sfeer van wat wel eens Web 2.0 genoemd wordt, een wat vage term voor allerlei vormen van interactie met de gebruiker. Dat opent bijvoorbeeld wegen naar wetenschappelijke gebruikersrecensies, discussies enzovoort. Denk ook aan de nood om meer en meer materiaal in te scannen en digitaal aan te bieden. Miljoenen boeken en archiefdocumenten wachten daar nog op. Uiteraard vraagt iets dergelijks een zeer ernstige investering.” “LIBIS doet het goed, ook strikt financieel. De meerderheid van onze mensen worden betaald met middelen die we zelf verwerven, via onze externe dienstverlening. Toch is het essentieel dat we de integrale link met de universiteit behouden. Wat wij aanbieden, is gedeeltelijk commercieel, maar krijgt juist zijn inhoudelijke kracht door die band met de universiteit, die niet alleen onze belangrijkste ‘klant’ is, maar ook onze kwaliteitsgarantie. Dat was zo in de afgelopen 30 jaar, en dat willen we ook in de toekomst zo houden.” http://www.libis.be
19 november 2008
Maatschappij 17
Palliatief onderzoek nieuw leven ingeblazen Op een waardige manier thuis kunnen sterven blijft voor veel patiënten en hun naaste geliefden van onschatbare waarde. De Constant Van de Wiel leerstoel huisartsgeneeskunde spitst zich toe op het onderzoek naar de emotionele aspecten bij palliatieve verzorging. Benedict Vanclooster
Sereen
Priester Constant Van de Wiel, die eind augustus vorig jaar thuis overleed, was buitengewoon hoogleraar aan de Bijzondere Faculteit Kerkelijk Recht en gespecialiseerd in de geschiedenis van het kerkelijk recht. Van de Wiel bekleedde aan het aartsbisdom Mechelen-Brussel jarenlang de functie van kanselier en archivaris. Als studax en wetenschapsmens in hart en nieren vond hij tussen de boeken en archiefstukken zijn favoriete biotoop. Bijna veertig jaar lang kon priester Van de Wiel rekenen op de uitstekende zorgen van mevrouw Mathues, zijn huisgenote. Haar neef Kristof Struys, eveneens priester van het aartsbisdom en verbonden aan de Faculteit Godgeleerdheid, vertelt: “Ik mag zeggen dat hij van mijn tante een buitengewone verzorging gekregen heeft, zoals maar weinig ouderen er één genieten. Zonder overdrijven was alles wat zij deed, dacht en zei, gericht op hem. Hij was haar daar heel dankbaar om en schonk haar het volle vertrouwen.”
Priester Van de Wiel was chronisch ziek en tijdens de laatste dagen van zijn leven palliatief patiënt. Hij leed aan diabetes en een bepaalde vorm van Parkinson. De Leuvense dokter Van Kerckhove was gedurende dertig jaar zijn huisarts. “Al die tijd heeft hij de professor schitterend medisch begeleid. Enkele dagen voor het overlijden van de professor stelde zich de vraag of hij naar het ziekenhuis moest worden overgebracht. In veel gelijkaardige gevallen zou het antwoord zonder twijfel ja zijn”, zegt Struys. “Maar dr. Van Kerckhove opteerde ervoor om hem ook in de laatste fase thuis te laten verzorgen, in de wetenschap dat mijn tante – verpleegster van opleiding – altijd voor hem klaarstond.” “Na zijn overlijden heeft mijn tante gekozen om met de nalatenschap een leerstoel huisartsgeneeskunde te financieren, uit erkentelijkheid voor de hulp door dokter Van Kerckhove. Een keuze die aansloot bij Van de Wiels liefde voor de wetenschap en waardering voor de huisartsgeneeskunde. Dat priester Van de Wiel
Met de leerstoel Van de Wiel kunnen twee doctoraatsonderzoeken worden gefinancierd.
