HJST BANKJE ÉÉ p j J' jjir f J JijiJ 1 Fr I ? MUZIEK VAN MONNIC KENDAM
WOORDEN VAN TONY HOUTMAN
E r jta.ateetiba.nk.je in hetpbrittoenZóo tus.achendiegroe.ne boo
f ö
ie
fc5
m j
fni
tf
rr=fP j p^ s
e
^ P
men;Een b&nk.je,dAtinzjjrteen
i
£ É r
Wj a J J ■M^J p
^
i
^m
m
rr~j ir F F
. v<Ju..digfAt5oen,Ma4r #iUe.t/tfwtgjtattf draj_.men.EM 'tzietenthwrteM'tVDelt^om^z^veel^Kent ou,.der.dm
Eerst komt de baker in het plantsoen En zet zich er deftig neder. Ze heeft met de baby bedrijvig te doen En loopt met haar steeds op en neder. Het bankje hoort jammerend kindergeschrei, Ziet vreugde en leed van de jeugd... De baker zingt zachtkens haar liedje erbij En 't bankje is 't, dat zich verheugt.
Dan werpt de maan haar bleeke licht Op 't bankje, beschijnt het een paartje. Ziet C upido, die er zijn schichten op richt, En 't bankje, dat denkt: «D' hemel spaar je" Het hoort van liefde, van trouw en zoo meer En denkt er het zijne maar van... 't Verwondert zich stilletjes, dat altijd weer De liefde zoo lang duren kan.
Dan zet de middag zijn zonnebrand Op 't bankje tusschen de blèren. En droomerig zit er dan met z'n krant Het ouwetje met grijze haren, Die steeds van «de Oost" en van Atjeh, Van rimboe en dessa vertelt... Het bankje, dat hoort er maar stilletjes mee; 't Geniet bij 't verhaal van een held.
Er staat een bankje in het plantsoen Zoo tusschen de groene boomen: Dat bankje, dat in zijn eenvoudig fatsoen Maar stilletjesweg staat te droomen, Dat ziet en dat hoort en dat voelt soms zoo veel Maar 't praat niet en 't roddelt ook niet. 't Geeft ons deze les: gun ieder zijn deel, Verzwijg wat je hoort soms . . . en ziet.
O E E N I NDI SCHE VERLOFG A N G E R
KAN BUITEN E E N
„HIS MASTER'S VOI CE" G R A M O P H O N E . HET W A R E T R O P E N I N S T R U M E N T ! ENORME KEUZE VAN DE NIEUWSTE MODELLEN, BI J:
N.V. WILLEM SPRENGER'S
GRAMQPHQNEHANDEL
P A S S A G E 4 6 , L. v. M E E R D E R V O O R T 6 0 a en 453, D E N HAAG STEEDS HET NIEUWSTEf STEEDS HET BESTE! GEGARANDEERD ZEEWAARDIG EMBALLEEREN Redactie en Administratie: Galgewater 32, Leiden. Tel. 700
VerschQnt wekelijks — PrIJ» per kwartaal f 1.05
HET IDEAAL DOOR
■
Ernst Lubitsch (Hollywood) die vraagt: ,.Waarom moeten wij, zooals m.i. te vaak gebeurt, in de toekomst verwijlen, terwijl het heden toch zoo dichtbij is ? In de laatste jaren heb ik twee nieuwe letterkundige onderwerpen in scène gebracht, en wel „Alt Heidelberg" naar het tooneelstuk van Wilhelm Meyer Förster en „Patriot" van Alfred Neumann. Men zal misschien aanvoeren, dat ei tusschen deze beide tooneelstukken een hemelsbreed verschil bestaat. Wellicht was het buitengewoon groote succes als tooneelstuk van „Alt Heidelberg" de reden, dat dit werk als „hooge litera tuur" aan aanzien verloor. Bij „Patriot" van Neumann had ik met geen voor oordeel te kampen. We wisten, dat dit een werk was, waarin buitengewoon veel dramatische dynamica school, dat 't vol zat met schilderachtige effecten, die door een waren kunstenaar waren geobser veerd en die door hun bijna zichtbare schildering in letterlijken zin om verfil ming schreeuwden! Daarbij kwam nog, dat Tsaar Paul een der interessantste verschijningen der wereldgeschiedenis is. Jammer genoeg loeren wij op school bijna uitsluitend de middeleuropcesche geschiedenis. De Shakespeare van de russische geschiedenis hebben wij tot nu toe moeten missen; misschien aardt Al fred Neumann naar hem. Bovendien leek Emil Jannings mij zoo buitenge woon voor deze rol geschikt, dat ik, als ik aan zielsverhuizing geloofde, over tuigd zou zijn, dat de sentimenteele Wüterich in onzen „gooien, ouwen Emil" uit Görlitz was herrezen 1 Jan VOH Kuharski (Londen) dweept met Boeddha en de Oostcrsche cultuur. Ziet hier, wat hij er van zegt: De betooverende, benauwende tropen nacht bergt in zijn schoot de mystiek der religie uit het Morgenland; een machtige hymne, een grandioos pathos... Op mijn vele reizen in het Oosten heb ik deze cultuur leeren kennen en mij in haar verdiept. De hoogste bevredi ging als kunstenaar zou ik vinden, in dien ik de figuur van den grooten reli gieuzen mysticus en profeet Boeddha in een film kon vastleggen.
* - *'
ER REGISSEURS
OTTO MITTERHAMMER R O M A N I TE BERLIJN In de laatste jaren vooral is h et contact geworden ; uit de literatuur put de film h eden te zeggen: al te veel — ideeën. Een van leiding h iervan tot een aantal wereldbekende willen mededeelen, welke literaire sc h epping reden. Hun antwoorden laten wij h ieronder
De religie uit het morgenland heeft in hem haar volste en zuiverste uitdruk king gevonden; in hem kristalliseerden zich tradities en overleveringen van een oeroude cultuur. Naturalisme en realisme vloeien met een beschaafdef crescendo over in de mystiek, in de poëzie, de majesteitelijke openbaring van den oosterschen g e e s t . . . Kleist's „Michael Kohlhaas" zou een figuur zijn, die absoluut actueel is: De mensch, die tegen het onrecht in op stand komt: de mensch, die de mensch heid uit haar voegen wil lichten en die schipbreuk lijdt. .. aldus Richard Os wald uit Berlijn. En hij vervolgt: Men zou deze figuur op de film bui tengewoon pakkend kunnen voorstellen. Zijn vrouw, zijn liefde, zijn kinderen, alles zet hij opzij, alleen zijn recht wil hij hebben — en hij bereikt het tegen deel. Deze figuur zou iederen grooten karakteruitbeelder bekoren en hij zou ook — hoe komisch dit ook moge klinken — een zakelijk succes kun nen zijn! Dweept Oswald dus met Kohlhaas, Joe May (Berlijn) zou Michael Kohl haas juist niet willen filmen. De reden geeft hij hieronder aan. Dat hij lijnrecht tegenover Oswald staat, maakt zijn oor deel des te interessanter. Er zijn talrijke gestalten in de literatuur, zegt hij, die ik gaarne tot het middelpunt van een film zou willen maken. Welke ik verfilmen zal, weet ik nog niet en Doven dien zou ik mijn plannen ook niet al te openhartig publiek maken. Maar wèl kan ik zeggen, waarom ik bijvoorbeeld Michael Kohlhaas, die mij zeer interes seert, desondanks tóch niet verfilmen zal. De tijd, waarin Kohlhaas leefde, ligt te ver in het verleden. Als deze tijd in een film historischgetrouw geteekend wordt, blijft hij onbegrijpelijk en werkt daardoor èf vervelend óf komisch. Want de film kan een voorbijen tijd wel door de uitbeelding ervan weer laten her leven, maar zij kan zijn wezen niet ver klaren zonder de hulp van langademige bijschriften in te roepen. En als Kohl haas gemoderniseerd is, gaat heel de bekoring ervan verloren. Zoo is het met de meeste figuren uit de literatuur.
tusschen de film en de literatuur zeer nauw ten dage veel — men zou bijna geneigd zi/n onze medewerkers h eeft zich naar aan regisseurs gewend met h et verzoek, h em. te zij gaarne zouden willen verfilmen en om welke volgen. Het eerst geven wij h et woord aan
Zijt gij niet benieuwd te weten, welke figuur Charlie Chaplin zou willen uit beelden ? Welnu zijn „held" is — Napo leon. En wat hij van hem zegt, leest ge hieronder: Groote Napoleonfilmen zijn al reeds vertoond. Napoleon als de groote keizer der Franschen, als de held van een eeuw. Ik zou Napoleon niet laten zien, zooals de geschiedenisboeken hem beschrijven, maar zooals ik hem zie: als mensch. De kleine officier, die — meer door .de gebeurtenissen gedwongen dan uit vrijen wil — de ladder van het succes bestijgt, tot de golven van het succes over hem heen samenstorten, tot hij weer omlaag geslingerd wordt en ein digt als de kleine man, dien hij steeds was. Ik hoop, dat het mij spoedig mag gelukken, dit toekomstplan te verwezen lijken. „Niemand kan zijn natuur verlooche nen en daarom beken ik eerlijk, dat het voor alles de vrouwelijke figuren zijn, wier verfilming mij het meest bekoort," antwoordt Richard Eichberg (Berlijn). „De vrouwelijke psyche is een onuitputte lijk thema en het doet er niet toe of zij aan het leven of aan de literatuur is ontleend. Daar ik een modern mensch ben, zou Wedekinds „Lulu" mij meer aantrekken dan Kleist's „Kathchen von Heilbronn". Waarmee ik tevens wil zeggen, dat ik mij niet aan een bepaalde „richting" houd, want het veld van den modernen ■ filmregisseur is de heele wereld met haar oneindig vele sujetten, combinatie mogelijkheden en karakters, die wel is waar dikwijls heel ver van de literatuur afstaan, maar toch zoo aangrijpend en interessant kunnen zijn als het sterkste drama van een dichter." Fred Niblo (Hollywood), de regisseur van „Ben H u r " antwoordt op onze vraag: Niets of niemand trekt mij meer aan dan de groote man der oudheid, de leider van een volk — Mozes — op het linnen vast te leggen. Mozes, die den vrijheidskamp voor zijn volk leidt en wint, die met zijn volk uittrekt de woestijn in, om het beloofde land te /ovken, wicn het zélf echter niet meer
vergund is, dit land te bereiken en die, als hij het ziet, sterven moet. Den heldenmoed en de tragiek van dezen man te vereeuwigen, dat beschouw ik als het hoogste doel, dat ik mijzelf kan stellen. Filmlitcratuur geen literatuur! ver klaart Maurice Ton meur (Parijs). En hij vervolgt: De zoogenaamde „litteraire" films, d.w.z. de film, die haar onderwerp, han deling en personen aan de literatuur ontleend heeft, toonen de richting aan, waarin de film de laatste jaren gegaan is. Het verfilmen van zulke thema's is echter een gecompliceerde opgave. Als men namelijk bedenkt, dat hierbij een radicale vervorming noodzakelijk is, be grijpt men oogenblikkelijk de artistieke moeilijkheden, welke daaraan verbon den zijn. Men probeert daarbij de eene kunstsoort (de literatuur) in een andere (de film) te doen overgaan; hier de voorstelling, daar het geschreven woord. Deze beide soorten werken met geheel verschillende middelen. Een figuur, die in de literatuur alle artistieke noodzakelijke voorwaarden be zit, om haar taak te vervullen, behoeft als figuur in een film nog bij lange na niet hetzelfde succes te hebben. De „overplanting" van een litteraire figuur in de film beteekent dus in wer kelijkheid het scheppen van een geheel nieuwe persoon. Men gebruikt daarbij wel de figuur van den schrijver als schema, maar de figuur, die de schrij ver heeft gezien, moet in de film heel anders worden voorgesteld. Het is daarom begrijpelijk, dat de verfilming van liUerairc figuren aan de critick talrijke aanvalspunten biedt; het artistieke compromis is een niet te over bruggen gevolg. De filmkunst heeft, om haar be staansrecht als kunst te rechtvaardigen, een speciale filmliteratuur noodig; een literatuur, die geschapen moet worden door menschen, die de theoretische en practische aanspraken der film kennen. Een kunstzinnige bevrediging zou mij dus slechts de verfilming van een figuur uit de „absolute" filmliteratuur kunnen schenken.
MAURICE TOURNEUR
-
4
„
CAFÉ-RESTAURANT
„DE KROOKT P-ift) AMSTERDAM
- REMBRANDTPLEIN
Middag-, Diner- en Avondconcert: HONG-KAPEL-BONZO-OLAH Zalen disponibel voor Vergaderingen en Partijen. Gerenommeerde Keuken. II Ie klasse eJectrisch verwarmde Toulet Billards Billijke Prijzen! Aanbevelend F. REIBEL (Gérant]
SENTIMENTEELE MENSCHEN DIALOOG
DOOR
DEP OTTEN
OPVOERINQ5RECHT VOOR 5EROEPSQEZELSCHAPPEN VOORBEHOUDEN Het tooneel stelt een moderne, luxueuze huiskamer voor. Midden, op den achtergrond, een deur.
J
enny (zit eerste plan rechts in een fauteuil. Naast haar een tafeltje met theegerei. Ze leest). (Als het doek opgaat, wordt er gescheld.) Dienstmeisje (op): „Mevrouw, daar is mijnheer." Jenny (ziet o p ) : „Mijnheer... Wie mijnheer, welke mijnheer?" Dienstmeisje: „Nou . . . èh mijnheer." Robert (op langs het dienstmeisje): „Mag ik binnenkomen?" Jenny (schrikt, herstelt zich weer): „O, ben jij 't? (Nonchalant.) Ja, natuurlijk." (Dienstmeisje af.) Robert (blijft wat verlegen staan). Jenny (slaat haar boek dicht, ziet glimlachend naar hem om, steekt hem haar hand toe): „Hoe maak je ' t ? " Robert (drukt haar h a n d ) : „O, uitstekend. -Dank je." Jenny: „Ga zitten." Robert (gaat zitten. Een korte stilte): .„Je vindt 't toch met gek, hè, dat ik gekomen ben ?" Jenny: „Gek? Ik vind 't heel gezellig. J e hoeft dit huis toch niet te mij d e n , . . . . dat zou dwaasheid zijn." Robert: Ja, dat dacht ik ook. We zijn toch goed van elkaar g e g a a n , . . . geen scènes of zoo . . . " Jenny (afwerend gebaar): „Scènes!... Nee, -beste jongen, die kan je alleen van onnoozele, sentimenteele vrouwen verwachten." Robert: „Jij bent zoo flink en verstandig. Daarom dacht ik . . . " Jenny: „Natuurlijk. Er zijn massa's gescheiden echtgenooten, die als de beste vrienden met elkaar omgaan. Waarom wij dan niet ? Wil je een kopje thee ?" Robert (wat wrevelig): „Och, nee." /£«« v>„Niet ?" Robert: „ I k . . . ik kom hier toch met om kopjes thee te drinken en koekjes te eten." Jenny: „O, en ik dacht, dat je op visite kwam ?... Maar zooals je w i l t . . . . (Gaat nog wat makkelijker zitten) E n .. . wanneer ga je trouwen?" Robert: „Volgende maand." PENSION
Jenny: „Mary is een charmant vrouwtje. Ik geloof, dat ze wel bij je p a s t , . . . een beetje ijdel, een beetje oppervlakk i g . . . ." Robert: „Aardig van je om dat te zeggen." Jenny: „O, in de goeie beteekenis, hoor. (Ze steekt een sigaret aan) Jullie zult een lief paar zijn,... écht." Robert: ..Je hebt altijd een beetje op me neergezien . . . " Jenny) (vlug): „Dat is niet waar." Robert: „En je noemt- me dom en ijdel." Jenny: „Nu j a , . . . den laatsten tijd... Je ... je tegenwoordige omgeving heeft je neergehaald." Robert: „Mary?" Jenny: „ M a r y . . . onder anderen: En haar kennissen . . . Ook een sigaret ?" Robert (neemt een sigaret): „Nieuwe sigaretten-doos?" Jenny: „Ja. Gekregen." Robert (ziet haar a a n ) : „O ... Amuseer jij je nogal tegenwoordig?" Jenny: „Ja, ik heb een heerlijk leventje; een massa leuke vrienden, veel partijtjes,.... b a l s . . . En ik ben ook pas een paar dagen uij: logeeren geweest." Robert: „ Z o o . . . Met een van je vrienden ?" Jenny (droomerig): „ J a . . . (blijft even in gedachten, kijkt hem dan aan zucht). O, 't is heerlijk, de w re geliefde, de eenige liefde te hebben gevonden!" Robert: „Heb jij . . . ?" Jenny: „Ik? Welnee. Ik dacht aan
jou. Jij hebt nu immers de eenige, de ware vrouw gevonden." Robert (zucht): „Dat dacht ik ten minste." Jenny (veert overeind): „Dat dacht je? Wist je 't dan niet zeker? En daarvoor zijn we nog wel gescheiden! Toch niet voor een gril, wil ik hopen!" Robert: „Ik wist 't zeker." Jenny: „O, dan is *t goed." Robert: „Nee, 't is heelemaal niet goed! (Wanhopig). Want nü weet ik 't niet meer." Jenny (leunt weer achterover, glimlachend) : „ O c h . . . dat komt meer voor. Een s t e m m i n g . . . een gedrukte stemming. Misschien heb je 'n beetje griep." Robert: „Nee . . . ik ben net beter van de griep. Dat weet je w e l . . . Daarom is Bobbie ook al dien tijd niet bij me geweest." Jenny: „Woensdag is hij er geweest." Robert: „Ja . . . toen wel. Voor het eerst..." Jenny: „Daar beklaag je je- toch met over ? Had de jongen dan ook griep moeten krijgen ?" Robert: „Ik beklaag me n i e t . . . " Jenny: „Je weet, je mag Bobbie zoo veel zien, als je wilt. Hij mag met je uitgaan, bij je l o g e e r e n . . . wat je wilt(Verlegt haar boek). Hij is toch ook jouw jongen." Robert: (buigt zich wat naar haar over): „ H e e f t . . . hij je niets verteld ?" Jenny: „Wie ? Bobbie . . . ? Nee, wat zou hij verteld hebben?" Robert: „ H m . . . Mary was'Woensdag bij me." Jenny: „Dat is toch heel natuurlijk. Als je getrouwd bent, zal ze er altijd zijn. Daar moet Bobbie maar aan wennen." Robert: „Als 't dat alleen w a s . . . Jenny!" Jenny: „Wel?" Robert: „ M a r y . . . was niet bijzonder aardig tegen Bobbie. Ze- wil ook niet, dat hij me veel op komt z o e k e n . . . van logeeren kan heelemaal geen sprake zijn. Mary houdt niet van kinderen, ze hinderen h a a r . . . Dat kwam ik je even zeggen."
