H.317151.1111
Behandelwijzer chemotherapie
BEHANDELWIJZER
Eigendom van:
. Naamsticker adres.
3
Waarom dit boekje De reden waarom u dit boekje ontvangt is geen plezierige, maar wel een belangrijke. U heeft pas van uw specialist gehoord dat bij u kanker is geconstateerd en dat u behandeld gaat worden. Om deze behandeling zo goed mogelijk te ondersteunen, kan de behandelwijzer een extra informatieschakel tussen u en uw behandelaar vormen. Afhankelijk van de behandelingen en eventuele nabehandelingen, krijgt u aanvullende voorlichting in de vorm van patiëntenfolders. In deze behandelwijzer is een pagina opgenomen waar u zelf aantekeningen kunt maken en vragen kunt opschrijven. De behandelwijzer is ook bedoeld als informatie aan hulpverleners met wie u te maken heeft, thuis en in het ziekenhuis. De behandeling In de Saxenburgh Groep wordt bij de behandeling van kanker gewerkt volgens de landelijke richtlijnen. Uw behandeling wordt besproken in een team van verschillende specialisten en consulenten uit gespecialiseerde centra (o.a. Groningen). Deze patiëntenbesprekingen vinden twee keer per maand in Hardenberg plaats. Als dit noodzakelijk is wordt u door uw specialist naar een gespecialiseerd centrum doorverwezen. Uw huisarts wordt door de specialist geïnformeerd. De behandelwijzer is als volgt te gebruiken U neemt dit boekje mee bij ieder bezoek aan het ziekenhuis, de huisarts en overige hulpverleners.
4
Wie kunt u bellen als u vragen heeft Nurse practitioner dagopname oncologie Aanwezig op maandag, woensdag, vrijdag
(0523) 276339
Regieverpleegkundige oncologie (dagelijks aanwezig) Telefonisch spreekuur van 09.00 tot 09.30 uur en van 13.15 tot 14.00 uur
(0523) 276348
Röpcke-Zweers ziekenhuis
(0523) 276000
Dagziekenhuis Aleida Kramer
(0524) 526000
Huisarts
Huisartsenpost Hardenberg
(0900) 3336333
Als u twijfelt of zich onzeker voelt over bepaalde klachten die u heeft,neem dan op werkdagen contact op met de nurse practitioner.
5
Chemotherapie De chemokuren worden meestal via een infuus toegediend, dit kan op twee manieren: • in dagbehandeling • klinisch. Ook kan het zijn dat u de chemotherapie in tablet vorm krijgt of een combinatie van infuus en tabletten. De kuur die via het infuus wordt toegediend, wordt gegeven op de dagopname, 2e verdieping. Deze kamer is huiselijker ingericht dan een standaard ziekenhuiskamer. Uw partner of iemand anders is welkom om u gezelschap te houden. Griepinjectie Overleg met uw behandelend specialist of u daarvoor in aanmerking komt en wanneer. Voorbereiding in het ziekenhuis Minimaal één werkdag voor iedere kuur wordt uw bloed geprikt. De afspraak voor het laboratorium krijgt u na iedere kuur mee. In verband met de tijdsduur van de bepaling kan dit alleen op het laboratorium in Hardenberg en/of Coevorden. Als er onvoldoende bloedcellen aanwezig zijn kan uw behandelend specialist besluiten: • de kuur voor een week uit te stellen. De dag van de kuur Bij binnenkomst in het ziekenhuis meldt u zich bij de gastvrouw. Zij brengt u naar uw kamer. Het toedienen van de chemokuur gebeurt door een vast team van verpleegkundigen.
