Functionele geletterdheid Oefening deel 1 Groepswerk Opdracht Je wilt met de leerlingen werken rond Facebook. Je vond een tekst op Taalblad en een tekst op Wikipedia. Welke tekst gebruik je? Waarom? Hoe bouw je je les op?
RDV
Functionele geletterdheid
Pagina 1
Facebook is 10 jaar oud, maar verliest jongeren Taalblad, woensdag, 5 februari 2014 De sociaalnetwerksite Facebook viert zijn tiende verjaardag. Tien jaar geleden lanceerde Marc Zuckerberg samen met enkele vrienden de applicatie, die toen nog The Facebook heette. Het doel van de netwerksite was om het sociaal contact tussen studenten van de universiteit van Harvard te verbeteren. Via Facebook konden andere studenten informeren over wat ze aan het doen waren of wat ze van plan waren. Zo konden ze gemakkelijker met elkaar afspreken. Maar Facebook explodeerde. Het verspreidde zich over de hele wereld. Momenteel zijn er 1,2 miljard mensen met een profiel op Facebook. Er zijn 5,4 miljoen Belgen die Facebook gebruiken. Er zijn de laatste maanden berichten dat Facebook zijn hoogtepunt bereikt heeft. Vooral bij jongeren lijkt de populariteit van Facebook af te nemen. Zij willen niet op dezelfde netwerksite actief zijn als hun ouders (en grootouders). Daarom zoeken ze alternatieve netwerksites op, zoals Instagram, Pinterest en Snapchat. Zakelijke gebruikers kiezen dan weer meer en meer voor Linkedin, een website die gericht is op professioneel netwerken. Volgens onderzoekers van de Princeton Universiteit zal het gebruik van Facebook de volgende jaren heel sterk dalen. Ze vergelijken Facebook met een epidemie. Het virus besmet mensen, maar op een bepaald moment worden ze immuun. De onderzoekers voorspellen dat mensen ook immuun zullen worden voor het Facebookvirus, dat ze hun interesse zullen verliezen. Tussen 2015 en 2017 zou 80 procent van de gebruikers stoppen met Facebook te gebruiken.
RDV
Functionele geletterdheid
Pagina 2
Wikipedia Facebook ontstond op 4 februari 2004 (toen nog "The Facebook" genoemd). Mark Zuckerberg is de medeoprichter en algemeen directeur. Het hoofdkantoor bevindt zich in Palo Alto, Californië.[7] In eerste instantie konden alleen studenten van het Harvard College lid worden. Later werd dit uitgebreid tot de gehele Harvard-universiteit en enkele andere universiteiten. Nog later werden studenten van alle universiteiten toegelaten. In september 2006 werd Facebook geheel openbaar, waarna iedereen vanaf 13 jaar en ouder zich kon registreren. Er was in 2006 sprake van een overname door Yahoo! voor een bedrag rond een miljard dollar. De verkoop was mondeling overeengekomen, maar toen Yahoo zijn bod verlaagde naar 800 miljoen sloeg de toen 23-jarige Mark Zuckerberg het bod af. Ook nadat Yahoo zijn oorspronkelijke bod van een miljard weer op tafel legde weigerde Zuckerberg te verkopen.[8] In 2007 maakten Google en Microsoft bekend te azen op een belang in het bedrijf. Op 25 oktober 2007 werd bekend dat Microsoft voor 240 miljoen dollar een belang heeft genomen van 1,6 procent in Facebook.[9] De waarde van Facebook zelf werd hierdoor geschat op 15 miljard dollar. In 2010 stond de toen 26-jarige Mark Zuckerberg op nummer 35 van de Forbeslijst van rijkste mensen ter wereld, met een vermogen van 6,9 miljard dollar.[10] Facebook was een van de eerste virtuele gemeenschappen die een publieke webAPI aanbood, een manier voor derden om gebruik te maken van de data van Facebook in een eigen (web)applicatie. Dit was een groot succes, wat tot uiting kwam in populaire Facebook-applicaties als Scrabble, Schaken, Poker, Frontierville, FarmVille, CityVille, Gardens of Time en Pet Society. De meeste van deze applicaties worden uitgegeven door Zynga en Playfish. Veel andere virtuele gemeenschappen, waaronder het Nederlandse Hyves, hebben inmiddels ook dergelijke API's gelanceerd of zijn van plan dit te doen. Enige standaardisatie in dergelijke API's wordt gebracht door het OpenSocial-initiatief van Google. Onder meer Googles eigen Orkut zal zijn API's via die manier toegankelijk maken, maar ook concurrenten als Friendster, hi5, Netlog en Myspace zullen dat gaan doen. Facebook is sinds mei 2008 in het Nederlands te raadplegen. Spaans, Duits en Frans waren de eerste talen waarin Facebook werd vertaald. In de Noord-Afrikaanse revoluties van 2011 in Egypte en Tunesië was, naast Twitter, Facebook een belangrijk middel waarmee de opstandelingen met elkaar en de buitenwereld communiceerden. De opstandelingen (veelal studenten) noemden zich in de media meermaals "de kinderen van Facebook". Groei Het aantal Facebook-leden is enorm toegenomen sinds 2007, sindsdien is het aantal actieve gebruikers zeer sterk blijven groeien.[5]
RDV
Functionele geletterdheid
Pagina 3
