Onderdeel van Stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheidszorg
Jaarmagazine 2013 is een uitgave van het Maatschappelijk Centrum Rotterdam e.o.
JAARMAGAZINE 2013
Het kan ook anders
Housing First
Straatnieuws werkt!
Inhoud Stichtingsdirectie en RvT............................. 2 Profilering W&G en Missie MCR................. 2 Voorwoord Envoy drs. C. Vader................. 3 Het kan ook anders........................................ 3 Eerst een dak boven je hoofd.................... 4 Herstel van het gewone leven................... 5 Sport verandert levens................................. 6 De Cliëntenraad werpt vruchten af......... 7 Kaart Rotterdam e.o...................................... 8 Het Straatnieuws werkt................................ 10 Omdenken: Cliënten hervinden zichzelf. 10 Trots op wat ik heb bereikt......................... 11 Creatief werken aan eigen waarde.......... 12 Hoogtepunten in ‘t Bergse Huys............... 13 Slachtoffers mensenhandel........................ 14 Sterke stabiele mensen is het streven.... 15 Algemeen beleid en ontwikkelingen...... 16 Stichtingsdirectie en Raad van Toezicht De Directie van de stichting bestaat per 31 december 2013 uit: Envoy drs. C. Vader (directeur) De heer H.M. van Teijlingen (adjunct-directeur) De Raad van Toezicht van de stichting bestaat op 31 december 2013 uit: Commissioner drs. J.C.IJ. van Vliet (voorzitter) Kolonel mevrouw H. Tvedt (vice-voorzitter) Luitenant H. Slomp RA (penningmeester) De heer drs. J. Wienen Mevrouw drs. M. Trompetter De heer mr. D.J. Rutgers Mevrouw M.F.D. Waling-Huijsen De heer drs. P.W.D. Venhoeven RA De Directie van het Maatschappelijk Centrum Rotterdam e.o. bestaat op 31 december 2013 uit: De heer J.D. Koeman (algemeen directeur) Mevrouw drs. R.M. Broeze-Mateovics RA (directeur bedrijfsvoering)
Mevrouw drs. R.M. Broeze-Mateovics en de heer J.D. Koeman
Profilering statement W&G Het Maatschappelijk Centrum Rotterdam e.o. (MCR) maakt deel uit van de Stichting Welzijnsen Gezondheidszorg (W&G). W&G is een professionele, innovatieve en praktisch ingestelde organisatie, die zonder onderscheid des persoons, materiële en immateriële hulp verleent aan medemensen die om uiteenlopende redenen een beroep doen op (werkeenheden van) W&G. Het werk van W&G is geïnspireerd door het evangelie van Jezus Christus, waarin waarden als rechtvaardigheid, gerechtigheid en solidariteit centraal staan. Ook appelleert W&G aan de samenleving deze waarden te realiseren. De christelijke identiteit en de Leger des Heilscultuur zijn van wezenlijk belang voor het werk van W&G. Aan deze identiteit ontleent W&G zijn inspiratie en opdracht om dit werk te doen. Dragers van de cultuur en identiteit van het Leger des Heils zijn de medewerkers die, in al hun diversiteit vanuit hun hart en bezield door Jezus Christus, zich in dienst stellen van hun medemens. De verbinding/vervlechting van de cultuur/identiteit met het professioneel handelen is de onderscheidende en krachtige motivatie voor het werken binnen het Leger des Heils. Uit het voorgaande zijn voor W&G de volgende kwaliteitscriteria afgeleid: De hulp en zorg zijn zingevingsgericht, gericht op het bieden van perspectief; De hulp en de zorg zijn laagdrempelig van karakter; De hulp en zorg vinden in samenhang plaats; Medewerkers zijn vasthoudend en gedreven. De missie van het MCR De missie van het MCR is geheel overeenkomstig met de missie van W&G. Het MCR zet zich vanuit een christelijke levensovertuiging in voor kwetsbare mannen, vrouwen en kinderen die ondersteuning nodig hebben bij het leven, wonen, werken en maatschappelijk participeren. Het MCR wil er onvoorwaardelijk zijn voor mensen zonder helper. Daarmee geven medewerkers van het MCR de boodschap van het evangelie handen en voeten. Het MCR richt zich op de mens en de samenleving, een samenleving naar Gods bedoelen, waarin alle mensen tot hun recht kunnen komen en waarbij gerechtigheid en solidariteit centrale waarden zijn. Het MCR biedt hulp en inspireert de samenleving om samen op te trekken om gerechtigheid en solidariteit daadwerkelijk te realiseren.
2
Voorwoord
Colofon Dit is een uitgave van het Maatschappelijk Centrum Rotterdam e.o. onderdeel van Stichting Leger des Heils Welzijnsen Gezondheidszorg.
door Envoy drs. C. Vader, Directeur Stichting Leger des Heils, Welzijns- en Gezondheidszorg tot wat iedereen beweert erbij horen. Ze horen erbij door dagelijkse werkzaamheden te vervullen en door op een plezierige en zinvolle manier de vrije tijd door te brengen. Leidend beginsel bij het Leger des Heils is Herstel van het gewone leven, door middel van werk, vrije tijdsbesteding en het herstel van primaire relaties, zodanig, dat mensen zin en betekenis kunnen geven en ontlenen aan hun leven.
Teksten en (eind)redactie: Gert Kraaijveld en Leonie van der Hoek, communicatie MCR Cover: Lidewij van der Jagt Centraal bureau Rotterdam: Kooikerweg 28 3069 WP Rotterdam tel. 010-222 98 88
E-mail:
[email protected]
Beste lezer,
Die Leger des Heils Aanpak, gericht op kwetsbare mensen, geldt ook voor onze contacten met de samenleving als groter geheel. De bejegening moet dezelfde uitstraling te hebben, dezelfde toegankelijkheid en welwillendheid ten opzichte van overheden, ketenpartners en buurtbewoners. De uitnodiging aan de samenleving mee te werken aan het perspectief voor kwetsbare mensen biedt een handelingsperspectief om het door velen gewenste zinvoller leven te realiseren. Het wonderlijke is, dat veel mensen daar ook toe bereid zijn.
De onvoorwaardelijke betrokkenheid van professionals, vrijwilligers en supporters bij mensen zonder helper loopt als een rode draad door het werk van W&G. In de wereld om ons heen is dat uitgangspunt beslist niet vanzelfsprekend. Immers, we horen nog veel te vaak: “Eigen schuld, dikke bult”, “Wie niet luisteren wil moet maar voelen”, en “Ze kiezen er toch zelf voor”. Dat het anders kan, dat we de werkelijkheid kunnen omkeren, komt het beste tot uitdrukking als mensen in schijnbaar uitzichtloze situaties de zekerheid ervaren dat zij in tegenstelling
Het is belangrijker dan ooit om juist daar waar de nood zich aandient en waar mensen tussen wal en schip vallen en waar niet langer een beroep op verzekerde zorg mogelijk is, waar een kortdurende ondersteuning onvoldoende blijkt, om juist daar te laten zien dat het ook echt anders kan: present, herkenbaar, bereikbaar, toegankelijk, duidelijk, welwillend, vanzelfsprekend bereid, onverwacht, kleurrijk, met sport en beweging, met zinvolle dagbesteding, met creatief talent. Onverwacht, toch mogelijk, omgekeerd en anders, dus eigenlijk.
