1
AKTE VAN GELDLENING Heden, +, verschenen voor mij, mr. Jan Wim Weggemans, notaris in de gemeente Bellingwedde: SCHULDEISER 1. + handelende in hoedanigheid van burgemeester van de te 9798 AE Wedde, Hoofdweg 2, gevestigde publiekrechtelijke rechtspersoon: GEMEENTE BELLINGWEDDE en als zodanig deze rechtspersoon overeenkomstig artikel 171 van de Gemeentewet rechtsgeldig vertegenwoordigende en handelende ter uitvoering van het door of namens het college van burgemeester en wethouders dier gemeente genomen besluit van +; hierna te noemen: "Schuldeiser"; SCHULDENAAR 2. de heer KOENO NOMDEN, wonende te 9566 PK Veelerveen, Veelerveensterweg 109, geboren te Bellingwedde op dertien januari negentienhonderd negenenzestig, zich legitimerende door middel van zijn + nummer +, afgegeven te gemeente Bellingwedde op +, ongehuwd en niet als partner geregistreerd; hierna te noemen: "Schuldenaar"; PARTIJEN Schuldeiser en Schuldenaar hierna tezamen ook te noemen: "Partijen". De verschenen personen verklaarden: CONSIDERANS In overweging nemende: a. dat Schuldeiser op heden aan Schuldenaar heeft geleverd bij akte van levering verleden voor mij, notaris: i. het voormalig dorpshuis met ondergrond, erf, tuin en verder toebehoren, plaatselijk gemerkt Veelerveensterweg 109 te (postcode 9566 PK) Veelerveen, kadastraal bekend gemeente Bellingwolde, sectie M, nummer 265, groot elf are (11a); alsmede ii. een parkeerterrein, gelegen nabij de Veelerveensterweg 109 te Veelerveen, kadastraal bekend gemeente Bellingwolde, sectie M, nummer 966, groot tien are (10a) tien centiare (10ca);
2
hierna tezamen te noemen: "Registergoed"; b. dat blijkens voormelde akte van levering Schuldeiser afstand heeft gedaan van zijn vorderingsrecht jegens Schuldenaar tot betaling van de koopprijs voor het Registergoed ten bedrage van +, onder de verplichting voor Schuldenaar een gelijk bedrag bij wijze van geldlening schuldig te erkennen aan Schuldeiser, welk bedrag van + in voormelde akte van levering door Schuldenaar aan Schuldeiser schuldig is erkend, waardoor een overeenkomst van geldlening tussen Partijen is ontstaan (hierna te noemen: "Geldlening"); c. dat Partijen in de onderhavige akte de voorwaarden en de van de Geldlening uitmakende bedingen schriftelijk willen vastleggen. OVEREENKOMST VAN GELDLENING Geldlening Artikel 1 Ingevolge de Geldlening heeft Schuldeiser heeft per heden aan Schuldenaar geleend, gelijk Schuldenaar per heden van Schuldeiser heeft geleend, een bedrag groot eenhonderdvijfenveertig duizend euro (€ 145.000,00). Het ter leen verstrekte bedrag van eenhonderdvijfenveertig duizend euro (€ 145.000,00) of het restant daarvan vermeerderd met de eventuele achterstallige rente hierna te noemen: "Hoofdsom". Looptijd/opzegging Artikel 2 1. De Geldlening heeft - tenzij deze wordt verlengd - een looptijd van twintig jaar en eindigt derhalve op +. 2. Schuldeiser kan de Geldlening alleen (tussentijds) opzeggen krachtens het bepaalde in artikel 6. Rente Artikel 3 1. Vanaf heden is Schuldenaar aan Schuldeiser over de Hoofdsom een rente verschuldigd van vier procent (4%) per jaar, maandelijks bij vooruitbetaling verschuldigd op de eerste dag van iedere maand, voor het eerst op + over het vanaf heden tot en met + verstreken tijdvak. 2. De door Schuldenaar verschuldigde rente is verdisconteerd in de betaling van het hierna in artikel 4 lid 1 omschreven maandelijks te betalen annuïteitbedrag.
