Hervorming van het sociale domein in Aalsmeer Februari 2013
Inhoudsopgave 1 2
3
4
Inleiding ............................................................................................................. 3 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6
Context hervormingen in het sociale domein ........................................................ 4 Nieuwe Jeugdwet ................................................................................................ 4 Taken uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) ..................................... 5 Nieuwe Participatiewet ......................................................................................... 5 Risico’s decentralisaties........................................................................................ 6 Financieel overzicht ............................................................................................. 7 Samenhang decentralisaties.................................................................................. 7
3.1 3.2
Bestuurlijke koers en visie ................................................................................... 9 De opgave ......................................................................................................... 9 Bestuurlijke koers en visie .................................................................................... 9
4.1 4.2 4.3 4.4 4.6
Aanpak.............................................................................................................. 10 Doelstellingen en uitgangspunten ........................................................................ 10 Inhoudelijke aanpak .......................................................................................... 11 Rol van de gemeente ......................................................................................... 12 De geografische schaal van de ontwikkeling........................................................... 13 Fasering .......................................................................................................... 14
Bijlagen 1
1.1 1.2 1.3
Feiten en cijfers decentralisaties ........................................................................ 16 Nieuwe Jeugdwet .............................................................................................. 16 Taken uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten............................................... 17 Nieuwe Participatiewet ....................................................................................... 19
2
Mijlpalenplanning en bestuurlijke producten ...................................................... 20
3
Programmaorganisatie....................................................................................... 23
2 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
1
Inleiding
In het regeerakkoord ‘Bruggen slaan’ worden drie decentralisaties beschreven die ingrijpende gevolgen hebben voor het sociale beleid in Aalsmeer. De voorliggende contourennotitie beschrijft hoe de gemeente de veranderingen in gang wil zetten. Decentralisatie overheidstaken De huidige landelijke zorgstelsels zijn niet meer effectief: de kosten nemen toe en de ‘zorgvraag’ blijft groeien. De afgelopen periode is de overtuiging gegroeid dat gemeenten een aantal taken beter en efficiënter kunnen uitvoeren dan het Rijk. Gemeenten kennen hun inwoners en de (lokale) uitvoerende partijen. Daardoor kunnen zij een aanbod ontwikkelen dat goed werkt, goedkoper is en bij de lokale situatie past. Voor het sociale domein staan in het regeerakkoord drie decentralisaties van Rijkstaken: · · ·
De nieuwe Jeugdwet. De overdracht van taken uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) naar de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De invoering van de (nieuwe) Participatiewet.
De drie decentralisaties in het regeerakkoord zijn de directe aanleiding voor de hervormingen in het sociale domein. Zie bijlage 1 voor algemene informatie (feiten en cijfers) over de decentralisaties. Meer doen met minder geld De inhoudelijke en financiële impact van de decentralisaties zijn groot voor de gemeente Aalsmeer. Er komen enkele omvangrijke nieuwe taken over naar de gemeente en tegelijkertijd zijn forse kortingen op het budget geraamd. Dit betekent een stevige opgave voor de gemeente: meer doen met minder geld. Wat deze opgave extra lastig maakt, is dat het bij de nieuwe taken overwegend gaat om kwetsbare tot zeer kwetsbare doelgroepen en individuen. Als gevolg van de diverse maatregelen zijn er voor bepaalde huishoudens extra risico’s aanwezig door een stapeling van effecten. Er ontbreekt nog informatie over de uitwerking. Wel is duidelijk dat we voor een ingrijpende verandering in het sociale domein staan en dat we ons daarop moeten voorbereiden. Hervorming biedt nieuwe kansen De decentralisaties bieden de gemeente ook kansen om het sociale domein effectiever en efficiënter te organiseren. De nieuwe gedecentraliseerde taken vertonen namelijk onderlinge raakvlakken met een aantal bestaande taken in het sociale domein. Door de nieuwe taken op een slimme en vernieuwende manier te verbinden met bestaande taken ontstaat synergie.
3 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
2
Context hervormingen in het sociale domein
Ten aanzien van het onderstaande is het belangrijk te vermelden dat de aantallen klanten schattingen zijn en de weergegeven kortingen voor Aalsmeer indicatief zijn berekend op basis van landelijke kengetallen. 2.1
Nieuwe Jeugdwet
In een nieuwe Jeugdwet zijn alle taken op het terrein van zorg voor de jeugd gedecentraliseerd naar gemeenten. Dit maakt het mogelijk om de ondersteuning aan jeugdigen en gezinnen in één hand te leggen. Het ‘recht’ op jeugdzorg vervalt en wordt omgevormd tot ‘compensatie’, in aansluiting op de primaire verantwoordelijkheid van de ouders en hun sociale omgeving. Daar waar ouders hun verantwoordelijkheid niet nemen, grijpt de gemeente in met ‘drang en dwang’. Er is niet volledig inzichtelijk hoeveel er door het Rijk wordt uitgegeven aan Jeugdzorg. De cijfers voor de bezuiniging op de Jeugdzorg zijn geschat. Wat wel duidelijk is, is dat het vorige regeerakkoord sprak van een taakstelling van € 300 miljoen (10% van totale budget) en dat het nieuwe regeerakkoord spreekt van een extra taakstelling van € 150 miljoen (5% totale van het budget). Gemeenten zijn met de nieuwe Jeugdwet verantwoordelijkheid voor: · Preventieve jeugdhulp · Gespecialiseerde jeugdhulp, verblijf (pleegzorg en residentieel) · Jeugdzorg plus (gesloten jeugdzorg via rechterlijke machtiging) · Jeugdbescherming · Jeugdreclassering · Meldpunt kindermishandeling en huiselijk geweld · Jeugd GGZ (geestelijke gezondheidszorg) · Jeugd LVB (licht verstandelijk beperking) Situatie in Aalsmeer Op basis van kengetallen komen in Aalsmeer rond de 300 jeugdigen met Jeugdzorg in aanraking. Ongeveer eenzelfde aantal maakt gebruik van de jeugd geestelijke gezondheidszorg. Op dit moment is dit nog een taak van het Rijk en wordt het budget dat het Rijk voor Aalsmeer inzet geschat op € 2 miljoen. Bij de decentralisatie wordt de taakstelling hiermee verrekend. Geschatte bedragen voor Aalsmeer: Taakstelling € 0,2 miljoen Extra taakstelling € 0,1 miljoen ___________________________________ + Volledige taakstelling € 0,3 miljoen
