Handleiding
OZIS
Dienstwaarneming Apotheken
januari 2005 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van PharmaPartners B.V.
Handleiding
OZIS - DWA Dienstwaarneming Apotheken
Auteurs Diverse medewerkers PharmaPartners Redactie PharmaPartners College
Cursushandleiding • OZIS
5
Inhoudsopgave 1
INLEIDING
7
2
DE TECHNIEK ACHTER HET OZIS-PRINCIPE
9
2.1 Centrale Patiënten Index
9
2.2 Gegevensoverdracht door middel van berichten
9
2.3 Grafische weergave OZIS
10
3
WERKWIJZE VAN DWA BINNEN PHARMACOM
11
4
BEWAKING TIJDENS DWA
13
4.1 Medicatie historie
13
4.2 Raadplegen medicatieregel
13
4.3 Toelichting medicatiebewaking 4.3.1 Intoleranties 4.3.2 Contra-indicaties
14 14 14
BELANGRIJKE AANDACHTSPUNTEN
16
5
Cursushandleiding • OZIS
6
Cursushandleiding • OZIS
1
7
Inleiding
In toenemende mate wordt op diverse locaties de OZIS koppeling toegepast, zowel bij de Dienst Waarneming Apotheken (DWA) als bij de Dienst Waarneming Huisartsen (DWH). Tevens wordt het OZIS concept ook al toegepast bij het Poliklinisch voorschrijven en bij de uitwisseling van opname en ontslagmedicatie. In dit document wordt inzichtelijk gemaakt wat er nu precies gebeurd tijdens het invoeren van recepten voor patiënten die zich aan de balie van de dienstapotheek melden. PharmaPartners automatiseert samenwerkingsverbanden in de gezondheidszorg. Dit komt onder andere tot uiting in de opzet van de systemen die worden geïnstalleerd. Per samenwerkingsverband worden diverse systemen geplaatst, die gezamenlijk "eHealthServer (EHS)" worden genoemd. Hierop zijn alle aangesloten zorgverleners werkzaam. Voor iedere discipline is een aparte applicatie ontwikkeld, Medicom voor de huisartsen, Pharmacom voor de apotheken, Fysicom voor de fysiotherapie en Hapicom voor de huisartsenposten. Al deze applicaties maken gebruik van zowel eigen bestanden als van algemene bestanden. Bijvoorbeeld het patiëntenbestand is zo'n algemeen bestand dat voor alle disciplines toegankelijk is. Op de dataserver is dus fysiek één patiëntenbestand aanwezig voor alle disciplines. Dit maakt het onder meer mogelijk dat alle aangesloten zorgverleners direct inzage kunnen krijgen in de medische gegevens van de patiënten die in dit patiëntenbestand zijn opgenomen. Uit privacy overwegingen kan een zorgverlener echter alleen de eigen patiënten benaderen tenzij de zorgverlener,na machtiging, waarneemt voor een andere zorgverlener in dezelfde cluster of expliciet de reden van waarneming opgeeft. Wanneer waarneming wordt toegestaan, zijn er geen extra acties vereist om de medische gegevens van de waargenomen patiënt te benutten. Waarneemacties binnen de cluster vinden immers op hetzelfde systeem plaats en verschaffen hetzelfde inzicht in de medische gegevens als ware het een 'eigen patiënt'. Echter, niet altijd zijn alle zorgverleners binnen de waarneemgroep geautomatiseerd met hetzelfde informatiesysteem of wensen zij dit te worden. In dergelijke gevallen is men tijdens de waarneming niet in staat de medische patiëntgegevens te raadplegen. Om continuïteit te bieden en de kwaliteit van de gezondheidszorg te verhogen kan, juist in die gevallen, een (virtueel) elektronisch dossier uitkomst bieden. Een 'open' communicatiestandaard is hiervoor een eerste vereiste. PharmaPartners zet zich al geruime tijd in voor de ontwikkeling van een dergelijke 'open' communicatiestandaard. Om tot de ontwikkeling van standaard producten in de gezondheidszorg te komen is door vier van de belangrijkste leveranciers van Huisarts Informatie Systemen (HIS) en Apotheek Informatie Systemen (AIS) samen de stichting OZIS (Open Zorg Informatie Systeem) opgericht. Hierbij treden de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) en de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering van Pharmacie (KNMP) op als waarnemers. Stichting OZIS (Open Zorg Informatie Systeem) stimuleert OZIS open communicatie in de gezondheidszorg. Elektronische communicatie die gericht is op het primaire proces van de patiëntzorg. De kern van deze communicatie ligt in het tot stand brengen van een elektro-
Cursushandleiding • OZIS
8
nisch medisch dossier op de plaats waar de zorg verleend wordt, en op het tijdstip dat het nodig is. Stichting OZIS verschaft een methode om snelle koppelingen tot stand te brengen tussen individuele dossiers. Elke zorgverlener heeft zo alle relevante patiëntgegevens beschikbaar. Het elektronisch medisch dossier is patiënt-georiënteerd, hetgeen inhoudt dat de informatie van een patiënt verzameld wordt in een zo compleet mogelijk virtueel patiëntendossier. De eigenlijke gegevens blijven in beheer bij de diverse behandelaars of registrerende instanties. Het LHV-Samenwerkingsverband, waarin HIS-leveranciers samenwerken met de LHV, heeft stichting OZIS opgericht met als doelstelling het verwezenlijken van de opendienstwaarneming. Dit document beschrijft de OZIS-module, zoals die binnen Pharmacom is gerealiseerd.
