gemeente Eindhoven
Raadsnummer
13R5415
Inboeknummer
13bst01075
Beslisdatum B&W
18 juni 2013
Dossiernummer
13.25.751
RaadsvoorstelWijziging verordening winkeltijden, zondagopenstelling levensmiddelenwinkels
Inleiding 25 mei 2013 is een actuele motie ingediend (AcM1A) en door de gemeenteraad aangenomen met als onderwerp: Voorkomen supermarkten loterij. In de motie is het volgende voorgesteld: b Het college van B&W de opdracht te geven om de Winkeltijdenverordening aan te passen en in te laten gaan op 1 juli 2013 waarbij in de verordening in ieder geval terug komt dat vanaf 1 juli 2013 de levensmiddelenbranche de ruimte krijgt om elke zondag open te gaan; b De situatie rondom openstelling van de overige winkels in de binnenstad en winkelcentra in de nieuwe verordening te verwerken nadat de raad zich hierover heeft uitgesproken, zo spoedig mogelijk doch b uiterlijk voor 1 november; b De stad actief te informeren over de wijzigingen in de Winkeltijdenverordening; b De loterij geen doorgang te laten hebben. De Winkeltijdenwet is aangepast zodat gemeenten zelf mogen bepalen of, onder welke voorwaarden en hoeveel zondagen de winkels in de gemeente open mogen zijn. Het gaat om de in Artikel 2 genoemde verboden om open zijn op: b zondag; b bepaalde feestdagen (Nieuwjaarsdag, Goede Vrijdag na 19 uur, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, 24 december na 19 uur, eerste en tweede Kerstdag, 4 mei na 19 uur) en; b werkdagen voor 6 uur en na 22 uur. De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend en er kunnen voorschriften aan worden verbonden. Hierbij kunnen branche- en gebiedsafbakeningen gemaakt worden. Overigens blijft de verplichting om (zoals eerder bij de discussie over koopzondagen i.v.m. toeristisch regime) een belangenafweging te maken m.b.t.: b werkgelegenheid en economische bedrijvigheid in de gemeente, waaronder mede wordt begrepen het belang van winkeliers met weinig of geen personeel en van winkelpersoneel;
Raadsnummer
b b b b
13R5415
de zondagsrust in de gemeente; de leefbaarheid; de veiligheid en; de openbare orde in de gemeente
Met dit raadsvoorstel richten we ons alleen op het uitvoeren van de Actuele Motie. Dit betekent dat alle andere in de verordening geregelde zaken in stand blijven. Samenvattend: b de huidige openingstijden op werkdagen blijven gehandhaafd (06.00 uur - 22.00 uur); b met uitzondering van de levensmiddelenbranche wordt de huidige situatie omtrent de reguliere koopzondagen voortgezet; b de ontheffingen avondwinkels blijft gehandhaafd; Wat verandert er in de verordening: b de levensmiddelenbranche mag voortaan op zondag geopend zijn van 12.00 uur tot 20.00 uur (hiermee is de beleidsregel openstelling Winkels op zon- en feestdagen op basis waarvan nu 11 supermarkten op zondag open zijn overbodig geworden zodat deze kan worden ingetrokken); b alle reguliere bestaande bepalingen uit het Vrijstellingenbesluit (o.a. winkels ziekenhuizen, tankstations, ramadan etc.) worden overgenomen in de verordening (advies VNG); Wanneer het initiatiefwetsvoorstel tot wijziging van de Winkeltijdenwet in werking treedt heeft dit ook gevolgen voor het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet. Een substantieel aantal vrijstellingen op het verbod om op zon- en feestdagen open te zijn zal van rechtswege vervallen. Het gaat onder meer om snackbars, ijscomannen, videotheken, (bloemen)winkels bij begraafplaatsen en in bejaardenoorden, evenals openstellingen bij bijzondere gelegenheden van religieuze aard. De vervallen vrijstellingen kunnen wel op grond van de gewijzigde Winkeltijdenwet in de gemeentelijke verordening worden opgenomen. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft hiervoor een modelverordening opgesteld. Deze modelverordening wordt voorgesteld. Daarnaast wordt in de verordening een wijziging voorgesteld om mogelijk te maken dat de levensmiddelenbranche gebruik kan maken van de ruimere gemeentelijke bevoegdheid aangaande zondagopenstelling.
