HERSENSPINSELS Tijdschrift Psychologie Nijmegen Juni 2014
Hoe is het om als eerste bij het nieuws te zijn? Lees het interview met Jaimy Buunk!
‘But first let me take a selfie..’ Trending topic bij de HersenSPiNsels: SELFIES
Deze editie op de sofa: ROOS VONK!
Zou jij nog zonder Facebook of Whatsapp kunnen? HersenSPiNsels ging de uitdaging aan!
NOVEMBER 2012
1
6 26 33
Facebook, Twitter, NU.nl, Instagram, WhatsApp. Wat een overload aan informatie! Hoe gaat het brein hiermee om? Lees het op pagina 6!
Je hebt hem zelf vast ook al gemaakt, de selfie. HersenSPiNsels ging op onderzoek uit naar deze nieuwe trend. Lees het snel!
Hoe is het om als eerste ter plekke van ‘het nieuws’ te zijn? Lees het interview met Jaimy Buunk en kom erachter!
INHOUDSOPGAVE A PRIORI p. 3 SPIN-PAGINA p. 4 COLUMN p. 5 BREIN p. 6 OP DE SOFA p. 10 GEDRAG p. 14 ELLIS p. 17
BREIN
2
HERSENSPINSELS
PERSOON
HOTSPOT PERSOON REPORTAGE TRENDING TOPIC INTERVIEW HERSENSPINSELS GEDICHT
GEDRAG
INTERVIEWS
p. 18 p. 20 p. 24 p. 27 p. 30 p. 34 p. 35
COLUMNS
ROOS ALINK
Tegenwoordig lijden veel mensen aan FOMO: Fear of missing out. Omdat iedereen constant aan de wereld laat weten waar hij of zij op dat moment mee bezig is, voelen we ons verplicht om dat ook allemaal bij te houden, want je zal maar iets missen…
dat je niet kon zien of diegene je bericht al had gelezen. Tegenwoordig laat WhatsApp zien wanneer iemand voor het laatst online was, en kun je dus zien of je genegeerd wordt of dat diegene gewoon al drie dagen niet online was. Heel frustrerend als je het mij vraagt.
Er zijn al vele bloggers die hun halve leven vastleggen op film en dit vervolgens uploaden op Youtube. We kijken gezellig mee hoe iedereen boodschappen doet of zijn teennagels knipt. Jongens, even serieus, we hoeven echt niet alles van iedereen te weten. Toch?!
Ikzelf ging daarom de uitdaging aan en ging vijf dagen door het leven zonder internet op mijn telefoon. Hierover lees je in de reportage. Ook werd onderzocht hoe de hersenen al die informatie verwerken die we binnenkrijgen via Whatsapp, Facebook en andere (social) media. Blader snel door voor deze en veel meer andere leuke dingen over social media en nieuws! Liefs, Roos
Ik weet nog maar al te goed dat er geen WhatsApp bestond. Urenlang MSN’en en sms’en hoorden er uiteraard wel bij. Maar het spannende was
A PRIORI
A PRIORI
COLOFON HERSENSPINSELS: Jaargang 6, nr. 4, juni 2014. Dit tijdschrift is onderdeel van Studievereniging Psychologie in Nijmegen (SPiN) en verschijnt vijf keer per jaar. Hoofdredactie: Roos Alink Redactie: Lieke van den Boom, Yvette Kruse, Inge van Dam, Leroy Koch, Tanneke Meijers, Mark ten Wolde, Quinten van Kastel en Jody Geerts
Voorpagina: Jody Geerts Achterpagina: Quinten van Kastel Lay-out: Jody Geerts, Quinten van Kastel Redactieadres: SPiN t.a.v. Hersenspinsels, Montessorilaan 3, A.00.05, 6525 HR, Nijmegen Telefoon: 024 - 3612588 E-mail:
[email protected]
JUNI 2014
3
Het studiejaar loopt alweer op zijn einde. Onze opvolgers zijn inmiddels bekend en staan te trappelen om in oktober het stokje definitief van ons over te nemen. Ik ben ontzettend trots op deze geweldige groep mensen die SPiN volgend jaar vol enthousiasme gaat besturen. Een beetje dubbel is het wel, want ik ga SPiN, jullie en mijn zes lieve bestuursgenootjes natuurlijk ontzettend missen! Een mooi moment om terug te blikken op dit onvergetelijke SPiN-jaar. Watskeburt?! Het afgelopen jaar was het jaar dat ik een cola-light verslaving ontwikkelde en de Pokémon theme song leerde meezingen, maar het was vooral ook het jaar dat ik samen met jullie ontzettend veel mooie SPiN-momenten heb mogen beleven. Ik ben het enthousiasme en de vriendelijkheid van jullie als SPiN-leden enorm gaan waarderen. Ik heb genoten van alle interessante lezingen, drukbezochte feestjes, onvergetelijke reizen en de vele andere gezellige activiteiten. Ik hoop dat jullie net als ik kunnen terugkijken op een geslaagd jaar! Nu nog even doorbijten en na de tentamens genieten van jullie welverdiende vakantie. Ik hoop jullie volgend jaar allemaal goed uitgerust en een paar tinten bruiner weer terug te zien. Bij SPiN zorgen we in ieder geval dat we weer voor jullie klaarstaan met een hoop leuke activiteiten, goedkope studieboeken, kortingsacties, koffie en thee op de SPiN-kamer en nog veel meer! Succes met jullie laatste tentamens en hopelijk tot volgend studiejaar! Liefs, Fenna
4
HERSENSPINSELS
S P I N PA G I N A
Lieve SPiN-ners,
LEROY KOCH
De telefoon is in de afgelopen decennia
An sich maakt het me niet uit dat mensen
geëvolueerd van een apparaatje dat hand-
steeds meer met telefoons en internet be-
zaam was voor mensen die veel onderweg
zig zijn. Het kan ook heel handig en effici-
waren, naar een noodzakelijk accessoire
ënt zijn. Wat me echter wel stoort, is dat
voor mensen van alle leeftijden. Tegen-
men tegenwoordig in gezelschap niet meer
woordig loopt iedereen vrijwel continu
in staat is om de telefoon even weg te leg-
rond met een smartphone tegen zijn of
gen en gewoon op een normale manier
haar neus gedrukt, druk bezig om vooral
te communiceren met de mensen waar-
‘sociaal’ te blijven. Niets mis mee natuur-
mee je op dat moment bent. Buiten het
lijk, zelf heb ik de telefoon ook meerdere
feit dat het gewoon hartstikke ongezellig
uren per dag voor mijn neus, maar daar
is wanneer je constant naar je schermpje
draait het in deze column niet om.
zit te staren, vernietig je ook de kwaliteit
COLUMN
Yolofoons
van de conversatie doordat je constant je Ik wil het nu hebben over die definitie
aandacht moet switchen tussen je omge-
van sociaal zijn, zoals die gezien wordt
ving en je mobiel. Beeld je maar eens in
door de huidige smartphone generatie.
hoe vervelend je het zou vinden als je je
Tegenwoordig ben je blijkbaar pas soci-
verhaal tegen iemand vertelt en hij of zij er
aal als je 500 Facebookvrienden en Twit-
niet met volledige aandacht bij is.
terfollowers hebt, en wanneer je de hele dag lekker kunt whatsappen met mensen
De message van deze column is dan ook:
die je waarschijnlijk niet eens langer dan
Leg die mobiel weg en houd weer eens
twee minuten spreekt wanneer je ze in het
echte, leuke en gezellige gesprekken zon-
echte leven tegenkomt. Dit geldt natuur-
der dat je steeds die telefoon tussen jou en
lijk niet voor iedereen, maar je ziet toch
je gesprekspartner(s) in hebt! Er gaat een
steeds vaker dat mensen je als het ware
wereld voor je open, geloof me maar… ;)
gaan keuren aan de hand van je online activiteit.