4 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
2.2
Taken uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)
Taken uit de AWBZ op het gebied van begeleiding en verzorging worden als ‘recht’ geschrapt in de AWBZ. Gelijktijdig is dit voor de Wmo een uitbreiding van deze functies en is net als bij de huidige gemeentelijke Wmo-taken, het ‘compensatiebeginsel’ van toepassing. Begeleiding is erop gericht om mensen te ondersteunen de regie op hun eigen leven te houden. Een voorbeeld hiervan is dagbesteding aanbieden aan dementerenden. Bij verzorging gaat het om ondersteunen van mensen met een lichamelijke beperking. Voorbeelden hiervan zijn hulp bij het uit bed komen, aankleden, sondevoeding, en het nemen van medicatie. Naast de bezuinigingen op de AWBZ-taken die gedecentraliseerd worden naar gemeenten, bezuinigt het kabinet ook op andere onderdelen in de zorg. Deze bezuinigingen zullen naar verwachting de vraag naar Wmo-voorzieningen verhogen. Een belangrijke maatregel is ‘het scheiden van wonen en zorg’ (schrappen zorgzwaartepakketten) voor inwoners die niet zelfstandig kunnen wonen. Een voorbeeld hiervan is dat cliënten, die voorheen naar het verzorgingstehuis gingen, thuis blijven wonen. Dat heeft tot gevolg dat deze inwoners een groter beroep doen op Wmovoorzieningen zoals Hulp bij het Huishouden (HbH), woonaanpassingen en dagbesteding. In Aalsmeer ontvangen 565 inwoners HbH (peildatum januari 2013). Elk jaar ontvangt de gemeente ongeveer 250 nieuwe aanvragen voor HbH. Dit is inclusief de aanvragen voor verlenging HV. Situatie in Aalsmeer · Bij AWBZ begeleiding gaat het in Aalsmeer om tenminste 200 kwetsbare inwoners. De verwachting is dat die groep zal groeien door de maatregelen uit het regeerakkoord. De korting van 25% betekent € 2,2 miljoen minder budget voor Aalsmeer. · De maatregel ‘scheiden van wonen en zorg’ treft in 2013 ongeveer 25 cliënten in Aalsmeer. Wat dit betekent voor een toenemend beroep op de Wmo is nog onduidelijk. · De aanpassing van de Inkomensregeling Chronisch Zieken en Gehandicapten gaat gepaard met een korting van het budget van 45% (€ 0,8 miljoen). Naar verwachting zal ook deze korting leiden tot en groter beroep op de Wmo/bijzondere bijstand. · Voor HbH gaat het in Aalsmeer om 75% korting (€ 1,5 miljoen). Het resterende budget (25%) blijft beschikbaar om een vangnet te organiseren voor inwoners die het echt nodig hebben en het niet uit eigen middelen kunnen betalen. · De korting op (her)gebruik van scootmobielen bedraagt € 0,1 miljoen. In Aalsmeer is al sprake is van hergebruik van hulpmiddelen waaronder scootmobielen.
2.3
Nieuwe Participatiewet
De maatregelen in de nieuwe Participatiewet zijn gericht op het plaatsen van mensen op de arbeidsmarkt. De Wet werk en bijstand (WWB), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw), en een deel van de Wajong worden samengevoegd in de nieuwe Participatiewet. De bezuinigingen op de sociale werkvoorziening worden alsnog doorgevoerd, waarschijnlijk met ingang van 1 januari 2014. Landelijk worden totaal 30.000 beschermde werkplekken beschikbaar gesteld. Gemeenten krijgen nieuwe instrumenten om arbeidsgehandicapten een route naar bijvoorbeeld werk te bieden. Via loondispensatie wordt het mogelijk om mensen tijdelijk voor een lager salaris te laten werken (loonwaarde). 5 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
Er komt een quotumregeling voor bedrijven met meer dan 25 werknemers. Via deze regeling worden werkgevers stapsgewijs verplicht dat 5% per jaar van hun werknemersbestand bestaat uit medewerkers met een arbeidshandicap. Als een bedrijf niet aan het quotum voldoet, volgt een boete van € 5.000 per werkplaats voor een arbeidsgehandicapte. De Participatiewet gaat uit van een bezuiniging op het reintegratiebudget. De tegenprestatieregeling biedt mogelijkheden om mensen met een uitkering actief in te zetten. Daarnaast wordt de Huishouduitkeringstoets ingevoerd. Dit voorkomt een stapeling van uitkeringen binnen één huishouden. Situatie in Aalsmeer · Het re-integratiebudget wordt in totaal gekort met 2,1 miljoen tot en met 2017. · De inschatting is dat de maatregelen 250 Aalsmeerse inwoners direct raken. · Het re-integratiebudget wordt in totaal gekort met 2,1 miljoen tot en met 2017. · Voor Aalsmeer is de toekomst van de AM-groep een belangrijk aandachtspunt. Op dit moment is vanuit de gemeente Aalsmeer 44 fte in dienst van de AMgroep. · Het voornemen om het aantal beschermde werkplekken af te bouwen in 6 jaar tijd, wordt nog uitgewerkt. De nieuwe quotumregeling van 5% bij werkgevers moet ruimte geven voor arbeidsgehandicapten om te werken. De verwachting is dat jaarlijks ongeveer 10 gedeeltelijk arbeidsongeschikten zich zullen melden voor inkomensondersteuning en/of werk. 2.4
Risico’s decentralisaties
Nieuwe Jeugdwet Er zijn risico’s verbonden aan de nieuwe taken: kinderen en gezinnen worden het slachtoffer als niet op tijd of adequaat wordt ingegrepen. Juist bij zeer jonge kinderen is signalering en inzet van hulp het meest effectief. Geen, te late of verkeerde aanpak leidt tot een situatie waarin jeugdigen kunnen ontsporen of niet veilig zijn. Dan dreigt een cirkel waarin ze niet meer goed op school functioneren, hun opleiding niet afmaken, overlast veroorzaken, geen werk vinden, etc. waardoor maatschappelijke kosten toenemen. Van AWBZ naar Wmo Met de taken op het gebied voor begeleiding en verzorging krijgt de gemeente meer verantwoordelijkheid voor kwetsbare tot zeer kwetsbare inwoners. Ook hier zijn er risico’s ten aanzien van het niet op tijd signaleren en bieden van adequate ondersteuning. Vermindering van zelfredzaamheid en regieverlies kunnen het gevolg zijn. Nieuwe Participatiewet Door de korting op re-integratie middelen is er minder intensieve begeleiding richting werk. Hierdoor vermindert de uitstroom van uitkeringsgerechtigden naar werk of andere vormen van maatschappelijk deelnemen aan de samenleving. Voor mensen met een arbeidshandicap kan het zelfs leiden tot een toename van de zorgvraag. Het ontbreken van dagritme kan leiden tot regieverlies. Door de toegangsbeperking tot de sociale werkvoorziening, is voor een aantal mensen met een arbeidshandicap en een grote afstand tot de arbeidsmarkt, arbeidsmatige dagbesteding mogelijk niet meer beschikbaar.
