Gezondheidszorg op Haven- en Industrieterrein Moerdijk
Advies
GGD West-Brabant GHOR Midden- en West-Brabant
In opdracht van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant
13 oktober 2011
1/ 52
Opdrachtgever: N. van Mourik, directeur Veiligheidsregio MWB
Stuurgroep: N. van Mourik, directeur Veiligheidsregio MWB A. Houtman, directeur GGD West-Brabant/directeur GHOR MWB J. de Laat, adj. directeur GHOR MWB
Projectleiders: S. Hogendoorn, tactisch beleidsadviseur GGD West-Brabant I. Welschen, stafmedewerker Ketenzorg GHOR MWB
Projectmedewerkers: N. van Riet, adviseur gezondheid en milieu, GGD West-Brabant W. Michel-van de Beek, beleidsadviseur, GGD West-Brabant A. van Peer, senior stafmedewerker materiële en operationele planvorming GHOR MWB H. Augustijn, epidemioloog, GGD West-Brabant A. Koldewij, informatiedeskundige Centrum voor Publieksinformatie en Documentatie GGD West-Brabant/GGD Hart voor Brabant M. Toetenel, informatiedeskundige Centrum voor Publieksinformatie en Documentatie GGD West-Brabant/GGD Hart voor Brabant
2/ 52
Inhoudsopgave
blz
Samenvatting
4
Hoofdstuk 1. Aanleiding
9
Hoofdstuk 2. Onderzoeksvragen en Methode
10
Hoofdstuk 3. Resultaten 3.1 Wettelijk kader en verantwoordelijkheden 3.2 Huidige organisatie van zorg 3.3 (inter)nationale voorbeelden
11 15 21
Hoofdstuk 4. Conclusie en Advies 4.1 Conclusies 4.2 Aanbevelingen 4.3 Advies
24 24 26
Bijlage 1. Opdracht en procesrapportage Bijlage 2. Gedetailleerde uitkomsten bedrijven-enquête Bijlage 3. Referenties (literatuur en websites)
3/ 52
Samenvatting De Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant acht het wenselijk en noodzakelijk om op korte termijn te komen tot een effectieve en adequate veiligheid op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk, bij voorkeur te realiseren door publiek-private samenwerking. Aan de GHOR Midden- en West-Brabant en de GGD West-Brabant is gevraagd om op basis van een beoordeling van de huidige situatie met betrekking tot (gezondheids)zorg op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk te komen tot een integraal advies over een kwalitatief aanvaardbare (gezondheids)zorg op het Haven- en Industrieterrein, met inachtneming van de wettelijke verplichtingen van publieke en private partijen ter zake. Uitgangspunten: Eigen verantwoordelijkheid van verschillende partijen Overheid waar mogelijk faciliterend. Maximale medewerking bedrijven, minimale inzet van drukmaatregelen vanuit overheid. Onderzoeksvragen: 1. Waaraan moeten bedrijven voldoen, wat is de verantwoordelijkheid overheid? 2. Wie spelen een rol als het gaat om het organiseren van de medische zorg op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk? 3. Wat kunnen we leren van (inter)nationale voorbeelden? 4. Hoe kan de medische zorg op het Haven- en Industrieterrein optimaal worden georganiseerd? Deze vragen zijn beantwoord door interviews met vertegenwoordigers van: a. Overheid (bestuurlijk en/of ambtelijk), te weten: havenschap, gemeente Moerdijk, GHOR, GGD en provincie. b. Reguliere gezondheidszorg: huisartsen en omliggende ziekenhuizen c. Bedrijfsgezondheidszorg: bedrijfsarts gespecialiseerd in toxische stoffen d. Bedrijven e. Bewoners Aanvullend is een schriftelijke enquête verzonden aan de bedrijven op het bedrijventerrein Moerdijk. Nationale en internationale voorbeelden zijn bestudeerd door middel van een websearch en een literatuursearch. Conclusies Het Haven- en Industrieterrein Moerdijk is een gebied met een verhoogd risico op met name chemische incidenten. In de analyse van de huidige gezondheidszorg op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk zijn problemen geconstateerd op drie terreinen; 1. beschikbaarheid van zorg, 2. kennis 3. samenwerking 1. Beschikbaarheid van zorg Er is onvoldoende samenwerking tussen EHBO’ers en BHV van verschillende bedrijven Er bestaat een lacune tussen EHBO-voorzieningen, BHV en ambulancezorg, die nu wordt ingevuld door de huisartsen Het overschrijdingspercentage van de aanrijtijden van ambulances is te hoog voor een risicovol gebied als het haven- en industrieterrein Moerdijk. De huisartsenzorg is kwetsbaar op korte termijn (24/7 inclusief alle spoedzorg door 3 huisartsen) De huisartsenzorg is kwetsbaar op lange termijn (zijn praktijkopvolgers te vinden met eenzelfde brede taakopvatting) .
4/ 52
2. Kennis de kennis over de benodigde medische zorg bij incidenten met gevaarlijke stoffen is te laag bij de reguliere zorgaanbieders (huisartsen, ambulancedienst en ziekenhuizen) de kennis over gevaarlijke stoffen bij bedrijven wordt onvoldoende benut. risico’s zijn per bedrijf wel bekend, maar niet bij de omliggende bedrijven informatie, over de risico’s die bepaalde combinaties van bedrijven opleveren, is onbekend bedrijven en instellingen geven aan de kennis meer te willen delen, bijvoorbeeld door samen te oefenen. bovendien wordt de beschikbare kennis (monitorgegevens) over blootstelling aan gevaarlijke stoffen niet gekoppeld aan de monitoring van gezondheidsklachten. 3. Samenwerking afbakening taken tussen de verschillende zorgaanbieders is onduidelijk (soms overlap, soms gaten) koppeling tussen reguliere en opgeschaalde zorg ontbreekt risico- en crisiscommunicatie is onvoldoende geregeld er is geen structurele onderlinge samenwerking op het gebied van veiligheid en zorg tussen de bedrijven (wel incidentele) traject van Opleiden, Trainen en Oefenen (OTO) wordt door bedrijven individueel doorlopen. Er worden geen OTO activiteiten ontplooid door de keten gezamenlijk, noch met de andere veiligheidspartners zoals de brandweer. Aanbevelingen om te komen tot een gewenste respectievelijk een aanvaardbare situatie De uitgebreide aanbevelingen, die volgen uit bovenstaande conclusies, staan vermeld in paragraaf 4.2. Samengevat betekenen zij: 1. zorg voor adequate medische voorzieningen op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk 2. intensiveer de samenwerking aldaar tussen bedrijven, overheden en zorgaanbieders
Beschikbaarheid van zorg 1. Adequate medische voorzieningen
Opties a. Inkoop bij port health center b. Centrale rol voor huisartsen c. First responder realiseren
Kennis
Samenwerking
2. Intensivering samenwerking in de keten: ketenfunctionaris
5/ 52
Toelichting 1. Adequate medische voorzieningen Er zijn 3 mogelijkheden om adequate medische voorzieningen te realiseren. Optie a leidt tot de gewenste situatie, optie b is te kwetsbaar en wordt daarom niet geadviseerd. Optie c is nog (net) aanvaardbaar. a. Inkoop bij bestaand health center zoals Port Health Center (PHC) Rotterdam Voordelen vestiging PHC-locatie op Moerdijk: o Gespecialiseerde CBRN verpleegkundigen o Maakt gebruik van expertise van het Expertise Centrum Toxische Stoffen o Maakt gebruik van bestaande structuur o Kan mogelijk geïntegreerd worden bij de toekomstige publiek-private brandweer op het Haven- en Industrieterrein o Koppeling met ARBO zorg o Inclusief CBRN trainingen voor BHV’ers op Haven- en Industrieterrein Moerdijk o Inclusief basisvoorzieningen voor decontaminatie op het Haven- en Industrieterrein o CBRN verpleegkundige kan optreden als first responder Voorwaarden: o Overschrijdingspercentage aanrijtijden ambulancedienst onder regionaal gemiddelde o Nauwe samenwerking met de huisartsen in Moerdijk, de RAV en de aanwezige bedrijfsvoorzieningen. o Samenwerkingsafspraken over wie welke patiënten beoordeelt en behandelt. o Kennisdeling binnen de gehele zorgketen o Koppeling tussen reguliere en opgeschaalde zorg Nadelen: o Beheer niet (volledig) in eigen hand b. Centrale rol voor huisartsen Voordelen: o Sluit aan op huidige situatie o Huisartsen kunnen optreden als First responder Voorwaarden: o Overschrijdingspercentage aanrijtijden ambulancedienst onder regionaal gemiddelde o CBRN kennis huisartsen voldoende o basisvoorzieningen voor decontaminatie op de huisartspraktijk o basistransportvoorziening van Haven- en Industrieterrein naar de huisartspraktijk o uitbreiding aantal huisartsen nodig? o Samenwerkingsafspraken met RAV en aanwezige bedrijfsvoorzieningen o Uniform abonnementsysteem o Kennisdeling binnen de gehele zorgketen o Koppeling tussen reguliere en opgeschaalde zorg Nadelen: o De huisartsenzorg is kwetsbaar op korte termijn (24/7 inclusief alle spoedzorg door 3 huisartsen) o De huisartsenzorg is kwetsbaar op lange termijn (zijn praktijkopvolgers te vinden met eenzelfde brede taakopvatting) o Daarnaast moeten ook nieuwe huisartsen hun CBRN kennis weer op niveau hebben. o Decontaminatievoorzieningen bij de huisartspraktijk zijn fysiek verder weg van het Haven- en Industrieterrein. o Geen koppeling met ARBO zorg
6/ 52
Uit de aanzienlijke nadelen blijkt dat deze optie te kwetsbaar is en is daarom in dit advies niet verder opgenomen. c. First responder realiseren. Een first responder kan ingezet worden vanuit verschillende organisaties zoals brandweer, beveiliging, politie of huisartsen. Voordelen: o Sluit aan bij bestaande structuren op het Haven- en Industrieterrein Voorwaarden: o Overschrijdingspercentage aanrijtijden ambulancedienst onder regionaal gemiddelde o CBRN Kennis voldoende o basisvoorzieningen voor decontaminatie op het Haven- en Industrieterrein o basistransportvoorziening op het Haven- en Industrieterrein o Samenwerkingsafspraken met huisartsen, RAV, GMV, MKA en aanwezige bedrijfsvoorzieningen o Koppeling tussen reguliere en opgeschaalde zorg o Basis life support niveau. Nadelen: o Mogelijkheden tot medisch (be)handelen beperkt o Geen koppeling met ARBO zorg 2. Intensivering samenwerking in de keten: aanstellen ketenfunctionaris Zorg
Zorgaanbieders
Overheid
-ARBO diensten -huisartsen -ziekenhuizen -RAV -EHBO’ers
-Provincie -gemeente Veiligheidsregio GGD Havenschap RMD
Ketenfunctionaris Zorg
Bedrijven -medische dienst(en) -bedrijvenvereniging -Kwaliteit, ARBO& Milieu platform -BHV’ers
De ketenfunctionaris initieert en stimuleert de publiek-private samenwerking tussen alle betrokken partijen op het gebied van de gezondheidszorg op het Haven- en Industrieterrein en valt onder de verantwoordelijkheid van de directeur Publieke Gezondheid.
7/ 52
De functionaris stimuleert de samenwerking op de volgende terreinen: o Medische zorgaanbieders onderling, (inclusief verbinding tussen monitoring van blootstelling en klachten) o Integrale veiligheid o Opleiden, trainen en oefenen o Risico- en crisiscommunicatie
8/ 52
Hoofdstuk 1. Aanleiding De Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant acht het wenselijk en noodzakelijk om op korte termijn te komen tot een effectieve en adequate veiligheid op het Haven- en Industrieterrein, bij voorkeur te realiseren door publiek-private samenwerking. Aan de GHOR en de GGD is gevraagd om op basis van een beoordeling van de huidige situatie met betrekking tot (gezondheids)zorg op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk te komen tot een integraal advies over een kwalitatief aanvaardbare gezondheidszorg op het Haven- en Industrieterrein, met inachtneming van de wettelijke verplichtingen van publieke en private partijen ter zake. Uitgangspunten: Eigen verantwoordelijkheid van verschillende partijen Overheid waar mogelijk faciliterend. Maximale medewerking bedrijven, minimale inzet van drukmaatregelen vanuit overheid.
9/ 52
Hoofdstuk 2. Onderzoeksvragen en Methode De volgende vier onderzoeksvragen zijn leidend geweest voor de totstandkoming van het advies. Vraag 1. Waaraan moeten bedrijven voldoen, wat is de verantwoordelijkheid overheid? Om deze vraag te beantwoorden is het wettelijk kader (letter en geest) beschreven waar overheid, bedrijven en zorgaanbieders mee te maken hebben. Vraag 2. Wie spelen een rol als het gaat om het organiseren van de medische zorg op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk? Vraag 4. Hoe kan de medische zorg op het Haven- en Industrieterrein optimaal worden georganiseerd? Deze vragen zijn beantwoord door interviews met vertegenwoordigers van: a. Overheid (bestuurlijk en ambtelijk), te weten havenschap, gemeente Moerdijk, GHOR, GGD en provincie. b. Reguliere gezondheidszorg: huisartsen en omliggende ziekenhuizen c. Bedrijfsgezondheidszorg: bedrijfsarts gespecialiseerd in toxische stoffen d. Bewoners: voorzitter van SBBM. Aanvullend is een schriftelijke enquête verzonden aan de bedrijven op het bedrijventerrein Moerdijk. Vraag 3. Wat kunnen we leren van (inter)nationale voorbeelden? Nationale en internationale voorbeelden zijn bestudeerd door middel van een websearch en een literatuursearch. Zie bijlage 1 voor de opdracht en de procesrapportage.
