Friend Een onderzoek naar de verandering van het begrip vriend door de komst van het sociale medium facebook
! ! ! !
MA Scriptie Kunst- en Cultuurwetenschappen Lobke Zwager (5828503)
!
Eerste begeleider: dr. R.J. Valkhoff Tweede begeleider: prof. dr. W. den Boer Datum: 30 juli 2014
!
! ! ! ! ! ! ! !
Universiteit van Amsterdam
FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN
Voorwoord
!
Voor u ligt mijn masterscriptie ter afronding van mijn studie Kunst-‐ en Cultuurwetenschappen, voorheen Algemene Cultuurwetenschappen, aan de Universiteit van Amsterdam. Het is een resultaat van een onderzoek naar de verandering van het begrip vriend door de komst van het sociale medium facebook. De scriptie staat niet alleen voor het laatste onderdeel van de studie, maar vormt ook het eindstation van een mooie en leerzame tijd als student. De laatste loodjes wegen het zwaarst, dit gezegde sloeg ik vaak in de wind. Alleen op het schrijven van deze scriptie is het een passende uitspraak. Het is niet gemakkelijk geweest, maar keer op keer vond ik de uitdaging terug en bepaalden de hoogtepunten het doorgaan met schrijven. Zodra een doorbraak werd bereikt of een zinsconstructie tot in perfectie werd geformuleerd, het gevoel van euforie daarvan is niet te beschrijven. Door dit onderzoek nam ik automatisch mijn eigen vriendschappen onder de loep en ik mag mezelf gelukkig prijzen met meerdere deugdelijke vriendschappen. Niet alleen in tijden van plezier werd ik bijgestaan, ook in mindere periodes stonden mijn vriendinnen achter mij. Kop op en je kunt het, sleepten mij door het schrijfproces heen. Ook mijn ouders hebben mij voortdurend bijgestaan. De positiviteit en het vertrouwen gaven me de kracht om door te zetten. Verder was deze scriptie niet tot een succesvol einde gebracht zonder Rudolf Valkhoff. Zijn eindeloze geduld en medepassie voor het onderwerp deden mij doorgaan. De besprekingen gingen gepaard met een kopje verse thee en stonden bol van Gilosoferen, totdat de juiste snaar geraakt werd. Zonder hem was het mij niet gelukt, heel veel dank! Naast het bijstaan tijdens het schrijfproces van de scriptie, ben ik hem erkentelijk voor het plezierig en succesvol maken van mijn studietijd op de Universiteit van Amsterdam. Hij zette zich optimaal in en altijd kon ik bij hem terecht. Bijzonder veel dank! Ten slotte ben ik het brein achter facebook, Mark Zuckerberg, dank verschuldigd. Hij bood mij een uitdagend onderzoeksobject en voorzag mij van de welkome aGleiding.
!
Lobke Zwager
Inhoudsopgave
! Voorwoord ......................................................................................................................................................2 Inleiding ...........................................................................................................................................................4 Hoofdstuk 1 Een vriend in vroegere tijden… ...................................................................................6 1.1 Etymologie van het woord vriend .........................................................................................................6 1.1.1 Oorsprong binnen het Grieks 6 1.1.2 Latijnse etymologie 7 1.1.3 Nederlandse oorsprong 8 1.2 Visies op het begrip vriend als leidraad .............................................................................................9 1.2.1 Ethica Nicomachea van Aristoteles 9 1.2.2 De briefwisseling van Cicero: Laelius de Amicitia 11 1.2.3 De Spiritali Amicitia van Aelred van Rievaulx 13 1.2.4 Montaigne’s De l’amitié 16 1.3 Conclusie ........................................................................................................................................................19
Hoofdstuk 2 Vriend in de huidige samenleving ...........................................................................21 2.1 Socialisering van het internet ...............................................................................................................21 2.1.1 De opkomst van de online netwerken 22 2.1.2 Een nieuwe generatie: introductie Friendster, LinkedIn en MySpace 24 2.1.3 Online sociale netwerken toegespitst op de student 25 2.2 De tijdlijn van Facebook ..........................................................................................................................26 2.2.1 Het begin: thefacebook.com 26 2.2.2 Verbreden van de reikwijdte 27 2.2.3 Ontwikkeling naar facebook 29 2.3 Het begrip vriend in de digitale wereld ...........................................................................................31 2.3.1 Stine Jensen en haar kijk op online vriendschapsvorming 31 2.3.2 Jose van Dijck en de verbindende media 34 2.3.3 Alexander Lambert: over de verhouding tussen vriendschap en intimiteit 37 2.4 Conclusie ........................................................................................................................................................40
Hoofdstuk 3 Het nieuwe begrip vriend ............................................................................................42 BibliograGie ...................................................................................................................................................45
3
Inleiding
!
Sinds het begin van de mensheid vormen vrienden en vriendschappen een belangrijk onderdeel van ons leven. Tegenwoordig is er een nieuwe vorm van vriendschap ontstaan, de digitale of online vriendschap gesloten via het wereld wijde web. Het online sluiten van vriendschappen is vergemakkelijkt door de komst van de sociale netwerksites. Voor het eerst kwam ik in aanraking met het sociale netwerken tijdens mijn verblijf in Amerika. De jongeren om mij heen waren helemaal in de ban van het nieuwe fenomeen MySpace. Uit nieuwsgierigheid ging ik meekijken op een zogenaamd proGiel, die compleet vorm te geven was naar de persoonlijke smaak. Het verzamelen van vrienden was de voornaamste bezigheid. MySpace liet ik voor wat het was, het oogde chaotisch en onoverzichtelijk. Ik had geen idee waar ik moest beginnen. Een paar maanden daarna teruggekomen in Nederland werd ik uitgenodigd om deel te nemen aan een ander sociaal netwerk, facebook. Het was 2007 en ik was naast het spieken op MySpace, totaal niet bekend met het online netwerken. De uitnodigingen voor deelname aan het netwerk ontving ik uit Australië , waar mijn vriendinnen woonden die ik had leren kennen tijdens mijn buitenlandervaring. Vooraf hadden we ons voorgenomen te e-‐mailen om zo contact te onderhouden, alleen bleek dit lastiger en tijdrovender te zijn dan ik had verwacht. Daarom besloot ik de uitnodigingen te accepteren. Een wereld ging voor me open, het was gemakkelijk te communiceren met mijn vriendinnen en foto's konden met een klik op de knop worden uitgewisseld met elkaar. Het overzichtelijke karakter had me overgehaald. In Nederland was het netwerk vrijwel nog onbekend, dus bleef het bij mijn internationale connecties. Aanvankelijk werd ik uitgelachen als ik het had over facebook, commentaren zoals ingewikkeld en lastig in gebruik kreeg ik te horen. Voornamelijk was het een probleem dat weinig Nederlanders op het netwerk waren aangesloten. Na verloop van tijd kwamen er toch meerdere vriendschapsverzoeken binnen en de ommekeer was daar: ook Nederland was in de ban van het fenomeen van Mark Zuckerberg. Vriendschappen intrigeren mij, vooral nu digitale vriendschappen een prominente rol innemen binnen de samenleving. Hoewel de sociale netwerksites een relatief korte geschiedenis hebben, zijn ze reeds van grote invloed op onze cultuur. Het proces van verandering van het begrip vriend leek mij interessant om te onderzoeken. In deze scriptie luidt de hoofdvraag als volgt: In hoeverre is het begrip vriend veranderd door de komst het sociale medium facebook? Om een antwoord te geven op deze hoofdvraag zal ik in het eerste hoofdstuk kijken naar de etymologie van het woord vriend. Om de herkomst van het woord te deGinië ren is er gekeken naar het Griekse philia, het Latijnse amicitia en naar de oudste vorm binnen onze eigen taal. Vervolgens wordt het begrip vriend belicht vanuit verschillende standpunten door de jaren heen. Uit de Griekse tijd nemen we een kijk in het gedachtegoed van Aristoteles' Ethica Nicomachea. Cicero zal fungeren als woordvoerder uit de Romeinse tijd met zijn uiteenzetting over de
4
vriendschap De Amicitia ofwel Lealius. Voor de periode van de middeleeuwen is gekozen voor een schrijver die in de vergetelheid is geraakt, namelijk Aelred de Rievaulx met zijn Spiritali Amicitia en als laatste wordt Montaigne’s De l’amitié onder de loep genomen. In het tweede hoofdstuk wordt allereerst een beeld geschetst van de opkomst van de diverse sociale media. Vervolgens wordt het online sociale netwerk facebook belicht, waar de focus van dit onderzoek ligt. Oorspronkelijk was de website ontworpen voor studenten van Harvard en is nu openbaar voor iedereen met een geldig e-‐mailadres. Wat is de betekenis van een vriend op deze sociale netwerksites? Voor een antwoord op deze vraag zijn teksten van Stine Jensen, Jose van Dijck en Alexander Lambert bestudeerd. Stine Jensen gaat in haar boek Dag vriend! in op het begrip intiem kapitaal om zo tot een herdeGinië ring te komen van het begrip vriend. Jose van Dijck geeft in haar boek The Culture of Connectivity een inzicht in hoe de sociale media de rol van vriendschappen hebben veranderd en Alexander Lambert wil met zijn boek Intimacy and Friendship on Facebook duidelijk maken hoe de verhouding tussen vriendschap en intimiteit online leidt tot een hechtere of juist oppervlakkigere vriendschap. Het laatste hoofdstuk zal een vergelijking zijn tussen het vroegere begrip vriendschap en de online vriendschap om zo tot een antwoord te komen op de eerder gestelde hoofdvraag in hoeverre het begrip vriend is veranderd door de komst van het sociale medium facebook.
5
Hoofdstuk 1 Een vriend in vroegere tijden…
1.1 Etymologie van het woord vriend Etymologie is de studie naar de herkomst en geschiedenis van woorden. Het gaat niet om de deGinië ring van een woord, maar om een uitleg te verkrijgen van wat een woord 600 of zelfs 2.000 jaar geleden betekende.1 Woorden zijn op een bepaald moment ontstaan, waarna ze zich hebben ontwikkeld en zich hebben aangepast aan de veranderende omstandigheden van de tijd waarin ze gebruikt zijn. Na korte of lange tijd zijn sommige woorden verdwenen of juist herontdekt.2 Het woord etymologie is in onze taal gekomen via het Latijn uit het Grieks. Het is opgebouwd uit de woorden étumos, het ware, en logos, het woord. Etymologie staat voor het zoeken naar het ware, de basis, van het woord. Dit is een proces waarin een woord wordt gevolgd terug in de tijd, om op die manier de oudste betekenis te kunnen ontdekken. Middels dit proces is het mogelijk uit te vinden hoe de oorspronkelijke vorm en betekenis waren van het onderzochte woord en hoe het zich heeft ontwikkeld tot het nu.3 In deze paragraaf wordt er ingegaan op de etymologie van het woord vriend. Om duidelijkheid te geven in de structuur en herkomst van dit woord is er gekeken naar de betekenis van het Griekse philia, het Latijnse amicitia en als laatste naar de oudste betekenis en vorm binnen onze eigen taal om tot een beeld te komen hoe het woord zich heeft ontwikkeld door de jaren heen.
!
1.1.1 Oorsprong binnen het Grieks Philia werd in het Grieks ten tijde van Aristoteles gebruikt in de context van liefde en vriendschap. Het had een veel ruimere betekenis dan tegenwoordig. Zo stond het woord niet alleen voor liefde en vriendschap, ook droeg het de betekenis van affectie en zelfs erotische liefde. Aristoteles gebruikte het voornamelijk voor het aanduiden van relaties waar een sterke band de kern vormde. Zo verstond hij onder philia de genegenheid die bestond tussen familieleden en de vriendschappen tussen burgers onderling. Zelfs zakelijke relaties bestempelde hij als philia.4 Het woord philos is een afgeleide van philia. Philos betekent zowel vriend, als vriendelijk of geliefde. De oorspronkelijke betekenis van dit woord had meer van doen met het vergezellen dan met de betekenis vriend. Het kan ook zijn dat philia eerst heeft gestaan voor het werkwoord vrienden maken, dat dan overeenkomsten toont met de eerdere betekenis van philos. Sommige wetenschappers gaan nog een stapje verder en claimen dat philos een afgeleide is van sphi. Als
1 www.etymonline.com. 2 www.inl.nl. 3 Ibidem. 4 Hupperts. C., B. Poortman. 2005: p. 594.
dit het geval zou zijn geweest, was de originele betekenis zichzelf. Dit heeft helemaal geen overeenkomsten met de vroegere betekenis die Aristoteles heeft gegeven aan philia.5 Wetenschappers Cooper en Ross hebben ook gediscussieerd over wat er nu precies verstaan werd onder het begrip philia en in hoeverre de toenmalige betekenis heeft doorgewerkt in de huidige vorm. Cooper vroeg zich in zijn artikel Aristotle on the Forms of Friendship af, waarom de Grieken en in het bijzonder Aristoteles alle relaties onder deze noemer vatte. Ross antwoordde daarop dat de Grieken elke relatie waarin wederzijdse aantrekkingskracht een rol speelde vatten onder het gezamenlijke begrip philia.6 Volgens Cooper ging deze deGinië ring te ver en betrof het woord niet elke relatie. Hij stelde dat het centrale idee achter philia het beste met iemand voor hebben was, zonder verdere eigen belangen.7 Helaas is het gebleven bij speculaties van wetenschappers onderling en is de precieze herkomst en betekenis onbekend gebleven.