sereen thuis is mogen sterven en bijgevolg ook thuis kon worden opgebaard, heeft mijn tante zeker gesterkt in het verwerkingsproces”, aldus Struys. Professor Bert Aertgeerts, sinds oktober het nieuwe diensthoofd van het Academisch Centrum voor Huisartsgeneeskunde, is titularis van de Constant Van de Wiel leerstoel. “Het toeval wil dat ik als huisarts collega Van Kerckhove goed ken. Bovendien ligt de palliatieve verzorging van men-
sen in een thuissituatie me na aan het hart”, zegt Aertgeerts. “Met de som van 195.000 euro die ons ter beschikking wordt gesteld, willen we voor een groot deel twee doctoraten financieren. Bedoeling is om een onderzoekslijn op te starten rond emotionele aspecten bij patiënten die palliatief ziek zijn. Daarvoor zullen we samenwerken met de Radboud Universiteit Nijmegen, de UZ, het Palliatief Netwerk Arrondissement Leuven (PANAL) en onderzoekers van het
EU-Commissievoorzitter Barroso op internationale top in Leuven Eind november komt in de Aula Pieter De Somer een indrukwekkend gezelschap academici en beleidsmakers bijeen om in debat te treden over de rol van de Europese Unie op het internationale toneel. Commissievoorzitter Barroso topt de affiche van de conferentie. Benedict Vanclooster De organisatie van de conferentie – die gratis en toegankelijk is voor het grote publiek – gaat uit van het Leuven Centre for Global Governance Studies. “Oorspronkelijk hadden we ze opgevat als inaugurele conferentie”, zegt professor Jan Wouters, directeur van het Centrum. “Intussen bestaan we echter anderhalf jaar en organiseerden we al een vijftigtal conferenties. De ervaring leert dat zowel beleidsmakers als academici behoefte hebben aan een neutraal forum om over complexe vraagstukken academische expertise samen te brengen met de internationale praktijk.” Om die reden golden in een aantal van de workshops die het Centre tot dusver organiseerde, de zogenaamde Chatham House Rules, die een sfeer van vertrouwen creëren. “Voor de conferentie die nu
op het getouw staat, ligt onze ambitie elders. De bedoeling is niet om geheimen van de multilaterale keuken voor het publiek op te voeren”, aldus Wouters. “Wel wensen we de onderzoekslijnen van ons Centrum naar buiten te dragen.”
Burgers beschermen De vier speerpunten in het onderzoek van het Leuven Centre for Global Governance Studies staan daarom centraal op de conferentie. Het eerste paneldebat, dat gemodereerd wordt door Mark Eyskens, zoomt in op de internationale vredes- en veiligheidsproblematiek. Wouters: “Drie jaar geleden hebben de VN met de aanvaarding van de ‘responsibility to protect’ de staten voor de verantwoordelijkheid gesteld om hun burgers te beschermen tegen massale schendingen van de mensenrechten. De recente crises in Myanmar, Darfour en Congo hebben helaas de kloof met het terrein pijnlijk bewezen. Ons panel stelt de vraag naar de taakverdeling tussen globale en regionale instellingen.” In een tweede sessie wordt gedebatteerd over het delicate evenwicht tussen liberalisatie en regulering van de wereldhandel. “De vragen die daarbij rijzen zijn actueler dan ooit”, zegt Wouters. “Is de liberalisatie van de financiële markten te ver gegaan? Welke in-
stellingen zijn goed geplaatst om tot een regulering over te gaan? Moet de EU haar normen nadrukkelijker uitdragen wereldwijd?” De derde onderzoekspijler van het Centrum komt aan bod in een panelgesprek over mensenrechten. “Professor Nigel Rodley, die de keynote lecture in het kader van deze sessie voordraagt, is als lid van het mensenrechtencomité van de Verenigde Naties uiterst goed geplaatst om inzicht te verlenen in deze problematiek”, aldus Wouters. “Hij zal analyseren hoever staten kunnen gaan in hun strijd tegen het transnationale terrorisme en welke grenzen de mensenrechten hieraan stellen.”
Hard power De internationale conferentie wil de mythe van een vleugellamme Europese Unie voor een stuk ontkrachten. Daarover gaat een ander panel, tevens het vierde onderzoeksspeerpunt van het Centrum, namelijk de Europese Unie als internationale actor. “Traditioneel wordt de EU voorgesteld als een actor die alleen maar soft power kan uitoefenen en die dan uitspeelt met haar diplomatieke overtuigingskracht en ontwikkelingssamenwerking. Het is in deze context dat we de ambassadeurs Hugo Paemen en Günter Burghardt hebben uitgenodigd. Maar de macht van de EU
mag toch niet onderschat worden. Ze ontwikkelde haar eigen veiligheids- en defensiedimensie en zet steeds meer multilaterale crisisoperaties op, zoals in Indonesië, Congo en aan de grens tussen Israël en Egypte.” Deze zogenaamde hard power van de EU tekent zich steeds duidelijker af. “Het gaat niet zonder slag of stoot, maar de rol van de Unie is vooral de laatste tien à vijftien jaar steeds belangrijker geworden in de context van internationale multilaterale processen en instellingen”, bevestigt Wouters. Over de EU als wereldactor staat op de openingsavond van de conferentie een spreekbeurt op het programma door José Manuel Barroso, de voorzitter van de Europese Commissie. Zijn lezing moet een van de hoogtepunten van de tweedaagse worden. “Uiteindelijk is de EU nog altijd een heel uniek verschijnsel”, stelt Wouters vast. “De internationale instellingen gaan er nog vaak van uit dat alleen natiestaten volwaardig meespelen op wereldvlak. Maar dankzij haar enorme bevoegdhedenpakket is de EU aardig op weg om het tegendeel te bewijzen.” Global Governance: Challenges for Multilateralism and the European Union, 26-27 november, Aula Pieter De Somer, http://www. globalgovernancestudies.eu
(© Rob Stevens)
Departement Maatschappelijke Gezondheidszorg.”