Cursushandleiding • OZIS
2
9
De techniek achter het OZISprincipe
Zoals eerder vermeld blijft bij de dienstwaarneming volgens OZIS de eigenlijke informatieopslag in beheer bij de diverse behandelaars of registrerende instanties. Samengevat op het bronsysteem (Het AIS systeem van de betreffende zorgverlener) waar de gegevens van de patiënt zijn opgeslagen.
2.1 Centrale Patiënten Index Om te weten bij welke zorgverlener welke informatie opgeslagen ligt, wordt deze indicatie, samen met de demografische gegevens van de patiënt, opgeslagen op een centrale plaats, die te vergelijken is met een telefoongids. Er worden centraal dus geen medische gegevens vastgelegd! Deze centrale plaats wordt ook wel een Centrale Patiënten Index (CPI) genoemd. Bij dienstwaarneming volgens OZIS wordt eerst de juiste patiënt vanuit deze Centrale Patiënten Index geselecteerd en vervolgens worden de medische gegevens van deze patiënt opgehaald op het bronsysteem.
2.2 Gegevensoverdracht door middel van berichten De overdracht van medische gegevens zelf gebeurt middels elektronische berichten. Hiervoor wordt een berichtenstandaard gebruikt (MEDEUR). De overdracht van deze berichten is volledig beveiligd: alleen de betrokken partijen kunnen de berichten inhoudelijk raadplegen. Een waarneemsessie bestaat uit een aantal berichtoverdrachten. Allereerst wordt, nadat de juiste patiënt is geselecteerd uit de genoemde Centrale Patiënten Index, een verzoekbericht verzonden naar het AIS systeem van de waargenomen apotheek. Deze controleert het bericht, waarneming en zendt, na goedkeuring, vervolgens de medische patiëntgegevens met de actuele medicatiehistorie en bewakingsgegevens van de gevraagde patiënt terug naar de waarnemer. De waarnemer kan nu, op basis van deze gegevens, de balieverwerking uitvoeren. Na afloop van deze verwerking, worden de toevoegingen op de medicatiehistorie van de patiënt teruggezonden naar het AIS systeem van de waargenomen apotheek, waarmee deze de 'eigen' medicatiehistorie kan aanvullen. Binnen Pharmacom gebeurd dit geheel automatisch.
10
Cursushandleiding • OZIS
2.3 Grafische weergave OZIS Hieronder ziet u een grafische weergave van het OZIS-principe.
2 1 Regionale Patiënten Index (CPI)
Dienstapotheek (werkstations) Infrastructuur (eHealthnet, Ezorg, ISDN etc
6
AIS1
3 4 5
AISn
Figuur 1 Uitleg van de grafische weergave OZIS (zie figuur 1) 1.
Patiënt wordt opgezocht in Centrale Patiënten Index door de dienstdoende "apotheek A".
2.
Centrale Patiënten Index geeft een lijst met patiënten weer die aan het zoekcriterium voldoen (bijvoorbeeld geboortedatum/geslacht), inclusief systeemnummer en patiëntnummer.
