Seizoener T I J D S C H R I F T V O O R D E V R I J E S C H O O LW E R E L D
Het kosmisch project
|
JAARGANG 8
|
LENTE 2013
Mens
Laat kinderen spelen! • De gevoelspuber • Embryologie: de kracht van het midden • Het cijfer van Dronkers • Onderbouw: Widar & Baldur • Bovenbouw biologie: Nemo en de oersoep • Het flegmatische kind • Global issue: Gemengd onderwijs
De Vereniging van vrijescholen is in samenwerking met de Begeleidingsdienst voor vrijescholen en Hogeschool Helicon een campagne gestart. Deze uitingsvorm is hiervan het eerste resultaat. Kijk ook op www.vrijeschoolonderwijs.nl
WELKOM
Opstaan MARITGEN MATTER | HOOFDREDACTIE
foto: Mayaan Ben Gal
‘Het beste wat je voor een kind kan doen als opvoeder,’ zei Steiner begin vorige eeuw, ‘is het met rust laten’. Een opmerkelijke uitspraak voor de grondlegger van een pedagogie die nu niet direct bekend staat om zijn gebrek aan aandacht voor het kind. Hij sprak er het vertrouwen mee uit dat een kind in principe zelf aangeeft wanneer het tijd is voor de volgende stap in zijn ontwikkeling. Die verloopt in natuurlijke fasen volgens een masterplan. We kunnen de lente niet sneller laten aanbreken… Je kunt wel kunstmatig de temperatuur opvoeren, maar dat heeft niet zoveel met lente te maken. Plantjes en kinderen kun je niet aan hun oren de grond uit trekken! Het is als bij een gezonde zwangerschap: je kunt het proces met ingrijpen alleen maar verstoren. Veertien jaar geleden. Ik had mijn studio aan de wilgen gehangen, want ik ging een nieuwe baan krijgen: moeder. Alleen: hoe moest dat? Mijn verstand stond als een oorlogsgeneraal naast mijn soepeltjes voortrollende zwangerschap de weken te tellen – lijstjes van embryonale groeischema’s paraat in de hand. ‘Oké. We can do this! Hartje: check. Beentjes: check. Vingertjes: check. Teentjes… Waar zijn de teentjes?’ Ongerust bekeek mijn verstand van tijd tot tijd de biologieplaatjes. Ging het allemaal wel goed daarbinnen? Moesten er geen tests verricht worden? Er kon van alles mis zijn en gaan. Hoe moest je al die dingen op commando laten groeien tot een heel kind? Ikzelf was allang gestopt met wijn, gelegenheidssigaretjes, koffie, vlees en blauwe kaas – maar nu moest ik mijn verstand nog leren stoppen met piekeren en berekenen. Een truc van de natuur maakte goddank dat ik elke dag relaxter werd. Ja, van de hormonen! riep mijn verstand. Omdat ik gelukkig ben, zei mijn hart. Alles vertraagde, totdat ik eindelijk helemaal synchroon liep met het echte ritme van de wereld – en ook de laatste restjes vruchteloos luchtfietsen op non-actief waren gesteld. Het moeder worden ging vervolgens vanzelf en resulteerde in een prachtig, gloednieuw mensje, met een inmiddels zeer eigen identiteit. Eigenlijk had ik dit wonder alleen maar gefaciliteerd; met ruimte, wijsheid en warmte. Ik leerde hiervan dat je bij het scheppen niet te veel moet interveniëren. Onderwijs is ook een vorm van scheppen. De opvoedkunst luistert naar innerlijke wetten en fasen, waar je niet te veel mee moet rommelen en klooien als je de kern van de bezigheid, een kind tot zichzelf doen opgroeien, niet wilt verstoren – jammer voor het bemoeizuchtige verstand. Elk mensenkind is een uniek ontwikkelingsproject dat zich vanuit zijn eigen kern manifesteert. Embryoloog Jaap van der Wal vertelt daarover in relatie tot de vorming van het hartje. Daniëlle van Dijk raakt aan de religieuze dimensies van ditzelfde verschijnsel. Je zou kunnen zeggen dat de schepping op mysterieuze wijze naar haar eigen Midden wijst, naar de kern, de identiteit. Die drang naar zelfverwezenlijking leeft in alles. Ontwikkeling hoef je dan ook niet af te dwingen bij kinderen, blijkt tot slot uit het reguliere onderzoek van emeritushoogleraar Sieneke Goorhuis in ‘Laat de kinderen spelen!’ Ook zij pleit voor het met rust laten van het kind, vooral de kleuter, die met zijn tomeloze speeldrang een sprong voorbereidt – waarna hij als rijpe eersteklasser door de poort gaat. Rechtop, een fase verder. De palmpasenstok lijkt een beetje op een feestelijk versierde ruggengraat. Met rechte rug vieren we onze identiteit: Mens. Want zoals er uit een menselijk embryo nooit een beer of dinosaurusje kan groeien, zo zal er uit een schoolkind nooit een perfect wetware computertje of een aartsengel voortkomen. Er kan wel een uniek, menselijk ik uit opstaan. Als vrijeschoolbeweging mogen we best rechtop lopen vanwege onze uitgangspunten. De hoge cijfers van Dronkers voor ons onderwijs zijn leuk, maar zelf je bestemming mogen vinden is een feest.
Seizoener
3
“ Onze grootste opdracht is het ontwikkelen van vrije menselijke wezens, die in staat zijn om doel en richting aan hun leven te geven. De behoefte aan verbeeldingskracht, gevoel voor waarheid en verantwoordelijkheid - deze drie krachten vormen het hart van de opvoeding.”
4
Seizoener
Inhoud 6
Palmpasen: Levensvertrouwen Binnenkomen
8
Gevoelspuber: Over hoge zeeën opvoeding
12 Het kosmisch project Mens Paasmysterie
17 Kroonjuweeltjes Column van Lieke Hobus
18 100% Betrouwbaar
34 De kracht van het midden Wetenschap
38 Widar & Baldur Toneeelperiode onderbouw
42 Het cijfer van Dronkers Onderwijs
45 Hete Hangijzers Column
46 Irritante lentekriebels Lenteconsult
De vier temperamenten: Het flegmatische kind
21 Lenteschat Voeding
22 Laat de kinderen spelen Opvoeding
25 Palmpasen: Broodhaantjes Bakken met kinderen
26 Nemo en de oersoep Bovenbouw biologie
28 Ouddiplomaat Tjalling Halbertsma Portret van een oud-vrijescholier
48 Lessen in Vrede Steiner Pedagogiek
54 Samenleving 3.0 Samenleving
58 Lezen 60 Lopende Vuurtjes 62 Marktplein Alleen voor deelnemende scholen:
Het schoolkatern tussen pag. 32 en 33 Uit de school, de klassen, de leerstof
Seizoener
5
6
Seizoener
BINNENKOMEN
Palmpasen
evensvertrouwen TEKST JET NIJHUIS
‘Oma, morgen mogen we onze palmpaasstok meenemen!’ In het bos vinden de twee kleintjes mooie rechte takken. Daar maken we een kruis van. ‘We gaan hem op school versieren… Met linten, groene takjes, abrikozen, rozijnen en paaseitjes. En dan bakken we de broodhaan.’ Ieder z’n eigen haan – geurend en knapperig bruin gaat ‘ie de volgende dag bovenop de stok. Dan is het zover. Al zingend trekt de palmpasenoptocht door de straten. ’s Avonds staan de kleurige stokken lonkend thuis op de vensterbank. Kleinzoon bewaart zijn lekkers nog dagen lang en eenmaal begonnen bewaart hij het heerlijkste voor het laatst. Kleindochter begint meteen met wat haar het beste smaakt. Tja, ieder zijn eigen temperament. Feest vieren is een vrolijk gebeuren; je hart gaat open. Als je jarig bent, ben je blij omdat je op die dag geboren werd. Stond je wieg tussen de bloemen of onder de winterhemel? Als je een jaarfeest viert, ben je als kind blij met de rituelen die bij het feest horen. De afgelopen winter werd er op de deur gebonsd: de zak van Sinterklaas kwam eraan! Vandaag lopen we met de palmpaasstok. Door het vieren van de jaarfeesten beleeft het kind dat iedere tijd anders is en dat elk speciaal moment ieder jaar terugkomt. Aan het feest kun je je in de tijd oriënteren. Nu is het weer lente. Na het donker en de kou komen licht en warmte terug, sneeuwklokjes en krokussen bloeien, de knoppen aan de takken worden dikker en dikker en de vogels beginnen te zingen. De hele natuur die in de winter zo dood leek als een pier, komt tot leven. Zij toont elk jaar weer het mysterie van de dood. Het zaadje dat in de donkere grond lag is verdwenen! Er blijft niets van over. Als de nieuwe kiem het licht tegemoet groeit, sterft het zaad… Zonder de dood van het zaadje geen nieuwe plant. Het ei moet breken om het kuiken te voorschijn te laten komen. De dood maakt ontwikkeling mogelijk. Als kind ga je naar school om te leren. Het vieren van de jaarfeesten geeft geen boekenwijsheid, maar ervaring van het leven. Je leert door ervaring dat alle feesten terugkeren. Dat weet je nog niet als je klein bent. Maar zo leer je dat het leven te vertrouwen is: altijd weer komt de zon terug. Bij het lentefeest leer je dat het zaadje moet verdwijnen, wil de plant kunnen opgroeien. Uit de dood ontstaat iets nieuws! Deze ervaringskennis wordt levensvertrouwen – een sterke basis om alle hobbels van het leven te kunnen verwerken. Maar wat doet dat kruis van takken daar dan in de lente? En die haan op de stok? Bij kinderen leeft deze vraag niet. Zij hebben genoeg aan de rituelen, maar volwassenen zoeken naar een antwoord. Soms is aan de stok een ring opgehangen, als symbool van de kringloop van de eeuwige zon. Maar meestal wordt er van twee stokken een kruis gemaakt, als symbool van het menselijk bestaan. De horizontale balk van het kruis verbindt mij met mijn omgeving en omstandigheden. De verticale balk verbindt mij met boven en onder, met hemel en aarde. Het kruis heeft ook een middelpunt, een hart. Net als ik. Daar kan ik ervaren wie ik werkelijk ben, daar leer ik authentiek en autonoom te worden. Het is mijn ‘kruis’ om steeds weer naar buiten te zwalken, naar boven te zweven of naar beneden getrokken te worden. Het evenwichtspunt leer ik kennen door uit evenwicht te kunnen zijn. Zal ik het leren om meer en meer in mijn hart te blijven? Ik hoef daar niet aan te twijfelen, want als ik naar boven kijk, zie ik de haan. Hij kraait dat de ochtendzon gaat komen, de Paaszon. Het leven groeit uit het donker omhoog naar het licht – ook in mij. ‘Palmpasen, palmpasen, versier je groene tak! ‘
Seizoener
7
De gevoelspuber
over hoge
8
Seizoener
OPVOEDING
zeeën TEKST: MARITGEN MATTER
De kamerdeur van je vroeger zo vrolijke dochter is plotseling vergrendeld - en ook na tien keer kloppen kom je er niet meer in. Door de muren, die behangen zijn met popsterren en zeehondjes, klinkt treurige muziek… Bij de afwas snikt ze plotseling ‘dat je er niks van begrijpt’ en rent weer naar boven, bám, deur dicht. Maar wat is er dan toch? ‘Gewoon, alles…’ In een andere variant komt je kind zonder aanwijsbare oorzaak op de stralendste zaterdagochtenden met een gezicht als een oorwurm naar beneden. Er kan nauwelijks een ‘hallo’ af. Chagrijnig kauwt hij op zijn boterham alsof hij in een strafkamp woont - en lijkt pas tevreden als jij na enkele pogingen tot normale gezelligheid geïrriteerd afhaakt. Aha. Je hebt een gevoelspuber in huis! 9
Jeanne Meijs onderscheidt drie opeenvolgende soorten puberteit in haar boeiende boek ‘Puberteit, de smalle weg naar innerlijke vrijheid’. Achtereenvolgens pubert een kind in zijn denken, voelen en willen – al heviger naar gelang zijn aanleg. Dit seizoen volgt een verkenning van de gevoelspuber, die een zee van emotie de baas moet worden.
D
e puberteit is een typisch menselijk verschijnsel. Waar een jong dier het ouderlijke gedrag instinctmatig kopieert en zo probleemloos de volwassenheid inrolt, moet een mensenkind nog een heel traject naar zijn unieke zelf afleggen. Het lijkt er zelfs op dat hoe individueler de cultuur wordt, hoe meer ‘last’ we hebben van dit fenomeen. Deze ‘sluisperiode’ tussen kindertijd en volwassenheid wordt ingeleid door een wake-up call van het Ik – en dat betekent onrust en onzekerheid. De levensvraag waarmee het kind op de wereld kwam, begint zich namelijk te roeren in zijn bewustzijn. De gedeelde identiteit die hij altijd vanzelfsprekend met de ouders deelde, is verleden tijd. Hij moet zichzelf gaan uitvinden! Dit losbreken uit de ouderlijke eierschaal gaat volgens Jeanne Meijs op verschillende manieren in zijn werk. Zij onderscheidt na jarenlange ervaring als therapeute en moeder drie soorten puberteit. Elk kind pubert achtereenvolgens in de gebieden van het denken, voelen en willen – vaak met verschillen in heftigheid. Dat verschil bepaalt het type puberteit.
Jonge stuurman op een woeste zee Bij de denkpuber zagen we dat zijn opdracht vooral lag in het zelfstandig worden van het gedachtenleven door eindeloos scherpe vragen te stellen, aan zichzelf en zijn omgeving. Een kind dat zichzelf vooral emotioneel moet uitvinden, is een gevoelspuber. Alle pubers groeien aan de verschillen en (soms bewust) opgeroepen weerstanden en bij de gevoelspuber gaat die groeipijn over gevoelens. Deze kunnen hem omringen hem als een kolkende zee. Al zijn emoties, hoe vaag, overdre-
10
ven en onbenoemd ze de rest van de wereld ook mogen toeschijnen, ervaart hij als reeël. Dat doet een groot beroep op zijn eigen (vooralsnog onvolkomen) stuurmanskunst en het begrip van de ouder. Je kind kan onder de onzichtbare waterlijn van het gezin hevig worstelen met torenhoge innerlijke golven,waar je als ouder misschien niets van weet. Wat gebeurt er eigenlijk allemaal?
Antipathiekrachten Rond het dertiende levensjaar is het ‘zielelichaam’ zo ongeveer af. De zielehuid moet zich sluiten en stevig worden, om later geboorte te kunnen geven aan het Ik. De puber voelt onbewust aan, dat daar waar zijn omhulling nog te dun of te open is, de huid dikker moet worden. Dat doet hij met het oproepen van antipathiekrachten. Kleine kinderen verbinden zich van nature via de aangeboren sympathiekrachten met de omgeving. Alleen als er nare of verdrietige dingen gebeurden, kwam het kind in aanraking met antipathiekrachten van buitenaf. Als het kind te open is gebleven door een teveel aan sympathiekrachten in de omgeving en een gebrek aan bepaalde sluitende ervaringen, gaat hij in de puberteit zijn omgeving als het ware provoceren om die verstevigende antipathiekrachten te leveren. Bijvoorbeeld door nurks en chagrijnig te zijn – en zo de negatieve reacties uit te lokken waar zijn zielehuid wat dikker van wordt. Als hij er een beetje in dreigt door te schieten is een kleine dosis humor en creativiteit van de kant van de opvoeder een zegen.
Sympathiekrachten Het kan ook zijn dat een kind juist teveel antipathiekrachten heeft ervaren in zijn jeugd. Misschien moest hij zichzelf innerlijk beschermen tegen gevaar of negativiteit in de omgeving zoals ruzies, een pijnlijke scheiding of pesten – of had hij andere goede redenen om al jong aan zijn zielehuid te beginnen. Misschien was zijn gevoelswereld wel veel groter en dieper dan die van zijn omgeving en kon er op zijn sterke innerlijke leven niet goed gereageerd worden – resulterend in een gevoel van afgeslotenheid en eenzaamheid. Dan zit de zielehuid, gemaakt van al die vroege antipathiekrachten uit de omgeving, bij het zelfstandig worden van het gevoel in de puberteit misschien wel erg strak. Die huid moet weer wat opener en zachter worden. De gevoelspuber zal dan als vanzelf de sympathiekrachten opzoeken die hem daarbij kunnen
OPVOEDING
helpen. Misschien moet je kind elke dag zomaar huilen om niks – of voelt het een diep en oprecht heimwee naar een betere wereld. Of zet het doelbewust films of muziek op om bij te snotteren, leest het supermarktromans vol emoties, zwijmelt het bij onbereikbare popsterren of zucht het om echte doch hopeloos verre vakantieliefdes… Het beleven van al die gemoedstoestanden, of ze nu illusoir, terecht, smakeloos, verheven, onbepaald of concreet zijn, maken de zielehuid tijdelijk open en zacht, zodat deze straks toch nog gaat passen. Ook hier moet je als ouder de waterstanden wel een beetje in de gaten houden op een begripvolle, onnadrukkelijke wijze zodat je gevoelspuber er niet in verdrinkt voordat de sluisdeuren opengaan naar de volwassenheid.
Kapitein in wording De gevoelspuber staat voor de uitdaging om zijn scheepje te leren besturen op een zee van voortdurende emotie. Een deinende vlakte waarbij vloedgolven van droefheid, verlangens naar iets onbepaalds, concrete teleurstellingen of een diep geraakt worden door de toestanden op de wereld het kind kunnen overspoelen. Er schuimt een zee van emotie in het innerlijk van dit kind dat weliswaar een diep zieleleven heeft, maar dit niet scherp kan onderscheiden of de baas kan. Zijn Ik, de stuurman, is nog niet aan boord. Het is daarom wel van belang dat de zee zijn krachten niet te boven gaat en de aankomende kapitein zichzelf voortijdig verliest – door stuurloos in een nare situatie terecht te komen. Of zomaar te gaan samenwonen of afdrijven in een verslaving. Vaak hebben juist gevoelspubers veel moeite om het eigene in zichzelf te ervaren omdat ze een oceanisch innerlijk hebben, en is het van belang dat je het eigene aan dit kind voor hem benoemt. Kleine dingen waarin je hem eraan herinnert dat hij echt iemand is. Hoe hij praat, of iets speciaals aan zijn manier van doen. Memoreer dingen van vroeger, hoe hij dingen noemde, of zei… Dat zijn kleine eilandjes van zelfkennis waaraan hij zich kan vasthouden. Als jij het ziet, dan is dat voor hem een hulp om het zelf ook te zien. Ook samen eens lachen om de ellende relativeert en maakt het allemaal wat minder bedreigend, superbelangrijk en onoverkomelijk. Als je gevoelspuber zich helemaal opsluit in eenzaamheid of een groepje, is het goed om gelegenheden te zoeken om eens iets kleins samen te doen. Iets gezelligs en normaals. Ook dat relativeert. Geef je kind het gevoel dat je er alle vertrouwen in hebt dat het zijn eigen weg wel gaat vinden. Leen het desnoods daarin even jouw Ik-kracht. Een gevoelspuber die heeft leren sturen over zijn eigen golven heeft een groot invoelingsvermogen, dat hij voor zijn levenstaak moet mobiliseren. Als hij het meesterschap over zijn emoties voor elkaar krijgt, kan hij een enorme zielediepte meenemen in de volwassenheid.
Cadeau bij Seizoener jaarabonnement
Puberteit De smalle weg naar innerlijke vrijheid Jeanne Meijs - Uitg. Christofoor
Geef je ouders, grootouders, vrienden, buren en/of jezelf een jaarabonnement op Seizoener en ontvang gratis het boek ‘Puberteit’ van Jeanne Meijs t.w.v. € 19,50 zolang de voorraad strekt. Een jaarabonnement met schoolkatern kost € 36,-, zonder schoolkatern € 30,- en een los nummer kost € 9,50. Seizoener verschijnt vier keer per jaar. Bestel je abonnement op www.seizoener.nl. Ben je al abonnee? Verras dan iemand anders met dit jaarabonnement en geef vier keer Seizoener cadeau. Vermeld bij de bestelling de actiecode: puberteit. Prijzen zijn incl. btw en verzending.
Lezersrecensie via christofoor.nl: ‘Er zijn vele boeken geschreven over de puberteit. Het allerbeste boek dat ik daarover ken is voor het eerst verschenen in 1996: Puberteit. De smalle weg naar innerlijke vrijheid. Van Jeanne Meijs. In dit boek kan je steeds opnieuw lezen. Op fijnzinnige wijze worden verschillende aspectien van het puber-zijn belicht, in een begrijpe-
Bron: Puberteit. De smalle weg naar innerlijke vrijheid | Jeanne Meijs Uitgeverij Christofoor | paperback €19,90 | 9e geheel herziene druk www.christofoor.nl | ISBN: 9789062382484
lijke taal. Ieder hoofdstuk is onderverdeeld in kleinere paragrafen, wat het zeer leesbaar maakt. Vaak gebruikt de schrijfster beelden om iets duidelijk te maken. Daardoor spreekt het boek niet alleen het hoofd aan, maar helpt het ons om - als we de beelden goed tot ons door laten dringen - op creatieve wijze onze eigen manieren te vinden om met onze puberkinderen om te gaan. Een absolute aanrader!’ (Anne Crivits - 28 mei 2011)
Seizoener
11
Ik ben niet ik, Ik ben degene die aan mijn zijde gaat zonder dat ik hem zie, Die ik soms bezoek en soms vergeet. Die zwijgt wanneer ik spreek, die zachtmoedig vergeeft wanneer ik haat, die wandelt waar ik niet ben, die overeind blijft als ik sterf. Juan Ramon Jimenez (1881-1959)
12
PAASMYSTERIE
Het Kosmisch Project TEKST DANIËLLE VAN DIJK
Elke dag biedt na een verkwikkende slaap nieuwe kansen. Je ziet de dingen in de ochtend vaak vanuit een fris en helder perspectief. Ook na een heerlijke, lange vakantie gaan de kinderen er op school weer met nieuwe moed tegenaan. En natuurlijk hebben we voor het nieuwe jaar goede voornemens – waarin ook de natuur weer na een lange winterslaap ontwaakt… De lente van dit jaar is zelfs een zeer bijzondere, als eerste van een nieuw Platonisch Wereldjaar. De zon heeft zojuist een volledige astronomische ronde door de twaalf dierenriemtekens voltooid. Er is dus echt een gloednieuwe tijd begonnen. Wat een uitdaging!
Wat zijn dan onze voornemens en kansen voor een Nieuw Wereldjaar? Dat lijkt enorm ingewikkeld en heel groots, maar dat is het niet. De kansen die we krijgen zijn talrijk, maar één ding is zeker: het gaat om de weg van het hart, de weg naar het eigen innerlijk. Alles hangt ervan af of we liefdevolle en wijze, geïnspireerde mensen kunnen worden. Alle andere wegen lopen uiteindelijk dood. Dat betekent dat we ons moeten verbinden met de wereld om ons heen en met de mensen die op deze aardbol leven. Dat houdt in de eerste plaats ook in dat we ons liefdevol kunnen verbinden met onszelf en onze diepste gevoelens, gedachten en drijfveren. Je kunt het als een ‘project’ of een uitdaging oppakken om van jezelf een liefdevoller mens te maken – zonder dat je daarbij in de valkuil van de zelfoverschatting valt, of het al te ijverig je best doen. Het is als bij het opvoeden van je eigen dierbare kind: liefdevol toekijken, ruimte maken en helpen waar nodig – vol humor en vol geduld. Je voedt jezelf in liefde op en probeert de hogere mens in jezelf te leren kennen. Dat is degene die je in diepste wezen bent en die dit leven op aarde niet voor niets wil meemaken. Wie ben je?
Zelfkennis Een mens heeft een dagelijks ik en een ‘hoger ik’, of zoals in het gedicht van de Spaanse dichter Jimenez: ‘degene… die
overeind blijft als ik sterf’. Behalve een dagelijks ik en een lichaam dat je kunt leren kennen, heeft de mens ook een ziel, als drager van gevoelens, gedachten en wensen, en een geest (zijn essentie, ofwel diegene die hij in diepste wezen is). Ook die kun je gedurende je leven goed leren kennen. Op de vrijescholen wordt elke dag opnieuw gewerkt aan dit machtige bouwwerk van de hele mens: denken, voelen en willen – en op de bovenbouw: bewust worden. Het hele leven is in wezen een lange weg tot zelfkennis. Je kunt natuurlijk lijdzaam en geduldig de weg aflopen, maar je kunt ook zelf flinke stappen zetten, een eigen koers uitzetten, je pas versnellen of een stuk met anderen oplopen. Deze eigen reis kan plaatsvinden op allerlei manieren en in allerlei vormen: op school, thuis, op je werk of samen met je vrienden. Het mooie van de weg naar binnen is dat je er niets voor nodig hebt; je kunt elk moment van de dag naar je hart luisteren (dat is dus iets anders dan naar je emoties) en met jezelf aan de slag gaan. Je kunt momenten van rust inbouwen, mediteren of ergens in de natuur gaan zitten. In de stilte en de rust gaat het leren kennen van jezelf veel beter dan als je altijd maar druk bezig bent en je aandacht steeds op de buitenwereld en anderen gericht houdt. Het juiste evenwicht is zoals altijd weer noodzakelijk. Er zijn vele oefeningen te doen voor je ziel en je bewustzijn – in een volgend artikel kom ik daar uitgebreider op terug.
