w s u brie e i N f
‘T Wit Huis Spermalie
Rijselstraat 13-15 8210 Loppem 050/28 82 49
Een krant met nieuwsjes en bedenkingen over het leven in het Wit Huis te Loppem. Het nieuwsbrief-team: Peter De Vos, Delphine, Staf, Alexandre, Jochen, , Glenn V. Adinda, en Frieda. Nummer van augustus 2010
Beste lezers, We hopen dat de grote vakantie voor U goed verlopen is. Twee van de Wit Huis reizen zijn al achter de rug, naar Limburg en naar Nederland. Een uitgebreid verslag ervan Een interview met Ignace Michiels, de organist van de kathedraal van Brugge, een bezoek aan het bloedtransfusiecentrum van het Rode Kruis, een bezoek aan het vogelopvangcentrum in Oostende, een interview met een student-priester in deze moeilijke kerk-tijden, de special Olympics en de prestaties van onze zwemmers, tal van uitstappen, kortom er is weer voor elk wat wils. We wensen iedereen een goede start in het nieuwe schooljaar , en voor de Loppemnaars een goede kermis ! Wie deze krant digitaal wil ontvangen, kan nog steeds zijn e-mailadres geven in het Wit Huis. 50 mensen deden dat al, U bent nog steeds welkom. Zo sparen we papier en dat is nog steeds goed voor onze natuur. Veel leesgenot. Tot Kerstmis !
Birger en Peter reden de Ronde van Vlaanderen. In onze vorige krant kon U er al over lezen. Birger van café SintElooi, en zijn kameraad Peter, reden op paaszaterdag de Ronde van Vlaanderen voor wielertoeristen. Ze lieten elke kilometer sponsoren en gaven dit als geschenk aan het Wit Huis. Zo verzamelden ze 2080 euro.
Ze kwamen dit overhandigen op een woensdagavond in mei. Peter trainde vooraf al 3000 km. Hij reed dan ook deze ronde uit. Birger reed meer “op karakter”, zegt hij, en reed 150 km mee. Peter haalde de eindmeet. Nadien zijn vele mensen hen komen feliciteren. Ze zijn een voorbeeld voor vele anderen. Ze werken niet alleen aan hun fysiek, maar ze helpen er ook anderen mee. Wat een nobele ingesteldheid ! Proficiat en hartelijk dank. Birger kan niet alleen goed fietsen, maar hij is ook een goede vader . Kort na de ronde werd zijn tweede kindje geboren. Ze luistert naar de naam Lara. We wensen Peter en Birger het allerbeste en danken hen van harte voor deze krachtinspanning ! Op naar de volgende ronde !
Met de opbrengst kochten we in het Wit Huis een nieuwe tandem en een tafel met vier stoelen voor bij de vogelkooi.
Een bezoek aan het Vlaams opvangcentrum voor vogels en wilde dieren in Oostende. Het is beter bekend als het vogelopvangcentrum, en het bevindt zich dichtbij de luchthaven van Oostende. Maar het geluid van de vliegtuigen stoort hen niet. Op de gevel staat een uiltje met zijn poot in het verband. Een lieve mevrouw, Marie-Jeanne, gaf ons deskundige uitleg. Tal van vrijwilligers werken er in de week een uurtje mee. Tijdens ons bezoek kwamen geregeld mensen langs die een zieke vogel binnenbrachten. Per jaar worden hier 2400 dieren verzorgd. In Vlaanderen zijn er 11 dergelijke centra en over heel België zijn er 23. Vogelbescherming Vlaanderen is de overkoepelende organisatie. Subsidies van de stad, provincie, Vlaamse gemeenschap, lotto, de eigen winkel, en bezoekers brengen geld in het laatje. Ook kerstmarkten, en het inzamelen van lege inktpatronen komt ten goede van dit werk. Jongeren van andere Europese landen komen hier stage doen. Dagelijks komen hier een 5 tal mensen wat bijklussen. Poetsen, voederen, enz… Vogels, wilde dieren uit onze streek, als een vos, konijnen uit de duinen, egels, vleermuizen, een fretje, een steenmarter, je ziet ze hier af en toe in de opvang. Zeehonden worden doorverwezen naar het Sea life center in Blankenberge. Hoe komen de zieke dieren hier terecht ? Een 30 - tal transporteurs , die aan de kust wonen, brengen vrijwillig dieren binnen. 2 voltijdse en 2 halftijdse personen werken hier vast. Olievogels….Vogels die in oliesmurrie terecht kwamen worden hier gewassen. Heel veel boten komen over de Noordzee voorbij en vervuilen de zee. Wilde vogels komen hier overwinteren, de zeekoet vindt hier veel eten maar soms op de verkeerde plaats. Ze gaan in de olie zitten en oeps,…dan pas merkt de vogel dat hij vuil is. Zelf krijgt hij zijn pluimpjes niet meer proper. Hij is dan niet meer beschermd tegen de kou en wordt ziek. Van de olievogels : 6/10 kunnen gered worden. Waarmee mag je een vogel wassen ? Met een soort afwasmiddel. De vette laag van de huid wordt wel kapot gemaakt door de zeep. Met de ramp met de Tricolore zijn duizenden vogels aangespoeld aan onze Belgische kust. Het beste middel is nog steeds een afwasmiddel. Maar we mogen geen reclame maken …! Maar het gaat langer mee ….
Vooraleer te wassen moet de vogel eten en in goede conditie zijn om de stress van het wassen en drogen te overleven. De haardroger voor vogels is er een zoals in het hondenasiel of bij het hondenkapsalon. De vetlaag kweekt weer aan en de structuur van de pluimen die kris kras door elkaar lagen, komt weer in orde, maar dat heeft zijn tijd nodig. Bij het binnenbrengen van een zieke vogel wordt er een fiche opgemaakt met zijn naam,en een nummer. Achteraf krijgt men bericht wat er van het binnengebrachte dier is geworden, ook als het gestorven is. Er is een vrijwillige dierenarts die één maal per week langskomt. Dode dieren gaan weg naar de universiteit, studenten veearts of andere projecten bestuderen dat graag. De andere dode vogels gaan in de diepvries en als er een grote hoeveelheid is, haalt het viltbeluik de overschot op. Veel vogels worden in het verkeer aangereden, een breuk van de vleugel, meestal zijn dat reigers, duiven, en uilen. In de winter is strooizout niet gezond voor de vogels. Veel zout eten is slecht voor de maag en de bloeddruk. Als het vriest is alle water bevroren en elke plas die nog drinkbaar is, dat is er eentje met zout in. Vogels trekken weg als ze geen eten meer vinden. Bij sneeuw wordt het moeilijk. Een ekster slaat zijn voorraad op. Zaadjes en nootjes steken ze weg en ze vinden het terug. Een vogel heeft neusgaten, maar of ze dat ruiken ? Dat konden we niet onmiddellijk oplossen. Deze organisatie in Oostende bestaat al 20 jaar en nu hebben ze een mooi gebouw aan het domein Walraversijde. Er is een samenwerking met bvb. Beernem. Daar kunnen ze röntgenfoto’s nemen. Pootjes of vleugels van vogels gaan niet in het gips , maar worden gespalkt. Er wordt bloed getrokken, koorts genomen, zoals van een mens. Het leukste van dit werk is als je een vogel gered hebt , die je weer kan los laten. Je kan dus maar beter geen vriendschap opbouwen, want de vogel moet leren weer zijn plan trekken achteraf. Hij mag niet afhankelijk worden van de mens. Het ergste wat ze ooit meegemaakt hadden, was eens een kooi, met een watergootje, waar kleine bergeendkuikens door konden. In de kooi ernaast zaten meeuwen en deze hadden eendjes op hun menu gezet. Dat was verschrikkelijk erg. Het watergootje was ruim genoeg om de kleintjes erdoor te halen.
