Fusies en Overnames Belangrijke rol voor Commissarissen
Talanton Corporate Finance B.V. Hoofdveste 17 3992 DH Houten ℡
+31 (0)30 – 634 00 08 +31 (0)30 – 637 40 04 www.talanton.nl
[email protected]
Datum: 29 juni 2010
Artikel Fusies en overnames : belangrijke rol voor commissarissen / nkcc
1 Inleiding Is een commissaris een actieve of passieve bewaker van de continuïteit van een organisatie? Deze vraag is momenteel erg actueel en er is maatschappelijk dan ook veel discussie over wat de verantwoordelijkheden en taken van commissarissen zijn. Wanneer een greep wordt genomen uit recente krantenkoppen over dit onderwerp komen we onder andere de volgende tegen. “Bestuurders en commissarissen van PCM Uitgevers, voormalig eigenaar van NRC Handelsblad, hebben zich schuldig gemaakt aan wanbeleid” “DNB uitte forse kritiek op DSB-commissarissen” “Naar het oordeel van de Ondernemingskamer valt de raad van commissarissen van ASMI te verwijten dat hij is tekort geschoten in zijn taak om te bemiddelen bij conflicten tussen bestuur en aandeelhouders”. Het lijkt erop dat de commissaris vooral aandacht krijgt wanneer er zaken fout lopen. In goede, voorspoedige tijden is het vaak stil rond de beroepsgroep. Wanneer er problemen ontstaan wordt er al snel naar de commissaris gekeken met de vraag hoe “dit” heeft kunnen gebeuren. In bovenstaande berichten speelt de belangentegenstelling van het bestuur met de onderneming een belangrijke rol. De Raad van Commissarissen (“RvC”) is in dergelijke situaties de aangewezen partij als toezichthouder met tevens een bemiddelende rol. Blijkbaar acteert de RvC in een aantal gevallen niet adequaat genoeg. Dit is zeker niet altijd direct verwijtbaar aan de RvC maar kan wel te maken hebben met gebrek aan vroegtijdige signalering van belangrijke gebeurtenissen en bijbeorende tegenstellingen. In dit artikel zal specifiek worden ingegaan op de rol van de RvC bij het proces van fusies en overnames. Fusies en overnames gaan gepaard met emoties en verschillende belangen. Daarom is het belangrijk dat er altijd één partij is die boven het proces staat en rationeel blijft denken in het belang van de gehele organisatie. In het verleden zijn talloze voorbeelden geweest waarbij de belangentegenstelling van het bestuur met die van de aandeelhouders, en andere stakeholders, in een overname (lees ook nadrukkelijk fusie) tot problemen hebben geleid. Voor de commissaris is het belangrijk om inzicht te hebben in een overnameproces, zodat mogelijke problemen op tijd kunnen worden gesignaleerd en adequaat kan worden gehandeld. Daarbij heeft de RvC een aantal bevoegdheden en mogelijkheden tot haar beschikking. Het is zaak dat de commissarissen zich hiervan bewust zijn en gebruik maken van deze mogelijkheden. Een overname is geen proces wat omkeerbaar is. Achteraf handelen om schade te beperken is dus erg lastig. Dit vereist een actieve en bewuste rol bij het overdrachtsproces, zowel aan de koop en de verkoopkant als bij een fusie. In dit artikel zal eerst een beschrijving worden geven van mogelijke valkuilen bij overnames en specifieke punten waarin oplettendheid en een actieve participatie van de commissaris vereist zijn. Daarna volgt een korte beschrijving van een overnameproces. Vervolgens volgt een korte praktijk casus.
2 Valkuilen bij fusies en overnames Veel overnames zijn achteraf niet succesvol gebleken. Onderzoek wijst uit dat slechts circa de helft van alle overnames in succesvolle combinaties resulteren. Een belangrijke oorzaak voor het niet slagen van overnames is de prijs die is betaald. In de eerste paragraaf van dit hoofdstuk zal worden ingegaan op een aantal aspecten die bijdragen aan het opdrijven van de prijs. In de tweede paragraaf wordt stilgestaan bij een aantal andere risico’s tijdens een overnameproces.