!
1.1.2 Latijnse etymologie Het Latijnse woord amicitia had in vroegere tijden een andere connotatie dan de huidige betekenis van vriend of vriendschap. Historici bijvoorbeeld gebruikten amicitia vaak als een technische term, om de allianties te benoemen die heersten tussen de Romeinse aristocraten. Vermoedelijk viel deze relatie wel onder de term, alleen net zoals geconstateerd is bij het Grieks, vielen verschillende betekenissen onder dezelfde noemer. In de literatuur waar amicitia in gebruikt is, verwees het woord voornamelijk naar een persoonlijke relatie met betrekking tot wederzijdse gevoelens van affectie. Aangezien politieke allianties in die tijd ook werden bestempeld als persoonlijke relaties, kan de term hier zeker op van toepassing zijn geweest.8 Amicus is een afgeleide van amicitia en heeft de betekenis vriend, vriendelijk en aardig. Het voorvoegsel am-‐ gaat gepaard met de betekenis van beetpakken en omhelzen. Dit is weer te herleiden tot het aangaan van een verbintenis, een verbond tussen twee mensen oftewel twee vrienden.9 Verder stelde De Vaan in zijn Etymological dictionary of Latin and other Italic Languages dat het werkwoord amare ook een afgeleide is van het woord amicitia. De betekenis van dit werkwoord is lieGhebben. Volgens hem heeft de Latijnse betekenis zich ontwikkeld van vriend naar het huidige lieGhebben.10 Een opmerkelijk gegeven is dat er naast amicitia als betekenis voor het woord vriendschap, nog een ander woord is dat terugleidt naar dezelfde betekenis. Dit woord is privus en heeft op het eerste gezicht totaal geen overeenkomsten met amicitia. Privus is een afgeleide van het oude Latijnse woord priva dat zoveel betekende als zichzelf en eigenaardig.11 Opvallend is dat bij de etymologie van het Griekse woord philos gestuit werd op de afgeleide sphi, dat woord had in 5 Beekes, R. 2009: p. 1573. 6 Ross, D. 1959: p. 223. 7 Cooper, J.M. 1977: p. 621. 8 Powell, J. 1990: p. 22-‐23. 9 Tucker, T.G. 1931: p. 15. 10 Vaan, M. de. 2008: p. 39. 11 Tucker, T.G. 1931: p. 194.
7
eerste instantie ook niet veel van doen met de oorspronkelijke betekenis. De originele betekenis van sphi was zichzelf, net zoals de betekenis van het Latijnse woord priva. Wellicht is vanuit het Latijn teruggegrepen op de Griekse betekenis, zodat op die manier priva verbonden is aan het woord amicitia. Als er verder wordt gekeken kan privus ook aGkomstig zijn van privatim, wat afzijdig betekende. Het woord kan verder verbonden worden aan proprius, het besef van eenzaamheid, dat weer gepaard gaat met het verlangen om samen te zijn. Een logischer verband met het woord vriend is als privus een afgeleide is van prei, dat vastpakken, omhelzen of binden betekende. Deze verbinding komt bij ons uit het Sanskriet, waar priyate omhelzen betekende.12 Deze betekenis is gelijk aan de betekenis van het voorvoegsel am-‐. Dat zou de cirkel rondmaken en toont aan dat de woorden amicitia en privus wel degelijk met elkaar verbonden kunnen zijn.
!
1.1.3 Nederlandse oorsprong Het Nederlandse woord vriend stamt uit het jaar 1100 van onze jaartelling in de vorm van friunt. Het stond voor geliefde of (geest)verwant en werd voor het eerst ontdekt in een tekst aGkomstig uit Egmond, Holland: Mine friunde faciendo, que precipio, mine lieueston me super omnia diligendo; mijn vrienden, door te doen wat ik leer, mijn liefsten, door mij boven alles lief te hebben.13 Verder kwam het woord overeen met het werkwoord vrien, het vrijen in een oude betekenis van lieGhebben.14 Een verandering in betekenis en schrijfwijze vond een eeuw later plaats, tussen 1200 en 1300 werd het vrient. Het woord werd uitgebreid met de betekenissen gelovige, bondgenoot en gildelid. Verder was een vriend uit deze tijd een persoon voor wie iemand genegenheid voelde. Bij de bondgenoot zag men de medestander als vriend, omdat deze persoon aan dezelfde kant, van bijvoorbeeld een geschil, stond. Een verwant werd ook nog steeds gezien als een vriend, zowel als ‘gheestelijc vrient’ als een ‘vleeschelijc vrient’.15 Tussen 1300 en 1500 bleef het woord op dezelfde manier gespeld. Vrient stond nog steeds voor een bevriend persoon, een verbondene, een verwante en een bondgenoot. Toegevoegd werd de nieuwe betekenis van minnaar of beminde. Dat is opmerkelijk, het lieGhebben met betrekking tot het woord vriend was ook é én van de eerste betekenissen in de vorm van friunt uit het jaar 1100. In deze periode behoorden verder een bloedverwant, aanverwant en nabestaande tot een vriend. Deze connotatie was eerder opgemerkt bij de Griekse en Latijnse betekenissen van vriend. In die tijd behoorden de familiebanden ook tot vriendschapsrelaties. Verder werd de betekenis uitgebreid met een raadsheer. Iemand die diende van raad en de zaken behartigde, werd gezien als een vriend.16 12 Tucker, T.G. 1931: p. 194. 13 www.gbt.inl.nl. 14 www.inl.nl. 15 Ibidem. 16 Ibidem.
8
Vanaf 1550 veranderde de schrijfwijze naar vriend, zoals het woord tegenwoordig geschreven wordt. Een vriend werd beschouwd als een persoon aan wie iemand door genegenheid, aanhankelijkheid, vertrouwelijkheid en persoonlijke voorkeur verbonden was. Een verandering was dat deze betekenis niet alleen toepasbaar was op personen, maar ook betrekking kreeg op zaken. Een andere toevoeging aan het woord was vriend in de vorm van een hogergeplaatst, invloedrijk persoon die ondersteuning verleende aan anderen. De raadsheer of beschermheer viel daarnaast ook nog onder de betekenis. Verder werd een persoon ‘met wien men goede betrekkingen onderhoudt op grond van gemeenschappelijke belangen, interesses en godsdienstovertuiging’ gezien als een vriend.17
!
1.2 Visies op het begrip vriend als leidraad 1.2.1 Ethica Nicomachea van Aristoteles De Ethica Nicomachea van Aristoteles gaat voornamelijk over de vraag hoe de mens gelukkig kan worden. De Gilosoof analyseerde aan de hand van dit gegeven het menselijk gedrag, karakter en de intellectuele vermogens. Op die manier gaf het werk inzicht in de hoedanigheid van de mens van tweeduizend jaar geleden.18 Aristoteles heeft twee werken geschreven over de ethica, de Ethica Eudemia en de Ethica Nicomachea. Beide zijn opgedeeld in verschillende delen.19 Het is niet zeker tijdens welke periode van zijn leven hij de Ethica Nicomachea heeft geschreven. Vermoedelijk is het werk vernoemd naar zijn zoon Nicomachus, die het werk heeft uitgegeven. Aristoteles heeft het werk niet opgedragen aan zijn zoon, zoals andere historici hebben beweerd.20 Aristoteles onderscheidde in zijn wetenschap drie soorten van kennis, die het gehele menselijke denken bevatten en vatte dit samen in é én citaat: Alle denken is op handelen of op produceren of op beschouwen gericht.21 Ethica classiGiceerde hij binnen de praktische GilosoGie, de GilosoGie die op handelen is gericht. Hij was é én van de eerste Gilosofen die over de ethica schreef als zelfstandig onderwerp. Voor hem werd er wel degelijk aandacht besteed aan het onderwerp, alleen niet als een zelfstandig onderdeel.22 De ethica van Aristoteles legde de mens geen vaste leefpatronen op. De normen die hij hanteerde hadden betrekking op de periode waarin hij leefde, maar wel op de bovenlaag van de maatschappij. Voor deze groep was zijn werk ook herkenbaar. Dit gegeven neemt niet weg dat de Ethica Nicomachea niet toepasbaar zou zijn op de huidige samenleving. Het is wel noodzakelijk de tijdsgebonden feiten of constateringen buiten schot te laten, maar er blijft een groot deel over dat wel degelijk is te projecteren op onze maatschappij.23 17 www.inl.nl. 18 Hupperts, C., B. Poortman. 2005: p. 8. 19 Ibidem: p. 60. 20 Ibidem: p. 61. 21 Ibidem. p. 53. 22 Ibidem. 23 Ibidem: p. 70.
9
Philia, vriendschap, nam een belangrijke plaats in binnen de samenleving van Athene, vandaar dat hij twee delen van de Ethica Nicomachea wijdde aan dit onderwerp.24 In de boeken VIII en IX heeft Aristoteles uitgebreid aandacht besteed aan het begrip vriendschap en in hoeverre dit een menselijk goed is. Hij heeft drie soorten vriendschap geclassiGiceerd, namelijk vriendschap gebaseerd op het nuttige, het aangename en het goede.25 Een relatie tussen twee personen gold pas als een vriendschap als het gevoel wederzijds was, ze elkaar het beste toewensten, het besef van het gevoel wederkerig was en de goede wil van beide kanten aGkomstig was. De drie typen vriendschap zijn zeer verschillend, toch was de structuur van allen hetzelfde opgebouwd.26 Bij alle drie de typen waren wederkerigheid en het goede wensen voor de ander essentië le onderdelen. Alleen binnen de vriendschappen gebaseerd op het nuttige of het genot was het aspect het goede wensen voor iemand anders twijfelachtig, omdat dit ook kon gelden als het nuttige of het genot voor jezelf wensen. Bijvoorbeeld in het geval dat een vriend zeer succesvol was, dan bracht dit voordelen voor de zelf met zich mee.27 Nuttigheid en genot waren daarnaast aGhankelijk van de omgeving en stonden open voor verandering, zodat deze vriendschappen niet voor altijd behouden bleven.28 In elk van de drie soorten diende een vriendschap gesloten te worden tussen volledig gelijken. Toch dook er vaak ongelijkheid op tussen de partijen, zoals Aristoteles aangaf bij de verhouding tussen man en vrouw. Zijn idee was dat mannen moreel altijd superieur zijn aan de vrouw, zodat de vriendschap tussen de beste man en de beste vrouw toch een ongelijke zou zijn.29 Aristoteles gaf aan dat de perfecte vorm van vriendschap gebaseerd was op het goede en ontstond tussen mensen die goed waren en elkaars gelijken in deugd. Zij wensten de ander het beste toe, zonder daar zelf beter van te willen worden. Hij stelde dat deze soort de meest complete en perfecte vriendschap was en dat deze de term philia omvatte in de meest centrale zin van het begrip.30 Aristoteles benadrukte dat deze soort van vriendschap echter zeldzaam was en om zo een vriendschap op te bouwen vergde tijd en vertrouwen. Het was ook niet mogelijk elkaar eerder te accepteren als vriend, dan dat eerst aan elkaar was bewezen dat ze de vriendschap waard waren en elkaar konden vertrouwen.31 Niet iedereen was in staat om de vriendschap van het goede te ervaren, alleen deugdelijke personen, zoals helden of intellectuelen, waren capabel deze soort aan te gaan en te beleven. Voor de gewone mens was het niet mogelijk deze vriendschap te ervaren door de aanwezigheid 24 Ibidem: p. 68. 25 Broadie, S., C. Rowe. 2002: p. 57. 26 Ibidem: p. 58. 27 Cooper, J.M. 1977: p. 631. 28 Ibidem: p. 636. 29 Ibidem: p. 629. 30 Broadie, S., C. Rowe. 2002: p. 58. 31 Hupperts, C., B. Poortman. 2005: p. 393.
