Handvaten voor gebruik trainingskaarten BeeBall Organisatie: Hoe je kansen liggen om de oefenvormen en spelen aan te bieden is in hoge mate afhankelijk van je accommodatie (gymzaal, sportzaal, sporthal, speelveld en de begrenzingen), kwaliteit en kwantiteit van je materiaal, groepsgrote en samenstelling en natuurlijk je visie op kinderen en sport en daaruit volgende didactische keuzes. Daarom bieden we ook niet een gesloten reeks aan, maar een longitudinale leerlijn waaruit je oefenvormen kunt kiezen, die dan individueel, groepsgewijs of evt. klassikaal aan bod kunnen komen. Kies er in ieder geval voor dat er, in een veilige sfeer, zo’n hoog mogelijk aantal balcontacten door de kinderen gemaakt kunnen worden. Zowel speelplezier als vooruitgang zijn direct gerelateerd aan het aantal balcontacten. Houd de tijd per oefening beperkt (8 tot 10 minuten). Kinderen kunnen zich niet alleen maar kortstondig concentreren, maar leren ook veel meer als je vaker (zelfs binnen 1 training) herhaald. Probeer dus niet alle vormen van 1 kaart te halen, maar verdeel de voortgang over meerdere trainingsmomenten. Let Op! De doelstelling als begeleider moet niet zijn zo veel mogelijk kaarten in een periode/seizoen af te werken, maar ze zinvol inzetten bij de ontwikkeling van jouw kinderen. Maak evt. gebruik van de Rally Cap kaarten om in te schatten waar je spelers staan t.o.v. het systeem. Zorg dat binnen 1 training in ieder geval de 5 hoofdactiviteiten (Gooien, Ontvangen, Slaan, Honklopen en Spelen) in één of andere vorm voor komen.
Hoe kies ik een geschikte kaart? De kaarten zijn binnen de hoofdgroepen gerangschikt in oplopende moeilijkheidsgraad, maar de nummering is oplopend voor een vaardigheidsniveau van een specifiek aspect van die hoofdgroep. Aangezien niet alle kinderen zich langs dezelfde weg en in hetzelfde tempo ontwikkelen, is het dus vaak niet logisch automatisch het volgende nummer te pakken. Voorbeeld: Speler A bevindt zich binnen activiteit Gooien, bij onderdeel Werpen al bij een hoger niveau dan speler B. Deze bevindt zich echter binnen het onderdeel Richting op een hoger niveau. Als je nu zou werken met een gesloten reeks, zou dat betekenen dat beide niet zouden kunnen oefenen binnen het onderdeel Ontvangen. Daarnaast zijn de trainingskaarten een “levend” systeem en hopen we dat de gebruikers ons voorzien van nieuwe of aangepaste activiteiten. Hierbij zou een oplopende nummering een beperking op het systeem geven. Bewust hebben we de kaarten dus geen paginanummer gegeven. De hoofdactiviteit(en) van een kaart worden rechtsboven aangeven door het bewuste icoontje. Oefenstof op de kaart is haalbaar vanaf het linksboven aangeven icoontje. Ook als je spelers al verder zijn kan de kaart dus nuttig zijn. Zeker als je de variaties op de achterzijde van de kaart gaat gebruiken! Je kunt dus heel eenvoudig op verschillend niveau of zelfs met niveaugroepjes werken met dezelfde kaart.
In het 1e overzicht staan de kaarten (zie nummer) binnen een activiteitskolom van boven naar beneden op niveau gerangschikt. In de eerste kolom kun je zien vanaf welk Rally Cap niveau een kaart hanteerbaar is. Voorbeeld: Als je een GOOI activiteit zoekt voor je doelgroep (bijv. vanaf BLAUW PETJE) kun je kiezen voor activiteit GOOIEN 5, als de activiteiten 1 t/m 4 gehaald zijn of naar jouw inschatting te weinig uitdagend zijn. Het indelen van je kaartenmap is dus persoonlijk. Het handigst is als je de door jouw te verwachte gebruikte kaarten per ONDERDEEL achter elkaar in je map legt en de niet te gebruiken kaarten te makkelijk of moeilijk) afzijdig (achteraan) in je map plaatst. Spelvormen: Voor het min of meer zelfstandig kunnen spelen van de SPELVORMEN is het sociaal-emotionele niveau vaak van veel groter belang dan het technisch niveau. Daarom geven we de moeilijkheidsgraad hier aan m.b.v. groepsindicaties basisonderwijs . Deze zijn globaal en uiteraard kun je teruggrijpen of vooruitkijken n.a.v. hetgeen je waarneemt. Belangrijkste daarbij blijft de beleving van de kinderen. De TIK spelen zijn in oplopende moeilijkheidsgraad genummerd en de OEFEN spelen net als de activiteiten oplopend genummerd binnen de activiteit/onderdeel (zie overzicht 2). Materiaalkeuze voor BeeBall: Afhankelijk van de leeftijd (m.n. grote van de handen) wordt het spel gespeeld met zgn. Soft-touch ballen, waarbij t.a.v. de bal grote rekening dient te worden gehouden met gooi mogelijkheid en slagsnelheid/afstand. Gatenballen, Skynex, foam en veel andere zachte ballen, die vaak uitstekend te gebruiken zijn bij de tikspelen, slaan wel lekker (veilig) maar zijn nauwelijks over te gooien! Hoe kleiner de bal, des te makkelijker te gooien, echter des te hoger de balsnelheid en afstand bij een slag. Dat kan onveilig zijn. Bij spelen met blote handen kun je een grotere, zachtere bal gebruiken. Lichtere knuppels zijn eenvoudiger hanteerbaar en slaan de ballen harder weg, zelfs als ze foam gecoat zijn. Groepen 3/4: onder 25 inch Groepen 5/6: 24 tot 28 inch Groepen 7/8: 27 tot max. 30 inch Kleinere handschoenen zijn beter hanteerbaar en dwingen als vanzelf tot een betere techniek (vangen in de pocket i.p.v de flap van de handschoen), de meeste standaard gebruikte handschoenen zijn vaak te groot. 10 ½ tot maximaal 11 ½ inch handschoenen worden geadviseerd. Ter informatie t.a.v. BeeBall gereguleerde wedstrijdvormen: BeeBall Rookies komt overeen met Double B (2 honken) BeeBall Major League komt overeen met Triple B (3 honken) Veel Plezier!
