MONITORINGRAPPORT 2012 HAVEN- EN INDUSTRIETERREIN MOERDIJK
INHOUDSOPGAVE VOORWOORD ...................................................................................................................... 3 SAMENVATTING .................................................................................................................. 4 1. INLEIDING ................................................................................................................... 5 2. ALGEMENE GEGEVENS BEDRIJVENTERREIN ............................................................. 6 3. ENERGIE .................................................................................................................... 12 4. LUCHT........................................................................................................................ 15 5. WATER....................................................................................................................... 18 6. AFVAL ........................................................................................................................ 21 7. GELUID ...................................................................................................................... 23 8. HINDER ...................................................................................................................... 25 9. NATUUR..................................................................................................................... 28 BIJLAGE 1: OVERZICHT GEGEVENSVERZAMELING .............................................................. BIJLAGE 2: AFKORTINGEN ..................................................................................................... BIJLAGE 3: SAMENSTELLING WERKGROEP MONITORING ...................................................
VOORWOORD Bij het verzoek om een voorwoord te schrijven voor het monitoringrapport 2012 komt ongemerkt de vraag op: waar doen we het voor? Wat is de betekenis van milieumonitoring voor onze bedrijven, maar zeker ook voor onze omgeving? Het antwoord moet zijn: het monitoringrapport geeft inzicht in de ontwikkelingen van het haven- en industrieterrein Moerdijk en, niet onbelangrijk, de effecten die deze activiteiten hebben op de kwaliteit van onze leef- en werkomgeving. Een haven- en industrieterrein is geen statisch geheel. Doorlopend worden door de gevestigde bedrijven de bedrijfsactiviteiten heroverwogen, er worden besluiten genomen tot verandering of uitbreiding van activiteiten en investeringen gedaan om bedrijfsdoelstellingen te kunnen realiseren. De impact van deze ontwikkelingen op de omgeving is daarbij op alle niveaus in de onderneming een steeds belangrijker aandachtspunt geworden. Bedrijven worden door omgeving en overheid steeds verder uitgedaagd om dat op een schone en veilige manier te doen. Ze zoeken echter zelf ook meer en meer naar mogelijkheden om de bedrijfsprocessen te verduurzamen en naar rendabele oplossingen om de milieudruk nog verder terug te dringen. Het monitoringrapport 2012 verschaft u een goed en gedegen beeld van de ontwikkelingen en de inspanningen van het Moerdijkse bedrijfsleven in het afgelopen jaar. Binnen de werkgroep monitoring, waarin naast bedrijfsleven ook overheden en havenschap participeren, is dit jaar de duidelijke keuze gemaakt om weer terug te gaan naar de essentie van milieumonitoring, dat wil zeggen: een heldere rapportage over de milieuaspecten energie, lucht, water, geluid, afval en natuur. Op alle gebieden lopen projecten die een verdere verbetering voorstaan en waar aansprekende resultaten te melden zijn. Diverse werkgroepen zijn binnen de DVM-structuur actief om zowel voor individuele bedrijven als voor het haven- en industrieterrein als geheel de mogelijkheden voor verdere verduurzaming in kaart te brengen. Ik begon dit voorwoord met de vraag wat de betekenis is van milieumonitoring voor bedrijven en omgeving. Ik ben ervan overtuigd dat de betekenis dieper gaat dan alleen het registreren van getallen en ontwikkelingen. Het verschaft bijzondere informatie over de dynamiek van het Moerdijkse bedrijfsleven, over de kansen die er liggen en de kansen die opgepakt zijn. Het is iets om trots op te zijn dat bedrijfsleven en overheid ieder jaar samen de moeite nemen om dat op papier te zetten. Niet alleen om zich op een heldere manier te verantwoorden naar de omgeving, maar zeker ook om te blijven zoeken naar kansen in de toekomst.
Jan Peters Voormalig Voorzitter Bedrijvenkring Industrieterrein Moerdijk Voorzitter Stuurgroep Duurzame Verbindingen Moerdijk
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
3
SAMENVATTING Een industrieterrein als het haven- en industrieterrein Moerdijk legt uiteraard een druk op het milieu. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door de grootte van het terrein, maar vooral de soort bedrijven die hier gevestigd zijn, speelt hierin een belangrijke rol. De concentratie van de bedrijvigheid levert echter ook enorm veel duurzaamheidskansen op. Overheid en bedrijfsleven brengen gezamenlijk al voor de veertiende keer het monitoringrapport uit. Dit monitoringrapport 2012 geeft: input voor de verschillende duurzaamheidsprojecten op het haven- en industrieterrein; voorlichting aan belanghebbenden over de milieubelasting van het terrein; informatie over de resultaten van de reeds uitgevoerde duurzaamheidsprojecten; duidelijkheid over de kansen die er nog liggen voor verdere verduurzaming. De gegevens waarop het monitoringrapport is gebaseerd, worden geleverd door diverse overheden en door de bedrijven die de grootste invloed hebben op de milieueffecten. Naast een algemeen deel over de ontwikkelingen op haven- en industrieterrein Moerdijk, wordt in afzonderlijke hoofdstukken ingezoomd op de thema’s energie, lucht, water, afval, geluid, hinder en natuur. Het thema veiligheid valt niet meer onder de scope van monitoring, omdat dit geen milieuthema is. De meeste kansen voor het haven- en industrieterrein Moerdijk liggen bij energiebesparing en het inzetten van duurzame energiebronnen. Een voorbeeld hiervan is het in 2012 uitgebreide EnergyWeb Moerdijk, dat door middel van een ringleiding zorgt voor uitwisseling van warmte. Naast uitwisseling van warmte aan de Appelweg wordt er nu ook aan de Westelijke Randweg restwarmte gebruikt. Inmiddels is er ook onderzoek verricht naar de mogelijkheid voor een derde aansluiting op het Energy Web, gelegen aan de Middenweg. Ook is in het monitoringrapport aandacht besteed aan de inspanningen die worden gedaan op gebied van natuurbehoud. Enerzijds heeft dit te maken met de twee natuurgebieden Biesbosch en Hollandsch Diep, waardoor intensivering of uitbreiding van bedrijfsactiviteiten niet mag plaatsvinden zonder de invloed op de natuur te toetsen. De dieren en planten die in of op de directe omgeving van het terrein leven en groeien, worden beschermd. Hiervoor wordt een natuurmanagementplan opgesteld, met als doel de bedrijvigheid en de kwaliteit van de natuur op en rondom het terrein in samenhang met elkaar te ontwikkelen. In het monitoringrapport is uiteraard ook een analyse opgenomen over de meldingen met betrekking tot overlast. Het aantal meldingen is ten opzichte van voorgaande jaren gestegen. De reden van deze stijging is niet geheel te achterhalen: mogelijk is de drempel om overlast te melden lager geworden. Tevens zijn er verschillende klachtengolven waargenomen en zijn er klachten ingediend over een aantal bedrijven die anders niet of nauwelijks hinder veroorzaken. In 57% van de klachten kon de oorzaak of de veroorzaker opgespoord worden. Zowel overheden als bedrijven zetten zich in om met name de geuroverlast verder aan banden te leggen. Het aanleggen van een net van ‘elektronische neuzen’ is hierin een belangrijk hulpmiddel.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
4