10
van goede en slechte eigenschappen.32 Verder haalde Aristoteles aan dat niet elke vorm van ‘aardig vinden’ een vriendschap deGinieerde. Hij benadrukte dat een vriendschap alleen op ging als je de andere partij al het goede wenste en dit gevoel ook wederzijds was. Bijvoorbeeld, iemand kan houden van wijn, maar dat hield niet in dat er een vriendschap ontstond. De wijn is namelijk niet in staat het gevoel terug te geven, het wederkerige aspect ontbrak.33 De kenmerken van vriendschap leidde hij verder af uit de verhouding van de goede persoon tot zichzelf. Hieruit bleek dat Aristoteles eigenliefde als iets goeds beschouwde, aangezien dit een eigenschap was van de deugdzame persoon. De vriend was een tweede ik, waardoor we hem als onszelf behandelen.34 Artistoteles’ vorm van perfecte vriendschap was degene waar de vriend een ‘andere zelf’ was. Deze werd gevonden in de gelijkheid van twee deugdelijke personen.35 Een opmerkelijk gegeven is dat het begrip vriendschap geen prominente rol inneemt in de literatuur over Aristoteles. John Cooper verweet dit aan het feit dat in de discussie over moderne ethische theorieë n er geen ruimte vrij werd gelaten voor dit onderwerp. Onderzoekers beschouwden vriendschap als een persoonlijke aangelegenheid, terwijl de ethiek in hun optiek een gegeven hoorde te zijn om na te leven in plaats van zelf te ervaren. Cooper is van mening dat het onderwerp vriendschap wel degelijk van belang was, aangezien Aristoteles twee boeken aan dit onderwerp heeft gewijd.36
!
1.2.2 De briefwisseling van Cicero: Laelius de Amicitia Vermoedelijk is De Amicitia geschreven tussen maart en november van het jaar 44 voor Christus. In werken uit hetzelfde jaar verwees Marcus Tullius Cicero naar zijn boek over de vriendschap. Er is getracht de precieze datum te achterhalen, alleen aan de hand van de andere werken bleek dit niet mogelijk. Ook deze datum is slechts een vermoeden, omdat er alleen werd verwezen naar een ‘nieuw werk’. De naam en het onderwerp werden niet genoemd.37 De Amicitia is opgedragen aan Titus Pomponius Atticus. Hij was een Romeinse ridder, zakenman en persoonlijke vriend van Cicero.38 Het geschrift bestaat uit twee dialogen. De sprekers in de dialogen zijn aanzienlijke Romeinen voor wie Cicero grote bewondering had, namelijk Gaius Laelius en Scipio Aemelianus. De vriendschap tussen Laelius en Scipio was vermoedelijk ontstaan in hun adolescentie, waar ze elkaar ondersteunden in de Derde Punische
32 Cooper, J.M. 1977: p. 624. 33 Ibidem. 34 Hupperts, C., B. Poortman. 2005: p. 604. 35 Weller, B. 1978: p. 504. 36 Cooper, J.M. 1977: p. 619. 37 Powell, J. 1990: p. 5. 38 Hammond, N., H. Scullard. 1970: p. 1218. 39 Powell, J. 1990: p. 9.
11
Oorlog.39 De twee andere personages in De Amicitia, C. Fannius en Q. Scaevola, waren Laelius’ schoonzonen.40 De dialoog is opgebouwd uit een proloog van Cicero, een introductie, drie uiteenzettingen uit naam van Laelius en twee tussenstukken om de conversaties op te delen. De dialoog begon bij de dood van Scipio en wat de reactie van Laelius hierop was. Dit begin leidde tot het onderwerp vriendschap, omdat Fannius en Scaevola aan Laelius vroegen om zijn visie op dit onderwerp met hen te delen. De eerste uiteenzetting van Laelius was een lofzang op het onderwerp vriendschap. De tweede was een onderzoek naar de vraag hoe vriendschap ontstond en de derde was een vervolg van de tweede.41 De karakterisering van Laelius werd mooi opgebouwd door Cicero. Men had een vermoeden dat Cicero een deel van zichzelf in de vertolking van de personage had gestopt, maar dit is naar de achtergrond verdwenen. De ideeë n die het geschrift bevat waren niet aGkomstig vanuit Cicero zijn eigen ervaringen, noch uit de Romeinse geschiedenis. Ze zijn gebaseerd op de Griekse GilosoGie en de intellectuele achtergrond kwam bij de Grieken vandaan. Het is moeilijk om de precieze uitgangspunten te benoemen, aangezien veel van dit Griekse materiaal verloren is gegaan.42 Een opmerkelijk gegeven was dat de Griekse termen door Cicero werden uitgesloten van de dialoog. Als een woord echt nodig was om een speciGiek geval aan te duiden en hiervoor geen voor de hand liggend woord was in het Latijn, maakte Cicero zijn eigen Latijnse versie ervan.43 Het werk had wel overeenkomsten met de Romeinse samenleving. Het werk was te beschouwen als een Romeinse kijk op deze samenleving met de Griekse GilosoGie in het achterhoofd.44 Er zijn veel parallellen met Aristoteles ontdekt in De Amicitia. De meest opvallende overeenkomsten betroffen de gedachten dat een leven zonder vrienden, geen leven te noemen was en het idee dat echte vrienden een zeldzaam gegeven waren. Ook besteedde Cicero aandacht aan de ongelijkheid binnen vriendschappen. Deze parallellen duiden aan dat Cicero beı̈nvloed zou kunnen zijn door Aristoteles.45 Cicero gaf aan dat zijn ideale, ware vriendschap mogelijk was in het dagelijks leven. De personen die deze vriendschap aangingen dienden wel over een hoog moreel karakter te beschikken. Ook was het noodzakelijk dat gezamenlijke interesses werden gedeeld. Cicero bracht dit tot uiting in de vriendschap tussen Scipio en Laelius en in zijn eigen vriendschap met Atticus. Verder maakte hij duidelijk dat wat een ieder zag als een vriendschap behoorde tot de categorie vulgares amicitiae, dat niet de hoogste vorm van vriendschap was. Het ideale van de
40 Ibidem: p. 11. 41 Ibidem: p. 12. 42 Mews, C.J. 1975: p. 370. 43 Powell, J. 1990: p. 16. 44 Ibidem: p. 23. 45 Ibidem: p. 19.
12
vriendschap was namelijk moeilijk te vinden binnen de competitieve sfeer van het Romeinse publieke leven.46 In De Amicitia heeft hij het niet over de doorsnee vriendschap, hij sprak alleen over de echte en perfecte vorm van vriendschap. Cicero stelde dat vriendschap een gevarieerd en complex geheel was. Vriendschap kon namelijk alleen bestaan tussen de goeden, personen met een hoog moreel karakter. Hoewel hij verschillende soorten vriendschap had gevonden, zoals echte, zekere, perfecte en ontrouwe vriendschap, was de echte vriendschap gebaseerd op de deugd.47 Vriendschap zag Cicero als een ontwikkeling, die diverse groeiprocessen moest doorstaan. Het was volgens hem niet mogelijk dat een vriendschap volgroeid begon, dit moest het resultaat van een zeker proces zijn. De eerste fase in het proces was de waarneming van de deugd. Het geweten van de mens was onbewust in staat mensen met een zelfde deugd aan te trekken. Een belangrijk gegeven was om een echte vriendschap te beginnen in de periode waarin je ontdekt had wie je was als persoon. Vriendschappen die voor deze tijd waren ontstaan, hebben de kans de verandering van het leven niet te kunnen overleven. Na de deugd kwam de liefde. Dit aspect was van belang om het goede voor de ander te kunnen wensen. Cicero benadrukte dat hij vriendschap altijd eerst baseerde op de deugd en de aantrekkingskracht van de deugd, daarna volgde de liefde. Verder was het van belang om de politieke mening van een vriend buiten beschouwing te laten, aangezien dit in de weg zou kunnen staan van de vriendschapsvorming door eventuele tegenstrijdige opvattingen.48 De Amicitia omvatte een ideaal beeld van een echte, persoonlijk vriendschap.49 Cicero had bewust de afwezigheid van het romantische of sentimentele gedeelte van de vriendschap buiten beschouwing gelaten aangezien echte vriendschap volgens zijn perceptie los stond van elkaar prijzen, het bevatte niets slechts en het werd gemeten aan de hand van de waarheid.50 Bij zijn perceptie van vriendschap speelden deze kenmerken geen rol, het ging hem om de persoonlijkheid.
!
1.2.3 De Spiritali Amicitia van Aelred van Rievaulx Aelred van Rievaulx was een Cistercië nzer monnik die in de twaalfde eeuw van onze jaartelling heeft geleefd. Na lange tijd als monnik te hebben gewoond in het klooster van Rievaulx in het bisdom van York werd hij abt. Hij bleef de spirituele vader van het klooster tot zijn dood in 1163.51 Het klooster werd in deze tijd gezien als een gemeenschap waar de liefde van God kon worden beleefd. Centraal bij de Cistercië nzer monniken stond deze liefde voor God. Met de mogelijkheid om lief te hebben, werd het mogelijk om zich te vereniging met God.52 Als het op 46 Ibidem: p. 21. 47 Keith, A.L. 1929: p. 53. 48 Ibidem: p. 54. 49 Powell, J. 1990: p. 23. 50 Keith, A.L. 1929: p. 57. 51 Carroll, P. 1996. 52 Callaghan, B. p. 376.
13
vriendschap aankwam, had men binnen het klooster te kampen met twee zorgen. De eerste was dat elk ander gevoel van liefde in de weg kon staan van de directe liefde voor God. De tweede was geworteld in het risico dat er onderling ongelijkheid zou ontstaan. Aelred merkte deze zorgen op en besloot zijn visie te verwoorden in een boek over de vriendschap.53 Aelred begon aan De Spiritali Amicitia in 1147 en maakte het af tussen 1164 en 1167.54 Aelred had zijn verhaal vermoedelijk gebaseerd op De Amicitia van Cicero, aangezien hij in de proloog van zijn verhaal vertelde dat hij dit werk had gelezen in zijn jongere jaren.55 De periode waarin Aelred leefde wordt ook wel het tijdperk van de vriendschap genoemd. Het was namelijk de tijd waarin troubadours het platteland vulden met liefdesliedjes en waar de hoven bol stonden van een liefdescultuur. Hoofse liefde werd meegebracht naar de kloosters en hier werd het omgezet naar de christelijke spiritualiteit van liefde. Aelreds boek is een belangrijk werk geweest aangezien hij de toen geldige vormen van vriendschap vermengde met de traditie van Cicero en zijn eigen psychologische inzicht in de menselijke geest. Het boek is opgebouwd in de vorm van dialogen of denkbeeldige conversaties tussen hemzelf en drie andere monniken, vermoedelijk wel gebaseerd op echte discussies en moeilijkheden waar Aelred mee te maken had als abt.56 De deGinitie van vriendschap was voor Aelred an agreement on all things sacred and profane, accompanied by good will and love. Volgens hem deelde men, luisterde men en gaf men om elkaar in een christelijke vriendschap. Hij benadrukte verder de gelijkheid binnen de relatie en de verantwoordelijkheid voor elkaar. In deze context stelde hij dat een vriend beschouwd kon worden als een ‘bewaker van de liefde’ of een ‘bewaker van de geest zelf’. Verder namen drie personen deel aan een vriendschap, namelijk de vriend, Christus en de zelf.57 In de liefde lag de sleutel tot het goddelijke en de liefde dat was vriendschap.58 Vriendschap ontstond volgens Aelred uit een combinatie van respect en aantrekkingskracht. De laatste is van belang, aangezien vriendschap van twee kanten moest komen. Verder stelde hij dat een goede basis voor een vriendschap de liefde voor God was. Het is ook zeker noodzakelijk om te realiseren dat men niet van een ieder die hij lief had een vriend kon maken. Niet iedereen was in staat om deze intieme relatie aan te gaan. Vriendschap moest stabiel zijn en diende daardoor voort te komen uit goede keuzes en een soort proefperiode, voordat diegene zich volledig kon openstellen voor de vriendschap.59 Hij gaf ook aan dat een vriendschap nooit tot een eind kwam. Als dit wel gebeurde, was de vriendschap nooit echt geweest.60
53 Ibidem. p. 381. 54 Mews, C.J. 2007: 381. 55 Ibidem: p. 382. 56 Ibidem. 57 Ibidem. 58 Callaghan, B. p. 385. 59 Squire, A. 1981: p. 109. 60 Mews, C.J. 2007: p. 382.
