Halfjaarlijkse rapportage wateradvies, stand van zaken juli 2015 Aan: Van: Betreft: Datum:
portefeuillehouder ruimtelijke ordening, de heer M. Houtzager mevrouw T. Lander Halfjaarlijkse rapportage wateradvies juli 2015
In het eerste halfjaar van 2015 zijn in totaal circa 200 unieke ruimtelijke plannen ter consultatie aangeboden voor het wateradvies. Het betrof onder meer 105 bestemmingsplannen en 4 structuurvisies. Deze rapportage beschrijft de meest relevante ruimtelijke ontwikkelingen waarbij de wateradviseurs zijn betrokken in het eerste half jaar van 2015. Deze rapportage wordt gelijktijdig aangeboden met de halfjaarlijkse rapportage voor complexe plannen. Onderstaand zijn de relevante ruimtelijke ontwikkelingen per deelgebied en voor de provincie en het rijk uiteengezet. Midden Delfland/Oostland Gasboring Maasland Casus/opgaven:
Stand van zaken:
Aandachtspunten: Harnaschpolder Casus/opgaven:
Stand van zaken:
Aandachtspunten:
(Midden-Delfland, Delft, Pijnacker-Nootdorp, Lansingerland) Midden Delfland De NAM is voornemens om in de Dijkpolder in Maasland een gasboring te doen. Deze boring is een aanvulling op de al bestaande (grotere) gasboring in de naastgelegen Oude Campspolder. Beide gasboringen veroorzaken bodemdaling en hebben hierdoor een effect op de waterhuishouding en de waterkeringen. Om de gasboring in de Dijkpolder mogelijk te maken moet een bestemmingsplanprocedure (+MER) doorlopen worden. Delfland is in overleg met de NAM om vroegtijdig tot afspraken te komen over compensatie van de gevolgen van bodemdaling op de waterhuishouding. De formele bestemmingsplanprocedure is nog niet gestart. In het eerste concept-MER en bestemmingsplan zijn de diverse belangen namelijk onvoldoende afgewogen en zijn geen mitigerende en compenserende maatregelen uitgewerkt. De gemeente Midden-Delfland en Delfland hebben daarom in overleg met de NAM besloten een onafhankelijke QuickScan te laten uitvoeren naar (i) algemene zorgen vanuit de omgeving en (ii) specifieke schade, compenserende maatregelen en kosten veroorzaakt door bodemdaling van de mogelijke gaswinning. De resultaten van de QuickScan worden eerst in de concept-MER en het vootontwerpbestemmingsplan verwerkt alvorens de formele procedure wordt opgestart. Effecten van bodemdaling op de waterhuishouding. Midden Delfland Binnen de Harnaschpolder wordt door het Bedrijvenschap Harnaschpolder gewerkt aan de ontwikkeling van bedrijventerreinen. Vanwege nieuwe ontwikkelingen en scopewijzigingen binnen dit gebied heeft de gemeente Midden Delfland in 2014 nieuwe bestemmingsplannen voor dit gebied in procedure gebracht. De oorspronkelijke waterhuishoudkundige plannen voor dit gebied zijn ruim 10 jaar oud en inmiddels is er meer kennis over o.a. klimaatverandering. Daarnaast is er vanwege de crisis een meer gefaseerde uitwerking van het gebied. Dit was reden om bij de bestemmingsplannen (voor de locaties die nieuw ontwikkeld worden) de waterhuishouding opnieuw tegen het licht te houden en te toetsen op basis van de huidige kennis. Bestemmingsplan Harnaschpolder Noord is onlangs vastgesteld. Onze zienswijzen met betrekking tot de waterparagraaf, de afvalwaterzuivering en de molenbescherminszone zijn gegrond verklaard. Het ontwerp bestemmingsplan Harnaschpolder Zuid ligt ter inzage. De in te dienen zienswijze zal voornamelijk over de waterbergingsopgave gaan. Toepassing van de waterbergingsnorm.