1. INLEIDING De provincie Noord-Brabant, gemeente Moerdijk, Bedrijvenkring Industrieterrein Moerdijk (BIM), Rijkswaterstaat Zuid-Holland, Waterschap Brabantse Delta en het Havenschap Moerdijk zijn vertegenwoordigd in de stuurgroep Duurzame Verbindingen Moerdijk (hierna DVM genoemd). Deze partijen streven gezamenlijk naar een toonaangevend duurzaam haven- en industrieterrein Moerdijk. Vanuit die intentie is het meerjarenprogramma Duurzame Verbindingen Moerdijk opgesteld. Hierin staan de gezamenlijke ambities van de partijen op het gebied van duurzaamheid voor de komende jaren. Als onderdeel van DVM is een werkgroep monitoring actief, waarin naast de partijen uit de stuurgroep ook Brabant Water en BMD-Advies Zuid-Nederland (als uitvoerder en coördinator van het project) vertegenwoordigd zijn. De werkgroep monitoring verzamelt jaarlijks gegevens over de milieuaspecten, interpreteert en rapporteert deze. Het monitoringrapport wordt gebruikt om: input te geven aan de verschillende duurzaamheidsprojecten die op het Havenen Industrieterrein Moerdijk worden uitgevoerd; voorlichting te geven over de milieubelasting van het haven- en industrieterrein aan derden en belanghebbenden; informatie te verstrekken over de resultaten van de uitgevoerde duurzaamheidsprojecten op het haven- en industrieterrein; inzichtelijk te maken waar kansen liggen voor verdere verduurzaming op het haven- en industrieterrein. Voor het monitoringrapport haven- en industrieterrein Moerdijk worden jaarlijks gegevens verzameld bij diverse (overheids)instanties en de 18 meest milieurelevante bedrijven. Dit zijn de bedrijven die verplicht zijn een elektronisch milieujaarverslag op te stellen (verder e-mjv bedrijven genoemd). Uit onderzoek is gebleken dat deze bedrijven verantwoordelijk zijn voor 80 à 90% van de milieuparameters lucht, water en energie. Een overzicht van welke partijen welke gegevens hebben aangeleverd en van de bedrijven waarvan de gegevens gebruikt zijn voor het monitoringonderzoek is opgenomen in bijlage 1. In hoofdstuk 2 wordt een beeld van haven- en industrieterrein Moerdijk geschetst door middel van algemene gegevens. In de daarop volgende hoofdstukken worden de gegevens voor het jaar 2012 gepresenteerd over achtereenvolgens de onderwerpen energie, lucht, water, afval, geluid, hinder en natuur.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
5
2. ALGEMENE GEGEVENS BEDRIJVENTERREIN 2.1 Omschrijving haven- en industrieterrein Moerdijk Haven- en industrieterrein Moerdijk is strategisch gelegen aan het Hollandsch Diep in de Rijn-Schelde Delta tussen de wereldhavens van Rotterdam en Antwerpen. Het is de vierde zeehaven van Nederland en ligt het meest landinwaarts. De totale oppervlakte van het beheergebied van Havenschap Moerdijk beslaat circa 2.400 hectare waarvan meer dan 1.200 hectare bestemd is voor bedrijfshuisvesting. De overige ruimte wordt gebruikt voor havens en infrastructuur. Eind 2012 was er op haven- en industrieterrein Moerdijk nog circa 137 hectare grond uitgeefbaar. Het haven- en industrieterrein is verdeeld in zes deelgebieden: Seaport: in Seaport Moerdijk bevinden zich bedrijven met watergebonden bedrijfsactiviteiten, zoals op- en overslag van goederen; EcoPark: hier zijn bedrijven actief in milieu- en energietechnologie. Tevens zijn er bedrijven gevestigd die reststoffen recyclen; IndustrialPark: het IndustrialPark is het grootste deelgebied van het bedrijventerrein. Hier zijn chemische en industriële bedrijven gelegen; TradePark: in het TradePark zijn handelsondernemingen en logistieke bedrijven samengebracht die waarde toegevoegde diensten leveren; Distriboulevard: hier zijn bedrijven gevestigd die werkzaam zijn in transport, distributie en handel; ServicePoint: in het ServicePoint zijn verschillende bedrijven en organisaties gevestigd (waaronder bijvoorbeeld de Douane, de Marechaussee, het Havenschap Moerdijk en de Beveiligingsdienst), die werkzaamheden ten dienste van het totale haven- en industriegebied uitvoeren. De indeling in gebieden zorgt ervoor dat gelijksoortige bedrijven bij elkaar gevestigd worden (bedrijfsclustering). Bedrijven kunnen daardoor optimaal gebruik maken van elkaars aanwezigheid.
Uitreiking PERS-certificaat
Haven- en industrieterrein Moerdijk is een ’groene’ haven, waar veel aandacht is voor duurzaamheid en milieu. Omdat door de diverse projecten (zie ook hoofdstuk 3 t/m 9), de duurzaamheid- en milieuprestaties op het haven- en industrieterrein steeds verbeteren, heeft het Havenschap Moerdijk in 2012 het EcoPorts PERS Certificaat van de European Sea Ports Organisation ontvangen. Met dit PERScertificaat (Port Environmental Review System) geeft de haven van Moerdijk aan dat ze aan diverse eisen voldoet op het gebied van duurzame ontwikkeling en milieubescherming. Het certificaat is geldig voor een periode van twee jaar.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
6
2.2 Gevestigde bedrijven en werkgelegenheid Op het haven- en industrieterrein Moerdijk waren in 2012 ruim 400 bedrijven gevestigd. In figuur 1 wordt inzichtelijk gemaakt welke bedrijfstakken deze bedrijven vertegenwoordigen.
Figuur 1: Verdeling gevestigde bedrijven naar bedrijfstak
Wanneer nieuwe bedrijven zich willen vestigen op haven- en industrieterrein Moerdijk dienen zij een aanvraag in bij de Commissie Vestiging. Deze commissie bestaat uit vertegenwoordigers van Havenschap Moerdijk, gemeente Moerdijk, provincie Noord-Brabant, brandweer Midden- en West- Brabant, Waterschap Brabantse Delta en Rijkswaterstaat Zuid-Holland. Sinds oktober 2011 wordt met behulp van een speciale checklist beoordeeld waar bij nieuwe vestigingen kansen liggen voor verduurzaming van haven- en industrieterrein Moerdijk. Op deze manier kan bijvoorbeeld inzichtelijk gemaakt worden of reststoffen van een nieuw te vestigen bedrijf kunnen worden ingezet als grondstof van een reeds op het havenen industrieterrein gevestigd bedrijf of andersom. Tussen oktober 2011 en oktober 2013 zijn in totaal 14 adviesaanvragen behandeld door de Commissie Vestiging. Bij negen van deze aanvragen werd de checklist “Kansen voor duurzaamheid” ingevuld. In acht van de negen ingevulde checklists werden door de betreffende bedrijven duurzaamheidskansen aangegeven. Hiermee is deze checklist een goed instrument gebleken voor de betreffende bedrijven en de betrokken overheden om in een vroegtijdig stadium duurzaamheid in de plannen te verwerken. Op 11 van de 14 ingediende adviesaanvragen is positief vestigingsadvies uitgebracht door de Commissie Vestiging, op twee adviesaanvragen is negatief vestigingsadvies uitgebracht en één aanvraag is nog niet afgehandeld. Negen bedrijven hebben zich na het positieve vestigingsadvies gevestigd of gaan zich vestigen op het haven- en industrieterrein Moerdijk.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
7
Conform het bestemmingsplan mag op haven- en industrieterrein Moerdijk zwaardere industrie gevestigd worden. Daarom zijn op het haven- en industrieterrein diverse chemische bedrijven gevestigd. Een aantal van deze chemische bedrijven werkt met grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen en vallen onder de werking van het Besluit Risico's Zware Ongevallen 1999 (BRZO). De BRZO stelt eisen aan de bedrijven om ongevallen met deze gevaarlijke stoffen te voorkomen. De ligging van de BRZObedrijven is opgenomen in figuur 2.
E. Smal, d.d. 15-11-2013
Figuur 2: Situatieschets haven- en industrieterrein Moerdijk, inclusief ligging BRZO-bedrijven
Bij de op het haven- en industrieterrein Moerdijk gevestigde bedrijven, waren in 2012 8.678 mensen werkzaam. Daarnaast bood het haven- en industrieterrein in 2012 indirecte werkgelegenheid aan 8.321 mensen. Bij indirecte werkgelegenheid wordt er gekeken naar de bedrijven die goederen, producten en diensten leveren aan de op het haventerrein gevestigde bedrijven. 2.3 Logistiek Haven- en industrieterrein Moerdijk is bereikbaar via scheepvaart, spoor, het wegennet en een buisleidingenstraat.
Scheepvaart
In de haven van Moerdijk komen zowel zee- als binnenvaartschepen. In 2012 is de haven bezocht door 1.973 zeevaartschepen en 12.723 binnenvaartschepen. De totale goederenoverslag van deze schepen bedraagt 20.291.000 ton. In figuur 3 is de verdeling van de goederensoort van de zee- en scheepvaart opgenomen.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
8
Figuur 3: Verdeling omvang (gewicht) goederensoort zee- en scheepvaart1
Spoor
In 2012 zijn er 21.143 wagons ingezet om 677.000 ton product te vervoeren naar het haven- en industrieterrein.
Weg
Het vervoer over de weg bestaat enerzijds uit personenauto’s zoals woonwerkverkeer en zakelijk verkeer naar het haven- en industrieterrein Moerdijk. Daarnaast komen er vrachtauto’s het terrein op bijvoorbeeld voor de aanvoer en afvoer van grondstoffen, goederen en afvalstoffen. In tabel 1 is opgenomen hoeveel voertuigen er in 2012 het haven- en industrieterrein zijn opgereden. Tabel 1: Aantal vervoersbewegingen over de weg 2012 Aantallen1 Personenauto’s (<5,6m) 2.737.000 Vrachtwagens 1.159.000 Totaal 3.896.000 1.