10/ 52
Hoofdstuk 3. Resultaten 3.1 Wettelijk kader en verantwoordelijkheden bij de organisatie van de gezondheidszorg op het bedrijventerrein In het onderstaande schema wordt het wettelijk kader samengevat. Vervolgens worden de verschillende wetten en regelingen nader toegelicht. sector bedrijven
overheid
organisatie Alle bedrijven
Wettelijk kader Arbo-wet
Bedrijven die met gevaarlijke stoffen werken
Arbo-wet + ARIE of BRZO
gemeente
Wet Veiligheidsregio’s Wet Publieke Gezondheid Gemeentewet
provincie
BRZO
Provincie regelt toezicht op BRZO in een regionale uitvoerings dienst (RUD)
Wet Ambulancevervoer
Provincie stelt spreidingsplan vast (deze rol vervalt in de nieuwe wet Ambulancezorg) -
havenschap
geen formele rol in de organisatie van de gezondheidszorg op het terrein
Veiligheidsregio
Wet Veiligheidsregio’s
GHOR
Wet Veiligheidsregio’s
GGD
Wet Publieke Gezondheid Wet Veiligheidsregio’s
brandweer
samenvatting Arbobeleid bevat: RI&E, begeleiding ziekteverzuim, preventiemedewerker, BHV, voorlichting, toegang tot arbodeskundige en PAGO Arbo-beleid + aanvullende regelgeving om medewerkers, omwonenden en milieu te beschermen Rampenbestrijding en crisisbeheersing onder één regionaal bestuur Bewaken, bevorderen, beschermen van volksgezondheid Openbare orde en veiligheid
Wet Veiligheidsregio’s
Rampenbestrijding en crisisbeheersing onder één regionaal bestuur coördinatie, aansturing en regie van de geneeskundige hulpverlening tijdens rampen en crises en daarnaast hierover adviseren aan overheden en organisaties op het gebied van de geneeskundige hulpverlening Bewaken, bevorderen, beschermen van volksgezondheid borgen van een gecoördineerde aanpak van de openbare gezondheidszorg tijdens rampen en crises Taken brandweer
11/ 52
Zorgaanbieders
Huisartsen, ziekenhuizen
WTZi
Wet BIG
Arbo-dienst RAV
kwaliteitswet zorginstellingen Geen wettelijke taak Wet Ambulancevervoer WTZi Wet BIG
Zorgaanbieders
Huisartsen(post en), RAV, ziekenhuizen en GGD
Kwaliteitswet zorginstellingen Wet veiligheidsregio's
verantwoordelijkheid voor spreiding en toegankelijkheid van acute zorg wordt gelegd bij die aanbieders van zorg. Zij hebben daartoe de opdracht om in regionaal verband afspraken te maken over (een betere) samenwerking Verantwoorde zorg onder alle omstandigheden verantwoorde zorg onder alle omstandigheden Een werkgever kan een arbodienst inhuren, maar dat is geen verplichting Landelijk niet meer dan 5% overschrijding aanrijtijden onderlinge afstemming tussen de verschillende aanbieders van acute zorg Verantwoorde zorg onder alle omstandigheden verantwoorde zorg onder alle omstandigheden, Instellingen als bedoeld in de WTZi), zorgaanbieders als bedoeld in de Wet BIG, RAV en GGD dienen maatregelen te treffen met het oog op hun taak bij de geneeskundige hulpverlening inzake rampen en crises en de voorbereiding daarop.
Arbo-wet en Arbo-beleid: Werkgevers zijn verplicht ervoor te zorgen dat hun werknemers veilig en gezond kunnen werken. De mate van bescherming die zij moeten bieden, is door de overheid vastgelegd in de Arbowet, het Arbobesluit en de Arboregeling. Om deze wetten nauwkeurig na te leven dient elk bedrijf een concreet arbobeleid te voeren. Dit wordt opgesteld in samenwerking met de vertegenwoordiging van werknemers (ondernemingsraad, personeelsvereniging, vakbonden). Onderdelen van dit arbobeleid zijn onder andere: Een risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) – In een RI&E staat welke risico’s er binnen het bedrijf zijn ten aanzien van de veiligheid en gezondheid van werknemers. Arbodienst of bedrijfsarts – Bij ziekteverzuim moet de begeleiding van de zieke werknemer door een bedrijfsarts (al dan niet aangesloten bij een arbodienst) worden uitgevoerd. Preventiemedewerker – Bedrijven zijn verplicht om ten minste één werknemer aan te wijzen als preventiemedewerker. Bedrijfshulpverlening – Binnen het bedrijf moet minimaal één bedrijfshulpverlener (bhv’er) aanwezig zijn. De BHV organisatie is bedoeld als voorpost van de externe hulpdiensten. Alhoewel het logisch lijkt dat de BHV van aanpalende bedrijven op elkaar is afgestemd, richt de wet zich in wezen vooral op de individuele werkgever. Er is geen verplichting tot afstemming met bedrijven in de omgeving. Voorlichting – Bedrijven moeten hun werknemers voorlichting en instructies geven over veilig en gezond werken.
12/ 52
Arbodeskundige – Werkgevers moeten toegang verlenen aan en tot een arbodeskundige, bijvoorbeeld een bedrijfsarts of arbeidshygiënist. PAGO – Werknemers moeten de mogelijkheid hebben om een periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek (PAGO) te ondergaan
Aanvullende regelgeving gevaarlijke stoffen: BRZO en ARIE Voor bedrijven die met grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen werken, is aanvullende regelgeving opgesteld om medewerkers, milieu en omwonenden te beschermen. Het Besluit Risico’s Zware Ongevallen 1999* (Brzo) combineert deze drie aandachtsgebieden. Op het gebied van arbeidsveiligheid bestaat daarnaast de zogenaamde ARIE-regeling, die is opgenomen in het Arbobesluit. De ARIE-regeling is feitelijk een Aanvullende RisicoInventarisatie en -Evaluatie met betrekking tot de risico’s van zware ongevallen met gevaarlijke stoffen en kent vergelijkbare verplichtingen als het Brzo. In grote lijnen geldt de Brzo voor grotere bedrijven en de ARIE-regeling voor kleinere bedrijven. Op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk geldt de Brzo voor 19 bedrijven. BRZO bedrijven moeten de juiste en nodige informatie uit wisselen zodat de omliggende Brzo bedrijven zelf de zorg goed kunnen regelen. Wet Veiligheidsregio’s Een efficiënte en kwalitatief hoogwaardige organisatie van de brandweerzorg, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, rampenbestrijding en crisisbeheersing onder één regionaal bestuur. Dat is de essentie van de Wvr. Het doel van de Wvr is de bestuurlijke en operationele slagkracht te vergroten. Kern daarvan is de introductie van een eenhoofdig gezag op bovenlokaal niveau in de persoon van de voorzitter van de Veiligheidsregio in geval van een ramp of crisis (opperbevel). De voorzitter is de burgemeester die ook Korpsbeheerder (politie) in de regio is. De Burgemeester is verantwoordelijk om op te treden bij een crisis en beschikt hiervoor over de nodige bevoegdheden. Hij is in deze situatie ook verantwoordelijk voor het handhaven van de openbare orde, op grond van de Gemeentewet. Dit betekent dat één bestuursorgaan, de Burgemeester, bij een crisis zowel de specifieke maatregelen voor de veiligheid als de maatregelen om de openbare orde te handhaven kan uitoefenen De Veiligheidsregio is primair bedoeld om het veiligheidsbeleid van de deelnemende gemeenten te ondersteunen. Het bestuur van de Veiligheidsregio heeft o.a. tot taak (artikel 10): het adviseren van het College van Burgemeester & Wethouders het instellen en in stand houden van een regionale brandweer het instellen en in stand houden van een GHOR het voorzien in de meldkamerfunctie De door het bestuur van de Veiligheidsregio ingestelde organisatie GHOR is belast met de coördinatie, aansturing en regie van de geneeskundige hulpverlening en met de advisering van andere overheden en organisaties op het gebied van de geneeskundige hulpverlening. Ook de taken van de brandweer zijn in het bepaald op grond van de Wet veiligheidsregio’s: het voorkomen, beperken en bestrijden van brand het beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en dieren bij ongevallen anders dan bij brand het waarschuwen van de bevolking het verkennen van gevaarlijke stoffen en het verrichten van ontsmetting het adviseren van andere overheden en organisaties op het gebied van de brandpreventie, brandbestrijding en het voorkomen, beperken en bestrijden van ongevallen met gevaarlijke stoffen.
13/ 52
In de Wet op de Veiligheidsregio staat dat instellingen zoals bedoeld in de WTZi, zorgaanbieders als bedoeld in de Wet BIG, ambulancevervoerders en GGDén, die een taak hebben binnen de geneeskundige hulpverlening, verplicht zijn de nodige maatregelen te treffen met het oog op hun taak en de voorbereiding daarop. Op grond van de WVR (en ziekenhuizen tevens op grond van de WTZi) zijn ketenpartners bovendien verplicht om hierover schriftelijke afspraken te maken met het bestuur van de veiligheidsregio Wet Publieke Gezondheid Gemeenten zijn bestuurlijk verantwoordelijk voor de collectieve preventie in hun gemeente. Ze hebben de taak de gezondheid van hun inwoners te beschermen, te bewaken en te bevorderen (art. 2). Zo bevordert het College van B & W de totstandkoming en de continuïteit van en de samenhang binnen de publieke gezondheidszorg en de afstemming ervan met de curatieve gezondheidszorg en de geneeskundige hulpverlening bij rampen. Voor de uitvoering van de taken in de WPG wordt door de gemeente een GGD in het leven geroepen. Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi) De WTZi regelt dat zorginstellingen een toelating moeten hebben om zorg te kunnen leveren die ten laste komt van AWBZ of Zorgverzekeringswet. Een deel van de WTZi is bedoeld om te komen tot onderlinge afstemming tussen de verschillende aanbieders van acute zorg. Deze aanbieders hebben de opdracht gekregen om in regionaal verband afspraken te maken over (een betere) samenwerking. De Minister van VWS legt hiermee de verantwoordelijkheid voor spreiding en toegankelijkheid van acute zorg nadrukkelijk bij de aanbieders van zorg. Initiators van dit regionaal overleg acute zorg (ROAZ) zijn alle ziekenhuizen in Nederland met een erkenning als Traumacentrum. Het doel van het ROAZ is ervoor te zorgen dat een patiënt zo snel mogelijk op de juiste plaats terechtkomt wanneer deze acute zorg nodig heeft. Het brengt het acute zorgaanbod in de regio in kaart en bedenkt oplossingen voor eventuele 'gaten' in de bereikbaarheid. Wie levert welke zorg, hoeveel mensen kan elke zorgaanbieder behandelen en welke (in)directe afspraken hebben de ketenpartners in de regio al voor de aansluiting van acute zorg. Daarnaast houdt het ROAZ zich bezig met de voorbereiding op grootschalige inzet bij rampen. De directeur GHOR is daartoe lid van het ROAZ. De belangrijkste ketenpartners van de GHOR in dit overleg zijn: RAV, ziekenhuizen, traumacentrum, huisartsenposten, GGD en GGZ. Op basis van de wet Toelating Zorginstellingen moeten er binnen het Regionaal Overleg Acute Zorg afspraken gemaakt worden over de 24 uurs toegankelijkheid van acute zorg. Kwaliteitswet Zorginstellingen Het doel van de Kwaliteitswet Zorginstellingen is zorgaanbieders, zoals bijvoorbeeld ziekenhuizen, verantwoorde zorg te laten aanbieden. Onder verantwoorde zorg wordt verstaan zorg van goed niveau, die in ieder geval doeltreffend, doelmatig en patiëntgericht wordt verleend en die afgestemd is op de reële behoefte van de patiënt. Zorgaanbieders dienen daarbij de kwaliteit van de zorg systematisch te bewaken, te beheersen en te verbeteren (artikel 4). Om bij rampen en ongevallen ook aan deze wet te kunnen voldoen, beschikken zorgaanbieders over een rampenopvangplan (ziekenhuis:ZiROP, huisarts: HaROP). Op basis van de Kwaliteitswet Zorginstellingen zijn huisartsenposten verplicht om verantwoorde zorg te leveren onder alle omstandigheden, dus ook bij calamiteiten Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (Wet BIG) Het doel van de wet is: de kwaliteit van de beroepsuitoefening te bevorderen en te bewaken de patiënt te beschermen tegen ondeskundig en onzorgvuldig handelen door beroepsbeoefenaren.