6 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
Financieel risico Het risico bestaat dat de decentralisaties leiden tot een extra budgettair beslag voor de gemeente. Vooralsnog wordt aangenomen dat het budgettair risico 10-20% van de omvang van de bezuinigingstaakstelling bedraagt. Dit is een bedrag van € 0,6 tot 1,1 miljoen. 2.5
Financieel overzicht
De feitelijke cijfers van de voorgenomen bezuinigingen zijn nog niet bekend. Voor Aalsmeer is daarom een globale inschatting gemaakt. De opgenomen bedragen geven de ingeboekte bezuinigingen in het regeerakkoord weer. In Aalsmeer is met de decentralisatie van de overheidstaken een budget van circa € 15 miljoen gemoeid. Hierop bezuinigt het Rijk bijna € 6 miljoen door taken, voorzieningen en aanspraken te schrappen. Voor het uitvoeren van de nieuwe taken ontvangt Aalsmeer € 9 miljoen. Kortingen decentralisaties Jeugdzorg Wmo begeleiding/verzorging Effecten scheiden wonen-zorg Inkomensregeling gehand./chronisch zieken
00,3 mln 02,2 mln 0Pm 00,8 mln
Totaal korting nieuwe regelingen
03,3 mln
Aan decentralisaties gekoppelde kortingen op bestaande budgetten Participatiewet incl. ombuiging re-integratie Beperking Hulp bij het Huishouden Hergebruik scootmobielen
00,9 mln 01,5 mln 00,1 mln
Totaal kortingen op bestaande geldstromen
02,5 mln
Totaal kortingen
05,8 mln
2.6
Samenhang decentralisaties
De decentralisaties lopen komende jaren parallel aan elkaar. De planning van het Rijk is: 2014 -
-
Landelijke planning decentralisaties 2015 Participatiewet van kracht Decentralisatie extramurale Schrappen van de dagbesteding uit begeleiding de AWBZ Decentralisatie Persoonlijke Toegang tot de Wajong beperkt Verzorging (volledig en duurzaam) Verplicht hergebruik hulpmiddelen HbH beperken voor nieuwe cliënten Hulp bij het huishouden beperkt Verhogen norm voor Persoonlijke Quotumregeling Verzorging arbeidsgehandicapten bij bedrijven groter dan 25 medewerkers Einde instroom Wsw - Overdracht verantwoordelijkheden Jeugdzorg van Rijk, provincie, zorgverzekeringswet en AWBZ naar gemeenten. 7
Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
De decentralisaties hebben inhoudelijk een aantal gemeenschappelijke kenmerken: · Er wordt een groter appèl gedaan op de eigen verantwoordelijkheid van inwoners in Aalsmeer. · De gemeente moet meer inwoners bedienen, maar moet dit met minder geld doen. · De nieuwe regelingen veranderen van ‘recht op’ naar ‘compensatie van’. · De gemeente komt in aanraking met veel nieuwe aanbieders en specialismen. · De gemeente heeft een kernverantwoordelijkheid in de toewijzing van middelen. · Veel van de ‘nieuwe’ aanbieders zijn georganiseerd op regionaal niveau. · De nieuwe taken raken sterk aan bestaande taken; dit biedt kansen voor meer integraliteit. · Het herijken van nieuwe en bestaande taken biedt kansen op wijkniveau. · Er is overlap in doelgroepen. Onderstaande afbeelding geeft de samenhang van de decentralisaties weer.
8 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
3
Bestuurlijke koers en visie
3.1
De opgave
De nieuwe Jeugdwet, de Participatiewet en de overheveling van taken rond begeleiding en verzorging uit de AWBZ betekenen dat de gemeente Aalsmeer ingrijpende bestuurlijke keuzes moet maken. In de kern is de opgave: · ·
De nieuwe wettelijke taken op het gebied van de Wmo, Jeugdwet en Participatiewet uitvoeren; De taken binnen de nieuwe, verlaagde budgetten uitvoeren.
Dit realiseert de gemeente Aalsmeer via twee lijnen: · ·
Bezuinigingen dwingen tot keuzes: schaarse middelen toebedelen en keuzes maken over wie, welke voorziening (nog) krijgt. Nieuwe arrangementen binnen het sociale domein leiden tot meer effect tegen lagere kosten.