In deze tabel zijn, om dubbeltellingen te voorkomen alleen de verkeersbewegingen van voertuigen die het terrein opgaan meegenomen.
Buisleiding
Op het haven- en industrieterrein Moerdijk vindt transport van gassen en vloeistoffen via de buisleiding plaats. Dit transport wordt gecoördineerd door LSNed. De buisleidingstraat verbindt industrieterreinen in Rotterdam, Moerdijk, Vlissingen en Antwerpen met elkaar. De volgende gassen en vloeistoffen worden van of naar Moerdijk door de buisleidingenstraat vervoerd: zuurstof; vloeibaar koolwaterstof; ethyleen; propyleen; aardgas; butaan/butyleen; C5-Pyrolysebenzine; propyleenoxide; ethyleenoxide. 1
Jaarverslag 2012, Havenschap Moerdijk
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
9
2.4 Plannen en beleid Zoals aangegeven in hoofdstuk 1 bundelen in DVM diverse partijen hun krachten om te komen tot een duurzamer haven- en industrieterrein Moerdijk. De gezamenlijke doelstellingen voor de periode 2011-2015 zijn opgenomen in het meerjarenprogramma DVM. In juni 2013 is hierin een focus aangebracht door de stuurgroep DVM. De huidige speerpunten van het DVM-programma zijn: Duurzame koppelingen: het koppelen van reststromen tussen bedrijven. Het gaat hierbij om een nuttig gebruik van de reststoffen van het ene bedrijf door het andere bedrijf. Het uiteindelijke doel is het realiseren van een ringleiding en utility center voor alle koppelingen; Duurzame bedrijfsvoering: het toepassen van duurzame energie en realisatie van innovatieve productieprocessen binnen individuele bedrijven. Het uiteindelijke doel is om duurzame bedrijfsvoering ook leidend te laten zijn bij het aantrekken van nieuwe, hoogwaardige bedrijvigheid; Duurzame inrichting en ontsluiting: het doel is het verminderen van de belasting door vervoer over de weg en optimaal gebruik van de beschikbare modaliteiten, ruimte en faciliteiten. Daarnaast hebben de in DVM deelnemende partijen ook afzonderlijk beleid en plannen opgesteld om de duurzaamheids- en milieuprestaties op het haven- en industrieterrein te verbeteren. Zo maakt haven- en industrieterrein Moerdijk deel uit van de ‘Strategische Visie Moerdijk 2030’ die door de gemeente Moerdijk is opgesteld. De gemeente streeft er naar het haven- en industrieterrein op een efficiënte, duurzame en op een voor de omgeving verantwoorde wijze te gebruiken. De combinatie met de aanwezige infrastructuur moet de gemeente Moerdijk het logistieke knooppunt van Zuidwest-Nederland maken. Bij duurzaamheid wordt een balans gezocht tussen de pijlers maatschappij, leefomgeving en economisch klimaat. Daarnaast heeft de gemeente Moerdijk De ‘Paraplunota Leefomgeving 2012-2030’ opgesteld. Deze nota richt zich op de fysieke leefomgeving en onderscheidt daarin de elementen ondergrond, water, lucht, grondstoffen, natuur en de samenhang daartussen. Voor deze thema’s zijn doelstellingen opgenomen. Havenschap Moerdijk, gemeente Moerdijk en de provincie Noord-Brabant hebben samen het concept “Havenstrategie Moerdijk 2030” opgesteld. Deze blijft niet beperkt tot het havengebied alleen. Het gaat om de adequate balans tussen de haven, de ruimtelijke kwaliteit, de sociale omgeving en de wisselwerking daartussen. Om de activiteiten op haven- en industrieterrein Moerdijk ook in de toekomst mogelijk te maken, wordt vanuit de gemeente al een aantal jaar gewerkt aan een algehele herziening Bestemmingsplan Zeehaven en Industrieterrein. Het doel van het herziene bestemmingsplan is: actuele & eenduidige juridische regeling; kaders bieden voor gewenste ontwikkelingen; inzichtelijk maken van milieueffecten; sterke scheiding milieueffecten & omgeving. Het voorontwerpbestemmingsplan heeft in de periode 31 mei t/m 11 juli 2012 ter inzage gelegen. Er zijn 27 reacties ontvangen. Naar aanleiding daarvan wordt gewerkt aan een ontwerpbestemmingsplan waarin inspraakreacties op het voorontwerp bestemmingsplan en adviezen uit het wettelijk vooroverleg worden meegenomen. Daarnaast wordt de ontwerp-Milieu Effect Rapportage (MER) opgesteld. Zodra het ontwerpbestemmingsplan en het ontwerp MER gereed zijn, worden deze ter inzage gelegd.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
10
Zowel burgers als bedrijven hebben de mogelijkheid om zienswijzen in te dienen op het ontwerpbestemmingsplan en het ontwerp-MER. Na de zienswijzenperiode neemt de gemeenteraad een besluit omtrent vaststelling van het bestemmingsplan inclusief het definitieve MER (naar verwachting begin 2014). Eventueel kan na de vaststelling nog beroep ingesteld worden bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Naar verwachting zal het bestemmingsplan medio 2014 vastgesteld zijn.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
11
3. ENERGIE 3.1 Gegevens en interpretatie In 2012 hebben de e-mjv-bedrijven gezamenlijk 7.457 TJ (Terra Joule) aan elektriciteit en 20.636 TJ aan aardgas ingekocht. Daarnaast gebruiken de bedrijven ook andere brandstoffen zoals diesel en benzine, maar ook bijvoorbeeld afvalstoffen, biomassa en restgassen. Deze worden door een aantal bedrijven op het terrein omgezet naar warmte of elektriciteit. Van de 18 onderzochte bedrijven geven er zes in hun milieujaarverslag aan dat zij zelf energie opwekken. In totaal gaat het om 12.938 TJ. De warmte wordt door de bedrijven zelf gebruikt of doorgeleverd aan andere bedrijven. Nadere informatie is opgenomen in paragraaf 3.2. onder het kopje EnergyWeb. De elektriciteit wordt door de bedrijven zelf gebruikt of geleverd aan het elektriciteitsnet. Een deel van de door de bedrijven opgewekte elektriciteit en warmte is duurzaam. Uit de milieurapportages is niet op te maken welk gedeelte van de energie duurzaam is opgewekt. Uit de Duurzame Energiemonitor West-Brabant 2012, een initiatief van 18 West-Brabantse gemeenten en de Zeeuwse gemeente Tholen, blijkt dat in deze gemeenten gezamenlijk 7,27% van het totale energieverbruik duurzaam opgewekt wordt in de vorm van windenergie, biomassa en/of maatregelen in de bestaande bouw. Haven- en industrieterrein Moerdijk draagt voor circa 12% hieraan bij in de vorm van windenergie en biomassa. 3.2 Projecten en kansen Energiebesparing en het inzetten van duurzame energiebronnen gelden als de belangrijkste kansen voor het haven- en industrieterrein Moerdijk. Daarom lopen er diverse projecten die invloed hebben op het energiegebruik, waarvan het project EnergyWeb het omvangrijkste is.
EnergyWeb
Het Havenschap Moerdijk, Provincie Noord-Brabant, Gemeente Moerdijk en Bedrijvenkring Industrieterrein Moerdijk (BIM) onderzochten gezamenlijk de mogelijkheden om energie/warmte die de lucht wordt ingeblazen nuttig toe te passen. Hieruit ontstond het project EnergyWeb, waarin onderzocht werd of door middel van een ringleiding een optimale uitwisseling van energie/warmte kon plaatsvinden. Inmiddels wordt er tussen de volgende bedrijven op het haven- en industrieterrein warmte of andere stromen uitgewisseld: Shell levert stoom aan Basell Benelux B.V., Attero B.V. en Erca Emery Surfactants B.V. Attero B.V. levert ook weer stoom terug aan Shell. Basell Benelux B.V. levert hun afgassen aan Shell; Attero B.V. levert stoom aan Essent Energie productie B.V. en zij leveren op hun beurt ook weer stoom terug aan Attero B.V.; Dr. W. Kolb B.V. levert stoom aan Bertschi; Bewa levert warmte aan buurbedrijven Drecht Coating Services en Bolsius Grondstoffen. een gedeelte van de CO2-emissie van Shell en SNB wordt via een leiding doorgeleverd aan Omya. Omya gebruikt het CO2 in haar productieproces; De ethyleenoxide die als bijproduct bij Shell ontstaat, worden door Erca Emery Surfactants B.V. en Dr. W. Kolb ingezet als grondstof. Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
12
Inmiddels is ook de casestudie voor de locatie Middenweg uitgewerkt. Hier zijn goede perspectieven om een stoomleiding te realiseren tussen Ardagh Glass Moerdijk, Stolthaven Moerdijk B.V., GCA Nederland en Frans de Wit International B.V. Op termijn kan ook het bedrijf Conline aangesloten worden.
