20-30 maart
GROOTS & MEESLEPEND Het Gelders Orkest en Het Nederlands Symfonieorkest
Het Gelders Orkest daar horen we
Antonello Manacorda
dirigent
Kristian Bezuidenhout piano
GEORGE WIEGEL DIRECTEUR
Het Gelders Orkest en Het Nederlands Symfonieorkest bundelen voor de tweede maal dit seizoen hun krachten in een concert dat niet voor niets Groots & Meeslepend heet. U krijgt van onze chef-dirigent een prachtig programma voorgeschoteld. Zijn kracht zult u live doorvoelen met de Zevende symfonie van Bruckner. En ook het derde pianoconcert van Beethoven komt in een uitvoering die u niet snel zult vergeten. Met niemand minder dan Kristian Bezuidenhout op de piano. Een groots programma dat u gegarandeerd meesleept.
“Zijn liefde voor muziek kwam bij hem altijd op de eerste plaats.”
ANTONELLO MANACORDA CHEF-DIRIGENT
Ik kijk uit naar de samenwerking met pianist Kristian Bezuidenhout! Zijn liefde voor muziek kwam bij hem altijd op de eerste plaats. Niet zijn carrière, maar passie en doorzettingsvermogen waren zijn drijfveren. En dat resulteerde in een spraakmakende carrière. Eén die u hier op het podium vandaag zeker zult ervaren.
Stap in een achtbaan vol emoties Programma:
Ludwig van Beethoven (1770-1827) Pianoconcert nr. 3 in c, opus 37 Allegro con brio Largo Rondo: allegro
• • •
Pauze
Anton Bruckner (1824-1896) Symfonie nr. 7 in E Allegro moderato Adagio. Sehr feierlich und sehr langsam Scherzo. Sehr schnell Finale. Bewegt, doch nicht so schnell
• • • •
In zijn geboorteplaats Turijn volgde Manacorda lessen aan het conservatorium. Na de opleiding afgesloten te hebben, volgde hij nog verdere lessen bij onder anderen Herman Krebbers in Amsterdam.
ANTONELLO MANACORDA DIRIGENT
Voor Antonello Manacorda begint alles bij de muziek. Zijn werk maar ook zijn leven staat er bol van. Al vroeg bekwaamde hij zich op de viool en piano. Tot ruim tien jaar geleden dirigeren op zijn pad kwam. Antonello Manacorda was in november 2009 voor het eerst te gast bij Het Gelders Orkest. Een ontmoeting die uitstekend aansloeg want hij werd opnieuw diverse malen door het orkest uitgenodigd. De Italiaanse maestro is sinds 2011 chef-dirigent van Het Gelders Orkest waar hij zijn passie voor muziek deelt met de musici en het publiek.
In 1997 richtte Manacorda met de vorige maand overleden Claudio Abbado en enkele andere leden van het Gustav Mahler Jugend Orchester het Mahler Chamber Orchestra op, waar hij als concertmeester optrad. In 2002 besloot Manacorda zich op het dirigeren toe te leggen en volgde twee jaar lessen bij Jorma Panula. In 2006 volgde zijn eerste vaste verbintenis als chef-dirigent: bij het ensemble I Pomeriggi Musicali in Milaan. Hier oogstte hij veel lof voor zijn creatieve en intelligente programmering. Er volgden diverse uitnodigingen van orkesten als Orchestra della Svizzera Italiana, het Scottisch Chamber Orchestra en het Helsingborgs Symfoniorkester. In december 2007 stond hij voor het eerst voor het orkest dat hij zelf had opgericht: het Mahler Chamber Orchestra. In september 2010 werd Manacorda benoemd tot chef-dirigent van de Kammerakademie Potsdam. Ook opera laat Antonello Manacorda niet onberoerd. In de afgelopen jaren leidde hij producties in Florence, Milaan en Napels. In het voorjaar van 2010 maakte zijn interpretatie van Mozarts Don Giovanni in het Teatro La Fenice in Venetië grote indruk.
KRISTIAN BEZUIDENHOUT PIANO
“Recht uit zijn hart vertaalde hij het complete scala aan menselijke emoties in betoverende klanken”, zo bejubelde de NRC in 2006 een sublieme vertolking van de muziek van Mozart door de Zuid-Afrikaanse pianist Kristian Bezuidenhout.
