Herzien Meerjarenbeleidsplan Museum Rotterdam 2013 - 2016
21 januari 2013
Missie Museum Rotterdam Museum Rotterdam stelt zijn kennis van de geschiedenis van Rotterdam in dienst van de actuele stad door samen met Rotterdammers het cultureel erfgoed te bewaren en te presenteren.
INHOUDSOPGAVE Ten geleide 1. VERHAAL VAN DE STAD 2. VERHAAL VAN DE STAD-OP-LOCATIE 3. MUSEUM ROTTERDAM DIGITAAL 4. COLLECTIEBELEID 5. INTEGRATIE VAN OVMR IN MUSEUM ROTTERDAM 6. DE ONTVLECHTING VAN MUSEUM ROTTERDAM EN ATLAS VAN STOLK 7. PROJECTORGANISATIE MUSEUM ROTTERDAM 2013-2016 8. ORGANOGRAM 9. FORMULIER ONDERNEMERSCHAP
Ten geleide Op 25 april 2012 heeft de Rotterdamse Raad voor Kunst & Cultuur (RRKC) zijn advies uitgebracht over het Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 van Museum Rotterdam. Het college van B&W heeft besloten dit advies over te nemen en het jaarbedrag van de subsidie van €5.4 miljoen per jaar te verlagen tot €3.75 miljoen. In de subsidiebrief van 6 december (2012/12dkC634) wordt Museum Rotterdam gevraagd op basis van deze jaarsubsidie een herziene meerjarenbegroting en -beleidsplan 2013-2016 in te leveren. De forse subsidieverlaging (33%) noopt tot een ingrijpende reorganisatie met als inzet een aanzienlijke reductie op de vaste personeels- en huisvestingslasten. Naast deze financiële taakstelling moet het museum er voor zorgen dat het als culturele instelling voor de stad voldoende perspectief blijft bieden. Dit plan geeft aan hoe we dat wensen te bereiken. Bezuinigingen Ter voorbereiding op de nieuwe cultuurplanperiode 2013-2016 en de definitieve vaststelling van de jaarsubsidie zijn de volgende bezuinigingen doorgevoerd om de vaste lasten van het museum fors terug te brengen: 1. Museum De Dubbelde Palmboom is op 1 oktober 2012 voor het publiek gesloten. 2. Met ingang van 1 januari 2013 is de functie van het Schielandshuis als museumgebouw beëindigd. Het gebouw wordt uitsluitend nog gebruikt voor huisvesting kantoorpersoneel Museum Rotterdam, de collectie van de Atlas Van Stolk en Museumrestaurant De Pappegay. 3. Inkrimping van het personeel. Ten opzichte van de gemiddelde personeelsbezetting over 2010 (zie meerjarenbegroting) is het aantal vaste fte’s teruggebracht van 53,2 naar 26,2, waarmee het personeelsbudget met ongeveer €1,4 miljoen is verminderd. Met het oog op de toekomst van Museum Rotterdam is gekozen voor een nieuwe organisatiestructuur voor het museum. De organisatie is niet alleen in omvang kleiner geworden, maar zal als projectorganisatie ook gebruik maken van externe krachten voor taken die niet tot de kerncompetenties van het museum worden gerekend. De reorganisatie van Museum Rotterdam en uitgangspunten herziene meerjarenbeleidsplan Museum Rotterdam beschouwt de periode 2013-2016 als transitiejaren, waarin de volgende inhoudelijke doelstellingen moeten worden bereikt. Bij de uitwerking van het herziene meerjarenbeleidsplan worden de volgende kerntaken omschreven: 1. Verhaal van de Stad in het Forum. Dat is het centrale uitgangspunt voor dit herziene cultuurplan. “De Raad (RRKC) ziet daarom voor het museum de komende vier jaar een kerntaak om met passend budget de collectie op een aansprekende manier te tonen aan het Rotterdamse publiek en ter voor bereiding op het Verhaal van de Stad een blauwdruk te maken op een manier die recht doet aan alle onderdelen van de Rotterdamse geschiedenis, met gebruikmaking van de collectie”. Dit “Verhaal van de Stad” is gebaseerd op intensieve samenwerking met de Rotterdamse erfgoedpartners. 2. Verhaal van de Stad-op-locatie, vanaf 2013 ieder jaar één grote tentoonstelling plus diverse kleinere specifieke tentoonstellingen die gebaseerd zijn op erfgoed- en participatieprojecten ter versterking van het DNA van de stad. 3. De ontwikkeling van Museum Rotterdam Digitaal om de zichtbaarheid van het museum te vergroten en ter versterking van de participatiedoelstellingen van het museum. 4. Collectiebeleid zoals vastgelegd in collectiebeleidsplan 2013-2016 Museum Rotterdam. In de eerste vier paragrafen wordt ingegaan op deze vier kerntaken. De integratie van de functie van het OorlogsVerzetsmuseum Rotterdam (OVMR) in Museum Rotterdam komt in paragraaf 5 aan de orde, en de ontvlechting van Museum Rotterdam en Atlas Van Stolk in paragraaf 6. Paragrafen 7 en 8 gaan in op de nieuwe organisatie van het museum na de reorganisatie. Tenslotte gaat paragraaf 9 in op het ondernemerschap.
1. VERHAAL VAN DE STAD Samen met partners Hoe vertel je de geschiedenis van Rotterdam? In ieder geval heb je daar een sterk verhaallijn voor nodig: het wezen van de stad bestaat immers uit een serie stadsverhalen rondom persoonlijke en minder persoonlijke gebeurtenissen. Het Verhaal van de Stad zal door Rotterdam als geheel gedragen worden en wordt daarom in de komende beleidsperiode ingezet als een samenwerkingsproject voor Rotterdammers en hun instellingen.
Citymarketing Rotterdam
Onderwijs en erfgoededucatie
Rotterdammer als participant
verhaal van de stad
Erfgoedpartners
Rotterdam Festivals
Rotterdammedia RTV-Rijnmond
Het Verhaal van de Stad wordt inhoudelijk voorbereid door een projectgroep samengesteld uit de deskundigen van Bureau Oudheidkundig Onderzoek Rotterdam (BOOR), Stadsarchief Rotterdam, OVMR en Museum Rotterdam. Zij stellen gezamenlijk het scenario op voor het Verhaal van de Stad. Hun kerntaak betreft de zorg voor Rotterdams erfgoed. Maar ook andere erfgoedinstellingen in Rotterdam doen mee en geven een of meerdere deelaspecten van het verhaal mede vorm. Uiteindelijk telt het script vele auteurs die met elkaar dit dynamische verhaal gaan vormgeven voor de stad. Het Maritiem Museum Rotterdam en het Havenmuseum zijn natuurlijke partners en worden in een vroeg stadium betrokken bij het leveren van het “natte verhaal” over de Rotterdamse haven- en maritieme geschiedenis. Maar ook Museum Boijmans Van Beuningen en het CBK willen graag op deelterreinen samenwerken omdat hun collecties een beeldverhaal van de kunstzinnige stad weergeven. En dat geldt ook voor het Nederlands Fotomuseum. Met de Bibliotheek Rotterdam wordt in samenwerking met het Comité Erasmus bekeken op welke wijze het Verhaal van Erasmus in het grotere verhaal opgenomen kan worden. Vandaar dat Museum Rotterdam met erfgoedpartners het centrum vormt. Zoals uit de figuur blijkt, delen de erfgoedpartners het Verhaal van de Stad met andere Rotterdamse betrokkenen, die allen vanuit een eigen verantwoordelijkheid hiermee in aanraking komen. City Marketing Rotterdam benut het Verhaal van de Stad om Rotterdam op de kaart te zetten. Het Verhaal van de Stad is ook van belang voor de bezoekers aan Rotterdamse festivals; Rotterdammers en niet-Rotterdammers (dagjesmensen en toeristen) die in de eerste plaats voor de festivals komen, maar Museum Rotterdam streeft ernaar het festivalbezoek te integreren in dit verhaal. De Rotterdamse media zijn ook van groot gewicht, als beeld- en geluidsplatform, maar ook als betrouwbare partners in de erfgoedoverdracht naar het brede publiek toe. RTV-Rijnmond is al jaren een partner van Museum Rotterdam voor diverse series over de geschiedenis van Rotterdam. De veel bekeken afleveringen van Rotterdammers van Formaat en Verhalen van Staal en Steen hebben honderdduizenden Rotterdammers met deelaspecten van het Verhaal van de Stad in aanraking gebracht. Museum Rotterdam heeft daarnaast ook een serie verhalen geschreven voor de Havenloods. Het onderwijs is een andere belangrijke speler in het veld. Het Verhaal van de Stad maakt deel uit van het masterplan erfgoededucatie.