1
Pijnacker-Zuid Casus/opgaven:
Stand van zaken:
Aandachtspunten: Buitenwatersloot Casus/opgaven:
Stand van zaken: Aandachtspunten:
International Student House: Casus/ Opgaven:
Stand van zaken: Aandachtspunten:
Groenzoom Casus/ Opgaven:
Pijnacker-Nootdorp De gemeente Pijnacker-Nootdorp werkt aan een nieuw stedenbouwkundig concept voor de woonwijk Keijzershof in Pijnacker-Zuid. Er is onduidelijkheid over de hoeveelheid waterberging (en de gemaakte afspraken hierover) die in de toekomstige situatie in dit gebied aanwezig moet zijn. Anno januari 2015 loopt een discussie tussen de gemeente en Delfland over de benodigde hoeveelheid oppervlaktewater. (afstemming hierover gaat via de portefeuillehouder Voldoende Water). Het stedenbouwkundig concept zal na afronding van de discussie in een bestemmingsplan dan wel uitwerkingsplan verwerkt gaan worden. Op dit moment wordt er een gezamenlijk onderzoek uitgevoerd naar de noodzakelijk hoeveelheid oppervlakte water (eind augustus wordt het onderzoek afgerond en daarna volgen gesprekken met de ontwikkelaars). Benodigde hoeveelheid oppervlaktewater in de toekomstige situatie. Delft Bij de herontwikkeling van de Buitenwatersloot/Voormalig combiwerklocatie is geen ruimte om oppervlaktewater te realiseren. De gemeente heeft er voor gekozen om alternatieve vasthoudmaatregelen toe te passen in de vorm van een Aqauflowsysteem. Deze vasthoudmaatregel draagt bij aan het oplossen van een deel van de te grote kans op wateroverlast in de Voordijkshoornse polder. Delfland en Delft willen deze toepassing ook gebruiken om meer inzicht te krijgen in het functioneren van deze vasthoudmaatregel op de te grote kans op wateroverlast. Delfland en Delft dragen beiden een deel van de kosten. In het bestemmingsplan is de toepassing van vasthoudmaatregelen mogelijk gemaakt. Delfland en Delft stellen nu een monitoringsplan op en er worden randvoorwaarden afgesproken over beheer, onderhoud en communicatie. Delft Delfland werkt met Delft en een aantal andere stakeholders samen in Delft ZuidOost om de groene en blauwe structuren in het gebied te versterken. Dit gebeurt door in elke ontwikkeling groene en blauwe elementen mee te nemen. Een ontwikkeling/project in het kader van Delft ZuidOost is de Kanaalhof of het International Student House. Bij de bouw van dit nieuwe wooncomplex wordt een binnentuin aangelegd waarin het regenwater wordt vastgehouden in laagtes in het park die normaal droogstaan. Daarmee wordt bijgedragen aan het oplossen van de te grote kans op wateroverlast bij de Amalia van Solmslaan, verderop in de wijk. De ontwerp omgevingsvergunning ligt nu ter inzage. De terreineigenaar (DUWO) is verantwoordelijk voor het onderhoud van de tuin, de vijvers en de laagtes. In het vervolg worden afspraken gemaakt over de overloop naar het oppervlaktewatersysteem. Lansingerland De Groenzoom is het smalste onderdeel van de Groenblauwe Slinger en tot voor kort ook het dichtst bebouwd met glastuinbouw en bedrijvigheid. De Groenzoom wordt ingericht met water, rietlanden en graslanden. Met fietspaden, kanoroutes, voetpaden en ruiterpaden wordt het gebied ook toegankelijk gemaakt voor recreatie. De openheid van de Hollandse polder blijft in tact en ook begrazing van de graslanden met koeien en schapen zal in de toekomst onderdeel zijn van het natuurbeheer. Hierbinnen worden twee bergingsgebieden mogelijk gemaakt. Daarmee wordt een deel van de opgave van Delfland opgelost.