2
Raadsnummer
13R5415
Bestuurlijk kader Wettelijke taak het initiatiefwetsvoorstel van de Tweede Kamerleden Verhoeven en Van Tongeren tot wijziging van de Winkeltijdenwet maakt o.a. een ruimere zondagopenstelling mogelijk a Kerntaak gekoppeld aan het werkprogramma van het college
a Onvermijdelijk
b
Doelstelling Door wijziging van de verordening kan, al dan niet in afwachting van een algehele herziening van het gemeentelijk beleid aangaande zondags-, feestdagen en avondopenstelling, met uitzondering van de levensmiddelenbranche waarvoor wordt voorzien in zondagopenstelling, de huidige situatie grotendeels, worden voortgezet. Voorstel 1. De Verordening winkeltijdenwet 1997 wordt als volgt gewijzigd: Na artikel 2A van de Verordening winkeltijdenwet 1997 wordt een nieuw artikel 2B ingevoegd dat als volgt luidt: Artikel 2B. Vrijstelling voor de levensmiddelenbranche voor zondagen. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondagen gelden niet van 12.00 uur tot 20.00 uur voor de levensmiddelenbranche. Na artikel 10 van de Verordening Winkeltijden 1997 worden enkele artikelen ingevoegd luidende: Artikel 11a. Bepaalde winkels De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van: a. musea; b. winkels, waar uitsluitend maaltijden, voor directe consumptie geschikte eetwaren, alcoholvrije dranken en, door middel van een automaat, tabak en tabaksprodukten, middelen ter voorkoming van zwangerschap en damesverband plegen te worden verkocht; c. winkels waar de bedrijfsactiviteit hoofdzakelijk bestaat uit het verhuren van voorbespeelde videobanden en andere voorbespeelde beelddragers, mits in die winkel geen andere goederen worden te koop aangeboden of verkocht dan videobanden en andere beelddragers, alsmede tijdschriften en catalogi, die betrekking hebben op het te huur aangeboden assortiment.
3
Raadsnummer
13R5415
Artikel 11b. Openstelling anders dan voor verkoop 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van: a. winkels, waarin zich een restaurant of lunchroom bevindt, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het bezoeken van het restaurant of de lunchroom; b. winkels waar uitsluitend of hoofdzakelijk fietsen en bromfietsen plegen te worden verkocht, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het huren van fietsen en bromfietsen. 2.De in het eerste lid vervatte vrijstellingen gelden niet ten aanzien van het verkopen van goederen. Artikel 11c. Straatverkoop van bepaalde goederen De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken. Artikel 11d. Begraafplaatsen 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk bloemen en planten plegen te worden verkocht en die zijn gelegen op een afstand van ten hoogste 100 meter van de publieksingang van een begraafplaats, gedurende de openingstijden van die begraafplaats. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van bloemen en planten op een begraafplaats dan wel op een afstand van ten hoogste 100 meter van de publieksingang daarvan, gedurende de openingstijden van die begraafplaats. Artikel 11e. Culturele evenementen 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van gebouwen, waar voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard plaatsvinden, en waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen die rechtstreeks verband houden met aldaar te houden voorstellingen, uitvoeringen en evenementen plegen te worden verkocht, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het ter gelegenheid van voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van
4
Raadsnummer
13R5415
culturele aard te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met die voorstellingen, uitvoeringen of evenementen, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan. Artikel 11f. Sportcomplexen 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels in of op het terrein van sportcomplexen, waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen worden verkocht, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het in of op het terrein van sportcomplexen te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen. Artikel 11g. Bejaardenoorden 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels in of op het terrein van bejaardenoorden, waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten plegen te worden verkocht. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden in of op het terrein van bejaardenoorden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten. Artikel 11h. E.H. Communie 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk foto-artikelen plegen te worden verkocht, voor zover het betreden van die winkel noodzakelijk is voor het vervaardigen van portretfoto's ter gelegenheid van de Eerste Heilige Communie. 2.De in het eerste lid vervatte vrijstelling geldt niet ten aanzien van het verkopen van goederen. Artikel 11i. Allerheiligen en Allerzielen 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk bloemen en planten plegen te worden verkocht, op de dagen waarop Allerheiligen en Allerzielen worden gevierd.
