AFDELINGSBOEKJE klas 1 mavo/havo klas 2 mavo/havo
mavo/havo onderbouw team
SCHOOLJAAR 2012-2013 1
Inhoudsopgave
pagina
1. Vakantieregeling vakantieregeling 2012/2013
4
2. Het lesrooster 60-minutenrooster, pauzeregeling, kwartalen, periodisering
3. Organisatie (wie doet wat …..)
4 5
over de mentor, de leraren, onderbouw en leiding, onderwijsondersteunend personeel, mediatheek, leerlingbegeleiding, MR, leerlingenraad, ouderraad, leerlingvereniging, comcomm, ouderpanel, leerlingpanel
4. Afspraken en Regels
10
over gedragscode, schoolregels, lestijd en aanwezigheid, magister, te laat, ongeoorloofd verzuim, toestemming voor afwezigheid, als je ziek bent, absentie bij LO, absentie bij repetities, docenten en te laat komen, invalles, sneeuwbaltelefoon, gedrag in de les, repetities, website, magister, kluisjes, leerlingpas, fietsenstalling, excursies, mentorles, huiswerk, agenda en studiewijzers, ouders en huiswerk, huiswerkklas
5. Contact met mentor en leraren
20
6. Beoordeling en Rapportage
21
rapportcijfers, leerstof, werkhouding, rapporten, schoolvrij aan het eind van het schooljaar
7. Katern klas 1 mavo/havo
24 25 25 27 27 30 30
mentor en secondanten oriëntatiemodule talen periodisering van vakken overgangsprocedure klas 1 revisie veranderen van afdeling
8. Katern klas 2 mavo/havo enkele nieuwe vakken in klas 2 periodisering van vakken in klas 2 overgangsprocedure klas 2 revisie
2
31 32 33 34 35
Inleiding In dit afdelingsboekje hebben wij voor jou alle informatie over de dagelijkse gang van zaken in klas 1 en klas 2 van de m/h-onderbouw bij elkaar gebracht. Het afdelingsboekje kun je naast de schoolgids gebruiken. Als het goed is, geeft dit boekje een antwoord op al je vragen over de lessen, de lestijden, de begeleiding, de regels, de jaarplanning en nog veel meer. Het is verstandig dat je dit afdelingsboekje aan je ouder(s) laat zien, dan zijn zij ook goed op de hoogte. Bewaar het boekje goed, je zult het boekje het hele jaar gebruiken. De leerlingenraad heeft het Leerlingenstatuut uitgegeven. Hierin staan de rechten en plichten van de leerlingen beschreven. Het Leerlingenstatuut kun je vinden op Intranet van de school. In dit afdelingsboekje hebben we een samenvatting weergegeven. Wij willen graag dat jij de weg weet, dat jij je dit jaar thuis voelt op onze school en veel succes behaalt met het leren. Wij hopen dat dit boekje daar een goede bijdrage aan kan leveren. Tenslotte rekenen wij erop dat je de regels niet alleen kent, maar vooral ook toepast. Wij wensen jou een succesvol jaar toe in je nieuwe klas. Mentoren van de eerste klas: 1MH1 dhr. G. van der Velden 1MH2 mw. N. de Vries 1MH3 mw. I. Kristen 1MH4 mw. E. Maseda Lamelas, dhr. M. van Brummelen 1MH5 mw. S. Poelman, dhr. D. Broeckman Mentoren van de tweede klas: 2MH1 dhr. M. Dijkhuis 2MH2 dhr. A. Tenten 2MH3 dhr. R. Heilmann 2MH4 mw. N. Haaksman 2MH5 mw. Bijlsma, dhr. S. Lim
Het afdelingsteam mavo/havo 1-2 en mavo 3-4 Afdelingsleider: mw. E.G. Otto-de Haart
[email protected] Afdelingssecretaresse:
mw. S. Boot
[email protected]
Conrector onderbouw:
dhr. C.A. Westerdijk
[email protected]
Overige teamleden:
mw. mw. mw. mw.
Bloemhard, mw. Dupuis, mw. Van Eck, De Groot, dhr. Hollander, dhr. De Jong, De Jonge, mw. Kelikova, dhr. Mathijssen, Okken, mw. Rodriguez Martines, dhr. Zuidema
3
1. Vakantieregeling Indeling van het schooljaar in vier kwartalen: Kwartaal 1: 3 september t/m 9 november Kwartaal 2: 12 november t/m 25 januari Kwartaal 3: 28 januari t/m 5 april Kwartaal 4: 8 april t/m 28 juni Vakanties 2012-2013: Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Paasvakantie Meivakantie Hemelvaartvakantie Pinkstervakantie Zomervakantie
(1e (2e (3e (4e
rapport rapport rapport rapport
16 nov) 1 feb) 12 apr) 5 jul)
20 oktober t/m 28 oktober 2012 22 december 2012 t/m 6 januari 2013 23 februari t/m 3 maart 2013* 29 maart t/m 1 april 2013 27 april t/m 5 mei 2013 9 mei t/m 12 mei 2013 18 mei t/m 20 mei 2013 6 juli t/m 25 augustus 2013
*Let op: De voorjaarsvakantie wijkt af van de adviesdata voor regio Noord. Een individuele afwijking van de vakantiedata is alleen mogelijk volgens de regelingen van de leerplichtwet, eventueel na overleg met de leerplichtambtenaar. Neem hiervoor contact op met je afdelingsleider.
2. Het lesrooster We werken met een 60-minutenrooster. Dat ziet er als volgt uit: 60 minuten 1e uur 2e uur PAUZE 3e uur PAUZE 4e uur 5e uur 6e uur 7e uur
Onderbouw 08.30 – 09.30 09.35 – 10.35 10.35 – 10.55 10.55 – 11.55 11.55 – 12.20 12.20 – 13.20 13.25 – 14.25 14.30 – 15.30 15.35 – 16.35
uur uur uur uur uur uur uur uur uur
Pauzeregeling De kleine pauze is voor de hele school op hetzelfde tijdstip. In de grote pauze hebben we een gescheiden pauzeregeling voor de onder- en bovenbouw. Hierdoor kunnen we de drukte in de pauze spreiden. Vierkwartalen Het schooljaar op het Comenius College is verdeeld in vier kwartalen. Elk kwartaal omvat een periode van ongeveer negen weken en kent een eigen rooster. Omdat het rooster vier keer per jaar verandert, verdient het maken van afspraken of het nemen van een bijbaantje de nodige aandacht en zorgvuldigheid, want de school gaat voor. Elke schooldag dient de leerling van het eerste tot en met het zevende uur beschikbaar te zijn. Afspraken buiten school mogen alleen gemaakt worden buiten deze tijden om. 4
Periodisering Enkele vakken worden slechts in twee of drie kwartalen gegeven. Het gaat hier om vakken die op jaarbasis 1 uur per week worden aangeboden, maar door periodisering 2 uur per week in twee kwartalen op het rooster staan. Het overzicht van de periodisering vind je achterin onder de leerjaren 1 en 2.
3. Organisatie In dit hoofdstuk lees je hoe de organisatie op het Comenius College in elkaar zit. Er staat in door wie en hoe je begeleid wordt. Ook krijg je een overzicht van alle personen met wie je in het komende jaar te maken krijgt. Uitgangspunten Het Comenius College wil een school zijn waar vanuit een christelijke levensvisie het onderwijs zó is ingericht dat het wezenlijk bijdraagt aan de vorming van zijn leerlingen tot volledige mensen. Wij willen dit realiseren door een kleinschalig georganiseerde school waar: - leerlingen en medewerkers zich gekend, gerespecteerd en gewaardeerd weten en zich veilig voelen; - leren en werken vóór alles inspirerend en motiverend zijn voor iedereen; - een brede, veelzijdige en gevarieerde vorming van de leerlingen centraal staat; - gedegen onderwijs en actief leren leiden tot optimale leerresultaten en een passende aansluiting op het vervolgonderwijs. Ons begeleidingsprogramma staat in het teken van gerichte aandacht. Dit geldt zeker voor onze nieuwe brugklasleerlingen. Zij moeten geleidelijk kunnen groeien in het nieuwe schoolsysteem. Geen sprong in het diepe, maar stap voor stap de school leren kennen. Het 1e jaar moet letterlijk een brug vormen tussen het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs. Om je goed te begeleiden en problemen te voorkomen, heeft de school een duidelijk systeem ontworpen, waarin de mentor centraal staat. De aanpak verschilt uiteraard per leerling. De begeleiding is allereerst gericht op het welzijn van iedere leerling. Dit betekent dat we het belangrijk vinden dat jij je op school op je plek voelt. Ten tweede willen wij je zo begeleiden dat je schoolvorderingen passen bij je capaciteiten. Tenslotte helpen we je om een goede keuze te maken welke afdeling het beste bij jou past als je het volgende leerjaar ingaat. De begeleiding staat niet los van de lessen maar maakt deel uit van het totale onderwijs- en vormingsaanbod van de school. Een goed overleg tussen school en thuis is daarbij voor ons belangrijk. Na de eerste klas stroom je door naar één van de volgende afdelingen: 1MH 2MH
2HV
5
Na de tweede klas stroom je door naar één van de volgende afdelingen: 2MH 3M
3H
Wie doet wat en waar kan ik ze vinden? In het onderstaande schema vind je de belangrijkste personen of groepen mensen genoemd in verschillende “blokjes”.Je merkt al dat je zelf in het midden staat. Daarna worden alle blokjes uitgelegd. Als je er nog vragen over hebt, kun je altijd bij de mentor terecht. 1. mentor en secondanten 2. leraren van een vak
8. MR van CVO 't Gooi leerling
4. onderbouwteams 5. onderwijs ondersteunend personeel: secretariaat conciërge (receptie) administratie CVO
9. Leerlingenraad Comenius College 3. de onderbouw: afdelingsleider mavo/havo 1-2 en mavo 3-4: mevr. Otto conrector onderbouw: dhr. Westerdijk
6. mediatheek 7. deskundigen: zorgcoördinator remedial teacher
10. Ouderraad Comenius College 11. LVC Leerling Vereniging Comenius 12. Comcomm informatieblad voor ouders 13. Ouderpanel en leerlingpanel
De mentor De mentor is de spil in de leerlingbegeleiding. Je mentor leert je al tijdens de kennismakingsdag kennen. Tijdens de wekelijkse mentorlessen en door persoonlijke gesprekjes kun je samen met hem of haar allerlei zaken bespreken zoals huiswerk maken, studieplanning, studieresultaten, sfeer in de klas, of belangrijke gebeurtenissen thuis. De mentor begeleidt jou persoonlijk, maar ook je klas als groep. Hij of zij is verantwoordelijk voor de begeleiding van alle leerlingen 1. op sociaal-emotioneel gebied 2. bij zaken die met meerdere vakken te maken hebben en 3. bij het kiezen van een afdeling Op deze gebieden verzorgt je mentor de contacten tussen jou, je ouders en de docenten. De mentor heeft contact met de docenten die aan jou les geven. De mentoren en overige docenten van het afdelingsteam houden regelmatig een leerlingbespreking.