Een roofvogel wordt na zijn genezing weer losgelaten op de plaats waar hij gestrand is. Zo wordt hun territorium gerespecteerd. In de veeartsenkamer worden de dieren op de tafel gelegd om ze te onderzoeken. Hoe word je dierenverzorger ? Kooien kuisen, poetsen, dierenverzorgen. In Roeselare kan je dat leren. Welke ziektes bestaan er in de wereld van de dieren die hier terecht komen ? Ziektes als botulisme zijn zo erg dat vogels niet meer gered kunnen worden. Door een tekort aan zuurstof in het vijverwater zet men soms sproeiers, dat zien we ook in de Brugse reien. Een microbe die geen zuurstof draagt, verlamt de dieren. Ook vissen kunnen dat krijgen. Deze ziekte komt voor door de warmte in de zomer. Met het kopje draaien en spierkrampen krijgen, maakt dat een vogel soms zijn eten niet meer ziet liggen en sterft. Euthanasie is dan nodig om het dier uit zijn lijden te verlossen. Bij de duiven is er een virus waarbij ze de kop draaien. Een soort keelontsteking die korsten vormen in de keel en dat is pijnlijk om te slikken. Ze eten dan niet meer. Een simpele keelspray voor mensen helpt al. Kippen zijn huisdieren en dat behoort tot de boerderij. Normaal gezien worden die hier niet binnengebracht. Parkieten zijn ook huisdieren . Men zoekt dan een opvanggezin. ’s Morgens krijgen de dieren vers eten en drinken.In de loop van de dag kijken men of ze gegeten hebben, en hoeveel er uit het potje is. Als men ziet dat er niets uit is, dan moet men dwangvoederen. Met een spuit wordt er dan in de bek voedsel en medicatie geduwd. We mochten tijdens ons bezoek doktertje spelen met een pluche eend en een spuit. De koorts wordt genomen in de poep van het dier. Soms is het gaatje niet gemakkelijk te vinden door al die pluimpjes. Een gezonde vogel heeft een temperatuur van 40 graden. We leerden van Marie-Jeanne een pootje spalken en kunstmatig voederen. Teken, bloedzuigers, kunnen in de huid van het dier nestelen en opzwellen. Honden, egels , mensen kunnen daar ziek van worden. Met een speciaal tangetje moet je de teken verwijderen. Aan de egels durfden we niet voelen, de stekels kwamen recht. Een hond is er zelfs bang van . In de winter kruipt een egel in zijn holletje om te slapen. Als je in de winter een egel vindt, dan is dat een teken dat er iets aan de hand is en moet je hem binnen brengen. Als je hem wilt pakken, dan neem je hem best bij zijn buikje of met een dikke handschoen. Moraal van het verhaal : als je een zieke vogel ziet, breng hem dan naar het vogelopvangcentrum in Oostende, daar doen ze prachtig werk ! Dankjewel Marie-Jeanne voor de schitterende uitleg en dank dat we het dierenziekenhuis mochten bezoeken.
Special Olympics in Sint-Pieters Woluwe Brussel. De openingsceremonie was in het Jubelpark in Brussel. Mark Boussoufa bracht de olympische vlam mee naar binnen, in de sportarena. Het was zeer koud. We sliepen in een chirolokaal in Meise. Woensdagavond was er heel mooi vuurwerk. Donderdag hadden de twee Glenn’s de 6de en de 4de plaats behaald op de 66 m crawl. Het was een 33 m zwembad in Sint-Pieters Woluwe. Op donderdagavond was er een reünie met het Veldzicht. We aten samen spaghetti. Op vrijdag waren de twee Glenns weer aan de beurt. Glenn V. haalde een 4de plaats op de 66 m rugslag en Glenn W. behaalde brons .Peter DV haalde een 6de plaats op de 66m schoolslag en Jochen een 5de plaats. We hadden veel supporters: Brigitte en Pol, de familie van Peter DV en de familie van Glenn W. ’s Avonds aten we lekkere paella bij Bea en Gilbert, de ouders van Glenn W., die met hun caravan waren komen supporteren. Daarna was er in onze slaapplaats een fuif aan de gang in het jeugdcafé van Meise. Harde muziek zorgde ervoor dat we weinig geslapen hadden. Maar toch waren we weer “fris man” toen we opstonden. Op zaterdag zwommen in de voormiddag Peter DV en Jochen de 33 m schoolslag . Jochen was 7de en Peter DV was de 8ste. Maar ze vergaten Peter DV op het podium te brengen. Daar was hij in ontgoocheld. In de namiddag was er de aflossing en we eindigden met de 3de plaats. Iedereen stond daar dan wel op het podium. Elkeen verorberde de traditionele eind-frietjes op zijn eigen manier. Daarna was het snel naar TV gaan kijken of we in beeld geweest waren. Bij de slotceremonie waren we niet gebleven. Alleen al voor de mooie meisjes wilden onze “mannen” erbij zijn. Al misten we Tine nog steeds. We hebben aan haar gedacht. Volgend jaar met Hemelvaart spreken we af in Limburg, Genk. Met de openingsceremonie in Hasselt.
In mei is het traditioneel de week van de amateurkunsten. In Veldegem namen een aantal kunstenaars van het Wit Huis deel . Adinda schreef een gedicht “slaap rustig” en het hing tegen een boom. Staf exposeerde er met zijn reuzen, Alexandre met flessen, Michiel, Peter De Kock, Lincy en Mieke met hun schilderijen, Valere met de maan, Dominiek met zijn hond. In het jeugdhuis was er veel volk . Brigitte uit de Eninckstraat kwam er glazen wassen. Schepen Arnold, van cultuur sprak de menigte toe. Hij kent ons goed. De familie van Mieke was er ook. We zijn fier dat we erbij waren. Er zit veel talent in het Wit Huis.
Interview met Ignace Michiels , organist van de kathedraal We hadden een ontmoeting met Ignace Michiels in de Reylandtzaal, de orgelklas van het conservatorium. Het is een vroeger Anglicaanse kerk, met engelse woorden op de glasramen. Hij is een BV, een bekende Bruggeling in Vlaanderen. Ignace Michiels is een rasechte Bruggeling, geboren en getogen. Zijn taak is organist zijn in de kathedraal, een groots instrument, de koningin der instrumenten . Hij deed zelf ooit conservatorium en het Lemmensinstituut waar hij in 1986 uitkwam als laureaat. Daarna ging hij studeren in Dallas in Amerika, je weet wel, waar Kennedy werd neergeschoten. Ook in Parijs studeerde hij een tijdje. Daarnaast geeft hij ook les, in het conservatorium. Ook in Gent , één dag op de week, in de Hoges chool waar beroepsmensen opgeleid worden tot beroepsmuzikant. Zijn jongste leerling is 8 jaar, net nog niet met de voetjes aan de pedalen, maar wel al handig in de vingertjes. Ignace heeft 25 leerlingen, zelfs iemand uit Bratislava en uit NL. Je kan maximaal 12 jaar les volgen, maar dan kan je nog niet alles. Oefenen blijft de boodschap. Een van zijn leerlingen studeert nu verder in Parijs. Techniek is noodzakelijk om goed te kunnen spelen. Hij organiseert een 13 tal kathedraalconcerten per jaar, seniorenconcert, jongerenconcert met 1200 luisteraars, en winterconcerten in de stad.
Ook gaat hij veel naar het buitenland. Het verste was Buenos Aires. Trouwmissen speelt hij ook. Matthias Schlübbeck leerde hij kennen in Duitsland. We kennen hem van het kathedraalconcert. Hij runt een hotel aldaar en speelt concerten met panfluit. Met zijn korte armen is hij een echte virtuoos. Het lukt hem aardig om zonder handen alles te doen wat wij ook kunnen. Hij heeft sneller zijn bord leeg dan wij dat kunnen. De dag van een organist ziet er als volgt uit. 6u30 : opstaan, fruit eten , opfrissen, ontbijten Dan gaat hij oefenen en studeren in de orgelzaal om 7u45 .Thuis kan hij ook oefenen maar dat is een kleiner orgel. In Gent begint hij om 8 uur te werken . Op maandag kan hij niet studeren daardoor. Elk weekend moet hij spelen Op een vrije dag, meestal de vrijdag dan studeert hij nog 6 uren. Hij doet aan fitness , dagelijks een uur trainen. Met de koersfiets, samen met zijn zoon Gilles, gaan ze trainen. Naast concerten speelt Ignace ook missen, normaal vier missen per weekend. Hij reisde al over de hele wereld. Zo komt hij wel eens op hemelse plaatsen als de ND van Parijs of de Dom van Keulen, waar hij mag spelen. Die dingen onthoud je wel. Ook voor de radio Klara werkte hij al. Duitsland, NL en Frankrijk heeft een grote orgeltraditie, de Bach liefhebbers, de orgelbouwers uit de 19de eeuw zijn bekend. Orgel en choreografie met Olivia Geerolf bliezen twee jaar terug de orgelmuziek nieuw leven in. Orgel wordt gauw als ouderwets en van de “kerk” beschouwd, maar toch is er een nieuwe belangstelling door jongeren. Ignace speelt ook piano, maar niet zoveel. Piano is immers een slaginstrument en een orgel is een blaasinstrument. Met kleppen die lucht in een pijp binnenlaten. Pijpenrijen en windladen met een opening, zorgen voor lucht in een pijp. Er zijn tongpijpen en labbiale pijpen. Sommige pijpen klinken als een trompet. Trillingen in de pijp zorgen voor het ontstemd geraken.