Moed vereist Het onderzoek in het kader van de leerstoel omvat drie luiken. Aertgeerts: “Voor het kwalitatieve deel willen we zowel patiënten als hulpverleners bevragen. De conclusies die daaruit naar voren komen, zullen we vervolgens implementeren in onze praktijkvoering en onderwijsactiviteiten. Niet alleen voor de toekomstige huisartsen, maar voor alle studenten binnen de onderwijslijn Mens, Milieu en Maatschappij willen we immers een stukje palliatieve geneeskunde uitbouwen. Ten derde is het onze intentie om specifiek aandacht te besteden aan de zogenaamde transitiemomenten: de overgang die patiënten doormaken vanuit de thuissituatie naar het ziekenhuis en vice versa.” Professor Aertgeerts wil beklemtonen dat palliatieve geneeskunde absoluut geen ‘softe’ tak is van de huisartsgeneeskunde. “Er is heel veel moed nodig, bij alle betrokken partijen. Er is de omgeving van de patiënt die geconfronteerd wordt met de aftakeling van een partner of familielid. De huisarts van zijn kant moet zich continu beschikbaar houden om deze mensen te begeleiden en belangrijke beslissingen te nemen, opdat de patiënt in staat is om thuis te sterven. Uiteindelijk moet ons onderzoek alle vier de partijen verenigen: de patiënt, de mantelzorgers, het ziekenhuis en natuurlijk ook de huisarts. De patiënt in een rustige omgeving thuis helpen overlijden, is een nobel streefdoel binnen het vak huisartsgeneeskunde.” http://www.kuleuven.be/mecenaat/
Nieuwe leerstoelen • Verlenging van de Huub en Imelda Spierings Leerstoel in de thoracale- en slokdarmheelkunde, titularis: prof. T. Lerut • Leerstoel metabole ziekten, titularis: prof. D. Cassiman (schenker: Genzyme Belgium N.V.) • C.A.F.-D.C.F. Leerstoel voor onderzoek bij transplantatie van abdominale organen, titularissen: prof. Jacques Pirenne en prof. Diethard Monbaliu.
18 Alumni Reizen met alumni Centraalen Zuid-India Van 2 maart tot 17 maart 2009 organiseert Alumni Lovanienses een zestiendaagse cultuurhistorische reis naar Centraal- en ZuidIndia. Onze route bevat acht door de UNESCO beschermde sites. We bezoeken onder meer de rotstempels van Elephanta, Ellora en Ajanta, het eclectische Victoria Terminus station in Mumbai, de imposante stupa’s van Sanchi en de tempelruïnes van Pattadakal en Hampi. We doorkruisen Madhya Pradesh, Maharashtra en Karnataka en bezoeken de paleizenstad Mysore en de moderne, trendy IT-metropool Bangalore. We maken ook kennis met de projecten van zuster Jeanne Devos (eredoctor K.U.Leuven) in Mumbai en Bangalore.
Zuid-Italië Van 14 tot 19 mei 2009 organiseert Alumni Lovanienses een zesdaagse cultuur-historische reis naar Zuid-Italië. We bezoeken onder meer Trani, Barletta, het fort van Castel del Monte en het pittoreske Italiaanse stadje Bitonto. We bezoeken de prachtige hoofdstad van Apulië, Bari, en voorzien verder een excursie naar Altamura en het door de UNESCO beschermde Matera. De laatste dag wordt de archeologische site Manduria bezocht en eindigen we onze rondreis met Brindisi. We overnachten vijfmaal in een viersterrenhotel.