6
Het contact met je ouders vindt bijvoorbeeld plaats tijdens de algemene kennismakingsavond en bij de mentorspreekavonden. De mentor is daarnaast bereikbaar via de email. De mentor houdt een administratie bij van jou als leerling. Deze administratie bevat gegevens over gesprekken, testen, observaties uit lessen, rapportcijfers, tussentijdse rapportages en persoonlijke gegevens. Leraren De leraar van een vak begeleidt je op het gebied van zijn vak (= inhoud van de leerstof en de vaardigheden). Bij vragen over een vak of het opgegeven huiswerk moet je bij de desbetreffende docent zijn. De docent werkt met een studiewijzer, waarmee je zo zelfstandig mogelijk leert werken. Studiewijzers staan op Magister, dat is een virtueel deel van de school dat op internet staat. Als de docent de les niet zelf kan geven, werkt de klas verder onder begeleiding van een invaller. Je hebt dan altijd de spullen van het vak bij je dat op het rooster staat. In de brugklas en het tweede leerjaar heb je geen “tussenuren”. Iedere docent heeft op de A1 gang tegenover de mediatheek een postvakje waar je een berichtje kunt achterlaten. Alle docenten zijn voor jou en je ouders bereikbaar via de email. De adressen staan in de schoolgids. Drie keer per jaar kunnen je ouders met de docenten of met de mentor spreken, er vindt dan een ouder- of mentorspreekavond plaats. Als je door bijv. ziekte, familieomstandigheden of verhuizing achterstand hebt opgelopen, kan de school je helpen met enkele bijlessen. De onderbouw De onderbouw bestaat uit de eerste twee leerjaren die in twee afdelingen zijn ingedeeld: h/v-onderbouw 1 h/v en 1g + 2 h/v, 2a en 2g
m/h-onderbouw 1 en 2 m/h
Naast de onderbouw kennen we ook de bovenbouw. Dit zijn de leerjaren 3 en 4 mavo, 3, 4 en 5 havo en 3, 4, 5 en 6 vwo (atheneum en gymnasium). De afdelingsleider van de m/h-onderbouw is mevrouw Otto. Zij is het algemene aanspreekpunt van de afdeling. Zij: - overlegt regelmatig met de mentoren en de docenten over de begeleiding van de leerlingen - houdt samen met de mentor de leerlingenmappen bij en registreren gegevens over studie (zoals cijfers), testen en gedrag - houdt toezicht op het schoolverzuim - vangt de leerlingen op die de les verstoren - onderhoudt contacten met ouders in het algemeen, met de basisscholen en met gespecialiseerde personen en instanties buiten de school - spreekt met de conrector (dhr. Westerdijk) over het beleid in de afdeling en de school. Bij de -
afdelingsleider meld je je wanneer je: iets niet aan je mentor of vakdocent kunt vragen toestemming voor een absentie wilt (met een witte kaart) er uitgestuurd bent je niet lekker voelt. 7
Je vindt mevrouw Otto in kamer A003. Als mevrouw Otto niet op haar kamer is kun je ook bij mevrouw Tiesing, afdelingsleider van h/v-onderbouw, terecht als er iets is. De onderbouwteams Er zijn twee onderbouwteams: het havo/vwo-team met 1hv, 1g, 2hv, 2a en 2g en het mavo/havo-team met 1mh, 2mh, 3m en 4m. Een team bestaat uit de mentoren van de klassen en andere docenten die veel les geven aan die klassen. Het team bespreekt regelmatig hoe het met de klassen en de individuele leerlingen gaat. De afdelingsleider is voorzitter van het team. Ieder team heeft een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de leerlingbegeleiding, het onderwijsbeleid en de personeelszorg in die afdeling. Om die reden hebben de docenten een groot deel van hun lestaak in hun eigen afdeling. Het onderwijsondersteunend personeel Secretariaat Mevrouw Van Dongen en mevrouw Boot zijn de secretaresses van de onderbouw. Ze zitten in kamer A003 bij de afdelingsleiders mevrouw Tiesing en mevrouw Otto. Je kunt bij hen terecht voor alle wijzigingen in je persoonsgegevens (bijv. een nieuw adres), aanvragen voor bijzonder verlof of wanneer er iets niet klopt in Magister bij je verzuim-aanwezigheidsregistratie. Wanneer de afdelingsleider er niet is kunnen de secretaresses ook je witte kaart onderteken. Conciërge De conciërge is de persoon waar je je meldt als je te laat bent. Je vindt hem meestal in de receptie in de hal van de school. De absentiekaarten met een handtekening van je ouders (witte kaarten) lever je bij hem in. Er ligt altijd een nieuwe kaart voor je klaar. De conciërge houdt o.a. toezicht in de school en bij de fietsenstallingen. Ook voor problemen met je fiets kun je bij hem terecht. Wanneer je bijvoorbeeld een lekke band hebt, wil hij deze wel tegen een kleine vergoeding plakken. Administratie van CVO ’t Gooi Bij de administratie kun je terecht voor vragen op het gebied van schades en verzekeringen. De administratie is uitsluitend in de pauzes geopend. Wanneer je hier iets over wilt vragen kun je beter eerst naar je mentor gaan. De mediatheek Je kunt bij de mediatheek terecht voor het lenen van boeken/dvd’s, maar ook voor het aanvragen van kopieerpasjes en kluisjes. De mediatheek heeft een belangrijke verzameling Franse, Duitse, Engelse en Nederlandse literatuur opgebouwd evenals een uitgebreide collectie informatieve boeken. In de mediatheek zijn verder naslagwerken en tijdschriften te vinden. Ook kun je in de mediatheek gebruik maken van de computers en het kopieerapparaat. De mediathecaresse is te allen tijde bereid je te helpen bij het vinden en uitlenen van een goed boek en het gebruik van de computers. Wij verwachten van je dat je stil werkt in de mediatheek. Veel leerlingen gebruiken deze ruimte om er te studeren! Je mag er niet eten en drinken. Je hebt altijd een schoolpas nodig voor het lenen van materialen en voor het gebruik van computers. 8
De mediatheek is iedere lesdag geopend van 09.00 – 15.30 uur. Deskundigen Deskundigen binnen de school. De school heeft een team van begeleidingsspecialisten die jou kunnen helpen door middel van gesprekken, lessen of trainingen op het gebied van: - remediale hulp (RT): dat is individuele begeleiding voor leerlingen met een leerachterstand en/of grote leerproblemen - dyslexie: voor leerlingen met lees- of spellingsproblemen - handschriftverbetering: voor leerlingen met een slecht leesbaar handschrift - faalangstreductie: als je erg veel last hebt van faalangst - vertrouwenspersoon en leerlingbegeleider Iedere leerling wordt aan het begin van het schooljaar getest voor rekenen, taal en dyslexie. Wanneer je te laag hebt gescoord voor je niveau en leeftijd, word je ingedeeld voor de Comenius-uren. De remedial teachers zijn: mevrouw T. Huiting & mevrouw M. Steenman. Deskundigen buiten de school. Wanneer een probleem binnen de school niet of niet goed kan worden opgelost, kunnen gespecialiseerde personen en hulpinstanties buiten de school worden ingeschakeld (bijv. Van Gelder-groep, het RIAGG, de schoolarts). Zie verder de schoolgids en website. Als je vragen hebt, spreek dan je mentor aan of de afdelingsleider. Deze bespreken met de zorgcoördinator welke deskundige van buiten de school ingeschakeld kan worden. De zorgcoördinator is mevrouw N. Mylius. De medezeggenschapsraad van CVO-’t Gooi De MR denkt mee over allerlei belangrijke onderwerpen om de Stichting CVO-’t Gooi en de vier bijbehorende scholen goed (of beter) te laten draaien. Soms moeten ze moeilijke beslissingen nemen. Wanneer je meer wilt weten over de MR kun je dit lezen in de schoolgids. De Leerlingenraad (LLR) De leerlingenraad houdt zich bezig met alle schoolzaken die direct betrekking hebben op de leerling. De leerlingenraad heeft regelmatig overleg met de schoolleiding over de meest uiteenlopende onderwerpen die te maken hebben met het onderwijs op het Comenius College en de belangen van de leerlingen. De leerlingenraad heeft het recht om te adviseren bij vaste benoemingen van docenten. De raad vergadert eens in de drie weken. Deze vergaderingen zijn openbaar. De vergaderdata en andere mededelingen van de leerlingenraad kun je vinden op het mededelingenbord. Op het Comenius College geldt een Leerlingenstatuut dat jaarlijks wordt uitgereikt aan de brugklas, 4 mavo, 4 havo en 4 vwo en aan nieuwe leerlingen in de overige leerjaren. Hierin staan alle rechten en plichten van de mensen die bij de school betrokken zijn. Het leerlingenstatuut staat ook op de website.