^
Jenny: „O, kwam je hier om me wat te zeggen?" Robert: „Nu ja . . . dat ook- Ik kwam een visite maken." Jenny: „ A h . . . ik begrijp 't al! J e wou Bobbie z i e n . . . Maar hij is naar school. Had je daar niet aan gedacht ?" Robert: „Ja . . . nee . . , " (staat op, van haar afgewend.) Jenny (slaat ook op, gaat naar hem toe. Achter h e m ) : „Zèg me nu maar, waarom je gekomen bent. Om Bobbie? Wil je in 't vervolg hier komen om hem te zien ?" Robert: „Als jij 't goed v i n d t . . . (Wendt zich naar haar toe.) Begrijp je dat in een vrouw, dat ze niet van kinderen houdt? E n zelfs niet van Bobbie . . . E r is toch geen liever, leuker jongen dan hij ?" Jenny: „Ja, hij is een schat. Hoe vond je hem dat nieuwe pakje staan ? Snoezig hè?" Robert: „Ja. Hij heeft me ook zijn rapport laten zien. Hij was er zoo trotsch op." Jenny: „'t Was mooi, hè? Hij leert goed." Robert: „Hij is altijd verstandig geweest." Jenny: „ J a , . . (Peinzend.) Weet je nog, toen h;j pas praatte e n . . . " Robert (wendt zich bruusk af. Loopt heen en weer.) Jenny (zwijgt wat verschrikt): „Robbie..." Robert: „'t Is een ellendige geschiedenis . . . " Jenny (doet opgewekt): „Waarom ? Kom, eerst zag je alles zoo optimistisch in. E n n u . . . We kunnen toch niet zóó sentimenteel worden." Robert: „Wat is nu sentimenteel?" Jenny (lacht k o r t ) : „Denk je dat Bobbie ons weer bij elkaar kan brengen? 't Lijkt wel een film-verhaaltje. 't Ontbreekt er alleen nog maar aan, dat hij ziek in z'n witte bedje ligt en „pappie" en „mammie" fluistert. Nee, we zijn moderne menschen, wij volgen onze neigingen, onze begeerten. Jij verlangt naar M a r y . . . je hebt je voor haar vrij gemaakt. E n i k . . . ik amuseer me. Huiselijkheid, gehechtheid, sentimentaliteit... dat heeft voor ons afgedaan." Robert (blijft staan): „'t Kan zijn, dat jij er zoo over denkt. Ik wil ook niet sentimenteel zijn, ik ben een modem mensch, dat weet je wel. M a a r . . • maar
.
,
ADOLPH ENGERS onze landgenoot, die geruinoen tijd in Berlijn heeft gefilmd en als tooneelspeler is opgetreden, zal bij hef • Vereenigd Rotéerdamsch Hofsfadtooneel gastrollen vervullen
(heftig) ik kan niet trouwen met een vrouw, die niet van m'n kind houdt!" Jenny (na een korte stilte): „Je houdt dus niet meer van Mary ?" Robert: „ N e e . . . Sinds ze zoo onaardig over Bobbie heeft gesproken . . . Noem 't dan maar sentimenteel!"
BEZOEKT HET
ASTATIHHAITi^ TE D E N H A A G
Jenny: „Dat stuurt al je plannen in de war. Dus dan trouw je de volgende maand niét ?" Robert: „'t Is nog niet definitief... maar Mary heeft 't ook al wel begrepen." Jenny: „ T j a . . . 't is j a m m e r . . . Je was eerst zoo enthousiast. J e ware vrouw . . . Enfin, misschien komt ze nog wel eens. (Legt haar hand op zijn schouder.) J e zult nog wel eens een vrouwvinden, die ook van je jongen houdt." Robert (grijpt de hand, die op zijn schouder ligt): „Er is geen'vrouw, die zooveel van hem houdt als jij . . . " Jenny: „Dat is waar." Robert: „Je bent zijn moeder, Jenny, de moeder van mijn j o n g e n . . . " Jenny: „Zegt dat je i e t s ? . . . J e verlangde zoo naar iets a n d e r s . . . naar iemand anders . . . " Robert: „Toen wist ik nog niet, dat ik toch gehecht was." Jenny: „Aan den jongen." Robert: „En aan jou .. . Jenny . . . ik wou je wat vragen." Jenny (glimlachend): „ H e u s c h ? . * : Dat had ik nog altijd niet begrepen." Robert (kijkt haar aan): „ J e . . . je hebt 't wel begrepen ?" Jenny: „ J a . . . Al toen je binnen kwam." Robert: „Hoe kan dat?" Jenny: „Weet ik niet. Intuïtie, denk ik." Robert: „En .. ." Jenny (neemt zijn handen): „Ik zeg... ja." Robert: J e n n y ! . . . Heb je me dan vergeven ?" Jenny: „Ik heb je gemist." Robert: „En je amuseerde je zoo?" Jenny: „Bluf!" Robert: „En ik . . . ik miste jou ook. Die verliefdheid op M a r y , . . . . die kon me al heel gauw jou niet meer vergoeden, . . . . jou en m'n huis . . . en m'n jongen . . . . Jenny, jij houdt zooveel van mijn j o n g e n . . . J e huilt toch niet?" Jenny (buigt het hoofd): „Misschien een b e e t j e . . . . (Ziet hem aan, glimlacht door haar tranen) Sentimenteel, hè ?" Robert (kust h a a r ) : „ J e n n y , . . . ik verbaas m e , . . . maar er bestaat nog zooiets als gehechtheid!... Ik kan niet breken met wat me lief w a s . . . en isJenny: Ik verbaas me nog meer! E r bestaat nog zooiets als een huwelijk!" (Ze kussen elkaar). (DOEK.)
^; .
SALOMONS
Qelkingestraat 39, Groningen
&k
P R I M A KEUKEN Centrale verwarming
D/m SINs TITUU r
J.RVANIIINTE ^nsrcffatM
Stroomend water in allekamers In Centrum «elegen Kamers vanaf f 3.50 per das
ttiuatwcota-n ra we-
PRIVÉ-LESSEN RHYTMISCHE GYMNASTIEK
WAARVOOR HIJ BEVREESD WAS Zü: „George, waarom ga je toch altijd voor het raam staan als ik"zing?'' H|j: „Voor het geval de buren soms mochten denken, dat ik je sla!'r
GROOTE GEBEURTENISSEN WERPEN HAAR SCHADUW VOORUIT Het vrouwtje: „John, kijk eens hoo grappig! Mijn schaduw lijkt precies op een beer!"
- 6 -
7 -
I
k moet onwillekeurig aan dezen klas siek geworden zin van den onsterfe lijken dichter Herman Gorter denken. Asser , Jermynstreet, die een speciale Een nieuwe lente luidt wederom een dassenétalage brengt in de dominee nieuwe mode in. rende kleuren donkerblauw en donker En speciaal voor de heerenlezers rood. Het maakt een fantastisch effect... van dit blad wil ik over die nieuwe en let op hoeveel blauw en rood er mode babbelen. in de heerendassen dit voorjaar zal Heeren der schepping. E r woont een domineeren. tailleur in den Haag, ergens op het Daar hebt u Austin Reed in Regent deftige Noordeinde en deze tailleur heeft street (geen rijm bedoeld), maakt spe mij in allen ernst verteld, dat de hee ciaal werk van sen butterfly voor rok ren nog pretentieuzer zijn op het ge en smoking. Dit is de allernieuwste z.g. bied van mode dan de dames. „evening tie shape"; zooals u ziet, breed Mr. Blom, zoo heet mijn vriend en* en smal model. zegsman, kan het weten, hij staat in Het is opvallend, dat het deftige nauw contact met een beteekenende • WestEnd van Londen overwegend smal lere modellen lanceert — misschien is Londensche firma en krijgt zijn inlich dat een kleine „tip" voor het komende tingen uit de eerste hand. seizoen. Ik ben bij hem dus mijn licht gaan opsteken (interviewen kan ik het moei Een vestnoviteit. lijk noemen) en vroeg hem als expert De bekende heerenmodeshop in Pic mij iets van de allernieuwste mode cadilly lanceert een suède vest in grijs snufjes voor heeren te vertellen. bruine tinten (zie figuur 2) met vijf Ik laat hem nu even aan het woord: knoopen gesloten; de revers worden in „In het algemeen zal het twee rij model gehouden door twee knoopen costuum deze lente overheerschen. opzij. Vier zakken, waarvan de onder Het colbertmodel heeft een korten ste van een klep zijn voorzien. kraag en breede revers; het vest heeft In den winter zijn deze vesten zeer sjaalrevers; twee rijen knoopen en is recht op de heupen, dus zuiver hoepel, practisch voor motorrijders, vliegeniers golfspelers, enz. vormig. Nu een paar woordjes over den hoed. In Engeland zal vooral veel het S. B. en D. B.jacket worden gedragen. De bolhoed is sterk favoriet. We ont Wat de dessins betreft: het expres leenen aan het Januarinummer van het s i o n i s m e heeft zijn invloed op de weef blad „Man and his clothes" de vol sels 'doen gelden. Gebroken ruiten en gende beschouwing: gewaagde kleuren zullen veel opgang De voornaamste hoed, die momenteel maken. De man van goeden smaak moet wordt gedragen, is de bolhoed. Het is echter voorzichtig in zijn keuze zijn; niet de chicste vorm van hoofdtooi, gedra ieder kan een gewaagde kleur dragen. gen door de chicste menschen bij hun officieus zakendoen. Het z.g. Oxford costuum — de sterk sprekendc lichte ruit — is nog zeer in Het is de eenigc hoed, volgens de trek. opinie van vele mannen, die behoort te worden gedragen bij de dubbel of Dit costuum wordt in Engeland ge eennj knoopige C heslerfieldjas, want maakt en k a n in Holland worden be deze vorm van hoed en deze stijl van steld. De gangbare pantalonmaat is 58 jas vormen één geheeh knie en 48 voet. In 't WestEnd van Londen dragen Dit is in korte trekken het voornaam drie van de vijf mannen hem gedurende ste, wat het fantasiecostuum aangaat. den dag, en in de C ity is hij zelfs zeer Smokingdracht. „en vogue", vooral die soorten met een smallen rand en een mooi gevormden Ook hier weder de korte kraag en bol. breede revers. Voornamelijk wordt de bolhoed ge De „latest novelty" is echter onge dragen bij chique wandelkleeren of ribte satijnen revers. Wijde pantalon. semiofficieel ochtendtoilet. Vooral bij Bij smoking is het zwarte strikje nog altijd voorschrift. Denkt u erom, het jacket komt weer in den smaak! Als een bijzonderheid hóe de heeren op hun kleeding l e t t e n . . . er zijn er, die mij vooraf hun pasmaat opgeven. Of de mannen ook ijdel zijn." Nu wil ik u iets gaan vertellen van de bijpassende kleedingstukken: hoed, das en overhemd. Let wel, ik laat hier mijn zegsman even los en zweef op een goed gedo cumenteerde fantasie (hoe vindt u die beeldspraak?) naar het deftige West End van Londen. Daar vindt u de z.g. Men's Wear Business, die speciale heerenmodeza ken, die de traditie van steedsiets nieuwstebrengen hoog weten te houden. Altijd iets nieuws, altijd weer anders, is hun devies. Daar hebben wij b.v. de welbekende „Hosier and ShirtmakerTurnbill and DE MODERNE STRIK HET SUE DE VEST
DE MAN EN ZIJN KLEEDING len nieuwe lente Een nieuw geluid
Lntf
VANT^TU
p A MlTA
het korte zwarte jacket en de g e s t r e e p t pantalon is 't een ideaaldracht. De vorm, die door sportmen wordt gedragen, heeft een meer flatteuzen rand en een vierkanteren bol, dan die, welke zooveel in de C ity en WestEnd van Londen worden gezien. Ofschoon deze hoed niet op zijn plaats is buiten de stad — behalve dan in Engeland bij sommige wedrennen, des avonds en bij de meeste openluchtspor ten —, kan de bolhoed een eerste plaats innemen onder de hoeden bij den door sneeman, want voor hem is het de nut:igste en waarschijnlijk d e bestte dragen hoed, dien hij kan koopen.
WLADIMIR IAIDEROW
Als zoo straks de thermometer Warmtedronkcn stijgt en stijgt; Als de grasspriet gras gaat worden En de tak weer knopjes krijgt; Als het lentewindje fluistert 't Wonder van „Ie jeune amour" x) Droomt de ijd'le „ladykiller" Van zijn „Oxford" en „Plus four".
m "'t
L3f'
C H E F VAN DIJK. V Amour tongval.
uit te spreken
met
Engelsch en
■ '1
'
^ffc '
^ ^
XX
SA
w
VOOR ROK E N SMOKING Deze teekeningen zijn ontleend »an ..Man *nd his clothe»"
8 / »afa# T >«>iv 1 ^8tói*iiiwiMw*»i^.4C'^:;i
• '
"
'
•
■
■
■
'
•
->
HerpiKAmtKErrrEEKEri
m
■ y^mx^sm
LILIAN VERRAST
'
- -
- , . ' * *
.*
Wat belangstellenden weten stellenden moeten moeten weten Door C O R KLINKERT
In de hoofdrollen: Lilian Harvey, Willy Fritsch, Harry Halm. Warwick Ward en Siegfried A r n o
NEEF LEOPOLD probeert als goochelaar Yvette te ontmaskeren
•
v
,
- . - > - * .
,
,
-
f
OP WEG NAAR HET DANS^KAMPIOENSC HAP
Een Ufafilm, vervaardigd onder regie van Dr. /oh annes Guter
L. e m mooie, elegante, blonde vrouw _^eiï treedt de hal van het hotel binnen. Be reidwillig snellen zoowel de liftjongen als de gerant met onderdanige beleefd J L y n e i d op haar toe. De gerant" achter s c h r i k t . . . dat is toch het toppunt van brutaliteit! Daar waagt het deze Yvette, deze juweelendievegge, zoo maar in het hotel te komen en zich als Baronesse Lilian von Trucks in het vreemdelingen boek in te schrijven. Direct wordt de politie gewaarschuwd. De muis zit in de val (beter gezegd: in de badkuip) en kan gearresteerd worden. Tevergeefs be tuigt de baronesse haar onschuld. Ze wordt weggevoerd. Op straat ziet haar neef Leopold hoe zijn mooi nichtje met geweld, in een auto geduwd wordt. Rid derlijk ijlt hij te hulp en volgt haar naar het politiebureau. Verhoor. Lilian zegt, dat ze Lilian is, de commissaris zegt, dat ze Yvette is. Het verschil in haar kleur telt niet mee; dat kan zeer goed geverfd zijn. Als Lilian hardnekkig volhoudt zich zelf te zijn, verschijnt de hoofdgetuige. een juwelier. Tot zijn spijt herkent hij Yvette, op wie hij verliefd is geweest en die hem zooveel geld en juweelen gekost heeft. Als Lilian steeds blijft liegen, verraadt de juwelier een geheim; Yvette heeft een moedervlek op haar been. Nu triomfeert Lilian, want er is vastgesteld, dat op haar been geen moe dervlek te vinden is. Men laat haar onder vele verontschuldigingen vrij. In het hotel komt een elegante heer, Eric ter Meulen, op haar toe en zegt: „Goeden dag, Yvet:e . . . " Wèèr Yvette. Lilian be sluit het raadsel van haar dubbelgang ster te ontsluieren en speelt voor Eric ds rol van Yvette. Op Eric's wensch ^reist zij naar Nizza, stilletjes door haar ""lef begeleid, en daar treft ze eindelijk e echte Yvette, die een duister bestaan |jlt. Lilian hoort, dat een internationale evenbende het op Eric's juweelen f voorzien heeft. N a ' tal van avonturen, | die ook de brave Leopold moet mee i maken, weet zij Yvette te ontmaskeren. »;En zooals onze lezeressen en lezers wel .reeds lang zullen hebben begrepen, 'worden Eric en Lilian een gelukkig paar.
,
WARWICK WARD. ALS ERIC TER MEULEN
LILIAN H ARVEY EN WILLY FRITSCH
ssenssassss
ZULLEN ZIJ HAAR ARRE STE E RE N
kOP
H ET SPOOR DER H ANDLANGERS I
et de voorbereiding van de Nationale Danscompetitie voor JL JL't AmateurKampioenschap An i 929 (Moderne Dansen) staat het thans zoo, dat bij het verschijnen van dit artikel in alle plaatsen des lands wel reeds de kleurige affiches zullen te zien zijn, waarop de data der locale wedstrijden worden bekend gemaakt. Om vanboven af te beginnen: Leeuwarden, Groningen, Arnhem, Utrecht, Sappemeer en Hoo gezand, Arnhem, Utrecht, 'sHertogen bosch, Rotterdam, Dordrecht, Breda, Den Haag, enz. enz. Ten slotte in Bel levue te Amsterdam de groote finale, waar o.m. de mooie wisseibeker toege kend wordt, die beschikbaar gesteld is door Het Weekblad C inema en Theater. Bij de organiseerende dansinstituten kan men alle inlichtingen krijgen over de te houden wedstrijden. Toen schijnt het mij niet ongewenscht, hier eemge woorden te zeggen over de algemeene regeling en vooral, over de eischen, die mededingers onder het oog moeten zien om een kans te hebhen op een prijs of titel. Eerst en vooral dan iets ovei de regeling. Voor wat betreft de locale wedstrijden is deze overgelaten aan de plaatselijke organisatoren, voor zoover het wenschelijk was, rekening te houden met' plaa selijke toestanden. Eenvormig bleef echter de strenge controle, die door het C entrale C omité uitgeoefend wordt op de exclusieve toelaatbaarheid van amateurs, op de onpartijdigheid der locale jury's en op de betrouw baarheid van de tot medewerking toe gelaten dansinstituten. Op eiken wedstrijd zal de kans ge geven worden, alle bekende moderne dansen te demonstreeren, doch als regel is het slechts noodig, in drie dansen een voldoende puntenaantal te halen, om onderscheiden te worden. Onder scheidingen kunnen toegekend worden aan de drie beste paren uit elke plaats, benevens aan diegenen die in een be paalden dans het hoogste puntenaantal hebben gehaald, doch niet naar den kampioenstitel kunnen mededingen wegens onvoldoende prestaties in de andere dansen. Eenige locale competities zijn ter vereenvoudiging gecombineerd met de provinciale competities. Tot de finale worden alleen de eerste prijzen van provinciale wedstrijden toegelaten en de beoordeeüng zal hier geschieden door een mtgebreide jury, die (dit moge vermeld zijn als een nieuwigheid) uit heeren èn dames zal zijn samengesteld. Een gemengde jury dus, waardoor de beoordeeling ongetwijfeld grootere waarde krijgt en meer garantie geeft van onpartijdigheid. Elk deelnemer kan meedoen in een drietal rondgn; ze hebben dus kans genoeg, omdat een enkele fout zonder definitieve beslissing blijft op hun eind kans. Maar . .. toch zullen zij er goed aan doen, de danscompetitie ernstig op te vatten en, indien ze hun kunde niet
"* " \ T \ T O A l N J M V j
1 O O H 1\)'2\)
ea
waé deelnemers moeten doen den Technische» Leider
genoeg vertrouwen, even nog een paar teenen, met gelijkmatige verplaatsing repeti.ielessen te nemen. Tusschen de van het lichaamsgewicht van den eenen deelnemende dansinstituten is overeen voet op den anderen. Altijd moeten de gekomen, dat een speciale, gemakkelijke voeten in eikaars nabijheid blijven en regeling zal getroften worden voor die wijdbeensche bewegingen zijn absoluut vooroefeningen. Inlichtingen hierover uit den booze. De voe.beweging moet te geven valt buiten het bestek van uitgaan van" de heupen, en niet van mijn artikel. De betrokken dansinsti de knieën. Daardoor krijgt men een tuten zijn de aangewezen plaatsen om rhythmische beweging. hierover te onderhandelen. Iets, wat men op wedstrijden ook niet Toch acht ik het gewenscht, hier mag zien, is het hinderen van andere eenige algemeene aanduidingen te dansparen. Wanneer dit gebeurt is er geven over de algemeene houding, die altijd kans, dat een van beide paren te men moet betrachten. Inderdaad moet vlug of te langzaam gaat, en dit is men niet denken dat aan deelnemers het beste middel om de kritische blik de eisch gesteld wordt een groot aan ken der juryleden te trekken! tal passen en dansfiguren te kennen. De Van de jury gesproken: het zou ver voornaamste en algemeen gebruikte vol keerd zijn te verwachten, dat deze meer staan. M a a r . . . die moet men goed aandacht schenkt aan dansparen, die dansen. vooral bezorgd schijnen in haar onmid Het voornaamste punt is: een onge dellijke nabijheid. Aan alle dansparen zochte, gemakkelijke houding. Beide wordt evenveel aandacht geschonken en partners moeten zich op hun gemak het verdient dus dringend aanbeveling voelen: De goede stand is recht tegen regelmatig rond te dansen langs de over elkaar, zoodat alle passen en geheele balzaal. Ook dit is een punt, figuren vlot gaan. Een stroeve, onbe dat in aanmerking komt voor het toe haaglijke positie is een zeker teeken, kennen van strafpunten. dat er ergens iets hapert. Om nu te eindigen met een laatsten Het is van groot belang, goed op de raad: dans, zooals ge anders danst, maat te letten. Hierop, en op het vlotte zonder zenuwachtigheid of vrees. Daar rhythme. moet de aandacht gevestigd toe is geen reden, allerminst omdat er zijn een wedstrijd is! Er worden immers Luister naar de muziek, tracht ze geen krachtprestaties van u gevraagd, correct te vertolken zonder gezochtheid zelfs niet eens danspassen, die buiten en volg vooral het goede rhythme. Op uw gewoonten vallen. Buitenissigheden de wedstrijden geeft het geen pas, hooren hier niét thuis. Ik kan slechts hoekige bewegingen, aarzelingen, nei herhalen, dat het voldoende is eenige gingen tot traagheid of omgekeerd te gewone passen te dansen, mits men ze vertoonen. Van het begin tot het einde goed danst. moet de glijdende dansbeweging ge Ik ga stilzwijgend voorbij, hetgeen handhaafd blijven, met uitzondering na zou kunnen gezegd worden over de tuurlijk van speciale passen (zooals in noodige zorg, die.gij aan uw uiterlijk den Varsity D r a g ) . Vooral mag men moet besteden. Een goed verzorgd aan hët einde van een dans geen schijn uiterlijk is vanzelfsprekend noodzakelijk! van vermoeidheid wekken! In hoeverre avondkleeding gewenscht Het voetwerk is natuurlijk yan groot is, wordt telkens overgelaten aan den belang. De moderne dansen worden eisch van het locale gezelschapsleven. op vlakke voeten gedanst, niet op de Ziezoo! Nu aan 't oefenen.
