Grote buikoperatie bij baby's (laparotomie)
wond verschillen. Vraag gerust aan de arts welke buikwond uw kind krijgt.
Uw kind is opgenomen op een van de verpleegafdelingen van het Radbudumc Amalia kinderziekenhuis voor een buikoperatie, ook wel laparotomie genoemd. Er kunnen diverse redenen zijn voor een buikoperatie, allemaal met een eigen ziekteverloop. Echter de gang van zaken rondom een buikoperatie is ongeveer gelijk voor alle ziektebeelden. In deze folder zijn de belangrijkste zaken op een rijtje gezet. Als u na het lezen van deze folder nog vragen heeft, dan kunt u daarmee altijd terecht bij de behandelend arts of verpleegkundige van de afdeling. Meer informatie over het ziektebeeld van uw kind vindt u in de desbetreffende folder.
Voor de operatie
Een buikoperatie moet niet zelden met spoed gebeuren. Uw kind wordt dan met spoed opgenomen. Dit is vaak een hectische gebeurtenis, omdat in korte tijd veel moet gebeuren. Voor de operatie wordt soms een buikoverzichtfoto gemaakt om vast te stellen wat er aan de hand is. In sommige gevallen worden er ook foto’s met contrastvloeistof gemaakt. Dit om na te gaan hoe de darm ligt en of deze gekruld, afgeknikt of erg uitgerekt is. Verder wordt bloed afgenomen en onderzocht in het laboratorium. De bloeduitslagen moeten voor de operatie bekend zijn. Voor bloedtransfusie wordt bloed in reserve gehouden. Als het kind jonger is dan drie maanden wordt daarvoor ook bloed afgenomen bij de moeder. Is uw kind erg ziek, dan wordt het vaak direct aan de monitor gelegd om de hartslag en ademhaling te bewaken. Kinderen lichter dan vier kilogram worden in de couveuse gelegd. Meestal krijgt uw kind op de afdeling al een infuus en mag het geen voeding meer hebben. Is de buikoperatie minder acuut dan krijgt u meestal op de polikliniek uitleg
Wat is een laparotomie/grote buikoperatie?
Een laparotomie is een chirurgische ingreep waarbij de buikwand en het buikvlies geopend wordt. Meestal is een aandoening van de darm, lever of alvleesklier de reden voor de operatie. Door deze ingreep komt het maagdarmkanaal stil te liggen en heeft het enige dagen nodig om weer te herstellen. De operatie geeft een horizontale of verticale wond, afhankelijk van de aandoening en de plaats van de operatie in de buik. Ook kan de grootte van de
1
over de operatie en kan de opname worden gepland. Daags voor de operatie wordt uw kind opgenomen. De voorbereiding op de operatie kan rustiger verlopen. Er wordt soms een foto gemaakt en er wordt bloed afgenomen. Voor de operatie wordt uw kind nagekeken door de kinderarts die aan de afdeling verbonden is. Ook komt de anesthesioloog (slaapdokter) nog langs. Informatie over de algemene gang van zaken rond de operatie en het verblijf van uw kind op de verkoeverkamer vindt u in de brochure ‘Behandeling en onderzoek onder anesthesie bij kinderen’.
afdeling, waar uw kind via de monitor wordt bewaakt. Om de ademhaling te vergemakkelijken wordt het hoofdeinde van het bed iets omhoog gezet. Bij het grote kind worden de benen ondersteund met kussens om de buik te ontlasten. Uw kind mag na de operatie enkele dagen niet eten. Daarom krijgt het een infuus om vocht- en zouthuishouding op peil te houden. Na de operatie kan het kind vocht vasthouden, waardoor het er opgeblazen uitziet. Dit komt doordat als gevolg van de operatie de water- en zouthuishouding van het lichaam is verstoord. Dit herstelt meestal vanzelf. Uw kind heeft na de operatie meestal enkele dagen een maagslang in de neus waaraan gezogen wordt. Dit voorkomt misselijkheid. Ter voorkoming van infectie krijgt uw kind gedurende de eerste 24 uur een aantal keren antibiotica toegediend. Om pijn te voorkomen krijgt uw kind na de operatie pijnmedicatie toegediend. Ook hierover vindt u meer informatie in de brochure ‘Behandeling en onderzoek onder anesthesie bij kinderen’.. Wanneer uw kind morfine krijgt, wordt het permanent bewaakt. Dit omdat morfine spierverslappend is, wat ook werkt op de ademhalingsspieren. Daardoor bestaat een (kleine) kans dat uw kind slechter gaat ademen.
De operatie
De operatie duurt gemiddeld anderhalf uur. Dit is afhankelijk van de aandoening van uw kind. Soms wordt een drain in het wondgebied achtergelaten. De arts zal dit voor de operatie met u bespreken.
