Gegrond Nieuwsbrief van Certis Europe B.V. voor de Akkerbouw en de Vollegrondsgroenteteelt
Valbon geeft ook alternaria minder kans (pagina 2)
KWALITEIT IS AF TE DWINGEN Bij elke teelt draait alles uiteindelijk om de kwaliteit van het eindproduct. Grijp voor de beste kwaliteit vanzelfsprekend naar het beste middel. Wie dat niet doet, doet zichzelf tekort. De kwaliteit bepaalt de kracht van uw positie bij de afzet. Neem het afgelopen jaar met de zo gevreesde phytophthora in aardappelen. Een seizoen zwoegen, de aardappelen onder dak en dan een partij met phytophthoraknollen die u uiteindelijk alsnog tot wanhoop brengt. Een goede positie is af te dwingen. Om u hierbij te helpen blijft Certis meedenken en doorontwikkelen in de aardappelteelt. Zo is Valbon ontwikkeld om onder uiteenlopende omstandigheden phytophthora uit het gewas te houden. Het is bovendien onbeperkt inzetbaar. Bij de phytophthorabestrijding is het uitgangspunt preventie. Valbon werkt overigens niet alleen preventief en curatief tegen phytophthora. Het bevat ook mancozeb, dat het gewas weerbaarder maakt en daarmee dus tevens beschermend werkt tegen alternaria. Kwaliteit is afdwingbaar. Dat lukt ook met Gazelle, een nieuw middel dat een betere grip heeft op moeilijke luizen, zoals de vuilboomluis, de wegedoornluis en de boterbloemluis. Een bestrijding met Gazelle is ‘een klap van een daalder’, waarbij gelijktijdig ook een mengpopulatie van de larven en de kevers van de coloradokever goed wordt bestreden. Zonder toevoeging van hulpstoffen. In deze aflevering leest u meer over Valbon en Gazelle. Harry Salomons, Product Manager
Minerale virusolie als Olie H geeft extra bescherming (pagina 3)
Gazelle snel en langdurig effectief (pagina 4)
VALBON BEWIJST ZICH
De maatschap Vink uit Vierhuizen vertrouwt ook dit jaar weer op Valbon
Valbon heeft zich vorig jaar in de praktijk onder zware omstandigheden bewezen als robuust middel in de strijd tegen phytophthora. Dit dankzij de goede preventieve en curatieve werking. Veel telers hebben de betrouwbaarheid van het middel vorig jaar ontdekt. Ook dit jaar is de belangstelling weer groot. Valbon onderscheidt zich onder andere doordat er geen beperkingen aan het aantal bespuitingen zijn. Het werkt bovendien snel en is goed regenvast. Het middel dringt in het blad en stopt beginnende infecties. Starten met Valbon heeft een gunstig effect op de knolbescherming. Beschermt en vitaliseert “Als de druk hoog is, mag je Valbon om de vijf dagen gebruiken. Bij veel andere middelen is het etiket hiervoor beperkend. Valbon is daardoor in perioden met grote phytophthoradruk en in de fase van snelle loofgroei goed en effectief inzetbaar. Het is bovendien mengbaar
Gegrond
Jaargang 3 - Nr. 5 - Mei 2008
met olie zonder dat de werking minder wordt”, aldus Certis-adviseur Fokke Smit. Hij voegt daar aan toe: “Valbon zorgt bovendien voor een vitaler blad. Het biedt zo ook een goede bescherming tegen alternaria.”
