Gezamenlijk plan van aanpak gepaste zorg voor kinderen met druk, impulsief gedrag en aandachtsproblemen 2015-2016 door AJN, Balans, NVA, KNMP, LBBO, LHV, NHG, NVvP, NVO, NIP, NVK, de PO- en VO-raad en de ministeries van OCW en VWS
1
Aanleiding Door de Tweede Kamer is in 2011 de doelstelling ‘demedicalisering’ aan de Jeugdwet toegevoegd, waarmee de Tweede Kamer uitdrukking heeft gegeven aan de zorgen om stijgend medicatiegebruik door kinderen met ADHD. Met Passend Onderwijs wordt gestreefd naar onderwijs waarin alle kinderen les krijgen op de best passende plek met de ondersteuning die zij nodig hebben. Om invulling te kunnen geven aan de doelstelling ‘demedicalisering’ is de staatssecretaris van VWS in gesprek gegaan met de verschillende beroepsgroepen en is de Gezondheidsraad om advies gevraagd. In juli 2014 heeft de Gezondheidsraad een advies uitgebracht ‘ADHD: medicatie en maatschappij’, waarin zij haar zorgen uit over het stijgende gebruik van methylfenidaat bij ADHD. Met name de stijging van het aantal kinderen dat methylfenidaat gebruikt en de onbekendheid van lange termijn effecten baren zorgen, al is er geen inzicht in de mate van overbehandeling. De ministeries van VWS en OCW en partijen uit zorg en onderwijs delen deze zorgen en hebben naar aanleiding van dit advies besproken hoe zij kunnen bijdragen aan het organiseren van meer gepaste zorg voor de jeugd met druk, impulsief gedrag en een aandachtsproblemen. Dit heeft geresulteerd in het ondertekenen van de intentieverklaring ‘gepaste zorg’ op 27 januari 2015 door de Artsen Jeugdgezondheidszorg Nederland (AJN), de landelijke oudervereniging Balans, de Nederlandse Vereniging van Autisme (NVA), Landelijke Beroeps Begeleiders in het Onderwijs (LBBO), de Landelijke Huisartsenvereniging (LHV), het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG), de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP), de Nederlandse vereniging van pedagogen en onderwijskundigen (NVO), het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP), de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK) en de sectororganisaties voor het Primair en Voortgezet Onderwijs, de POen VO-raad, en de ministeries van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). In de intentieverklaring hebben de partijen uitgesproken dat zij de kwaliteit van het onderwijs en de zorg voor jeugdigen willen bevorderen, en optimale samenwerking tussen de partijen onderling en met kind en ouders daarvoor van essentieel belang achten. Het wisselt hoe en waar kinderen gesignaleerd worden, hoe en of ze gediagnosticeerd worden en welke zorg ze krijgen. De partijen willen bewerkstelligen dat er vraaggestuurd en in afstemming met kind en ouders wordt gewerkt, een jeugdige die zorg en ondersteuning krijgt die hij/zij nodig heeft en dat bij het voorkomen van en behandelen van gedragsproblematiek de maatschappelijke participatie centraal staat. Voorliggend plan van aanpak vloeit voort uit de intentieverklaring. Oorspronkelijk was gekozen om bij dit plan voornamelijk te focussen op kinderen met ADHD, in reactie op het advies van de Gezondheidsraad. Maar omdat de ondertekenaars willen dat elk kind de zorg en ondersteuning krijgt die het nodig heeft op het moment dat hij of zij het nodig heeft, wordt in lijn met de intentieverklaring gekeken naar alle kinderen met problemen door druk, impulsief gedrag en een aandachtsproblemen. Dit biedt kansen om onderwijs en zorg nog beter op elkaar af te stemmen, waardoor alle kinderen de ondersteuning krijgen die ze nodig hebben. Zo kan elk kind de meest passende plek in de samenleving krijgen. Het plan van aanpak omvat allereerst de gezamenlijke ambitie en doelstelling. Gevolgd door een overzicht van activiteiten om deze te realiseren. We zetten hiertoe in op preventie en bewustwording, samenwerking onderwijs en zorg en richtlijnen en interventies. In de bijlage is een overzicht opgenomen van de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de afzonderlijke organisaties, zodat voor een ieder duidelijk is wie waarvoor verantwoordelijk is. Deze partijen komen tot eind 2016 iedere drie maanden bijeen om de voortgang van de verschillende projecten te bespreken en elkaar bij te praten.
2
1. Gezamenlijke doelstelling en ambitie Alle kinderen moeten gezond en veilig kunnen opgroeien, hun talenten ontwikkelen en naar vermogen participeren in de samenleving. Voor deze groep kinderen is het nodig dat: o Er bij het bieden van zorg en het geven van onderwijs gekeken wordt naar wat een kind nodig heeft i.p.v. wat een kind heeft in samenspraak met kind en ouders; o Er op tijd geboden wordt wat een kind nodig heeft en er, indien nodig op basis van zorgvuldige diagnostiek, tijdig gepaste zorg wordt geboden; o De juiste professional (bevoegd en bekwaam), met de juiste expertise, op de juiste plek, op het juiste moment wordt ingezet; o De keten van zorg en onderwijs goed op elkaar aansluit, alle noodzakelijke partijen betrokken worden en de samenwerking geoptimaliseerd wordt. Hierbij is samenwerking tussen onderwijs/zorg en ouders/kind essentieel. Bestaande en lopende initiatieven worden met en op elkaar afgestemd. o Nut en noodzaak van medicijngebruik als onderdeel van de behandeling door alle zorgverleners zorgvuldig wordt afgewogen; o De handelingsvaardigheden van ouders/opvoeders en leerkrachten verbeteren als het gaat om het begrijpen en vooral het omgaan met druk, impulsief gedrag en aandachtsproblemen. Met dit plan van aanpak worden stappen gezet om deze doelstellingen te realiseren.
