DURVEN
Hoofdartikel
Alexander van den Berg
Helden aanmoedigen is ons werk Alexander van den Berg
Angst en zijn tegenhanger moed zijn onderbelichte factoren in de loopbaanwereld. Verandering en ontwikkeling in werk en loopbaan gaan vaak gepaard met angst. Ons werk raakt aan ons wezen. Of je nu werkt om te leven, of leeft om te werken. En of je nu noodgedwongen of vrijwillig met arbeids- en loopbaanvraagstukken wordt geconfronteerd. Die angst kan mild of overweldigend zijn. En soms is hij terecht, soms niet. Hoe dan ook, leren omgaan met angst is essentieel. Als loopbaanprofessional kun je mensen helpen hun angsten te overwinnen. Sterker nog, je kunt hen helpen moed te ontwikkelen. Hoe doe je dat? Wat is angst en wat is moed? Hoe hangen angst en moed samen?
6
LoopbaanVisie nr. 3 - augustus 2014
DURVEN Angst gaat diep Angst beïnvloedt ons sterk in ons doen en laten en heeft een effect op een drietal gebieden (Rachman, 2010). Om te beginnen heeft angst een fysiologisch effect. Hoe subtiel of sterk ook, we gaan meer zweten, we krijgen het warm, de hartslag gaat omhoog, de ademhaling gaat omhoog en wordt schokkeriger, de spieren gaan trillen. Deze effecten zijn voelbaar en daardoor spreken we ook wel over de gevoelsmatige component. Daarnaast heeft angst een verstandelijk effect. De aandacht gaat uit naar de bedreiging, we denken er veel over na, we denken in termen van gevaren en risico’s en ‘kunnen het niet meer loslaten’. Tot slot heeft angst een gedragsmatig effect. We vermijden de bedreiging, we maken ons klein, of soms juist groot en gaan in de tegenaanval. De gevolgen van angst zijn groot en herkennen we aan opwinding, spanning en verstarring. Die manier van functioneren is ergens op gericht: het scheppen van veiligheid. De vraag is echter wel of de wijze waarop mensen die veiligheid proberen te scheppen ook echt werkt. Angst leidt namelijk vaak tot een kokervisie, gebrek aan verantwoordelijkheid, besluiteloosheid, indirecte en gesloten communicatie en rigiditeit. Mensen laten zich dan te veel leiden door hun angsten en weerstanden. In loopbaankwesties kan iemand bijvoorbeeld ervoor kiezen te blijven hangen in het werk waar hij niet gelukkig van wordt. Of alleen maar oog hebben voor de negatieve kanten van een situatie. Hoe werkt angst en waarom heeft het zo veel effect? Diep in de hersenen liggen de amygdala, de centrale kernen van de angst (LeDoux, 1998). De amygdala krijgen input vanuit zeer veel hersendelen. Hierdoor zijn wij in staat om overal risico’s van in te schatten en daar vrij scherp op te reageren. Andersom krijgen nog veel meer hersendelen input van de amygdala. Dit laatste betekent dat de amygdala de manier waarop onze hersenen werken en informatie verwerken sterk beïnvloeden. Door een emotie als angst komen de hersenen in een specifieke modus. Als loopbaanprofessional heb je dus vaak met angst te maken. Zelfs als de cliënt het niet ziet of er niet voor uit-
Hoofdartikel
komt. Ik kom wel eens mensen tegen die zeggen geen angsten te hebben of nergens bang voor te zijn. Dat geloof ik niet. Er kunnen vier dingen aan de hand zijn in zo’n geval. Optie 1: die mensen vertellen de waarheid niet. Optie 2: ze bevinden zich sterk in hun comfortzone en zijn onwetend over wat zich daarbuiten bevindt. Optie 3: ze hebben moeite met het herkennen van angst, met name als het zwak is. Optie 4: ze lijden aan een neurale aandoening waardoor ze geen angst kunnen ervaren. Deze laatste optie is een zeer zeldzame aandoening. Mensen die bang zijn voor gevoel, zich niet kwetsbaar op durven te stellen en rationele mensen hebben de neiging te lijden aan optie 1, 2 en 3. Angst is menselijk en moed is iets anders dan onverschrokkenheid.