De collectie Rotterdam omvat niet alleen de fysieke overblijfselen van het verleden, maar daarnaast ook orale en visuele getuigenissen van het verleden die met elkaar de inhoud voor het Verhaal van de Stad vormen. Er komen steeds meer nieuwe verhalen bij en die zullen een plaats krijgen in het grotere verhaal. Dat past ook bij de 21ste eeuw, waarin steeds meer mensen via sociale media, eigen websites en blogs hun ervaringen en belevenissen willen delen met anderen. De Rotterdammers leveren met hun user generated erfgoed bouwstenen voor de nieuwe eigentijdse collectie van de stad, een belangrijke bron van vernieuwing en aanvulling op het bestaande erfgoed. Daarom is de Rotterdammer zelf een participant. De erfgoed- en participatieprojecten van Museum Rotterdam zijn daarop gericht. Het collectiebeleidsplan van Museum Rotterdam en de diverse initiatieven en presentaties op lokaal niveau hebben dit als uitgangspunt. Hiermee draagt het Museum Rotterdam bij aan het DNA van de stad en daarom neemt het eigentijds erfgoed ook een centrale plaats in. Dit wordt hierna toegelicht aan de hand van Museum Rotterdam: Verhaal van de Stad-op-locatie. Het Forum als alternatief voor het Schielandshuis Het Verhaal van de Stad moet niet alleen zichtbaar worden gemaakt. De bezoeker moet het ook als een belevenis kunnen ervaren. Dat vereist een grootse en meeslepende vertelling met gebruikmaking van moderne media. Het Schielandshuis als hoofdzetel van Museum Rotterdam voldoet niet. Museum Rotterdam koestert sinds 2006 de wens om het Verhaal van de Stad op een aansprekende manier te presenteren. Het verhaal waarbij Rotterdam historisch gezien een stad is op het breukvlak van traditie en moderniteit. De ontwikkeling van de havenstad, oorlog en wederopbouw markeren hierin de overgang van een Hollandse koopmansstad naar een moderne, kosmopolitische stad. Het in 2008 gepresenteerde plan voor een nieuw stadsmuseum was primair op dit verhaal gericht. Het college van B&W omarmde onze visie op het 21ste-eeuwse stadsmuseum. De bank- en kredietcrisis leidde eerst tot uitstel en uiteindelijk schrapte het College in 2011 het plan omwille van bezuinigingen. Tegen deze achtergrond heeft Museum Rotterdam definitief besloten om het Schielandshuis niet langer als museumgebouw te gebruiken. Het Schielandshuis is ongeschikt als museumgebouw en voldoet niet aan de moderne eisen om het Verhaal van de Stad op een succesvolle wijze te presenteren. Regelmatig is dit in rapporten benadrukt (zie o.a. nota RRKC, maart 2010). Het Schielandshuis is een stadspaleis dat na de restauratie van de jaren tachtig is ingericht om Rotterdammers vertrouwd te maken met het erfgoed van de gezeten burgerij uit de 17de en 18de eeuw. Toen had een meer omvattend en met erfgoedpartners tot stand gebrachte stadsgeschiedenis geen prioriteit. De meeste Rotterdammers zien het Schielandshuis als een prachtig gebouw maar beseffen ook dat het gebouw zich niet leent voor een moderne en integrale geschiedenis van hun stad. Het Schielandshuis met zijn hoogdrempelige en elitaire status valt af als locatie en er moet een nieuw onderkomen voor dit verhaal gezocht worden. Het Forum Rotterdam aan de Coolsingel biedt ongekende mogelijkheden en stelt ons ook in staat om met het Verhaal van de Stad de binnenstadsontwikkeling en -beleving een stevige impuls te geven. Het Forum, dat door Multi Vastgoed wordt ontwikkeld, is een compacte stad met kantoren, hotel, bioscoop, appartementen, winkels, horeca, stadstuinen en plaza’s. Het transparante gebouw wordt een urban landmark in Rotterdam. Het Forum is een publieke ruimte die uitnodigt tot bezoek: een laagdrempelig museum met het Verhaal van de Stad gemaakt voor Rotterdammers, bezoekers van de stad en internationale toeristen die zich in toenemende mate tot Rotterdam als architectuur- en cultuurstad aangetrokken voelen. Hier wordt het Verhaal van de Stad geconcentreerd op een knooppunt in het Rotterdamse stadsleven. Mensen die naar het Forum komen zijn afkomstig uit alle bevolkingsgroepen. De dynamiek van de straat zet zich op een vanzelfsprekende wijze in het gebouw door. Het Forum Rotterdam biedt een museum zonder drempels in een gebouw waar alles tegelijkertijd gebeurt. De presentatie in een stadsforum biedt de mogelijkheid om de actuele stad te kunnen begrijpen vanuit het verleden, met de blik op de toekomst. Museum Rotterdam heeft straks een eigen wereldvenster op de stad. In totaal zal Museum Rotterdam 2.000 m2 tentoonstellingsruimte tot zijn beschikking hebben, meer expositieruimte dan in het huidige Schielandshuis. Maar wel in een state of the art-gebouw dat voldoet aan museale eisen. In dit stadium is uiteraard nog niet met zekerheid te zeggen of de verhuizing naar het Forum ook daadwerkelijk kan plaatsvinden. De onderhandelingen over de voorwaarden zijn in januari 2013 begonnen en hoewel het museum zijn voorkeur voor deze locatie heeft uitgesproken, zal er met alternatieve locaties rekening moeten worden gehouden. Voorwaarde is wel dat die voldoen aan de eis dat het Verhaal van de Stad op een museaal verantwoorde wijze groots en meeslepend gepresenteerd kan worden.
1 De Stad als Verhaal. Masterplan Erfgoededucatie Rotterdam, Erfgoedcoalitie Rotterdam, november 2012. De Erfgoedcoalitie bestaat uit Museum Rotterdam, Kenniscentrum Cultuureducatie Rotterdam, Stadsarchief Rotterdam, Maritiem Museum / Havenmuseum, Nederlands Fotomuseum & BeeldFabriek, Oorlogsverzetsmuseum Rotterdam, Bureau Oudheidkundig Onderzoek Rotterdam.
Een preview van het Verhaal van de Stad in acht hoofdstukken Het Verhaal van de Stad ontrafelt de complexe stad en laat zien waar Rotterdam vandaan komt en waar het mogelijk naar toe gaat. Er zal bewust ruimte worden gecreëerd voor eigen invulling door bezoekers die de verbeelding prikkelen. Het verhaal biedt daarentegen wel houvast door stedelijke lange termijnprocessen te laten zien. Gezien de recente geschiedenis start het Verhaal van de Stad met een aansprekende en herkenbare presentatie van het bombardement van 14 mei 1940. Volgens velen terecht gezien als meest dramatische gebeurtenis in de stadsgeschiedenis, te vergelijken met het Ground Zero-effect dat optrad na de aanslag op 11 september 2001 in New York. Het bombardement wordt aangegrepen om duidelijk te maken wat typisch Rotterdams is, namelijk de manier waarop de stad het stadshart op modernistische wijze heeft ingevuld en daarmee voorgoed het beeld van de dynamische stad, het Rotterdam van de stad in beweging, heeft gevestigd. Vanuit dit startpunt wordt het Verhaal van de Stad als een biografisch verhaal verder uitgewerkt. Het Rotterdamse Ground Zero is een moment om terug te gaan in de tijd en om ook vanaf 1945 de wederopbouwperiode en de actuele stad te presenteren. De erfgoedpartners zorgen er gezamenlijk voor dat het Verhaal met wisselexposities e.d. “up-to-date” wordt gehouden. De activiteiten van Museum Rotterdam gericht op erfgoedparticipatie zijn daar primair op gericht. Om een indruk te geven van de mogelijke opzet van dit verhaal is een werkindeling gemaakt aan de hand van acht tijdvakken die op chronologische wijze de canon van de geschiedenis van Rotterdam presenteren en de rijke Rotterdamse collecties letterlijk tot leven brengen. Zoals de opzet van een goed verhaal gebaseerd is op boeiende karakters en voldoende spanningsboog heeft, zo zal het Verhaal van Rotterdam zich onderscheiden van andere stadshistorische opstellingen. Dat wat Rotterdam bijzonder maakt, laten we zien. 1. Tot 1000 De ontstaansgeschiedenis van Rotterdam is een spannend en voor velen tamelijk onbekend verhaal dat begint met jagers en verzamelaars – de eerste bewoners van dit gebied – die hier in de regio een bestaan probeerden op te bouwen. Het moerasgebied is gevaarlijk en nauwelijks geschikt voor vaste nederzettingen die pas vanaf de ijzertijd ontstaan.