9
De Ouderraad Het Comenius College heeft een eigen ouderraad. Een van de taken van de ouderraad is het gevraagd en ongevraagd geven van adviezen aan de schoolraad en directie over zaken die de ouders in het bijzonder aangaan. Ouders die belangstelling hebben kunnen zich aanmelden. Eventuele benoeming vindt plaats na verkiezingen. De Leerlingen Vereniging Comenius (LVC) en de schoolkrant Iedere leerling is automatisch lid van de LVC. De LVC houdt zich vooral bezig met het organiseren van ontspannende activiteiten zoals sportwedstrijden, filmvoorstellingen en dans(/disco-)avonden. Daarnaast wordt er ook aandacht besteed aan culturele evenementen: toneel, cabaret, kunst, klassieke muziek en een musical. Voor de brugklas is er de spetterende brugklastalentenshow. Het LVC-bestuur bestaat uit 7 leerlingen, die ieder jaar aan het begin van de cursus worden gekozen. Het bestuur wordt geholpen door een tweetal docenten. Het postvakje van de LVC in de hal bij de docentenpostvakken is bestemd voor kopij. De redactie van de schoolkrant geeft regelmatig De Bison uit. Hierin vind je allerlei mededelingen, verslagen van uitstapjes, schoolavonden en wedstrijden, gedichten, verhalen en andere stukjes. Iedereen die dat wil kan meewerken aan de schoolkrant. De Comcomm Een aantal keer per jaar verschijnt de digitale nieuwsbrief de “Comcomm”op de website (www.comenius-hilversum.nl). Zo blijf je op de hoogte over alles wat op school speelt. Hierin staan belangrijke berichten voor jou en voor je ouders. Het ouderpanel en het leerlingpanel Het mavo/havo onderbouwteam laat zich graag op de hoogte houden van wat leeft onder ouders en leerlingen door het ouderpanel en het leerlingpanel. Beide panels komen drie keer per jaar bijeen. Er is één panel brugklas breed en één panel voor 2 m/h. Van de bijeenkomst wordt een verslag gemaakt en de punten worden besproken in het m/h-onderbouwteam. Vervolgens wordt de uitkomst weer teruggekoppeld. Het leerlingpanel bestaat uit de vertegenwoordigers van de brugklas en van de 2 m/h klassen. Zij vergaderen onder schooltijd. Het ouderpanel bestaat uit ouders die zich aan het begin van het jaar hebben opgegeven. Het ouderpanel brugklas vergadert voor het eerst op dinsdag 6 november van 15.30-17.00 uur. Het 2 m/h panel komt voor het eerst bijeen op dinsdag 30 oktober. Het ouderpanel wordt voorgezeten door de afdelingsleiders van de onderbouw.
4. Afspraken en regels Binnen onze school zijn dagelijks ongeveer 1500 mensen (leerlingen en medewerkers) actief. Dat stelt eisen aan de omgang met elkaar. Als iedereen zou doen wat hem of haar het beste uitkomt, zouden we elkaar in de weg zitten en geen gemeenschap vormen. We houden dus rekening met elkaar. De missie en visie van de school zijn beschreven in de schoolgids. De verwachtingen die wij hebben van het gedrag van leerlingen en medewerkers liggen in het verlengde hiervan en zijn beschreven in onderstaande gedragscode: 10
1. Wij en onze identiteit - Wij willen een school zijn waarin wij onze identiteit elke dag opnieuw uitdragen en uitstralen. - Wij laten ons inspireren door een christelijke levensvisie. - Wij gaan uit van elkaars talenten. - Wij dragen verantwoordelijkheid voor onszelf, de mensen om ons heen en onze leefomgeving. - Wij treden anderen met respect tegemoet. 2. Wij en het leren - Wij dragen bij aan een goed verloop van het leerproces. - Wij bereiden ons goed voor en doen actief mee met de les. - Wij zorgen met elkaar voor een goede (werk)sfeer. - Wij halen het beste uit onszelf en uit de anderen. 3. Wij en een veilige sfeer - Wij willen een school zijn waar iedereen zich thuis voelt, maar ook een school waar ieder het recht heeft zichzelf te zijn en waar we er zijn voor elkaar. - Wij houden ons aan de schoolregels. - Wij spreken elkaar op een fatsoenlijke manier aan. - Wij kleden ons verzorgd. - Wij gaan pesten en agressief gedraag met elkaar tegen. - Wij zijn zuinig op de spullen van onszelf en van anderen. - Wij respecteren elkaars eigendommen. 4. Wij en de anderen - Wij behandelen de anderen zoals wij ook behandeld willen worden. - Wij hebben respect voor onszelf en de anderen en dragen dat in woord en gebaar uit. - Wij discrimineren elkaar niet. - Wij geven elkaar het goede voorbeeld. - Wij houden ons aan gemaakte afspraken en spreken elkaar daar op aan. - Wij gunnen ieder de privacy waar hij/zij recht op heeft. 5. Wij en ons schoolgebouw - Wij houden de school en het terrein er omheen mooi en schoon. Een verdere uitwerking van de regels is te vinden in de schoolgids, het Leerlingenstatuut en op de website. Daar vind je ook wat je moet doen als je een klacht hebt over de school of de mensen die er dagelijks verblijven. Schoolregels Een vertaling van deze gedragscode levert in ieder geval de volgende belangrijke schoolregels op waar we elkaar aan houden: 1. Pesten mag niet. Als je zelf gepest wordt of in de gaten krijgt dat iemand anders gepest wordt, stap je naar je mentor, de leerlingbegeleider of je afdelingsleider.
11
2. Agressie en geweld horen niet in een school. Als je ziet dat iemand wordt bedreigd of als iemand geweld pleegt, stap je naar de conciërge of naar een andere medewerker van de school. 3. Roken, alcohol en drugs zijn verboden in de school en bij activiteiten die onder de verantwoordelijkheid van de school vallen. 4. Kom op tijd op school en in de les en zorg ervoor dat je altijd je spullen bij je hebt. 5. Als de docent niet bij het lokaal is, informeer je bij de roostermaker of het secretariaat naar de oorzaak. Neem nooit zelfstandig de beslissing om weg te gaan. 6. Blijf met je handen van andermans eigendommen af. 7. Je mag niet eten of drinken in de les. 8. Laat je mobieltje uit in de les. Maak er dus geen foto’s, filmpjes of geluidsopnamen mee. 9. Draag geen aanstootgevende kleding. 10.Hang je jas op aan de kapstok of berg hem in je kluisje; neem hem niet mee in de les. 11.Kom niet in een practicumlokaal, een computerlokaal, een gymlokaal of een ander praktijklokaal als daar geen docent of andere medewerker bij is. Roken is verboden op het gehele schoolterrein
Let op! Een mobieltje of MP3 speler mag niet gebruikt worden of zichtbaar in de klas aanwezig zijn. Gebeurt dit toch dan kan de docent het innemen. Je kunt het dan aan het einde van de dag (16.30 uur) ophalen bij de afdelingsleider. Wanneer je mobieltje voor de tweede keer wordt ingenomen, moeten je ouders het mobieltje komen ophalen bij de afdelingsleider. Lestijd en aanwezigheid Je dient dagelijks van 08.30 – 16.30 uur beschikbaar te zijn voor de school. De lessen beginnen en eindigen op het tijdstip dat het rooster aangeeft. Je mag tijdens de les het lokaal niet verlaten zonder voorafgaande toestemming van de docent. Op sommige dagen geldt een verkort lesrooster. De lestijden zijn vermeld in de schoolgids en op de website. Kijk op de monitoren aan het begin en einde van de lesdag en iedere pauze voor eventuele wijzigingen. Ook thuis kun je de roosterwijzigingen te weten komen, door te kijken op het dagrooster in Magister. Magister De docent registreert de aanwezigheid tijdens de lessen met behulp van het digitale programma Magister. Leerlingen en ouders kunnen op Magister de absentie zien. Wij verwachten dat jij en je ouders regelmatig controleren of de gegevens juist zijn. Mocht een gegeven niet kloppen, bijvoorbeeld omdat deze verkeerd zijn ingevoerd, laat het ons dan weten.
12
De witte kaart De witte kaart heb je nodig als je lessen gaat missen of gemist hebt. De kaart heeft twee kanten. Op de ene kant kun je door je ouders laten invullen dat je weer beter bent, wanneer je ziek bent geweest. Op de ander kant kun je een verzoek voor verlof invullen. Dat verzoek moet altijd door je ouders ondertekend zijn. Ook moet het verzoek ondertekend worden door de afdelingsleider. Dat betekent dat je met een dergelijk verzoek altijd eerst naar de afdelingsleider moet voordat je de witte kaart in de bus bij de conciërges kunt doen. De handtekening van de afdelingsleider heb je namelijk nodig om toestemming te krijgen. Ben je de witte kaart vergeten in te leveren? Tot 2 weken na het verzuim kun je het recht zetten bij de afdelingsleider. Het wordt dan goed in Magister gezet. Wanneer na twee weken een absentie als “onbekend geregistreerd” staat, wordt het omgezet in “ongeoorloofd verzuim” ofwel “spijbelen”. Te laat 1. Wanneer je onverhoopt te laat bent, meld je je bij de conciërge. Ga niet eerst naar de les, maar gelijk naar de conciërge! 2. Je krijgt van de conciërge een “te laat briefje”. Zonder dit briefje word je niet in de les toegelaten. Te laat zonder geldige reden De docent voert in Magister in, dat je te laat bent. Wanneer je zonder geldige reden te laat komt, meld je je de volgende ochtend om 08.00 uur bij de conciërge. Als je je de volgende dag niet meldt op het afgesproken tijdstip dan moet je je melden in het lokaal van het extra werkuur aan het einde van de dag. Dit is aan de afdelingsleider om te bepalen. Wanneer een leerling spijbelt, moet hij de gemiste tijd dubbel inhalen. Wanneer je het niet eens bent met een maatregel, bespreek je dat niet met de conciërge maar met de afdelingsleider. Schoolregels bij ongeoorloofd verzuim (te laat komen en spijbelen) Wij verwachten dat je mimimaal 1x per week je verzuimstaat in Magister controleert. Wanneer de gegevens niet kloppen ondernemen je actie naar de docenten of de secretaresse onderbouw om de juiste gegevens in het absentiesysteem te krijgen. Dit is je eigen verantwoordelijkheid. Bij te laat komen en verzuim zonder geldige reden neemt de school de volgende maatregelen Aantal Actie 2-9 x
Bij te laat: moet je je om 08.00 uur melden. Meldt je je niet dan moet je dezelfde dag 1 uur nablijven. Bij ongeoorloofd absent moet je de gemiste uren dubbel inhalen.
9x
Er gaat een brief naar huis. Een afschrift van deze brief wordt naar RBL gestuurd, die de melding opneemt in het dossier
12x en hoger
Je wordt aangemeld bij het verzuimloket van het RBL. Er zal een officiële waarschuwing volgen en de gemaakte afspraken worden vastgelegd in het dossier van het RBL.
13
16x en hoger
Er wordt een nieuwe aanmelding gedaan bij het verzuimloket, waarna er een HALT-verwijzing of procesverbaal opgemaakt wordt door het RBL.