Zonder moed veranderen mensen niet van baan en werkwijze en werken ze niet aan hun ontwikkeling
Heldenmoed Bij oude filosofen als Plato, Aristoteles, Cicero en Ambrosius had moed een bijzondere status. Samen met wijsheid, zelfbeheersing en rechtvaardigheid vormde moed de vier kardinale deugden. Moed is essentieel om een deugdzaam leven te leiden. Zonder enige moed kun je bijvoorbeeld niet assertief, vriendelijk of passioneel zijn. Later heeft de Katholieke Kerk de deugden hoop, geloof en liefde aan de kardinale deugden toegevoegd en ze tezamen de Zeven Deugden genoemd. Waarschijnlijk wordt het belang van moed al langer ingezien en werden vijftigduizend jaar geleden al heldenverhalen verteld bij het kampvuur. Heldenverhalen vertellen we nu nog. Er wordt gesproken over heldenmoed, want helden bereiken tenminste iets. Helden maken het verschil, omdat ze doen wat ertoe doet. Die verhalen geven richting en inspireren anderen weer tot heldenmoed. Uiteindelijk groeien we door moed. Om met Goud (2005) te spreken: “Courage ... is the energizing catalyst for choosing growth over safety.“ Zonder moed veranderen
LoopbaanVisie nr. 3 - augustus 2014
7
DURVEN
Hoofdartikel
mensen niet van baan en werkwijze en werken mensen niet aan hun ontwikkeling. Moed kan de katalysator zijn van loopbaanontwikkeling. We zien het belang van moed, maar wat is het nu eigenlijk? Om die vraag te beantwoorden zullen we voort moeten bouwen op ons inzicht in angst. Angst heeft zoals gezegd een gevoelsmatig, een verstandelijk en een gedragsmatig effect op ons. Moedig zijn betekent dat je je niet door de effecten van angst laat leiden. Anders gezegd, moed is volharding bij angst (Rachman, 2010; Woodard, 2004; Finfgeld, 1999). Als er namelijk geen sprake is van angst, dan hebben we het niet over moed, maar over onverschrokkenheid, onbezonnenheid of (een mogelijk teveel aan) vertrouwen. Naast volharding is bereidheid een belangrijke component van moed. Als je volhardt bij angst, ben je bereid een risico te nemen, iets op het spel te zetten. Voorbij angst gaan betekent de angst accepteren en je er verder weinig van aantrekken (Finfgeld, 1999). Je accepteert de huidige situatie, de risico’s en jouw gevoelens. Dat wil zeggen dat je bereid bent om te falen. Dan is de angst er nog wel, maar beperkt de angst je niet. In jouw bereidheid ligt jouw vrijheid.
Aanmoedigen van bewustzijn De innerlijke reis van de held begint met het vergroten van bewustzijn. Dit draait om helderheid creëren over de huidige situatie, de gewenste situatie, de voors en tegens, maar ook over de persoonlijke passies, talenten, verantwoordelijkheden en waarden (Blagen & Yang, 2009; Pury, 2008). Een van de belangrijkste activiteiten in dit kader is het voeren van zinvolle conversaties (Dweck, 2006; Edmondson, 2002). Als loopbaangebeleider zet je de dialoog bewust in en stimuleer je mensen tot meer bewustwording. Simpelweg betekent dit een gesprek aangaan waarin je je eigen oordeel uitstelt en vragen stelt om de ander te begrijpen voordat je zelf begrepen wilt worden. Zelfkennis speelt voor de cliënt hierin een belangrijke rol. Hiertoe bestaan diverse methoden en instrumenten, zoals assessments en tests. In de gewenste situatie dienen veel zaken 'op hun plek te vallen’. Voor zelfkennis en het vinden van een zinvolle invulling voor loopbaan en ontwikkeling heb ik de Missiebloem ontwikkeld. De Missiebloem is een eenvoudig model dat makkelijk geïntegreerd kan worden met andere praktijken. De bladeren zijn vrij in te vullen en geven aan waar je onderzoek naar kunt doen. De missie is de juiste combinatie van elementen die elkaar
Waarvoor zou je dat echter doen? Waarvoor zou je bereid zijn tot falen? Omdat je dat wilt. Je bent bereid iets op het spel te zetten omdat er meer te winnen valt. Daarvoor moet je goed doordrongen zijn van het probleem in de huidige situatie, het hogere en nobele doel in de gewenste situatie en van de oplossing en het benodigde gedrag daartussenin. Dit scherpe bewustzijn, ofwel besef van de situatie en wat er van je gevraagd wordt, is een andere component van moed (Goud, 2005; Blagen & Yang, 2009). De componenten van moed volgen elkaar op in een proces, dat uiteindelijk leidt tot groei. De held volbrengt hiermee een innerlijke reis. De innerlijke reis van de held: Bewustzijn → Bereidheid → Volharding → Groei