14
Het kan ook zo zijn, stelde hij, dat er onvolmaaktheden waren in iemands karakter, waardoor het moeilijk was om een echte vriend te zijn, zeker voor een langere periode. Men moest voorzichtig zijn in het kiezen van een vriend, vooral met diegenen die bijvoorbeeld opvliegend zijn of onstabiel. Dat wilde niet zeggen dat er geen vriendschap met zulke persoonlijkheden gesloten kon worden, men kon helpen deze onvolkomenheden te boven te komen.61 Bij een vriend moest trouw, discretie en geduld bewezen worden om de groei in deugdelijkheid door te maken, zodat de vriendschap kon voortbestaan. Het is zeer van belang om stap voor stap vooruit te gaan, voordat iemand klaar is om zichzelf helemaal te kunnen geven.62 Volgens Aelred was niet elke vriendschap spiritueel. Hij noemde de andere vriendschappen een verbond met de duivel, zoals vriendschappen die gemaakt werden om een moord te beramen of een overval te plegen. Hij vormde vier criteria, waarmee getoetst kon worden of de vriendschap spiritueel was of een verbond met de duivel. Het eerste criterium was de zuiverheid van het voornemen. Voordat men een vriendschap aanging moest men erbij stilstaan om welk soort relatie het ging en wat de dieper liggende motieven waren tot het aangaan van deze relatie. De tweede was de reden. Is de reden van deze vriendschap puur en behandelen we de ander goed of zijn we de relatie aangegaan om te proGiteren van de ander. Het derde criterium was de mate van terughoudendheid. Is diegene te opdringerig en zich niet meer bewust van de ander zijn wensen of zijn we te matig in de eisen die we aan de ander opleggen. Het laatste criterium was de liefde voor de vriend beoordelen vanuit jezelf. Karakteriseer je de relatie als een geschenk of wordt er gezocht naar een ander doel dan de vriendschap zelf. Dit laatste is volgens Aelred de belangrijkste toets. Het is van belang de vriendschap op zichzelf als vreugdepunt te zien en niet de voordelen die eruit voortkomen. Een vriendschap moest gezien worden als een geschenk. Het was wel van belang dat de basis van de spirituele vriendschap de liefde voor God bleef.63 Vriendschap was als het ware een sacrament van Gods liefde. Spirituele vriendschap diende ertoe bij te dragen een deel van Gods liefde te beleven.64 Tot slot beschreef Aelred in zijn boek de kwaliteiten die gevonden dienden te worden in de vriend. Volgens hem waren de belangrijkste eigenschappen loyaliteit, discretie, goede bedoelingen en geduld. Er was niets belangrijker dan loyaliteit binnen de vriendschap. In elke situatie kwam deze eigenschap naar boven. A truly loyal friend sees nothing in his/her friend but their heart. Bij vrienden was het van belang om verder te kijken dan het oppervlak, de diepere lagen ontdekken was é én van de onderscheidende factoren van de spirituele vriendschap. Een ander belangrijk onderdeel was het vertrouwen, er is niets erger binnen een vriendschap dan het beschadigen van het vertrouwen. Zonder deze factor is het niet mogelijk het risico te nemen
61 Squire, A. 1981: p. 109. 62
Ibidem. p. 110.
63 Carroll, P. 1996. 64 Ibidem.
15
zich open te stellen voor de ander, wat van essentieel belang was volgens Aelred voor zijn idee van vrienden en vriendschappen.65 Als laatste stelde hij dat spirituele vriendschap een belevenis was, die alleen ervaren kon worden met een paar mensen. Misschien zelfs wel maar met é én persoon. Het is niet zo raar dat hij dit stelde, in een goede relatie ging volgens zijn criteria veel tijd zitten en de relatie moest voldoen aan hoge eisen. Daarnaast zijn er weinigen die het binnenste van hun hart tonen.66 Zijn laatste woorden van het boek waren: This friendship, to which here we admit but few, will be outpoured upon all, and by all outpoured upon God, and God shall be all in all’.67 Hiermee refereerde hij aan het feit dat binnen de zeldzame vorm van vriendschap, waarvan er weinig zijn, God altijd aanwezig was als derde persoon.
!
1.2.4 Montaigne’s De l’amitié Michel de Montaigne is geboren in 1533 in Frankrijk. Tussen 1556 en 1563 vond een belangrijke verandering plaats in zijn leven. In deze periode bloeide namelijk een bijzondere vriendschap op tussen hem en Etienne de la Boé tie.68 La Boé tie was een magistraat, dichter en humanist en heeft van 1557 tot aan zijn dood grote invloed uitgeoefend op Michel de Montaigne.69 Vermoedelijk is Montaigne begonnen met het schrijven van de Essais tijdens zijn pensioen. Hij raakte volledig in de ban van het opschrijven van zijn gedachten. Deze gedachten werden een boek, waarvan het eerste deel werd gepubliceerd in Bordeaux in 1580.70 Het uitgangspunt van Montaigne bij het schrijven van zijn Essais, was om het boek op te zetten rondom Discours de la Servitude Volontaire van Etienne de la Boé tie.71 De l’amitié is hoofdstuk zevenentwintig van de Essais. Het stuk is een gedenkteken voor vriendschap verbeeld en gerealiseerd in de meest klassieke termen. Ze vormen een dialoog met een vriend die in 1553 is gestorven, negenentwintig jaar voor Montaigne’s eigen dood. Er verstreek bijna tien jaar tussen de dood van La Boé tie en het eerste essay dat Montaigne schreef in 1570.72 Montaigne begon zijn verhaal met de introductie van een schilder, die hij bestudeerd had. Hij zag dat deze schilder de perfecte plaats in het midden van elke wand uitkoos om zijn schildering op aan te brengen. De lege ruimte die overbleef vulde hij op met overige, minder belangrijke schilderingen. Montaigne wilde deze techniek overnemen in zijn werk, alleen vond hij zichzelf niet capabel genoeg om de perfecte plaats in het midden van zijn werk op te vullen. Hiervoor wilde hij het werk van zijn vriend Etienne de La Boé tie gebruiken, namelijk La Servitude Volontaire. Dit werk had La Boé tie geschreven toen hij zestien jaar oud was. Het stuk 65 Carroll, P. 1996. 66 Ibidem. 67 Callaghan, B. p. 386. 68 www.gutenberg.org. 69 Graaff, F. 2010: p. 7. 70 www.gutenberg.org 71 Rigolot, F. 2005: p. 326. 72 Weller, B. 1978: p. 507.
16
was een uiteenzetting tegen de tirannie en voor de vrijheid. La Boé tie had zijn bibliotheek en geschriften nagelaten aan Montaigne en La Servitude was een van de weinig overgebleven werken.73 Hoewel Montaigne La Servitude Voluntaire niet het beste werk vond van de schrijver, had het stuk ertoe bijgedragen dat de twee bij elkaar waren gekomen. Het verhaal ging dat Montaigne werd geattendeerd op het stuk en dat deze gebeurtenis de eerste kennismaking was met de naam La Boé tie. Uit deze kennismaking was de bijzondere vriendschap voortgekomen. Het werk was op deze manier verantwoordelijk voor de ontstane vriendschap, die volgens Montaigne een vriendschap die zo volmaakt en totaal was, dat je iets dergelijks in de literatuur beslist niet gauw zult tegenkomen. Hij was overtuigd van het feit dat hij La Boé tie verschuldigd was het stuk de beste plaats in zijn werk te geven om zijn vriend te eren.74 Vriendschap was volgens Montaigne niet te classiGiceren als, of op é én lijn te beschouwen met de vier klassieke relatietypen, zoals: de natuurlijke, de sociale, de gastgevende en de geslachtelijke relatie. Vriendschap ontstond volgens hem door het uitwisselen van vertrouwelijke gedachten. Met dit gegeven waren er meteen een aantal relaties uitgesloten van de vriendschapsvorming. Als eerste was het niet mogelijk een vriendschapsband op de bouwen tussen vader en kind, aangezien er een te grote ongelijkheid bestond en dit tot een botsing zou leiden met de natuurlijke plichten. In beide richtingen zou deze vriendschap geen kans van slagen hebben. De vader zou niet al zijn geheime gedachtes kunnen delen met het kind wegens ongepaste vertrouwelijkheid en het kind zou niet in staat zijn om de vader terecht te wijzen, terwijl dit naast vertrouwelijkheid een belangrijk onderdeel was binnen een vriendschap.75 Naast vader en zoon konden broers ook geen echte vrienden worden, aangezien bij deze relatie er geen sprake was van de vrije wil en persoonlijke keus door de natuurlijke band van familielid. Een vriendschap hoorde voort te komen uit een vrije wil en moest een eigen creatie zijn. Het was niet mogelijk dat deze gebaseerd was op een opgelegde keuze of een natuurlijke band.76 Een relatie met een vrouw kon volgens Montaigne ook niet tot een vriendschap gerekend worden, hoewel deze relatie wel was gebaseerd op een persoonlijke keus en het uitwisselen van vertrouwelijke gedachten. Het gevoel voor een vrouw was over het algemeen heftiger dan het gevoel voor een vriend en daardoor onzorgvuldiger en vaak vluchtig. Hij verklaarde dat in een vriendschap een algemene, alles omvattende warmte, die bovendien mild en gelijkmatig is, een bestendige, rustige warmte, een en al lieZlijkheid en gratie, een warmte die niet brandt en verzengt.77 Hiermee bedoelde hij dat de gevoelens voor een vriend altijd gelijk zijn en niet in extreme uitersten kon gaan, zoals bij een vrouw vaak het geval was. De liefde voor een vrouw was volgens hem niets anders dan het verlangen naar iets wat kon ontsnappen. Als de liefde de 73 Graaff, F. 2010: p. 8. 74 Ibidem. 75 Ibidem: p. 9. 76 Ibidem: p. 10. 77 Ibidem: p. 11.
17
vormen ging aannemen van een vriendschap dan verloor de liefde haar kracht en werd ze bevattelijk voor verzadiging, dat was binnen een vriendschap niet mogelijk. Om het verschil te verklaren zei hij: Zo hebben beide hartstochten toegang tot mij gehad; ze kenden elkaar, maar waren nooit vergelijkbaar: de eerste vervolgde zijn hoge en trotse vlucht en zag met verachting neer op de vorderingen van die andere ver beneden zich.78 Montaigne vond ook dat vrouwen de geestelijke kracht misten om een sterke band als een vriendschap aan te kunnen. Toch bekende hij dat als zo een band met een vrouw mogelijk was geweest, het een volmaaktere zou zijn dan tussen mannen onderling. Alleen was volgens Montaigne nog niet bewezen dat een vrouw dit niveau had bereikt. Een huwelijk zag de Gilosoof ook niet als een vriendschap, deze verbintenis werd gezien als een contract. Hoewel deze verbintenis gebaseerd was op een vrijwillige keus, was het voortduren ervan een verplichting in de ogen van Montaigne. Veelal was het huwelijk met andere bedoelingen afgesloten dan vooraf gedacht was.79 Vriendschap was voor Montaigne een fenomeen dat door het toeval ontstond. Het was een vermenging van de geesten waar de eigenheid van de personen samenkwam. Als hij zou moeten aangeven waarom hij een vriendschap was begonnen met La Boé tie en waarom deze aanhield, zou zijn antwoord zijn geweest: Omdat hij het was, omdat ik het was.80 Door het lot waren ze samengebracht. Montaigne zei dat beiden elkaar zochten voordat ze elkaar gezien hadden. Bij toeval vond hun eerste ontmoeting plaats op een feestelijke gebeurtenis in de stad. De twee voelden zich meteen tot elkaar aangetrokken op geestelijk niveau, vertrouwd en verbonden met elkaar. La Boé tie had een Latijns stuk over deze ontmoeting geschreven, waarin hij verklaarde hoe de vriendschap zo plotseling was ontstaan en tot iets volmaaktst was uitgegroeid. De vriendschap had geen voorbeeld en vergelijkingsmateriaal, dan alleen de vriendschap zelf.81 De geesten van Montaigne en La Boé tie waren versmolten met elkaar, zodat Montaigne zijn eigen geest net zo goed kende als de geest van La Boé tie en meer op hem vertrouwde dan op zichzelf. De bedoeling van de weergave van deze vriendschap diende niet als vergelijk voor een andere vriendschap, aangezien elke vriendschap zijn eigen regels had.82 Verder was het volgens Montaigne niet mogelijk een vriendschap te hebben met meerdere personen, de volmaakte vriendschap was ondeelbaar. Beiden dienden zich helemaal te geven, zodat er geen ruimte overbleef om aan anderen te geven. Gewone vriendschappen waren te verdelen, de é én voor de vrijgevigheid, de ander voor de broederlijkheid. Bij een volmaakte vriendschap was delen niet mogelijk, omdat het innerlijke zo in bezit werd genomen dat het onmogelijk in tweeë n of meerderen gesplitst kon worden.83
78 Ibidem: p. 12. 79 Ibidem: p. 12. 80 Ibidem: p. 15. 81 Weller, B. 1978: p. 515. 82 Ibidem: p. 514. 83 Graaff, F. 2010: p. 19.