Na de operatie
Uw kind gaat na de operatie een aantal uren naar de uitslaapkamer, waar het goed wakker wordt uit de anesthesie. Hier wordt uw kind constant bewaakt aan de monitor. Zodra de situatie het toelaat mag uw kind terug naar de
2
• •
De monitorbewaking stopt zodra de morfine niet meer nodig is en er ook geen andere redenen meer zijn voor bewaking.
Het verdere herstel
Na ongeveer 24 uur komen de darmen weer op gang. De arts zal dan bekijken of het zuigen aan de maagslang kan worden gestopt. In dat geval wordt elke drie uur retentie bepaald. Dat wil zeggen dat via het slangetje wordt gekeken of er nog (veel) sappen in de maag aanwezig zijn. In overleg met de arts kan voorzichtig worden gestart met voeding. De snelheid waarmee de voeding kan worden opgebouwd is afhankelijk van de aandoening van uw kind en het verloop van het herstel. Naarmate uw kind meer zelf drinkt, kan het infuus worden afgebouwd. Het kan worden verwijderd zodra het kind volledig zelf drinkt. De wond herstelt meestal snel. Meestal is deze na vijf dagen dicht en dan mag uw kind weer in bad. 24 uur na de operatie mag de pleister eraf blijven. De dag na operatie mag uw kind weer op schoot of op de stoel en worden verdere activiteiten voorzichtig uitgebreid.
•
•
Complicaties
Na een buikoperatie kunnen de volgende complicaties mogelijk optreden.
3
Nabloeding. Infecties. Infecties in het operatiegebied in de buikholte kunnen leiden tot een buikabces. Infecties in de wond kunnen leiden tot een oppervlakkig wondabces. Ter voorkoming van wondinfecties wordt bij buikvliesontsteking soms de buikhuid na de operatie opengelaten. Verstoorde wondgenezing. Soms wordt de wondgenezing verstoord, waardoor de wond, geheel of alleen onderhuids, kan openspringen. Meestal gebeurt dit dan vijf tot zeven dagen na de operatie. Een nieuwe operatie kan hierdoor soms noodzakelijk zijn. Problemen met voeden. Soms komt na een buikoperatie de darmperistaltiek niet of moeilijk op gang of treden er problemen op met de doorgang van voedsel of darmsappen. Het kind kan dan niet normaal worden gevoed en is het soms nodig te voeden via een infuus (de zogenaamde lange lijn). Als de problemen worden veroorzaakt door verklevingen in de buik ten gevolge van eerdere operaties of een ontstekingsproces is opnieuw opereren soms noodzakelijk omdat darmlissen afgeknikt of afgesnoerd kunnen zijn.
Het optreden van complicaties zal de verblijfsduur in het ziekenhuis meestal verlengen.
tiek) en rekening wordt gehouden met vermoeidheid, ( bv. Beginnen met halve dagen).
Ontslag
Wanneer contact opnemen?
Bij de volgende problemen is het verstandig contact op te nemen met het ziekenhuis, telefoonnummer zie achterzijde van deze folder: koorts boven 38 graden spugen: frequent en groen spugen toenemende buikpijn of veranderingen aan de wond (zwelling, pijn, roodheid).
Wanneer uw kind weer volledig zelf drinkt, de darmen goed functioneren en de wond goed is hersteld dan mag uw kind naar huis of worden overgeplaatst naar een ziekenhuis bij u in de buurt. De opnameduur voor een geplande grote buikoperatie is meestal zeven tot tien dagen. Bij ontslag wordt een afspraak gemaakt op de polikliniek kinderchirurgie.
• • •
Vragen
Weer thuis
Mocht u over deze folder nog vragen hebben, kunt u deze altijd stellen aan de verpleegkundige of arts.
Thuis zijn meestal geen specifieke maatregelen nodig. U kunt uw kind gewoon zijn gang laten gaan, en kijken of hij/zij de gewone activiteiten weer oppakt. Vaak is uw kind de eerste weken na de operatie wel eerder moe en heeft meer behoefte aan rust/ slaap. Zodra de gewone activiteiten zonder problemen weer zijn opgepakt, kan gedacht worden aan uitbreiding van de activiteiten zoals sport, ballet, paardrijden e.d. Een vaste termijn kan daar moeilijk worden aangegeven. Het naar school gaan kan vrij snel hervat worden( binnen een week na ontslag), als extra inspanningen worden vermeden ( zoals gymnas-
4
08-2015-4876
Contact Medische en verpleegkundige vragen: Polikliniek Kinderchirurgie: 024 - 361 38 08 (op maandag tot en met vrijdag van 8.15 - 12.00 uur). Na 12.00 uur alleen spoed Informatie opnameplanning: Planningsbureau Heelkunde: 024 - 361 45 60 (op maandag tot en met vrijdag van 9.00 - 10.00 uur Na operatie buiten kantoortijden: Dienstdoende kinderchirurg via de portier: 024 361 11 11 of afdeling het Strand: 024 - 361 39 24
Radbouduniversitair universitairmedisch medischcentrum centrum Radboud