8
LoopbaanVisie nr. 3 - augustus 2014
Figuur 1: Missiebloem
DURVEN aanvullen en waar synergie is. Het toekomstbeeld dat eruit ontstaat is richtinggevend voor loopbaanontwikkeling. Zinvolle conversaties en zelfkennis moedigen mensen aan de realiteit onder ogen te zien. Daarmee begint moed. Aanmoedigen van bereidheid Meer bewustzijn leidt tot meer bereidheid. Hoe groter het probleem en hoe aanlokkelijker de oplossing, hoe eerder mensen moedig gedrag vertonen. Om mensen aan te moedigen tot meer bereidheid, kun je invloed uitoefenen op doelen, sociale steun en vertrouwen. Op basis van de uitkomst van de Missiebloem kun je makkelijk concrete en inspirerende doelen formuleren. Inspirerende doelen motiveren mensen uit hun comfortzone te stappen (Edmondson, 2002; Goud, 2005; Pury, 2008). Het appelleert aan hogere waarden en met het bereiken van het doel draag je bij aan een groter geheel (Finfgeld, 1999). De dialoog is wederom de manier waarmee mensen worden aangemoedigd tot het kiezen en delen van inspirerende doelen die passen bij de context en de cliënt. Indien mensen zich eenmaal committeren aan een doel, dan mogen verwachtingen over het gewenste gedrag wederzijds worden uitgesproken. Veelal bevordert dit een gezonde mate van sociale steun. Samen met enige druk leidt dit tot meer moedig gedrag (Pury, 2008). Je kunt dan de cliënt stimuleren het uiterste eruit te halen. Ook helderheid over de consequenties van het niet nakomen van afspraken en voornemens ondersteunt de bereidheid. De Missiebloem geeft ook inzicht in de eigen talenten. Dit geeft meer vertrouwen in de eigen vermogens, wat eveneens de bereidheid vergroot (Pury, 2008; Goud, 2005; Blagen & Yang, 2009). Daarnaast is vertrouwen vergroten een kwestie van gewenning; ervaren dat je comfortzone uittreden relatief ongevaarlijk is en vaak tot grotere successen kan leiden. Aanmoedigen van volharding Na bereidheid volgt volharding in de innerlijke reis van
Hoofdartikel
de held naar groei. Volharding is echt actie ondernemen, ondanks knikkende knieën en stokkende adem. Met de juiste aanmoediging zullen mensen ook deze stap sneller nemen. Zoals vertrouwen bij bereidheid van belang is, is vertrouwen voor volharding ook van belang. Door te oefenen worden bekwaamheid en het vertrouwen ontwikkeld. Mensen zijn dan beter voorbereid op het moment dat het erop aankomt (Goud, 2005; Pury, 2008). Moedig gedrag wordt dan meer en meer automatisch getriggerd. Uiteindelijk is het een kwestie van doen. Angst, veelal een van de sterkere gevoelens, is geen goede raadgever voor volharding. Je kunt mensen stimuleren tot volharding door ze simpelweg aan te moedigen tot specifiek gedrag (Goud, 2005; Pury, 2008). Mensen ontwikkelen nog meer hun groeimentaliteit door ze vervolgens te belonen en te prijzen voor hun inspanning en volharding (Dweck, 2006). Aanmoedigen van groei Al het voorgaande is geen garantie voor succes. De kans op succes wordt wel groter als de cliënt er lerend in staat. De kunst is bij mensen een houding gericht op groei te cultiveren (Garvin, Edmondson & Gino, 2008). Positieve ontwikkelingen zijn successen die gevierd worden en geven aan dat we op de goede weg zijn. Negatieve ontwikkelingen zijn bedoeld om van te leren en er beter van te worden. Fouten maken mag. Sterker nog; het moet en ze zijn er om van te leren. Deze houding biedt een goede voedingsbodem voor moed. Om met Hagel en Brown (2010) te spreken: "The greatest threat to success is avoiding failure." Aan de basis van een houding gericht op groei ligt veiligheid. En dit wordt weer bepaald door opvattingen en hoe er met macht wordt omgegaan. Bijvoorbeeld de opvatting dat mensen kwaliteit ontwikkelen door uitdagingen, inspanning, fouten maken en leren van fouten en successen (Dweck, 2006). Van mensen helden maken Als loopbaanprofessional bied je deze veiligheid en moedig je jouw cliënten aan tot actie, resultaat en groei.