NO-
5
BREIN
Media in het brein Jaloersmakende vakantiefoto’s, irritante
ten. Als we ’s morgens wakker worden, kijken
foto’s van eten, opmerkingen over dingen die
we meteen of we WhatsApp-berichten, Face-
je nou echt niet hoeft te weten, ouders die je
bookberichten of - van de holbewoners on-
nu ook op de computer lastigvallen en foto’s
der ons - smsjes of gewone belletjes hebben
die je liever in een speciaal vergeten hoekje
gekregen. We kijken even op NU.nl voor het
op je computer wilt zetten in plaats van out
laatste nieuws en op Twitter voor de nieuwste
in the open; Facebook is zó leuk! Ondanks de
roddels. Zelfs de meest conservatieve holbe-
nadelen (zoals die deuk in je sociale – en niet
woners kunnen niet ontsnappen met elk uur –
te vergeten, professionele – status) blijven we
en soms zelfs elk half uur – een nieuwsbericht
Facebook, of vergelijkbare sociale media zoals
op de radio.
Twitter of Instagram, gebruiken. Het gaat zelfs
6
een stapje verder, de meesten van ons kunnen
De meeste mensen vinden dit geen probleem,
niet meer zonder, of vertonen op z’n minst
we houden ervan om op de hoogte te zijn. Een
ontwenningsverschijnselen als ze zonder moe-
evolutionaire basis hiervoor is snel bedacht,
HERSENSPINSELS
JODY GEERTS Nederlands; inhoudsinformatie. In de krant
ging natuurlijk ook zo snel mogelijk gehoord
kijk je bijvoorbeeld eerst naar foto’s en titels
worden. Nu, met de voetjes op de bank naar
en beslis je aan de hand daarvan of je ver-
de televisie kijkend naar wrede verhalen over
der wilt lezen. In principe is deze beslissing
oorlogen in verre landen zoals Syrië en Af-
gebaseerd op de interactie tussen de spe-
ghanistan, is dat persoonlijke gevaar vrij ver
cifieke inhoudsinformatie en de stemming
te zoeken (tenzij je een vakantie naar één van
van de lezer op dat moment (Adachi, Mori-
die landen aan het plannen was) en gebrui-
kawa & Nittono, 2012). Stap 2, hoe maakt het
ken wij het nieuws alleen nog als informatie-
brein vervolgens deze beslissing? Het richten
bron en houdt het ons in contact met de rest
van aandacht werd vooral onderzocht met
van de wereld.
‘event related brain potentials’ (ERPs), wat
BREIN
want toen moest nieuws over gevaar of drei-
vastgelegd kan worden met behulp van een Nu is dit een brein-stuk en zie ik je denken: ‘Ja
EEG. Meneer Hillyard was de eerste die hier
oké, hoe wordt dit gekoppeld aan het brein?’ Nou, over die holbewoners gesproken; toen onze ouders jong waren (niet zo héél lang geleden), waren er nog amper computers, had niemand gehoord van internet en waren mobieltjes – als ze al bestonden – een overbodige luxe. Een heel verschil met nu. Ik denk niet dat ons brein zo heel veel anders is dan de breinen van onze ouders (hoewel je af en toe anders zou kunnen denken). In ieder geval zou je de vraag kunnen stellen hoe ons brein omgaat met zo’n overload aan informatie. Hoe selecteren we het belangrijkste nieuws (laten we zeggen, 9/11) van het minder be-
onderzoek naar deed. Hij liet proefpersonen
langrijkste nieuws (zoals ‘Barbie van Oh Oh
dichotisch luisteren door twee verschillende
Cherso krijgt nog een kindje’, HIEPHOI). Wat
stimuli aan het linker- en rechteroor aan te
is de invloed van media op ons? Wordt ons
bieden en liet ze hun aandacht richten op
brein overbelast door al die binnenkomende
één van de oren. Hij ontdekte de ‘auditory
informatie of valt het allemaal wel mee?
N1 potential’, een golf in het EEG patroon die een grotere amplitude had als er aandacht
Een methode om belangrijk of interessant
op stimuli werd gericht. Later werd ook het
nieuws van minder interessant nieuws te on-
‘P20-50 effect’ gevonden, deze golven waren
derscheiden is het gebruik maken van ‘con-
zichtbaar tussen 20 en 50 ms na stimulus on-
tent information’ of in het oude vertrouwde
set en waren ook verschillend als een functie
JUNI 2014
7
BREIN
van selectieve auditieve aandacht. Nu is
ren wanneer ze geweld zien (geciteerd in
het kiezen voor het lezen van een bepaald
Engelhardt, Bartholow, Kerr & Bushman,
stuk in de krant net zo’n aandachtsbeslis-
2011). Desensitisatie is door verschillende
sing. Zou er dan ook een ERP zichtbaar zijn?
onderzoekers gelinkt aan agressief gedrag
Uit onderzoek blijkt dat dit inderdaad het
doordat het agressieve inhibities, empathie
geval is, in vergelijking met niet-gekozen
voor pijn van anderen en typische aversies
nieuwsberichten, veroorzaakten gekozen
ten opzichte van geweld vermindert, wat de
stimuli een grotere negatieve golf (Adachi,
kans op het vertonen van agressief gedrag
Morikawa & Nittono, 2012). Dus ook het
verhoogt (Engelhardt, et al., 2011). Onder-
selecteren van bepaalde nieuwsberichten
zoek heeft deze theorie gekoppeld aan het
is terug te zien in het brein.
brein. Tijdens het spelen van gewelddadige of niet-gewelddadige spellen, werden ERP’s
Wat heeft media voor invloed op ons? Je
gemeten en het bleek dat er een vermin-
hebt vast wel eens gehoord van de slechte
dering van de P3 component van een ERP
invloed van media, en vooral videogames,
te zien was bij het spelen van gewelddadige
die kinderen agressiever maken, zorgen
spellen, wat wijst op fysiologische desensi-
voor een verhoogde kans op verslaving en
tisatie. Deze breinreactie medieerde het ef-
zelfs depressiviteit kunnen veroorzaken.
fect van de inhoud van de video games op
Een belangrijke theorie bij dit fenomeen
volgend agressief gedrag (Engelhardt et al.,
is de ‘desensitization theory’, die stelt dat
2011).
herhaaldelijke blootstelling aan geweld
8
resulteert in habituatie van de aanvanke-
Video spelletjes hebben overigens niet al-
lijke negatieve cognitieve, emotionele en
leen maar slechte gevolgen. Schietspelle-
fysiologische reacties die mensen erva-
tjes in het bijzonder verbeteren cognitieve
HERSENSPINSELS
krachtigheid en kanker gerelateerde kennis waren significant groter in vergelijking met een controlegroep. Ook in ons vakgebied
BREIN
volgen, naleving van de behandeling, daad-
wordt er gebruik gemaakt van media – of eigenlijk films – bij psychotherapie. De term ‘cinematherapie’ is voor het eerst gebruikt door Berg-Cross, Jennings en Baruch (1990), die het definieerden als een therapeutische techniek waarbij een selectie van films wordt gemaakt die een direct therapeutisch effect hebben of gebruikt kunnen skills; vergeleken met een controleconditie lieten proefpersonen in het schietspel snellere en meer accurate aandachtsverdeling, hogere spatiele visuele verwerking en verbeterde mentale rotatie vermogens zien (Green & Bavelier, zoals geciteerd in Granic, Lobel & Engels, 2014). Games zorgen ook voor het ontwikkelen van een persistente, positieve motivatiestijl, wat op de lange termijn kan zorgen voor blijvend educatief succes (Ventura et al, zoals geciteerd in Granic, Lobel & Engels, 2014). Verder blijkt ook dat er een verschil is tussen het spelen van videogames op een coöperatieve of een competitieve manier; coöperatief spelen verhoogt juist volgend prosociaal en behulpzaam gedrag buiten de game context. Artsen gebruiken zelfs videospelletjes om mensen te genezen. Een voorbeeld hiervan is het spel ‘Re-mission’, een spel gecreëerd voor kinderen met kanker. In het spel wordt er geschoten op kankercellen, moeten bacteriële infecties voorkomen worden etc., waarbij het doel was om de kinderen te leren hoe de kankerbehandeling werkte.
worden als een stimulus voor discussie en onderzoek in toekomstige therapiesessies (Wedding & Niemiec, 2003). Wordt ons brein overbelast?