2.1
Prijs
Het lijkt een open deur om aan te geven dat de prijs een risico is in het overnameproces. Toch is dit niet het geval aangezien er vaak (te) veel wordt betaald. In een biedingproces blijkt de uiteindelijke koper (winnaar) bijvoorbeeld geregeld de verliezer te zijn omdat er meer betaald wordt dan de onderneming eigenlijk waard is (zgn. “winner’s curse”). Zelfs als er een op het eerste gezicht sluitende Talanton Corporate Finance
Pagina 2 van 8
onderbouwing is, denk bijvoorbeeld aan verwachte synergievoordelen en kostenbesparingen, is het belangrijk om goed te begrijpen waarom een bepaalde prijs wordt betaald en moet een RvC altijd kritisch blijven staan tegenover een mogelijke onderbouwing ervan. 2.1.1 Synergie en integratie In de onderbouwing van een verkoopprijs speelt de waardecreaties door samenwerking van de beide organisaties (synergie) vaak een rol. Uit onderzoek blijkt echter dat synergie in werkelijkheid vaak lager uitvalt dan in eerste instantie werd aangenomen. Dit heeft niet alleen te maken met het uitblijven van de voordelen van samenwerking, maar ook met de kosten die nodig zijn om deze voordelen te realiseren. Juist deze kosten worden vaak achterwege gelaten of onderschat in de berekeningen. Om een reële inschatting te maken van de omvang van de verwachte synergie moet de focus liggen op (1) hoe de integratie van beide ondernemingen tot stand gaat komen, (2) welke kosten samenhangen met integratie/reorganisatie en (3) wat de kansen zijn dat de synergie lager uitvalt en de integratiekosten hoger. 2.1.2 Herstructurering en reorganisatie Een ander argument voor het betalen van een hoge prijs is dat er bij de gekochte onderneming kostenvoordelen te behalen zijn als gevolg van herstructurering en reorganisatie. Net als bij verwachte synergievoordelen is het lastig hiervan een betrouwbare inschatting te maken en vaak blijkt achteraf dat de verwachtingen te positief waren. Bij reorganisaties is er ook nog het risico van negatieve publiciteit en de vaak moeizame onderhandelingen met de vakbonden waarmee uiteindelijk vaak “dure” afvloeiingsregelingen worden overeengekomen.
2.2
Risico’s tijdens een overnameproces
Er zijn een aantal factoren die inherent zijn aan een overnameproces maar een succes in de weg kunnen staan. Allereerst hebben betrokken partijen niet evenveel informatie en inzicht in de onderneming(en) en het proces, dit wordt informatieasymmetrie genoemd. Daarnaast zijn er tegengestelde belangen tussen de koper en verkoper maar ook mogelijk tussen verschillende personen/functies binnen één partij. Het is daarom van groot belang dat de RvC voldoende toezicht houdt op het proces en op een aantal momenten inzicht verkrijgt in specifieke details van de transactie. 2.2.1 Informatieasymmetrie Doordat de koper slechts beperkt informatie ter beschikking heeft over de target onderneming en deels afhankelijk is van de verkoper voor het verkrijgen van relevante informatie speelt informatieasymmetrie bij overnames in hoge mate. Het laten uitvoeren van een due dilligence onderzoek (zgn. boekenonderzoek) kan dit probleem gedeeltelijk oplossen. Een due dilligence onderzoek sluit echter niet uit dat de koper op een later tijdstip toch “lijken” in de kast vindt. Daarnaast richt een due dilligence onderzoek zich voornamelijk op historische cijfers en worden er slechts beperkt uitspraken gedaan over de financiële toekomst (prognoses). Juist deze financiële prognoses zijn van belang voor het voorbestaan van de organisatie en de hoogte van de overnamesom. Doordat de verkopende partij een prikkel heeft om de verwachtingen zo rooskleurig mogelijk voor te stellen moet een kopende partij zeer kritisch kijken naar de verwachtingen van verkoper. 