EnergyWeb XL
Naast het project EnergyWeb, bestaat het project EnergyWeb XL. Onderzocht wordt of warmte en/of CO2 geleverd kan worden aan locaties buiten het haven- en industrieterrein. Zo is voor het nog te realiseren Logistiek Park Moerdijk onderzocht hoe tot een duurzame energievoorziening gekomen kan worden voor dit terrein. Tevens wordt naar het gebied Spiepolder gekeken. De Spiepolder is een glastuinbouwgebied in de directe omgeving van het haven- en industrieterrein Moerdijk. Dit glastuinbouwgebied wordt de komende 10 jaar bijna verdrievoudigd. In het project Spiepolder wordt gekeken naar de mogelijkheden om de glastuinbouw te voorzien van de van het haven- en industriegebied Moerdijk afkomstige warmte en CO2.
Windenergie
Binnen de gemeente Moerdijk wordt op diverse plaatsen windenergie opgewekt. Op haven- en industrieterrein Moerdijk staan een drietal windmolens, namelijk twee aan de Middenweg en één op het TradePark. De totale capaciteit van de drie windmolens bedraagt ruim 2 MW (MegaWatt). Naar verwachting wordt het aantal windmolens op het haven- en industrieterrein verder uitgebreid naar een windpark met zeven tot acht windturbines die tezamen energie kunnen opwekken voor 14.000-17.000 huishoudens.
Windturbine
Het draagvlak voor de toepassing van duurzame energie is groot bij de inwoners van de gemeente Moerdijk. Bij de aanwijzing van locaties voor windturbines en de daadwerkelijke realisatie van projecten is de weerstand bij direct omwonenden echter groot. Belangrijke reden hiervan is dat de omwonenden in de regel uitsluitend geconfronteerd worden met de nadelen en niet profiteren van de voordelen. Dit is anders wanneer bewoners betrokken zijn bij de ontwikkeling van de windenergieprojecten en mee profiteren van de opbrengst hiervan. De behaalde opbrengsten van windturbines worden dan (gedeeltelijk) ingezet voor betaalbare, eigen en duurzame energie of voor andere maatschappelijke doelen, bijvoorbeeld energiebesparing. De gemeente heeft dit uitgangspunt in de nieuwe Notitie Windenergie opgenomen onder de noemer ‘sociale windenergie’.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
13
Het is de bedoeling dat inwoners, ondernemers en gemeente met elkaar gaan samenwerken in een nieuwe organisatievorm. Per project zullen de betrokken partijen afspraken maken over de bijdrage van het project aan lokaal maatschappelijke doelen. Het college ziet lokale burgerinitiatieven hierbij als trekker van dit proces. De gemeente ziet voor haarzelf een kader stellende, toetsende (wettelijke taken) en ondersteunende rol.
LED-verlichting Moerdijk
LED-verlichting is een energiezuinige vorm van verlichting en heeft een lange levensduur. Daarom is op de openbare weg (Energieweg) door Havenschap Moerdijk LED-verlichting als pilot aangebracht. In de toekomst zal ook gekeken worden naar vervanging van bestaande verlichting door LED-verlichting. Op haven- en industrieterrein Moerdijk zijn verschillende bedrijven benoemd als koploper op het gebied van duurzaamheid. Deze koplopers willen ook andere bedrijven stimuleren om duurzaamheid binnen de bedrijfsvoering te integreren. Eén van de bedrijven heeft flink geïnvesteerd in LED-verlichting en wil ook andere bedrijven informeren over de mogelijkheden, voordelen en kosten hiervan.
Biobased West Brabant
Fossiele grondstoffen, zoals olie, vormen nu nog de basis voor nagenoeg alle producten. In een biobased economy worden deze fossiele grondstoffen zo veel mogelijk vervangen door groene grondstoffen. Moerdijk is een belangrijke economische hotspot en heeft veel potentie op biobased gebied. Daarom is haven- en industrieterrein Moerdijk samen met Nieuw Prinsenland en de Green Chemistry Campus aangewezen als biobased toplocatie in het kader van het topsectorenbeleid. Voor een sterke ontwikkeling van biobased economie is het essentieel dat de biobased initiatieven op haven- en industrieterrein Moerdijk (zoals het EnergyWeb en de aanwezigheid van biomassacentrales) aansluiten bij de andere toplocaties. Zo wordt de kennis die opgedaan is op Moerdijk en de andere toplocaties gedeeld. Om de mogelijkheden met betrekking tot biobased initiatieven op haven- en industrieterrein Moerdijk verder te onderzoeken, is in 2013 gestart met het opstellen van een inventarisatie van de bedrijven die de biobased regio kunnen en willen versterken. Na het uitvoeren van de inventarisatie zullen biobased projecten benoemd worden die clusters van bedrijven gaan uitvoeren. Het is daarbij de bedoeling dat zowel Moerdijkse bedrijven als bedrijven uit andere delen van de regio daaraan deelnemen.
Zonne-energie
Voor het nog te realiseren Logistiek Park Moerdijk worden de mogelijkheden bekeken voor het toepassen van zonnepanelen. Dit zou ook voor andere delen op het havenen industrieterrein Moerdijk onderzocht kunnen worden. Verwacht wordt dat dit alleen voor de kleinere bedrijven interessant is, omdat zij een hogere energieprijs betalen dan de grote bedrijven.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
14
4. LUCHT 4.1 Gegevens en interpretatie De bedrijven op haven- en industrieterrein Moerdijk emitteren diverse stoffen naar de lucht. De grote bedrijven rapporteren over de emissies in hun milieujaarverslag. In de figuren 4 en 5 zijn de luchtemissies van deze bedrijven voor de periode 2008 tot en met 2012 weergegeven.
Figuur 4: Luchtemissie in kg 2008 t/m 2012
Figuur 5: Luchtemissie in kg 2008 t/m 2012
Luchtverontreiniging
Van alle milieu-invloeden heeft luchtverontreiniging de belangrijkste invloed op de volksgezondheid. De luchtkwaliteit in Nederland is de laatste jaren sterk verbeterd. De drie grootste bronnen van luchtverontreiniging in Nederland zijn in volgorde van bijdrage: verkeer; intensieve veehouderij; industriële bedrijven. Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
15
Voor luchtverontreiniging geldt, dat dit net als klimaatverandering een mondiaal probleem is. Om de bewoners en de natuur te beschermen tegen de negatieve effecten van blootstelling aan verontreinigde stoffen, zijn er op Europees niveau grenswaarden gesteld voor onder meer stikstofdioxide (NO2), benzeen, lood, zwaveldioxide (SO2) en fijn stof. Daarnaast hebben ammoniak (NH3), vluchtige organische stoffen (VOS) en etheen invloed op de luchtkwaliteit. Fijn stof bevat kleine deeltjes die schadelijk zijn voor de gezondheid. Fijn stof draagt net zoals zwaveldioxide, stikstofdioxide en etheen bij aan smog. Daarnaast leidt de uitstoot van zwaveldioxide en stikstofoxide samen met de uitstoot van ammoniak tot verzuring. De bedrijven op haven- en industrieterrein Moerdijk hebben in 2012 ongeveer net zo veel stikstofdioxide (SO2) uitgestoten als in 2011. De uitstoot van fijn stof, NOx (bestaat voor het grootste gedeelte uit NO2), VOS en ammoniak is gedaald naar ongeveer het niveau van 2009. Dit komt door een daling bij de individuele bedrijven. De provincie Noord-Brabant heeft aan het RIVM de opdracht gegeven om gedurende de periode 2008 tot en met 2012 de luchtkwaliteit te meten nabij het haven- en industrieterrein op de concentraties van fijn stof en NO2. Vanaf 2010 wordt ook benzeen gemeten. Deze stoffen hebben de grootste invloed op de gezondheid. Het doel van deze metingen is vast te stellen of wordt voldaan aan de Europese grenswaarden en om vast te stellen wat de bijdrage is van het haven- en industrieterrein aan de omgeving. In tabel 2 zijn de gegevens van 2008 t/m 2011 opgenomen. De gegevens met betrekking tot 2012 waren bij het vaststellen van het rapport nog niet beschikbaar. Tabel 2: Resultaten luchtkwaliteitsonderzoek 2008 t/m 2011 (gegevens 2012 nog niet definitief beschikbaar) Grenswaarde uit Gemiddelde bijdrage Jaar Concentratie de Wet Gemiddelde bijdrage industrieterrein in 3 (µg/m ) Milieubeheer industrieterrein in % (µg/m3) (µg/m3) Fijn stof (PM10) 2008 25.4 2.9 11 2009 23.3 40 0.9 4 2010 25.5 0.3 1 2011 26.2 1.0 4 NO2 2008 28.9 3.7 13 2009 25.2 40 3.3 13 2010 28.0 2.1 7 2011 26.5 3.5 13 Benzeen 2008 2009 2010 1.8 5 0.5 29 2011 1.9 0.7 37
De gemeten jaargemiddelden fijn stof, NO2 en benzeen liggen ruim beneden de gestelde grenswaarden uit de Wet Milieubeheer. Uit de monitoringrapportage van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit 2011 blijkt dat de genoemde concentraties voor fijn stof en NO2 op het gemiddelde niveau voor Nederland liggen. Voor alle stoffen neemt de bijdrage van het haven- en industrieterrein toe ten opzichte van 2010.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
16
Dat kan (deels) verklaard worden door verschillen in de heersende windrichtingen. Ook een hogere uitstoot van de bedrijven van NOx, en fijn stof in 2011 kan een oorzaak zijn. De provincie heeft besloten om ook voor de periode 2013-2018 de luchtkwaliteit op en rondom haven- en industrieterrein Moerdijk te blijven meten.