De overall performance van Valbon is steevast goed
Totaal effect Smit vervolgt: “Bij de beoordeling van een middel als Valbon gaat het juist om de overall performance. Het komt bij zo’n vergelijking van het totaal effect steevast goed uit de bus.” Valbon is ook in andere Europese landen, waar Certis actief is, een veel gevraagd middel, onder meer in België, Duitsland en Engeland. Dit jaar heeft Valbon ook een toelating gekregen in Italië en Frankrijk. Ook hier zet Certis Valbon dit jaar in de markt. ■
1
VALBON GEEFT OOK ALTERNARIA MINDER KANS Valbon is niet alleen een effectieve bestrijder van phytophthora, maar geeft ook bladvoeding aan de plant. Mangaan in de actieve stof mancozeb maakt het gewas vitaler, waardoor alternaria minder kans krijgt. “In de eerste helft van het groeiseizoen is de aantasting door alternaria meestal te gering
om hier gericht mancozeb tegen in te zetten. Een bespuiting in de eerste helft van het seizoen heeft bovendien geen duidelijk effect op de ontwikkeling van alternaria in de tweede helft”, stelt aardappelspecialist Huub Schepers van het PPO in Lelystad. Zorgen dat het gewas in de eerste helft vitaal blijft, is dan ook een betere strategie, zegt hij.
Afdoende bescherming De meeste problemen met alternaria doen zich voor in juli en augustus. Schepers: “Dan móet je een bespuiting met mancozeb uitvoeren. Voor de effectiviteit heb je dan minimaal 1500 gram actieve stof per hectare nodig, zo blijkt uit proeven. Als je daaronder zit, wordt de werking minder.” Schepers vervolgt: “Valbon in de tweede helft van het seizoen blijven gebruiken is ook om andere redenen zinvol. Het heeft ten opzichte van cymoxanil/ mancozeb als voordeel dat het een betere knolbescherming biedt tegen phytophthora. Daar zit de plus.” ■
Huub Schepers: “Zorg dat het gewas vitaal blijft”
RESISTENTIEMANAGEMENT BIJ GEBRUIK VAN VALBON Valbon heeft geen beperkingen op het etiket ten aanzien van het aantal toepassingen. “Valbon is een combinatie van twee werkzame stoffen. Eén daarvan is mancozeb. De ontwikkeling van resistente phytophthora hiertegen is vrijwel uitgesloten. De kans op verminderde gevoeligheid
Sterk wisselende omstandigheden Alternaria is vooral sinds 2000 een steeds groter probleem aan het worden. “Daarvóór werd er vrij weinig over gesproken. Alternaria is een schimmel die erg houdt van sterk wisselende natte en droge weersomstandigheden en een iets hogere temperatuur dan normaal”, aldus Schepers. Dat alternaria een groeiend probleem aan het worden is, schrijft de PPOonderzoeker onder meer toe aan het veranderende klimaat (hogere temperaturen en grotere extremen) en het toegenomen gebruik van middelen zonder mancozeb. Ook wijst hij op de lagere stikstofbemestingen die worden toegepast. “Het gewas sterft daardoor eerder af en is dus minder lang vitaal en dus eerder vatbaar voor alternaria.”
van phytophthora tegen Valbon is dan ook erg klein. Dat risico heb je wel als je werkt met een middel tegen phytophthora op basis van een enkelvoudige werkzame stof, aldus Tjaart Hofman. Hij is voor Certis Europees Portfoliomanager en de contactpersoon voor
de FRAC, een Europese werkgroep van producenten die adviseert over resistentiemanagement en beperkingen in het gebruik van de middelen om resistentie te voorkomen. “In de praktijk wordt Valbon vooral in de periode van opkomst tot knolzetting ingezet. Doordat het slechts in een beperkt gedeelte van het groeiseizoen wordt toegepast, is er op het resterende deel geen druk op de phytophthorapopulatie. Daarmee voer je dus een actieve resistentiemanagementstrategie uit”, aldus Hofman. ■
CERTIS CHLOOR-IPC IN LDS-SYSTEEM UIEN TOEGESTAAN VOOR GLOBALGAP Met ingang van dit seizoen is het gebruik van Certis Chloor-IPC in het LDS-systeem (lage doseringsysteem) in uien formeel toegestaan. Certis heeft het etiket hiertoe aangepast. Certis ChloorIPC kan nu tevens zonder bezwaar worden toegepast in uien die onder GlobalGap worden geteeld. Uit oogpunt van GlobalGap wordt de aanpassing van het etiket door adviseurs in de praktijk zeer gewaardeerd. Het geeft maximale flexibiliteit in de toepassing van het product en is aangepast aan de gangbare praktijk. Certis is hiermee de enige leverancier van Chloor-IPC, dat als zodanig onder GlobalGap in het LDS-systeem mag worden gebruikt in uien.