14/ 52
Op basis van de Wet BIG zijn individuele huisartsen verplicht tot het leveren van verantwoorde zorg onder alle omstandigheden Wet Ambulancevervoer Op dit moment is op de ambulancezorg de Wet Ambulancevervoer van toepassing. In het kader daarvan stellen de provincies vast hoe de spreiding van ambulances eruit moet zien. Binnen nieuwe wetgeving, waarop de sector al lang wacht, liggen sturing en financiering in één hand. In de Wet Ambulancezorg (WAZ) is geregeld dat de minister degene is die vergunningen afgeeft aan de RAV-en. De wet is nog niet ingevoerd. Belangrijk binnen de ambulancezorg zijn de aanrijtijden. Voor spoedritten (urgentie A1) geldt een maximale aanrijtijd van 15 minuten, voor spoedritten (urgentie A2) geldt een maximale aanrijtijd van 30 minuten. Een 5% (landelijk gemiddelde, niet te vertalen naar elke (sub) regio) overschrijding is toegestaan. Voor besteld vervoer (B ritten) gelden geen tijdsnormen. 3.2 Huidige organisatie van zorg Wie spelen een rol als het gaat om het organiseren van de medische zorg op het Havenen Industrieterrein Moerdijk? Naast de reguliere acute zorgvragen die de circa 10.000 werknemers en passanten op het Haven- en Industrieterrein kunnen hebben, zal er relatief vaak sprake zijn van incidenten met gevaarlijke stoffen. Onder gevaarlijke stoffen worden chemicaliën die corrosief, toxisch, ontvlambaar of explosief zijn, biologische agentia en nucleair agentia gerekend, de zogenaamde CBRN stoffen. Incidenten met gevaarlijke stoffen onderscheiden zich van andere incidenten doordat naast slachtoffers mogelijk ook andere werknemers, hulpverleners en de bevolking worden blootgesteld aan de vrijgekomen stof. Zolang een gevaarlijke stof aanwezig is, kan in principe verdere blootstelling plaatsvinden waardoor de stof kan inwerken op het lichaam. Hierdoor verergert het (chemische) letsel, moeten hulpverleners zich beschermen en verspreidt de stof zich in het milieu. Decontaminatie van slachtoffers op een incidentterrein is een taak voor de brandweer. Deze beschikt over mobiele units (container of tent) waarin de decontaminatie plaatsvindt. Ondanks deze decontaminatie op het incidentterrein moet er rekening mee worden gehouden dat een ziekenhuis of huisartsenpost bij een incident onverwacht met een besmet slachtoffer kan worden geconfronteerd. Er zijn heel veel chemische stoffen. Het is onmogelijk om van iedere stof alle medische details te weten. Informatie kan worden opgevraagd bij de dienstdoende Gezondheidkundig Adviseur Gevaarlijke Stoffen van de GHOR (GAGS), het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), het Nationaal Vergiftiging Informatie Centrum (NVIC) en de Landelijke Coördinatie Infectieziektenbestrijding (LCI). De effecten van chemische stoffen kunnen globaal ingedeeld worden in zogenaamde toxidromen. Een toxidroom is een verzameling van syndromen die allen ongeveer dezelfde behandeling behoeven. Er zijn vijf belangrijke toxidromen te onderscheiden. Deze komen het meest voor en vragen bovendien om een snelle interventie. Dit is basiskennis voor iedere hulpverlener die met besmette personen te maken kan krijgen.
15/ 52
Er zijn veel partijen betrokken bij de gezondheidszorg op het Haven- en Industrieterrein:
RAV ambulance rapid responder first responder nurse practitioner
Curatieve Bedrijfsgezondheidszorg
Ziekenhuis
Werknemers en passanten
Preventieve Bedrijfsgezondheidszorg
Huisartsenzorg Spoed
Huisartsenzorg Niet-spoed
Bedrijfsgezondheidszorg Kleine incidenten en lichte verwondingen worden behandeld door de huisarts of door een eigen medische dienst. Bij grotere incidenten of incidenten met gevaarlijke stoffen vallen veel bedrijven terug op de medische dienst van Shell. Shell heeft grote medische dienst en veel kennis over gevaarlijke stoffen. Ook over stoffen die ze zelf niet hebben. Shell heeft 24/7 medische dienst met achtervang in Pernis. Er zijn geen afspraken tussen bedrijven en Shell over de vangnetfunctie, dit is op basis van goed buurmanschap. Shell deelt wel bv ook onderzoeksresultaten over eigenschappen van specifieke stoffen (max aanvaardbare concentraties in het lichaam) met bedrijven die ook met deze stoffen werken. Hier worden de lokale richtlijnen dan weer op aangepast. Mogelijk komt de vangnetfunctie van Shell op termijn te vervallen. Draagvlak voor een gezamenlijke medische dienst bestaat. Iedereen wil dit goed geregeld hebben. Vroeger is al eens vanuit bedrijven gepoogd om gezamenlijke Arbodienst op het gebied van incidentbestrijding binnen te halen (keuringen, medische post, voorlichting). Is niet van de grond gekomen volgens de bedrijven omdat de gemeente niet heeft doorgepakt. Naast de interviews die we met een aantal bedrijven hebben gehouden is er ook een vragenlijst verstuurd naar alle bedrijven op het Haven- en Industrieterrein.
16/ 52
De respons op de enquête onder bedrijven is 25% (n=61). De respons onder de 13 BRZO bedrijven is met 54% aanzienlijk hoger. Veel (80%) bedrijven geven aan een verantwoordelijke voor bedrijfsgezondheidszorg te hebben. De verantwoordelijkheid valt vaak onder HR of onder de directie. Vooral de kleinere bedrijven hebben geen medewerker hiervoor aangeduid. BRZO-bedrijven zijn grotere bedrijven en hebben hier allemaal intern een verantwoordelijke voor. Bijna alle bedrijven zijn aangesloten bij een arbodienst, maar er is een enorme variëteit aan arbodiensten waarbij de bedrijven aangesloten zijn. Shell heeft zelfs een eigen Arbodienst. Er worden door 55 bedrijven al 24 verschillende Arbodiensten genoemd. In bijna alle bedrijven zijn bedrijf hulpverleners (BHV’ers) aanwezig. Het varieert van 1 tot 200 per bedrijf, maar gemiddeld zijn dit er 21 per 100 medewerkers. De BHV’ers zijn, volgens de bedrijven, goed op de hoogte van de gevaren voor de werknemers binnen het bedrijf. De gemiddelde kennis wordt, op een schaal van 0-10, ingeschat op een 8,3 terwijl er geen bedrijf een onvoldoende aan de BHV’ers in het eigen bedrijf geeft. In 77% van de bedrijven zijn opgeleide EHBO’ers aanwezig. Ook hier een variatie van 1 tot 350 per bedrijf maar gemiddeld zijn dit er 14 per 100 werknemers. In 83% van de bedrijven is er een evacuatie of rampenplan aanwezig binnen het bedrijf. Oefening hiervan varieert van maandelijks tot nooit maar het merendeel van de bedrijven oefent minimaal 1x per jaar. De oefenfrequentie bij BRZO-bedrijven ligt hoger. Medische (opvang)zorg binnen het bedrijf wordt door alle bedrijven als voldoende beoordeeld. De inzet van BHV’ers en EHBO’ers gecombineerd met een achterwacht van huisarts en ambulance wordt als afdoende ingeschat. Van de bedrijven in dit onderzoek vindt 20% medische zorg bij incidenten buiten het eigen bedrijf niet voldoende. Vooral ongelukken zoals recent met Chemiepack kunnen moeilijk voorzien worden door het eigen bedrijf. BRZO-bedrijven zijn, qua omvang en aard, beter voorbereid op problemen van externe aard. Bijna de helft van de bedrijven vindt dat de gezondheidszorg bij incidenten verbeterd moet worden. Als voornaamste pijnpunten komen communicatie en kennis / voorlichting naar voren. Als voorstel wordt genoemd een centrale post voor brandweer en medische hulp die ook in moet staan voor betere communicatie en voorlichting. Het concept van Port Health Centre zoals in Rotterdam is bij twee derde van de bedrijven niet bekend. Bijna 80% van de bedrijven staat positief t.o.v. een centraal gezondheidscentrum voornamelijk gericht op incidenten (curatieve bedrijfsgeneeskundige zorg. Slechts 17% zou hierbij ook de eigen bedrijfsgezondheidszorg onder willen brengen. Huisartsenzorg In Klundert is een huisartsenmaatschap van 3 huisartsen met praktijkondersteuning. Vanaf 1 januari 2012 is er 1 vacature. De praktijk heeft 7.700 ingeschreven patiënten. De huisartsen verzorgen 24 uur per dag, 7 dagen per week huisartsenzorg. Men is niet aangesloten bij de huisartsenpost in Roosendaal omdat men de geografische afstand tussen de HAP en het gebied in en om Klundert onverantwoord vindt bij spoedgevallen. Vanwege de nabijheid van het Haven- en Industrieterrein Moerdijk levert de praktijk ook huisartsgeneeskundige spoedzorg (24/7) aan de werknemers van het Haven- en Industrieterrein plus externen die zich op het terrein bevinden (chauffeurs, schepelingen, etc). Het gaat hier om meer dan 10.000 mensen bovenop de 7.700 reguliere patiënten.
17/ 52
Zorgvraag vanaf Haven- en Industrieterrein aan huisarts Acute zorg Decontaminatiegevallen Reizigersconsulten (bv schepelingen en chauffeurs) Overige niet-acute huisartsenzorg
Frequentie 0-5 per dag, inclusief avond, nacht en weekenden Enkele keren per jaar 10 keer per maand Aantal keer per week
Met enkele bedrijven op het Haven- en Industrieterrein zijn afspraken gemaakt over de huisartsenzorg, maar in de praktijk leveren ze ook zorg aan bedrijven waar geen abonnementsafspraken mee zijn gemaakt. Er is een grens aan de mogelijkheden binnen de huisartsgeneeskundige spoedzorg. Het moet duidelijk zijn welke zorgverleners er dan in beeld komen. De huisartsen hebben zorgen over de ambulancevoorziening op het Haven- en Industrieterrein. Vervolgens komt de huisartsenzorg in de nafase weer in beeld. Ook hier moeten duidelijke communicatieafspraken en informatiekanalen voor komen. De vorm van samenwerking tussen de bedrijven en de huisartsenpraktijk ten aanzien van de eerstelijns medische zorg wordt aan beide zijden als positief ervaren. Het scheelt de bedrijven veel tijd dat deze zorg binnen redelijke afstand is geregeld. De CBRN kennis en de mogelijkheden tot decontaminatie zijn echter beperkt. De huisartsen in Klundert hebben in april 2011 een extern adviseur van Zee-Bra aangesteld voor het oplossen van 3 problemen: 1. huisvesting 2. verbeteren communicatie huisartsen-GHOR 3. zorgen om ambulancevoorziening Het huisvestingsprobleem valt buiten de scoop van dit onderzoek. Voor wat betreft de verbetering van de communicatie tussen huisartsen en de GHOR geldt dat er inmiddels brabantbrede communicatie-afspraken geformaliseerd zijn. Hierbij is een centrale rol weggelegd voor de crisisteams van de huisartsenzorg (in West Brabant wordt dit 24/7 gevormd door de Stichting Huisartsenposten West Brabant en Huisartsenkring West Brabant). Hoewel de huisartsen in Klundert niet zijn aangesloten bij de Stichting Huisartsenposten West-Brabant, worden zij wel vertegenwoordigd door de Huisartsenkring West-Brabant. De zorgen vanuit de huisartsen over de ambulancevoorziening vormen een onderdeel van dit advies. Ambulancezorg De afgelopen jaren is er veel aan gedaan om de aanrijtijden van de ambulances in het gebied rondom Moerdijk te verbeteren. Sinds 2008 is er een zogenaamde 1-autopost aan de westelijke toegangspoort op het terrein van het bezinestation geplaatst. In 2010 is er overdag een tweede ambulance erbij geplaatst op de post omdat de eerste auto te vaak ingezet wordt voor regioritten. Het streven is om minimaal 1 ambulance beschikbaar te hebben voor Moerdijk. In september 2011 is de tweede ambulance verplaatst naar Roosendaal-Noord (A58, 6 minuten van Haven- en Industrieterrein Moerdijk). Naast de reguliere ambulances, is er 1 rapid responder gestationeerd in Roosendaal zuid, voor het hele gebied dus ook het Haven- en Industrieterrein Moerdijk. De rapid wordt bemand door een ervaren ambulanceverpleegkundige. De rapid is niet voor patientenvervoer, maar wel voor eerste hulp. De rapid is goedkoper dan een ambulance (1 ambu = 1,6 rapids). In MWB volgt men de landelijke trend dat er steeds meer rapids ingezet worden. (aankomst rapid telt voor de aanrijtijden), het werkt goed en efficiënt.