2
Stand van zaken:
Aandachtspunten:
Waterweggemeenten Sportpark Kethel Casus/opgaven:
Stand van zaken: Aandachtspunten:
Harga Ventura Casus/opgaven:
Stand van zaken:
Aandachtspunten
Sportpark A4 Casus/opgaven:
Stand van zaken:
Aandachtspunten:
Hoekse Lijn Casus/opgaven: Stand van zaken:
Pijnacker/Nootdorp en Lansingerland werken samen in de uitwerking van het gebied. Op dit moment wordt het bestemmingsplan van het gebied de Groenzoom gemaakt. Hierin worden de waterstructuren juridisch-planologisch vastgelegd. Binnen de Groenzoom worden twee waterbergingsgebieden aangelegd. (Maassluis, Vlaardingen, Schiedam, Rotterdam) Schiedam In Kethel liggen een aantal laaggelegen sportvelden, die de gemeente wil her ontwikkelen tot woningbouw. Dit gebeurt in het kader van ‘Schiedam In Beweging’, waarbij sportvelden richting het tunneldak van de A4 gaan en stedelijke functies de vrijgekomen ruimte innemen. De sportvelden van sportpark Kethel liggen op een laag punt in de polder op een slappe ondergrond. Hierdoor is onbekend of de benodigde waterveiligheid voor de tuinen en het openbaar gebied op lange termijn kan worden geborgd. Daarnaast worden afspraken gemaakt over nieuw aan te leggen waterhuishoudkundige kunstwerken en over communicatie. Het voorontwerp bestemmingplan is in het kader van het vooroverleg aan Delfland voorgelegd. Delfland heeft hier een reactie op gegeven. Het concreet maken van de afspraken over het waterhuishoudkundig plan, het nieuwe oppervlaktewatergemaal, beheer en onderhoud, waterkwaliteit en communicatie richting toekomstige bewoners. Schiedam Een ander project van ‘Schiedam In Beweging’ is Harga Ventura. Ook hier worden voormalige sportvelden van sportpark Harga uitgeplaatst en komt er wonen en bedrijvigheid voor terug. Het gebied bestaat uit 4 deelgebieden. Voor het hele gebied is een waterhuishoudingsplan uitgewerkt. Delfland was intensief bij deze uitwerking betrokken. De gemeente heeft voor één deelgebied een voorontwerp bestemmingsplan in procedure gebracht. Voor een ander deelgebied is een concept waterparagraaf opgesteld. De waterparagrafen zijn gebaseerd op het waterhuishoudingsplan. In juni is een reactie gegeven in het kader van het formele vooroverleg om de resterende opgave voor watercompensatie van bijna 750 m3 waterberging als voorwaarde te stellen voor de nieuwe ontwikkelingen. Schiedam Op het tunneldak van de A4 wordt een sportpark aangelegd in het kader van ‘Schiedam In Beweging’. Het bestemmingsplan maakt planologisch gezien zowel de weg (de A4) als het sportpark op de weg mogelijk. Opgave is met name het realiseren van voldoende waterberging. Informeel vooroverleg met de gemeente Schiedam over het nieuw op te stellen bestemmingsplan loopt. De waterparagraaf zal het kader vormen voor het nog op te stellen waterhuishoudkundig plan voor dit gebied. Zodra de inrichting van het gebied helder is, zal dit in nauw overleg met Delfland worden opgesteld. Een deel van de benodigde waterberging wordt waarschijnlijk gerealiseerd binnen het plangebied van Harga Ventura. Hierover wordt intensief met de gemeente overlegd. Diverse waterweg gemeenten Ombouw en verlenging van het bestaande spoor Rotterdam-Hoek van Holland tot metrolijn en verlenging van het spoor van het huidige station Hoek van Holland naar een nieuw eindstation. De verschillende gemeenten hebben afzonderlijke ontwerp bestemmingsplannen voor gedeelten van het tracé opgesteld. In het
3
Aandachtspunten
Schieveen Casus/opgaven:
Stand van zaken:
Aandachtspunten
Westland TPW Mars Casus/opgaven:
Stand van zaken:
Aandachtspunten:
milieueffectrapport wordt het gehele tracé van de Hoekse Lijn in beschouwing genomen. De ontwerp bestemmingsplannen en het ontwerp van het milieueffectrapport liggen in de periode 5 juni tot 17 juli 2015 ter inzage. De omgang met nieuwe normen voor waterveiligheid vanuit het Deltaprogramma bij de spoorombouw (het borgen van de waterkeringsbelangen). Dit plan is aangemerkt als complex plan van derden. In de betreffende rapportage wordt meer informatie over het plan gegeven. Rotterdam In polder Schieveen werkt de gemeente Rotterdam aan natuurontwikkeling met als doel weidevogels, agrarisch natuurbeheer en recreatie. Om dit mogelijk te maken is het voornemen om in het voorjaar het waterpeil op te zetten. In nauw overleg met Delfland heeft de gemeente Rotterdam een waterplan voor polder Schieveen uitgewerkt dat als bijlage bij het bestemmingsplan wordt gevoegd. Onderdeel van het waterplan is een afsprakenkader met Delfland voor het waterbeheer. De komende jaren zal binnen een deel van de polder eerst een pilot plaatsvinden. Binnenkort start voor deze pilot de vergunningsaanvraag. Gemeente Rotterdam en Delfland zijn hierover intensief met elkaar in overleg. Naar verwachting wordt het ontwerp-bestemmingsplan na de zomer in procedure gebracht. Voor het deelgebied ‘Woningen Oude Bovendijk’ heeft de gemeente nu reeds een ontwerp bestemmingsplan in procedure gebracht. Hierin is een waterparagraaf opgenomen welke aansluit op het Waterplan. Een inwoner van het gebied heeft een verzoek ingediend om de uitgangspunten van het waterplan voor een aantal percelen te wijzigen. Momenteel doet Rotterdam een studie naar alternatieven.