3
2. Activiteiten Om de doelstellingen te realiseren gaan we inzetten op: a) Preventie en bewustwording b) Samenwerking Onderwijs en Zorg c) Richtlijnen en Interventies
A. Preventie en Bewustwording De activiteiten in deze categorie zijn gericht op preventie en bewustwording. Preventie door vroegtijdige ondersteuning van ouders, kinderen en mede-opvoeders (zoals leerkrachten), zodat escalatie van de problemen en mogelijke schooluitval voorkomen kan worden. Daarnaast ook bewustwording van de rollen en mogelijkheden van de verschillende actoren. Statement NVvP De NVvP heeft een statement1 gemaakt n.a.v. het Gezondheidsraadadvies. De afdeling Kinder- en jeugdpsychiatrie van de NVvP heeft een statement opgesteld onder andere naar aanleiding van het advies van de Gezondheidsraad waarin de geuite zorgen over de stijging van het gebruik van methylfenidaat gedeeld worden. Dit statement is op 16 april 2015 aangeboden aan de staatssecretaris van VWS. De kern van het statement is: o zorgen over medicatiegebruik o versterking richtlijnen en onderzoek o nadruk op gepaste behandeling bij disfunctioneren o onterechte beschuldiging ouders Binnen de eigen beroepsgroep staat dit onderwerp hoog op de agenda en wordt hier op verschillende manieren aandacht aan besteed, vanuit verschillende perspectieven (discussie, onderzoek, informatieverstrekking). Ook voor de partijen waar de kinderpsychiater mee samenwerkt, is dit een actueel onderwerp. De najaarsconferentie 2015 van de NVvP zal onder andere over dit onderwerp gaan. Hier zullen andere partijen, onder andere ouders, betrokken worden. Samen met kinderartsen, huisartsen en jeugdartsen zal worden nagegaan hoe dit statement verder gezamenlijk vorm kan worden gegeven. Initiatieven vanuit Balans De Balans Academy voor ouders biedt ouders lezingen en trainingen/workshops aan over opvoedingsproblemen, ontwikkelingsproblemen en stoornissen zoals ADHD, Autisme Spectrum Stoornissen en dyslexie. De cursussen worden ontwikkeld in samenwerking met ervaringsdeskundige ouders, met professionals op dat specifieke domein en onderwijskundigen. Daarnaast biedt de Balans Academie Passend Onderwijs lezingen en trainingen/workshops aan leerkrachten, IB-ers en onderwijsconsulenten vanuit het PO en VO om concreet in de klas aan het werk te kunnen met ontwikkelingsproblemen en stoornissen.2 Vanuit het implementatieprogramma Passend Onderwijs in de Praktijk worden scholen en samenwerkingsverbanden ondersteund, waarin de samenwerking tussen zorg, onderwijs en ouders centraal staat en waarbij het samenwerkingsverband en de scholen en de leerkrachten en de ouders ondersteund worden om hierin belangrijke stappen vooruit te maken. In de periode 2015-2018 begeleidt Balans een innovatie project met 115 scholen en 28.000 leerlingen. Verder kunnen (vanaf oktober 2015) via de nieuwe website klant en (lokale) aanbieder beter bij 1
http://www.nvvp.net/website/nieuws/2015/kinderpsychiaters-bezorgd-over-toename-gebruik-adhdmedicatie 2 Ook andere instellingen en organisaties op dit gebied hebben aanbod, denk aan de landelijke pedagogische centra en de onderwijsbegeleidingsdiensten, maar ook de ambulante diensten van de speciale scholen steunpunten autisme.
4
elkaar worden gebracht. En de klant krijgt ook de mogelijkheid de dienst of het product te beoordelen. Daarnaast is er een advieslijn www.balansdigitaal.nl; bedoeld voor ouders, leerkrachten en jeugdhulpverleners/zorgprofessionals. Regionale bijeenkomsten Vanuit de implementatieagenda’s van de PO-VO-raad worden regionale bijeenkomsten georganiseerd over snelle signalering en het vroegtijdig inzetten van ondersteuning en hulp (o.b.v. wat het kind nodig heeft en niet wat het kind heeft) om te voorkomen dat problemen verergeren en steeds zwaardere hulp moet worden ingezet. Bewustwording met betrekking tot middelenmisbruik Vanuit de maatschappij en Tweede Kamer komen verschillende signalen met betrekking tot middelenmisbruik, zoals gebruik van methylfenidaat voor het studeren voor tentamens/examens. Onduidelijk is wat de oorsprong is van deze medicijnen en wat de omvang is van het misbruik. Hierover zal met de NJR worden gesproken. Onderzoek naar lange termijn effecten methylfenidaat Binnen het ZonMW-programma Goed Gebruik Geneesmiddelen vinden twee onderzoeken plaats naar de lange termijn effecten van methylfenidaat. Het ene onderzoek zal medio 2016 worden afgerond, de tweede medio 2017. Uitwisselen goede voorbeelden Iedereen levert vanuit zijn eigen achterban één of twee goede voorbeelden aan met betrekking tot gepaste zorg om zo bewustwording bij de eigen achterbannen verder te vergroten. Aansluiting gemeenten In deze werkgroep en een deel van de lopende projecten/trajecten vormen gemeenten nog geen directe partij. De gemeenten zijn wel verantwoordelijk voor de jeugdhulp en zijn een logische partij. De VNG neemt deel aan de werkagenda verbinding passend onderwijs-jeugdhulp. Verder worden ook op lokaal niveau gesprekken gevoerd met gemeenten in het OOGO waarin deze verbinding ook een plek heeft. De gemeenten zullen bij het vervolgtraject verder aansluiten. Actie
Trekker
Overige betrokkenen Allen
Wanneer gereed
Product
Statement ADHD
NVvP
Doorlopend
Najaarsconferentie (december 2015) Trainingen, lezingen, magazine, implementatie Passend onderwijs in de praktijk Bijeenkomsten
Initiatieven Balans
Balans
Regionale bijeenkomsten Middelengebruik
PO-VO-Raad
OCW, VWS, VNG
2016
VWS
Allen
2015
Onderzoek lange termijneffecten methylfenidaat Uitwisselen goede voorbeelden
ZonMW
Medio 2016 en medio 2017
Allen
2015
2015-2018
5
Eerste verkenning onder jongeren Twee onderzoeken naar lange termijn effecten Per beroepsgroep 1 of 2 goede voorbeelden
Aansluiten gemeenten
Allen
Gemeenten
Doorlopend
Alle onderdelen
B. Samenwerking Onderwijs en Zorg De samenwerking en het goed aansluiten van onderwijs en zorg is met de nieuwe Jeugdwet en het Passend Onderwijs steeds vanzelfsprekender en noodzakelijker geworden. Er wordt gekeken naar wat een kind nodig heeft in plaats van wat het heeft. Hiervoor is het nodig dat de keten van zorg en onderwijs goed op elkaar aansluit. Dit kan op een aantal punten nog worden versterkt. Onderstaande acties dragen daaraan bij. Ketensamenwerkingsafspraken De derde aanbeveling van de Gezondheidsraad heeft betrekking op het maken van ketensamenwerkingsafspraken tussen zowel het zorg- als het onderwijsveld. Het Kenniscentrum kinder- en jeugdpsychiatrie dient in opdracht van het Netwerk Kwaliteitsontwikkeling GGZ een aanvraag in voor de ontwikkeling van een generieke module organisatie kind en jeugdige. Het NHG, de NVvP, afdeling jeugd van P3NL (federatie voor psychologen, pedagogen en psychotherapeuten, bestaande uit NIP, NVO, VGCT, VKJP, NVRG, VGCP, VEN, NVVS en NVGzP), NCJ, Landelijk Kenniscentrum LVB, NJi, landelijke werkgroep jeugdggz van de VNG, LPGGZ en Stichting Gilles de la Tourette hebben hun medewerking toegezegd aan de ontwikkeling van dit project. De AJN en NVK zullen ook deelnemen aan de werkgroep. Bij de ontwikkeling van deze generieke module staan organisatievraagstukken centraal. Daar waar het inhoudelijke vraagstukken betreft, zullen deze worden geadresseerd door de werkgroep die de generieke module3 ‘psychische klachten in de kindertijd gaat ontwikkelen’. Er zal dan ook een nauw contact zijn tussen beide werkgroepen. Het doel is dat met de ontwikkeling van de generieke module ‘organisatie kind en jeugdige’ de behandelaren van kinderen met GGZproblematiek straks een module heeft waarin cruciale onderwerpen worden opgepakt zoals bijvoorbeeld privacy, registratie en monitoring van uitkomsten, zorgtoedeling, triage, samenwerkingsafspraken en continuïteit van zorg, toegankelijkheid van de zorg en de patiënt/cliënt/ouder(s) als medebehandelaar. De keuze van de thema’s vindt plaats in overleg met de primair betrokken partijen die zitting hebben in de (nog te formeren) stuurgroep. Bij de keuze van de thema’s zal ook bekeken worden of het onderwijs een plek moet krijgen in de ontwikkeling van de generieke module ‘organisatie kind en jeugdige’. Indien het onderwijs hier een plek in gaat krijgen, is de vraag door wie en op welk moment dit thema dan opgepakt en uitgewerkt moet worden. Vanwege de relevantie van het thema triage en samenwerkingsafspraken én de belangrijke rol van huisartsen bij deze thema’s, zullen het Kenniscentrum kinder- en jeugdpsychiatrie en het NHG in ieder geval nadere afspraken maken over taakverdeling en opdrachtnemerschap aangaande deze thema’s. Veel gemeenten en samenwerkingsverbanden passend onderwijs zijn al gestart met een samenhangende aanpak om onderwijs en jeugdhulp te verbinden. Vaak zetten zij hiervoor wijkteams of buurt- of jeugdteams in die aansluiten op de ondersteuningsstructuur in het onderwijs. In de praktijk blijkt hoe die aansluiting het beste georganiseerd kan worden. De onderwijsraden zorgen dat de goede voorbeelden worden gedeeld en beschikbaar zijn. Werkagenda verbinding Passend Onderwijs - Jeugdhulp
3
Een generieke module is een document met aanbevelingen dat in meerdere relevante zorgstandaarden in te voegen is.
