achtergrond
Het kabinet trekt 2,4 miljard euro extra uit voor windenergie. Geniaal of gekkenwerk? Tekst: Frank den Hoed | Foto: Mark Segal/GettyImages, Evert-Jan Daniels/anp
16
FORUM #07/09.04.09
17
FORUM #07/09.04.09
achtergrond
‘Consistent overheidsbeleid is een belangrijke voorwaarde’
“Een ieder die z’n gezond verstand gebruikt, weet dat windmolens niet draaien op wind maar op subsidie.” vvd-coryfee Hans Wiegel was er twee weken geleden duidelijk over: wind is voor hem niet de gedroomde energiebron van de toekomst. Wiegels uitspraak kwam nog geen dag nadat minister Van der Hoeven van Economische Zaken trots had aangekondigd dat - als onderdeel van de crisismaatregelen van het kabinet - fors wordt geïnvesteerd in windparken op zee. Volgens de bewindsvrouw 2,4 miljard euro extra in de komende vijftien jaar. Omgerekend per jaar is dat 160 miljoen euro. Nederland telt nu twee windparken op zee. De turbines van Windpark Egmond aan Zee (36) en Prinses Amalia Windpark (60) zijn samen goed voor een vermogen van ruim 200 megawatt. Eerder al had het kabinet besloten dat dit vermogen in deze regeerperiode naar 450 megawatt uitgebreid zou worden. Maar dankzij het crisispakket is dat verhoogd met nog eens 500 megawatt in twee jaar. Die extra investering dient volgens Van der Hoeven niet alleen om de economie de wind in de zeilen te geven, maar ook om de doelstelling te halen in 2020 20 procent van de energie duurzaam te produceren. Dit om de uitstoot van broeikasgassen rond die tijd met 30 procent terug te brengen ten opzichte van 1990. Maar voordat windenergie een grote vlucht kan nemen moet er eerst nog wel wat scepsis overwonnen worden. Het is te weinig geld om écht iets voor elkaar te krijgen De Nederlandse inzet verbleekt bij de mega-investeringen in andere 18
FORUM #07/09.04.09
landen. Neem de Zweden. Die maakten in 2007 bekend 22 miljard euro te willen investeren in windenergie, goed voor ongeveer 4.000 nieuwe windmolens. Als alle plannen uitkomen, levert dit voldoende energie op om te voorzien in een derde deel van het Zweedse elektriciteitsverbruik. Ook in een land als de Verenigde Staten wordt ‘uitgepakt’ met investeringen in windenergie. Alleen al in 2006 werd 2.454 megawatt nieuw windvermogen geïnstalleerd, een investering van 4 miljard dollar. De terughoudendheid van Nederland sluit aan bij het beeld dat naar voren komt uit het onderzoek Crisis or not, renewable energy is hot van PricewaterhouseCoopers. Volgens dat onderzoek behoort ons land bij de slechtst presterende vijf landen van de Europese Unie waar het gaat om het aandeel duurzame energie in de energiemix. Het geld komt allemaal in het buitenland terecht Daar zit wat in. Nederland heeft zijn rol als voorloper op het gebied van windenergie in de voorbije jaren als sneeuw voor de zon zien verdwijnen. Een gebrek aan consistent overheidsbeleid op het gebied van windenergie heeft daar aan bijgedragen. Er zijn nog wel Nederlandse windturbineproducenten. Maar grote namen van weleer, zoals Lagerwey, zijn al jaren ‘uit de markt’. Wat rest zijn fabrikanten van turbines voor kleinschaliger stroomopwekking, zoals Emergya Wind Technologies (ewt). Dat borduurt voort op de erfenis van Lagerwey, maar streeft inmiddels ook naar ontwikkeling van grotere turbines. Daarnaast zijn er nog adviesbureaus op het gebied van windenergie. Geld dat wordt geïnvesteerd in windenergie, waait dus grotendeels over de