5
Raadsnummer
13R5415
2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van bloemen en planten op de dagen waarop Allerheiligen en Allerzielen worden gevierd. Artikel 11j. Ramadan 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang niet ten aanzien van winkels, waar brood en gebak wordt verkocht dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden, mits in die winkel dat brood en gebak ook pleegt te worden verkocht buiten de periode van de Ramadan. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van brood en gebak dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden. Artikel 11k. Bedevaartplaats 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels die zijn gelegen in de directe omgeving van een bedevaartplaats, gedurende de tijd dat deze plaats als zodanig wordt bezocht, indien in die winkel op die dagen en gedurende die tijd geen andere goederen worden verkocht dan: a. voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken; b. religieuze artikelen en souvenirs; c. bloemen en planten. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden in de directe omgeving van een bedevaartplaats, gedurende de tijd dat deze plaats als zodanig wordt bezocht, niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van: a. voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken; b. religieuze artikelen en souvenirs; c. bloemen en planten. Artikel 11l. Carnaval 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden op de zondag vanaf 12 uur waarop carnaval wordt gevierd, niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk feestartikelen plegen te worden verkocht. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden op de zondag vanaf 12 uur waarop
6
Raadsnummer
13R5415
carnaval wordt gevierd, niet voor het te koop aanbieden en verkopen van feestartikelen. Artikel 11m. Kermis 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk feestartikelen plegen te worden verkocht, indien in de gemeente, waarin de winkel is gelegen, een kermis wordt gehouden, gedurende de openingstijden van die kermis. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet voor het te koop aanbieden en verkopen van feestartikelen en speelgoed op een terrein, waar een kermis wordt gehouden. Artikel B Deze verordening treedt in werking wanneer het initiatiefwetsvoorstel van de Tweede Kamerleden Verhoeven en Van Tongeren tot wijziging van de Winkeltijdenwet in werking treedt. 2. De beleidregel openstelling Winkels op zon- en feestdagen intrekken met ingang het in werking treden van de gewijzigde Verordening winkeltijdenwet 1997. Argumenten 1.1. Grotere vrijheid voor gemeenten betekent niet dat reeds bestaande regelgeving vervallen of gewijzigd moet worden. De huidige verordeningen, vrijstellingsbesluiten en ontheffingen blijven geldig aangezien deze ook onder de nieuwe, ruimere grondslag vastgesteld (hadden) kunnen worden. Wel zal bij inwerkingtreding van het initiatiefwetsvoorstel een deel van het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet van rechtswege komen te vervallen. De vervallen bepalingen kunnen op grond van artikel 3, eerste lid, van de Winkeltijdenwet (nieuw) overgeheveld worden naar de gemeentelijke verordening. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft hiervoor een modelverordening opgesteld. In het voorstel tot wijziging van de verordening wordt uitgegaan van dit model. Wel wordt vooruitlopend op een al dan niet algehele herziening van het gemeentelijk beleid aangaande zondags-, feestdagen en avondopenstelling, voorgesteld dat de levensmiddelenbranche iedere zondag geopend mag zijn van 12.00 uur tot 20.00 uur. 1.2. De aanpassing van de openingstijd op zondag van 12.00 uur tot 20.00 uur sluit zo veel mogelijk aan op de huidige situatie. In de huidige situatie zijn bij de zgn. reguliere koopzondagen in winkelcentra de openingstijden tussen 12.00 uur en 17.00 uur. De supermarkten met ontheffing (die de loterij gewonnen hebben) zijn van 16.00 uur tot 20.00 uur open. Het publiek
7
Raadsnummer
13R5415