3
3. Bij de berekening van de rente zal elke maand op dertig dagen en elk jaar op driehonderdzestig dagen worden gesteld. 4. De rente is gedurende de gehele looptijd van de Geldlening een vaste rente. Aflossing Artikel 4 1. Schuldenaar is verplicht op annuïteitenbasis maandelijks – voor het eerste op één + en zo vervolgens – een gelijk bedrag van + aan rente en aflossing te betalen, een en ander conform de annuïteitenberekening die als bijlage aan deze akte is gehecht. 2. Vervroegde gehele of gedeeltelijke aflossing op de Hoofdsom door Schuldenaar is steeds toegestaan, zonder dat dientengevolge boete of schadevergoeding verschuldigd is, met dien verstande dat de vervroegde aflossing ten minste + dan wel een veelvoud hiervan zal dienen te bedragen. 3. Wanneer na tussentijdse aflossing de Hoofdsom niet volledig is afgelost, zal voor wat betreft het resterend gedeelte van de Hoofdsom een nieuwe annuïteitenberekening worden gemaakt conform de systematiek van de in lid 1 bedoelde en als bijlage aan deze akte gehechte annuïteitenberekening. Betalingen, boetes Artikel 5 1. Alle betalingen door Schuldenaar aan Schuldeiser zullen uitsluitend mogen worden gedaan op een daartoe door Schuldeiser aan te wijzen bankrekening. 2. De betalingen zullen dienen te geschieden in wettig Nederlands betaalmiddel, zonder kosten voor Schuldeiser. 3. De betalingen zullen worden gerekend allereerst te zijn geschied ter voldoening van de kosten en eventuele boetes, daarna van de verschuldigde rente en tenslotte van het nog niet afgeloste deel van de Hoofdsom, ongeacht andersluidende aanduidingen van Schuldenaar. 4. Betalingen dienen te geschieden op zodanige wijze dat Schuldeiser op de vervaldatum de beschikking heeft over de te betalen bedragen. Indien de vervaldatum van enige betaling mocht vervallen op een dag waarop bankinstellingen in Nederland gesloten zijn, zal als betaaldag gelden de eerstvolgende dag waarop die bankinstellingen weer geopend zijn. 5. Schuldenaar zal de door haar aan Schuldeiser verschuldigde bedragen steeds tijdig
4
en zonder voorbehoud voldoen en zal mitsdien niet gerechtigd zijn haar betalingsverplichtingen op te schorten, zich op verrekening te beroepen of op haar betalingsverplichting te korten of in te houden. 6. Bij niet betaling van het verschuldigde op de desbetreffende vervaldag verbeurt de Schuldenaar ten behoeve van de Schuldeiser een direct opeisbare boete - zonder dat enige ingebrekestelling, rechterlijke tussenkomst en/of andere formaliteit nodig of vereist is of zal zijn - van één procent (1%) van het verschuldigde voor elke maand dat de betaling achterwege blijft, met een minimum van vijftig euro (€ 50,00). Voormelde boete wordt berekend vanaf de desbetreffende vervaldag tot en met de dag van de betaling door de Schuldenaar. Bij de berekening van voormelde boete wordt een reeds ingegane maand gerekend voor een gehele maand. 7. Indien de Schuldeiser (het restant van) de Hoofdsom bevoegdelijk vervroegd opeist, verbeurt de Schuldenaar ten behoeve van de Schuldeiser een direct opeisbare boete - zonder dat enige ingebrekestelling, rechterlijke tussenkomst en/of andere formaliteit nodig of vereist is of zal zijn - van één procent (1%) van (het restant van) de Hoofdsom Schuld en/of het Verschuldigde voor elke maand dat de betaling achterwege blijft. Voormelde boete wordt berekend vanaf de dag van opeising tot en met de dag van de betaling door de Schuldenaar. Bij de berekening van voormelde boete wordt een reeds ingegane maand gerekend voor een gehele maand. Voor het geval de hiervoor bedoelde opeising wordt gevolgd door een executoriale verkoop of een daarmee gelijk te stellen onderhandse verkoop van het Onderpand, dan is de in vorige alinea bedoelde boete alleen verschuldigd indien de verkoop het gevolg is van handelen of nalaten dat in redelijkheid te wijten is aan de Schuldenaar. 