Functionele geletterdheid, PISA-onderzoek leesvaardigheid, taalbeleid Om vlot in de huidige samenleving te kunnen functioneren is het noodzakelijk dat iedereen over voldoende basisvaardigheden beschikt op het gebied van taal, rekenen en computergebruik. Nog een te groot deel van de Vlaamse bevolking ondervindt in dit verband moeilijkheden in zijn persoonlijke leven of op zijn werk. "Geletterdheid omvat de competenties om informatie te verwerven, te verwerken en gericht te gebruiken. Dit betekent met taal, cijfers en grafische gegevens kunnen omgaan en gebruik kunnen maken van ICT. Geletterd zijn is belangrijk om zelfstandig te functioneren en participeren in de samenleving en nodig om zich persoonlijk te kunnen ontwikkelen en bij te kunnen leren." (Stuurgroep van het Plan Geletterdheid Verhogen, 27 februari 2013) Lezen is fundamenteel bij het verwerven van kennis. De manier waarop mensen lezen is niet statisch en verandert over de tijd. Om tegemoet te komen aan de veranderingen in de periode tussen 2000 en 2009 werd het oude PISA‐raamwerk voor lezen (en dus ook de manier waarop leesvaardigheid gemeten wordt) aangepast en uitgebreid: PISA2000 onderzocht hoe goed leerlingen informatie lokaliseren; PISA 2009 focust daarnaast ook op hoe goed leerlingen toegang hebben tot informatie; PISA2000 onderzocht hoe goed leerlingen interpreteren wat ze lezen; PISA 2009 focust daarnaast ook op hoe goed ze de informatie integreren; net als PISA2000 bekijkt PISA2009 hoe leerlingen reflecteren op hetgeen ze lezen en hoe ze het evalueren. Leren en denken gebeurt in taal. Als we ‘goed’ onderwijs willen voor allen, is het belangrijk om in alle vakken aandacht te besteden aan taal. Om de taalvaardigheid van leerlingen te bevorderen, kan de leraar ondermeer: - de voorkennis van de leerling activeren; - zorgen voor een duidelijke en transparante lesstructuur; - aanschouwelijk werken met authentiek of levensecht materiaal; - voldoende aandacht besteden aan schooltaalwoorden; - leerlingen vanuit een functionele opdracht regelmatig met tekstmateriaal aan de slag laten gaan; - de invuldidactiek verlaten door leerlingen ook opdrachten te geven waarin ze (beperkte) teksten moeten produceren, hetzij mondeling of schriftelijk; - de eigen instructietaal verzorgen, zowel in lessen, opdrachten als bij evaluatie. Daarnaast kan een leraar gebruik maken van de didactiek van taalgericht vakonderwijs waarin naast vakdoelen ook telkens expliciet taaldoelen gesteld worden. Vak- en taaldoelen worden tegelijkertijd ontwikkeld via onderwijs dat contextrijk is, vol interactiemogelijkheden zit en waarbinnen de nodige taalsteun geboden wordt.
RDV
Functionele geletterdheid
Pagina 4
Oefening deel 2 Wat zou je wijzigen in je lesaanpak als je rekening houdt met deze informatie?
RDV
Functionele geletterdheid
Pagina 5
Suggesties 1 Activeren van voorkennis Wie gebruikt Facebook? Waarom? Gebruik je andere sociale netwerksites? … 2 Aandacht voor schooltaalwoorden Wat betekenen de volgende woorden in de context? Markeer het juiste antwoord. Facebook explodeerde Facebook ontplofte Facebook werd heel veel gebruikt Alternatieve sites Betere sites Andere sites Markeer de juiste uitspraak. Facebook is nog altijd zeer geliefd bij jongeren. Jongeren gebruiken Facebook minder dan vroeger. 3 Vraagstelling op verschillende niveaus Wat was de oorspronkelijke bedoeling van Facebook ________________________________________________________________ ________________________________________________________________ Waarin wijkt die oorspronkelijke bedoeling af van de huidige situatie? ________________________________________________________________ ________________________________________________________________ Waarom schakelen jongeren over op andere sociale netwerksites? ________________________________________________________________ ________________________________________________________________ Welke informatie vind je in tekst 2 en niet in tekst 1? ________________________________________________________________ ________________________________________________________________ Welke tekst spreekt je het meest aan? Waarom? ________________________________________________________________ ________________________________________________________________
RDV
Functionele geletterdheid
Pagina 6
PAV-atelier L-XL Sport en bewegen Kicks voor een gezonde geest… Bedenkingen - suggesties 1.1
p. 5 – activeren voorkennis woordenschat via woordvelden zelfst. nw. sport trend Actie/activiteit -
1.2
Bijv. nw. sportief trendy actief
infinitief sporten
antoniem onsportief
activeren
inactief
zorgen baren: zorgen verminderen/bezorgd maken aan marktwaarde verliezen: minder belangrijk zijn/minder geld opbrengen Actualiseren: Rogge was voorzitter IOC. Je kunt dus vragen of Rogge nog altijd de grootste sportbaas is, waarom hij de grootste sportbaas genoemd werd, laat opzoeken wie de huidige IOC-voorzitter is (Bach)…
p. 9 Op welk niveau situeer je de vragen? Hoe kun je naar een hoger niveau? bv. Bij vraag 2 kun je vragen of dat ook de redenen zijn waarom de leerlingen aan sport doen.