18
De dag dat Montaigne zijn vriend verloor, werd in zijn optiek zijn bestaan kwijnend en lusteloos. Hij was er zo aan gewend geraakt om in alles é én van de twee te zijn, dat hij zichzelf na de dood van La Boé tie als een half mens beschouwde. Ik mis hem bij alles wat ik doe of denk, zoals hij ook mij gemist zou hebben.84 Montaigne had opgemerkt dat La Servitude Volontaire een negatieve beoordeling had gekregen binnen de samenleving en verschillende keren was samengevoegd met andere werken. Daardoor had hij besloten dit werk niet op te nemen in zijn Essais, aangezien het de nagedachtenis aan La Boé tie zou beı̈nvloeden. In plaats daarvan was zijn keus gevallen op een vrolijker werk van zijn vriend: de 29 sonnetten. Hij verwerkte dit werk als centrale deel van de Essais. In 1588 schrapte hij dit stuk uit zijn eigen werk, aangezien Montaigne de verzamelde werken van La Boé tie had laten bundelen. Op deze manier kregen de werken hun eigen centrale rol toebedeeld ter versterking van de nagedachtenis van zijn vriend Etienne de La Boé tie.85
!
1.3 Conclusie Door de jaren heen is het begrip vriend uitgebreid en aangepast. Uit de diverse beschrijvingen komt duidelijk naar voren dat men altijd een sterke behoefte heeft gehad aan het aangaan van persoonlijke relaties. Hoewel de deGinitie constant onderhevig is aan verandering en er niet direct een vaste deGinitie genoemd kan worden, zijn er wel een aantal eigenschappen op te merken waar een vriendschap aan herkend kan worden. Aan de hand van de etymologie van het woord vriend is teruggegaan naar de basis om aan te tonen welke eigenschappen gepaard gaan met het begrip en in hoeverre er ontwikkelingen hebben plaatsgevonden. Ook is gekeken naar hoe denkers uit diverse periodes tegen het begrip vriend hebben aangekeken. De schrijvers zijn bewust of onbewust door elkaar beı̈nvloed met betrekking tot het vriendschapsdenken. Zo is bij elke denker zeldzaamheid een belangrijk onderdeel van een goede vriendschap, net zoals het beste voor de ander wensen. Bovenstaande vriendschappen zijn verder opgebouwd vanuit een vertrouwensband waar de gelijkheid tussen de twee personen centraal staat. Vriendschap werd ook gezien als een proces, waar diverse stadia doorlopen dienden te worden voordat een echte vriendenband kon ontstaan. Het was een proces zonder einde, aangezien een vriendschap aangegaan werd voor het leven. Als dit niet het geval was, was de vriendschap nooit echt geweest. Voor een vriendschap werd alles gegeven, het was intens waardoor het delen van de vriendschapsgevoelens lastig is gebleken. Elke vriendschap was persoonlijk en bestond uit eigen regels, waar de beide vrienden zich in konden vinden. Het kon ook beschouwd worden als een spirituele band tussen de personen uit een vriendschapsrelatie. Eigenbelang diende verre van de vriendschap te blijven. Verder was een vriendschap tussen man en vrouw niet mogelijk, aangezien de vrouw enerzijds de geestelijke kracht miste om deze intense band met een man
84 Ibidem: p. 23. 85 Ibidem: p. 7.
19
aan te gaan en anderzijds waren de gevoelens van de man vaak heftiger of zelfs erotisch voor een vrouw wat geen goede basis was voor een vriendschapsrelatie. Recentelijk is er een nieuwe vorm van vriendschap ontstaan, namelijk de online vriendschap. Dit type vriendschap ontwikkelt zich door communicatie via de computer in sociale omgevingen, zoals sociale netwerksites.86 In het volgende hoofdstuk wordt deze nieuwe vorm belicht en nader uitgelegd aan de hand van verschillen met de tot dan toe geldende vriendschap. Hoewel er rekening gehouden dient te worden met de verschillende tijdsgeesten, vormt bovenstaande classiGicatie een uitgangspunt om te kijken op welke punten deze nieuwe vorm van vriendschap overeenkomt of juist verschilt met de vroegere deGinities.
86 Chan, D. 2004: p. 305.
20
Hoofdstuk 2 Vriend in de huidige samenleving
!
2.1 Socialisering van het internet De computer is niet meer weg te denken uit de huidige samenleving. Miljoenen mensen rondom de wereld maken gebruik van de computer om hun mogelijkheden op het gebied van denken en communiceren te versterken.87 Tien jaar geleden moest eerst worden ingebeld om toegang te krijgen tot de virtuele wereld, terwijl tegenwoordig geen dag voorbij gaat zonder een kijkje in deze wereld te nemen. Er is een constante stroom van contact en het lijkt onmogelijk alleen te zijn door de invloeden van buitenaf.88 De sociale netwerken zijn volledig geı̈ntegreerd in de samenleving. Sinds hun introductie hebben ze inmiddels miljoenen gebruikers aangetrokken. Voor veel van de leden zijn de sites een onderdeel van het dagelijks leven geworden.89 Boyd en Ellison hebben in hun artikel Social Network Sites: DeZinition, History, and Scolarship de sites als volgt gedeGinieerd: web-‐based services that allow individuals to (1) construct a public or semi-‐ public proZile within a bounded system, (2) articulate a list of other users with whom they share a connection, and (3) view and traverse their list of connections and those made by others within the system.90 Een belangrijk aspect van de online sociale netwerksites is dat het mogelijk wordt gemaakt voor gebruikers om het eigen sociale netwerk inzichtelijk te maken.91 Alleen al het gebruik van het sociale medium facebook is immens toegenomen. Volgens facebook waren er op 31 maart 2013 751 miljoen actieve gebruikers die de mobiele versie van het netwerk gebruikten. Gemiddeld waren er dagelijks 655 miljoen actieve gebruikers te vinden op het netwerk. Het aantal maandelijks actieve gebruikers lag op 1.1 miljard.92 Uit cijfers van Facebook Benelux is gebleken dat 7,8 miljoen Nederlanders gebruik maken van facebook. Daarvan bezocht 78,2 procent het netwerk dagelijks. OfGicieel is het netwerk alleen bedoeld voor mensen van 13 jaar en ouder. 14,3 miljoen Nederlanders behoren tot deze categorie, wat betekent dat 54,5 procent van de mensen gebruik maakt van facebook.93 In deze paragraaf wordt gekeken naar wat gedeGinieerd kan worden als een online vriend. Er wordt ingegaan op de opkomst van de diverse sociale media platformen. SpeciGiek wordt facebook gebruikt om het begrip online vriend nader te deGinië ren om op die manier tot een beeld te komen wat er precies verstaan wordt onder dit begrip. Voor facebook is gekozen omdat hier het begrip online vriend werd geı̈ntroduceerd als verbindingsfactor.
! !
87 Rheingold, H. 1993: p. 66. 88 Deresiewicz, W. 2011: p. 312. 89 Boyd, D., N. Ellison. 2008: p. 210. 90 Ibidem: p. 211. 91 Ibidem. 92 http://newsroom.Gb.com/Key-‐Facts 93 http://nutech.nl/internet/3550207/acht-‐tien-‐dagelijks-‐facebook.html.
21
2.1.1 De opkomst van de online netwerken In 1950 is het computertijdperk begonnen, er waren in deze tijd een tiental elektronische computers. Alleen waren deze zo groot, duur, langzaam en in die zin inefGicië nt dat een toekomst van het product niet als waarschijnlijk werd gezien. Tien jaar later waren er meer aanhangers en begon het vertrouwen te groeien dat de computer een handig middel zou kunnen worden. Ze werden minder groot en duur, maar werden alleen nog gebruikt als controle-‐instrumenten door grote bedrijven en overheden. Eind 1970 begon de persoonlijke computer revolutie. Computers werden beschikbaar voor de massa, waardoor er een nieuwe industrie met een nieuwe subcultuur ontstond. De computer werd nu pas door de grote massa gezien als nuttig in plaats van bedreigend.94 Toen genoeg mensen thuis een computer tot hun beschikking hadden, kwam het idee om deze te verbinden aan de telefoonlijn om op die manier onderling te communiceren. Het concept van sociale netwerksites was geboren. Er werden groepen gecreë erd, zogenaamde gemeenschappen, van individuele computergebruikers die virtueel verbonden waren met elkaar door middel van e-‐mail. Via Usenet vonden wereldwijd online gesprekken plaats.95 Usenet kan gezien worden als pionier op het gebied van de sociale netwerksite. De service is ontstaan in 1979 en ontwikkeld door studenten van Duke University en de University of North Carolina. Ze gingen onderzoeken of er een manier was om studenten van de ene universiteit informatie te laten uitwisselen via de modem met studenten van de andere universiteit. Het werd een manier om verschillende publieke gesprekken over speciGieke onderwerpen vanuit diverse locaties te laten plaatsvinden via een online netwerk.96 Door de jaren heen raakten steeds meer mensen bekend met de elektronische communicatie, aanvankelijk door deelname aan online groepen en chatrooms. Het was Frankrijk waar het concept voor het eerst toegankelijk was voor het grote publiek, toen in 1982 Minitel werd gelanceerd als een nationale online service.97 Daarna volgden in 1985 de Amerikanen Steward Brand, Larry Briljant en een aantal anderen die The Well, voluit The Whole Earth ‘Lectronic Link’ hadden ontwikkeld, een online discussieforum. The Well was verdeeld in groepen waar leden een onderwerp konden aandienen waar vervolgens anderen op konden reageren. Sinds het begin is het é én van de meest gerespecteerde online discussie forums geweest.98 America Online volgde in hetzelfde jaar en in 1988 ontwikkelden IBM en Sears een commercië le online dienst genaamd Prodigy. Deelnemers schreven zich onder pseudoniem in voor deze twee diensten, die werden gebruikt voor interactie met andere gebruikers.99
94 Rheingold, H. 1993: p. 67. 95 Ibidem: p. 68. 96 Ibidem: p. 69. 97 Kirkpatrick, D. 2010: p. 67. 98 www.brittannica.com/EBchecked/topic/1235171/The-‐WELL. 99 Kirkpatrick, D. 2010: p. 67.
22
Vroeg in 1990 begon de elektronische mail op gang te komen, alleen werd er nog geen gebruik gemaakt van de eigen naam. Hoewel binnen deze service een adresboek gehanteerd werd, was het moeilijk echte vrienden toe te voegen. De oorzaak hiervan was het gebruik van pseudoniemen.100 In de vroege dagen van het World Wide Web ging de notie van online communicatie weer een stapje verder, in de richting van het persoonlijke gebruik. TheGlobe.com, Geocities en Tripod kwamen op en maakten het mogelijk dat gebruikers een persoonlijke homepage konden creë ren die verbonden kon worden met pagina’s van andere gebruikers. Steeds meer werd er gebruik gemaakt van het delen van persoonlijke informatie. Een voorbeeld hiervan is de betaalde datingsite Match.com, gelanceerd in 1994, waar het verkrijgen van een relatie centraal stond. Bij interesse in de ander is het persoonlijke aspect van belang, daardoor groeide de vorm van zelfpresentatie. Classmates.com volgde in 1995 en had als doel het helpen vinden van oude klasgenoten, waar ook de ware identiteit belangrijk was.101 Het moderne sociale netwerken ving aan begin 1997 met de lancering van sixdegrees.com, waar ook gebruik gemaakt werd van echte namen in plaats van pseudoniemen. Binnen een netwerk van relaties werd een eigen proGiel geplaatst, om op die manier gedeelde interesses te laten zien. Sixdegrees.com was de eerste online service waar geprobeerd werd een netwerk te creë ren met echte relaties tussen echte mensen die gebruik maakten van hun echte naam. De naam sixdegrees.com stond voor het creë ren van een ketting van relaties. De eerste laag bestond uit de directe vrienden, waarna vrienden van vrienden volgden enzovoort.102 Lid worden van deze service kon pas na uitnodiging per e-‐mail van een bestaande deelnemer. In de huidige samenleving is deze manier van werving niet meer weg te denken, in die tijd was het een revolutionaire stap. Hoewel de site miljoenen gebruikers aantrok, sloot de service in 2000. Oprichter Andrew Weinreich was van mening dat het platform te vroeg was gelanceerd. Internet was een nieuw fenomeen en niet iedereen had onbeperkt toegang tot het web.103 Na 2000 gingen steeds meer mensen interactief deelnemen aan het internet. Deze ontwikkeling heeft de benaming Web 2.0 gekregen. Het down-‐ en uploaden van informatie werd steeds gemakkelijker gemaakt.104 Eerder waren websites veelal statische platformen, maar nu werd het mogelijk om zelf aan de slag te gaan in plaats van alleen informatie op te nemen. Naarmate Web 2.0 uitgroeide tot een werkend geheel, begonnen de dagelijkse activiteiten steeds meer te verschuiven richting de online omgeving.105
! ! !
