gustave caillebotte
Kijkwijzer
voortgezet onderwijs niveau Nu t/m 20 mei 2013
hoe het werkt
welkom in de wereld van gustave caillebotte
Hoe ga je te werk
Het Franse impressionisme* is van enorm belang geweest voor het ontstaan van de moderne kunst. Je kunt zeggen dat het een revolutie was op het gebied van de schilderkunst: de manier van schilderen, het kleurgebruik, de onderwerpskeuze en de composities* waren zo vernieuwend dat het publiek er voor terugschrok. Wat was er dan zo bijzonder aan?
Let op! De kijkwijzer begint in zaal 13. De vragen van deze kijkwijzer zijn gegroepeerd per zaal. Op de plattegrond hieronder kun je zien waar je bent. Woorden met een ster kun je achterin opzoeken in de begrippenlijst. Op zaal mag je alleen met potlood schrijven. Een clipboard kun je lenen bij de infobalie in de hal.
Tegenwoordig vinden we normaal wat nog 50 jaar geleden echt niet kon. Dat is met schilderkunst niet anders dan met muziek en mode. Door deze kijkwijzer te maken, krijg je een prima idee van hoe mensen zo’n 130 jaar geleden keken naar de wereld. Schilderkunst en de fotografie spelen hierbij een belangrijke rol.
plattegrond gemeentemuseum 1e verdieping
34
33
32
27
25
28
36
37 38
26
31
30
24
23
29
22
21
20
19
Martial Caillebotte, Gustave Caillebotte en Bergère op de Place du Carrousel, 1892, particuliere collectie
39
42
41
40
43
18
44
45
46
47
4
48
3
7
8
9
10
15
16
17
14
6
Lange tijd heeft de Franse schilder Gustave Caillebotte (1848-1894) in de schaduw van zijn vriend Claude Monet en andere Franse impressionisten gestaan. Hij werd vooral bekend als hun mecenas*. Caillebotte studeerde af in de rechten en richtte zich pas op 22-jarige leeftijd op de kunst. 4 jaar later, in 1874, erfde hij een aanzienlijk fortuin van zijn vader. Vanwege zijn afkomst uit een welvarende familie kon hij tentoonstellingen van impressionistisch werkende kunstenaars financieren en hun werk kopen. Hierdoor heeft hij enorm bijgedragen aan het succes van de impressionistische schilders. Wij wensen je veel plezier!
49
1
2
2
5
11
12
13
START
3
alles is bij toverslag verstard
zaal 13 1 De stereofotografie bood veel gebruikers een venster op de wereld, waarmee ze vanuit hun luie stoel in de huiskamer een onderhoudende reis naar bijvoorbeeld Parijs konden maken. Wat kon je door zo’n stereokijker rond 1870 dan eigenlijk zien? Bekijk 3 voorbeelden in de stereokijkers op zaal en kruis aan.
LJ M Daguerre, Boulevard du Temple, rond het middaguur, 1838, Daguerreotypie, Bayrisches Nationalmuseum München
In straatfotografie uit de begintijd van de fotografie zijn door de lange belichtingstijd slechts zelden mensen afgebeeld. Als mensen tijdens de opname niet minutenlang dezelfde houding aannamen, vervaagden ze namelijk tot onduidelijke schimmen. Dat veranderde door de ontwikkeling van de momentopname, die in het Frans vue instantanée wordt genoemd. Daaronder verstond men doorgaans een opname met een belichtingstijd van minder dan 1 seconde. Deze technische vernieuwing maakte stereofotografie* mogelijk en die werd in een mum van tijd een rage. 4
Hippolyte Jouvin, Place de la Concorde, Paris, 1887
H et vrijwel middeleeuwse Parijs – met nauwe, kronkelige straatjes en steegjes Brede, rechtlijnige boulevards en grote karakteristieke gebouwen met balkons De bruggen over de Seine Pleinen en monumenten Het straatleven met Fietsers Voetgangers Rijtuigen Ruiters Rijdende auto’s en omnibussen 2 Kies een stereokijker en schrijf op. De foto is gemaakt op ooghoogte van een voetganger vanaf een hoog standpunt zoals een koets (vogelvluchtperspectief) vanaf een hoog standpunt zoals een balkon (vogelvluchtperspectief) de fotograaf is door zijn/haar knieën gezakt (kikvorsperspectief) 3 In de 19e eeuw ging je nog gekleed zoals het hoort bij je stand. De heer droeg een hoed en de arbeider een petje, zo eenvoudig was de wereld. Er zijn nog meer attributen* en kledingstukken te noemen die we tegenwoordig niet meer zien op straat. Schrijf twee voorbeelden op.