18/ 52
De first responder is een voertuig eveneens zonder mogelijkheid tot patiëntenvervoer. Deze kan bemenst worden door bijvoorbeeld brandweer medewerkers met aanvullende EHBO. In Baarle Nassau rijdt er een rond, en mogelijk binnenkort ook in Woensdrecht. De RAV is nu in onderhandeling met de zorgverzekeraar om te regelen dat ook deze first responder telt voor de aanrijtijden. De first responder is fors goedkoper dan de rapid responder (1 ambu=4 first responder teams), maar is géén geprotocolleerde ambulancehulpverlening. Op dit moment is er geen first responder voor de regio Moerdijk. Daarnaast speelt op dit moment de functie van de Nurse Practitioners (NP) die werkzaam is binnen de RAV. De NP-er kan worden ingezet in het "grijze gebied" tussen "huisartsenzorg" en "ambulancehulpverlening". Overzicht aantal A1 ritten en overschrijdingen industriegebied Moerdijk Industriegebied Moerdijk
’s Nachts Overdag ’s Avonds Totaal
9- 2009 t/m 8- 2010 aantal ritten A1 5 32 8 45
aantal overschrijdingen 1 12 3 16
% 20% 38% 38% 36%
9- 2010 t/m 8- 2011 aantal ritten Aantal A1 overschrijdingen 5 1 33 4 17 3 55 8
% 20% 12% 18% 15%
Overzicht aantal ritten en aanrijtijden industriegebied Moerdijk vergeleken met totalen regio Midden- en West-Brabant
9- 2009 t/m 8- 2010 aantal aantal ritten A1 overschrijdingen Industriegebied Moerdijk Regio MWB
45 19075
16 1904
% 36% 10%
9- 2010 t/m 8- 2011 aantal Aantal ritten A1 overschrijdingen 55 19104
8 1742
Bovenstaande cijfers laten zien dat de aanrijtijden naar het Haven- en Industrieterrein het afgelopen jaar verbeterd zijn (van 37% overschrijding naar 15% overschrijding van de 15 minuten norm). Het percentage overschrijdingen ligt met 15% wel hoger dan het regionale overschrijdingspercentage van 9%. Ziekenhuiszorg Bewustwording over de gevolgen van CBRN incidenten is bij de ziekenhuizen nog laag. Grote CBRN incidenten komen niet veel voor, maar kleine incidenten kunnen ook al grote gevolgen hebben. (voorbeeld 1: de klachten die het SEH personeel zelf kreeg na binnenkomst van patiënten die ‘besmet’ waren met pepperspray bij verstoring van de openbare orde; voorbeeld 2: CBRN incident bij het ontmantelen van een klein dugslaboratorium) Er bestaan geen regionale afspraken over welk ziekenhuis bij CBRN incidenten ingezet wordt. Het Franciscus heeft inmiddels een eigen werkgroep CBRN ingesteld om interne procedures bij CBRN-incidenten vast te stellen. Het ziekenhuis is voor specifieke kennis
19/ 52
% 15% 9%
afhankelijk van externen. In het ZiekenhuisRampenOpvangplan (ZIROP) staat beschreven waar deze kennis gehaald kan worden. Er is een regionale werkgroep CBRN vanuit het kennisplatform Zirop opgericht (geïnitieerd door Traumacentrum). De werkgroep heeft de volgende opdracht: 1. protocollering over hoe om te gaan met CBRN patiënten 2. faciliteitsbepaling op basis van risicogebieden, welk ziekenhuis of welke ziekenhuizen gaan fungeren als plusziekenhuis? Vanaf hier zouden ook RAV en huisartsen en huisartsenposten betrokken moeten worden. 3. Opleiden, trainen en oefenen aangepast aan basisniveau of plusfunctie. De werkgroep volgt de Landelijke leidraad CBRN, zoals opgesteld door ziekenhuizen in Tilburg, Amsterdam en Rotterdam. De resultaten vanuit de werkgroep CBRN zullen besluitvormend in het ROAZ worden besproken. GGD, bureau Gezondheid, Milieu en Veiligheid Klachtenregistratie vindt plaats door de Regionale Milieu Dienst. (ook meldingen bij de provincie of gemeente worden hierin opgenomen). Het gaat met name om klachten van stank of geluidsoverlast, niet specifiek om gezondheidsklachten. Als er gezondheidsklachten worden gemeld dan worden deze tijdens kantooruren direct gemeld bij de bureau GMV van de GGD. Buiten kantooruren wordt bij individuele klachten doorverwezen naar de dienstdoende huisarts. Indien zich grootschalige gezondheidsklachten voordoen buiten kantooruren, wordt alsnog de GGD ingeschakeld via de GHOR. Bureau GMV heeft geen afspraken met huisartsen of arbodiensten. Standaard worden in Nederland via het landelijk meetnet luchtkwaliteit door het RIVM verschillende stoffen op verschillende plaatsen gemeten. In de gemeente Moerdijk staan 2 meetpalen: eentje aan de Julianastraat (ten oosten van Haven- en Industrieterrein). Eentje aan de Zwingelspaansedijk in Fijnaart ten westen van het terrein. Deze is bedoeld om de regionale achtergrondconcentraties te meten. Hier worden stikstofoxiden en PM10 (fijn stof) gemeten. Daarnaast worden sinds 2009 extra metingen door de provincie Noord-Brabant uitgevoerd bij het luchtmeetstation op de Julianastraat. Hier worden vluchtige organische stoffen (BTEX: benzeen, tolueen, ethylbenzeen en xyleen) gemeten. Het advies van Bureau Gezondheid, Milieu & Veiligheid GGD’en Brabant/Zeeland is om wanneer de 24uurs gemiddelde concentratie voor één van de BTEX de MRL acuutwaarde (Minimum Risk Level) overschrijdt, contact op te nemen met Bureau GMV. Bureau GMV kan vervolgens naar aanleiding van gevonden waarden adviseren over verder te nemen maatregelen, zoals het wel of niet (actief) informeren van de bevolking. GGD, Infectieziekten Ship sanitation voor de haven Moerdijk is uitbesteed aan de GGD Rotterdam.
20/ 52
3.3 (inter)nationale voorbeelden De organisatie van de gezondheidszorg op verschillende nationale en internationale havens en/of bedrijventerreinen is vergeleken. In deze paragraaf volgt een overzicht van de meest relevante bevindingen. Haven van Rotterdam: Port Health Center Port Health Center B.V. is een dochter van ArboUnie. Het is ooit vanuit de industrie geïnitieerd. Zorgaanbod
huisartsenzorg medische keuringen bedrijfsartsen reizigersvaccinaties curatieve zorg: acute eerste hulp door in CBRN gespecialiseerde verpleegkundigen (afkomstig van SEH of ambulancezorg). preventieve zorg: abonnementhouders krijgen naast curatieve zorg ook terugrapportage en gelijk het advies voor de betreffende medewerker ten aanzien van werkhervatting. ‘open inloop’ voor bedrijven/passanten die geen abonnement hebben. Hierbij wordt per verrichting betaald en wordt verder geen rapport of advies gegeven. Opleidingen: BHV-ers kunnen jaarlijks een training volgen om de CBRN kennis up to date te houden.
Voor de reguliere bedrijfsgezondheidszorg (zoals verzuimbeleid) kunnen bedrijven zelf een arbodienst/bedrijfsarts inschakelen. Dit staat los van elkaar. Deskundigheid gevaarlijke stoffen De gespecialiseerde verpleegkundigen werken nauw samen met het Expertise Centrum Toxische Stoffen (ECTS) van ArboUnie. Planvorming Port Health Center functionarissen worden niet ingezet in opgeschaalde situaties. Samenwerking Het Port Health Center is een samenwerkingsverband van de GGD Rotterdam-Rijnmond, Havenbedrijf Rotterdam, huisartsenpraktijk, het havenziekenhuis (onderdeel van Erasmus MC), de veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond en de gemeente Rotterdam. In Rotterdam is een Centraal Incidentennummer. Hier doet een bedrijf met één telefoontje een melding aan de politie, het havenbedrijf, de brandweer, de DCMR en Rijkswaterstaat. Bedrijventerrein Chemelot in Geleen Alert & Care Centre (ARBOdienst DSM) werkt in totaal voor 11.000 werknemers. Het centrum heeft 30 medewerkers waaaronder bedrijfsartsen, arbeidshygiënisten, bedrijfsmaatschappelijk werkers en bedrijfsverpleegkundigen. Zorgaanbod Reintegratie Arbeidsgezondheidskundig spreekuur Periodiek medisch onderzoek Arbeidshygiene Risico inventarisatie en evaluatie Epidemiologische databank per persoon Bedrijfsmaatschappelijk werk
21/ 52
Gezondheidsadvies Medische keuringen Veiligheidskunde Curatieve zorg: acute eerste hulp voor alle werknemers op het terrein. Binnen vijf minuten ter plaatse. Slachtoffers krijgen ter plekke de eerste hulp en worden afgevoerd naar diverse ziekenhuizen. o 24/7 bedrijfsverpleegkundige met ervaring in chemische omgeving (gehuisvest samen met bedrijfsbrandweer); o eigen gewondenvervoer (bemand door brandweer en verpleegkundige); o volledig operationele verbandkamer o Bedrijfsarts heeft hard piket 30 minuten (mn adviserend)
Deskundigheid gevaarlijke stoffen De ARBOdienst heeft een jarenlange expertise op het gebied van CBRN opgebouwd en fungeert ook voor de reguliere ziekenhuizen als kenniscentrum (advies en nascholing). Planvorming Vroeger werkte het Haven- en Industrieterrein vrij solistisch, inmiddels is er een goede samenwerking met GGD, GHOR en Brandweer. Dit heeft geresulteerd in een bedrijfsnoodplan waar een medisch noodplan onderdeel van is. Samenwerking De zorgverlening vanuit de arbodienst is geïntegreerd in de opschalingsstructuur. Functionarissen van Chemelot sluiten aan in COPI en ROT. Haven van Antwerpen Gezondheidszorg Medisch Centrum Kaai 142 , biedt 24/7 acute hulp aan havenarbeiders, zeelui en werknemers van bedrijven in en om de haven. Zorg wordt verleend door huisartsen. de CEPA dienstengroep, de werkgeversvereniging van de haven heeft twee gespecialiseerde diensten, o Medimar is een externe dienst voor preventie en bescherming die optreedt als raadgever in verband met alle facetten van de gezondheid van het personeel in het werkmilieu. De dienst heeft tot doel, in het belang van de ondernemingen uit alle bedrijfssectoren, de gezondheid van de werknemers te beschermen en te bevorderen. Medimar adviseert en assisteert de ondernemingen bij het opstellen en uitvoeren van hun (wettelijk opgelegd) dynamisch risicobeheersingssysteem en van hun jaaractieplan. o Gemeenschappelijke Dienst voor Preventie en Bescherming - havenarbeid Deze dienst staat de havenbedrijven bij in hun preventiebeleid dat er op gericht is op het welzijn van alle betrokkenen te verbeteren en incidenten te voorkomen die lichamelijke, materiële en economische schade kunnen veroorzaken. Deskundigheid gevaarlijke stoffen In de haven van Antwerpen werken AGSers: speciaal geschoolde brandweerofficieren of deskundigen op het gebied van gevaarlijke stoffen. Ze geven adviezen aan de gouverneur en aan de brandweer bij incidenten waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn.
22/ 52
Planvorming In Antwerpen is er voor het hele haventerrein een Veiligheids – en gezondsheidsplan opgesteld. Onder meer voor eerste hulp voorzieningen, preventieve ARBO zorg, meldingsprocedure ongevallen en Technische Hygienezorg. Samenwerking In Antwerpen wordt er op verschillende terreinen samengewerkt tussen verschillende betrokken partijen. Een voorbeeld hiervan is het Calahan project waarbij bedrijfsleven, overheid en hulpverleningsdiensten gezamenlijk Emergency Response Management (ERM) systeem en scenario’s ontwikkelen ter ondersteuning van de crisisorganisatie. Een ander voorbeeld is de samenwerking tussen universiteit, brandweer, bedrijfsleven en overheid op het gebied van evidence-based kennis over CBRN. Hamburg Hamburg porth health center is vooral gericht op schepelingen, en veel minder op chemische industrie. Gezondheidszorg zeelieden, ship sanitation Dagelijks 9-14 uur spreekuren en indien nodig visites door artsen haven apotheek Deskundigheid gevaarlijke stoffen, Planvorming en Samenwerking onbekend.
23/ 52
Hoofdstuk 4. Conclusie en Advies 4.1 Conclusies Het Haven- en Industrieterrein Moerdijk is een gebied met een verhoogd risico op met name chemische incidenten. In de analyse van de huidige gezondheidszorg op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk zijn problemen geconstateerd op drie terreinen; 1. beschikbaarheid van zorg, 2. kennis 3. samenwerking 1. Beschikbaarheid van zorg Er is onvoldoende samenwerking tussen EHBO’ers en BHV van verschillende bedrijven Er bestaat een lacune tussen EHBO-voorzieningen, BHV en ambulancezorg, die nu wordt ingevuld door de huisartsen Het overschrijdingspercentage van de aanrijtijden van ambulances is te hoog voor een risicovol gebied als het haven- en industrieterrein Moerdijk. De huisartsenzorg is kwetsbaar op korte termijn (24/7 inclusief alle spoedzorg door 3 huisartsen) De huisartsenzorg is kwetsbaar op lange termijn (zijn praktijkopvolgers te vinden met eenzelfde brede taakopvatting) . 2. Kennis de kennis over de benodigde medische zorg bij incidenten met gevaarlijke stoffen is te laag bij de reguliere zorgaanbieders (huisartsen, ambulancedienst en ziekenhuizen) de kennis over gevaarlijke stoffen bij bedrijven wordt onvoldoende benut. risico’s zijn per bedrijf wel bekend, maar niet bij de omliggende bedrijven informatie, over de risico’s die bepaalde combinaties van bedrijven opleveren, is onbekend bedrijven en instellingen geven aan de kennis meer te willen delen, bijvoorbeeld door samen te oefenen. bovendien wordt de beschikbare kennis (monitorgegevens) over blootstelling aan gevaarlijke stoffen niet gekoppeld aan de monitoring van gezondheidsklachten. 3. Samenwerking afbakening taken tussen de verschillende zorgaanbieders is onduidelijk (soms overlap, soms gaten) koppeling tussen reguliere en opgeschaalde zorg ontbreekt risico- en crisiscommunicatie is onvoldoende geregeld er is geen structurele onderlinge samenwerking op het gebied van veiligheid en zorg tussen de bedrijven (wel incidentele) traject van Opleiden, Trainen en Oefenen (OTO) wordt door bedrijven individueel doorlopen. Er worden geen OTO activiteiten ontplooid door de keten gezamenlijk, noch met de andere veiligheidspartners zoals de brandweer. 4.2 Aanbevelingen per deelterrein Voor elk van de in 4.1. genoemde terreinen worden aanbevelingen gedaan. De gezamenlijke aanbevelingen leiden tot het uiteindelijke advies. Kennis Zorg ervoor dat alle hulpverleners in de keten (ARBO, huisartsen, ambulancedienst en ziekenhuizen, maar ook brandweerpersoneel) voldoende kennis hebben van de 5 toxidromen uit de Leidraad CBRN.