Gegrond
2
MINERALE VIRUSOLIE ALS OLIE-H GEEFT EXTRA BESCHERMING name extra zekerheid in Y-virusgevoelige rassen en het basispootgoed voor het volgend seizoen. Als je dat schoon kunt houden, heb je een goede basis voor een volgende teelt zonder problemen.” Goede spuitschema volgen Ook beveelt hij aan het spuitschema tegen luizen niet aan te passen aan dat van phytophthora. Die fout wordt soms gemaakt. “Het schema voor de luizen moet je echt volledig aanpassen aan de feitelijke luizensituatie”, aldus Aalbers. Vooral bij droog weer als er minder kans is op phytophthora is de verleiding groot de spuitinterval voor phytophthora te vergroten. “Als de virusbestrijding daarin meegaat, heb je gedurende een bepaalde periode te weinig bescherming van de luizenmiddelen en loop je dus extra risico. Daarom: altijd op de luizenbestrijding blijven concentreren en dat combineren met een phytophthorabestrijding. En niet andersom.”
Jan Aalbers: “Luizendruk zorgt voor tegenvallers in de nacontrole van pootgoed”
De belangstelling voor minerale virusolie groeit. In de pootgoedteelt is de olie een stevige basis bij het beheersbaar houden van virusziekten. Het hanteren van een goed spuitschema is hierbij van cruciaal belang. “De luizendruk was afgelopen jaar, met name in het begin van het groeiseizoen, erg hoog. Dat heeft voor nogal wat tegenvallers gezorgd in de nacontrole van het pootgoed”, zegt Jan Aalbers. Hij is teelttechnisch voorlichter bij het aardappelhandelshuis Van Rijn in Emmeloord. Minerale olie Begin met gezond uitgangsmateriaal en geef een schrale bemesting, adviseert Aalbers. “Weet wat je in de grond stopt. Met een schrale bemesting zijn de planten minder aantrekkelijk voor luizen. Aan het einde van de teelt
3
rijpt het gewas dan ook sneller af.” Door dit vroege afrijpen is er ook minder kans op hergroei na de loofdoding. De hergroei is zeer aantrekkelijk voor luizen. Aalbers: “Een minerale olie geeft extra bescherming, bijvoorbeeld Olie-H. Minerale olie geeft met
Opschoonbespuiting Van Rijn verhandelt meer dan twintig poot- en consumptierassen. “Het ene ras is gevoeliger voor virus dan het andere. Luizen is een lastig verhaal. Daar moet je extra scherp op zijn. Daarbij komt nog dat we te maken hebben met nieuwe Y-virusstammen. De resistentie in de huidige rassen voor die virussen moet zich nog uitkristalliseren. Ik verwacht dat die resistentie pas over twee jaar goed in beeld is”, aldus Aalbers. In het gebruikelijke spuitschema met pyrethroïden en minerale virusolie overleven vaak moeilijk te bestrijden luizen, zoals de boterbloemluis. Dat deze ook bijdragen aan virusaantasting wordt verondersteld. De remedie hiertegen is opschonen door een tussentijdse bespuiting in een standaard luizenschema. Met de recente toelating van Gazelle heeft de pootgoedteelt een stevig middel in handen gekregen in de strijd tegen lastige luizensoorten.