EAU DE COLOCNE
ANGELO ^ ^
MARIE F A R I N A
een der oudde en besée meden Tacnr, irtrfri&c/iend, duurzaam OVERAL
VERKRIJGBAAR
vKKntBXÊBWSmsi^mmmêmm^*
Il
NATIONALE DANSC OMPETITIE VOOR HET
AMATEURS DANSKAMPIOENSC HAP VAN NEDERLAND 1929 MODERNE DANSEN Uitgeschreven door het uitvoerend Comité voor de Nationale Danscompetitie op initiatief van HE T WEEKBLAD Cinema en Theater en met rnëdê^ werking der meest bekende Nederlandsche Leeraren Technisch Leider der Competities C.KLINKERT, Amsterdam
Deze competitie biedt uitsluitend gelegenheid tot mededinging aan amateurs uit het geheele land. Gedemonstreerd moeten worden de moderne dansen, m.n. Foxtrot, Yale Blues Tango Waltz, Quick Step of Varsity Drag. Mededingers naar den Kampioenstitel dienen deel te nemen aan de demonstratie van minstens drie verschillende moderne dansen.
js. :.:::s.~,::s;=;;r:z— zr- ••'•"—»
finale Jury, ,n navolging van de E ngelsche dansjury's, ook een paar dames zal tellen
EffpfpiiSsiiSliHi worden ^ .... Ant. de Littry
^ *^ ^
"
d
*
^olZZTZ
Nadere inlichtingen worden op aanvrage gaarne verschaft door het
LUST VAN H.H. LE E RARE N DIE RE E DS HUN ME DE WE RKING HE BBE N AANGE BODE N • ^v^^ï^^v'ï^-V'X'v
;■.„':'
... '
12
^ ^
Centraal Comité, Stadhouderskade 152, Amsterdam, Tel. 24242.
VOOR HET ROODE KRUIS Mad. Ant. de Littry, de talentvolle en bekoorlijke jonge fransche schilderes, die in Brussel woont, heeft hei hierbij gereproduceerde schilderij met een genereus gebaar ter beschikking van het belgische Roode Kruis gesteld, die er affiches van liet maken. De Nederl. Rotogravure Maatschappij te Leiden bood deze affiches aan het Roode Kruis belangeloos aan.
Z
■
.
.
.
"
C
.
■
■
'\
LEfflTODLErfri Een onzer lezers schrijft ons: Mag ik Uw raad eens inwinnen betref, fende het volgende geval? Wij — mijn vrouw en ik — hebben een eenigen jongen, die volgens zijn leeraren uitstekend leeren kan. Daar hij nu zelf ook graag „met zijn neus in de boeken zit" zouden we hem wel naar de Universiteit willen sturen om te studeeren voor dokter, wat zijn ideaal is. Wij zouden ons hierbij, hoewel het ons financieel nu niet bepaald gemakkelijk zou vallen, door het geld niet laten afschrikken. De reden, dat wij aarzelen om hem — om het zoo eens te zeggen — boven, den stand van zijn ouders uit t e heffen, is slechts: zou hij voor ons nog wel o n s k i n d blijven, wanneer hij in die andere, ontegenzeglijk hoogere kringen komt te verkeeren? Men hoort zoo vaak, dat kinderen van hun ouders vervreemden, wanneer ze in een anderen stand komen. E n hoe gaarne wij hem een betere positie in d e maatschappij zouden willen geven dan ik bekleed — ik ben reiziger — de angst, dat wij hem hierdoor kunnen verliezen, doet ons vragen: z o u d e n we h e t w e l d o e n ? Wat denkt u ervan ? Ons antwoord kan betrekkelijk kort zijn. Het probleem, dat onze geachte lezer ons voorlegt, is al zeer oud. Dat kinderen zich van hun ouders afwenden, zich er dikwijls voor gaan schamen, wanneer ze in „hoogere" kringen zijn gekomen, is een euvel, dat zich door dé eeuwen heen steeds heeft geopenbaard en wij begrijpen daarom de ongerustheid van'onzen lezer. M a a r . . . deze, betrekkelijk op zichzelf staande, ge vallen mag men niet generaliseeren. En alleen al daarom niet, omdat er ook ver' scheidene voorbeelden zijn van menschen, die in hun leven heel veel hebben bereikt en die t o c h in den goeden zin van het woord „zoon" of „dochter" voor hun ouders zijn gebleven. Ieder vindt deze voorbeelden wel om zich heen. Het zijn dan ook min der de „hooge kringen" dan het karakter van het kind in kwestie en de opvoeding, die d.e ouders het gaven, — ook toen het reeds in die kringen verkeerde!! — die den doorslag geven op de latere verhouding tot zijn familie. Onze raad is daarom: laaf uw zoon gerust gaan studeeren, als hij er aanleg voor heeft en als u meent, dat studie hem een betere toekomst kan geven. (Wat dit laatste betreft, hierover 7iin tot oordeelen bevoegde opvoeders het lang niet eens, maar . . . dit is een andere, tweede kwestie, ofschoon wij deze toch ook wel even onder uw aandacht willen brengen !) Wat in tusschen het resultaat betreffende zijn ver houding tot zijn ouders zal zijn, wel, dat kunt u alleen beoordeelen, omdat u alleen zijn karakter kent! Misschien heeft u wel een vingerwijzing in de keuze van de vrienden, die hij zich nu reeds zoekt. Als er hieronder zijn van „minderen" stand, dan zal er o.i. wel geen reden zijn, dat u zich ongerust maakt. Want dat wijst wel op een eenvoudig karakter van uw jongen !
r - D E OPLOJJlNGf Anze nieuwe rubriek „doet" het bij onze ^ lezeressen en lezers. Wij bemerken dit niet alleen aan het groote aantal antwoor den, dat ons iederen dag bereikt, doch ook aan de waardeerende opmerkingen, waar van deze vergezeld gaan. Talrijke abonné's schreven ons bijv.: „het is niet alleen een leerzame ontspanning, maar bovendien is er nog de kans, dat er wat mee verdiend wordt ook . . . Het nuttige is hierbij dus wel met h e t aangename vereenigd . .." Natuurlijk zijn wij zeer ingenomen met deze waardeerende uitingen en we maken van deze gelegenheid gaarne gebruik den inzenders ervoor te bedanken. En nu de oplossing der eerste v r a a g ! De meeste inzendsters en inzenders hadden deze goed [Waardoor natuurlijk ons respect voor d e kennis onzer lezeressen en lezers — waaraan wij overigens nimmer getwijfeld hebben! — nog ten zeerste is toegenomen! Den geldprijs hebben wij gemeend te moeten toekennen aan den heer J. Bellaar Spruyt te Maastricht, den inzender van het volgende antwoord,dat wij om zijn kortheid, volledigheid en duidelijkheid't beste vonden. S.P.Q. beteekent Senatus P opulusque = de senaat en het volk. De origineele uit drukking is Senatus P opulusque Romanus (S.P.Q.R.) = de Romeinsche senaat en het volk. S.P .Q.A. zou men het beste kunnen vertalen door het bestuur en het volk van Amsterdam. De vijf troostprijzen, die wij in uitzicht hebben gesteld, hebben wij toegekend aan hen, die volgens ons het beste en duide lijkste antwoord hebben ingezonden, vol gend o p het antwoord, dat met den geld prijs werd bekroond. Hun namen zijn: de heer A. F . C. Phaff, Den H a a g ; Mej. A. Albarda, Breda; de heer M. Gemke, Bilt hoven; Mej. M. v. Oijen, Den H a a g ; de heer F . H. Dolleman, Santpoort. Alle prijzen zijn reeds aan de gelukkige winnaressen en winnaars toegezonden. Wij wenschen hun geluk met hun succes en . . . hun, die geen prijs wonnen, wenschen wij berusting en geduld! Er komt de vol gende week weer een oplossing e n . . wie weet of daar Uw naam niet bij is? En als het dan niet is, kan het de daarop volgende week zijn en zoo vervolgens, want de nieuwe prijsvraag valt zoozeer in den smaak, dat wij er voorloopig nog mee doorgaan.
Diploma • Berlin
Wien
E
MAISON " 1 :AR H EGELEI
f
HANDIGE JONGEN C.B. U N I V E R S A L D e meisjes v a n d e kostschool van Juffrouw Mills gaven e e n gecostu m e e r d feest en verkochten kussen voor een d o l l a r p e r stuk. Dit g e b e u r d e in een rustig klein d o r p j e , w a a r n o g d o o r niets d e j a r e n l a n g e vreedzame stem ming was v e r s t o o r d . „ G c k k i e " Ray m o n d wilde, zooals vele a n d e r e n , b e r o e m d w o r d e n en h a d e e n auto g e c o n s t r u e e r d , d i e evengoed ó p her water als o p d e n w e g k o n rijden. Deze wondermarhine werkt volgens d e n uitvinder niet o p benzine, doch d o o r a a n d e lucht o n t l e e n d e electriciteit. „ G e k k i e " heeft kennis g e m a a k t m e t Ruth, die veel voor d e uitvinding schijnt te voelen. Zij zal R a y m o n d e e n h a n d j e helpen, d o o r h a a r vader, die zeer veel b e l a n g in a u t o ' s stelt, o p d e nieuwe uitvinding te wijzen. Gekkie vindt, d a t hij niet g e n o e g heeft a a n é é n k a a r t j e voor h e t b a l en koopt voor alle zeker heid twaalf t s t u k s , m a a r n a a r d e zoenen kan hij toch fluiten. R u t h ' s vader komt o p h e t b a l e n o o k hij schijnt zich te interesseeren voor d e 'nieuwe uitvin ding. H i j wil t e n m i n s t e n o g niet d e c o n t r a c t e n v a n e e n a n d e r e n fabrikant leekenen. G e k k i e legt d e werking v a n /ijn w o n d e r m a c h i n e uit m e t tal v a n wetenschappelijke uitdrukkingen, die R u t h ' s v a d e r wel niet begrijpt, maax die toch tot gevolg h e b b e n , d a t er een proefrit zal plaats vinden. D e n volgenden d a g is h e t heele d o r p i n r e p e n r o e r e n alles heeft e e n feestelijk aanzien, d a a r het dorpsorkest ook t e g e n w o o r d i g i s , d a t R u t h en h a a r v a d e r zal o n t v a n g e n en d a t g e d i r i g e e r d wordt door R a y m o n d . D e w a t e r a u t o wordt plechtig door R u t h g e d o o p t e n eindelijk is h e t tijdstip a a n g e b r o k e n , d a t h e t w o n d e r g a a t g e b e u r e n . Doch tot g r o o t e n schrik v a n alle d o r p s b e
H
O
O
C OMEDY F
D
„Gekkie'' Raymond H a a r vader Henk . . . . De Matrone De goochelaar Ruth Ashton Stoelc Barbara . . . . D e secretaresse Moe
R
O
L
L
IN 6 AC TEN E
Glenn Tryon Rusell Simpson George Sandler Florence Turner M a x Ash tor Katryn C rawford Lloyd Whitelock Joan Standing Virginia Sale Stepin Fechdt
GLENN TRYON EN KATRtJN CRAWFORD
DE GOOCHELTOER
N
woners g a a t d e auto door een onver k l a a r b a r e oorzaak i n razende vaart achteruit i n plaats van vooruit. Er ontstaat een ware paniek o n d e r d e toeschouwers en h e t is een wonder, dat er geen ongelukken gebeuren. R u t h ' s v a d e r wil n u niets m e e r met d e nieuwe uitvinding te doen h e b b e n en geeft last h e t contract m e t Steele te teekenen. R a y m o n d is teneinde r a a d . doch Ruth troost h e m en zegt dat zij wel in d e nieuwe uitvinding gelooft. R a y m o n d ' s helper vertelt n u , dat Steele hem een poets wou b a k k e n en d a t hij liet k n o p j e o p achteruit gezet h a d . Gekkie is d a a r w o e d e n d over, doch hij moet beproeven om R u t h ' s v a d e r weer voor zijn plan te winnen e n hij rijdt in vliegende vaart n a a r het hotel. D o o r de h u l p van Ruth nemen h a a r vader, d e gezelschapsjuffrouw en zijzelf in d e n a u t o plaats en nu volgt er een wilde jacht om d e n g e m a c h t i g d e van R u t h ' s vader n o g in te halen, voordat deze met d e v l i e g m a c h i n e vertrekt. Als ze aan d e pont g e k o m e n zijn, is deze reeds vertrokken e n tot g r o o t e n schrik v a n de inzittenden gaat Raymond in vliegende v a a r t o o k te water. Vervol g e n s k o m e n zij weer in e e n stad, waar de gezelschapsjuffrouw doodsangsten uitstaat. Eindelijk zijn zij oj> het vlieg veld a a n g e k o m e n , doch d e vliegma chine vertrekt juist. R a y m o n d wil d e n helper v a n R u t h ' s v a d e r n o g uit d e vliegmachine trekken, d o c h houdt alleen een jasje v a n h e m in zijn h a n d . T o t g r o o t e v r e u g d e v a n R u t h zit de p o r tefeuille m e t c o n t r a c t e n erin. zoodat Ruth's v a d e r direct patent o p d e uit vinding n e m e n k a n . Ruth volgt h a a r vaders voorbeeld en teckent met Ray mond een (huwelijksC ontract voor h a a r heele leven.
EEN NIEUWE RUBRIEK. DE VIJFDE VRAAO
Telefoon 31941
Er zijn talrijke „oogenschijnlijke onge rijmdheden" waarmee we dagelijks in aan raking komen en die we toch, zonder dieper nadenken, niet vermogen o p te lossen. Een daarvan is — en zij vormt onze vijfde vraag —
S p P O e t e n komen vroeg in het voorjaar, koop tijdig ccn pot S p P l l t o l Bij alle Drogisten.
= | |
S. H. te A M S T E R D A M . Het adres van de nieuwe Ufaster Bee Amann is Duis burgerstrasse 16, Berlijn. Indien U een foto van haar wilt hebben, schrijf ons dan maar; wij willen U er graag een bezorgen. M A R G R E E T K. te A M S T E R D A M . Het adres van Vivian Gibson is Wanseestrasse 109, BerlijnSlachtensee. Zij is gescheiden en heeft één kind. H. B. te Z U T P H E N . Tom Mix is den 6en Januari in EI Paso (Texas) geboren. Gescheiden. A. B . t e D E N H A A G . Het adres van Difa Parlo is Motzstrasse 87, Berlijn. Zij is nog niet verloofd. Tot nu toe speelde zij in d e volgende films mede: De gemas kerde dame, Zijn terugkeer, Hongaarsche Rapsodie en De geheimen van het Oosten. Zij was een leerling van de Ufafilmschool.
Utrefhtschestr. 41, Amsterdam
| Hebt u'n bibliotheek? I dan kunt u haar op een ge makkelijke wijze aanvullen Zendt ons nieuwe abonné'sl Voor elke abonné sturen wij u een mooi boek. Goedkooper en makkelijker kunt u uw bibliotheek niet uitbreiden! Is het wel ?
j . W. M. t e A M S T E R D A M . Het adics van Anna May Wong is Eichberg Film, Friedrichstrasse 171, Berlijn W. 8. Karin Evans, Kochstrasse 6—8, Berlijn. E D D Y B. t e H A A R L E M . Hierbij de drie gevraagde adressen. Paul Wegener: Am Karlsbad 2, Berlijn. Maria Paudier: Albrecht Achillesstrasse 5a, Berlijn Halensee. Lya Mara: Pommernallee 1, BerlijnCharlottenburg. B. P . te A M S T E R D A M . Zeker zult IP de portretten ontvangen. Maar niet ver geten een antwoordcoupon in te sluiten. Jenny Jugo: Brandenburgischestrasse 38, BerlijnWilmersdorf. Laura la Plan£e : UniversalStudio's, UniversalC ity, C alifor nië. Lois Moran : Fox Studio, 1401, Western Avenue, Los Angelos, C alifornia. C. v. O . te WAALWIJK. U moet Ken Maynard in h e t Engelsen schrijven. Een antwoordcoupon (aan ieder postkantoor a twintig cents t e verkrijgen) insluiten. Zijn adres is First National Studio's, Burbank, Californië. 5 . B. te D E N H A A G . Uw wensch wordt vervuld. Richard Tauber zal binnenkort op het witte doek te aanschouwen zijn. Hij speelt mede in de rolprent „Das Dirnen lied", die onder regie van Max Reichmann 'de regisseur van Manége) wordt opgenomen. F. V. te R O T T E R D A M . Marcella Albani is getrouwd met den regisseur Guido Schamberg. Haar adres is Kaiserallee 172, BerlijnWilmersdorf.
MESKAPSALON J
|llimillllllllitltlllllllilllllllllllllllllMllllllllllllillllllllllll>llll>IIIIIIMIIIIIIIIM1IIIIIIIIIIIIC
= 1
FJimimiAïïrfi
LUXOR PALAST
IIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIrlllllllllUllllllllllllli!
Waarom
zinken
ijzeren schepen
niet?