Deze opgave kan alleen gerealiseerd worden via een transformatie van het sociale domein. De manier waarop dit wordt vormgegeven wordt geschetst in de volgende bestuurlijke koers en visie. 3.2
Bestuurlijke koers en visie
Aalsmeer heeft in de afgelopen jaren een actief sociaal beleid ontwikkeld. In de gemeente is in de meeste kernen een goede sociale samenhang. Er is een sterk ontwikkeld verenigingsleven, bijvoorbeeld op het terrein van sport; veel inwoners zijn kerkelijk georganiseerd. De sociale aanpak in Aalsmeer gaat uit van zelfredzaamheid. Die benadering sluit aan bij de gemeenschap, waar veel ondernemers wonen en leven. Er liggen daarom in Aalsmeer kansen om de ingewikkelde uitdaging van de decentralisaties en kortingen verantwoord op te pakken. In het collegeprogramma 2011-2014 Aalsmeer: “Investeren in de kracht van de samenleving” staat heel expliciet de visie op het sociale domein beschreven. Deze visie sluit aan bij de vraagstukken die nu door de decentralisaties ontstaan. In de Aalsmeerse samenleving blijkt de kracht van burgers en maatschappelijk middenveld bijzonder groot; zij doen al veel zelf. Soms wordt toch te veel geleund op de gemeentelijke overheid. Het college is daarom een nieuwe weg ingeslagen en zal in plaats van “Zorgen voor....” haar koers wijzigen naar “Zorgen dat ....” “De gemeente is er niet om wat wenselijk is te organiseren, maar om te voorkomen wat onwenselijk is en om met oog voor initiatieven in de samenleving de eigen kracht van burgers en de netwerken in de samenleving te versterken.” De hierboven geschetste visie leidt tot nieuwe en andere arrangementen. De eerste vraag is niet wat de gemeente doet, maar wat via zelforganisatie ontstaat en wat daarbij misschien (tijdelijk) ondersteund kan worden. Het bij elkaar brengen van partijen, het inspireren en uitdagen van anderen en hen stimuleren zelf verantwoordelijkheid te nemen.
9 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
4
Aanpak
Bij de overdracht van de rijkstaken is er beleidsvrijheid voor gemeenten om hun taken opnieuw te organiseren. Het zal nodig zijn om bestaande vormen van ondersteuning af te bouwen of te vernieuwen. Het gaat bij de decentralisaties om een complexe en omvangrijke opgave en om een traject dat meerdere jaren duurt. Er is een intensieve bestuurlijke inzet nodig vanwege de impact op de samenleving en de bestuurlijke en financiële risico’s. Er zijn verschillende gemeentelijke afdelingen betrokken en er is een intensieve samenwerking nodig met externe partijen. Dit vraag om een programmatische aanpak. 4.1
Doelstelling en uitgangspunten
De visie, de bestuurlijke koers en de opgave leiden tot de formulering van een doelstelling en uitgangspunten voor de aanpak van de transformatie van het sociale domein. Doelstelling ‘Bevorderen en ondersteunen van maatschappelijke participatie’ Uitgangspunten · De taken binnen het sociale domein worden binnen de beschikbare middelen uitgevoerd; · Kansen grijpen om te vernieuwen: beleidsmatig en in de uitvoering van regelgeving; · Stevig inzetten op preventie: “Voorkomen is beter dan genezen”; · Binnen het sociale domein staat de eigen kracht en verantwoordelijkheid van burgers centraal; · Op de vraag van de cliënt wordt ingespeeld door de gehele (gezins-) context te betrekken. Er wordt gewerkt volgens het principe: één gezin, één plan. · De gemeente gaat uit van wederkerigheid: de gemeente vraagt waar dat kan, aan burgers voor de hulp die zij ontvangen een (financiële) bijdrage aan de samenleving; · De gemeente faciliteert een vangnet voor de burgers, die (tijdelijk) niet in staat zijn om zelfstandig deel te nemen aan de samenleving. · De gemeente gaat sterker sturen op de effectiviteit van het aanbod binnen het sociale domein: o De gemeente organiseert de toegang tot de voorzieningen effectief en efficiënt; o In de uitvoering van zorgtaken wordt een efficiencyslag gemaakt door verbetering van de samenwerking tussen organisaties en door de ontwikkeling van nieuwe arrangementen; o Één cliënt/gezin, één plan en één regisseur binnen gezinnen waar sprake is van meervoudige problematiek; o De gemeente stimuleert innovatie, bijvoorbeeld door inzet van nieuwe technologische mogelijkheden en proeftuinen; · De gemeente communiceert zorgvuldig met inwoners en uitvoerende partners op basis van een communicatieplan; · De gemeente organiseert lokaal wat lokaal kan en regionaal wat regionaal moet.
10 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
4.2
Inhoudelijke aanpak
De bestuurlijke uitgangspunten richten zich op het benutten van het zelforganiserend vermogen van inwoners en de samenleving. De gemeentelijke inzet moet erop gericht zijn om dat vermogen te benutten en te ondersteunen. Dit vormt het inhoudelijk kader voor de toekomst en wordt hieronder beschreven aan de hand van het model waarin onderscheid wordt gemaakt tussen nulde, eerste en tweede lijn net als in de gezondheidszorg. De ‘nulde lijn’ zijn de inwoners en zijn/haar directe sociale omgeving. Het gaat om alle sociale verbanden die informeel zijn georganiseerd, zoals mantelzorg en vrijwilligerswerk. De kern van de toekomstige gemeentelijke benadering is dat inwoners zichzelf zoveel mogelijk redden in de eigen sociale kring en dat zij anderen naar vermogen ondersteunen. Het gemeentelijk beleid is daarom gericht op het faciliteren van die nulde lijn. De eerste veranderopgave is om de kracht en kwaliteit in die nulde lijn te mobiliseren en te benutten. Dat houdt inwoners onafhankelijk en voorkomt dat er te snel of teveel een beroep nodig is op kostbare voorzieningen. De ‘eerste lijn’ omvat alle algemeen toegankelijke hulp en voorzieningen: de basisvoorzieningen, waar professionals werken voor inwoners. Voorbeelden zijn het welzijnswerk, schoolmaatschappelijk werk, het Wmo-loket voor aanvragen van sociale voorzieningen en/of bijstandsuitkering. De eerste lijn heeft in de toekomst twee opgaven: · ·
De inzet is gericht op het faciliteren van inwoners en hun sociale omgeving (het versterken van de nulde lijn). Voorzieningen zijn gericht op het beperken van doorstroom naar de tweede lijn.