RUIM MET GAZELLE MOEILIJK TE BESTRIJDEN LUIZEN OP Gazelle werkt snel en langdurig. De plant neemt het middel snel op en verspreidt het door het blad tot in de groeipunten. Het pakt ook moeilijk bestrijdbare luizen aan als de wegedoornluis, de vuilboomluis en de boterbloemluis. De werking van Gazelle is niet temperatuursafhankelijk. De actieve stof van Gazelle is acetamiprid, een nieuwe stof uit de groep van de neonicotinoïden. Het is een wateroplosbare granulaat. ■
Gegrond
GAZELLE SNEL EN LANGDURIG EFFECTIEF Van de Griend. “We begonnen het onderzoek met gemiddeld 450 luizen per twintig samengestelde bladeren. Vier weken later zaten we op ruim 2500 luizen. Dat is meer dan honderd luizen per blad. Dat is heel veel. Het blad zag zwart van de luizen, maar Gazelle deed het zeer goed. Na één bespuiting met Gazelle was het luizenprobleem onder controle.” Ook een bespuiting tegen de coloradokever is na één keer vaak voldoende. “De coloradokever wordt een steeds groter probleem. Hoe warmer het is, hoe sneller de kevers zich vermenigvuldigen Onder koudere omstandigheden duurt het doorgaans veel langer voor de kever alle stadia van ei tot nieuwe kever heeft doorlopen.” ■
GAZELLE OOK IN 5 KG VERPAKKING Vanaf eind april is Gazelle als spuitkorrel ook te verkrijgen in een 5 kg verpakking. De introductie van zowel de spuitkorrel alsook de nieuwe 5 kg verpakking verhoogd het gebruiksgemak, aldus Harry Salomons, product manager bij Certis. Pim van de Griend: “Gazelle laat natuurlijke vijanden in tact”
“Gazelle laat de natuurlijke bestrijders van de luis intact. Het werkt snel en langdurig. Omdat het snel werkt, kunnen de luizen minder lang zuigschade veroorzaken”, aldus Pim van de Griend. Hij heeft als onderzoeker van het Hilbrands Laboratorium voor Bodemziekten (HLB) in Wijster onderzoek gedaan naar de werking van Gazelle. Van de Griend werkt sinds kort bij Certis. Gazelle komt uit het vergelijkend onderzoek van het HLB als beste uit de bus. “Het heeft een zeer snelle werking. Al na drie dagen kun je heel goed het resultaat zien. Na zeven dagen was het effect van Gazelle opvallend beter in vergelijking met de andere middelen”,
“Na één bespuiting was het probleem onder controle”
benadrukt Van de Griend. “Maar ook in zijn duurwerking scoort Gazelle heel erg goed. Op enig moment na een luizenbestrijding neemt de luizenpopulatie weer toe. In het algemeen is er een toename te zien binnen veertien
Gegrond
dagen na de bespuiting. Bij Gazelle zag je na 21 dagen nog steeds geen toename. Gazelle voorkomt gedurende langere tijd de opbouw van de luizenpopulatie op de plant.” De resultaten van het HLB worden bevestigd door soortgelijk onderzoek bij Proefbedrijf Gewasbescherming ‘De Bredelaar’ in Elst. Ook daar stak Gazelle er in positieve zin bovenuit. Natuurlijke vijanden Van de Griend heeft bij het HLB de werking op de perzikbladluis, de aardappeltopluis, de vuilboomluis en de wegedoornluis onderzocht. Daarnaast bleek een beoordeling van Gazelle op de moeilijk te bestrijden boterbloemluis mogelijk. Van de Griend: “De perzikbladluis en de aardappeltopluis zijn gevoelig voor pyrethroïden. Met een pyrethroïde haal je ook de natuurlijke vijanden weg. Je spant daardoor het paard achter de wagen, want de opbouw van de luizenpopulatie neemt daardoor versneld toe.” Mooi perceel “Het afgelopen jaar had het HLB voor het luizenonderzoek een schitterend aardappelperceel, met veel vuilboomluis”, vertelt
MET VALBON WEINIG KANS OP HERINFECTIE Pim van de Griend is bij het Hilbrands Laboratorium voor Bodemziekten (HLB) in Wijster vanaf 1999 nauw betrokken geweest bij het testen van Valbon. “Valbon is heel sterk in de snelgroeiende fase van het gewas. Daarin onderscheidt het zich van concurrerende middelen. Het sterke van Valbon is dat het zich in de plant herverdeelt naar nieuw gevormd blad.“ Gemiddeld over alle jaren onderzoek genomen doet Valbon het in de snelgroeiende fase beter dan concurrerende middelen is zijn ervaring. “Valbon is bovendien snel regenvast. Phytophthora ontwikkelt zich juist in nattere periodes. Regenvastheid is dus een heel belangrijke eigenschap. Uit onderzoek naar Valbon in combinatie met Olie-H is bovendien gebleken dat er weinig spoorvorming en dus weinig kans op herinfectie is.”
