Heeft positieve affectregulatie invloed op emotionele problemen na ingrijpende gebeurtenissen? Lonneke I.M. Lenferink Rijksuniversiteit Groningen, Universiteit Utrecht Paul A. Boelen Universiteit Utrecht, Arq Psychotrauma Expert Groep
Inhoud • Inleiding – Psychopathologie na verlies van dierbare – Negatieve versus positieve affectregulatie
• Onderzoeksvragen huidige onderzoek • Methode
• Resultaten • Conclusie
Gecompliceerde Rouw > 12 maanden na verlies: – Intens verlangen naar de overledene – Moeite met acceptatie van het verlies – Preoccupatie met (omstandigheden rond) het verlies – Belemmering van dagelijks functioneren
• Nieuw in de DSM-5: Persisterende Complexe Rouwstoornis
Gecompliceerde rouw, depressie en PTSS PTSS en GR
Depressie en GR
Overeenkomsten
Verschillen
1. Intrusieve herinneringen 2. Vermijdingsgedrag 3. “Vervreemding” van anderen
Kern PTSS: angst voor subjectieve huidige dreiging
1. 2. 3. 4.
Bij depressie: reacties op hopeloosheid
Rumineren Verdriet Slaapproblemen Suïcidale ideatie
Kern GR: verlangen naar overledene en willen behouden van nabijheid tot de overledene
Bij GR: reacties op scheiding van/verlangen naar overledene
Factor analytisch onderzoek: Gecompliceerde Rouw onderscheidt zich van depressie en PTSS (Boelen & van den Bout, 2005; Prigerson et al., 1996)
Negatieve emotieregulatie: Rumineren
Positieve emotieregulatie • Rumineren versus ‘dampening’ – “Wanneer je je blij/gelukkig voelt, hoe vaak denk je dan: Ik heb nu gewoon geluk gehad, en dat moment van geluk zal wel snel voorbij zijn”?
• Dampening – Dempen/onderdrukken van positieve emoties – Speelt belangrijke (meer prominente?) rol bij depressie (Raes et al., 2012)
• Response to Positive Affect scale (RPA) – Feldman et al, 2008
Positieve emotieregulatie • Twee subschalen van de RPA meten adaptieve positieve emotieregulatie: – “Self-focused positive rumination” positieve gedachten over de eigen persoon: “Wanneer je je blij/gelukkig voelt, hoe vaak denk je dan “Ik krijg alles wat ik wil bereiken voor mekaar”? – “Emotion-focused positive rumination” positieve gedachten over de eigen emotionele beleving: “Wanneer je je blij/gelukkig voelt, hoe vaak geniet je dan van dat moment?”
Onderzoek: Positieve Emotieregulatie en reacties op verlies en vermissing • In hoeverre speelt een (verstoorde) regulatie van positief affect een rol bij emotionele problematiek na het verlies van een dierbare • Wat is het relatieve belang van maladaptieve regulatie van positief en negatief affect bij deze problematiek?
Methode Steekproef 1: overlijden van dierbare • Inclusiecriteria: • Volwassenen, geconfronteerd met dood dierbare, max 12 maanden geleden
Steekproef 2: vermissing van dierbare • Inclusiecriteria: • Volwassen familielid of vriend van een persoon die drie maanden of langer is vermist
• Vermiste: • “Iemand wiens verblijfplaats onbekend is, ongeacht de omstandigheden van de verdwijning. Zij zullen als vermist worden beschouwd totdat ze zijn gevonden en hun welzijn of anderszins is bevestigd "
Meetinstrumenten Na overlijden van een dierbare
Na vermissing van een dierbare
Inventory of Complicated Grief
Inventory of Complicated Grief
Posttraumatic Stress Symptom Scale
Posttraumatic Stress Disorder Checklist for dsm-5
Hospital Anxiety and Depression Scale (depression scale)
Inventory of Depressive Symptomatology
Response to Positive Affect Scale (RPA)
Response to Positive Affect Scale (RPA)
Brooding-scale Ruminative Response Scales (RRS)
Brooding-scale Ruminative Response Scales (RRS)
Symptomen: Gecompliceerde rouw PTSS Depressie
Positieve emotieregulatie: Dampening Self-Focused Positive Rumination Emotion-Focused Positive Rumination Negatieve emotieregulatie: Ruminatie
Methode • Hiërarchische regressie analyses met depressie, PTSS en gecompliceerde rouw als afhankelijke variabelen en i) achtergrondvariabelen, ii) positieve affectregulatie, iii) rumineren als predictoren. • Analyses per type verlies; overlijden en vermissing
Beschrijving van de steekproeven Sample 1 Nabestaanden overlijden van dierbare (n=187)