2. 1000-1300 Rotta, de oer-Rotterdamse nederzetting, wordt in de 11de eeuw overspoeld. Het verzonken Rotterdam geeft zijn geheimen niet makkelijk prijs. De Rotterdamse archeologen doen hun uiterste best en speuren naar het geheim van Rotta, zoals het mythologische Atlantis uit de oudheid.
3. 1300-1600 Rotterdam is niet gesticht door een ridder Rothar, zoals oude kronieken ons willen doen geloven. De stad is uiteindelijk voortgekomen uit grote waterstaatkundige werken die na de overstroming van Rotta nodig waren om permanente bewoning mogelijk te maken. Na de afdamming van de dam in 1270 kan Rotterdam ontstaan. Het rivierdorpje dat zich moet meten met rivalen als Schiedam en Delft ontwikkelt zich als ommuurde stad met grote Laurenskerk als gezichtsbepalend gebouw. Rotterdam is een middeleeuwse stad; weinigen beseffen dat. 4. 1600-1850 Rotterdam heeft rond 1600 al de potentie om in minder dan vijftig jaar uit te groeien tot de tweede stad van het land. Een fase waarin Rotterdam zich letterlijk voor de eerste keer op de wereldkaart zet en zich een eigen plaats verwerft in de Gouden Eeuw. Vanuit de schilderachtige waterstad met Venetiaanse allure veroveren Rotterdamse kooplieden de wereld. Rotterdam als centrum van wereldhandel. Als geboortestad van Erasmus wordt de aantrekkingskracht van de stad geaccentueerd. Menig reiziger roemt Rotterdam als “schoone welvermaarde koopstad’”.
5. 1850-1940 Rotterdam werkstad is het grote verhaal van de stormachtige ontwikkeling van de havenstad. Rond 1900 is Rotterdam onmiskenbaar uitgegroeid tot de belangrijkste havenstad van het Europese continent, een ontwikkeling die begint met de gedurfde sprong naar Zuid. Rotterdam werkstad spreekt nog altijd tot de verbeelding. De grondslag wordt gelegd voor het dynamische Rotterdam dat bewondering opwekt, maar ook verontwaardiging vanwege Rotterdams materialistische uitstraling als zaken- en havenstad. Tijdens het Interbellum weten Rotterdammers aan deze zakelijkheid een modernistische draai te geven. Rotterdam transitostad wordt het symbool van het moderne op de toekomst gerichte Rotterdam. 6. 1940-1945 De Tweede Wereldoorlog met het bombardement vormen de scharnierpunten in dit Verhaal van de Stad, als Ground Zero-moment. Van bezinning op het verleden, maar ook vooruitblikkend naar de toekomst: van tabula rasa tot nieuwe stad. Het succesvolle Brandgrensproject heeft laten zien dat Rotterdammers willen weten waarom in 1940 is besloten een nieuwe stad te bouwen en niet tot herstel over te gaan. Hier wordt de spanning zichtbaar gemaakt tussen vernieuwing en behoud, een spanning die nog altijd voelbaar is in de stad. De Tweede Wereldoorlog - en dat moet ook zichtbaar worden - heeft de stad en zijn bevolking getekend. Het is ook het verhaal van onderdrukking, verzet, vervolging, gedwongen tewerkstelling en hongerwinter. 7. 1945-2000 Rotterdam zet met zijn geen-woorden-maar-daden de toon in de wederopbouwperiode. Enerzijds door de bouw van de welvaartsstad met zijn modernistische uitstraling; anderzijds door zijn grootschalige haven- en industriële expansie waarmee Rotterdam tot in de jaren zeventig het trekpaard van de Nederlandse economie is en tevens het sociale moderne centrum van de Randstad met zijn tot de verbeelding sprekende moderne tuinsteden. Rotterdam de moderne stad van de toekomst.
8. 2000 - nu De moderne stad is sinds 1970 ingrijpend veranderd. De voorspelling over Rotterdam als modernste welvaartsstad is niet uitgekomen. Zoals in een echte roman heeft het Verhaal van de Stad een open einde. Vast staat dat Rotterdam in veertig jaar ingrijpend is veranderd. Niet alleen van uiterlijk, inmiddels met de geroemde skyline, maar ook van binnen. Er heeft zich een cultural morphing voorgedaan; Rotterdam de stad van vele culturen, die hun eigen politieke, sociale en politieke spanningen teweegbrengt. Die veelkleurigheid en transnationaliteit vraagt om een zoektocht naar wat het betekent om in de 21ste eeuw te kunnen zeggen: Ik, Rotterdam!
Samengevat heeft het Verhaal van de Stad de volgende beeldhoofdstuken: 1. De eerste Rotterdammers: overleven langs de Maas 2. Verzonken stad: Rotta als Atlantis 3. Rotterdam gevestigd: de ommuurde stad. 4. Schilderachtig Rotterdam: wereldstad in opkomst. 5. Rotterdam werkt: sprong naar Zuid. 6. In het hart getroffen: sterker door strijd. 7. Geen woorden maar daden: Rotterdam stad van de toekomst. 8. Ik, Rotterdam! Planning 1-4-2013: 1-1-2014: 1-6-2014: Vanaf 2016:
Op basis van dit scenario wordt een masterplan gemaakt dat als basis dient voor de blauwdruk voor Het Verhaal van de Stad. Dit bevat een nauwgezette planning en geeft aan hoe het verhaal met de erfgoedpartners wordt “verteld”. projectplan gereed, waarbij tevens de keuze is gemaakt van de vormgever om het Verhaal van de Stad te ontwerpen ten behoeve van de evaluatie door de RRKC is de blauwdruk gereed. Deze bevat een gedetailleerde omschrijving van de expositie, een artist impression voorzien van budget en de inzet van de diverse erfgoedpartners. oplevering van het Verhaal van de Stad, waarbij we er vooralsnog van uitgaan dat dat plaats vindt in het Forum.