2.2.2 (On)afhankelijkheid Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om in het belang van alle stakeholders van de betreffende onderneming te handelen. Dit betekent dat de bestuurders van beide partijen zo gunstig mogelijk handelen voor de betreffende partij. Wanneer het bestuur of bestuurder van één van beide partijen dit niet doet is het zeer goed mogelijk dat de transactie ongunstig is voor de betreffende onderneming en haar stakeholders. Bestuurders kunnen in een overnameproces een tegengesteld belang hebben ten opzichte van de aandeelhouders en overige stakeholders van de onderneming wat vervolgens kan resulteren in een ongewenste uitkomst van het overnameproces. Van belang is dat de RvC dit nauwgezet in de gaten
Talanton Corporate Finance
Pagina 3 van 8
houdt en zelf proactief in het proces optreedt. Een aantal oorzaken van tegengestelde belangen van bestuurders ten opzichte van de onderneming worden hieronder beschreven. 2.2.2.1 Empire building Bestuurders van ondernemingen en organisaties hebben vaak de ambitie om te groeien. Deze ambitie is niet altijd in het belang van de onderneming maar is soms ingegeven vanuit de persoonlijke positie van de bestuurder. Zo zal bijvoorbeeld een bestuurder van een grotere onderneming meer aanzien genieten dan de bestuurder van een kleine (wellicht meer renderende) onderneming. Bestuurders van grote organisaties krijgen tevens vaak een hoger salaris wegens grotere complexiteit en verantwoordelijkheid. 2.2.2.2 Bonus In het beloningsbeleid wordt de bonus van de bestuurder vaak gekoppeld aan de (korte termijn) groei van de onderneming. Vooral in niet-beursgenoteerde ondernemingen wordt groei vaak gemeten door omzetgroei en niet door waardecreatie. Wanneer de beloning van het bestuur afhankelijk is van groei is er dus een prikkel om omzet “bij te kopen” door middel van acquisities. Hierbij is de prijs die voor de acquisitie wordt betaald soms van ondergeschikt belang en kan dan ten koste gaan van de andere stakeholders (aandeelhouders, werknemers, etc.). In beursgenoteerde ondernemingen is het theoretisch gezien eenvoudiger om de groei door waardecreatie (aandeelhouderswaarde) te meten. Echter doordat de beleggers vaak geen inzicht hebben in alle relevante informatie blijft het lastig om betrouwbaar de waardeontwikkeling van een onderneming te meten. 2.2.2.3 Belangenverstrengeling In een aantal situaties heeft een bestuurder een direct tegengesteld belang aan de onderneming. In een dergelijke situatie bestaat de kans dat het bestuur bewust handelt in tegenstelling met de belangen van de onderneming. Een voorbeeld van tegengestelde belangen is de situatie waarbij een bestuurder van een onderneming, die een bedrijfsonderdeel afstoot, tevens aandeelhouder is van de kopende partij. De bestuurder heeft in deze situatie tegengestelde belangen, namelijk een hoge prijs als bestuurder van de verkoper en een lage prijs als aandeelhouder van de koper. In deze situatie is er een redelijke kans dat de bestuurder in strijd met de belangen van de onderneming handelt en bewust een verkeerde voorstelling van zaken geeft aan de RvC. Dergelijke situaties of de implicatie ervan zijn niet altijd duidelijk. De RvC dient zich dan ook altijd kritisch op te stellen ten aanzien van informatie die wordt verschaft door de bestuurders en zich zoveel mogelijk onafhankelijk een beeld te vormen van de voorgenomen transactie.
3 De rol van commissarissen De commissarissen vervullen een belangrijke rol, namelijk die van toezichthouder op het beleid van het bestuur en in algemene zin op de gang van zaken bij een onderneming. Hieronder vallen dus ook fusie- en overnameactiviteiten van de onderneming. Formeel zijn hierover een aantal zaken geregeld in de wet en daarnaast is er sinds 2003 concreet aandacht voor dit onderwerp in de vorm van de Nederlandse corporate governance code (zgn. Code Tabaksblat).