Sinds zijn doorbraak op de Fortepiano Competitie in Brugge van 2001, waar hij de eerste prijs en de publieksprijs won, is Bezuidenhout een van de belangrijkste solisten op oude toetsinstrumenten. In zijn carrière werkte hij inmiddels samen met belangrijke ensembles voor oude muziek zoals de Freiburger Baroksolisten, Concerto Köln en het Orkest van de 18de eeuw. Met dit laatste ensemble onder leiding van Frans Brüggen bracht de pianist de afgelopen jaren twee bijzonder projecten voor het voetlicht met de uitvoering van de complete pianoconcerten van Beethoven en de late pianoconcerten van Mozart in onder meer het Concertgebouw in Amsterdam en de Doelen in Rotterdam. Kristian Bezuidenhout werkt ook regelmatig samen met grote collega-solisten. Met de tenor Mark Padmore maakte hij het afgelopen seizoen een wereldwijde tournee met de Dichterliebe van Schumann, hetgeen ook resulteerde in een cd bekroond met een Edison. Momenteel maakt hij een serie cd’s met de complete sonates van Mozart inclusief de vioolsonates met violiste Petra Müllejans. De reeds verschenen delen zijn gelauwerd met diverse vakprijzen waaronder in 2011 een Echo Klassik Award.
Groots en meeslepend
Het Weense publiek dat op 5 april 1803 Beethovens ‘Akademie’ (zoals openbare concerten toen genoemd werden) bezocht, hoorde een hoop nieuwe werken. De enige compositie die eerder werd uitgevoerd was Beethovens Eerste symfonie. Zijn Tweede symfonie, het oratorium Christus am Ölberge’ en het Derde pianoconcert waren nieuw voor het publiek. In totaal ruim meer dan twee uur muziek, en misschien daarom wierp de ‘Allgemeine Musikalische Zeitung’ de componist voor de voeten dat zijn kaartjes het dubbele kostten van wat je normaliter betaalde. Of dat verwijt terecht is en er een relatie is met de lengte van de Akademie staat te bezien: Beethoven ontkende het in alle toonaarden en bovendien was men in die tijd toch wel gewend aan lange concerten. Maar vast staat dat Beethoven zich met deze Akademie een succesvol cultureel ondernemer toonde: hij kon gedurende twee jaar goed leven van de revenuen ervan. Hij was waarschijnlijk in 1800 begonnen te schetsen aan het Derde pianoconcert, maar besloot het werk niet uit te voeren op een concert in dat jaar, wellicht omdat het nog niet af was. Uiteindelijk dateerde Beethoven de partituur op 1803, na al dan niet een revisie te hebben ondernomen.
Egyptische hiërogliefen Een ooggetuigenverslag van Beethovens vriend Ignaz von Seyfried suggereert dat de componist de solopartij ten tijde van de
première slechts fragmentarisch had uitgeschreven: ‘Bij zijn concert vroeg hij me de bladen om te slaan voor hem; maar – de hemel sta me bij! – dat was makkelijker gezegd dan gedaan; ik zag bijna niets dan lege pagina’s. Hoogstens had hij op sommige bladen wat Egyptische hiërogliefen genoteerd die totaal onbegrijpelijk waren voor mij, maar die hem een hint gaven. Hij speelde bijna de gehele solopartij uit zijn geheugen omdat, zoals gewoonlijk, de tijd te kort was geweest om haar geheel uit te schrijven. Zo gaf hij me een heimelijke wenk steeds als hij zo’n onzichtbare passage had afgesloten en genoot met volle teugen van mijn nauwelijks te verbergen angst om dit kritieke moment te missen. Tijdens het gezellige maal dat we genoten lachte hij er nog steeds uitbundig om.’ Volgens Beethovens leerling Ferdinand Ries werd de solopartij pas een jaar later uitgeschreven. In een aantal opzichten is het Derde pianoconcert een overgangswerk tussen de meer klassiek georiënteerde eerste twee concerten van Beethoven en de latere twee. De jonge Beethoven koesterde een grenzeloze bewondering voor Mozart: zijn eerste gepubliceerde werk in Wenen was een set variaties over ‘Se vuol ballare’ (uit Le nozze di Figaro) voor viool en piano. Bovendien voerde hij Mozarts Pianoconcert KV 466 in 1795 uit bij een concert dat georganiseerd was door Mozarts weduwe Constanze. Beethovens concert in c-klein leunt enerzijds nog op het voorbeeld van Mozarts concert KV 491 in dezelfde toonsoort, anderzijds bewandelt Beethoven al nieuwe paden. Opmerkelijk is de toonsoortverhouding tussen de drie delen. Gezien de hoofdtoonsoort c-klein (met de drieklank c-es-g als basis) was een
middendeel in de toonsoort E-groot vrij ongebruikelijk in de oren van tijdgenoten. Maar ondanks zulke noviteiten reageerde men enthousiast op het concert. Een recensent noteerde dat het zelfs in Leipzig een succes zou worden, ‘waar mensen gewend waren om de beste concerten van Mozart te horen’.