4 Een stereofoto bestaat uit twee foto’s die naast elkaar zijn geplaatst. De ruimtelijke waar neming komt tot stand wanneer we met beide ogen tegelijk door de stereokijker kijken. De foto’s in de stereokijker zijn (bekijk het voorbeeld op zaal en omcirkel) wel / niet identiek*. 5 De ruimte-illusie van stereofotografie wordt het beste bereikt door composities* met veel verschillende objecten op de voorgrond en het middenplan. Landschappen waren minder goed geschikt, drukke straten daarentegen prima. Ondanks de dynamiek* lijkt het wel alsof de mensen op straat in hun beweging zijn bevroren. Hoe komt dat, denk je?
Anoniem, Zuil voor het bekijken van stereobeelden, ca. 1875, Münchner Stadtmuseum
6 Vanaf de jaren ’80 van de 19e eeuw namen ook amateurfotografen een camera ter hand. Iedereen was dol op momentopnamen uit het dagelijks leven. Dat leidde zelfs tot de ontwikkeling van een geheime camera voor onder je colbertjasje. Waar of niet waar? Waar. Die zie je in de vitrine. Niet waar. Dat ging weer net te ver.
5
caillebotte en monet Het schilderij Impression, soleil levant van Claude Monet uit 1872 gaf aanleiding tot de naam impressionisme. Het begrip impressionisme was eigenlijk bedoeld als scheldwoord. In 1874 werd het woord bedacht voor schilders die een indruk (impression) wilden weergeven van wat ze op dat moment zagen. Van dichtbij zie je vaak niet wat het schilderij voorstelt. Het onderwerp vonden de impressionisten dan ook helemaal niet belangrijk. De werking van het licht dat steeds verandert is bij hen het onderwerp.
Claude Monet, Impression soleil levant, 1872
zaal 26, 12 1e verdieping 9 Op welke manier heeft Monet in dit schilderij gezorgd voor de suggestie van licht en beweging?
7 De vrienden Caillebotte en Monet waren allebei enthousiaste tuiniers die hun tuin gebruikten als motief voor hun schilderijen. Nog steeds kun je de beroemde waterlelietuin van Monet in Giverny bezoeken. Zijn vijver met waterlelies heeft hij vaak – zoals hier – geschilderd. Wat zie je? Beschrijf in trefwoorden.
zichtbare toets/’warrelige’ verfstreek geen zichtbare toets (penseelstreek) zichtbare contourlijnen vervaagde contouren sterke licht-donker contrasten gebruik van pastelkleuren kleuren doorschijnend opgebracht kleuren dekkend opgebracht
Claude Monet, Blauweregen, 1925
8 Impressionisten probeerden – door te kijken naar de natuur in de buitenlucht – uit de eindeloze stroom van ogenblikken dat wat zij zagen te bevriezen tot geschilderde momentopname. Monet heeft bij het schilderij Blauweregen gekeken naar het licht en de beweging in zijn tuin. Van wat voor soort beweging(en) in zijn tuin geeft Monet hier een impressie?
Gustave Caillebotte, Bloemperk van margrieten, ca. 1892-1893, particuliere collectie, courtesy Comité Caillebotte
10 Monet ging zich interesseren voor de fotografie en maakte foto’s van zijn waterlelies als hulpmiddel voor zijn schilderijen. Van Caillebotte is bekend dat hij zelf niet fotografeerde, wel zijn broer Martial. De fotografie maakte echter de realistische weergave van de werkelijkheid in een schilderij overbodig. Hierdoor voelden schilders zoals Caillebotte en Monet zich vrij om te experimenteren – met nieuwe perspectieven*, verrassende uitsneden* en ongewone composities*. Fotografen zouden bij deze serie schilderijen bijvoorbeeld spreken van een ... (kruis aan) close-up (de afstand tussen camera en onderwerp is klein) medium-shot (de afstand wordt groter, er komt meer van het onderwerp in beeld) totaal-shot (er is ook een deel van de omgeving te zien) 11 Welke overeenkomsten zijn er met het schilderij Blauweregen van Monet?
6
7
burgers van dichtbij 12 In de traditie van de klassieke portretkunst vinden we meestal realistisch geschilderde portretten die op machts- en statusvertoon gericht zijn. In aansluiting hierop toont Caillebotte Paul Hugot als stedelijke dandy* die door een combinatie van kleding, attributen*, houding en manier van lopen zijn sociale positie wenst te benadrukken. Licht deze uitspraak toe door zijn uiterlijk en zijn pose te beschrijven.