On-
derzoek hiernaar neigt
naar
negatieve,
het maar
persoonlijk denk ik dat je het misschien
net
zo
moet zien als de videogames. Het heeft misschien negatieve kanten maar we hebben in ieder geval altijd nog een keus of we wel of niet nog een game spelen. En als we dat wel doen, kan het brein dus prima een selectie maken. Zolang je geen hoofdpijn krijgt terwijl je naar het nieuws kijkt, denk ik dat het allemaal wel mee zal vallen. En als het je dan toch allemaal te veel wordt (of die hoofdpijn toch op komt spelen), lees dan eens onze reportage en probeer het zelf uit. Of ga simpelweg eens naar buiten, af en toe is het best mooi weer!
Het gebruik van dit spel had positieve ge-
JUNI 2014
9
O P D E S O FA
Op de sofa met ... Roos Vonk Roos Vonk is hoogleraar Sociale Psychologie aan de Radboud Universiteit sinds 1999. Sinds 2004 is zij hiernaast parttime buiten de universiteit gaan werken, om als freelancer trainingen en lezingen te geven. Hiernaast schrijft zij ook columns en artikelen, onder andere voor Psychologie Magazine.
Hoe bent u als student bij Psychologie terecht gekomen? Ik wilde op de middelbare school al Psychologie doen, maar daar had je wiskunde voor nodig en dat had ik niet. Toen ben ik maar Pedagogiek gaan doen, maar na drie jaar kwam ik erachter dat het toch niets voor mij was. Toen ben ik via Pedagogiek bij Psychologie ingestroomd, in Leiden. Later heb ik voor de afstudeerrichting Sociale Psychologie gekozen en vanaf dat moment was het voor mij erg duidelijk dat dit was wat ik wilde, waar mijn passie lag en waarvan ik alles tot op de bodem wilde uitzoeken. Hierna heb ik ook niets meer aan Pedagogiek gedaan, hoewel ik alleen mijn stage nog moest doen om af te studeren. Hoewel ik daar veel over 10
HERSENSPINSELS
wetenschapstheorie heb geleerd en veel gesprekstraining heb gehad, heb ik er verder weinig aan overgehouden waar ik nu nog gebruik van maak. Wat trok u aan in de sociale psychologie? Eigenlijk hetzelfde wat mij nog steeds boeit, namelijk hoe mensen zichzelf voor de gek houden. Hoe ze reageren als je ze confronteert met het feit dat het niet klopt wat ze denken en de trucjes die mensen dan hebben om dat recht te draaien. Het thema zelfbedrog, dat boeide mij toen al. En hoe mensen hun overtuigingen vasthouden, ten koste van een reëel beeld van de werkelijkheid en van zichzelf.
YVETTE KRUSE
U bent daarna parttime buiten de universiteit gaan werken als freelancer. Hoe bent u erop gekomen om de stap naar de praktijk te maken? Dat had meerdere redenen. Ik was inmiddels hoogleraar en dat is de hoogste positie in de academische rang, althans als je geen bestuurder wilt worden. Ik hoefde dus niet meer te ‘scoren’ om hogerop te komen, in de zin van wetenschappelijke publicaties. Dit gaf mij de mogelijkheid om nog eens goed na te denken over waar het mij nou echt om te doen was. Daarnaast was het ook een soort midlifecrisis. Ik was toen net 40 en ging mijzelf vragen stellen of ik dit de rest van mijn leven wilde blijven doen. Ik deed altijd uitsluitend fundamen-
teel onderzoek, dat vond ik het meest interessant. Maar naarmate je ouder wordt, raak je ook meer geïnteresseerd in wat er in de wereld gebeurt. Ik ging meer de actualiteit volgen en dan leg je al snel de verbinding met je eigen vak. Ook was ik niet tevreden over hoe we onderzoek deden, in het lab met studenten in een hokje achter een computer. Ik wilde mensen meer kunnen volgen in het ‘echte’ leven. Toen ben ik onderzoek gaan doen via internet, dat was toen nog nieuw. Zo raakte ik bekend bij een breder publiek. Mensen namen contact met mij op of ik workshops kon geven. Toen ging ik een beetje doen wat er op mijn pad kwam. Het was erg leuk om te zien dat mensen behoefte hadden aan mijn kennis. Ik ging mensen coachen of bedrijven adviseren. Later ben ik mij meer gaan richten op lezingen en schrijven. Ik moest ook rekening houden met dat ik genoeg verdiende, omdat ik steeds minder bij de universiteit ging werken en steeds meer als freelancer. Maar ik vond het wel heel leuk, vooral omdat je met lezingen veel mensen kunt bereiken, en voor de verandering een volwassen publiek. Dat is heel anders dan met JUNI 2014
O P D E S O FA
Hoe bent u terecht gekomen bij de Radboud Universiteit? Ik heb in Leiden gestudeerd en daar ben ik gepromoveerd. In Nijmegen kon ik toen een baan krijgen als postdoc onderzoeker voor twee jaar. Daarna kreeg ik een vaste baan aangeboden als universiteitsdocent in Leiden, dus ben ik weer teruggegaan. Dit heb ik acht jaar gedaan, en daarna ben ik weer in Nijmegen terecht gekomen als hoofddocent. Daarna ben ik hier hoogleraar geworden. Al die tijd werkte ik fulltime aan de universiteit.
11
O P D E S O FA
studenten, omdat die mensen veel actiever en aanweziger zijn. Je hebt veel meer interactie.
Wat voor verschil merkt u daarin met studenten? Studenten zijn daarin onzekerder, denk ik. Vergeleken met volwassenen durven ze minder spontaan te reageren. Het publiek bij mijn lezingen bestaat meestal uit goed opgeleide mensen met een hele carrière. Zij hebben meer zelfvertrouwen en zijn heel erg intrinsiek gedreven. Zij volgen de lezingen in hun vrije tijd en willen vooral dingen bijleren. Studenten zijn nog bezig met de tentamenstof, zij moeten die punten nog halen. Je hoopt
natuurlijk mensen ook inhoudelijk aan te spreken, maar de samenleving maakt het voor studenten steeds moeilijker om intrinsiek bevlogen te blijven. Er is tegenwoordig namelijk veel meer onzekerheid over het banenaanbod. Mensen zijn daardoor meer bezig met wat er op hun CV komt en wat succes kan opleveren. Het zelfbeeld is een van uw specialismen. Heeft u het idee dat het internet of sociale media invloed heeft gehad op hoe mensen zichzelf presenteren? Het thema zelfpresentatie bestond al voordat sociale media er waren. Als mensen gewoon een interactie hebben, dan ben je ook bezig met hoe je overkomt en wat je moet zeggen en doen om te zorgen dat het gewenste beeld ontstaat. Die twee dingen, indrukvorming en zelfpresentatie, komen in elke interactie voor. Daar gaat mijn eerste boek over, ‘De eerste indruk’. Op het internet gebeurt precies hetzelfde. Wat wel anders is, en wat ik zorgwekkend vind, is dat het op internet oppervlakkiger is. Doordat je iemand niet face-to-face ziet let je meer op de buitenkant: mensen posten bijvoorbeeld alleen hun successen en vergelijken zich met
12
HERSENSPINSELS
Herkent u deze sociale mechanismen ook in uw werk? Jazeker. Vooral met coaching merk je snel wanneer iemand negatieve feedback krijgt, dat dit het zelfbeeld aantast. Het leuke van mijn werk is dat je, door de wetenschappelijke basis, het gedrag van mensen beter begrijpt. Een beetje levenservaring helpt daarbij ook, maar door die wetenschappelijke basis heb je toch een scherpe, analytische manier van denken. Dat leer je als student. Omgekeerd werkt het ook, omdat je vanuit de praktijk ook veel leert. Als je met iemand in gesprek bent, krijg je ook intuïties over hoe iets werkt. Ik denk dat de wetenschap en het werk in de praktijk elkaar heel goed aanvullen. Net als bij studenten bestaat ook voor wetenschappers het gevaar dat je teveel bezig bent met punten scoren. Je wordt bijvoorbeeld
beoordeeld op je aantal publicaties, ook weer zo’n oppervlakkig buitenkant-gegeven. Ooit leefden we in veel kleinere groepen en wist je van iedereen waar die mee bezig was en hoe het ging. Dat kan niet meer, de schaal is te groot geworden. Maar je moet het zo zien: datgene wat je beloont, dat versterk je. Het is dus belangrijk om mensen te beoordelen op datgene wat ook op de langere termijn ertoe doet, in plaats van alleen naar de buitenkant te kijken en puntjes te tellen.