Wie onzer lezeressen en lezers kan ons hierop een bevredigend antwoord geven? Wij verzoeken d e antwoorden, zoo kort en bondig mogelijk gesteld, te willen inzenden op een briefkaart en ze te adresseeren a a n : Redactie „Het Weekblad", Nieuwe Rubriek, /ïjfde Vraag, Galgewater 22, Leiden. De antwoorden moeten uiterlijk 20 Maart (voor Indische lezers uiterlijk 18 Juli) in ons bezit zijn, willen ze n o g voor een prijs in aan merking kunnen komen. Aan d e beste inzending, ter beoordeeling yan d e redactie, wordt een geldprijs van f 2.50 toegekend. Zoo de redactie dit ge wenscht acht, worden nog vijf troostprijzen, bestaande uit een boekwerk elk, mede uit gekeerd. Wij zijn benieuwd te lezen, wat g e weet l EEN „KINDERLIJKE" TRUC
-
EEN „HANDIGE JONGEN"
14 15
EEN H ISTORISCH EEN
AANSLAG
OP
FILMPJE
NAPOLEON
r J n l 8 o ° k r e e S de Chevalier de Hier steeg Limoelan van den wagen en E s f l J j m o e l a n . die jarenlang orn gmg op een hoek staan, vanwaar hij het Het leek wel, alsof zij in de lucht verdwe Z! n r nen waren. IB£p ' °yalisti.sche gevoelens rijtuig van Napoleon moest zien, wanneer Maar Napoleon wat was er van hem 'M buiten zijn vaderland had het de poort van het paleis verliet. Zoo ü moeten leven, verlof om naar dra hij het rijtuig zou zien, zou hij volgens geworden ? Zijn rijtuig was op het nip Parijs terug te keeren afspraak een teeken geven aan Saint pertje af de .gevaarlijke zone' gepasseerd V\ ie was Chevalier de Limoelan ? Het Rejant, die dan de lont in het kruit zou geweest ; toch werden zijn begeleiders uit het zadel geworpen en kantelde zijn antwoord kan kort zijn : ongetwijfeld een ontsteken. rijtuig. Maar Napoleon zelf wist zich onge van de zonderlingste avonturiers, die ooit SaintRejant, die nu alleen bij den deerd uit de gebroken ruiten en het ge geleefd hebben. Hij was soldaat' geweest wagen was achtergebleven, reed het voer kraakte hout te bevrijden en na zich te en vogelvrijverklaarde ; een vagebond die samen met ratten in schuren en hooi tuig tegen een muur en huurde voor twin hebben overtuigd, dat niemand van zijn tig sous een meisje, dat het paard moest gezelschap was gewond, zette hij onbewo bergen sliep ; een struikroover, die op den vasthouden. Zelf kroop hij nu onder het gen zijn tocht naar de Opera voort . . . . ope .baren weg de reiskoetsen aanhield Bij zijn aankomst daar was het nieuws en de reizigers plunderde . . . . De avontu zeil, nam de lont in zijn hand en wachtte van den aanslag reeds bekend en toen hij ren, die hij hierbii doormaakte, deden in op het sein, dat Limoelan zou geven Op straat was het druk van menschen in zijn loge stond, „kalm en majestueus als mets onder voor die. welke de onsterfe lijke [.Tie Musketiers beleefd hebben . . . . die inkoopen deden voor het Kerstfeest.' een god", stonden alle aanwezigen als Len aantal vrouwen stonden op de trottoirs een man op en schreeuwden hoera tot Nu keerde hij, in 1800, naar Parijs terug als een man van opvoeding en be in de hoop een glimp van Napoleon en zij schor waren . . . . schaving. Hij was toen twee en dertig zijn gemalin Josephine te kunnen opvan Nooit wellicht is iemand zóó ternauwer jaar ; lang en slank, met groote grijze gen, wanneer dezen naar de Opera gingen nood aan den dood ontsnapt als Napoleon oogen en een haviksneus. Zijn kleeding Het weer was mistig, doch niet erg koud bij dezen aanslag. Als Limoelan zijn teeken Napoleon was laat Hij voelde had gegeven was naar de laatste m o d e : een blauwe als de lont één seconde jas en pantalon, schoenen, die glommen zich vermoeid en was slecht geluimd en vroeger was ontstoken zou Napoleon als een spiegei en een hoed, versierd niet had een korte rust genomen op een sofa. ongetwijfeld gedood zijn geworden en de Om acht uur waagden zijn kamerdienaars historie van de wereld zou in één oog een^gesp van parelen. het hem te wekken.' Zijn degen en steek wenk een andere richting hebben genomen. I it zijn vroeger avontuurlijk leven had werden gebracht en maatregelen werden SaintRejant, die als een haas geloopen hij den zin overgehouden voor vermom genomen om hem naar zijn rijtuig te mingen : nu eens was zijn haar zwart, brengen. Maar evenmin als anders was had, was toch nog 'niet vlug genoeg ge dan weer donkerbruin ; nu eens droeg hij Josejihine ook dezen keer gereed. De weest. Hij vverd door de explosie over een snor, dan weer een langen baard of keizer liet een order achter, dat zij maar vallen en tegen den muur van het Louvre een klem sikje. V a t zijn karakter aangaat, later moest komen en . . . . de stoet vertrok geworpen. Een vol uur lang lag hij buiten bewustzijn. Toen wist hij overeind te was hij een ware fanaticus, die heilig op weg naar de Opera. krabbelen en bloedend en versuft ziin overtuigd was geroepen te zijn een moord Het oogenblik. waarop Limoelan zijn huurkamer te bereiken. Een tijd lang te begaan om de menschheid te redden van hand moest opsteken, was bijna genaderd hield hij zich daar verborgen, maar de een tyran : Napoleon. Weldra dacht hij over mets anders meer dan over de wijze toen hem opeens een zonderlinge gedachte politie kwam hem toch op het spoor. De overviel . . . . Als een bliksemstraal vloog vroegere eigenaars van den wagen, het waarop hij den C orsikaan zou dooden de vraag door zijn hoofd : is het wel goed zeil en het paard waren in staat' een Spoedig had hij een plan bedacht wat ik ga doen ? Mag ik wel een moord' nauwkeurige beschrijving te geven van de Voor de uitvoering er van had hij zich al is het dan ook op Napoleon begaan ? drie samenzweerders. C arbon en Saint de hulp verzekerd van twee handlangers Rejant werden gearresteerd, voor de hen van dezen was zijn knecht C arbon ■ De arm, dien hij reeds half had opgeheven rechtbank gebracht en geguillotineerd. de ander SaintRejant, was in het leger' om het sein aan zijn makker te geven zonk als verlamd langs hem neer W at Limoelan betreft, deze wist slechts zijn wapenbroeder geweest. SaintRejant, die zijn oogen inspande De eerste stap, dien het driemanschap om door den mist heen het teeken te kun met moeite te ontkomen. ledere man en deed om uitvoering aan hun voornemen te nen zien, dat Limoelan zou geven, zag het vrouw in Frankrijk zocht naar hem, maar nu kwam zijn handigheid in het kiezen geven, was het huren van een oude ver rijtuig van Napoleon naderen en begreep en aanbrengen van vermommingen hem vallen schuur, waarin zij een ouden dat deze binnen enkele seconden bui uitstekend te pas. Bij één gelegenheid sleeperswagen brachten en < n paard ten gevaar zou zijn. Men had uitgerekend wandelde hij, als een dandv vermomd, dat nog slechts waarde had voor den dat de lont ongeveer zes seconden zou vlak voor de oogen der politie weg, zijn vilder. In alle geheimzinnigheid zetten branden eer de ontploffing volgde zij zich nu in de schuur aan het werk om lang genoeg voor SaintRejant o m ' e e n wandelstok zwaaiend en de mannen door zijn oogglas nauwkeurig opnemend de ,,machine" te maken, die ze in hun andere straat te bereiken, waar hij bui En vermomd als de bediende van zijn avontuurlijke hersens hadden uitgebroed ten gevaar zou zijn. Hij stak de lont aan Boven den wagen werd een zeil gespannen sprong van den wagen en bracht zichzelf broer wist hij aan boord van een schip te komen, dat hem naar New York voerde. en hieronder een ton geplaatst, die door m veiligheid Hier begon weer een leven van allerlei stevige, ijzeren banden werd bijeenge Het donderend geweld van de ontplof avonturen ; maar een liefdeshistorie zou houden. Vervolgens werd deze ton gevuld fing werd mijlen ver in den omtrek een eind maken aan zijn carrière. Bij zijn met buskruit en stcencn, waarna er een lont in werd gestoken, diedoorhetzeil heen gehoord. Maar, zooals later werd vast vlucht naar New York had hij een meisje naar den achterkant van den wagen liep. gesteld, heeft niemand in de onmiddel achtergelaten, dat hij met heel zijn hart Hiermede was het doodelijke instrument lijke nabijheid den slag gehoord. De bemmde . . . . Op zekeren dag kreeg hij bericht, dat zij zich in een klooster had gereed . . . . Nu was het wachten slechts waarheid is, dat iedereen zoo verdwaasd en verbouwereerd was, dat de slag niet teruggetrokken . . . . Dat brak zijn hart op de gunstige gelegenheid. eens werd opgemerkt. Stecnen, dakpan en hij besloot het voorbeeld te volgen van Deze kwam, toen Napoleon zich op den nen en ruiten vielen in de straten neer en haar, die zijn liefde, zijn hart bezat avond voor Kerstmis naar de Opera begaf, veroorzaakten daar een waren chaos waar hij de oj>voering van „ S a u l " zou En zoo komt het, dat C hevalier de lachtig lichamen van gedoode en gewonde bijwonen. Om half zeven reden Limoelan omstanders lagen als op een slagveld in Limoelan zijn leven eindigde als broeder en SaintKejant, beiden als werklieden het rond . . . . Van den wagen, het paard Joseph de C lorivière in een klooster gekleed, op hun „wagen des doods" door en het meisje, dat het dier vastgehouden te Georgetown, C olumbia, waar hij ook de straat, die Napoleon moest passeeren. had, werd geen spoor meer gevonden. begraven ligt. Een uitgebreid grafschrift verhaalt van zijn avontuurlijk leven 16
B'
e woestijn wordt onveilig gemaakt door Kada, den „Jakhals", die verliefd is.op de schoone aange nomen dochter van Sheik Abdoel. Deze weigert Kada ech.er zijn dochter, daar zij alleen uit liefde trouwen mag. Kada zweert wraak. Zaida en haar stiefvader besluiten daarop naar het ver verwijderde Fransche garnizoen te rijden om de troepen te waarschuwen voor den Jakhals. Zaida wordt daar voorgesteld aan den jongen, knappen Kapitein C okon, die verloofd is met een blondine. Doch Zaida, die dadelijlc verliefd werd op den officier, laat zich hierdoor niet afschrikken. Met behulp van twee Amerikanen ontvoert zij Colton en houdt hem tegen zijn wil gevangen in haar dorp. Kada, wetend dat het garnizoen uitgerukt is om hem en zijn bende gevangen te nemen, maakt van die gelegenheid gebruik om een aanval te doen op de Fransche vesting, doch de aanval wordt afgeslagen. Sheik Abdoel en de Fransche commandant, die reeds twee dagen tevergeefs naar een spoor van den Jakhals hebben ge zocht, worden van het gebeurde in ken nis gesteld en de Fransche C ommandant vraagt zich verwonderd af, hoe het komt, dat C ol on den aanval niet afgeslagen had. De estafette van het garnizoen vertelt hem, dat C olton direct na het vertrek van den C ommandant de gar nizoensplaats verliet. De C ommandant meent dat C olton zich hierdoor heeft schuldig gemaakt aan desertie. De Fran sche commandant en Sheik Abdoel vinden C olton en Zaida in eikaars armen. C olton zal over een uur gefusil leerd worden. Kada heeft met zijn bende atgesproken, dat het salvo van het vuur peloton der Franschen het signaal zal zijn om een aanval te ondernemen. Hij houdt Zaida gevangen in haar vertrek, doch zij weet te ontkomen en waar schuwt den C ommandant niet te laten vuren op C olton. Doch de Jakhals, dit ziende, laat schieten en de Arabieren vallen de Franschen aan. Lang kunnen zij niet standhouden, want de Arabische roovers zijn in de meerderheid. Zaida komt op het idee een Fiansche oorlogs film te laten afdraaien op het witte, door de maan beschenen zand der woestijn. Dit plan lukt uitsekend. De Arabieren, denken, dat de Fransche troepen in aan'ocht zijn. Zij geven zich over, waarna de Fransche commandant zijn gevangene afstaat aan Zaida.
0HTER VAN DEN SHEIK E e n Paramountfilm vervaardigd onder regie van Clarence Badger m e i B e b e Daniel», Richard Arlen e n William P o w e l l i n d e hoofdrollen:
DE DOCHTER VAN DE N SHE IK (8EBE DANIE LS)
BEBE DANIE LS IN HAAR VORSTE LIJKE WONING
DE „JAKHALS" GE VANGE N
17
\
ae De ce mbe r tot April
*
Begrijpt U het?
Koffers m e t geheimslot.
Ik heb zoo juist gehoord, dat het men schelijk lichaam is samengesteld uit onge veer 26.000.000.000.000.000 cellen. (Pro beer het getal maar niet uit te spreken. Ik heb het ook niet gedaan !) Maar wat ik zeggen wilde, Is het nu niet verwonderlijk, dat zoo'n klein ,,bacil letje" als de griepbacil zóó juist den weg door dit labyrinth van cellen weet te vinden, dat het precies daar komt, waar het ons het meeste kwaad doet ? Ik heb me daar werkelijk over verbaasd ! Te meer, daar ik al eens in een dwaaltuin ben geweest !
AAFAF1LMS veroveren de wereld!
M a n en v r o u w even royaal. Ik hoor van iemand, die het weten kan, dat vrouwen, wat het geven van fooien betreft, even royaal zijn als mannen. Hoewel er tóch wel onderscheid is. Zoo zal een man bijvoorbeeld dikwijls een belachelijk kleine fooi geven voor een moeilijk, vaak tijdroovend werk. Dit zul len vrouwen nooit doen 1 Gróóte fooien geven vrouwen echter ook niet. Groote fooien zijn afhankelijk van de stemming van een oogenblik en waar het fooien betreft, zijn vrouwen steeds constant !
Nabetrachting. We worden schier iecleren dag geluk kig gemaakt met allerhande uitvindin gen. Ik juich dit natuurlijk toe, evenals ieder ander, wien het wel en wee van ons geslacht ter harte gaat. Maar wèl vraag ik mij soms af, of er op dit terrein niet veel energie wordt verspild, gezien de vele uitvindingen, die practisch van geen of bijna van geen waarde zijn, terwijl er nog zooveel op .voorziening' wacht. O m maar iets te noemen : waar blijft de uitvinde r, die ons bij stre nge winte rs van be vrore n waterleidingen ve rlost ?
Op een tentoonstelling van Britsche Nijverheidsvoortbrengselen, in Londen ge houden, trok %e e n handkoffer, die zich auto latisch sloot, sterk de aandacht. De koffer ziet er heel gewoon uit, maar zoodra zijn eigenaar hem .ongebruikt' neerzet, sluit hij zich vanzelf en om hem oj>en te maken moet men precies weten, hoe men het slot behandelen moet, daar het anders onbegonnen werk is' Treindieven moeten door deze uit vinding zeer in hun wiek geschoten zijn !
^€
Onze plafonds.
Naar ik hoor zijn moderne binnen Dat is Edgar Wallace, die geen scru huiskunstenaars vastbesloten den strijd pules kent en schrijft en schrijft, of wij aan te binden tegen onze witte plafonds, hem met lezen kunnen bijhouden, ja of die, volgens hen en ik ben het er mee neen . . . . Men heeft me zelfs eens ver eens koud en oudcrwetsch zijn. teld, dat er een drukker in Londen is, Men wil ze nu gaan beplakken met die een speciale pers heeft, die geregeld modern gekleurd papier, dat in harmo bezet is met boeken van Wallace nie is met de wijze waarop de muren zijn IVieuwe hondenrassen. Iemand, die zocfveel en zoo vlot weet te bekleed. Zoo heb ik reeds een kamer ge Op een tentoonstelling in Londen zijn twee nieuwe hondenrassen geëxposeerd schrijven als hij moe t men wel bewonderen! zien, waarvan de muren teer lichtblauw Ook van Wallace komt er binnenkort waren geschilderd en het plafond zwart, geweest. een nieuw werk, dat heeten zal ,The gedecoreerd met oranjeappelen I Een paar Ivicenes waren bij de lijst IndiaRubber Men", omdat de hoofd der zeldzame honden gevoegd. Ze kwa men van de Balearen (een eilandengroep personen een ontzagwekkende hoeveel in de Middellandsche Zee), maar het was heid rubber voor hun kleeren gebruiken Nieuwe mode i n hand Intusschen moet hij al weer aan een in heel Londen niet mogelijk eenige inlich schoenen. paar andere romans bezig zijn. . tingen over deze honden in te winnen. Geen Daar het op het oogenblik bon ton is enkele catalogus was er, die ze beschreef. groote ringen te dragen, 'zagen de hand Als een ,.zeldzaamheid" moeten zij ,,wel schoenenfabrikanten zich voor de nood EXCFLSI OP FILMS aardig" zijn, maar veel opgang maakten ze zakelijkheid geplaatst handschoenen te toch niet. ZIJN maken, die hierbij passen'. Zij zijn hierin Le andere „nieuwe" hond was een Af geslaagd door in den middelsten vinger ghaansche spaniel, die er zeer aantrek PUBLIEKFILMS op de plaats, waar de ring zit, smalle kelijk uitziet, docli erg kostbaar is ! gleufjes te maken.
De
JazzZanger, 's werelds grootste succes* film met AL JOLSON komt
Indien U meent HET BESTE gezien te hebben, dat er op filmgebied bestaat, dan heeft de
\JILTON METRO GOLDWYN altyd N O O
B E T E R E FILMS
CANNES DE STAD DER BLOEMEN EN ELEGANTE SPORT
D e g o e d e zi j d e d e r g r i e p epidemie.
De griepepidemie die thans op goed aardige wijze gelukkig ons land bezoekt, heeft den verkoop van boeken zeer bevor D e m a n di e n i k b e w o n d e r . derd. Een boekhandelaar vertelde mij. dat er Dat is A. S. M. Hutchinson, u weet wel, die ,,Als de winter komt" heeft geschre de laatste drie weken een groote vraag ven. Dit boek is ongetwijfeld geweest wat was naar boeken, die geschikt waren voor onze buren vanoverdezee ,,a best seller" de ziekenkamer. ..Een paar dagen geleden," zoo ver .oemen en toch hoewel hij door nóg een paar boeken te schrijven een ver telde hij mij, ,kwam een hoogleeraar •■en mogen had kunnen verdienen, heeft hij bundel humoristische verhalen koopeh. Ik zich weten tebeheerschen. Daarom bewon was natuurlijk verbaasd, dat iemand, die der ik hem 1 Le verleiding zou mij, geloof aan.zwaren kost'gewoon is. zulke lichte lectuur kwam vragen, maar toen een dag ik, al te sterk zijn geweest. Hij . . . . hij heeft echter vijf jaar lang later een klein iongetie een bloemlezing op de meest beheerschte wijze weten te uit Vondel kwam halen, steeg mijn ver zwijgen. Nu hoor ik evenwel, dat er bazing nog meer. Sinds dien dag echter binnenkort een nieuw boek van hem zal heb ik ontdekt." voegde hij er aan toe, uitkomen, dat tot titel zal hebben ,,This ,,dat deze boeken bestemd waren voor Uncertain Trumpet". Het zal tegen den grieppatiënten." zomer verschijnen.
De man di en i k o o k b e w o n d e r .
P-JM4
TENNIS (100 banen) TWEE GO LFLINKS POLO SCHERMEN WATERSPORT GROOTE AUTOMOBIEL WEEK
\C
SPORTPLAATS VOOR ATHLETIEKSPORT WEDRENNEN 22 ontmoetingen millioen francs aan Dtjjzen
STEDELIJK CASINO HET
MEEST
ELEGANTE
VAN
DE RtVIERA
TWEE VO O RSTELLINGEN PER DAG ALLE EERSTE WERELDKRACHTEN Muzikaal
leider:
REYNALDO
ffAHN.