Portret van Paul Hugot, 1878, Lewis Collection
13 Hoe meer afstand de schilder van het model neemt, hoe afstandelijker de geportretteerde overkomt. Er is letterlijk meer ruimte in het schilderij voor attributen* en de (woon)omgeving. Op die manier komt de kijker meer te weten over de sociale status van de geportretteerde. Dit schilderij is een voorbeeld van een portret ten voeten uit (van top tot teen) ten halven lijf (tot aan de knieën of de heupen) in close-up (van dichtbij) Het hoofd is geschilderd en profil (van de zijkant) en face (van voren) driekwart (tussen en profil en en face in)
zaal 26, 11 1e verdieping 15 Opvallend vaak schilderde Caillebotte de geportretteerde van dichtbij. Tegelijkertijd creëerde hij vaak afstand door de lichaamshouding of het standpunt. Licht deze uitspraken toe aan de hand van een voorbeeld. Titel schilderij:
16 De bourgeoisie ontleent haar status aan haar vermogen, opleiding en werk. Vind je de status van de geportretteerde goed overkomen in het portret dat je hebt gekozen? Leg uit.
Caillebotte schilderde de typisch Parijse burger uitgedost in zijn woonomgeving of flanerend op straat. De burgerij of bourgeoisie is een laag van de maatschappij. Het is een sociale klasse van mensen die hun macht of status ontlenen aan hun vermogen, opleiding en werk. Anders dan de aristocraten, die hun status in eerste plaats aan hun familieachtergrond ontlenen. Na de industriële revolutie in de 19e eeuw werd het begrip bourgeoisie in engere zin gebruikt voor de bovenklasse in het kapitalistisch systeem: rijke zakenlieden zoals grote fabriekseigenaren en bankdirecteuren. De petite bourgeoisie was een klasse hieronder, zoals winkeliers, kantoorlieden, artsen en onderwijzers.
14 Vergelijk het portret van Paul Hugot met het zelfportret van de kunstenaar.
Gustave Caillebotte, Zelfportret, ca. 1889, Musée d’Orsay, Parijs
8
Gustave Caillebotte, Portret van Monsieur R., 1877, particuliere collectie
9
OPMERKELIJKE PERSPECTIEVEN
zaal 26, 5 1e verdieping 19 De schilderkunst van Gustave Caillebotte is dikwijls in verband gebracht met het nieuwe medium van de fotografie. Bij dit schilderij zou je bijvoorbeeld kunnen noemen (kruis aan wat jij hier in verband brengt met fotografie) het schuin genomen standpunt en de compositie het perspectief (op ooghoogte/kikvors perspectief/vogelvluchtperspectief) de perspectivische verkortingen* de fotografisch ogende, gedetailleerde weergave van het onderwerp de uitsnede*/het kader* het licht als onderwerp beweging als onderwerp abstractie* als onderwerp
Gustave Caillebotte, De parketschrapers, 1875, Musée d’Orsay, Parijs
17 De parketschrapers is een van de bekendste schilderijen van Caillebotte. Het werd door de Salon* van 1875 geweigerd. De reden zou kunnen zijn dat het door sommige critici als vulgair* werd beschouwd. Wat bedoelden ze volgens jou – het onderwerp of de manier waarop het was geschilderd? Leg uit.
In de jaren ’50 en ’60 van de 19e eeuw onderging het stadsbeeld van Parijs een grondige verandering. Hele wijken van het vrijwel middeleeuwse Parijs – met nauwe, kronkelige straatjes en steegjes – werden afgebroken. Dat was onder leiding van GeorgesEugène Haussmann, prefect van het departement Seine. Hiervoor in de plaats kwamen brede, rechtlijnige boulevards en grote karakteristieke gebouwen met balkons. Deze zogenaamde Haussmann-gebouwen bepalen nog steeds het straatbeeld van Parijs. De grote balkons waren ideaal om naar beneden te kijken en het straatleven gade te slaan. Voor kunstenaars bood dat letterlijk een nieuw perspectief.