>>
Seizoener
13
FOTO JÖRGEN CARIS
De vonk van de gnosis
Danielle van Dijk (1953) houdt zich al meer dan dertig jaar bezig met de esoterie. De antroposofie is haar belangrijkste inspiratiebron. Sinds 1975 is zij verbonden aan de Stichtse Vrije School in Zeist als docente Nederlands, wereldliteratuur, filosofie en ethiek. Van haar hand zijn verschenen: ‘Het Christusbewustzijn; een moderne inwijdingsweg’ (Christofoor 2008 ) en ‘Maria Magdalena, vrouw naast Jezus; een zoektocht naar het verborgen christendom’ (Christofoor 2012).
Als het van zo’n groot belang is om de weg naar binnen te gaan, waar voert die weg dan heen? Wat is er te vinden in het binnenste van je ziel of van je hart? Van oudsher wordt de kennis van het hart ‘gnosis’ genoemd. Elk mens weet diep in zijn hart wat goed of verkeerd is, wie hij in wezen is en wat hij hier op aarde komt doen. Diep in ieders ziel sluimeren dit weten. Gaat het dan allemaal om zelfkennis en de kennis van het hart? Ja, eigenlijk wel. Want daar is het beginpunt, de kern waar het allemaal om draait. Als er liefde is voor jezelf en het leven als uitdaging, verdwijnen frustratie en geweld vanzelf; dan ga je heel anders naar de wereld kijken en kun je jezelf en de dingen op een andere manier vormgeven. Natuurlijk is kennis van de wereld ook van groot belang, maar dat mag niet de énige kennis zijn die je vergaart. In de kern van je hart brandt een vonk van het goddelijk vuur, dat de mens tot mens maakt en dat hem in staat stelt liefde te voelen voor een ander mens, een liefde die niet persé gericht is op eigenbelang. In onze diepste kern dragen we een vuur, een licht dat verbonden is met het licht in alle mensen. Al deze lichtjes bestaan uit hetzelfde Licht als waaruit de Kosmische Wereldzon (in spirituele zin) bestaat. Deze Kosmische Zon is in alle oude religies en culturen bekend onder vele namen. In de gnosis wordt deze Zon, deze grote goddelijke liefde de Logos genoemd. Ook de evangelist Johannes noemt in zijn Apocalyps de Logos als oerbegin van alles – Grieks voor ‘woord’.
Herstel van het lichtlichaam Is Christus de Zonnelogos nu dezelfde als de Christus uit het christendom? Dat is een lastige vraag. Als vrijeschoolouder krijg je weleens de vraag: ‘Is de vrijeschool nu een christelijke school?’ Je kan misschien
zeggen dat de vrijeschool niet christelijk is in de kerkelijke zin van het woord. Dat het mensbeeld en de leermethode voortkomen uit de antroposofie, een geesteswetenschap die uitgaat van een Christus die vele malen groter is dan het christendom beschrijft. Dat deze Zonnegeest de alomvattende Liefde is die alle religies en mensbeelden omvat – of dat nu het boeddhisme, de islam, het jodendom, het christendom, het humanisme of het hindoeïsme is. Het is de universele kracht van de Liefde. Juist daarom is de vrijeschool voor iedereen bedoeld en over de hele wereld in alle culturen verspreid. Het gaat hier dus met klem níet om een Kerk of een instituut. Het gaat om de mens en zijn eigen ontwikkeling – antropos betekent ‘mens’ en sofia betekent ‘wijsheid’ in het Grieks. Antroposofie is dan ook ‘menswijsheid’ – een universele stroming die voor de hele mensheid bedoeld is en niet voor enkele uitverkorenen, net als het oerchristendom. Je kunt je voorstellen hoe het grote Licht in liefde naar de aarde is afgedaald, om bij de doop in de Jordaan in de mens Jezus te kunnen wonen. Christus heeft als de Logos of Kosmische Zon drie jaren in Jezus van Nazareth geleefd. Bij de dood aan het kruis is zijn menselijk lichaam volkomen door die goddelijke energie omgewerkt: elke vezel en elke bloeddruppel was op dat moment doordrongen van de Christuskracht. Op de derde dag, bij de Opstanding, was er een geheel nieuw lichtlichaam gevormd: het onsterfelijke opstandingslichaam. Vanaf dat moment is het voor alle mensen weer mogelijk het eigen lichtlichaam te herstellen. Dat waren we vrijwel kwijtgeraakt door een te diepe evolutie in de materie, waardoor we zelfs ná de dood geen contact meer met de goddelijke wereld konden krijgen – en dus ook niets meer leerden voor de volgende incarnatie. Het menselijk leven dreigde een gesloten circuit te worden, zonder contact met onze goddelijke oorsprong. Het Project Mens dreigde te mislukken. Christus heeft vrijwillig ingegrepen in die situatie met een goddelijke interventie: de Opstanding. Dat herstel van het lichtlichaam gaat niet vanzelf; daar is veel oefening en geduld voor nodig, veel humor ook. Door de weg van het hart te gaan, dat wil zeggen de tweede mens in jezelf te leren kennen, kun je tot ‘verlichting’ (zelfverwerkelijking) komen. Het is goed te beseffen dat het leven vanuit het hart niet over het leven vanuit de emoties gaat. Juist niet. Het gaat om je meest oprechte en diepe weten, je diepste gevoel. Denk aan de zegswijze: ‘Diep in mijn hart weet ik...’ Als je geëmotioneerd bent, moet je juist eerst weer volkomen rustig en stil worden, dan over alles nadenken en er iets mee willen; pas na een of meerdere nachten slapen en rijp beraad kan je vanuit je midden, het gebalanceerde ‘hart’ iets doen in de wereld – naar jezelf of de ander. Dan pas is er een gevoel gegroeid dat echt is, dat bij jou hoort. Het vanuit zelfkennis, oprechtheid en liefde handelen, dat is de weg van het hart.
Oefeningen voor een liefdevol en wijs hart Naast liefdevol leven vanuit je gevoel gaat het tegenwoordig ook om het ontwikkelen en vergroten van je bewustzijn - dat geheimzinnige vermogen van de ziel om tot een diep inzicht in de zaken des levens te komen. Het gaat om ‘vrijheid en liefde’ als een aan elkaar gekoppeld vermogen van de ziel en de geest. Dat Jezus Christus dat vermogen beheerste als geen ander blijkt uit de woorden die hij spreekt aan het kruis: ‘Heer, vergeef het hen, want zij weten niet wat zij doen’. Als voorbeeld hieronder twee oefeningen voor het wekken en verdiepen van een liefdevol bewustzijn.
Het vergroten van het inlevingsvermogen Maak jezelf vredig en stil. Ga desnoods eerst even mediteren of een kleine wandeling maken. Leef je dan vol liefde en met je hele hart in iemand in. Kies eerst een persoon van wie je houdt: Waar is hij of zij nu? Wat doet hij of zij? Wat voor een leven leeft die geliefde persoon eigenlijk? Blijf altijd in vrede en diepe stilte bij jezelf, maar richt je volledige aandacht op die ander. Dit vergt bewustzijnskracht, omdat je je niet mag verliezen in die ander. Het is ook niet de bedoeling dat je zijn of haar problemen tot de jouwe maakt. Kijk vol mededogen, maar besef dat het niet jouw problemen zijn. Je zult merken dat bij oefeningen waar het bewustzijn wordt aangesproken, altijd de vraag naar je eigen geweten een rol speelt: ga ik wel liefdevol genoeg met de ander om? Als het je lukt een geliefde persoon op de juiste wijze in je bewustzijn te dragen zonder dat je jezelf opdringt en zonder dat je in de vrijheid van de ander treedt, kun je iemand nemen die verder van je weg staat en daarna iemand met wie je moeite hebt. Neem goed waar of je even liefdevol bent als bij de persoon die je liefhebt. Als dat niet lukt, is dat geen probleem: maak van jezelf geen heilige. Wees altijd eerlijk, maar probeer wel het maximale: stel je Christus voor ogen die melaatsen hielp en die een overspelige vrouw ruim vergiffenis schonk. Vermijd oordelen en irritaties. Dank na afloop altijd degene die je in gedachten had en zegen hem of haar. Laat de ander altijd vrij. Dwing niets af en wens de ander dat hij of zij het juiste karmische pad mag bewandelen. Wees trots op jezelf als het gelukt is.
Het vergroten van het vermogen tot tolerant zijn Als er iets gebeurt wat je niet aanstaat, reageer dan niet direct, maar neem even de tijd om afstand te nemen en na te denken. Probeer je goed in de ander en de situatie in te leven en kijk wat je kunt tolereren en wat echt niet meer. Benoem altijd je gevoelens en wees eerlijk. Zo geef je de ander de
Christus redt het Kosmisch Project ‘Mens’ Terug naar Christus als de Kenner van het menselijk hart. Bij oude kerkbeelden zie je vaak dat Christus zijn rechterhand op zijn hart legt en met zijn linkerhand een schenkend gebaar maakt. In mijn boek over het Christusbewustzijn schrijf ik:
kans zijn of haar gedrag bij te stellen; zo oefen je ook de vrijheid van de ander (en dus van jezelf) te respecteren.
>> 15
‘Alles hangt ervan af of we liefdevolle en geïnspireerde mensen kunnen worden. Alle andere wegen lopen uiteindelijk dood’ ‘Christus, het allerhoogste geestelijke wezen, het wezen dat in het oerbegin bij God was, moest zich met de aarde en de mensheid verbinden om de val van de mensheid uit de evolutie tegen te houden.’ Ik schrijf ‘moest’, maar eigenlijk hoort daar ‘wilde’ te staan. Het was een groot offer van de Zonnegeest om zich met de mensheid en de aarde te verbinden - uit liefde voor de geschapen mens. Steiner zegt dat de komst van Christus ook een aangelegenheid van de goden was. ‘De godheid moest zo diep in de materie afdalen als hij de mensheid erin had laten verzinken.’ En even verderop: ‘En wat voor rol speelde de mens bij de incarnatie van Christus in Jezus van Nazareth? Die van toeschouwer, die toeziet hoe de godheid de daad van de zondeval herstelt, hoe hij een tegendaad stelt’ (uit Rudolf Steiner, ‘Wegen naar Christus’).
Adam Kadmon Een gnostisch versie van de val uit het Paradijs gaat als volgt. De Hemelse Mens, ofwel Adam Kadmon, heeft ooit een vrijwillige sprong in de schitterende diepten der schepping gemaakt – voor alle tijden, als enige Zoon van het Absolute. Hij deed dit door zijn eigen eenheid op te offeren in talloze god-menselijke monaden (wij!), zodat we konden delen in zijn absolute vrijheid. Daarvoor ‘bestonden’ wij mensen dus nog niet, we waren een met hem – tot hij uit liefde die Eenheid opgaf en zich in ontelbare ‘assim’ (vonken) uitstortte. Het dreigde geheel mis te lopen door de turbulenties in de werelden van materie en chaos, waardoor het innerlijk contact met ons oerbeeld verbroken werd. Wij bleven echter altijd zijn Zegel dragen in ons wezen. Christus is de geïncarneerde Adam Kadmon (Hemelse Mens) die zelf in de schepping afdaalde, om de weg van re-integratie weer te openen voor alle menselijke monaden. We zullen dus ooit als mensheid weer de Goddelijke Mens vormen – nu met volledig bewustzijn van de schepping. Adam Kadmon is dus degene die bewust in de materie ‘gevallen’ is, om vrijheid te ervaren in al zijn levende facetten: wij.
16
Seizoener
Vrij bewustzijn ontwikkelen Als ik deze woorden goed tot me door laat dringen, staat er dat de mensheid een project van de goden is – en dat de mens buiten zijn schuld om in de fysieke wereld is gevallen. De zondeval heeft dus niet zoveel te maken met zonde, want de mens is niet uit vrije keuze ‘uit het paradijs’ gegaan. Sterker nog, in het paradijs had de mens nog helemaal niet het vermogen om goed en kwaad te onderscheiden. Dat kwam pas ‘na het eten van de boom der kennis van goed en kwaad’. De term ‘zondeval’ is bedacht door de Kerk en heeft nodeloos veel schade aangericht, door de mensen op te zadelen met een oneigenlijk schuldgevoel. Schuld ontstaat immers pas als iemand zelf verantwoordelijk is voor zijn daden. En dat hangt weer samen met de ontwikkeling van het bewustzijn. Dat vrije bewustzijn moest in de tijd dat Christus op aarde leefde nog in de mens ontwikkeld worden. Christus nam daarom alle dwalingen van de mens op zich en bracht de evolutie weer terug in haar baan. Hij maakte de weg weer vrij voor de mens om ‘geesten van de Vrijheid en de Liefde’ te worden. Tot slot kun je je afvragen of dit alles niet toch weer een ‘religie’ is. In mijn ogen is het leven echter zo gecompliceerd en zo veelzijdig dat de grens tussen wetenschap en spiritualiteit in onze tijd niet meer scherp te trekken is. Als professor Dijkgraaf als gerenommeerd wetenschapper op Hemelvaartsdag 2012 in zijn college over heelal, kwantummechanica en de sterrenstelsels zegt, dat het menselijk lichaam bestaat uit ‘sterrenstof’, waarom zouden we dan niet kunnen zeggen dat onze menselijke geest bestaat uit een vonk van de Kosmische Zon?
•
Danielle van Dijk houdt lezingen (vrij toegankelijk) over beide boeken en over Maria Magdalena, die als eerste vrouw het Christusbewustzijn mocht dragen.
• 27 maart 20:00-21:30, Stichtse Vrije School, Socrateslaan 24, Zeist • 29 maart 20:00-21:45, Meander Vrijeschool, Groesbeekseweg 146, Nijmegen (opgave via
[email protected]) • 15 mei 20:00-21:30, Ophodenpijl, achterland van Delft, Rotterdam en Den Haag, (opgave via www.ophodenpijl.nl) • 27 mei 20:00-21:45, Adriaan Roland Holstschool (Onderbouw), Prins Hendriklaan 56, Bergen N.H. • 5 juni 20:00-21:45, Spiritueel Centrum ‘De Witte Roos’, Bodegraven
Kroonjuweeltjes
COLUMN
Zeg dat dan! TEKST LIEKE HOBUS DIRECTEUR GEERT GROOTESCHOOL 1 AMSTERDAM
Mijn uiterste best doe ik om mijn drie kinderen in de kleren te krijgen, hun broodtrommetjes te vullen en op de fiets te krijgen. ‘De spreuk halen’ is mijn doel. En die wordt om 08.15 uur stipt voorgelezen door een collega. Met het zweet tussen mijn schouderbladen storm ik de lerarenkamer binnen en ben gelukkig net op tijd. Ik schuif mezelf tussen mijn collega’s en haal adem. Elke ochtend lijkt het wel alsof ik op dit moment wakker word geschud, scherp voor ogen krijg wat de bedoeling is. Ik adem uit, kijk de kring rond – en wens ieder een fijne dag toe. De dag kan beginnen.
‘Noem mij, bevestig mijn bestaan, Laat mijn naam zijn als een keten. Noem mij, noem mij, spreek mij aan, O, noem mij bij mijn diepste naam. Voor wie ik liefheb, wil ik heten.’
FOTO MAARTJE GEELS
De dag is niet altijd zo begonnen. De eerste jaren dat ik op de vrijeschool werkte, wilde ik eigenlijk meteen weer naar huis als de spreuk was opgezegd. De grootsheid, de meeslepende woorden die Steiner gebruikte, stonden me zo tegen, dat ik het eigenlijk niet aandurfde het werk op school te beginnen. De spreuk die dagelijks wordt gezegd, luidt namelijk: ‘Dit kind is tot jou uit de geestelijke wereld neergedaald. Jij moet zijn raadsel oplossen, van dag tot dag, van uur tot uur.’ Hoe kon ik in godsnaam ‘het raadsel van een kind’ oplossen? Ik was zelf nog een kind! En hoezo geestelijke wereld? Wat moest ik daar nu mee? Het veranderde langzaam toen een collega me adviseerde om een kind in gedachten te nemen tijdens het horen van de spreuk. Dat maakte het dragelijker, in ieder geval meer werkbaar voor mij. Door de tijd, door de groei begon ik langzaam te beseffen dat de opdracht lag in het ontdekken van het wezen van de ander, het te zien, te herkennen. Elk kind wil dat jij, leerkracht, hem ziet in wie hij in z’n diepste wezen is. Dat is het! Zeg dat dan! Naast de woorden is het voornamelijk het ritueel van de spreuk dat het voor mij zo bijzonder maakt. Het lijkt een soort mantra, een meditatie, een samenkomst te zijn. Uit allerlei richtingen zijn we die ochtend naar school gekomen. De ene leraar heeft een uur in de trein gezeten, de ander heeft drie hongerige kindermondjes gevuld. Op het moment van de spreuk lijken we samen te komen uit die verschillende werelden. Dat is ook precies wat er naar mijn gevoel gebeurt als de spreuk die we met de kinderen in de klas doen, wordt opgezegd. Uit hun verschillende achtergronden vallen de kinderen samen in de spreuk. Onze grondsteenspreuk, een tekst die we zeggen voor elke vergadering, heeft ook dit ritueel in zich. Elke leerkracht komt uit de drukte van z’n eigen klas. Op het moment dat we in de kring staan en deze spreuk zeggen voordat de pedagogische vergadering begint, komen we werkelijk samen. Een groot verschil met andere spreuken is dat deze spreuk wél prachtige bewoordingen kent, waarvan mij er elke keer weer een andere raakt. Deze spreuk is van ons. Hij is ooit gemaakt door leraren, ouders en kinderen van de Geert Grooteschool. Dat voelt anders dan de grote, diepzinnige, meeslepende, overtreffende woorden die Steiner ooit heeft gebruikt in zijn spreuken. Die woorden lijken van een ander en zijn erg ver weg. Kortom, ik houd van de spreuken – maar zou ze meer van óns willen maken. Daarom blijf ik pleiten voor een ochtendspreuk die hetzelfde in zich heeft, maar minder hoogdravend is. Misschien helpt Neeltje Maria Min ons wel op weg door de prachtige woorden uit een van haar gedichten:
17
STEINER-PEDAGOGIEK
100%
Betrouwbaar 18
De vier temperamenten:
het flegmatische kind
Ieder kind is anders. De één geniet van een heftig verhaal, de ander pinkt bij de minste spanning een traantje weg. De één kan lang aan het werk blijven, terwijl een ander het snel voor gezien houdt. Wat een verschillen. In een gezin merk je al dat de één een andere benadering vraagt dan de ander. Hoe doe je dat in een klas met dertig kinderen? Om de verschillen te begrijpen, kan het helpen iets te weten over de typologie van ‘de temperamenten’. Misschien is het gedrag waar je je steeds weer over verbaast, wel een aspect van het temperament van het kind! Wie weet helpt het om effectief te kunnen handelen in de opvoedingspraktijk van elke dag als je kunt kijken door de bril van de temperamenten. De afgelopen seizoenen beschreef Jet Nijhuis achtereenvolgens de sanguinicus, de cholericus en de melancholicus. Tot slot is het flegmatische kind aan de beurt.
TEKST JET NIJHUIS
A
lles is rond aan Emma. Haar volle gezicht, haar ogen, schouders en buikje. Als ze ’s morgens de klas binnenkomt, loopt ze meteen naar haar stoel en gaat zitten kleuren. Grote vlakken lichtgroen en roze, geel en blauw. Haar hand gaat gestaag over het papier. Elke kleur krijgt evenveel aandacht en ruimte. Ook Joep is een gevuld mannetje. Zijn huid is zacht en licht. Hij kijkt me meestal verbaasd aan met z’n lichtblauwe ogen. ‘Is daar iemand?’ lijken ze te vragen. Alsof hij bij de deur van zijn huis staat en opeens ontdekt dat hij bezoek heeft. Lisa kleedt zich in één kleurtoon.‘Het valt me op, Lisa, dat jij vaak een zelfde kleur broek en trui draagt.’ ‘Ja, dat vind ik fijn. Als ik dan naar beneden kijk, is het lekker rustig. Alles groen of alles blauw.’ Seb is ook stevig. ‘Wat ga je vanavond eten, Seb?’ ‘Maakt niet uit, als het maar genoeg is!’ Emma en Joep, Seb en Lisa kunnen het samen goed vinden. Dat betekent niet dat ze samen zoveel doen; ze kunnen juist samen heel goed niéts doen. Toen ze eens de straat op moesten meten, ging een vrachtwagen met z’n voorwielen op hun meetlint staan. Niets aan de hand: ze gingen op de stoeprand al kwebbelend zitten wachten tot de boosdoener vanzelf wegreed.
Het flegmatische kind: water De bomen lijken nog kaal. Maar wie goed kijkt, ziet een soort roze waas als een sluier om ze heen hangen. Binnenin de bomen is het namelijk een drukte van belang. De sappen stromen golvend tot in de toppen van de roodkleurende bladknoppen. Het water draagt alles wat de boom nodig heeft door de stam omhoog vanuit de grond, tegen de zwaartekracht in. Ook in ons menselijk lichaam is water te vinden. Veel zelfs. Zo’n 60 % van ons lichaamsgewicht is water. Wie 75 kg weegt, sleept dus 4,5 emmer water met zich mee. Als transportmiddel in bloedbanen en lymfe, als
warmtebuffer, als bouwsteen. Er wordt niet voor niets op gehamerd dat we veel water moeten drinken. Nou, dat is voor het flegmatische kind geen punt. Hij is een echte ‘nathals’. In tegenstelling tot het melancholische kind dat gewoon vergeet te drinken, vraagt het flegmatische kind om vocht. Want in het flegmatische kind is de werking van het vochtsysteem bepalend voor zijn functioneren. Stroomt dit voldoende, dan voelt het flegmatische kind zich als een vis in het water. Hij heeft dan niets anders nodig en is dik tevreden. Waarom avontuur en uitdaging, waarom andere kinderen om je heen? Zijn lichamelijke welbevinden is voor hem alles. ‘Zal ik vanmiddag bij je komen spelen, Emma?’ ‘Ja, goed, als je je boek meebrengt’. Nee, hij ergert zich ook niet snel, want de indrukken van buiten lopen stuk op zijn energiesysteem, dat als een brede rivier stroomt – en hem beschermt als een behaaglijke, dikke warmtemantel. Genoeglijk kan hij genieten van het bestaan. Goedgemutst en vriendelijk glimlachend om de drukte die anderen maken.
De kracht van de gewoonte Kinderen met dit temperament zijn vitaal. Ze hebben veel energie die rustig door hen heen stroomt. Daardoor hebben ze een groot uithoudingsvermogen. Zijn ze eenmaal op gang, dan dendert hun trein gewoon door. Ze houden van
>>
De vier temperamenten en de vier elementen • Flegmatisch
de stromende kracht van water
• Sanguinisch
de wervelende kracht van de lucht
• Cholerisch
de stuwende kracht van het vuur
• Melancholisch de vormende kracht van aarde
19
werk dat om herhaling en tijd vraagt. Suddervlees garen, stoofpeertjes in de gaten houden, tijdschriften rubriceren, artikelen uitknippen of de hondenharen van de kokosmat zuigen. Stoppen is lastiger dan doorgaan en volhouden. Vaak wordt dit als trouw bestempeld, maar hun gedrag is eerder op gewoonte gebaseerd dan op een vlammend initiatief. Een flegmatisch kind zit graag. Gewoon een beetje om zich heen kijken verveelt hem geenszins. Toen de beer van Joep gewassen moest worden, zat hij rustig op een krukje te kijken door het ruitje van de wasmachine hoe zijn beer rondtolde. Komen ze eenmaal goed in beweging, dan lijkt alle zwaarte weg te vallen en kunnen ze zo licht als een veertje door de ruimte dansen. Een flegmatisch kind kan onverschillig en ongeïnteresseerd lijken, maar meestal heeft het perfect in de gaten wat er om hem heen gebeurt. Bij incidenten kan het gedetailleerd en objectief weergeven wat er aan de hand is. Het wordt namelijk niet meegesleept door zijn eigen emoties die het voorval zouden kunnen kleuren. Vriendschappen zijn voor dit kind een natuurlijk verschijnsel. Hij is gezellig, maar alleen-zijn heeft ook z’n voordelen. Als hij zijn verjaardag viert dan doe je hem géén plezier met spannende spelletjes. Maar voor een slaap- en eetfeest is hij je nog jaren dankbaar. Wel eens een flegmatisch kind om een cadeaulijstje gevraagd? Of hij weet niets te verzinnen – ‘Ik heb eigenlijk alles al’ – of hij kopieert de hele folder van Bart Smit.