Theater:
LEO
DEVAUX
RESTAURANT DES A M B A S S A D E U R S THEE DINER SOUPER DANSANT BILLY ARNOLD én zijn orchest (de beste Jazzband) Orquesta Argentina Bachicha Ferazano DINERS FLEURIS. GALA VOORSTELLINGEN BIJZONDERE ATTRACTIES . Organisator: JÜL1EN DUCLOS
HOTELS D E G R A N D L U X E
CALÏFORNIE CO NTINENTAL^ GRANDHO TEL CARLTON MIRAMAR MARTINEZ MAJESTIC BEAUSITE BELLEVUE * MÈTROPOLE Voor inlichtingen zich te wenden tot hètSYNDICATiyiNITIATIVEyCANNE.S
n N n l D N A r J i ? ^ A i ^ L M ' VERVAARDIGD ONDER REGIE VAN ALLAN D W A N N PERSONEN: voetenbankje. Phillip, die leven hoort en aan hi Gray Lois D&m "r Wilson inbrekers denkt, sluipt met een revolver in om h a a r ervan te weerhouden domme din te doen. Zij vertelt C ynthia, dat er t u s Pmlhp Gray H. B. Warner de hand de trap af e n . . . ziet Peggy, non gen schen haar en Phillip nooit iets bestaan Peggy Nash Lilian Tashman chalant met een sigaret tusschen de lippen, h e e l t . . . tegen den schoorsteen g e l e u n d . . . Beiden Henn de Bnac Qive Brook L nemen het geval van den vroolijken kant ucie Thamar Paulette Duval p h i l l i p Gray en C ynthia, een chic, getrouwd op, zij openen een ijskast en bij het nuttigen , paar, woont in de stad Boston. C ynthia van wat koud vleesch en het drinken van is stipt, met een gesloten karakter. Haar man champagne slaat Phillip onwillekeurig zijn kent de manier niet, haar sluimerend gevoel arm om Peggy heen. Plotseling komt C yn voor romantiek bij haar op te wekken. Echt thia b i n n e n . . . gelukkig is hun huwelijk dan ook niet, hoe Den volgenden dag vertrekt C ynthia n a a r wel ze overtuigd zijn van eikaars liefde. Parijs om een echtscheiding aan te vragen Peggy Nash, C ynthia's vriendin, komt hen In Parijs voelt zij zich zeer ongelukkig en opzoeken en C ynthia verzoekt haar te blij verlaten . . . totdat Peggy naar Parijs komt ven slapen. Peggy is een wuft, vroolijk en levenslustig vrouwtje en midden in den nacht gaat zij naar beneden om een sigaret op te steken. Het is volslagen donker en bij h a a r poging het licht te ont steken, struikelt ze over een
k 1 Met P e g g y T o m t " C ynthia in v e r s c h i l l e n d ^ r t, ftfr emvloed door de Parijsche luxe en chic. Na t ^ f a t E K X l S ™ ! * ■■' K Ï Ï o n t m o t F v ' ^ ' d a n °t ^^otterSuTanT/vaTpa^s
lÖr
ffffc^SS^S!^
!§j^p|«
tmonsieurBrlSt^fe
h a a r m a n e n Peggy Z l e t fl.rten, ontvlamt plotseling in alle hevieheicf h a a r fefc ? J W l 1 ahnJiin' 7\ h a a r k a m < £ ^nsLr de Briac v o ^ t h a a r k f t ^ h a a r e e n 1'efdesverklaring. Dit is C ynthia te veel ze kan de mhfeeid van monsieur dé Briac niet verdragen en verzoekt hem weg t e g a a n — ze bekent hem, dat er maar één man is, dien ze werkelijk liefheeft en dat is Phillip Monsieur de Briac verlaat de kamer en ont m e t j V ^ J ' P H i J feliciteert hem. Het blijkt, I dat belde *. jF^fa mannen, geholpen door Peggy," <* 4 gfc__ een scène in elkaar hebben gezet, om Cynthia weer tot reden te brengen. Dit plan is nu gelukt. Als Phillip de kamer van C ynthia binnentreedt,, werpt deze j^ch in zijn a r m e n . l '
MIJN EERSTE EN LAATSTE DOOR D'ALYAREZ ONS C OMPLEET VERHAAL f lei was o p e e n Vrijdagmorgen h e t g e e n hier volgen g a a t , zal hen, die bijgeloovig zijn, v e r s t e r k e n in h u n mee ning, dat Vrijdag een o n g e l u k s d a g is, m a a r l a t e n zij er zich niet te véél van a a n t r e k k e n , want i k h a d even g o e d k u n n e n zeggen, dat mijn v r i e n d o p een D o n d e r d a g of d e s n o o d s Z o n d a g m o r g e n k w a m , m a a r ik vind het niet be langrijk g e n o e g er een o n w a a r h e i d voor te d e b i t e e r e n — w e l n u d a n : het was o p een V r i j d a g m o r g e n , dat mijn vriend J o h n S a l m als een g e s l a g e n h o n d mijn k a m e r b i n n e n stapte en zich als een ballon, w a a r u i t het g a s o n t s n a p t , 'op een stoel liet n e e r v a l l e n . „ B o n j o u r ! " zei hij met een zucht. „Allemachtig,, kerel, wat m a n k e e r t er a a n ? " v r o e g ik, toen ik h e m , die a n d e r s d e o p g e w e k t h e i d en zorgeloosheid zelve is, i n een dergelijken b e d r u k t e n toe s t a n d zag. „ J e ziet eruit, alsof je het leed v a n g a n s c h d e w e r e l d o p j e schouders torst!" „ D i e a r m e L u u s ! " zuchtte hij. (Luus is d e s e c r e t a r e s s e van J o h n s t a n t e en hij is tot over zijn ooren verliefd op haar.) „ W a t is er met h a a r ?" „Zij is o n t s l a g e n ! " „Ontslagen? Door j e tante, b e doel j e ? " „Jal" „Waarom?" J o h n zuchtte heviger dan ik ooit een m e n s c h h e b h o o r e n doen. „ E e n t r e u r i g e s a m e n l o o p van omstan d i g h e d e n , k e r e l , " zei hij toen, „en het is eigenlijk a l l e m a a l mijn schuld. Ik d a c h t , dat alles v o l k o m e n in o r d e was. J e m o e t namelijk weten, dat mijn t a n t e i e d e r e n a v o n d o m half elf n a a r b e d g a a t ; d a a r o m dacht ik, dat er niets geen g e v a a r bij was, als L u ü s o m een uur of elf het h u i s verliet, en d e a c h t e r d e u r openliet, zoodat zij weer n a a r b i n n e n k o n g a a n als wij v a n het g e m a s k e r d e b a l t e r u g k w a m e n , w a a r ik zoo g r a a g
| .
\
20 —
INTERVIEW
GEEN „ZWARE" LAST .,Dat meisje is een echte slavin van de mode!" „Dat kan wel zijn, maar ze draagt haar slavernij met waardigheid!"
/
HET „NUT"
MODERNE DANSEN IN TURKIJE Ter gelegenheid van haar huwelijk danst Mustapha Kemal, de Turksche dictator, een modernen dans met zijn aangenomen dochter met h a a r h e e n wilde g a a n . W e g i n g e n d a n ook i n d e r d a a d , m a a r wat g e b e u r d e er ? D e een of a n d e r e sufferige b e d i e n d e heeft de deur a c h t e r h a a r g e s l o t e n ! Ik weet niet, wie het g e d a a n heeft, m a a r we d e n k e n den huisknecht, want die heeft n o g a l eens d e gewoonte, o m het huis r o n d t e snuffelen eer hij n a a r b e d g a a t . — H e t is intusschen een b e r o e r d e kwestie. W a a r o m bemoeien de m e n s c h e n zich niet met h u n eigen zaken en grijpen zij altijd i n d e beschikkingen van a n d e r e n in . . . " „ W a t g e b e u r d e er v e r d e r ?" „ N o u , t o e n we o m een u u r of vier t h u i s k w a m e n en L u u s n a a r b i n n e n wilde g a a n , was d e deur zoo h e r m e t i s c h ge sloten als een blikje zalm. D e zaak zag er h o p e l o o s uit, m a a r L u u s h e r i n n e r d e zich o p e e n s , dat het r a a m v a n h a a r s l a a p k a m e r altijd o p e n bleef, zoodat we een beetje m o e d schepten. H a a r k a m e r is o p de 'tweede v e r d i e p i n g en ik wist e r g e n s een l a d d e r t e vinden. We h o o p t e n d u s , dat alles n o g g o e d zou afloopen. J u i s t k o m ik echter m e t die l a d d e r a a n s j o u w e n of d a a r duwt i e m a n d m e een electrische z a k l a n t a a r n o n d e r mijn n e u s en wilde weten, w a t er a a n d e h a n d was. H e t was een a g e n t . D i e . lui k u n n e n nooit n a l a t e n zich m e t een a n d e r m a n s zaken te b e m o e i e n . Ofschoon ze zelf n o g g e n o e g te b e r e d d e r e n h e b ben, want hoeveel dieven en m o o r d e n a a r s l o o p e n e r n o g niet r o n d , die ze niet t e p a k k e n k u n n e n krijgen en
21
VAN
VKIbNDHN
vvaarqver ze zich e e r d e r druk m o e s u T m a k e n , d a n over een meisje, dat dour h a a r verloofde d o o r een r a a m n a a r binnen wordt g e l a t e n , o m d a t ze niet meer d o o r den officieelen i n g a n g kan g a a n . E n f i n , o m k o r t te zijn: wat ik ook al zei of beloofde, die kerel wilde geen g e n o e g e n m e t onze v e r k l a r i n g e n n e m e n en stond e r o p , de bewoners wak ker te m a k e n , t e n e i n d e te k u n n e n con troleeren, of h e t g e e n we vertelden, wel waar was . . . " Mijn vriend zweeg even en er ver scheen een u i t d r u k k i n g v a n intens ziele leed op zijn toch al zoo s p r e k e n d ge zicht. „ E n toen ?" v r o e g ik, na h e m even lust g e g u n d t e h e b b e n . „ H e t was waar!". ,,Wat was waar ?" „Nou, wat wij dien agent verteld h a d d e n ! Mijn t a n t e verscheen in een peignoir en met een revolver. Achter h a a r d e h u i s k n e c h t met een pook. Enfin, het eind" v a n het liedje was, dat Luus h a a r o n t s l a g k r e e g : . . " Ik k o n het in mijn h a r t met geen mogelijkheid eens zijn met de kwali ficatie, die mijn v r i e n d van de handel wijze van zijn t a n t e vervolgens ten beste gaf: hij n o e m d e het een ergelijk staal'je van t y r a n n i c en machtsmisbruik. Als ik een o n g e t r o u w d e d a m e op leef tijd was, die een secretaressegezel schapsjuffrouw h a d g e n o m e n , zou ik het ook niet g o e d vinden, dat ze even vóór den m e l k b o e r thuis kwam. Maar d a a r mijn vriend natuurlijk eer wat troost d a n een v e r h a n d e l i n g over de v e r h o u d i n g tusschen werkgeefster en w e r k n e e m s t e r van mij verwachtte, stak i k h e m zoo g o e d en zoo k w a a d het g i n g een riem o n d e r het h a r t . . . Hij k i k k e r d e er z i c h t b a a r een weinig van op, en begon m e e r de practische zijde van de zaak te b e s c h o u w e n . „ W a t m o e t e n we d o e n ?" v r o e g hij, n a a r mij opziend als een drenkeling. ■:;.;:,:...;?
EEN TE ZWARE DAAD Padvinder: „Het spijt me, mevrouw, maar ik ben bang, dat ik vandaag iets anders zal moeten vinden om een goede daad te doen!"
„We? Ik zie niet in, wat ik moet doenl" antwoordde ik hem. „Maar er moet toch iets gedaan worden I Door mijn schuld is dat arme kind haar betrekking- kwijt. Het was wel niet zoo'n prach.baan, maar ze verdiende haar brood. Denk je, dat Cherry, de uitgever van „De Maandbode"' waarin mijn tante vaak haar romans publiceert voordat ze in boekvorm verschijnen, iets voor mij zou willen doen? En . .. zou hij' het kunnen? Zou hij iels bij haar weten te bereiken?" „Ik weet het niet. Cherry is een uitstekend mensen, maar of hij ie.s Lij je tante zal kunnen bereiken, is een andere kwestie. Ik denk het haast niet!" .>>Onzin," antwoordde mijn vriend, terwijl zijn optimisme opeens uit afgronddiepte welig scheen op te schieten. „Onzin, dat laatste. Ik heb werkelijk alle vertrouwen in Cherry. Hij is zoo handig, zie je! Hij heeft haar stellig al ja laten zeggen, voor zij nog goed en wel weet, wat hij eigenlijk van haar verlangt. Ik ga naar hem toe. Nu, direct I" „Ach, ja, probeer het!" zei ik. IN „NO NO NANETTE" . „Leen me echter even een riks voor Lucien Mussière, de Belgische Operette-ster, een auto. Ik wil zoo gauw mogelijk bij viert triomfen in het Scala-theater te 's-Gravenhage. hem zijn. Misschien kan ik dan nog „Ik zie hem liggen. Daar, die blauwe, met hem lunchen. Hij eet altijd goed lange enveloppe!" en ik moet noodig een hartversterking Met een angstig voorgevoel — dat hebben. Ik ben door die geschiedenis steeds, als mijn vriend in het spel is, danig in de war, weet j e . . . " gerechtvaardigd is — maakte ik de Ik gaf hem een riks — van leenen enveloppe open en las: was bij hem geen sprake, dat weet ik „Mijnheer, met genoegen zal ik u vooruit — en hoopvol gestemd ging ontvangen, indien u morgen (Dinsdag) hij op weg naar C h e r r y . . . om half vier bij mij thuis wilt komen. Drie dagen lang hoorde ik niets van Hoogachtend, Doro.hea Ulling." hem. Kwam hij niet boven w a t e r . . . Ik begreep er niets van. Hoe Johns Toen zeilde hij op een morgen mijn tante mijn bestaan te we en was gekamer binnen, juist toen ik aan mijn komen en wat zij van mij verlangde, ontbijt bezig was . . . waren voor mij twee even zoo onop„Bonjour," zei hij, een stoel bij de losbare raadselen, als wijlen het orakel tafel nemend en zichzelf voor het ontvan Delphi ze opgaf. bijt uitnoodige'nd. „Het ziet er zoo „Wat schrijft ze ?' vroeg mijn vriend • smakelijk uit, zie je," verklaarde hij, „en na eenige oogenblikken. ik heb zoo'n honger!" — Mijn vriend „Dat ze me graag morgen bij haar heeft alijd honger. En a'tiji geldge thuis ontvangen w i l . . . " brek. Maar nooit. .. sigaren of siga„Prachtig! Schitterend!" riep mijn retten! vriend uit. „Ik weet zeker, dat ze „Eet mee," zei ik, wel wetend, dat bijten zal!" hij meer dan driekwart van alles wat „Waar heb je het over?" er op tafel stond, verorberen zou. Ik John leunde over de tafel en gaf mij zag echter toch geen kans het hem een gevoeligcn klap op mijn Schouder. te beletten, want hij had zelf al om een Door die beweging gooide hij een kop bordje, mes en verder eetgerei ' ge thee om, maar ik geloof wel, dat hij scheld.. . „Mag ik terwijl even door het goed meende.'Hij viel weer terug gaan mijn brieven open te maken ?" op zijn stoel én zette zijn bril recht, „Ga je gang," zei hij joviaal. „Ik teneinde mij beter te kunnen zien. Het eet onderwijl wel door! Eh, tusschen scheen hem een groot genoegen te twee haakjes: er is ook een brief van doen, dat hij me goed kon waarnemen, mijn tante bij!" want zijn gezicht verhelderde als een tooneel bij het opkomen der tooneel„Waaraan heb ik die eer te danken?" vroeg ik verbaasd. ,,En hoe weet jij zon. Opeens barstte hij in een lofrede dat ?" uit . . .
-
OCHS
„kerel," zei hij hartelijk, „als er te:i> is in jou, wat ik altijd heb bewonderd, dan is het je bereidwilligheid om een vriend te helpen. Een van de grootste deugden, die een mensch beziuen kan en niemand bezit die deugd ingroo.ere mate dan jij! J e bent, om het zoo eens te zeggen, eenig in dit opzicht. De menschen hebben me wel eens gevraagd: „Waf voor een soort kerel is dat toch?" en dan heb ik altijd geantwoord: „Den besten, dien ik ken! Een kerel, waar je op bouwen kunt, die je helpt, waar hij maar kan. Een kerel, die liever "zou sterven, dan je voor het net te laten zinken. Een kerel, die door het vuur zou gaan om je uit den brand te helpen. Een kerel met een hart van goud en zoo zuiver als diamant „Ja, ik ben een prachtkerel," zei ik, terwijl mijn angstig voorgevoel toenam. „Ga verder!" ' „Ik ga verder, man," antwoordde hij met een tikje verwijt, omdat ik hemin de rede was gevallen. „Wat ik wilde zeggen, is, dat ik graag een kleinen dienst van je wilde. Het was niet noodig, vooraf je toestemming te vragen, dat wist ik!" Een ellendig voorgevoel maakte zich nu van mij meester .. . Een voorgevoel, dat reeds zoo vaak gegrond bleek te zijn geweest als het met betrekking tot mijn vriend was ontstaan. „Je wilt zeker wel zoo goed zijn te verklaren, in welke misère je me nu weer gesleept hebt?" vroeg ik. John trachtte mijn opkomenden wrevel met zijn vork weg te wuiven, en zei langzaam en met veel overtuiging: „Het beteekent niets, kerel. Werkelijk niets! Slechts een kleine dienst, dien je, ik weet het zeker, blij zult zijn mij te kunnen bewijzen. Zooals ik wel dadelijk had kunnen begrijpen, heeft die Cherry niets bij mijn tante kunnen bereiken. Wat Luus betreft, begrijp je? Geen enkel resultaat. Hij is eergisteren naar mijn tante toegegaan en heeft gevraagd, of zij Luus wilde terugnemen, maar zij wilde er niets van weten. Wat mij niet verwondert. Ik heb nimmer vertrouwen in Cherry gehad(!) Het is een groote fout van ons(!) geweest, hem erin te halen. Je behoort in een aangelegenheid als deze
REMBRANDT THEATER AMSTERDAM . TWEE KEUENEN MAAR . . . . itaar partner (als hij merkt, hoe slecht zij dansti: „Er zijn slechts twee dingen, die u beletten een groot danseres te worden." 2ij: „Werkelijk? En wat dan?" Hij: „Uw voeten !"