3.
Nadat de patiënt is geselecteerd / gekozen, wordt er een verzoek bericht verstuurd aan het AIS systeem (bronsysteem patiënt) van "Apotheek B".
4.
Het antwoord bericht wordt samengesteld op het bronsysteem van "apotheek B" nadat de diverse controles hebben plaats gevonden. Vervolgens wordt het bericht verstuurd naar het AIS-systeem van de aanvrager (Apotheek A) en daar verwerkt tot leesbare data.
5.
Na afhandeling van het contact vindt een terugrapportage plaats naar het bronsysteem van "Apotheek B" met daarin de uitgevoerde handelingen, en /of voorgeschreven medicatie.
6.
Het up-to-date houden van de Centrale Patiënten Index voor de betreffende AISsystemen. Bijvoorbeeld nieuwe patiënten toevoegen, overleden patiënten verwijderen etc. Dit conform de richtlijnen zoals die zijn afgesproken in het OZIS concept.
Cursushandleiding • OZIS
3
11
Werkwijze van DWA binnen Pharmacom
Binnen dit hoofdstuk is de werking van DWA binnen Pharmacom beschreven. Dit hoofdstuk is met name handig voor medewerk(st)ers die gewend zijn om overdag met een ander AISsysteem te werken. Kies voor (1) Balieverwerking Ga met de pijltjestoets naar de (D) van Dienstwaarneming, of geef gelijk een "D" in gevolgd door <ENTER> Er verschijnt een venster zoals hieronder is weergegeven in (Figuur 2) +---------------- Opvragen waarneem bericht -----------------+ |Patient geboortedatum : | | geslacht (M/V) : | | familienaam : | | meisjesnaam : | | straat : | | voorletter : | | huisnummer : | | postkode : | | woonplaats : | | polisnummer : | | AGB-verzekeraar: | | | | | |Starttijd-ophalen : | |Eindtijd-ophalen : | |ESC:Afbreken F8:Starten | +------------------------------------------------------------+
Figuur 2 Geef de zoekcriteria in. Dit kunnen er meerder tegelijk zijn. De meest gebruikte combinatie is
en . LET OP!! Er moet wel minimaal één veld ingevuld worden. (Zie bijlage 1 voor uitleg over de zoek rubrieken ) Na het ingeven van de zoekcriteria, kan het zoeken van de patiënt worden gestart middels F8. LET OP!! Wanneer er geen patiënten voorkomen die voldoen aan de door u ingegeven zoekcriteria wordt dit gemeld met: "Geen patiënten gevonden. Opnieuw selecteren?". Deze melding kan ook optreden wanneer het resultaat van de zoekopdracht een of meer patiënten oplevert die toebehoren aan een apotheek waarvoor u niet bent gemachtigd waar te nemen. Als u op deze melding bevestigend antwoordt kunt u de rubrieken in het zoekscherm opnieuw wijzigen en met F8 een nieuw verzoek plaatsen.
Cursushandleiding • OZIS
12
Wanneer er patiënten gevonden zijn aan de hand van de criteria, dan verschijnt het zoekresultaat in beeld zoals hieronder in een voorbeeld is weergegeven (Figuur 3) -------------------- Kiezen patient dienstwaarneming [naam] -------------------Naam Geb.datum G Adres 1>CELEN-OZISIK,E 13-06-1975 V NESPLANTSOEN, VAN 19 ALBLASSE 2 Dhr. C.A. OZISVIJZEL 01-01-1950 M KRISPIJNSEWEG 103 Dordrecht 3 Dhr. OZISCENTRUM 01-01-1950 M C. HUYGENSLAAN 41 PAPENDRECHT 4 Dhr. OZISPLANETEN 01-01-1950 M Planetenlaan 19-21 Nieuw-Lekk 5 Dhr. OZISTHORBECKE 01-01-1950 M THORBECKELAAN 120 SLIEDRECHT 6 Dhr. Ozisstadspolders 01-01-1950 M Nobelstraat 109 Dordrecht 7 Mw. S. OZISSTERRENBURG 01-01-1950 V PLANETENLAAN 11 Dordrecht 8 Mw. T. OZISRITZEN 01-01-1950 V WIJNSTRAAT 170 DORDRECHT 9 OZISADMIRAAL, 01-01-1950 Admiraalsplein 15 DORDRECHT F9:Menu F1:Verder F2:Terug ESC:Afbreken F8:Einde --------------------------------------------------------------------------------