Hoe leert het flegmatische kind? Flegmatische kinderen hebben een groot energieveld ofwel etherlichaam. Dat veld heeft als eigenschap dat het beelden vormt. Ze hebben daarom graag voorbeelden in de les en onthouden deze ook. Door hun uithoudingsvermogen is het een fluitje van een cent om het werk af te maken en tot in de puntjes verzorgen. Bij ritmische herhalingen deinen de flegmatische kinderen vanzelfsprekend mee. Rekenen in reeksen is voor hen een goede ingang tot de getallenwereld. De talige vakken met hun beeldkarakter verdienen de voorkeur. Luisteren naar verhalen, vertellen en schrijven van teksten doen ze graag en ellenlang. Wie kent niet de en-toen-en-toenen-toen-opstellen? Ook sprookjes waarin steeds dezelfde bewoordingen voorkomen, geven hen veel voldoening. Flegmatische kinderen zijn de basis van het klassengebeuren. Bij gezamenlijke recitaties, samenzang en projecten zijn ze een sterke ondersteuning van het geheel. Ze begrijpen ook niet goed wat de lol is van tegenactie en verzet. ‘Doe eens gewoon mee!’
Uit de routine De gelijkmatigheid en onverstoorbaarheid zijn grote kwaliteiten van het flegmatische kind. Maar zoals alles heeft dit ook zijn keerzijde. Het kan betekenen dat het kind nauwelijks initiatieven neemt en gemakzuchtig bij zijn eenmaal aangewende patronen blijft. Boosheid of ongeduld om veranderingen aan te brengen hebben geen zin, want die glijden als waterdruppels van hem af. Als de opvoeder zelf uiterst kalm en rustig iets nieuws voordoet, kan het flegmatische kind met hem meedoen en het nieuwe gedrag overnemen. Probeer discipline te oefenen. Geef het kind iedere dag iets
20
Seizoener
Onderwijs en de temperamenten In het onderwijs kunnen we gebruik maken van de temperamenten door te kijken hoe een kind werkt of een opdracht aanpakt. Met andere woorden welke leerstijl kenmerkend is voor het kind. Een leerstijl is de wijze waarop het kind een nieuwe indruk tegemoet treedt. De flegmaticus heeft tijd nodig om op gang te komen, als hij er eenmaal goed inzit, is stoppen moeilijk. Hij is een dromer die graag naar de dingen kijkt en erover nadenkt. Kenmerken: behoefte aan herhaling - houdt ervan als de leraar het voordoet - trouw aan de opdracht. De sanguinicus loopt snel warm voor het nieuwe, hij is een doener die graag aan iets nieuws begint, vaak zonder het af te maken. Kenmerken: behoefte aan afwisseling - neiging tot slordigheid en oppervlakkigheid - moeite met abstractie - kan improviseren - behoefte aan praktisch bruikbare kennis. De cholericus wil graag direct aan de slag, hij kan bijna niet wachten. Hij is een beslisser. Kenmerken: doelgerichtheid hoog tempo - behoefte aan uitdaging - productie, een hoeveelheid werk verrichten. De melancholicus heeft behoefte aan duidelijkheid, wil weten wat er gaat gebeuren. Hij/zij is een denker, wil graag iets kunnen beschouwen en heeft een groot inlevingsvermogen. Kenmerken: fijngevoelig, gevoel voor detail, kritisch op zichzelf, sterk geheugen. Bron: Artikel ‘Werken met temperamenten in de vrijeschoolpedagogie’ door Frank de Kiefte, verschenen in ‘Het Seizoen’ - april 2012, schoolkrant van vrijeschool Michaël - Bussum.
te doen wat niet voor de hand ligt: bijvoorbeeld een kastplank opruimen op zolder, de borden in de kast verplaatsen, kijken naar de kat van de buren, of iets geks – zoals op een vast uur een aantal namen uit het telefoonboek oplezen. Het gaat om dingen die buiten de routine liggen, zelfs wat hilarisch zijn. De strijd die het kost om zomaar iets onzinnigs te doen, levert een grote zelfoverwinning op als het is gelukt. De natuurlijke traagheid wordt zo door henzelf overwonnen.
Niet omkeerbaar Een flegmatisch kind kan passief overkomen. Dat betekent niet dat ieder kind dat inactief en ongeïnteresseerd is, een flegmatisch temperament heeft. Het kan zijn dat het kind ziek is of dat een traumatische gebeurtenis zijn initiatiefkracht heeft gebroken – en hij zich daarom terugtrekt in zijn binnenwereld.
Aandacht Wie het flegmatische temperament van zijn kind tot volle bloei wil laten komen, heeft geduld nodig. Wie iedere dag bij een kopje thee en een koekje kan luisteren naar de verhalen van de dag, wie hem opmerkt in zijn kwaliteiten, geeft hem de steun om te zijn wie hij is: het betrouwbaarste kind van de hele wereld.
•
Lenteschat
VOEDING
Levenskrachtig paasei
TEKST: ILSE BEURSKENS-VAN DEN BOSCH
Pasen! De fruitbomen bloeien en de vogels beginnen een nestje te maken... De kinderen zoeken tussen het gras en de narcissen en komen blij en trots aangerend, met in hun vuistjes gekleurde eieren. Eieren horen bij een echt lentefeest! In de afgelopen vier- tot vijfduizend jaar is onze geliefde kip echter zo ‘veredeld’ dat ze niet alleen in de lente, maar het hele jaar door eieren legt. Toch gaat de kip dit in de lichtste periode van het jaar nog steeds het beste af. Kippen in een biologisch-dynamische pluimveehouderij krijgen daarom in de winter twee maanden rust. Zo wordt er rekening gehouden met de aard van de kip. Net zoals er gezorgd wordt dat kippen de ruimte hebben om overdag te zonnen en een zandbad te nemen – dat vinden ze heerlijk! In het bijzijn van een haan scharrelen ze veilig en vrij rond en pikken met hun fijngevoelige snavels precies op waar ze trek in hebben. 's Avonds slapen ze in een struik, boom of op stok. Biologisch-dynamische eieren vind ik een goede keuze, want kippen die kip kunnen zijn, leggen eerlijke en voedzame eieren. We vieren nu dat de natuur weer tot leven is gekomen. Daar past een ei vol levensenergie en lichtkracht bij. Vrolijk Pasen! Na het gezellig samen zoeken en pellen, kun je een eiersalade maken. Lekker met verse bieslook en peterselie. Je kunt ook een paar gekookte eieren bewaren voor het onderstaande voorgerecht van het Paasdiner.
Schorseneren Maart en april zijn geen gemakkelijke tijden in de natuurlijke keuken. We zijn wellicht een beetje uitgekeken op de kolen, wortelen en winterknollen. En dit terwijl de meeste gewassen waar we trek in krijgen wanneer we de zon voelen, nog op zich laten wachten. In dit gerecht worden de hele winter lang bewaarde schorseneren dankbaar omringd met lentesmaken zoals spinazie, rabarber, eieren, bieslook en alfalfa. Schorseneren op z'n Paasbest!
Voorgerecht voor 4 personen:
schorseneren met spinazie en eiertapenade - 8 of 12 schorseneren - flinke handvol spinazie - 4 hardgekookte eieren - 12 olijven - stukje rabarber - verse peterselie - verse bieslook - honing naar smaak - olijfolie - 4 plukjes alfalfa
Spinazie wassen en uit laten lekken. Schorseneren schillen met een dunschiller. Tijdens het schillen van de schorseneren komt er een wit, kleverig sap vrij. Wanneer je ze in een bak met water schilt, heb je daar minder last van. Schorseneren in ongeveer 10 minuten gaar koken. Eieren pellen en fijn snijden of malen in een raspmolen. Olijven in dunne ringetjes snijden. Rabarber in de lengte in dunne reepjes snijden en daarna in zeer kleine stukjes. Peterselie en bieslook fijn hakken. Al deze ingrediënten mengen en met olie en
honing tot een smeuïge tapenade roeren Spinazie over 4 borden verdelen. Op elk bord 2 of 3 schorseneren in het midden op de spinazie leggen. Bovenop de schorseneren de eiertapenade serveren. Met een plukje alfalfa garneren.
Vanaf eind april zijn er weer asperges. Dan kun je de schorseneren in dit recept vervangen door groene of witte asperges. Zo wordt het steeds meer lente!
Seizoener
21
Laat de kinderen
spelen!
De overheid verplicht scholen steeds meer om, ook in groep 1 en 2, leerprogramma’s op te nemen. Betekent dit het einde van het vrije spel in de vrije kleuterklassen? De vrijescholen werken vanuit de gedachte dat vrij spel de ontwikkeling van jonge kinderen ondersteunt. De wetenschap geeft hen nu gelijk.
22
Seizoener
ONDERZOEK
TEKST HESTER ANSCHÜTZ | FOTO HAPÉ SMEELE
‘De afgelopen jaren zag ik jonge kinderen op school steeds minder spelen en steeds vroeger beginnen met leren,’ zegt Louise Berkhout, docent aan de Hogeschool Leiden. ‘In mijn vroegere werk als psycholoog voor de Begeleidingsdienst voor Vrijescholen heb ik veel met kleuters te maken gehad en zag ik deze trend ontstaan. Op zeker moment wilde ik weten hoeveel er nu daadwerkelijk nog door kleuters werd gespeeld, hoe dat spel eruitzag en hoe gezond die kinderen waren.’ Ze startte een onderzoek naar het spel van kinderen van vier tot zes jaar – en een eventueel verband tussen hun spel en de gezondheid van de kinderen. Deze zomer promoveerde Berkhout op haar onderzoek. En wat bleek? ‘Een kind dat genoeg tijd krijgt om te spelen, heeft niet beduidend meer problemen als hij te maken krijgt met ingrijpende gebeurtenissen in zijn leven, zoals een scheiding of een overlijden in zijn directe omgeving. Blijkbaar geeft spelen kinderen veerkracht om de dingen die ze overkomt, te verwerken,’ aldus de onderzoekster. En ook in de ontwikkeling op het sociale vlak bleek vrij spel stimulerend te werken.
Vrij spel Aan Berkhouts onderzoek deden uiteindelijk twintig scholen mee, waaronder enkele vrijescholen. In eerste instantie wilde de wetenschapster het verschil onderzoeken tussen scholen die voorschoolse en vroegschoolse educatieprogramma’s (VVE’s) gebruiken en scholen die hier niet mee werken. Enkele scholen die met de VVE werken, wilden echter niet meedoen. ‘We hebben dus met scholen gewerkt, die het vrije spel voor jonge kinderen belangrijk vinden en hier ruimte aan geven.’ Wat kun je onder vrij spel verstaan? ‘Dat wat het zegt’, zegt Sieneke Goorhuis-Brouwer, bijzonder hoogleraar Spraak- en Taalstoornissen aan de RUG, verbonden aan het UMC Groningen en promotor van Berkhout. ‘Spel dat in alle vrijheid vanuit de kinderen zelf komt.’ En dit vrije spelen levert niet alleen innerlijke veerkracht en sociale vaardigheden op, zoals Berkhout aantoonde, maar leidt volgens GoorhuisBrouwer ook tot creativiteit, probleemoplossend denken en een rijk taalgebruik. Dit zijn belangrijke bouwstenen voor een kind om een eigen stabiele persoonlijkheid te ontwikkelen, de ‘hardware’ van een kind, zoals Goorhuis-Brouwer het noemt.
>>
Seizoener
23
‘Vrij spel levert niet alleen innerlijke veerkracht en sociale vaardigheden op, maar leidt ook tot creativiteit, probleemoplossend denken en een rijk taalgebruik’ ‘Hardware’ De ontwikkeling van deze ‘hardware’ kan volgens de hoogleraar het beste in alle rust gebeuren, zonder het kind te testen of het met te veel leertaken te belasten. Zodat hij in zijn eigen tempo deze ontwikkelingsfase in zijn eerste levensjaren tot een goed einde kan brengen, want deze verloopt niet bij elk kind in een gelijk tempo. Na het zesde levensjaar komt dan het moment dat de ‘software’ kan worden geïmplementeerd, onder de bezielende leiding van leraren. Hieronder vallen lezen, schrijven, rekenen, aardrijkskunde, geschiedenis en andere vakken. Rudolf Steiner, grondlegger van de vrijeschool, meende evenals Goorhuis-Brouwer dat een kind in de eerste zeven jaren van zijn leven niet te veel cognitief moest worden aangesproken. Hij stelde dat het kind in zijn eerste levensjaren alle levenskrachten nodig heeft om zijn fysieke lichaam te ontwikkelen. Daarom richten vrije kleuterscholen zich op een ‘rijke speelomgeving’, waar alle zintuigen gevoed worden en er veel ruimte is voor spel. ‘Steiner en ik zijn niet de enigen die vinden dat de eerste zeven jaar van een kind anders zijn dan de jaren daarna. Deze gedachte kom je bij veel pedagogen tegen,’ zegt GoorhuisBrouwer. ‘Steiner heeft goede ideeën over het onderwijs gehad,’ vervolgt de hoogleraar, ‘maar hoe het in de vrijeschool is uitgewerkt, gaat mij soms wat ver. Dat je een jong kind in de kleurhantering alleen met pasteltinten laat werken bijvoorbeeld. Maar in de basis spreekt mij de vrijeschoolpedagogiek zeer aan.’ Dat Hogeschool Helicon (pabo voor het vrijeschoolonderwijs) nog steeds vakken aanbiedt die de ontwikkeling van het jonge kind behandelen, juicht de hoogleraar ook toe. ‘Op Helicon proberen ze in elk geval de gedachte vast te houden dat het jonge kind apart aandacht krijgt en echt ander onderwijs vraagt dan een kind van zeven jaar en ouder.’
Kennis Een gedachte die in het reguliere onderwijs volgens haar zo goed als verdwenen is. ‘In 1985 werd de kleuterschool op reguliere scholen opgeheven en inmiddels zijn de leraren met verstand van jonge kinderen allemaal met pensioen. Op de opleidingen krijgen toekomstige leraren geen les meer over het jonge kind, dus weten ze ook niet meer hoe je aan kleuters onderwijs moet geven.’ Dan is het logisch dat leraren voor de kleuters sneller naar een schoolprogramma grijpen dat door de overheid wordt aangeboden. ‘Met een programma heb je als leraar tenminste iets in handen waarmee je kunt werken en dat houvast geeft.’ De overheid verplicht scholen daarnaast steeds meer in groep 1 en 2 VVE- en stimuleringsprogramma’s op te nemen.
24
Seizoener
‘Deze verschoolsing is uit de Verenigde Staten komen overwaaien, waar de lesprogramma’s bedoeld waren kansarme kinderen te ondersteunen. In Nederland rolt men de programma’s echter over alle kinderen uit en dat heeft een averechts effect,’ aldus Goorhuis-Brouwer. ‘Hierdoor kun je met vier jaar testen of alle kinderen gelijk opgaan en als dat niet zo is, krijgt een kind een probleem aangepraat, terwijl je op die leeftijd vaak nog helemaal niet kunt zeggen of er sprake is van een probleem.’ De hoogleraar merkte dit tijdens haar werk aan het UMC, waar ze de afgelopen dertig jaar steeds vaker gezonde kinderen op het spreekuur kreeg. ‘Een kind werd dan door zijn school gestuurd, omdat de leraren bijvoorbeeld vonden dat hij een taalachterstand had. Terwijl in onze ogen het kind gezond was, maar nog volop in ontwikkeling.’
Screenen ‘Uit mijn onderzoek blijkt ook dat problemen op sociaal en emotioneel gebied bij kinderen tussen hun vierde en zesde jaar vanzelf weer kunnen verdwijnen,’ voegt Louise Berkhout toe. ‘Het screenen van kleuters op vierjarige leeftijd, zoals men nu wil, levert echt nog niets op. Het zegt niets en het helpt ook niets. Het enige dat het oplevert, is dat je een etiket op een kind plakt, dat er later toe kan leiden dat je misschien juist iets over het hoofd ziet.’ Kinderen zouden tot zes jaar vooral de ruimte moeten krijgen zich gezond te kunnen ontwikkelen. En om weer te weten wat een kind daarvoor nodig heeft, moeten de pabo’s weer aandacht besteden aan de ontwikkeling van het jonge kind. Goorhuis-Brouwer werkt hier sinds zomer 2011 aan, als lector Early Childhood aan de Hogeschool Stenden.
Groot spel Een toename aan kennis over wat een jong kind nodig heeft, leidt hopelijk tot het inzicht dat vrij spel belangrijk is voor jonge kinderen – en dat men hier ruimte voor moet maken. En dan graag ook letterlijk, zodat jongens af en toe lekker wild kunnen spelen’, geeft Louise Berkhout als aanbeveling mee. ‘Jongens hebben meer behoefte aan motorisch spel dan meisjes. Ze willen kunnen rennen, rollen en stoeien.’ Een kleuterklas zou idealiter dus niet te vol moeten staan met gezellige spulletjes, zodat af en toe even alles aan de kant kan voor ‘groot spel’. Dat zou goed zijn, ‘want jongens komen op dit moment vaak echt te kort.’
•
Bronnen - Louise Berkhout: ‘Play and psychosocial health of boys and girls aged four to six’ - Groningen, 2012. - Sieneke Goorhuis: ‘Spelenderwijs’ - Uitg. SWP Amsterdam
BAKKEN MET KINDEREN
TEKST LENNEKE PLUIMERT
Palmpasen
Veel jaarfeesten zijn overblijfselen van oeroude gebruiken ter viering van natuurverschijnselen, die later verweven raakten met kerkelijke feesten. Palmpasen is van oorsprong een optocht door de natuur bij volle maan, ter ere van de lente en uit dankbaarheid om het sterker wordende zonlicht. Men maakte hiervoor een stok versierd met takken die altijd groen blijven, zoals buxus. De eieren die aan de stok hangen, staan symbool voor het nieuwe leven. Het haantje van brooddeeg staat bovenop de stok als dier dat het dichtst bij de zon staat: hij kraait als de zon opkomt. Omdat Pasen van oudsher het feest van de terugkerende zon is, werden er met Pasen vaak paasvuren
Broodhaantjes bakken Wat heb je nodig? Meel, water, gist: gebruik hiervoor de aanwijzingen op de verpakking - 1 geweld rozijntje per haan - 1 geklopt ei - schaar bakpapier en oven
ontstoken. Cirkelvormige kransen symboliseerden de kringloop van het leven; vandaar dat soms een hoepel om de palmpasenstok zit. Boeren beschouwden eieren als een
• Allereerst maak je deeg. Volg daarvoor de aanwijzingen op de
kiem van kracht. Ze begroeven ze in hun velden – opdat die hun kracht op de bodem
verpakking. Als het deeg 1 keer gerezen heeft, verdeel je het
over zouden brengen en voor een goede oogst zouden zorgen. Hier komt waarschijn-
deeg in stukken. Afhankelijk van het formaat dat je de haantjes
lijk het eieren zoeken vandaan.
wilt geven, verdeel je het deeg. Ik volgde een recept voor een brood van 500 gram en maakte daar 7 haantjes van.
De precieze herkomst van het woord Pasen is niet helemaal te achterhalen.
• Rol van het stukje deeg een worstje:
Vermoedelijk staat het in verband met het joodse feest ‘Pesach’, maar de oorsprong
• Leg het worstje in een U-vorm:
kan ook liggen in het Latijnse woord ’pascua’, dat weide betekent en op die manier zou
• Knijp aan één kant van de worst met je vingers een stukje deeg
verwijzen naar de lente. De Duitse en Engelse woorden voor Pasen – respectievelijk Ostern en Easter – zouden te herleiden zijn tot de oude namen die Saksische en Germaanse voorouders voor de godin van de vruchtbaarheid hadden. De godin Eostre/Eástre, werd bij de Saksen tot Easter. Ostara was de Germaanse naam voor de godin van de lente, wier naam voortleefde in het Duitse woord voor Pasen, Ostern. In Scandinavië kende men Frigga, zij wordt eveneens beschouwd als de godin van de aarde, ofwel van de opstanding van de natuur na de lange winter. Het was een oud gebruik om de eerste lentedag te vieren door het elkaar geven van gekleurde eieren, omdat het ei het symbool van nieuw leven is. De eerste christenen hielden zich aan dit gebruik, en zeiden dat het ei ook de Opstanding verbeeldt. Toen het Christendom zich vervolgens in de loop der eeuwen over Europa verspreidde, raakte het Paasfeest ook vermengd met oude lentefeesten. Onder andere in de Germaanse heilige boomcultus was het gebruikelijk om de lente te vieren door eieren in de bomen te hangen.
in een puntje, zodat een snaveltje onstaat: • Druk met je vinger een kuiltje vlakbij het snaveltje en leg daar het gewelde rozijntje in: • Knip met een schaar een paar keer in het deeg bij het snaveltje, zodat de haan een kam krijgt: • Knip wat dieper aan de andere kant van de U-worst, en geef zo de haan een mooie staart: • Houd nu je schaar een beetje schuin-rechtop en knip in het onderste gedeelte van de U-worst. Deze knipjes geven de vleugels aan: • Voor extra versierde haantjes kun je ook nog onderaan de buik van de haan wat kleine knipjes geven: • Leg de broodhaantjes op de met bakpapier bedekte bakplaat en bestrijk ze met het geklopte ei zodat ze straks mooi glanzen:
In verschillende delen van Duitsland kan men nog stenen altaren zien, die als Eáster-
• Volg de aanwijzingen op de verpakking voor het bakken van de
stenen bekend staan, omdat zij waren gewijd aan de godin Ostara. Jonge mensen hin-
haantjes. Ik liet ze eerst een half uur rijzen op 50 graden, en
gen er bloemen aan en dansten bij het licht van grote vreugdevuren — een soort volks-
daarna bakte ik ze in 35 minuten gaar in een oven van 200
spelen die tot het midden van de negentiende eeuw bestonden, ondanks verboden door
graden.
de kerk.
25
TEKST FRANS OLOFSEN
Nemo en de
oersoep Het gebouw van het Amsterdamse NEMO, het ‘grootste science center van Nederland’, straalt belofte uit. Fraai steken de schuine gevel en de groengeoxideerde koperplaten af tegen de lucht. Op een verloren namiddag loop ik erheen en los een oude belofte aan mezelf in: onderzoeken of NEMO
26
Seizoener
geschikt is voor een excursie. Want één geslaagde buitenschoolse activiteit kan vele lessen vervangen. Direct bij binnenkomst valt de sfeer over me heen. De combinatie van wetenschap en educatie maakt lawaai. Dat komt door al die ‘doe- en ontdek-dingen’. Het piept er, knarst, sist. Op de vijf verdiepingen vliegen de populariseringen van de wetenschap om je oren, zoals: ‘Ben je je hormonen?’ Of: ‘Geslachtsrijp: ready to roll!’ Wonderlijke zinnen kom je tegen: ‘Iedereen is uniek. Er is er maar één zoals jij. Toch is er iets dat wél gelijk is, van eencelligen tot olifanten, van madeliefjes tot krokodillen…’ Voor wie het nog niet had bedacht: met dat ‘iets’ bedoelen ze bij NEMO het DNA. Lichtelijk murw geslagen zoek ik het toilet op om me even op te frissen. Maar zelfs daar laten de zegeningen van de techniek je niet in de steek: er hangt een Dyson handendroger. Binnen 10 seconden
BOVENBOUW BIOLOGIE
droogt dit apparaat je handen, met behulp van een luchtstraal die een snelheid heeft van 640 kilometer per uur! En wist je dat het apparaat op jaarbasis 200 kilometer aan handdoekrollen bespaart? Ik dwaal nog wat over de verdiepingen. Nee… Een excursie zie ik niet voor me. Bijna besluit ik het pand te verlaten, als ik oog in oog kom te staan met een traag schuddende, glazen kolf. Ach ja, natuurlijk… de herhaling van het wereldberoemde experiment van Stanley Miller uit 1953. Toch nog nieuwsgierig neem ik plaats op het krukje tegenover de bol en zie in gedachten de even wereldberoemde foto. Daarop zie je Miller in de weer met een ontstekingsmechanisme. De bol linksonder bevat een mengsel van anorganische stoffen die volgens zijn theorie op aarde aanwezig was vóór de ontwikkeling van het leven: ammoniak, water, waterstofgas en methaan. In de grote bol, rechtsboven, steken elektroden naar binnen. Ze produceren vonken die de veronderstelde bliksemontladingen uit die oertijd imiteren. Na een week kon Miller in de vloeistof organische stoffen aantonen: aminozuren, de bouwstenen van eiwitten. En als je weet dat er geen leven zonder eiwitten mogelijk is, dan maak je makkelijk de volgende denkstap: in de bol van Miller ontstond de biochemische basis voor het eerste leven! Ik zet de grote koptelefoon op en kom meer te weten over het experiment. De twee bollen van Miller zijn in de opstelling van NEMO verenigd tot één bol. Eindeloos kijk ik naar de draaiende, bijna hypnotiserende beweging van de kolf. Onderin golft een bruinige vloeistof waarin een aminozuur is aangetroffen: glycine. En dan maakt NEMO een gedachtesprong: glycine zorgt voor ‘signaaloverdracht tussen zenuwen’. Terwijl ik nog bezig ben me voor te stellen hoe in die bruine oersoep de voorwaarden voor het eerste leven ontstonden, beginnen ze bij NEMO al over het zenuwstelsel! Ineens loopt een meisje mijn ooghoek binnen. Beleefd zegt ze gedag en neemt plaats op de kruk naast me. Hoe oud zal ze zijn? Negen, tien jaar? Ze observeert me nauwgezet, wat ik wel begrijp. Het moet er wonderlijk uitzien: een man met een reusachtige koptelefoon op de oren, kijkend naar een draaiende kolf met een troebele vloeistof erin. In de verte zie ik de groep joelende en rennende kinderen waar ze deel van uitmaakt. Ik ben blij voor haar: ze heeft een jonge, enthousiaste meester. Ondertussen blijft ze me vragend aankijken, wat me een beetje zenuwachtig maakt. Zal ik iets vertellen over Miller? Over aminozuren en eiwitten? Maar ik vind geen woorden. Als stilzwijgend compromis kijken we samen naar de schuddende bol, totdat de meester haar roept. Ze springt van de kruk en huppelt weg. Ze stopt nog even bij een driedimensionaal, plastic model van een cel. De verschillende onderdelen zijn eruit te halen, en weer erin te stoppen. Ze pakt de kern eruit en laat die vallen, want meester roept haar weer. Ze rent weg.