De meldingen bij 12 x te laat/verzuim zonder reden bij het RBL is wettelijk verplicht. Voordat je wordt aangemeld heeft er tenminste één gesprek met de mentor en/of afdelingsleider plaatsgevonden. Voor de volledige richtlijnen van de verzuimregistratie van het RBL verwijzen wij je naar: www.rblgooi.nl Afwezigheid Toestemming voor afwezigheid Bij ziekte moeten je ouders de school tussen 08.00 en 09.00 uur bellen. Voorzien 1. Wanneer je vanwege bijzondere omstandigheden, bijv. een ziekenhuisopname of een bruiloft van naaste familieleden, een of meer lesuren wilt verzuimen, vraag je minstens een week van tevoren schriftelijk toestemming aan de afdelingsleiding. Je kunt hiervoor de witte kaart gebruiken. 2. Wanneer je onder schooltijd naar de dokter, de orthodontist o.i.d. moet, meld je dat in elk geval een dag van tevoren bij de afdelingsleider. Deze kan om een schriftelijke bevestiging vragen van je afspraak. Het spreekt vanzelf dat je dergelijke afspraken bij voorkeur buiten schooltijd maakt. Ook hiervoor kun je de witte kaart gebruiken. 3. Wanneer je verlof wilt aanvragen voor een extra vakantie of andere bijzondere omstandigheden, dan moet dit schriftelijk worden aangevraagd. We hebben hiervoor speciale formulieren, verkrijgbaar bij de afdelingsleider of de secretaresse. Bij het wel of niet verlenen van toestemming houden wij de richtlijnen aan van de leerplichtwet. Onvoorzien 1. Wanneer je door ziekte niet naar school kunt, zorg je dat de school tussen 08.00 uur en 09.00 uur gebeld wordt door één van je ouders. Als je weer beter bent, neem je de witte kaart mee, ingevuld als betermelding. 2. Wanneer je op school ziek wordt en naar huis wilt, meld je je af bij de afdelingsleider of bij een van de secretaresses van de onderbouw. Conclusie: Iedere absentie is van te voren gemeld! En nogmaals: Je ouders kunnen altijd op Magister zien of jij aan- of afwezig was tijdens de les. Wij verwachten dat je ouders regelmatig de gegevens in Magister controleren om te kijken of het klopt. Het kan bijvoorbeeld zijn dat je vergeten bent een witte kaart in te leveren. Voor vragen kunnen je ouders terecht bij de afdelingsleider.
14
Absentie bij lichamelijke opvoeding Medische verklaringen en verzoeken om vrijstelling van de gymlessen moeten bij de docent lichamelijke opvoeding worden ingeleverd en daarna dient de leerling persoonlijk de afdelingsleider te informeren. Let op: een medische verklaring leidt niet tot een vrijstelling maar betekent dat je een vervangende opdracht moet doen. Je moet zelf bij je LO-docent die vervangende opdracht halen en het resultaat bij hem inleveren. Absentie bij repetities Als je een repetitie hebt gemist door ziekte, moet je officieel afgemeld staan voor die dag. Dat betekent dat je ouders je ziek moeten hebben gemeld tussen 08.00 en 09.00 uur ’s ochtends. De eerstvolgende les maak je een afspraak met je docent voor het inhalen. Repetities kun je op donderdagmiddag tijdens het 6e of 7e uur inhalen. Je hoort van je vakdocent welke uur het is. Als je bent ingedeeld om een repetitie in te halen mag je niet wegblijven. Totdat je de repetitie hebt ingehaald, staat er een 0,1 (of een ‘gg’= geen gegevens) op je rapport. Als het inhalen niet binnen een maand plaatsvindt, verandert de 0,1 in een 1,0. Hier kan dan niks meer aan veranderd worden. Docenten en te laat komen Docenten doen natuurlijk hun uiterste best voor de start van de les in het lokaal aanwezig te zijn. Wanneer een docent aan het begin van de les onverhoopt niet aanwezig is, dan meldt een leerling (klassenvertegenwoordiger) namens de groep dit bij de roostermaker of de afdelingsleider. De leerlingen wachten nadere mededelingen af en gaan niet zonder toestemming weg bij het lokaal. Wanneer op dat moment geen invaldocent aanwezig is mogen leerlingen gaan werken in de aula. Brugklasleerlingen mogen niet het schoolterrein verlaten. Invalles Bij afwezigheid van de docent werk je in een invalles verder aan de hand van de studiewijzen, onder begeleiding van een vervangende docent of een invalkracht. Wanneer bij een toets je docent door ziekte of andere onvoorziene omstandigheid afwezig is, wordt de toets afgenomen door een vervanger of wordt er een afspraak gemaakt voor een nieuwe toetsdatum. Wanneer je klaar bent voor het vak ga je lezen in je leesboek. Bij elke invalles heb je de boeken van het vak en een leesboek bij je. Sneeuwbaltelefoon De docent die een klas/groep het eerste uur lesgeeft, maakt een sneeuwbaltelefoon. In geval van afwezigheid/ziekte belt hij de leerling die bovenaan staat tijdig op om de klas/groep te waarschuwen. De afwezige docent belt de eerste leerling om 07.00 uur en de school om 07.30 uur. Toestemming voor te laat komen in het 1e lesuur Als de bustijden niet aansluiten op het eerste uur, kunnen de leerlingen die met de bus naar school komen voor de duur van een kwartaal een briefje krijgen van de afdelingsleider om later op school te komen. Deze regel geldt alleen voor het eerste uur.
15
Voorbeeldig of storend gedrag in de les We verwachten dat je in de les zo goed mogelijk met leren bezig bent. De basis van een goede werkhouding is: - je bent op tijd - je hebt je spullen mee - je weektaak/huiswerk is af - je opdracht is op tijd ingeleverd - je bent goed bezig Indien je je tijdens de les niet aan de afspraken en regels houdt, spreekt eerst de docent jou daar (tijdens of na de les) op aan: hij neemt passende maatregelen en maakt met jou een duidelijke afspraak over het vervolg. Mocht deze afspraak niet tot het gewenste resultaat leiden dan bepaalt de docent de eerstvolgende keer het vervolg. Dit kan zijn: - Een tweede gesprek met jou, gevolgd door nieuwe maatregelen en een nieuwe afspraak over het vervolg. - Een gesprek met je mentor over je gedrag en/of werkhouding en/of werkhouding en de te nemen maatregelen. - Verwijdering uit de les. Wanneer je door een docent verwijderd wordt, vindt er geen discussie in de les plaats, maar wel een gesprek met de docent na de les. Als je er uit gestuurd wordt, meld je je direct bij de afdelingsleider die jou zal vertellen wat je te doen staat. Indien je moet nablijven, moet je er rekening mee houden dat je dezelfde dag na het laatste lesuur nog een uur moet nablijven. Tot en met het 7e lesuur kan de school een beroep op jouw tijd doen. De school hoeft dan geen rekening te houden met jouw persoonlijke afspraken. Mocht dit allemaal niet helpen en is er sprake van structureel storend gedrag, dan wordt door de docent of door de mentor of door de afdelingsleider contact opgenomen met je ouders. Repetities Je mag slechts één repetitie of toets per schooldag krijgen. In toetsperiodes, inhaaldagen en bij herkansingen mag van deze regel afgeweken worden. Daarnaast kunnen overhoringen worden opgegeven. De docent moet de uitslag van een toets, repetitie of schriftelijke overhoring binnen twee schoolweken bekend maken aan de leerling en binnen drie schoolweken op het leerlingenweb hebben gezet. Een werkstuk of verslag dient uiterlijk drie weken na de deadline nagekeken te zijn. Als het langer duurt, licht de docent de klas/groep vooraf in over de redenen van het uitstel. Website De website van de school www.comenius-hilversum.nl bevat veel informatie over de school, belangrijke regelingen, nieuwsberichten, fotoalbums, verslagen van activiteiten en relevante berichten voor ouders en leerlingen. Magister Magister is een afgeschermd deel van de site en alleen toegankelijk met inlogcode en persoonlijk wachtwoord. Op het leerlingendeel van Magister staan vakkeninformatie, klassengegevens, brieven aan ouders, cijfers en roosters, informatie van de leerlingenraad etc. Indien nodig worden brieven per post of per 16
email naar het huisadres gestuurd. Je dient zorgvuldig om te gaan met je inlogcode en wachtwoord. Het is voor jou als leerling en je ouders bestemd en moet aan niemand anders bekend gemaakt worden. Kluisjes Leerlingen bergen hun jas en andere kostbare spullen zoveel mogelijk op in het kluisje. Je boeken neem je uiteraard mee naar huis om je huiswerk te kunnen maken. Iedere leerling kan voor de duur van een schooljaar een kluisje huren. Voor nieuwe leerlingen geldt: de huur ad € 12,50 (€ 25,00 voor een LOOTkluis) dient te worden overgemaakt op het rekeningnummer van de school onder vermelding van ‘huur kluis en de naam van de betreffende leerling’. Bij overhandiging van een kopie van de overboeking en de schoolpas krijgt de leerling in de mediatheek een kluis toegewezen. Leerlingen die al een kluis huren en deze willen verlengen krijgen ieder jaar bericht i.v.m. voortzetting van de huur. De kluisjes moeten voor de zomervakantie geleegd worden in verband met schoonmaak. De schoolleiding houdt zich te allen tijde het recht voor om de kluisjes te inspecteren, bijvoorbeeld op verboden middelen. Leerlingpas Zodra je op het Comenius College leerling bent, ontvang je een leerlingpas. Deze pas heb je nodig om je te melden bij de conciërge als je te laat komt, om te kopiëren of te printen, om in de mediatheek boeken te lenen en om je te identificeren bij schoolfeesten. De leerling is zelf verantwoordelijk voor zijn pas. Bij verlies of beschadiging meldt de leerling dit bij de conciërge en vraagt direct een nieuwe pas aan bij de mediatheek tegen een financiële vergoeding. Als een pas drie jaar oud is en het nog doet, heeft de leerling het recht kosteloos een nieuwe pas aan te vragen. Fietsenstalling Fietsen horen in de stalling en mogen niet los op het plein of voor de stalling worden gezet. De conciërges houden ’s ochtends toezicht bij het stallen van de fietsen. Het boshek aan de achterzijde van het gebouw is gesloten van 09.45 uur tot 14.00 uur. Excursies Excursies zijn onderdeel van het lesprogamma. Gedurende het schooljaar kunnen kosten in rekening worden gebracht. Op dit moment zijn de volgende excursies gepland voor de brugklas: - Schoolkamp ongeveer €40 - Kerstmarkt Munster (vakexcursie Duits), ongeveer €20 - Cultuurmarathon (Bij sommige workshops worden kosten in rekening gebracht.) Voor de tweede klas: - Aachen (alleen voor leerlingen met Duits) ongeveer €27,50 - Fietsexcursie aardrijkskunde De genoemde kosten geven een indicatie. Ook kunnen er nog excursies toegevoegd worden of niet doorgaan. Naast de vakexcursies zijn er facultatieve activiteiten zoals de brugklastalentenshow (€2) en de zwemdisco (€5). Voor de betaling wordt per excursie een factuur gestuurd.