6
Na de kuur Een aantal dagen na iedere kuur neemt de nurse practitioner telefonisch contact met u op. Zij informeert naar eventueel opgetreden bijwerkingen. Bij koorts van 38,5 C of hoger of koude rillingen neemt u direct contact op met de nurse practitioner . Buiten kantoortijd neemt u contact op met de Huisartsenpost. Geef dan altijd duidelijk aan dat u chemotherapie krijgt. Neem bij voorkeur uw temperatuur op met een digitale oorthermometer of digitale koortsthermometer (onder uw oksel). Neem uw temperatuur nooit rectaal op omdat de kans bestaat dat u daarmee uw darmslijmvlies beschadigd. Mocht u paracetamol gebruiken, neem dan voor inname uw temperatuur op, paracetamol laat eventueel aanwezige koorts namelijk dalen. De huisarts laat bij koorts het aantal witte bloedlichaampjes in uw bloed bepalen. Als dit aantal te laag is, kan het zijn dat u wordt opgenomen in het ziekenhuis en dat u een antibioticakuur via het infuus krijgt. Neem ook altijd contact op met de nurse practitioner of Huisartsenpost als de volgende klachten zich voor doen: • Langdurige bloedneus (langer dan 30 minuten). • Meerdere blauwe plekken, zonder dat u bent gevallen of u hebt gestoten. • Aanhoudend bloeden van een wondje (langer dan 30 minuten). • Bloed in de ontlasting of urine. • Puntvormige bloedinkjes in de huid. • Braken langer dan 24 uur. • Diarree langer dan 48 uur. • Obstipatie (verstopping) langer dan 2 dagen. • Plotselinge huiduitslag. • Verschijnselen van bloedarmoede, zoals moeheid, hartkloppingen en duizeligheid.
7
Welke bijwerkingen kunnen optreden en wat kunt u er tegen doen In dit hoofdstuk vindt u een algemeen overzicht van allerlei mogelijke bijwerkingen van de chemokuur. Daarbij staan adviezen vermeldt om die bijwerkingen te voorkomen of te verminderen. Lang niet alle bijwerkingen zullen bij u voorkomen. Op de uitdraai van ‘SIB op maat’ staan de bijwerkingen die bij de kuur voorkomen. Deze bijwerkingen kunt u dan opzoeken. Ook hiervoor geldt ze kunnen optreden, maar dit hoeft niet altijd het geval te zijn. Overigens zegt de mate waarin de bijwerkingen optreden niets over het effect van de behandeling op de ziekte. Dun of uitvallend haar Tegen het optreden van haaruitval is niets te doen. Haaruitval begint één à twee weken na de aanvang van de behandeling. Dit kan gepaard gaan met een gevoelige of pijnlijke hoofdhuid, zogenoemde haarpijn. Tevens kan het zijn dat u ook andere lichaamsbeharing verliest. Het haar groeit echter weer na het stoppen van de chemokuur. Voor aanvang van de behandeling wordt met u besproken of een pruik nodig zal hebben en waar u die kunt verkrijgen. Zo nodig ontvangt u een machtiging, zodat u een deel van de kosten kunt declareren bij uw Zorgverzekeraar. U kunt het beste voordat het haar gaat uitvallen een afspraak maken bij de kapper, zodat deze uw eigen haardracht kan zien. Advies : • Veel mensen vinden het prettig om het haar kort te laten knippen voordat het uitvalt. • Verzorg en droog het haar voorzichtig. Gebruik een milde shampoo en een crèmespoeling. • Bij haarpijn kunt u slapen op een satijnen kussen. • Permanenten en/of verven van het haar is af te raden.
8
Verminderde eetlust Eetlust kan verminderd worden door de ziekte en behandeling. • Gebruik regelmatig kleine maaltijden. Een lege maag kan ook een misselijk gevoel geven. • Als u gebraakt heeft laat uw maag dan weer langzaam wennen aan vast voedsel (biscuitjes). • Vermijd geuren die u tegenstaan (bijvoorbeeld parfum, etensgeuren, gebruik zo nodig kant en klaarmaaltijden). • Bij misselijkheid na de chemokuur: forceer niets de eerste dagen. Eet in de volgende weken tussen de kuren door. Drinken is deze dagen belangrijker dan eten . Voor meer informatie kunt u de folder “Goede voeding bij kanker” lezen. Huidveranderingen Onder invloed van de medicijnen kan uw huid droog, rood of schilferig worden of extra pigmentatie krijgen. Ook kan de huid gevoeliger zijn. • Gebruik regelmatig bodylotion (zonder alcohol en /of parfum ) bij een droge huid. • Vermijd overmatig zonlicht. U mag gewoon naar buiten maar niet zonnen. • Gebruik een zonnebrandcrème met een hoge beschermingsfactor. • Tegen de extra pigmentatie is niets te doen.