Klimaatverandering
De uitstoot van koolstofdioxide (CO2) en methaan zijn de belangrijkste veroorzakers van het broeikaseffect. Door het broeikaseffect houdt de atmosfeer de warmte vast, waardoor de temperatuur op aarde stijgt. Deze klimaatveranderingen kunnen schadelijk zijn voor het leven op aarde: voor de natuur en de wereldbevolking. Klimaatverandering is een mondiaal probleem en daarom is er op mondiaal en Europees niveau beleid opgesteld om klimaatverandering tegen te gaan. De CO2-emissie van de bedrijven op haven- en industrieterrein Moerdijk is in 2012 licht gedaald ten opzichte van 2011. Uit onderzoek dat uitgevoerd is in opdracht van de gemeente blijkt dat circa 80% van de CO2-uitstoot in de gemeente Moerdijk afkomstig is van de bedrijven op het haven- en industrieterrein Moerdijk. De uitstoot aan methaan is in 2012 gestegen. Dit komt door een procesverstoring bij één van de bedrijven. 4.2 Projecten en kansen De gemeente Moerdijk heeft als doelstelling om de CO2-uitstoot op haven- en industrieterrein Moerdijk in 2030 met 10% (t.o.v. 2009) te verminderen.2 Op deze manier wil de gemeente een bijdrage leveren aan het behalen van de EUdoelstellingen voor Nederland. De Europese Unie speelt een belangrijke rol in de CO2emissiereductie bij grote bedrijven. Het Europese uitwisselingssysteem van emissierechten voor broeikasgassen heeft als hoofddoel de uitstoot van CO2 te verminderen. Op haven- en industrieterrein Moerdijk zijn vijf bedrijven gevestigd die onder de CO2-emissiehandel vallen. In de periode 2013-2020 wordt de hoeveelheid emissierechten beperkt met 21% vergeleken met 2005. De gemeente Moerdijk verwacht dat hiermee ook de CO2-uitstoot op haven- en industrieterrein Moerdijk zal worden teruggebracht. DVM heeft de afgelopen jaren al flink ingezet op het terugdringen van de CO2-emissie op het haven- en industrieterrein Moerdijk. De aanwezige koppelingen tussen bedrijven leveren een bijdrage aan het terugdringen van CO2. Goede voorbeelden hiervan zijn de levering van CO2 van Shell en SNB aan Omya en de projecten EnergyWeb en Spiepolder zoals omschreven in hoofdstuk 3 energie.
2
Paraplunota Leefomgeving 2012-2030, Gemeente Moerdijk
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
17
5. WATER 5.1 Gegevens en interpretatie In figuur 6 zijn de waterstromen opgenomen zoals die worden ingenomen en worden geloosd door de bedrijven op het haven- en industrieterrein.
Figuur 6: Waterstromen haven- en industrieterrein Moerdijk Tabel 3: Waterinname en waterlozing 2009 t/m 2012 2009 2010 In m3 In m3 Drinkwater 1.160.000 1.314.000 Industriewater 5.250.000 5.560.000 Oppervlaktewater 1.012.811.000 984.133.000 Lozing op riolering 6.032.000 6.095.000 Lozing op oppervlaktewater 1.009.663.000 983.350.000
2011 In m3 1.286.000 5.722.000 982.665.000 5.750.000 982.034.000
2012 In m3 1.171.000 5.697.000 1.018.606.000 6.216.000 1.017.005.0003
Inname
Op haven- en industrieterrein Moerdijk zijn twee soorten leidingwater beschikbaar, namelijk: drinkwater en industriewater. Industriewater is water van een laagwaardigere kwaliteit dan drinkwater en kan gebruikt worden voor bedrijfsprocessen zoals het reinigen of koelen van machines en de bereiding van demiwater. Het industriewater wordt in tegenstelling tot het drinkwater niet gemaakt van grondwater, maar van oppervlaktewater. Dit is mogelijk omdat het industriewater aan minder hoge kwaliteitseisen hoeft te voldoen. Dit sluit aan bij het beleid van de provincie Brabant, om alternatieven te ontwikkelen voor watergebruik dat niet bestemd is voor menselijke consumptie. Op deze manier hoeft minder grondwater gebruikt te worden. Op haven- en industrieterrein Moerdijk bestaat 83% van het ingenomen leidingwater uit het duurzamere industriewater. Dit is 60% van de totale hoeveelheid industrie- en proceswater die door HydroBusiness (onderdeel van Brabant Water N.V.) in Brabant wordt afgezet. Haven- en industrieterrein Moerdijk is hiermee de grootste afnemer van industriewater in Brabant. 3
De verificatie van Rijkswaterstaat m.b.t. de gegevens over koelwaterlozing was bij het ter perse gaan van dit rapport niet beschikbaar.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
18
Momenteel wordt het industriewater afgenomen door tien bedrijven op haven- en industrieterrein Moerdijk. Een aantal bedrijven op het haven- en industrieterrein neemt oppervlaktewater in vanuit het Hollandsch Diep. Deze stroom wordt gebruikt voor koeling. Ook via de inname van grond- en hulpstoffen komt water bij de bedrijven binnen. Omdat niet alle bedrijven over deze wijze van inname rapporteren, is dit verder buiten het monitoringrapport gehouden. Naast de in de figuur 6 genoemde stromen wordt er door de bedrijven ook nog circa 894.000 m3 grondwater opgepompt. Dit water wordt opgepompt in het kader van grondwaterbeheersing, om te voorkomen dat bodemverontreiniging die in het verleden ontstaan is, zich verder kan verspreiden.
Lozing
Er vinden twee soorten lozingen door de bedrijven plaats, namelijk de indirecte lozing van afvalwater op de riolering en de directe lozing van koelwater op het Hollandsch Diep. Het afvalwater dat de bedrijven op de riolering lozen wordt via een persleiding naar de zuivering van waterschap Brabantse Delta in Bath getransporteerd. Hier wordt het water gezuiverd. Vervuiling van afvalwater wordt uitgedrukt in vervuilingseenheden (v.e.). Hoe meer v.e.’s een bedrijf produceert, hoe hoger de te betalen zuiveringsheffing. Het water dat door de bedrijven op haven- en industrieterrein Moerdijk op de riolering is geloosd, bevatte in totaal 84.465 v.e.’s. Het aantal v.e.’s is ten opzichte van 2011 met circa 9% gestegen. Ook voor het geloosde volume is een stijging te zien, namelijk van 8%. Het water dat vanuit het Hollandsch Diep wordt onttrokken om te koelen, wordt ook weer op het Hollandsch Diep geloosd. Het water is door het gebruik voor koeling opgewarmd. De mate waarmee het water opgewarmd is wordt uitgedrukt in megawatt. In 2012 is er door de bedrijven 950 MW4 geloosd. Het regenwater dat valt op het haven- en industrieterrein wordt afgevoerd via het riool, de omliggende sloten en het Hollandsch Diep. Tenslotte gaat water ook via waterdamp, in producten en in zuiveringsslib de bedrijven uit. De omvang van deze stromen is niet bekend, omdat niet alle bedrijven hierover rapporteren. 5.2 Projecten en kansen Er zijn in het verleden diverse projecten uitgevoerd op het haven- en industrieterrein Moerdijk met betrekking tot water. Zowel in 2002 als in 2009 is er onderzoek gedaan naar de optimalisatie van de waterketen op het haven- en industrieterrein Moerdijk. In 2009 is onderzocht of het mogelijk is om het afvalwater van de gevestigde bedrijven op haven- en industrieterrein Moerdijk te zuiveren en het gezuiverde water vervolgens her te gebruiken in plaats van het te lozen op de riolering en het te zuiveren in Bath. Hieruit bleek dat dit technisch mogelijk is, maar destijds financieel niet haalbaar was.