Envoy drs. C. Vader
Het kan ook anders:
Websites: www.legerdesheils-mcr.nl www.5050wood.nl www.5050green.nl www.5050-store.nl Opmaak en productie: De Hoop Grafisch Centrum Dordrecht
welzijn en zorg op een nieuwe manier Het thema van dit jaarmagazine is: Het kan ook anders. Maar, wat doen we anders in zorg en welzijn ten opzichte van tien, twintig jaar geleden? Wat is er veranderd in visie en beleid? Wat betekent dit voor onze cliënten en medewerkers? Minder nadruk op behandeling en op de beperking van de cliënt en meer op zoek gaan naar de kracht en competenties op de diverse levensterreinen, dat kenmerkt in een notendop het andere werken in welzijn en zorg. Een werkwijze die bij het MCR van het Leger des Heils in 2013 stevig gestalte kreeg. Aanspreken van de kracht van de cliënt en kijken naar potenties, zonder mogelijke valkuilen te negeren, luidt het devies. Het MCR anticipeert daarmee op de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Els Berman, directeur van de NOV (Nederlandse Organisaties Vrijwilligerswerk) vat het in een lezing voor de Unie van Vrijwilligers duidelijk samen: “De belangrijkste verandering in de zorg is de hervorming van de langdurige zorg; de decentralisatie van de
AWBZ/Wmo naar de gemeenten. In de nieuwe Wmo wordt de burger verantwoordelijk voor het organiseren van zijn eigen zorg. Doel is het versterken van de zelfredzaamheid. De wet moet per 1 januari 2015 van kracht worden. Gemeenten krijgen in de nieuwe wet de taak om zelfredzaamheid te bevorderen en de participatie van kwetsbare mensen in de samenleving te vergroten.” De aandacht voor eigen kracht, zelfredzaamheid of empowerment, groeide in de jaren ’60 en ’70 van de vorige eeuw in de Verenigde Staten. In de jaren ’80 en ’90 waaide het eerst over naar Groot-Brittannië waarna het begrip ook in Nederland bekendheid kreeg. Peter van Lieshout (hoogleraar Theorie van de zorg aan de Universiteit Utrecht) prees begin jaren negentig empowerment aan binnen het welzijnswerk. Hij signaleerde grote trends die het debat over de sociale sector zouden gaan bepalen. Daartoe behoorde accountability en ook empowerment.
3
Jos van der Lans (cultuurpsycholoog en journalist/publicist) schetst hoe duidelijk werd dat met de Wmo uit 2007 een heel andere manier van denken over en lokaal organiseren van zorg en welzijn tot ontwikkeling zou komen. De Wmo is immers een wet die erop gericht is burgers voortdurend op hun eigen kracht aan te spreken, te stimuleren en in beweging te laten komen. Dat uitgangspunt biedt volgens Van der Lans op zichzelf al een omgekeerd, positief perspectief (bron: www.canonsociaalwerk.eu).
De medewerkers van het Leger des Heils MCR hebben in 2013 hard gewerkt aan de zogenaamde andere aanpak van en omgang met kwetsbare, soms moeilijk bereikbare cliënten. In dit magazine doen we verslag van onze werkzaamheden in het afgelopen jaar, met in ons achterhoofd het gegeven dat onze Helper ons ook de opdracht gaf te werken aan een andere, een omgekeerde wereld waarin iedereen tot zijn of haar recht komt.
Eerst een dak boven je hoofd Housing First is een, van oorsprong Amerikaans, concept waarmee het Leger des Heils in Rotterdam sinds eind 2013 werkt. Wat houdt het in en wat betekent het voor cliënten en begeleiders? Is er sprake van een omslag, een omgekeerde weg? Medewerker Siemen van der Net van nachtopvang De Meerpaal en bewoner Piet praten ons bij. Niet starten met begeleiden, maar beginnen met een woning: dat is in een notendop Housing First. Dit is een omgekeerde weg, want een huis was tot nu toe veelal het sluitstuk van de begeleiding van daklozen. Piet is één van de vier cliënten die in Rotterdam meedoet in Housing First. “Ik heb vijf jaar op straat geleefd. Ik was niet vaak alleen, had vaak mensen om me heen en een trouwe hond. Ik heb heel veel levensverhalen van anderen aangehoord en ontzettend veel gezien en meegemaakt. Nu woon ik sinds twee weken weer in een huis. Dat is wel even wennen, maar het is lekker warm en droog. De regen vond ik altijd het vervelendst van alles. In een huis wonen is beter voor mijn gezondheid, mijn handen zijn minder stijf. Ik was lichamelijk op. Dit huis kwam net op tijd.” Begeleider Siemen van der Net is erg te spreken over deze methodiek en de ervaringen tot nu toe. “Het past perfect bij het uitgangspunt van het Leger des Heils om te helpen wie geen helper heeft. Chronisch daklozen zijn een kwetsbare groep die onze zorg nodig hebben en met vier van hen beginnen we nu eigenlijk aan het eind: voorzien in een woning. We werken daarbij nauw samen met de gemeente en de woningbouwvereniging.” In Housing First wordt de verantwoordelijkheid bij de cliënt gelegd, die het huis schoon moet houden en het huishouden moet doen, maar daarbij wel kan rekenen op de ondersteuning van het Leger des Heils. Het leven van de cliënt normaliseert en de begeleider heeft de rol van maatje. De begeleider zegt de cliënt niet wat er moet gebeuren, maar bespreekt wel steeds de consequenties van het gedrag en helpt de cliënt zelf antwoorden en oplossingen te formuleren. Piet: “Omdat ik altijd buiten sliep, maar wel bekend was bij de veldwerkers van het Leger des Heils, ben ik uitgekozen. Ik was wel inventief toen ik nog buiten woonde, zo heb ik eens een koude kerst doorgebracht in een pomphuisje. Ik was bijna bevroren, maar mijn hond heeft me wakker gemaakt en gelukkig vonden we toen dat warme huisje. De veldwerkers zagen gelukkig eind 2013 dat ik het niet meer lang buiten vol zou houden en nu woon ik dus in een gewone benedenwoning in een gewone straat. Ik houd me nog een beetje afzijdig van de buurt. Ik vind de rust die ik nu heb heel prettig.” Piet is tevreden over de begeleiding door het Leger des Heils: “Ze zitten me niet te pushen, ze doen dat heel goed. Het Leger des Heils heeft me echt geholpen en me niet aan het lijntje gehouden.” Siemen is heel trots op Piet en vol vertrouwen voor de toekomst: “Want dat is Housing First ook: hard werken aan de vertrouwensband en uitspreken dat je gelooft dat de cliënt weer in een huis kan wonen.”
4
Herstel van het gewone leven Op de meubelmakerij in het 50I50 workcenter van het Leger des Heils wordt met veel plezier en in alle rust gewerkt. Wat is het succes van deze werkplaats en wat betekent het voor de levens van de cliënten die er werken? En wat doet het applaus voor cliënten van het Leger des Heils die in het Rotterdamse Zuidpleintheater op de planken staan, iets waar ze nooit van durfden dromen? “Cliënten die hier komen werken, hebben vaak een laag zelfbeeld,” vertelt begeleider Chris Kruidenier van de meubelmakerij van 50I50 workcenter. “Ze denken al snel dat ze
iets niet kunnen. Maar onze ervaring is dat ze na een paar maanden al bijna zelf een meubel kunnen maken van steigerhout.” Cliënten die gaan werken op de meubelmakerij hebben vaak al heel wat meegemaakt: verslaving, gedragsproblemen, schulden, dakloosheid. Dat neemt niet weg dat ze na een tijdje meestal helemaal gewend zijn in het workcenter en door de groep worden opgenomen. De cliënten werken veelal met veel plezier en genieten van het maken van de meubelstukken van steigerhout. Ook het contact met klanten en bezoekers van andere instellingen worden door de cliënten hoog gewaardeerd. De belangstelling geeft hun zelfvertrouwen een oppepper en draagt bij aan het herstel van hun gewone leven. Ook Gert Kraaijveld, communicatie-adviseur bij het Leger des Heils in Rotterdam, ervaart wat een prestatie en een menselijke benadering van cliënten met hen doet: “In het voorjaar van 2013 was het weer zover, een talentenshow in het Rotterdams Zuidpleintheater. Apetrots waren de cliënten die als acteurs, dansers, zangers en decormakers het theater op stelten zetten. De vijfhonderd toeschouwers gingen uit hun dak en de artiesten stonden te stralen op het toneel.” Siemen van der Net
De cliënten van het Leger des Heils krijgen in het theater letterlijk een podium en dit is een omslag ten opzichte van tien, twintig jaar geleden. “Van opvang zijn we ons steeds meer gaan richten op begeleiding en worden cliënten geactiveerd. Dat kan met werk, een opleiding of met een vrije tijdsbesteding, zoals sport of theater. De meesten hebben nog nooit een pluim of een applaus gekregen. De voorbereidingen zijn heel intensief, sommigen moeten echt over een drempel heen, maar we zien ook dat cliënten elkaar gaan helpen en motiveren. We helpen de cliënten te ontdekken welke talenten ze hebben, want dat ze die hebben, staat vast. Deze nieuwe vorm van begeleiding zet de wereld van de cliënt soms letterlijk op z’n kop en helpt hen hun levens te herstellen en tot zijn of haar recht te komen.”