24/ 52
Zorg voor 24/7 beschikbaarheid van actuele CBRN kennis, ook in een reguliere situatie. Onderzoek daarbij de mogelijke samenwerking tussen universiteit, zorgaanbieders, brandweer, bedrijfsleven en overheid op het gebied van kennisdeling CBRN (zie voorbeeld Antwerpen) Betrek de actuele mogelijkheden van defensie op het gebied van CBRN (mobiele decontaminatie, uitrusting calamiteitenhospitaal, oefenlokatie CBRN in Vught) Oefen (grote) CBRN incidenten op lokatie (of in table tops) samen met de andere hulpdiensten en betrek de bedrijven hier vanaf het begin al bij. Zorg dat alle bedrijven R&I hebben, dit onderling delen en een samenvatting bekend is bij havenschap en keten. Centraal melden van incidenten (aan verschillende instanties) zoals in Rotterdam, via Havenschap Moerdijk Communicatie Centre Koppel de monitoring van blootstelling aan de monitoring van gezondheidsklachten (zie voorbeeld ECEM in Arnhem)
Beschikbaarheid van zorg Collectieve curatieve ARBO Breid de medische voorzieningen voor met name CBRN incidenten uit Zorg dat er op een centraal punt voldoende hulpkits zijn voor intoxicaties en dat hulpverleners weten hoe deze te gebruiken. Organiseer een first responder op het Haven- en Industrieterrein bijvoorbeeld vanuit de huisartsenpost, de beveiliging of de brandweerkazerne. maak afspraken welk ziekenhuis fungeert als plusziekenhuis Sluit aan bij bestaande initiatieven op het gebied van zelfredzaamheid zoals SMS alert van de gemeente moerdijk, of AED-alert vanuit de meldkamer ambulancezorg. Onderzoek de mogelijkheden tot uitbreiding ervan met bijvoorbeeld BHV-alert, EHBO-alert. Samenwerking Intensiveer samenwerking binnen de keten en betrek de bedrijven hierbij (onder meer BIM, KAM coördinatoren, BHV-ers en EHBO-ers), denk daarbij ook aan de samenwerking met de AGS en de GAGS Gebruik de infrastructuur van het havenschap (inclusief meldkamer); Stimuleer het initiatief van de KAM coördinatoren om een netwerk te vormen met de bedrijven voor risico en crisiscommunicatie. Sluit hier als veiligheidsregio op aan. Maak daarbij gebruik van de ervaringen met nieuwe media die al zijn opgedaan Sluit aan bij de werkgroep CBRN vanuit het traumacentrum Brabant. Het probleem van de zelfverwijzers is immers voor allemaal gelijk. Zorg voor een integraal veiligheidsplan industrieterrein, zoals in Antwerpen. Maak hierbij een koppeling tussen reguliere zorg en opgeschaalde zorg De rol van de overheid in de samenwerking kan bestaan uit het pro-actief faciliteren zonder voorbij te gaan aan de eigen verantwoordelijkheden van de ketenpartners Haal expertise daar waar de kwaliteit het hoogste is en kijk daarbij indien nodig over de grenzen van de eigen regio.
25/ 52
4.3 Advies De aanbevelingen op de drie deelterreinen zorg, kennis en samenwerking leiden tot een advies in twee richtingen: 1. zorg voor adequate medische voorzieningen 2. intensiveer de samenwerking tussen bedrijven, overheden en zorgaanbieders
Beschikbaarheid van zorg 1. Adequate medische voorzieningen
Opties a. Inkoop bij port health center b. Centrale rol voor huisartsen c. First responder realiseren
Kennis
Samenwerking
2. Intensivering samenwerking in de keten: ketenfunctionaris
Toelichting 1. Adequate medische voorzieningen Er zijn 3 mogelijkheden om adequate medische voorzieningen te realiseren. Optie a leidt tot de gewenste situatie, optie b is te kwetsbaar en wordt daarom niet geadviseerd. Optie c is nog (net) aanvaardbaar. a. Inkoop bij bestaand health center zoals Port Health Center (PHC) Rotterdam Voordelen vestiging PHC-locatie op Moerdijk: o Gespecialiseerde CBRN verpleegkundigen o Maakt gebruik van expertise van het Expertise Centrum Toxische Stoffen o Maakt gebruik van bestaande structuur o Kan mogelijk geïntegreerd worden bij de toekomstige publiek-private brandweer op het Haven- en Industrieterrein o Koppeling met ARBO zorg o Inclusief CBRN trainingen voor BHV’ers op Haven- en Industrieterrein Moerdijk o Inclusief basisvoorzieningen voor decontaminatie op het Haven- en Industrieterrein o CBRN verpleegkundige kan optreden als first responder Voorwaarden: o Overschrijdingspercentage aanrijtijden ambulancedienst onder regionaal gemiddelde o Nauwe samenwerking met de huisartsen in Moerdijk, de RAV en de aanwezige bedrijfsvoorzieningen. o Samenwerkingsafspraken over wie welke patiënten beoordeelt en behandelt. o Kennisdeling binnen de gehele zorgketen
26/ 52
o Koppeling tussen reguliere en opgeschaalde zorg Nadelen: o Beheer niet (volledig) in eigen hand b. Centrale rol voor huisartsen Voordelen: o Sluit aan op huidige situatie o Huisartsen kunnen optreden als First responder Voorwaarden: o Overschrijdingspercentage aanrijtijden ambulancedienst onder regionaal gemiddelde o CBRN kennis huisartsen voldoende o basisvoorzieningen voor decontaminatie op de huisartspraktijk o basistransportvoorziening van Haven- en Industrieterrein naar de huisartspraktijk o uitbreiding aantal huisartsen nodig? o Samenwerkingsafspraken met RAV en aanwezige bedrijfsvoorzieningen o Uniform abonnementsysteem o Kennisdeling binnen de gehele zorgketen o Koppeling tussen reguliere en opgeschaalde zorg Nadelen: o De huisartsenzorg is kwetsbaar op korte termijn (24/7 inclusief alle spoedzorg door 3 huisartsen) o De huisartsenzorg is kwetsbaar op lange termijn (zijn praktijkopvolgers te vinden met eenzelfde brede taakopvatting) o Daarnaast moeten ook nieuwe huisartsen hun CBRN kennis weer op niveau hebben. o Decontaminatievoorzieningen bij de huisartspraktijk zijn fysiek verder weg van het Haven- en Industrieterrein. o Geen koppeling met ARBO zorg Uit de aanzienlijke nadelen blijkt dat deze optie te kwetsbaar is en is daarom in dit advies niet verder opgenomen. c. First responder realiseren. Een first responder kan ingezet worden vanuit verschillende organisaties zoals brandweer, beveiliging, politie of huisartsen. Voordelen: o Sluit aan bij bestaande structuren op het Haven- en Industrieterrein Voorwaarden: o Overschrijdingspercentage aanrijtijden ambulancedienst onder regionaal gemiddelde o CBRN Kennis voldoende o basisvoorzieningen voor decontaminatie op het Haven- en Industrieterrein o basistransportvoorziening op het Haven- en Industrieterrein o Samenwerkingsafspraken met huisartsen, RAV, GMV, MKA en aanwezige bedrijfsvoorzieningen o Koppeling tussen reguliere en opgeschaalde zorg o Basis life support niveau. Nadelen: o Mogelijkheden tot medisch (be)handelen beperkt o Geen koppeling met ARBO zorg
27/ 52
2. Intensivering samenwerking in de keten: aanstellen ketenfunctionaris Zorg
Zorgaanbieders
Overheid
-ARBO diensten -huisartsen -ziekenhuizen -RAV -EHBO’ers
-Provincie -gemeente Veiligheidsregio GGD Havenschap RMD
Ketenfunctionaris Zorg
Bedrijven -medische dienst(en) -bedrijvenvereniging -Kwaliteit, ARBO& Milieu platform -BHV’ers
De ketenfunctionaris initieert en stimuleert de publiek-private samenwerking tussen alle betrokken partijen op het gebied van de gezondheidszorg op het Haven- en Industrieterrein en valt onder de verantwoordelijkheid van de directeur Publieke Gezondheid. De functionaris stimuleert de samenwerking op de volgende terreinen: o Medische zorgaanbieders onderling, (inclusief verbinding tussen monitoring van blootstelling en klachten) o Integrale veiligheid o Opleiden, trainen en oefenen o Risico- en crisiscommunicatie
28/ 52
29/ 52
Bijlagen bij het advies
Bijlage 1. Opdracht en procesrapportage Bijlage 2. Gedetailleerde uitkomsten bedrijven-enquête Bijlage 2A Aangeschreven bedrijven in het havengebied Moerdijk. Bedrijfsnamen op basis van emailadressen. Bijlage 2B Vragenlijst voor bedrijven in bedrijventerrein Moerdijk Bijlage 2C Bedrijven in het havengebied Moerdijk die een vragenlijst geretourneerd hebben. Bijlage 2D respons per vraag Bijlage 3. Referenties (literatuur en websites)
30/ 52
Bijlage 1. Opdracht en procesrapportage
Naam project Opdrachtgever Projectleider Probleem / vraagstuk / uitdaging
Plan van aanpak Advies ‘Veiligheid en Zorg’ het Haven- en Industrieterrein Moerdijk. N. van Mourik, directeur Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant S. Hogendoorn (GGD West-Brabant) I. Welschen (GHOR Midden-en West-Brabant) integrale advisering van de GGD/GHOR MWB over het thema ‘veiligheid en zorg’ op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk.
Aanleiding en achtergrond Op 1 juni 2011, is er onder leiding van de Commissaris der Koningin een bestuurlijk gesprek gehouden over de integrale veiligheid op het Havenen Industrieterrein Moerdijk. De voorzitter van de VR, burgemeester P. Noordanus en de burgemeester van Moerdijk, J. Mans, hebben de noodzakelijkheid en wenselijkheid uitgesproken om op korte termijn te komen tot een effectieve en adequate veiligheid op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk, bij voorkeur te realiseren door publiek-private samenwerking. Aan de GHOR/GGD is gevraagd in dit kader te adviseren over de gezondheidszorg op het Havenen Industrieterrein Moerdijk, voor zowel de medewerkers op het terrein als de ‘bezoekers’ daarvan. Doelstellingen
Op basis van een beoordeling van de huidige situatie met betrekking tot (gezondheids)zorg op het Havenen Industrieterrein Moerdijk te komen tot een integraal advies over een kwalitatief aanvaardbare gezondheidszorg, met inachtneming van de wettelijke verplichtingen van publieke en private partijen terzake.
Eindresultaat
Een integraal advies van GHOR/GGD over de gewenste (gezondheids)zorg op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk. In het advies zal een minimale en een maximale variant worden uitgewerkt. (inclusief plan van aanpak en begroting).
Afbakening
Tot dit project behoort niet de advisering over het bedrijventerrein door de andere organisatieonderdelen van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant. Afstemming gebeurt integraal vanuit de veiligheidsregio. Het project moet half oktober 2011 afgerond zijn. Een realistische begroting is bijgevoegd. De inzet van personeel door GGD en GHOR wordt nader
Randvoorwaarden
31/ 52
bepaald na goedkeuring van het plan van aanpak. Relatie met andere projecten
Fasering & activiteiten
Evaluatie-onderzoeken brand Chemie-pack Multidisciplinaire projecten bij de Veiligheidsregio. Advies (dms 65871) vanuit GGD aan Havenschap over infectieziektenbestrijding. GHOR Project Brabant brede samenwerking met de Huisartsen. 1. Inventarisatie huidige situatie 1) Waaraan moeten bedrijven voldoen, wat is verantwoordelijkheid overheid? Informatie verzamelen. 2) Wie spelen een rol als het gaat om het organiseren van de medische zorg op Havenen Industrieterrein Moerdijk? Interviews met Bureau GMV, de GHOR, RAV, Havenschap, gemeente, en (vertegenwoordigers van) de bedrijfsartsen, BHV-ers en arbodiensten, ziekenhuizen, huisartsen uit het gebied 3) Wat kunnen we leren van o.a. het Port Health Centre in Rotterdam? Informatie verzamelen via website en eventueel een bezoek. 2. Toekomstvisie Hoe kan de medische zorg op het Haven- en Industrieterrein optimaal worden georganiseerd? Bijeenkomst met stakeholders 3. Advies over gewenste situatie in een minimale en maximale variant, inclusief plan van aanpak en begroting
Projectorganisatie Benodigde deskundigheid Akkoord opdrachtgever
Zie de bijlage voor een uitgebreidere omschrijving van de activiteiten in de verschillende fases. Stuurgroep bestaande uit N. van Mourik, A. Houtman en J. de Laat. Uitvoering door werkgroep. Organisatie gezondheidszorg, organisatie rampenbestrijding, politiek/bestuurlijke verhoudingen N. van Mourik, directeur Veiligheidregio Midden- en West-Brabant
Projectleiders
S. Hogendoorn (GGD West-Brabant) I. Welschen (GHOR Midden- en West-Brabant)
Datum
15 juni 2011
32/ 52
Advies ‘Veiligheid en Zorg’ het Haven- en Industrieterrein Moerdijk. Uitwerking plan van aanpak FASE 1 Inventarisatie huidige situatie (juli-augustus 2011) Vraag 1. Waaraan moeten bedrijven voldoen, wat is verantwoordelijkheid overheid? Om deze vraag te beantwoorden zal het wettelijk kader uitgezocht en beschreven worden. Daarnaast dienen een aantal zaken uitgezocht te worden ter voorbereiding op de interviews bij vraag 2. (o.a. relevante resultaten uit de evaluatie onderzoeken die na de brand bij Chemie-Pack zijn gedaan) Vraag 2. Wie spelen een rol als het gaat om het organiseren van de medische zorg op het Haven- en industrieterrein Moerdijk? a. Overheid Havenschap -Interview op directieniveau -Interview op ambtelijk niveau Gemeente Moerdijk -Interview met burgemeester -Interview op ambtelijk niveau GHOR -Interview op directienivo (directeur GHOR, directeur Publieke Gezondheid en adj. Directeur GHOR) -Interview op ambtelijk nivo met de procesleiders vanuit het GGD Rampen Opvanplan (GROP): medische milieukunde, infectieziektenbestrijding, psychosociale hulpverlening, gezondheidsonderzoek na rampen aangevuld met de senior stafmedewerker operationele planvorming van de GHOR Provincie -Interview op directieniveau -Interview op ambtelijk niveau Tijdens de interviews zullen de volgende onderwerpen besproken worden: 1. Huidige organisatie van de zorg op het bedrijventerrein 2. Rol van (organisatie) van geïnterviewde hierbij. 3. Toekomstvisie vanuit de organisatie 4. Benoemen sleutelfiguren/ingangen voor onderdeel B en C. b. Reguliere gezondheidszorg Huisartsen -Interview met (een van de ) 3 huisartsen in Klundert -Eventueel afstemming met Huisartsenkring West Brabant en Stichting Huisartsenposten West Brabant. Ziekenhuizen -Interviews coördinatoren van het ZiekenhuisRampenOpvangplan (ZIROP) van Lievensberg (Bergen op Zoom), Franciscus (Roosendaal) Albert Schweizer (Dordrecht)
33/ 52
c. Bedrijfsgezondheidszorg Inventarisatie vindt plaats door middel van schriftelijke vragenlijst bij de bedrijven gevestigd op het bedrijventerrein Moerdijk. Vraag 3. Wat kunnen we leren van het Port Health Centre in Rotterdam? Informatie verzamelen via website en eventueel een bezoek. FASE 2 Toekomstvisie (medio september 2011) Vraag 4. Hoe kan de medische zorg op het Have- en Industrieterrein optimaal worden georganiseerd? De visie zal ontwikkeld worden samen met de stakeholders. Hiervoor zal een bijeenkomst georganiseerd worden. FASE 3 Opstellen advies in minimale en maximale variant (medio oktober 2011) Opstellen advies met uitgewerkt plan van aanpak en begroting per variant.