4
De verificatie van Rijkswaterstaat m.b.t. de gegevens over koelwaterlozing was bij het te perse gaan van dit rapport niet beschikbaar.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
19
De afvalwaterpersleiding wordt nu 40 jaar gebruikt. Voordat er opnieuw fors geïnvesteerd wordt om de afvalwaterpersleiding in stand te houden, wordt het systeem (opnieuw) getoetst aan de eisen van deze tijd. Deze studie ‘Toekomstvisie AWP/Bath’, wordt sinds juli 2013 uitgevoerd door Waterschap Brabantse Delta in samenwerking met de belangrijkste stakeholders uit de omgeving. Doel hiervan is het ontwikkelen van een gezamenlijke en gedragen toekomstvisie. Naar verwachting is deze strategische visie eind 2013 geformuleerd. In 2013 gaat de DVM werkgroep water inventariseren welke concrete gezamenlijke problemen of kansen er spelen of op ons afkomen op het gebied van water. Dit alles met als doel om in 2014 en 2015 mogelijk één of enkele van deze problemen/kansen gezamenlijk op te pakken. Mogelijke onderwerpen zijn: het effect van de diverse koelwaterlozingen in verband met de beperkte warmtecapaciteit van het Hollandsch Diep; duurzaam terreinbeheer zodat geen chemische bestrijdingsmiddelen in het oppervlaktewater geraken; foutieve aansluitingen op rioleringen voor de gedeeltes van het industrieterrein waarvoor dit nog niet is opgepakt; afwegingskader uitwerken voor industriële bedrijven wanneer afkoppelen van deelwaterstromen (lozingen) van riolering naar het oppervlaktewater; het gebruik van industriewater in plaats van drinkwater bevorderen op industrieterrein. Wat betreft het punt over het gebruik van industriewater, blijven de accountmanagers van Brabant Water in gesprek met de bedrijven die veel water gebruiken. Samen met deze bedrijven wordt de mogelijkheid bekeken om industriewater te gebruiken. De overgang naar industriewater is echter niet altijd haalbaar, omdat er dan wijzigingen moeten plaatsvinden in processen en installaties. Aanbevolen wordt om reeds in het vestigingstraject, bijvoorbeeld bij het uitgeven van het nieuwe terreinen, de mogelijkheden voor het toepassen van industriewater te bespreken, zodat daar bij het ontwerp van de nieuwe bedrijven en de aanleg van infrastructuur rekening mee kan worden gehouden. Het onderwerp industriewater zou daarvoor opgenomen kunnen worden in het aanvraagformulier voor de Commissie vestiging.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
20
6. AFVAL 6.1 Gegevens en interpretatie De bedrijven die een milieujaarverslag maken, rapporteren ook over de afvoer en verwerking van afvalstoffen. In tabel 4 zijn de hoeveelheid afgevoerde afvalstoffen van de e-mjv bedrijven opgenomen voor de jaren 2009 tot en met 2012. Tabel 4: Afgevoerd afval 2009 t/m 2012 Afval 2009 In ton Niet gevaarlijk afval 741.000 Gevaarlijk afval 421.000 Totaal 1.162.000
2010 In ton 1.488.000 344.500 1.832.000
2011 In ton 1.187.000 393.000 1.580.000
2012 In ton 1.182.000 490.000 1.672.000
In figuur 7 worden de verwerkingsmethoden van de afgevoerde afvalstoffen van de e-mjv bedrijven in 2012 weergegeven. Net als voorgaande jaren wordt het grootste gedeelte van de afgevoerde afvalstoffen hergebruikt, namelijk 81%. 14% van de afgevoerde afvalstoffen wordt ingezet voor het opwekken van energie (inzet brandstof en verbranden). Slechts 5% wordt gestort.
2%
12%
Hergebruik/nuttige toepassing
5%
Inzet brandstof 81%
Verbranden
Storten
Figuur 7: Verwerkingsmethode afvalstoffen 2012
Naast het afvoeren van afvalstoffen spelen de bedrijven op het haven- en industrieterrein Moerdijk een belangrijke rol bij het verwerken van afvalstoffen. In totaal zijn er op het industrieterrein 31 bedrijven gevestigd die afvalstoffen ontvangen, verwerken en/of inzetten als grondstof in hun productieproces. In 2012 gaat het in totaal om 5.335.700 ton afval. 6.2 Projecten en kansen Zoals aangegeven in paragraaf 6.1 worden door diverse bedrijven op haven- en industrieterrein Moerdijk reststoffen omgezet naar energie, zie hiervoor hoofdstuk 3 energie. Daarnaast zijn er diverse samenwerkingsverbanden tussen bedrijven waarbij (rest)producten van het ene bedrijf worden ingezet als grondstof voor het andere bedrijf. Voorbeeld hiervan is de samenwerking tussen Afvalstoffen Terminal Moerdijk B.V. en Martens en Van Oord. De grond die bij Afval Terminal Moerdijk B.V. is gereinigd, wordt door Martens en Van Oord opgeslagen en gedistribueerd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een transportband om het vervoer over de weg te vermijden. Hierdoor worden circa 27.000 vrachtwagenbewegingen over het terrein voorkomen.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
21
Bij het vestigen van nieuwe bedrijven op het haven- en industrieterrein Moerdijk liggen kansen op het gebied van het inzetten van afvalstoffen als grondstof of het doorleveren van de vrijgekomen energie bij het verbrandingsproces van afvalstoffen. Daarom wordt reeds in het acquisitietraject inzichtelijk gemaakt welke reststoffen er bij een bedrijf vrij komen, zodat bij de keuze voor een vestigingsplaats hier rekening mee gehouden kan worden.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
22
7. GELUID 7.1 Gegevens en interpretatie Het haven- en industrieterrein Moerdijk is conform de Wet geluidhinder een gezoneerd industrieterrein. De bedrijven die op het terrein gevestigd zijn, mogen samen het voor de zone vastgestelde geluidsniveau niet overschrijden. Op deze manier worden de woonkernen die rondom het haven- en industrieterrein liggen beschermd tegen geluidhinder. In 2012 zijn 8 klachten ingediend over geluidsoverlast op haven- en industrieterrein Moerdijk (zie ook hoofdstuk 8: Hinder). Naast hinder van de bedrijven op haven- en industrieterrein Moerdijk, kunnen omwonenden ook hinder ervaren van de (rijks)wegen en spoorwegen op en rondom het haven- en industrieterrein. Dit geluid is niet in de zone opgenomen.