verwacht deze openingstijden. Een openingstijd vanaf 12.00 uur betekent een verruiming van de openingstijden voor levensmiddelenwinkels ten opzichte van de supermarkten met ontheffing in de huidige situatie. Op een reguliere koopzondag zouden de levensmiddelenwinkels in een winkelcentrum anders pas om 16.00 uur open mogen, terwijl de overige winkels al om 12.00 uur open zijn (zie ook kanttekening 1.2). 1.3. De aanpassing in de verordening sluit aan bij de ambitie om regeldruk en de kosten daarvan voor de ondernemers te verminderen. Door het verdwijnen van de supermarktloting hoeven de bedrijven ook geen leges meer te betalen voor de ontheffing. Deze leges (totaal ca. € 55.000,-) wordt betaald voor de behandeling van de 11 aanvragen van supermarkten welke werden ingeloot voor de zondagopenstelling en de kosten die daarbij gemaakt werden (waaronder ook de loting, welke moest worden voltrokken in het bijzijn van een notaris). In het legesdossier 2014 (VTH) wordt rekening gehouden met het feit dat deze werkzaamheden vervallen. 1.4. De aanpassing in de verordening komt tegemoet aan de wensen van een meerderheid van de consumenten in Eindhoven. In 2011 is in het kader van de discussie over koopzondagen in Eindhoven onderzoek gedaan middels o.a. het digipanel. Toen maakte ongeveer driekwart van de leden van het Digipanel gebruik van de zondagopenstelling van supermarkten. Van belang is in deze de ook minder goed benaderbare consument zoals de buitenlandse (tijdelijke) kenniswerkers, studenten etc. Deze consumenten (en hun gasten en bezoekers), benaderen het winkelaanbod in een stad vanuit een volstrekt ander referentiekader. Een kader waarin (bepaalde) winkels vaak “twentyfour-seven” tot hun beschikking staan. 1.5. De aanpassing in de verordening sluit aan bij de wensen van een deel van het bedrijfsleven Eindoven. De supermarktorganisaties zijn grotendeels voorstander van meer koopzondagen. Een andere (groeiende) groep ondernemers die vanuit hun achtergrond geen binding heeft met de zondag als rustdag, wordt het ook makkelijker gemaakt om op zondag te ondernemen. Nu stelt de Winkeltijdenwet dat een eigenaar of beheerder van een winkel die tot een kerkgenootschap behoort, dat de wekelijkse rustdag op een andere dag dan de zondag houdt, of te goeder trouw verklaart een godsdienst of levensovertuiging te belijden welke vordert, dat de wekelijkse rustdag op een andere dag dan de zondag wordt gehouden, een verzoek indienen voor ontheffing van zondagssluiting.
8
Raadsnummer
13R5415
1.6. De aanpassing in de verordening kan in de wijken meer ondernemerschap tot gevolg hebben. Met betrekking tot de kleinere winkelstrips in de stad wordt al jaren een beleid gevoerd waarbij meer ruimte voor ondernemerschap mogelijk is. Deze gebieden zijn ruim bestemd om niet aan één sector gebonden te zijn. Door kleinere levensmiddelenwinkels in deze gebieden de gelegenheid te geven om ook op zondag open te zijn, wordt feitelijk meer ruimte voor ondernemerschap geboden. Zeker als ze kunnen meegaan in de zondagopenstelling omdat de extra omzet opweegt tegen de kosten. Wellicht draagt dit bij aan concurrentiekracht ten opzichte van grotere aanbieders in de grotere buurt- en wijkwinkelcentra (b.v. vers brood van de bakker versus brood van de supermarkt. 1.7. De aanpassing in de verordening heeft geen negatief effect op de leefbaarheid, veiligheid en openbare orde Ook dit onderwerp is eerder bij het onderzoek van 2011 betrokken. De politie gaf toen aan dat zij ook op een koopzondag in het centrum een normale inzet (2 agenten) plant (enkele uitzonderingen daargelaten). De inzet van deze agenten is vooral op orde en handhaving. Het aantal incidenten is tijdens een koopzondag niet meer of minder dan op andere dagen van de week. Wel vraagt de politie aandacht voor de combinatie met thuiswedstrijden van PSV en de verkoop in winkels van alcohol tijdens evenementen. Aan de leden van het Digipanel is ook de vraag voorgelegd of de leefbaarheid in de wijk wordt beïnvloed door de zondagopenstelling van supermarkten. Bijna de helft was van mening dat dit positief is voor de leefbaarheid. Kanttekeningen 1.1. Branchebeperkingen voor ruimere openingstijden heeft voor een deel concurrentievervalsing tot gevolg. Doordat ook in de levensmiddelenbranche branchevervaging voor komt, kunnen supermarkten op zondag b.v. wel drogisterij-artikelen verkopen, terwijl ‘echte’ drogisterijen dit niet kunnen. 1.2. De aanpassing in de verordening verruimt alleen de openingstijden voor levensmiddelenwinkels In de huidige situatie zijn bij de zgn. reguliere koopzondagen in winkelcentra de openingstijden tussen 12.00 uur en 17.00 uur. De supermarkten met ontheffing (die de loterij gewonnen hebben) zijn van 16.00 uur tot 20.00 uur open. Het publiek verwacht deze openingstijden. Een openingstijd vanaf 12.00 uur betekent een verruiming van de openingstijden voor levensmiddelenwinkels ten opzichte van de supermarkten met ontheffing in de huidige situatie. Op een reguliere koopzondag kunnen de levensmiddelenwinkels in een winkelcentrum tot 20.00 uur open blijven, terwijl de overige winkels al om 17.00 uur moeten sluiten (zie ook argument 1.2).