Even kijkt ze nog in mijn richting en zwaait met een vliegensvlug omhooggestoken handje. Een paar weken later — NEMO was volledig uit mijn gedachten verdwenen — stapt een leerling, examenklas VWO, op me af. Ze wil biologie gaan studeren, vertelt ze, maar heeft twijfels: ‘Ik durf niet in dieren te snijden!’ Eerst bagatelliseer ik nog haar opmerking, maar ze blijft benauwd kijken. Uiteindelijk daag ik haar uit om snijmateriaal op de markt te kopen, dan gaan we samen aan de slag. Een paar dagen later komt ze aanlopen, plastic tasje in de hand. Breed lachend houdt ze haar oogst omhoog. Waar zou ze voor gekozen hebben? In het doodstille lokaal, met het snijbakje voor ons, vouwt ze het pakketje open … een inktvis. Ik kan het kassabonnetje zien: 2 euro 16. Daar zitten we dan, met een exemplaar van de pijlinktvis, de Loligo vulgaris, voor ons. Ik vul het snijbakje met water en leg het dier erin. Zwijgend trekt ze de latex handschoenen aan, waarbij haar hoofd wat naar achteren neigt. Eerst tikt ze met het mesje tegen het dier, knijpt in de elastische huid, voelt aan de tentakels en de zuignappen. Maar dan duwt ze zichzelf over die innerlijke grens heen en begint te snijden, behoedzaam en schoorvoetend, keurig volgens de handleiding. Langzaam buigt haar hoofd nieuwsgierig naar voren. Ze snijdt door de dikke huid (de ‘mantel’) en klapt de helften opzij. Het lijkt alsof er een toneeldoek openschuift. Het inwendige van het dier komt vrij, wonderlijke structuren komen bloot te liggen: het kristalheldere, inwendige schild (de ‘zeepen’), de afsluitbare trechter, het papegaaiensnaveltje, de inktzakken, de kieuwen, het kieuwhart, de kogelronde ooglens… Ze kijkt me met grote ogen aan, verbaasd, verwonderd: ‘De visboer zei dat er niet veel aan te zien zou zijn… maar dat klopt niet!’ Ik taxeer de blik in haar ogen en beland met een reuzensprong terug in NEMO – want dat meisje, op de kruk naast me zittend voor die draaiende kolf, keek net zo. En ineens weet ik wat ik haar had willen zeggen. Ik zou een verhaal vertellen. Een sprookje of iets uit Pluk van de Petteflet. Of ik zou vertellen over eencelligen, olifanten, madeliefjes en krokodillen. Maar eigenlijk maakt het niet zoveel uit welk verhaal ik zou kiezen, want elk verhaal vormt een stukje DNA van onze ziel. Door de verhalen die mensen aan elkaar vertellen weten ze, voelen ze, dat het leven onuitroeibaar is, dat het zich te allen tijden kan vernieuwen, al is het vernederd, kapotgemaakt of onderuitgeschoffeld… Nee… niets zou ik vertellen over de theorie achter die draaiende bol. Die komt later wel… misschien…
•
Frans Olofsen is verbonden als vakdocent biologie aan het Geert Groote College Amsterdam. Meer biologiegerelateerde verhalen zijn te lezen op zijn blog ‘Salicornia’. Van zijn hand verschenen ook, in samenwerking met Willem Beekman, ‘Goud in Groen’ over de maretak en ‘Kruiden in de roos’ over de betekenis van kruiden (bol.com).
Seizoener
27
Ooit zaten zij als kind op een vrijeschool ergens in Nederland. Zij groeiden op met een schat aan verhalen uit de wereldgeschiedenis en kregen naast reguliere vakken als taal en rekenen les in vaardigheden als vormtekenen, (blok)fluiten en koperslaan. Hoe is het hen nadien vergaan? Welke keuzes maakten zij en hoe kijken ze nu terug op hun schooltijd?
28
Seizoener
OUDVRIJESCHOLIER
Tjalling Halbertsma
Diplomaat op
zeldzame aarde
Op de statige, negentiende-eeuwse Rijksuniversiteit Groningen komt de in lichtgrijs pak gestoken Tjalling Halbertsma (1969) mij tegemoet via de binnentuin – een excentriek gestreepte wollen sjaal om de hals. Hij is net terug met zijn gezin uit Mongolië, waar hij vier jaar als eerste Nederlandse diplomaat werkzaam was voor de ambassade in Peking met standplaats Ulan Bator. In Groningen wacht hem nu een bijzondere leerstoel – ‘heel spannend!’ – maar minstens zo spannend is de Mongoliëtijd die achter hem ligt. In zijn ruime werkvertrek vertelt Tjalling geanimeerd over leven en werk.
TEKST MARITGEN MATTER | OPENINGSFOTO REYER BOXEM
H
et is hier nog een beetje wennen; veel huisraad zit nog in containers. De beide dochtertjes Halbertsma (7 en 5 jaar) hebben zich echter, na een exotische kleutertijd in Mongolië, al een warme plek op de Groningse vrijeschool veroverd. ‘Een heel verschil. Ik ben wel blij dat ze nu hier naar school gaan. De Mongolen houden zielsveel van hun kinderen – ze spelen veel met ze, maken echt contact – maar de staatsscholen kennen daar toch wel een bepaalde armoede door het hoge importgehalte. Terwijl de eigen traditionele cultuur zo rijk is!’
De rechte en de kromme Tjalling groeide op in Doorn, als jongste in een gezin met drie zoons. Van de kleuter- tot en met de dertiende klas volgde hij vrijeschoolonderwijs. Vader Halbertsma was filmmaker in exotische oorden in Latijns Amerika en reisde veel, later ook als medeoprichter van het Wereld Natuur Fonds. ‘Toch was hij een heel betrokken vader. Mijn moeder deed intussen de VPA en gaf ook wel sporadisch les, maar maakte toch een duidelijke keuze voor het grootbrengen van ons. Ik heb een heel rijke en open jeugd gehad.’ Wat kan hij zich nog van zijn vrijeschooltijd herinneren? ‘Niet zoveel concreets,’ lacht Tjalling. ‘Maar ik weet wel dat ik het heel goed heb gehad. Nu mijn eigen kinderen op de vrijeschool zitten, roept dat natuurlijk wel herinneringen op, zoals de gemetselde rode baksteentjes bij de periode bouwkunde.’ Het beeld dat zijn wiskundelerares Kitty Steinbuch hem bij zijn eindexamen meegaf bleef hem
ook bij. ‘Zij is een hele exacte denker en gaf me toen het beeld van de rechte en de kromme lijn mee. Dat als je die twee fundamenteel verschillende lijnen bij elkaar kon brengen en van beide de essentie inzag, dat je dan koning kon worden. Dat maakte diepe indruk. Daar is de vrijeschool goed in, in het aanreiken van beelden die je een heel leven meedraagt. Het fascineert me nog altijd, dat beeld.’ Tjalling ging rechten studeren. De aansluiting verliep zonder problemen – ‘Heel gezond, zo vanuit die beschermde vrijeschoolwereld’ – waarna nog een studie culturele antropologie volgde. In deze tijd leest hij over de ketterse stroming van het nestoriaans christendom, de Kerk van het Oosten, die rond de 7e eeuw vanuit het westen China binnenkomt. De Chinezen achten de nieuwe ‘stralende religie’ niet strijdig met hun eigen geloof en laten deze toe. In de 13e eeuw keert de stroming weer terug naar Europa, via het hof van Mongolië. Rabban Sauma ‘ontdekt’ het westen, nadat het Groot Khanaat deze diplomaat erop uit stuurde om te onderhandelen over Jeruzalem. Hij was een exacte tijdgenoot van Marco Polo, maar maakte zijn reis in omgekeerde richting van Peking naar Parijs. ‘De eerste oosterse mens die in Europa ontvangen werd was dus een nestoriaans christen! Dat zullen ze toch wel wonderlijk gevonden hebben. Het nestoriaans christendom was door de Mongoolse heersers meegenomen naar China en een aantal Mongoolse koninginnen, die het hof bestierden, waren christen. Dat waren geletterde en zeer ambitieuze vrouwen.’ Rabban Sauma vierde Pasen met de Paus en de Engelse
>> Seizoener
29
De meisjes Halbertsma in Mongoolse dracht (foto: privébezit)
koning in Parijs, zo vermeldt hij in zijn dagboek, dat een exotische oosterse blik op het toenmalige Europa biedt – net zoals Marco Polo een wonderbaarlijk dagboek over China naliet.
Indiana Jones in Binnen-Mongolië De oeroude Mongoolse resten van het oosters christendom bleken nog te bestaan. Het vervolg klinkt bijna als een soort Indiana Jonesverhaal. ‘Ik kwam de vindplaatsen tijdens mijn studie puur door geluk op het spoor, door een Brits schriftje uit de vorige eeuw dat ik in een antiquariaat vond.’ Halbertsma was direct gefascineerd. ‘Twee onderzoekers hadden daar als avonturiers in een open Ford door de steppe rondgereden en alle vindplekken van nestoriaanse grafresten gemarkeerd op een zelfgetekend kaartje. Een enorm geluk. In zo’n enorm uitgestrekt land kom je zonder zo’n kaartje helemaal nergens...’ Vooral geïmmigreerde Chinese Han-boeren hadden echter sinds eind jaren negentig al veel stèles en lotuskruisen uit de grond gehaald, om muurtjes mee te bouwen. ‘Mongoolse herders hielden er niet van om de grond te openen – uit een groot religieus respect voor de aarde. Daarom hebben ze ook zo’n mooie, kromme teen aan hun laars om de steppe niet te beschadigen. En daarom lag het er ook allemaal nog, totdat Chinese boeren zich in de steppe kwamen vestigen.’ Halbertsma wilde erheen.‘Dat was nog een heel gedoe. Alles was formeel gesloten, zeker voor buitenlanders. Ik moest toestemming vragen bij het leger en de politie om te mogen foto-
30
Seizoener
graferen.’ Met een studievriend huurde hij een auto en rustte een onderzoeksexpeditie uit. Onder andere naar een complete ruïnestad. Het reisboek voor mij op tafel doet verslag van de spannende onderneming. Het staat ook vol eigen foto’s. ‘Kijk, deze stèle met oeroude inscripties zat ingemetseld in een boerenmuurtje. Sommige hebben we op de markt teruggevonden; de Han-Chinezen hebben inmiddels door dat ze er geld voor kunnen krijgen.’ Met behulp van het kaartje vinden de twee studenten wonderbaarlijk veel nestoriaanse resten terug: oeroude stenen kruisen versierd met Chinese draken, boeddhistische lotusbloemen en islamitische wolkmotieven. Tjalling: ‘Het is toch wel een zeer wonderlijk toeval en geluk dat ik het allemaal met dat kaartje kon terugvinden. Ik wist ook: als we dit willen documenteren, moeten we het nu doen. Het is allemaal aan het verdwijnen. De stenen worden verkocht, tot grint gemalen of in blokken gehouwen, net als bij ons vroeger gebeurde.’ Tjalling schreef er een reisboek over en organiseerde een expositie met vele ‘rubs’ van de stenen inscripties, in het Rijksmuseum voor Volkenkunde in Leiden. In de periode daarna, als consultant voor onder meer Unesco en een Mongoolse politieke partij die de president van Mongolië levert, ontmoet hij zijn Duitse vrouw bij gemeenschappelijke vrienden in Ulan Batar. Al snel kondigt hun eerste dochter zich aan, die ze uit voorzorg in Nederland geboren laten worden. In dat jaar schrijft Tjalling in alle rust zijn proefschrift en promoveert op de nestoriaanse resten in Binnen-Mongolië. De tweede dochter volgt al snel. De vruchtbare ontmoeting tussen
OUDVRIJESCHOLIER (foto’s: privébezit)
de twee fundamenteel verschillende werelden, de ‘rechte en de kromme’ was hiermee een gedocumenteerd feit.
Verhuizing naar het koudste hof op aarde Lang bleef het gezin niet in Nederland. ‘De Nederlandse ambassade zocht iemand om in Ulan Bator een ambassadekantoor op te zetten en de ontwikkelingssamenwerking met het land af te ronden. Daar hebben ze mij toen voor gevraagd.’ Gedurende vier jaar consulteerde Tjalling er buitenlandse handelscontacten – het land bezit namelijk een enorme hoeveelheid zeldzame bodemschatten. Inmiddels wordt de traditionele terughoudendheid ‘om de grond te openen’ opzij gezet. ‘Mongolië kan in potentie werkelijk schátrijk worden met haar voorraden goud, zilver, koper, steenkool, uranium en zeldzame aarde – een groep elementen die ons door de eenentwintigste eeuw moet helpen. Die elementen worden bijvoorbeeld gebruikt in computerchips, batterijen, mobiele telefoons en windturbines. Er is alleen geen oppervlaktewater, alleen enorme waterbellen, diep onder de grond, die maar één keer gebruikt kunnen worden.’ Of dat allemaal duurzaam gaat geschieden, is maar de vraag. Mongolië staat weer helemaal op de wereldkaart en stevent opnieuw af op een rijkdom zoals die van Kubilai Khan. ‘Vroeger zat ik in een half leeg vliegtuig met een paar missionarissen en een enkele avonturier – nu zit het bomvol eersteklaspassagiers, van western bankers tot mijnbouwingenieurs. Voor Mongolië is dit een hele belangrijke tijd. Misschien wel de belangrijkste tijd sinds Dzjengis Khan.’ Intussen is het traditionele herdersbestaan aan het verdwijnen. En hoewel Mongolië onder druk van het moderne leven zijn eigen culturele geschiedenis herontdekt, is die vaak al niet meer toegankelijk. Tjalling heeft daar zelf nog wel van geproefd. ‘Ik heb na een aantal dagreizen te paard traditionele Mongolen met adelaars zien jagen. In de taiga heb ik nog wigwams gezien van rendierhuid, daar leefden mensen zoals Marco Polo ze nog gezien heeft. Ik heb ook op rendieren gereden bij bijna vijftig graden onder nul. Dat was nog best moeilijk. Die dieren hebben een hele losse rughuid, wist je dat?’ De dochtertjes Halbertsma zaten intussen in Ulan Bator op een privéschool. Hoe was dat? ‘Niet héél erg slecht, maar ook niet goed. Voor kinderen bedoel ik. Het was allemaal erg ongestructureerd en prestatiegericht. Zo snel mogelijk letters leren, zo snel mogelijk leren rekenen, zo snel mogelijk Engels leren – alles vanuit de zorg dat kinderen straks niet niet-succesvol zouden worden. Er werden continu medailles uitgereikt voor de beste. Ik vind dat ongezond voor jonge kinderen, het appelleert aan dingen waar ze nog niks mee kunnen. Die opgelegde westerse invloeden maakten wel armoedig. Het Mickey Mouse-gehalte was letterlijk heel hoog in de klas.’ Het ging er ook nogal patriottistisch aan toe. De kinderen zongen elke ochtend uit volle borst het Mongoolse volkslied, met de hand op hun hart. ‘Daar kwam ik later pas achter, toen iemand de kinderen in het vliegtuig vroeg om een liedje te zingen…’ lacht hij. ‘Maar gelukkig is het volkslied een prachtig lied.’ Mongolië heeft veel mooie dingen die wij hier niet meer hebben. ‘Ruimte, stilte, de enorme leegte. En het is donker
>>
Christelijke grafresten
Halbertsma in gesprek met Chinese boer
De dochters Halbertsma
Broodjes bakken voor Chinees Nieuwjaar Seizoener
31
’s nachts… Elk weekend gingen we de stad uit naar onze ger (ronde vilten tent). Dat deden wel meer mensen – lekker geen bereik voor je mobiele telefoon. We waren daar bevriend met een herdersfamilie met vee. De meisjes speelden dan de hele dag heerlijk buiten, of in de rivier.’ Die herinneringen blijven trekken. Er is ook nog regelmatig contact met vrienden in Mongolië.
Terug bij de moedertaal Terug in Nederland ziet Tjalling ook de mooie kanten van zijn leven hier. ‘Dat ik mijn moedertaal weer kan spreken, ervaar ik als een grote rijkdom. Dat ik die om me heen kan horen, me erin kan uitdrukken met die fijne nuances waarmee je contact met iemand kan leggen. Dat heb ik erg gemist. En dat alles hier zo goed geregeld is, dat is natuurlijk heel prettig. In Mongolië moet je alles zelf oplossen.’ Hij verheugt zich enorm op zijn aanstelling aan het instituut Oost-Azië, waar Nederlandse studenten hun kennis over Azië kunnen vergroten. De kroon op zijn werk tot nu toe? Lachend: ‘Dat hoop ik niet! Zo’n leerstoel is voor vijf jaar, dus dan kan er weer iets anders komen. Ik heb ooit in een vallei in het westen van Mongolië prachtige rotskunst bestudeerd. Ik stond daar in een ger naast een rivier… Er zijn daar enorme hoeveelheden prachtige petrogliefen van wellicht 13.000 jaar oud, waarop je neushoorns en struisvogels hoopt te vinden. Die leefden daar toen. Ik zou daar graag nog meer onderzoek willen doen en erover schrijven. Stel dat ik daar een van die uitgestorven diersoorten aantref, dan kun je echt gaan dateren. Dan heb je een soort Heilige Graal van de rotskunst gevonden…’’
•
32
Seizoener
BIOGRAFIE TJALLING HALBERTSMA 1969
Geboren te Doorn, jongste van drie zoons van Hanna en Niels Halbertsma-Leemhuis
1973-1988
Vrije School Zeist en Driebergen; eindwerkstuk over bijna-dood ervaringen
1989-1995
Nederlands recht RL en Culturele antropologie UvA
1995-2006
Werkzaam als zelfstandig consultant in China en Mongolië, auteur van verschillende reisverhalen en boeken over China en Mongolië
2005
Huwelijk, geboorte twee dochters in 2006 en 2007
2007
Proefschrift Universiteit Leiden, “Nestorian Remains of Inner Mongolia”
2008-2012
Werkzaam als eerste Nederlandse diplomaat in Mongolië
2012-heden
Werkzaam op Oost-Azië instituut van de Rijksuniversiteit Groningen, bijzondere leerstoel Mongolië (2013)
Van Tjalling Halbertsma verschenen de volgende boeken: • Steppeland - Berichten Uit Mongolie, (Uitg. Gottmer) • Yeti-Jagers (Uitg. Hollandia) • Mongolië (Uitg. Kit Publishers) • Sprong Naar Het Westen (Uitg. Hollandia) • De Verloren Lotuskruisen (Uitg. Altamira-Becht)
De oude boom
Ik ben een kat
Mijn grote vriend Beer
Wat betekent het grote kruis dat op de Oude
Een slaapt opgerold op een warm plekje. Hij
Bram heeft een beer die Beer heet. Bram en Beer
Boom is geschilderd? Dat vraagt Duif de postbode
droomt dat hij een tijger is, de gevlamde kat van
doen alles samen. Ze spelen spelletjes, gaan erop
zich af. Ze stelt deze vraag aan alle dieren die de
het oerwoud; of een cheeta, snel als de wind op
uit, eten boterhammen met pindakaas en honing,
boom bewonen, maar alleen Kapitein Kraai weet
de Afrikaanse grasvlaktes; of een leeuw, luierend
maken grapjes en delen geheimen. Beer is Brams
het: de boom wordt omgehakt! Hoe kunnen de
op het heetst van de dag; of een jaguar, perfect
beste vriend! Ze gaan zelfs ’s nachts samen naar
dieren samenwerken om hun huis te redden? En
gecamoufleerd in de dichte jungle. Hij droomt dat
de sterren kijken. En natuurlijk is hun favoriete
hoe raken ze die drukke, lastige parkieten kwijt?
hij een lynx is, een poema, een sneeuwluipaard,
sterrenbeeld de Grote Beer. Een schitterende
Een geweldig prentenboek met een groots pop-
een Schotse wilde kat, een zeldzame
prentenboek over vriendschap en verbeeldings-
up-einde, waarop veel te ontdekken valt.
Amoerpanter, als hij wakker wordt is hij weer een
kracht met prachtige illustraties van een wel heel
Ruth Brown / 2e druk / pop-up / 32 blz. / €14,95 /
gewone huiskat, die zijn dromen deelt met het
bijzondere beer
ISBN: 978 90 6238 840 0
kind dat hem aait. Dit schitterende prentenboek is
Suzanne McGinness / 1e druk / gebonden / 32 blz. /
een ode aan alle katachtigen!
€13,95 / ISBN: 978 90 6038 569 2
Jackie Morris / 1e druk / gebonden / 32 blz. / €13,95 / ISBN: 978 90 6038 688 0
www.christofoor.nl
33
De kracht van het
midden Het embryo als gestalte in de tijd Jaap van der Wal is een gedreven embryoloog-anatoom. Tot aan zijn pensioen was hij hoofddocent anatomie en embryologie aan de Universiteit van Maastricht; nu doceert hij fenomenologische embryologie en menskunde aan diverse opleidingen. ‘Als ik destijds aan de faculteit oud-vrijescholieren tegenkwam, rook ik die op kilometers afstand. Studenten bij wie het hoofd nog niet vol zat met sjablonen.’ Zelf is Van der Wal ook een creatieve denker. Zijn unieke zienswijze dankt hij aan het combineren van antroposofie en reguliere wetenschap. Hij stelt geen van beide voorop, maar kijkt wat zich vormt in het midden. Zijn passie is de ‘taal’ van het embryo.
34
Seizoener
WETENSCHAP
TEKST EVELIEN NIJEBOER
Het eerste begin Volgens Jaap is een mens niet alleen een ruimtelijk lichaam, maar zijn we ook een gestalte in de tijd. In het embryonale stadium is er van ons huidige anatomische lichaam nog geen spoor. Alle fasen van ons bestaan maken echter deel uit van onze biografie, ook de bevruchting - ofwel de versmelting van de eicel en de zaadcel. Jaap: ‘Je ziet daar iets volkomen nieuws ontstaan. In een soort onderhandelingsproces dat uren duurt, wordt uiteindelijk één zaadje gekozen. Dat ‘offert’ zich, het kernmateriaal van beide cellen versmelt met elkaar, er wordt geordend en geschift en een uniek genenpakket voor de nieuwgeborene ontstaat…’ In de ontwikkeling die volgt, maken we ons niet alleen een oermenselijk lichaam eigen, maar groeien we ook door alle stadia van de schepping heen.
Mineraal, plant, dier Tijdens de groei als embryo gaan we door een mineraal, een plantaardig en een dierlijk bestaan heen. In de eerste week is een menselijk embryo nog een soort ‘mineraal’: een klompje cellen dat vrij en al groeiende in de eileider zweeft - als een planeet of ruimtescheepje in de kosmos. Van het lichaam dat we nu van onszelf kennen is op dat moment nog geen sprake. Volgens Jaap is het embryo een organisme en niet slechts een hoopje cellen - het héle embryo is ons ‘lichaam’, dus ook dat wat later de placenta zal worden. In de tweede week, met het innestelen, volgt een plantaardig stadium en ontstaan er ondermeer twee ‘polen’. Het embryo wortelt zich als het ware in de baarmoederwand en krijgt van binnen een holte. In dit ‘wortelgebied’ vindt de stofwisseling plaats en vanuit de holte wordt er vormgegeven. Deze tweepoligheid lijkt op de organisatie van een plant. In de holte groeit aan de ‘wortelpool’ vervolgens een zelfstandig centrum of midden, waaruit ons latere lichaam gevormd zal worden. Daarmee volgt dan het derde, dierlijke embryonale stadium.
