H.322966.0715
Schouderprothese
Inleiding In overleg met uw arts is besloten dat u een schouderprothese krijgt. De voorlopige operatiedatum hoort u over ongeveer twee weken. Na ontslag uit het ziekenhuis heeft u tijdelijk hulp nodig om volledig te herstellen. Het is van belang dat u de nazorg van te voren regelt. Verhindering Mocht u verhinderd zijn voor de operatie, dan neemt u contact op met uw behandelend specialist of de orthopedie verpleegkundige. (0523) 276312 De operatie kan niet doorgaan wanneer u voor de operatie op of in uw lichaam infecties/ontstekingen (waar u wel of geen antibiotica voor gebruikt) of wondjes ontdekt in welke vorm dan ook bijvoorbeeld: smetplekken opengekrabde insectenbeten schimmelinfecties koorts, griep Voorbereiding ziekenhuis Tijdens het polibezoek waarin u samen met uw arts besloten heeft tot een operatie krijgt u: een afspraak preoperatief onderzoek (een hartfilmpje en laboratoriumonderzoek) folder "Uw verblijf in het ziekenhuis" een afspraak voor een gesprek met de verpleegkundige van de poli preoperatief en een gesprek met de anesthesioloog een uitstrijk van de neus, met deze uitstrijk wordt bepaald of u een bacterie (stapfylococcus aureus), bij u draagt in uw neus. Als u drager bent van deze bacterie wordt u daarover telefonisch geïnformeerd door de orthopedieverpleegkundige. Preoperatief onderzoek in het ziekenhuis U neemt plaats in de wachtkamer van de poli preoperatief onderzoek, poli 12. U vult een digitale vragenlijst in. De verpleegkundige bespreekt met u de door u ingevulde vragenlijst.
De anesthesioloog bespreekt met u welke vorm van anesthesie (verdoving) voor u het meest geschikt is en welke vooronderzoeken nog plaats moeten vinden (laboratorium, röntgen, eventueel internist). Van de poli preoperatief onderzoek ontvangt u de folder Anesthesie en pijnbestrijding rondom uw operatie of behandeling. Voorbereiding thuis In uw oproepbrief staat vermeld of en wanneer u mag eten, drinken of roken op de dag van de ingreep. Gebruik vanaf twee dagen voor de operatie geen bodylotion en op de dag van de operatie geen make-up en nagellak. U mag het te opereren gebied niet scheren. Draag geen sieraden of piercings. Laat waardevolle spullen thuis. U mag zelf niet autorijden na de operatie. Vraag of iemand u ophaalt. Wat neemt u mee Uw patiëntenkaart. Actueel medicatieoverzicht, deze kunt u opvragen bij uw apotheek. Gemakkelijk zittende kleding en een paar sportsokken. Waar meld u zich De dag van opname meld u zich bij de receptie. Het schoudergewricht Het schoudergewricht bestaat uit de bovenarm en het schouderblad. Aan de kant van de bovenarm zit de schouderkop. Aan de kant van het schouderblad zit de schouderkom. Tussen de schouderkop en de schouderkom zit een laag kraakbeen. Het kraakbeen is zacht en zorgt er voor dat de kop en de kom makkelijk langs elkaar bewegen. Om de schouder zitten verder nog banden, pezen en spieren. Die zorgen voor de beweging van de schouder.
3
Wat is slijtage van de schouder? Door slijtage (artrose) of ontstekingen (artritis) van de gewrichten is het kraakbeen van de schouderkop en kom beschadigd. Het kraakbeen is dun of verdwenen en het oppervlak is ruw in plaats van glad. Daardoor schuurt bij het bewegen van de schouder de schouderkop over de schouderkom. Dit leidt tot pijnklachten en stijfheid van het gewricht. Slijtage kan ook optreden na een ongeval. Botsplinters als gevolg van een breuk zorgen voor irritatie en slijtage van het kraakbeen. De slijtage gaat meestal gepaard met een ontsteking waardoor de pijnklachten verder toenemen. Hoe ziet een schouderprothese eruit Er bestaan verschillende schouderprotheses: Een resurfacing prothese. Een halve (hemi) of totale anatomische schouderprothese. Een 'omgekeerde' (reversed) prothese.