9
Misselijkheid en braken Door de chemokuur wordt het braakcentrum in de hersenen geprikkeld waardoor u misselijk kunt worden. U krijgt voorafgaand aan de chemokuur medicijnen tegen de misselijkheid en een recept om de medicijnen ook thuis te kunnen gebruiken. Heeft u desondanks toch last van misselijkheid meldt dit dan zodat u extra medicijnen voorgeschreven krijgt. • • •
Gebruik de medicijnen ook bij geringe misselijkheid, zodat u kunt blijven eten en drinken. Eet op tijdstippen wanneer u niet misselijk bent, overdag of ’s nachts als u wakker bent. Probeer voldoende te drinken anderhalve tot twee liter water. Een vochttekort kan misselijkheid verergeren en geeft een vieze smaak in de mond.
Smaak en/of reuk verandering Smaak en/of reuk verandering kan veroorzaakt worden door de behandeling. Hier is weinig aan te doen. • • • •
Probeer verschillende producten uit (bijvoorbeeld ook dat wat u eerst niet lekker vond). Zorg dat de maaltijd er aantrekkelijk uit ziet. Maak gebruik van kruiden. Blijf voldoende eten en drinken.
Voor meer informatie kunt u de folder “Goede voeding bij kanker” lezen.
10
Vermoeidheid Vermoeidheid kan een direct of indirect gevolg zijn van de behandeling. • Zorg voor voldoende nachtrust. • Rust tussendoor. • Verdeel werk/activiteiten over de dag. • Zorg voor afleiding. • Steek alleen energie in dingen die voor u de moeite waard zijn. • Probeer voeding en vocht op peil te houden. • Probeer de vermoeidheid te aanvaarden (verzet u niet, dit vraagt veel energie). Voor meer informatie kunt u de folder “Help ik ben zo moe” lezen. Invloed op werking van het beenmerg Beenmerg is belangrijk voor de aanmaak van bloedcellen. Chemotherapie remt de werking van het beenmerg. Om het effect van de chemokuur op uw beenmerg na te gaan wordt voor elke kuur uw bloed gecontroleerd. Tegen de verminderde aanmaak van het beenmerg kunt u zelf niets doen. De hoeveelheid van bloedcellen is het laagst acht tot tien dagen na de eerste dag van de kuur. Dit herstelt zich zelf weer. Omdat u thuis bent is het voor u belangrijk te weten wat u kunt doen als er zich problemen voordoen.
11
Verminderde rode bloedlichaampjes (hemoglobine=Hb) De aanmaak van de rode bloedlichaampjes is verminderd. Dit geeft kans op bloedarmoede. Dit kan gepaard gaan met vermoeidheid. Dit verbetert echter als de aanmaak hersteld is. • •
Let op klachten van vermoeidheid, bleekheid, duizeligheid. Neem zo nodig contact op met de nurse practitioner. Pas uw inspanningen aan en rust meer.
Verminderde bloedplaatjes (trombocyten) Trombocyten zorgen voor de stolling van bloed. Wanneer de aanmaak van de trombocyten verminderd is geeft dit een verhoogde kans op: • blauwe plekken • bloedneus • bloedend tandvlees • bloed bij de urine of ontlasting • onderhuidse bloedinkjes (rode puntjes). Advies : • Gebruik een zachte tandenborstel. • Elektrisch scheren in plaats van met een mesje. • Wanneer de menstruatie langer dan vier tot vijf dagen duurt en veel heftiger is dan normaal, neem dan contact op met de nurse practitioner. • Vermijd activiteiten of sporten waarbij u zich kunt bezeren. • Gebruik handschoenen bij het werken met risico op verwonding (knutselen, tuinieren).
12
Te weinig bloedplaatjes (trombocyten) Als uw arts u verteld heeft dat u te weinig bloedplaatjes heeft zult u met de volgende punten rekening moeten houden. • Vermijd zetpillen. • Gebruik geen aspirine. • Gebruik geen alcohol. • Niet persen op de ontlasting. Verminderde witte bloedlichaampjes (leukocyten) Witte bloedlichaampjes zorgen voor de afweer. De aanmaak van de witte bloedlichaampjes is verminderd. Dit betekent dat u eerder vatbaar bent voor infecties. Deze kans is het grootst acht tot tien dagen na de chemokuur. • • • • • • •
Neem bij koorts hoger dan 38,5`of koude rillingen, direct contact op met de nurse practitioner. Vermijd contact met geïnfecteerde personen (bijvoorbeeld griep en verkoudheid). Zorg voor een goede lichaamshygiëne. Was uw handen regelmatig, met name voor het eten en na toilet bezoek. Voorkom wondjes of verzorg ze goed. Zorg voor voldoende vochtinname. Zorg voor voldoende rust.