2. HET VERHAAL VAN DE STAD-OP-LOCATIE Wisselexposities en thematentoonstellingen als bouwstenen voor het grote verhaal Omdat Schielandshuis en Dubbelde Palmboom vanaf 2013 niet meer beschikbaar zijn als museumlocatie zal Museum Rotterdam een aantal tentoonstellingen op locatie realiseren. Deze exposities zijn grootschalig van opzet, bedoeld om een breed publiek te bedienen en aantrekkelijk te zijn voor het onderwijs. De locatiekeuze wordt daar op afgestemd. In het najaar van 2012 zijn besprekingen gestart om in LP2 te programmeren. In ieder geval moet worden bereikt dat Museum Rotterdam op locatie in de stad in staat is “uit te pakken” en exposities te presenteren die niet in het Schielandshuis verwezenlijkt kunnen worden, toegankelijk zijn voor een breed publiek en voldoende perspectief bieden om met partners samen te werken als opmaat voor het grotere Verhaal van de Stad. De inhoud van deze grote exposities op locatie is gebaseerd op drie pijlers: 1. participatie- en erfgoedprojecten die in de stad worden uitgevoerd om hedendaags erfgoed op te sporen (zie hierna). 2. de collectie van Museum Rotterdam. De bedoeling is in deze exposities op locatie een brug te slaan naar de bestaande collecties van zowel Museum Rotterdam, aangevuld met die van de partners waar mee Museum Rotterdam het Verhaal van de Stad voorbereidt. 3. De thema´s zijn zo gekozen dat de exposities op locatie zijn te beschouwen als bouwstenen voor het grotere Verhaal van de Stad in 2016 en waarvoor geldt dat deze zich lenen voor nauwe samen werking met collega-instellingen. Deze hebben de volgende thema’s 1. 2013: Ik, Rotterdam! Over de identiteit van de stad en de stedeling (bouwstenen voor hoofdstuk 8). 2. 2014: Rotterdam werkt. Over Rotterdam als werkstad (bouwsteen voor het vijfde hoofdstuk in het Verhaal van de Stad over de groei van de werkstad aan het einde van de negentiende eeuw) 3. 2015: Grote overzichtstentoonstelling over Rotterdam in Wereldoorlog II. Deze expositie wordt voor bereid met Stadsarchief Rotterdam, OVMR en het Luftwaffe Museum in Berlijn. In dat jaar is de inte gratie van het OVMR met Museum Rotterdam afgerond (bouwstenen voor hoofdstuk 6) Zie hierna. Participatie van Rotterdammers: “Binding door Erfgoed”. De RRKC heeft in zijn advies waardering uitgesproken over de werkzaamheden die Museum Rotterdam de afgelopen tijd op locatie in de stad heeft verricht om eigentijds erfgoed op te sporen en nieuw publiek bij het museum te betrekken. De ervaringen met Roffa5314 en Panorama Rotterdam zijn gebundeld in het erfgoed- en participatieprogramma Stad als Muze, dat begin 2013 wordt afgerond. Doelstelling hiervan is het verzamelen en presenteren van het hedendaags erfgoed van de stad zodat dit wordt vastgelegd en daarmee toegankelijk voor toekomstige generaties. Met deze erfgoedprojecten slaat Museum Rotterdam een brug tussen het verleden, zichtbaar in de bestaande collecties en het Rotterdam van nu. Museum Rotterdam doet dat vanuit kennis van de geschiedenis en erfgoed, en betrekt daarbij de bewoners op een actieve manier: wie betrokken is bij de stad, wil graag bij die stad horen. Het erfgoedprogramma is gericht op participatie: samen met Museum Rotterdam ontdekken, ontsluiten en presenteren bewoners het erfgoed. Museum Rotterdam verbreedt en vult hiermee het Verhaal van de Stad aan door letterlijk verhalen en erfgoed uit de stad op te halen. Voor deze taken beschikt het museum over een stadscurator die samen met medewerkers publiekszaken, educatie en conservatoren nieuwe erfgoed- en participatieprojecten opzet en uitvoert. De erfgoedparticipatie die hierdoor ontstaat, versterkt het burgerschap van Rotterdammers. Dat is geen gewaagde stelling. Uit evaluaties van in de afgelopen jaren uitgevoerde erfgoedprogramma’s blijkt dat erfgoed kan worden beschouwd als cultureel kapitaal van bewoners. Dat geldt zowel voor de hogeropgeleide en beterverdienende Rotterdammer, die op uiteenlopende manieren actief betrokken is bij cultuur en erfgoedparticipatie, als voor maatschappelijk kwetsbare groepen. Hun erfgoed is dikwijls nauw verweven met kleinschalige, locatiegebonden netwerken van zelfredzame en creatieve bewoners. Dat was een van de doelstellingen van het project “Over leven in Carnisse” (2012), waarvan de resultaten zijn getoond in de expositieruimte op Zuid ‘t Gemaal. Voor de stad Rotterdam zijn dergelijke experimenten belangrijk, omdat deze groepen via het erfgoed hun zelfbewustzijn vergroten waardoor zij zich beter staande weten te houden in de snel veranderende stad.
Stad als Muze wordt begin 2013 afgerond met diverse migratieprojecten die worden geïntegreerd in de grote tentoonstelling: ik, Rotterdam! Stad als Muze krijgt in 2013 een vervolg in het programma Binding door Erfgoed, waarmee het museum zich met erfgoedprojecten op locatie profileert. 1. In 2013 naast afronding van Stad als Muze met diverse kleinschaligere presentaties, staat op het programma: Nieuwe stedelijke ambachten (medegefinancierd door Mondriaan Stichting, Stichting Doen en mogelijk DKC). Dit erfgoedprogramma levert tevens input voor de grote wisselexpositie in 2014 over de tentoonstelling “Rotterdam werkt”. 2. Voor 2014 staat Rotterdam Woonstad (werktitel) op het programma. 3. In 2015 zal het programma in het teken staan van de grote expositie over de Tweede Wereldoorlog en hoe we de herinnering aan deze voor Rotterdam zo dramatische periode in de stadsgeschiedenis een eigentijdse invulling kunnen geven. We sluiten daarmee aan bij het eerdere Brandgrensproject waarvoor Museum Rotterdam, Stadsarchief en OVMR met Bureau Binnenstad intensief hebben samengewerkt. 4. In 2016 staat de invulling van het programma in het teken van de oplevering van het Verhaal van de Stad. Relatiebeheer In de missie van Museum Rotterdam wordt gesteld dat het museum samen met Rotterdammers erfgoed wil verzamelen en presenteren. Dat betekent dat de inwoners van de stad als hoofddoelgroep van het museum centraal komen te staan in de werkzaamheden van het museum. Binnen de nieuwe organisatievorm zal de functionaris die zich met publiekszaken en marketing bezighoudt ervoor moeten zorgen dat het publiek, gedifferentieerd naar verschillende segmenten, optimaal wordt aangesproken door het aanbod van Museum Rotterdam. Het museum wil een draagvlak van Rotterdammers om zich heen creëren. Museum Rotterdam gaat vanuit een geïntegreerde publieksgerichte aanpak de verschillende kerntaken aansturen. Om deze doelstelling te bereiken zal relatiebeheer extra aandacht krijgen. De afgelopen jaren zijn in de participatieprojecten van Stad als Muze en andere erfgoedprojecten relaties met Rotterdammers opgebouwd rond de betrokkenheid met de stad. Die relaties zullen we systematisch ontwikkelen om met Rotterdammers te communiceren over wat we van elkaar willen weten en met elkaar willen bereiken. De komende jaren wordt een adequaat relatiebeheersysteem opgebouwd om de relaties een waardevolle lange termijn invulling te kunnen geven. Rotterdammers moeten Museum Rotterdam gaan gebruiken voor hun betrokkenheid met de stad. Naast het uitvoeren van (nieuwe) participatieprojecten zullen we onze huidige relaties, die via het programma Stad als Muze en andere erfgoedprojecten zijn gelegd, systematisch gebruiken om informatie van Rotterdammers te krijgen over onderwerpen waar we meer van willen weten. Deze doelstelling maakt tevens onderdeel uit van Museum Rotterdam Digitaal
3. MUSEUM ROTTERDAM DIGITAAL De komende beleidsperiode wil Museum Rotterdam Museum Rotterdam Digitaal als één van de kerntaken ontwikkelen naast het Verhaal van de Stad, het Verhaal van de Stad-op-locatie en het collectiebeheer. Musea onderkennen dat digitale mogelijkheden niet meer een bijzaak, maar een hoofdzaak geworden zijn. Dat gaat verder dan ontsluiting van collecties via de website of andere inmiddels veel gebruikte toepassingen. Met de nieuwe en steeds verder uitdijende mogelijkheden van de digitale en virtuele wereld, vormgegeven door de website en social media, kunnen we meer mensen bereiken en op een actieve manier betrekken bij het Verhaal van de Stad zodat Museum Rotterdam ook nieuwe verbindingen met het Rotterdamse publiek kan aangaan. Museum Rotterdam is al jaren actief op Facebook en heeft veel nieuwe vrienden bereikt met de Facebookapplicatie Je wordt nóg Rotterdammer in Museum Rotterdam. Het digitale museum stimuleert mensen zich met de stad bezig te houden en moet gaan fungeren als een actieve mediator tussen het publiek en het museum over de stad van nu, in het verleden en gericht op de toekomst. Museumbezoek is niet de eerste doelstelling van deelname aan sociale media; uitwisseling van kennis en ervaringen met het netwerk van Rotterdammers heeft prioriteit. Deze Rotterdammers vormen met hun sociale en etnische diversiteiten een netwerkcommunity van ‘kennissen’, die Museum Rotterdam draagvlak biedt en ondersteunt bij het waarmaken van zijn ambitie te functioneren als eigentijds stadsmuseum. Vanwege de reorganisatie en de sluiting van De Dubbelde Palmboom en het Schielandshuis is het urgent om extra in te zetten op het virtuele museum. Museum Rotterdam Digitaal moet een actief forum worden om Rotterdammers bij het museum te betrekken in de transitiefase waarin het museum het Verhaal van de Stad in het Forum voorbereidt. De website en sociale media kunnen worden ingezet om het publiek, de stakeholders van het museum te betrekken bij de toekomstplannen. Naast het relatienetwerk wordt Museum Rotterdam Digitaal ook gebruikt om het Verhaal van de Stad (zie figuur 1) letterlijk en figuurlijk vorm te geven als digitaal venster op de stad. Museum Rotterdam Digitaal is de komende vier jaar te beschouwen als de permanente en vaste thuisbasis van het museum. Museum Rotterdam Digitaal stelt bijzondere eisen aan de ontsluiting en presentatie van de collectie en aan de educatieve aspecten. In 2013 wordt het beleidsplan, waarvoor best practices worden betrokken, vastgesteld. Centrale elementen in het beleidsplan zullen zijn: 1. Hoe draagt Museum Rotterdam Digitaal bij aan bevordering van het Rotterdammer-zijn? 2. Hoe kan het worden ingezet om de educatieve-, erfgoed- en participatiedoelstellingen van het museum te promoten? 3. Hoe draagt het bij aan kennisoverdracht van de collecties en het Verhaal van de Stad? En hoe worden virtuele bezoekers gestimuleerd om een actieve bijdrage te leveren aan dit verhaal en de collecties? 4. Hoe wordt hiermee de representativiteit van het museum voor zijn diverse doelgroepen gestimuleerd? 5. De presentatie van een state of the art-website.