Naar iemands pijpen dansen : is dansen op de muziek van iemand die op een pijpje of een fluitje speelt, dat wil zeggen, doen wat de andere zegt.
Orgels zijn gevoelig aan koude en warmte en kunnen kapot gaan of vals klinken. De pijpen zijn gemaakt in tin en lood en gevoelig aan uitzetten en krimpen, waardoor de toon kan veranderen. In de kathedraal boven is het koud in de winter. Soms zijn er voor één akkoord te spelen, meerdere pijpen nodig. 20 voor één noot is niet abnormaal. Het klavier van een orgel ziet er uit als van een piano, maar ze zijn heel verschillend. Leren orgel spelen is leren dat je handen en voeten allemaal verschillende dingen doen, en dat is moeilijk. In het Zwarte Woud had Ignace Michiels eens voor dat de volledige elektriciteit uitviel en de orgel niet meer speelde. Het was in het midden van de zomer , nog geen tijd voor kerstliedjes zonder instrumenten , als “Stille nacht” . De organist wordt betaald van de provincie. De kerkfabriek is zijn directe werkgever. Dat is een groep mensen die alle activiteiten regelen van de kathedraal. Ignace is ook nog actief in een projectkoor. Dat zijn een aantal weken dat men dan samenwerkt. Ook in Wiesbaden, Frankfurt is hij actief. Op de vraag wat hij het liefst speelt, is er natuurlijk Bach, maar hij heeft een groot gamma om lievelingsmuziek uit te kiezen. Klassiek of barok en zelfs uit de 20ste eeuw doet hij graag. Ignace woont aan Tilleghem Bos en kent de vader van Alexander goed . Voor de groten der aarde heeft Ignace al gespeeld. Hij kent goed kardinaal Danneels en het Vlaams radiokoor .
Mopje: de meester vroeg aan Jantje waarom er zwarte en witte toetsen op een piano zitten. Jantje zei : “ de witte dienen om trouwmissen te spelen en de zwarte voor begrafenissen !”, meester
Hartelijk dank aan Ignace Michiels voor dit interview. We wensen hem nog veel succes en een goede conditie om mooie muziek te brengen bij de mensen.
Dranouter aan zee in De Panne Het was daar heel leuk en heel gezellig. Peter De Vos vond Laura Lynn goed. En de anderen vonden Flip Kowlier en Milk Inc goed. Yevgeni was goed begrijpbaar. Je kon met de gocarts rijden, je kon je laten masseren aan de handen en voeten en de rug. Je kon in een kast kruipen en een douche krijgen van piepschuimbolletjes. We zijn naar de dieren gaan kijken, er zaten schapen en geiten en konijnen en een pony bij. Er waren 2000 deelnemers waaronder allemaal mensen met een beperking. Dranouter aan zee was een festival , georganiseerd door de Pelgrim. We gaan er zeker volgend jaar weer naartoe.
De reis naar de stille kempen – zonder purp’ren hei in mei 2010 Een verslag van Staf Amel.
Het was een lange rit naar de Kempen. Bij de paters van Westmalle bestelden we soep voor bij onze pick-nick. We kochten er ook Trappist omdat ze dat daar brouwen. Er was een broeder die een filmpje draaide, over het leven van de trappisten in de abdij. In het abdijwinkeltje kon je van alles kopen. Een kanariepietje zei elke morgen roepend “goeiedag” aan de broeder, bleef kwetteren tot hij brood krijgt. Dan zweeg hij voor de rest van de dag. In de winkel hing een klok. We wandelden het hele domein rond, maar het was koud. Deze eerste week van mei was een week vol koude wind. Henk, Gina en Ellen brachten ons de hele week op allerlei leuke plaatsen. We sliepen in bungalows. Aan de receptie bleven we lang wachten om in te schrijven. Gina was inlichtingen gaan vragen en kwam maar niet terug. Henk ging haar zoeken, maar Gina stond in de rij, achter Nederlanders aan te schuiven. Wat een lange file…
De deur van de kamer moest je openen met een kaart en ze opende automatisch. Gelukkig konden we de verwarming aanzetten. Johan sliep beneden en Michiel sliep alleen boven bij Henk. Karel sliep ook boven en Ellen en Gina tesamen boven de kamer van Staf en Valere. Het waren grote bedden en er was niet veel plaats tussen het bed en de muur. Staf en Valere sliepen in een groot huwelijksbed, als twee brave broers verenigd. Het toilet was dichtbij. De badkamer had een zitbad. Er was geen douche. Het water was niet echt warm te krijgen. De eerste avond al was er barbecue binnen. Het was te koud om buiten te zitten. Er zat een grote hond buiten aan het blaffen ! Maar hij was braaf. Veel huisjes zaten volgeboekt omdat het in Nederland vakantie was. Op dinsdag gingen we naar de abdij van Postel, met een poort met allemaal nageltjes. In de middeleeuwen klopten ze veel nageltjes, hoor ! Een gids vertelde over de kruiden in de tuin . In de oude kerk waren beiaardklokken , ze tingelden en tangelden en luidden om 12 uur. Echte boerenkaas kon je daar proeven. Je kon de kaasmakerij bezoeken. Terug in de bungalow aten we lekkere spaghetti. Op woensdag was er markt in Mol . Daar waren doodsklokken aan het luiden. We wandelden de markt rond en Henk kocht bloedworst, witte pens. De hele markt kocht hij op. Plots hoorden we de naam van Staf en Valere roepen. Een mevrouw, die luistert naar de naam Nicole, kende hen nog van vroeger. In het supporterscafé van Tom Boonen dronken we warme soep. Er werd veel gerookt. Na de markt moesten er groenten gesneden worden voor het avondmaal van de volgende dag. Op donderdag bezochten we de Olmense Zoo. Moeder aap was niet tevreden. Ze maakte van haar oren tegen vader aap. Vader mocht niet met haar baby spelen. Ze waren netels aan het eten, iets wat mensen niet kunnen. Maar een aap lust dat wel. Wat verder op lag een leeuw te slapen. Henk maakte hem wakker met een steentje om een foto te kunnen maken. De leeuw keek op om te zien wie dat steentje gooide, maar hij was gelukkig niet boos.
De geitjes roken naar geiten,…kleine aapjes zaten in hun eigen speeltuin, op de wip, net als kinderen, ook in de schommel, en op de glijbaan. Ze hadden een lange staart. We hoorden grommen en knorren, dat bleken everzwijnen te zijn. Een bruine beer en nog veel andere dieren waren te zien. Kangoeroe’s kunnen goed bijten, vraag het maar aan de aap die er een beet van kreeg. Grote witte tijgers zijn gevaarlijk. Handjes thuis houden, als je bij hen langs loopt ! Gelukkig was er een sterke omheining met elektriciteit rond. Er kroop ooit een man in de kooi bij de leeuw en die is doodgebeten. Een van de dierenverzorgers vertelde dat. Een leeuw verzorgen is niet simpel, hij moet eerst verdoofd worden als je bij zo’n dier een wonde moet verzorgen. Ons laatste avondmaal was barbecue en ’s avonds gingen we nog naar de markt. Snel wassen en dan een marktwandeling doen.
Daar was een meisje met een hond. De hond was gaan lopen en Gina hielp hem zoeken. Ze had haar hart voor hondjes niet thuisgelaten. Ellen kocht een hoed van Michael Jackson. Er was daar ook een optreden in het Engels. De laatste dag van de reis moesten we opruimen. Vrijdag, poetsdag, want we moesten de bungalow verlaten. We vertrokken terug richting “Vlaanders”. Onderweg kochten we een frituur leeg en bezegelden deze mooie week met een ijsje. Geen dame blanche maar een Magnum ! Magnum-ificat ! Het was een mooie week !
Blij nieuws ! In mei leggen alle vogels een ei ! Deze lente is Annemie ,opvoedster in het Wit Huis, moeder geworden van een tweede kindje. Een broertje voor Silke. Hij luistert naar de naam Kobe. Leslie volgde enkele weken later , met het blije nieuws dat ze een zusje ter wereld had gebracht voor Kaatje. Het luistert naar de naam Noor. Luid applaus voor allebei en we hopen dat het verder goed gaat met de kleintjes . Misschien gaan ze ooit samen spelen.