3.1
Wettelijke bepalingen
In artikel 164 BW 2 staan een aantal besluiten van het bestuur m.b.t. fusies en overnames weergegeven waarvoor goedkeuring van de RvC nodig is. Kort gezegd dient het bestuur van een onderneming o.a. de goedkeuring van de RvC te verkrijgen voor het aangaan of verbreken van duurzame samenwerking met een andere vennootschap, het nemen van een deelneming ter waarde van ten minste een vierde van het geplaatste kapitaal, het ingrijpend vergroten of verkleinen van een deelneming en investeringen voor een bedrag gelijk aan ten minste een vierde van het geplaatste kapitaal. Hierbij is tevens van belang dat het ontbreken van de goedkeuring van de RvC de vertegenwoordigingsbevoegdheid van het bestuur niet aantast. Dit betekend dat de raad van commissarissen achteraf geen transacties kan terugdraaien. Consequentie hiervan is dat de RvC er ook zelf zorg voor moet dragen dat deze bovenstaande punten worden gesignaleerd wanneer de bestuurders hun informatieplicht nalaten. Uiteraard kan een commissaris ook invloed uitoefenen door de bevoegdheid tot het benoemen en ontslaan van de bestuurders (BW 2: art 162). Talanton Corporate Finance
Pagina 4 van 8
3.2
Corporate governance code
In de nieuwste Nederlandse corporate governance code, opgesteld door de commissie Frijns in 2008 is onder andere het volgende opgenomen over de verhouding tussen bestuurders en commissarissen in geval van overnameactiviteiten. II.1.10 Wanneer een overnamebod op de (certificaten van) aandelen in de vennootschap wordt voorbereid draagt het bestuur er zorg voor dat de raad van commissarissen tijdig en nauw wordt betrokken bij het overnameproces. II.1.11 Indien het bestuur van een vennootschap ten aanzien waarvan een overnamebod is aangekondigd of uitgebracht, het verzoek van een derde concurrerende bieder ontvangt inzage te krijgen in de gegevens van de vennootschap, bespreekt het bestuur dit verzoek onverwijld met de raad van commissarissen. De commissarissen hebben dus een grote en mede beslissende rol in het overnameproces en dienen actief te participeren in dit proces om de belangen van de onderneming te waarborgen. In dit kader is het belangrijk om op de hoogte te zijn van een aantal risico’s tijdens zo’n overnameproces.
4 Waar moeten commissarissen op letten? De RvC staat op wat meer afstand van het overnameproces dan het bestuur, toch is het belangrijk dat de RvC op belangrijke momenten inzicht heeft in het proces. In dit hoofdstuk worden een aantal belangrijke kwesties kort besproken vanuit de positie van een kopende partij. Uiteraard zijn de meeste kwesties ook van belang voor een verkopende partij. De laatste paragraaf van dit hoofdstuk gaat over “fairness” opinies. Recent is tevens het boek “Fuseren is topsport” verschenen dat nog additioneel inzicht geeft in het verloop van een acquisitieproces.
4.1
Het acquisitieproces
Onderstaande stroomschema geeft het proces van een acquisitie weer. Vrijwel geen enkele overname verloop in de praktijk exact “volgens het boekje”. Strategische oriëntatie
Benaderen partijen Closing & Financiële analyse
Onderhandelingen
Benaderen potent iële Def iniëren zoekprof iel Onderhandelingen verkopers Long-list Mogelijkheden m.b.t . Waardebepaling Short -list t ransact iest ruct uur Geheimhoudingsverklaring Financieringscapacit eit LOI ident if icat ie f inanciële risico’s kw ant if iceren synergiepot ent ieel
Financiering
Inf ormat ie memorandum Benaderen banken A andelenemissie Onderhandelingen
Closing
Due diligence Cont ract en Closing
Elk overnameproces begint met een strategische oriëntatie. In de strategische oriëntatie gaat het om de definitie van de gewenste overnamekandidaat in relatie tot de lange termijn doelen van de onderneming. Voordat er serieus wordt gestart met een acquisitieproces zou het bestuur de RvC hierover moeten informeren zodat zij tijdig op de hoogte is van de plannen. Wanneer de acquisitiestrategie is geformuleerd en de potentiële kandidaten bekend zijn, kan overgegaan worden tot verdere analyse van de partijen. In deze fase wordt een waarderange vastgesteld en komen veelal de kritieke punten (risico’s) naar boven. De uitkomst van de financiële analyse is het startpunt van de onderhandelingen over de prijs en de voorwaarden. Tijdens de onderhandelingsgesprekken ligt de financiële analyse meestal niet stil. Er zal vaak nieuwe informatie beschikbaar komen die vervolgens gebruikt dient te worden ter (her)evaluatie van de gekozen onderhandelingspositie. Het is verstandig als de RvC tijdens de onderhandelingen een vinger aan de pols houdt. Aan het einde van deze fase zal er een “letter-of-intend” (LOI) worden getekend. Afhankelijk van de wensen van partijen is het mogelijk om reeds in de LOI een groot deel van de Talanton Corporate Finance
Pagina 5 van 8
voorwaarden en condities overeen te komen. Wanneer de onderneming zich in de LOI aan belangrijke voorwaarden en condities committeert zou het bestuur de RvC hiervan op de hoogte moeten brengen of zelfs om instemming moeten vragen voor de ondertekening ervan. Na ondertekening van de LOI wordt gestart met het zeker stellen van de financiële middelen voor de overname. Wanneer de transactie niet (geheel) uit eigen middelen gefinancierd kan worden zullen banken en/of aandeelhouders benaderd te worden. Het is goed mogelijk dat de aandeelhouders hiervoor de visie van de RvC op de voorgenomen transactie willen weten. Één van de laatste hobbels die genomen dient te worden is het boekenonderzoek (ook wel “duediligence” genoemd). Wanneer de uitkomst van dit onderzoek geen aanleiding geeft tot het bijstellen van de prijs of voorwaarden en de laatste punten, die niet in de LOI zijn geregeld, zijn uitonderhandeld kunnen de uiteindelijke contracten worden getekend. Afhankelijk van de omvang van de transactie moet het bestuur volgens de wet goedkeuring vragen aan de RvC voor de transactie. Redelijkerwijs mag verwacht worden dat de RvC kennis heeft genomen van de relevante informatie en documenten voordat zij instemt met de transactie. In dit kader kan de RvC naast kennisneming van de due-dilligence uitkomsten, contracten en juridisch adviezen ook vragen om een zogenaamde fairness opinie.