Mens en dier Jaap: ‘In de derde week van de zwangerschap gaat het embryo onmiskenbaar door een dier-zijn heen. Je ziet een staart, kieuwen, een snuit. Maar het is een stadium, we gaan eraan voorbij.’ Volgens Jaap zijn mensen geen hogere dieren. ‘Ongeveer alle ‘hogere’ diersoorten zijn ontstaan in de zogeheten cambrische explosie van 500
>> Seizoener
35
‘Het lichaam is een
concreet en voortdurend
scheppingsverhaal’ miljoen jaar geleden — een periode die slechts een paar duizend eeuwen duurde. Wat er nu aan diersoorten rondloopt is áf. Dieren zíjn niet de evolutie, ze zijn het resultáát van evolutie. De eigenlijke ontwikkeling, dat zijn wij — en die danken we aan de dierenwereld.’ De vroege embryonale ontwikkeling van mens en dier lijken op elkaar. Maar elk dier valt tijdens zijn embryonale ontwikkeling in een specialisatie. De voorste ledematen bijvoorbeeld worden hoeven, vleugels, of klauwen, terwijl de menselijke hand het dichtst bij het oorspronkelijke, embryonale grondplan blijft. Jaap: ‘Dankzij het feit dat de dieren al die specialisaties belichamen, bewaren wij deze mogelijkheden als potentie in ons. Daardoor kunnen wij ons blijven ontwikkelen. Het idee dat wij dieren zijn, is hardnekkig en wijdverbreid en wordt ingeven door de vormovereenkomst tussen het menselijke en dierlijke embryo. Maar wie lijkt op wie? Rechtop gaan is een specifiek menselijke trek. Hoe hoger de diersoort, hoe meer je de tendens tot rechtop gaan ziet — maar nooit met blijvend resultaat. Een chimpansee lijkt als foetus nog érg op een mens — hij lijkt het alleen niet vol te houden.’ Je zou kunnen zeggen dat een dier in zijn gestaltevorming het ‘midden’ verlaat, terwijl de mens er juist in blijft staan. De wetenschappelijke term hiervoor is ‘retardatie’ ofwel terughouding. Juist dat niet-specialiseren maakt het mogelijk dat we ons een leven lang kunnen blijven ontwikkelen. Het is in dat licht bezien dus niet persé goed voor de ontwikkeling van een kind om zo vroeg en zo veel mogelijk te presteren. Een mens evolueert nog, wij zijn niet ‘af’ en bovendien kunnen we de laatste stap — een vrij, bewust en zelfstandig individu worden — alleen zelf doen. Ons lichaam doet ons dat als het ware voor.
36
Seizoener
Eerst groeien, dan doen Jaap kwam tot de opvatting (in navolging van embryoloog Erich Blechschmidt) dat de embryonale fase een onvervangbare ‘mensenschool’ is voor de individuele mensontwikkeling. De manier waarop we later basaal een zelfstandig mens worden, oefenen we in de ‘groeigebaren’ die we als embryo maken. Onze huidige lichaamsvorm ontstaat pas als onze armen en benen gaan groeien. Op dat moment bestaat die vorm alleen nog uit hart en bloedsomloop, lever en een zenuwstelsel, verankerd aan de navelstreng. Het embryo krult als een vis om z’n eigen hartje, dat in relatieve vergelijking met ons huidige lichaam dan zo groot is als een voetbal. Jaap: ‘De armen en handen groeien eerst in een grijpbeweging óm dat hartje heen, tot de vingers elkaar raken. Daarna draaien de armpjes naar buiten, in een gebaar van uitreiken of geven. De benen groeien op soortgelijke wijze, met het grote verschil dat de voetjes elkaar niet raken – die worden gescheiden door de navelstreng – waarna ze in een steungebaar van ons vandaan groeien.’ Niet lang daarna ontstaan de longen en daarmee de borstkas, het hoofdje richt zich op, het bekken kantelt onder de romp – en de foetus komt ‘rechtop’. Jaap: ‘In de bewegingen van een zuigeling zie je exact dezelfde volgorde optreden. De eerste reflex is een grijpreflex, dan komt het uitreiken. Daarna gaat het kind in de box zich oprichten’. En volgens Jaap houdt het daar niet op, want weer een fase later herhaalt het proces zich op psychisch niveau: het kind of de puber leert nemen, geven en op psychisch niveau zijn evenwicht vinden. En uiteindelijk worden we, als alles goed gaat, ook op sociaal-maatschappelijk niveau mensen die kunnen geven, ontvangen en zelfstandig een oordeel vormen. Nog een stap verder, en dan kom je op Steiners driegeleding van het soci-
WETENSCHAP
ale organisme. Jaap: ‘In het mens-zijn zitten gezonde, natuurlijke oerpatronen. Om die te kunnen leven moeten we ze eerst ‘groeien’. Dat doen we tijdens onze embryonale ontwikkeling’.
het embryo ons hart gevormd, vanwaar uit ons huidige lichaam zich individualiseert. Het is een crisismoment waar het embryo overheen moet groeien; een derde van alle zwangerschappen eindigt hier alsnog.
De kracht van het midden
Wetenschap
Van ons huidige lichaam ontstaat als eerste de bloedsomloop met het hart, ofwel ons middengebied. Jaap: ‘Vanuit de periferie komt de bloedstroom op gang, die dit naar een punt ergens boven in ons huidige hoofd laat stromen. Dat eerste rustpunt van het bloed, dat wordt ons hart.’ Het hart is ook ons ‘laatste’ orgaan: als je hersendood bent leef je feitelijk nog, maar zodra het hart stopt treedt de dood in. Het hart maakt deel uit van ons ‘middengebied’. Jaap: ‘Driegeleding is voor mij een heel vruchtbaar ideeencomplex, echt een oerwet. Alles wat leeft is georganiseerd in drieën: bij alle ‘hogere’ dieren bijvoorbeeld is er sprake van een kop, een romp en ledematen.’ Oftewel een zenuwzintuigstelsel, orgaanstelsel en bewegingsapparaat. Volgens Jaap doordringen deze drie gebieden elkaar en heeft het midden een speciale functie. ‘Driegeleding bestaat uit een polariteit waartussen iets nieuws ontstaat dat die polariteit ontstijgt én verenigt. Een polariteit bestaat uit twee dingen die schijnbaar tegengesteld zijn, die echter onlosmakelijk samenhangen; zoals geboorte en sterven, of geest en materie. Als die twee met elkaar aan het werk gaan, ontstaat er iets fundamenteel nieuws: in ons geval: een organisme, een geïncarneerde mensenziel.’ Bijzonder hieraan is dat je niet kunt zeggen wat er eerst was: de polariteit, of de eenheid van het midden. Jaap: ‘De polariteit ontstaat uit de eenheid, en de eenheid heeft de polariteit nodig om zich te kunnen realiseren.’ Dat werpt een heel nieuw licht op het belang en de functie van het hart. Hoewel eigenlijk iedereen wel weet dat het hart de plaats is waar we waarschijnlijk het meest onszelf zijn.
Jaap werkt met fenomenologie, ofwel het lezen van de gebaren die de levende natuur maakt – een wetenschap waarvoor Goethe de basis legde. ‘Het mooie daarvan is dat een gebaar morfologisch kan zijn: een vorm- of groeigebaar. Maar het kan ook een fysiologisch gebaar zijn, een lichaamsbeweging. Of een psychisch gebaar.’ Die zienswijze is in de moderne biologie ongebruikelijk, want in de gangbare wetenschap houdt men deze disciplines liever gescheiden. Enerzijds is dat logisch – een medicus moet zich immers beperken. Er is ontzettend veel kennis en de berg met feiten groeit nog steeds. ‘Maar de filosofisch-wetenschappelijke discipline die nodig is om al die feiten zinvol te kunnen duiden, die zie ik achteruit gaan’, zegt Jaap. ‘Medische studenten leren wel protocollen, maar nauwelijks meer hoe je zelfstandig een oordeel vormt.’
Ruimte voor het individu Volgens Jaap is ons hele lichaam een ‘immaterieel organisme’. Het is daar zowel de drager als de uitdrukking van. Als mens zijn we nooit áf. Jaap: ‘Ons organisme is helemaal ingericht op individualiseren. Maar het is een gradueel proces, je gaat er je leven lang mee door. Of de mens een individu is of niet, dat is eigenlijk geen goede vraag. De vraag is of hij de ruimte krijgt om een individu te wórden.’ Dat lijkt vooral van maatschappelijke omstandigheden af te hangen. Het lichaam doet voor, helpt en creëert de ruimte die nodig is om steeds méér individu te worden - en is er tegelijkertijd de uitdrukking van. ‘Alle stadia van lichaamsvorming maken deel uit van wie wij zijn. De tulp in de vaas was eerder een groene spriet, daarvoor een bolletje en straks valt hij uit elkaar – dat hoort allemaal bij de tulp. Een organisme is te zien als een gestalte in de tijd’. Het embryonale stadium maakt volgens Jaap dan ook deel uit van onze biografie. Hij is niet tegen abortus, maar wel tegen het vaststellen van een ‘grensdatum’ omdat een menselijk embryo altijd menselijk is. De zeventiende dag is wel een sleutelmoment; dan wordt in
embryonale stadium maakt deel uit
‘Het
van onze
biografie’
Als je een lichaam alleen van buitenaf bekijkt verandert het in een object: cellen, stofjes, hersenkernen. Jaap is goed thuis in deze materie — en toch ontstaat met zijn visie een heel ander beeld van het lichaam: dat van een concreet en voortdurend scheppingsverhaal. Het embryonale houdt volgens Jaap dan ook niet op bij de geboorte. ‘Er zijn gebieden in het lichaam waar we tot onze dood aan het ‘worden’ zijn. In de lever ontstaan 700 nieuwe levercellen per seconde, in ons beenmerg 2500 nieuwe witte bloedcellen per seconde. Zoals de Perzische dichter Rumi zei: ‘Wij zijn de bijen en ons lichaam is een honingraat. We hebben ons lichaam zelf gemaakt – cel voor cel’.’
•
Jaap van der Wal doceert momenteel fenomenologische embryologie en menskunde aan opleidingen voor o.a. osteopathie en craniosacraaltherapie. Ook geeft hij landelijk cursussen voor leken over embryologie.
Seizoener
37
TONEELPERIODE ONDERBOUW
TEKST TRIX ROEM | FOTO REHANA BEGUM
‘Nu zwijg ik niet meer! Ik heb jullie veel te vertellen. De zon zal weer schijnen, Balder zal terugkeren! Mensen zullen een nieuw leven beginnen. Zangers, muzikanten, vertellers zullen de verhalen van Odin laten klinken. Oude verhalen over goden, reuzen, dwergen… Op een dag zal er een school zijn met mijn naam! Een school, waar leerlingen weten wie ik ben.’
Deze woorden sprak Widar, de zwijgzame god uit de Edda aan het eind van het toneelstuk van klas vier van de Groningse Widar Vrijeschool. Een toneelstuk door de klas zelf gemaakt. In bijna iedere scène verscheen Widar, maar hij zei niets… Wie was Widar? Deze vraag stelde ik mijzelf toen ik drie jaar geleden weer een vierde klas kreeg op de Widar Vrijeschool, nadat ik een aantal jaren op de bovenbouw les had gegeven. De vorige vierde was inmiddels al weer dertien jaar geleden. Vaag herinnerde ik me dat Widar de zoon van Odin was en dat hij de Fenrirwolf versloeg, veel verder kwam ik niet. Het verhaal van een andere zoon van Odin, de zachtmoedige Balder, herinnerde ik me beter. Een prachtig ‘paasverhaal’. Tijdens mijn vorige vierde klas was ik echter nog nooit in Scandinavië geweest – en was mijn zoon te jong om te weten hoeveel interesse hij zou krijgen in het leven van de Vikingen. Ik herinnerde me dat ik de verhalen uit de Edda lastiger om te vertellen vond dan bijvoorbeeld de verhalen van de Grieken en de Romeinen. Zou dat nu anders zijn?
38
Seizoener
Rotsblokken, drinkhoorns, offermesjes En of het anders was! Ik kon me niet meer voorstellen dat ik deze verhalen lastig vond om te vertellen. Wat een prachtige beelden! Nu ik in Jotunheimen in Noorwegen was geweest, kon ik me de reuzen, gooiend met rotsblokken, prima voorstellen. Mijn vierde klas smulde van de verhalen. De kinderen herkenden zichzelf en hun klasgenoten in de sterke Thor, de sluwe Loki, de ijdele Freija en in de reuzen die steeds ruzie hadden. Ze bedachten wat zij zich als strijder zouden wensen in het Walhalla en zagen voor zich hoe de Nornen de levensdraden van de mensen weefden, soms aan elkaar knoopten of juist los knipten... Ze konden bijna niet kiezen welke verhalen er in
Widar & Baldur Zonen van Odin
ons toneelstuk moesten komen. In iedere improvisatie werd zichtbaar hoe goed ze de verhalen in zich hadden opgenomen. Er moesten in elk geval ook verhalen over mensen in het toneelstuk. Dankzij onze Vikingdag op een stormachtige zaterdag konden ze zich het leven van de mensen uit de tijd van de Edda heel goed voorstellen. Die dag was er een ‘echte Viking’ met een prachtige linnen tent, kleding van een strijder en gesmede voorwerpen. ‘Juf, is dat jouw zoon? Heeft hij dat echt zelf gemaakt?’ Vol interesse bekeken ze zijn verzameling runenstenen, drinkhoorns, offermesjes, en geboeid luisterden ze naar zijn Vikingverhalen. Activiteiten als boogschieten, smeden en het gieten van een tinnen hamertje van Thor werden enthousiast gedaan. In het toneelstuk combineerden de kinderen dat prachtig met de godenverhalen. De goden daalden
over Bifrost, de regenboog, af en begaven zich in vermomming tussen de mensen. Mensen die de regenboogbrug op wilden, werden streng tegengehouden als het hun tijd nog niet was. Steeds weer waren we op zoek naar de rol van Widar. ‘Juf, wat kan Widar doen in deze scène?’ We spraken af dat hij in iedere scène in Asgard (de godenwereld) en Midgard (de mensenwereld) voorkwam. Hij was de zwijgzame god; zijn taak in de wereld moest nog komen. Hij kreeg pas een echte rol in Ragnarok, de grote strijd, maar hij was er al sinds het begin van de schepping. In de scènes met de goden kreeg hij een luisterende rol. In de scènes met de mensen was hij behulpzaam. Voor de mensen onzichtbaar bood hij steeds de helpende hand. Om later de Fenrirwolf te kunnen verslaan had hij de hulp van de mensen nodig.
>>
Seizoener
39
De wereldboom Yggdrasil
Ragnarok In veel verhalen hoorden we telkens een vooruitwijzing naar Ragnarok - de grote, verschrikkelijke Strijd. De verwachting daarvan maakte met name de jongens in de klas heel nieuwsgierig. Het verhaal over Ragnarok werd vroeger door Skalden aan het volk verteld. Hierdoor konden de mensen zich erop voorbereiden dat de goden niet meer zichtbaar zouden zijn. Rond Pasen vertelde ik eindelijk het verhaal van Ragnarok, maar bleek het tóch nog steeds om een voorspelling te gaan. Dat riep veel filosofische gesprekken op, waarbij de kinderen zich afvroegen of Ragnarok in onze tijd al geweest was – of nog moest komen… Vóór Ragnarok vertelde ik een verhaal waar ze stil van werden; het verhaal van Baldur. Dit klonk niet voor niets in de Paastijd. De parallel tussen het christelijke paasverhaal en het verhaal van Balder is gemakkelijk te trekken.
Baldur’s dood Baldur was een zoon van Odin. Hij was geliefd bij alle goden van Asgard en oogverblindend mooi. Om hem heen was het
40
Seizoener
altijd licht, hij straalde als de zon... Het leven van de Asen was niet zonder zorgen, maar zolang Baldur, de Ase van licht en vrede bij hen was, kregen de boze machten geen kans. Baldur liet de mensen beneden in Midgard dromen. Iedere nacht toonde hij ze de werkzaamheden van de goden. Ook leerde hij ze planten en kruiden kennen waarmee ze zieken konden genezen. Vanuit zijn woning Breidablik overzag Baldur alles in Asgard en uit zijn huis klonk altijd vrolijk gelach en lieflijk gezang. Baldurs tweelingbroer Höder was blind. Hij zat vaak stilletjes in zijn duisternis te peinzen. Baldur en Höder hielden veel van elkaar en wandelden vaak samen. Maar op een dag kreeg Baldur sombere dromen die het einde van zijn leven voorspelden. Odin en andere Asen deden er alles aan om zijn noodlot te voorkomen. Odin wist dat Baldur eens zou sterven, maar hij wilde dat zo lang mogelijk uitstellen. Hij ging naar een zieneres om erachter te komen wie Baldur zou doden. Zij voorspelde dat het Höder zou zijn. Vertwijfeld keerde Odin terug naar Asgard. Hoe was het mogelijk dat het noodlot door Höder voltrokken zou worden, terwijl Baldur zoveel van zijn tweelingbroer hield? In Asgard aangekomen vond hij zijn vrouw Freija, met ogen die schitterden van vreugde. ‘Baldur is veilig!’ riep ze. ‘Ik heb alle wezens die op aarde groeien laten zweren hem geen letsel te doen; bomen, struiken, planten, kruiden en bloemen. Ook alles binnen de aarde: rotsen, metalen, kristallen, zand en klei. En alles dat de aarde bewoont: vanaf de Asen, de reuzen en trollen tot de dieren en slangen toe. Ook zelfs de vergiften en ziekten die de dood kunnen brengen hebben gezworen Baldur geen kwaad te doen! Onze zoon is veilig!’ De Asen hervatten het vreugdevolle leven in Asgard. Ze lieten elkaar zien dat het onmogelijk was Baldur te doden. Thor wierp zijn hamer – en deze kwam in zijn hand terug zonder Baldur te raken. Zwaarden bogen door, pijlen ketsten af. Tussen de vrolijke Asen stond Loki. Toen hij merkte dat zelfs een in vergif gedoopt mes Baldur geen kwaad kon doen, stikte hij bijna van nijd. Altijd al had hij de edele, zuivere Baldur gehaat. Nu kreeg hij één grote wens: bewijzen dat hij Baldur kon overwinnen. De hele wereld beminde Baldur… Iedereen, behalve Loki. (Dit verbaasde mijn klas niets. Ze hadden in de loop van het jaar gezien hoe de sluwe streken van Loki steeds boosaardiger werden. Eerst kon Loki op hun sympathie rekenen en moesten ze vaak om hem lachen. Nu hoopten ze dat hij zijn zin niet kreeg. De spanning was voelbaar in de klas.) In de gedaante van een oude vrouw ging Loki naar Freija. De
oude vrouw vroeg waarom iedereen wapens wierp naar Baldur. Freija vertelde dat niets Baldur kon doden omdat ze alles dat op aarde leefde had laten zweren hem geen kwaad te doen. ‘Alles?’ vroeg de oude vrouw. ‘Ten westen van het Walhalla staat een eikenboom, daarop groeit een plantje, maretak geheten… Dat groeit niet op de aarde.’ Freija gaf toe dat ze dat plantje vergeten was, maar ze dacht dat het zo zwak en jong was dat het niemand kwaad kon doen. Loki wist genoeg. Hij sneed een takje van de maretak af en sneed er een pijl van. Tijdens het mompelen van een boze spreuk blies hij erop, waardoor de pijl hard en scherp als ijzer werd. De Asen stonden nog steeds om Baldur en wierpen speren, terwijl ook trollen en dwergen hun wapens wierpen. De blinde Höder nam geen deel aan de spelen. Hij stond tegen een boom geleund naar het vrolijke spel te luisteren. Loki vroeg waarom hij niets naar Baldur wierp. Höder antwoordde dat hij niet kon zien waar Baldur stond en dat hij geen wapen had. Toen verleidde Loki hem een pijl af te schieten – Loki zou zijn hand wel leiden. Op het moment dat de pijl van maretak Baldur raakte, stortte hij dood ter aarde. Goden en mensen waren diep bedroefd. Nu het licht was weggenomen ging alles mis… De aankondiging van Ragnarok klinkt. Zon en maan worden opgeslokt. In Asgard breekt een hevige strijd los. Thor vecht met de Midgardslang. Hij verslaat het monster, maar sterft aan diens gif. Odin wordt verslonden door de Fenrirwolf. Dan komt Widar naar voren en zet zijn voet in de onderkaak van de wolf. Aan die voet heeft hij een schoen waarvoor de mensen eeuwenlang hebben gespaard: hij is gemaakt van stukken leer die de mensen overhouden bij het maken van schoenen. Widar pakt de bovenkaak van de wolf vast en scheurt zijn muil in tweeën… De hele wereld verbrandt. De voorspelling belooft echter dat de aarde weer op zal rijzen uit de zee, groen en mooi. Widar overleeft de strijd en Baldur komt terug. Het licht keert terug op aarde. Het boze verandert in het goede. Alle schuld is betaald, eeuwige vrede zal heersen. Eén mensenpaar heeft zich verscholen kunnen houden tijdens Ragnarok; Lif en Lifthrasir, ‘Leven’ en ‘Levensdrang’. Van hen zal een geslacht afstammen dat zo uitgebreid is dat het de hele wereld kan bevolken… De beelden zijn groots – groots en veelbelovend. De steeds zwijgende Widar spreekt:
Geef je ouders, grootouders, vrienden, buren en/of jezelf een jaarabonnement op Seizoener en ontvang
gratis een set woudpotloden t.w.v. €9,50 zolang de voorraad strekt. Een jaarabonnement met schoolkatern kost € 36,-, zonder schoolkatern € 30,- en een los nummer kost € 9,50. Seizoener verschijnt vier keer per jaar. Prijzen zijn incl. btw en verzending. Bestel je abonnement op www.seizoener.nl. Ben je al abonnee? Verras dan iemand anders met dit jaarabonnement en geef vier keer Seizoener cadeau.
‘Nu zwijg ik niet meer! Ik heb jullie veel te vertellen. De zon zal weer schijnen... Baldur zal terugkeren! Mensen zullen een nieuw leven beginnen…’ Trix Roem-Bouwman is leerkracht aan de Widar Vrijeschool Groningen.
Bij Seizoener-jaarabonnement woudpotloden cadeau!
Vermeld bij bestelling de actiecode: ‘woudpotloden’.
•
Woudpotloden Je zou bijna denken dat ze zo aan de boom gegroeid zijn. Maar ze zijn gemaakt in een ontwikkelingsproject in Thailand. Het zijn dikke potloden waar je echt mee kunt tekenen. Lengte circa 18 cm, 10 stuks met verschillende kleuren.
Seizoener
41
ONDERWIJS
Het ©ijfer van Dronkers Hoe beoordeel je als ouder of een school goed is voor je kind? Waar kijk je naar? Op grond van welke criteria kom je tot een keuze? Dit zijn vragen waarmee je je uiteen moet zetten zodra je kind naar de kleuterklas gaat; en misschien nog een keer bij de overgang naar een middelbare school.
42
Seizoener
TEKST JAC HIELEMA
O
m het ouders makkelijker te maken, beoordeelt onderwijssocioloog Jaap Dronkers alle middelbare scholen in Nederland en stelt een lijst samen met de beste. Elk jaar weer in december publiceert hij zijn cijfers — de afgelopen jaren in dagblad Trouw, dit jaar voor het eerst in De Volkskrant. Wat opvalt is dat de vrijescholen in Nederland het volgens Dronkers goed doen. Van de inmiddels dertien vrijescholen voor voortgezet onderwijs (even afgezien van enkele onafhankelijke vrijescholen) kregen zeven vrijescholen een 10, drie een 9,5 en drie een 9 voor hun vmbo-stroom. Wat de havo-stroom betreft scoorde alleen het Marecollege in Leiden een onvoldoende; de overige scoorden een 7 of hoger en het Novalis College in Eindhoven scoorde zelfs een 10. De vwostromen van de verschillende vrijescholen scoorden over het algemeen een 8 of meer, alleen de Adriaan Roland Holstschool in Bergen, het Marecollege in Leiden en de Vrije School Den Haag scoorden minder (zie lijst).