Bootuitstap op 11 mei, naar Sint-Martens Latem. Verslag van Peter De Kock.
Het was een gezellige uitstap, vertelt Peter DK. Aan Flanders Expo vonden we gemakkelijk parking. Daar namen we de hermelijntram naar het stadscentrum. Wat verder lag de boot aangelegd. Het was een mooie boot. Bij de heenreis zaten we binnen bovenaan. We voeren door de jachthaven van Gent, met chique jachtboten. Door de natuur “vloeiden” we naar SintMartens Latem langs de Leie. Onderweg zaten er ganzen op hun nest. Ze hadden kleintjes. Het was volop genieten van de natuur. We aten een grote koude schotel op de boot. In SintMartens Latem deden we een wandeling. Maar de regen vroeg ons om ergens binnen te gaan om iets te drinken. Een uur later keerden we terug met de zelfde boot. Dit keer zaten we beneden in het schip en hadden we beter zicht op de eendjes langs de oever. Terug naar Gent waar we aan de kaai om de 5 minuten een hermelijntram terug hadden naar Flanders Expo. Dat was gemakkelijk. Het was een leuke dag.
De reis naar Haamstede Een verslag van Saskia. Het was mooi weer. Haamstede ligt in Nederland. Het is nu ook bekend sedert de Ronde van Frankrijk die er langs reed. Eerst moesten we een band van het busje herstellen vooraleer we konden vertrekken. Koen en Glenn W. fietsten tot in Damme. Van Damme naar Sluis fietsten Saskia en Bart met Dirk en Wouter.
Onze eerste gezamenlijke stop was in Sluis, in frituur ’t Zwin. Na het eten zijn Glenn en Koen naar Sluis en Breskens gefietst en daar werd de oversteek gemaakt met de boot naar Vlissingen. Koen was bang op de boot, hij hield Dirk goed vast. We zijn dan nog van Vlissingen naar Veere gefietst. Saskia, Bart , Jeanine en Adinda volgden met het busje. Ze bleven eerst nog wat in Sluis en daar kocht Adinda een muziekdoosje. In Veere kwamen ze weer samen. Saskia en Jo fietsten dan het restje van de reis van Veere naar Haamstede. Aankomst was 20u00. Dinsdag hebben we uitgeslapen en zijn we eerst boodschappen gaan doen in de Albert Hein, dat is een soort GB. We zagen er een oude bakkerij , er stond een plastic bakker buiten. In een hele grote fietsenwinkel hebben we een nieuw zadel gekocht voor op de tandem. Een deel van de groep ging wandelen aan het strand en een ander deel van de groep ging naar Renessse aan zee. Woensdag zijn we naar Brouwershaven geweest, Bart en Glenn en Saskia zijn ernaar toe gefietst. ’s Middags hebben we gepicknickt in het gras. we gingen naar de boten kijken en deden een terrasje. Donderdag was het in de voormiddag brunch en zijn we gaan wandelen. We aten een hotdog en een meeuw zorgde voor het beleg. Koen en Glenn zijn ’s middags met de tandem naar het zwembad gereden. De rest ging wandelen in een natuurpark. Adinda voelde aan een geitje. Daarna aten we poffertjes op het terras. Vrijdagmorgen moesten we alles inpakken en gingen we naar Middelburg. Saskia kocht kaneelstokjes, dat is iets typisch voor Zeeland. Voor het stadhuis in Middelburg staat er een maquette waar je kan aan voelen. Daarna lieten we een kaarsje branden in de abdij, voor Tine en David. Als we buiten kwamen, zagen we een kruidentuin. Daar waren ze trouwfoto’s aan het nemen. We organiseerden onze eigen trouwpartij. En we leefden nog lang en gelukkig, maar zonder veel kindertjes. De laatste stop was in Damme. Adinda zei dat de reis goed was. Glenn, Saskia, Koen en Jo keerden terug met de fiets naar Loppem.
Lenteconcert van de harmonie van Veldegem Amerikaanse liedjes werden er gespeeld. Staf vond dat niet zo leuk. Hij kende de muziek niet. Christiane vond het goed. De majorettes waren er niet. Staf miste de korte rokjes. Trompetten, trommels , typische instrumenten voor een fanfare, waren te horen. De schepen van cultuur zei dat de volgende keer het optreden niet meer doorgaat in het parochiaal centrum, maar in de turnzaal. En dan kunnen de majorettes wel meedoen. Er is ook een beeldentuin opengegaan in Veldegem. De reuzen van Staf en een paar werkjes van Michiel worden daar tentoongesteld . Het worden nog beroemde Loppemnaars in Vlaanderen
Toneel in Loppem Het eerste deel van het toneel was een ander verhaal dan het tweede. Het eerste deel ging over een jongen en een meisje. De jongen was op haar verliefd maar hij was te verlegen om het haar te zeggen. Hij haalde er zijn vriend bij, met een etentje. Samen kookten ze voor haar. Hij had haar leren kennen in een dancing. Hij draaide cd’s maar ze hoorde de muziek niet zo graag. Het meisje bleef niet lang en mocht niet zo lang wegblijven van haar pa. Ze zijn geen koppel geworden. Het tweede deel ging als volgt: Roger Streuve deed weer mee. Hij had een vrouw , maar een andere man was op haar verliefd geworden. Hij ontdekte een liefdesbrief. Hij was bang om zijn vrouw afgepakt te worden. Hij huurde een detective in, maar wat hij niet wist, was dat zijn vrouw een relatie had met deze detective. “Ga voort” , vloekte hij. De vrouw wou hem niet meer zien. Er was veel ruzie. Het was een mooi toneel stuk. Ze speelden goed en brachten het goed op scène.
Toneel “sporen” in Veldegem Een verslag van Staf. Het verhaal ging over een Poolse familie De moeder was dement en hoorde steeds een trein passeren, maar dat was niet zo in werkelijkheid. De moeder woonde bij haar zoon Stefan toen ze binnenkwamen met een ingrijpend bericht dat zijn vader gestorven was. Kristof is de zoon van Stefan, hij wilde die dag zijn nieuwe vriendin Annelies voorstellen. Lilianne, de jongere zus van Stefan, die hij al jaren niet meer gezien had, kwam plots binnen met haar man Luciën, ze kregen slecht nieuws: “vader is gestorven”. Er werd geruzied over de plaats waar vader moest begraven worden. Het was een mooi toneel .Staf dacht terug aan de dood van zijn eigen vader. Het toneel was goed, maar het is nooit goed dat er iemand moet sterven. Moeder Georgette wist dat haar man gestorven was, ze zei “mijn man is niet goed”. “Nu ben ik alleen zei ze”. Er was een groot applaus, de mensen bleven in de handen klappen. We waren aan het kijken wie dat er in de zaal was, maar we hebben niemand meer gezien die we kenden.