34/ 52
Fase 1
Status Interviews
Havenschap Gemeente GHOR/GGD GHOR/GGD Provincie Brandweer Falck KAM Huisartsen
Ziekenhuizen
RAV Bedrijven
J. Rentrop J. Mans A. Houtman J. de Laat ambtelijk M. Scheepers D. Bloutis G. van Staalduinen F. van Rooij S. de Loos Zee-Bra E. Stevens Huisartsenkring WB Lievensberg M. de Bruine Franciscus T. van der Heijden Amfia ziekenhuis P. van Roessel Elisabeth ziekenhuis C. vd Brandt J. Driessen Shell J. Peters BIM/Kolb H. Krols BIM/KAM Q. Baartmans Lyondellbasell W. Rijnart SBBM
gereed Gereed Gereed Gereed vervallen Gereed Gereed Gereed Gereed Gereed vervallen Gereed Nog plannen Gereed Gereed Gereed gereed gereed gereed
extra
Bewoners
1
Vragenlijst
248 bedrijven aangeschreven op 20 juli
1
Voorbeelden
Porth Health Flip Kaster gereed center Chemelot Jan Starremans gereed Websearch en gereed literatuursearch Half september mogelijk te vroeg vanwege planning interviews. Er zijn extra interviews met bedrijven gepland, dus feitelijk zijn alle stakeholders al betrokken in fase 1. Stakeholdersbijeenkomst wordt op advies van stuurgroep mogelijke eerste stap in implementatie nadat het advies is opgeleverd
extra 2
Stakeholders bijeenkomst
3
Advies
gereed Respons 25% (n=61)
1 oktober gereed
35/ 52
Bijlage 2. Gedetailleerde uitkomsten bedrijven-enquête Bijlage 2A Aangeschreven bedrijven. Bedrijfsnamen op basis van emailadressen. Bijlage 2B Vragenlijst voor bedrijven op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk Bijlage 2C Bedrijven die een vragenlijst geretourneerd hebben. Bijlage 2D Respons per vraag
36/ 52
Schriftelijke enquête onder bedrijven op het Haven- en Industrieterrein Moerdijk Methode: Om een beeld te krijgen van de actuele zorg en veiligheid binnen de bedrijven op het haven- en industrieterrein van Moerdijk én om te zien hoe de bedrijven staan t.o.v. een gezamenlijke bedrijfsgezondheidszorg is een schriftelijke vragenlijst afgenomen. De vragenlijst is per email naar de bedrijven gestuurd waarbij het Havenschap Moerdijk de emailadressen / contactpersonen van de verschillende bedrijven heeft aangeleverd. Voor de ongeveer 400 bedrijven op het havengebied zijn 408 emailadressen aangeleverd door het Havenschap. De emailadressen bevatten soms meerdere contactpersonen voor hetzelfde bedrijf waardoor er in totaal 248 bedrijven zijn aangeschreven. Deze bedrijven zijn weergegeven in bijlage 1. Bij navraag blijkt dat een emailadres soms de contactpersoon is van verschillende bedrijven waardoor het niet precies vast te stellen is hoeveel van de 400 bedrijven daadwerkelijk aangeschreven zijn. Door de opleveringstermijn van dit rapport is de vragenlijst midden in de zomervakantie (20 juli 2011) naar de bedrijven gestuurd waarbij rekening gehouden is met een mogelijk lage respons door de vakantie. In bijlage 2 is de gebruikte vragenlijst opgenomen.De vragen zijn opgesplitst in 4 hoofdgroepen. 1. Algemene vragen over het bedrijf 2. Hoe is de bedrijfsgezondheid in uw bedrijf georganiseerd 3. Ieder bedrijf moet voorbereid zijn op ongevallen binnen het bedrijf. Wat zijn de regelingen bij ongelukken binnen uw bedrijf 4. Gezamenlijke bedrijfsgezondheidszorg Resultaten Respons: Vragenlijst is 20 juli 2011 uitgezet naar 248 bedrijven via een email met als bijlage de vragenlijst in Word-bestand. Van ongeveer een kwart van de bedrijven zijn automatische “out of office” antwoorden gekomen hetgeen te verwachten is in de vakantieperiode. In veel gevallen is in de automatische mail een ander contactpersoon genoemd in hetzelfde bedrijf en kon de vragenlijst doorgestuurd worden. Echter in 10% van de bedrijven zijn geen contactgegevens voor de vakantieperiode gemeld en is de vragenlijst niet (tijdig) op het bedrijf binnen gekomen. Op 10 augustus is er een reminder gestuurd naar de bedrijven die nog geen vragenlijst teruggestuurd hebben. De respons is op dat moment 12,5% van alle aangeschreven bedrijven. Op 4 september zijn alle vragenlijsten ingevoerd die binnengekomen zijn en is acceptatie van nieuwe inzendingen gestopt. Totale respons op 4 september is van 61 bedrijven wat een respons van 25% betekent. De lijst met bedrijven die een vragenlijst geretourneerd hebben, staat in bijlage 3. Na 4 september hebben nog twee bedrijven hun vragenlijst ingestuurd maar deze zijn niet meer meegenomen in dit onderzoek. Het aantal werknemers in de bedrijven die de vragenlijst ingestuurd hebben, varieert tussen de 1 en de 2200. Er is één vragenlijst van een bedrijf met één werknemer, 7 bedrijven met minder dan 10 werknemers en 18 bedrijven met meer dan 100 werknemers. Vooral kleine bedrijven met weinig werknemers zijn relatief minder vertegenwoordigd in dit onderzoek. Mogelijk dat de bezetting in de vakantieperiode in deze bedrijven minder is dan in grotere bedrijven waardoor de respons lager ligt. Er is ook gekeken naar de respons van de BRZO-bedrijven (Besluit Risico’s Zware Ongevallen). BRZO-bedrijven zijn de meest risicovolle bedrijven in Nederland en op het havengebied Moerdijk zijn er 13 bedrijven die hieronder vallen. Hiervan hebben 7 bedrijven (zie tabel 1) meegedaan aan het onderzoek hetgeen met een respons van 54%
37/ 52
hoger ligt dan de gemiddelde respons van 25%. Bovendien zijn twee BRZO-bedrijven geïnterviewd. Tabel 1. Deelname van BRZO-bedrijven in het onderzoek. Bertschi ja Coatex ja DBM Blending nee Den Hartogh ja Dr. W. Kolb ja Frans de wit nee Gonrand ja Iko Isolations nee Llyondell Basell nee, wel interview Messer Benelux nee Remondis Argentia ja Schuetz Benelux nee Shell Ja, ook interview De resultaten van de vragenlijst zijn terug te vinden in bijlage 4. Hieronder een samenvatting van de belangrijkste cijfers en opmerkingen per hoofdvraag. Hoe is de bedrijfsgezondheid in uw bedrijf georganiseerd Veel (80%) bedrijven geven aan een verantwoordelijke voor bedrijfsgezondheidszorg te hebben. De verantwoordelijkheid valt vaak onder HR of onder de directie. Vooral de kleinere bedrijven hebben geen medewerker hiervoor aangeduid. BRZO-bedrijven zijn grotere bedrijven en hebben hier allemaal intern een verantwoordelijke voor. Bijna alle bedrijven zijn aangesloten bij een arbodienst maar er is een enorme variëteit aan arbodiensten waarbij de bedrijven aangesloten zijn. Shell heeft zelfs een eigen Arbodienst. Er worden door 55 bedrijven al 24 verschillende Arbodiensten genoemd. Arboned 365 wordt in dit onderzoek relatief het meest genoemd. Bijna alle bedrijven maken ook gebruik van de bedrijfsarts van de arbodienst. Wat zijn de regelingen bij ongelukken binnen uw bedrijf In bijna alle bedrijven zijn bedrijf hulpverleners (BHV’ers) aanwezig. Het varieert van 1 tot 200 per bedrijf maar gemiddeld zijn dit er 21 per 100 medewerkers. De BHV’ers zijn, volgens de bedrijven, goed op de hoogte van de gevaren voor de werknemers binnen het bedrijf. De gemiddelde kennis wordt, op een schaal van 0-10, ingeschat op een 8,3 terwijl er geen bedrijf een onvoldoende aan de BHV’ers in het eigen bedrijf geeft. In 77% van de bedrijven zijn opgeleide EHBO’ers aanwezig. Ook hier een variatie van 1 tot 350 per bedrijf maar gemiddeld zijn dit er 14 per 100 werknemers. In 83% van de bedrijven is er een evacuatie of rampenplan aanwezig binnen het bedrijf. Oefening hiervan varieert van maandelijks tot nooit maar het merendeel van de bedrijven oefent minimaal 1x per jaar. Oefeningen bij BRZO-bedrijven ligt hoger. Medische (opvang)zorg binnen het bedrijf wordt door alle bedrijven als voldoende beoordeeld. De inzet van BHV’ers en EHBO’ers gecombineerd met een achterwacht van huisarts en ambulance wordt als afdoende ingeschat. Van de bedrijven in dit onderzoek vindt 20% medische zorg bij incidenten buiten het eigen bedrijf niet voldoende. Vooral ongelukken zoals recent met Chemiepack kunnen moeilijk voorzien worden door het eigen bedrijf. BRZO-bedrijven zijn, qua omvang en aard, beter voorbereid op problemen van externe aard. Bijna de helft van de bedrijven vindt dat de gezondheidszorg bij incidenten verbeterd moet worden. Als voornaamste pijnpunten komen communicatie en kennis / voorlichting naar voren. Als voorstel wordt genoemd een centrale post voor brandweer en medische hulp die ook in moet staan voor betere communicatie en voorlichting.
38/ 52
Gezamenlijk bedrijfsgezondheidszorg Het concept van Port Health Centre zoals in Rotterdam is bij twee derde van de bedrijven niet bekend. Bijna 80% van de bedrijven staat positief t.o.v. een centraal gezondheidscentrum voornamelijk gericht op incidenten (zie tabel 2). Slechts 17% zou hierbij ook de eigen bedrijfsgezondheidszorg onder willen brengen. Tabel 2. Heeft uw bedrijf belangstelling in een centraal georganiseerd (bedrijfs) gezondheidscentrum op het bedrijventerrein Moerdijk? N = 60 13 22% Nee, wij willen / kunnen deze taak in eigen beheer houden Ja, maar alleen in geval van incidenten (brand, explosie, vrijkomen van chemische 23 38% stoffen, processtoring etc) bij andere bedrijven, die een impact hebben op de werknemers van eigen bedrijf 14 23% Ja, maar alleen bij incidenten zowel in mijn bedrijf als bij andere bedrijven 10 17% Ja, zowel bij incidenten als ook voor de algemene bedrijfsgezondheidszorg Als voornaamste belemmeringen worden gezien; de kostprijs (voor kleine bedrijven) en de vrije keuze van arbodienst aangezien veel bedrijven aangeven tevreden te zijn met de eigen arbodienst (zie tabel 3). Tabel 3. Welke factoren bepalen of u hier aan zou willen deelnemen? N = 59 45 76% Financiën 21
36% Deelname van andere bedrijven
20
34% In hoeverre ons bedrijf maatwerk kan afnemen.