Voor meer informatie kunt u de folder “Chemotherapie” lezen.
13
Verandering van het ontlastingspatroon Dit kan een direct of indirect gevolg zijn van de behandeling. Diarree • Voldoende drinken. Minimaal twee liter per dag. • Gebruik ook enkele koppen bouillon, tomaten/groentesap. Deze voedingsmiddelen bevatten kalium en zout. • Gebruik kleine maaltijden. • Af te raden zijn kool, ui en prei in verband met gasvorming. • Gebruik weinig suiker (suiker werkt namelijk laxerend). • Overleg met de nurse practitioner als u diarree heeft die langer dan 48 uur duurt. Obstipatie (verstopping) • Veel drinken. • Vezelrijke voeding, bruin volkoren brood, groente en fruit. • Bewegen zo mogelijk. • Drink koffie • Lauw water op de nuchtere maag. Heeft u langer dan twee dagen geen ontlasting, overleg dan met de nurse practitioner.
14
Invloed op de seksualiteit Door de bijwerkingen van de kuren kan de zin in vrijen verminderd zijn. De behoefte aan tederheid en knuffelen kan juist toenemen. Door de medicijnen kan de vagina droger zijn en kan er bij en na seksueel contact bloedverlies optreden. Aarzel niet om problemen op dit gebied te bespreken met uw arts of de regieverpleegkundige oncologie. • •
Glijmiddel gebruiken, bijvoorbeeld Sensilube of Replens (gel voor vaginaal gebruik). Tijdens de dagen dat er afvalstoffen in het sperma en in de slijmvliezen van de vagina zitten moet de man een condoom gebruiken. Deze dagen staan vermeld op het formulier met het schema van uw chemokuur.
Vruchtbaarheid Als u een kinderwens heeft, overleg dan met uw specialist welke consequenties de behandeling heeft voor uw vruchtbaarheid. Overleg ook over het gebruik van anticonceptie. • Tijdens de behandeling moet u continu voorbehoedsmiddelen gebruiken om een eventuele zwangerschap te voorkomen. Invloed op de menstruatie Afhankelijk van de soort chemokuur is het mogelijk dat uw menstruatiepatroon verandert. Dit kan variëren van een keer overslaan tot geheel wegblijven van de menstruatie. Bij sommige vrouwen komt de menstruatie niet meer terug. Dit kan gepaard gaan met overgangsklachten zoals opvliegers of een wisselend humeur.
15
Mondverzorging bij chemotherapie Gedurende de chemotherapie is het van belang uw gebit en mondslijmvlies in goede conditie te houden. Chemotherapie kan schade aanrichten aan uw mondslijmvlies. Door verminderde weerstand kan het mondslijmvlies ontsteken (stomatitis). Om een eventuele ontsteking te voorkomen worden onderstaande voorzorgsmaatregelen gedurende de periode van chemokuren geadviseerd. Adviezen voor mondverzorging Bij eigen gebit • Drie maal daags tanden poetsen met een zachte tandenborstel en fluorhoudende tandpasta. • Uw mond vier maal daags spoelen met zoutwater. Een afgestreken theelepel zout op een flinke beker lauwwarm water • Zo nodig uw lippen en mondhoeken insmeren met vaseline of lippenbalsem. • Bij een (controle)bezoek aan uw tandarts altijd vermelden dat u met een chemotherapie bezig bent. Bij gebitsprothese • Spoel bij voorkeur vier maal daags uw mond met zoutwater. Een afgestreken theelepel zout op een flinke beker lauwwarm water. • Drie maal daags uw gebit reinigen met een harde tandenborstel en zeep. • Als u het niet prettig vindt om uw gebit met zeep te poetsen mag u het na de tijd met tandpasta napoetsen. • Zo nodig uw lippen en mondhoeken insmeren met vaseline of lippenbalsem. • Bij kleine irritaties van uw mondslijmvlies ‘s nachts uw gebit uitlaten.