5
Sport verandert levens
De cliëntenraad werpt vruchten af Len vindt het heel goed dat in 2013 wifi is geregeld voor De Meerpaal. Hij is op opfriscursus geweest in Lunteren en heeft van alles geleerd over de rechten van een cliëntenraad. Len ziet dat de cliëntenraad zich minder met details en individuele belangen gaat bezighouden en meer met grote lijnen. Len is van oorsprong grafisch ontwerper en heeft de mooie flyer voor de cliëntenraad ontworpen, ook gaat hij zich bezighouden met Als het gaat over 2013 is het ook van belang de cliëntenraad een nieuwsbrief van de cliëntenraad. “Om beurten gebruiken aan het woord te laten. Een cliëntenraad is een wettelijke verwe de computer in ons eigen kantoor en het is fijn dat een plichting en het doel is de belangen van cliënten van een zorginstelling te behartigen. Joop is al vanaf de oprichting in 2008 nieuw lid van de raad ook veel verstand heeft van teksten en opmaak. Samen kunnen we die nieuwsbrief gaan maken.” enthousiast lid. Boudewijn, Len en Johannes nemen sinds de zomer van 2013 deel aan de raad. De eerste helft van 2013 was Boudewijn die later aanschuift, merkt nog op dat de cliëntenmoeilijk voor de cliëntenraad. Joop vertelt: “De cliëntenraad raad steeds professioneler wordt: “We krijgen dikke stukken te had nog maar vier leden en we voelden ons niet zo onderlezen over alle veranderingen in de zorg. We leren het jargon steund door de organisatie. We zijn toen nieuwe leden gaan kennen en weten inmiddels veel over de AWBZ en de Wmo. werven en hadden al snel een paar reacties. Op dit moment telt Ook dat zijn zaken die we met de directie van het Leger des de raad dertien leden, waaronder twee vrouwen. Het is goed Heils bespreken. Een wens voor 2014 is om de raad nog beter te dat er nu ook vrouwelijke leden zijn, want zij zien weer andere organiseren, zodat we nog effectiever kunnen zijn.” zaken om op te pakken.” Ondersteuner Carla Stolk heeft ongeveer tien ondersteuningsuren per week. Ze is duidelijk enthousiast over de cliëntenraad Johannes is lid geworden omdat hij iets terug wil doen voor het en ziet hoe betrokken de leden zijn. “Ik hoop dat we in 2014 zo Leger des Heils en omdat hij ook ziet wat er zou kunnen verbe- kunnen doorgaan. Ik ben heel tevreden met hoe het nu gaat, de inzet van de cliëntenraad werpt vruchten af!” teren. Zo heeft hij zich ingespannen voor horren in de ramen van De Meerpaal, maar inmiddels ontwikkelt hij zich tot een echte bestuurder: “Ik ben wel drie uur per dag met de cliëntenraad bezig. Ik bezoek locaties en neem deel aan allerlei overleggen, zoals het Movers-overleg (van cliëntenraden van verscheidene instellingen voor verslavingszorg in regio Rotterdam), het kapstokoverleg (een bestuurlijk overleg met wethouders in de Enkele leden van de cliëntenraad van het burgerzaal van het stadhuis in Rotterdam), het overleg van de Leger des Heils: Joop, Johannes, Len, Boudewijn cliëntenorganisaties maatschappelijke opvang van de vier groen ondersteuner Carla Stolk te steden (COMO G4-overleg).” Waarom is een cliëntenraad belangrijk voor een zorgorganisatie? En wat doet de cliëntenraad van het Leger des Heils eigenlijk? Leden Joop, Johannes, Len, Boudewijn en ondersteuner Carla Stolk vertellen wat hun werk inhoudt en hoe ze hun talenten inzetten.
Op 26 april 2013, tijdens de speelronde van de Dutch Street Cup in Rotterdam, hebben Sparta Rotterdam en het MCR een intentieverklaring getekend om op sportgebied te gaan samenwerken. Hierbij was wethouder Laan van Rotterdam, verantwoordelijk voor sport en recreatie, kunst en cultuur, aanwezig. De wethouder licht toe waarom sport, ook voor cliënten van het Leger des Heils, belangrijk is. “Sport is allereerst een leuke vrijetijdsbesteding, voor wie dan ook. Ook voor groepen als dak- en thuislozen en sociaal zwakkeren. Daarnaast kan sport helpen om mensen niet alleen letterlijk, maar ook figuurlijk in beweging te krijgen, om eenzaamheid te voorkomen, zelfredzaamheid te vergroten en de gezondheid te verbeteren. Dat is voor de mensen die door het Leger des Heils worden ondersteund ook zo. De gemeente stimuleert de inzet van sport als middel en ondersteunt bijvoorbeeld sportverenigingen om een bijdrage te leveren aan andere maatschappelijke doelen. Daar zie ik ook kansen voor dak- en thuislozen en sociaal zwakkeren. Door (weer) te sporten en te bewegen komen zij in een andere omgeving, krijgen structuur, komen uit eventuele eenzaamheid, beleven plezier en ervaren succes. Het is heel mooi als verschillende partijen daarbij de handen ineen slaan, als gemeente kunnen we het niet alleen.”
“In Rotterdam zetten we sport vaak in als middel om bepaalde doelen te bereiken. Vanuit het Uitvoeringsprogramma Sport worden sportverenigingen door Rotterdam Sportsupport ondersteund om een maatschappelijke rol te vervullen. Ook stimuleren we andere gemeentelijke sectoren om sport als middel in te zetten om hun doelen te bereiken. We leggen verbindingen tussen bijvoorbeeld sport en re-integratie, sport en veiligheid, sport en zorg. We zien ook dat sportverenigingen niet de problemen van de maatschappij volledig op zich kunnen nemen. Sommige doelgroepen vragen specifieke aandacht en competenties die niet bij vrijwilligers van sportverenigingen aanwezig zijn. Combinaties tussen professionals en de verenigingen zijn dan wenselijk. We proberen andere sectoren ervan bewust te maken dat inzet in combinatie met een sportvereniging wel duurzaam is. In eerste
instantie is inzet en financiering vanuit de andere sector voor toeleiding en begeleiding wenselijk. Uiteindelijk is het idee dat mensen structureel bij een club gaan sporten en eventueel vrijwilligerswerk gaan doen.” Het Leger des Heils zou graag in de toekomst willen werken aan verbreding van het sport- en cultureel aanbod. We vragen of wethouder Laan hier ook kansen en mogelijkheden ziet om cliënten van de maatschappelijk opvang zich verder te laten ontwikkelen. “Vanuit de sport zijn er mogelijkheden. Rotterdam Sportsupport werkt bijvoorbeeld al samen met Werk en Inkomen om langdurig werklozen via sport naar werk te begeleiden. Naast sport wordt vanuit Werk en Inkomen een lifestyle-coach ingezet voor persoonlijke begeleiding. Ik kan me voorstellen dat voor deze doelgroep ook een bepaalde vorm van begeleiding nodig is en daar zullen ook andere partijen het belang van in moeten zien en samen willen werken. Dit neemt niet weg dat ik kansen zie voor deze groep om ook te gaan sporten bij sportverenigingen en op die manier ook te werken aan meer structuur, gezondheid en plezier en mogelijk uiteindelijk zelfs vrijwilligerstaken op zich te gaan nemen.” Het Rotterdamse Dutch Street Cup-team (voormalig daklozenteam) is de afgelopen jaren drie keer Nederlands kampioen geweest. Hierdoor mocht het Rotterdamse team Nederland drie keer vertegenwoordigen bij de World Homeless Cup. We vragen of dit wethouder Laan, als Rotterdamse wethouder, een trots gevoel geeft? “Natuurlijk ben ik trots op het Rotterdamse Dutch Street Cup-team! Ze zijn in de eerste plaats een prachtig visitekaartje voor Rotterdam en als je je dan ook nog realiseert wat hun achtergrond is en hoe sport hun leven verandert, helemaal!”