4.2
Fairness opinie
Het doel van een fairness opinie is het afgeven van een oordeel door een externe deskundige over een voorgenomen transactie. De deskundige zal beoordelen of de transactievoorwaarden, voornamelijk de prijs, overeenkomen met de onderliggende waarde van de onderneming. De fairness opinie wordt niet alleen gehanteerd ter verificatie of de transactie economisch zinvol is. Het instrument kan ook juridische aansprakelijkheidskwesties beperken. Achteraf is het vaak complex om te bepalen of transacties op een juiste grond tot stand gekomen zijn, omdat de omstandigheden nadien gewijzigd zullen zijn. Wanneer er een onafhankelijk oordeel is ten tijde van de voorgestelde transactie, kan dit in latere procedures van doorslaggevend belang zijn. In de praktijk worden fairness opinies voornamelijk gevraagd door de RvC’s van verkopende ondernemingen. De fairness opinie wordt in zo’n geval gebruikt bij de beslissing of de RvC het bod formeel ondersteund. Toch is het ook zeker zinvol als de RvC om een fairness opinie vraagt bij een kooptransactie (acquisitie). Acquisities hebben namelijk vaak betrekking op grote bedragen en een juiste beslissing hierin is daardoor van vitaal belang voor de continuïteit van een onderneming. Juist het juridische aspect van aansprakelijkheid speelt hierin een grote rol. Wanneer er achteraf liquiditeitsproblemen of een te grote schuldenlast ontstaan welke terug te leiden zijn naar de transactie is het belangrijk een onafhankelijk instrument in handen te hebben waaruit blijkt dat een bepaalde transactie economisch onderbouwd is. Een recent voorbeeld hiervan is de uitspraak van de Ondernemingskamer inzake PCM op 27 mei 2010. De Ondernemingskamer oordeelde dat er op onderdelen sprake is geweest van wanbeleid bij PCM en heeft de decharge van het bestuur en de RvC over de jaren 2004 tot en met 2007 vernietigd. Aanleiding voor de procedure was de hoge schuldenlast en transactiekosten waarmee de onderneming werd opgezadeld als gevolg van de overname in 2004 door een durfkapitalist.