6
Aan de werkagenda verbinding Passend Onderwijs – Jeugdhulp nemen de VNG, PO-raad, VOraad en de ministeries van OCW en VWS deel. Doel is het ondersteunen en stimuleren van onderwijs en gemeenten bij het in samenhang uitwerken van passend onderwijs en jeugdhulp. De volgende overkoepelende thema’s staan daarbij centraal: o integraal (preventief) werken in en om voorschoolse voorzieningen en scholen in de wijk; o onderwijszorg-arrangementen (OZA’s) voor leerlingen met complexe onderwijs- en ondersteuningsbehoeften; o thuiszittende jongeren, schoolverzuim en voortijdig schoolverlaters; o aansluiting arbeidsmarkt en Participatiewet; o bestuurlijk spoor samenwerking jeugd en onderwijs; o leerlingenvervoer en onderwijshuisvesting; o samen optrekken in de activiteiten in het land. Naast deze thema’s is er in alle thema’s en overkoepeld in landelijke activiteiten aandacht voor onder meer betrokkenheid ouders en voor gepaste zorg. Implementatieplan PO-Raad en VO-raad In de implementatieplannen van de PO-Raad en VO-raad zijn naast de eerder genoemde regiobijeenkomsten activiteiten opgenomen die nadrukkelijk ook de focus op gepaste zorg (demedicalisering) in zich hebben zoals: o Versterken van de collegiale netwerken in en om de school: ontmoeting organiseren tussen professionals in en om de school zodat men elkaar snel en meer preventief kan vinden als extra ondersteuning geboden is (op vraag vanuit de samenwerkingsverbanden); o Ontwikkeling en uitvoer van een trainingsaanbod voor schoolleiders i.s.m. algemene vereniging voor schoolleiders met als belangrijk onderdeel o.a. het verbreden van de basisondersteuning in de school waardoor preventiever wordt gewerkt en minder verwijzing nodig is; o Professionaliseringsaanbod leraren met de focus op vroegsignalering en (indien nodig) snelle aanpak met inzet van jeugdhulp; o Ondersteuningsaanbod bij de kritische en risicovolle overgangsmomenten PO-VO-MBO; o Ondersteuning van het expertteam gericht op inrichten van een brede basisondersteuning en snelle toegang tot extra ondersteuning zonder stroperige en bureaucratische procedures of uitgebreide diagnostische trajecten (handelingsgericht werken en arrangeren); o Algehele verandering in het denken: “bij het bieden van zorg en het geven van onderwijs wordt gekeken naar wat een kind nodig heeft i.p.v. wat een kind heeft. Bijeenkomsten en proeverijen over onderwijs en zorg Vanuit de werkagenda Verbinding Passend Onderwijs-Jeugdhulp worden op verschillende niveaus bijeenkomsten georganiseerd. In het najaar van 2015 zal er een bijeenkomst worden georganiseerd voor IB’ers en zorgcoördinatoren, waarin zij met elkaar bespreken hoe ze tot een zorgarrangement kunnen komen. Zij kunnen elkaar helpen met oplossingen zoeken en daarmee van elkaar leren. De IB’ers en zorgcoördinatoren zijn die mensen binnen het onderwijs die de zorgarrangementen opstellen, op het uitvoerende niveau. Hier moeten zij in worden gesteund door een visie van het bestuurlijke niveau. Vanuit de werkagenda worden ook vijf proeverijen georganiseerd, waaraan bestuurders deelnemen. Deze proeverijen worden geleid door een ambassadeur. Op 22 juni 2015 is in een proeverij de thematiek van gepaste zorg aan bod gekomen onder leiding van een ambassadeur. Bestuursakkoorden en lerarenagenda: inzetten op professionaliseren leraren De akkoorden die OCW met de PO-Raad en VO-raad heeft gesloten, beschrijven de gezamenlijke ambities van OCW en de twee sectoren voor 2020 van het onderwijs. Een onderdeel van deze akkoorden zet in op het versterken van de professionaliteit van leraren. Van alle leraren wordt verwacht dat zij de algemeen didactische- en differentiatievaardigheden beheersen. Leraren 7
ontwikkelen dit vooral in de praktijk, door middel van bijvoorbeeld lesobservaties aan de hand van een observatie-instrumenten. Leraren weten hierdoor waar ze staan en waarin ze zich, bijvoorbeeld door coaching, verder kunnen ontwikkelen. De doelstelling om alle startende leraren te begeleiden in 2020 draagt hier ook aan bij omdat ook deze begeleiding tot doel heeft dat een leraren sneller de vaardigheden ontwikkelen. Daarnaast is de ambitie afgesproken dat van de po-leraren 30% een afgeronde wo-bachelor of een hbo- of wo-master heeft in 2020. In het vo is de ambitie 50% van de leraren een hbo- of wo-master, met in de vwo-bovenbouw 8085% een afgeronde wo-masteropleiding. Verder is voor de schoolleiding van belang dat zij aandacht besteedt aan de inzet van de expertise van deze hoger opgeleiden in de school. Leraren zullen hun professionaliseringactiviteiten zichtbaar maken in het lerarenregister.
Eenduidige aanpak voorlichting medicijngebruik Apotheker en voorschrijver informeren ouders en de patiënt zelf, desgewenst in overleg met onderwijzers, over goed medicijngebruik. Dit betreft informatie over bewaren, wijze van innemen, bijwerkingen en risico’s bij over- onderdoseren, hoe om te gaan met een vergeten dosis en het overwegen van een stop(periode). Beschikbare informatie van het Trimbosinstituut en het Instituut Verantwoord Medicijngebruik kan hiervoor worden gebruikt. Denk in het geval van methylfenidaat, lijst 1 van de Opiumwet geneesmiddel, ook aan voorzorgen bij buitenlandse reizen. Indien gewenst kan er een standaard presentatie of voorlichtingsmateriaal gemaakt worden vanuit de KNMP in samenwerking met voorschrijvers en onderwijs.