16
Mondverzorging bij ontstoken tandvlees (stomatitis) ontstaan door chemotherapie Mocht uw mondslijmvlies toch ontsteken, dan worden de onderstaande richtlijnen gedurende de periode van chemokuren geadviseerd: • Zet de adviezen over mondverzorging onverminderd voort. • Bezoek uw mondhygiënist, tandarts of huisarts. • Draag uw kunstgebit liever niet als uw mondslijmvlies ontstoken is. • Houdt uw lippen en mondhoeken vet met een dun laagje vaseline. • Vermijdt harde, erg zoete, zure of gekruide voedingsmiddelen en koolzuurhoudende dranken. • Overleg bij ernstige pijn met uw de nurse practitioner over welke pijnmedicatie u kunt gebruiken. Met de juiste pijnstilling kunt u de mondverzorging beter volhouden wat het herstel ten goede komt.
17
Informatie voor thuis U wordt behandeld met chemotherapie. De afvalstoffen van deze medicijnen worden weer uitgescheiden via urine, ontlasting, sperma, braaksel en transpiratie (uitscheidingsproducten). Wanneer een ander in aanraking komt met deze afvalstoffen, neemt deze persoon een deel van deze afvalproducten op (bijvoorbeeld via de huid, of door middel van de ademhaling). Deze persoon zal hier niet ziek van worden. Maar omdat bekend is dat chemotherapie op lange termijn schade kan aanrichten aan gezonde cellen, is het wenselijk om hier zo min mogelijk mee in aanraking te komen. Vandaar enkele adviezen. De periode waarop deze adviezen van toepassing zijn staat vermeld op de uitdraai SIB op maat, die u krijgt bij de intake chemotherapie. Voor cytostatica in tabletvorm geldt dat zij tot twee uur na inname in afvalstoffen voorkomt. Urine en ontlasting • U maakt zoveel mogelijk gebruik van hetzelfde toilet. • Mannen worden verzocht om zittend te plassen. • Spoel het toilet na gebruik twee keer door, met het deksel dicht. • Als u een blaaskatheter of stoma heeft moet u dagelijks de opvangzak legen in het toilet, door deze langs de rand leeg te gieten. • Bij gebruik van urinaal deze legen in het toilet met de bril omhoog en via de rand met afgewend gezicht leeggieten. • Wanneer u geholpen moet worden met de katheterzak, stoma of urinaal, laat de ander dan wegwerphandschoenen gebruiken.
18
Braaksel • Zo mogelijk braakt u in het toilet. • Als dit niet mogelijk is, maak dan gebruik van wegwerpmaterialen. Overige uitscheidingsproducten De hoeveelheid chemo in uitscheidingsproducten zoals transpiratievocht, tranen en speeksel is zo laag dat er geen specifieke maatregelen genomen hoeven te worden. Wanneer u heftig transpireert, dan zult u het beddengoed en uw kleding wel als ‘bevuild’ moeten behandelen, en dus wegwerphandschoenen dragen bij het verschonen. Ook zitten er afvalstoffen van de chemo in de zaadcellen van de man wanneer hij chemotherapie krijgt, of in de slijmvliescellen van de vagina wanneer de vrouw chemotherapie krijgt. Daarom wordt het gebruik van een condoom geadviseerd in de dagen waarin men voorzichtig dient te zijn met uitscheidingsproducten. Verder zijn er geen voorzorgsmaatregelen nodig voor het aanraken, knuffelen of kussen van een ander. Met uitscheidingsproducten bevuild wasgoed. Als thuis kleding of wasgoed met uitscheidingsproducten bevuild raken, geldt het volgende: • Trek uw kleding direct uit. Als iemand u helpt met uitkleden moet hij wegwerphandschoenen gebruiken.