17
Mentorles en huiswerk De mentorlessen Op het rooster staat mentorles ingeroosterd. Daarnaast heeft de mentor een spreekuur. Op dit spreekuur kan de mentor een afspraak met jou, of met een groepje klasgenoten of met de hele klas maken. Tijdens zo’n afspraak kun je bijvoorbeeld met de mentor bespreken hoe je vindt dat het met je gaat. Of de mentor bespreekt bijvoorbeeld met de secondanten en je klas de voorbereiding van het klassenfeest. De mentorles wil op vijf gebieden bij jou iets bereiken: 1. Je bekend maken met het schoolgebouw, het lesrooster, de schoolregels, je agenda 2. Je leren hoe jij en je klasgenoten aan een goede sfeer in de klas kunnen bijdragen 3. Je leren effectief te studeren door bewust te worden van je studiehouding 4. Het aanleren van goede studievaardigheden 5. Je een goede kijk geven op je eigen capaciteiten en mogelijkheden met het oog op de schoolkeuze aan het eind van de onderbouw. De mentor maakt in de mentorles gebruik van een lesmethode. Deze methode biedt jou handreikingen en oefenmateriaal om verschillende vaardigheden onder de knie te krijgen. Onderwerpen die ter sprake komen zijn ‘leren leren’ en het omgaan met elkaar. Je krijgt door allerlei oefeningen ook meer zicht op jezelf en op welke regels van belang zijn voor een goed leef- en leerklimaat. Het is belangrijk dat je ouders ook op de hoogte zijn van de informatie die in de mentorles wordt besproken, zodat zij jou eventueel kunnen helpen met de juiste studiemethoden. Uiteraard bespreken wij dit ook met je ouders op de kennismakingsavond en zo nodig op de mentorspreekavonden. Veiligheid Wij vinden het erg belangrijk dat jij je veilig voelt op school. Je mentor besteedt in het begin veel aandacht aan de sfeer in de klas en hoe jullie met elkaar om gaan. Maar ook buiten de lessen moeten leerlingen met respect met elkaar omgaan. Bespreek het met je mentor of met een secondant als er iets gebeurt wat je niet leuk vindt. Agenda en studiewijzers (Magister) Het is belangrijk dat je leert om een deel van het werk zelfstandig aan te pakken. Dat gaat natuurlijk niet vanzelf. De school helpt je door middel van mentorlessen, door het gebruik van een speciale agenda voor de brugklas en door studiewijzers. De agenda, uitgave van ‘de Citruspers’ is speciaal op maat gemaakt voor onze school. Hierin staan alle noodzakelijke gegevens die je nodig hebt om zelfstandig te kunnen werken. Persoonlijke gegevens, roosters, cijferadministratie, telefoonketen en natuurlijk de informatie per dag over het te maken en te leren huiswerk. Met name deze laatstgenoemde bladzijden bieden je veel informatie over hoe je het huiswerk kunt aanpakken. In de agenda plan je je huiswerk voor de volgende les met behulp van ‘de Tijdmachine’. Hoe dit werkt word je uitgelegd in de eerste mentorlessen. 18
Bij de cijferadministratie noteer je alle cijfers die je hebt gehaald. Achter het cijfer noteer je altijd de weging (hoe vaak het werk meetelt op je kwartaalrapport). Een handige tip is om alle proefwerken en opdrachten van alle vakken het hele jaar te bewaren. Zo weet je steeds precies hoe je er voor staat en kun je de berekening van je rapportcijfer goed controleren. Daarnaast bieden de studiewijzers per vak veel aanwijzingen die je inzicht geven in het totale programma en de planning die de docent aanhoudt. Met behulp van de studiewijzer leer je het (huis)werk te plannen voor de komende week. Wanneer je door ziekte of anderszins iets mist, kun je de studiewijzer gebruiken om de stof in te halen. De studiewijzers zijn beschikbaar op Magister. Je kunt ook thuis inloggen en het samen met je ouders bekijken. Ouders en huiswerk Je kunt voor bijna iedere dag wel huiswerk verwachten. Maar bij veel vakken kun je al behoorlijk wat werk in de les doen. In de mentorlessen besteedt de mentor aandacht aan de vaardigheden en de omstandigheden rondom het huiswerk. Na een paar weken krijg je meer ritme in het maken van het huiswerk en krijg je een bepaalde structuur. Voor sommige leerlingen kan het huiswerk echter een behoorlijke opgave zijn. Thuis kan dat soms moeilijk uitpakken als het huiswerk een bron van conflicten wordt. Het is dan verstandig samen met je ouders de moeilijkheden rondom het huiswerk op te lossen. Je kunt je afvragen: moeten ouders zich nu wel of niet met huiswerk van het kind bemoeien? Ouders die hierover meer willen weten kunnen contact opnemen met de mentor. Een prima gelegenheid is de eerste mentorspreekavond. Huiswerk: rechten en plichten Zowel de docent als de leerling heeft recht op duidelijkheid ten aanzien van het huiswerk en de verwachtingen daarover. Een aantal rechten en plichten van leerlingen, zoals geformuleerd in het Leerlingenstatuut, wordt hierna aangegeven. Rechten Je hebt als leerling recht op - Informatie over het hoe, wat en waarom van huiswerk en de wijze van toetsen. - Hulp van de docent bij het verbeteren van studievaardigheden. - Regelmatige controle of de tijd die per vak per keer aan het huiswerk wordt besteed overeenkomt met het idee dat de docent hierover heeft. - Een goede regeling voor de spreiding van proefwerken. - Minstens twee cijfers per vak op het rapport. - Dat een toets binnen twee weken is nagekeken en dat het cijfer binnen drie weken wordt ingevoerd in Magister. - Dat een toets in de klas besproken wordt.
Plichten Je hebt als leerling de plicht - Om het huiswerk te maken en/of te leren, waardoor je de totale leerstof van een leerjaar gaat beheersen. - Het huiswerk in je agenda te noteren. 19
-
Het rooster in je agenda te schrijven of bewaren. Boeken, agenda, studiewijzer en andere schoolspullen altijd bij je te hebben. Bij afwezigheid je alsnog op de hoogte te stellen van het huiswerk. Na afwezigheid afspraken te maken over in te halen proefwerken. De door de docent beschikbaar gestelde lestijd voor oefening efficiënt te benutten. De leerstof voor proefwerken tijdig te bestuderen en er alles aan te doen om een proefwerk bij de eerste gelegenheid te maken.
De Huiswerkklas Je kunt na schooltijd ook je huiswerk op school maken. De Huiswerkklas is bedoeld voor leerlingen die thuis moeilijk aan huiswerk maken toe komen. Dit kan verschillende oorzaken hebben. Kenmerkend aan de begeleiding is, dat de verantwoordelijkheid voor het maken van huiswerk en de daarbij behorende resultaten nadrukkelijk verschuift van de ouders/school naar de leerling zelf. Je krijgt hulp bij het plannen en er wordt gezorgd voor thee en een koekje. Het volgen van de Huiswerkklas is niet vrijblijvend. Bij het intakegesprek geef je je op voor minimaal één middag per week, voor minimaal één kwartaal. Het is alleen voor leerlingen die het zelf willen en dus gemotiveerd zijn. De kosten bedragen 4 euro per uur. Meer informatie over de Huiswerkklas vind je op de website www.comenius-hilversum.nl. U kunt ook mailen met mw. Pauline Povel:
[email protected]
5. Contact met mentor en leraren Op meerder momenten gedurende het schooljaar worden er spreekavonden georganiseerd. We onderscheiden mentorspreekavonden en docentenspreekavonden. De kennismakingsavond met de mentor voor de brugklas vindt plaats op maandag 17 september. En voor 2mh vindt deze plaats op maandag 24 september. De mentorspreekavond is een avond waarop je ouders een gesprek kunnen aanvragen met de mentor. Op woensdag 21 november en dinsdag 7 mei vinden de mentorspreekavonden plaats. Op deze laatste avond kun je met je ouder(s) meekomen. Dit dient dan van te voren, via het strookje, aangegeven te worden. Let op dat je op tijd het strookje inlevert, anders kan het niet worden opgenomen in het rooster. Na het 2e rapport kunnen je ouders op de docentenspreekavond met de vakdocenten spreken over jouw resultaten bij het desbetreffende vak. De docentenspreekavond vindt plaats op dinsdag 19 februari. Tijdens de leerlingbespreking bespreken de mentor, de overige docenten van het brugklasteam en de afdelingsleiders hoe het met jou en je prestaties gaat op school. Bij vragen mogen je ouders of jij altijd contact opnemen met de mentor of de vakdocent. In de schoolgids staan hun e-mailadressen. Zij zullen zo snel mogelijk contact opnemen. 20
6. Beoordeling en rapportage Het cijfersysteem Doorlopend rapportcijfer Bij de overgang wordt uitgegaan van een doorlopend rapport met één cijfer achter de komma (geen afrondingen). De cijfers in de tweede helft van het jaar zullen zwaarder meewegen in het gemiddelde. Proefwerken worden zwaarder gewogen dan SO’s. Overigens wordt in het eerste kwartaal voor de brugklassen geen cijfer onder de 4.0 gegeven. In de m/h klas en de h/v klas wordt gecijferd op twee niveaus. Leerlingen en ouders hebben in principe twee jaar de tijd om de juiste afdeling te bepalen. Berekenen rapportcijfer en eindcijfer Voor ieder rapport worden tenminste evenveel cijfers gegeven als het aantal lessen per week voor dat vak, met een minimum van twee. Eén van deze cijfers is een repetitiecijfer. Het 1e kwartaal in de brugklas is vanwege de gewenningsperiode een uitzondering op deze regel. Bij de berekening van het tweede, derde en vierde rapportcijfer bepalen de cijfers van de proefwerken het rapportcijfer voor tenminste 2/3 deel. De andere cijfers voor maximaal 1/3 deel. De weging van de verschillende werken wordt vermeld op je cijferoverzicht op Magister. Beoordeling In de beoordeling en op het rapport wordt onderscheid gemaakt tussen leerstof en werkhouding. De leerstof De leerstof wordt onder meer getoetst door middel van proefwerken. Toetsing van de leerstof kan ook geschieden door mondelinge en schriftelijke overhoringen (SO). Bij de bepaling van het rapportcijfer ligt de nadruk op de proefwerken. Daarin worden zowel kennis als inzicht getoetst. De werkhouding De werkhouding laat zich vaak lastig omschrijven. Wanneer is een werkhouding goed, wanneer is het onvoldoende? Je kunt bij de beoordeling naar verschillende aspecten kijken. Voorbeelden hiervan zie je in het schema. Aan de hand van dit schema kan een leerling ook beter bepalen waar hij zichzelf in kan verbeteren. Wanneer de leerling hulp nodig heeft, kan hij overleggen met de docent of met zijn mentor. De werkhouding is niet meegenomen in de overgangsnormen. Wel speelt het een rol bij het advies dat de vakdocent geeft. De werkhouding staat vermeld vanaf rapport twee in de brugklas en rapport een voor leerjaar 2.