Prestatiedruk van de maatschappij Veel professionals ervaren druk van ouders, scholen en anderen om een diagnose af te geven. Naast de externe druk is nog te vaak een diagnose de enige toegang tot adequate (vergoede) hulp. Daarmee komt de professional, vaak de huisarts, in een moeilijke positie. Als er wel extra ondersteuning of zorg nodig is, hoeft dat niet altijd te betekenen dat er ook daadwerkelijk sprake is van een stoornis met bijbehorende diagnose. De wet Passend Onderwijs en de Jeugdwet in verbinding met het zorgveld proberen meer ruimte te geven om ook hulp te bieden zonder dat daar een diagnose voor nodig is. In praktijk is dit nog niet overal het geval. Om aandacht te vragen voor dit probleem en in kaart te brengen waar de perverse prikkels zich bevinden is het voorstel om een expertmeeting te organiseren specifiek over dit onderwerp. In die meeting kan eventueel worden besloten om een bredere, landelijke bijeenkomst te organiseren over dit onderwerp en eventueel een aantal regionale debatbijeenkomsten. Focus daarbij is de druk die de professional ervaart en de prikkels die er zijn die deze druk verder versterken. Daarbij hoort ook hoe een professional kan omgaan met deze druk. Ook zullen in overleg hierover gesprekken plaatsvinden met jongeren, bijvoorbeeld met de NJR.
Actie
Trekker
Ketensamenwerkingsafsprak en
NHG
Overige betrokkenen Kenniscentru m KJP, NVvP, P3NL (afdeling jeugd), NCJ, Landelijk kenniscentru m LVB, NJi, landelijke werkgroep jeugd-ggz van de VNG, AJN, 8
Wanneer gereed Eind 2016
Product Generieke module organisatie kind en jeugdige Generieke module psychische klachten in de kindertijd
NVK, LPGGZ en de Stichting Gilles de la Tourette VNG, PORaad, VOraad, ministeries van OCW en VWS
Werkagenda verbinding Passend OnderwijsJeugdhulp
Wisselen d per thema
Lopende activiteite n tot einde jaar. Met vervolg in 2016
Implementatieplan PO-Raad en VO-raad
PO-Raad en VOraad
Algemene vereniging voor schoolleiders MBO
Septembe r-oktober 2015
Bestuursakkoorden en lerarenagenda: professionaliseren leraren
Wisselen d per product
PO-Raad en VO-raad
2020
Ontwikkelbijeenkomsten (op vraag) 5 Inspiratiesessies (bestuurlijke proeverij) 5 Werkbijeenkomsten IBers, zorgcoördinatoren en jeugdhulpprofessionals over preventie/vroegsignalering/ demedicalisering. Handreikingen -Ontmoetingen tussen professionals in en om de school -Trainingsaanbod voor schoolleiders -Professionaliseringsaanbod leraar gericht op vroegsignalering -Ondersteuningsaanbod bij kritische overgangsmomenten. Bovenstaande activiteiten middels ondersteuning door expertteam op vraag. Inzet op professionaliseren leraren: Alle startende leraren begeleiden. Meer leraren met een wo-bachelor of hbo-/womaster in het onderwijs
Eenduidige aanpak voorlichting medicijngebruik Prestatiedruk van de maatschappij
KNMP NVO
Onderwijs, AJN Werkgroep gepaste zorg
2016 2015-2016
Professionaliseringsactiviteit en zichtbaar in lerarenregister Voorlichting Gesprek NJR Expertmeeting Landelijke bijeenkomst
C. Richtlijnen en Interventies Professionals werken vanuit richtlijnen. Deze bieden handvatten voor het handelen. Het is van belang dat deze richtlijnen en de onderliggende interventiemogelijkheden gericht zijn op het bieden van de juiste zorg en ondersteuning die nodig is voor het kind. Implementatie NHG-standaard 9
In november 2014 is de NHG-standaard ADHD gepubliceerd. De standaard wordt in 2015 geïmplementeerd via patiëntenvoorlichting en bijscholing van de huisartsen. Implementatie JGZ-richtlijn ADHD Het NCJ start eind mei 2015 met de implementatie van deze richtlijn door middel van bijeenkomsten voor de implementatiefunctionarissen richtlijnen die bij elke JGZ-organisatie werkzaam zijn. Deze functionarissen worden tijdens deze bijeenkomsten geïnformeerd over de nieuwe richtlijn, maar ook geschoold rondom het thema implementatie en borging. Opstellen van een zorgstandaard ADHD voor zowel kinderen als volwassenen Het Netwerk Kwaliteitsontwikkeling GGZ gaat met ingang van 1 september 2015 in opdracht van de zorgpartijen de zorgstandaard ADHD opstellen. De NVvP is ‘opdrachtnemer’ voor de zorgstandaard en heeft de leiding over het traject. Het Trimbos instituut verzorgt de ondersteuning. De looptijd van het traject is ongeveer twee jaar. Partijen die betrokken worden in de ontwikkeling zijn NIP, AJN, NVK, LPGGz (Balans, Impuls en Woortblind), NHG, NVO, V&VN, NVMW, VVGN en ZN). Op te leveren producten zijn een zorgstandaard ADHD inclusief de organisatie van zorg, een aantal zorg specifieke en generieke modules, indicatoren en een update van de Multidisciplinaire Richtlijn (MDR) ADHD kind & jeugd uit 2005. Ontwikkelen en implementeren richtlijnen Jeugdhulp en Jeugdbescherming Het initiatief voor de Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming (www.richtlijnenjeugdhulp.nl) ligt bij de beroepsverenigingen in de jeugdhulp/jeugdbescherming. Dit zijn het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP), de Nederlandse Vereniging van Pedagogen en Onderwijskundigen (NVO) en de Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werkers (NVMW). Daarnaast zijn ook cliëntenorganisaties en andere belangrijke spelers in het veld betrokken. In totaal worden er veertien richtlijnen ontwikkelt voor de professionals die werkzaam zijn in het Jeugdveld. ADHD is er daar een van. De eerste acht richtlijnen zijn al gepubliceerd en naar verwachting zullen de andere richtlijnen ook in 2015 worden gepubliceerd. Op dit moment wordt met VWS gesproken over het voortzetten van het project na 2015. Daarbij ligt de focus op het up to date houden van de richtlijnen en de verdere implementatie. Onderzoek praktijk zorgverlening Een tweede aanbeveling van de Gezondheidsraad is dat er weinig bekend is over de zorgpraktijk en dat hier onderzoek naar gedaan zou moeten worden. Er is een begeleidingsgroep, bestaande uit NVO, NIP, AJN, NVvP, LHV/NHG, NVK en het ministerie van VWS, opgericht om te komen tot een onderzoeksvoorstel naar de huidige zorgpraktijk. In het onderzoeksvoorstel zullen de volgende onderwerpen aan de orde komen: o de behoefte aan aanvullende gegevens (zoals aantallen kinderen met ADHD); o de paden die de kinderen bewandelen van signaleren, hoe de diagnostiek is gebeurd (en de kwaliteit hiervan) tot en met het type behandeling dat ze krijgen. Balans en het Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie (KJP) zullen deel uit maken van de tweede schil van het onderzoek. Planning is om het onderzoek dit najaar uit te besteden. De uitvoering van het onderzoek zal in 2015/2016 plaatsvinden en leiden tot aanbevelingen aan de verschillende beroepsgroepen. NJi inventarisatie effectieve interventies in het onderwijs Naar aanleiding van de aanbeveling om effectieve interventies ten aanzien van drukke kinderen in het onderwijs te verzamelen, heeft OCW het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) de opdracht gegeven om te onderzoeken welke aanbevelingen gegeven kunnen worden aan scholen en leerkrachten over effectieve interventies in de school, in de klas of bij de leerling. De doelgroep van dit onderzoek zijn kinderen met minimaal een van de kenmerken van ADHD (druk, impulsief en/of 10
concentratieproblemen). Het NJi verzamelt de aanbevelingen vanuit zowel wetenschappelijk onderzoek als praktijkervaringen. Dit onderzoek zal rond de zomer van 2015 gereed zijn. Wanneer dit onderzoek gereed is, zal deze handreiking aan scholen en leerkrachten beschikbaar worden gesteld en onder de aandacht worden gebracht, bijvoorbeeld via conferenties en websites gerelateerd aan passend onderwijs. Op deze manier krijgen scholen en leerkrachten een heel concrete handreiking voor het omgaan met kinderen die kenmerken van ADHD vertonen, zonder direct gebruik te hoeven maken van medicijnen. Academische werkplaatsen transformatie jeugd De gewenste vernieuwing van de jeugdhulp vindt bovenal lokaal en regionaal plaats. In de doorontwikkeling van regionale kennisnetwerken vervullen de zogenoemde academische werkplaatsen transformatie jeugd een belangrijke rol. Academische werkplaatsen verbinden de werelden van praktijk, beleid, onderzoek en onderwijs met structurele inbreng van ouders en jongeren. Deze partijen organiseren zich regionaal in een kennisinfrastructuur. Voor gemeenten zijn academische werkplaatsen een partner waar ze met het kennisvragen terecht kunnen voor de gewenste transformatie van de jeugdhulp. ZonMW heeft een call uitgezet voor academische
werkplaatsen transformatie jeugd. Er wordt bezien of het mogelijk is het (transformatie) onderwerp ‘gepaste zorg’ onderdeel uit te laten maken van deze werkplaatsen.