6
7
8
9
Het Straatnieuws werkt!
Omdenken: cliënten hervinden zichzelf en nemen initiatief Ook in Gouda is het Leger des Heils actief. Unitleider Martha Prins vertelt wat er in 2013 in Gouda is bereikt en hoe levens van cliënten zijn veranderd.
Een hbo-student die in 2013 als flexer is aangenomen, geeft drama ter ontspanning van de cliënten en als middel om in gesprek te komen. Samen met de cliënten bereidt hij een optreden tijdens het Theaterfestival voor. Martha vertelt: “Het is wel altijd tot op het laatst spannend of het tot een optreden komt. Schaamte speelt een grote rol bij cliënten. Schaamte om naar buiten te treden en ervoor uit te komen dat je in de opvang zit.”
Martha Prins
Martha Prins medio 2013 begonnen als unitleider van Het Veerhuys en Het Kompas in Gouda. In Het Veerhuys biedt de organisatie woonbegeleiding aan 30 mannen en vrouwen met een dubbel-diagnose. In Het Kompas wonen zes gezinnen zonder dak, zes individuele cliënten in de 24-uurszorg en is nachtopvang voor vier vrouwen en acht mannen. Voor de cliënten geldt verplichte regiobinding, maar de gezinnen komen door bepaalde omstandigheden soms van buiten Gouda.
Floor de Booys Foto gemaakt door Bart van Vliet In september 2013 kwam voor het eerst in drie jaar het magazine Straatnieuws weer uit in Rotterdam. Stichting Straatnieuws nam het initiatief om de krant opnieuw in de havenstad uit te brengen. In gesprek met hoofdredacteur Floor de Booys, komen we erachter hoe groot de betekenis van de straatkrant is. Floor de Booys: “Meerdere mensen in mijn omgeving hebben ervoor gepleit de krant vanuit de redactie in Den Haag weer in Rotterdam uit te brengen. Ik ben gaan praten met Johan Koeman, directeur Leger des Heils Rotterdam, die mijn voorgangster Elke Swart goed kende. Na driekwart jaar wikken en wegen, kwam er beweging toen niet alleen het Leger des Heils, maar ook de Stichting Ontmoeting zich verbond aan ons idee. In september kwam het eerste nummer uit, met een nieuwe lay-out, naam, vormgeving en met Rotterdams nieuws. Mooie rapportages en interviews gemaakt door Rotterdamse journalisten en fotografen.”
Ook in Gouda wordt het werk anders gedaan dan voorheen. Een voorbeeld is dat vijftien cliënten nu wekelijks trainen bij voetbalvereniging Olympia. Een begeleider van het Leger des Heils heeft samen met een medewerker van Stichting Reakt hiervoor een begeleider gevonden. Zo bereidt het team van cliënten zich voor op deelname aan de Dutch Street Cup. De wekelijkse training heeft een enorme spin-off naar het reguliere begeleidingstraject van cliënten. Een cliënt die in zijn thuisland op hoog niveau voetbalde heeft het initiatief genomen andere cliënten te gaan trainen en komt zo weer meer in zijn eigen kracht te staan.
De hoofdredacteur (43 jaar, bevlogen en nieuwsgierig, moeder van drie kinderen en dol op lippenstift en schoenen) licht toe hoe het imago van de krant en de verkopers is veranderd: “Wat dat betreft is het echt een omgekeerde wereld. De verkopers anno 2013 zijn kleine ondernemers die een eigen inkomen verdienen, geld dat ze zelf kunnen besteden, maar ook kunnen investeren in de inkoop van een nieuwe stapel Straatnieuws-kranten. Natuurlijk zijn sommige verkopers verslaafd en weet je dat een deel van het geld aan verdovende middelen opgaat, maar er zijn er ook die sparen of geld naar familie in het buitenland sturen. De verkopers lopen zelfs een ondernemersrisico: ze moeten zoveel mogelijk kranten verkopen en geld reserveren voor het inkoop van nieuwe kranten. Het is echt werk voor de verkopers, werk dat geld oplevert (of kost als het mis gaat), maar ook betekenis geeft aan je leven en goed is voor je eigenwaarde. Dat het gaat om werken is ook zichtbaar op de hesjes die de verkopers dragen, naar Londens voorbeeld. Dit stemt de publieke opinie ook positief: de verkopers zijn serieus aan het werk voor hun geld.” Floor is blij dat het Leger des Heils één van de partners is: “Het Leger koopt de kranten in, waarna de verkopers ze weer inkopen en op straat verkopen. Co van der Hoek, de coördinator van de verkoop in Rotterdam, signaleert een groeiend enthousiasme onder wederverkopers. Eerst waren het er vijf, nu wel 25. Dit geeft wel aan dat het Straatnieuws werkt.”
Er was ook eens een cliënt die met een groepje naar het strand ging, maar eenmaal aangekomen niet uit het busje durfde. “Het kostte de begeleiders wel een half uur om deze cliënt te overtuigen dat ‘ ie echt uit kon stappen. Positief bekrachtigen, vertrouwen in de cliënt uitspreken, is zo belangrijk!” Dat positief bekrachtigen heeft ook een cliënt die al vijf jaar in de opvang zat, geholpen. “Sinds november woont de cliënt op zichzelf en zowel de begeleiders als de cliënt waren bang dat het niet zou lukken. Toen de man een wasmachine en een oven nodig had, heeft hij ons vertrouwen gekregen en is zelf naar een winkel gestapt. Weer thuis bleek hij een hele goede koop te hebben gedaan. Supertrots.”
10
Over de omgekeerde wereld gesproken, vertelt Martha tot slot over een buitenlandse cliënt die een hoge baan had als jurist, maar door een opeenstapeling van pech, berooid in Gouda terecht is gekomen. Eenmaal weer uitgerust en bijgekomen, heeft de cliënt het initiatief genomen de locatie schoon te maken, wat tot volle tevredenheid van iedereen verloopt.
“Aan het eind van de avond was ik heel trots op wat ik bereikt heb” In Capelle aan den IJssel biedt het Leger des Heils woonbegeleiding. Als de bewoners weer meer in hun eigen kracht staan, kunnen ze bergen verzetten, zo blijkt uit het verhaal van cliënt Jaleesa Scholsberg. De 23-jarige Jaleesa Scholsberg heeft in oktober iets heel bijzonders gedaan. Deze bewoonster van het project Aïda in Capelle aan den IJssel en student Helpende zorg en welzijn, niveau 2, heeft het initiatief genomen om een Haloween-feest te organiseren voor de buurt. Nadat de zomer-activiteit niet doorging, vond Jaleesa het hoog tijd dat er toch een activiteit kwam om de buurt begripvoller, gezelliger en leefbaarder te maken. Haar begeleiders van het Leger des Heils en welzijnsorganisatie Buurtkracht hebben haar gestimuleerd. Als Jaleesa twijfelde, gaven zij het extra zetje dat nodig was. “Ik moest een formulier invullen voor een projectvoorstel voor Buurtkracht Jongerenwerk op de website. Ik ben geweldig. Ik heb een hele avond met hulp zitten schrijven en een begroting gemaakt. Uiteindelijk kregen we toestemming en geld. Ik heb vergunningen aangevraagd en een draaiboek gemaakt, wat best moeilijk was. Gelukkig werden ook andere bewoners van Aïda steeds enthousiaster en hebben tijdens de activiteit geholpen.” Op de avond zelf was er van alles te doen en te eten: films, een griezelruimte, springkussen, popcorn, suikerspin, soep van de soepbus van het Leger de Heils, schminken, een fotograaf, borrelhapjes. Jaleesa coördineerde en alle bewoners van het Leger des Heils hielpen mee
en bezoekers gingen ook spontaan meehelpen. Er waren 150 mensen van alle leeftijden. In december heeft Jaleesa een presentatie gehouden in de vergadering van het Wijk Overleg Platform waarbij ook wethouder Hartnagel van Capelle aan den IJssel aanwezig was. Een spannende ervaring. Unitleider Leo Donker vertelt dat hij wel moest wennen aan het idee: een griezelfeest om de buurt veiliger en gezelliger te maken. Maar, volgens Leo past deze activiteit in de Houvast-methodiek waarbij je cliënten een podium en de ruimte geeft. “De medewerkers leren van de ervaringen van de cliënt, we groeien met elkaar mee. Als medewerkers en cliënten hebben we het samen gedaan, je verkleint de afstand en vergroot de volwassenheid. Er zijn ook effecten voor de wijk: buurtbewoners lopen nu anders langs ons gebouw, vragen meer naar ons werk en de activiteit heeft de kloof tussen jong en oud gedicht. De activiteit is mede mogelijk gemaakt door de gemeente en woningbouwcorporatie Havensteder, we hebben het samen gedaan en dankzij de vele bezoekers werd het een succes.” Jaleesa denkt al weer na over de volgende activiteit, iets gezelligs in de zomer. “Ik heb ontdekt dat ik mijn werk wil maken van het organiseren van activiteiten, zo leuk is het!” Leo: “Dat is toch een cadeautje!”