Daarmee is ook de derde opgave geschetst: inzet van ‘de tweede lijn’, waarin de dure specialistische ondersteuning en voorzieningen zijn ondergebracht zo klein mogelijk te houden en alleen in te zetten als er geen andere mogelijkheden meer zijn. Concreet voorbeeld van het nulde-, eerste- en tweedelijn model op het gebied van jeugdhulp: · · ·
In de nulde lijn raadplegen ouders/opvoeders opvoedingstips op de website van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). In de eerste lijn krijgen de ouders samen met het kind via het schoolmaatschappelijk werk kortdurende ondersteuning bij de aanpak van opvoedingsproblemen. In de tweede lijn krijgen het kind en de ouders (na verwijzing) ambulante begeleiding van de jeugd GGZ (geestelijke gezondheidszorg) in de thuissituatie bij ernstige opvoed/ontwikkelingsproblemen.
11 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
Met deze benadering ontwikkelen we ook een toetsingskader voor een nieuwe sociale infrastructuur. Centraal staan de volgende criteria: · ·
4.3
draagt de dienst of het aanbod bij aan de versterking van de nulde lijn (faciliteren eigen kracht en zelfoplossend vermogen). draagt de dienst of het aanbod bij aan de vernieuwing van de eerste lijn (generalistisch/integraal in benadering, samenhang/samenwerking, gericht op versterking nulde en verkleining tweede lijn). Rol van de gemeente
De gemeente biedt in het sociale domein met name ondersteuning aan inwoners (eventueel ook ongevraagd) die niet op eigen kracht in staat zijn om voldoende zelfredzaam te participeren in de samenleving. Nieuwe wetten en nieuw beleid gaan uit van de eigen kracht en verantwoordelijkheid van inwoners. Om dit ook écht waar te maken is een mentaliteitsverandering (cultuuromslag)nodig bij de inwoners, hun directe omgeving en alle organisaties die tot nu toe een ondersteunende rol vervullen, in welke vorm dan ook. De gemeente neemt hierin het voortouw en stuurt en faciliteert vervolgens het ontwikkelproces. De nieuwe aanpak voor organisaties komt niet vanzelf tot stand. De opgave voor Aalsmeer is om actief te sturen op de uitvoering van deze aanpak. Nu levert een inzet op de nulde lijn geen verdienste op voor instellingen. Integendeel ze worden in de huidige systematiek beloond als ze professionele hulp aanbieden. De huidige systematiek geeft ongewenste prikkels om het eigen aanbod te verkopen. De prikkel om zelfredzaamheid te bevorderen is in het huidige systeem zwak. Bovendien is het werkveld in het sociale domein verkokerd. Dat leidt ertoe dat er veel verschillende aanbieders hun eigen diensten aanbieden, terwijl ze niet alle mogelijke oplossingen van andere aanbieders overzien. De gemeente moet vanuit verschillende rollen sturing geven aan die verandering: · · ·
Als regisseur: de gemeente heeft in het sociale domein vaak een regierol via subsidierelaties en contracten (bijvoorbeeld Welzijnswerk, GGD). Als partner: op andere terreinen is de gemeente partner van partijen, die langs andere wegen zijn gefinancierd (bijvoorbeeld woningcorporaties of werkgevers). Dan is het zaak om samen te werken en allianties te sluiten. Als uitvoerder: de gemeente is ook uitvoerder van een aantal regelingen, bijvoorbeeld in de Sociale Zekerheid en Wmo via de G2. 12
Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
Om het gewenste resultaat te bereiken, zo kort en licht mogelijk ondersteunen van bewoners, is het belangrijk dat verschillende organisaties meer met elkaar samenwerken en onderling doorverwijzen tussen nulde-, eerste- en tweedelijn. 4.4
De geografische schaal van de ontwikkeling
Het sociale domein is georganiseerd op verschillende geografische schaalniveaus. Het sociale domein heeft betrekking op het individu, zijn of haar gezin en directe omgeving. Daarnaast is het sociale domein herkenbaar op wijkniveau, op lokaal niveau en op regionaal niveau. Aalsmeer hecht aan maatwerk dat past op de lokale situatie. Binnen de samenwerking met Amstelveen zal in de uitwerking van de visie en aanpak waar mogelijk gezamenlijk worden opgetrokken. Als de regionale schaal inhoudelijke of financiële voordelen kan opleveren wordt ook gekozen voor samenwerking. Voor sommige onderdelen geldt straks een wettelijke verplichting tot regionale samenwerking, zoals jeugdbescherming en jeugdreclassering. Een regionale insteek kan op onderdelen meerwaarde hebben omdat: · veel betrokken organisaties al regionaal werken en regionaal zijn georganiseerd; · door gezamenlijke contractering en inkoop efficiencywinst en sturingskracht valt te behalen; · gemeenten meer expertise ontwikkelen door kennis te delen; · het in de uitvoering continuïteit biedt 4.5
Veranderagenda
Het is noodzakelijk om het sociale domein anders in te richten. Het zal gaan om een complexe verandering over een langere periode. Om systematisch aan de verandering te werken is een veranderagenda nodig. De gemeente wil deze uitwerken aan de hand van de werkprocessen die gelden voor de taken uit de Jeugdwet, de AWBZ en de Participatiewet die ook nu in het sociale beleid (WWB, Wmo) worden gebruikt. Zo kunnen keuzes worden uitgewerkt voor de organisatie en vormgeving van het sociale domein in de toekomst. In die werkprocessen onderscheiden we vier onderdelen: toegang, arrangementen, contracteren, monitoring en evaluatie. Toegang Bij de inrichting van toegang tot voorzieningen gaat het om de vraag op welke manier inwoners in de toekomst een beroep hierop kunnen doen. In de huidige praktijk van de Jeugdzorg en de AWBZ worden indicaties gesteld waarmee mensen vervolgens recht hebben op een voorziening. De vraag is of Aalsmeer in de toekomst voor al deze voorzieningen wil blijven indiceren en, zo ja, in welke vorm. Hierbij kunnen bijvoorbeeld ook de functies van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG), Wmo Loket en Loket Werk en Inkomen worden betrokken of de inzet van sociale wijkteams. Arrangementen De wens om nieuwe vormen van steun te bieden kan alleen worden ingevuld als uitvoerende partijen samenwerken en een nieuwe werkwijze ontwikkelen. De gemeente voert in dat proces de regie en kan daarbij ook overwegen om nieuwe aanbieders te contracteren.