LoopbaanVisie nr. 3 - augustus 2014
9
DURVEN
Hoofdartikel
Wanneer we daarin slagen zien we een verandering in de hele staat van zijn van de cliënt. Moed is namelijk een heftig iets. Het is een houding, met een zeker gevoel, een neiging en een vastberadenheid. Het komt op een gegeven moment opborrelen. Dat zie je gebeuren. Mensen 'krijgen de geest'. Net zoals je bevangen kan worden door angst, kan je bevangen worden door moed. Net zoals een heftige gebeurtenis kan leiden tot posttraumatische stress, kan die gebeurtenis leiden tot posttraumatische groei (Tedeshi & Calhoun, 2004; Linley en Joseph, 2004). De cliënt als held maakt dankzij moed een innerlijke reis naar groei door.
Hoe groter het probleem en hoe aanlokkelijker de oplossing, hoe eerder mensen moedig gedrag vertonen
Daarin zijn wij als loopbaanprofessional het instrument. Omgaan met angst en aanmoedigen van moed betekent dus werken met de energie van de ander en van jouzelf. Als loopbaanbegeleider zul je dat ook herkennen. Van mensen helden maken zijn momenten van waarheid, waarop je heldenmoed moet tonen om een held te creëren. Als je daarin slaagt, zie je dat de cliënt meer integer wordt, de communicatie opener en directer wordt, er meer vertrouwen komt en meer wordt geleerd. De cliënt voelt zich gesterkt in de innerlijke reis naar groei en zal zich meer als held gedragen. Maak van jouw cliënt een held. De vraag is: Wie zit er achter het stuur en wie op de achterbank? Jij of jouw angst? Uiteindelijk is het een kwestie van doen. Fouten maken mag. ■ Alexander van den Berg is eigenaar van De Academie voor Zijn en grondlegger van SET. www.deacademie.nu
10
LoopbaanVisie nr. 3 - augustus 2014
Referenties • Blagen, M., & Yang, J. (2009). A tool of facilitating courage: Hope is a choice. Paper based on a program presented at the American Counseling Association Annual Conference and Exhibition, Charlotte, NC, March. • Dweck, C. (2006). Mindset. The new psychology of success. Random House. • Edmondson, A.C. (2002). Managing the risk of learning: Psychological safety in work teams. West, M. (Ed) International Handbook of Organizational Teamwork. London: Blackwell. • Finfgeld, D.L. (1999) Courage as a process of pushing beyond the Struggle. Qualitative Health Research. 9(6), 803-814. • Garvin, D.A., Edmondson, A,C. & Gino, F. (2008). Is yours a learning organization? Harvard Business Review, March. • Goud, N.E. (2005) Courage: Its Nature and Development. Journal of humanistic counseling, education and development, 44. • Hagel III, J. & Brown, J.S. (2010). Do you have a growth mindset? Harvard Business Review online blog, November 23. • LeDoux, J. (1999). The emotional brain. The mysterious underpinnings of emotional life. Simon & Schuster. • Linley, P.A., & Joseph, S. (2004). Positive Change Following Trauma and Adversity: A Review. Journal of Traumatic Stress, 17, 11–21 • Pury, C.L.S. (2008). Can Courage Be Learned? Lopez, S.J. Positive Psychology: Discovering Human Strengths. Praeger Publishers Inc. • Rachman, S.J. (2010). Courage: A psychological perspective. The psychology of courage: Modern research on an ancient virtue. Pury, C.L S. & Lopez, S.J. (Eds). The psychology of courage: Modern research on an ancient virtue, (pp. 91-107). Washington, DC, US: American Psychological Association, xvi. • Tedeshi, R.G., & Calhoun, L.G. (2004). Posttraumatic Growth: Conceptual Foundation and Empirical Evidence. Philadelphia, PA: Lawrence Erlbaum Associates.