4
Resurfacing prothese De resurfacing prothese is een holle, bolvormige prothese die alleen het kraakbenige oppervlak van de schouderkop vervangt. Halve (hemi) of totale anatomische schouderprothese Bij een halve (hemi) schouderprothese wordt alleen de schouderkop vervangen. Bij een totale schouderprothese worden zowel de schouderkop als de schouderkom vervangen door een prothese. De schouderprothese is gemaakt van metaal. Hij bestaat uit een ronde kop met daaraan een steel. De kop is er in verschillende doorsnede en diktes en wordt aangepast aan uw eigen schouderkop. Ook de steel is er in verschillende maten. De juiste maat kop en steel hangen af van bijvoorbeeld uw lichaamsbouw. Afhankelijk van de schade kan de orthopeed beslissen alleen de schouderkop te vervangen, of de schouderkop samen met de schouderkom. De schouderkom is gemaakt van kunststof. De 'omgekeerde' (reversed) prothese Afhankelijk van de kwaliteit van de spieren van de schouder kan de orthopeed besluiten om een 'omgekeerde' prothese te plaatsen. Bij de omgekeerde prothese wordt de schouderkop vervangen door een kom met hieraan eventueel een steel. De steel gaat dan in de bovenarm. De schouderkom wordt hierbij vervangen door een bol. De bol wordt met schroeven in het schouderblad gefixeerd. De operatie De orthopeed maakt aan de voorkant van uw schouder een snee om bij het schoudergewricht te komen. Spieren en pezen worden opzij gelegd zodat het gewricht vrijkomt. De schouderkop wordt uit de schouderkom gehaald. Resurfacing prothese Als er is gekozen voor een resurfacing prothese wordt met een frees het slechte kraakbeen van de schouderkop verwijderd. Daarna wordt de prothese op de schouderkop geplaatst.
5
Halve of totale anatomische schouderprothese Halve (hemi) anatomische prothese Als er is gekozen voor een halve anatomische prothese wordt eerst de kop van de bovenarm verwijderd. Daarna wordt er ruimte gemaakt in de mergholte (het binnenste van het bot) van de bovenarm. Op de plek van de kop komt een kunstkop met steel. De steel wordt in het mergholte (het binnenste van het bot) van de bovenarm vastgezet. Eventueel gebruikt de orthopeed hiervoor botcement. Totale anatomische schouderprothese Als er gekozen is voor het plaatsen van een totale schouderprothese wordt het slechte kraakbeen van de kom met een frees verwijderd. Daarna wordt een kunstkom geplaatst. Deze wordt vastgezet met schroeven of botcement. De schouderkop wordt in de kom gelegd. De pezen worden weer terug gehecht. Vervolgens wordt de operatiewond gesloten. ‘Omgekeerde’ (reversed) prothese Bij een 'omgekeerde' prothese wordt eerst de kop van de bovenarm verwijderd. Daarna wordt er ruimte gemaakt in de mergholte van de bovenarm. Op de plek van de kop komt een kunstkom, eventueel met steel. Het slechte kraakbeen van de kom wordt met een frees verwijderd. Op de kom wordt een kunstbol met schroeven geplaatst. Mogelijke complicaties Complicaties zijn gelukkig zeldzaam, maar nooit uit te sluiten. Ondanks alle zorg die aan de operatie wordt besteed kunnen er toch complicaties optreden in de vorm van nabloeding en wondinfectie. Na de operatie kan de huid rondom het operatiegebied (tijdelijk) gevoelloos zijn. Deze klachten verdwijnen meestal in de loop van de tijd.
6
Na de operatie De voornaamste reden om een schoudergewricht te vervangen door een prothese zijn pijnklachten. Deze pijnklachten verdwijnen vrijwel helemaal. Na de operatie ervaart u echter een ander soort pijn. Deze pijn verdwijnt geleidelijk, maar dat duurt vaak tot een jaar na de operatie. U krijgt direct na de operatie een ondersteunende draagband (ook wel sling genoemd) aangemeten, te vergelijken met een mitella. Naar huis Na ongeveer drie dagen kunt u weer naar huis. De eerste periode heeft u waarschijnlijk hulp nodig bij het wassen, kousen aantrekken en bij het huishoudelijk werk. Nazorg De eerste vier weken na de operatie draagt u de arm in de draagband, ook tijdens de fysiotherapie. In overleg met uw fysiotherapeut wordt het dragen van de draagband afgebouwd en de bewegingen uitgebreid. U moet rekening houden met een bepaalde mate van blijvende bewegingsbeperking, ondanks de operatie. Het is mogelijk dat u op bepaalde momenten van de dag hulp van de thuiszorg nodig heeft. Dit regelt de verpleegkundige van de afdeling orthopedie in overleg met u na uw operatie Wondverzorging Houd de operatiewond schoon en droog. Was de wond van boven naar beneden en niet van links naar rechts. Gebruik voor het wassen uw handen en geen washandje. De huid rondom de hechtingen zal er de eerste weken wat geïrriteerd uitzien. Gebruik rondom het wondgebied geen crème of lotion. U kunt weer douchen als de wond goed geneest U kunt weer in bad als de operatiewond helemaal goed genezen is. 7
Afspraak U krijgt na de operatie een afspraak mee of toegestuurd voor poliklinische controle. Vragen Als u vragen heeft, kunt u bellen met de polikliniek orthopedie. Maandag tot en met vrijdag 09.00 uur tot 12.00 uur 14.00 uur tot 16.00 uur (0523) 276319 Heeft u dringende vragen buiten kantooruren, dan kunt u bellen met de verpleegafdeling. (0523) 276822 Meer informatie vindt u op: www.orthopedie.nl
8