‘Hoe leerlingen tot hele mensen gevormd worden, dat vind je nergens terug bij de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs’ Samenstelling van het cijfer
Het cijfer van Dronkers wordt (op volkskrant.nl/schoolcijfers) als volgt toegelicht. Een belangrijk deel is gebaseerd op het slagingspercentage van de eindexamenkandidaten. Het zegt dus in de eerste plaats iets over de mate waarin een school Cijfer of mening van Dronkers? de door de overheid gestelde examendoelen haalt. DaarDe hoge cijfers van Jaap Dronkers voor de vrijescholen in naast kan de school een extra beoordelingspunt krijgen. Nederland zien er indrukwekkend uit. Na alle bad publicity Lukt het de school om veel leerlingen hoger uit te laten strorond ‘zwakke scholen’ van de afgelopen jaren kun je spreken men dan het aanvankelijke niveau-advies, dan krijgt de van een forse imagoverbetering in de publieke arena. Maar om school een bonuspunt; stromen veel leerlingen onder het als ouder te kunnen beoordelen of de cijfers ook werkelijk iets ingeschatte niveau uit, dan krijgt de school een minpunt. Met zeggen over de kwaliteit van de school, zou je toch eerst wilandere woorden, het cijfer laat ook zien of de school alles uit len weten hoe deze eigenlijk tot stand komen. de leerlingen heeft weten te halen. Er is veel te zeggen over die hoge vmbo-cijfers… Op de meeste vrijescholen zitten vmbo/havo/vwo tegenwoordig niet meer gemengd. Verder doubleren 8e klassen veelal klassikaal (op papier), waardoor de doorstroom naar havo makVrijeschool VMBO HAVO VWO kelijker wordt (er ontstaat een 6-jarig havotraject wat voor veel vmbo-ers een groot voordeel is. En last but not least, er wordt Parcival College - Groningen 10 7 9 op een andere manier les gegeven op vrijeKarel de Grote College - Nijmegen 10 9,5 9,5 scholen: op de mensontwikkeling gericht. Daarmee wordt er meer in het kind gevoed Vrije School Zutphen 9,5 9 8,5 wat wellicht tot hogere vmbo-resultaten leidt.
Novalis College - Eindhoven
10
10
9,5
Rudolf Steiner College - Haarlem
10
7,5
8,5
Geert Groote College - Amsterdam
9,5
9
8
Adriaan Roland Holstschool - Bergen
10
9
5,5
Stichtse Vrije school - Zeist
10
7
9
Vrijeschool Den Haag
9,5
7
7,5
Mare College - Leiden
9
4
7
Rudolf Steiner College - Rotterdam
9
7
9,5
Bernard Lievegoed School - Maastricht
10
Michaël College - Breda
9
* *
* *
* ‘Niet nader te bepalen’ - deze scholen werken samen met reguliere scholen. De examencijfers van de reguliere en vrijeschoolleerlingen zijn daardoor niet te onderscheiden.
Tenslotte kunnen scholen ook nog bijtelling of aftrek krijgen, als het verschil tussen de resultaten van het centraal schriftelijk (landelijk bepaald) en de schoolonderzoeken (door de scholen zelf bepaald) klein respectievelijk groot is. De cijfers zeggen dus ook of een school de eigen schoolonderzoeken ongeveer even zwaar maakt als het centraal schriftelijk. Mijn conclusie luidt, dat bonuspunt en bijtelling slechts voor een klein deel de beoordeling van Dronkers bepalen. Het cijfer zegt toch vooral iets over de mate waarin een school de door de overheid gestelde examendoelen haalt. De vraag is of je als ouder
>> Seizoener
43
‘Hoe kunnen we de verbinding leggen tussen examengericht en vrijeschoolonderwijs?’ die doelen deelt. En dus, of dit nu het criterium is op grond waarvan je wilt bepalen of de school goed is voor je kind.
De beste vrijeschool volgens Dronkers Het Novalis College in Eindhoven scoort van de vrijescholen het hoogst op de Dronkerslijst. Ik sprak hierover met Marijke Vermeer, rector van het college. Hoe beziet zij hun hoge score? MV ‘Ik ben blij dat het verbetertraject dat we een aantal jaren geleden hebben ingezet, tot zulke mooie resultaten heeft geleid. In de jaren 2009 tot 2011 hadden we wat het vwo betreft een zwak imago. Daar werden we door de inspectie op gewezen. Toen hebben we verbetertrajecten ingezet, onder andere een wijziging in de heterogene opbouw van de brugklassen.’ JH ‘Wat zeggen die cijfers nu over een vrijeschool?’ MV ‘De vraag is: hoe kun je het vrijeschoolcurriculum met het examenonderwijs combineren? In 2010 en 2011 hebben we de focus gelegd op de verbetering van het examengericht onderwijs. Dit schooljaar zijn we bezig om een aantal typische vrijeschoolonderdelen weer sterker aan te zetten. Alle leerlijnen zijn herschreven. We hebben de afgelopen anderhalf jaar op een aantal fronten gekeken hoe we het kunstzinnige karakter weer duidelijker vorm kunnen geven. Hoe kunnen we de verbinding leggen tussen examengericht en vrijeschoolonderwijs? In dat proces zitten we nu volop.’ JH ‘Ik begrijp dat jullie sturen op die cijfers en daarom verbetertrajecten hebben ingezet.’ MV ‘Dat moest van de inspectie. In 2009 is de inspecteur
Enigszins gechargeerd zou je kunnen zeggen dat Dronkers voor de Nederlandse onderwijssector is wat Moody’s is in de financiële sector. Kredietbeoordelaar Moody’s beoordeelde in 2007 complexe financiële instrumenten zoals CDO’s nog als zeer kredietwaardig. Verschillende banken investeerden er dan ook veel van ons spaar- en belastinggeld in. Toen deze ‘superveilige’ CDO’s in 2008 echter implodeerden, verschool Moody’s zich achter de grondwet: de beoordeling van de kwaliteit van de CDO’s zou slechts ‘een mening’ zijn geweest en in het vrije westen heerst immers vrijheid van meningsuiting. Zo vertegenwoordigt het cijfer van Jaap Dronkers misschien ook slechts een mening – maar dan over wat goed onderwijs is. Het ‘kapitaal’ is in dit geval je eigen kind – en dat is wel een verschil.
geweest en die zei: ‘U moet iets gaan doen aan uw vwo. Wij geven het vwo een ‘zwak’. En wanneer u niet in staat bent om het binnen drie jaar te verbeteren, dan hebt u een groot probleem.’ JH ‘Het cijfer van Dronkers blijkt vooral iets te zeggen over de mate waarin de examens worden gehaald. Als u nu zelf een kwaliteitsonderzoek mocht opzetten, welke criteria zou u dan hanteren?’ MV ‘Als ik zelf een onderzoek zou mogen doen, dan zou ik iets doen met een enquête onder de leerlingen. Wat hun beleving is. Ook zou ik kijken naar ex-vrijeschoolleerlingen. Hoe blikken zij terug op de school? Als je ex-vrijeschoolleerlingen spreekt, dan zie je vaak dat ze heel complete mensen zijn. Het meetinstrument om dát waar te nemen, dat kan Jaap Dronkers niet inzetten. Dat doet zelfs de inspectie niet. Hoe leerlingen tot hele mensen gevormd worden, hoe ze breed toegerust worden voor de maatschappij, dat vind je nergens terug bij de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs.’
Conclusie: ‘hard’ cijfer Het cijfer van Jaap Dronkers zegt mij als ouder niets over de innerlijke, menselijke of intermenselijke kwaliteit van de school van mijn kind. Het zegt ook niets over het feit of mijn kind straks goed toegerust de maatschappij instapt, zelfbewust van wat hij kan en wil, geïnteresseerd in anderen en in wat er in de wereld gebeurt, kunstzinnig, sociaal vaardig en breed ontwikkeld. Om te onderzoeken of de school in staat is om mijn kind ook op deze niet-cognitieve gebieden te vormen, zal ik een praatje moeten maken met enkele examenkandidaten tijdens de diploma-uitreiking ofzo. Of ik zal oud-leerlingen moeten opzoeken en kijken hoe ze het doen in hun leven. Met betrekking tot deze zogenoemde ‘zachte’ aspecten zal ik dus moeten vertrouwen op mijn eigen waarneming, want over dit alles zegt het cijfer van Dronkers niets. Wel zegt het iets over de mate waarin de school de door de overheid bepaalde examendoelen heeft weten te realiseren.
•
44
HH ete
COLUMN
angijzers
‘Is dit nog wel een vrijeschool?’ TEKST HAROLD ANSINK
Afgelopen november organiseerden de drie Noord-Hollandse vrijescholen voor voortgezet onderwijs een werkconferentie. Het thema luidde: de ontmoeting van de generaties. Belangrijkste vraag daarbij was: ‘Wat is een vrijeschool eigenlijk? Wat moet absoluut behouden blijven en hoe doen we dat de komende tijd?’ Dat is momenteel een heel belangrijke vraag, want veel kopstukken van onze scholen gaan binnenkort met pensioen – en wat laten zij achter? Een reeks geanimeerde gesprekken leidde tot een scala aan adviezen en ideeën. Daarbij was vooral opvallend dat er veel gewaarschuwd werd voor dogmatisme. De vrijeschool moet in deze tijd staan en de vragen van deze tijd met middelen van nu beantwoorden. Dat neemt niet weg dat er veel zaken zijn die als essentieel ‘vrijeschools’ gezien worden. Het periodeonderwijs als pedagogisch instrument, een aantal van de periodes zelf, de kunstreis, ambachtsvakken. Men was het er over eens dat het zaak is de fundamentele discussie over de vrijeschoolwaarden op de agenda te houden. Er is sinds het begin van deze eeuw veel veranderd op de Nederlandse vrijescholen – en er zijn mensen die vinden dat Steiner het zo niet bedoeld heeft. In het buitenland wordt door de vrijeschoolbeweging met argwaan naar de ontwikkelingen gekeken. Alle vrijescholen voor voortgezet onderwijs nemen tegenwoordig reguliere examens af en al jaren niet meer in een extra dertiende klas, maar ‘gewoon’ na twaalf jaar. Voor vmbo-t zelfs in de tiende klas. Op veel scholen is een bestuurlijke omvorming geweest. In de ogen van de onderwijsinspectie doen de vrijescholen het nu goed op de ‘reguliere’ criteria die zij nu eenmaal aanlegt. Mede als gevolg van al deze ontwikkelingen zijn vrijescholen in beeld gekomen bij een nieuw publiek van betrokken ouders, die hun kind ook in het voortgezet onderwijs een bijzondere schooltijd toewensen. Er zitten daarom tegenwoordig meer kinderen in het voortgezet vrijeschoolonderwijs vanuit een niet-vrijebasisschool, nu ongeveer de helft.
Er zou door al die ontwikkelingen weleens verdunning kunnen plaatsvinden in het pedagogisch aanbod, zo luidt de angst. Ik heb een lange aanloop genomen maar hier komt hij dan: ik vind dat dit niet zo is. Zeker in vergelijking met andere scholen bieden de vrijescholen een ander, breder, prachtig programma, met een geheel eigen werkwijze. Ook als ik het vergelijk met de vrijeschool van bijvoorbeeld twintig jaar geleden zit het in mijn ogen nog steeds goed. Met bewustzijn en aandacht leggen de docenten in de klas verbinding met de leerlingen. Verbinding met het vak, met zichzelf, met de fysieke wereld, met de belevingswereld van de opgroeiende puber. Meer dan waar ook klinkt de vraag: ‘Wat heeft deze klas, deze leerling op dit moment van mij nodig om zich verder te ontwikkelen.’ Voor mij is dat de kern van de opvoedkunst. En intussen speelt het jaarritme ook op de bovenbouw van vrijescholen nog steeds een rol. De leraren op onze scholen zijn zich ervan bewust dat het antwoord op de vraag naar de vrijeschoolidentiteit niet zo makkelijk te vinden is — en dat dit een scholingsweg in jezelf vraagt. Nieuwe en oude leraren in gesprek zien over die zoektocht is voor mij een geruststelling: dat komt goed, ik weet het zeker.
•
Harold Ansink is bestuurder van de Stichting voor Voortgezet Vrijeschoolonderwijs Noord-Holland (Geert Groote College Amsterdam, Adriaan Roland Holstschool Bergen en Rudolf Steiner College Haarlem). Tevens een van de initiatiefnemers van Momentum 2012 (kijk op www.momentum2012vo.nl)
Seizoener
45
Irritante
lentekriebels Met zijn beginnende bloemen en de eerste warme zonnestralen is het voorjaar misschien wel de mooiste tijd van het jaar. Voor sommige mensen zijn allergische klachten echter een irritant gegeven, dat de lentevreugde danig vertroebelt.
TEKST MENA KIENE | SCHOOLARTS
46
Een elfjarig meisje, blond, smal, vrolijk en terughoudend komt samen met haar moeder bij mij, op aanvraag van leerkracht en ouders. Ze heeft dit jaar veel last van jeukende, ogen en een lopende neus. Soms jeuken haar ogen zo erg dat ze rood en opgezet zijn; soms jeukt bijna haar hele gezicht en ook de mond. Dit alles is uitermate irritant, vertelt de moeder. Bij navraag bleken de klachten in het voorjaar
LENTECONSULT
twee jaar geleden al begonnen te zijn. Het heftigst werden de klachten vooral in mei, als het gras begon te bloeien – daarna was ze weer klachtenvrij. De huisarts had hooikoorts geconstateerd. De leerkracht maakte zich nu vooral zorgen omdat dit vriendelijke meisje in toenemende mate alles perfect wilde doen, hard wilde werken en steeds minder tijd had voor vriendinnen. De ouders en leerkracht wilden het meisje ondersteunen om haar ontwikkeling meer in evenwicht te brengen.
Grens tussen binnen en buiten Terwijl kleine kinderen nog helemaal in hun omgeving leven, krijgt het kind rond het 10e levensjaar een andere verhouding tot zichzelf en de wereld om hem heen. Het begint zich af te grenzen en de eigen persoonlijkheid steeds meer van binnenuit waar te nemen. Het maakt daarmee ook een begin met het bepalen van zijn eigen doelen. In deze leeftijdsfase kunnen dan ook perfectionisme en gevoelens als ‘ik kan niet zoveel’ of ‘ik hoor er niet meer bij’ toenemen, naast allerlei angsten. Tot het 18e tot 21e jaar rijpt het zelfbewustzijn en wordt gaandeweg gemakkelijker te hanteren voor de jonge mens. Het voorjaar is net als het 10e levensjaar ook een grensbeleving. Direct nadat de eerste kou uit de lucht is, begint de
natuur zich door toenemend zonlicht en warmte te ontplooien. Bomen en struiken gaan bloeien en ook de mens gaat innerlijk als het ware met de natuur ‘mee naar buiten’. De grens die ons ervoor behoedt om te veel met de natuur mee te gaan is, fysiek gezien, de huid – waar ook de slijmvliezen een onderdeel van zijn. Zo kunnen wij onszelf binnen ons lichaam als persoonlijkheid beleven. De verandering rondom het 10e jaar kan met zich meebrengen dat een kind de eigen grens – mede door zijn constitutie – nog niet voldoende verinnerlijkt heeft. Het kan dan te gemakkelijk meegaan met licht, warmte en de bloei van bomen en grassen, en zelf een ‘beetje beginnen te bloeien’ in de vorm van lopende, kriebelde neus en ogen. De zintuigen worden ‘waterig’ en gaan jeuken: dat is dus hooikoorts. Het meisje had baat bij de onderstaande behandeling. De hooikoorts verdween bijna volledig. Ze werd minder perfectionistisch en ging gezellig samen met haar vriendinnen naar de brugklas!
•
Behandeling hooikoorts • Voor de leeftijd rondom het 10e levensjaar zijn geneesmiddelen geschikt die de maagsappen en galafscheiding versterken, bijvoorbeeld in de vorm van thee uit paardenbloem, gentiaan of wilde cichorei of Amara-druppels van Weleda. • Een preparaat samengesteld uit citroen en kweepeer (Gencydo-neusspray) helpt vaak direct en verandert de hooikoortsconstitutie in de loop van de behandeling. De citroen schermt het sappige vruchtvlees goed af door haar gestructureerde, dikke en leerachtige schil. De kweepeer, met zijn harde vruchtvlees, organiseert middels geleistoffen (pectine) haar eigen vochthuishouding. Beide vruchten samen helpen de mens zijn grens naar buiten toe te handhaven. • Door euritmietherapie kan de binnenwereld versterkt worden. Ook dit heeft een vrijwel direct effect op de allergische klachten.
Mena Kiene is als schoolarts verbonden aan de vrijescholen Tiel, Nijmegen, Uden, Ede en Wageningen.
47
Global issue: gemengd onderwijs De migratie neemt toe. Mensen bewegen zich over de hele aarde, gedreven door oorlog, natuurrampen of de hoop op economisch betere leefomstandigheden. Ook in Nederland vormt de verscheidenheid van de bevolking al jaren een heet hangijzer op de politieke bühne. Gemengd onderwijs is daarmee een vraagstuk dat steeds dringender op de voorgrond treedt. Er ontstaan scholen met een sterk allochtoon karakter, en aan de andere kant is er druk op scholen om kinderen van verschillende culturele achtergronden op te nemen. Zo dienen zich twee varianten aan. Waar willen we naartoe in deze situatie? Waar staan de vrijescholen in deze discussie? In sommige landen speelt dit vraagstuk nog sterker, zoals in Noord-Ierland, Engeland en Israël. Hoe zijn de ervaringen daar? Kunnen we ervan leren?
48
Seizoener
STEINERPEDAGOGIEK
Hoe kun je de openheid bevorderen zonder je eigen culturele identiteit op te geven?
Lessen in
vrede 49
TEKST CORNELIS BOOGERD
G
escheiden onderwijs is tegenwoordig niet meer zomaar te verdedigen. Onderzoek in NoordIerland laat zien dat dit type onderwijs de vijandigheden en angsten sterk stimuleert. In april vorig jaar werd dan ook voorgesteld om subsidies aan gescheiden scholen te stoppen. De meeste scholen zijn daar geheel protestant of katholiek. Deze groepen wonen veelal in gescheiden wijken – een voedingsbodem voor misverstanden en geweld. Gescheiden onderwijs is ook nog eens veel duurder. Dat is in crisistijd een van de redenen om de segregatie te willen doorbreken. De Unionistenleider Robinson zei in een toespraak in oktober 2011: ‘Wij kunnen de scheidingen in onze huidige samenleving niet overwinnen wanneer onze kinderen gescheiden onderwijs krijgen. Ik ben ervan overtuigd dat de toekomstige generaties nauwelijks zullen geloven dat zo'n scheiding bestond voor zo’n lange tijd. De waarheid is, dat ons onderwijssysteem een mildere vorm van
lijk bijdragen aan de spanningen die tot dit geweld leiden. Het rapport legt de schuld vooral bij het gescheiden onderwijs: de verdeeldheid begint immers al op jonge leeftijd. Het geeft ook enkele aanbevelingen; tenminste 25% van de leerlingen zou van andere culturele afkomst moeten zijn en in het leerplan zou aandacht moeten komen voor respect en begrip voor de verschillende culturen in de omgeving.
Israel: scheiding als politiek paardenmiddel In een land met twee verschillende culturen en talen zou je verwachten dat er op school aan beide aandacht wordt gegeven. Dat is in Israël niet het geval. Het schoolsysteem is zo opgebouwd dat Joodse en Arabische kinderen al vanaf de kleuterschool gescheiden worden. Dat is in de wet vastgelegd. De twee schoolsystemen kennen verschillende leerplannen, regelgeving en financiering. Deze scheiding heeft een politieke achtergrond, namelijk de wens van een zuiver Joodse staat
“Je moet de kern van de religieuze gebruiken zó bewust maken, dat het algemeen menselijke perspectief daarin wordt begrepen” apartheid is die onze samenleving fundamenteel schaadt. Wie van ons zou het acceptabel vinden dat een land of een staat zijn kinderen onderwijs geeft op basis van rassenverschillen, met witte en zwarte scholen? Toch zijn wij bereid om een systeem te hanteren dat onze kinderen bijna totaal scheidt op basis van religie. Als samenleving zijn wij geen toeschouwers, wij zijn deelnemers – en toch blijven we onze scholen op deze basis financieren. En dan zijn we verbaasd dat we nog steeds een verdeelde samenleving hebben.’ Van Robinson mogen de kerken hun eigen scholen runnen, maar niet op basis van staatssubsidie. Natuurlijk kun je daar ook vraagtekens bij zetten. Onderwijs zou inhoudelijk vrij van staatsinmenging moeten zijn, op basis van vrije keuze door de ouders. Maar die keuze moet de staat dan wel mogelijk maken en niet afdwingen via het belastinggeld dat dezelfde ouders aan de staat betalen. Maar hoe kun je toch openheid bevorderen zonder je eigen culturele identiteit op te geven? Ook in Engeland zijn felle discussies gaande rond het thema gescheiden scholen, maar dan op etnische basis. Hier spelen de Oldham-rellen waarbij Aziaten met blanke inwoners op de vuist gaan – en soortgelijke ongeregeldheden in Burnley en Bradford. Regeringsonderzoek naar de achtergronden leidde in 2011 tot het Cantle-rapport dat laat zien hoe scheidingen langs etnische, culturele en religieuze lijnen wel dege-
50
Seizoener
door de Joodse meerderheid. Die wens wordt bedreigd door vermenging van taal en cultuur en door uitbreiding met nietJoodse Israëlische burgers. De politiek is erop gericht om zulke ontwikkelingen te voorkomen.
Improvisatie en illegaliteit Kinderen in Israël groeien zo op met vijandbeelden, angst en onbekendheid met de andere cultuur in het land. Pogingen om daar iets aan te veranderen moeten beginnen met het onderwijs. Die gedachte was de achtergrond van Amir Shlomian, oprichter van de vrijeschool Ein Bustan (‘oase’). Ein Bustan is daarmee een van de weinige initiatieven met tweetalig en multicultureel onderwijs en het enige vrijeschoolinitiatief dat deze stap nam in Israël. Zeven jaar geleden begon Ein Bustan met een kleuterklasje. Nu zijn er drie leeftijdsgroepen tot 7 jaar. Het pilotproject dat in september 2011 startte met een eerste klas stuitte echter op grote moeilijkheden en weerstand bij de overheid. Er moest een geïmproviseerde vorm gevonden worden, omdat voor een tweetalige lagere school geen plaats is in het onderwijssysteem. De internationale Joodse organisatie 'Yad B yad' (‘hand in hand’) heeft in Israël drie gemengde lagere scholen. Een ervan is de Galilschool in Galilea. Het gaat hier echter wel om seculiere scholen – de religieuze component die Ein Bustan kent is
Carnaval bij Ein Bustan (foto: Rafael Ben Moshe)
daar dus afwezig. Ook wordt er gewerkt met een ander pedagogisch concept waarin bijvoorbeeld de computer een belangrijke rol speelt, zelfs bij jongere kinderen. Een vierde gemengde school in Beersheva verzelfstandigde zich en wordt door de organisatie Hagar gerund. Deze school heeft tot nu toe vier klassen. Over deze scholen met gemengd onderwijs zegt Rachel Gottlieb van Ein Bustan: ‘Deze scholen zijn anomalieën in het onderwijssysteem. Het lukte Ein Bustan om door de mazen van de wet te kruipen, in een tijd dat het nog ietsje opener was, zo'n 5 á 6 jaar geleden. Wij worden een ‘experiment’ genoemd, of ook wel ‘erkend maar niet-officieel’. Dat is een term die het ministerie moest uitvinden voor dergelijke scholen, die niet in het systeem passen. In het huidige rechtse politieke klimaat, met zijn voortdurende pogingen om de rechten van minderheden te beperken, racistische wetgeving door te voeren en de Arabische taal uit het openbare leven te verdringen, worden wij niet alleen als illegaal gezien, maar als een bedreiging.’ In maart 2012 verklaarde het ministerie het schoolproject illegaal – en eiste dat de kinderen naar gescheiden Arabische en Joodse scholen zouden worden gestuurd. Ein Bustan vond
een voorlopige oplossing door de kinderen te laten registreren voor thuisonderwijs. De ouders sturen hen dan toch naar de school. De overheid dreigde de ouders met stappen omdat ze niet eerlijk zouden zijn. Er lopen nu processen tegen vijf Joodse ouders die toch stand hielden. Enkele Arabische ouders namen uit angst hun kinderen van school.