Interview met een priester-student We maakten kennis met Frederik Ghesquire een studentpriester. Hij komt uit Veurne, uit een gezin van vier kinderen. Zijn ouders zijn katholiek. Vanaf het 5de middelbaar begon Frederik erover na te denken om priester te worden. Hij heeft er lang over nagedacht of dat het iets voor hem was. Hij is gaan spreken met mensen die dat ook deden. Hij studeerde eerst twee jaar aan de universiteit van Gent, als burgerlijk ingenieur. Dan heeft hij zijn ingangsexamen gedaan voor priester en hij was erdoor. Deze zomer is hij vertrokken te voet naar Assisi. Dan wil hij een paar buitenlandse stages doen en dan een paar maanden naar Jeruzalem. Onderweg wilt hij goed nadenken over zijn keuze. Hij wil zoveel mogelijk alleen zijn. Vijf jaar is hij al voor priester aan het leren. Daarna moet hij nog één jaar studeren. Later zou hij het liefst priester worden op een parochie. Normaal gezien mogen priesters niet trouwen, hij vindt het soms wel jammer, maar hij heeft gekozen om zich in te zetten voor andere mensen, en daarbij is geen tijd voor gezin. Staf merkte op dat er in de bijbel staat dat Petrus getrouwd was. Waarom mogen priesters dan niet trouwen als zelfs Petrus dat mocht? De eerste priesters waren niet verplicht om vrijgezel te blijven, ze mochten kiezen of ze zouden trouwen, dat is pas verplicht geworden rond de jaren 1200. De kerk vindt dat je een betere priester bent als je niet alle tijd in je gezin steekt. Je gezin moet op de eerste plaats komen en als je zou priester zijn, dan komt de parochie pas op de tweede plaats. In zijn opleiding krijgt Frederik Bijbelstudie en zangles, orgelspelen ( hij kan de basis), Frederik houdt vooral van de verhalen uit het Oude Testament. Kerkgeschiedenis is een moeilijk vak, met alle data om te onthouden. Je moet het van buiten kennen voor het examen. Vakken waar je moet nadenken over de dingen zijn ook niet steeds gemakkelijk, zoals theologie en filosofie. De enige taal dat je goed moet spreken als priester, is je moedertaal. Daarnaast is er nog les in het Latijn, Hebreeuws en Grieks, maar dat is vrijwillig. Frederik kan nog Engels en Frans van in het middelbaar. In zijn vrije tijd gaat hij wel eens naar de film of wil hij boeken lezen. In de vakantie verkocht hij tickets aan de ingang in Plopsaland. Hij kent kabouter Klus heel goed. Frederik draagt “gewone” kleren, alleen een groot kruis aan de hals ,toont dat hij priester zal worden. Zijn eindwerk gaat over de tempeliers. Een echt studentenleven, met kotfuiven, heeft hij niet. Het is een soort internaatsleven en met negen leerlingen kan je niet echt een fuif organiseren. Er zijn er die al wat ouder zijn. Enkelen zijn al in de 50 en in de 40 en fuiven is niet aan hen besteed. Frederik luistert graag naar klassieke muziek. Ook al kan hij metallica af en toe wel eens waarderen. Jochen zou dat wel eens willen in de mis, maar dat zal wellicht niet gebeuren. Gospelmuziek hoort hij ook graag. Er wordt wel eens geplaagd onder de studenten. Iemand zijn deur afvijzen van zijn kamer is al wel gebeurd. De deuropening werd afgeplakt met papier . Het was even schrikken voor zijn kameraad toen hij thuis kwam. Frederik houdt toch wel van het goede leven. Je kan hem steeds plezier doen met witloof in hesp en puree. Hij ging al eens naar Australië naar de Wereldjongerendagen. In Keulen waren ze met meer dan een miljoen mensen die er aan deelnamen. Hoe ziet de dag eruit van een priester – student ? Frederik staat op om 6 uur en moet om tien voor zeven in de kapel zijn. Op zondag is het opstaan om 7 uur. De dag begint met een morgengebed. Elke dag volgt er dan een mis. Dan is het nog maar tien na acht en dan is het ontbijt. Paters in een klooster hebben soms nog
vroegere uren om op te staan. In het seminarie studeren er nog vier paters, naast de negen anderen. Eén is er van Zweden en een is uit Afrika. Om 9 uur begint de les. Dan is er een half uur pauze om 12 uur, met een middagmaal erop volgend. Na de middag is er terug les. Om 18u40 is er avondgebed met psalmen, waarbij men de anderen gedenkt in zijn omgeving. Daarna is er avondmaal en vrije tijd. Om 22 uur gaat hij slapen. In de jaren zestig waren de zwarte lange kleren voor de priesters niet meer verplicht. Frederik wilt zich volledig ter beschikking stellen van de mensen en van de kerk en daarom wil hij niet trouwen. Zo heeft Pater Damiaan ook gekozen om voor zijn mensen te zorgen. Hij is voor hen zelfs gestorven. Bij ons gaat er minder en minder volk naar de kerk, maar in andere landen zie je meer mensen, zegt Frederik. Mensen zijn nu kwaad op de Kerk. Sommigen willen er niets meer mee te maken hebben. Er wordt nog steeds gedoopt en getrouwd maar minder dan vroeger. Andere godsdiensten komen meer op voor hun geloof dan christenen. Al zijn ze dan soms extreem en worden dan fanatiek. In het seminarie, in alle zes jaren zijn er in totaal nog negen studenten. Frederik begon helemaal alleen in zijn eerste jaar. Nu studeert er iemand die 56 jaar is, weduwnaar is, en kleinkinderen heeft. Nu leert hij voor priester. Het klinkt eigenaardig. Frederik kent zelfs een vader en zoon, die allebei priester zijn geworden. Staf denkt met heimwee terug aan de tijd dat de communie op de traditionele manier gebeurde. Het lof en de vespers, en de tong uitsteken voor de communie. Alex denkt dat je daar van ziek kon worden. Een goede priester moet goed kunnen luisteren en staat tussen de mensen. Hij toont het voorbeeld van Christus. Naar de mis gaan mag niet saai zijn. De plaats waar Frederik het liefst naar de mis gaat , is een mis waar je het gevoel hebt dat er een goede gemeenschap is, dat het doorleefd is. Op het tweede verdiep in het Groot Seminarie zitten studenten van de verenigde naties, en de helft van het nieuwe gebouw zijn er studenten van het europacollege.
Andere delen van het gebouw worden verhuurd aan bvb. familiehulp of bezinningen. Misschien gaan we er ooit eens op bezoek en brengen U verslag uit ! Alvast veel geluk aan Frederik in zijn studies en op zijn bezinningstocht naar Assisi !
Familiefeest 2010 Het familiefeest was leuk, de Witte Wolven hebben een optreden gegeven van zes liedjes. De mensen hebben het niet goed kunnen horen omdat er maar één micro was. Het weer was minder goed dan dat ze voorspeld hadden. Gelukkig hadden wij een grote tent. Het Chinees buffet dat Patrick, onze super begeleider-kok klaargemaakt had, was zeer lekker. Rijst, loempia, vlees en vis, scampi’s, kikkerbilletjes, noedels, en kip met heel veel saus. Je kon er tevens wijn of water drinken. Daarna konden we nog onze duimen vingers aflikken aan het dessertbuffet. Het was aangenaam om oude bekenden terug te zien. Daniël zong weer van “vrolijke vrienden”. En wees gerust dat zijn wij. Wie had hier een glaasje te veel op? Of misschien moest hij de overleden nonkel Bob herdenken.
Het airbagfestival in Brugge. In de spiegeltent aan de molens in Brugge was er van alles te doen. We gingen er naar het optreden van Benny Scott en van Le Grand Julot, een accordeonspeler die vroeger al eens op de verjaardag van Leon in het Wit Huis kwam spelen. Hij speelde de tulpen uit Amsterdam, Valencia, en andere bekende liedjes. Patrick en Danny , Johan en Michel genoten ervan. Het was niet echt goed georganiseerd, want toen de avond al om 20.00 uur moest beginnen, stonden alle mensen nog buiten aan te schuiven om kwart voor negen. Benny Scott begon uiteindelijk pas om 22u30 te zingen van zijn Eduardje, met zijn sigaartje en de chef van de statie… Maar we hebben nog steeds Brugge in ons herte, en dat is het voornaamste !
Accordeonmuziek in de Stadsschouwbrug in Brugge In de maand mei doet de stad Brugge elk jaar een festival ter ere van de accordeon. Er was een Slavische avond gepland in de stadsschouwburg. Voor het optreden zijn we eerst iets gaan drinken omdat er in de pauze maar twintig minuten tijd was. Sinds de restauratie van het gebouw is er nu een lift binnen. Het eerste deel was heel mooi. Het Oleg-trio met klarinet, accordeon en contrabas speelde muziek uit Moldavië, Armenië, Albanië en Rusland. Het tweede deel was niet zo mooi, de drum overstemde de gitaar en er was weinig Slavische muziek. Piepende micro’s waren zeer storend. De muziek stond te luid en de zes muzikanten waren niet op elkaar afgestemd. Bezoek van oude bekenden in het Wit Huis. Juffrouw Cecile en meneer Tom, de leraren van Spermalie in Brugge, met nog een paar schooljongeren kwamen ons in ’t Wit Huis bezoeken. Het was leuk om hen eens terug te zien. We hebben hen een rondleiding gegeven, we hebben ook samen koffie gedronken. Er is in Spermalie veel veranderd. Tom geeft nog altijd tuinieren, meneer Patrick gaat met pensioen, en juffrouw Cecile geeft nog deeltijds koken, en zorgt er ook deeltijds voor de GONbegeleiding in andere scholen. We hebben mooie herinneringen aan juffrouw Cecile waarbij dat we dan één keer in een maand mochten koken in het kooklokaal, en ’s middags moesten we dan niet eten in de leefgroep. Dat was erg plezant. We houden daar een warm hart aan over.