100 Kirkpatrick, D. 2010: p. 67. 101 Boyd, D. N. Ellison. 2008: p. 214. 102 Kirkpatrick, D. 2010: p. 68. 103 Boyd, D., N. Ellison. 2008: p. 214. 104 O’Reily, T., J. Battelle. 2011: p. 231. 105 Dijck, J. van. 2013: p. 6.
23
2.1.2 Een nieuwe generatie: introductie Friendster, LinkedIn en MySpace Door de opkomst van Web 2.0 werd een nieuwe generatie sociale netwerksites gelanceerd. Het was Jonathan Abrams die in 2003 Friendster bedacht. Het idee achter deze site was het ontmoeten van mensen via vrienden van vrienden.106 Van leden werd verwacht dat ze hun echte naam gebruikten. Het was mogelijk op te zoeken wie vlakbij woonde en wie vrienden waren met jouw vrienden. Hier is het interactieve aspect merkbaar. Ook kwam er een foto naast de naam op het proGiel, dit bleek de doorbraak. Zo kon namelijk gezien worden wie de betreffende persoon was en of dit wel diegene was die bedoeld werd.107 Na de lancering was het online netwerk direct een succes en binnen enkele maanden waren er miljoenen gebruikers. Echter na een half jaar nam de toestroom van leden af. De servers achter de website konden het enorme succes niet aan. Pagina’s laadden langzaam en zogenaamde ‘fakesters’ verschenen op het netwerk, dit waren gebruikers die een proGiel aanmaakten onder een valse naam en identiteit. Abrams probeerde misbruik tegen te gaan door de ‘fakesters’ uit het netwerk te bannen, maar de gloriedagen van Friendster waren over.108 Drie maanden na het begin van Friendster werd LinkedIn gelanceerd door een vriend van Abram, Reid Hoffman. Hij had de gedachte dat er twee soorten sociale netwerken in opkomst waren, namelijk persoonlijke en zakelijke. Friendster behoorde tot de eerste categorie en zijn LinkedIn tot de tweede. Het was een sociaal netwerk voor zakenmensen en het proGiel was vergelijkbaar met een curriculum vitae. Gebruikers zochten via deze netwerksite naar passende banen en naar passend advies.109 Een andere bekende naam uit de sociale netwerkgeschiedenis ontstond hierna, MySpace. Medeoprichter Tom Anderson was een groot gebruiker van Friendster, maar toen deze dienst langzamer werd en het aantal leden afnam kwam hij met een nieuw idee. Friendster was mede geGlopt door de zogenoemde 'fakesters', daarom maakte hij MySpace een platform waar elke identiteit gecreë erd kon worden. Het draaide niet meer om echte namen en echte personen, op een aantal beperkingen na was al het denkbare mogelijk.110 Op 15 augustus 2003 werd de website gelanceerd. MySpace was op alle fronten opener dan voorganger Friendster. Zo was het mogelijk lid te worden van het netwerk zonder uitnodiging van een bestaand lid, een echte naam of een pseudoniem kon gebruikt worden als online identiteit en het was mogelijk het eigen proGiel vorm te geven naar eigen inzicht. De vrijheid om het proGiel zelf te creë ren, was een schot in de roos. Vrienden werden toegevoegd en het motto was, hoe meer hoe beter. Het groeide uit tot een competitie wie de meeste vrienden kon toevoegen.111 Een opvallend gegeven was dat Anderson met het verbreden van de grenzen als
106 Rosen, C. 2011: p. 174. 107 Kirkpatrick, D. 2010: p. 71. 108 Boyd, D., N. Ellison. 2008: p. 216. 109 http://www.digitaltrends.com/features/the-‐history-‐of-‐social-‐networking/. 110 Boyd,D., N. Ellison. 2008: p. 217. 111 Kirkpatrick, D. 2010: p. 75.
24
het ware een sprong terug in de tijd nam. Ten tijde van de opkomst van e-‐mail en sociale netwerken waren er ook geen grenzen en was het gebruik van een eigen naam geen vereiste. MySpace had een betere timing qua lancering dan voorgangers als Friendster en sixdegrees.com, de wereld was klaar voor een groot sociaal netwerk. Het gebruik van breedband internet was toegenomen, zodat het internet sneller was geworden. MySpace was hip en vooral aantrekkelijk voor muziekbands om zichzelf te promoten. Na de bands kwamen de fans, de jonge tieners en zo rolde het netwerk zich uit.112 In februari van het volgende jaar waren er ruim een miljoen gebruikers en was MySpace uitgegroeid tot het dominantste sociale netwerk van Amerika.113
!
2.1.3 Online sociale netwerken toegespitst op de student Na het ontstaan van openbare sociale netwerken, volgde er tegelijkertijd een verplaatsing van de sociale netwerken richting de universiteiten. Het eerste sociale netwerk alleen bedoeld voor studenten werd opgericht in 2001 op Stanford University. Wellicht was het zelfs het eerste echte sociale netwerk ooit. Orkut Buyukkokten was de oprichter en noemde de service Club Nexus. De service was bedoeld om studenten te helpen bij het verbeteren van hun sociale leven. Club Nexus was revolutionair en maakte het mogelijk voor gebruikers om een proGiel te creë ren onder eigen naam om zo vrienden op de campus uit te nodigen als buddies. Alleen studenten met een Stanford e-‐mailadres konden lid worden en dit zorgde ervoor dat iedereen was wie ze zeiden dat ze waren. Studenten gebruikten de service om studiemaatjes, sportvrienden of dates te zoeken. Het online netwerk maakte in het begin een groei door, alleen na verloop van tijd bleek het te ingewikkeld in gebruik en de toestroom liep terug.114 Tussen 2003 en 2004 werd er voortgeborduurd op Club Nexus en ontstonden gelijksoortige netwerken op diverse universiteiten. Collegester.com werd gelanceerd in 2003 op de University of California en was een service met het motto for the students, by the students. Een online datingsite genaamd WesMatch werd opgericht op Wesleyan University.115 In 2003 lanceerde Aaron Greenspan voor Harvard het online houseSYSTEM. Studenten uit hetzelfde huis op Harvard konden via deze mogelijkheid boeken verkopen aan medestudenten en online colleges beoordelen. Dit systeem was niet uit op het verzamelen van persoonlijke gegevens, maar was puur gericht op het bieden van een belangrijke service ter vergemakkelijking van de studie.116 Na Greenspan begonnen Divya Narenda, Tyler Winkelvoss en zijn broer Cameron aan het idee van Harvard Connection. Aangezien geen van hen programmeurs waren, huurden ze derden in om hun idee uit te voeren.117 Ze kwamen in aanraking met Mark Zuckerberg in de herfst van
112 Boyd, D., N. Ellison. 2008: p. 217. 113 Kirkpatrick, D. 2010: p. 77. 114 Ibidem. 115 Ibidem: p. 79. 116 Krug, L.L. 2003. 117 Bombardieri, M. 2004.
25
2003, nadat hij bezig was geweest met Course Match en Facemash, twee kleinschalige projecten. De eerste was bedoeld om studenten te laten kiezen welke cursussen ze wilden volgen, gebaseerd op welke studenten al deelnamen aan de cursus. FaceMash was een project waar iemands aantrekkelijkheid kon worden bepaald.118 Tyler en Cameron Winkelvoss maakten een afspraak met Zuckerberg dat hij ze zou helpen met het uitvoeren van hun idee, het ontwikkelen van een service die onder andere vertelde welke feesten werden gehouden op en om de campus. Zuckerberg claimde dat deze service niet voldoende aandacht zou trekken en besloot de samenwerking te beë indigen. In 2004 lanceerden ze zelf ConnectU.119
!
2.2 De tijdlijn van Facebook 2.2.1 Het begin: thefacebook.com Mark Zuckerberg, reeds eerder genoemd, Chris Hughes en Dustin Moskovitz waren tweedejaars studenten aan Harvard University. Daarnaast waren ze kamergenoten en het onderwerp van gesprek was vaak het internet. Ze vroegen zich af wat er zou gebeuren als het internet zijn intrede zou doen in het persoonlijke leven van mensen.120 Samen ontwikkelden ze, na CourseMatch, Facemash. Een programma waar diverse studenten naast elkaar verschenen op het computerscherm en aan de hand van de foto werd beslist wie het meest aantrekkelijk was. De foto’s die werden gebruikt voor Facemash had Zuckerberg onrechtmatig verkregen uit de zogenaamde facebooks, de jaarboeken, van de verschillende huizen op Harvard. Het waren foto’s van studenten genomen op de dag van aankomst voor hun studentenkaart, daardoor vaak niet representatief voor de persoon zelf. Facemash werd een succes. Zuckerberg stuurde de link naar een aantal vrienden, die de link doorstuurden naar hun vrienden.121 Naast de positieve reacties, kwamen er ook klachten van racisme en seksisme. Het programma moest verdwijnen en Zuckerberg kreeg een waarschuwing.122 Eind 2003 besloot de Ivy League, een verzameling van de acht meest prestigieuze universiteiten van de Verenigde Staten, dat de jaarboeken online moesten gaan. Studentenraden van onder andere Cornell, Darthmouth, Princeton, Penn, Yale en Harvard klaagden dat de zogenaamde facebooks niet digitaal toegankelijk waren.123 Zuckerberg raakte zo ongeduldig over het feit dat het zo lang duurde voordat de ofGicië le Harvard facebook werd gelanceerd, dat hij besloot het heft in eigen hand te nemen.124 Begin 2004 begon hij met programmeren van een online facebook en legde daarvoor de domeinnaam thefacebook.com vast. Deze naam is te danken aan de jaarboeken.125 De website moest een combinatie worden tussen CourseMatch, 118 Schwartz, B.M. 2003. 119 Bombardieri, M. 2004. 120 Kirkpatrick, D. 2010: p. 22. 121 Schwartz, B.M. 2003. 122 Kaplan, K.A. 2003. 123 Kirkpatrick, D. 2010: p. 79. 124 Tabak, A.J. 2004. 125 Roses, C. 2011: p. 175.
26
Facemash en Friendster en het idee was om een betrouwbaar, online jaarboek te creë ren, gebaseerd op echte informatie over de studenten, die vrijwillig hun foto wilden uploaden.126 Na een week coderen ging op woensdag 4 februari 2004 thefacebook.com de lucht in. Op de beginpagina stond vermeld waar het platform voor stond: thefacebook is an online directory that connects people though social networks at colleges. We have opened up thefacebook for popular consumption at Harvard University. You can use thefacebook to: Search for people at your school; Find out who are in your classes; Look up your friends’ friends; See a visualisation of your social network.127 Door het creë ren van een proGiel werd je aangemeld bij thefacebook.com. Met een foto van jezelf tezamen met een kleine hoeveelheid persoonlijke informatie, zoals het telefoonnummer, e-‐ mailadres, de relatiestatus, favoriete Gilms, muziek en welke cursussen je volgde – overgenomen van CourseMatch – werd het proGiel compleet gemaakt.128 Om een proGiel aan te maken was het noodzakelijk een harvard.edu e-‐mailadres te hebben, waardoor gewaarborgd werd dat de eigen naam gebruikt werd. Zo bleef het netwerk exclusief. Verder kon zelf bepaald worden wie toegang had tot welke informatie op het proGiel door middel van de privacyinstellingen.129
!
Our project just started off as a way to help people share more at Harvard, so people could see more of what’s going on at school. I wanted to make it so I could get access to information about anyone, and anyone could share anything that they wanted to — Mark Zuckerberg130
!
De mogelijkheden waren in het begin behoorlijk gelimiteerd. Studenten konden elkaar toevoegen aan het online netwerk, waarna een diagram zichtbaar werd met wie je online verbonden was. Naast het toevoegen van anderen werd het mogelijk gemaakt om via de computer studiegroepen te vormen en vergaderingen te organiseren.131 Thefacebook.com sloeg direct aan en gebruikers waren onder de indruk van het gemak. Vier dagen na de lancering waren 650 studenten lid geworden en het netwerk werd onderwerp van gesprek, waardoor het netwerk steeds verder uitbreidde.132
!
2.2.2 Verbreden van de reikwijdte Niet alleen op Harvard University waren de studenten bezig met de ontwikkeling van de online facebook. Zuckerberg kreeg vanuit diverse universiteiten de vraag of ook zij toegang konden krijgen tot het online netwerk. Op 25 februari 2004 maakte hij de website toegankelijk voor de studenten van Columbia, een dag later voor die van Stanford en een paar dagen later volgde Yale. 126 Kirkpatrick, D. 2010: p. 27. 127 www.thefacebook.us 128 Walther, J.B., B. van der Heide., S. Kim e.a. 2008: p. 30. 129 Tabak, A.J. 2004. 130 Kirkpatrick, D. 2010: p. 29. 131 Ibidem: p. 32. 132 Tabak, A.J. 2004.