Figuur 3 Nadat het zoekresultaat is verschenen, zijn er diverse mogelijkheden zoals: F1 is doorbladeren door het zoekresultaat F2 is terugbladeren door het zoekresultaat <ESC> is afbreken en terugkeren naar het zoekscherm Pijltjes naar <- en -> verschaffen meer informatie (Zie bijlage 2) F8 is het opvragen van de medische gegevens van de op dat moment geselecteerde patiënt. Wanneer voor F8 is gekozen wordt er een verzoek gestuurd naar het bronsysteem van de apotheek van inschrijving. Vervolgens worden de ontvangen medicatiehistorie en bewakingsgegevens ingelezen in Pharmacom en gekoppeld aan de gekozen, respectievelijk nieuw opgevoerde patiënt. Dit wordt onder aan het scherm weergegeven met een voortgangsindicator. De ontvangen medicatiehistorie bestaat enkel uit de, op dat moment, actuele medicatie (Volgens de richtlijnen van de OZIS standaard). Aan de toegevoegde regels wordt een nieuw receptnummer toegekend. De maximale wachttijd voor het ophalen van de gegevens is drie minuten. Wanneer deze is verstreken wordt dit op het scherm gemeld en kan opnieuw een poging worden gedaan de gegevens op te halen. Ook vermeld worden steeds de starttijd en eindtijd van het ophalen van de gegevens. LET OP!! Meer informatie omtrent de bewaking tijdens Dienst Waarneming Apotheken is te vinden in hoofdstuk 4 Schrijf de betreffende medicatie voor, of voer de betreffende handelingen uit die gedaan moeten worden. Middels F8 kan de receptverwerking / medicatiehistorie weer worden afgesloten en er zal automatisch een bericht worden teruggestuurd. Er kan opnieuw een patiënt worden opgeroepen.
Cursushandleiding • OZIS
4
13
Bewaking tijdens DWA
Binnen dit hoofdstuk zijn de diverse aspecten beschreven omtrent de bewaking.
4.1 Medicatie historie Op het moment dat de medische gegevens zijn opgehaald en ingelezen wordt de balieverwerking opgestart. Boven aan het scherm zijn de patiëntgegevens zichtbaar en het nieuw toegekende mensnummer voor deze patiënt. Van de patiënt is de actuele medicatiehistorie oproepbaar en zijn de bewakingsindicaties geactiveerd mits volgens de standaards aangeleverd. Indien van toepassing is van de patiënt ook de machtigingsinformatie beschikbaar. Wanneer bepaalde medicatie of indicaties niet conform de standaards zijn gecodeerd worden deze als vrije tekst weergegeven. Hierop kan uiteraard niet automatisch bewaking worden uitgevoerd! Vanaf dit moment is de balieverwerking conform de normale werkwijze, inclusief de afhandeling voor de medicatiebewaking. Alle regels die vanuit de waarneming zijn overgehaald worden aangeduid met "^" in de rubriek "Ap", aangevend dat dit een waarneemapotheek betreft. Afwijkend van het normale scherm voor de medicatiehistorie kunnen bij dienstwaarneming volgens OZIS een aantal rubrieken als vrije tekst worden weergegeven. Dit zal het geval zijn wanneer het systeem van de waargenomen apotheek een of meerdere gegevens niet volgens de standaard coderingen aanlevert, maar in vrije tekst.
4.2 Raadplegen medicatieregel Wanneer de medicatie als vrije tekst wordt aangeleverd, dan wordt deze tekst in de rubriek omschrijving geplaatst. Er zijn dan geen onderliggende coderingen aan gekoppeld. Ook de dosering kan als vrije tekst worden aangeleverd. Bij raadplegen van het medicament kan dan gekozen worden voor "Dosering". In een apart scherm wordt dan de dosering in tekstuele vorm Magistrale componenten zijn te raadplegen door de regel met het magistrale voorschrift te raadplegen en vervolgens "C" (speCificatie) te kiezen. Van alle, via de "Dienstwaarneem"-module ontvangen medicatie, kan via "Receptnr. (extern)" het lokale receptnummer bij de apotheek van inschrijving worden getoond.