Vrijheid of gelijkheid? In Israël wordt de scheiding in het onderwijs steeds enger afgedwongen. In Noord-Ierland komt men daar juist weer op terug. Van de religieuze scholen daar wordt nu in feite gevraagd om zich te openen voor álle kinderen – en ook aandacht te besteden aan andere culturen en religies. De overheid zou dat moeten afdwingen door de subsidie in te houden voor scholen die dit weigeren. Voor velen voelt dat echter als een bedreiging van hun identiteit. De vraag is: kan de staat zich mengen in de religieuze of etnische identiteit van een school? Ik vind van niet. Zoals eerder gezegd, zou de staat alleen het gelijke recht op onderwijs moeten bewaken. Ouders kunnen dan vrij kiezen voor de school die zij wensen. Het probleem van dergelijke scheidingen binnen de samenleving dringt zich echter wel op. Dat is niet een pro-
>> Seizoener
51
“De gelijkschakeling die in de rechtssfeer op zijn plaats is, wordt schadelijk wanneer het gaat om de inhoud van het onderwijs” bleem van de overheid, maar van iedereen in de samenleving – met name de ouders en de leerkrachten. Is het wel mogelijk om het onderwijs zó in te richten dat aan de ene kant de pedagogische, culturele en religieuze identiteit overeind blijft, en aan de andere kant ook begrip en respect voor de andere culturen en religies wordt geleerd? Of betekent dit het begin van de totale afbraak van verschillende culturele of pedagogische identiteiten in het onderwijs? Deze spannende vraag kunnen we niet aan de overheid overlaten. Om te beginnen omdat de overheid de neiging heeft om hiërarchisch voor anderen te beslissen; en dan met categorische maatregelen te komen die iedereen gelijkschakelen. ‘Staatsonderwijs impliceert dat de school voor alle kinderen toegankelijk moet zijn’ betoogt het rapport van de Runnymede Trust. Dat betekent dan wel dat de overheid ook het gelijke recht op onderwijs voor verschillende culturen en levensbeschouwingen moet garanderen. En niet dat zij zich met de inhoud van het onderwijs moet bemoeien. Zou de gelijkschakeling ook voor de onderwijsinhoud afgedwongen worden, dan kan dat in onze tijd alleen uitdraaien op
een atheïstisch-materialistisch perspectief voor iedereen. De gelijkschakeling die in de rechtssfeer op zijn plaats is, wordt schadelijk wanneer het gaat om de inhoud van het onderwijs. Daar weten de voormalig communistische landen over mee te praten. Er lijken zich zo twee wegen aan te dienen die beide onbevredigend zijn. Langs de ene weg leidt de vrije keuze in sommige landen tot gescheiden onderwijs. Vermenging van culturen wordt als bedreiging van de eigen cultuur gezien. Een logische reactie is dan de muren rond de eigen gemeenschap op te trekken waarbinnen de traditionele gebruiken worden bewaard. De andere weg is dat de overheid vermenging verplicht stelt voor iedereen, om vijandige verhoudingen al vanaf de kindertijd tegen te gaan. Dit leidt tot gelijkschakeling van de inhoud van het onderwijs, wat de facto neerkomt op het verdrijven van een spirituele levensbeschouwing uit de scholen. De overheid kan nog steeds in bijna alle landen de onderwijsinhouden via controle op de subsidievoorwaarden afdwingen. Deze discussie speelt over de hele wereld. Is er nog een andere weg uit dit dilemma? Of zijn er misschien meerdere wegen mogelijk? In een vrij onderwijssysteem zouden verschillende wegen mogelijk zijn; de keuzes worden door de ouders gemaakt. De discussie wordt dan ook levendiger, omdat ouders en samenleving de pedagogische resultaten gaan vergelijken.
Een brug slaan door religieuze vernieuwing Ook Ein Bustan zoekt naar een antwoord op deze vragen; ze vormden de basis voor de oprichting van dit initiatief. Men ontwikkelde een concept waarin twee religies, twee culturen en twee taalgroepen geïntegreerd worden. Dat is heel spannend. De weg die Ein Bustan volgt, tastend en zoekend, leidt bovendien tot een verdiept bewustzijn van de religieuze inhouden zelf. Zolang de gebruiken en rituelen van religies en culturen exclusief blijven, dus gebonden aan voorschriften en etnische of andere groepen, kan er geen brug geslagen worden naar andere religies en culturen. Wil je dat toch bereiken en tegelijk de religieuze ervaring niet opheffen, dan kan dit alleen wanneer de kern van de religieuze gebruiken zó bewust wordt gemaakt, dat het algemeen menselijke perspectief daarin wordt begrepen. Voor dát perspectief zijn sommige vieringen meer of minder geschikt. Met name de feesten die sterk op etnische exclusiviteit zijn gebaseerd, passen daar niet goed meer bij. In feite ontwikkelt zich hier en-passant een nieuwe invulling van religie, gebaseerd op individueel bewustzijn en ervaring van de betrokken mensen. Met andere woorden: religie wordt vrij in plaats van afgeschaft. Dat is een groots, algemeen menselijk ontwikkelingsideaal.
•
• Openingsbeeld: ‘Shavuot’ - joods wekenfeest, palestijns oogstfeest en christelijk pinksteren • De gratis digitale Nieuwsbrief van Ein Bustan wordt uitgegeven door de werkgroep Ein Bustan in Nederland. Deze verschijnt 2x per jaar en kunt u bestellen via
[email protected] Carnaval bij Ein Bustan (foto: Rafael Ben Moshe)
52
Seizoener
estafette de biologische eetwinkel
Jong geleerd...
* Ov er * Gr de kip e anen n he t zonn boorde ei vol * Le e k r a nte in d cht e ke * Od u vol v in-imke ken r erwa chtin Nieu g w Nee sgierig? mn Odin ud V mee oorjaar e s in o nze pecial wink el!
EEstafette s t a f e t t e ddee bbiologische i o l o g i s c h e eetwinkel e e t w i n k e l kiest k i e s t voor v o o r 100% 1 0 0 % biologisch b i o l o g i s c h en e n eerlijke e e r l i j k e prijzen! prijzen! O Ontdek ntdek oons ns iinn A Alkmaar, Arnhem, Bergen, Breda, reda, lkmaar, Amersfoort, Amersfoort, Amsterdam Amsterdam (Bos (Bos en en Lommer, Lommer, Ceintuurbaan, Ceintuurbaan, Zeeburg, Zeeburg, Westerpark), Westerpark), A rnhem, B ergen, B Delft, Maastricht, Nijmegen, Utrecht Delft, Dordrecht, Dordrecht, Driebergen, Driebergen, EEde, de, LLeidschenveen, eidschenveen, M aastricht, N ijmegen, U trecht eenn ZZutphen utphen
Kijk K i j k op op w www.estafettewinkel.nl w w. e s t a f e t t e w i n k e l . n l
Seizoener
53
Samenleving
54
Seizoener
3.0 Vrijheid, gelijkheid en broederschap
SAMENLEVING
economische proces volgens het principe van de broederschap in te richten. De leuze van vrijheid, gelijkheid en broederschap tijdens de Franse revolutie was volgens Steiner een onbewuste uitdrukking van een diep menselijk verlangen. Scherpzinnige denkers hebben daarbij opgemerkt dat deze drie idealen onderling strijdig zijn – en daarom nooit tegelijk kunnen worden gerealiseerd. Steiner’s antwoord daarop luidde echter, dat elk principe op zijn eigen terrein thuishoort – en ze elkaar zo juist aanvullen. Wat betekent dit nu in de praktijk?
Geestesleven: vrij onderwijs TEKST ARJEN NIJEBOER
Het is vrij onbekend dat Rudolf Steiner een eigen maatschappijvisie heeft ontwikkeld: de sociale driegeleding. Deze visie geeft de samenleving vorm in drie van elkaar onafhankelijke gebieden: het geestesleven, het rechtsleven en het economisch leven, die elk volgens hun eigen principe functioneren – respectievelijk vrijheid, gelijkheid en broederschap. Net als de mens is de samenleving een organisme: een levend geheel van onafhankelijke gebieden die steeds op elkaar inwerken en elk een bijdrage leveren aan het geheel. De uitwerking hiervan levert verrassende conclusies op.
Elk mens, zei Steiner, heeft drie belangrijke behoeftes. Ten eerste wil hij zich als individu ontplooien, zin ervaren en waarheden ontdekken. Dat doet hij in het zogeheten geestesleven: het gebied van kunst, religie en wetenschap, waar ook onderwijs en media deel van uitmaken. Omdat iedereen zich anders ontwikkelt, is hiervoor vrijheid noodzakelijk. Bovendien kan waarheid alleen in vrijheid worden geboren. Verder wil de mens op basis van gelijkheid meepraten en beslissen over de regels en afspraken die voor hem en zijn medemensen gelden. Dat doet hij in het politieke en rechtsleven: het gebied waarin de wederzijdse rechten en plichten worden vastgesteld. Tot slot heeft elk mens behoefte aan alles wat nodig is voor z’n fysieke bestaan: voedsel, kleding, onderdak, transport etcetera. De economie heeft als taak om voor iedereen die bestaansvoorwaarden te scheppen. In onze huidige complexe samenleving met een ver doorgevoerde arbeidsdeling werkt iedereen tegenwoordig voor de ander en niemand meer puur voor zichzelf, aldus Steiner – en daarom is het logisch om het
Het onderwijs is een cruciaal onderdeel van het geestesleven. Politici willen ‘innovatief’ onderwijs dat flexibel inspeelt op nieuwe (economische) ontwikkelingen en maatwerk levert. Maar volgens Steiner kan het onderwijs dat het beste doen in vrijheid. Overheidsbemoeienis werkt verlammend, bureaucratiserend en sterk kostprijsverhogend op het onderwijs. Steiner zou gruwen van de schoolinspecteurs, kerndoelen, eindtermen, Cito-toetsen en staatsexamens die de overheid de scholen tegenwoordig oplegt, evenals de dure en logge bureaucratie die daar het gevolg van is. Het ‘vrije’ van de vrijescholen duidde oorspronkelijk dan ook niet zozeer op de pedagogie, maar op de wens om vrij te zijn van overheidsbemoeienis. In onze huidige samenleving neemt de overheid eerst het schoolgeld weg bij de burgers, om het pas terug te geven op voorwaarde dat je kinderen naar een door de staat gecontroleerde school gaan. Ook via haar kerndoelen, landelijke examens en schoolinspecties dwingt de overheid indirect onderwijsmethodes af die niet zozeer het belang dienen van het zich ontwikkelende kind, maar vooral die van de staat. In ons geval worden kinderen vooral opgeleid om soepel te functioneren binnen de economie. Dat ‘economische ideaal’ wordt op zich weer aangestuurd door een nogal eenzijdig cognitief en materialistisch mensbeeld, dat impliciet gehanteerd wordt. De overheid zou er beter aan doen om af te wachten welke nieuwe kwaliteiten een nieuwgeboren generatie met zich meebrengt – en niet deze frisse bron bij voorbaat droogleggen, met eisen vanuit een bestaande orde. Ook gaat de overheidsbemoeienis een vrije concurrentie tussen de verschillende onderwijsmethodes tegen. Als iedere school gedwongen wordt om op één bepaalde manier te werken, kunnen betere methodes zich in de praktijk niet bewijzen. Interessant is dat concurrentie volgens Steiner misplaatst in de economie, maar volop geldig in het geestesleven is. Nederland kent relatief weinig onderwijsvrijheid. Zo heeft Finland uitstekend onderwijs maar geen schoolinspectie. In Amerika, Engeland of België mag je je kind zelf les geven via thuisonderwijs. In de Verenigde Staten krijgen één miljoen kinderen momenteel thuisonderwijs – volgens onderzoek presteren deze bovengemiddeld goed bij officiële examens en het doorstromen naar hoger onderwijs. Ook blijkt uit onderzoeken van professor James Tooley naar privéonderwijs in ontwikke-
Seizoener
55
lingslanden, dat staatsgecontroleerd onderwijs veel duurder en kwalitatief slechter is dan vrij (privaat) onderwijs. Het vrije geestesleven – en dus ook het onderwijs – zou volgens Steiner niet door conditionele overheidssubsidies, maar door ‘schenkgeld’ gefinancierd moeten worden. Dat is de ‘zuivere winst’ uit het bedrijfsleven die overblijft als iedereen zijn rechtmatige aandeel heeft ontvangen (‘Een andere kijk op geld’, Rudolf Mees, 1986). Schenkgeld, leengeld en koopgeld vormen drie geldstromen die volgens Steiner de samenleving gezond houden. Onze huidige overheidssubsidie is eigenlijk een verwrongen vorm van schenkgeld. Werkelijk vrij onderwijs, zoals dat uit onvrede wellicht steeds meer gaat ontstaan, zal er heel anders uitzien dan onze huidige massale, onpersoonlijke structuren. Men is vrij om voor een school te kiezen, of het onderwijs op een andere manier te organiseren. De scholen worden gerund door leraren die niet zozeer werken vanuit overheidsvoorschriften, maar vanuit hun intrinsieke motivatie en zelf verworven inzicht. Er is een grote mate van vrijheid bij de keuze van onderwijsmethodes en inhouden. Niet alleen het hoofd, maar ook het hart en de handen zullen worden ontwikkeld. Het uniforme jaarklassensysteem kan ingeruild worden voor natuurlijker onderwijsvormen. Het onderwijs als geheel zal veel pluriformer zijn dan nu, waardoor ook de niet-middenmoters een passend plekje kunnen vinden. Van een dergelijk onderwijs zal een heilzame werking uitgaan op de rest van de samenleving.
Rechtsleven: als gelijke meebeslissen Wat betekent echte gelijkheid in het rechtsleven? Volgens Steiner moeten wetten niet alleen voor iedereen in gelijke mate gelden, maar zou iedereen ook in gelijke mate moeten kunnen meebeslissen over deze wetten. In onze tijd klinkt de roep hierom steeds luider (‘politici doen maar wat ze willen’). Steiner prees de directe democratie in Zwitserland – dit land wordt helemaal geregeerd per referendum. Er bestaat nog steeds een gekozen parlement, maar burgers kunnen daarnaast ongelimiteerd referenda aanvragen over wetten die door het parlement werden goedgekeurd. Bovendien kunnen ze referenda afdwingen over door henzelf geschreven wetsvoorstellen. Op lokaal niveau gaat het zelfs nog een stapje verder. In de meeste Zwitserse gemeenten en in enkele kleine kantons bestaat geen klassieke gemeenteraad maar beslissen de burgers eens per jaar op het marktplein met handopsteken over alle wetsvoorstellen die in het afgelopen jaar zijn voorbereid. Zo heeft iedereen even veel directe invloed op de politieke gang van zaken. Momenteel liggen er in de Tweede Kamer twee wetsvoorstellen die ook een beperkte vorm van referendum in Nederland willen invoeren.
zijn eigenlijke taak: het efficiënt voortbrengen van goederen en diensten waar consumenten om vragen, zonder ruimte voor al te veel egoïsme. Zo stelde hij dat kapitaalmiddelen – gebouwen, machines en geld dat een bedrijf nodig heeft om te produceren – in handen zouden moeten zijn van het geestesleven, dus van bijvoorbeeld stichtingen zonder winstoogmerk. Kapitaal kan dan niet meer worden verhandeld. De enige taak die een beherende stichting heeft, is te zorgen dat een capabele ondernemer productief werkt met het kapitaal. Dat is namelijk in ieders belang. Handel in kapitaal is niet in het belang van de consumenten of de medewerkers, maar slechts van de kapitaalbezitter. Als kapitaal niet meer verhandeld kan worden, kan de ondernemer zich volop richten op zijn eigenlijke taak: producten en diensten voortbrengen waar de consument behoefte aan heeft. In Europa bestaan honderden ondernemingen die al zo werken. In Nederland hebben de bedrijven van de Sleipnirgroep hun kapitaal bijvoorbeeld in een stichting ondergebracht. Ook de Triodos Bank heeft een dergelijke eigendomsconstructie en kan nooit worden verkocht. Steiner wilde verder de inkomens van alle bedrijfsmedewerkers niet door economische marktfactoren laten bepalen, maar door het recht. Alle medewerkers, inclusief de ondernemer en de topmanagers, zouden onderling in een rechtsverband als gelijken tot een verdeling van de totaalinkomsten van het bedrijf moeten komen. Een voorbeeld: in de Spaanse Mondragon-coöperaties stemmen de in totaal 83.000 medewerkers democratisch over de zogenaamde ‘loonvorken’ – dat is de maximale verhouding tussen het hoogste en het laagste inkomen. In Mondragon-coöperaties mag de hoogste man gemiddeld niet meer dan vijf keer het minimumsalaris verdienen. In zo’n situatie is er weinig ruimte meer voor zelfverrijking door een bedrijfstop.
Zo gek nog niet Steiner’s voorstellen, waarvan ik hierboven een paar voorbeelden heb genoemd, waren in zijn tijd bepaald radicaal. Dat zijn ze nog steeds. Maar wie ze op zich laat inwerken en de samenleving erdoor bekijkt, kan net als de wijze, inmiddels overleden Rudolf Mees, voormalig bestuurslid van NMB Postbank, oud-lid van de SER en oud-voorzitter van de Bond van Vrije Scholen tot de conclusie komen dat ze zo gek nog niet zijn. In ieder geval is vriend en vijand het erover eens dat de huidige samenleving vol misstanden zit die aangepakt moeten worden. Steiner gaat daarbij naar de wortel: het drieledige, onderling verbonden organisme dat een gezonde samenleving is.
•
Arjen Nijeboer is journalist en geesteswetenschappelijk onderzoeker. Hij is gespecialiseerd in de
56
Economie: beteugeling van het egoïsme
sociale driegeleding. Binnenkort verschijnt van hem ‘Vrijheid, gelijkheid, broederschap: voorstel-
Tegenwoordig is het egoïsme in het bedrijfsleven een hot item: de graaicultuur onder topmanagers; bedrijven die worden kaalgeplukt, opgesplitst en doorverkocht voor de winst van enkele kapitaalbezitters – terwijl klanten en personeel alleen maar nadelen ondervinden. Steiner had een aantal fundamentele oplossingen om de economie weer terug te brengen tot
len voor de maatschappij-inrichting van de 21e eeuw’ bij uitg. Nearchus.
Seizoener
Literatuur: • De kernpunten van het sociale vraagstuk, Rudolf Steiner | Uitg. Christofoor • Een andere kijk op geld, Rudolf Mees | Uitg. Christofoor • Trias Politica Ethica, Ruud Thelosen | Uitg. Nearchus
Komen jullie ook? zomervakantie kinderen gratis + weekendkorting in natuurvriendenhuizen
Lettelbert De Hondsrug Allardsoog De Meenthe Het Hunehuis Het Zeehuis Banjaert Krikkenhaar Den Broam ABK-huis Koos Vorrink Het Hallse Hull De Bosbeek August De Grutto Reitsma De Kleine Rug Morgenrood
Eikhold De Gele Anemoon
www.nivon.nl/kortingsacties
www.campingderoos.nl !!.6!.3!#ƫāĀƫđƫĈĈăćƫ ƫ!!.6!ġ))!*
NATUURTALENT.EU N
(BOOM)HUTTEN BOUWEN BUSHCRAFTEN VUUR MAKEN WILDSPEURTOCHTEN BOOGSCHIETEN NATUURTHEATER NATUURFOTOGRAFIE MUZIEK HEERLIJK ETEN
Komen jullie ook logeren logeren in een stoere, stoere, gezellige en volledig ingerichte safaritent van FarmCamps? FarmCamps? Een weekend FarmCamps FarmCamps is een onvergetelijk onvergetelijk en leerzaam boerenavontuur boerenavontuur voor het hele gezin. een hoogseizoentoeslag en vanaf € 13,- p.p.p.n.*
SPANNENDE VERHALEN
MELD JE AAN OP OF BEL 06 34017919
Ook voor schoolkampen of logeerweekend
er s onen. personen. vo o r 6 p i d w e e k voor midweek en m een an e a s i s vvan basis Op b **Op
nl pss..n amp mcca arrm ffa Seizoener
57
Rubriek lezen
58
Seizoener
Rubriek lezen
59
LopendeVuurtjes
SAMENSTELLING HESTER ANSCHÜTZ
Goed bezig Het goede bericht was volop in de pers de afgelopen maand, maar voor wie het toch gemist heeft: het aantal leerlingen aan de vrijeschool is de afgelopen acht jaar met ruim 22% gegroeid.
• Bonnefanten College, 359 leerlingen, 125%
bijvoorbeeld een filmpje van de leerlingen van
(Maastricht - Bonnefanten College, locatie
de Steinerschool in Antwerpen, die hun winter-
Bernard Lievegoed School)
concert in de Sint-Walburgiskerk laten zien.
• Scholengemeenschap Breda, 7 leerlingen, 3% (Breda - Michaël College Prinsenbeek) Bron: www.vrijescholen.nl en www.aob.nl
Dat meldt de Vereniging van vrijescholen. In
Bekijk het op youtube.com onder ‘Steinerschool Antwerpen: winterconcert basisschool 2012’ Bron: antroposofieindepers.blogspot.de en www.svzh.nl en www.nieuwsblad.be
totaal gaat het om 1.464 extra leerlingen. Het
De gelukkige leraar
afgelopen vijf jaar en alleen aan de bovenbou-
PEC Zwolle-coach: ‘Vrijeschool is een geweldige opleiding’
wen. De onderbouwen lieten volgens het
Art Langeler, trainer bij de voetbalclub PEC
leraren op Duitse vrijescholen gelukkiger zijn
ministerie in de afgelopen jaren juist een daling
Zwolle, laat zich positief uit over de vrije school,
dan hun collega’s aan het Duitse reguliere
van 1,5% van het aantal leerlingen zien. Ook
waar hij zelf als leraar heeft gewerkt. ‘Ik ben
onderwijs, nu is het volledige rapport van het
hier gaat het echter de goede kant op, want
een man van de praktijk. Ik heb niets met cijfer-
onderzoek verschenen, waaruit deze conclusie
sinds vorig jaar groeit ook het leerlingenaantal
tjes,’ zegt Langeler in de krant De Stentor.
afkomstig was. Nu blijkt dat het geluksgevoel
aan de onderbouwen absoluut gezien.
‘Je leert het meest door te doen. Ik heb ook
van de leraren mede aan het werk van Rudolf
De stijging van het aantal leerlingen aan het
les gegeven op de Vrije School in Meppel. Een
Steiner te danken is. Ruim tachtig procent van
voortgezet onderwijs van de vrijescholen is ster-
geweldige opleiding omdat men daar de praktijk
de ondervraagde leraren noemt Steiners ideeën
ker dan die in het hele voortgezet onderwijs.
direct koppelt aan de theorie. Tijdens lessen
motiverend en een steun in hun werk.
Daar steeg het aantal leerlingen slechts met 3%.
natuurkunde leren jongeren tegelijkertijd hoe ze
Daarnaast is de grote vrijheid die de leraren in
Reden van de groei is volgens de Vereniging van
een fiets in- en uit elkaar schroeven. En bij bio-
het vrijeschoolonderwijs krijgen het onderwijs
vrijescholen dat de behoefte aan veilige en
logie en voedingsleer werken de leerlingen ook
zelf vorm te geven, een belangrijke reden voor
kleinschalige scholen toegenomen is.
in een volkstuin. Boeken en technieken zijn
het goede gevoel van de leraren. Elke zevende
De goede resultaten, vermeld in het schoolpre-
slechts hulpmiddeltjes. Door te handelen kom je
leraar liet dan ook weten met zijn pensioenge-
staties-onderzoek van onderwijssocioloog Jaap
je sterke en zwakke kanten tegen. Als coach en
rechtigde leeftijd zijn werk aan de vrijeschool
Dronkers uit december 2012, helpen wellicht
docent is het mijn taak de beste omstandighe-
wel voort te willen zetten. Dat is vier keer zoveel
ook mee het leerlingenaantal aan vrijescholen te
den te creëren voor een leerling of speler zodat
als in het reguliere onderwijs.
laten stijgen. Over dit onderzoek kun je meer
hij of zij zich kan bekwamen.’
Bron: www.dasgoetheanum.ch en www.anthromedia.net
lezen in het artikel ‘Het cijfer van Dronkers’ in
Bron: ‘Langeler toe aan volgende stap in trainerswereld’
deze Seizoener.
in www.destentor.nl (27 januari 2013).
ministerie van OCW ziet de groei overigens iets minder rooskleurig, vanuit hier komt ook de melding van een groei, maar van 13% in de
Schreven we in de vorige Seizoener al dat
Meer bovenbouwen Groei leerlingenaantal aan vrijescholen in Nederland van 2004 - 2012, per regio:
Beeld zegt meer
• Zuidwest Nederland, 391 leerlingen, 27%
scholen groeit en een logisch gevolg hiervan is
(Leiden - Marecollege, Den Haag - De Vrije
Vrijescholen hebben echt youtube ontdekt om te
dat er nieuwe scholen bijkomen. In Roermond
School Den Haag en Rotterdam - Rudolf
laten zien wat hun onderwijs inhoudt. Hun film-
start er komend schooljaar een bovenbouw aan
Steiner College)
pjes worden ook steeds professioneler. De
het Broekhin College en in Zwolle speelt men
nieuwste filmpjes zijn van vrije school Den
met hetzelfde idee. Hier zal de bovenbouw
(Zutphen - Vrijeschool Zutphen VO en
Haag, gemaakt door SterkMedia – op
onder de vlag van de Van der Capellen-
Groningen - Parcival College)
youtube.com te vinden onder de titel ‘Vrije
scholengemeenschap varen. Binnen twee jaar
School Den Haag, veelzijdig en gevarieerd naar
moet duidelijk zijn of het initiatief kan uitgroeien
(Zeist - Stichtse Vrije School, Nijmegen - Karel
een goed diploma’. En de samenwerkende vrije-
naar een volwaardige school. De school gaat
de Grote College en Eindhoven - Novalis
scholen Zuid-Holland hebben hun best gedaan
van start als voor 1 april tenminste 24 leerlingen
College)
op een zeer bezienswaardige productie van
aangemeld zijn. De leerlingen van de Zwolse
• Noordwest Nederland, 366 leerlingen, 25%
maar liefst zes minuten. Deze vind je onder
onderbouw moeten nu nog uitwijken naar de
(Amsterdam - Geert Groote College, Haarlem -
‘Informatie over de vrijeschool en het vrije-
bovenbouw in Zutphen of Groningen.