13 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
Contracteren De gemeente moet ten dele anders gaan sturen. Nu bestaat de sturing in de praktijk vaak uit vaste subsidierelaties of inkooprelaties. In de nieuwe sturing van de gemeente wordt gezocht naar prikkels, die de nieuwe werkwijze bevorderen. Ook zal er worden samengewerkt met andere partijen, zoals werkgevers en zorgverzekeraars. De inzet is om professionele kracht en expertise van het maatschappelijk middenveld maximaal te benutten. Monitoring en evaluatie Tenslotte is in dit veranderingsproces monitoren en evalueren van belang. Het is de uitdaging om in de komende periode te sturen op maatschappelijke effecten en resultaten. Tegelijkertijd gaat het in het sociale domein om een groot budget en aanzienlijke financiële risico’s. Ook daarvoor is een goede monitoring noodzakelijk. Het college wil samen met de gemeenteraad en externe partners en belanghebbenden de veranderagenda op deze thema’s verder uitwerken. Hiertoe worden bijeenkomsten en werkconferenties georganiseerd. 4.6
Fasering
Uit het regeerakkoord blijkt dat de verschillende decentralisaties in een hoog tempo worden ingevoerd. · · · ·
De voorgenomen decentralisatie van de Jeugdzorg blijft gepland op 1 januari 2015. De overdracht van taken uit de AWBZ naar de Wmo zal in 2015 plaatsvinden. De bezuiniging op Hulp bij het Huishouden (HbH) start voor nieuwe cliënten in 2014, voor bestaande cliënten in 2015. De Participatiewet is van kracht per 1 januari 2014.
In 2013 bereidt Aalsmeer zich voor op de implementatie van de Participatiewet en enkele bezuinigingen. In 2013 en 2014 staan de implementatie van de nieuwe Jeugdwet en decentralisatie van de taken uit de AWBZ centraal (zie bijlage 2).
14 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
Bijlagen
1.
Feiten en cijfers decentralisaties in Aalsmeer
2.
Mijlpalenplanning bestuurlijke producten
3.
Programmaorganisatie
15 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
Bijlage 1 1.1
Feiten en cijfers decentralisaties
Nieuwe Jeugdwet
Gemeenten moeten integraal beleid ontwikkelen en maatwerk bieden voor jeugdigen met problemen en hun ouders. Dit beleid en dit maatwerk moet worden afgestemd op de lokale en de individuele situatie. De gemeente is al verantwoordelijk voor de preventieve jeugdzorg op grond van de Wmo Alle jeugdzorgtaken, dus ook de preventieve jeugdzorg op grond van de Wmo, worden in een nieuwe wet ondergebracht. Het wetsvoorstel wordt naar verwachting eind 2012 of begin 2013 voorgelegd aan de tweede kamer. Veranderingen vanaf 2015 De gemeente wordt per 2015 verantwoordelijk voor: · · · · · ·
Provinciale (geïndiceerde) jeugdzorg, waaronder pleegzorg en residentiële zorg Jeugdzorg plus (gesloten jeugdzorg) Geestelijke gezondheidszorg voor jeugdigen (jeugd-GGZ) Zorg voor jeugd met een licht verstandelijke beperking (jeugd-LVB) Jeugdbescherming Jeugdreclassering
Financiële gevolgen transitie Jeugdzorg Het overdragen van de taken gaat gepaard met een taakstelling van 15% ten opzichte van het huidige budget. Kerncijfers(Jeugdzorgmonitor Agg. Amsterdam t/m november Cliëntengroep Aalsmeer Amstelveen EdamPurmerend Volendam Aantal Jeugdigen 6.655 16.018 6.827 16.835 224
Gebruiker Bureau Jeugdzorg (geïndiceerde zorg) 617 128 921
2012) Stadsregio Amsterdam 281.624 14.937
84
329
Gebruikers Jeugd Opvoedhulp 53 389
7.626
<5
27
Aanspraken Jeugdbescherming 6 36
631
<5
<5
Jeugdreclassering 36
667
16 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
1.2
Taken uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten
Het kabinet schrapt de extramurale begeleiding uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) en breidt de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) uit met een nieuwe verantwoordelijkheid voor gemeenten. Hierdoor worden gemeenten verantwoordelijk voor een nieuwe doelgroep met matige tot zware beperkingen in het functioneren. Gemeente compenseert De decentralisatie van de extramurale begeleiding naar de Wmo betekent dat niet langer sprake is van verzekerde rechten voor burgers, maar van een compensatieplicht voor gemeenten. Uitbreiding Wmo De Wmo wordt uitgebreid met de plicht voor gemeenten om voorzieningen op het gebied van maatschappelijke ondersteuning te bieden die mensen met beperkingen in staat stellen om dagelijkse levensverrichtingen uit te voeren, het persoonlijke leven te structureren en daarover regie te voeren. Veranderingen 2013
2014
2015
2016