•
•
Besmette kleding spoelt u direct uit in de wasmachine via het koude spoelprogramma. Vervolgens kiest u een wasprogramma dat geschikt is voor het materiaal van de kleding (inclusief voorwas). Als het niet mogelijk is het wasgoed direct in de wasmachine te wassen, moet dit in een goed afgesloten plastic zak bewaard worden. Bij het overbrengen van de was naar de wasmachine dient u wegwerphandschoenen te dragen. Het met chemo besmette wasgoed moet altijd apart van ander wasgoed gewassen worden. Als het wasgoed vaste uitwerpselen bevat, gooit u deze uitwerpselen voorzichtig en met behulp van tissues in het toilet (wegwerphandschoenen aan). Doe dit voorzichtig, zonder te 19
spatten. De uitwerpselen doorspoelen met het deksel van het toilet gesloten. Schoonmaken. • Het door u gebruikte toilet (of urinaal/po) dient één keer per dag met reinigingsmiddel te worden schoongemaakt. Draag daarbij wegwerphandschoenen. De handen hierna goed wassen. • De badkamer reinigen zoals u gewend bent. Besmet afval. Verzamel alle afvalmateriaal waarmee u in contact bent geweest in een aparte plastic vuilniszak. Sluit deze goed af en gooi deze bij het normale huisafval. Bestek en serviesgoed. Deze kunnen na gebruik met de hand of in de wasmachine gereinigd worden.
20
Tot slot. Wij hopen u voldoende geïnformeerd te hebben over beschermende maatregelen die u thuis treft na de behandeling met chemotherapie. Mocht u nog vragen hebben, dan kunt u altijd contact opnemen met de nurse practitioner. Maatschappelijk werk Ziekte, behandeling en opname in het ziekenhuis kunnen extra druk betekenen voor u en uw omgeving. Zo kunnen er bijvoorbeeld problemen ontstaan in relaties , thuis, op het werk of in het gezin. Door alles wat er gebeurt ben je zelf vaak niet sterk genoeg om hier altijd goed mee om te kunnen gaan en is het fijn als een onafhankelijk iemand u daar mee helpt. Het maatschappelijk werk of een psycholoog kan u daar mee helpen. Hij kan zorg dragen voor het zo goed mogelijk afstemmen van uw psychische en sociale situatie op uw behandeling, zowel voor uzelf als voor uw omgeving. De regieverpleegkundige oncologie zal u dit ook aanbieden en vanzelfsprekend kunt u er zelf altijd naar informeren op een moment dat het voor u aan de orde is. Wij kunnen u doorverwijzen naar het maatschappelijk werk of naar de psycholoog in het ziekenhuis. Als u zelf iemand kent kunnen wij zorgen voor een verwijzing.
21
Bladzijde voor uw aantekeningen en vragen Datum
Aantekeningen/vragen.
22
Chemokuren overzicht S.v.p. bij ieder bezoek dagverpleging chemotherapie dit schema laten invullen Datum soort chemotherapie kuurnummer
23
Medicatielijst Naam chemokuur:
MEDICATIE
Dag vóór de kuur
Dag 1 (dag van de kuur)
Anti emitica: …………… …dgs …..mg …………… …dgs …. mg …………… …dgs …. mg …………… …dgs …. mg Dexamethason ...dgs….mg Oxazepam …dgs….mg ………… …dgs … mg …………. …dgs …mg 24
Dag …
Dag …
Dag …
Medicatielijst Naam chemokuur:
MEDICATIE
Dag vóór de kuur
Dag 1 (dag van de kuur)
Anti emitica: …………… …dgs …..mg …………… …dgs …. mg …………… …dgs …. mg …………… …dgs …. mg Dexamethason ...dgs….mg Oxazepam …dgs….mg ………… …dgs … mg …………. …dgs …mg 25
Dag …
Dag …
Dag …
Medicatielijst Naam chemokuur:
MEDICATIE
Dag vóór de kuur
Dag 1 (dag van de kuur)
Anti emitica: …………… …dgs …..mg …………… …dgs …. mg …………… …dgs …. mg …………… …dgs …. mg Dexamethason ...dgs….mg Oxazepam …dgs….mg ………… …dgs … mg …………. …dgs …mg 26
Dag …
Dag …
Dag …
Medicatielijst Naam chemokuur:
MEDICATIE
Dag vóór de kuur
Dag 1 (dag van de kuur)
Anti emitica: …………… …dgs …..mg …………… …dgs …. mg …………… …dgs …. mg …………… …dgs …. mg Dexamethason ...dgs….mg Oxazepam …dgs….mg ………… …dgs … mg …………. …dgs …mg 27
Dag …
Dag …
Dag …
28