HET ONGELOOFLIJK SPANNENDE, MAAR WAAR GEBEURDE VERHAAL VAN PAULA EN PIETER
gemaakt door alle kinderen van de Petrus Canisius basisschool
VOOR ALLE KINDEREN
Pieter heeft blauwe krullen. Grappig he. Hij draagt zijn mooiste T-shirt : blauw met oranje. Deze staat heel mooi op zijn blauwe spijkerbroek. En rond zijn ogen heeft hij bijzondere wimpers. Hebben jullie dat gezien?
Paula is een meisje van 6 jaar. Ze heeft lange blonde haren. Ze draagt een roze T-shirt en een roze rok. Ze heeft een gele ring om haar vinger. Ze draagt graag sportschoenen. Ze vindt haar ketting met ronde kralen heel mooi. Ze heeft nieuwe oorbellen en dat zijn dolfijnen. En niet te vergeten heeft ze ook een armband. Ze is een jaar ouder dan haar broer Pieter. Want Pieter is 5 jaar.
Ze gingen wandelen. Opeens hadden ze trek in een ijsje. Ze kwamen bij het huis van de ijscoman en kregen zomaar een gratis ijsje. Wat een feest! Toevallig was het kermis in de buurt. Dat vinden ze leuk. Ze zijn er samen naar toe gegaan.
Zullen we in de zweefmolen gaan? Want dat is spannend. “Durf je ook in het reuzenrad?”, vraagt Paula aan Pieter. “Ja hoor, dat durf ik wel”, zegt Pieter. En samen gingen ze erin.
Maar waar wonen Paula en Pieter eigenlijk? en hoe ziet hun huis er uit? Paula en Pieter wonen in Nijmegen. Ze wonen in de Einsteinstraat. Ze wonen op nummer 108. Ze wonen in een heeel eng huis. Er zitten spoken in …en zombies !
Het huis is zwart met wit.
En er lopen spinnen over de muur...
(
(
Bij het huis is ook een tuin, een grote! Er is een zandbak en die is roze. En een speeltuin en een zwembad met een inktvis. Paula en Pieter vinden het echt fijn om hier te wonen.
en slakken met heel veel slijm...
en boven op het dak zit een draak… een echte!
Als de draak boos is dan spuwt hij vuur. Als Paula en Pieter elkaar slaan of ruzie hebben dan wordt hij boos en spuwt hij 2 keer vuur. Oeh…en belletje trekken als de draak slaapt…oh dan spuwt hij heel vaak.
Op een ochtend werd Paula wakker.“Opstaan, inpakken”, zei ze tegen Pieter. “Eerst ontbijten”, zegt Pieter. “Daarna gaan we naar het vliegveld toe.”
Ze stoppen in de koffer: Zonnebrandcreme Een knuffel Een pyjama Een strandbal Wat handdoeken Spelletjes Zwemspullen Tandenborstel en tandpasta, Gewone kleren en een zonnebril. Dan zegt Pieter : “kom, we gaan onze tanden poetsen.”
Daarna gaan ze met de bus naar het vliegveld in Amsterdam,
Schiphol.
De koffers gaan we eerst in de buik van het vliegtuig. Paula en Pieter stappen in het vliegtuig (het is een groot vliegtuig). Ze gaan zitten bij het raam, want dan kunnen ze van het mooie uitzicht genieten. Paula en Pieter vliegen naar Parijs.
Ze komen aan op het vliegveld van
Parijs...
Eerst moeten ze wachten op hun koffers die op de band liggen. Ze hebben hun koffer gevonden. En dan lopen ze naar hun
hotel.
Paula en Pieter gaan naar hun kamer en pakken hun koffer uit.
Paula en Pieter gaan met de bus naar het strand. Ze nemen mee: Zwemkleren Zonnebrand Strandbal.
Ze gaan daar heerlijk zwemmen.
DE TIJDFELTOREN Pieter en Paula staan op de Eiffeltoren . Pieter zegt: “We gaan naar beneden!” “Oke”, zegt Paula, “Maar ik ga liever met de eikelparachute” Aaaahhhhh een super grote eekhoorn valt de toren aan en ze vallen uit de toren. “Help! help!” zeggen ze. En ze vallen keihard En ze waren beneden “Au! au!” zeiden ze. Dat is raar! Waarom? Opeens waren de mensen holbewoners. Ze zagen mensen uit de geschiedenis.
Paula en Pieter stappen uit de lift. Ze zien dat alles anders is. Er zijn geen autos meer. Ze zien mannen met gekleurde knuppels die sterretjes stof geven.
Wat is hier gebeurt? Ze zien een vliegend tapijt en ze stappen op het tapijt en gaan terug naar de camping.
Als ze bij de camping zijn, gaan ze naar hun bannana-huis. Maar dan zien ze opeens een geel wezentje!!
“Aah, wat is dat?”, zegt Pieter
“Hoi, ik ben Melle” “Iiiieeeee! het kan praten!” roept Paula “schrik maar niet, ik ben er zelf ook net achter gekomen dat ik kan praten!”, zegt gele wezentje
Pieter en Paula vragen aan Melle, de Minion, of hij weet wat er gebeurt is. “Opeens brak de...
regenboog in stukjes,
het viel op mijn banana arm en ik heb hem gebroken! Ik ben bewusteloos gevallen“
Pieter zegt “Oh wat erg! blijkbaar gaat het wel, of moet ik je helpen?“ “Ja, graag. Toen ik bijkwam was alles in de oer-kleur-tijd.” zegt Melle.