De uitbreiding van de Wmo is van toepassing voor nieuwe cliënten met indicatie Zorgzwaartepakketten (ZZP) 1 en 2 binnen de sector verpleging en verzorging (V&V); de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) en de verstandelijke gehandicaptenzorg (VG). De toegangscriteria voor intramurale AWBZ-zorg worden aangescherpt. Vanaf 1-1-2014 is de gemeente verantwoordelijk voor alle burgers die begeleiding nodig hebben. Hulp bij het huishouden (Hbh): voor nieuwe cliënten wordt vervangen door een maatwerkvoorziening voor personen die dit echt nodig hebben (toets op inhoud) en het zelf niet kunnen betalen (toets op inkomen). Persoonlijke verzorging: oa wassen, aankleden, in/uit bed gaan, eten/drinken, sondevoeding en begeleiding bij inname medicatie. De norm wijzigt. Het recht vervalt bij een indicatie korter dan 6 maanden (voorheen: 3 maanden) Norm gebruikelijke zorg van 60 minuten naar 90 minuten per week. ZZP 3 V&V: wordt geextramuraliseerd voor nieuwe cliënten. Dagbesteding: volgens regeerakkoord wordt de AWBZ-functie ‘dagbesteding’ geschrapt. Het is echter onduidelijk wat onder dagbesteding wordt verstaan. Feitelijk is dit geen functie in de AWBZ. Decentralisatie extramurale begeleiding en verzorging naar gemeente /Wmo. ZZP 3 VG en GGZ: geextramuraliseerd voor nieuwe cliënten indien mogelijk Hulp bij het huishouden: voor bestaande klanten wordt vervangen door een maatwerkvoorziening voor personen die dit echt nodig hebben (toets op inhoud) en het zelf niet kunnen betalen (toets op inkomen). ZZP 4 VG & VG: geextramuraliseerd voor nieuwe cliënten. ZZP 1 t/m 4: herindicaties geextramuraliseerd.
17 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
Financiële gevolgen AWBZ à Wmo Algemeen Decentralisatie AWBZ naar Wmo gaat gepaard met een bezuiniging van 25% ten opzichte van het huidige budget. Decentralisatie AWBZ naar Wmo gaat gepaard met een doelmatigheidskorting van 5% ten opzichte van het huidige budget. Financiering compensatieplicht Voor alle gemeente is € 750 miljoen beschikbaar. Deze regeling is bedoeld voor chronisch zieken en gehandicapten die in de knel komen door meerkosten. Nieuwe gemeentelijke voorziening komt in de plaats van Tegemoetkoming Chronisch Zieken en Gehandicapten (WTCG) en andere financiële compensatiemaatregelen. Financiering begeleiding, vervoer en uitvoeringskosten Gemeente krijgt het huidige budget binnen de AWBZ minus een korting van gemiddeld 5% (afhankelijk van het objectief verdeelmodel) Financiering HbH Korting op het budget vanaf 2014. Oplopend tot 75% in 2015. Er komt voor alle gemeenten samen 100 miljoen beschikbaar om huishoudelijke dienstverlening mogelijk te maken; Financiering hulpmiddelen Taakstellende bezuiniging van € 50 miljoen voor verstrekking van hulpmiddelen onder de vlag van het stimuleren herverstrekking. Kerncijfers Aalsmeer 204 17-25
Aalsmeer 126 115 20
Cliëntengroep Heemstede Hilversum Landelijk (26.000 inw.) (83.000 inw.) Aantal cliënten die gebruik maken van begeleiding 684 230 950 211.085 Instroom in 2013 (marge van 20%) 77-115 Amstelveen
Indicaties Amstelveen Heemstede Hilversum Landelijk Aantal indicaties individuele begeleiding 471 145 675 152.925 Aantal indicaties groepsbegeleiding (met/zonder vervoer) 343 135 465 100.870 Kortdurend verblijf 62 25 75 14.990
18 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
Aalsmeer 204 115 105 13 92
1.3
Vervoer gekoppeld aan dagbesteding Amstelveen Heemstede Hilversum Totaal aantal klanten en instroom per 1/1/2013 685
Landelijk
Begeleiding groep 343 110 335 78.590 Aantal klanten die gebruik maken van vervoer bij begeleiding groep 263 Vervoer en Persoonsgebonden budget 48 Vervoer en Zorg in Natura 215
Nieuwe Participatiewet
Veranderingen · · · · · · · · · ·
Participatiewet van kracht per 1 januari 2014. Één regime voor de onderkant van de arbeidsmarkt. Gemeenten worden verantwoordelijk voor iedereen met een arbeidsvermogen die voorheen een beroep zouden doen op de Wet Wajong, de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) of de Wet werk en bijstand (WWB/WIJ). Gemeenten krijgen vrijheid om binnen wettelijke kaders beschut werken een voorziening te organiseren. Invoering van de huishouduitkeringstoets. Strafmaatregelen verscherpt bij onvoldoende medewerking. Het totale budget voor re-integratie (w-deel) daalt van € 683 miljoen naar € 490 miljoen. Quotumregeling arbeidsgehandicapten per 2015. Einde instroom Wsw per 2014. Landelijk is er plaats voor 30.000 beschutte werkplekken.