(Westland) Westland Het bestemmingsplan voor de uitbreiding van de bloemenveiling bij Naaldwijk is in 2009 vastgesteld. Hierin blijkt een te lage waterbergingsnorm te zijn opgenomen voor een verhardingspercentage van 80 % (325 ipv 550 m3/ha). Voor het westelijk deel van het plangebied is Flora Holland nu bezig een nieuw plan op te stellen voor het realiseren van een campus. De nieuwe ontwikkeling biedt kansen om de hoeveelheid water in het plan te herzien. Op basis van de watersleutel is voor de campus bepaald hoeveel water extra dient te worden gegraven om aan het huidige beleid te voldoen. De gemeente is bereid deze hoeveelheid water in de plannen aan te passen. Het oostelijk deel van het plangebied wordt naar verwachting nog wel volgens het geldende bestemmingsplan ontwikkeld, er is daardoor geen mogelijkheid de wateropgave te herzien. Conform het standstillbeginsel zou het geldende bestemmingsplan waarin de te kleine wateropgave is verwerkt, als uitgangssituatie gelden. Om de in 2009 gemaakte fout te herstellen wordt hier in overleg met de gemeente van afgeweken. Het plan grenst aan de N222, waar de provincie extra water graaft ten behoeve van de wegverbreding. In dat werk wordt vooruitlopend op de ontwikkeling van TPW Mars alvast water gegraven ten behoeve van FloraHolland. Dat zal in een surplus in de watervergunning worden vastgelegd. Het watersysteem in deze 2 projectgebieden is in onderlinge samenhang bekeken en geoptimaliseerd.
4
Waelpark Casus/opgaven:
Stand van zaken:
Aandachtspunten:
Haaglanden Gebiedsontwikkeling Den Haag Casus/opgaven:
Stand van zaken:
Aandachtspunten:
Rotterdamsebaan Casus / opgave:
Stand van zaken:
Westland Waelpark is een nieuw te realiseren woongebied tussen Naaldwijk en ’s-Gravenzande (voorheen bekend als Het Nieuwe Water). Voor Waelpark is een masterplan opgesteld. Hierin worden onder andere de ligging aangegeven van de doorgaande ecologische verbinding (tussen het Staelduinse Bos en de kust), de hoofdontsluiting van het verkeer en de ligging en het programma van de woonvlekken. Binnen Waelpark wordt gezocht naar een geschikte plek voor calamiteitenberging. Op dit moment wordt het voorontwerp bestemmingsplan gemaakt voor het noordelijk deel van Waelpark oftewel Waelplas. Dit bestemmingsplan omvat de realisering van een nieuw woongebied, de ontwikkeling van een deel van de Ecologische hoofdstructuur en de aanleg van nieuw boezemwater. In het kader van de watertoets wordt overleg gevoerd met de gemeente over het juridischplanologisch vastleggen van de waterstructuur. De ligging en de hoeveelheid water, natuurvriendelijke oevers en de verlegging van de waterkering.