27
Aanvankelijk was het voor de gebruikers van de toegevoegde universiteiten alleen mogelijk op de proGielen van mensen van de eigen universiteit te kijken, zodat het beschermde en besloten karakter van het netwerk in stand werd gehouden.133 Zuckerberg was overtuigd dat zijn service nog verder kon uitbreiden en besloot de overige instanties van de Ivy League te benaderen. Thefacebook.com werd tegelijk op Darthmouth en Cornell gelanceerd en ook hier sloeg de service direct aan.134 De bekendheid van het netwerk verspreidde zich verder en overal vandaan kwamen e-‐mails met de vraag wanneer het netwerk werd uitgerold over de andere universiteiten. In een tijdsbestek van een aantal weken was de website gelanceerd op onder andere Princeton en Brown. Halverwege de maand maart was de teller van gebruikers opgelopen tot 20.000 actieve gebruikers. De reden waarom thefacebook.com eerst bij de Ivy League en vergelijkbare instanties werd gelanceerd, was dat veel vriendschappen ontstaan tijdens de middelbare schoolperiode verwateren als de vroegere schoolgenoten verspreid raken over de diverse universiteiten. Als zij onderling verbonden konden blijven, was het mogelijk de vriendschappen in stand te houden.135 Er werd gezocht naar een oplossing voor het verbinden van de proGielen van de diverse campussen, zodat een student van Harvard een student van Princeton kon uitnodigen en zijn proGiel kon bekijken. Zuckerberg en Moskovitz ontwierpen een functie, waarbij door wederzijds goedkeuren van de betreffende gebruikers het mogelijk werd de gebruikers van de diverse universiteiten onderling te verbinden met elkaar. Tot op de dag van vandaag wordt de toepassing van wederzijds goedkeuren, voordat je daadwerkelijk vrienden bent, gebruikt.136 Om de kosten van het snelle uitbreiden van het netwerk en het onderhoud ervan te dekken, werden er pakketten opgesteld om advertenties te plaatsen op het netwerk. Aanvankelijk waren het alleen advertenties van studenten van Harvard om bijvoorbeeld feesten of studiereizen te promoten.137 Grotere advertentiemaatschappijen wilden ook toegang tot thefacebook.com, alleen wilden zij dat de website werd uitgebreid naar scholen met een groot aantal studenten. Zuckerberg stond niet achter deze verschuiving en wilde alleen bij de Ivy League en soortgelijke instanties blijven. Hij verklaarde zijn keuze om niet teveel te willen uitbreiden aan het feit dat zo de cirkel klein en exclusief bleef.138 De exclusiviteit en het besloten karakter van de universiteit maakten dat studenten de website gingen gebruiken. Het verschil met de andere sociale netwerken, was dat van thefacebook alleen bekenden gebruik maakten. De al bestaande vrienden of medestudenten maakten de drempel minder groot om deel te nemen aan de website.139
133 Schneider, A.P. 2004. 134 Neyfakh, L. 2004. 135 Kirkpatrick, D. 2010: p. 37. 136 Ibidem. 137 Grynbaum, M.M. 2004. 138 Kirkpatrick, D. 2010: p. 43-‐44. 139 Petersen, C. 2010.
28
Het netwerk was inmiddels uitgebreid naar 34 universiteiten en het ledenaantal was opgelopen tot meer dan 150.000 gebruikers.140 Het werd steeds duidelijker dat thefacebook.com een echt bedrijf werd. Om de groei tegemoet te komen werden er op Harvard sollicitatierondes gehouden.141 Zuckerberg en Moskovitz hadden ook besloten niet terug te keren naar Harvard, ze wilden zich volop richten op de verdere ontwikkeling van het netwerk.142
!
2.2.3 Ontwikkeling naar facebook Ondanks de grote groei die thefacebook.com in een korte periode had meegemaakt, was het nog een relatief klein platform. De reden hiervoor was dat de toegang tot het netwerk beperkt bleef door de verplichting van een .edu e-‐mailadres. Wel was interessant dat wanneer de website werd gelanceerd op een andere universiteit ruim tachtig procent van de studenten meteen lid werd en dagelijks gebruik maakte van het netwerk. Dit was een unicum, nooit eerder was deze combinatie van groei en gebruik bij een beginnend internetbedrijf gemeten.143 Om meer studenten aan te trekken en om de bestaande leden te behouden moest de website enerzijds verbeterd worden en anderzijds aantrekkelijk blijven, want door te veel veranderingen zouden bestaande leden af kunnen haken. In september van 2004 voegde thefacebook.com een nieuw element toe, dat de studenten nog een grotere reden gaf om gebruik van de website te maken: the wall. Op ieders proGiel werd een ruimte gecreë erd waar iedereen iets kon schrijven. Het kon een simpel bericht zijn of juist een opmerking. Deze nieuwe toevoeging kon worden vergeleken met een publieke e-‐mail, iedere bezoeker van het betreffende proGiel kon de berichten lezen. Het proGiel werd door deze toevoeging interactief, doordat naast het bestuderen van het proGiel er gereageerd kon worden op wat daar te lezen was. Zo had iedereen een eigen, publiekelijk prikbord waar continu toevoegingen aan konden worden gedaan. The wall groeide uit tot het meest populaire kenmerk van het sociale netwerk.144 Er vonden meer verandering plaats en dat begon met een naamsverandering. Thefacebook.com wijzigde naar de naam zoals het netwerk beter bekend is, namelijk facebook.com. Ook werden er aanpassingen gedaan aan het esthetische aspect van de website, zoals een ander logo en een betere zoekfunctie voor het vinden van vrienden. Het idee achter de veranderingen was, dat de site toegankelijker en logischer diende te worden om te voorkomen dat het netwerk zou eindigen als haar voorgangers.145 Zuckerberg wilde daarnaast de reikwijdte van het online netwerk verder verbreden en besloot dat naast studenten van universiteiten, de site ook toegankelijk diende te worden voor leerlingen van de middelbare scholen. Het leek een logische volgende stap, alleen het waarborgen van het besloten karakter waar facebook voor
140 Sorokin, E. 2004. 141 Grynbaum, M.M. 2004. 142 Teller, S. 2005. 143 Kirkpatrick, D. 2010: p. 88. 144 Ibidem: p. 93. 145 Teller, S. 2005.
29
stond werd hierdoor lastiger. De leerlingen van de middelbare school maakten namelijk geen gebruik van een .edu e-‐mailadres.146 De oplossing was een andere versie van het netwerk toegespitst op de middelbare school met de naam hs.facebook.com. Het was alleen mogelijk om lid te worden van deze website door een uitnodiging van een universiteitsstudent.147 Verder was het tot nu toe alleen mogelijk om é én foto op facebook te plaatsen, namelijk de proGielfoto. Een paar keer per dag werd deze gewijzigd, waaruit bleek dat er behoefte was aan het plaatsen van meerdere foto's online. In oktober van 2005 werd de mogelijkheid gelanceerd om een ongelimiteerd aantal foto's te uploaden en deze samen te voegen in fotoalbums, My Photos. Daarnaast werd het mogelijk om de personen in de foto bij naam te noemen, taggen genaamd.148 Een andere belangrijke ontwikkeling was, dat er op de foto geklikt kon worden om naar de volgende foto te gaan. Dit was nog nooit eerder toegepast op het internet. Voorheen was het alleen mogelijk om online meerdere foto's te bekijken door middel van het gebruik van een volgende knop die standaard te vinden was onder aan het album in de vorm van een pijl.149 In 2006 werd vervolgens de scheiding tussen facebook voor de middelbare scholen en universiteiten opgeheven. Het was niet meer alleen aan de studenten van de universiteiten om uitnodigingen te sturen naar de leerlingen van de middelbare school. Ook zij konden nu zelf vriendschapsverzoeken sturen. Iedereen was vrij elkaar uit te nodigen en door wederzijds goedkeuren was er toegang tot elkaars proGiel.150 In mei van hetzelfde jaar werd facebook toegankelijk gemaakt voor een ieder die in het bezit was van een .com of .org e-‐mailadres. Zo werd het mogelijk om zonder een .edu e-‐mailadres lid te worden van het online netwerk. Vooral werd deze ontwikkeling doorgevoerd om de alumni tegemoet te komen, zodat ze de functionaliteit van facebook niet hoefden te missen zodra ze de universiteit verlieten.151 Ook werd er een algemeen overzicht gepresenteerd als startpagina, newsfeed. Voorheen was het alleen mogelijk om door de proGielen te klikken om bij te houden welke veranderingen hadden plaatsgevonden, het was niet mogelijk deze veranderingen in een oogopslag te kunnen zien. Zuckerberg bedacht hiervoor de oplossing om de beginpagina zo te creë ren dat precies zichtbaar was wat er recentelijk veranderd was.152 In 2010 werd de like knop geı̈ntroduceerd. Deze functie zorgde ervoor dat gebruikers hun goedkeuring konden uiten op de geplaatste content van andere gebruikers, zoals een goede Gilm die gezien was of een speciGiek idee.153 Daarna volgde Timeline. Ieders proGiel werd als het ware een biograGie van de persoon zelf,
146 Boyd, D., N. Ellison. 2008: p. 218. 147 Teller, S. 2005. 148 Teller, S. Oktober 2005. 149 Kirkpatrick, D. 2010: p. 154. 150 Bunting, J.M. 2006. 151 Teller, S. Mei 2006. 152 Kirkpatrick, D. 2010: p. 181. 153 Dijck, J. van. 2013: p. 49.
30
aangezien de berichten chronologisch werden gerangschikt. Op die manier kroop facebook dieper in iemands persoonlijke leven.154 In een korte tijd is facebook van een idee uitgegroeid tot een gevestigde naam. De bedenkers, Mark Zuckerberg en zijn vrienden van Harvard, zijn nu al ware legendes in de geschiedenis van de technologie. Zonder veel kapitaal en bijna volledig onaGhankelijk van grote investeerders hebben ze dit platform gecreë erd, dat nu centraal staat binnen de online wereld.155
!
2.3 Het begrip vriend in de digitale wereld Een grote wereld werd stukje bij beetje kleiner gemaakt. De mogelijkheid tot vriendschapsvorming middels de sociale netwerken nam immens toe. Facebook werd een netwerk dat draaide rondom de connectie met vrienden. De deGinitie die het netwerk zich had aangemeten was a place to connect with people you know in the real world.156 Om vrienden te worden op het sociale netwerk was, zoals eerder aangegeven, een wederzijdse interactie noodzakelijk. Niet alleen jijzelf moest het vriendschapsverzoek accepteren, ook de persoon aan wie het verzoek was gestuurd diende in te stemmen met de vriendschap.157 Facebook heeft heel duidelijk aangegeven waar het netwerk voor staat. Als uitleg wie er benaderd kunnen en mogen worden met vriendschapsverzoeken, stelt het netwerk dat facebook een plaats is waar vrienden, familie en andere mensen die persoonlijk bekend zijn met elkaar in contact gebracht kunnen worden.158 In de richtlijnen staat verder vermeld dat het netwerk een platform is waar mensen van overal ter wereld de kans wordt geboden verhalen te delen en de wereld door de ogen van anderen te bekijken. Het biedt ook de mogelijkheid om met anderen in contact te komen en met hen informatie uit te wisselen.159 Wie wel en niet wordt uitgenodigd binnen het netwerk heb je zelf in de hand. Standaard is het mogelijk om iedereen een vriendschapsverzoek te sturen, alleen om ongewenste verzoeken te beperken is het mogelijk gemaakt om te bepalen wie wel en wie niet een verzoek naar je mag sturen.160 In deze paragraaf wordt bekeken in hoeverre het begrip vriend op de sociale netwerken gezien kan worden als een vriend in de traditionele betekenis van het woord. Aan de hand van drie hedendaagse denkers op dit gebied wordt een beeld geschetst van dit nieuwe begrip.
!