8. De Schuldeiser is bevoegd om voor alle bedragen die hij betaald mocht hebben en die voor rekening komen van de Schuldenaar een rentevergoeding in rekening te brengen bij de Schuldenaar. De verschuldigde rente is gelijk aan één procent (1%) per maand - dan wel de wettelijke rente als bedoeld in artikel 119 Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek indien deze hoger is - over het betaalde bedrag met een minimum van vijftig euro (€ 50,00). Voormelde rentevergoeding wordt berekend vanaf de dag van betaling door de Schuldeiser tot en met de dag van de
5
terugbetaling door de Schuldenaar. Bij de berekening van voormelde rentevergoeding wordt een reeds ingegane maand gerekend voor een gehele maand. Opeisbaarheid Artikel 6 De Hoofdsom is opeisbaar na het verstrijken van de in artikel 2 genoemde looptijd. Onverminderd het bepaalde in de vorige volzin, heeft Schuldeiser het recht om de Hoofdsom vermeerderd met de lopende en eventueel achterstallige rente, kosten en boetes tussentijds en onmiddellijk op te eisen, zonder dat enige (nadere) ingebrekestelling of mondelinge mededeling is vereist, indien: a. Schuldenaar in gebreke is met de nakoming van enige verplichting uit hoofde van de Geldlening of daaruit voortvloeiende en/of daarmee samenhangende overeenkomsten dan wel enige andere overeenkomst tussen Schuldeiser en Schuldenaar, ongeacht of het gaat om niet, niet-tijdig of niet volledig voldoen aan deze verplichting en de betreffende niet-nakoming niet binnen acht (8) dagen na verzending van een schriftelijke mededeling van Schuldeiser en Schuldenaar hieromtrent, door Schuldenaar is hersteld; b. Schuldenaar te kennen geeft de Hoofdsom of enig saldo daarvan en/of daarover verschuldigde rente niet, niet-tijdig of niet volledig aan Schuldeiser te kunnen terugbetalen, dan wel indien bij Schuldeiser gegronde vrees bestaat dat de verhaalbaarheid van de resterende Hoofdsom, vermeerderd met rente, kosten en boetes beduidend zal verminderen; c. Schuldenaar (voorlopige) surséance van betaling aanvraagt dan wel wordt verleend, dan wel op de Schuldenaar de wettelijke schuldsaneringsregeling van toepassing wordt verklaard, dan wel de Schuldenaar in een toestand verkeert van te hebben opgehouden te betalen en bij aanbieding van een buitengerechtelijk akkoord aan een of meer van zijn crediteuren; d. Schuldenaar in staat van faillissement wordt verklaard, dan wel hiertoe een aanvraag of een eigen aangifte wordt gedaan; e. op zaken van Schuldenaar executoriaal beslag wordt gelegd, dan wel indien op zaken van Schuldenaar conservatoir beslag wordt gelegd en dit beslag niet binnen dertig dagen is opgeheven, alsmede indien Schuldenaar op welke wijze dan ook het vrije beheer en/of de beschikking over een substantieel deel van haar
6