21
Werkhouding Starten en doorwerken
Niveau 1 Werkt door aan kort durende opdrachten. Onderbreekt het werk regelmatig. Laat zich snel afleiden door omgevingsruis.
Concentratie
Kan voor een korte periode geconcentreerd luisteren naar docent of medeleerling (5-10 minuten). Stopt met werken als hij het niet snapt. Stopt bij tegenslagen.
Taakgerichtheid
Begeleiding
Reflectie
Heeft veel begeleiding nodig bij het zich (blijven) houden aan regels en afspraken (huiswerk, inleverdata etc.) Kan sterke/zwakke kanten van werkhouding en resultaten herkennen als de docent die benoemd.
Niveau 2 Werkt zelfstandig in de les aan opdrachten. Stopt met werken als hij naar eigen inzicht er voldoende tijd en aandacht aan heeft besteed. Kan langere tijd (1020 min.) geconcentreerd luisteren naar docent of medeleerling. Vraagt om uitleg als hij het niet snapt. Heeft moeite met tegenslagen. Heeft enige begeleiding nodig bij het zich (blijven) houden aan regels en afspraken (huiswerk, inleverdata etc.). Kan met begeleiding sterke/zwakke kanten van werkhouding en resultaten benoemen. Kan met begeleiding bijsturen en eraan werken.
Niveau 3 Begint uit zichzelf met een opdracht. Werkt rustig door en stopt als hij klaar is.
Kan een lange tijd (20-30 min.) luisteren naar de uitleg van de docent of naar medeleerling. Kan doelgericht werken en zich over tegenslagen heen zetten. Kan zich houden aan regels en afspraken (huiswerk, inleverdata etc.).
Kan zelf sterke/zwakke kanten van werkhouding en resultaten benoemen, bijsturen en eraan werken.
Rapporten Via Magister hebben leerlingen en ouders altijd een overzicht van de behaalde cijfers. Om de site te openen krijg je een gebruikersnaam en een wachtwoord om in te loggen. Het 1e rapport verschijnt op vrijdag 16 november. Het 2e rapport verschijnt op vrijdag 1 februari. Over de resultaten per vak kunnen ouders met de vakdocenten spreken op de docentenspreekavond. Bij het 3e rapport geeft iedere docent voor zijn vak aan de mentor een advies over de afdeling die waarschijnlijk het best bij de leerling past. Dit heet een determinatie-advies. Dit advies is een intern gegeven voor de mentor, die zich zo een beeld kan vormen welke kant het ongeveer met de leerling opgaat. De mentor kan deze adviezen gebruiken als onderwerp van gesprek met leerlingen en ouders. Dit determinatieadvies is o.a. gebaseerd op: - de behaalde cijfers; - de vakspecifieke aspecten (kennis, inzicht, toepassing) - de algemene aspecten (je werkhouding en algehele indruk). Rapport 3 verschijnt op vrijdag 12 april. Rapport 4 verschijnt aan het einde van het cursusjaar op vrijdag 5 juli.
22
Schoolvrij aan het einde van het schooljaar Indien de leerling aan alle verplichtingen heeft voldaan (en dus alle toetsen en werkstukken heeft ingeleverd), is woensdag 26 juni de laatste dag dat hij/zij naar school gaat. Het eindrapport wordt uitgereikt op vrijdag 5 juli. In overleg met de mentor kan het rapport naar huis worden opgestuurd. Daarvoor is een grote A4-envelop nodig met voldoende postzegels, omdat ook de nieuwe schoolgids verzonden wordt
23
7. Katern klas 1 mavo/havo Belangrijke data 1mh 3 september 4 september 13 & 12 september 17 september
brugklassen: introductieprogramma klas 1 en 2 eerste lesdag brugklaskamp voor 1mh kennismakingsavond met mentoren voor ouders klas 1
2 oktober 3 oktober
fotograaf op school voor onderbouwleerlingen voorlichtingsavond dyslexie
6 november 16 november 21 november
ouderpanel brugklas 1e bijeenkomst 1e rapport + uitnodiging mentorspreekavond mentorspreekavond onderbouw
5 december 10 december 20 december 21 december
sinterklaas vieren na het 4e lesuur excursie Műnster kerstvoorstelling leerlingen en ouders onderbouw kerstprogramma onderbouw
7 januari
studiedag: lesvrij voor alle leerlingen
1 februari 8 februari 12 februari 15 februari 19 februari 22 februari
2e rapport + uitnodiging docentenspreekavond deadline inschrijving docentenspreekavond ouderpanel brugklas 2e bijeenkomst discozwemmen brugklas docentenspreekavond studiedag: lesvrij voor alle leerlingen
19 maart
ouderpanel brugklas 3e bijeenkomst
12 april 22 april
3e rapport + uitnodiging mentorspreekavond mentorspreekavond
6 en 7 mei
talendagen
13 17 24 26 27
sportdag deze week: toetsweek onderbouw (onder voorbehoud) cultuurmarathon laatste lesdag overgangsvergaderingen
juni juni &25 juni juni juni t/m 2 juli
3 juli 5 juli 6 juli
revisie-vergaderingen 4e rapport, tevens eindrapport en afsluiting schooljaar start zomervakantie t/m 25 augustus
NB: genoemde data zijn onder voorbehoud van evt. wijzigingen
24
De mentor en secondanten De mentor in de brugklas wordt geholpen in de begeleiding door de secondanten, 4e-jaars leerlingen die meedoen met de introductiedagen en het kamp. Secondanten kunnen jou ook helpen met (huiswerk voor) een moeilijk vak of met vragen over de school. Vraag ze er eens over! Vergeet niet dat secondanten precies weten hoe het op school allemaal werkt. Voor de meeste problemen die jij tegenkomt weten zij wel een oplossing. Ze kunnen je in ieder geval veel informatie geven. De mentor en de secondanten helpen ook met het organiseren van klassenfeesten. De mentoren en de secondanten van dit schooljaar: klas mentor brugklas 1MH1 dhr. G. vd Velden 1MH2 mw. N. de Vries 1MH3 mw. I. Kristen 1MH4 mw. E. Maseda Lamelas/hr. M. v. Brummelen 1MH5 dhr. D. Broeckman/ mw. S. Poelman
naam secondant Doortje Boerenfijn Naomi Bakker Anna Fabriek Wanja Soeteman Anouk Bosselaar Romy vd Helm Maimoena Joemman Sophie Bramer Merel van Os Saskia van den Bos
Oriëntatiemodule Talen in de Brugklas Met onze steeds internationaler wordende samenleving vinden wij het op het Comenius belangrijk om de mogelijkheid te bieden naast Frans en Duits ook Spaans als examenvak te kunnen kiezen. Na leerjaar 1 kun je op het Comenius kiezen voor twee van de drie vakken Duits, Frans of Spaans. Naast Engels zijn in de onderbouw immers twee moderne vreemde talen verplicht. In de brugklas bieden we een Oriëntatiemodule Talen aan, waardoor je de gelegenheid krijgt om je op Spaans, Frans en Duits te oriënteren, zodat je aan het eind van het jaar een goede keus kunt maken voor de twee moderne vreemde talen naast Engels. De Oriëntatiemodule is niet alleen een keuzeprogramma, maar heeft natuurlijk ook een onderwijskundig doel: de leerlingen leren zich in de basis redden in alle drie de talen. We spreken zoveel mogelijk de taal in de klas en we oefenen volop met (levens)echte situaties. Aan het eind van het jaar vindt er een Taaldorp plaats waarin de leerlingen zich in alle talen op een eenvoudige manier kunnen redden in alledaagse situaties zoals de weg vragen, iets kopen, wat bestellen in een restaurantje ets. We werken inmiddels al enkele jaren met het programma en de ervaringen zijn tot nu toe heel goed. De leerlingen ervaren de talen niet als extra belasting! In tegendeel, veel leerlingen vinden het jammer dat ze een taal moeten laten vallen.