Bulgarije Van 10 tot 18 september 2009 organiseert Alumni Lovanienses een negendaagse cultuurhistorische reis naar Bulgarije. We bezoeken het historische centrum van Sofia en het archeologisch museum. Verder bezoeken we o.m. het wereldbekende Rila-klooster, het architecturaal prachtige Plovdiv, het Thracische graf in Kasanlak en de cultuurhistorische steden Nesebar en Varna. Na Varna rijden we via de historische route richting Russe. We overnachten achtmaal in een viersterrenhotel en éénmaal in een vijfsterrenhotel. Inschrijven • India: De richtprijs bedraagt 3.520 euro per persoon bij 20 deelnemers (supplement éénpersoonskamer: 830 euro). http:// alum.kuleuven.be/reizen/India. html • Italië: De richtprijs bedraagt 1.490 euro per persoon bij 25 deelnemers. Maximum 30 deelnemers. Supplement van 160 euro voor éénpersoonskamer. http://alum. kuleuven.be/reizen/Zuid-Italie. html • Bulgarije: De richtprijs bedraagt 1.695 euro per persoon bij 25 deelnemers. Maximum 30 deelnemers. Supplement van 200 euro voor éénpersoonskamer. http://alum. kuleuven.be/reizen/Bulgarije.html Inschrijven via Avatours nv, Koning Albertstraat 86, 8500 Kortrijk, t 056 21 50 00, (f) 056 22 39 00,
[email protected].
campuskrant
Na vijftien jaar is de rook om je hoofd verdwenen Dit jaar wordt de eerste Vlaamse interuniversitaire permanente vormingscursus tabacologie en rookstopbegeleiding georganiseerd, met de K.U.Leuven als coördinator.
Voordelen van stoppen met roken na één dag - normalisering van huidtemperatuur, polsslag en bloeddruk - normalisering van de uitgeademde CO en van O2 in het bloed - geen interactie meer van roken met geneesmiddelen
Henk Van Nieuwenhove Een van de lesgevers is de 84jarige professor Jacques Prignot, voormalig diensthoofd pneumologie aan de UCL. Zoals velen van zijn generatie was hij zelf lange tijd verslaafd aan cigarillo’s. Maar in de jaren 1970 stopte hij met roken. “De eerste keer ben ik hervallen, de tweede keer was voor goed”, zegt hij. “En ik ben gestopt zonder geneesmiddelen, want die bestonden toen nog niet. Waarom ik gestopt ben? Omdat ik de indruk had dat mijn geheugen gehinderd werd door het roken. Toevallig las ik vorige maand een wetenschappelijk artikel waarin dat risico bevestigd werd.” Als pneumoloog was Jacques Prignot een van de grondleggers van de tabacologie in ons land. Een van zijn stokpaardjes is het herstel van ons lichaam na een lange periode van verslaving (zie kadertje). “Sommige voordelen kunnen al op de dag van het stoppen optreden, terwijl andere zich slechts na enkele weken, maanden of jaren uiten. Na twintig jaar ben je bijna helemaal clean. Merkwaardig is het feit dat er na rookstop altijd een verlenging van de levensverwachting is, hoe laat je ook stopt. Gemiddeld gaat het om een verlenging van tien jaar. Het is dus nooit te laat om te stoppen al geldt wel: hoe vroeger je stopt, hoe beter.”
Cigarette engineering Doelgroep van de opleiding zijn gezondheidswerkers, van artsen en tandartsen tot verplegers, psychologen en kinesitherapeuten.
Agenda Alumni
na enkele weken - vermindering van hoesten en fluimen - vermindering van meeste aspecten van het ontwenningssyndroom (uitgezonderd craving)
Eva (31) is longarts in opleiding aan het UZA en heeft nooit gerookt. “Het Sint-Vincentiusziekenhuis in Antwerpen heeft een grote afdeling materniteit en psychiatrie. Het is mijn bedoeling om daar een afdeling rookstopbegeleiding op te richten. Naast het medische luik is het vooral de psychologische kant van de zaak die me interesseert.” Els (34) is verpleegkundige en medisch secretaresse aan het Heilig Hartziekenhuis in Mol. In haar hele leven heeft ze hooguit één pakje sigaretten gerookt. “Ik werk voor twee pneumologen en word vaak geconfronteerd met patiënten die moeten stoppen met roken maar er moeilijk in slagen. Wat we geleerd hebben over cigarette engineering en de middelen om verslaving op te wekken, vond ik zeer verhelderend. Mijn bedoeling is om als zelfstandige een praktijk rookstopbegeleiding op te starten.” Ester (32) volgde een opleiding klinische psychologie en public
health en is wetenschappelijk medewerkster van Domus Medica, de koepelvereniging van Vlaamse huisartsen. “Binnen de Domus Medica organiseren we heel wat praktische trainingen voor huisartsen en daarin past rookstopbegeleiding uiteraard zeer goed. Maar ik zie ook mogelijkheden om daarnaast vormingscursussen te organiseren voor huisartsen en andere gezondheidswerkers. Het pluspunt van de cursussen is dat veel uiteenlopende informatie nu in één pakket wordt samengebracht.” Zelf heeft Ester nooit gerookt. ‘Tabacologie en rookstopbegeleiding’ is een interuniversitaire permanente vorming waaraan alle Vlaamse universiteiten hun medewerking verlenen. De organisatie gaat uit van de Vlaamse Vereniging van Respiratoire Gezondheidszorg en Tubercolusebestrijding (VRGT) in samenwerking met de Stichting tegen Kanker. http://www.vrgt.be.