Cursushandleiding • OZIS
14
4.3 Toelichting medicatiebewaking Contra-indicaties en intoleranties die als vrije tekst worden aangeleverd, worden bij de balieverwerking onder aan het scherm in het blok "Bewaking" zichtbaar gemaakt. Automatische bewaking tijdens de balieverwerking is hierop uiteraard niet mogelijk. Wanneer bewakingsinformatie als vrije tekst is overgedragen, wordt dit getoond met de melding: "Bewakingsinformatie aanwezig!". Na het beëindigen van de balieverwerking voor de waargenomen patiënt worden de afgeleverde medicatie en eventueel toegevoegde contra-indicaties en/of allergieën retourgezonden aan de apotheek van inschrijving. Ook wanneer er niets is afgeleverd zal er toch een retourbericht worden aangemaakt en verzonden. Binnen het DWA-concept worden de volgende bewakingsvormen onvoorwaardelijk automatisch uitgevoerd: Eerste Uitgifte Controle (EUC) Afwijkend daggebruik (AD) Niet aansluitend gebruik (AG) Waarschijnlijkheidscontrole op dagdosering (DC) Dubbel medicatie (DM) Pseudo dubbelmedicatie )PD) Interacties (IA) Uit geneesmiddelgebruik af leiden contra indicaties (ACI) Ten aanzien van de medicatie begeleiding geldt dat binnen DWA de volgende modules NIET zijn geactiveerd: Eerste uitgifte begeleiding (EUB) Tweede uitgifte begeleiding (TUB)
4.3.1
Intoleranties
Binnen OZIS zijn mogelijkheden opgenomen om intoleranties op verschillende wijzen door te koppelen: "MED" Medicatie, op ZI-nummer, HPK-nummer of GPK-nummer, "GRA" Groepsallergie (THE122) "STA" Stofallergie (REC750) Vanuit Stichting Health Base zijn koppeltabellen verstrekt die het mogelijk maken deze standaards te koppelen aan de niveaus in PharmaBase waardoor bewaking hierop mogelijk is. Indien er geen koppeling bestaat, worden de intoleranties als tekst op het scherm getoond.
4.3.2
Contra-indicaties
De bewaking van contra indicaties is gebaseerd op de toepassing van een conversietabel, waarbij de contra indicaties uit Pharmacom zo veel mogelijk worden gekoppeld aan de coderingen van Z-index en vice versa.
Cursushandleiding • OZIS
15
Door een verschil in uitgangspunten en visie bij de toekenning van de CI-coderingen ontstaan de volgende situaties: Een op een koppeling, waardoor juiste signalering kan plaatsvinden Wel in Pharmacom, niet in Z-index, dus geen signalering Wel in Z-index, niet in Pharmacom, dus geen signalering Wel in beide bestanden, echter verschillende betekenis of nivo (Zwangerschap in Zindex, trimesters, lactatie en vermoedelijke bevallingdatum in Pharmacom). Tot op heden heeft de conversietabel de inhoud zoals weergegeven in Bijlage 4, waarbij bij de KNMP-coderingen "Onbekend" is aangegeven wanneer de bewaking op contra indicaties vanuit Pharmacom NIET gegarandeerd is.