O P D E S O FA
andermans successen. Ik zou studenten vooral adviseren dit te relativeren, en de live contacten niet te laten lopen. Als je iemand live beter leert kennen, praat je ook met elkaar over je twijfels, onzekerheden en tegenvallers. Op Facebook moet je dat niet te vaak doen, dat komt niet goed over.
Wat zou u een psychologiestudent adviseren die hiermee zit? De verleiding is heel groot om dingen te doen waar je mee scoort. Maar je moet altijd je innerlijke toetssteen hooghouden. Dat is, “Ben ik iets aan het doen wat me van binnen raakt en word ik op deze manier de persoon die ik wil worden in het leven.” Dat moet je hooghouden, want alles waar je je energie op richt, dat maak je sterker. Als je geregeld naar binnen kijkt, raak je je eigen stem niet kwijt. Die heb je namelijk hard nodig als tegengas voor wat er in de wereld allemaal gebeurt.
JUNI 2014
13
GEDRAG
“Social” Media? Social media worden steeds populairder en veelvuldiger gebruikt; ruim een kwart van de wereldbevolking maakt er regelmatig gebruik van (Emarketer, 2013). In de meeste gevallen worden ze natuurlijk gebruikt om contact met je hele netwerk te vergemakkelijken, maar je kunt er ook reclame mee maken, spelletjes spelen of om aandacht vragen. Naast het betwisten van de term “social” media (want is het dat wel?), is er de vraag wat mensen aanzet tot het veelvuldig gebruiken van social media en wat het verder met je doet. Hierover hoopte ik dan ook iets meer te ontdekken. Laat ik het om te beginnen hebben over de vraag of social media wel echt sociaal zijn. Het is natuurlijk zo dat je een groot (online) netwerk opbouwt via sites als Facebook, Twitter en LinkedIn, maar buiten het feit dat een hele hoop mensen klakkeloos “vrienden” toevoegt die ze helemaal niet kennen, kun je chatgesprekken en overige interacties via de social media natuurlijk niet vergelijken met een persoon-
14
HERSENSPINSELS
lijk gesprek. Een face-to-face gesprek heeft meer diepgang, bevat meer emotie en is een stuk persoonlijker dan het versturen van tekstberichtjes en emoticons naar een persoon die kilometers verderop zit (Poh, n.d.). Natuurlijk hebben social media ook hun voordelen, je kunt immers meer en vaker contact hebben met mensen die niet per se in de buurt zijn, maar je online leven moet je offline leven niet vervangen.
LEROY KOCH gitale wereld en de verhoogde prevalentie van Attention Deficit Disorder (ADD). Met andere woorden; gevolgen van een
voorbeeld wanneer je vast geroest bent aan je telefoon, laptop of tablet of door het gebrek aan socialisatie dat kan ontstaan wanneer je er te veel gebruik van maakt. Volgens Cabral (2011) is generatie Y, onze generatie dus, onbewust verslaafd geraakt aan social media. Dit heeft onder andere het gevolg dat we een constante sociale druk voelen om erbij te horen door een continue connectie met technologie te houden. Deze technologische connecties creëren volledig nieuwe peer-relaties in vergelijking met die van de generaties hiervoor! In het literatuur review dat Cabral heeft verricht, bespreekt ze een aantal gevolgen van internetverslaving. Deze zal ik wat verder toelichten.
digitaal bestaan zijn aandachtsgebrek, depressie en compulsief multitasken. Verder blijkt dat constante blootstelling aan technologie en media nieuwe paden in het brein versterken, die ervoor zorgen dat we met deze constante informatiestroom om kunnen gaan. Je leert dus als het ware om steeds efficiënter te kunnen switchen tussen informatie! Dit heeft echter weer als gevolg dat we ook steeds ongeduldiger worden...
Uit de literatuur die Cabral aanhaalde blijkt dat de relatief makkelijke manier waarop je connecties legt via het internet een groot gedeelte van de sociale druk weghaalt bij adolescenten en studenten (Subrahmanya & Greenfield, 2008). Dit komt voornamelijk door de afstand en anonimiteit die je creëert door op het internet te zijn. Feitelijk zijn al je gebreken op dat moment onzichtbaar voor de persoon waarmee je praat. Ook haalt ze aan dat in veel literatuur verbanden worden gelegd tussen de groei van de di-
GEDRAG
Dat gezegd hebbende, zal ik nu verdergaan met de effecten die social media op jou en je gedrag kunnen hebben. Bij-
Lasala, Galigao en Boquecosa (2013) bespreken in hun artikel hun eigen theorie over de psychologische impact van social media. Zij passen hierin Freuds (1923) theorie over het id, ego en superego aan (waar ik overigens niet dieper op in zal gaan) aan de hand van de vele effecten die social media op ons hebben. Ze stellen dat gebruik van Facebook voordelig kan zijn voor mensen met een lage eigenwaarde, doordat ze er makke-
51
GEDRAG
lijker contacten leggen en onderhouden dan in het “echte leven”. Niet alleen voor eenzame of sociaal teruggetrokken mensen (de mensen die dus meestal een lage eigenwaarde hebben) kunnen social media bevorderlijk zijn. Voor de mensen die al erg sociaal zijn, is het mogelijk om nog socialer te worden. Met andere woorden: social media bevorderen de manier waarop we contacten maken en onderhouden. Naast de besproken zaken viel er gek genoeg niet veel wetenschappelijke informatie te vinden over psychologische effecten van (overmatig) social media gebruik. Wat echter wel een aantal keren mijn aandacht trok, was de Internet Addiction Disorder (IAD), een procesverslaving. Hoewel deze “verslaving” in eerste instantie als satirische grap door Ivan Goldberg (1995) werd beschreven, namen enkele wetenschappers dit serieus. Van het één kwam het ander en nu zitten we met een hevig wetenschappelijk de-
16
HERSENSPINSELS
bat over het al dan niet bestaan van deze verslaving. Recente studies geven wel aan dat mensen die aan IAD lijden ook echt afkickverschijnselen kunnen ontwikkelen (Luskin, 2012). Net als bij andere verslavingen (aan bijvoorbeeld games, of middelen) zul je ook bij IAD zien dat de verslaafde niet los is te krijgen van het internet. Ik zal je niet hoeven vertellen dat verslavingen over het algemeen niet bijzonder goed zijn voor iemands sociale omgeving. Dus ook hier is weer sprake van nadelige gevolgen voor het sociale leven! Hoewel social media en internet wel een aantal negatieve gevolgen kunnen hebben, kan ik niet zeggen dat ze echt nadelig zijn voor iemands quality of life of iets dergelijks. Natuurlijk valt er wel veel te zeggen over overmatig gebruik van social media, aangezien het nog altijd apart blijft dat iedereen met grote regelmaat zijn ogen op een schermpje gericht heeft…
JULES ELLIS
Afvallen Nu ik dunner ben, krijg ik allerlei ondoor-
te zeggen dat
dacht commentaar. Een veelgemaakte
het niet mag
opmerking is dat het er gezonder uitziet.
verhongeren
Mijn reactie daarop is dat ik vraag hoe
- alsof het dat
men meent te weten dat mijn gewichts-
expres doet. Maar ik ben een oude, vette
verlies niet door kanker is veroorzaakt.
westerling. De kans dat ik te dun word is
Hierop volgt dan de bezorgde vraag of ik
nihil. En toen ik steeds dikker werd, nam
dat heb. Daar gaat het niet om; mijn punt
niemand de moeite om te roepen dat ik
is dat ze het niet weten.
niet te dik moest worden, terwijl dat wél een realistisch scenario was.