van Holcim • 28 november, 9u30, Holcim, Carrière du Milieu, Grande Route 19, Gaurain-Ramecroix •
[email protected]. be, (t) 016 32 64 60 , (f) 016 32 29 80
gen ontsluierd • 10 december, 20u, Katholieke Hogeschool Brugge-Oostende, Xaverianenstraat 10, Sint-Michiels (Brugge). • Inschrijven voor 3 december, met vermelding van naam, adres, e-mail en namen deelnemers bij Ann Nollet, Secretariaat DLB, KULeuven Campus Kortrijk, E. Sabbelaan 53, 8500 Kortrijk,
[email protected], (t) 056 24 61 31, (f) 056 24 69 95 • http://alum.kuleuven.be/ verenigingen/dlb.html
VILv Van Cauterenleerstoel, i.s.m. Faculteit Ingenieurswetenschappen • 26 november, Thermotechnisch Instituut • http://eng.kuleuven.be/ vancauterenleerstoel/index.html Forumavond ‘Sociale netwerken’, 10 februari; ‘GPS en Galileo’, 17 maart • auditorium Arenberg, Arenbergkasteel • http://www.vtk.be/alumni/ activiteiten/forumavonden/
Nos Iungit Academia Cantus • 28 november, 20u30, Koning Leopold I-straat 18, 3000 Leuven Jaarlijkse Algemene Vergadering • 12 december, 20u30, Koning Leopold I-straat 18, 3000 Leuven Kandidaturen voor de Raad van Bestuur zijn tot 10 december welkom bij de voorzitter:
[email protected], (t) 016 40 56 05 •
[email protected], (t) 016 25 11 64 • http://www.niaclub.tk
BVLG Bedrijfsbezoek aan de Carrière du Milieu en de Fabriek van Obourg
Domus Lovaniensis Brugensis Lezing: De Amerikaanse verkiezin-
na 1 jaar - vermindering met 50 procent van de toename van het risico voor een coronaire aandoening - licht verbeterde ESW maximale volume dat in één seconde kan worden uitgeademd – bij patiënten met COPD of ‘rokerslong’; nadien terugkeer naar normale afnamesnelheid van de longfunctie na 5 jaar - verdwijnen van het verhoogd risico voor een beroerte - vermindering met 50 procent van de toename van het risico voor mond-, slokdarmen blaaskanker na 10 jaar - vermindering van het risico voor pancreaskanker - vermindering met 50 procent van de toename van het risico voor longkanker na 15 jaar - (bijna) verdwijnen van de toename van de mortaliteit en van het risico voor longkanker
15u, Aula Pieter de Somer, Debériotstraat 24, 3000 Leuven • Jan De Vilder,
[email protected], (t) 016 32 03 40 • http://www.lao.be
Science@Leuven Alumniforum Wetenschappen 2008, i.s.m. Faculteit Wetenschappen, programma: workshop over het tekort aan leerkrachten wetenschappen in het onderwijs en en over wetenschappers in het bedrijfsleven; lezing door Richard L. Hudson, CEO & editor Science Business Publishing Ltd., ‘The LAO business of science: surviving the Concert ‘In Vuur en Vlam’ met Ada- recession’ gio for strings (S. Barber); Lettres • 19 november, vanaf 16u, Oubliées (W. Lenaerts); Romeo en Celestijnenlaan 200C, 3001 HeverJulia (P.I. Tsjaikovsky); Symfonie nr. lee. 2 in D (J. Brahms) en romantische • Info: Cindy Beelen, Faculteit vertellingen door Wim De Vilder Wetenschappen, (t) 016 32 14 03 (VRT-Nieuwsanker) • http://wet.kuleuven.be/fellows/ • 13 december, 20u15; 14 december alumniforum.html
19 november 2008
Doctoraten Hoger Instituut voor Wijsbegeerte 26 september - Raf Geenens Reading Habermas and Lefort. On Democracy and the Constitutive Role of Power
Economie en Bedrijfswetenschappen 15 september - Pelin Ilbas Optimal monetary policy design in dynamic macroeconomics 16 september - Stijn Goedertier Declarative techniques for modeling and mining business processes 22 september - Lien Lamey The private-label nightmare: can national brands ever wake up? 23 september - Jan Vandekerckhove Essays on research and development with spillovers 25 september - Eli Pernot Management control system design for supplier relationships in manufacturing: Case study evidence from the automotive industry
Sociale Wetenschappen 26 september - Ria Laenen Russia’s ‘Near Abroad’ Policy and Its Compatriots (1991-2001). A Former Empire In Search for a New Identity
Letteren 15 september - Pieter-Jan De Grieck De benedictijnse geschiedschrijving in de Zuidelijke Nederlanden (ca. 1150-1550): historisch bewustzijn en monastieke identiteit 18 september - Jan Van Reeth Uit de stier van Mithras geboren. Cultuurhistorische, filosofische en religieuze achtergronden van de bijenmythe in Vergilius’ Georgica 25 september - Bart Op de Beeck Jezuïetenbibliotheken in de Zuidelijke Nederlanden. De liquidatie 1773-1828