4
NIEUWE STAMMEN AARDAPPELVIRUS Y VERSPREID DOOR SPECIFIEKE LUIZENSOORTEN Sommige bladluissoorten blijken zeer efficiënt in het overbrengen van nieuwe stammen van het aardappelvirus Y (‘PVY’). De overdracht van de nieuwe stammen van het virus lijkt met sommige bladluissoorten efficiënter te gebeuren dan van de oude stammen. Dit belangrijke inzicht heeft onderzoek opgeleverd dat Plant Research International (PRI) in Wageningen uitvoert naar de overdracht van het aardappelvirus. Het onderzoek, onder leiding van Martin Verbeek, wordt uitgevoerd in opdracht van het Hoofdproductschap Akkerbouw, de Nederlandse Algemene Keuringsdienst en het ministerie van LNV.
De referentieluis voor het vergelijkend onderzoek is de groene perzikbladluis, een berucht bezoeker van aardappelplanten.
Nederlandse veld aanwezig zijn. PRI is naarstig op zoek naar de beste aanpak van deze agressieve stammen. Onder meer was nog niet helemaal duidelijk waarom het aantal besmettingen met het virus blijft toenemen. De grootste problemen veroorzaakt de NTN-stam van PVY. De problemen met deze nieuwe stam nemen nog steeds toe, evenals die met het PVY N-Wilgavirus. ■
Agressieve stammen Besmetting met het aardappelvirus Y (‘PVY’) is al vele jaren de veroorzaker van aanzienlijke schade in de pootaardappelteelt. Het blijkt dat er nieuwe stammen van het virus in het
Resultaten onderzoek Inzicht in het voorkomen van nieuwe stammen en de mate van overdracht door bepaalde bladluizen draagt bij aan een betere beheersing van PVY. Het onderzoek van het PRI is nog in volle gang. “Het onderzoek wordt eind 2008 afgerond en de resultaten van het onderzoek naar virusoverdracht worden waarschijnlijk begin 2009 gepubliceerd”, aldus teamleider René van der Vlugt van PRI. PRI doet het onderzoek naar bladluizen in samenwerking met de NAK.
DE ENE LUIS IS DE ANDERE NIET De perzikluis en de aardappeltopluis zijn soorten die het gehele seizoen aanwezig zijn. Omdat beide soorten houden van jong, vers blad komen ze aan het einde van het groeiseizoen (augustus, september) minder frequent voor. De vuilboom-, wegedoorn- en boterbloemluis houden meer van een rijper gewas. “De vuilboomluis en de wegedoorn-
Groene perzikbladluis
5
Aardappeltopluis
luis moeten het meer hebben van een verouderend afstervend blad. Ze komen vooral in juli, augustus tot ontwikkeling. Pim van de Griend: “Een vuilboomluis zit in het begin meer onder in het gewas. Die kun je het beste bestrijden met een middel met systemische werking. De wegedoornluis tref je ook bovenin het gewas aan. De vuilboomluis
Vuilboomluis
komt zeer gebiedsgewijs voor. De soort zit het liefst in bosrijke gebieden. Daar overwinteren ze. Net als de wegedoornluis.” De vuilboomluis is vooral te herkennen aan zijn zwarte siphonen, niet zozeer aan de kleur. Die kan variëren van donker geel tot donkergroen. ■
Wegedoornluis
Boterbloemluis
Gegrond
GAZELLE REKENT DIRECT AF MET LASTIGE LUIZEN EN COLORADOKEVER Gazelle is een breed werkend middel. Het houdt het aardappelgewas langdurig vrij van luizen en coloradokevers. De actieve stof acetamiprid werkt snel en langdurig tegen veel lastige insecten, maar is veilig voor bijen en relatief onschadelijk voor andere nuttige insecten. Deze eigenschappen maken een radicale aanpak mogelijk van onder andere de vuilboom-, wegedoorn- en boterbloemluizen en de coloradokever. In de aardappelteelt is de druk van moeilijk te bestrijden luizen en coloradokevers de laatste jaren sterk toegenomen. Alleen tijdig ingrijpen voorkomt dat insecten het gewas in hun greep krijgen.