Figuur 8: Geluidszonering rondom haven- en industrieterrein Moerdijk
7.2 Projecten en kansen De huidige activiteiten op haven- en industrieterrein Moerdijk passen binnen de vastgestelde geluidzone. Alle geluidsruimte is aan de reeds gevestigde bedrijven vergeven. Dit kan uitbreiding van bedrijfsactiviteiten in de weg staan. Om meer geluidruimte te creëren voor de toekomst is op haven- en industrieterrein Moerdijk een onderzoek uitgevoerd naar verhandelbare geluidrechten. Voor ieder bedrijf op het haven- en industrieterrein Moerdijk is vastgesteld hoeveel geluid het mag maken. De vastgestelde geluidsruimte wordt in de praktijk echter niet volledig door de bedrijven benut. Als naar de werkelijke geluidsemissie van het totale gebied wordt gekeken, is er wel degelijk ruimte voor nieuwe activiteiten. Probleem is dat bedrijven die nog geluidsruimte over hebben hier vaak niet zomaar afstand van willen doen, omdat zij bang zijn dat zij in de toekomst tegen beperkingen aan lopen wanneer ze zelf plannen voor uitbreiding of aanpassing van activiteiten zouden maken. Door een methode van verhandelbare geluidsemissierechten toe te passen, wordt er waarde gegeven aan de geluidsruimte. Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
23
Hiermee wordt het voor bedrijven aantrekkelijker om wel afstand te doen van geluidsruimte die ze niet gebruiken of om te investeren in geluid reducerende maatregelen om nieuwe geluidsruimte te creëren. Om te onderzoeken of de handel in geluid reducerende maatregelen haalbaar is, is het Havenschap Moerdijk een project gestart. Voor dit project is samen met de haven van Amsterdam een subsidie verkregen in het kader van de tender ’Zeehaven Innovatieproject’ (ZIP). Het doel van het project is het opzetten van een inzichtelijk en toegankelijk systeem van verhandelbare geluidsemissierechten. In juni 2013 is het eindrapport van fase 1 van het onderzoek, de inventarisatie van verhandelbare rechten, opgesteld. Door dit onderzoek is er nu een goed beeld van de huidige en te verwachten geluidsituatie op het haven- en industrieterrein Moerdijk. Uit het onderzoek blijkt dat het mogelijk is om een systeem van verhandelbare geluidsemissierechten succesvol te introduceren en dat de bedrijven positief kritisch zijn over een dergelijk systeem. Nader onderzocht moet worden hoe het handelssysteem geborgd kan worden in de huidige wet- en regelgeving en juridisch in te richten is.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
24
8. HINDER 8.1 Gegevens en interpretatie Indien omwonenden of bedrijven hinder ondervinden van een bepaalde activiteit of bedrijf, kunnen zij een klacht indienen. De klachten vanuit de gemeente Moerdijk werden, in 2012, centraal geregistreerd door de Regionale Milieudienst West-Brabant (RMD)5. Zodra een klacht of een melding wordt ingediend, wordt deze 24 uur per dag en 7 dagen per week direct doorgegeven aan de geconsigneerde van de RMD. Deze neemt vrijwel altijd direct telefonisch contact op met de melder/gehinderde. Enerzijds om na te gaan of de hinder nog aanwezig is, anderzijds om nadere informatie te verzamelen welke benodigd is voor het uit te voeren onderzoek. Vervolgens voert hij onderzoek uit om de bron van de hinder te achterhalen en indien mogelijk (direct) weg te nemen. Na afloop wordt het resultaat van het onderzoek teruggekoppeld aan de melder. Bij de veroorzaker wordt indien mogelijk de oorzaak direct weggenomen en daar waar dat niet mogelijk is, wordt in overleg met de gemeente Moerdijk of met provincie Noord-Brabant een vervolgtraject ingezet. De vaste toezichthouder bij het veroorzakende bedrijf zal dit vervolgtraject overnemen. In tabel 5 zijn het aantal klachten voor de jaren 2008 t/m 2012 opgenomen. Hierin zijn ook de klachten meegenomen die gemeld worden door bewoners van buiten de gemeente Moerdijk (zoals Hoekse Waard, Strijen/Strijensas). In figuur 11 is een onderverdeling gemaakt naar categorie waar de klacht over gaat. Tabel 5: overzicht klachten 2008 t/m-2012 Klachten Totaal
2008 279
1%
2009 307
2010 244
2011 385
2012 466
1% 2%
7% Klacht algemeen Klacht bodem
89%
Klacht geluid Klacht lucht Klacht fakkelen
Figuur 9: Verdeling klachten haven- en industrieterrein Moerdijk 2012 naar categorie
In 2012 zijn er 466 klachten ingediend waarbij de indiener van de klacht aangeeft dat de hinder vermoedelijk wordt veroorzaakt door bedrijven op haven- en industrieterrein Moerdijk. 5
Vanaf 1 januari 2013 worden de klachten geregistreerd door Omgevingsdienst Midden- en WestBrabant (OMWB), waarin de RMD is opgegaan.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
25
Net als voorgaande jaren gaan de meeste klachten (89%) over lucht. De luchtklachten gaan met name over geuroverlast. De klachten waarbij na onderzoek daadwerkelijk een oorzaak of veroorzaker wordt vastgesteld, ligt doorgaans rond de 40%. Dit zogenaamde oplossingspercentage ligt iets hoger dan bij andere vergelijkbare milieudiensten (30 à 35%). In 2012 ligt het oplossingspercentage voor Haven- en industrieterrein op 57% (267 van de 466). Van 199 klachten kon niet worden vastgesteld wie de daadwerkelijke veroorzaker was. Uit de omschrijving van de klacht en de klagerinformatie heeft de RMD geconcludeerd dat de klachten aan het industrieterrein kunnen worden toegeschreven. Er zijn in 2012 meer klachten ingediend dan in 2011. De reden van deze stijging is niet helemaal te achterhalen: mogelijk is de drempel om overlast te melden lager geworden. Er zijn een aantal klachtengolven geweest. Daarnaast zijn er over een aantal bedrijven die anders niet of nauwelijks hinder veroorzaken klachten ingediend. Er zijn 14 klachten toegeschreven aan het ontgassen door de scheepvaart. Bij 76 (16 %) van de 466 klachten zijn tevens gezondheidsklachten geuit. De gezondheidsklachten gaan over: luchtwegklachten (12 klachten); misselijkheid/maag-darmklachten (21 klachten); irritatie ogen en/of slijmvliezen (5 klachten); hoofdpijn (13 klachten); bezorgdheid/angst (10 klachten); slapeloosheid (2 klachten); overig (13 klachten). 8.2 Projecten kansen Naar aanleiding van het resultaat van de klachtenonderzoeken zijn in 2012 diverse acties uitgezet om de hinder terug te dringen. Zo is er nader onderzoek gedaan bij veroorzakende bedrijven naar oorzaken van klachten. Indien nodig hebben zij technische of organisatorische maatregelen getroffen. Het bevoegd gezag gebruikt het klachtenonderzoek als extra input bij de uitvoering van reguliere en extra controles. In een aantal gevallen zijn de vergunningvoorschriften door het bevoegd gezag aangepast van de veroorzakende bedrijven.
Project e-noses
Naar aanleiding van de brand bij Chemiepack zijn rond het terrein van Chemiepack extra meetpunten geplaatst om te achterhalen of er zich schadelijke stoffen in de lucht bevonden. De meetpunten maakte weliswaar duidelijk dat er verhoogde benzeenconcentraties in de lucht waren, maar de bron werd hiermee nog niet vastgesteld. Vanuit de omgeving van het haven- en industrieterrein komen met enige regelmaat meldingen van geuroverlast, die lastig te herleiden zijn. Dat leidde er toe dat 7 partijen de handen ineen sloegen, namelijk: Provincie Noord-Brabant; Gemeente Moerdijk; Gemeente Strijen; Havenschap Moerdijk; Rijkswaterstaat; ATM; Shell. Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
26
Zij zijn een pilotproject gestart met zogenaamde ‘elektronische neuzen’. In totaal zijn er 25 ‘elektronische neuzen’ geplaatst op strategische plekken in de omgeving. Deze e-noses kunnen veranderingen in de luchtkwaliteit direct signaleren. Mocht dit om schadelijke stoffen gaan, dan kunnen op basis van deze gegevens de alarmniveaus (early warning) ingesteld worden. Daarnaast kunnen met de e-noses bepaalde huisgeuren van bedrijven vastgesteld worden, de zogenaamde ‘fingerprints’. Hoewel het e-nosesnet geen absolute waardes afgeeft, wordt het hiermee wel mogelijk om de bronnen van bijvoorbeeld benzeenconcentraties beter te achterhalen. Het pilotproject wordt inhoudelijk begeleid door Comon-Invent, de leverancier van de e-noses. Daarnaast is er veel overleg met DCMR Milieudienst Rijnmond en ingenieursbureau Witteveen & Bos, in verband met een vergelijkbaar project dat in de Rotterdamse haven loopt. Zo kan de kennis en ervaring gebundeld worden. Vermoedelijk heeft de overlast met betrekking tot benzeen te maken met ontgassende schepen. Voor deze problematiek is op bestuurlijk niveau aandacht. Daarnaast is overleg met Rijkswaterstaat over behandeling van klachten over ontgassende schepen.