Gustave Caillebotte, Een verkeerseiland, Boulevard Haussmann, 1880, particuliere collectie
18 Het schilderij De parketschrapers doet denken aan een fotografische snap-shot*. In hoeverre? Leg uit.
20 In de 19e eeuw was fotografie ‘het realistische medium’. Men had nogal twijfels of een foto kunst kan zijn. Pas in de eerste helft van de 20e eeuw onderzochten fotografen de mogelijkheden van een foto als zelfstandig kunstwerk. Neem bijvoorbeeld deze foto uit 1912. Hij gaat onder andere over abstractie*. Licht deze uitspraak toe.
Alvin Langdon Coburn, Octopus, 1912, Museum Ludwig, Keulen
10
11
OPMERKELIJKE PERSPECTIEVEN (vervolg)
zaal 26, 5 1e verdieping 25 Met zijn schilderijen zette Caillebotte de kijkgewoontes van het kunstpubliek aan het einde van de 19e eeuw op losse schroeven. Hij liep vooruit op straatfoto’s die fotografen in de 20e eeuw – kijkend door de zoeker van hun camera – hebben gemaakt. Vergelijk Zicht door een balustrade met Boulevard des Italiens. Leg hierbij een verband met de fotografie. Welk schilderij was volgens jou verrassender voor de kijker?
21 Eigenlijk liep Caillebotte vooruit op de experimentele fotografie van de 20e eeuw. In de tijd waarin Caillebotte met een nieuwe manier van kijken experimenteerde, ontbrak iets vergelijkbaars nog in de fotografie. Vergelijk zijn schilderij uit 1880 met de latere foto van Coburn uit 1912. Wat lijkt jou de belangrijkste overeenkomst?
Verwerk onderstaande begrippen wanneer je die belangrijk vindt. Uitsnede Perspectief Scherptediepte Detail Licht Beweging Abstractie
22 Caillebotte schilderde portretten, interieurs*, maar ook stadsgezichten, landschappen en stillevens*. Zijn schilderij Een verkeerseiland valt onder de noemer:
Zicht door een balustrade
23 Scherptediepte is een centraal begrip uit de fotografie. Scherptediepte is het gebied waarin de foto scherp wordt afgebeeld. Dat is hier
24 Het is niet automatisch dat de grootste scherptediepte ook de mooiste foto oplevert; vaak is het spannender als alleen een deel van de foto scherp wordt afgebeeld. Ook kan een onscherpe voor- of achtergrond diepte suggereren. Leg uit in hoeverre Caillebotte in Zicht door een balustrade speelt met fotografische scherptediepte. Vergelijk met de foto die Moholy-Nagy meer dan 50 jaar later maakte.
Gustave Caillebotte, Zicht door een balustrade, 1880, Van Gogh Museum, Amsterdam
Boulevard des Italiens
László Moholy-Nagy, Marseille, 1928, gelatine zilver druk, 38,5 x 28 cm, Museum Ludwig, Keulen
Gustave Caillebotte, Boulevard des Italiens, 1880, particuliere collectie
12
13
zaal 26, 15 1e verdieping kabinet
kabinet 8
28 Thomas Struth heeft een serie monumentale* foto’s van museumzalen gemaakt. Wat vond hij hier interessant aan, denk je?
Gustave Caillebotte, Le pont de l’Europe, 1876
Vanaf de wereldtentoonstelling in 1867 woonde Caillebotte in een van de nieuwe wijken van Parijs. Hij was gefascineerd door de moderne monumenten, boulevards, pleinen, bruggen, maar ook door het urbane meubilair – straatlantarens, banken, kiosken en boomroosters. Niets geeft het idee van moderniteit in de 19e eeuw echter beter weer dan constructies van ijzer. De Eiffeltoren is niet voor niets hét symbool voor 19e – eeuwse moderniteit.
14
STRATEN VAN PARIJS In de jaren ’30 van de 20e eeuw maakten Brassaï en Wols foto’s die tegenwoordig bijna symbool staan voor het cliché van romantisch Parijs: de foto’s van de natte straten van Parijs. Caillebotte had de kracht van dit thema al eerder ingezien zoals je in zijn schilderij op de foto van Thomas Struth ziet.
26 Caillebotte stond uitgebreid stil bij de Pont de l’Europe: hij verdiepte zich in de voetgangers en de ijzerconstructie. Hij bezat waarschijnlijk talloze foto’s, maakte tekeningen en olieverfschetsen en werkte die uiteindelijk uit tot schilderij. Vergelijk de olieverfschets hier op zaal met het uitgewerkte schilderij in je kijkwijzer. Let op de voorstelling, de details en op de manier waarop het is geschilderd.