11
Creatief werken aan eigenwaarde
Samen koken
In opdracht van de gemeente Spijkenisse levert het Leger des Heils ook zorg in die gemeente aan de rand van Rotterdam. In Spijkenisse doen de medewerkers en de cliënten aan creatieve expressie en dat werkt uitstekend. De voorzieningen in Spijkenisse lijken zich te onderscheiden van andere van het MCR door de creatieve, originele werkwijze: “We staan bekend om onze theateracts, kerstactiviteiten en zomerfeesten”, aldus een enthousiaste Liane van der Have, unitleider van de voorzieningen in Spijkenisse. Liane is 15 jaar geleden bij het Leger des Heils begonnen als stagiair bij het toenmalige internaat aan de Coolhaven. Ze heeft gewerkt met tienermeiden, vrouwen en mannen en is nu al weer acht jaar verantwoordelijk voor het werk in Spijkenisse. “Op de een of andere manier hebben we veel creatieve mensen in het team en lukt het ons de cliënten over de streep te trekken als we graag willen dat ze meedoen met onze activiteiten.” Bijzonder daarbij is dat verschillende groepen cliënten samenwerken, ook cliënten van de nachtopvang. De medewerkers in Spijkenisse vinden het fijn ook op een andere, ‘omgekeerde’ manier bezig te zijn met cliënten. ‘’We zien dat ze opbloeien en zij zien ons ook in een andere positie als we bijvoorbeeld samen aan het dansen zijn. Onbekende talenten worden zichtbaar en cliënten voelen zich vrij.” Dit is ook van invloed op het hulpverleningstraject. “Cliënten krijgen meer zelfvertrouwen en de positieve ervaring kun je uitbouwen in de hulpverlening. Je kunt cliënten ook herinneren aan de fijne ervaring.” De cliënten in Spijkenisse kunnen zingen in een zanggroepje (een aantal heeft zich opgegeven voor het gospelconcert in het voorjaar van 2014), sporten en naar de bibliotheek gaan: “Allemaal goed voor je gevoel van eigenwaarde.”
Onze hoogtepunten? Gezinnen bij elkaar houden en samen koken 2013 was het jaar waarin Het Roer verhuisde en van naam veranderde. ‘t Bergse Huys ontstond. Alisa Kuijken-Martic, unitleider, vertelt ons over de hoogtepunten in 2013.
Meer dan voorheen worden cliënten gestimuleerd om zoveel mogelijk zelf te doen, een eigen dagindeling te maken en huishoudelijke taken te doen. Lukt dat niet, dan gaat het Leger des Heils zoeken naar een dagbesteding zoals het 50I50 workcenter in Rotterdam en de meubelbeurs in Spijkenisse. Elke zes weken is er een bewonersvergadering, waarbij een thema een inhoudelijk onderdeel is. Cliënten denken mee over die thema’s. In De Boeg wordt twee keer per maand zelf gekookt onder leiding van de kok van het Leger des Heils, of onder begeleiding van een begeleider van De Boeg. De cliënten hebben ook meegeholpen met het maken van paas- en kerstversieringen, worden steeds meer betrokken bij het creatieve proces. Liane gelooft erg in eigenkrachtgericht werken, al is het soms lastig in het groepsproces. De voorzieningen in Spijkenisse, die ook nog eens nauw samenwerken met het Korps (de kerkelijke gemeente van het Leger des Heils) als het gaat om het Open Huis, de kledingbeurs en de meubelbeurs, timmeren aan de weg. In 2013 is de ambulante hulpverlening uitgebreid. De Opstap is gegroeid van 20 naar 26 plaatsen (de kantoren van de medewerkers zijn naar de tweede verdieping verhuisd) met hulp van financiering van de gemeente Spijkenisse. De nazorg aan cliënten van het Leger des Heils is uitgebreid. Sinds 2013 biedt het Leger des Heils ook nazorg aan cliënten van andere organisaties, deze worden in zorgoverleggen voorgedragen. In het afgelopen jaar is daarnaast gewerkt aan het realiseren van woningen voor cliënten om de doorstroom te bevorderen. Hopelijk komen die woningen er in 2014.
12
Liane van der Haven
“Voorheen hadden we dag- en nachtopvang met slaapzalen en konden we alleen moeders met kinderen opvangen (jongens tot 13 jaar) en alleenstaande vrouwen. In ‘t Bergse Huys hebben alle gezinnen een eigen kamer en bieden we crisisopvang voor maximaal zes maanden verblijf. Voor het zover was hebben twee werkgroepen, één bestaande uit medewerkers en één uit bewoners, de inrichting van de nieuwe locatie en de verhuizing en alles wat daarbij komt kijken, voorbereid. De aanschaf van hulpmiddelen voor in de keuken, het in elkaar zetten van de meubels, het kiezen van de kleuren van de wanden: de bewoners hebben actief meegedaan. De samenwerking tussen medewerkers en de bewoners verliep heel soepel.” De verhuizing betekende ook voor de medewerkers een omschakeling. Alisa: “Als gevolg van de verhuizing naar een ander deel van Rotterdam, veranderden reistijden, vergoedingen en ook het dienstrooster is gewijzigd. De nieuwe opzet leidde ook tot een nieuwe rol van de medewerkers en onzekerheid over de veranderingen”. In de opvang nieuwe stijl wordt meer inzet van de bewoners verwacht: een eigen bijdrage, koken van maaltijden, samen bepalen van het menu, boodschappenlijst maken en gezamenlijke corvee/schoonmaaktaken. Veel wordt geregeld tijdens het wekelijkse koffie-uurtje waarbij bewoners echt meepraten en meedoen. Zij ervaren dit als zeer positief. Alisa: “Wat dat betreft is het een
Alisa Kuijken - Martic andere aanpak ten opzichte van een aantal jaar geleden: bewoners hebben nu veel meer eigen verantwoordelijkheid en zelfstandigheid.” Een andere omslag is het feit dat nu ook mannen en jongens van 13 jaar en ouder in de crisisopvang kunnen verblijven, gezinnen hoeven niet meer gescheiden te worden. En voor het eerst zal in 2014 een mannelijke medewerker het team van vrouwelijke medewerkers komen versterken. De officiële opening van ‘t Bergse Huys vond plaats op 16 oktober 2013. Een succesvolle dag en echt een feest voor medewerkers, buren en ketenpartners, mede georganiseerd door de bewoners. Er zijn die dag onder meer schilderijen gemaakt, er is gezongen door een koor van kinderen en er zijn zelfgemaakte hapjes geserveerd. Alisa Kuijken-Martic, unitleider van ‘t Bergse Huys en de Vuurtoren, die tien jaar geleden als stagiair bij het Leger des Heils begon, en onder meer werkte als groepsleider, maatschappelijk werker en zorgcoördinator, is heel dankbaar dat er nu een crisisopvang is voor de gezinnen.