Het bezoek aan het bloedtranfusie-centrum. In een bloedtransfusiecentrum kan je vrijwillig en onbezoldigd bloed, plasma of bloedplaatjes geven om zieke mensen te genezen. Het Rode Kruis heeft verschillende diensten, zo is er de Dienst voor het Bloed, de dienst om bloed in te zamelen maar er is ook de Hulpdienst, die bvb op het voetbalveld staat of op een festival of concert…om hulp te verlenen, maar daar is geen bloed aanwezig. We werden ontvangen door Magda Deketele die ons een rondleiding gaf en bij elke stap uitleg verschafte.. We leerden Magda kennen door onze begeleider Wouter, die stage gedaan heeft bij Magda voor een promotie en wervingsactie langs de kust. Hij reed rond met een mobilhome van kuststad naar kuststad om mensen te stimuleren om zich als nieuwe donor op te geven en om meer bloed te geven. Magda werkt al 23 jaar bij Rode Kruis Vlaanderen. Haar taak is donorwerver wat zoveel betekent als elke dag opnieuw naar mensen zoeken die willen bloed geven. We maakten ook kennis met de vader van Wouter, hij is geen dokter, hij is een echte manager, met wit hemd en een das . Wie mag bloed geven ? In principe mag iedereen bloed geven tussen achttien en vijfenzestig jaar. Maar je moet in goede gezondheid verkeren. Iedereen…. maar je moet papieren invullen om te bewijzen dat je geen medicatie neemt en dat je gezond bent. Op elke bloedinzameling is er een dokter aanwezig waaraan je je vragen kan stellen. Bloed wordt ingedeeld in 8 bloedgroepen A/B/O en AB positief en A/B/O en AB negatief . O negatief mag aan iedereen bloed geven, maar zelf kan die persoon enkel van O negatief bloed krijgen. Deze bloedgroep is niet allen speciaal omdat je aan iedereen kan geven maar ook omdat niet veel mensen deze bloedgroep hebben . Zwangere vrouwen mogen geen bloed geven. Maar jongens mogen wel bloed geven aan meisjes en omgekeerd. Je kent immers de persoon niet van wie je bloed krijgt. Er werken zowat 150 mensen bij het Bloedtransfusiecentrum West Vlaanderen verspreid over de provincie, dokters inbegrepen. Een donor, is iemand die “geeft”, van het franse woordje “donner” = geven. Mensen geven bloed omdat ze bvb. erg begaan zijn met de medemens, doordat ze in de familie iemand kennen die geholpen is door bloed te geven, of door een erg ongeval, zoals met de treinramp in Buizingen. Over gans West-Vlaanderen zijn er ongeveer een 150 plaatsen voor bloedinzamelingen. Beernem, Heist,…overal wordt bloed verzameld.
We onderscheiden uit bloed – rode bloedcellen - plasma en bloedplaatjes. Rode Bloedcellen : Afhankelijk van de beslissing van de dokter mag je ofwel 400 ml ofwel 470 ml (vol)bloed geven en dit maximaal 4 maal per jaar. Ieder mens heeft tussen de 4 en 6 liter bloed. Dat is, plastisch uitgedrukt, een halve emmer en daarvan kan je toch wel een glaasje van missen ! Het bloed geven zelf duurt ongeveer 10 minuten. De rode bloedcellen wordt bewaard op temperatuur tussen de 2 à 6 graden en heeft een houdbaarheid van 42 dagen. Plasma : Je mag tot 600 ml plasma weggeven en dit om de twee weken . Tijdens het geven wordt door de machine het plasma gescheiden van de rest van het bloed. We houden plasma over en de rode bloedcellen geven we jou terug ! Daarom dat je meer plasma mag geven dan bloed. Het geven van plasma duurt ongeveer een 30 tot 45 minuten. Plasma wordt bewaard in de diepvries gedurende een jaar bij een temperatuur van meer dan min 35 graden ! Brrrrr…. dat is IJSKOUD ! Bloedplaatjes: De bloedplaatjes die in de rode bloedcellen zitten worden op bijna dezelfde manier als plasma door een machine gescheiden van de rest van het bloed. We houden de bloedplaatjes over en de rode bloedcellen geven we jou terug. Daarom mag je meer bloedplaatjes geven dan bloed. Het geven van bloedplaatjes duurt ongeveer 60 tot 90 minuten. Bloedplaatjes worden bewaard op een schudder-plaat, een trilplaat, en dat gedurende maximaal 5 dagen bij kamertemperatuur. Binnen de 5 dagen zijn ze dan doorgegeven aan de ziekenhuizen om patiënten te helpen. Na elke gift krijg je dan een koekje en een drankje om terug op kracht te komen. Jochen ziet het al onmiddellijk zitten om bloedgever te worden. Maar na het bloed geven moet je niet onmiddellijk een grote trappist gaan drinken, want het verloren vocht dat je kwijt bent vervang je best niet met alcohol. Het volbloed wordt gescheiden in een centrifuge, een soort wastrommel die de zakjes rondzwiert. Daardoor worden de rode bloedcellen gescheiden van het plasma en de bloedplaatjes. Plasma is een gele vloeistof en is bvb nodig bij de brandwonden en wordt ook gebruikt bij mensen met stollingsproblemen. Bloedplaatjes zijn er nodig om, oa. mensen te helpen die leukemie hebben.
Alle bloed, plasma of bloedplaatjes gaat naar de ziekenhuizen over gans West-Vlaanderen. Wekelijks moeten er ongeveer tussen de 1200 à 1500 zakjes bloed ingezameld worden om de 22 ziekenhuizen in West-Vlaanderen te bevoorraden. Dat betekent dat elke week minstens 1200 a 1500 mensen moeten bloed geven in West Vlaanderen. Gezien slecht 4 procent van de West-Vlamingen daadwerkelijk bloed geeft zoeken we nog steeds naar nieuwe bloedgevers !! Magda vindt haar werk heel aangenaam, ze leert veel mensen kennen door haar promotieronde te doen. Ter plaatse in het bloedtransfusiecentrum wordt er bloed-plasma of bloedplaatjes ingezameld. Bloedgevers( ook plasma en bloedplaatjes gevers) kunnen niet verplicht worden, ze worden uitgenodigd, maar kunnen weigeren. Glenn Vercnocke zou dat wel eens willen proberen. Er zijn hier dokters, maar geen ziekenwagens. Soms wordt er hier wel eens iemand onwel, valt iemand flauw. Dan kunnen ze hier wat rusten en mogen ze gezond en wel terug naar huis. Het is telkens een hele verhuis naar de bloedinzamelplaatsen. Veldbedjes, kistjes, lege zakjes gaan mee op verplaatsing. Soms gaan er meer dan 10 personen mee om te helpen. Toen we op bezoek waren voor het interview vertrokken busjes naar Beernem, met alle materiaal. Het bloed wordt met een gewone camionette opgehaald en niet met een ziekenwagen. Viermaal per jaar is er ook een opendeurdag, waarbij je als bezoeker kan zien wat er gebeurt. De koelruimte, de labo’s , alles kan je dan bekijken. We kregen van Magda een schitterende rondleiding, met plastic schort aan, als echte dokters kregen we uitleg. Staf vroeg zich af of er hier ook bloed van dieren verzameld wordt, maar dat gebeurt niet hier en bloed van mensen is niet geschikt om een hond uit de nood te helpen of omgekeerd. Er zijn zoveel redenen waardoor mensen geen bloed kunnen geven. Zo kan een pas gezette tatoeage iemand verhinderen dat hij bloed kan geven. Of omdat mensen een bepaalde medicatie nemen, of op reis gaan naar verre landen, vandaar dat het moeilijk is om steeds weer opnieuw bloedgevers te vinden. Het bloed kruipt waar het niet gaan kan, zegt men, en zo gingen wij op zoek, als echte bloedzoekers, met witte schort... Overtuigd van de goede zaak, roepen we iedereen op om bloedgever te worden !!! Ze hebben je daar bloed-nodig ! Per maand moeten ze 4000 nieuwe donoren vinden over heel Vlaanderen. Dankjewel Magda, voor de boeiende uitleg en je schitterende werk, je inzet om anderen te helpen.
Uitstap naar de Vlindertuin in Knokke Geregeld leveren we vlinderkastjes aan de Vlindertuin in Knokke. De activiteit houtbewerking ging naar de Vlindertuin, met 20 kastjes. In bouwpakketvorm verkopen ze die in de winkel aldaar. Zo’n levering is altijd een prettig gebeuren, omdat er dan uitleg wordt gegeven, zoals over het leven van een vlinder dat dan uitvoerig verteld wordt. De uilenvlinder is een groot exemplaar, zo groot als je handpalm. De bovenkant is blauw en de onderkant heeft het uitzicht van de kleuren van een uil. Een uilen vlinder eet banaan. De uilen vlinder leeft in Australië. We hebben daarna een boek gekregen met de volledige uitleg over de Vlindertuin met foto’s.