Wetenschappen 11 september - David Rocha Echeverria Assessment of linearized Boussinesqbased analytical approximations with respect to numerical models and measured data 17 september - Koen Van den Bril Carbonate cementation in shallow marine sandstones: Evaluation of controlling parameters in the Jurassic Luxembourg Sandstone Formation (G.D.-Luxembourg) and Grès de la Crèche Formation (France) 19 september - Ana Cristina Gutierrez Characterization of insulin-related peptides and their relation to molt and metabolism in the shrimp Litopenaeus vannamei 22 september - Chaminda Walpita The use of zebrafish (Danio rerio) as a model organism to study the role of thyroid hormones in embryonic development of teleost fish 24 september - Agnita Lunstroot Spectroscopie van lanthaniden in ionische vloeistoffen 29 september - Caroline Newton Social Housing, Urban Policy and Social Capital: Spatial Interrelations in a Third World Context (Cape Town) 29 september - Annelies Vandendriessche The use of the 3-oxindole building block for hybrid macromolecules, dendrimers and hyperbranched polymers
Ingenieurswetenschappen 11 september - Tine Stevens Ontwerpmethodologieën voor efficiënte warmteoverdracht in microsystemen 12 september - Zamberi Jamaludin Disturbance Compensation for Machine Tools with Linear Motor Drives
Ad Valvas 19 19 september - Stefanie Arickx Onderzoek naar het uitloogmechanisme van Cu uit bodemas afkomstig van de verbranding van huishoudelijk afval 23 september - Xavier Ochoa Learnometrics: Metrics for Learning Objects 23 september - Liesbet Roose Berekeningsstrategieën voor biomechanisch gebaseerde simulatie van de vervorming van zachte weefsels in de vrouwelijke borst 24 september - Koen De Munck Generische bouwblokken voor 3D integratie en toepassing ervan op hybride CMOS beeldopnemers 29 september - Karen Lemmens Reconstructie van regulatorische modules op basis van heterogene databronnen
Bio-ingenieurswetenschappen 26 september - Bruno Verbist Bepaling van het bufferend vermogen van het Way Besai stroomgebied in Lampung, Sumatra, Indonesië 30 september - Zaid Negash Zewde Microfinance loan delivery, utilization and impact: with specific reference to Tigray, northern Ethiopia 30 september - Sarah Lebeer Molecular study of adaptation and probiotic factors in Lactobacillus rhamnosus GG 30 september - Lieve Lamberts Parboiling of rice: changes in colour characteristics and health-related components 30 september - Randy Mellaerts Ordered Mesoporous Silica as Carriers for Poorly Water Soluble Drugs
Geneeskunde 9 september - Joris Ector New three-dimensional fluoroscopic imaging applications to support radiofrequency catheter ablation of atrial arrhythmias 16 september - Nuri Mraiwa Neurovascularisation of the anterior jaw bones and its relation to implant surgery 17 september - Nele Berghmans Alteration of leukocyte populations in experimental autoimmune encephalomyelitis by immunomodulation 17 september - Maarten Naesens Balancing efficacy and toxicity of kidney-transplant immunosuppression 17 september - Miet Loubele Geometrical and dosimetrical aspects of low-dose CT in dentaomaxillofacial radiology
Farmaceutische Wetenschappen 16 september - Pieter Van de Vijver
Design and Synthesis of AminoacyltRNA Synthetase Inhibitors as Antibiotics and Immunosuppressants 19 september - Swapna Mallampati Didanosine: Impurity Profiling and Active Anabolite Analysis by Capillary Electrophoresis 25 september - Maarten Dewilde Structural studies on PAI-1: a contribution to rational drug design 26 september - Bo Li Characterization of impurities in aminoglycoside antibiotics by liquid chromatography - mass spectrometry 29 september - Eva Cuypers TRPV1, a key target in peripheral pain sensation: modulation by venoms and toxins
Bewegings- en Revalidatiewetenschappen 11 september - Sara Van Deun The influence of core stability on postural control in chronic ankle instability