Kerncijfers cliëntengroep Aalsmeer
Amstelveen
Heemstede
140
840
220
44
123
92
Gouda (71.000 inw
Landelijk
1548
325.000
161
105.000
Aantal WWB Aantal WSW
19 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
Bijlage 2
Mijlpalenplanning en bestuurlijke producten
Inleiding Het onderstaande overzicht bevat de (verwachte) landelijke planning van de maatregelen vanwege de decentralisatie van taken in het sociale domein en de planning van de Aalsmeerse veranderagenda. De mijlpalenplanning met bestuurlijke producten voor Amstelveen en Aalsmeer is hierop afgestemd. De exacte route van voorstellen (via stuurgroep, college, commissies, adviesraden e.d.) wordt binnen het programma in een detailplanning uitgewerkt. Landelijke planning 2014 -
-
Landelijke planning decentralisaties 2015 Particpatiewet van kracht Decentralisatie extramurale Schrappen van de dagbesteding uit begeleiding de AWBZ Decentralisatie Persoonlijke Toegang tot de Wajong beperkt Verzorging (volledig en duurzaam) Verplicht hergebruik hulpmiddelen HbH beperken voor nieuwe clienten Hulp bij het huishouden beperkt Verhogen norm voor Persoonlijke Quotumregeling Verzorging arbeidsgehandicapten bij bedrijven groter dan 25 medewerkers Einde instroom Wsw - Overdracht verantwoordelijkheden Jeugdzorg van Rijk, provincie, zorgverzekeringswet en AWBZ naar gemeenten.
Mijlpalenplanning Amstelveen en Aalsmeer Globale mijlpalenplanning met bijbehorende bestuurlijke producten na inventarisatie door het kernteam programma 3D gemeenteraad R
college C
Veranderagenda
Startnotitie arrangementen (=wat vraag à doelgroepen, bestaand en nieuw aanbod) toegang, inkoop/contracteren (=hoe vraag) 3D Kadernotitie veranderagenda Uitwerking in inrichtingsplannen
2013 1e 2e C/R
3
e
4
e
2014 1e 2e
3e
4e
R C
20 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
Participatiewet Bestuurlijke producten Participatieverordening vastgesteld Beleidsnotitie hoe om te gaan met nieuwe doelgroepen in de participatiewet (Wajong en WsW). Uitwerken beschut werken en quotumregeling. Beleidsnotitie hoe verder met de GR AM-groep (in overleg met de regio)
2013 1e 2e
3
e
e
4 R R
2014 1e 2e
3e
4e
R
Overgang van taken van de AWBZ naar de Wmo, wijzigingen in de AWBZ en Wmo 2013 2014 Bestuurlijke producten 1e 2e 3e 4e 1e 2e 3e Beleidsnotitie over beperken gebruik Hulp bij R het Huishouden (HbH) in 2014 (nieuwe klanten) en koers voor 2015 Beleidsnotitie over de toekomst van de R dagbesteding i.v.m. vervallen van dagbesteding in de AWBZ per 2014 Beleidsnotitie decentralisatie begeleiding, R persoonlijke verzorging (PV), en consequenties scheiden wonen en zorg Aangepaste verordeningen ten gevolge van R wijzigingen bij HbH en begeleiding Beleidsnotitie verder beperken gebruik HbH in R 2015 (bestaande klanten) Aangepaste verordeningen ten gevolge van wijzigingen bij HbH, begeleiding en PV
4e
R
Nieuwe jeugdwet Bestuurlijke producten Regionale samenwerking: Vaststellen samenwerking met welke gemeenten/regio en op welke gebieden wordt samengewerkt. Keuzemoment vervroegde uitvoering ambulant opdrachtgeverschap scenario 3 of 4 (overheveling van SRA naar gemeente) Beleidskader jeugdzorg: visie, te bereiken resultaten op hoofdlijnen Inrichtingsplan jeugdzorg: uitwerking van acties die voortvloeien uit het beleidskader (afhankelijk van de voortgang van het wetgevingstraject, worden verordeningen en beleidsregels separaat aangeboden) Verordening jeugd vastgesteld
2013 1e 2e
3
e
4
e
2014 1e 2e
3e
4e
R C R C
R
21 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
3D/hervorming sociale domein Bestuurlijke producten Informatiebijeenkomst aanpak hervorming sociale domein Informatiebijeenkomst veranderagenda Informatiebijeenkomst kader 3 decentralisaties Informatiebijeenkomst Informatiebijeenkomst Informatiebijeenkomst
2013 1e 2e R
3e
4e
2014 1e 2e
3e
4e
R R R R R
Bovenstaande planning is op onderdelen afhankelijk van de voortgang in het wetgevingsproces. Indien nodig wordt de planning hier op aangepast.
22 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer
Bijlage 3 Programmaorganisatie De transformatie raakt verschillende (deel)projecten en verschillende afdelingen van de ambtelijke organisatie (Amstelven/Aalsmeer), terwijl er op dit traject een samenhangende aanpak nodig is. Wij stellen voor om voor deze majeure ontwikkeling de huidige projectorganisatie om te vormen naar een programmaorganisatie. Een programma is een uniek, tijdelijk samenhangend geheel van doelen, inspanningen en middelen -lijnactiviteiten en projecten-, waarmee een maatschappelijk doel wordt nagestreefd. In een programma ligt niet alles op voorhand vast. Er is een visie, een doel en een richting. Vervolgens gaat het om het in gang zetten en houden van het een veranderproces, waarbij alle veranderingen steeds worden gestroomlijnd binnen de afgesproken kaders en gericht op de te behalen doelen. Deze werkvorm sluit aan bij de noodzakelijke inzet die voor de transities en de transformatie nodig is. De programmaorganisatie is als volgt ingericht. De projectdirecteur is benoemd als ambtelijk opdrachtgever. De programmamanager fungeert als ambtelijk opdrachtnemer. Omdat de impact op de gemeentelijke afdelingen groot is, zijn de afdelingen vertegenwoordigd door de afdelingshoofden in de ambtelijke stuurgroep. De thema’s van de veranderagenda zijn als ‘dwarsverbanden’ over de transities georganiseerd, waardoor een matrixmodel ontstaat.
Portefeuillehouderoverleg
Programmamanager
Jeugdzorg
AWBZ
Ambtelijke Stuurgroep
Projectdirecteur
Participatiewet Toegang Arrangementen Contracteren Monitoren
23 Ingrijpende hervorming van het sociale domein in Aalsmeer