Windkracht tien : een aangepaste film van De Vrienden Der Blinden. Speciaal voor blinden en slechtzienden worden films omgezet in beschrijfbare taal . Er werd extra uitleg gegeven over de beelden die er te zien zijn, en er is iemand die vertelt wat er te zien is. Zo is de film beter verstaanbaar. Ze zouden dat voor alle films moeten doen. Het was zeer leuk om Kris terug te zien. We interviewden hem in verband met de opleiding van blindengeleide honden. Ann, zijn vrouw was er ook bij. Het moeilijke van films is dat ze in het verhaal van de ene scène op de andere springen en dat blinde mensen dat niet kunnen volgen. Met extra commentaar gaat dat beter. Bekende Vlamingen worden daarvoor gevraagd om dat te doen. Margot Gardin vervangt Kathleen en Jurgen Kathleen en Jurgen nemen elk ouderschapsverlof en zullen een tijd lang vervangen worden door Margot. Ze is afkomstig uit Loppem, maar woont nu in Zerkegem. Ze is opvoedster en heeft in Gent gestudeerd. Ze geeft ergo en muziek in het Wit Huis. Ze is jarig op 24 januari en is 21 jaar. Margot woont samen met haar vriend Bart en haar hond Frisco. Wie zou er het meeste likjes krijgen? Ze speelt klarinet, xylofoon, en piano. En ze wil ook djembé leren. Vroeger was ze hoofdmajorette in het showkorps “willen is kunnen” in Oostende. Ze werkt graag in de tuin, ze is fan van allerlei muziek en films, ze is liefhebber van mineralen en edelstenen en heeft er dan ook veel juwelen van. We hopen dat ze hier een fijne tijd heeft. We wensen haar het beste toe.
Liefde is… samen fietsen op de smultocht ! “Smultocht - liefde is “samen smullen” We vertrokken aan de sporthal in Varsenare. De rotaryclub van Jabbeke schonk dit jaar de opbrengst van de smultocht gedeeltelijk aan het Wit Huis. Zowat 1300 deelnemers fietsen en smulden onderweg, in Zedelgem waren we welkom bij het leger, en daarna wat verderop in de abdij van Zevenkerke voor de hoofdmaaltijd. Onderweg was er ook een tombola en we eindigden met het eten van taart en een drankje.
Eén meisje had euro’s gewonnen met de tombola. Sofie en Delphine, Guido en Alexandre, Jo en Michel, Michiel en Hanne , Hilde en Patrick, Nele en de kinderen, Linda en haar man, Marie-Anne, Glenn V. Gina, Els, alle toprenners waren erbij. Voor de gezelligheid was er een volgwagen met smullers. Wie er volgend jaar wil bijzijn, kan dat : op zondag 3 juli 2011. We smeren alvast de kuiten in.
Uitstap naar De Warande, een rabarberboerderij in Gyverinckhove. Op één van onze zomerse uitstappen reden we naar de Westhoek. Vóór de middag gingen wij naar Oostduinkerke. Enkelen konden niet weerstaan aan de ‘gocart’ , het was warm weer. Een frisse zeebries deed deugd. Ook het terrasje achteraf deed deugd. Daarna reden we verder naar Gyverinckhove naar ‘het Warandehof’. Een warande was vroeger een omheinde tuin rond een herenboerderij. In het warandehof kweken ze vooral venkel en rabarber. Eerst aten we onze picknick maar meer en meer donderbeestjes kwamen onze maaltijd verstoren. We proefden er rabarbertaart, rabarberwijn, rabarberconfituur, rabarberpaté. Paul en Katrien van de boerderij zorgden voor de nodige uitleg. Er was ook een winkel waar je al deze lekkernijen kon kopen. Wat we vooral onthouden hebben is, dat de rode rabarber beter geschikt is voor taart, dan de groene. De bloem van de rabarber kan je eten als groenten met een witte saus en het ziet eruit als bloemkool. Hoe later op de zomer, hoe zuurder de rabarber wordt. Vandaar dat grootmoeder zei dat je na 1 juli geen
rabarber meer mag eten als je last hebt van reuma. Omdat het zo zuur is, heeft de rabarber weinig last van ongedierte en ziektes. Een ander veel gekweekt product van deze boerderij is venkel. Het ruikt en smaakt naar anijs en is heel lekker met vis en met een kippenfiletje met champignons, of konijn.
vraagt zich af of we een ‘gocart’, nu een ‘billenkar’ of in het Frans een Staf ‘cuisse-tax’ moesten noemen. Want “cuisses” is het franse woord voor om in beweging te blijven ! “billen”. In elk geval is het gezond En leuk om te doen !
Uitsap naar de Panne “De Nachtegaal” in de Panne is een natuurcentrum van het Vlaams Gewest. We werden er ontvangen door Valerie Vandenbussche. Ze leidde ons rond in de natuur. Het centrum heet ‘de nachtegaal’ omdat er daar in de streek veel nachtegalen wonen in de bossen. We voelden er aan een opgezette zeehond, een marter, een konijn, een vos en een eekhoorn, een Jan van Gent, en een eend. Buiten kregen we uitleg over de bessen, de grassen en de kruiden. Van Sint-Jacobskruiskruid moet je afblijven: dat is zeer giftig. Het is een langzame dood waar je leverkanker van krijgt. We zagen er ook een bijenhotel: dat zijn boomstammen met gaatjes ingeboord, waar er in elk gaatje een bij woont. Na de picknick nam Valerie ons mee naar haar paarden. Valerie is actief in een jeugdvereniging waar gepensioneerde en zieke paarden op een waardige manier hun oude dag kunnen doorbrengen. Pluko was onze favoriet, we mochten het paard kammen, hem verzorgen en wortelen geven. Hij was vierendertig jaar. Pluko werkte vroeger in een manége waar hij mensen moest leren paardrijden. Een paard wordt normaalgezien maar 25 jaar. Daarna mochten we allemaal een ritje maken.
De ezel noemde Brutus, omdat hij af en toe een beetje brut kan zijn. We mochten zijn lange witte haren kammen. Cowboy Henk zag dat het goed was. We bedanken Valerie en feliciteren haar omdat ze met zoveel liefde haar oude paarden verzorgt. Haar vereniging telt een twintigtal leden die haar komen bijstaan. Thuis heeft ze zelf nog drie jongere paarden. Nabij de drie vijvers aan de Franse Grens in Adinkerke gingen we nog een Franse pannenkoek eten.
Jozef II vervangt tijdlang Jozef I… Jozef Van Ryckeghem, onze steengoeie maar (soms plagende), grasmaaierspecialist sedert jaren, moest er even uit voor een medische ingreep en wordt vervangen door een andere Jozef uit Loppem. Hij heet Jozef Brugghe. Hij is geboren te Ledegem op 12-07-1949. Hij is gehuwd met Rita Dufoort, ze hebben 2 zoons, 2 schoondochters en 2 kleinkinderen Lies en Niels. Rita en Jozef wonen in Loppem in de Guido Gezellelaan 24, ja, het is daar waar dat minihuisje de brievenbus is. In zijn vorig leven was Jozef technisch adviseur ( chef) van de afdeling bouw in het V.T.I. Brugge. Vanaf vorig jaar 1 augustus is hij met pensioen. Sinds enkele maanden heeft hij de fakkel overgenomen van Henri Himpens als vrijwilliger in het Wit Huis hier te Loppem. Jozef zal proberen hier in het Wit Huis wat werkjes op te knappen zodat de omgeving mooi mag blijven. Veel hobby’s heeft hij niet, maar buiten wat tuinieren steek hij veel tijd bij het opsporen van voorouders en familie nl. genealogie, zeg maar het opmaken van de stamboom van de familie Brugghe. Voorlopig gaan ze terug in de tijd tot 1681 in de streek van Izegem. Twee jaar geleden heeft hij ook een familiewapen uitgetekend en aangevraagd en laten goedkeuren bij de Vereniging voor familiekunde (V.V.F.) In het wapen loopt er water met een brugje erover verwijzend naar de familienaam Brugghe. Vervolgens heb je de helm, de wrong van wol en dekkleden en op de helm de korenschoof die verwijst naar de landbouw. De wapenspreuk is “Welstand door arbeid”. Nog even dit meegeven: De verdieping van Jozef zijn woning is ingericht in een archiefkamer, een slaapkamer vanuit de jaren 1950 en een woonkamer vanuit de tijd van toen. Sommige bezoekers spreken van een museumpje. Jozef is een handige Harry. Hij is metser van opleiding en bouwde en renoveerde dan ook al een paar huizen, onder meer voor zijn kinderen. We zijn blij dat hij bij onze groep vrijwilligers behoort en wensen hem het allerbeste.