21
36% 24-uurs bereikbaarheid
33
56% Garantie van kwaliteit
7
12% Andere niet genoemde factoren
Indien gekozen wordt voor een centraal gezondheidscentrum dan wordt hulp bij incidenten als voornaamste taak gezien (zie tabel 4). Ongevallen, brandweer en huisartsenzorg worden als voornaamste taak aangeduid gevold door preventie. Integratie van arbodiensten wordt slechts door een kwart van de bedrijven genoemd. Tabel 4. Welke zaken zou u ondergebracht willen zien in dit centrum? N = 59 40 68% Ongevallenzorg 33
56% Brandweer
28
47% Preventie informatievoorziening
23
39% Huisartsenzorg
23
39% Milieudienst
20
34% Preventie opleidingen
17
29% Keuringen van personeel
17
29% Bedrijfsartsen
15
25% Arbodienst
11
19% Integrale Arbo- en Milieuzorg
7
12% Vaccinaties en reisadvies voor medewerkers
6
10% Anders
39/ 52
Bijlage 2 A: Aangeschreven bedrijven. Bedrijfsnamen op basis van emailadressen. 2rent 402events Abmauri adidas-group Aengbedrijven Aggreko Ahkgroup Airliquide Aldiver als-europe Ambulancedienst Amswarehousing Anera Appbv arca-nl Arcelormittal Arcelorprojects Ardaghglass Ardaghgroup Atmmoerdijk Attero autocar avr avt azettrading ballast-nedam bammilieu bcinsurance b-en-s bertschi bewagroep bmcmoerdijk brandweermwb brenntag bridgestone buchinhoren burgservice caiway carucontainers cbi cci-bv cctmoerdijk chemiepack cnc coatex conservator continentale-nutrition cranebusiness
Hollandse cement maatschappij Hommerin Hudig ifc-consolidators iko-insulations incore-cables Inducopy insulinde-groep inter-sprint Inventure-it Itbcasings JCL logistics Jiffygroup jtcmachines Katra knookstaal Kolb koolwijk-logistics korevaarlogistics Kpnplanet Kreko Krve Ksprofiel kuehne-nagel Kurvers Kws lastechniekrijnmond Lcec ligtermoet Lqbee group lyondellbasell macleanproducts maincowelbv Manntech marborecycling marcovinkstevedoring Mcsbv mctmoerdijk Meeberg merchantlogistics Merlog merwestaal messerbenelux metaalrecyclingmoerdijk Metco Minelco Moerdijk Monsup
scheepswerf-made scheepswerfmoerdijk scheepvaartkrant schoutenlogistiek schreuders-metaal Schuetz sellon sgs s-h shell shiva-logistics shreki sicarecycling sicurus silologistics sivomatic snb solines starpowerpeople stolkinternatio talholland talke tanktrader.net' tasco-holland technospray telfort tetrapak thyssenkrupp tmsmoerdijk touax tpgpost transmo trefgroup troostakkermans truckwashmoerdijk uniglobedeltatravel unilux unirice universalsportvoeding uos-nl vandalenrecycling vandennoort vandergraafzn vangansewinkel vanoord vanoorschotbv vanoorschotkranen vdb-profiel
40/ 52
cronimet dbmblending dbschenker dbtgroep dcscoating deege-coating dehoogstebieder dejongdekkleden delta deltamachinery delta-marineterminal denhartogh derijke detransport dhl dieselpowerholland dupair-techniek duravermeer ecsupport elektrotechniekmoerdijk essent etsbv europeanropeservices europe-steel-center eurorijn eurosalt eurospan eurosupply eurousedclothing fabricom-gdfsuez fairland farmtrans fasolbv fransdewit gaston-schul gjaltema goedlicht gondrand gooskens Halliburton hardtatwork harsco
mosterttrading Mourik Mvogroep NBS Nebiprofa nivosteigerwerken Bolsius Dsv Ewals Gcatrans Nobek Nordcargo Obm Omya Orcem palletbedrijf-lans palletcentrale Panalpina peinemann Petstotal pff-group Pktrucks pon-cat Powercem primakabin Profile proretailservices pt-techno Raaphorst Rbauction Reaktie Rebu Recamax Remondis-argentia restaurantpassant Rinnen Rocotrans Rohmhaas Rometal Rucanor Ryano rynart-int
vepco verolme vlspe voiceit warnaco wartsila werkgroep wincanton womy woodflame workx worldcc wuppermann yurtbv zhd
41/ 52
Bijlage 2B Vragenlijst voor bedrijven. Introductie De GGD West-Brabant en GHOR Midden- en West-Brabant gaan in opdracht van de gemeente Moerdijk onderzoeken hoe de bedrijfsgezondheidszorg op het bedrijventerrein Moerdijk op dit moment geregeld is. Graag willen wij van uw bedrijf weten hoe de zorg bij u op dit moment geregeld is, zowel voor de algemene bedrijfsgezondheidszorg als ten tijde van incidenten in uw bedrijf en/of bij andere bedrijven in de omgeving. En ook of u naar de toekomst toe verbeteringen / veranderingen wenselijk acht. Deze informatie willen wij gebruiken om te kunnen adviseren over eventuele verbeteringen in de bedrijfsgezondheidszorg, met name als het gaat om het borgen van de veiligheid van werknemers op het bedrijventerrein Moerdijk. Mocht u met vragen zitten betreffende dit onderzoek, kunt u contact opnemen met Hans Augustijn op 06-53233935. 1. Algemeen 1.1 Naam van uw bedrijf ……………………………………………………….. 1.2 Aantal werknemers werkzaam in uw bedrijf ……….. 1.3 Naam van persoon die deze lijst invult ……………………………………… 1.4 Functie van persoon die deze lijst invult ……………………………………. 1.5 Datum van invullen van de lijst .. / .. / 2011 2. Hoe is de bedrijfsgezondheid in uw bedrijf georganiseerd? 2.1 Heeft uw bedrijf een verantwoordelijke voor bedrijfsgezondheidszorg? O Nee waarom niet? ………………………………………………….. O Ja wat is de functieomschrijving ….………………………………. Indien meerdere functionarissen, kunt u het aantal personen in deze dienst invullen? …….. 2.2
Bent u aangesloten bij een arbodienst? O Nee O Ja zo ja, welke arbodienst ………………………..
2.3
Heeft uw bedrijf een bedrijfsarts? O Nee O Ja, een bedrijfsarts bij de arbodienst O Ja, een zelfstandige bedrijfsarts O Ja, overig ….……………………………….
2.4
Bent u aangesloten bij een gecertificeerde arbodeskundige? O Nee O Ja, een interne medewerker is gecertificeerd O Ja, we maken gebruik van een extern gecertificeerde deskundige
2.5 Heeft uw bedrijf een andere regeling om adviezen in te winnen over het verbeteren van arbeidsomstandigheden of voor de begeleiding van zieke werknemers. O O
Nee Ja, namelijk ………………………………………………………………..
3. Ieder bedrijf moet voorbereid zijn op ongevallen binnen het bedrijf. Wat zijn de regelingen bij ongelukken binnen uw bedrijf? 3.1 Zijn er binnen uw bedrijf opgeleide bedrijfhulpverleners (BHV’ers) aanwezig? O Nee O Ja zo ja, hoeveel ……………………. 3.2
Zijn de bedrijfhulpverleners voldoende op de hoogte van de gevaren voor
42/ 52
de werknemers binnen uw bedrijf? Kunt u een inschatting maken op een schaal van 0 tot 10 waarbij 0 aangeeft dat uw bedrijfhulpverleners niet op de hoogte zijn van de gevaren binnen uw bedrijf en 10 aangeeft dat de bedrijfhulpverleners perfect op de hoogte zijn van alle mogelijke gevaren in uw bedrijf. 0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
3.3
Zijn er binnen uw bedrijf opgeleide EHBO’ers aanwezig? O Nee O Ja zo ja, hoeveel …………………….
3.4
Heeft uw bedrijf een evacuatieplan of rampenplan? O Nee O Ja Indien ja, hoe vaak wordt dit geoefend? O niet O 2x per jaar O 1x per jaar O 1x per 2 jaar O Anders namelijk……………………………………….
3.5
Vindt u dat de medische (opvang)zorg binnen uw bedrijf voldoende is bij incidenten in uw bedrijf? O zeer onvoldoende O onvoldoende O neutraal O voldoende O zeer voldoende Toelichting………………………………………………………………..
3.6
Vindt u dat de medische zorg in uw bedrijf voldoende is bij incidenten buiten uw bedrijf die mogelijk tot (gezondheids)effecten kunnen leiden bij uw medewerkers (denk aan het vrijkomen van gevaarlijke stoffen bij andere bedrijven op het terrein)? O zeer onvoldoende O onvoldoende O neutraal O voldoende O zeer voldoende Toelichting………………………………………………………………..
3.7
Vindt u dat de bedrijfsgezondheidszorg bij incidenten verbeterd moet worden? O Nee O Ja, alleen bij incidenten buiten mijn bedrijf O Ja, alleen bij incidenten binnen mijn bedrijf O Ja, zowel bij incidenten binnen mijn bedrijf als bij andere bedrijven. Indien ja, heeft u suggesties hoe dit verbeterd zou kunnen worden? …………………………………………………………..……………………. …………………………………………………………..…………………….
4. Gezamenlijk bedrijfsgezondheidszorg De bedrijven in de Rotterdamse havens maken gebruik van een gezamenlijke bedrijfsgezondheidszorg voor alle werknemers en cliënten van bedrijven binnen het havengebied, een zogeheten Port Health Centre. Wij willen graag van uw weten of u
43/ 52
interesse heeft in zo’n gezamenlijk georganiseerd gezondheidscentrum op het bedrijventerrein van Moerdijk. De volgende vragen gaan hierover. 4.1
Bent u bekend met het Port Health Centre in Rotterdam? O Nee O Ja, ik heb er van gehoord O Ja, ik weet wat het inhoudt
4.2
Heeft uw bedrijf belangstelling in een centraal georganiseerd (bedrijfs)gezondheidscentrum op het bedrijventerrein Moerdijk? O Nee, wij willen / kunnen deze taak in eigen beheer houden Indien bezwaren tegen zo’n centralisering van arbo-zorg, welke zijn die dan: ……………………………………………………………………………….. O
Ja, maar alleen in geval van incidenten (brand, explosie, vrijkomen van chemische stoffen, processtoring etc) bij andere bedrijven, die een impact hebben op de werknemers van eigen bedrijf O Ja, maar alleen bij incidenten zowel in mijn bedrijf als bij andere bedrijven O Ja, zowel bij incidenten als ook voor de algemene bedrijfsgezondheidszorg (denk aan ziekteverzuimbegeleiding etc). 4.3
Welke zaken zou u ondergebracht willen zien in dit centrum? meederde antwoorden mogelijk O Ongevallenzorg O Huisartsenzorg O Keuringen van personeel O Vaccinaties en reisadvies voor medewerkers O Integrale Arbo- en Milieuzorg O Arbodienst O Bedrijfsartsen O Milieudienst O Brandweer O Preventie informatievoorziening O Preventie opleidingen O Anders ………………………………………………………….
4.4
Welke factoren bepalen of u hier aan zou willen deelnemen? (meerdere antwoorden mogelijk) O financiën O Deelname van andere bedrijven O in hoeverre ons bedrijf maatwerk kan afnemen. O 24-uurs bereikbaarheid O Garantie van kwaliteit O Andere niet genoemde factoren, nl: ………………………………………
4.5 Heeft u verder nog opmerkingen of ideeën? Mochten wij na aanleiding van dit onderwerp nog vragen hebben, kunnen wij dan contact met u opnemen? O Nee, liever niet O Ja, u kunt mij bereiken op ……………………………
44/ 52
Bijlage 2C: Bedrijven die een vragenlijst geretourneerd hebben. AB Mauri Netherland BV Kolb Nederland bv Aerospace Propulsion Products BV Koolwijk Moerdijk BV Afvalstoffen Terminal Moerdijk Kuehne+Nagel Logistics BV Aggreko Labee Group Moerdijk Anera bv Mac Lean Products BV Arcelor Mittal Projects Maincowel BV Attero Manntech Gevelinstalaties BV Ballast Nedam Infra Zuid West Metco toiletries & cosmetics BV Bertschi Moerdijk Minelco BV Bewa Groep Moerdijk Moerdijk Container Terminals BMC Moerdijk BV NV Slibverwerking Noord-Brabant Brandweer Mark en Driel Palletbedrijf Lans BV Burg Service B.V. Palletcentrale Groep BV CCF leidingsystemen b.v. Panalpina World Transport BV Coatex Pon equipment BV Combires Cargo Terminals RAV Brabant Midden West Noord Conservator Zuid BV Remondis Argentina BV Cronimet Holland BV S&H Product fulfilment DB Schenker S&H productfulfilment De Bruin techniek Moerdijk BV Sellon BV Den Hartogh Shell Nederland Chemie DSV Solutions Nederland bv Sicurus Euro-Rijn en Kenick Tetra Pak Moerdijk BV Eurospan Holland BV TMS Moerdijk BV GCA Nederland BV Touax bv Gemeente Moerdijk Buitendienst United Offshore Services Gondrand Traffic BV Van Ganzewinkel Industrial Services Hollandse Cement Maatschappij (HCM) BV VLS-Group Moerdijk BV JCL Logistics BV Warnaco Logistics BV Jiddy Products International BV Wuppermann Staalnederland BV Knook Staal en Machinebouw
45/ 52
Bijlage 2D. Respons per vraag Heeft uw bedrijf een verantwoordelijke voor bedrijfsgezondheidszorg? N = 60 Nee 12 Ja 48 Indien Nee, duidelijk ziekteverzuim beleid, met verantwoordelijkheden bij de leidinggevende en de afd. HR er is niet echt iemand aangewezen, maar valt (nu nog) onder HR. Er zal binnekort een KAM coordinator aangenomen worden klein bedrijf (4x) omdat wij een kantoor zijn en de bedrijfsgezondheid goed is
Wat is de functieomschrijving van diegene die de vragenlijst invult? N = 43 1
adm.medewerker
1
adviseur personeelszaken
1
Boekhouder
1
BUHSE Officier
1 19
Coating, kantoor medewerking HR/QHSE
7
Directie
1
Financieel Directeur
1
KVGM coordinator
1
Kwaliteit, Veiligheid, Gezondheid en milieu coördinator
1
Maetis
1
Manager KAM/PZ
2
Office manager
3
preventiemedewerker
2
VG functionaris
Bent u aangesloten bij een arbodienst? N = 57 (twee keer is “Nee” geantwoord) 17
365 Arboned
1
A&P Arbo BV
5
Achmea Vitale
1
Arbo anders
8
Arbo Unie
1
Arbodienst ???