De muziek vervult me met grote weerzien Zoals Beethoven enkele jaren nodig had voordat hij de definitieve vorm had gevonden voor zijn Derde pianoconcert, zo ook werkte Anton Bruckner twee jaar aan zijn Zevende symfonie voordat hij het werk uiteindelijk voltooide in september 1883. Op zich viel zo’n lange wordingsgeschiedenis mee voor de eeuwige twijfelaar die deze eenvoudige dorpsonderwijzer was; van de meeste van zijn symfonieën bestaan meerdere revisies. Bruckner componeerde het Scherzo en het Allegro moderato nagenoeg volledig in St. Florian (waar hij ’s zomers verbleef) om zijn werk voort te zetten in Wenen. Omdat er aanvankelijk geen mogelijkheid was om het werk uitgevoerd te krijgen, introduceerden zijn twee leerlingen Joseph Schalk en Ferdinand Löwe het op twee piano’s, op 27 februari 1884. Later dat jaar besloot Arthur Nikisch de nieuwe symfonie te dirigeren in Leipzig. Ondanks enkele negatieve kritieken was de opstelling van pers en publiek in het algemeen welwillend. De ‘Leipziger Neueste Nachrichten’ prees de ‘toonschildering’ in het nieuwe werk en concludeerde dat het de luisteraar van begin tot eind boeide ‘als het ware met onzichtbare kettingen’. De première in Leipzig werd gevolgd door uitvoeringen in München en Wenen, en niet voor niets zou Max Auer in zijn biografie spreken over ‘de geboortedag van Bruckners wereldroem’. In weerwil van de gunstige reacties was de geduchte criticus Eduard Hanslick, spreekbuis voor conservatieve muziekkringen in Duitsland en Oostenrijk, uitgesproken negatief: ‘Je kunt niet echt zeggen
“De Zevende, met zijn rouwende Adagio vormt het meest indrukwekkende eerbetoon dat Wagner zich zou kunnen wensen”
dat hij [Bruckner] in de mode is, want het publiek wil deze gril niet volgen. Maar Bruckner is het gesprek van de dag geworden, en de ‘tweede Beethoven’ volgens de geloofsovertuiging van de kring rond Richard Wagner. Ik beken ruiterlijk dat ik Bruckners symfonieën niet onbevooroordeeld kan beoordelen, omdat de muziek me met grote weerzin vervult. Ze lijkt me onnatuurlijk, morbide en verdorven. Zoals elke grootschalige compositie van Bruckner kent de symfonie in E briljante momenten, alsmede interessante en zelfs mooie passages - zes maten hier, acht maten daar. Maar tussen deze hoogtepunten heerst een onmetelijke duisternis, loodzware lamlendigheid en koortsachtige overprikkeling.’
Ode aan Wagner Het Adagio neemt een belangrijke plaats in de Zevende symfonie in. Begin van 1883, drie weken voordat Richard Wagner stierf, begon Anton Bruckner te schetsen aan dat langzame deel. In een brief aan Felix Mottl schreef de componist: ‘Op een dag kwam ik bijzonder bedroefd thuis. De gedachte kwam bij me op dat het niet lang meer zou duren voordat de meester zou overlijden, en toen werd ik geïnspireerd tot het thema in cis van het Adagio’. Het was juist toen Bruckner aan dit deel werkte (waarin hij een viertal Wagner-tuba’s gebruikte) dat het nieuws
van Wagners dood hem bereikte. In de woorden van biograaf August Göllerich: ‘Niemand was bedroefder en verlamder dan de arme Bruckner, die de onheilstijding in het conservatorium ontving. “Dat is verschrikkelijk, vreselijk! Ik heb het geweten, dat ik de meester zou verliezen! Voor mij is hij gestorven, voor mij!”, verzuchtte hij hartverscheurend.’ Het is niet Bruckners enige werk dat beschouwd kan worden als een hommage aan Wagner: Bruckner droeg zijn Derde symfonie, met citaten van werken van Wagner, op aan de door hem verafgode componist. De Zevende, met zijn rouwende Adagio vormt echter het meest indrukwekkende eerbetoon dat Wagner zich zou kunnen wensen. Het spreekt boekdelen dat Bruckner in Wagner een ‘absoluut’ musicus zag: hij studeerde de Tristan bijvoorbeeld vanuit een pianouittreksel, zonder tekst. Even vermeldenswaard is de opmerking die Wagner in 1882 maakte: eerder had hij ooit gezegd dat de symfonische vorm na Beethovens Negende niet overtroffen kon worden, maar in 1882 heette het: ‘Ik weet slechts één componist die het tegen Beethoven kan opnemen en dat is Bruckner’. Toen Bruckner in 1882 Bayreuth bezocht, zou Wagner beloofd hebben dat hij Bruckners werken allemaal zou uitvoeren. Helaas echter verijdelde de dood van de grote operahervormer dat voornemen. Frits de Haen
Korting op cd! Beleef Het Gelders Orkest ook online. Want dan kunt u zich echt heerlijk inleven in ons orkest. We bieden u hier alle informatie, prachtig gepresenteerd met video’s en muziek. En in een paar klikken bestelt u uw concertkaarten. Om het voor u nóg leuker te maken: met kortingscode CD1314 ontvangt u 5 euro korting op een cd*. *actie geldt tot en met 30 april 2014.