Rudolf Steiner College en Bergen - Adriaan
schoolonderwijs’.
Bron: www.broekhin.nl en
Roland Holstschool)
Ook onze zuiderburen doen aan youtube, met
antroposofieindepers.blogspot.de
• Noordoost Nederland, 60 leerlingen, 4%
• Zuidoost Nederland, 281 leerlingen, 18%
60
Het aantal leerlingen met interesse voor vrije-
Seizoener
De leukste meester van Nederland
Het architectenbureau en de opdrachtgever ont-
manier gaat de school toch verder.
vingen gezamenlijk een cheque van 5000 euro
Vervolgens kregen de gezinnen met kinderen op
en een oorkonde.
de vrijeschool het afgelopen jaar van de over-
Meester Kees, de leukste meester van
Bron: www.onix.nl, www.michaelschoolleeuwarden.nl,
heid te horen dat zij zouden worden beboet, als
Nederland, geeft les aan de vrijeschool in Uden.
www.architectenweb.nl
zij hun kinderen nog naar Ein Bustan zouden
En dat zeggen niet alleen zijn leerlingen, maar
sturen. Vier gezinnen namen hun kinderen terug
ook een heuse jury. Namelijk die van de wed-
van de lagere school en van de kleuterklas,
Afrikaanse les in de polder
waardoor ook dáár een financiële en sociale
populaire serie kinderboeken geschreven door
Zin in een dagje Afrikaanse thema’s op school?
schooljaar.
Mirjam Oldenhave. De film Mees Kees won de
Dan kun je je bij het Internationaal Hulpfonds
Bron: Ein Bustan nieuwsbrief Advent 2012,
Cinekid Publieksprijs voor beste Nederlandse
melden om de Keniaanse artiest Komora te boe-
www.ein-bustan.org
kinderfilm het afgelopen najaar.
ken. Hij is van 25 mei tot en met 23 juni in
In de wedstrijd die de uitgeverij vervolgens uit-
Nederland en bezoekt dan scholen om work-
schreef, konden alle kinderen van Nederland
shops dans, zang en drums te geven. Hij wil op
hun meester of juf nomineren. De kinderen van
deze manier geld inzamelen voor de Mbagathi
de vrijeschool in Uden deden dat massaal en
school in Kenia, een school voor de allerarmsten.
stuurden niet alleen formulieren in, maar ook
Bron: www.internationaalhulpfonds.nl
strijd, uitgeschreven door de uitgeverij Ploegsma naar aanleiding van het verschijnen van de film ‘Mees Kees’. Deze film is gebaseerd op de
druk ontstaat. Ondertussen probeert de school toch een licentie te krijgen voor het lopende
De Vijfster uit Apeldoorn zingt mee in MatthäusPassion
foto’s, filmpjes en twee schilderijen. Hun
De leerlingen van klas 5 en 6 van Vrijeschool
meester Kees werkt al meer dan veertig jaar in
‘De Vijfster’ in Apeldoorn leveren met Pasen een
het onderwijs en zal volgend jaar met pensioen
VN prijst vrijeschool
gaan. Waarom is meester Kees zo leuk? Hij leert
bijdrage aan een bijzondere uitvoering van de Matthäus-Passion van J.S. Bach. Samen met
kinderen rekenen met flippo’s, maakt als het
In het Duitse Mannheim staat sinds tien jaar een
een professioneel kamerorkest, solisten en een
vriest een ijsbaan op het schoolplein en bouwde
bijzondere vrijeschool, waar driehonderd kinde-
kamerkoor van 30 amateurzangers. Het optre-
met hen een tuinhuis in de schooltuin. De klas
ren van 33 verschillende nationaliteiten les krij-
den was op zondag 24 maart in de Protestantse
mocht als prijs de film in de bioscoop gaan zien.
gen. De VN heeft deze school nu uitgeroepen tot
kerk De Hofstad in Apeldoorn.
Bron: www.bd.nl
voorbeeldproject van duurzame ontwikkeling.
Onder leiding van muziekdocente José Mol van
Het vrijeschoolonderwijs blijkt zeer geschikt te
De Vijfster studeren de 21 leerlingen diverse
zijn om scholieren met verschillende migratie-
gezongen stukken uit de juniorversie in. Het
Geslaagde Friese samenwerking
achtergrond duurzaamheid en een gevoel van
gaat om het door Bach geschreven ‘in ripieno’,
sociale rechtvaardigheid bij te brengen. De jury
een toegevoegde sopraanpartij. De speciale
prijst de vrijeschool, die laat zien hoe het onder-
uitvoering is een initiatief van Stichting ‘Gewoon
Het ontwerp van vrijeschool De Michaëlschool in
wijs van de toekomst eruit kan zien.
Klassiek’ die de Matthäus-Passion voor een
Leeuwarden, gemaakt door architectenbureau
Bron: www.anthromedia.net
breed publiek toegankelijk wil maken en met
Onix, heeft de Vredeman de Vries Prijs voor
name ook de jeugd wil bereiken.
Architectuur 2012 gewonnen. Deze jaarlijkse
Op Goede Vrijdag 29 maart is een concert in de R-K Kerk Willibrordus te Boven-Leeuwen om
in de vormgeving uitgereikt en betreft een
Israëlische overheid dreigt ouders vrijeschool met boetes
geslaagde samenwerking tussen opdrachtgever
De vrijeschoolse onderbouw Ein Bustan in Israel,
Op www.passieprojectmattheus.nl is meer informatie
en ontwerper.
die bewust zowel Arabische als Joodse kinderen
over de eigentijdse uitvoering te vinden.
De jury koos dit keer unaniem uit een selectie
les geeft, krijgt sinds vorig jaar heftige tegen-
van eenentwintig genomineerde projecten voor
werking van de Israëlische overheid. De subsi-
het ontwerp van architect Allart Vogelsang.
die voor de lagere school die in 2011 van start
Vogelsang ontwierp de Michaëlschool in
ging, werd in maart 2012 stopgezet. De school
opdracht van Stichting Vrije Scholen Athena uit
moest gesloten worden en mocht niet onder de
Deventer. De samenwerking vond de jury te prij-
vlag van een andere school verder. De kinderen
zen, daar de architect met zijn ontwerp respect
moesten naar gescheiden scholen voor Joden
toont voor de onderwijsvisie van de vrije school
en Arabieren gestuurd worden, zoals de
en de opdrachtgever de ontwerper de ruimte gaf
Israëlische wet dat voorschrijft. Door alle kinde-
om een interpretatie van de vormentaal te
ren van de school in te schrijven voor thuison-
vinden. Dankzij een sobere gevelbekleding oogt
derwijs, wat in Israël wel wettelijk is toegestaan,
het gebouw terughoudend. Het interieur daaren-
vond Ein Bustan een oplossing. De twee
tegen is bijzondere verrassend, meent de jury.
bestaande leraren kregen van de ouders de
Geen van de acht lokalen is hetzelfde.
opdracht het thuisonderwijs te geven. Op deze
prijs werd voor de zevende keer door de provincie Friesland uitgereikt. De prijs wordt om het jaar aan een architectuur-project en een project
20:00 uur. Met kinderkoor de Zingende Dopertjes, Puiflijk en klas 6 van Vrijeschool De Vijfster.
Een lopend vuurtje zien branden? Meld het onze redactie! Gebeurt er iets nieuws of spannends bij jullie op school? Laat het ons tijdig weten! Misschien staat het dan in de volgende Seizoener. Mail:
[email protected]
Seizoener
61
Marktplein Heb je een vakantiehuisje te verhuren, geef je workshops of therapie, ben je op zoek naar een kinderlier, een wandelmaatje of wil je reclame maken voor je (kleine) bedrijf? Met de regeladvertenties in de Seizoener bereik je meer dan 18.000 vrijeschoolouders die geïnteresseerd zijn in wat jij te bieden of te vragen hebt!
Coaching
Vakantie / reizen
Coaching en Bezinning Retraites – Workshops De bijzondere retraites zijn in Spanje, Portugal, in Damanhur, Italie. www.innerlijkereizen.info T 0313-795142
Queen Maeve Energiereizen neemt je mee op reis naar bijzondere (pre)historsche plaatsen. Je leert hoe je de nog steeds aanwezige, soms oeroude informatie uit plekken kunt halen en wat je ermee kunt doen. Het is een combinatie van intensief les op locatie, vakantie, genieten en groeien! Zie www.tjeerdgorter.nl voor meer informatie.
De Spiegel, filosofisch-ethische praktijk Deventer. Begeleiding bij levens- en loopbaanvragen, cursussen in filosofisch-ethisch denken & communiceren. www.despiegel.nl 0570-641279 Paarden Helpen! Ontwikkeling en zelfinzicht voor iedereen van klein tot groot. www.paardeninzicht.nl,
[email protected] PaardenInzicht takes you to the next level!
Cursus / Opleiding Aunya leer- en werkplaats biedt inspiratie bij jaarfeesten door middel van gesprek/themaboekjes/verhalen enz. Folder bij L. van Geffen 040-2452443 Cursus Driebergen Ruimte maken voor plezier en persoonlijke groei? Op dinsdag 2 april en op vrijdagochtend 5 april starten we in Driebergen met Basiscursussen Intuïtieve Ontwikkeling. Open lesavond op 12 maart om 19.30. Kennismakingsreadings op 19 maart. Informatie: www.tjeerdgorter.nl
[email protected] of 06 28128145
Gezondheid WWW.GEZICHTSPUNTEN.NL Interessante brochures over gezondheid van lichaam, ziel en geest, geschreven vanuit de antroposofie. Nummer 42 ‘Inenten, waarom wel, waarom niet?’
Muziek CD met 36 liedjes die een reis door het jaar vormen. Gezongen door zesdeklassers Vrijeschool Valentijn Harderwijk als blijvend aandenken. www.cdvalentijnblogspot.nl
62
Seizoener
Vakantiechalet in Friesland nabij de waddenzee, gelegen tussen Harlingen en Franeker. Geschikt voor 4 pers., op rustig recreatiepark. Huur vanaf €250,- per week. Voor meer informatie mail
[email protected] Wandelen met bezinning in binnen- en buitenland. Zie www.wandelnaarjezelf.nl Kleinschalige wandelreizen in groepen onder deskundige begeleiding met oog voor detail. Wandelen in de Bourgogne www.vivelaviewandelcoaching.com www.gabrielle-pot-reizen.nl Verrassende reizen met of zonder kinderen naar bijzondere bestemmingen. Wij adviseren en denken mee over uw droomreis op maat. Bijkomen in een sfeervol appartement op Erve Veldink (Achterhoek: leefgemeenschap/gastenboerderij/groepsaccommodatie): massage, craniosacraalbehandeling, klank, familieopstelling, stilteretraite, biologisch eten... www.erveVeldink.nl - 0545-261448 Mooie zomer doorbrengen in Apeldoorn (tussenwoning) aan bosrand. Periode 22/7 - 25/8 of gedeelte. Fietsen beschikbaar. Verzorging 2 poezen en konijn. Prijs in overleg (06-19422500). Geheel vrij gelegen heerlijk vakantiehuis midden in de Hunzevallei, wei en bosland rondom. Fijne sfeer, nieuwe keuken (geweldig fornuis), 3 badkamers. Geschikt voor 6-8 personen. www.dehoogzit.nl Te huur fijn Frans boerenhuis met heerlijk zwembad in de glooiende Charente. In piepklein gehucht, dorp met winkels en markt op 3 km. Eigen wei omzoomd met bos. Geschikt voor 6 personen. Contact
[email protected]
WWW.FAMILYTOURS.NL Rondreizen door Zuid-Europa voor het hele gezin. Verblijf in sfeervolle en kleinschalige accommodaties. Tel. 020-6232163. Lid SGR Inspiratiereis langs (pre)historische Ierse krachtplekken van 5 t/m 12 mei. Je schoolt al reizend je intuïtie en leert hoe je de nog aanwezige, soms oeroude informatie uit plekken kunt halen en wat je ermee kunt doen. Les op locatie, genieten en groeien, een vakantie om nooit te vergeten! Zie www.tjeerdgorter.nl of mail
[email protected] voor meer informatie.
Verzorging Handen wassen! Met milde, natuurlijke zeep van SOaP7. Ook voor haren en gezicht. Bij eczeem, puistjes, psoriasis. www.soap7.com Margot Rutten 06-133 944 26
Webwinkels Bamboe mooi, duurzaam en veelzijdig. Van speelgoed, handdoeken, sokken tot stoere keukenplanken, vloeren en servies. Allemaal te vinden op Cayboo.nl Juffrouw Pollewop is een gezellige webshop die houten speelgoed, mooie sfeerartikelen en natuurlijke hobbymaterialen verkoopt. Alles met een ‘puur natuur gedachte’. Snuffel gerust eens door onze grote collectie blijmakers! www.juffrouwpollewop.nl Struin eens rond bij 23April en laat je verrassen door unieke, handgemaakte, duurzame producten. Ook voor opdrachten en workshops! www.23april.nl Watermelon Cat Company. Bijzondere speelgoed van bekende kunstenaars en ontwerpers. Kunst om mee te spelen voor kinderen en volwassenen. www.watermeloncat.nl Handgemaakt Afghaans Design. Wollen doeken, kleurrijke kleden en nog veel meer. Eerlijke handel en natuurlijke materialen. www.azizi.nl Roverskind handgemaakte kinderkleding en wollen slaapzakken met gebruik van natuurlijke materialen in frisse kleuren. www.roverskind.nl
Diversen Come together songs Meezingen met Hagara Feinbier vrijdagavond 19 april in Utrecht. Absolute aanrader, een feest, uitbreiding van je wereldliedrepertoire. Op uitnodiging van Madeleine Ingen Housz-PassieProjecten. Info en aanmelden: www.passieprojecten.nl
Abonnementen Vrijescholen Scholen die zich willen abonneren op Seizoener kunnen kiezen uit de volgende mogelijkheden: Kinderboeken, antroposofie, heel veel afgeprijsde titels, ruim 1700 prachtige kaarten en meer: www.abc-antroposofie.nl - de mooiste boekwinkel op het web. De Stichting voor Rudolf Steiner Pedagogie (RSP) zoekt meer donateurs! De RSP ondersteunt initiatieven en projecten t.b.v. de vrijeschoolpedagogie in Nederland. Op www.stichtingrsp.nl is meer informatie te vinden en te vragen, o.a. het jaarverslag 2011. Rek. 212196405 t.n.v. Stichting voor Rudolf Steiner Pedagogie te Zeist. Inlichtingen:
[email protected] of bij Kitty Steinbuch, 0343-512491. Natuurlijke meubels hebben karakter Op zoek naar een unieke buitentafel, tafellamp of bijzettafel? Ambachtelijk, regionaal hout, maatwerk, ook workshops. www.twistedwood.nl Tuintopia is een nieuw kaartspel waarbij je spelenderwijs een tuin aanlegt. Het is leuk en leerzaam tegelijk! Benieuwd? Speel de demoversie en bestel op www.tuintopia.nl Creatief bedrijvencomplex de Klompenfabriek heeft nog werkplekken te huur! Op loopafstand van het station en het gezellige centrum van Utrecht kan je nu als zzp’er, freelancer of kleine zelfstandige je eigen werkplek huren. Voor 180 euro per maand heb je 24/7 een vaste werkplek. www.klompenfabriek.nl
• Seizoener + eigen schoolkatern van 20 pagina’s • Seizoener zonder schoolkatern. Dit is een schoolbreed abonnement voor alle ouders (minimum afname 50 expl.) • Seizoener groepsabonnement van 4 nummers voor ouders via school. Seizoeners worden via het schooladres verspreid. Ouders krijgen afzonderlijk een factuur (minimum afname 10 expl.) Voor meer informatie: 06 28 776 223 of mail
[email protected]
Particulier • Jaarabonnement met schoolkatern
€ 36,-
• Jaarabonnement zonder schoolkatern
€ 30,-
• Los nummer met schoolkatern
€ 9,50
• Los nummer zonder schoolkatern
€ 8,50
• Oude nummers
€ 6,-
Prijzen zijn inclusief btw en verzending. Opgeven / bestellen via www.seizoener.nl
Colofon Verschijning
Aan dit nummer hebben meegewerkt
4 keer per schooljaar
Hester Anschütz Harold Ansink Rehana Begum Ilse Beurskens - van den Bosch Cornelis Boogerd Reyer Boxem Jörgen Caris Daniëlle van Dijk Mayaan Ben Gal Maartje Geels Jac Hielema Lieke Hobus Mena Kiene Maritgen Matter Jet Nijhuis Arjen Nijeboer Evelien Nijeboer Frans Olofsen Lenneke Pluimert Marie-Marth Prins Trix Roem Shutterstock Hapé Smeele Ernesto Werinussa
Oplage
9000 Uitgever
Regeladvertenties • Kost €25,- voor 20 woorden (is tevens minimum afname) • Daarna per woord €1,- erbij • Inclusief btw • Met toezenden bewijsexemplaar €8,50 extra (incl. btw en verzendkosten) • Opgave via e-mail naar
[email protected] • Alleen bij vooruitbetaling worden regeladvertenties geplaatst. Vermeld bij betaling om welke uitgave het gaat • Betaling via Triodosbank t.n.v. Fabrica Media IBAN NL78 TRIO 0212353071
Fabrica Media Ton Werinussa KvK : 23087415 BTW: 168092633B01 Secretariaat Post- en bezoekadres:
Weerdsingel wz 33a 3513 BC Utrecht T 06 15556629 E
[email protected] W www.seizoener.nl Hoofdredactie
Maritgen Matter Ton Werinussa Vormgeving, lay-out
De volgende uitgave, zomer 2013 verschijnt rond 20 juni 2013. Regeladvertentie inzenden + betaling uiterlijk voor 3 juni 2013!
Ton Werinussa Druk Art direction
HSGB - grafimedia
Maritgen Matter
In het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen gebruikt HSGB uitsluitend milieuvriendelijke grondstoffen en FSC-gecertificeerd papier. www.hsgb.nl
Advertenties E T
[email protected] 06 28144954
© 2013 Seizoener - Geen overname zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de rechthebbende.
63
In totaal 320 pagina’s interviews, columns & rubrieken
ONTMOETEN - INSPIREREN - VERBINDEN
4 X OP PROEF VOOR € 12 (stopt automatisch): www.bewustzijnmagazine.nl
BEWUSTZIJN 65;46,;,505:709,9,5=,9)05+,5c59c49;(79cÁ
)LLSKLU\P[ LLUHUKLYL^LYLSK
*OPUH
3L]LUZSLZZLU ]HU:HYHO.V\KZTP[ /HU+LPILY[
,LUHUKLYLRPQRVWWZ`JOVZLZ +L^VUKLYL^LYLSK]HUKL
;VLYTHSPQU /L[ZJOP[[LYLUKLK\PZ[LY]HU
/LYTHU*VVSZ
BP
THNHaPUL
Heeft verschillende producten en diensten ontwikkeld die geschikt zijn voor het vrijeschoolonderwijs • leerlijnen taal en rekenen • een daarbij behorende logboeksystematiek waarin de vaardigheden van leerlingen door middel van kijkwijzers kunnen worden geëvalueerd • methode onafhankelijk leerlingvolgssyteem • werken aan het sociale klimaat in de klas: van kinderspelen tot een volwaardige sociaal-emotionele vaardigheidstraining • leerkrachtenspel voor het leren omgaan met moeilijk verstaanbaar gedrag van kinderen • interventies in de groep • spelwaaier met energizers • effectief projectonderwijs • kunstzinnig onderwijs • ONL dyslexieonderzoek en behandelingen • HGW en HGPD • diverse onderzoeken in het kader van leerlingenzorg
We werken aan inspirerend onderwijs! We doen graag een op uw vraag aangepast aanbod.
[email protected] - www.vrijescholen.com - 0343-524090
te Driebergen Zeist generaties ervaring met lijnolie, natuurverven, • ademende verven en een milieuvriendelijke werkwijze, • ambachtelijke technieken en sluieren, niet duurder dan moderne systemen, wel duurzamer. • vier
Marcel Pince van der Aa F: 0343 - 59 37 75 E:
[email protected] I: www.schildersbedrijfrobvanede.nl
Ringoven 44 • 3961 EJ Wijk bij Duurstede T: 0343-59 37 87 • M: 06-55 37 71 07
debewuste
leesmap
ĞƟũĚƐĐŚƌŝŌĞŶǀĂŶEhŽƉƵǁůĞĞƐƚĂĨĞůǀŽŽƌƐůĞĐŚƚƐΦϭϬƉͬŵ sŽŽƌďĞĚƌŝũǀĞŶ͕ƐĐŚŽůĞŶĞŶŝŶƐƚĞůůŝŶŐĞŶ
BEWUSTZIJN magazine ONTMOETEN INSPIREREN VERBINDEN | NR. 25 | JAN - FEB 2013 | € 4,95
Thema
goedheid | Beelden uit een andere wereld: Rusland
BP
Omdenken met Berthold Gunster | ‘Alles over Niets’: Paul Smit & Julika Marijn Chantal van den Brink laat in haar ziel kijken | Julia Weeda en haar viool Miguel & José Ruiz: één en al liefde | De verlichte wereld van Kaz Tanahashi De juwelen uit de schatkist van yogaleraar Max Strom
Extra dik
winternu
Nieuw in de map: ^ĞŝnjŽĞŶĞƌ͕ƟũĚƐĐŚƌŝŌǀŽŽƌǀƌŝũĞƐĐŚŽŽůŽƵĚĞƌƐ
ǁǁǁ͘ďĞǁƵƐƚĞůĞĞƐŵĂƉ͘Ŷů
mmer
Tempe ramen
tenlee r:
het
de melan cholic
geweten us
Opvoed en met van de kinderte Jeanne Meijs De denkpu kening ber QOudv Bovenb ouw Kunstre QLady Gaga en rijesch olier Steiners is QUnive Dj Jesse kleurenleer Voorn QOnde rsum De QBuite hartenklop rbouw De nland Adazi, van de Melkwe taal vrijeschool g Q88?7 in Letland 8A7kun stenaa r TIJDS Gijs Frieling CHRIF T VOO R V RIJES
CHOO
LOUD
ERS
|
JAARG
ANG 7
|
WINTE
R 201 2
Seizoener
65
www.babynatura.nl
66
j eren het 2
Eig EEi igenttijd ig ijjdds ds Fe Fes est stiiva val n 6 t/
ECO EEC CCO Oll nniie O Olonie
Midden in de hoge bergen van Zwitserland
Hotel en berghuis
Val Sinestra • familiair en prijsvriendelijk hotel op 1500 m. • wandelroutes beginnen voor de deur • zomer- & winterwandelprogramma • begeleide huttentochten • eigen busverbinding met Nederland • vlakbij het Zwitsers Nationaal Park Hotel Val Sinestra 7554 Sent - Zwitserland 0041 81 866 31 05
[email protected] Voor impressies van het hotel en omgeving kijk op
www.sinestra.ch
67
orgeloos ge ond
Culinaire inspirat voor de brunch
ie Culinaire inspiratie
Jouw natuurlijke manier van leven begint in jouw supermarkt Verantwoord boodschappen doen in de
supermarkt
wordt
steeds
www.bio-plus.nl
+ PURE SMAAK + NATUURLIJKE OORSP
RONG + PUUR GENIETEN
knip uit
www.bio-plus.nl + PURE SMAAK + NATUURLIJKE OORSPRONG + PUUR GENIETEN
gemakkelijker. Bio+ heeft al meer
en stuur in voor een gratis receptenboekje!
dan 300 producten van natuurlijke
Naam
komaf met voor ieder eetmoment maar ook in droge kruidenierswaren. Zonder overbodige toevoegingen, maar met de smaak van echte natuur en uiteraard biologisch. Al circa 2.500
Adres Postcode Plaats E-mail
supermarkten voeren steeds meer Bio+ producten. Vraag
ernaar
in
jouw
Stuur deze volledig ingevulde bon op naar Bio+, Antwoordnummer 329, 3860 VB Nijkerk.
supermarkt. Scan voor meer informatie
www.bio-plus.nl + pure smaak + natuurlijke oorsprong + puur genieten
SEIZOENER0313
een verantwoorde keuze. In vers