16
Cursushandleiding • OZIS
5
Belangrijke aandachtspunten
Om een OZIS-netwerk goed functionerend te houden willen we u vragen op het volgende te letten: Wanneer u de dienst ingaat, test dan ruim van tevoren of de patiënten van de "waar te nemen" apotheken op te roepen zijn (met medicatie). Mocht dit om wat voor reden niet meer werken (ook al is het maar voor één apotheek), neemt u dan s.v.p. contact op met uw softwareleverancier, zodat zij hierop tijdig actie kunnen ondernemen. Wanneer u tijdens de dienst een patiënt niet kan vinden, noteer dan de gegevens van deze patiënt en geef deze door aan de apotheek van inschrijving. Mocht de patient wel ingeschreven staan in het AIS van de apotheek van inschrijving, moet deze apotheek contact opnemen met hun softwareleverancier. Zij kunnen ervoor zorgen dat deze patiënt toch wordt opgenomen in de CPI. Dit kan telefonisch, per fax of per e-mail. In uw systeem dient de ontbrekende patiënt te worden opgenomen als een "incidentele patiënt/ passant". Als u tijdens de dienst een dubbele patiënt vindt, geef dit dan door aan de apotheek van inschrijving. Mocht de patiënt NIET dubbel voorkomen in het AIS van de apotheek van inschrijving, moet deze apotheek contact opnemen met de softwareleverancier. Voor de Pharmacom®-systemen waarbij meerdere apotheken op één systeem operationeel zijn, MOET men intern via "(A)ndere apotheek" de patiënten oproepen van de andere, op het systeem aanwezige apothe(e)k(en). Indien bovenstaande aandachtspunten correct worden nageleefd, zal een OZIS-systeem correct blijven functioneren. De gegevens van de softwareleveranciers luiden als volgt: Euroned Systems □
telefoonnummer
(0900) 387 64 35
□
faxnummer
(046) 452 94 65
□
e-mailadres
[email protected]
Microbais □
telefoonnummer
(020) 430 77 77
□
faxnummer
(020) 430 77 70
□
e-mailadres
[email protected]
PharmaPartners Service Center □
telefoonnummer
(076) 750 22 00
□
faxnummer
(076) 750 22 11
□
e-mailadres
[email protected]
Cursushandleiding • OZIS
17
Bijlage 1: rubrieken in het scherm Dienstwaarneming Patiënt geboortedatum Geboortedatum van de patiënt in de vorm dag-maand-eeuw-jaar. Geslacht Geslacht van de patiënt waarbij: M
= Man.
V
= Vrouw.
spatie = Ongeacht geslacht Familienaam Beginletters van de familienaam / 1e naam waarop wordt gezocht. Alleen op deze eerste letters wordt vergeleken. Meisjesnaam Beginletters van de meisjesnaam / 2e naam waarop wordt gezocht. Alleen op deze eerste letters wordt vergeleken. Straat Eerste letters straatnaam. Alleen op deze eerste letters wordt vergeleken met de CPI. Voorletter Eerste voorletter van de patiënt. Huisnummer Huisnummer van de patiënt, eventueel inclusief toevoegingen. Postcode Postcode van de patiënt (zonder tussenliggende spatie). Woonplaats Eerste letters van de woonplaats. Alleen op deze eerste letters wordt vergeleken. Polisnummer Polisnummer van de zorgverzekering van de patiënt. AGB-Verzekeraar Viercijferige AGB-code van de zorgverzekeraar.
Cursushandleiding • OZIS
18
Bijlage 2: rubrieken in het zoekresultaat Familienaam Eerste zoeknaam van de patiënt. Afhankelijk van de invulling meestal de familienaam. Meisjesnaam Tweede zoeknaam van de patiënt. Afhankelijk van de invulling meestal de meisjesnaam. Straatnaam Straatnaam waar de patiënt woonachtig is. Huisnummer Volledig huisnummer (inclusief toevoegingen). Postcode Postcode van de patiënt. Woonplaats Woonplaats van de patiënt. Geboortedatum Geboortedatum van de patiënt. Geslacht Geslacht van de patiënt. (M/V) Lokaal-id Lokale identificatie van de patiënt (bij Pharmacom: mensnummer). Apotheek van inschrijving Naam van de apotheek waarbij de patiënt is ingeschreven. AGB-Zorgverzekering Viercijferige AGB-code van de zorgverzekering. Polisnummer Polisnummer van de patiënt.
Cursushandleiding • OZIS
19
Autorisatie Autorisatie. Deze rubriek geeft aan of de patiënt zijn of haar medische gegevens beschikbaar heeft gesteld voor waarneming. LET OP!! Privacy patiënten worden niet in de Centrale Patiënten Index opgenomen. Hiervoor is dus nooit dienstwaarneming mogelijk. Herkomst Hier wordt aangegeven bij welk type AIS de medische gegevens van de patiënt zijn opgeslagen.