Een tweede fenomeen is dat ik doorlopend dieetadviezen krijg. En als de advise-
Ik heb me laten vertellen dat studenten
rende persoon nu iemand was die vroeger
speculeren over de oorzaak van mijn ge-
dik was en nu dun is, dan zou ik die advie-
wichtsafname. Eén van de theorieën is dat
zen misschien in overweging nemen. Maar
ik een vriendin heb. Ze zou klein, blond,
de stelligste adviezen worden verkondigd
en knap zijn. Nou, dat valt dan weer mee,
door dieetgoeroes die vroeger dik waren
kennelijk fantaseren ze niet dat ik het met
en nu nog steeds dik zijn. Wat bezielt ie-
Eucalypta de heks doe. Maar het is even-
mand van 150 kg om dieetadviezen te ge-
goed onzin. Waarom zou ik trouwens af-
ven? Heeft het vet de bloedtoevoer naar
vallen als ik een vriendin heb? Dat lijkt me
haar brein soms verstopt?
nou bij uitstek de situatie waarin ik mezelf zou volproppen.
Sommigen vragen of ik me nu beter voel. Nee! Ik ben de hele dag pisnijdig omdat ik
En dan zijn er mensen die zeggen dat ik
niks mag eten en niks mag roken.
ben afgevallen uit verdriet over de dood van mijn hond. WTF is dat nou weer voor
En dan zijn er slimmerds die roepen dat ik
morbide fantasie?? Toolz loopt hier naast
niet te dun moet worden. Kijk, als ik nou
me door het water te banjeren. Springle-
een arm Afrikaans kindje was, dan be-
vend. Nee, dat is een ándere hond, krijg ik
stond er een reëel risico dat ik te dun zou
dan via-via als antwoord. En dat weten ze
worden. Het zou overigens een schaam-
absoluut zeker. De conclusie is onvermij-
teloze rotstreek zijn om tegen dat kindje
delijk: psychologiestudenten zijn gek.
Disclaimer: Deze column is niet bestemd voor personen zonder humor, zonder relativeringsvermogen, onder de 27, volwassenen, Duitsers, vrouwen, studenten, medewerkers, of weldenkende mensen. Elke overeenkomst met bestaande personen is puur toeval.
JUNI 2014
17
HOTSPOT
QUINTEN VAN KASTEL
HOTSPOT
HOTSPOT Watskebeur t in Nijmegen? Romeinen; datskebeur t in Nijmegen. De Romeinse geschiedenis van Noviomagum (Nijmegen) samengebracht op één locatie. Museum het Valkhof heeft alle archeologische topstukken van Nijmegen onder haar dak en is daardoor zeker het bezoeken waard. Daarnaast is er ook altijd een wisselend aanbod aan modernere kunst te bewonderen in dit modern uitziende museum. Heb je daarna nog geen genoeg van de geschiedenis van Nijmegen? Ga dan ook naar het Gelders Archeologisch Centrum G.M. Kam aan de Museum Kamstraat. APRIL 2012
PERSOON
Wat is er nou echt gebeurd?
‘Het geheugen is net Wikipedia: jij kan de informatie veranderen, maar anderen ook’, legt Elizabeth Loftus uit in haar TED-lezing. Het is bekend dat het geheugen geen vaste representatie is van het verleden. De veranderingen in herinneringen kunnen komen door leidende vragen of suggestieve ondervragingen. Maar ook door advertenties, waar je bijna niet meer omheen kunt tegenwoordig, kunnen je dierbare jeugdherinneringen veranderen. Loftus heeft veel onderzoek gedaan naar het geheugen naar aanleiding van rechtszaken. Hierbij werd gevonden dat wanneer ooggetuigen een leidende vraag gesteld wordt, dit gevolgen kan hebben voor hoe de getuigen zich de gebeurtenis later herinneren. Wanneer er bijvoorbeeld wordt gevraagd hoe hard auto’s op elkaar insloegen, wordt de snelheid waarmee de auto’s reden hoger gerapporteerd dan wanneer er gevraagd wordt hoe hard de auto’s elkaar raakten. Bij deze leidende vraag werd ook vaker gerapporteerd dat er gebroken glas was bij het ongeluk, terwijl dit niet het geval was. Een kleine verandering in
20
HERSENSPINSELS
woordkeuze kan dus al grote gevolgen hebben voor hoe de gebeurtenis wordt herinnerd. Herinneringen kunnen ook beïnvloed worden door valse informatie aan de ooggetuigen te geven. Mensen kunnen aan deze misinformatie komen door suggestieve ondervragingen, gesprekken met andere mensen die het ongeluk hebben zien gebeuren of door een vertekende vertelling in de media. Maar door je bewust te zijn van de effecten van valse informatie kunnen deze effecten soms voorkomen worden (Loftus, 2003).
LIEKE VAN DEN BOOM magische ervaring in Disneyland en het ontmoeten van de geliefde Disneyfiguren en het schudden van hun hand. De proefpersonen die voor het lezen van de advertentie er nog niet zo zeker van waren dat ze Mickey’s hand hadden geschud, waren na het lezen een stuk zekerder hierover en beschreven deze gebeurtenis wanneer zij gevraagd werden hun ervaringen in Disneyland op te schrijven.
PERSOON
Mensen kunnen zich ook ervaringen herinneren die helemaal niet gebeurd zijn. Zij kunnen hier erg zeker over zijn, kunnen er gedetailleerde informatie over geven en er emoties bij voelen. Een dergelijke valse herinnering kan, net als echte herinneringen, gevolgen hebben voor je gedrag. Wanneer iemand overtuigd wordt dat hij of zij vroeger ziek is geweest van bepaald eten, zal diegene het nu wel laten liggen (Loftus, 2003). Ook advertenties kunnen zorgen voor vertekeningen in herinneringen. In de reclamewereld wordt gebruik gemaakt van verwijzingen naar autobiografische herinneringen van de consument om een gevoel van nostalgie op te roepen. Denk bijvoorbeeld aan de reclame van Calvé pindakaas met de slogan: ‘Wie is er niet groot mee geworden?’ Op zich zou het best kunnen dat je vroeger Calvé pindakaas in het keukenkastje had staan, maar het kan ook zijn dat je denkt dat dit zo is omdat je dit reclame spotje hebt gezien. Herinneringen van lang geleden zijn gevoelig voor vertekening. Wanneer er op deze manier gevraagd wordt naar specifieke ervaringen, gaan mensen zich voorstellen hoe dit dan zou zijn geweest. Deze voorstellingen kunnen verward worden met de echte herinneringen van het verleden. In het onderzoek van Braun, Ellis en Loftus werd er een reclame voorgelegd aan proefpersonen met een verhaaltje over de beleving van een dagje Disneyland als kind. Hierin werd verteld over de
JUNI 2014
21
PERSOON 22
Echter, het is niet met zekerheid te zeggen of dit een valse herinnering is. Het kan ook zijn dat de advertenties geholpen hebben bij het terughalen van een herinnering waar zij voor het lezen van het verhaaltje niet aan gedacht hebben. Hier bedachten de onderzoekers het volgende op. Ze probeerden een onmogelijke gebeurtenis in het geheugen van de proefpersonen te planten door middel van een advertentie. In deze advertentie werd weer de magische ervaring van Disneyland verkondigd, maar werd in het verhaaltje in plaats van de hand van Mickey, de hand van Bugs Bunny geschud. Het kan zijn dat Bugs even op vakantie is geweest naar Disneyland, maar de rest van het jaar moet hij toch hard werken aan nieuwe films bij Warner Bros. Hij hoort dus niet thuis in Disneyland. Toch, door de advertentie, wisten mensen het handen schudden met Bugs Bunny in Disneyland te herinneren. Ook Ariël, de zeemeermin, die veel te jong is voor de proefperso-
HERSENSPINSELS
nen om haar te hebben ontmoet in hun jeugd, werd genoemd in de herinneringen wanneer zij voorkwam in de advertentie. De advertentie zorgt ervoor dat een bepaalde gebeurtenis aannemelijk wordt en dat je een scenario uitschrijft voor een mogelijke ervaring uit je jeugd. Deze twee factoren kunnen zorgen voor een valse herinnering (Braun, Ellis en Loftus, 2002). Hoewel we niet alle reclames geloven, zijn we toch vatbaar voor de invloed van reclames op onze herinneringen. Hoe weten we nou wat echt gebeurd is? Mensen blijken toch zekerder over echte herinneringen dan over valse herinneringen en de rapportage van de valse herinneringen is vaak ook minder samenhangend (Loftus, 2003). Het blijft echter moeilijk om echte en valse herinneringen van elkaar te onderscheiden, maar door meer onderzoek naar geheugen kan er hopelijk meer inzicht worden verkregen in de vraag wat er met herinneringen gebeurd.