Actie
Trekker
Implementatie NHG-standaard Implementatie JGZ-richtlijn ADHD Zorgstandaard ADHD
NHG
Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbeschermin g Onderzoek praktijk zorgverlening NJI-inventarisatie effectieve interventies Academische werkplaatsen transformatie jeugd (AWTJ)
Overige betrokkenen
Wannee r gereed 2015
NCJ
Jeugdartsen
2015
NVvP (in opdracht van Netwerk Kwaliteitsontwikkelin g GGZ)
NIP, AJN, NVK, LPGGz (Balans, Impuls en Woortblind), NHG, NVO, V&VN, NVMW, VVGN en ZN).
2017
NIP, NVO en NVMW
Cliëntenorganisatie s
2015
NVO
NIP, AJN, NVvP, LHV/NHG, NVK, ministerie van VWS OCW
2016
Waarnemers vanuit VWS (tevens financierder) en SZW, diverse commissieleden en
2020
NJI
ZonMW
11
2015
Product Patiëntenvoorlichting Bijscholing huisartsen Bijeenkomsten en scholing over nieuwe richtlijn Zorgstandaard ADHD inclusief organisatie van zorg, aantal zorg specifieke en generieke modules, indicatoren en een update van de MDR ADHD kind en jeugd. Uitvoering door Trimbos instituut Richtlijn Implementatievoorste l Onderzoek Aanbevelingen per beroepsgroep Onderzoek Handreiking Implementatieplan AWTJ verbinden via kennisinfrastructuur de werelden van praktijk, beleid, onderzoek. Ze
indieners van de AWTJ
brengen kennis samen die nodig is voor de aanpak van regionale vraagstukken van beleid en praktijk bij de transformatie in de jeugdsector.
Bijlage 1 Uitgebreid overzicht achtergrondinformatie In deze bijlage is een uitgebreid overzicht van de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de deelnemende beroeps-, wetenschappelijke en belangenverenigingen.
AJN Taken 1. Opleidingen en bijscholing jeugdartsen/artsen M&G: - Opleidingsplan (competenties) - Kwaliteitseisen, o.a. bijscholing 2. Activiteiten beleidsplan 2020: - Verbinder - De jeugdarts dé verbinder is tussen het sociale domein, het onderwijs en de gezondheidszorg
3.
-
Community Dokter - De jeugdarts dé medisch expert is met betrekking tot het signaleren van veranderingen en bedreigingen in de samenleving als het gaat om jeugd en kan adviseren hoe hier beleidsmatig op te reageren
-
Onderzoeker - De jeugdarts betrokken is bij het initiëren, uitvoeren en vertalen van wetenschappelijk onderzoek
-
Behandelaar - De jeugdarts 'kleine kwalen' behandelt die voorkomen binnen haar praktijk, zodat de zorg snel, direct en dichtbij plaatsvindt. Daarnaast ondersteunt de jeugdarts de tweedelijns zorg zodat de zorg passend is bij de omstandigheden waarin een kind zich bevindt.
NPP (“Pledge”) Het deelnemen aan de maatschappij, een baan hebben is van groot belang: de JGZ zorgt met haar verzuimbegeleiding op scholen dat jongeren hun school afmaken en daardoor betere kansen hebben op de arbeidsmarkt. Jeugdigen met psychiatrische problematiek (ADHD, ASS) verdienen ook een plek op de arbeidsmarkt, de JGZ zal hierin de verbinding zijn tussen jeugdige en de werkgever. Thema's als gezond gewicht, koemelkallergie, zorg voor prematuren lenen zich goed voor zorg met de jeugdarts als behandelaar. Hierdoor vindt de zorg dichter bij huis plaats en wordt daardoor goedkoper. Door de mogelijkheid van rechtstreeks verwijzen door de jeugdarts naar de specialistische zorg en vice versa zal de transmurale samenwerking versterkt worden. Wetenschappelijk onderzoek in de JGZ (onder andere in Academische Werkplaatsen) is gaande. De AJN wil het nieuwe contactmoment adolescenten aangrijpen om onderzoek te stimuleren naar middelengebruik, depressie en ADHD, zodat inzicht verkregen wordt in vóórkomen, motivatie met betrekking tot middelengebruik, preventie, vroegsignalering en interventies
12
4. 5.