Klankbordgroep klachten
De afgelopen jaren is er door de Werkgroep Milieuklachten Moerdijk veel werk verricht om het registeren en navolgen van klachten op een eenduidige manier uit te voeren. Omdat dit traject was afgerond, zijn de werkzaamheden rondom klachten ondergebracht in het handhavingsteam Moerdijk dat onderdeel uitmaakt van de Omgevingsdienst Midden- en West Brabant. Teneinde inzicht te krijgen en te adviseren over de aard, omvang en kwaliteit van de milieuklachten, heeft de stuurgroep DVM in juni 2013 besloten dat het wenselijk is om een klankbordgroep milieuklachten in het leven te roepen, waarin de verschillende belangen (bedrijvenbelang, bewonersbelang, overheidsbelang, gezondheidsbelang en milieubelang) zijn vertegenwoordigd.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
27
9. NATUUR 9.1 Gegevens en interpretatie Haven- en industrieterrein Moerdijk grenst aan de natuurgebieden Biesbosch en Hollandsch Diep. De uitstoot door de bedrijven van onder andere zwaveldioxide en stikstofdioxide heeft effect (externe werking) op deze twee natuurgebieden. Biesbosch en Hollandsch Diep zijn aangewezen als Natura 2000 gebied, een Europees netwerk van natuurgebieden die vallen onder het beschermingsregime van de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn. Met deze natuurgebieden moet rekening worden gehouden als het gaat om verdere intensivering c.q. uitbreiding van bedrijven op haven- en industrieterrein Moerdijk. Wanneer bedrijven activiteiten op het haven- en industrieterrein willen uitvoeren of uitbreiden, moeten zij hun invloed op de natuur toetsen voor de vergunningaanvraag. Ook op haven- en industrieterrein Moerdijk komt natuur voor. Zo broeden op het terrein vogels zoals de buizerd, havik, slechtvalk en oeverzwaluw en groeien er diverse inheemse orchideeën. In het kader van het op te stellen natuurmanagementplan (zie volgende paragraaf) worden deze beschermde soorten geïnventariseerd en wordt een kaart opgesteld om inzichtelijk te maken waar deze soorten voorkomen.
Beschermde orchideeën in leidingstrook op Moerdijk (fotograaf: C. Fokker)
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
28
9.2 Projecten en kansen Natuur is een belangrijk aandachtspunt op het haven- en industrieterrein Moerdijk. Daarom lopen er diverse projecten met betrekking tot natuur.
Natuurmanagementplan Moerdijk
In de Green Deal Moerdijk is een intentieverklaring voor een natuurmanagementplan op en rondom het haven- en industrieterrein Moerdijk opgenomen. Door Green Deals af te sluiten wil de Rijksoverheid de samenleving helpen bij het realiseren van duurzame initiatieven die moeilijk van de grond komen. Het doel van de intentieverklaring is de bedrijvigheid en de kwaliteit van de natuur op en rondom het haven- en industrieterrein in samenhang met elkaar ontwikkelen, op een zodanige wijze dat: de economische groei kan blijven plaatsvinden; de natuurwaarden worden versterkt; het haven- en industrieterrein aantrekkelijker is voor ondernemers en werknemers en als vestigingsplaats voor bedrijven; er meer draagvlak en belevingswaarde ontstaat bij omwonenden. Naast Havenschap Moerdijk, zijn Bedrijvenkring Industrieterrein Moerdijk, Staatsbosbeheer, gemeente Moerdijk en de Provincie Noord-Brabant betrokken bij het opstellen van het natuurmanagementplan. Deze partijen nemen gezamenlijk deel in de werkgroep natuur, onderdeel van DVM. Verwacht wordt dat begin 2014 de eerste versie van het natuurmanagementplan met uitvoeringsplannen is opgesteld. Daarna zal het natuurmanagementplan een levend document worden dat periodiek geëvalueerd en bijgesteld zal worden.
Adoptie Sassenplaat
Op de braakliggende terreinen op haven- en industrieterrein Moerdijk broeden veel sterns en meeuwen. Door de vestiging van nieuwe bedrijven neemt de oppervlakte braakliggend terrein echter af. Hierdoor is er minder ruimte voor meeuwen en zoeken zij platte daken op om te gaan broeden. Het gevolg is vervuiling, verstopte afvoerpijpen en lekkages. Daarnaast vallen de vogels soms mensen aan als ze jongen hebben. Havenschap Moerdijk heeft, vooruitlopend op het natuurmanagementplan, in samenspraak met Staatsbosbeheer naar een oplossing gezocht. Deze is gevonden in de adoptie van een deel van de Sassenplaat door het havenschap. Dit is een onbewoond eiland en tevens prachtig natuurgebied in het Hollandsch Diep tegenover het haven- en industrieterrein. Vogels zijn bereid naar dit eiland te verhuizen, mits de grond kaal en schraal wordt gehouden. Hiervoor zorgt het havenschap door het maaibeheer op het eiland voor haar rekening te nemen en zodoende te voorkomen dat er struiken en bomen gaan groeien. Het havenschap heeft daarmee een duurzame oplossing gevonden voor deze vogels. Inmiddels hebben al honderden meeuwen de weg naar de Sassenplaat weten te vinden. Eén van de uitvoeringsplannen, voortvloeiend uit het natuurmanagementplan, is er op gericht de kansen en mogelijkheden te verkennen om meer ruimte voor deze kustbroedvogels te realiseren op de Sassenplaat.
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
29
BIJLAGE 1: OVERZICHT GEGEVENSVERZAMELING Tabel 6: Aangeleverde gegevens per partij monitoringonderzoek 2012 Instelling Aangeleverde gegevens Havenschap Moerdijk
Provincie Noord-Brabant
Gemeente Moerdijk Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant Waterschap Brabantse Delta Brabant Water
-
jaarverslag Havenschap Moerdijk gevestigde bedrijven voortgang DVM gegevens m.b.t. vervoer over de weg afvalstoffengegevens goedgekeurde e-MJV’s verslagen bedrijven onder bevoegd gezag provincie metingen m.b.t. luchtkwaliteit goedgekeurde e-MJV’s verslagen gemeentelijke bedrijven stand van zaken bestemmingsplan klachtenregistratie volumestroom naar de riolering aantal vervuilingseenheden geleverd drinkwater en industriewater
Tabel 7: Bedrijven waarvan de gegevens gebruikt zijn voor het monitoringonderzoek 2012 Deelnemende bedrijven Afvalstoffen Terminal Moerdijk BV Ardagh Glass Moerdijk BV Attero BV Basell Benelux B.V. BEWA Groep Moerdijk Biomassacentrale Moerdijk Coatex Netherlands BV Deege Coating Moerdijk BV Dr W. Kolb Nederland BV Essent Energie Productie BV OBM Noord BV/Martens en van Oord BV Omya Netherlands BV Overslagbedrijf Moerdijk BV Shell Nederland Chemie BV Slibverwerking Noord-Brabant NV Van Gansewinkel Ccd Moerdijk Van Gansewinkel Milieutechniek Moerdijk Wuppermann Staal Nederland BV
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
30
BIJLAGE 2: AFKORTINGEN AWP
Afvalwaterpersleiding
BIM
Bedrijvenkring Industrieterrein Moerdijk
BRZO
Besluit Risico Zware Ongevallen
CO2
Koolstofdioxide
DVM
Duurzame Verbindingen Moerdijk het samenwerkingsverband tussen Bedrijvenkring Industrieterrein Moerdijk (BIM), Havenschap Moerdijk, gemeente Moerdijk, provincie Noord-Brabant, Rijkswaterstaat ZuidHolland en Waterschap Brabantse Delta. Initieert samenwerkingsacties op het haven- en industrieterrein Moerdijk.
e-mjv
Elektronisch Milieujaarverslag
GGD
Gemeentelijke Gezondheidsdienst
GJ
Giga Joule
KWh
Kilo Wattuur = 1.000 Wattuur
LPM
Logistiek Park Moerdijk
M.E.R.
Milieu Effect Rapportage
MJ
Megajoule = 1.000.000 Joule
MW
Mega Watt = 1.000.000 Watt
NO2
Stikstofdioxide
NOx
Stikstofoxide
PERS
Port Environmental Review System
PM10
Fijn stof
RMD
Regionale Milieudienst
RIVM
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
OMWB
Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant
SO2
Zwaveldioxide
TJ
Terajoule 1*1012 joule
v.e.
Vervuilingseenheid, eenheid om de vervuiling van geloosd afvalwater vast te stellen
VOS
Vluchtige Organische Stoffen
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
31
BIJLAGE 3: SAMENSTELLING WERKGROEP MONITORING Tabel 8: Deelnemende partijen werkgroep monitoring Partij Bedrijvenkring Industrieterrein Moerdijk/ Afvalstoffen Terminal Moerdijk B.V. Bedrijvenkring Industrieterrein Moerdijk/ Shell Nederland Chemie BV Bedrijvenkring Industrieterrein Moerdijk BMD Advies Zuid-Nederland Brabant Water Gemeente Moerdijk Havenschap Moerdijk Provincie Noord-Brabant Waterschap Brabantse Delta
Contactpersoon Oskar van den Berg Gerard Mei Nathalie Damen Cathy Tesselaar Frank Verwijmeren Chantal Goos Jacco Rentrop Sjef van Loon Ad van den Elshout
Haven- en industrieterrein Moerdijk, monitoringrapport 2012, december 2013
32