LEGENDA: Onderdeel: (linksboven)
Niveau : (rechtsboven)
= Gooien
= Ontvangen
= Slaan
= Honklopen
= Algemene kennis
Niveauaanpassing = BASIS: Haalbaar voor minimaal 90% van de leerlingen van aangegeven groep. = VOORTGANG: Haalbaar voor ongeveer 55% van de leerlingen van aangegeven groep = GEVORDERD: Haalbaar voor ongeveer 15% van de leerlingen van aangegeven groep. = EXTRA
= ZORG: Ongeveer 5 tot 10% van de leerlingen heeft deze hulplijn nodig.
= niveau-indicator
= groepsindicator
Leerlijn en leskaartnummering trainingskaarten: Gooien:
Ontvangen:
Slaan:
Honklopen:
Algemene kennis:
1. Wegwerpen
1. Ontvangen:
1. “Ver”Slaan
1. “Estafette”
1. “Namen noemen”
2. “Doel”slaan
2. “Honkloopestafette”
2. “Stand in de mand”
Vanaf Niveau:
Jongleren 2. Wegwerpen; “Klootschieten”
2. Ontvangen:
1. Doelwerpen
3. Ontvangen:
Jongleren 3. “Brengers en Halers”
Kaatsen via de muur 1. Overspelen; Accent op ontvangen 4.”Coachen”
3. Doelwerpen:
2. Overspelen:
Kracht
Via de muur
4. Doelwerpen:
3.Ontvangen:
Richting
“Keeperbal”
6. Doelwerpen:
4. Overspelen:
Richting
Tweetallen 9. Overspelen: “Tegen lopers”
3. “Namen en Nummers”
Gooien:
Ontvangen:
Slaan:
Honklopen:
Vanaf Niveau:
Algemene kennis:
10. Overspelen: “Tegen slagman” 5. Overspelen: Meertallen 5 Doelwerpen Richting
7. Overspelen:
4. “Vang, Tik, Brand”
“Er achter aan” 8. Overspelen: “Relay” 2. Doelwerpen:
6. Teamspelen:
Techniek
“Volleybal” 11. Overspelen: “We spelen door” 12. Overspelen: “1 aangooi” 13. Overspelen: “Opgesloten”
5. “Van honk naar honk”
Speelleerlijn en kaartnummering: Groepsindicatie:
Tikspelen:
Tikspelen met ingebrachte bal*:
Beeball:
Oefenspelen:
1. Koop een koe
13. Peter Pan
10. Single Bee
1. Slaan:
(vanaf) Groep 3/4:
“Verslaan” 2. Reds and Rangers
11. “Straatje om”
1. Overspelen: “Eilandbal met dolfijnen”
3. Lok de tijger
12. “Verste honk”
2. Overspelen: “Eilandbal met haaien”
4. Langs de leeuwenkooi
1. Teamspelen:
5. Schone voeten
2. Teamspelen:
1-1
“Bal in de sloot”
“Pylon gooien”
6. Agent en boeven
7. Slager en de hondjes 8. Vierhoekenloop
9. Boompje verwisselen Groep 5/6:
14. Chinese muur
17. Schateiland
20. Double Bee
6-2
3. Overspelen: “Tijgerbal”
15. Schone voeten
18. Chinese muur
2. Slaan:
2-2/3-3
5-3
“Verdedig de lijn”
16. Rawhide
19. Pittenzakroof
27.Triple Bee
3. Slaan “Field 3, Vang 1” 4. Slaan: “500” 5. Slaan: “Doel slaan”
Groepsindicatie:
Tikspelen:
(vanaf)
Tikspelen met ingebrachte bal*:
Beeball:
Oefenspelen:
6. Slaan: “Wall Ball” Groepen 7/8
24. Door de leeuwenkooi 25. Schone voeten 4-4
26. Pirates of the Caribbean
27. Triple Bee
29. Triple Bee 4-4-4
.
Overzicht Leerlijnen Tikspelen met leskaartnummering: Vaste Loopweg,
Vaste loopweg,
Vaste loopweg,
vaste tikkers
ingebrachte bal.
wisselende tikkers
1. Koop een koe
10. Single Bee
5. Schone voeten
Variabele loopweg, vaste tikkers
Variabele loopweg, wisselende tikkers
6. Agent en boeven
9. Boompje verwisselen
1-1 2. Ratten en Raven
11. “Straatje om”
15. Schone voeten 2-2/3-3
3. Lok de tijger
12. “Verste honk”
4. Langs de leeuwenkooi
13. Peter Pan
14. Chinese muur
17. Schateiland
25. Schone voeten 4-4
7. Slager en de hondjes 8. Vierhoekenloop
16. Rawhide 19. Pittenzakroof
6-2 24. Door de leeuwenkooi
18. Chinese muur 5-3 26. Pirates of the Caribbean 20. Double Bee 27. Triple Bee
30. “Boompje verwisselen XL”