9
Raadsnummer
13R5415
1.3. De aanpassing in de verordening stuit op tegenstand van een deel van het bedrijfsleven. Een deel van de ondernemers in de detailhandel (veelal zelfstandigen) geven aan dat alle zondagen open een druk op hun privéleven geeft indien ze geen passende (kwalitatief goede) vervanging kunnen regelen of betalen. Hoewel er geen verplichting is om op zondag open te zijn, spelen factoren mee als angst om klanten te verliezen en daarmee zich ‘gedwongen voelen’. Ook geven ze aan dat ze verwachten dat het geen extra omzet oplevert maar een verschuiving van omzet van een andere dag in de week. Het zgn. grootwinkel- en filiaalbedrijf geeft aan geen probleem te hebben met het aantal personeelsleden die zondag willen werken. 1.4. De aanpassing in de verordening heeft mogelijk effecten in de kleinere winkelconcentraties Duidelijk is dat de zondagopenstelling van de levensmiddelensector invloed heeft op het koopgedrag. De verwachting is dat, als de levensmiddelenwinkels in de breedte van de stad op zondag open mogen (en dus ook gaan), de grootste aankoopconcentraties omzet weghalen bij de kleinere. De midden- en kleinbedrijven willen en kunnen immers niet allemaal meegaan in de zondagopenstelling omdat in veel gevallen de extra omzet niet opweegt tegen de kosten. De consequentie hiervan kan zijn dat een aantal (kleine) winkeliers op den duur dreigt te verdwijnen. 1.5. De aanpassing in de verordening heeft effect op de zondagsrust. De zondag wordt over het algemeen ervaren als een bijzondere dag in de week. Het is voor velen een dag waarop rust wordt genomen, hetzij vanuit religieuze overwegingen, hetzij vanuit maatschappelijke overwegingen. Het vrijgeven van de koopzondagen betekent dat dit voor sommigen onder druk kan komen te staan. Kosten Er zijn geen directe kosten verbonden aan dit voorstel. Voor alleen het openen van winkels in de levensmiddelenbranche hoeven geen fietsenstallingen (zoals 18 septemberplein) open te worden gesteld. Zoals aangegeven bij de argumentatie (1.3) verminderen de legesinkomsten met € 55.000,-. Communicatie Het raadsbesluit wordt afgekondigd in het gemeenteblad. Voor het inwerking treden van een verordening is vereist dat deze wordt gepubliceerd in een uit te geven gemeenteblad. Het besluit wordt gepubliceerd via Groot Eindhoven en op de website van de gemeente Eindhoven.
10
Raadsnummer
13R5415
Planning en uitvoering Deze verordening treedt in werking wanneer het initiatiefwetsvoorstel van de Tweede Kamerleden Verhoeven en Van Tongeren tot wijziging van de Winkeltijdenwet in werking treedt Evaluatie n.v.t. Bijlage(n) Geen a De bijlagen worden meegestuurd a De bijlagen liggen ter inzage in de leeskamer Een ontwerpraadsbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan. Burgemeester en wethouders van Eindhoven,
, secretaris.
11
Raadsnummer
13R5415
Ontwerp Raadsbesluit De raad van de gemeente Eindhoven; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 juni 2013 ;
besluit: 1. De Verordening winkeltijdenwet 1997 wordt als volgt gewijzigd: Na artikel 2A van de Verordening winkeltijdenwet 1997 wordt een nieuw artikel 2B ingevoegd dat als volgt luidt: Artikel 2B. Vrijstelling voor de levensmiddelenbranche voor zondagen. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondagen gelden niet van 12.00 uur tot 20.00 uur voor de levensmiddelenbranche. Na artikel 10 van de Verordening Winkeltijden 1997 worden enkele artikelen ingevoegd luidende: Artikel 11a. Bepaalde winkels De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van: a. musea; b. winkels, waar uitsluitend maaltijden, voor directe consumptie geschikte eetwaren, alcoholvrije dranken en, door middel van een automaat, tabak en tabaksprodukten, middelen ter voorkoming van zwangerschap en damesverband plegen te worden verkocht; c. winkels waar de bedrijfsactiviteit hoofdzakelijk bestaat uit het verhuren van voorbespeelde videobanden en andere voorbespeelde beelddragers, mits in die winkel geen andere goederen worden te koop aangeboden of verkocht dan videobanden en andere beelddragers, alsmede tijdschriften en catalogi, die betrekking hebben op het te huur aangeboden assortiment. Artikel 11b. Openstelling anders dan voor verkoop 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van: a. winkels, waarin zich een restaurant of lunchroom bevindt, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het bezoeken van het restaurant of de lunchroom;
12
Raadsnummer
13R5415