BRENGT STEEDS DE BESTE P R O G R A M M A ' S - 22
EEN ZORGZAME VROUW Zy : „Nou lieve, nu kun je gerust naar binnen gaan en vader om mijn hand vragen. Ik heb alle verbandmiddelen klaar gelegd'"
niet meer diplomatie te werk te gaan. Je moet zien te ontdekken, wat de zwakke zijde van je vijand is en hem daar aanvallen. Nou 4 wat is nu de zwakke zijde van mijn tante ? Haar zwakke zijde, wat is die? vraag ik je! Denk eens na. Denk na, kerel!" „Als ik op haar stem moet afgaan — het eenige, wat ik van haar ken — zou ik denken, dat ze heelemaal geen zwakke zijde heeft!" „Daarin vergis je je toch. Hemel de romans, die zij geschreven heeft op e n . . . wel, ze eet compleet uit je hand! Toen die Cherry niets bij haar had kunnen bereiken, heb ik eens goed nagedacht. En toen opeens wist ik het. Ik ging naar een vriend — een goeie kerel, net zoo goed als jij bijna (jammer, dat je hem niet kent) — en die; schreef mijn tante namens jou een brief, waarin hij haar vroeg of je haar mocht komen interviewen voor „De Litteraire Dameswereld". Dat is een weekblad waarvan ik toevallig weet, dat ze het geregeld leest. Luis.er nu eens, kerel! Val me even niet in de rede, want je moet alles goed begrijpen. Ik wilde, dat jij nu naar mijn tante ging om haar te interviewen. Natuurlijk wordt zij hierdoor de beste vrienden met je. Zij gaat j e zelfs vereeren! Als je haar maar naar den mond praat en alles mooi vindt, wat ze heeft geschreven. E n zoo m e e r . . . Nadat je haar zoo hebt ingepalmd en je om zoo te zeggen alles van haar gedaan kunt krijgen, — je zegt bijvoorbeeld maar, dat het de mooiste dag van je leven is, nu je haar ontmoet — breng je het gesprek op Luus. Je laat het maar voorkomen, alsof Luus je nichtje is. Zeg bijvoorbeeld terloops: „Dat is waar ook, mijn nichtje is bij u als secretaresse... Juffrouw Luus Menks, bedoel ik . . . Ze heeft me al eens verteld, dat ze het zoo naar haar zin heeft bij u . . . " Enfin, de rest borduur je er zelf wel bij en als ze dan zegt, dat zij Luus heeft ontslagen, kijk je bedrukt en vraagt haar of zij niet mag terugkomen. En jullie zijn dan in dien tijd zulke goede vrienden geworden, dat ze je niets meer kan weigeren. Dat is alles. De zaak is dan in orde. Is hef niet handig bedacht van me? Dit plan kan niet scheef gaan! Dat we daar niet eer aan gedacht hebben, hè ? In dien kef ing van gedachten ontbreekt nu letterlijk geen enkele schakel!" „Toch wel," antwoordde ik nuchter. „Ik geloof, dat je je vergist," zei John, nog even enthousiast. ,,Ik heb alles zorgvuldig overwogen. Wat ontbreekt er dan ?" „Ik! Ik ga niet naar je tante! • Ga jij maar naar je vriend en vertel hem, dat hij een velletje briefpapier heeft verknoeid." Er viel een bril op zijn bord. Twee zwakke oogen keken mij over de tafel heen verbaasd aan. Mijn vriend was perplex. „Dat meen je niet!" zei hij. „Ik kan niet gelooven, dat jij je op het laatste oogenblik zult terugtrekken," besloot hij met trillenae stem. „Ik trek me niet terug. Ik heb nooit meegedaan!" „Kerel," zei John, terwijl hij met zijn eene elleboog op zijn bordje rustte,
„ik wil je wat vragen. Eén ding maar. Heb je me ooit in den steek gelaten ? Heb ik ooit gedurende onze lange vriend-• schap vergeefs een beroep op je hulp gedaan? Nooit!" „Alles heelt een begin. Ik begin nu!" „Maar denk eens aan haar! Aan die goeie Luus! Denk aan Luus!" „Als ze door die geschiedenis eindelijk heeft geleerd om je uit den weg te blijven, zal het haar niet anders dan tot voordeel zijn," antwoordde ik zonder mededoogen. „Maar k e r e l . . . " Ik geloof, dat er ergens een fataalweeke plek in mijn hart is . . . Het slot van mijn vriends betoog was tenminste, dat hij p i j hartelijk dankte, omdat ik wilde ddten, wat hij van mij verlangde... Hoe ik zoo' dom heb kunnen zijn, weet ik nu nog n i e t . . . Maar in ieder geval: den volgenden dag om half vier' was ik voor de villa van de tante van mijn vriend... Met hetzelfde gevoel, dat men krijgt wanneer men bij een tandarts de kamer binnenstapt; trad ik de hall van de villa binnen. Van het oogenblik af, dat de huisknecht mij in een soort spreekkamer liet, totdat ik de voordeur weer achter mij hoorde dichtslaan, heb ik in een voortdurenden' staat van vrees en vernedering g e l e e f d . . . Het begon al direct. Alles was zóó keurig in orde, ademde zóó'n geest van zorgvuldigheid en deftigheid, dat ik opeens, terwijl ik op de komst van mijn vriends tante zat te wach.en, mij er akelig-duidelijk van bewust werd, dat mijn haar wel iets te lang was en dat in de rechterpijp van mijn broek zich het begin van een „knie" openbaarde. Twee dingen, die in volslagen disharmonie waren met de keurig-nette omgeving, waarin ik verzeild was g e r a a k t . . . Mevrouw Ulüng verscheen echter niet. De huisknecht kwam mij verzoeken hem te volgen, en toen hij eenige seconden later aan het eind van de gang een deur openwierp en plechtstatig uitriep: „Mijnheer Remler", besefte ik opeens in het hol van den leeuw te zijn aangeland, en onwillekeurig keek ik boven de deur, of ik er niet geschreven vond: „Wie hier binnentreedt, laat alle hope varen"! Het s.ond
-23
-
er evenwel niet, ofschoon het niet over dreven zou zijn g e w e e s t . . . Er waren twee dames en een Pekingees in het vertrek. De Pekingees kende ik. Mijn vriend had hem eens meegebracht op mijn kamer en toen had hij mijn heele lunch opgegeten. Hij herkende mij blijkbaar evenwel niet. De dames kende ik geen van beiden persoonlijk. Van mijn vriends tante kende ik de stem — eens gehoord, toen zij mijn vriend bij mij opbelde—; meer niet; van de andere daim wist ik voor ik haar zag, niet eens het bestaan. Ze gaven elkaar in uiterlijk of leeftijd niets toe. Ze toonden allebei heel duidelijk de sporen van haar oudevrijsters-staat. Ze droegen het haar glad naar achteren gestreken en met een knoetje in den nek vas'gemaakt; hun neuzen deden aan den snavel van een havik denken en heur oogen aan die van een kat, die ligt te loeren naar een muis . . . „Juffrouw Ulling ?" zei ik, een paar schreden doend in de richting van de dame, die het dichtst bij mij stond, en mij voelend alsof ik op het punt stond een pak slaag te incasseeren van een kampioen-bokser. „Ik ben juffrouw Ulling," zei de ander. „Dit is juffrouw Watering!" Het was een schok, maar toen ik mij eenigszins had hersteld, slaagde ik er toch in een behoorlijke buiging te maken... „Ik hoop, dat u er geen bezwaar tegen heef., dat juffrouw Watering bij ons onderhoud blijft," zei Johns tante met een glimlach, dien ik niet goed begreep, doch die mij allesbehalve op mijn gemak zette. „Zij is mij juist komen opzoeken en zal ons niet storen. — U vindt het toch niet erg ?" „In het geheel niet, in het geheel niet," stamelde ik. „O, in het geheel niet..." „Wilt u niet gaan zitten ?" „Graag. Dank u i " Juffrouw Watering ging voor het raam staan en liet Johns tante en mij aan ons lot over. „Zoo, nu zitten we op ons gemak," zei de tante van John. „Ja," antwoordde ik, terwijl ik nog nooit in mijn leven zoo'n knallende onwaarheid heb gedebuteerd. „Vertel me eens, mijnheer Remler," begon Johns tante, „is u vast verbonden aan de redactie van „De Litteraire Dameswereld" ? Het is een van de bladen, die ik het liefst lees. Iedere week, zonder mankeeren, neem ik van den interessanten inhoud kennis." „Pardon, ik behoor tot de vaste medewerkers . . . " „Wat bedoelt u hiermee ?" „Wel,- ik zit niet op het redactiebureau, maar de hoofdredacteur draagt mij telkens gelegenheidswerk op, zooals interviews bijvoorbeeld." „Al JuistI Ik begrijp het. Wie is op het oogenblik de hoofdredacteur?" Hoewel juffrouw Ulling die vraag stelde om mij wat op mijn gemak te brengen, 'werd mijn toestand er hoe langer hoe penibler door. Ik zocht wanhopig naar een naam, het kon me niet schelen wat voor een naam, maar zooals altijd in die omstandigheden, kon ik er niet een vinden . . .
-^-^—^^-™
'
„Ach, natuurlijk, ik herinner me nu opeens," zei Johns tante tot mijn groote verlichting, „het is mijnheer Wilders, is het niet ? Ik heb hem eens aan een diner ontmoet." „Wilders, juist," stamelde ik. „Ta zóó heet hij. Wilders!" „Een groote man met een grijs snorretje!" „Ja, tamelijk groot," viel ik haar bij. „En heeft hij u opgedragen mij te interviewen ?"
VRIJDAG En DE DERTIEHDE HOTTËNTOT óór het gezelschap De Speeldoos werd in het Amsterdamsche Centraal Theater deze Amerikaansche klucht van den auteur William Maples ten tooneele gebracht. Het stuk bezit tal van aardige vondsten en de lach is daarom ook niet van de lucht. De leden van De Speeldoos hebben dan ook uitstekend gespeeld. Sem Harrington (Const, van Kerckhoven) heeft in Californië kennis gemaakt met Peggy Fairfax (Mien van Kerckhoven). Mrs. Carol Chadwick (Annie de Bree) heeft ze aan elkaar voorgesteld. Peggy meent, dat Sem de beroemde paardrijder is, die denzelfden naam draagt, en Carol bevestigt haar dit tegen beter weten in. Harrington is op het eerste gezicht verliefd op Peggy geworden. Hij reist haar na en zoekt haar op ten huize van Ollie Gilford (M. van Warmelo), waar zij logeert. Maar hier beginnen Sem's onaangename avonturen. Alle lieden in het aardige dorpje, waar Huize Gilford gelegen is, zijn hartstochtelijke paardenliefhebbers en iedereen is vol van de wedrennen, die den anderen dag zullen plaats vinden. En thans blijkt Sem, dat Peggy nooit een man zal trouwen, die niet van paarden houdt. Er blijft hem niets anders over dan vol te houden, dat hij de beroemde heerrijder Sem Harrington is. En zoo zien wij hem na tal van avonturen, in het derde bedrijf op de wedrennen, gezeten op het paard van Peggy, den wedstrijd winnen, hoewel hij in geen zes jaar in het zadel gezeten had. Eind goed al goed: Peggy en Sem worden een paar. Een extra woord van lof verdient Louis de Bree voor zijn uitstekend spel als Cweek, de butler. E. W.
De kleinkinderen vanden vorst van Monaco op het bloemenfeest.
,Ja."
„Zoo. E n over welk boek van mij wilt u het liefst spreken?" Ik slaakte een zucht van verlichting, want eindelijk voelde ik een beetje vasten grond onder mijn voeten. Maar toen viel als een stuk gloeiend lood de gedachte in mijn hersens, dat die ezel van een John vergeten had mij ook maar een naam van haar boeken te noemen . . . „Eh . . . over allemaal, als u het goed vindtI" antwoordde ik snel. „A! Ik begrijp het! Over mijn heele litteraire oeuvre!" ...Precies," zei ik. Ik begon nu werkelijk iets voor haar te voelen, daar ze me zoo tegemoetkomend behandelde. Zij leunde achterover in haar stoel, terwijl ze de toppen van haar uitgespreide vingers tegen elkaar drukte en mij aandachtig, bijna peinzend aankeek. „Denkt u, dat het de lezeressen van „De Litteraire Dameswereld" misschien zal interesseeren iets te lezen over den roman, waar ik zelf het meest van hou ?" „Natuurlijk! Dat weet ik zeker!" „Het is wel niet gemakkelijk vooreen schrijfster om te zeggen, welk boek zij het beste vindt. Welk boek je het meest bevalt, hangt zooveel van de stemming af, waarin je verkeert . . ." „Zeker, zeker!" bevestigde ik. „Welk boek van me vindt u het best geslaagd, mijnheer Remler ?" Ik kreeg het gevoel, dat iemand hebben moet, die aan een nachtmerrie ten prooi is. Zes tantes van John keken mij onderzoekend aan . . . „Eh . . . o, allemaal," antwoordde ik, terwijl het angstzweet mij uitbrak en ik' nauwelijks mijn eigen stem herkende. „Wat vriendelijk van u," zei de oude dame. „Dat noem ik inderdaad vriendelijk. Een of' twee recensenten hebben gezegd, dat mijn werk nogal ongelijk is. Het is zoo prettig iemand te ontmoeten, die dit niet met hen eens is. Ik voor mij geloof echter, dat mijn roman „De weg naar het hart" de beste is." Ik knikte bevestigend. Nu ik een naam wist, voelde ik mij weer in staat adem te halen. „Ja," zei ik, mijn voorhoofd fronsend, als dacht ik hevig na. „ „De weg naar' het hart" is stellig het beste, wat u ooit geschreven heeft. Het is zoo menschehjk," voegde ik er aan toe, mij bewust, dat ik met die uitdrukking op veilig terrein bleef. „Heeft u het gelezen, mijnheer Remler?" „O ja, natuurlijk!" „En vond u het goed?" „Buitengewoon goed!" „U vindt het % dus niet eerlijk om er van te zeggen, dat het te realistisch is ?" „Absoluut oneerlijk!" Ik begon nu den weg vóór mij te zien. Hoe weet ik
D
zelf niet, maar ik kreeg opeens de overtuiging, dat haar romans uitstekenden kost moesten zijn voor een leesbibliotheek. „Het is eerlijk, openhartig geschreven eh laat het leven zien, zooals het is. Maar realistisch? Neen!" „Die scène bijvoorbeeld op Pims kamer?" „Dat is het beste stuk uit het heele boek," zei ik moedig. Johns tante glimlachte. Mijn vriend had gelijk gehad, toen hij zei: prijs haar werk! Ik begon werkelijk te wenschen, dat ik dien roman gelezen had, opdat ik nog meer erop in had kunnen gaan en haar nóg gelukkiger had kunnen maken. „Ik ben zoo blij, dat u het mooi vindt," zei ze. „Werkelijk, dat is zoo bemoedigend!" „O, neen, nee," zei ik bescheiden. „O, maar het is zoo. Het is werkelijk zoo bemoedigend, weet u, omdat ik het boek nog moet gaan schrijven! Ik heb het eerste hoofdstuk vanmorgen pas klaar gekregen." Ze lachte nog steeds zoo vriendelijk, dat het een oogenblik duurde, eer de volle, verschrikkelijke beteekenis van haar woorden tot mij doordrong. „ „De weg naar het hart" is mijn eerstvolgende roman. De scène in Pims kamer, die u de beste uit het heele boek vindt, komt ongeveer in het midden. Ik geloof nie't, dat ik het boek vóór het einde van de volgende maand afkrijg. Hoe grappig, dat u er tóch al alles van af weet!" Ik voelde mij, alsof ik in de lucht hing op de plaats, waar mijn stoel moest staan. Ik heb mij dikwijls in mijn leven een idioot gevoeld, maar zoo als nu nog nooit! De vreeselijke vrouw daar voor mij had met mij gespeeld als de kat met een muis en had mij, van haar spel genietend, als een vlieg met honing op het vliegenpapier harer romans gelokt. En plotseling ontdekte ik, dat ik me vergist had, toen ik meende, dat er in haar oogen een vriendelijke blik te bespeuren was. Ik begreep nu, waarom John altijd zoo bang voor haar was . . . . „Het is ook zoo grappig," vervolgde zij, terwijl ik nog steeds naar adem zat te snakken, „dat u mij kwam interviewen voor „De Litteraire Dameswereld", omdat ze de vorige week pas een interview met mij hebben geplaatst. Ik -
24
-
vond het zóó vreemd, dat ik mijn vriendin, juffrouw Watering opbelde .om te vragen of er soms een vergissing in het spel was. E n zij zei, dat ze nooit van u had gehoord. Hèèft u al eens gehoord van mijnheer Remler, juffrouw Watering ?" „Nooit," zei de andere dame vinnig. „Hoe zonderling!" riep Johns tante uit. „Maar alles is zoo zonderling. — O, moet u vertrekken, mijnheer Remler?" Mijn geest verkeerde in een absoluut chaotischen toestand, maar één ding was mij volkomen duidelijk: dat ik gaan moest. Door de deur, als het mogelijk was, en anders door het raam. Maar weg moest ik! En iedereen, die zou hebben getracht mij tegen te hou•den, had zijn leven gewaagd! „U wilt mijnheer Wilders wel de groeten doen, als u hem ziet?" vroeg Johns tante nog. Ik morrelde aan de deurknop. Ik geloof, dat mijn gastvrouw bij deze woorden gescheld moet hebben, want toen ik in de gang kwam, stond daar de huisknecht om mij uit te laten. Zijn blik was een grijns en zijn handen waren gekromd alsof hij mij bij mijn nek wilde grijpen om me er uit te gooien. .. Maar ik bereikte zonder verdere incidenten den tuin, waar ik bevrijd adem haalde en een duren eed zwoer, dat ik nimmer meer een voet zou verzetten om John te helpen . . . Ik had er grondig genoeg van voor hem in de bres te springen! Het was erg warm, maar ik was zoo opgewonden, dat ik loopen moest. Loopen. veel loopen ... Eindelijk, doodmoe, bereikte ik mijn kamer, w a a r . . . John op den divan op mij lag te wachten. „Bonjour, kerel," zei hij hartelijk, zijn hand uitstekend naar een glas limonade met ijs — mijn limonade en mijn ijs, natuurlijk! — dat onder zijn onmiddellijk bereik stond. „Ik kom je even zeggen, dat je niet meer naar mijn tante behoeft te gaan. Luus heeft al een goede betrekking gekregen." Hij nam een slok van de limonade met ijs . . . Even bleef het stil. „Wanneer wist je d a t ? " vroeg ik ten slotte, vaag iets vermoedend. „O, gisterenmiddag," zei John. „Ik wou direct naar je toekomen, maar ik heb het tot nu toe v e r g e t e n . . . " Ik had hem kunnen vermoorden . ..