vermogen verliest; f. Schuldenaar deugdelijk in gebreke is gesteld met betrekking tot de betaling van kosten, boetes, rente en/of hoofdsom van enig andere lening ten haren behoeve en de betreffende niet-nakoming niet binnen acht (8) dagen na verzending van een schriftelijke mededeling door de betreffende geldverstrekker aan Schuldenaar hieromtrent door Schuldenaar is hersteld; g. bij verlies, vernietiging, tenietgaan of vervallen, door welke oorzaak ook, dan wel dreiging daartoe, van enige ingevolge de Geldlening ten behoeve van Schuldeiser gestelde zekerheden, alsmede een belangrijke waardevermindering van een dergelijke zekerheid; h. bij vestiging van erfdienstbaarheden, recht van hypotheek, recht van pand of andere beperkte rechten op het Registergoed, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Schuldeiser; of i. bij vervreemding, verhuur en/of ingebruikgeving van het Registergoed (of een gedeelte daarvan) zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Schuldeiser. Achterstelling Artikel 7 Schuldenaar verklaart jegens Schuldeiser dat de geldschuld uit hoofde van de Geldlening niet achtergesteld is bij enige andere geldschuld van Schuldenaar anders dan voor zover dit uit de wet zou voortvloeien. Zekerheid stellen Artikel 8 1. Schuldenaar is verplicht tot zekerheid voor de nakoming van zijn bestaande en toekomstige uit de Geldlening voortvloeiende (betalings)verplichtingen aan Schuldeiser een recht van hypotheek te vestigen op het Registergoed alsmede rechten van pand te vestigen op: - alle roerende zaken die volgens verkeersopvatting bestemd zijn of bestemd zullen worden om het Registergoed duurzaam te dienen en door hun vorm als zodanig zijn te herkennen; - alle roerende zaken die van het Registergoed worden afgescheiden; - alle overige vorderingen jegens derden met betrekking tot het Registergoed; welk recht van hypotheek en welke pandrechten eerste in rang zullen zijn.
7
2. Schuldenaar verplicht zich jegens Schuldeiser om op eerste en schriftelijke verzoek van Schuldeiser in de door Schuldeiser gewenste vorm en omvang zekerheid te stellen of gestelde zekerheid aan te vullen. Geen zekerheid aan derden Artikel 9 Zolang Schuldenaar uit hoofde van de Geldlening enig bedrag aan de Schuldeiser verschuldigd is, verbindt Schuldenaar zich jegens de Schuldeiser om geen zekerheden aan derden te verstrekken ter zake van schulden van welke aard dan ook, dan wel borgtochten aan te gaan of zich anderszins te verbinden of sterk te maken voor schulden van welke aard dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Schuldeiser. Verrekening Artikel 10 Schuldenaar is niet bevoegd om eventuele al dan niet opeisbare (toekomstige) vorderingen van Schuldenaar op Schuldeiser, te verrekenen met vorderingen die Schuldeiser op basis van de Geldlening op Schuldenaar heeft of zal krijgen. Overdracht rechten en vorderingen Artikel 11 1. De Schuldeiser is te allen tijde bevoegd om zijn rechten jegens en zijn rechtsverhouding tot de Schuldenaar uit hoofde van de Geldlening over te dragen aan een derde, zulks door middel van overdracht ten titel van cessie of door middel van contractsoverneming. 2. Door ondertekening van de Akte verleent de Schuldenaar bij voorbaat medewerking aan en toestemming voor de in artikel 11 lid 1 vermelde overdracht of contractsoverneming. De Schuldenaar erkent bij voorbaat de in artikel 11 lid 1 vermelde overdracht of contractsoverneming, zonder dat dit zal leiden tot enige beperking in de rechten van de Schuldeiser. Bewijskracht administratie Artikel 12 Tegenover Schuldenaar strekt een door Schuldeiser verstrekt uittreksel uit zijn administratie tot volledig bewijs, behoudens door Schuldenaar geleverd tegenbewijs. Informatieplicht Artikel 13
8