4. COLLECTIEBELEID Het Collectiebeleidsplan gaat uitvoerig in op de verantwoording van het collectiebeleid. Het beschrijft de toestand van de collectie, maar gaat ook in op de vraag welk collectieprofiel aan de behoefte van Museum Rotterdam beantwoordt om als stadsmuseum samen met bewoners het erfgoed te ontdekken en te presenteren. Daarom wordt uitvoerig ingegaan op het actieve verzamelbeleid in de komende beleidsperiode. Gedurende de komende beleidsperiode staat in het verzamelbeleid de ‘transnationale stad’ centraal. In de transnationale stad kunnen sporen van migratie worden getraceerd en geven mensen, vanwege hun interculturele contacten in de publieke en semi-publieke ruimte, het aanzien en de toekomst van de stad mede vorm. Voorop staat dat in het actieve verzamelbeleid het nieuwe erfgoed moet passen in het bestaande collectieprofielen. De volgende onderwerpen hebben prioriteit, waarbij telkens vanuit de collectie een duidelijke relatie wordt gelegd met de andere kerntaken van het museum: 1. In erfgoed vastleggen van recente sociaal-culturele transformaties in de stad: dragers van het nieuwe Verhaal van de Stad. 2. Vastleggen van de moderne woonstad. De wooncultuur biedt een belangrijke schakel tussen pre modern, modern en transnationaal Rotterdam. Onderzoek op wijkniveau naar wooncultuur legt een directe relatie tussen stedelijke transformaties en veranderingen in wooncultuur. Zie ook het programma Binding door erfgoed 2014. 3. Nieuwe rituelen van de stad. In toenemende mate heeft de 21e-eeuwse stad te maken met nieuwe vormen van samenleven die tot uiting komen in nieuwe gewoonten, gebruiken en rituelen. (via Museum Rotterdam Digitaal) 4. Rotterdam telt inmiddels vele nieuwe (familie)bedrijven. De collectie wordt op dit terrein versterkt, met aandacht voor transnationale netwerken die nieuwe vormen van innovatief ondernemerschap hebben gecreëerd, maar ook met typische voorbeelden van grootstedelijke bedrijven. (zie Binding door Erfgoed, 2013) 5. Rotterdam als jongerenstad krijgt aandacht als vervolg op wijkprojecten als Roffa5314. Hierbij gaat het met name om het vastleggen van de manier waarop jongeren in gedrag, leefstijl de openbare ruimte betreden en hoe daarop wordt gereageerd (zie Binding door Erfgoed: Ik, Rotterdam!)
5. INTEGRATIE VAN OVMR IN MUSEUM ROTTERDAM Zoals hiervoor al aangeven bij het Verhaal van de Stad wordt dit verhaal inhoudelijk voorbereid en gerealiseerd met het OVMR. Dit betreft zowel de expositie in 2015 als de integratie van de Tweede Wereldoorlog in het grotere Verhaal van de Stad dat in 2016 wordt opgeleverd. Bij de toekenning van de gemeentelijke subsidie wordt in 2014 en 2015 €400.000,- geoormerkt voor het OVMR. Tevens heeft de gemeenteraad de motie OorlogsVerzetsMuseum (2012-3405) aangenomen die het college verzoekt om een bedrag van €300.000,- jaarlijks te bestemmen voor de functie van het OVMR. In de herziene begroting wordt dit verantwoord. Hierdoor wordt het mogelijk om de locatie Coolhaven van het OVMR in de periode 2013-2016 open te houden. In de komende beleidsperiode zal OVMR Rotterdam Reset Experience ontwikkelen tot het educatieve centrum over Rotterdam in de Tweede Wereldoorlog van het Museum Rotterdam. Dit is specifiek bedoeld voor het onderwijs en zorgt ervoor dat jaarlijks 30.000 kinderen leren en ervaren wat het voor de stad heeft betekend dat het centrum op 14 mei 1940 werd verwoest. Realisatie van Rotterdam Reset is uitsluitend mogelijk als het extern wordt gefinancierd. De begroting van Museum Rotterdam is daar niet op berekend. Afhankelijk hiervan zal Rotterdam Reset in de loop van 2013, of uiterlijk 2014, gerealiseerd worden. Indien het niet mogelijk is om hiervoor voldoende externe middelen te vinden, zal de fysieke en juridische integratie van het OVMR, afhankelijk van het moment waarop Museum Rotterdam een nieuwe museumlocatie kan betrekken, eerder dan in 2015 mogelijk plaats vinden. De collectie van het OVMR zal dan in de nieuwe museumlocatie van het Museum Rotterdam worden geïntegreerd en de vestiging Coolhaven worden gesloten. De collectie van OVMR wordt ingezet voor de tijdelijke expositie over de Tweede Wereldoorlog in 2015, het grote Verhaal van de Stad in 2016 en ook voor Rotterdam Reset.
6. DE ONTVLECHTING VAN MUSEUM ROTTERDAM EN ATLAS VAN STOLK Sinds de verhuizing naar het Schielandshuis in 1984 is de Atlas Van Stolk integraal onderdeel van Museum Rotterdam. De fysieke bijeenvoeging van beide instellingen leverde een bezuiniging op voor de Gemeente Rotterdam. Museum Rotterdam had voordeel bij de ‘fusie’ omdat de directe nabijheid van de verzameling van de Atlas werd beschouwd als een gewenste aanvulling op de presentatie van eigen collectie. En de Atlas Van Stolk aanvaardde de nieuwe locatie, omdat die betere klimatologische omstandigheden bood dan de huisvesting in Delfshaven. Bijna dertig jaar later geeft huisvesting in het Schielandshuis de nodige problemen. Die hebben zowel betrekking op de bewaarcondities van de collectie van de Atlas Van Stolk (te kleine kluis, risico op waterschade en inadequate klimaatcondities) als de identiteit van de Atlas Van Stolk. De toekomst van de Atlas Van Stolk ligt in de profilering als nationale beeldbank van de geschiedenis van Nederland. Hoewel Van Stolk een Rotterdammer was, richt de collectie van de Atlas zich niet op de geschiedenis van Rotterdam, maar representeert de beeldcollectie van de Nederlandse geschiedenis en is daarmee per definitie nationaal georiënteerd. De ontvlechting van de Atlas Van Stolk is erop gericht om de identiteit van de Atlas beter tot zijn recht te laten komen: “Iedereen met belangstelling voor de Nederlandse geschiedenis kent de Atlas Van Stolk als belangrijke beeldbron en maakt er als zodanig gebruik van”. Om deze doelstelling te bereiken: 1. Wordt de gehele collectie van de Atlas Van Stolk gedigitaliseerd en toegankelijk gemaakt op internet. 2. Wordt de collectie ter beschikking gesteld voor (wetenschappelijk) onderzoek 3. Worden exposities gemaakt voor een breed Nederlands publiek De komende beleidsperiode wordt tevens gebruikt om de fysieke ontvlechting te realiseren. Daartoe worden de volgende stappen gezet. 1. Het zoeken van nieuwe huisvesting, waarvoor een plan van eisen in november 2012 is neergelegd bij de DKC waarin de randvoorwaarden voor de verhuizing zijn omschreven. 2. Verder dient in de komende periode te worden onderzocht welke juridische entiteit past bij de Atlas Van Stolk als een financieel zelfstandige organisatie die het mogelijk maakt om een eigen aanvraag in te dienen in het kader van het cultuurplan 2017-2020. In de meerjarenbegroting van Museum Rotterdam wordt rekening gehouden met de verzelfstandiging van de Atlas Van Stolk. Daarbij dient in aanmerking te worden genomen dat de Gemeente Rotterdam middels een bruikleenovereenkomst tot 2025 de taak op zich heeft genomen om als een goed huisvader voor de collectie te zorgen.