13
Aandacht voor slachtoffers van mensenhandel
Sterke, stabiele mensen is het streven “Cliënten ervaren onze andere manier van werken. Ze krijgen een stuk autonomie terug en er is aandacht voor hetgeen zij hebben meegemaakt. Bij autonomie hoort verantwoordelijkheid. Bijvoorbeeld verantwoordelijkheid voor dagelijkse dingen als schoonmaken van de eigen kamer en de afdeling. En dat gaat prima, oordeelde de GGD in 2013.” Maar ook verantwoordelijkheid voor het zoeken van werk, het bijleggen van meningsverschillen met je buurman, het aanschrijven van schuldeisers, ect. In zes maanden wordt hard gewerkt door de cliënt en de persoonlijk begeleider aan de hand van een op maat gemaakt zorgplan. Elke woensdagavond is er een gezamenlijk programma, bijvoorbeeld een budgettraining, een bewonersvergadering of een sociale vaardigheden-spel.
In 2013 heeft het Leger des Heils zich ingezet voor slachtoffers van mensenhandel en dan met name uitbuiting in prostitutie. Tjalling Vonk, manager primair proces bij het MCR, vertelt wat er afgelopen jaar in Rotterdam is bereikt. “Sinds 2012 is mensenhandel bij het Leger des Heils internationaal, en ook in Nederland, een belangrijk thema. Het Leger des Heils heeft daarom internationaal en in Nederland een netwerk opgericht om mensenhandel tegen te gaan en slachtoffers op te vangen.” Namens het MCR is Tjalling lid van het nationale netwerk: “Binnen de Stichting Welzijns- en Gezondheidszorg, waarvan het MCR deel uitmaakt, staat aandacht voor mensenhandel steeds vaker op de agenda, waarbij we werken aan de internationale verbinding, want mensenhandel en uitbuiting in prostitutie zijn immers grensoverschrijdend.” Doel van de Leger des Heils taskforce mensenhandel, zoals het netwerk heet, is het opbouwen van kennis en het gericht aanpakken van de problematiek. In Rotterdam is het afgelopen jaar kennis opgebouwd en zijn medewerkers bij het onderwerp betrokken. Sinds enkele jaren zijn in The Village twee intramurale plekken waar slachtoffers na de crisisopvang kunnen werken aan het herstel van hun gewone leven. Tjalling vertelt: “We werken veel samen met Humanitas. Zij doen de regionale coördinatie en organiseren de deskundigheidsbevordering in de regio. Zo nemen de betrokkenheid en de kennis van onze medewerkers toe. Heel praktisch sluit het Leger des Heils aan bij de vrijwilligersinitiatieven die er in Rotterdam zijn, zoals het bezoeken van bordelen, het organiseren van dagbesteding, huisvesting en lotgenotencontact. Zo worden contacten met slachtoffers gelegd. Na de crisisopvang hebben we twee plekken in The Village en daarna bieden we ambulante begeleiding.”
Tjalling Vonk
In 2013 is het Leger des Heils begonnen met die ambulante begeleiding van slachtoffers, maar financiering hiervoor ontbreekt vooralsnog. “Hopelijk komt die in 2014 van de grond, want,” zo zegt Tjalling “de gemeenteraad van Rotterdam heeft afgelopen jaar een motie aangenomen om geld beschikbaar te stellen voor de ambulante begeleiding van ex-prostituees die zijn uitgebuit. Daarmee kunnen we de slachtoffers van mensenhandel ambulant verder op weg helpen naar een gewoon leven.”
14
Voor de medewerkers is in 2013 veel veranderd . Zij hebben moeten leren omgaan met een nieuwe werkwijze: met de handen op de rug de cliënt zoveel mogelijk in de eigen kracht zetten. Waarbij er ook oog is voor zingeving: wat vindt de cliënt belangrijk en dat proberen mogelijk te maken. Bijvoorbeeld een vader in staat stellen iets leuks met zijn kinderen te doen. Dat geeft iemand de kracht om verder te gaan met zijn problemen! Jilles van Dijke
De Passage in Rotterdam-Delfshaven biedt rustige en veilige plekken aan vijftien cliënten. Wat was de werkwijze in 2013 en hoe is dat bevallen? Jilles van Dijke werkt bijna 10 jaar bij het Leger des Heils. De voormalig vrachtwagenchauffeur is sinds 2008 unitleider binnen het MCR. Hij heeft veel affiniteit met zijn doelgroep die hij open noemt, en direct. “Onze cliënten hebben vaak veel verdriet en pijn gekend, verliezen en teleurstellingen.” De vijftien cliënten van de Passage komen van de straat en worden vaak nog niet begeleid. In de Passage volgen zij een traject van zes maanden. Elke cliënt heeft zijn/haar eigen leerproces, mag fouten maken omdat dat inzicht geeft. De eigen kamer wordt als bijzonder ervaren; eindelijk een eigen plek, waar het rustig en veilig is. In de Passage begint het verwerkingsproces en stabiliseren cliënten die dan veelal met grote sprongen vooruit gaan.
De afdelingsvisie hebben de medewerkers samen geformuleerd. Gelijkwaardigheid ten opzichte van de cliënt (we zijn allemaal mens) en autonomie van de cliënt (wat kan de bewoner zelf?) staan voorop. Als een doel van de cliënt is behaald, wordt dit gevierd en gaat een begeleider bijvoorbeeld samen met een bewoner wat drinken op een terrasje of tekenspullen kopen, ook een verandering voor het personeel. Uit gesprekken en vergaderingen met bewoners komen ideeën naar voren waaraan, als het mogelijk is, uitvoering wordt gegeven. Dit is ook anders dan jaren geleden. Als speerpunten voor 2014 noemt Jilles: koken, sporten, budgettraining en sociale vaardigheidstraining; allemaal in te zetten als hulpverleningsinstrumenten. “De cliënten zo sterk mogelijk maken, daar gaat het om!”
15
Algemeen beleid en ontwikkelingen Terugblikkend op 2013 kunnen we stellen dat het afgelopen jaar een dynamisch jaar is geweest dat is gekenmerkt door een aantal belangrijke veranderingen en ontwikkelingen in de zorg die zullen leiden of al hebben geleid tot nieuw zorgbeleid; waaronder de transitie van de zorg naar de gemeentes al dan niet resulterend in bezuinigingen. Het is nog steeds onzeker wat de exacte effecten van deze ontwikkelingen zullen zijn; op macroniveau voor de samenleving en onze organisatie. Op microniveau voor onze medewerkers, maar bovenal vooral voor onze cliënten. Deze ontwikkelingen bieden echter ook de nodige kansen voor MCR! In 2013 hebben wij geanticipeerd op de mogelijke effecten en hebben wij de focus gelegd op maatregelen om de organisatie financieel gezond te houden. Daarnaast proberen wij, daar waar mogelijk te participeren in de ontwikkeling van gemeentelijk zorgbeleid.
Een zinvolle dagbesteding en het herstel van het gewone leven is een belangrijk uitgangspunt bij het verlenen van zorg aan de cliënten. Het MCR biedt cliënten perspectief op (betaald) werk door het deelnemen aan activiteiten van het 50|50 merk. In 2013 is een professionaliseringslag gemaakt en zijn de activiteiten uitgebreid. Het aantal door de gemeente Rotterdam toegewezen trajecten in 2013 bedroeg 81 (2012: 81).