MARK TEN WOLDE
STRIP
JUNI 2014
23
TRENDING TOPIC
Let’s talk about: the Selfie
24
Wat een selfie is, weet iedereen natuurlijk wel, maar voor degenen die de afgelopen paar maanden onder een steen hebben gelegen of in een grot hebben gewoond: een selfie is een gefotografeerd zelfportret, doorgaans gemaakt met een smartphone waarbij de foto wordt geüpload naar een sociaal netwerksite. Geef het maar toe: je hebt zelf ook ooit een selfie gemaakt! Maar als je denkt dat de “selfie” van deze tijd is, think again! In 1839 is de allereerste selfie gemaakt door Robert Cornelius. Het proces van een foto maken was toen nog langzaam, waardoor Robert in staat was om de lenskap van de lens te halen en naar het shot te lopen om op de foto te komen.
HERSENSPINSELS
Hoewel de selfie al heel oud is, is het toch wel iets van de laatste tijd. Hoe komt het nu dat iedereen tegenwoordig selfies maakt? Misschien vindt iedereen zichzelf zóó leuk dat ze vinden dat heel de wereld moet weten wat ze doen. Het zou kunnen zijn dat mensen narcistischer of egoïstischer zijn geworden in de jaren dat er sociale netwerken bestaan waar je de selfies kan plaatsen. Moeten we tegenwoordig via de sociale media continue bevestiging krijgen hoe leuk we wel niet zijn? En waarom moeten we iedereen op de hoogte houden van wat we doen en laten zien hoe ge-wel-dig leuk dat is? Selfies zijn natuurlijk gewoon leuk om te maken, maar er kan met het maken van selfies ook wat bereikt worden. Een van de meest recente vormen van selfies is de “bananenselfie”. Tijdens de voetbalwedstrijd
INGE VAN DAM
Los van dat het maken van selfies is om een statement neer te zetten, zou je selfies kunnen zien als een vorm van kuddegedrag. Vooral
veel beroemde mensen maken selfies. Er zullen genoeg mensen zijn die dan denken: “Oh! Die beroemde persoon maakt een selfie, dan moet ik het ook doen, want dat is stoer, dan hoor ik erbij!”. Dit fenomeen is beter bekend als de need to belong. Mensen hebben een aangeboren verlangen om ergens bij te horen, bij een groep te horen. Door selfies te maken, kan iemand zich geaccepteerd voelen bij een bepaalde groep mensen die ook selfies maakt. Bij beroemdheden is het misschien ook zo dat ze elkaar uitdagen door steeds uitdagendere foto’s te maken. Door het maken van selfies krijgen beroemdheden aandacht, wat goed is voor hun “merk”. Maar het kan uit de hand lopen, zoals schrijfster Heleen van Royen. Er is inmiddels (gelukkig tijdelijk) in het Letterkundig Museum een tentoonstelling van al haar sel-
JUNI 2014
TRENDING TOPIC
Villareal - Barcelona van dit seizoen in de Spaanse competitie, werd er naar speler Dani Alves van Barcelona een banaan gegooid door een Villareal fan. Dani Alves keek ernaar en at de banaan op. Voetballer en teamgenoot van Dani Alves, Neymar, begon een actie tegen discriminatie door een bananenselfie te maken. Verschillende voetballers hebben een selfie gemaakt met een banaan, om discriminatie tegen te gaan en hun steun te betuigen aan voetballer Dani Alves. De bananenselfie is daardoor een heuse trend geworden onder voetballers en Brazilianen. Selfies zijn de laatste tijd dus vaak gebruikt om een statement te maken.
25
TRENDING TOPIC 26
fies. Als je het mij vraagt is dat een schreeuw om aandacht.
het maken van de perfecte selfie en toen ik me realiseerde dat dit mij niet lukte, wilde ik dood. Ik verloor mijn vrienden, mijn opleiding, mijn gezondheid en bijna mijn leven”. Deze jongen wordt gekenmerkt als eerste selfie-verslaafde en krijgt tegenwoordig therapie om van zijn verslaving af te komen.
Er zijn psychologen, waaronder psychiater Bram Bakker, die denken dat selfies nemen gepaard gaat met iemands obsessie van het uiterlijk. Mensen willen graag bevestiging dat ze leuk zijn, dat is goed voor je zelfvertrouwen, maar ook voor je ego. Het is zelfs zo erg gesteld met het maken van selfies dat er is geconstateerd dat je er verslaafd aan kan raken. Daar is een triest verhaal over: Er is een Britse jongen van 19 jaar die ongeveer 10 uur per dag besteedde aan het maken van selfies. Hij nam 10 foto’s meteen na het wakker worden en toen daar niet de gewenste foto tussen zat, probeerde hij zelfmoord te plegen door een overdosis te nemen. Gelukkig werd hij door zijn moeder gered. Dit is wat hij vertelde over zijn zelfmoordpoging en obsessie met het maken van de perfecte selfie: “Ik was alleen maar bezig met
Laat bovenstaand verhaal een waarschuwing voor je zijn, ook zoiets kleins als het maken van foto’s kan groeien tot een groot probleem. Dit wil niet zeggen dat selfies maken slecht is. Het laat vooral zien dat er een kans is dat je eraan verslaafd kunt raken, maar hé dat bier laat je vanavond ook niet staan. Net als voor alcohol, drugs, chocolade, roken, pingpongen (om maar iets te noemen) geldt ook voor selfies: te veel is nooit goed. Zolang je onder die grens blijft (die je jammer genoeg wel zelf moet bepalen, dus blijf voorzichtig), doet het vast allemaal niet zoveel kwaad. Dus geniet van die egoboost en proost op de selfie!
HERSENSPINSELS
R E P O R TA G E
ROOS ALINK
Een paar weken geleden bevond ik mij op het prachtige eiland Tenerife. Het is echt een droomplekje: het hele jaar mooi weer, witte stranden en duizenden palmbomen. Toen we aankwamen werd ons al verteld dat het internet op het eiland bijzonder slecht is. Het snelste internet op het eiland was 1 MB per seconde. Nu maakte ik me daar geen zorgen over, want wat mis ik nou als ik op vakantie ben? Oke, ik kan niet elke tien minuten mijn Instagramfeed verversen en geen jaloersmakende selfies posten op Facebook, maar wat kun je nou missen als je duizenden kilometers van het normale leven verwijderd bent? Het wende dan ook snel genoeg. Op vakantie is genoeg afleiding en bovendien, als je geen internet hebt dan kun je er simpelweg geen gebruik van maken. Afkicken moest dus wel. Maar het was totaal niet moeilijk. Ik beken overigens dat ik één keer bij de McDonalds op de WiFi zat. Toen ik weer thuis was na een heerlijke, ontspannen week Tenerife ging mijn 3G meteen weer aan en checkte ik natuurlijk alles wat ik had gemist. Hmm, blijkbaar niet veel. Ik heb veel nieuwe WhatsApp berichten, maar of er iets interessants in staat? Voornamelijk foto’s van bier eigenlijk. Op dit moment vraag ik mezelf af: Waarom vind ik het zo belangrijk om altijd overal van op de hoogte te zijn? Het blijkt maar weer dat ik niets heb gemist de afgelopen week.