7. PROJECTORGANISATIE MUSEUM ROTTERDAM 2013-2016 Het reorganisatieplan van Museum Rotterdam benadrukt dat het museum een historische ontwikkeling doormaakt. Het gaat om meer dan alleen bezuinigingen; er moet ook een cultuuromslag plaatsvinden. Voorop staat dat de organisatie van het museum wordt afgestemd op een actieve rol in de stad en tevens wordt bevorderd dat slagvaardig en ondernemend geopereerd kan worden. Niet alleen door het aanboren van externe financiële middelen maar ook om Museum Rotterdam te positioneren als kenniscentrum van de stad met erfgoedpartners. Er is gekozen voor een projectorganisatie. Daarbij zijn de vier taakstellingen: Het Verhaal van de Stad, het Verhaal van de Stad-op-locatie, Museum Rotterdam Digitaal en het collectiebeleid) zijn ingebed in vier grote projecten van het Museum Rotterdam. Voor elk van deze projecten komt als uitwerking van de strategische visie en het marketing- en publiciteitsplan van Museum Rotterdam een vierjarenplan, opgebouwd uit deelplannen per jaar en verdeeld over meerdere projecten. Onder eindverantwoordelijkheid van de directeur die de artistieke en zakelijke leiding van het museum heeft, is voor elk van deze projecten een projectverantwoordelijke actief. De projectverantwoordelijke / projectleiding is verantwoordelijk voor: 1. Opstellen van het inhoudelijk plan 2. Uitvoering van het plan 3. Kwaliteit van de output / outcome 4. Begroting en realisatie van de begroting 5. Personele inzet 6. Evaluatie van het project Voor de kerntaken is een zo nauwkeurig mogelijke raming gemaakt van de inzet van personeel op permanente basis. Daarnaast zal ook een beroep worden gedaan op professionals buiten het museum.
8. ORGANOGRAM
Organisatieschema
Raad van Toezicht
Directeur Secretariaat P&O Financiën
OorlogsVerzetsMuseum Rotterdam
Atlas Van Stolk
Projectorganisatie kerntaken:
Marketing en publiekszaken Collectie Museum Rotterdam Digitaal Verhaal van de stad op locatie Verhaal van de stad in het Forum
Projectorganisatie
Collectie
Museum Rotterdam Digitaal
Verhaal van de stad op locatie
Verhaal van de stad in het Forum Projectleiding Conservator Urban curator Collectiebeheer Registrator Documentalist Educatie Participatie Marketing Public Relations Webmaster Sociale Media Vormgeving Coördinatie Technische Dienst
9. FORMULIER ONDERNEMERSCHAP POSITIONERING Museum Rotterdam tegen de achtergrond van de ontwikkeling van de stad in de afgelopen 5 jaar. Museum Rotterdam stelt zijn kennis van de geschiedenis van Rotterdam in dienst van de actuele stad door samen met Rotterdammers het cultureel erfgoed te bewaren en te presenteren. In deze missie komt tot uiting dat het museum zich profileert als het museum van de stad. Dat is het belangrijkste uitgangspunt geweest in de afgelopen beleidsperiode en dat zal ook het ook zijn in de nieuwe cultuurplanperiode. De op 1 januari 2011 doorgevoerde naamswijziging van Historisch Museum Rotterdam in Museum Rotterdam benadrukt een veranderingsproces, dat de afgelopen beleidsperiode in een stroomversnelling is gekomen, en waarin duidelijk tot uitdrukking komt dat het museum de recente ontwikkeling van de stad als referentiekader heeft. “Historisch” is uit de museumnaam geschrapt om het eigentijdse karakter van het stadsmuseum te benadrukken. Om het hedendaagse Rotterdam te kunnen begrijpen, is kennis van het verleden onmisbaar. Museum Rotterdam spant zich daarom in om de continuïteit en verwevenheid tussen de historische stad, de eigentijdse en de stad van de toekomst te laten zien. Museum Rotterdam gaat ervan uit dat het verbindingen moet leggen met de Rotterdammers die hun identiteit ontlenen aan de stad. Erfgoed en cultuureducatie spelen daarin een cruciale rol. Daarbij staat als doelstelling voorop dat Museum Rotterdam een representatief museum wil zijn voor de stad. Met andere woorden, dat het in zijn beleidsuitgangspunten (erfgoed, cultuuroverdracht en presentaties) de stad op de voet volgt en rekening houdt met de sociaal-culturele en ruimtelijke transformatie van de stad. Dat blijkt uit het volgende: 1. Museum Rotterdam profileert zich als museum van een grootstedelijke transnationale samenleving die zich als moderne relatief jonge stad onderscheidt van andere steden. 2. Museum Rotterdam houdt rekening met het feit dat de samenstelling van de bevolking blijvend is veranderd. 3. Museum Rotterdam is in de stad zelf zichtbaar: het museum zoekt zijn doelgroepen op buiten het museum en zet zich in om samen met bewoners erfgoed te ontdekken en te presenteren met als oogmerk om Rotterdammers de stad te leren begrijpen 4. Museum Rotterdam profileert zich als cultuurhistorisch museum van de stad en niet als kunst historisch museum. Het erfgoed is gericht op een stadshistorische context (het Verhaal van de Stad) en afgestemd op een publiek, dat voor een deel een andere etnische en sociale achtergrond heeft dan bezoekers die een kunstmuseum bezoeken. In deze benadering ziet Museum Rotterdam erfgoed als bindmiddel voor de stad dat bijdraagt aan burgerschap van de Rotterdammers. Ook in het herziene Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 benadrukt het museum het belang om zich als stadmuseum “op locatie” verder te ontwikkelen om daarmee de missie extra handen en voeten te geven. Op dit terrein heeft Museum Rotterdam creativiteit en ondernemerschap getoond en dat is ook gehonoreerd door partners die zich de afgelopen jaren financieel en inhoudelijk hebben gecommitteerd aan de programma´s in de stad. Museum Rotterdam heeft daarmee zijn identiteit als stadsmuseum versterkt. De producten en methodieken die Museum Rotterdam heeft ontwikkeld worden in toenemende mate ook door partners als relevant gezien voor hun kerntaken. Zo worden workshops en erfgoedmethoden die in het kader van Stad als Muze zijn en in Binding door Erfgoed wordt ontwikkeld door andere organisaties overgenomen. De komende beleidsperiode zal Museum Rotterdam deze ontwikkeling van erfgoedproducten die aan derden overdraagbaar zijn doorzetten. Op deze wijze toont Museum Rotterdam zich een ondernemende erfgoedmakelaar. Museum Rotterdam en overig erfgoedaanbod Museum Rotterdam stelt binnen het Rotterdamse erfgoedveld de stad centraal; het Verhaal van de Stad is waar het ons om gaat. Het museum betreedt daartoe ook het verzamelterrein van het Stadsarchief Rotterdam, zij het dat Museum Rotterdam zich primair richt op museale voorwerpen. Met het Stadsarchief wordt intensief samengewerkt op het gebied van onderzoek van de stad en de collecties van het archief worden intensief benut voor exposities van het museum. Een vergelijkbare relatie onderhoudt Museum Rotterdam met de gemeentelijke dienst, Bureau Oudheidkundig Onderzoek Rotterdam (BOOR). In tegenstelling tot het Maritiem Museum Rotterdam concentreert Museum Rotterdam zich niet op erfgoed van en op het water, de zogenoemde maritieme en nautische aspecten. De collectie van het Maritiem bestaat overwegend (80%) uit niet op de Rotterdamse maritieme geschiedenis gerichte voorwerpen, zodat er slechts in uitzonderlijke situaties sprake is van een overlap. Ook in het tentoonstellingsaanbod en publicaties varen beide instellingen een eigen koers en bedienen soms hetzelfde publiek, maar het Maritiem Museum profileert zich niet als museum van de stad en is evenmin actief op locatie.