(Den Haag, Rijswijk, Leidschendam - Voorburg) Den Haag De stad blijft constant in ontwikkeling bij voorkeur in samenwerking met private partijen. In het Investeringsprogramma Stedelijke Ontwikkeling (IpSO) staat beschreven dat de gemeente in de volgende gebieden investeert qua inzet, middelen en capaciteit en het voortouw neemt om samen met externe partners die gebieden te ontwikkelen: de Centrale Zone (Scheveningen Haven, Centrum, Laakhavens/Hollands Spoor en Rotterdamse Baan) en de Krachtwijken (Den Haag Zuidwest, Transvaalkwartier/ GIT Regentessekwartier Zuid en Stationsbuurt). In gebieden waar de gemeente niet de voortrekkersrol vervult, bijvoorbeeld Binckhorst, Laakhaven en Kijkduin, zijn particuliere initiatieven en ideeën van harte welkom. De gemeente heeft hier veel bezit en is op zoek naar een andere bestemming. Daarnaast wordt de ontsluiting van de stad verbeterd door de aanleg van de Rotterdamsebaan en de verbreding van de Neherkade. Met de vooral faciliterende rol van de gemeente worden er geen masterplannen meer opgesteld. Er zijn vooral kleine ontwikkelingen en particuliere initiatieven. Samen met Den Haag is de nieuwe waterbergingsvisie ‘Toekomstbestendig Haags water’ opgesteld en in januari 2015 vastgesteld. De visie zet in op een vergroting van de sponswerking van de stad. Hierbij is de inzet en betrokkenheid van burgers en initiatiefnemers noodzakelijk en wordt gezocht naar manieren om de betrokkenheid te vergroten. Het aandachtspunt is hoe, ondanks de nu kleinere ontwikkelingen, de gewenste waterstructuur bereikt kan worden voor het gehele gebied (voorkomen versnippering) en hoe de waterhuishouding gelijke tred kan houden met de klimaatverandering. Den Haag en Leidschendam-Voorburg De plannen voor een nieuwe insteker vanaf de knoop Ypenburg naar de Neherkade /de centrumring worden nader uitgewerkt en aanbesteed. Er zal een tunnel worden geboord tussen de A4Vlietzone / Drievliet en de Binckhorst. Het bovengrondse tracé aan de zijde van Vlietzone doorsnijdt een aantal waterkeringen, het polderwatersysteem in meerdere polders en een zijtak van de oostboezem. De verharding neemt toe. De boortunnel gaat onder meerdere (boezem-)waterkeringen door. Conform het vastgestelde bestemmingsplan moeten uitwerkingen
5
Aandachtspunten:
Molenvlietpark
Stand van zaken:
Aandachtspunten:
Pilot omgevingsplan Casus / opgave:
Stand van zaken:
Aandachtspunten:
Eikelenburg Casus/ opgave:
Stand van zaken: Aandachtspunten:
ter goedkeuring aan Delfland worden voorgelegd. De eerste deeluitwerkingen zijn als ontwerp omgevingsvergunning ontvangen en er wordt een waterhuishoudkundig plan opgesteld voor het gehele gebied Vlietzone. Daadwerkelijke compensatie van toename verharding. Delfland lift mee op de werkzaamheden voor de Rotterdamsebaan met de aanleg van een bergingsgebied in landschapspark Molenvliet. In de rapportage over complexe plannen van derden wordt ook op dit plan ingegaan. Den Haag Delfland en Den Haag zijn overeengekomen het landschapspark Molenvlietpark te benutten voor een bergingsgebied. Delfland lift mee door de werkzaamheden voor de aanleg van de Rotterdamsebaan deels te benutten voor de aanleg van een bergingsgebied. In de rapportage over complexe plannen van derden wordt ook op dit plan ingegaan. Delfland heeft in april gereageerd in het kader van het vooroverleg met het verzoek de actuele stand van zaken te verwerken in de stukken. Op dit moment ligt het ontwerpbestemmingsplan ter inzage. Het bestemmingsplan zo op te stellen dat dit de aanleg van het bergingsgebied mogelijk maakt en aansluit op het waterhuishoudkundig plan dat nog in ontwikkeling is. Regie van Den Haag is nodig om de belangen van Delfland en Drievliet af te stemmen. Den Haag - Binckhorst Den Haag stelt in een pilot een omgevingsplan op voor de Binckhorst. Het omgevingsplan is een instrument vallend onder de nieuwe Omgevingswet. De nieuwe omgevingswet gaat uit van een integrale benadering van alle aspecten die de leefomgeving bepalen, zoals ruimtelijke ordening, water, natuur, bodem en milieukwaliteit. Het concept is naar verwachting eind dit jaar gereed. Den Haag heeft inmiddels het raamwerk opgesteld. Het overleg hierover loopt. Delfland benut de pilot om te onderzoeken hoe het waterbelang hier, en straks in andere omgevingsplannen, op integrale wijze kan worden geborgd. Ook onderzoeken we hoe het thema klimaatadaptatie hierin kan worden meegenomen. Aansluiting houden als het project straks onder tijdsdruk komt. Aansluiten op de bijbehorende technische innovatie van het gewenste 3-dimensionale kaartbeeld. Rijswijk In de wijk Eikelenburg wordt een volkstuinencomplex verplaatst. Bij de planontwikkeling wordt tevens nog een wateropgave vanuit de Zwethzone ingevuld. Op het volkstuincomplex wordt extra water gegraven, zodanig dat de sloten ook benut kunnen worden voor gietwater. Het bestemmingsplan Eikelenburg is al in 2011 vastgesteld. Nu wordt er een wijzigingsplan gemaakt voor het volkstuincomplex, passend binnen de bestemming. Oude afspraken uit de Zwethzone moeten nog worden nagekomen: De ecozone langs de Mgr. Bekkerslaan moet worden uitgebreid met open water ter compensatie.