rondom deze onderwerpen waardoor hier verder beleid op gemaakt kan worden. De AJN zal de ontwikkelingen op dit gebied actief monitoren, faciliteren en uitdragen naar haar leden. AJN is één van de vier medische beroepsgroepen binnen de KNMG die zich bezig houdt met Visie versterking medische zorg aan jeugdigen Actieve inbreng MDR ADHD
Bevoegdheden De wetenschappelijke vereniging van en voor jeugdartsen/artsen M&G profiel JGZ. Is lid van de KAMG en daarmee een van de federatiepartners van de KNMG. Verantwoordelijkheden 1. Opleiding en kwaliteitseisen 2. Ondersteunen leden 3. Samenwerking partners binnen de JGZ (NCJ, V&VN en NVDA) 4. Meewerken en accorderen richtlijnen JGZ 5. Uitvoeren beleidsplan 6. Uitvoeren pledge
Balans/NVA Taken Balans is een vereniging voor belangenbehartiging van ouders, kinderen en jongeren met een stoornis in leren en/of gedrag. Balans heeft een duidelijke visie en wil een wereld waarin kinderen en jongeren met een stoornis in de ontwikkeling van hun leren en/of gedrag zo volledig mogelijk kunnen meedoen met de maatschappij. Aandacht voor en kennis over deze stoornissen bij kinderen, jongeren, ouders, onderwijs- en zorgprofessionals is essentieel. Balans stimuleert een verantwoorde en betrouwbare diagnosestelling, juiste en betaalbare medische en (psycho-)therapeutische zorg en adequate begeleiding en ondersteuning op school en in de vervolgopleiding door onder meer informatie- en advies te verstrekken, bij te dragen aan professionalisering, onderling contact tussen betrokkenen te stimuleren en door collectieve belangenbehartiging en het stimuleren van wetenschappelijk onderzoek. Informatie over stoornissen gericht op leren en/of gedrag voor ouders, kinderen, jongeren, onderwijs- en zorgprofessionals draagt bij aan de doelstelling van Balans. Afgelopen periode hebben wij ons sterk gemaakt op de volgende terreinen: - Steunpunt Passend Onderwijs: Balans heeft via het Steunpunt Passend Onderwijs ouders van kinderen met een stoornis in leren en/of gedrag telefonisch, per mail en face-to-face bijgestaan en ondersteund bij vragen rondom onderwijs; - Passend Onderwijs in praktijk: Balans heeft in samenwerking met de NVA, Childpoint en Blogboek het programma ‘Passend Onderwijs in praktijk: samen werken aan ontwikkeling’ ontwikkeld. Dit programma is gericht op het optimaliseren van het leerklimaat en het zorgproces voor alle kinderen samen. Dit programma wordt in 2015 op 130 scholen uitgevoerd; - Academy: Balans is gestart met de Academy, een opleidings- en ontmoetingsplek alsmede kenniscentrum waar de belangrijkste doelgroepen van Balans, zoals ouders, zorg- en onderwijsprofessionals, ervaringsdeskundigen en vrijwilligers hun kennis kunnen vergroten en professional skills kunnen ontwikkelen; - Ouderpower: Balans heeft het label Ouderpower ontwikkeld waarbinnen diverse cursussen gegeven worden aan ouders van kinderen met stoornissen in leren en/of gedrag; - Balans Kennissymposium: tijdens het kennissymposium wordt kennis gedeeld over de nieuwste ontwikkeling voor hulpverlening aan kinderen met diverse leer- en gedragsstoornissen. In 2014 was het symposium gewijd aan passend onderwijs; 13
-
-
Regioactiviteiten: Balans ondersteunt ouders en professionals, bevordert onderlinge contacten, geeft voorlichting en behartigt belangen op regionaal niveau. Dit doet de vereniging door inloopbijeenkomsten & thema-avonden, het geven van cursussen, presentaties en lezingen, middels een minisymposium en andere bijzondere initiatieven zoals een politiek café of theatervoorstellingen die in het teken van stoornissen in leren en/of gedrag staan; Ook via Balans Magazine & BalansKids heeft Balans de doelgroep geïnformeerd over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van zorg en onderwijs Met actief optreden in de media heeft Balans zich hard gemaakt voor de behartiging van belangen van de doelgroep, zoals de gevolgen van invoering van passend onderwijs en de nieuwe Jeugdwet, belangen van kinderen, jongeren met ADHD en diagnostiek. Balans is betrokken geweest bij de ontwikkeling van richtlijnen, protocollen en zorgstandaarden Balans heeft samenwerking gezocht met onderwijs en wetenschap, onder meer ten behoeve van productontwikkeling voor de doelgroep.
Bevoegdheden Als belangenvereniging heeft Balans een belangrijke rol en verantwoordelijkheid in de kennis- en informatievoorziening ten behoeve van ouders, kinderen, jongeren, zorg- en onderwijsprofessionals. Ook is de vereniging gericht op het signaleren van knelpunten in de uitvoering van zorg en onderwijs, en dit te communiceren met de centrale overheid, gemeenten en andere betrokkenen. Ook neemt Balans de verantwoordelijkheid voor professionalisering van zorg- en onderwijsprofessionals op zich door hen toe te rusten met de juiste kennis en handvatten te bieden om om te gaan met stoornissen in leren en/of gedrag. Balans focust zich daarbij op het vergroten van de handelingsvaardigheid. Verantwoordelijkheden In het kader van belangenbehartiging levert Balans een inhoudelijke bijdrage aan onderzoek en de ontwikkeling van richtlijnen, protocollen en zorgstandaarden op het gebied van stoornissen in leren en/of gedrag. Balans heeft de verantwoordelijkheid zich ten behoeve van onderzoek en de ontwikkeling van richtlijnen, protocollen en standaarden in te zetten voor de belangen van ouders en kinderen met een stoornis in de ontwikkeling van leren en/of gedrag. Dit doet de vereniging door uit te gaan van de eigen kracht van kinderen, jongeren, ouders en hun sociale netwerk, door hen handvatten te bieden om om te gaan met de stoornis. Balans heeft daarnaast de verantwoordelijkheid knelpunten te signaleren in de uitvoering van jeugdzorgbeleid, onderwijs en ervaringen van ouders, kinderen, jongeren, onderwijs- en zorgprofessionals te delen teneinde zorg, onderwijs en de afstemming van deze beider domeinen te verbeteren.
KNMP Taken De KNMP propageert optimale Farmaceutische Patiëntenzorg, te bereiken middels een goede geneesmiddelenvoorziening door apothekers en de wetenschappelijke uitoefening van de farmacie. Daartoe ontwikkelt de KNMP producten en diensten op het gebied van onder meer kwaliteitsbeleid, patiëntenvoorlichting en communicatie. Zo behartigt de vereniging de belangen van haar leden en die van de farmacie in algemene zin. Bevoegdheden Standpunt innemen en afspraken maken namens de leden Verantwoordelijkheden - Opleidingseisen opstellen - (her)registratie faciliteren - Kwaliteitsindicatoren opstellen en uitvragen 14
-
Publieksinformatie op apotheek.nl beschikbaar stellen
LBBO Taken De LBBO is voor zijn leden en externe relaties met name signalerend, informerend, activerend, adviserend en ondersteunend. Bevoegdheden Beantwoording van vragen van leden en externe relaties. Verantwoordelijkheden De LBBO besteedt op drie niveaus aandacht aan de ontwikkelingen en activiteiten: via Beter Begeleiden Digitaal en Beter Begeleiden Magazine, via de website, via de regiogroepen; De belangrijkste aandachtspunten zullen steeds zijn: de leerling, de leerkracht, de ouders, samenwerking met de ketenpartners in passend onderwijs, vroegsignalering en de preventieve aanpak; de opbrengstgerichte- en handelingsgerichte cyclus (OGW en HGW) op alle niveaus: leerling, groep en schoolniveau.
LHV en NHG Taken - Implementeren van de in november 2014 gepubliceerde NHG-Standaard ADHD door scholing aan professionals en voorlichting aan patiënten en ouders (via Thuisarts.nl); - Deelname aan project Generieke Module Organisatie Kind en jeugdige Bevoegdheden - Advisering over ontwikkeling en gebruik van deze nieuwe producten; - Vergroten van de bekendheid van de producten bij huisartsen; - Beantwoording van vragen van huisartsen. Verantwoordelijkheden - Individuele nascholing voor huisartsen (e-learning): PIN ADHD bij kinderen; - Thuisarts.nl pagina’s: Heeft mijn kind ADHD? Mijn kind is druk, maar heeft geen ADHD? Mijn kind heeft ADHD. Mijn kin met ADHD krijgt medicijnen. Ik heb ADHD (volwassenen); - Bewaken voortgang totstandkoming projectvoorstel.