5 Praktijk casus - fairness opinie zorginstelling Begin 2006 krijgt een zorginstelling het verzoek van een private investeerder of de stichting open staat voor een mogelijke overdracht van haar zorgactiviteiten. De private investeerder is met meerdere deelnemingen actief is in dezelfde branche. Naar aanleiding van deze vraag laat de Raad van Bestuur van de zorginstelling zich bijstaan door een fusie en overnameadviseur die het gehele proces begeleidt. In dit proces is tevens een waardebepaling uitgevoerd. Op basis van deze waardering en gesprekken met de investeerder blijkt dat er een voor de Raad van Bestuur reële prijs tot stand zou kunnen komen waarbij het bestuur het gevoel heeft dat de belangen van alle betrokkenen worden behartigd. Zowel voor de onderliggende onderneming als voor de stichting kan de transactie dus positieve gevolgen hebben. Niet alleen het financiële belang wordt gediend, ook de instelling zelf kan Talanton Corporate Finance
Pagina 6 van 8
baat hebben bij een combinatie van de eigen expertise en activiteiten met die van de andere deelnemingen van de investeerder. De Raad van Bestuur deelt vervolgens de RvC mede dat er een transactie wordt overwogen. Naar aanleiding van een bespreking waarin de toekomstvisie van de investeerder en de verkoopprijs worden besproken is de RvC overtuigt van de transactie. Echter, de RvC is niet volledig overtuigd van de onafhankelijkheid van het bestuur, welke zal overgaan naar de nieuwe onderneming en daar nieuwe functies zal gaan bekleden. Daarbij heeft de private partij grote expertise op financieel gebied en meer ervaring in dit soort transacties. Derhalve is de Raad van Commissarissen van mening dat de verkoopprijs in het algemeen belang getoetst dient te worden voordat zij toestemming geeft. Niet alleen het belang van de stichting zelf wordt op die wijze behartigd maar ook die van de verkochte activiteiten, inclusief de werknemers en cliënten. Wanneer er namelijk een te hoge prijs zou worden betaald, kan dit eveneens zijn tol eisen in de toekomst. Mocht de aangenomen rentabiliteitsverwachting niet uitkomen is de kans groot dat de private investeerder harde saneringen zal doorvoeren, welke zijn weerslag zullen hebben op het serviceniveau van de organisatie en haar werknemers. In dit kader heeft de RvC Talanton Corporate Finance gevraagd de waardebepaling, welke namens het bestuur is verricht, en de voorgenomen transactieprijs onafhankelijk te beoordelen. De conclusie van deze beoordeling was dat de waarde welke de adviseur van het bestuur toekende aan de activiteiten van de onderneming en de voorgenomen transactieprijs door Talanton realistisch geacht werd. Talanton stelde in haar eindoordeel echter wel voor een aantal correcties door te voeren. De transactie heeft uiteindelijk plaatsgevonden met in achtneming van de aanbevelingen van Talanton Corporate Finance. Doordat de fairness opinie in de range van de eerdere waardering van het bestuur lag hadden zowel de RvC als de Raad van Bestuur vertrouwen in de transactie.
6 Conclusie Hieronder zijn kort een aantal belangrijke aandachtspunten voor commissarissen weergegeven. Op basis van de corporate governance code moet de RvC tijdig en nauw betrokken zijn bij het overnameproces en afhankelijk van de omvang is goedkeuring wettelijk vereist van de RvC voor een overname, verkoop of fusie. Commissarissen zouden daarnaast onder andere op de volgende punten moeten letten: • • • •
De RvC dient aan het begin van het proces te worden ingelicht en gedurende het proces inzicht in alle relevante informatie moeten krijgen; Eventuele belangentegenstellingen van bestuursleden met de organisatie moeten op tijd worden gesignaleerd en waar nodig moet hierop actie worden ondernomen; Is er voldoende informatie beschikbaar om tot een transactie over te gaan? Welke prijs wordt betaald en is er een steekhoudende onderbouwing voor?
De volgende situaties vormen een potentieel risico voor commissarissen: • • •
Goedkeuring verlenen voor een overname of verkoop zonder dat de RvC voldoende kennis heeft genomen van alle relevante informatie; Een onvoldoende kritische houding van de RvC ten aanzien van de beschikbare informatie; Onvoldoende toezicht door de RvC op het overnameproces en het bestuur.
Talanton Corporate Finance
Pagina 7 van 8
7 Talanton Corporate Finance Talanton is een zelfstandig corporate finance advieskantoor en is niet gelieerd aan een bank, accountantskantoor of andere zakelijke dienstverlener. Bij Talanton werken register accountants, register valuators, (bedrijfs) economen, bedrijfskundigen en gerechtelijk deskundigen. Talanton heeft ruime ervaring met complexe waarderingsvraagstukken, het begeleiden van fusies en overnames en het arrangeren van financiering voor acquisities, management buy-outs en recaps. Vanuit onze praktijk hebben wij ervaring met fairness opninies en second opinies voor ondernemingen en organisaties in uiteenlopende sectoren. Voor meer informatie kunt u vrijblijvend contact met ons opnemen. Talanton Corporate Finance B.V. Hoofdveste 17 3992 DH Houten ℡
+31 (0)30 – 634 00 08 +31 (0)30 – 637 40 04 www.talanton.nl
[email protected]
Talanton Corporate Finance
Pagina 8 van 8