2
p. 13 Actualiseren: een recenter artikel zoeken over Seppe Smits Bij opdracht 11 de woorden laten illustreren via een situatieschets (bv. Een sporter mag niet tot stukken in de nacht fuiven: hij moet een gedisciplineerd leven leiden.)
p. 15 Onderaan de bladzijde staan moeilijke woorden: laat zinnen bouwen; werk ook met woordvelden (motief, motivatie, essentie) vraag 6 p. 19 Laat leerlingen formuleren hoe ze die vragen gaan oplossen (bv. zoeken wat de energiewaarde is van een donut, kijken hoelang ze moeten fietsen om die kcal te verbranden.)
RDV
Functionele geletterdheid
Pagina 7
p. 22 vraag 1 aanvullen met de vraag of dit overeenstemt met wat de leerlingen invulden op pagina 14 vraag 1 p. 24 Hier kun je verwijzen naar Wouters versus Waes (rit Parijs-Roubaix) p. 31 vraag 5 is niet eenduidig: Noem 2 contactsporten. 4.2 p. 34 voorkennis activeren: triatlon, triatleet, Iron Man, Marc Herremans, debutant, een kruis maken over zijn carrière Filmpje Libelle tv https://www.youtube.com/watch?v=WtB6EOmAwsY p. 35 aandacht voor woordenschat: legendarisch, revalidatie, mindervalide, sporticoon p. 41 Zoek de tikfout in de opdracht. p. 43 Gebruik van spreek- of schrijfkader is ok. Dit kan een hulpmiddel zijn voor taalzwakkere leerlingen. p. 45 aandacht voor moeilijke woorden: illegaal, prioritair, amnestie, dopingzondaar, voedingssupplement p. 52 aandacht voor woorden: prognose (leg de link met een doktersbezoek) Dit thema kan gekoppeld worden aan ‘Kranten in de klas’!
RDV
Functionele geletterdheid
Pagina 8
Hoe evalueer je? Suggesties met mogelijkheid tot differentiatie Groep 1 zoekt informatie op het internet over kitesurfen en stelt die informatie voor via een ppt.
Groep 2 leest een artikel over kitesurfen (Bodytalk, juni 2014) en beantwoordt de volgende vragen: -
Waarom is kitesurfen een extreme sport?
-
Onder welk kopje vind je een antwoord op de volgende vragen: o Wie wil kitesurfen, moet zeer goed kunnen zwemmen. o Welke letsels kun je oplopen?
Groep 3 leest een artikel over kitesurfen (Bodytalk, juni 2014) en zoekt het antwoord op de volgende vragen: o
Noem 2 voordelen van kitesurfen volgens Jan Bourgois. Voordeel 1: …………………………………………………………………. Leg de link met de titel.
o
Voordeel 2:……………………………………………………………. In de onderstaande tekst vind je datzelfde voordeel terug. Waar?
Website Bloso Kitesurfen: de zoektocht naar hangtime… -
Kiting is een nieuw fenomeen aan het strand. De klassieke strandvlieger is vervangen door een prachtig gekleurde vleugel, een kite, en daar hangen allerlei soorten boards aan! Ze glijden door de golven, rijden over het strand en vooral ... ze zweven door de lucht en doen de meest elegante manoeuvres tijdens de hangtime... Bij kitesurfen laat de surfer zich staand op een board over het water trekken door een vlieger. Wat eerst op een hype leek, is nu een trend die heel wat sportievelingen lokt! Om te kitesurfen heb je weinig wind nodig waardoor je de sport veel kan beoefenen. Je kan je materiaal in een rugzak op de fiets meenemen! De sport is snel, flitsend en makkelijk te leren.
RDV
Functionele geletterdheid
Pagina 9
Groep 4 krijgt de tekst uit Bodytalk zonder tussenkopjes en moet de tussenkopjes op de juiste plaats zetten.
Spreek- of schrijfopdracht voor alle leerlingen. De leerlingen schrijven 10 regels over kitesurfen. Ik zou wel eens willen kitesurfen omdat… Kitesurfen spreekt mij niet aan…
Uitbreiding Vooraf heb je gevraagd of iemand de film ‘The kite runner’ gezien heeft. Die leerling(en) vertelt/vertellen over de film. Fragment uit de film vergelijken met een fragment uit het boek ‘De Vliegeraar’ van Khaled Hosseini.
RDV
Functionele geletterdheid
Pagina 10