NVvP Taken In het kader van het traject gepaste zorg heeft de NVvP als beroepsvereniging een belangrijke taak. Het bevorderen van de beste zorg aan kinderen en hun ouders staat centraal. Het statement ADHD past hierin. Doel is alle relevante partijen hierbij te betrekken, zowel artsen, andere hulpverleners als ouders. Belangrijke partijen hierbij is het Kenniscentrum kinder- en jeugdpsychiatrie, het netwerk dat practice based kennis en ervaring bundelt en verspreid en het Netwerk Kwaliteitsontwikkeling GGZ. Via het Netwerk zal ook de richtlijn ADHD worden herzien., wat vervolgens breed zal worden uitgezet. Deze herziening zal tot slot ook worden gebruikt voor het opstellen van verdere 15
professionele standaarden. Een belangrijke hierin is de standaard triage in de 1e lijn. De geëigende communicatie kanalen van de NVvP zullen worden gebruikt om dit alles te communiceren met de juiste partijen. Tot de taken van de NVvP hoort uiteraard ook onderzoek naar de diagnostiek van ADHD en het gebruik van medicatie. De kennis die hierbij wordt opgedaan zal zowel de richtlijn als de professionele standaarden voeden. Bevoegdheden NVvP stelt zich ten doel “de bevordering van de psychiatrie in de breedste zin, de behartiging van de wetenschappelijke en beroepsmatige belangen van psychiaters, de bevordering en stimulering van opleiding en scholing en de bevordering en bewaking van de kwaliteit van de psychiatrie”.. Vertaald in een bondige missie zet de NVvP zich in voor een goede psychiatrische patiëntenzorg in Nederland. Dit alles in de eerste plaats voor de patiënt en zijn of haar naastbetrokkenen. De activiteiten van de vereniging rusten op vier pijlers: 1. Positionering en belangenbehartiging 2. Kwaliteit van zorg 3. Opleiding 4. Wetenschap Daarnaast zijn communicatie en organisatie aspecten die deze pijlers overstijgen. Verantwoordelijkheden De voornaamste verantwoordelijkheid in het kader van het traject gepast zorg is dat kinderen de beste zorg krijgen. Dit betekent dat kinderen behandeld worden waar nodig op de voor hen meest gepaste wijze, en dat tegelijk vermeden wordt dat te veel behandeld worden. Doelmatigheid is daarbij belangrijk. Daarnaast heeft de NVvP de verantwoordelijkheid kennis te vergroten en te vertalen naar richtlijnen en professionele standaarden. Dit alles dient te gebeuren in overleg met relevante partijen.
NIP en NVO Taken NIP en NVO zijn beroepsverenigingen en hebben van daaruit een heldere rol en verantwoordelijkheid waar het gaat om (borgen van) vakbekwaamheid en kwaliteit van psychologen en (ortho)pedagogen, en het positioneren en verhelderen daarvan in de maatschappij. Bij gepaste zorg gaat om de inzet van de juiste professional, met de juiste expertise, op de juiste plek, op het juiste moment, en is om die reden een vanzelfsprekend aandachtspunt in het beleid van de beroepsverenigingen. Dat komt in diverse projecten en activiteiten tot uitdrukking: Trajecten rondom de professionalisering in de jeugdhulp dragen hieraan bij. De afgelopen periode hebben wij ons onder andere ingezet voor deze onderwerpen: - Programma Professionalisering Jeugdzorg en (vanaf 2015) Jeugdhulp; vakbekwaamheid geborgd door middel van beroepsregistratie en tuchtrecht en de wettelijke binding van professionals en aanbieders jeugdhulp en jeugdbescherming aan het werken met inachtneming van professionele standaarden.4 - Mede uitwerking geven aan het Kwaliteitskader Jeugdhulp, waar het gaat om het leveren van verantwoorde hulp onder de jeugdwet en de inzet van de juiste professional op de juiste plek. - Verantwoordelijkheid voor het (door)ontwikkelen van professionele standaarden, waaronder beroepscodes, maar ook vakinhoudelijke richtlijnen:
4
Artikel 5.1.1 derde lid Besluit Jeugdwet
16
-
-
Ontwikkeling van 14 richtlijnen jeugdhulp (in samenwerking met de NVMW). Deze richtlijnen (onder meer: ADHD, Multiproblemgezinnen, Gedragsproblemen) ondersteunen de professional in het maken van keuzes voor gepaste zorg; een van de richtlijnen is zelfs specifiek gericht op het samen beslissen over passende hulp. www.richtlijnenjeugdhulp.nl Bijdragen aan de (door)ontwikkeling van kwaliteitsinstrumenten in het netwerk kwaliteitsontwikkeling GGZ http://www.kwaliteitsontwikkelingggz.nl/ Actualiseren NIP-NVO praktijkrichtlijnen voor psychologen en pedagogen in het onderwijs. Ontwikkelen van praktische uitwerkingen van de beroepsethiek, toegepast op het veld (praktijkrichtlijnen voor het onderwijs, en beroepsethisch kompas voor de jeugdzorg) De aandacht en ruimte in de transitie jeugd voor laagdrempelige en buurtnabije zorg (o.a. belangenbehartiging en ondersteuning vrijgevestigde zorgaanbieders); Samenwerking (passend) onderwijs en jeugdhulp (onder meer via gemeenschappelijke NIP/NVO werkgroep Passend Onderwijs en werkgroep Gesloten Jeugdhulp)
Bevoegdheden Als beroepsverenigingen hebben wij een belangrijke rol en verantwoordelijkheid in het stellen van een norm voor vakbekwaamheid voor de beroepsgroep, in de uitwerking van de verzilvering daarvan via beroepsregistraties. Ook is een verantwoordelijkheid van beroepsverenigingen het professionaliseren van professionals, onder meer via de (door) ontwikkeling van professionele standaarden (de beroepscodes en richtlijnen). Het positioneren (plaatsen van de juiste professional/expertise op de juiste plek) hoort daar ook bij. Tot slot informeren en activeren wij onze leden en hebben wij een adviserende rol richting beleidsmakers. Verantwoordelijkheden In het kader van het traject gepaste zorg leveren de beroepsverenigingen actief een inhoudelijke bijdrage, o.a. bij het onderzoek naar aanleiding van de aanbeveling omtrent de kwaliteit van hulpverlening. Daarnaast hebben de beroepsverenigingen een verantwoordelijkheid in het aandacht vragen voor het onderwerp gepaste zorg binnen onze beleidslijnen en projecten (zie boven), tijdens extern overleg met stakeholders, en in informatievoorziening naar onze leden (congressen, bijeenkomsten).