CONSTANT VAN'KERCKHOVEN ALS
SEM HARRINGTON
„ S C È N E UIT HET EERSTE BEDRIJF v.l.n.r. Annie de Bree, Ben Groeneveld, van Kerckhoven, van Warmelo . Bets van Berkel en Timrot
DE BEKER GEWONNEN Behalve den heer en mevrouw van Kerckhoven geeft onze foto ook Louis de Bree als den butler Cweek
OP DE RENBAAN
\
-
25
-
EEN SCHOENENPRAATJE
T
No. 60182. Modern, chique mantelpak voor laken of serge. Vetkriigbaar in bustemaat 90. 95, 100 of 110 cM. Benoodiad «an 135 cM. breede stol 3 M.
oen ik verleden week bij tante Wiesje op bezoek was, toonde ze mij vol trots den gebronsden schoen van hun jongste lieveling. Innerlijk uitte ik op 't zelfde oogenblik den welgemeenden wensch, dat alle schoenen der wereld op de penantkastjes vandiverse tantes gebronsd en wel zouden vastgroeien, want een hef.ige pijn in mijm eksteroogen herinnerde mij er onzacht aan, dat ik de bezitslar van een paar zeer elegante, moderne schoentjes b e n . . . Hoe benijdde ik de negerstammen, die met bloote voeten door h e t ; leven wandelenI En dan de oude Grieken en Romeinen. Zij droegen sandalen, een practische en zeer gemakkelijke dracht. De Chineezen echter hadden tot voor korten tijd nog een zeer vreemd begrip van vrouwelijk voetenschoon. Hoe kleiner en misvormder een damesvoetje was, hoc aanbiddelijker zij het vonden. Gelukkig heeft deze wreede „mode" thans afgedaan en leeft ook de Chineesche dameswereld nu op grooten voet. De Balkanvolken dragen z.g. Opanken, die uit één stuk leer bestaan, dat met een riem, door eenige gaten getrokken, tezamen gehouden wordt. Deze dracht is natuurlijk verre van elegant, maar zeer duurzaam. Een schoenenwinkel op den Balkan lijkt mij dan ook geen ideaal! In de zestiende eeuw droeg men in Spanje en Italië den hoogen steltenschoen, en zelfs nu nog draagt men in verschillende streken van Spanje en Japan nog hetzelfde model schoeisel. De Hollandsche dame^ der vijftiende eeuw zouden vreemd opkijken, als ze de moderne schoentjes van heden ten dage konden aanschouwen. Want zeer veel is in den loop der eeuwen aan de voetbekleeding veranderd. Van de veertiende tot de vijftiende eeuw droeg men hielden snavelschoen. Dit was een zeer lang en puntig model, circa tweemaal zoo lang als de voet zelf. In de zestiende eeuw was een korter en iets breeder model modern, de z.g. eendensnavel. Een sterk contrast met dit model vormde de berenklauw, die tijdens de dertiende eeuw gedragen werd. Het was een zeer breede en plompe schoen uit ruw leer vervaardigd en geheel plat. Trouwens, hakken kende men niet vóór 1700. Men droeg toen zeer kostbaar schoenwerk, rijk met zilver en goud bestikt. Ook kende men in die dagen reeds fluweelen en zijden schoenen. De hoogte der hak steeg met de jaren tot ze in circa 1800 het hoogtepunt bereikt had. En thans is de keus in modern schoeisel enorm. Zoowel de hooge als1 de platte hak wordt gedragen en het materiaal, waaruit men schoenen vervaardigt; is werkelijk te omvangrijk om hier op te sommen. Maar één goeden raad wil ik mijn lezeressen op deze plaats toch geven: koop nóóit schoenen, alleen omdat ge ze zoo snoezig vindtI Men moet immers voor alles rekening houden met het model voet dat men bezit, en schoenen zijn nu eenmaal om op te kunnen loopen. Dus dames, laten we bij schoenenpassen net als Asschepoester .zeggen: „Wie heeft het passende schoentje voor mijn voetje?" ADELE
BERENKLAUW
EEN SCHOEN UIT DE 17e EEUW
No. 79008. Elegante lange mantel met klokmodel. Zeer geschikt voor rios, serge of charmelaine. Verkrijgbaar in büstemaat 90, 95, 100, 110 of 120 cM. Benoodigd Tan 135 cM. breede stof 2.75 M. Van deze afbeeldingen, die met toestemming der firma Weldon Ltd. te Londen zijn gereproduceerd, zijn fr. p. o. gekmote oa'tronen verkrijgbaar tegen toezending van f 0 75 en vermelding van het no.K aan mevrouw Miliy Simons, 2e Schuytstr. 261, Den Haag.
STELTENSCHOEN EN EENDENSNAVEL
MODERNE BALSCHOENTJES (Modellen Mansfield)
WINTER.
JL>E K E U Z E V A N I l ï i ï STUK
Hi
'et opschrift klinkt zoo eenvoudig. Men kiest namelijk een stuk uit en gaat repeteeren. Inderdaad, zoo gebeurt het. Maar terwijl ik dit hier in een paar teljen neerschrijf, zijn er in werkelijkheid dikwijls maanden mede gemoeid. De regisseur is wanhopig, hij droomt
van Pygmalion, hij gaat naar bed met De Gele Man'el, hij staat op met Jeanne d'Arc, onder de lunch denkt hij aan Gekocht en Betaald, des avonds begint hij opnieuw . . . totdat het Bestuur hem de duimschroeven aanzet en er wel IRIS DELYSIA een keus gemaakt moet worden. de partnerin van het Delysia StroganoffWelke zijn de hoofdfactoren, waarballet, dat in ons land weder optrad door een Bestuur, of regisseur, zich bij het uitkiezen van een stuk moeten laten leiden ? M.i. de volgende: lang niet denkbeeldige gevaar van te 1. Is de betreffende Werkende Kring stuk zijn; ook indien gij niet „op" hoog grijpen. Dan zou de remedie veel in staat het stuk, zoowel kleine als zijt, valt er veel te leeren. erger dan de kwaal zijn! groote rollen, naar behooren ten tooV. Gij zult de rol van een ander Wij willen ook in dit verband gaarne neele te brengen ? evenzeer respecteeren als gij het met u samenwerken en u, waar mogelijk, 2. Speelt het stuk in een sfeer, waaromgekeerd van hem verwacht. met raad terzijde staan. Evenals wij in in het publiek, waarvoor men gewoon VI. Gij zult gedurende de repetities onze vorige nummers reeds gedaan hebis te spelen, zich verplaatsen kan ? ben, zullen wij ook in de toekomst met geen op- of aanmerkingen maken; 3. Gaat er van het stuk een opvoeweinig woorden stukken bespreken, gebruik daarvoor de pauzes. dende kracht uit, is het verheffend of waarmede het Amateur-Tooneel eer kan VII. Gij zult op den avond der uitgeeft het vreugde ? inleggen. voering vroegtijdig aanwezig zijn, Ziedaar drie hoofdfactoren, waaromzoodat er voldoende tijd is voor heen nog een groot aantal bij-factoren gegroepeerd zouden kunnen worden. de verschillende voorbereidingen. STIETN GEBODKNS Het dilettantisme is in ons land vrij VIII. Gij zult vóór het begin alles nog sterk ontwikkeld en ook wat de keuze der eens nauwkeurig controleeren wat bij voorkeur op een stukken betreft is het loffelijke streven . 'oor dilettanten; uw eigen kleeding of requisieten duidelijk zichtbare plaats in elk waarneembaar ook eens iets anders te betreft. repetitielokaal op te hangen! brengen dan de flauw-geestelooze-zonIX. Gij zult medehelpen om „achder-begin-of-einde-klucht, waarvan men I. Gij zult de kleine rollen niet verter" die rustige sfeer te brengen, in het derde bedrijf — bij een beetje smaden, maar met even grooten welke noodig i-s voor een vlot lange pauze — nauwelijks den samenernst en ambitie instudeeren als de verloop! hang der eerste twee bedrijven meer grootere. weet. X. Gij zult u niet aan het zoogeII. Gij zult steeds op den aangegeven Overigens, ik herhaal het, is het kie naamde „publiekspel" bezondigen tijd op de repetities aanwezig zijn. zen van een stuk een zeer moeilijke — bedenk, dat het succes van III. Gij zult uw rol zoo spoedig mogetaak, waar zeker niet iedereen geschikt het geheel van grooter belang is, lijk, naar aanwijzing van den revoor is. Ik benzeen sterk voorstandererdan een persoonlijk succes. gisseur, van buiten leeren, daar van — en zeker iedere goede regisseur vruchtbaar repeteeren anders onmet mij — zoo hoog mogelijk te grijpen, JSJle vragen om inlichtingen op het gebied mogelijk is. iers wat trouwens de kunstzinnige leden van he£ amateur tooneel richte men tot der betreffende vereeniging ook appreden heer C. J. P I E T E R S , RedacÜe IV. Gij zult gedurende de repetities cieeren zullen, m a a r . . . denkt om het „Hef Weekblad", 22 Galgewafier, Leiden. steeds met volle aandacht bij het - 2 7 -
-
26
-
Dr DE5TÊ
Mijn neef Jansen heeft ook nog wel eens, wat men noemt, ,heldere oogenblikken' gehad. Een daar van viel toevallig, toen hij pas verloofd was. „Hoor eens," zei zijn verloofde toen tegen hem, „we moeten allemaal in ons leven wel eens een offer brengen. Mijn broer heeft bijvoorbeeld besloten, het rooken eraan te geven. Dat is echt flink en mannelijk, nietwaar? Ik wou, dat jij ook iets opgaf, iets, waardoor je een groot offer moest brengen. Welke op offering wil jij je voor mij getroosten?" Mijn neef dacht eenige oogenblikken straf na — als u erbij was geweest, zoudt u zijn hersens hebben hoeren werken — en zei toen: „Ik zal jou niet meer kussen f'' Zijn verloofde zei niets, maar keek sip. Haar antwoord kwam pas een paar dagen later en toen bleek, dat mijn neef het bij het rechte eind had gehad. "Zeg," zei ze namelijk zachtjes, „mijn broer röökt weer!" Hij h ad erom
gevraagd
Rechter: „U klaagt dus over een ruwe behandeling door uw patroon?" Het jongemensch: „Ja, hij betaalt me om zoo te zeggen mét stompen en slagen I" Rechter: „En gisteren hebben ze me verteld, dat u het dubbele hadt gekre gen van . . . " Patroon: „Ja, hij had om opslag ge vraagd !" Hij h ad niet
gevoc h ten
Moeder: „Je hebt weer gevochten! Je kleeren zijn gescheurd en je hebt alle maal krabbels in je gezicht!" Jantje: „Ik heb niet gevochten — ik wilde een grooten jongen beletten, dat hij een klein jongetje sloeg!" Moeder: „Dat is braaf van j e ! Wie was dat kleine jongetje?" Jantje: „Ik!"
MA.NSAUEliRl.riK. ,.De benzine is goedkooper geworden!'' „Gelukkig!" „Hoezoo 't Ga je een auto koopen 't" ..Neon. ik ga mijn handschoenen schoonmaken!''
OhS^PODIrlOEKJE Het Nederlandsch elftal gekozen. De T.C . van den N.V.B, heeft in haar vergadering vun 24 Februari te Breda het elftal voor de komende interland wedstrijden als volgt samengesteld: v. d. Meulen van Zwieteren van Kol Van Dolder J. Halle Van Heel Gerritsen W. Tap Bakhuis Barendrecht v. Nellen Het was voor de T.C . ditmaal wel heel moeilijk om het juiste elftal samen te stellen. Na 30 Dec. 1928 is er in ons land niet gevoetbald en op de prestaties van de Zwaluwen op Mardi Gras mocht men niet afgaan. Er is toen onder te veel abnormale omstan digheden gespeeld. Als kern voor het nieuwe natio nale elftal heeft men genomen 6 spelers, die op 2 December j.1. onze kleuren in Milaan hoog hielden. We willen stuk voor stuk de nieuwgekozenen eens nagaan. Dat Leo Halle, hoe goed hij ook in Milaan had voldaan, zijn plaats weder aan v. d. Meulen zou moeten afstaan, spreekt vanzelf. De H.F.C .'er is nog steeds een klasse op zichzelf en mochten studieredenen hem noodzaken dezen zomer de reis naar Zweden en Noorwegen niet mede te maken, dan zal men dat ook wederom als een onvolledig heid van het Nederlandsche elftal moeten beschou wen. Op de linksachterplaats was Van Kol natuur lijk zeker gekozen te worden. De Ajaxman is nog steeds in topvorm en heeft bovendien in Milaan getoond een uitmuntend aanvoerder te zijn. Nu Denis waarschijnlijk dit seizoen niet meer zal uitkomen, stond de commissie voor de keuze van een rem placant op de rechtsachterplaats. Voor on en half ingewijden bestonden hiervoor drie gegadigden, n.1. y. d. Zalm, Wamsteker en Horsten. De eerste heeft in proefelftallen bijna nooit voldaan. In zijn laatsten wedstrijd, in November voor den onafhankelifkheids beker, was hij al heel slecht. Wamsteker' is door beroepsbezigheden niet zeker van zijn tijd en wil ongetraind niet ophet appèl verschijnen. En Horsten? Blijkbaar is hij te Milaan wat langzanm geweest en waar eenige adviseurs der T.C . Van Zwieten bijzon der aanbevolen, heeft de commissie dezen stoeren Spartaan eens een trial gegeven. Wij voor ons be treuren het, dat Wamsteker zich niet onvoorwaar delijk b< . ikbaar kon stellen. De H.F.C .'er toch is een veel ..jner voetballer. De Spartaman is forscher, misschien wat al te forsch. In ieder geval zal hij zijn werk wel doen en de Zwitsersche linkervleugel kan aan hem wel eens 'n minder prettigen middag beleven. Na zijn spel op Mardi Gras stond de verkiezing van J. Halle als spil vrijwel vast. Halle is een spil die destructief wellicht de mindere is van Massy, maar wiens opbouwend spel dat van den Roermon denaar verre overtreft Van Heel legde voor de zooveelste maal beslag op den linkshalfplaats. Ook deze speler vormt een klasse op zichzelf. Van Dol der, wien men na 4 Nov. en 2 Dec. toch nog een kans wilde geven, verhuisde voor de variatie na de rechts halfplaats, zoodat hij nu alle plaatsen in de midden linie heeft bezet. De N.A.C .'er Kools kwam hierdoor te vervallen. Ontegenzeglijk wint Van Dolder het Van Kools in snelheid, hetgeen vooral tegen de Belgische linkerwing, DiddensMoeschal van belang kan zijn. En dan, als altijd weer de voorhoede! Al jaren en jaren bezorgt deze linie de T.C . het meeste hoofdbrekens. Hoe men de spelers ook wendt en keert, er zijn te weinig uitblinkers en te veel gelijk waardigen. Bakhuis, hoewel niet doortastend genoeg, wenschte men nog een keer als middenvoor te hand haven. Het in Milaan vertoonde spel billijkt deze herkansing, om eens een Belgische uitdrukking te gebruiken. De nog zeer jeugdige Van Nellen uit D.H.C, krijgt ook een tweede kans met voorbijgaan van Weber en Van Gelder. W. Tap komt weer eens op de rechtsbinnennlaats, waar hij al meer heeft gespeeld.Wij hadden hem gaarne nu eindelijk eens op i\jn plaats gezien, d.i. linksbuiten, aber es hat nicht sollen sein. Tot slot bevat de voorhoede twee debu tanten: Barendrecht en Gerritsen. De Feyenoorder combineert goed, heeft een goed schot, maar toch, in ons oog haoert er iets aan. Wij vinden hem wat langzaam in zijn bewegingen, of. ... zit 'm dat in de lengte? Wij hopen er èn voor onze ploeg, èn voor Barendrecht zelf, het beste van en zullen het gaarne erkennen, als op 17 en 24 Maart a.s. mocht blijken, dat we ongelijk hebben gehad. En Gerritsen? Den exBlauwWitter,thans Gooier.hebben we dit seizoen aan het werk gezien in den wedstrijd H.V.V.—'t Gooi. Hij scoorde daar binnen enkele minuten een keurig doelpunt, maar liep ons te veel van de buitenplaats af. Weet hij in de komende wedstrijden beter zijn plaats te houden, jlan hebben we in hem een enthou siast, hard werker. Summa Summaruml Een elftal met een sterke verdediging en een voorhoede, die tot goede dingen in staat is, als . . . de spelers nog weten, hoe een voetbal er uitziet. JAN VAN ZANT
DIT is het Merk der goede Films -
TVAAlf Het middel
en de
kwaal
„Wat is C ouéisme?" „Wel, stel je voor, dat je je ziek v o e l t . . dan zeg je tegen jezelf: „Ik voel me goed — ik voel me g o e d ! — en zoo voort!" „En zoo voort? Hoe lang moet j e dat dan wel zeggen?" „O, tot je er ziek van wordt!" Geen h eer
„Zeg," zei mevrouw tegen het dienst meisje, „wie was die heer, die daarnet binnenkwam?" „Dat was geen heer, mevrouw," ant woordde het meisje, „het was uw man!" Eenvoudig
„Zijn Dick en Luus gelukkig in hun huwelijk?" „Ik geloof het wel, ze gelooven ten minste eikaars leugentjes over en weer \" Het was hem niet goed genoeg O.W.er (in boekwinkel): „Ik wilde graag wat klassieken hebben." Bediende: „Vondel, Shakespeare, Mil ton, Hooft, Huygens . . . " O.W.er: „Heeft u niet wat beters?" Het wijste
deel
Dokter (voor de operatie): „Negen van de tien patiënten sterven onder de behandeling. Kan ik misschien nog iets voor u doen ?" Patiënt: „Ja, mijn hoed en mijn jas geven!" Prettig
Patiënt (in een krankzinnigengesticht): „Wij mogen u veel liever dan uw voor ganger, dokter!" Nieuwe dokter (gevleid): „Zoo? En waarom ?" Patiënt: „U is meer een van de onzen !" Stijibloempje . . . En terwijl de graaf zich verrader lijk voorover boog, drukte hij een kus op de verontwaardigde wangen van het meisje in de v e s t i a i r e . . . " Waaraan zij het zag „U zult uw man zeker wel missen, niet, juffrouw Binks, nu hij dood is?" Juffrouw Binks (die een kruideniers winkel heeft): „Ja, mijnheer. Het is zoo gek, geld in de toonbankla te vinden!" Het
jnsti VAM
KATMADINA
„Wat heeft dat meisje een eigen aardig aan.trekkeli.jken buk," dacht hij. „Wat jammer, dat ze niet getrouwd is en tot de genoodigden behoort, inplaats van typiste te zijn; het is beroerd — en lastig!" Maar die korte blik had hem ver ward en zijn belangstelling was ver vlogen. Hij kon zich niet meer opwer ken tot het gewenschte enthousiasme voor Lao en begon werktuiglijk te praten over de kamers, die zij be woonde, de ligging en geriefelijkheid — terwijl zijn diepe, grijze oogen dingen zagen niet in woorden uit te drukken. Toen de veriooning afgeloopen was en allen opstonden, zocht hij verstrooiing bij een veelbelovende jonge dame van drie en twintig, een verre nicht van het huis, die op andere tijden stellig niet in aanmerking zou zijn gekomen! Maar Gerard's aandoening was niet op zijn gelaat te lezen en Katharina Bush ging in 'n vrij gedrukte stemming slapen. Zij begreep volkomen, dat het doel nog verre was en de weg om het te bereiken zeer, zeer lang en d a t zij al haar verstand noodig zou hebben om de week, die volgde, zonder moeilijk heden door te komen. Niemand was onachtzaam of onbeleefd tegen haar geweest, maar natuurlijk had niemand zich de moeite gegeven om met haar te praten. Zij was maar de secretaresse en werd juist zoo be "handeld, als zij haar eigene behandelen zou, wanneer zij er een bezat. Het zou zeer onvoorzichtig wezen een d ■ ge 'genoodigden tot zich te trekken. De vriendelijkheid en tevredenheid van haar meesteres waren voor haar van meer belang dan de voldoening van haar ijdelheid. Mijnheer Strobridge echter was een
der voornaamste stukken in haar spel en hem zou ze zien zoo lang zij in dienst bleef bij Lady Garribardine. E r was dus geen haast — ze kon wachten. Maar het nam toch niet weg, dat zij haar lectuur „De Zeven Lampen der Architectuur" zonder die gloeiende be langstelling en dat onme.e.ijke zelfver trouwen voortzette, welke haar gewoon lijk het hoofd zoo hoog deden dragen. H O O F D S T U K XIV. Den volgenden morgen — Kerstmor gen — het Lady Garribardine aan Katharina zeggen, dat ze met de twee oudste kinderen door het park naar de kerk wandelen kon, en dat ze moest gaan zitten in de voorste bank tegen over die in stee'n gehouwen rijk ge zegende familie, achter het koor, rechts. Miss Bush kon vanaf dit plaatsje de heele familie door een deur in het
EEN HUWE LIJK IN DE
DE PRIJSNOTEERING De oude heer (vertellend van de bruidsschatten, die zijn dochters meekrijgen): „Marie, die vijf en twintig Is, krijgt vijftruizend gulden mee als ze trouwt; Luus, die dertig is, krijgt tienduizend gulden mee en Willy, die vijf en dertig is, krijgt twintigduizend gulden." De jonge man: „U heeft geen dochter van een jaar of vijftig?"
koor later binnen zien komen. De lange bank was er geheel mee gevuld en nog enkelen kwamen in de bank terecht, waar zij en de kinderen zaten. Het toeval wilde, dat Gerard Strobridge bij het gebed naast haar knielde. Nabijheid is een zonderling ding en wanneer er voor conversatie absoluut geen gelegenheid bestaat, kan nabijheid soms een buitengewoon grooten invloed uitoefenen. Gerard Strobridge was zich met iederen polsslag van de nabijheid van Katharina Bush bewust. Hij ge voelde, dat er een magnetische stroom van haar uitging, die hem allerzonder lingst prikkelde. Hij beschouwde haar regelmatig profiel. Haar zeer bleeke tint en haar breede, roode lippen trok ken hem ontzaglijk aan.