25
Hieronder leggen we aan de hand van veel gestelde vragen uit hoe het programma in zijn werk gaat. Is het programma niet te belastend? Om te zorgen dat het rooster met vier talen niet te zwaar wordt, zijn de vakken zodanig geroosterd dat een klas per kwartaal nooit meer dan 3 talen tegelijk heeft. Elke taal wordt maximaal 3 kwartalen gegeven. Hoe zit het met de cijfers voor al die talen op je rapport? De cijfers voor Duits, Spaans en Frans vormen op het overgangsrapport samen één cijfer, het zogenaamde Combinatiecijfer. Dit cijfer moet gemiddeld minimaal een 6 zijn en mag uit maximaal 1 onvoldoende (niet lager dan een 4) bestaan. Hoe zit het met dyslectische leerlingen? Na twee kwartalen mag een leerling die in het bezit is van een dyslexieverklaring één taal laten vallen. De leerling is dan nog wel aanwezig in de les, maar mag dan aan een ander vak werken of doet een vervangende opdracht voor de taal die hij/zij laat vallen. Dit zgn. “Stappenplan Dyslexie” wordt aangestuurd door de RT. De ouders van een leerling die in het bezit is van een dyslexie verklaring, worden aan het eind van kwartaal 2 hierover verder geïnformeerd. Als je na een jaar een taal laat vallen, dan heb je toch voor niks geleerd? Op het Comenius werken we zoveel mogelijk met Communicatieve Talenmethodes, dat wil zeggen dat je de taal veel moet toepassen. Natuurlijk mag je nog wel fouten maken maar het is handig als je al snel de weg kunt vragen in het Spaans of iets kan bestellen op een Frans terrasje. Aan het eind van het eerste jaar is de leerling in staat om op eenvoudige wijze zich in veel voorkomende situaties te redden en eenvoudige vragen te beantwoorden. Dat toetsen we tijdens de Talendagen door zoveel mogelijk levensechte situaties na te bootsen. We gaan ervan uit dat je aan het eind van het jaar in ieder geval een basis hebt gelegd die je nooit meer kwijt raakt. Halen de leerlingen de talen niet door elkaar? Nee, gek genoeg gebeurt dat nauwelijks. De officiële term is “interferentie” en we hebben gemerkt dat er natuurlijk wel interferentie optreedt, maar dat dit zich vanzelf corrigeert. Bovendien zijn veel dingen in bepaalde talen hetzelfde, dus dat scheelt juist een hoop uitleg en leerwerk. Hoe wordt het keuzeproces begeleid? Aan het eind van het tweede kwartaal vinden de Taalportfolio gesprekken plaats. Op basis van de Taalportfolio’s en de resultaten van de diverse talen houden we individuele gesprekken om de leerling te begeleiden bij het maken van een bewuste keuze. Deze gesprekken vinden plaats onder schooltijd, ouders hoeven hierbij niet aanwezig te zijn. Hoe gaat het verder na de brugklas? Alle leerlingen hebben in klas 2 gewoon les in twee moderne vreemde talen naast Engels. De indeling van de klassen wordt gebaseerd op de talencombinaties.. Mavoleerlingen hebben de mogelijkheid om na de tweede klas nog een moderne vreemde taal te laten vallen. Havo- en vwo-leerlingen hebben tot en met de derde klas verplicht twee moderne vreemde talen en maken in de bovenbouw opnieuw een keuze. 26
Waar kan ik terecht met mijn vragen? Het Talenprogramma voor de brugklas wordt aangestuurd door de Stuurgroep Oriëntatiemodule die bestaat uit leden van alle talensecties: Mw. Van Houten (Frans), Mw. Poelman (Frans), Mw. Visser (Spaans),Mw. Garcia Pérez, (Spaans), Mw. Kanburoglu (Engels), Mw. Krooshof (Engels), Mw. Kristen (Duits) en dhr. Werger (Duits). Maar jij of je ouders kunnen natuurlijk ook altijd terecht bij de talendocent of de mentor. Periodisering van de vakken in de brugklas
Nederlands Engels Frans Duits Spaans geschiedenis aardrijkskunde godsdiens wiskunde biologie natuur/techniek tekenen handvaardigheid muziek drama lich. opvoeding mentorles Comenius-uur Totaal
1mh 1e 2e 3e 4e kwartaal 3 2 2 3 2 2 0 3 2 0 2 3 0 2 3 2 2 3 2 0 0 2 2 2 2 2 2 0 1 0 2 2 3 3 2 2 2 2 1 2 2 2 2 0 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 2 2 2 2 2 1 1 1 0 1 1 0 26,5 26 27 27 26
Overgangsprocedure klas 1 Voor de afdelingen gymnasium, havo/vwo en mavo/havo De overgangsvergadering bespreekt de leerlingen en beslist over de bevordering. De procedure bestaat uit 3 stappen. Stap 1 Bij het inleveren van de cijfers voor het vierde rapport geeft iedere docent voor zijn vak een overgangs-advies: D (doubleren) AO (ander onderwijs, dat het Comenius College niet aanbiedt) M (mavo) M/H (mavo/havo) H/V (havo/vwo) V (vwo) met A (vwo atheneum) of met G (vwo gymnasium)
27
Dit advies is gebaseerd op: - de behaalde cijfers; - de vakspecifieke aspecten (kennis, inzicht en toepassing) - de algemene aspecten, zoals werkhouding. Deze adviezen worden niet vermeld op het rapport. Het zijn interne gegevens voor de mentor.
Stap 2 De overgangscommissie, bestaande uit de mentoren en de afdelingsleider van de brugklas, doet een voorstel aan de overgangsvergadering op basis van de onderstaande gegevens: - de cijferresultaten van de leerlingen; - de werkhouding; - de wensen van leerlingen en ouders; - de determinatie-adviezen per vak; - eventueel extra onderzoek. Stap 3 De overgangsvergadering, bestaande uit de mentor, vakdocenten en de afdelingsleider, bespreekt de voorstellen en beslist over de overgang. Regels voor de overgang (onder voorbehoud, wijziging wordt uiterlijk 15 oktober bekend gemaakt.) Uitgangspunten bevordering leerjaar 1 1. Je krijgt in de dakpanklassen m/h en h/v bij iedere toets twee cijfers: a. In 1m/h: één op het mavo-niveau en één op het havo-niveau b. In 1h/v: één op het havo-niveau en één op het vwo-niveau. In 1g krijg je bij iedere toets één cijfer op het vwo-niveau. Het havo-niveau in de m/h-klas correspondeert met het havo-niveau in de h/v-klas. Het vwo-niveau in de h/v-klas correspondeert met dat in 1g. 2. De cijfers van alle vakken, uitgezonderd LO (Sport) en drama (Kunst) tellen mee: Nederlands, Engels, Frans, Duits, Spaans (Talen), geschiedenis, aardrijkskunde, godsdienst/levensbeschouwing (Maatschappij vakken), wiskunde, biologie, techna (Exact), tekenen, handvaardigheid en muziek (Kunst). 3. Je mag bij de meetellende vakken maximaal twee tekortpunten halen. Een afgeronde vijf telt als één tekortpunt. Een afgeronde vier telt als twee tekortpunten. 4. Binnen de groep Nederlands, Engels en wiskunde mag je maximaal één 5 halen (dus één tekortpunt). 5. Leerlingen mogen na de brugklas één van de drie moderne vreemde talen Frans, Duits en Spaans laten vallen. Engels blijft verplicht. Frans, Duits en Spaans, dus ook het vak dat niet gekozen wordt, tellen met een gezamenlijk cijfer mee in de overgang. Er mag geen 3,0 gehaald worden voor één van de talen. Het taalportfolio en het gezamenlijk eindcijfer moeten voldoende zijn. a. Bij dyslectische leerlingen mag de moderne vreemde taal die je laat vallen onvoldoende scoren.
28
6.
7.
8.
9.
Van
b. Dyslectische leerlingen mogen een verzoek doen om voor de taal die zij niet kiezen een vervangende opdracht te doen in het laatste kwartaal dat het wordt aangeboden. De leerlingen blijven in de klas zitten en doen daar de opdracht die samengesteld wordt uit de talen die zij wel kiezen. De leerling(/ouder) richt het verzoek aan de docent van het vak dat ze niet kiezen. De vakdocent neemt samen met de remedial teacher en de afdelingsleider een besluit. Bij 3 of meer tekortpunten en/of bij meer dan één 5 in de groep Nederlands, Engels en wiskunde kom je in de bespreekzone. In 1g geldt daarbij dat je bij een onvoldoende voor Latijn ook in de bespreekzone komt. De beslissing van de overgangsvergadering is bindend. Het besluit wordt genomen bij meerderheid van stemmen, waarbij alle docenten stemrecht hebben (dus ook drama en LO). Bij opstroming werken we met een minimum puntentotaal voor alle tellende vakken. a. Leerlingen in de m/h-klas die naar de h/v-klas willen opstromen om aan te sluiten op het vwo, dienen een positief advies van het docententeam te hebben gekregen en minimaal 7.5 te staan als gemiddelde van de afgeronde rapportcijfers op het havoniveau. b. Leerlingen in de h/v-klas die naar 2a of 2g willen gaan, dienen een positief advies van het docententeam te hebben gekregen en minimaal 7.0 te staan als gemiddelde van de afgeronde rapportcijfers op het vwo-niveau. Voor de toelating tot 2g geldt bovendien de eis van een voldoende voor de module klassieke talen. Je kan in principe niet doubleren in de brugklas. In bijzondere gevallen is het toegestaan als je bijv. door ziekte een lange periode onderwijs hebt gemist. De overgangsvergadering beslist. Als een leerling wordt bevorderd naar een bepaalde afdeling hebben de ouders ook het recht hem/haar te laten plaatsnemen in een lagere afdeling. Afstromen
1MH ↓
↙ Naar Norm
Van
Bespreekzone: - 2MH - anders 3 of meer tekortpunten op de M-lijn en/of meer dan 1x5 bij Ne, En, Wi
2MH
Afstromen
Norm
Bespreekzone: 2HV 2MH anders 3 of meer tekortpunten op de H-lijn en/of meer dan 1x5 bij Ne, En, Wi
2HV
Max 2 tekortpunten En max 1x5 bij Ne, En, Wi
1HV ↓
↙ Naar
Opstromen ↘
Op de H-lijn geen tekortpunten en gem. 7.5 en positief advies
Opstromen ↘
2HV
2A
Max. 2 tekortpunten en max 1x5 bij Ne, En, Wi en voldoende voor La
Op de V-lijn geen tekortpunten en gem. 7.0 en positief advies
29
2G
Zie 2A. Plus voldoende resultaat module klassieken
Van
Afstromen ↙
Naar
Norm
Bespreekzone: 2G 2A 2HV anders 3 of meer tekortpunten en/of onvoldoende La en/of meer dan 1x5 bij Ne, En, wi
1G ↓ 2G
Max. 2 tekortpunten en max. 1x5 bij Ne, En, wi En voldoende voor La
Revisie Na de overgangsvergadering kunnen je ouders/verzorgers of je docenten voor een bepaalde datum revisie op het overgangsbesluit aanvragen. Elke revisieaanvraag moet schriftelijk of per mail bij de conrector onderbouw dhr. C.A. Westerdijk worden ingediend en moet nieuwe relevante gegevens bevatten. De conrector onderbouw beslist na overleg met mentor en afdelingsleider of er een revisie komt en stelt hiervan de ouders op de hoogte. De conrector belegt de vergadering en treedt op als voorzitter. Stemrecht hebben de docenten die op de overgangsvergadering stemrecht hadden. Bij staken van stemmen beslist de voorzitter. Wanneer de leerling of de ouders het niet eens zijn met het besluit van de revisievergadering, kunnen zij de rector een verzoek doen om de besluitvorming te toetsen. De rector kan alleen toetsen of de procedure van de revisie goed verlopen is en doet geen inhoudelijke uitspraak. Veranderen van afdeling Je start in één van de twee afdelingen. Leerlingen in de 1 m/h-afdeling kunnen, bij goede cijfers en een positief advies van de docenten, opstromen naar klas 2h/v. Hetzelfde geldt voor 1 h/v-leerlingen die naar 2 atheneum willen. Voor beide afdelingen geldt: wanneer je aan het eind van het jaar niet bevorderd wordt volgens de overgangsnormen ga je naar een lagere afdeling of als deze er niet is naar een andere school. De overgangsvergadering beoordeelt of hierop een uitzondering kan worden gemaakt.