De uitstap naar Nieuwpoort. In de voormiddag wandelden we aan het Loodswezenplein in Nieuwpoort –Bad want daar plaatste de stadsdienst sinds kort een plan van de havengeul . Het is een plan voorzien met braille, speciaal voor visueel gehandicapten. We huurden ook een “billenkar” voor de sportievelingen in de groep .Over de middag gingen we onze picknick gebruiken bij Bernadette en Luc, de ouders van Tine, die een jaar geleden overleed. We denken nog veel aan haar en het was een emotioneel weerzien. Maar we wilden ook met ons bezoek een teken geven aan hen dat we hen niet vergeten. Thyl was er ook, het kleine jongetje waar zijn tante Tine een liedje over maakte, hij is al een flinke jongen van 4 jaar ondertussen. Na de middag gingen we met de Yserstar naar Diksmuide. Het was winderig maar we hadden uiteindelijk
mooier weer getroffen dan dat ze voorspeld hadden. Marie-Anne wachtte ons op aan de kade in Diksmuide. Kurt en Frieda waren mee op de boot. Jochen, Peter De Vos en Peter De Kock, Valere, Lincy en Glenn Vercnocke ook . Na de boottocht deden we nog een beetje aan oorlogstoerisme. Op de toren van oud-Stuivekenskerke hadden we een mooi panorama. De beelden van de treurende ouders op het Duitse kerkhof van Vladslo deden ons nadenken over wat 100 jaar geleden als drama in deze mooie westhoek gebeurd is, namelijk de eerste Wereldoorlog. In 2014 zullen we er veel over horen in de media. Met liedjes van Willem Vermandere en zijn 1000 Soldaten dommelden we moe maar tevreden in, in het busje huiswaarts.
Kurt Strubbe is een nieuwe vrijwilliger. Hij is 38 jaar , verjaart op 17 januari en studeert nu rechten in Gent, na zijn vroegere studies toegepaste economie in Leuven. Wegens ziekte moest hij dit stopzetten. Hij bleef dromen van een diploma en is herbegonnen . Wat moedig ! Als hobby is hij lid van de fitnessclub. Hij heeft ook een koersfiets. Zijn conditie is prima in orde. Hij heeft een hekel aan gestoofd witloof, maar voor de rest vindt hij alles lekker. Hij is single en woont in Assebroek, maar heeft een kot in Gent. Hij kreeg zelfs les van Johan Vandelanotte. Hij bracht zijn eerste 30 levensjaren door in Zerkegem. Kurt houdt van de zon en is graag buiten. Hij tuiniert graag maar zijn kleine stadstuin laat dat niet toe. In de grote vakantie vond hij een bezigheid als vrijwilliger in het Wit Huis. Hij kwam op het idee via het internet www.vrijwilligerswerk.be ,daar vind je per provincie alle aanbiedingen van vrijwilligerswerk. Na zijn studies moet hij dan nog 3 jaar stage doen om advocaat te worden. Hij is nog niet zeker of de advocatuur iets voor hem zal zijn. Hij vindt de sfeer in het Wit Huis goed en beklaagt het niet zijn stap in het vrijwilligerswerk gezet te hebben. We wensen hem het allerbeste in zijn studies en hopen hem ook na de vakantie nog eens terug te zien. Salim Seghers trad op in Veldegem. In “de Artiest”, een danszaal in Veldegem, waar optredens van Vlaamse vedetten doorgaan, trad Salim Seghers op. Michel, Glenn W., Danny, Johan, en Patrick waren erbij . In een voorprogramma was er een organist om de sfeer op te warmen. Een zangeresje met mooie stem zong liedjes van bekende Vlaamse zangers. Er werd zelfs gedanst. Met open mond werd geluisterd. Na een kleine pauze kwam Salim Seghers zelf op het podium. Ondertussen werden we van een vriendelijke mevrouw een tafel toegewezen zodat we iets konden drinken. Het orkest speelde . Salim is van de generatie van Will Tura en het is ook zijn idool. We kregen een gehandtekende foto van hem. Hij verkocht van alles met zijn foto op. We kregen ook nog elk een balpen , met zijn telefoonnummer erop. In polonaise, als een treintje na elkaar, verlieten we de zaal, na een geslaagde namiddag in een goedgemutste bui. Hij is een vriendelijk man. Tussen de liedjes door vertelde hij mopjes, vers van de kalender. Hij kreeg nog een ruiker bloemen van zijn fans.
Een vrolijke (okker) noot : Elk jaar is het weer uitkijken naar de nieuwe oogst van okkernoten die bijdragen tot het geheime recept van de overheerlijke porto van het Wit Huis. In januarie en februari was het erg koud geweest en de vruchten, de notenbolsters, zijn later bruikbaar dan we verwacht hadden. Na de pluk van de noten moeten ze gewassen worden en gesorteerd. Dat doen Adinda en Wouter. Ze worden versneden en afgewogen. Dat doen Erna en Danny. In de juiste hoeveelheid worden ze ingevroren. Valer, Koen en Michiel werken ook nog mee aan de verdere afwerking. Maandelijks wordt een voorraad Portwijn vers aangemaakt zodat er het hele jaar porto te verkrijgen is. De noten worden geplukt begin augustus. Drie maanden worden ze in de basiswijn omgeroerd. Zo kan de smaak van de noten overgaan in de portwijn. Vervolgens na drie maanden worden de noten uit het brouwsel gefilterd zodat we een goede basis hebben om een porto te maken. Daarna worden de overige ingrediënten (maar die verklappen we niet ) aan de portwijn toegevoegd om de heerlijke smaak te verkrijgen. Na zes maanden rijpen want tijd is het grootste geheim voor een lekkere porto, is de porto klaar. Vrienden van het portoproject kunnen altijd terecht bij ons om samen te degusteren. Neem contact op met Henk en het wijnatelier en zijn bewoners in het Wit Huis. Flessen kunnen als relatiegeschenk dienen bij speciale gelegenheden . Het is een mooi en lekker geschenk . Verjaardagen verdienen niet alleen een bloemetje , maar ook een lekker glaasje .
Kortrijk in de kijker ! Omdat afgelopen zomer Kortrijk nogal eens op TV kwam door de Villa Vanthilt , konden wij met het Wit Huis niet nalaten er eens naartoe te gaan. Dé Marcel had De Witte Wolven immers gevraagd om er op te treden, maar de afspraak kwam zo plots dat we niet op zijn uitnodiging konden ingaan. Nog een andere geldige reden om eens naar Kortrijk te gaan was een blij weerzien met Heidi Cosaert. Samen met haar hond Oscar nam ze ons mee op wandeling door het helemaal vernieuwde Kortrijk. Het Kshoppingcenter is gloednieuw met zijn dure, maar weinig bezochte winkels. In de namiddag, na overheerlijke frietjes op de Houtmarkt, werden we opgewacht door Anne Bogaert, een gids die ons alles vertelde over de zintuigen in de stad. Van een “goedendag” in 1302 waar je hoofdpijn van kreeg, een gulden spoor aan je laars, chocoladebegijntjes, Kalletaarten, vlas en andere specialiteiten uit de streek, maakten we een mooie dag. Glenn Windey was
vervangburgemeester van dienst , maar hij kreeg het schijnhuwelijk van Peter De Vos en Frieda niet ingezegend. Staf voelde dan weer wat meer voor Marcella Pattyn, de oudste begijn van het land.
In deze krant leest U alles over : -Twee van de Wit Huis reizen. -Uitstappen zoals de smultocht, de zomeruitstappen,… -Evenementen als het familiefeest. -Interview met een student-priester -Interview met Magda van het Bloedtransfusiecentrum. -Interview met Ignace Michiels , de organist van de kathedraal in Brugge. -Nieuws van het Wit Huis met zijn vele vrijwilligers. -Blij nieuws met baby’s , sponsoring ,…
Zo zie je maar weer dat we tussen de paaskrant en de kermiskrant niet stil gezeten hebben !!!! Een goede kermis aan iedereen in Loppem en een goede start in het nieuwe schooljaar !