“Maar hoe komen we weer in de tijd 2015?” vraagt Paula zich af...
OEKA BOEKA!
Na alles dat er gebeurd was, wilden ze terug naar 2015! Ze besloten om terug naar de Eiffeltoren te gaan. Onderweg kwamen ze oermensen tegen. Een oermens zei: “Oeka Boeka”! Paula en Pieter renden weg, maar toen werden ze omsingeld door oermensen. Paula en Pieter werden gevangengenomen. Na 4 dagen wisten ze een tunnel te graven en te ontsnappen uit de gevangenis. Toen ze buiten kwamen liepen ze even door. Een uur later kwamen ze een groep wilde dieren tegen! Paula en Pieter renden heel hard weg. De groep dieren viel allemaal over een stronk en zaten vast in een plakkerige tak. Gelukkig konden Paula en Pieter zich achter een dikke boom verstoppen. Toen de groep dieren eenmaal los waren, renden ze gewoon zomaar langs hen. Oei, Paula en Pieter waren verdwaald!
Na een paar dagen kwamen ze een
sabeltand-tijger tegen. Pieter zei tegen Paula “oh nee!!!!”
Paula en Pieter renden weg. Ze kwamen bij een rivier. Paula en Pieter zwommen naar de overkant en de tijger verdronk!
Toen ze bij de stad kwamen renden ze als de bliksem naar de
Eiffeltoren.
Eenmaal aangekomen bij de Eiffeltoren zagen ze dat de lift kapot was en de trap was afgesloten. Toen zagen ze een die 3 keer zo groot was dan Pieter en Paula bij elkaar!!!!!
robot
Wat moesten ze doen??
De tijdmachine, zal die het doen? Paula en Pieter weten niet hoe ze terug moeten komen…misschien dat Willie Wortel een foutje heeft gemaakt met een tijdmachine? “Dat zou best kunnen”, zegt Pieter. “Maar hoe kunnen we dat terugdraaien?”, vraagt Paula zich af. “Misschien moeten we terug naar het topje van de Eifeltoren?” zegt Pieter. Samen gaan ze naar het topje van de Eifeltoren en vinden daar een vreemd apparaat. Pieter kijkt goed en ziet dat het een tijdmachine is! Ze proberen hem aan te zetten. Maar dat lukt niet. Dan zegt Melle met een klein piepstemmetje: ”Eigenlijk ben ik professor Willie wortel”. Paula en Pieter kijken elkaar raar aan. Melle zegt: ”Een van mijn uitvindingen mislukte en toen veranderde het me in een alien, die Melle heet!” Paula en Pieter kijken elkaar aan en moesten bijna lachen maar hielden zich in. Paula zegt: “Oh, wat erg.” Toen vroeg pieter opeens: “Maar hoe komt de tijdmachine dan hier?”
“Ja,dat weet ik niet ” zei Willie wortel. “Maar ik kan hem wel proberen te repareren.” Paula en Pieter kijken elkaar aan en juichen! “Maar ik weet nog niet of dat gaat lukken.”
De stekker zit niet in het stopcontact. Pieter doet de stekker er snel in en de tijdmachine begint vreemde geluiden te maken. Ze stappen in de tijdmachine en flitsen weer terug naar onze tijd.
Na 2 minuten weet Melle Willie Wortel wat hij moet doen. Hij begint het apparaat te repareren. 3 uur later is hij klaar. De tijdmachine ziet er zo goed als nieuw uit! Ze willen de tijdmachine aanzetten maar ze kunnen het knopje niet vinden.
Eenmaal terug zegt Pieter tegen Paula: “Zullen we weer terug naar Nijmegen gaan?”
Paula en Pieter bekijken de hele tijdmachine maar kunnen het knopje nog steeds niet vinden. Melle (Willie Wortel) springt op de tijdmachine en ziet het oranje knopje boven op de tijdmachine. Melle drukt het knopje in… niks. Wat nu?!? Pieter ziet het al.
“Goed idee. Lets go!”
WE ZIJN THUIS!
Paula en Pieter zijn net terug uit Parijs. Ze schrikken zich rot! De hele stad ligt plat! Er staat nog maar een huis overeind. “Wat moeten we doen?” zegt Paula geschrokken.
“Kwaak!”
“Misschien moeten we kijken wie daar wonen, Kwaak” Het lijkt wel of Melle veranderd is in een groene Minion kikker. Gekker moet het niet worden, denkt Paula. Even later bellen ze aan.
Trrrrriiiiinnnggggg! “He! die bel ken ik!”, roept Pieter. “Ja, ik ook!” roept Paula. “Dat is onze bel! Dit is onze huis! We zijn gered!” “Kwaak, ik zei het toch!” kwaakt Melle De moeder van Paula en Pieter doet open. “Schatjesssss!! oh, lieverdjes, waar zijn jullie geweest?” “Ik dacht dat jullie dood waren! Jullie zijn wel een jaar weggeweest!“
“We waren in Parijs!” roept Paula. ”En we vonden een zieke gele minion, eh Willie Wortel, eh kikker, die kon praten en ….. en……” “Hohoho even rustig!”, roept de moeder. Een zieke gele Minion Willy Wortel kikker die kan praten? Dat geloof ik niet.” “Het is echt waar!! Melle! Melle, waar ben je? Daar!” En inderdaad, in de verte zien ze een groen stipje. Melle!! Veel geluk! “Kwaak”, roept Melle.
En ze leefden nog lang en gelukkig
CREATIEVE COMMISSIE 2015
Nijmegen