1
arbodienst interpolis
1
ArboDuo
1
Argo Advies
2
Bedrijfsarts ????
1
BGZ
1
Blink Advies-Breda
1
Care Group, arbodienst met landelijke dekkning
2
de Goudse
1
Eings Capital
46/ 52
1
HCC
1
HIBIN Zorg
3
Maetis Ardyn
1
MK Basics
1
Shell Health Arbodienst
1
Smart work
1
Ttif company
1
van Gansewinkel Arbozorg
1
ZBA
Heeft uw bedrijf een bedrijfsarts? N = 59 8
Nee
48
Ja
een bedrijfsarts bij de arbodienst
2
Ja
een zelfstandige bedrijfsarts
1
Ja
overig ….……………………
Bent u aangesloten bij een gecertificeerde arbodeskundige? N = 59 15 5 39
Nee Ja, een interne medewerker is gecertificeerd Ja, we maken gebruik van een extern gecertificeerde deskundige
Heeft uw bedrijf een andere regeling om adviezen in te winnen over het verbeteren van arbeidsomstandigheden of voor de begeleiding van zieke werknemers? N = 56 35
Nee
21
Ja
Opmerking: bij ja werd veelal toch de arbodienst genoemd. Andere regelingen die genoemd werden zijn: 2
afhankelijk van onderwerp worden derden ingehuurd
1
Beter van Werkgevers en werknemers partijen en eigen Arbocommissie
2
Branchegericht via 5x beter
Zijn er binnen uw bedrijf opgeleide bedrijfhulpverleners (BHV’ers) aanwezig? N = 61 3 58
Nee Ja
Zijn de bedrijfhulpverleners voldoende op de hoogte van de gevaren voor de werknemers binnen uw bedrijf? N = 59 Gemiddelde score van 8,3 op een schaal van 0 – 10. Zijn er binnen uw bedrijf opgeleide EHBO’ers aanwezig? N = 59 13
Nee
46
Ja
Heeft uw bedrijf een evacuatieplan of rampenplan? N = 60 10
Nee
50
Ja
47/ 52
Indien ja, hoe vaak wordt dit geoefend? 9
Niet
15
2x per jaar (of vaker)
21
1x per jaar
3
1x per 2 jaar
2
Anders (afstemming lokale brandweer, wordt alleen jaarlijks besproken)
Vindt u dat de medische (opvang)zorg binnen uw bedrijf voldoende is bij incidenten in uw bedrijf? N = 59 0
zeer onvoldoende
0
Onvoldoende
8
Neutraal
45 6
Voldoende zeer voldoende
Opmerkingen: Bedrijfsnoodplan, incl. Brandpreventieplan BHV en EHBO'rs zijn goed opgeleid, ambulance is in geval van nood snel ter plaatse contract met HA.post in Klundert De mens is het belangrijkste in ons bedrijf eerste opvang door BHV is geregeld. Van belang is wel beschikbaarheid HA-post Klundert/Ziekenhuis goede kwaliteit van optreden BHV In voorkomende gevallen wordt de HA-prakt. De Eendracht ingeschakeld. Spoedtelefoonr is bij chef en medewerkers bekend. int.arbodienst/verbandkamer is nog nooit voorgekomen, dus geen ervaring mee Na EHBO gebruik van dokterspost in Moerdijk. Er zijn weinig incidenten binne onze organisatie daarom voldoende voor bedrijfsarts op locatie zijn we te klein werken continue aan evt. verbetering werken continue aan evt. verbeteringen Wij beschikken over voldoende BHV'ers en gebruiken HApost Klundert. Zeg mij maar hoe het beter moet. Moeten we een verpleger of dokter in dienst nemen??
Vindt u dat de medische zorg in uw bedrijf voldoende is bij incidenten buiten uw bedrijf? N = 60 3
zeer onvoldoende
9
Onvoldoende
21
Neutraal
24
Voldoende
3
zeer voldoende
Opmerkingen: 112 wordt gebeld bij event. incidenten kunnen DIBEC en Arbo adviseren over te nemen maatregelen capaciteit en specialistische kennis vd risico's op het bedrijventerrein zijn onvoldoende Chemiepack??? Er is zoveel chemie op het bedrijventerrrein dat we hier niet op voorbereid kunnen zijn. Moeilijk in te schatten wat medische zorg binnen het bedrijf hieraan kan toevoegen
48/ 52
Moeilijk te beoordelen, hangt af van de calamiteit. Toestanden als bij Chemiepak kan door grotere verantwoordelijkheid van het bedrijf zelf een betere controle daarop, zoals een aantal jaren geleden is voorgesteld nauwelijks voorkomen. Alert blijven is ee niet iedereen kent de risico's van de omliggende bedrijven niet ingericht voor specialistische medische hulp Onbekende risico's van andere bedrijven samenwerking facilities en BHV opgenomen in Bedrijfsnoodplan weet niet wat we moeten doen indien gevaarlijke stoffen van derden vrijkomen Zal moeizaam verlopen omdat de herkomst en aard van de stoffen niet gelijk bekend is en het enige tijd duurt voordat er vanuit beheerders gecoordineerde mededelingen komen. zie antwoord vorige vraag Zie ramp Chemie Pak
Vindt u dat de bedrijfsgezondheidszorg bij incidenten verbeterd moet worden? N = 56 27
Nee
14
Ja, alleen bij incidenten buiten mijn bedrijf
1
Ja, alleen bij incidenten binnen mijn bedrijf
14
Ja, zowel bij incidenten binnen mijn bedrijf als bij andere bedrijven.
suggesties: Bekend zijn wie waar/wanneer werkt met welke risico's, hetgeen gecommuniceerd moet worden betere communicatie via HMCC (Havenschap Moerdijk Communicatie Centre) betere informatievoorziening Centraal regelen via bv Havenschap Centrale ambulance/brandweer, post op Moerdijk Centrale post voor Brandweer en Medische hulp Dat de hulpdiensten meer bekend moeten zijn met de specifieke risico's per bedrijf, bv een gezamenlijke rampenoefening geen mening gespecialiseerde noodhulppost op industrieterrein ik vind het bizar dat we aan de plaatselijke dokterspraktijk moeten betalen om langs te mogen komen als er een incident is. Blijkbaar gaat geld boven menselijk welzijn. jaarlijks overleg op niveau van Industrieterrein Moerdijk - uitwisselen ervaringen medische post op industrieterrein Moerdijk meer training voorlichting van bv industrieterrein Moerdijk zou wenselijk zijn meer voorlichting meer afspraken onderling Ook inruimingsplan ivm structurele/periodieke voorlichting aan medewerkers met betrekking tot risico's ivm blootstelling aan gevaarlijke stoffen opnemen in periodieke scholing Thans werden er direct waarschuwingen gegevens via het Havenschap, waar wij als bedrijf adequaat op in kunnen springen Voorlichting Wat mij is opgevallen in de afhandeling van de brand, dat de bedrijven niet weten waar ze moeten zijn met vragen etc.
Bent u bekend met het Port Health Centre in Rotterdam? N = 59 42
Nee
11
Ja, ik heb er van gehoord
6
Ja, ik weet wat het inhoudt
49/ 52
Heeft uw bedrijf belangstelling in een centraal georganiseerd (bedrijfs)gezondheidscentrum op het bedrijventerrein Moerdijk? N = 60 13
Nee, wij willen / kunnen deze taak in eigen beheer houden
23
Ja, maar alleen in geval van incidenten (brand, explosie, vrijkomen van chemische stoffen, processtoring etc) bij andere bedrijven, die een impact hebben op de werknemers van eigen bedrijf
14
Ja, maar alleen bij incidenten zowel in mijn bedrijf als bij andere bedrijven
10
Ja, zowel bij incidenten als ook voor de algemene bedrijfsgezondheidszorg (denk aan ziekteverzuimbegeleiding etc).
Bezwaren tegen een centraal gezondheidscentrum Ambulancedienst heeft diverse posten verspreid in de regio Brabant. Wij willen voor de alg.bedrijfsgezhzorg een eenduidig bedrijfsbeleid hanteren voor alle vestigingen van onze organisatie centraal geregeld Een te kleine organisatie om dit bij te houden en te bekostigen Ieder bedrijf is verantwoordelijk voor eigen veiligheid, gezondheid, welzijn alsmede Milieu en arbeidsomstandigheden Let op wel vrije keuze arbodienst behouden tevreden en hebben een uitstekende bedrijfsarts we zijn zeer tevreden over de huidige aanbieder wij stellen prijs op het behouden van onze interne arbodienst Wordt toch enkel en alleen gebruikt door grote bedrijven met veel werknemers
Welke zaken zou u ondergebracht willen zien in dit centrum? N = 59 40
Ongevallenzorg
23
Huisartsenzorg
17
Keuringen van personeel
7
Vaccinaties en reisadvies voor medewerkers
11
Integrale Arbo- en Milieuzorg
15
Arbodienst
17
Bedrijfsartsen
23
Milieudienst
33
Brandweer
28
Preventie informatievoorziening
20
Preventie opleidingen
6
Anders
Anders namelijk: Ambulancedienst Benchmark gezondheid per bedrijf/bedrijfstak einddoel is natuurlijk dat de bedrijven de brandweer gaan betalen. Dit kan ook anders gebracht worden. preventief medisch onderzoek. Rol van Vertrouwenspersoon specialist op gebied van arbeidshygienische thema's
Welke factoren bepalen of u hier aan zou willen deelnemen? N = 59 45
Financiën
21
Deelname van andere bedrijven
20
In hoeverre ons bedrijf maatwerk kan afnemen.
50/ 52
21
24-uurs bereikbaarheid
33
Garantie van kwaliteit
7
Andere niet genoemde factoren
Andere niet genoemde factoren De mate waarin Synergie gerealiseerd, de gunstige prijs prestatie verhouding tov de reguliere arbodienst In hoeverre dit onze huidige situatie aanvult Kuehne+Nagel regelt dit centraal voor alle vestigingen binnen Nederland mogelijk inhuur van deskundigheid op het gebied van voorlichting/instructie personeel mbt gevaarlijke stoffen te kleine organisatie welke arbodienst
Mochten wij naar aanleiding van dit onderwerp nog vragen hebben, kunnen wij dan contact met u opnemen? N = 61 16
Nee
45
Ja
51/ 52
Bijlage 3
Referenties
Hoofdstuk 3. Resultaten Publicaties Leidraad CBRN, handreiking, oefenplan en OTO methodiek, ZONMW augustus 2009 Samenvatting WVr-WPG-Kwaliteitswet-BIG-WTZi, O.Meulenberg, GHOR MWB, interne notitie, maart 2011 Websites www.zonmw.nl/rampenopvang www.arboportaal.nl www.bmdadviesoost.nl www.cepa.be www.cepa.be/htm/index_medimar.htm www.rotterdam.nl/voorziening:directie_veiligheid_gemeentelijke_diensten www.dcmr.nl www.chemelot.nl www.havenvanantwerpen.be www.rodekruisantwerpenhaven.be/HTML/FLASHSITE.htm www.brandweervlaanderen.be/Home/Nieuws.aspx?id=73 www.hafen-hamburg.de/content/medizinische-versorgung www.lml.rivm.nl/data/extra-stations/actueel.html www.ipo.nl
Hoofdstuk 4. Conclusie en Advies Publicaties McInerney JE, Richter A. Strengthening hospital preparedness for chemical, biological, radiological, nuclear, and explosive events: Clinicians’opinions regarding physician/physician assistant response and training. American Journal of Disaster Medicine, Vol. 6, No 2, March/April 2011 High EH, Lovelace KA et al. Promoting community preparedness: lessons learned from the implementation of a chemical disaster tabletop exercise. Health Promot Pract. 2010 May;11(3):310-19. Epub 2008 Dec 30. Websites www.slideshare.net/Hemmelhoes/waarde-en-waarheid-van-sociale-media-incrisistijd www.nivel.nl/projecten/detail.aspx www.nibhv.nl/BHV/wettelijke-verplichtingen.html www.nibhv.nl/BHV/zelfredzaamheid.html www.defensie.nl ECEM, www.environmentalmedicine.nl/bedrijfsbeschrijving.htm www.stichtingveiligehaven.nl www.traumacentrumbrabant.nl/cms/publish/content/downloaddocument.asp?doc ument_id=1121 www.uitvoeringmetambitie.nl/bestanden/interviewMans.juni2011.pdf www.slideshare.net/xa4criel/unified-emergency-management-paper
52/ 52