1. Schuldenaar verstrekt aan Schuldeiser op eerste aanvraag alle inlichtingen, gegevens en bescheiden ten aanzien van Schuldenaar welke Schuldeiser in redelijkheid nodig heeft. 2. De kosten verbonden aan de werkzaamheden in verband met de in dit artikel opgenomen informatieplicht zijn voor rekening van Schuldenaar, indien en voor zover deze redelijk zijn. Overige bepalingen Artikel 14 1. Het niet terstond uitoefenen van enig recht van Schuldeiser of Schuldenaar krachtens de Geldlening zal in geen geval worden geacht te zijn een afstand van recht door Schuldeiser of Schuldenaar. 2. Wijzigingen van de Geldlening of aanvullingen daarop zijn slechts geldig voor zover deze door Partijen schriftelijk, bij notariële akte, zijn overeengekomen. 3. Indien een of meer bepalingen van de Geldlening niet rechtsgeldig blijken te zijn, zal de Geldlening voor het overige van kracht blijven. Partijen zullen over de bepalingen welke niet rechtsgeldig zijn overleg plegen, teneinde een vervangende regeling te treffen die wel rechtsgeldig is en zoveel mogelijk aansluit bij de strekking van de te vervangen regeling. 4. De kosten van deze akte en alle andere kosten waartoe de Geldlening nu of te eniger tijd aanleiding mocht geven zijn voor rekening van Schuldenaar, waaronder met name ook zijn begrepen incassokosten en de kosten die voor Schuldeiser opkomen in verband met het feit dat Schuldenaar enige verplichting welke hij bij de Geldlening op zich heeft genomen niet, niet tijdig of niet behoorlijk nakomt. 5. Behoudens voor zover expliciet anders vermeldt in de Geldlening, doen Partijen afstand van hun recht om gehele of gedeeltelijke ontbinding van de Geldlening te vorderen op grond van het bepaalde in artikel 6:265 en verder van het Burgerlijk Wetboek en/of de Geldlening te vernietigen en/of te wijzigen op grond van artikel 3:49 en verder van het Burgerlijk Wetboek en/of de artikelen 6:228 tot en met 6:230 van het Burgerlijk Wetboek, en/of de Geldlening te doen opzeggen. 6. Elke mededeling van de ene aan de andere Partij zal uitsluitend rechtsgeldig kunnen geschieden indien deze schriftelijk geschiedt per aangetekende brief met ontvangstbewijs of per koerier op het in de aanhef van deze akte vermelde adressen. Partijen kunnen voornoemd adres wijzigen. Een dergelijke
9
adreswijziging dient schriftelijk aan de andere partijen te worden medegedeeld, bij gebreke waarvan mededelingen rechtsgeldig aan het laatst bekende adres kunnen worden verzonden. 7. Een mededeling als hiervoor bedoeld wordt geacht een partij te hebben bereikt: a. indien verstuurd per koerier: de datum van aflevering op het adres van geadresseerde; b. indien verstuurd per aangetekende brief: de datum als vermeld op het ontvangstbewijs. 8. Iedere Partij draagt de door hem in verband met de voorbereiding en de totstandkoming van de Geldlening gemaakte kosten. 9. Op de Geldlening is uitsluitend Nederlands recht van toepassing. Alle uit de Geldlening, of uit de overeenkomsten die daarvan het gevolg zijn, voortvloeiende geschillen zullen worden voorgelegd aan de bevoegde rechter van de rechtbank Noord-Nederland. WOONPLAATS Voor de tenuitvoerlegging van deze akte verklaarden comparanten woonplaats te kiezen ten kantore van de bewaarder van deze akte. SLOT AKTE De comparanten zijn mij, notaris, bekend en de identiteit van de bij deze akte betrokken personen is aan de hand van de hiervoor gemelde en daartoe bestemde documenten vastgesteld. WAARVAN AKTE in minuut is verleden te Wedde (gemeente Bellingwolde) op de datum in het hoofd van dezer akte vermeld. De inhoud van deze akte is aan de verschenen personen opgegeven en toegelicht. De verschenen personen hebben verklaard op volledige voorlezing van de akte geen prijs te stellen, tijdig voor het verlijden van de inhoud van de akte te hebben kennisgenomen en met de inhoud in te stemmen. Onmiddellijk daarna is de akte beperkt voorgelezen en door de comparanten en mij, notaris, ondertekend om +.