Daar waar het erfgoed letterlijk de wal raakt, stemmen beide musea met elkaar af of werken samen op tentoonstellingsgebied, zoals voor de expositie Fashion Ahoy! Maritieme look in de mode die door de modeconservator van Museum Rotterdam werd samengesteld. Terwijl Museum Boijmans Van Beuningen zich richt op kunst in brede zin, verzamelt Museum Rotterdam expliciet op Rotterdamse onderwerpen. Hierbij wordt het Rotterdamgehalte niet zozeer bepaald door het feit of een kunstenaar in Rotterdam is geboren of hier opgeleid, maar in de mate waarin het kunstwerk past in het stads- en cultuurhistorische profiel van Museum Rotterdam. Het gaat om werk waarin kunstenaars reflecteren op actuele en maatschappelijke thema’s als de multiculturele stad, jeugd- en subcultuur, herstructurering, armoede en sociale structuren etc. Het gaat om werken waarmee de kunstenaar een visuele interpretatie geeft van de stad Rotterdam. De positie die de kunstenaar in de (inter)nationale kunstwereld inneemt, speelt daarbij geen rol, maar de cultuurhistorische betekenis van het werk voor de stad. De Stadscollectie van Museum Boijmans Van Beuningen heeft ook werken van Rotterdamse kunstenaars die in dit profiel passen, maar de invalshoeken verschillen: Museum Boijmans Van Beuningen verzamelt vanuit de betekenis van de kunstgeschiedenis, Museum Rotterdam vanuit de cultuurgeschiedenis van de stad. Zowel met Museum Boijmans Van Beuningen als met het Centrum Beeldende Kunst Rotterdam vindt hierover regelmatig overleg en afstemming plaats. Het collectie- en presentatiebeleid van Museum Rotterdam overlapt ook niet met het Wereldmuseum. Dat was vroeger anders, toen ook de multiculturele stad een aandachtsgebied voor het Wereldmuseum was. Inmiddels concentreert dit museum zich op etnografische topstukken uit de werelddelen. Het NAi beheert evenals Museum Rotterdam een maquettecollectie. Met dit museum met zijn nationale collectie zijn in het verleden al goede afspraken gemaakt. Het NAi is vooral geïnteresseerd in maquettes van toonaangevende Nederlandse architecten; Rotterdamse architecten horen tot het verzamelgebied. In de praktijk neemt Museum Rotterdam vooral stedenbouwkundige ontwerpen op, die betekenis hebben voor de stedelijke transformatie van de stad, en wordt er veel minder nadruk gelegd op de esthetische aspecten van een ontwerp of de grote namen in de architectuur. Met NAi wordt waar mogelijk samengewerkt op gebied van onderzoek, collecties en in de toekomst mogelijk ook presentaties. Regio-Rotterdam en Den Haag Gezien de missie van Museum Rotterdam richt het museum zich niet op de regio Den Haag, maar regio Rijnmond. Dat neemt niet weg dat er wel wordt samengewerkt en er regelmatig contact is met het Haags Historisch Museum. Dit betreft vooral kennisuitwisseling op collectiegebied en presentaties op gebied van wijkgericht werken en verzamelen. Dat geldt evenzeer voor het Stadsmuseum Zoetermeer. Met het Haags Historisch Museum worden zo nu en dan collecties uitgewisseld en op tentoonstellingsgebied samengewerkt en op het terrein van wijkgerichte activiteiten. Zo participeerden beide museum in een gps-gestuurde verhalencyclus in multi-etnische wijken in Rotterdam en Den Haag. De Transvaal Tapes speelden zich af in de Transvaal en Schilderswijk West in Den Haag en de Afrikaander Tapes in de Afrikaanderwijk en Bloemhof in Rotterdam Zuid. In het herdenkingsjaar 2011 werkten beide musea samen aan een expositie gewijd aan de Rotterdammer Gijsbert Karel van Hogendorp die ook voor de Haagse en vaderlandse geschiedenis van belang is. Stakeholders Museum Rotterdam maakt onderscheid tussen interne (eigen personeel) en externe stakeholders als belanghebbenden die door (positieve of negatieve) acties invloed kunnen uitoefen op het beleid van het Museum Rotterdam, waarbij rekening wordt gehouden met het belang van duurzame relaties. 1. de bezoekers van onze tentoonstellingen, gebruikers van Museum Rotterdam Digitaal en Rotterdammers die door participatie een bijdrage leveren aan kerntaken van het museum 2. het gemeentebestuur, gemeentelijke diensten, deelgemeenten 3. het onderwijs voor cultuureducatie van basisonderwijs tot hogeschool en universiteit 4. media (kranten, tijdschriften, regionale omroep) 5. erfgoedinstellingen in Rotterdam, musea buiten Rotterdam, Nederlandse Museumvereniging en lokale historische verenigingen 6. Cultuurscouts en kunstenaars die zich actief met de stad inlaten 7. Sociaal-culturele instellingen in Rotterdam als duurzame partners voor Museum Rotterdam “op locatie” 8. Stichting Vrienden van Museum Rotterdam/Begunstigers Atlas Van Stolk 9. Woningbouwcorporaties en maatschappelijke instellingen die zich op welzijn van de stad richten 10. Fondsen (Rotterdamse en nationale fondsen)
Strategische samenwerkingsverbanden Museum Rotterdam werkt intensief samen met Stadsarchief Rotterdam en OorlogsVerzetsmuseum Rotterdam. Daarnaast ziet het museum het BOOR, Centrum Beeldende Kunst en Maritiem Museum Rotterdam evenzeer als belangrijke partners. Deze samenwerking uit zich in gezamenlijke onderzoeksopdrachten, zo werken Maritiem Museum Rotterdam, Stadsarchief Rotterdam en Museum Rotterdam samen aan een project orale geschiedschrijving Rotterdamse stukgoedarbeiders. Ook met CBK wordt samengewerkt op gebied van de kunst in de openbare ruimte, daar waar stad, geschiedenis en beeldende kunst elkaar ontmoeten. Met het CBK werken Museum Rotterdam, Rotterdam en SKAR (Stichting Kunstaccommodaties Rotterdam) ook samen in Pact op Zuid/Stichting Zuidzijde. Via de leerstoel stadsgeschiedenis is Museum Rotterdam intensief betrokken bij het programma Dynamisch Erfgoed, een door het VSB gefinancierd onderzoeksprogramma over community museums, aan de Erasmus Universiteit. Deze leerstoel, die bekleed wordt door de directeur van Museum Rotterdam, biedt een forum voor nationale en internationale samenwerking op het gebied van erfgoed en museumstudies. Tevens vindt daardoor kennisoverdracht plaats via conferences en expertmeetings op het terrein van de stadsgeschiedenis en museumstudies. Deze fora bieden Museum Rotterdam, zo is de laatste jaren gebleken, een uitstekende gelegenheid om de Rotterdamse aanpak van Museum Rotterdam als vooruitstrevend stadsmuseum te promoten. Deze activiteiten vinden zijn weerslag in diverse publicaties, onder andere in Journal of Museum Education (2013). Museum Rotterdam participeert in het nationale netwerk van stadsmusea en levert een inhoudelijke bijdrage aan de positiebepaling van stadsmusea in Nederland. Zie bijvoorbeeld de bijdrage in Barometer van het stadsgevoel. Werkdocument Netwerk Nederlandse Stadsmusea (Amsterdam 2011). De diverse secties van de Nederlandse Museumvereniging bieden ook voor Museum Rotterdam een belangrijk platform en dat geldt ook voor collectiegerelateerde verenigingen en samenwerkingsverbanden. Museum Rotterdam en RTV-Rijnmond werken al enige jaren nauw samen. Deze samenwerking heeft geleid tot een co-productie Rotterdammers van Formaat. Van deze geschiedenisserie, gewijd aan grote Rotterdammers die van betekenis zijn geweest voor de politieke, culturele, economische of sociale ontwikkeling van de stad, zijn de afgelopen jaren 30 afleveringen gemaakt: per aflevering keken zo’n 300.000 mensen uit de regio Rijnmond. Met deze co-productie levert Museum Rotterdam een belangrijke bijdrage aan kennis over de geschiedenis van de stad ook buiten het museum. Voor de identiteit van Museum Rotterdam is dat van groot belang. De samenwerking is in het najaar van 2012 uitgebreid en RTV-Rijnmond werkt samen met AIR in de productie Verhalen van Staal en Steen die vanaf november 2012 worden uitgezonden. Toekomstige ontwikkelingen Museum Rotterdam houdt er rekening mee dat de trend zich doorzet dat de overheid minder middelen beschikbaar heeft voor erfgoed en cultuureducatie en dat het museum zich als cultureel ondernemende instelling creatief moet zijn om zijn missie uit te voeren. Niettemin is het museum daarover niet somber. Het rapport Versterken en beperken dat is uitgebracht om de fusie tussen Museum Rotterdam en Maritiem Museum Rotterdam te onderzoeken, heeft bevestigd dat Museum Rotterdam voor de stad meerwaarde heeft door zich als zelfstandige instelling verder te ontwikkelen als museum voor alle Rotterdammers dat zich in de stad profileert. Het Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 is geschreven vanuit een optimistisch perspectief dat Museum Rotterdam de stad veel te bieden heeft en een wezenlijke culturele toegevoegde waarde levert voor de stad, ook nadat het museum zijn verantwoordelijkheid neemt en bijdraagt aan de gemeentelijke bezuinigingen. Museum Rotterdam “op locatie” is kansrijk, omdat het aansluit bij de behoeften van Rotterdammers om vanuit hun omgeving actief betrokken te zijn bij het erfgoed en de presentatie ervan. Dit wordt in toenemende mate onderkend door fondsen en partners die het museum inhoudelijk en financieel willen ondersteunen. Daarnaast is Museum Rotterdam van mening dat door te kiezen voor het Verhaal van de Stad op een nieuwe vestiging buiten het Schielandshuis, Rotterdammers straks de integrale geschiedenis van de stad kunnen ondergaan. Deze behoefte is groot en Museum Rotterdam toont ondernemerschap door dit verhaal met erfgoedpartners in de stad te produceren en voor de financiering public-private partnerships aan te gaan.