Cursushandleiding • OZIS
20
Bijlage 3: afkortingen ACI
Afgeleide Contra Indicatie
AD
Afwijkend daggebruik
AG
Niet aansluitend gebruik
AIS
Apotheek Informatie Systeem
CHP
Centrale Huisartsen Post
CI
Contra Indicatie
CPI
Centrale Patiënten Index
DC
Dosering Controle
DM
Dubbel medicatie
DWH
Dienst Waarneming Huisartsen
DWA
Dienst Waarneming Apotheken
EPD
Elektronisch Patiënten Dossier
EUB
Eerste Uitgifte Begeleiding
EUC
Eerste Uitgifte Controle
GPK
Generieke productcode KNMP
HPK
Handelsproductcode KNMP
IA
Interactie
IT
Intolerantie
KNMP
Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering van de Pharmacie
LDAP
Lightweight Directory Access Protocol
LHV
Landelijke Huisartsen Vereniging
OZIS
Open Zorg Informatie Systeem
OZS
Open Zorg Services
PD
Pseudo Dubbelmedicatie
SHB
Stichting Health Base
ZI
Z-Index
21
Cursushandleiding • OZIS
Bijlage 4: koppelingen Contra-indicaties / Intoleranties NB.
Wanneer bij Code KNMP een "x" staat, betekent dit dat de betreffende contra-indicatie/intolerantie niet voorkomt bij de KNMP.
Contra-
Omschrijving Pharmacom
Code KNMP
indicatienr. Pharmacom 2 EPILEPSIE 3 PARKINSON 4 ASTMA/COPD
42 162 24
5 ZWANGERSCHAP
200
6 DIABETES TYPE I
190
7 TARDIEVE DYSKINESIE 8 SULFA OVERGEVOELIGHEID 9 DIABETES TYPE II
x 45 190
10 HOGE BLOEDDRUK
18
11 ANGINA PECTORIS
70
12 TACHY-ARITMIE 14 HARTFALEN 15 REFLUX OESOPHAGITIS 16 ULCUS PEPTICUM 17 JICHT
x 72 x 158 98
18 ENDOMETRIOSE
x
19 ENDOMETRIUMCARCINOOM
x
20 PENICILL./CEFALOSPOR.OVERGEVOELIGHEID 21 SALICYLATEN/NSAID OVERGEVOELIGHEID 22 HYPOTHYREOIDIE
183
23 HYPERTHYREOIDIE
183
24 PROSTAATHYPERTROFIE
211
25 PSORIASIS
178
26 MYASTHENIA GRAVIS
136
27 (DOORGEMAAKT)MAMMACARCINOOM
x
28 TROMBOSE
x
29 DEPRESSIE
38
30 COLITIS ULCEROSA/ M. CROHN
x
31 DYSPEPSIE
x
32 LEVERFUNCTIESTOORNIS
118
33 NIERFUNCTIESTOORNIS
137
34 NITROFURANTOINE OVERGEVOELIGHEID 35 TETRACYCLINE OVERGEVOELIGHEID 36 BARBITURATEN OVERGEVOELIGHEID
22
Cursushandleiding • OZIS
37 CARA/ACETOSAL/NSAID OVERGEVOELIGHEID 38 GESLOTEN KAMERHOEK GLAUCOOM 39 OPEN KAMERHOEK GLAUCOOM 40 FENOMEEN VAN RAYNAUD 41 GLUCOSE 6 PD-DEFICIENTIE 42 HYPERCHOLESTEROLEMIE 43 PORFYRIE 44 ASTMA
x 64 66, 67 x 78 x 209 24
45 CONTACTALLERGIE LOKAAL ANAESTHETICA 46 CONTACTALLERGIE AMINOGLYCOSIDEN 47 CONTACTALLERGIE SULFONAMIDEN 48 CONTACTALLERGIE CHLOORAMFENICOL 49 CONTACTALLERGIE CLIOQUINOL 50 CONTACTALLERGIE ANTIHISTAMINICA 51 CONTACTALLERGIE CORTICOSTEROIDEN 52 CONTACTALLERGIE ETHYLEENDIAMINE 53 CONTACTALLERGIE TEREN 54 CONTACTALLERGIE PERUBALSUM 55 CONTACTALLERGIE WOLVET 60 KINDERWENS
200
61 GLUTENOVERGEVOELIGHEID (COELIAKIE)
212
66 COPD 67 BIPOLAIRE STOORNIS
24 x
96 ZWANGERSCHAP 1e TRIMESTER
200
97 ZWANGERSCHAP 2e TRIMESTER
200
98 ZWANGERSCHAP 3e TRIMESTER
200
99 LACTATIE PERIODE
108
100 SPORTBEOEFENING
210
101 VERKEERSDEELNAME
x
102 CONTACTLENZEN
x