Rob Pons, beleidsmedewerker/directiesecretaris, vult aan: “Wat ons in 2013 zeer heeft beziggehouden is de toegenomen aandacht voor de benadering van cliënten, het eigenkracht denken. Je moet er niet alleen in geloven, maar ook als medewerker je gedrag willen aanpassen. Luisteren, vragen stellen. Judith Wolf, hoogleraar aan de Radbouduniversiteit in Nijmegen, heeft een belangrijke rol in de ontwikkeling van deze methodiek. Het is een andere manier van kijken naar cliënten en naar je eigen rol als medewerker en hulpverlener. De eigenkrachtmethodiek vraagt om maatwerk, want elke cliënt is uniek. Housing First is ook een voorbeeld van het geloof in de eigen kracht van cliënten. Housing First is eind 2013 van start gegaan, een bijzonder concept. Te vaak vallen cliënten uit het reguliere traject van nachtopvang, tijdelijke opvang of begeleid wonen naar zelfstandige woonruimte. Met dit concept, overgewaaid vanuit Amerika, krijgen cliënten eerst de sleutel van een eigen woning en van daaruit wordt alle noodzakelijke ondersteuning geregeld. In 2013 is gestart met twee cliënten en begin 2014 wordt dit uitgebreid naar vier cliënten, waarna op basis van een evaluatie een vervolg wordt afgesproken. De pilot is een samenwerking tussen het MCR, Woonstad Rotterdam en de gemeente Rotterdam.” Regina Broeze, directeur bedrijfsvoering, is trots op de opening van twee nieuwe buurtsteunpunten: “In overleg met de gemeente Rotterdam en de deelgemeentes IJsselmonde en Delfshaven zijn in 2013 twee nieuwe buurtsteunpunten geopend. In het najaar van 2013 is buurtsteunpunt De Vuurtoren, gelegen aan de Neercanneplaats in de Rotterdamse wijk Beverwaard van start gegaan. De eerste ervaringen rond dit nieuwe buurtsteunpunt zijn zeer positief. Hoogtepunt was de organisatie van het wijkkerstfeest, in samenwerking met andere organisaties en kerken die actief zijn in deze wijk. Eind december is het buurtsteunpunt Delfshaven aan de Spanjaardstraat geopend door wethouder Florijn, voorzitter van de deelgemeente Delfshaven Goncalves en directeur W&G Cornel Vader.”
16
Een zinvolle dagbesteding en het herstel van het gewone leven is een belangrijk uitgangspunt bij het verlenen van zorg aan de cliënten. In 2013 is gestart met de registratie van de gerealiseerde uren dagbesteding van cliënten vanuit de AWBZ. Het aantal gerealiseerde uren dagbesteding is als volgt:
2013 Aantal gerealiseerde uren dagbesteding AWBZ Aantal gerealiseerd uren inzake trajecten gemeente Rotterdam Totaal aantal gerealiseerde uren dagbesteding cliënten MCR Aantal unieke cliënten dat heeft deelgenomen aan dagbesteding
Rob Pons
50.381 52.621 103.002
247
Het opstellen en implementeren van vrijwilligersbeleid was één van de speerpunten van het Management Team voor 2013. Rob licht toe: “Eind 2013 is het beleid gepresenteerd en geïmplementeerd. Begin 2014 is een vrijwilligerscoördinator aangesteld teneinde concreet uitvoering te geven aan het ontwikkelde beleid. Eind 2013 waren er binnen het MCR 53 vrijwilligers actief.” Eind 2013 is besloten om te stoppen met het centraal bereiden van maaltijden binnen het MCR. Regina licht toe: “Als voorbereiding op de besluitvorming is een onderzoek uitgevoerd naar de toekomst van de centrale keuken vanuit cliëntperspectief, medewerkersperspectief en financieel perspectief. Zowel vanuit het cliëntperspectief als het financieel perspectief bleek het niet langer wenselijk om centraal maaltijden te bereiden. De centrale keuken van het MCR zal dan ook geleidelijk worden afgebouwd in 2014. De locaties voor vrouwen- en gezinsopvang zijn inmiddels gestart met een pilot voor het zelf bereiden van maaltijden. De tussentijdse evaluatie geeft aan dat de cliënttevredenheid ten aanzien van de maaltijden is toegenomen en dat de voedingskosten voor de locatie zijn gedaald.”
Regina Broeze
Maatschappelijk Centrum Rotterdam e.o. in één oogopslag
In 2013 lag de focus op een kwaliteitsverbetering rond de P&Oprocessen wat onder meer heeft geleid tot een verdere daling van het arbeidsverzuim. Tevens zijn de nodige voorbereidingen getroffen voor de implementatie van het nieuwe HR-systeem Afas en het Nieuwe Roosteren/planningssysteem SP-Expert per 1 januari 2014. Daarnaast is in 2013 het project Clever Nieuw, de implementatie van het proces gestuurd en doelgericht programmatisch werken, gestart. De implementatie hiervan is gepland voor de tweede helft van 2014. Voor 2014 ligt binnen de bedrijfsvoering de focus op een kwaliteitsverbetering van de facilitaire processen waaronder de schoonmaak van- en het onderhoud aan de panden.
2013
2012
2011
De hulpvragers Aantal hulpvragers (unieke personen) op 01-01-2013 Aantal aangemelde hulpvragers Totaal aantal hulpvragers (unieke personen) per jaar Aantal uitgeschreven hulpvragers Aantal hulpvragers (AHVT’s*) op 01-01-2014 Aantal TTC’s** De hulpverleningscapaciteit
3.134 3.105 3.148 3.723 3.316 3.511 6.857 6.421 6.659 3.647 3.287 3.554 3.210 3.134 3.105 183
195
162
Aantal plaatsen dagopvang 200 Aantal bedden intramurale voor- 323 zieningen Aantal plaatsen arbeidstraining 130 De organisatie
264 305
295 319
95
90
Aantal vestigingen Aantal medewerkers op 01-01 Nieuwe medewerkers Vertrokken medewerkers Aantal medewerkers op 31-12 - waarvan leidinggevend - waarvan staf / specialistisch - waarvan uitvoerend zorg - waarvan uitvoerend administratief / civiel Aantal vrijwilligers per 31-122013 Gemiddeld ziekteverzuim in %
24 417 61 75 403 28 10 318 47
23 398 86 67 417 27 7 340 43
22 368 91 61 398 27 7 321 43
53
41
36
5,9
6,5
7,2
17
*AHVT: Afdelingshulptraject **TTC: Trajecttoewijzingscommissie
Steeds meer digitale aanmeldingen voor hulp en ondersteuning “Het MCR ziet in 2013 een stijging van het aantal digitale hulpaanvragen”, zo vertelt Kees Drooger van de afdeling zorgcoördinatie. “In 2013 zijn op deze manier 189 aanmeldingen binnen gekomen. De meeste van deze verzoeken leidden tot het aanbod van begeleiding of zorg. Slechts een enkel verzoek moest worden doorverwezen. Wanneer het MCR het verzoek in behandeling neemt wordt dit verzoek, afhankelijk
van de vraag, doorgestuurd naar de bijpassende afdeling of voorziening. Daar zal het verzoek verder opgepakt worden wat uiteindelijk kan leiden tot het best passende hulpaanbod. Het MCR ziet in het eerste kwartaal van 2014 een verdere stijging, waarbij er sprake is van een verdubbeling ten opzichte van het eerste kwartaal in 2013.”
De exploitatie van 2013 en de begroting voor 2014 van het MCR is als volgt: Begroting 2014
(bedragen x 1.000 euro) Bedrijfsopbrengsten: - AWBZ/ZVW
Exploitatie 2013
Exploitatie 2012
9.330
8.910
8.525
345
392
123
15.279
15.354
15.363
- overige opbrengsten
2.458
2.675
2.410
- eigen bijdragen
1.394
1.162
1.241
- forensische zorg - overheidssubsidies
SOM DER BEDRIJFSOPBRENGSTEN
28.805
28.493
27.662
Bedrijfslasten: - personeelskosten - afschrijvingen - overige bedrijfskosten
18.314 896 8.769
19.157 864 8.696
18.907 843 9.259
SOM DER BEDRIJFSLASTEN
27.979
28.717
28.188
Financiële baten en lasten
(477)
RESULTAAT
350
De jaarrekening 2013 laat een negatief resultaat zien van 702.220 euro (2012: EUR 1.002.867). De volgende incidentele posten hebben het resultaat beïnvloed: Incidentele subsidie baten over voorgaande jaren van circa EUR 369.000. Reorganisatiekosten van circa EUR 345.000. Rekening houdend met bovenstaande posten resteert een genormaliseerd negatief resultaat van circa EUR 726.000 (2012: EUR 875.000). Het begrote verlies bedraagt EUR 540.000 (2012: EUR 540.000). Het genormaliseerde resultaat over 2013 is lager dan het begrote verlies en is voor een belangrijk deel te verklaren door:
18
(478)
(477)
(702)
(1.003)
Achterblijvende AWBZ-productie, o.a. door een tekort aan personeel, relatief weinig indicaties en een lagere productiviteit dan verwacht; Relatief lage bezetting op de verpleegafdeling en de afdelingen vallend onder bijzondere jongerenhuisvesting gedurende het boekjaar; Lagere opbrengsten uit hoofde van het buurtsteunpunt Delfshaven als gevolg van de relatief late opening in december 2013 waarbij de huisvestingskosten gedurende het jaar reeds werden gemaakt.