JUNI 2014
27
R E P O R TA G E
Toch veranderde er niets in de weken na mijn vakantie. Elk moment dat ik me verveelde kwam mijn goede vriend de iPhone weer tevoorschijn en ik verviel weer in mijn oude gewoontes. Gelukkig heb ik een afkickplan bedacht. Ik ga namelijk vijf dagen door het leven zonder internet op mijn telefoon. Een goede challenge voor een verslaafde zoals ik, en bovendien leuk om eens te vergelijken met de vakantie. Ik ben benieuwd of ik van mijn FOMO (fear of missing out) af kan komen… Op dag 1 word ik wakker en bedenk me dat het vandaag begint. Ik sta maar meteen op, want wat moet ik nog in bed als ik niks met mijn telefoon kan? Wel zet ik even mijn laptop aan, want de wereld moet op de hoogte worden gebracht van mijn semi-onbereikbaarheid. Ik zet op Facebook dat ik niet te bereiken ben via WhatsApp. Ik vind het stiekem toch best spannend, want straks mis ik iets belangrijks. Totale onzin, natuurlijk. Ik werk de hele middag dus ik heb weinig tijd om er mee bezig te zijn. Dag 2 is een productieve dag. Ik merk dat het veel makkelijker werkt om gewoon één of twee keer per dag op mijn mail te kijken in plaats van acht keer. Daarnaast geeft het rust om te weten dat ik niks met mijn telefoon kan. Ik ga gewoon aan de slag met wat ik nog moet doen. Vandaag betekende dat een hele dag bezig zijn met SPSS… Hmm, op dag 3 heb ik mijn telefoon nog steeds niet hoeven opladen. ’s Morgens heb ik nog 50 procent batterij. Nog een voordeel van je telefoon weinig gebruiken! Er wordt door veel mensen contact met me gezocht via Facebook. Oke, voor sommige dingen is dat ook wel echt nodig. Wanneer ik geweldige cocktails maak, heb ik mijn telefoon al in de aanslag: dit moeten mijn vriendinnen zien! Oh nee, geen internet. Niets delen. Ach ja, zo spannend zijn die cocktails toch niet. Dag 4: Eigenlijk ben ik best wel gewend nu. Ik heb zo veel afleiding dat ik niet eens tijd heb om erover na te denken. Ik wil iemand feliciteren via
28
HERSENSPINSELS
*bewijsstuk 1
Dag 5: Ik heb vandaag een vrijgezellenfeest in Amsterdam. Ik plan mijn reis op de computer en schrijf het op. Ik ben normaal degene die mensen met zulke papiertjes uitlacht. Gelukkig kom ik goed aan op de plaats van bestemming. Internet is niet nodig, want ik heb de hele dag genoeg te doen. Maar dan verbreek ik mijn missie. Ik moet ook terug, en het is niet gegaan zoals gepland… Ik gebruik de routeplanner van 9292. Sorry, not sorry.
R E P O R TA G E
Facebook. Wat een moeite om even mijn laptop aan te zetten en een bericht te sturen. Vroeger stuurden mensen een kaartje... ‘s Avonds heb ik een feestje. Wat zit iedereen toch steeds met zijn telefoon? Ik heb die van mij niet eens bij me!
Ik kijk meteen ook maar naar de rest. Wat ik heb gemist? Honderdvijftig WhatsApp berichten met onbelangrijke informatie, of dingen die ik al wist. Fieuw. Wat heb ik nou eigenlijk geleerd van deze tijd waarin ik niet constant van alles op de hoogte was, en mensen al helemaal niet van mijn leven op de hoogte waren? Op sommige momenten was het bijzonder irritant. Whatsapp is toch de algemene bron van communicatie tegenwoordig. Gelukkig kwam ik een heel eind met sms en Facebook. Ik moet zeggen dat het ook wel fijn was om eens niet alles te weten. Wat niet weet, wat niet deert, toch? Vergeleken met de tijd dat ik op vakantie geen internet had, is het toch wel anders. Op vakantie mis je toch alles al, want je bent weg. Nu mis je eigenlijk ook niets, het lijkt alleen maar zo. Wel was ik stukken productiever dan normaal. Zo bracht ik eerst mijn uren door met het refreshen van meerdere apps, maar afgelopen week ging ik maar wat nuttigs doen als ik me verveelde. Wanneer het aan te raden is om je internet even uit te schakelen? In een tentamenweek! Maar ook als je gewoon even wilt ontspannen. Je hoeft niet altijd bereikbaar te zijn...
JUNI 2014
29
INTERVIEW
“De één z’n dood is de ander z’n brood”
30
Dit spreekwoord klinkt wat crue, maar het is wel de realiteit van persfotograaf, cameraman en verslaggever van ongelukken, Jaimy Buunk. Het is zaterdagmiddag als ik bij hem aanbel en onder het genot van een lekkere kop koffie laat hij ons een kijkje nemen in zijn veelzijdige leven als fotograaf. Ruim zes jaar geleden maakte Jaimy van zijn hobby zijn werk toen hij zelfstandig begon als persfotograaf en cameraman bij ongelukken en rampen. Hij heeft eerst zijn opleiding als logistiek medewerker afgerond, maar daar was helaas geen werk in te vinden. Daarom nam hij het heft in eigen handen en wat begon als hobby, bouwde hij uit tot HERSENSPINSELS
een volwaardige baan, waarmee hij zich goed kan onderhouden. Sinds twee jaar staat hij ook ingeschreven bij de Kamer van Koophandel als jbuunk-fotografie.nl. Jaimy fotografeert ongevallen en branden en is vaak als één van de eersten ter plaatse. Van jongs af aan is hij al geïnteresseerd geweest in ongelukken. “Als klein mannetje fietste ik al
MARK TEN WOLDE achter de brandweer aan.” vertelt hij lachend. “Ik vind het prachtig om het grote geheel bij een ongeval mee te maken: Hoe de mensen reageren, hoe er gehandeld wordt en wat er allemaal in werk wordt gezet om alles goed te laten verlopen.” Tijdens ons gesprek van zo’n vijfentwintig minuten ging twee maal zijn brandweerpieper af. Hiermee wordt hij tegelijkertijd met de brandweer op de hoogte gebracht van de nieuwste meldingen. “Die pieper heb ik op internet gekocht. Terwijl de brandweer nog naar de kazerne moet om hun pakken en materiaal te halen, spring ik al in mijn auto en ben ik regelmatig als eerste ter plaatse.”