Provincie Er waren geen relevante ruimtelijke provinciale plannen afgelopen half jaar.
6
Rijk Nationaal Waterplan 2016-2021 Casus/opgaven:
Stand van zaken:
Aandachtspunten:
Structuurvisie Volkerak Zoommeer Casus/opgaven:
Stand van zaken:
Aandachtspunten:
Rijk Het huidige Nationaal Waterplan heeft een looptijd tot 22 december 2015. De Deltabeslissingen zijn hierin in 2014 verankerd. Het Rijk gaat richting 2018 werken aan een Nationale Omgevingsvisie conform de Omgevingswet. Om aan de vereisten van de Waterwet en een aantal Europese richtlijnen te voldoen is een beknopt Nationaal Waterplan 2 (NWP2) opgesteld. Het Nationaal Waterplan is voor de ruimtelijke onderdelen ook een structuurvisie in de zin van de Wet ruimtelijke ordening. De waterschappen zijn via de Unie van Waterschappen intensief betrokken bij het opstellen van het NWP2. De Unie van Waterschappen heeft in oktober 2014 een wateradvies uitgebracht op het NWP2. Het ontwerp van de structuurvisie ligt van 23 december 2014 tot en met 22 juni 2015 ter inzage. De Unie van Waterschappen heeft mede op aandrang van Delfland, een zienswijze ingediend op het ontwerp. Het NWP2 zal uiterlijk 22 december 2015 worden vastgesteld. Niet alle aandachtpunten uit het wateradvies zijn gehonoreerd. Door meerdere waterschappen en de Unie is daarom naar voren gebracht dat meer ambitie nodig is in het landelijke stoffen- en mestbeleid om de waterkwaliteitsdoelen (KRW) te halen. Dit heeft de Unie in haar zienswijze meegenomen. Rijk De rijksstructuurvisie heeft de intentie te komen tot een samenhangende ontwikkeling van Grevelingen en VolkerakZoommeer. De rijksstructuurvisie Grevelingen en VolkerakZoommeer geeft uitsluitsel over de ontwikkelrichting van Grevelingen en Volkerak-Zoommeer, als helder punt op de horizon. Kernpunten bij de vastlegging van de ontwikkelrichting zijn: • wel of geen beperkt getij terug op de Grevelingen (aanpak zuurstofloosheid, opwekking getijdenenergie) • wel of geen waterberging op de Grevelingen (versterking waterveiligheid Rijn-Maasdelta) • wel of geen zout Volkerak-Zoommeer (aanpak overmatige blauwalgen- en waterplantenbloei, benutten economische potenties). Delfland heeft een zienswijze ingediend op de ontwerp-rijks structuurvisie op 27 november 2014 samen met de Hoogheemraadschappen van Rijnland, De Stichtse Rijnlanden en Schieland en de Krimpenerwaard. In de rijksstructuurvisie wordt het belang van het behouden van een goede zoetwatervoorziening bij een zout Volkerak-Zoommeer benadrukt. Delfland heeft dit belang en blijft bezorgd over de gevolgen van een zoutlek en de extra watervraag bij een zout Volkerak-Zoommeer op de belangrijke inlaatpunten in West-Nederland. Op advies van de commissie voor de milieueffectrapportage wordt momenteel een aanvulling op het milieueffectrapport (MER) gemaakt. De aanvulling op het MER zal binnenkort aan de commissie voor de milieueffectrapportage worden voorgelegd. Op verzoek van de Tweede Kamer wordt een onderzoek uitgevoerd, de zogeheten stresstest, naar de cumulatieve effecten op de zoetwatervoorziening als gevolg van het zout maken van het Volkerak-Zoommeer, de verdieping van de Nieuwe Waterweg, een nieuwe zeesluis bij Dmulden en de toename van de zoetwatervraag. Deze studie zal nog vóór de zomer aan de Tweede Kamer worden aangeboden en worden gepubliceerd.