NVK Taken: NVK staat voor Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde. Doel van de NVK is het bevorderen van de kwaliteit van de zorg voor zieke en gezonde kinderen van geboorte tot volwassenheid (18 jaar). Dit betekent: - Bevorderen van gezondheid en welzijn van kinderen en jongeren - Verbeteren van de kwaliteit van de zorg - Bevorderen van de ontwikkeling van richtlijnen, protocollen en indicatoren voor de kindergeneeskundige zorg in de Nederlandse praktijk - Bevorderen van goede scholing voor kinderartsen - Bevorderen van goede na- en bijscholing van kinderartsen en andere professionals die bij de gezondheidszorg voor kinderen betrokken zijn - Opkomen voor de belangen van kinderartsen Bevoegdheden en Verantwoordelijkheden: De NVK geef vorm aan haar doelstelling door middel van kwaliteitsbevordering, (na-) scholing, belangenbehartiging en wetenschappelijk onderzoek. Mogelijkheden die NVK heeft om specifiek binnen kindergeneeskundige praktijken aandacht te geven aan de doelstelling gepaste zorg voor kinderen met aandachtsproblemen en druk en impulsief gedrag zijn: 17
- Ontwikkelen/laten ontwikkelen van toegankelijke richtlijnen, protocollen en indicatoren kindergeneeskunde. - Organiseren en uitvoeren van kwaliteitsvisitaties van kindergeneeskundige praktijken. - Ontwikkelen van instrumenten ter bevordering van de patiëntveiligheid m.b.t. de kindergeneeskunde (o.a. complicatieregistratie). - Bevorderen van consensus en gedragsregels in ethische kwesties. - Behartiging van de (gezondheids-) belangen van kinderen en jeugdigen bij de overheid en overheidsinstantie in algemene zin. - Bevorderen van integrale zorg in samenhang met jeugdgezondheidszorg en jeugdzorg. - Advisering (gevraagd en ongevraagd) aan overheid en politiek. - Innemen en publiceren van standpunten in actuele, al dan niet controversiële kwesties - Bevorderen van inbreng van kindergeneeskundige expertise in relevante gremia (overheden, commissies, werkgroepen, adviesraden, financiers van gezondheidszorg, wetenschappelijke verenigingen, richtlijnwerkgroepen, etc.). PO- en VO-raad Taken Werkagenda verbinding passend onderwijs en jeugdhulp: In 2015 zestal thema’s die inhoudelijk worden uitgewerkt: - integraal (preventief) werken in en om voorschoolse voorzieningen en scholen; - onderwijszorg-arrangementen (OZA’s) voor leerlingen met complexe onderwijs- en ondersteuningsbehoeften; - thuiszittende jongeren, schoolverzuim en voortijdig schoolverlaters; - aansluiting arbeidsmarkt en Participatiewet;5 - bestuurlijk spoor samenwerking jeugd en onderwijs; - leerlingenvervoer en onderwijshuisvesting. Met name de eerste vier zijn in dit kader van belang. Bevoegdheden De raden zijn met name informerend, activerend, adviserend en ondersteunend. Verantwoordelijkheden Er worden op drie niveaus activiteiten georganiseerd om de thema’s inhoudelijk verder vorm te geven: bestuurlijke tafels; bovenregionale ontwikkelbijeenkomsten; maatwerktrajecten jeugdhulp en school. Binnen deze activiteiten zijn er steeds drie belangrijke aandachtsgebieden: betrokkenheid van ouders; preventieve aanpak en demedicalisering.
Ministerie van OCW Taken Elk kind heeft recht op passend onderwijs. Met de invoering van het passend onderwijs zijn de scholen verplicht voor elk kind een passende plek te vinden. De behoeften van het kind staan daarbij centraal en niet zijn beperkingen. Dit is geheel in lijn met de doelstellingen van demedicalisering. Het ministerie van OCW is verantwoordelijk voor het stelsel passend onderwijs. Het draagt zorg voor de wet- en regelgeving en de handhaving daarvan. Ook zorgt het ministerie ervoor dat scholen, samenwerkingsverbanden en ouders worden geïnformeerd over het beleid en worden ondersteund bij het uitvoeren. DUO verzorgt de bekostiging en de inspectie houdt toezicht op scholen en samenwerkingsverbanden. Onder de stelselverantwoordelijkheid van het ministerie van OCW valt ook de opdrachtverlening voor monitoring, evaluatie en advisering aan de NRO en de Onderwijsraad. 5
Dit thema legt een verbinding naar de werkagenda Activering van de werkgroep PPJ.
18
Met passend onderwijs krijgen de samenwerkingsverbanden veel ruimte en stuurt het ministerie op hoofdlijnen. Bevoegdheden Het ministerie van OCW heeft stelselverantwoordelijkheid. Dat betekent dat het ministerie bevoegdheden heeft ten overstaan van het stelsel en de randvoorwaarden. De bevoegdheden van het ministerie zijn veranderd met de invoering van passend onderwijs. Zo waren tot voor kort de criteria landelijk vastgesteld voor extra ondersteuning in het onderwijs. Het vaststellen van deze criteria is in het passend onderwijs gedelegeerd naar de samenwerkingsverbanden, die dichter bij de leerling staan. Volgens de Inspectie van het Onderwijs werken vrijwel alle samenwerkingsverbanden nu handelingsgericht en maken ze geen gebruik meer van de landelijke criteria. Daarnaast lijkt passend onderwijs de samenwerking van scholen met jeugdhulp te verbeteren. Verantwoordelijkheden Het ministerie van OCW creëert de randvoorwaarden die nodig zijn om aan zijn verantwoordelijkheid te voldoen. Zo zorgt het ministerie dat het stelsel op orde is, waardoor scholen de ruimte krijgen om hun onderwijstaak te kunnen vervullen. Binnen ‘demedicalisering’, ook wel ‘gepaste zorg’ genoemd, heeft dit als uitwerking dat wij het veld ondersteunen en informeren. Zo hebben wij het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) gevraagd om inzicht te geven in effectieve methodes waarop er met ADHD in de klas kan worden omgegaan. Het NJi onderhoudt een database waarin veel interventies voor het omgaan met jongeren met gedragsproblemen beschreven staan, die beoordeeld zijn als effectief en wetenschappelijk onderbouwd. Met deze expertise voeren zij in het voorjaar van 2015 een korte review van verschillende interventies die bestaan voor het omgaan met ADHD uit. Verder is het een belangrijke taak van het ministerie om zijn beleid en de uitwerking daarvan te evalueren. Hiervoor lopen onderzoeken bij het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek en de inspectie. Vanwege deze taak participeert het ministerie in verschillende werkgroepen die zich bezig houden met het snijvlak van onderwijs en zorg, om een vinger aan de pols te houden rondom de werking van de wetgeving in de praktijk.
Ministerie van VWS Taken Stimuleren en faciliteren dat alle betrokkenen bijdragen aan een samenleving waarin kinderen de zorg en ondersteuning krijgen die ze nodig hebben waarbij geen sprake is van overbehandeling en ook geen sprake van onderbehandeling. Daarnaast het bijeenbrengen en –houden van partijen, agendasetting. Bevoegdheden Het ministerie van VWS heeft stelselverantwoordelijkheid. Dat betekent dat het ministerie bevoegdheden heeft ten overstaan van het stelsel en de randvoorwaarden. Verantwoordelijkheden Alle kinderen moeten gezond en veilig kunnen opgroeien, hun talenten ontwikkelen en naar vermogen participeren in de samenleving. Daarom zetten alle betrokkenen, dus ook het ministerie van VWS, zich in bij de hulp, zorg en ondersteuning aan kinderen en jongeren. Met de nieuwe Jeugdwet zijn gemeenten de eerst verantwoordelijke overheid voor preventie, jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering.
19
Het ministerie van VWS heeft stelselverantwoordelijkheid. Het onderwerp gepaste zorg (demedicalisering) is een van de transformatiedoelstellingen uit deze wet.
20