Benoemd of onderscheiden Professor Benoît Allemeersch, verbonden aan het Instituut voor Gerechtelijk Recht, behaalde de Driejaarlijkse Prijs van het Gerechtelijk Privaatrecht van de Algemene Modellenverzameling Rechtspraktijk voor zijn boek Taakverdeling in het burgerlijk proces. Deze prijs, ter waarde van 7.500 euro, wordt toegekend aan de auteur van een Nederlandstalig wetenschappelijk werk dat betrekking heeft op de studie van het gerechtelijk privaatrecht. Professor Pol Ghesquière van de Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen werd door het Groepsbestuur Humane Wetenschappen aangesteld tot onderzoeksdirecteur Groep Humane Wetenschappen. Professor Ghesquière vertegenwoordigt de Groep Humane Wetenschappen in de geëigende organen m.b.t. onderzoek van de universiteit en leidt de doctoraatsschool Humane wetenschappen. Ter gelegenheid van het 39ste International Symposium on Robotics in Seoel, Korea, ontving professor Hendrik Van Brussel, voorzitter van de Afdeling PMA, Departement Werktuigkunde, de Joseph Engelberger Award, in de categorie Education, “for contributing to the advancement of the Science of Robotics in the Service of Mankind”.
In Memoriam De universitaire gemeenschap neemt afscheid van: De heer Jos Arras gepensioneerd fotograaf van de universiteitsbibliotheek geboren op 7 juni 1934 en overleden op 17 oktober 2008 Mevrouw Marieke Vanallemeersch studente derde bachelor in de rechten geboren op 10 februari 1988 en overleden op 17 oktober 2008 Mevrouw Majan Peeters administratief medewerker aan de Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen geboren op 9 november 1954 en overleden op 5 november 2008
RECHTgezet Spijkerde Luther zijn stellingen aan de kerk van Wittenberg? Reiner Van Hove Als Nietzsche de filosoof met de hamer is, dan kunnen we Martin Luther de theoloog met de hamer noemen. Spijkerde hij op 31 oktober 1517 zijn 95 stellingen tegen de aflaatverkoop immers niet aan de deur van de kerk van Wittenberg? “Wel, de act van het vastspijkeren zelf is historisch gezien onverifieerbaar,” zegt professor Peter De Mey van de Onderzoekseenheid Systematische Theologie. “Zoals historicus Diarmaid MacCulloch in een recent boek aantoont, zijn de anekdotes uit die turbulente jaren onzeker. De deur zelf is verloren gegaan in een brand in 1760. Alleszins was de werkwijze in die tijd niet ongebruikelijk: door stellingen uit te hangen kondigde je gewoon aan dat je een scholastiek dispuut rond een bepaalde kwestie wilde organiseren. Het was dus niet de revolutionaire daad die wij er vandaag in zien.” De datum 31 oktober 1517 blijft hoe dan ook belangrijk als beginpunt van de Reformatie: Luther stuurde op die dag een brief naar de plaatselijke aartsbisschop, die de stellingen vervolgens doorstuurde naar Rome. In Duitsland werden de stellingen gepubliceerd en bliksemsnel verspreid. Luther heeft de impact van zijn stellingen waarschijnlijk niet gewenst en niet goed ingeschat:
[conclusie]
“Vermoedelijk wilde hij geen nieuwe kerk stichten – zeker op dat moment nog niet – maar van binnenuit de Rooms-katholieke Kerk hervormen. Luther gooide immers niet alles overboord: hij bleef vasthouden aan het bestaan van het vagevuur en aan de biecht als sacrament. Hij was ook niet gekant tegen goede werken of een ethisch hoogstaand leven. Maar omdat er in die periode niet gewerkt werd met categorieën die in de hedendaagse oecumenische contacten gebruikelijk zijn – ‘verzoende verscheidenheid’ of ‘gedifferentieerde consensus’ – werd hij meteen als ‘heterodox’ of ‘ketters’ bestempeld.” “Pas in 1999 is er tussen de Katholieke Kerk en de Lutheran World Federation een ‘gemeenschappelijke verklaring over de rechtvaardigingsleer’ ondertekend. Die behandelt een essentieel twistpunt waar Luther zelf mee worstelde: hoe kan een zondaar zeker zijn van zijn eeuwig heil? Voor Luther was dat duidelijk niet door zijn eigen ‘werken’, maar door Christus’ heilswerk op het kruis – zijn verlossend sterven. Het heeft eeuwen geduurd vooraleer men begrepen heeft dat katholieken en lutheranen over de essentie van deze vraag eigenlijk niet zo sterk uiteenlopen, en dat de resterende verschillen een uitdrukking van theologische verscheidenheid zijn.”