b. winkels waar uitsluitend of hoofdzakelijk fietsen en bromfietsen plegen te worden verkocht, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het huren van fietsen en bromfietsen. 2.De in het eerste lid vervatte vrijstellingen gelden niet ten aanzien van het verkopen van goederen. Artikel 11c. Straatverkoop van bepaalde goederen De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken. Artikel 11d. Begraafplaatsen 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk bloemen en planten plegen te worden verkocht en die zijn gelegen op een afstand van ten hoogste 100 meter van de publieksingang van een begraafplaats, gedurende de openingstijden van die begraafplaats. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van bloemen en planten op een begraafplaats dan wel op een afstand van ten hoogste 100 meter van de publieksingang daarvan, gedurende de openingstijden van die begraafplaats. Artikel 11e. Culturele evenementen 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van gebouwen, waar voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard plaatsvinden, en waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen die rechtstreeks verband houden met aldaar te houden voorstellingen, uitvoeringen en evenementen plegen te worden verkocht, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het ter gelegenheid van voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met die voorstellingen, uitvoeringen of evenementen, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan.
13
Raadsnummer
13R5415
Artikel 11f. Sportcomplexen 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels in of op het terrein van sportcomplexen, waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen worden verkocht, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het in of op het terrein van sportcomplexen te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen. Artikel 11g. Bejaardenoorden 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels in of op het terrein van bejaardenoorden, waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten plegen te worden verkocht. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden in of op het terrein van bejaardenoorden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten. Artikel 11h. E.H. Communie 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk foto-artikelen plegen te worden verkocht, voor zover het betreden van die winkel noodzakelijk is voor het vervaardigen van portretfoto's ter gelegenheid van de Eerste Heilige Communie. 2.De in het eerste lid vervatte vrijstelling geldt niet ten aanzien van het verkopen van goederen. Artikel 11i. Allerheiligen en Allerzielen 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk bloemen en planten plegen te worden verkocht, op de dagen waarop Allerheiligen en Allerzielen worden gevierd. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van bloemen en planten op de dagen waarop Allerheiligen en Allerzielen worden gevierd.
14
Raadsnummer
13R5415
Artikel 11j. Ramadan 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang niet ten aanzien van winkels, waar brood en gebak wordt verkocht dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden, mits in die winkel dat brood en gebak ook pleegt te worden verkocht buiten de periode van de Ramadan. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van brood en gebak dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden. Artikel 11k. Bedevaartplaats 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels die zijn gelegen in de directe omgeving van een bedevaartplaats, gedurende de tijd dat deze plaats als zodanig wordt bezocht, indien in die winkel op die dagen en gedurende die tijd geen andere goederen worden verkocht dan: a. voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken; b. religieuze artikelen en souvenirs; c. bloemen en planten. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden in de directe omgeving van een bedevaartplaats, gedurende de tijd dat deze plaats als zodanig wordt bezocht, niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van: a. voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken; b. religieuze artikelen en souvenirs; c. bloemen en planten. Artikel 11l. Carnaval 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden op de zondag vanaf 12 uur waarop carnaval wordt gevierd, niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk feestartikelen plegen te worden verkocht. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, gelden op de zondag vanaf 12 uur waarop carnaval wordt gevierd, niet voor het te koop aanbieden en verkopen van feestartikelen. Artikel 11m. Kermis 1.De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van
15
Raadsnummer
13R5415
winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk feestartikelen plegen te worden verkocht, indien in de gemeente, waarin de winkel is gelegen, een kermis wordt gehouden, gedurende de openingstijden van die kermis. 2.De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag en de feestdagen, gelden niet voor het te koop aanbieden en verkopen van feestartikelen en speelgoed op een terrein, waar een kermis wordt gehouden. Artikel B Deze verordening treedt in werking wanneer het initiatiefwetsvoorstel van de Tweede Kamerleden Verhoeven en Van Tongeren tot wijziging van de Winkeltijdenwet in werking treedt. 2. De beleidregel openstelling Winkels op zon- en feestdagen intrekken met ingang het in werking treden van de gewijzigde Verordening winkeltijdenwet 1997. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van
, voorzitter.
, griffier. mka/SC13012963
16