Meervoudige werking Gazelle pakt de insectendruk in het gewas op meerdere fronten aan. De gebruiksvriendelijke spuitkorrel (SG) bevat 20% acetamiprid, een neonicotinoïde. Deze stof blokkeert de overdracht van zenuwprikkels, waardoor het insect verlamd raakt en snel doodgaat. Gazelle werkt via rechtstreeks contact en via voedselopname door het insect. De werkzame stof wordt snel door het blad opgenomen en verspreidt zich translaminair en lokaal systemisch door de plant. In een groeiend gewas transporteert de sapstroom het middel naar de groeipunten. Hierdoor komt het ook bij moeilijk te raken insecten en profiteert het hele gewas van de lange duurwerking. ■
contact
• Gebruik 250 gram Gazelle per hectare. • Spuit met voldoende water voor een
Aardappeltopluis Perzikluis
goede gewasbedekking. Hierdoor profiteert u zowel van de contactwerking als van de werking door aanprikken. • De werking hangt niet af van de temperatuur, wat bij pyrethroïden wel het geval is. Hierdoor is Gazelle flexibel inzetbaar. • Snel regenvast. • Pas Gazelle maximaal 3 x per seizoen toe om resistentieopbouw te voorkomen. • De veiligheidstermijn bedraagt 14 dagen. • Gazelle is goed mengbaar met de meest gangbare fungiciden en insecticiden.
Juni
DE GROTE VOORDELEN VAN GAZELLE 1 Effectief tegen alle luizen en de coloradokever (inclusief larven). 2 Werkt snel en langdurig. 3 Geen uitvloeier nodig.
Wegedoornluis Vuilboomluis Boterbloemluis Coloradokever
Juli
Augustus
Gegrond
September
Spuitmomenten pootaardappelen Opschonen “moeilijke” luizen in een gangbaar systeem van luisbestrijding
Juni
Gazelle mag ook in grondwaterbeschermingsgebieden zonder restricties worden gebruikt De miliieubelastingspunten voor 0.25 kg/ha Gazelle zijn als volgt: ■
systemisch
Spuitmomenten consumptie- en fabrieksaardappelen
TOEPASSING
GAZELLE SCOORT GUNSTIG OP DE MILIEUMEETLAT
translaminair
Juli
waterleven
bodemleven
grondwater
< 1.5 % organische stof
4
40
200
1.5-3 % organische stof
4
40
10
3-6 %
organische stof
4
40
0
6-12 %
organische stof
4
40
0
>12 %
organische stof
4
40
0
Voorjaar ( maart - augustus), 1% drift
6
STERK TEGEN LASTIGE INSECTEN Coloradokever Van de coloradokever bevindt zich in augustus meestal een mengpopulatie van volwassen insecten en larven in het gewas. Gazelle pakt beide stadia aan.
Wantsen en cicaden Naast luizen en coloradokevers kunnen wantsen en cicaden het gewas belagen, vooral in de luwte van bomen. Gazelle neemt ook deze plaaginsecten mee.