PRODUCTONTWIKKELING en PUBLIEKSBEREIK Primaire taken Museum Rotterdam is een erkend museum en geeft betekenis aan de stad Rotterdam door middel van zijn kerntaken: 1. het onderzoeken, bewaren, ontsluiten en presenteren van erfgoed, 2. cultuureducatie 3. presentaties De secondaire taken zijn: 4. bevordering van participatie van Rotterdammers 5. communiceren met Rotterdammers over de stad Met zijn erfgoedprogramma’s streeft Museum Rotterdam naar bevordering van actief burgerschap en tevens naar vergroting van de sociale cohesie in de stad. Daarnaast hoopt Museum Rotterdam met zijn activiteiten bij te dragen aan kennisontwikkeling van Rotterdammers. Deze taken vloeien rechtstreeks voort uit de primaire taken, komen voort uit de missie van het museum en versterken de positie van Museum Rotterdam als instelling die een brugfunctie vervult in de Rotterdamse samenleving. Vanwege de relatie tussen primaire en secundaire taken is Museum Rotterdam in toenemende mate een aantrekkelijke partner geworden voor andere maatschappelijke instellingen. Of het nu gaat om organisaties die zich met welzijn, stedelijke ontwikkeling of woonvoorzieningen bezighouden, wetenschappelijke instituten en collega-instellingen buiten Rotterdam die zich met de grootstad bezighouden. Publieksonderzoek De afgelopen jaren is incidenteel onderzoek gedaan naar naamsbekendheid (COS) en merkkracht (bureau Beerda). In 2011 heeft Museum Rotterdam deelgenomen aan het pilotproject rond het zogenaamde Generic Learning Outcome publieksonderzoek (GLO). Dit onderzoek levert gegevens op over de relatie tussen het verwachtingspatroon van de bezoeker en hoe deze het bezoek heeft ervaren en of het museum zijn ambities met leerzame uitwisseling met de bezoeker tot stand heeft gebracht. De uitkomsten dienden om de opzet en de educatieve begeleiding in exposities bij te sturen. Naast deze tijdrovende onderzoeksmethode wordt ook gekeken naar het door de Hogeschool Utrecht ontwikkelde Museumkompas, een meetinstrument dat uiteindelijk laat zien wat de toegevoegde maatschappelijke waarde van de totaalaanpak van het museum is. Publieksonderzoek is duur en daarom zoekt Museum Rotterdam ook naar andere methoden om reacties van het publiek te meten. Zo maakt de afdeling communicatie gebruik van stagiaires van de Reinwardt Academie die steekproefsgewijs publieksonderzoek doen bij bezoekers aan de exposities. Om een directe feedback van het publiek te ervaren, worden ook interactieve educatieve instrumenten ingezet. De reacties van het publiek benut Museum Rotterdam om zijn educatieve programma’s (leerzame uitwisselingen) verder te ontwikkelen. De komende beleidsperiode wordt het relatiebeheer als speerpunt van het museum versterkt (zie hiervoor). CODE CULTURAL GOVERNANCE Museum Rotterdam is een zelfstandige stichting en hanteert het Raad van Toezicht model. Museum Rotterdam heeft een bestuurder (algemeen directeur) en een raad van toezicht. Bij de taakverdeling en verantwoording worden de principes gevolgd zoals omschreven in de Code Cultural Governance, blz. 27 en 28. Er wordt minstens vier keer per jaar vergaderd. Daarbij legt de bestuurder verantwoording af over het gevoerde beleid, worden voortgangsrapportages, organisatorische en jaarplannen besproken en wordt verantwoording afgelegd over het gevoerde financiële beleid. KWALITEITSZORG Als geregistreerd museum moet Museum Rotterdam voldoen aan een aantal kwalitatief hoogwaardige eisen, die periodiek worden getoetst. Museum Rotterdam heeft kwaliteitszorg toegepast in het kader van het INKmodel. Met het oog op de reorganisatie zijn de aanbevelingen van het INK-traject geïmplementeerd in een nieuw organisatiemodel gericht op de kerntaken en primaire processen met als oogmerk een organisatie die lean and mean en zelfsturend is.
MAATSCHAPPELIJK ONDERNEMEN 1. Museum Rotterdam beweegt zich op het terrein van erfgoed, educatie, participatie en burgerschap en heeft daarbij de blik scherp gericht op wat er in en met de stad gebeurt. 2. Museum Rotterdam wil duurzame relaties onderhouden met de bewoners in deze stad. Het beleid is afgestemd op wat men zou kunnen beschouwen als maatschappelijk verantwoord museumbeleid doordat het museum van betekenis wil zijn voor de stad. 3. Door in te zetten op het Verhaal van de Stad toont Museum Rotterdam dat het actief wil bevorderen dat Rotterdam een aantrekkelijke stad is. 4. In zijn educatieve benadering streeft Museum Rotterdam ook naar versterking van de band tussen het basisonderwijs en het museum en ambieert een voortrekkersrol in het masterprogramma erf goededucatie in het kader van dit verhaal. Museum Rotterdam wil graag tegemoet komen aan de behoefte aan culturele erfgoedprogramma´s voor de jeugd. Door ervoor te zorgen dat deze voldoen de uitdagend zijn om de school als aantrekkelijke leeromgeving te bevorderen, wordt Museum Rotterdam een aantrekkelijke partner voor het onderwijs omdat het vanuit zijn kennis van de geschie denis van de stad het onderwijsaanbod versterkt. 5. Museum Rotterdam streeft naar partnerships om zijn kerntaken efficiënt en verantwoord te vervullen. Het houdt in de bedrijfsvoering, de opbouw van de organisatie rekening met het feit dat de cultuur sector moet bezuinigen. Het Meerjarenbeleidplan toont echter aan dat dit niet ten koste hoeft te gaan van de ambities en Museum Rotterdam de stad een goed perspectief biedt. BEDRIJFSVOERING EN FINANCIËLE STRUCTUUR De grote reorganisatie die Museum Rotterdam in 2013 doormaakt is het gevolg van de hoge vaste (materiële lasten) en de financiële speelruimte voor tentoonstellingen en collectiebeheer gering is. Museum Rotterdam heeft daarom maatregelen genomen om de kostenstructuur te herzien, zoals in het herziene beleidsplan omschreven. Het vaste personeel zal zoveel mogelijk directe toegevoegde waarde moeten leveren aan de primaire taken van het museum. Museum Rotterdam kan alleen zijn waarde van de stad vergroten als het beschikt over goed opgeleide en deskundige mensen. Samen met de collecties die het museum beheert, bepaalt het human capital de goodwill van het museum. De toegevoegde waarde van Museum Rotterdam wordt ontleend aan de erfgoedexpertise en kwaliteiten op gebied van cultuuroverdracht en creativiteit. Deze kennis en expertise worden zorgvuldig opgebouwd en moeten worden gekoesterd. Niettemin kan door samenwerking met andere partners de efficiency worden vergroot en op activiteiten die niet direct een meerwaarde leveren ten behoeve van de kerntaken worden bespaard. Vooral op gebied van veiligheidszorg, technische diensten wordt in toenemende mate van tijdelijke krachten gebruik gemaakt om de vaste personeelskosten te verminderen. Daarbij moet wel opgemerkt worden dat Museum Rotterdam met zijn afdelingen P&O, Financiën en Personeelsadministratie diensten verleent aan andere culturele instituten en daarmee inkomsten genereert. Museum Rotterdam zal om zijn ambities te kunnen verwezenlijken de eigen inkomsten verder moeten vergroten. Belangrijke voorwaarde is dat het Forum in 2016 opent en het museum met het Verhaal van de Stad op een centrale locatie zich weet te positioneren als het museum van de stad. Gezien het belang dat Rotterdamse instellingen en fondsen hechten aan een goed verhaal van de stad, partners ook financieel weet te binden aan zijn missie. Door extra inkomsten te werven voor nieuw beleid en tegelijkertijd de vaste materiële lasten te verminderen, kunnen op basis van de ingediende begroting voor de cultuurplanperiode 2013-2016 de plannen worden uitgevoerd.