Windenergie: van kilo naar Mega Hoeveel elektriciteit een windturbine kan leveren, hangt van een aantal factoren af. De belangrijkste zijn de grootte van de rotorbladen en de locatie waar de turbine is opgesteld. Kust- of zeelocaties leveren het meeste rendement op. Het vermogen van de windturbines heeft de afgelopen twee decennia een snelle ontwikkeling doorgemaakt. Twintig jaar geleden was 75 kiloWatt (kW) geen verkeerde waarde. Een turbine van dat kaliber leverde zo’n 135.000 kWh (voldoende om 40 huishoudens van stroom te voorzien). Nu is 2 tot 3 MegaWatt (mw) de standaard. Volgens de Nederlandse Wind Energie Associatie (nwea) is dat – mits de turbine wordt geplaatst langs de kust - voldoende voor een stroomproductie van 6,6 miljoen kWh per jaar (= de energieconsumptie van bijna 2.000 huishoudens). www.windenergie.nl www.windopzee.nl www.nwea.nl www.pwc.nl www.vrom.nl
grens. Naar landen als Denemarken en Spanje, waar fabrikanten van grote turbines wél hebben overleefd. Daar heeft de overheid dan ook steeds een goed langetermijnbeleid gevoerd. Wie garandeert dat een volgend kabinet de plannen van de minister niet weer terugdraait? Er is alle reden voor bezorgdheid. De Nederlandse overheid blinkt niet uit in eenduidig en vasthoudend beleid waar het gaat om windenergie. Belangenorganisaties als de Nederlandse Wind Energie Associatie (nwea) beklagen zich al langer over de moeizame besluitvorming rond nieuwe windparken en de steeds wisselende ‘spelregels’. Maar het blijkt ook uit de manier waarop in voorbije jaren is omgesprongen met subsidieregelingen voor de opwekking van duurzame energie. Die regelingen zijn elkaar in rap tempo opgevolgd. En niet omdat ze geen succes waren, maar juist omdat ze dat wél waren. Een voorbeeld is de mep (subsidieregeling Milieukwaliteit Elektriciteitsproductie). Geholpen door de sterk stijgende prijzen van gewone stroom pakte deze regeling zó gunstig uit voor producenten van windenergie, dat het ministerie van Economische Zaken in 2006 besloot om geen nieuwe aanvragen meer in behandeling te nemen. De regeling die er voor in de plaats kwam, de sde (Stimuleringsregeling Duurzame Energie), is scherp begrensd. Zo is er een jaarlijks plafond aan de toe te kennen subsidie. Ook is de subsidie gekoppeld aan de hoogte van de elektriciteitsprijs.
19
FORUM #07/09.04.09
Wedden we niet op het verkeerde paard? Eigenlijk weten we het nog niet. We weten wel dat windenergie één van de methodes is om te voldoen aan de kabinetsdoelstelling om in 2020 20 procent van de energie te halen uit duurzame bronnen. Nu ligt dat percentage rond 3,5. Dat windenergie mogelijkheden biedt, be-wijzen andere Europese landen. Spanje en Duitsland halen nu al 6 respectievelijk 8 procent van hun energie uit wind, terwijl in Denemarken het aandeel ‘wind’ zelfs al 20 procent is. Windenergie is nu nog duurder dan grijze stroom, maar het wordt met het verstrijken van de jaren wél (steeds) goedkoper. Dat komt door de ontwikkeling en inzet van grotere en meer geavanceerde windturbines. Het ministerie van vrom houdt voor de energieopwekking met behulp van turbines een kostprijs aan van minimaal 5 eurocent per kilowattuur (op locaties met veel wind; elders 8 eurocent). Dat is maar weinig meer dan de kostprijs van energieopwekking uit fossiele brandstoffen als gas en kolen (4 eurocent). De ontwikkeling van nieuwe technologie kan het verschil in kosten verder terugdringen. nwea heeft becijferd dat windenergie op zee rond 2020 rendabel zou kunnen zijn, zes jaar na windenergie op land. Het zou sneller kunnen als de prijzen van fossiele brandstoffen - zoals verwacht - weer (in hoog tempo) stijgen. Zet die dingen gewoon op land. Dat is een stuk gemakkelijker. Technisch gezien klopt die redenatie. De fundering voor een windturbine op land is eenvoudiger en daardoor veel goedkoper dan die
achtergrond
FORUM #07/09.04.09
1.021,0
1.002,7
������
�������
bron: wind energy barometer
2.224,6
���������
3.287,9
�������� ����������
20
2.862,0
3.404,0
���������
En de technische problemen? Niemand zal ontkennen dat die er zijn. Zo kan de (piek)stroom die met windturbines wordt opgewekt nu nog niet altijd even goed worden opgevangen. Maar volgens deskundigen is dit probleem ook weer niet onoplosbaar. Het zou kunnen worden ondervangen door de nationale energienetten beter met elkaar te verbinden. Er circuleren trouwens ook al typisch Nederlandse oplossingen. Zoals het plan voor een eiland in de Noordzee met daarin een diepgelegen meer (40 meter onder nap) waarin windenergie opgeslagen kan worden, een zogenoemd valmeer. Dit plan van Bureau Lievense en kema borduurt voort op een eerder, soortgelijk plan uit 1986. De opslagcapaciteit van het valmeer is groot genoeg om twaalf uur lang een vermogen van 1.500 mw te leveren, een vermogen vergelijkbaar met dat van een grote elektriciteits-
��������
3.736,5
������
van een turbine op zee. Een vergelijkbaar verhaal gaat op voor het onderhoud. Het Nederlandse bedrijf Emergya Wind Technologies rekende half maart nog voor dat wind op zee vier keer duurder is dan wind op land. Maar andere argumenten pleiten ervoor om tóch niet te kiezen voor de op het eerste gezicht gemakkelijkste weg. De weerstand tegen windturbines op land is groot. Ze zouden leiden tot horizonvervuiling, te veel lawaai maken en schaduw veroorzaken. Voor windturbines op zee spelen de argumenten ‘tegen’ veel minder. Het enige argument ‘tegen’ dat turbines op land en zee delen is de ‘schadelijkheid’ voor de vogelstand. Niemand zal durven te beweren dat molens en vogels een ideale combinatie vormen. Maar cijfers van het Wereld Natuur Fonds laten zien dat van alle vogels die door menselijk handelen omkomen, naar schatting 1 tot 2 procent voor rekening komt van windturbines.
3.179,9
16.740,3
������
Geïnstalleerd vermogen (in mw), stand december 2008
����������
23.902,8
���������
Top-10 windenergie in Europa
centrale. Maar promotieonderzoek van de Technische Universiteit Delft laat zien dat een oplossing van het kaliber Lievense niet nodig hoeft te zijn. Windenergie kan volgens dat onderzoek in het net worden ingepast zonder grootschalige elektriciteitsopslag. Een andere optie waar op wordt gestudeerd, is de mogelijkheid windenergie ’s nachts - als er relatief weinig vraag is - in te zetten voor het opladen van de accu’s van elektrische auto’s. Moeten we er nu vertrouwen in hebben dat het goed komt? Het Nederlandse bedrijfsleven is verdeeld over de kansen van windenergie, zoveel is wel duidelijk. Siemens is een voorbeeld van een bedrijf dat er alle vertrouwen in heeft. De onderneming kondigde in september 2007 aan dat er een nieuw kenniscentrum moest komen voor windenergie op zee, met als vestigingsplaats Den Haag - de locatie van het Nederlandse Siemens-hoofdkantoor. Shell daarentegen meldde vlak voor de presentatie van het crisisakkoord niet meer te zullen investeren in duurzame energie zoals windenergie. De organisatie liet weten voorlopig geen heil (meer) te zien in windenergie en de investeringen te schrappen, omdat ze niet genoeg opleveren. Een ding is wel duidelijk: als de overheid zijn kaarten zet op windenergie, moet zij er ook écht voor gaan. En dan niet blind op grote schaal investeren in windparken op basis van bestaande technologie. Maar juist gaan voor de ontwikkeling van nieuwe, effectiever technologie, zoals eerder bepleit door onder meer de Vereniging voor Energie Milieu en Water (de belangenbehartiger van zakelijke energiegebruikers). Een consistent beleid is voor het welslagen van de ontwikkeling van windenergie een belangrijke voorwaarde. En daaraan heeft het de laatste jaren nogal ontbroken.