Luizen Naast groene perzikbladluis en aardappeltopluis (juni) worden ook lastige soorten zoals de wegedoornluis, vuilboomluis en de zeer taaie boterbloemluis effectief opgeruimd.
7
Gegrond
OVERLEG OVER PROEF MET OLIE-H
NIEUWE MEDEWERKER De voorbereiding en coördinatie van het veldonderzoek in de akkerbouw en de bloembollenteelt is bij Certis sinds half februari in handen van Pim van de Griend. Hiervoor was Van de Griend werkzaam bij het Hilbrands Laboratorium voor Bodemziekten (HLB) in Wijster. Hier was hij onder andere verantwoordelijk voor het fungicide- en insecticideonderzoek in aardappelen.
CERTIS IS VERHUISD
Certis-medewerkers Pim van de Griend (links) en Fokke Smit (rechts) bespreken met Kees Boons van de NAK in Emmeloord de resultaten van het Olie-H-onderzoek. ■
OLIE-H BEWIJST OPNIEUW ZIJN STATUS ALS VIRUSOLIE De resultaten van de vergelijkende viruspreventieproef met Olie-H bij de NAK in Emmeloord van afgelopen jaar liegen er opnieuw niet om. “Het was een bevestiging van de resultaten van andere jaren. Olie-H kwam er weer als beste uit”, vertelt Certisadviseur Fokke Smit. Certis doet bij de NAK ieder jaar onderzoek naar de effectiviteit van Olie-H op de preventie van het non-persistente Y-virus. Uit eerder onderzoek was al naar voren gekomen dat Olie-H in combinatie met een synthetisch
pyrethroïde de beste virusbescherming biedt. “Als je iets doet, moet je het goed doen. Je moet kiezen voor bedrijfszekerheid en gaan voor het beste product. En dus geen risico nemen”, aldus Smit. Toevoegen van Add-H De toevoeging van Add-H zorgt voor een stabiele emulsie. “Bij het klaarmaken van de spuitvloeistof altijd eerst Add-H toevoegen. Dat geeft een optimale mengbaarheid en stabilisatie. En houd voor het beste resultaat de adviesdosering van Olie-H aan”, adviseert Smit. ■
Resultaten viruspreventieonderzoek 2007 bij de NAK in Emmeloord 35 30
Sinds 1 maart is het bezoekadres: Safariweg 55 3605 MA Maarssen Tel. 0346-29 06 00 Fax 0346-29 06 01 Het postadres is hetzelfde gebleven: Postbus 1180, 3600 BD Maarssen.
C o l o f o n Gegrond Nieuwsbrief van Certis Europe B.V. voor de Akkerbouw en de Vollegrondsgroenteteelt.
Redactie: Vormgeving: Beeld:
Harry Salomons, Certis PRLT Communicatie, Zoetermeer Crown Communication, Zeist Axipress, Certis, Engel Lameijer, PPO Lelystad, Hans Sas
Certis biedt systeemoplossingen voor milieubewuste, geïntegreerde gewasbescherming. De onderneming levert de kennis en de producten, zoals biologische en chemische middelen. Certis ondersteunt hiermee telers van specialistische, hoogwaardige gewassen bij de ontwikkeling van een gezonde en duurzame teelt.
25 20
onbehandeld
15
6,25 l/ha Olie H + standaard-pyrethroïde
10
7,5 l/ha referentie-olie + standaard-pyrethroïde
Postbus 1180 3600 BD Maarssen Safariweg 55 3605 MA Maarssen T +31(0)346 29 06 00 F +31(0)346 29 06 01 E
[email protected] www.certiseurope.nl
5 standaard-pyrethroïde 0 % aantasting Y-totaal
Technisch adviseur Akkerbouw (Noord-Nederland): Fokke Smit (06-13 64 91 95) Technisch adviseur Akkerbouw (Zuid-Nederland): Willem Schirring (06-53 70 06 83)
Resultaten viruspreventieonderzoek 2007 bij de NAK in Emmeloord
8
Gegrond