7
A13/16 Casus/opgaven:
Stand van zaken: Aandachtspunten: Blankenburgtunnel Casus/opgaven: Stand van zaken: Aandachtspunten: STRONG Casus/opgaven: Stand van zaken:
Aandachtspunten: Bprw Casus/opgaven:
Stand van zaken:
Aandachtspunten:
Rijk Realisatie van een verbinding tussen de snelwegen A13 en A16. De toekomstige weg is ‘op’ de bestaande Doenkade (N209) gepland. Dit project is aangemerkt als complex plan van derden, nadere informatie is opgenomen in de bijbehorende rapportage. Vooroverleg in het kader van het Tracébesluit is afgerond. Het ontwerp Tracébesluit wordt in september van 2015 ter inzage gelegd. In de rapportage over de complexe plannen van derden wordt ook ingegaan op de A13/16. Rijk Realisatie van de Blankenburgtunnel. Dit project is aangemerkt als complex plan van derden, nadere informatie is opgenomen in de bijbehorende rapportage. In mei 2015 heeft Delfland in het kader van het vooroverleg over het Tracébesluit een reactie ingediend. Rijkswaterstaat heeft de reactie in behandeling. Zie rapportage complexe plannen. Rijk Het Rijk maakt een structuurvisie voor de ondergrond (STRONG). Dit is een kader voor de ordening van ondergrondse activiteiten op zowel land als op zee. De conceptnotitie Reikwijdte en Detailniveau Rijksstructuurvisie Ondergrond heeft ter inzage gelegen van 10 februari tot en met 23 maart 2015. Delfland heeft besloten geen zienswijze in te dienen aangezien voldoende aandacht besteed wordt aan de koppeling onder- en bovengrond. Het beoordelingskader gaat voldoende in op grondwaterkwaliteit en –kwantiteit, op beïnvloeding van oppervlaktewaterkwaliteit en –kwantiteit en het ontstaan van afvalwater. Het gaat bovendien in op beïnvloeding van waterveiligheid. Ook ruimtegebruik komt aan bod met het fysieke ruimtebeslag in onder- en bovengrond en de mate waarin andere functies (o.a. dijken) daardoor beperkt worden. Geen inhoudelijke aandachtspunten. Wel is het een zeer lang lopend traject. Rijk In het ontwerp Beheer- en ontwikkelplan voor de rijkswateren (Bprw) staat hoe Rijkswaterstaat zijn dagelijkse werk als beheerder van het hoofdwatersysteem en hoofdvaarwegennet de komende zes jaar wil invullen. Het Bprw gaat over de kerntaken waterveiligheid, voldoende water, schoon en gezond water en vlot en veilig verkeer over water. Ook de maatregelen die Rijkswaterstaat neemt in het kader van het Deltaprogramma, de Kaderrichtlijn Water, de Kaderrichtlijn Mariene Strategie, de Richtlijn Overstromingsrisico’s en Natura 2000 zijn onderdeel van dit Bprw. Tot en met 22 juni 2015 ligt het Bprw ter inzage. De Unie van Waterschappen zal een gezamenlijk zienswijze namens de waterschappen indienen. Delfland heeft input geleverd voor deze zienswijze. Bij ontwikkelingen (zoals verdieping van de Nieuwe Waterweg) wordt onderzocht of compenserende maatregelen mogelijk zijn. Voor Delfland is het van belang dat toegevoegd wordt dat het uitgangspunt is dat verzilting niet toeneemt door externe ontwikkeling en dat de veroorzaker verantwoordelijk is voor de daartoe te nemen mitigerende of compenserende maatregelen.
8