30
8. Katern klas 2 mavo/havo Belangrijke data 2mh klassen: 3 september introductieprogramma klas 1 en 2 4 september eerste lesdag 24 september kennismakingsavond met mentoren voor ouders klas 2 2 oktober 3 oktober 10 oktober 11 oktober 30 oktober
fotograaf op school voor onderbouwleerlingen voorlichtingsavond dyslexie voetbaltoernooi georganiseerd door BSM inschrijven CC-leergangen ouderpanel 2 mh 1e bijeenkomst
16 november 21 november
1e rapport + uitnodiging mentorspreekavond mentorspreekavond onderbouw
5 december 20 december 21 december
sinterklaas vieren na het 4e lesuur kerstvoorstelling leerlingen en ouders onderbouw kerstprogramma onderbouw
7 januari 22 januari
studiedag: lesvrij voor alle leerlingen ouderpanel 2 mh 2e bijeenkomst
1 februari 8 februari 19 februari 22 februari
2e rapport + uitnodiging docentenspreekavond deadline inschrijving docentenspreekavond docentenspreekavond studiedag: lesvrij voor alle leerlingen
6 maart
schaatsdag 2e klas
12 17 22 23 23
3e rapport + uitnodiging mentorspreekavond excursie Aachen leerlingen met Duits mentorspreekavond ouderpanel 2 mh 3e bijeenkomst voorlichtingsavond voorlopige sectorkeuze
april of 18 april april april april
6 en 7 mei
talendagen
14 17 18 24 26 27
sportdag deze week: toetsweek onderbouw (onder voorbehoud) fietsexcursie aardrijkskunde cultuurmarathon laatste lesdag overgangsvergaderingen
juni juni juni & 25 juni juni juni t/m 2 juli
3 juli 5 juli 6 juli
revisie-vergaderingen 4e rapport, tevens eindrapport en afsluiting schooljaar start zomervakantie t/m 25 augustus
NB: genoemde data zijn onder voorbehoud van evt. wijzigingen
31
Enkele nieuwe vakken in klas 2 Natuurkunde en techniek: Techna Naar de tweede klas en je ziet dat je nieuwe vakken erbij krijgt. Techna, wat betekent dat? Techna is een afkorting voor twee vakken: techniek en natuurkunde. Techniek ken je al. In de tweede klas zul je steeds meer te maken krijgen met het vak natuurkunde. Wat houdt dat in, natuurkunde? Voor een vogelliefhebber bestaat ‘de natuur’ uit de vogels en alles wat bij die vogels hoort. Voor andere natuurliefhebbers zijn het de bossen, heidevelden, meren, vennen en de zee. Maar voor de natuurwetenschapper bestaat de natuur uit ‘alle dingen en verschijnselen om ons heen’. Dus ook de levenloze dingen zoals: aarde, licht, water, geluid, elektriciteit enzovoort. De bestudering van de levenloze stof is waar de natuurkunde zich mee bezighoudt. Mensen zijn nieuwsgierig. Ze willen graag alles weten. Niet alleen hoe, maar vaak ook wat, wie, wanneer, waardoor, hoeveel, hoe lang, hoe snel, waarvoor en ga zo maar door. Zonder deze nieuwsgierigheid zou de wetenschap niet hebben bestaan. De wetenschap probeert antwoorden te vinden op vragen die mensen stellen. Het komende jaar ga je bij het vak natuurkunde een aantal van die vragen proberen op te lossen. Dit door onderzoek te doen, waarbij waargenomen en gemeten wordt. Proeven doen is een zeer belangrijk onderdeel van de natuurkunde. Aan de hand van deze proeven zul je proberen een conclusie te trekken. De natuurkunde werkt vaak in een soort van lus: waarnemen – vragenstellen – proeven onderzoeken – conclusie trekken uit de proeven – opnieuw waarnemen, enzovoort. Is dit niet saai? Nee! Soms voel je je als een rechercheur die een zaak moet oplossen. Bij dit oplossen ontkom je er niet aan om ook wat kleine berekeningen te maken. Natuurkunde is dus ook een spannend vak. Bisk In klas 2 heb je ook een kwartaal Bisk op je rooster. Bisk is een samenvoeging van de vakken biologie en scheikunde. Het cijfer voor Bisk telt mee in je biologiecijfer. Leergangen klas 2 in 2012-2013 Leerlingen in 2m/h kiezen eind kwartaal 1 voor één van de leergangen Sport (1 groep), Wereldburger (2 groepen), Exact (2 groepen) of theaterklas (1 groep). De keuze geldt in principe voor twee kwartalen. Leerlingen die niet voor de theaterklas kiezen kunnen ingedeeld worden in de bijspijkerles taal (kwartaal 2) of de bijspijkerles rekenen (kwartaal 3), afhankelijk van de resultaten uit de testen.
32
Periodisering van de vakken in klas 2 (onder voorbehoud van wijzigingen) 2mh 1e 2e 3e 4e Nederlands
2
2
3
3
Engels
2
2
2
2
Frans
2
2
2
2
Duits
2
2
2
2
Spaans
2
2
2
2
geschiedeniss
2
2
2
0
aardrijkskunde
2
0
2
2
godsdienst
0
2
0
2
wiskunde
3
2
2
3
scheikunde
2
biologie
2
2
2
0
natuur/techniek
2
2
1
2
tekenen
1
1
1
1
handvaardigheid
1
1
1
1
muziek
1
1
1
1
drama
1
0
0
0
lich. opvoeding
2
2
2
2
mentorles
1
1
1
1
Comenius-uur
0
2
2
0
Totaal
26 26 26 26 26
NB: Enkele vakken worden slechts in twee of drie kwartalen gegeven. Het gaat hier om vakken die op jaarbasis 1 uur per week worden aangeboden, maar door periodisering 2 uur per week in twee kwartalen op het rooster staan.
33
Overgangsprocedure klas 2 voor alle opleidingen De overgangsvergadering bestaat uit alle docenten en de afdelingsleider. De mentoren en de afdelingsleider bereiden de overgangsvergadering voor. De mentor doet een voorstel aan de vergadering en licht dit voorstel toe. Op grond van de besproken argumenten beslist de vergadering. De overgangsnormen voor alle niveaus zijn in principe gelijk, met een extra toevoeging voor het gymnasium. In de dakpanklassen hanteren we twee verschillende stromen: mavo en havo in de m/h-klas en havo en vwo in de v/hklas. De havo-normering in een 2m/h-klas is identiek aan de havo-normering in de 2h/v-klas. 1. De vakken zijn verdeeld in vier groepen: a. Nederlands, Engels en twee van de drie gekozen keuzevakken Frans, Duits, Spaans; b. Geschiedenis, aardrijkskunde, godsdienst/levensbeschouwing. c. Wiskunde, biologie, natuurkunde, techniek. d. Tekenen, handvaardigheid, muziek. NB 1: De cijfers voor de vakken LO en drama tellen niet mee in de overgang. NB 2: Bisk telt als toetscijfer mee bij biologie. 2. Een onvoldoende is een 5,4 of lager. 3. In totaal zijn niet meer dan 2 onvoldoendes toegestaan binnen de stroom. 4. Er mag maximaal 1 onvoldoende per groep worden gehaald (een 4 of een 5) 5. Een 3 is niet toegestaan. 6. In totaal mogen er niet meer dan drie tekortpunten zijn: dus 1x5 en 1x4 maximaal. 7. Een onvoldoende moet worden gecompenseerd in dezelfde groep. Een (afgeronde) 7 geeft 1 compensatiepunt, een (afgeronde) 8 geeft 2 compensatiepunten enz. Een 5 wordt gecompenseerd met een 7, een 4 met een 8 of twee keer 7. 8. Binnen de vakken Ne, En en wi is maximaal één 5 toegestaan, met voor de andere vakken minimaal een 6 (dus 5.5). 9. De leerganguren krijgen een beoordeling o, v of g. Een “o” is niet toegestaan om over te gaan, er volgt dan een extra opdracht die voldoende moet worden afgerond. 10.Voldoe je niet aan bovenstaande criteria, dan kun je door de mentor en afdelingsleider in de bespreekzone worden geplaatst. Als je niet bevorderd bent, beslist de overgangsvergadering je te verwijzen naar een andere opleiding binnen het Comenius College, naar een andere school of je te laten doubleren.
34
Van 2 mh naar …. Van Afstromen? Naar
Norm
Bespreekzone: 3M-CC 3VMBO-kader elders 2MH anders Op de M-lijn: 3 of meer onvoldoendes 2 onvoldoendes in dezelfde groep Of te weinig compensatie En/of meer dan 1x5 bij Ne, En, wi
↙
↙
2MH
3M
Op de M-lijn max. 2 onvoldoendes (niet in dezelfde groep) met voldoende compensatie en max. 1x5 bij Ne, En, wi
↘ 3H
Op de H-lijn max. 2 onvoldoendes (niet in dezelfde groep) met voldoende compensatie en max. 1x5 bij Ne, En, wi
Revisie Na de overgangsvergadering kunnen je ouders/verzorgers of je docenten voor een bepaalde datum revisie op het overgangsbesluit aanvragen. Elke revisieaanvraag moet schriftelijk of per mail bij de conrector onderbouw dhr. C.A. Westerdijk worden ingediend en moet nieuwe relevante gegevens bevatten. De conrector onderbouw beslist na overleg met mentor en afdelingsleider of er een revisie komt en stelt hiervan de ouders op de hoogte. De conrector belegt de vergadering en treedt op als voorzitter. Stemrecht hebben de docenten die op de overgangsvergadering stemrecht hadden. Bij staken van stemmen beslist de voorzitter. Wanneer de leerling of de ouders het niet eens zijn met het besluit van de revisievergadering, kunnen zij de rector een verzoek doen om de besluitvorming te toetsen. De rector kan alleen toetsen of de procedure van de revisie goed verlopen is en doet geen inhoudelijke uitspraak.
35
Comenius College Bisonlaan 1, 1217 GH Hilversum Postbus 153, 1200 AD Hilversum Telefoon:: 035 - 621 57 51 Fax: 035 - 624 85 61 E-mail:
[email protected] Website: www.comenius-hilversum.nl
36