Jaimy heeft met zijn 23 jaar waarschijnlijk al meer narigheid gezien dan de meeste van onze lezers, dus ik vroeg me af wat dat met hem
JUNI 2014
INTERVIEW
Ik was erbij toen hij zijn laatste adem uitblies
doet. “Het klinkt misschien wat hard, maar de één z’n dood is de ander z’n brood. Ik ben er onderhand al zo aan gewend dat ik er niet meer wakker van lig, maar echt wennen doet het nooit. Het is mijn werk en ik vind mijn werk spannend en leuk en daarom neem ik dat er bij.” Voor sommigen komt Jaimy met deze tekst misschien op het eerste gezicht onverschillig over, maar niets is minder waar. Hij is sinds kort bezig met een EHBO-cursus en helpt nu ook al vaak waar hij
31
INTERVIEW
kan de mensen van de ambulance en de brandweer. “Ik wil gezien ik vaak als eerste ter plaatse ben, niet met mijn handen in mijn broekzakken staan, maar eerst de mensen helpen. Zodra de professionele hulp ter plaatse is, haal ik pas mijn camera uit de auto.” Ik vroeg Jaimy of bepaalde ongelukken die hij heeft meegemaakt, hem hebben doen besluiten dat hij zijn EHBO graag wil hebben. “Een tijd geleden is een keer een verstandelijk beperkte jongen geschept door een auto. Hij had een koptelefoon op met harde muziek en keek niet om toen hij afsloeg. Ik was tegelijkertijd met de ambulance ter plaatse en terwijl de broeders hun spullen moesten pakken, was ik als eerst bij het slachtoffer. Ik was er bij toen hij zijn laatste adem uitblies en hij kon niet meer worden geholpen. In de toekomst wil ik bij dit soort gevallen meteen kunnen handelen.” Jaimy helpt soms bij het vastleggen van slachtoffers op een wervelplank en als hij het ambulancepersoneel niet direct kan assisteren, probeert hij vaak de omstanders te kalmeren. “Bij een ongeluk zijn mensen vaak onrustig of boos. Dit
32
HERSENSPINSELS
komt omdat ze niet weten wat er allemaal aan de hand is en ze zich geen raad weten met hun emoties. Ik weet door mijn ervaring hoe er moet worden gehandeld en wat er allemaal gaat gebeuren. Ik leg de mensen daarom rustig uit wat de hulpdiensten doen en wat er nodig is om alles gladjes te laten verlopen. Verder geef ik zover toegestaan de mensen een klein beetje informatie over het ongeluk. Dit is vaak genoeg om de meesten te kalmeren.” Als de pieper opnieuw afgaat, vraag ik hem hoe het is om altijd paraat te moeten staan. “Al gaat dat ding om twaalf uur ’s middags af, of om drie uur ’s nachts, ik ga altijd. Ik vind mijn werk mooi en het maakt me niet uit wat voor tijdstip het is. Als ik een keer niet kan omdat ik een afspraak heb of iets dergelijks, overleg ik met een van de andere twee persfotografen uit de omge-
Jaimy is inmiddels bij de brandweer en de meeste kranten goed bekend. Hij verkoopt zijn foto’s regelmatig aan regionale kranten als de Stentor, maar ook aan de grote jongens zoals de Telegraaf, het AD etc. Eigenlijk zo’n beetje de meeste kranten van Nederland hebben wel eens wat van hem gepubliceerd. Ook Hart van Nederland en zelfs de NOS hebben wel eens foto en videomateriaal van hem gebruikt. Als er geen ongelukken gebeuren, doet hij redactiewerk,
zo blijft hij altijd bezig. Zijn grote toekomstdroom is echter om uiteindelijk naast dit werk ook brandweerman te worden, zodat hij nog meer kan betekenen bij ongevallen.
INTERVIEW
ving en nemen we af en toe diensten uit elkaars regio over. Zo werken we nauw samen en is er vrijwel altijd iemand aanwezig.” Vandaag waren de oproepen echter van buiten zijn regio, waardoor we het interview gelukkig konden voortzetten.
Sommige mensen vinden hem een ramptoerist, maar als je wat langer met hem praat, zie je een man die met passie zijn werk doet en heel serieus en respectvol met mensen omgaat. Jaimy zelf laat zich door de mening van anderen niet uit het veld slaan. “Ik leg ze uit dat het mijn werk is en dat ik altijd rekening houd met iemands privacy. Ik zal nooit een slachtoffer of een kenteken op de foto zetten. En als ze me blijven beledigen, gaat het het ene oor in en het andere oor uit. Ik blijf gewoon mijn werk doen.”
JUNI 2014
33
De Hersenspinsel Gazette Volume 1
Juni 2014
drie cent per kopie
HERSENSPINSELS
Weetjes over kranten
34
Wat weten we eigenlijk van kranten? De redactie van de hersenSPiNsels zocht het uit en heeft de volgende acht feitjes over het nieuws en kranten op een rijtje gezet: 1. Er worden jaarlijks meer dan 24 miljard kranten gepubliceerd. 2. Voor het uitbrengen van de zondagskrant moeten er wekelijks 500.000 bomen worden gekapt. 3. De eerste moderne kranten werden geproduceerd in Europese landen als Duitsland (1605), Frankrijk (1631), België (1616) en Engeland (1665). 4. Als voorloper van de krant liet Julius Caesar (102-44 voor Christus) elke dag een ‘muurkrant’ ophangen op het stadsplein in de vorm van een gebeitelde steen of bewerkt metaal. 5. In de middeleeuwen kon de meerderheid van de populatie niet lezen of schrijven. Mensen kregen toen hun nieuws binnen door troubadours, reizende zangers die van plek naar plek trokken en zongen over alles wat ze hadden meegemaakt en gehoord. 6. In de eerste eeuwen van het bestaan van de krant was er nog geen persvrijheid. Bestuurders probeerden journalisten op te leggen wat er wel en niet in de krant mocht en maakten de kranten zelfs duurder door middel van een speciale belasting, de dagbladzegel. Dit alles om te voorkomen dat ‘het gewone volk’ de krant las en dat er via de krant een revolutie teweeg kon worden gebracht. 7. 88% van de kranten worden gerecycled, hiervan worden hoofdzakelijk weer nieuwe kranten gemaakt waardoor 30% van de nieuwe kranten bestaat uit oude kranten. 8. De grootste krant ter wereld is de ‘Times of India’, een krant met een oplage van 2,14 miljoen dagelijks uitgebrachte kranten. Deze wordt op de voet gevolgd door de ‘Wall Street Journal’, de krant voor de beurshandelaren van Wall street (2,04 miljoen exemplaren dagelijks).
HERSENSPINSELS
QUINTEN VAN KASTEL
Ian Neale (70), kweker van de grootste knolraap ter wereld (43,6 kilo) heeft wel een heel opmerkelijke uitnodiging gehad. Zo heeft rapper Snoop Dogg in videobericht laten weten dat hij interesse heeft in de kweektechnieken van de oude knolraapkweker en dat hij Ian uitnodigt om backstage te komen bij één van zijn optredens om hierover te praten. Snoop Dogg geeft aan erg geïnteresseerd te zijn in tuinieren en heeft zelf ook wel wat ‘vegetatie’ die hij zo groot wil laten groeien als de knolraap van Ian. Of Ian’s groeitips Snoop zullen helpen met het laten groeien van zijn ‘planten’ is nog niet duidelijk. Als reactie op de vraag aan Ian of hij van hiphop houdt, reageerde de knolraapkweker met ‘Ik ben toondoof ’, goed ontweken Ian. Zoek
Sekspop slaagt erin auto te verkopen Met behulp van een sekspop probeert een 47-jarige makelaar uit het Britse Sussex zijn oude Volkswagen te verkopen. Een vriend van de man zegt dit al eens eerder te hebben gedaan bij de verkoop van een zitmaaier, en dat die vrij snel verkocht was. De pop genaamd Sandy wordt volgens de man alleen voor professionele doeleinden gebruikt. Dit omdat de pop is in te zetten zonder ‘gedoe’ waarmee je te maken hebt als je een echt, levend model gebruikt. Zo zegt de makelaar dat hij, in tegenstelling tot een echt model, de pop ‘niet hoeft op te halen van het station en hoeft te betalen’. De advertentie staat niet meer online en de auto lijkt te zijn verkocht.
HERSENSPINSELS
Snoop Dogg geïnteresseerd in kweektips van recordhouder allergrootste gekweekte knolraap
op: #WhenSnoopsInEurope: Ian Neale voor het filmpje
JUNI 2014
35
Nieuwe leden gezocht voor alle commissies!
SPiN heeft er het afgelopen jaar weer voor gezorgd dat jij als SPiNlid de meest interessante lezingen kon volgen, getuige kon zijn van de wildste feesten, deel kon nemen aan de leukste activiteiten en de meest boeiende uitstapjes mee mocht maken! Voor komend jaar staan de vacatures voor actieve leden weer open, de kans om van “gewone” student te evolueren naar een organisatietalent en om veel nieuwe mensen te leren kennen. Iets voor jou? Kom langs op de SPiNkamer of kijk op www.spin-nijmegen.com!
36
HERSENSPINSELS