Een vastgespijkerd historisch feit is het niet, een bedoeld revolutionaire daad evenmin.
20 Buitenkant
campuskrant
(© Rob Stevens)
Paalvast
Tijdens de Vrouwenweek van VTK, van 2 tot 8 november, kregen studentes de fijne kneepjes van het paaldansen aangeleerd. Op het programma stonden ook nog een workshop ‘Vrouw en ingenieur’ en een Mister Heverlee-verkiezing. Meer over de Vrouwenweek op pagina 16.
500 woorden
“Een kind met een handicap is hier vaak nog een taboe” Licentiate kinesitherapie Emilie Wouters (24) doet vrijwilligerswerk in Peru Interview Reiner Van Hove “Kinesitherapie leek me de ideale studierichting omdat ik later niet de hele tijd achter een computerscherm wil zitten. Ook de interactie met de patiënten trok me aan. Tijdens het derde jaar kine ging ik naar een infoavond van de vzw Tumbador en ik wist meteen: dit is iets voor mij. Vrijwilligerswerk en kine vind ik een ideale combinatie: je brengt je studie in de praktijk en je bewijst een dienst aan de maatschappij. Tumbador is destijds opgericht door Kim Caluwé, ook een kinesiste die in Leuven gestudeerd heeft. De vrijwilligers van de vzw hebben al verschillende projecten opgestart in Guatemala en Peru, altijd in samenwerking met de plaatselijke bevolking.” “In augustus vertrok ik voor een jaar naar Ayacucho, ten zuiden van Lima, in het midden van de
Andes. Een echte cultuurshock heb ik niet ervaren bij mijn aankomst – ik heb na mijn middelbaar al een halfjaar in Guatemala gezeten. De shock kwam er pas toen ik met de plaatselijke assistente een paar huisbezoeken deed. De mensen wonen hier in aarden huisjes met golfplaten als dak. Soms slaapt een familie met zes kinderen in één ruimte.” “In het Centro Kuskanchik, waar ik ook woon, bieden we fysiotherapie aan kinderen met een handicap. Momenteel hebben we 41 patiënten tussen de 0 en 30 jaar, die we minstens één, liefst twee keer per week zien. Het gaat vooral om kinderen met een CP, een cerebrale paralyse. Vaak zijn de patiënten erg aan toe. In België zouden we in die gevallen opereren, maar dat is voor de mensen hier te duur. De laatste tijd krijg ik ook veel patiënten met schedel- en hersenletsels – er zijn hier gigantische afgronden en er ge-
beuren veel auto-ongelukken.” “Omdat we ons richten op families die weinig middelen hebben, vragen we alleen een symbolische sol voor de zorg. We organiseren ook activiteiten voor de ouders, zodat ze iets kunnen bijleren en een job kunnen zoeken. Om hen de tijd te geven om te gaan werken, bieden we dagopvang voor hun kinderen aan in L’Albergue, waar ze meteen de nodige voeding en hygiëne krijgen.” “In ons team hebben we ook een sociaal werker, die met de families gaat praten en helpt waar het kan. Vaak staan de moeders er alleen voor, omdat de vader een alcoholprobleem heeft of in de gevangenis zit. We moeten de ouders meestal ook het belang van therapie nog duidelijk maken. Velen zien een kind met een handicap als een taboe, een straf van God, of ze denken dat de toestand van hun kind niet kan verbeteren. Wij leggen uit dat het wel kan, als
ze zich maar engageren.” zoals voet- en handspalken, rol“We zouden graag nog een lo- stoelen en zitschelpen.” gopedist in ons team opnemen. Emilie is genomineerd voor de Veel patiënten kunnen niet goed Nivea-awards ‘voor vrouwen kauwen en spreken, en de ouders mooi van hart’. Je kan je stem vragen ons geregeld naar spraak- uitbrengen op http://www.nivea. therapie. Het prijzengeld van de be/mooi-zijn-is (klikken op ‘ontNivea-awards zou goed van pas dek de kandidaten’ en vervolgens komen om een logopedist in ‘emilie’ ingeven als zoekterm). dienst te nemen. We zouden het http://www.tumbador.be/ geld ook kunnen gebruiken voor http://emiliewouters.blogspot. hulpmiddelen voor de kinderen, com