Op de hoogte blijven? Kom langs bij de stand en laat uw e-mailadres achter. Wij sturen u dan informatie over concerten, de laatste muzikale nieuwtjes en acties. Heeft u ook genoten van het concert? Word dan Vriend van Het Gelders Orkest en blijf op de hoogte van nieuws en activiteiten van het orkest en de Vereniging. Kijkt u voor meer informatie op vrienden. hetgeldersorkest.nl of vraag de folder bij de HGO-stand. Tot Vriend!
En beleef nog meer! Het Gelders Orkest deelt graag haar liefde
WIGGLESWORTH’S WONDERLAND
Amsterdam Arnhem Nijmegen
woensdag 02-04 zaterdag 05-04 zondag 06-04
Mark Wigglesworth dirigent Lang stond hij op het verlanglijstje van Het Gelders Orkest: topdirigent Mark Wigglesworth met zijn indrukwekkende staat van dienst! Wigglesworth’s Britse achtergrond speelt in dit programma een belangrijke rol. U hoort de ‘Britse ziel’ in Elgars
voor grootse en inspirerende klassieke
prachtige Enigma Variaties. En de ontdekkingsreis
muziek. Mensen binnen en buiten de
gaat verder dan Engeland. De eeuwenoude Finse
concertzaal ráken met prachtige muziek, dat is wat Het Gelders Orkest nastreeft. In kleine, intieme setting, of voor 10.000 bezoekers. In Gelderland en ver daarbuiten. Bezoek onze site www.hetgeldersorkest.nl en laat u meenemen in een muzikaal avontuur. Ontdek onze musici, luister naar fragmenten en boek uw kaarten!
volksaard klinkt in Sibelius’ Tweede.
Amsterdam Vaughan Williams Fantasia on Greensleeves Elgar Chanson de Matin Mahler ‘What the wild flowers tell me’ (arr. B. Britten) Vaughan Williams The Lark Ascending Elgar Enigma variaties Arnhem en Nijmegen Elgar Enigma variaties Sibelius Symfonie nr. 2
:
NEDERLAND – BRAZILIE
Velp Zutphen Almere
dinsdag 15-04 woensdag 16-04 donderdag 17-04
Will Sanders dirigent Wegens succes en plezier geprolongeerd! Onze
DE PASSIE VAN LISA LARSSON
Arnhem Doetinchem Apeldoorn Nijmegen Arnhem
woensdag 07-05 donderdag 08-05 vrijdag 09-05 zaterdag 10-05 zondag 11-05
Antonello Manacorda Lisa Larsson
dirigent sopraan
blazers brachten vorig seizoen met groot succes een avontuurlijk Braziliaans programma. Het
De wereldberoemde Zweedse sopraan Lisa Larsson
project krijgt dit seizoen een vervolg, als opmaat
is terug bij Het Gelders Orkest. Dit seizoen speelt
voor het WK in Brazilië. Het ‘koper’ stelt zich
het orkest met haar de cantate La mort de
ditmaal individueel aan u voor met verrassende
Cléopâtre live in alle Gelderse concertzalen.
Zuid-Amerikaanse klanken en ritmes. De ideale voorbereiding op de extase en spanning van het WK,
Chef-dirigent, Antonello Manacorda, heeft rond
en vooral gewoon een avond vol muzikaal plezier!
opzichten – briljant programma gebouwd.
het thema van Cleopatra’s dood een – in meerdere
Haydn Berlioz R. Strauss
Symfonie nr. 49 ‘La Passione’ Cantate La mort de Cléopâtre Tod und Verklärung
co TIS Lunch 07-05 GRA m u cr wo e ns dag a S Musis 12.30 uur -
ncert
Kaarten bestelt u via www.hetgeldersorkest.nl telefoon 026 - 789 01 30 |
[email protected] @GeldersOrkest |
HetGeldersOrkest