2Ö
\
TOONE E LWE RE LD
In Londen werd. zooals in de dagbladen werd ge meld, het huwelijk tusschen Mej. Nel Slans en den heer A . J Kleijkamp voltrokken. Wij hopen, dat ons tooneel daardoor deze begaafde aclrice niet zal be hoeven te verliezen. Foto Godfried de Groot
middel
„ S t o p ! Om 's hemels wil, stop!" schreeuwde de regisseur en gehoorzaam hielden de camera's op te klikken. De regisseur liep naar den speler tóe. „Je gezichtsuitdrukking is hopeloos," bromde hij. „Kijk nu eens, alsof je wer kelijk verontwaardigd was!" „Ik heb verontwaardigd gekeken!" antwoordde de acteur kribbig. „Niemand zou het beter kunnen doen!" „ G o e d ! Als \je er dan maar aan den ken wilt, dat je salaris van heden af met vijfhonderd gulden per week is ver laagd I" zei de regisseur zich omdraaiend en weggaand. Maar bijna op hetzelfde oogenblik wendde hij zich weer om en zei: „Juist, hou die uitdrukking nou vast..." En de camera's klikten opnieuw I
busri
Ze keek geen oogenblik naar hem en hield zich alsof ze niets bemerkte van hetgeen er in hem omging. „Ik zou wel eens willen weten waar aan zij denkt. Ik heb nooit een meer sphinxachtig gelaat aanschouwd. Ze kan goed of duivels slecht zijn, hartstoch telijk of afschuwelijk koud. Ze kan wreed zijn als hét graf en hard als diamant. Het is een vrouw, waar een man voor eigen veiligheid wijzer deed maar liever niet mee in kennis te komen." Maar dergelijke overwegingen konden nooit Adam's zonen er van terughouden met het voorwerp daarvan kennis te maken. Toen ze dan ook buiten kwamen en Katharina op instructies wachtte aan gaande de kinderen, kwam mijnheer Strobridge naar haar toe. „Gelukkige Kerstmis, Miss Bush," zei hij. „Wandelt u terug door het park ? Hier, Teddy. Ik ga met je mee." „Wij gaan mee met groo.mama in den auto," riepen bekle kinderen tegelijk, terwijl Ka.harina zijn groet be antwoordde en zij draafden naar Lady Garribardine. Katharina begaf zich dus alleen op weg, terwijl de overigen bij de poort een beetje rond treuzelden en er over delibereerden of ze te voet zouden gaan of wel rijden. Nadat ze een poosje gewandeld had. haalde mijnheer Strobridge haar in. „Waarom zoo haastig, Miss Bush ?" vroeg hij. Wenschte u liever geen ge zelschap in uw eenzaamheid ?" „Daar heb ik zelfs niet aan gedacht," antwoordde zij eenvoudig. „Ik wel. — Ik wilde met u meegaan. Ik heb u in de kerk aandachtig gade geslagen. Ik geloof, dat u weer in droomland vertoefde. Nu is het een geschikte gelegenheid om ons gesprek daarover te vervolgen." „Ik geloof niet, dat wij het begon nen zijn." „Nu, dan zullen wij hel beginnen." „Waar moeten wij aanvangen ?" „U begint met mij te vertellen waar het uwe ligt — in het hart of in heit hoofd?" „Een dergelijk gesprek heeft geen zin.'
29
ZOO HEEK Z()(» . . . VROUW Haar man (aan den anderen kant der telefoon) „Ik heb het verschrikkelijk druk, lieve. Ik kan pas heel laat thuis komen !'' Zij: „Kan Ik daar vat van opaan?"
■■n^n^n™n^n^n™
Er kwam een guitig licht in haar bespreken wilt. Wanneer het over een oogen en een liclue trilling om haar onderwerp is, waarin u alleen behagen mondhoeken. schept, — ja; wanneer het echter ook „Dit moet ik beoordeelen." in mijn smaak valt, dan zou ik u wel „Hoe zoor Tel ik niet mee?" toestaan een poosje te blijven." i „Ü, stellig — daarom juist wil ik „Welke onderwerpen zouden in uw hooren van uw droomland.'' smaak vallen ?" „Het is een plaats waar ik alleen „Ik zou b.v. heel gaarne alles hooren word toegelaten.'' over de schilderijen in het huis. Ziet u, „Hoe o..gezellig. — U kijkt onvrien voor ik hier kwam bij Lady Garribar delijk." dine, had ik nooit met iemand ge „Dat ben ik." sproken, die iets wist van kunst." „Ha zoo. Ik geef mijn poging op. „Dan zullen wij over kunst spreken. Dat is waar ook. Ik ben nog met in Het huis is vol belangrijke dingen, som de gelegenheid geweest u te oeaanken mige zijn zeer oud." voor de welwillendheid waarmede u die Gedurende de wandeling deed hij ~nu vervelende zaken over die onzinnige verder zijn best de onbeduidende secre weldadigheid in orde hebt gebracut. taresse zijner tan'e aangenaam bezig te Tante was er zeer over voldaan." houden. Beiden genoten hiervan. Toen „Dat doet mij genoegen." ze het plantsoen bereikten, sloeg Katha Hij richt.e het noo t d op en keek rina het pad in dat naar den kleinen voor zich uit. Omlaag in het dal en • rozentuin leidde waar zich een trap verder omhoog naar het huis in de bevond, die naar het schoolvertrek verte. voerde. ,,Is het niet wondcrprachtig ? Wan „Natuurlijk was ik vergeten, dat u neer ik teiugkom uit de keric verlus.ig ook een voordeur geheel voor u zelve ik mij steeds in die sta.ige Engelsche bezit." landhuizen." „Ja, onze wegen scheiden zich hier. Katharina's oogen volgden de zijnen Goeden morgen mijnheer Strobridge." naar het afhellende, onregelmatige met „Wilt u mij niet een hand geven ?" ' roo.de pannen gedekte huis, waaruit de „Neen, het is geheel onnoodig. blauwe rook recht omhoog steeg naar „Au revoir dan. Vanavond dans ik met u. Ik heb in geen tien jaar ge den helderen winterhemel. danst." „Ik had er nooit een gezien te voren," zei ze. „Dan zal het waarschijnlijk niet al U kunt dus begrijpen welk een in te best gaan. Denk er aan, ik kom van druk het op mij moet maken, die steeds Bindon's Green, waar wij de nieuwste in zoo'n geheel andere omgeving leefde. dansen leeren. Ik danste nooit met een Ik kende aheen Hampton C ourt, maar slecht danseur." al die menschen daar en het feit, dat „Al die nieuwe ken ik niet." het een museum is, verflauwde den „Dan vrees ik, dat u te oud en te indrtk." ouderwetsch is voor mijn smaak." Met een rustig glimlachje trad zij toe op „Dit niet, wel ?" de ijzeren poort, die toegang verleende „Natuurlijk r.iet. Ik vind alles hier tot den rozen'uin. even verrukkelijk: De ruimte en dat het niet open s.aat voor het publiek. Gerard Srobridge vervolgde lachend Het behoort geheel en al toe aan zijn weg. Waardoor gevoelde hij zich Mevrouw de gravin. Zij kan, wanneer tot dit meisje aangetrokken ? Hij was zij wil, de poorten slui.en. Dat moet een persoon, die zich ten zeerste be een zalig gevoel zijn." wust was van zijn waarde. Nooit had hij een liaison gehad met een vrouw „Zonderling meisje! U wilt dus liever beneden zijn stand, zelfs niet in zijn niets deden r Ik heb reeds dit be Oxforddagen. Het was in strijd met treurenswaardig, zelfzuchtig gevoel in zijn begrippen, te flinen. met de secre u bemerkt met be'.rekkir.g tot uw droom taresse van zijn . tan e! Maar het land. Wanneer het kon, zoudt u ook wezentje was zoo gevoelig en zoo ver de arme duivels uit uw park weren !" standig. Daardoor veranderde de heele „Over het algemeen — ja." zaak — er kon toch geen kwaad in „Nu, ik zou gaarne een uitzondering schuilen om met haar over schilderijen maken op dien regel. Wanneer ik b.v. en beeldhouwkunst, of over een paar eens op een namiddag naar het oude dichters te praten! Maar hij voelde zich schoolvertrek kom en u verzoek om toch verplicht zichzelf in acht. te nemen wnt met mij te praten, zult u mij dan en geen pogingen .ian te wenden om wegsturen ?" ..Het hangt er vanaf wat u met mij haar te ontmoeten voor zij beneden Het gevolg van midden In den nacht thuiskomen
vrouw schor van morgen I
kwam om thee te schenken. Hij maakte weer druk het hof aan La o en wist behendig ook hierbij een climax te voor komen. Het verschafte hem een cynisch genoegen. Katharina droeg de japon, die veel op die zijner vrouw geleek. Ze zag er bijzonder gedistingeerd in uit en veel gezonder en aantrekkelijker. Haar houding was ook bewonderens waardig. Zij toonde noch die al te groote onderdanigheid, noch de lastige prikkelbaarheid aan deze kwasi deftige menschen meestal eigen. Zij zou hebben kunnen doorgaan voor een Lady C lara Vere de Vere in haar kalme waardig heid en haar totaal gemis aan zelf overschatting. Klaarblijkelijk dacht ze volstrekt niet aan zichzelf, noch vroeg zich af of er notitie van haar genomen werd, en of ze beleefd of onbeleefd werd behan deld. Ze was zoo kalm, van zichzelf verzekerd en schonk even deftig thee en lette even goed op hetgeen de menschen noodig hadden als zijn tante. Terwijl hij haar gadesloeg, kwam het Gerard inderdaad voor, dat zij den prijs zou hebben weggedragen, wanneer hij uit de' hier verzamelden de meest vol maakte vrouw had moeten uitkiezen.
Verschijnt slechts één heer! UitHnippen! EERSTVOLGENDE
TREKKING 15 Maart a.s. INSCHRIJVING op de In geheel Nederland wettig geoorloofde uoor 1905 uitgegeven Premieloten Groep A PanamaKanaalStaatsloten van 1888 Holl. 15 Gld. Premieloten van 1904 5 pCt. Nederl. Leening van 1925 Jaarl. 10 trekkingen, o.a. met volgende prijzen: I H oofdprijs è f 120.000 = f 120.000 I „ 72.000 = - 72.000 I „ - 60.000 - - 60.000 I „ „ - 48.000 = • 48.000 I „ „ 36.000 36.000 I „ „ 30.000 = 30.000 6 Prijzen „ • 4.800 = 28.800 6 „ • 1.200 • 7.200 36 „ „ 480 = 14.400 60 „ „ 240 = 14.400 240 „ „ 120 28.800 492 „ „ 48 = - 23.616 1200 „ „ 36 - 43.200 2400 „ „ 24 = 57.600 7560 „ „ 15 = il3.400 12000 Prijzen met totaal . . . . f 697.416 uitbetaling direct na iedere trekking irj contanten. in het geheel geen nieten! Elk lot een prijs! Maandelijksche storting voor deze Gmep
Geheele loten slechts f 3.—.
VERZUIM NIET in het volgende no. v a n ons blad de interessante rubriek
Beroemde misdaden te lezen Een onzer beste historici heeft o n s e e n serie span nende verhalen toegezegd waarin hij, z o o w e l geschied kundig als zielkundig, de misdaden, die in de geschie* denis b e k e n d zijn, behandelt
Trekkingslijsten francogratis na ledere trekking Uitvoerig Prospectus Gratis*Franco wordt op aanvraag direct toegezonden door dj| N.V. Hollanüsctie Credlet en Obllgatlebank Maatschappelijk Kapitaal f500.000.—. Koninkl.goedgek. 1911
Amsterdam Telefoon 24410 P.C. Hooftstr. 165 liËSTELBRIEF,
— Afknippen en opzenden aan de
Hollandsche Crediet en Obligatiebank, A'dam. Pottboi 57/ Ondergeteekende bestelt hiermede op C . & T.
De origineels Obligation Groep A . tegen maandelijksche storting van f 3.—, welke in postzegels*), zilverbons*), per postwissel*) kunnen worden voldaan en verzoekt omgaande toezending van de origineele Nummers, daar hij reeds aan de aanstaande trekking van
Een mooi teint in 10 dagen. Radox heeft i e d e r e s c h o o n h e i d s b e h a n d e ling o m v e r g e g o o i d . O u d c r w e t s c h e m e t h o d e s berustten op c r è m e s en zalfjes, die slechts d e huidopeningen v e r s t o p t e n en de huid belemmerden behoorlijk uit te w a s e m e n . De m o d e r n e w e t e n s c h a p echter zegt, dat de g e z o n d h e i d der huid afhangt van de vet en zweetkliertjes, w e l k e diep in de onderhuid liggen. .De opzienbarende n i e u w e R a d o x behandeling dringt regelrecht door tot d e z e belangrijke kliertjes, voorziet ze van g e n e e s k r a c h t i g e zuurstof en v e r w i j d e r t d e onzuiverheden, die afgescheiden m o e t e n w o r d e n . Een n i e u w e natuurlijke s c h o o n h e i d is spoedig het g e v o l g ; puistjes, v e t w o r m p j e s en andere ontsieringen verdwijnen, en de huid w o r d t zuiver, zacht en geurig. Een J e u g d i g Voorkomen zonder Schoonheidamiddelen. De behandeling is e v e n gemakkelijk als doeltreffend. Zorgt voor eer. pakje R a d o x in de badkamer en voegt s t e e d s een weinig bij U w w a s c h w a t e r . De zuurstof die vrijkomt door de Radox, dringt regelrecht in de klier tjes, — w e l k e hun jeugd herkrijgen, en de huid zacht en s o e p e l maken. A l l e ontsierijjgen verdwijnen binnen enkele dagen als bij t o o v e r s l a g . Om R i m p e l t te Verwijderen. V o e g een theelepel Radox in een kop gefiltreerde zure melk, en pas dit middel eiken dag toe. Dit m e n g s e l zal de huid verfrisschen, en de rimpels verwijderen. Om Vetwormpje» te Verwijderen. V o e g een theelepel R a d o x in een kop heet water, en bet hiermede gedurende e e n i g e minuten de aange taste plek. D r o o g het gezicht af en de v e t w o r m p j e s zullen ver d w e n e n zijn
LEEST W A T ANDEREN ZEGGEN: „Ik moet V even schrijven over de wonderb aarlijke uitwerking welke Radox op mijn huid gehad heeft. Na het eenige keeren b ge ruikt ti heb b en, verdwenen alle vlekken en roojies, terwijl de huid zuiver en gezond werd en heerlijk welriekend"'. Ij Jan. 1Q2Ü. Mevr. /ƒ. Q. R a d o x is heerlijk geparfumeerd en is verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten fi .a.s per pak. Een pak is toereikend v o o r v e r s c h e i d e n e w e k e n . Import:
Rowntree
Handelsmij.,
*) Hel niet gew. doorhalen. — Adres duidelijk schrijven
Naam Woonplaats
30
Amsterdam
THEATERAGENTUUR B. H. IBE LINGS Spui 84a - Den Haas - Tel. 16982
B**t
Straat
Provincie
is zij dan zoo laat thuis gekomen?
! Z E E P P O E D E R 1* S O O R T P IE P A
124,
15 Maart wenscht deel te nemen. Verzoeke toezending van Prospectus gratis franco
is het zuivere moderne zeeppoeder dat uw wasetv goed niet slechts brandhelder m a a k t doch waar door het tevens zoo lang mogelijk meegaat. Houdt dit in gedachte w*u\t Uw waschgoed kost veel meer dan zeep.
MIJN
Keizersgr.
V e r t . N e d . - I n d i ë : fa. J. v a n G o r k o m & C o . D i o c i a e n h a r e f i l i a l e n
- 31 -
■VHrL^^jyKSMw»,
HHB
O! OÏJS WOORDEN
h 3 «—É M) J)
tf
g
it=*
VAN
DIJK
3
5 gj^g • gl"' J J *$
We^telk kind wdthew^butte wachten, '"jeweetm keureen iuadAl5jé>
ï#
V
m /x
3
E"=«=ï
^
^
mt P^
Ê
Ê
3
^
Alade wm..terweerin Hol.Und tornt
1
KOU!
EN MUZIEK VAN ANTOINETTE
m ft I
3
p
T^
fj r r /' hj T .®
0
MS i i s ^W 5
1) Den neus wrijven.
ï
Ï -Z
Z
7
r p Tj.
2) De vingertoppen warm blazen.
J
lJ3Ë^
Za?. zoo zoo „zoo. Zoo nu> inliet o
ï g PP ff 7
yv\tl$
WfctiSni'ri newskauLUkti5.ieraod,tf,Ö.' In m'n vin^er.fop.pen'v'ri&ztfMhaJM
j y j ' p j f roJgnJlpn^ r HJ J IJ J IJagCpr dawl 0, 0.'Enik bib.ber enbWa.ber en bib.ber itiwdarc
^Hv
PPÜ| ܧ EÜ/tUj i CJ£j ü^ S
fl
^ "^e^
g=3É
0
J p H ' j j j W N O r c T r r i F r J| J J J
)ocptapjtra&t,Z\naom WAmXewr.den,d\tmxuinde maat
* * *
SÉ m ¥
^"Refrein,
Jj
ü ï
i
r
rrry
m&
ver hoer/
\m
- » ^
mp^
f
3) De armen over elkaar slaan om warm te worden (in de maat).
Als je dan op school komt in de klas, En de kachel heeft geen zin om te snorren En de meester en de juffrouw doen hun best En ze staan maar steeds te poken en te porren, En iedereen kijkt kwaad En weet van kou geen raad, Zing dan voor de les begint maar in de m a a t :
Als je thuis komt is 't weer 't zelfde lied: Want je broertje zegt z'n teenen zijn bevroren. En je zusje laat 'r winterhanden zien En je tante kreeg een sneeuwbal in 'r ooren. En Pa komt van 't kantoor En niest aan één stuk door Zing jij dan maar dit liedje aan hen voor:
Refrein:
Refrein:
Maar er is nu eenmaal niets meer aan te doen, Als je in zoo'n land als Holland bent geboren. Ieder Hollandsch kind is 's winters al gewend Aan koue voeten, 'n snuffelneus en rooie Maar kijk niet zwart m'n kind, [ooren! Als je 't niet prettig vindt, Wees geen koukleum eri zing flink in weer en [wind: Refrein:
GEEN INDISC HE VERLOFGANGER KAN BUITEN EEN
„HIS MASTER'S VOI CE" G R A M O P H O N E . HET WARE TROPENINSTRUMENT r ENORME KEUZE VAN DE NIEUWSTE MODELLEN, BIJ:
N.V. WILLEM SPRENGER'S
GRAMQPHQNEHANDEL
PASSAGE 4 6 , L. v. M E E R D E R V O O R T 6 0 a en 453, DEN HAAG STEEDS HET NIEUWSTE I STEEDS HET BESTE f GEGARANDEERD ZEEWAARDIG EMBALLEEREN Redactie en Administratie: Galgewater 22, Leiden. Tel. 760
Verschijnt wekelyks
Prijs per kwartaal f 1.05