Sample 2: Achterblijvers vermisten (n=106)
59.9 (12.7) yrs
59.4 (13.3) yrs
64.7%
68.9%
3.9 (1.6) months
17.2 (18.2) yrs
Partner
51%
15%
Kind
5%
11%
Overig familielid/vriend
44%
74%
Natuurlijk (bijvoorbeeld ziekte)
93%
-
Onnatuurlijk (bijvoorbeeld ongeluk)
8%
-
Vermoedelijk slachtoffer delict
-
32%
Vermoedelijk ongeluk
-
23%
Vrijwillig verdwenen
-
22%
Gemiddelde leeftijd (SD) Vrouw Tijd sinds verlies/vermissing (SD) Verloren dierbare is:
Oorzaak verlies
Prevalentie van psychopathologie Sample 1: Na overlijden van dierbare
Sample 2: Na vermissing van een dierbare
Depressie
41%
21%
PTSS
10%
19%
Gecompliceerde rouw
6%
42%
Positieve en Negatieve Emotieregulatie en Depressie Depressie na overlijden β Stap 1: Achtergrondvariabelen Geslacht; Verwantschapsrelatie; Tijd sinds verlies, Soort verlies
β
Verklaarden geen significante % variantie
… 22%
7%
…
…
Self-focused pos. rumination
-.29***
-.15
Emo-focused pos. rumination
-.13
-.08
.28***
.14
Dampening
Stap 3: Achtergrondvar + RPA + Brooding Achtergrondvariabelen
ΔR2
22%
Stap 2: Achtergrondvar + RPA Achtergrondvariabelen
ΔR2
Depressie na vermissing
5%
5%
…
…
Self-focused pos. rumination
-.25**
-.14
Emo-focused pos. rumination
-.07
-.09
Dampening
.17**
.02
(Negative) Rumination
.28***
.26*
Positieve en Negatieve Emotieregulatie en PTSS PTSS na overlijden β Stap 1: Achtergrondvariabelen Geslacht; Verwantschapsrelatie; Tijd sinds verlies; Soort verlies
β
29% …
Stap 2: Achtergrondvar + RPA Achtergrondvariabelen
ΔR2
PTSS na vermissing 4% …
17%
18%
…
…
Self-focused pos. rumination
-.18*
-.02
Emo-focused pos. rumination
-.18*
-.24*
.26***
.33***
Dampening
Stap 3: Achtergrondvar + RPA + Brooding Achtergrondvariabelen
6%
19%
…
…
Self-focused pos. rumination
-.12
.01
Emo-focused pos. rumination
-.11
-.25**
Dampening
.13*
.09
.32***
.49***
(Negative) Rumination
ΔR2
Positieve en Negatieve Emotieregulatie en Gecompliceerde Rouw GR na overlijden β Stap 1: Achtergrondvariabelen Geslacht; Verwantschapsrelatie; Tijd sinds verlies; Soort verlies
β
35% …
Stap 2: Achtergrondvar + RPA Achtergrondvariabelen
ΔR2
GR na vermissing 14% …
16%
17%
…
…
Self-focused Pos Rumination
-.17*
-.12
Emo-focused Pos Rumination
-.20**
-.19
Dampening
.24**
.29**
Stap 3: Achtergrondvar + RPA + Brooding Achtergrondvariabelen
7%
21%
…
…
Self-focused Pos Rumination
-.11
-.12
Emo-focused Pos Rumination
-.13
-.15
Dampening
.10
.02
.35***
.55***
(Negative) Rumination
ΔR2
Conclusies 1.
Psychopathologie (na dood, vermissing) hangt sterker samen met verstoorde regulatie van negatief affect (=rumination) dan regulatie van positief affect
2.
Gecompliceerde rouw hangt zelfs uitsluitend samen met rumineren (niet met verstoorde positieve regulatie). Gecompliceerde rouw verschilt in die zin van andere stressgerelateerde emotionele reacties.
3.
Depressie na overlijden (maar niet na vermissing) hangt zowel samen met rumineren als met verstoorde regulatie van positief affect. Dit sluit aan bij eerder onderzoek (Raes et al.) Maar wat verklaart verschil tussen depressie na dood vs. vermissing?
Betekenis voor klinische praktijk 1.
In de behandeling van gecompliceerde rouw (na dood en vermissing) is het anders leren reguleren van negatieve emoties belangrijker dan het anders reguleren van positieve emoties. D.m.v. mindfulness D.m.v. cognitieve herstructurering (gericht op normaliseren van negatieve emoties)
2.
In de behandeling van depressie en PTSS is aandacht voor het beter reguleren van positief affect mogelijk meer effectief. Positief psychologische interventies
Heeft positieve affectregulatie invloed op emotionele problemen na ingrijpende gebeurtenissen? • Ja, afhankelijk van soort klachten en type verlies. • Met name bij depressieve klachten en PTSS na overlijden van een dierbare
Heeft positieve affectregulatie invloed op emotionele problemen na ingrijpende gebeurtenissen? Lonneke Lenferink Rijksuniversiteit Groningen, Universiteit Utrecht
[email protected] Paul Boelen Universiteit Utrecht, Arq Psychotrauma Expert Groep
[email protected]