27 Waarom heeft Caillebotte in het uitgewerkte schilderij de hond toegevoegd, denk je? Thomas Struth, Art Institute of Chicago 2, 1990
15
zaal 26, 14 1e verdieping De seriële opnames van bewegingen van de Amerikaan Eadweard Muybridge (uit de jaren ’70 en ’80 van de 19e eeuw) sloegen bij vooruitstrevende kunstenaars in Parijs in als een bom. Door de korte belichtingstijden was het mogelijk de gefotografeerde beweging als het ware te laten bevriezen – tot vreemde houdingen die men normaal niet waarneemt.
29 Vergelijk de serie foto’s van Muybridge hier op zaal met de serie foto’s van Louis Igout in je kijkwijzer (of kabinet 7). Wat was telkens de hier achterliggende gedachte, denk je?
30 Kies een schilderij hier op zaal. Leg uit waarom Caillebotte tot de impressionisten wordt gerekend. Besteed hierbij aandacht aan hun nieuwe manier van kijken die zich kan tonen in Louis Igout of Herman Heid, mannelijke naakten (academische studies), 1875-1880
16
Het onderwerp De compositie De uitsnede Het perspectief Het spel met de ruimte- illusie/scherptediepte Het detail Het licht De beweging De abstractie
Gustave Caillebotte, Père Magloire op de Chemin de Saint-Clair in Étretat, 1884
Hierdoor ontdekte men bijvoorbeeld de fases van de beweging van een paard, dat op een gegeven moment namelijk los van de grond zweeft. En ook zag men dat het lopen niet een vloeiende beweging is, maar een continu afwisselen tussen naar voren vallen en opvangen van de val.
Naam schilderij: De beweging van voetgangers is ook het onderwerp van talloze schilderijen van Caillebotte. Zo zie je hier Le père Magloire lopend van voren en van achter.
17
notities
begrippenlijst Abstract/Abstraheren — Abstract = zonder herkenbare voorstelling. Abstraheren betekent de zichtbare werkelijkheid zo weergeven dat de voorstelling minder herkenbaar wordt. Bijvoorbeeld wanneer de kleur of de vorm van een object belangrijker wordt dan de weergave van het object zelf. Attribuut — Kenmerk van een persoon. Compositie — Ordening van delen tot een geheel. Dynamiek — Stuwkracht, vaart Identiek — Volkomen hetzelfde Impressionisme — Het impressionisme is een 19e-eeuwse stroming in de moderne beeldende kunst. De stroming vond haar oorsprong in 1874 in Frankrijk. Interieur — Alles wat zich binnen een gebouw bevindt rekent men tot het interieur. Kader — Als je door de zoeker van een camera kijkt, zie je maar een klein stukje van de omgeving. De randen vormen de grenzen van het beeld. Deze noemen we het kader. Mecenas — Iemand die kunstenaars financieel steunt. Perspectief — Het perspectief wordt bepaald door het standpunt, de ooghoogte en de horizon. Er zijn verschillende manieren om met het perspectief ruimte te suggereren. Perspectivische verkorting ontstaat door het aanzicht van onder af of van boven af. Je ziet dan bijvoorbeeld het lichaam niet meer in de verhoudingen zoals deze daadwerkelijk zijn. Salon — De Salon, destijds genaamd l’exposition, werd in 1648 opgericht onder Lodewijk XIV, en was bedoeld voor afgestudeerden aan de École des Beaux-Arts. De Salon de Paris of Salon was vooral in de 19e eeuw van groot belang voor kunstenaars. Snap-shot — Momentopname of snel gemaakte foto van iets of iemand, kiekje. Stereofotografie — Een stereofoto is een tweetal foto’s van dezelfde scène, opgenomen vanuit twee iets van elkaar verschillende standpunten. Het verschil is gebaseerd op de oogafstand. Gezien door een stereoviewer zien we een ruimtelijk beeld (3D). Stilleven — Verzameling van bewegingloze dingen, planten of dieren. Uitsnede — Wat op het doek staat, binnen het kader van de spielatten, is de uitsnede die de schilder van zijn voorstelling heeft gekozen. Vulgair — Ordinair, grof, plat
De afdeling Educatie van het Gemeentemuseum Den Haag staat niet in voor de juistheid van de inhoud van de voor deze kijkwijzer als bron gebruikte websites en publicaties en neemt geen verantwoordelijkheid voor de gevolgen van eventuele fouten in deze kijkwijzer. © Gemeentemuseum Den Haag Afdeling Educatie, februari 2013 Tekst: Andrea Freckmann Vormgeving: Foto & Vorm
18
19