Net zoals andere zorginstellingen, wordt het MCR geconfronteerd met bezuinigingen en onzekerheden rond de wijzigingen in het landelijke en gemeentelijke zorgbeleid. Om het hoofd te kunnen bieden aan de huidige en toekomstige bezuinigingen is het van groot belang dat het MCR een slagvaardige en efficiënte organisatie is. In 2013 heeft de focus gelegen op het creëren van een flexibele schil van medewerkers mede in relatie tot het afbouwen van de kosten van externe medewerkers. Ook de implementatie van het nieuwe roosterbeleid en het planningssysteem SP-Expert per 1 januari 2014 zal naar verwachting leiden tot een nog meer efficiënte inzet van medewerkers. Tevens zal in 2014 worden gestreefd naar een toename van het aantal vrijwilligers op basis van het nieuwe vrijwilligersbeleid. Het arbeidsverzuim over 2013 is gedaald van 6,5% in 2012 naar 5,9% in 2013. Voor 2014 zal verder een focus liggen op de verbetering van de facilitaire processen en de beheersing van de facilitaire kosten, waaronder de kosten van onderhoud en schoonmaak.
Kwaliteit De primaire kwaliteitsdoelstelling voor de Stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheidszorg is het bieden van kwalitatief goede zorg aan kwetsbare mensen tegen de laatst mogelijke kostprijs. Een kwaliteitsmanagement-systeem helpt bij het bewaken, beheersen en verbeteren van de kwaliteit van de zorg. In het digitale handboek staan de procedures en werkinstructies ten behoeve van de medewerkers. In het kader van risicomanagement worden regelmatig interne auditrondes georganiseerd. Kwaliteitsmanager Anne de Putter vertelt: “Naar aanleiding van dossier-audits in 2012 zijn met name bij de Rotterdamse nachtopvang in 2013 verbeteringen aangebracht, zoals het aanstellen van HBO-geschoolde persoonlijk begeleiders die werken aan zorgplannen en evaluaties doen.” In 2013 hebben de meeste medewerkers van MCR een training gehad in schrijven van zorgplannen en evaluaties en het bijhouden van het cliëntdossier. In de periode oktober-december 2013 is opnieuw de zorgdossier- en productieaudit uitgevoerd. De evaluatie is begin 2014. In 2013 was er ook een interne audit rond het onderwerp cultuur en identiteit middels interviews met medewerkers en paneldiscussies. De evaluatie volgt begin 2014. De HKZ-audit voor een nieuw certificaat voor drie jaar is met positief resultaat afgerond. In 2013 heeft RIBW Het Kreekpad, opgericht in 2011 voor cliënten met een licht verstandelijke beperking, het HKZ-certificaat gehaald voor die doelgroep. In 2013 is een externe, lokale cliëntvertrouwenspersoon aangesteld voor alle cliënten van het MCR. Ten behoeve van het MCR functioneert een klachtencommissie. In 2013 zijn bij het MCR 35 klachten ingediend (2012: 33 klachten) en intern afgehandeld. Er zijn geen meldingen bij de externe klachtencommissie gedaan. Veiligheid is blijvend een belangrijk item. Alle incidenten worden centraal geregistreerd in het meldsysteem. Deze worden besproken in de
units en zo nodig worden verbeteringen aangebracht. Er zijn vier kwaliteitplatforms: RIBW, nachtopvang, ambulant en vrouwen en kinderen. Afgelopen jaar is expliciet aandacht geweest voor de positie van kinderen (al dan niet via de ondersteuning van de moeders). In de RIBW’s is meer aandacht geweest voor de somatische screening bij risicovolle cliënten, voor lichaamsbeweging en dagbesteding/ activiteiten. Zo zijn er abonnementen bij sportscholen voor cliënten. Tot slot vertelt Anne dat de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling bij alle units voor vrouwen met kinderen is geïmplementeerd. De meldcode wordt begin 2014 geëvalueerd en herschreven en gaat vervolgens voor alle units van het MCR gelden. Rob Pons is blij met de professionalisering van de interne- en externe communicatie: “In 2013 is er meer lijn gekomen in de communicatie: de website is weer up to date, informatiestromen zijn verbeterd. In het najaar is een communicatie-adviseur aangesteld om nog meer te verbeteren.” De Nederlandse overheid erkent het belang van ons werk. Daarom ondersteunt ze de financiering bij veel van ons werk met behulp van subsidies. Daarnaast is er geld nodig om te kunnen blijven inspelen op steeds weer nieuwe, actuele ontwikkelingen. Het MCR wil daarom alle fondsen en gevers van giften, hartelijk dank zeggen voor de financiële ondersteuning die wij in 2013 mochten ontvangen. Het jaarplan 2014 van het MCR is gericht op een vijftal speerpunten, te weten: Wijkgericht werken, Sterke externe positie, Informalisering zorg, Ervaringsdeskundigen en Fit for all (gezondheid en vitaliteit). De speerpunten Wijkgericht werken, Informalisering zorg en Ervaringsdeskundigen zijn tevens landelijke speerpunten en vastgesteld in het Meerjarenbeleidsplan van W&G. De speerpunten Sterke externe positie en Fit for all zijn lokaal vastgestelde speerpunten.
19
Het kan ook anders Om deze uitspraak maar gelijk in de praktijk te brengen, treft u hierbij van mij geen voorwoord maar een slotwoord.
Johan Koeman
U heeft in dit trendy jaarverslag kunnen lezen wat er in 2013 allemaal is gebeurd binnen het Maatschappelijk Centrum Rotterdam en omstreken. Persoonlijke indrukken van bewoners, medewerkers, maar ook van onze partners. Een uitspraak die mij bijstaat is, dat drie keer linksaf slaan ook rechtsaf is. Wij bevinden ons in een maatschappelijke context waarin veel is veranderd en veel gaat veranderen. De snelheid waarmee dit geschiedt , wordt opgevoerd. Hierbij is onze koersbepaling van belang, maar ook ons vermogen innovatief te zijn. Wij gaan voor mensen, wij gaan voor het gewone leven! Deze missie zal iedere keer weer moeten worden geplaatst in de context van de huidige ontwikkelingen. Kwaliteit, efficiency, methodieken en processen, allemaal factoren die in beweging zijn. In al deze veranderingen en aanpassingen zou je haast vergeten waar het eigenlijk om gaat. Er zijn voor die ene vrouw, die man, dat kind, waar het veelal ontbreekt aan de eerste levensbehoeften, zoals een dak, eten, arbeid, ontspanning, kennissen en familie, maar bovenal toekomstperspectief. Om deze unieke mens gaat het; er zijn op dat belangrijke moment, het moment van wanhoop, ontreddering, verwarring en nood. Ik ben ontzettend blij, dat we dit werk reeds meer dan 125 jaar mogen doen. Met bewondering voor alle medewerkers, vrijwilligers en ketenpartners. Met deze zekerheid van onze missie, met vertrouwen op God en de medemens, gaan we in deze turbulente tijd gedreven en vasthoudend door. “Ga en doe iets” is een uitspraak van William Booth, de stichter van het Leger des Heils, die niet verandert en van alle tijden is. Ik geloof dat ik samen met u deze taak kan voortzetten. Nieuwsgierig naar wat wij in 2014 gaan doen? Kijk op de volgende link: http://www.youtube.com/watch?v=Uwa9sbbbGOA of zoek op Youtube, Leger des Heils MCR. Johan Koeman, algemeen directeur Maatschappelijk Centrum Rotterdam e.o.
Centraal bureau Rotterdam: Kooikerweg 28 - 3069 WP Rotterdam - tel. 010-222 98 88