2.3.1 Stine Jensen en haar kijk op online vriendschapsvorming Stine Jensen werd in 1972 geboren in Denemarken in het plaatsje Hillerød. Op jonge leeftijd emigreerde ze naar Nederland waar ze na de middelbare school literatuurwetenschappen en GilosoGie ging studeren in Groningen. Aan de Universiteit van Maastricht promoveerde ze, waarna 154 Dijck, J. van. 2013: p. 55. 155 Palfrey, J., U. Gasser. 2008: p. 223. 156 Kirkpatrick, D. 2010: p. 312. 157 Ibidem. 158 www.facebook.com/help/friends/requests. 159 www.facebook.com/communitystandards/ 160 www.facebook.com/friends/requests
31
ze columniste werd voor diverse kranten en tijdschriften. Ook heeft ze een groot aantal publicaties op haar naam staan.161 Ze heeft in haar boek Dag vriend! onderzocht wat het internet en de sociale media betekenen voor de hedendaagse vriendschappen. Ze is sinds 2007 lid van het bekende netwerk facebook. Aanvankelijk voegde ze alleen personen toe die ze echt kende, maar naarmate het netwerk populariteit vergaarde vervaagde de grens tussen bestaande vrienden en mensen die ze een keertje gezien had. De exclusiviteit die gepaard ging met haar vriendschapsideaal liet ze geheel los.162 Om een verklaring te vinden voor de veranderende gedachten rondom haar kijk op vriendschappen en verder inzicht te geven in de huidige samenleving, heeft ze de term intiem kapitaal geı̈ntroduceerd. Met deze term borduurt ze voort op de terminologie van de Franse socioloog Pierre Bourdieu. Hij onderscheidde in zijn werk drie soorten kapitaal, namelijk economisch kapitaal, cultureel kapitaal en sociaal kapitaal. Onder de eerste verstond hij geld en onroerend goed, in de tweede stonden kennis, vaardigheden en opleiding centraal en netwerk en relaties omvatte de derde.163 Na deze drie soorten kwam hij met een vierde kapitaal, het symbolische en linguı̈stische kapitaal. Hier vatte hij eer, prestige en het imago onder.164 De eerste twee vormen van kapitaal zijn in de loop der jaren van karakter veranderd. De vanzelfsprekende waarde van het culturele kapitaal is afgenomen en door de Ginancië le crisis heeft het economische kapitaal een deuk opgelopen. Het sociale kapitaal is echter sterk in waarde toegenomen. De huidige samenleving staat in het teken van het netwerk en het onderhouden van contacten. Voor Jensen gaat het niet alleen om het hebben van een netwerk, maar vooral om wat er met dat netwerk gedeeld wordt. In de theorie van Bourdieu ontbrak er dan ook volgens haar een vorm van kapitaal. Eé n waarmee niet wordt uitgedrukt waar iemand staat binnen de samenleving, maar die staat voor hoe de grenzen tussen publiek en privé worden geı̈nterpreteerd. Dit noemt ze het intiem kapitaal.165 Intiem kapitaal kan worden opgevat als een overkoepelend begrip dat betrekking heeft op waardevolle persoonlijke informatie, die niet voor iedereen beschikbaar is. Het gaat Jensen om het feit dat tegenwoordig besloten wordt om het intiem kapitaal te verspreiden en deze informatie voor iedereen beschikbaar te maken. Het intiem kapitaal is verworden tot verhandelbare privacy.166 Een handelsplek van intiem kapitaal zijn de sociale netwerksites, hier wordt steeds meer persoonlijke informatie gedeeld en verspreid. Op de netwerken is duidelijk zichtbaar dat er een verschuiving heeft plaatsgevonden van privé naar publiek.167 De
161 http://www.stinejensen.nl/biograGie.php. 162 Jensen, S. 2012: p. 22. 163 Ibidem: p. 25. 164 Ibidem: p. 26. 165 http://www.trouw.nl/tr/nl/5116/FilosoGie/article/detail/1866432/2011/03/28/Intimiteit-‐in-‐tijden-‐van-‐
Facebook-‐en-‐Wikileaks.dhtml. 166 Ibidem. 167 Jensen, S. 2012: p. 25. 32
verschuiving is een relatief nieuwe ontwikkeling, waardoor onduidelijkheid is ontstaan welke informatie privé is en welke informatie tegelijkertijd publiekelijk kan zijn.168 Een belangrijk verschil tussen publiek en privé is volgens Jensen dat er in het publieke domein vaste regels, normen en waarden gelden waar iedereen zich aan dient te houden. Op die manier weet iedereen wat er van hem verwacht wordt. Privé kan iemand zich vrijer gedragen en hier zit volgens Jensen meteen het knelpunt. Het sociale netwerk facebook wordt namelijk gebruikt als privé , maar de mededelingen of nieuwsberichten zijn ook publiekelijk toegankelijk. Hierdoor is het voor de gebruiker nog onduidelijk welke regels gehandhaafd moeten worden.169 Door de opkomst van facebook en de daarmee gepaarde vrijere omgang met persoonlijke informatie vroeg Jensen zich af of de vriendschapsrelaties zijn veranderd en in hoeverre een vriend op facebook kan worden beschouwd als een echte vriend.170 Ten eerste is door de komst van de sociale media volgens Jensen elke vriendschap op zich minder voor gaan stellen, aangezien de persoonlijke informatie tegenwoordig gedeeld wordt binnen de publieke ruimte en toegankelijk is voor iedereen. Het is niet meer bijzonder als een vriend je in vertrouwen neemt. De intimiteit en exclusiviteit, die gepaard gingen met het delen van persoonlijke informatie, is niet meer voorbehouden aan een selecte groep, de vrienden, maar wordt gedeeld met honderden anderen.171 Kortom de intimiteit en exclusiviteit binnen relaties is door de komst van de sociale media afgenomen. Ten tweede is ze van mening dat vriendschap online veel sneller kan ontstaan. Om vrienden te worden is het versturen van een digitaal verzoek voldoende. Even afwachten en na acceptatie van de ander ben je vrienden. Iemand kan naar iedereen, aGhankelijk van de privacyinstellingen, een vriendschapsverzoek sturen, hoe goed of minder goed je bekend bent met elkaar.172 Dus online kan vriendschap sneller gesloten worden. Ten derde heeft ze opgemerkt dat bij een vriendschap op facebook niets noodzakelijk is. Het wordt gekenmerkt door het vrij zijn van eisen. Er hoeft niet veel tijd samen doorgebracht te worden. Als er een gesprek wordt gevoerd hoeft er niet meteen geluisterd of gereageerd te worden, je kunt op elk moment deelnemen aan het gesprek of het juist aGbreken.173 De vriendschappen online voelen comfortabel, juist omdat er niets geë ist wordt.174 Oftewel de relaties online zijn veel vrijblijvender. Ten vierde vindt Jensen dat op facebook iedereen zich anders voordoet of voor kan doen dan in het dagelijks leven. Veelal wordt er een betere versie van de zelf neergezet. Alleen de positieve berichten of de mooie foto’s verschijnen op het digitale net. De virtuele wereld is belangrijker
168 Jensen, S. 2012: p. 28. 169 Ibidem: p. 43. 170 Ibidem: p. 55. 171 Ibidem. 172 Ibidem. 173 Ibidem. 174 Ibidem: p. 145.
33
geworden dan de realiteit. Hier wordt de erkenning ontvangen waar iedereen naar hunkert.175 Door alleen de positieve berichten weer te geven als beeld van de zelf leiden de internetcontacten volgens Jensen tot oppervlakkigheid.176 Anders gezegd wordt er online een fantasie van de zelf neergezet. Ten vijfde is Jensen van mening dat de sociale technologie ons moderne leven heeft gevormd. Het persoonlijke leven wordt geregeld en ingedeeld met tussenkomst van de technologie. Facebook staat vooral voor een positieve benadering van elkaar, dit aangemoedigd door de like-‐ knop. Op die manier wordt continu bevestiging gegeven waar iedereen naar verlangt.177 Hieruit blijkt dat facebook manipulatief is, er is geen don't like knop aanwezig waardoor de bevestiging van de zelf wordt aangemoedigd. Ten zesde blijkt volgens Jensen uit diverse onderzoeken dat het gemiddelde aantal vrienden voor het internettijdperk lag op vier à vijf. Online zijn er veel vrienden bijgekomen. Daar ligt het gemiddelde namelijk rond de tweehonderd vrienden per persoon.178 Kortom door de komst van de sociale netwerksites is het aantal vrienden toegenomen. Ten slotte heeft Jensen opgemerkt dat men via facebook in contact kan blijven met oude vrienden uit de middelbare schoolperiode. Het is mogelijk overal online te zijn en hierdoor overal contact te onderhouden met de internetvrienden. Ook het contact met familieleden is gemakkelijker via de sociale media, ongeacht waar deze zich bevinden.179 Door de overbrugging van tijd en ruimte is facebook een middel geworden om ten alle tijden vriendschappen in stand te houden.
!
2.3.2 Jose van Dijck en de verbindende media José van Dijck is geboren in Boxtel.180 Na het voltooien van haar Bachelor en Master aan de Universiteit van Utrecht, ontving ze haar Ph.D. aan de University of California, San Diego. Na het behalen van deze titel werd ze universitair docent Journalistiek aan de Universiteit van Groningen en ging ze werken voor de Universiteit van Maastricht op het gebied van media en visuele cultuur. In 2001 begon ze als hoogleraar Media Studies aan de Universiteit van Amsterdam. Daarnaast was ze decaan van de Faculteit der Geestwetenschappen.181 In maart 2013 heeft ze het boek The Culture of Connectivity: A Critical History of Social Media uitgebracht. In dit boek bestudeert ze de opkomst van de sociale media van het begin van de twintigste eeuw tot en met 2012. Met een kritische en historische analyse geeft ze de opkomst van de grote online platformen weer binnen een context van een snel veranderende omgeving
175 Jensen, S. 2012: p. 60-‐62. 176 http://www.libelle.nl/libelle-‐magazine/stine-‐jensen-‐sociale-‐media-‐en-‐vriendschappen.html. 177 Jensen, S. 2012: p. 145. 178 Ibidem: p. 141. 179 Ibidem: p. 37. 180 http://www.foliaweb.nl/medewerkers/jose-‐van-‐dijck-‐menselijk-‐maar-‐griezelig-‐goed-‐georganiseerd/. 181 http://www.uva.nl/over-‐de-‐uva/organisatie/medewerkers/content/d/i/j.f.t.m.vandijck/j.f.t.m.van-‐dijck.html.
34
van de verbindende media, zoals ze de sociale media noemt.182 Ze wil een inzicht bieden in hoe de netwerken van invloed zijn op het dagelijks leven en wat de kansen en bedreigingen ervan zouden kunnen zijn.183 In minder dan tien jaar is er een geheel nieuwe infrastructuur ontstaan voor online netwerken, die diep is doorgedrongen in onze hedendaagse samenleving. Sociale media vormen een nieuwe manier om ons leven te organiseren en worden gedeGinieerd als a group of Internetbased applications that build on the ideological and technological foundations of Web 2.0, and that allow the creation and exchange of user-‐generated content.184 De groei van de sociale netwerksites was sterk verbonden met de opkomst van Web 2.0. Web 2.0 platformen ontstonden met het idee dat vrienden online konden communiceren of creatieve inhoud konden uitwisselen met elkaar. De mogelijkheid van twee kanten op communiceren maakte de online media democratischer dan voorheen. Het was nu mogelijk direct berichten te verzenden naar anderen, terwijl voorheen alleen de media zelf de controle in handen hadden over wat er gepubliceerd werd.185 Voor deze ontwikkeling waren websites statische platformen, nu werden het platformen waar iedereen zelf mee aan de slag kon gaan.186 Volgens Van Dijck staat facebook bovenaan de lijst als het gaat om succesvolle sociale netwerken, vooral op de manier hoe het netwerk zich heeft weten te nestelen in het sociale leven van de mens.187 Door het online sociale netwerk te belichten op het economische, sociale, technische en culturele aspect wil ze aangeven hoe de recente ontwikkelingen in het medialandschap de beleving van de samenleving hebben veranderd188 en welke invloed deze veranderende beleving heeft gehad op het begrip vriend. Ten eerste stelt Van Dijck dat online de term friend staat voor zowel intieme contacten als kennissen of zelfs totale onbekenden, allen verwoord als é én en dezelfde. Als men goed contact heeft onderling in de ofGline wereld, gaat het om de kwaliteit van de relatie in plaats van de kwantiteit. Verbondenheid online is een kwantiGiceerbare waarde geworden, bekend als het popularity principle. Hoe meer contacten of vrienden er online zijn, hoe populairder de persoon wordt. Een kettingreactie wordt ontketend, omdat door het grote aantal contacten de populariteit groeit en anderen ook contact met die persoon willen.189 In vriendschap zoekt men niet naar inhoud of diepte, maar naar hoeveelheid. Het criterium voor vriendschap is niet meer kwaliteit, maar kwantiteit. Ten tweede heeft ze opgemerkt dat facebook een middel is geworden om het beeld van de zelf te vormen en dit uiteen te zetten. Het is een platform waar de promotie van de zelf centraal staat 182 http://www.scientias.nl/waarom-‐facebook-‐een-‐deel-‐van-‐ons-‐leven-‐opeist/82210. 183 Dijck, J. van. 2013: p. 23.
Ibidem: p. 4.
184
185 Ibidem: p. 10. 186 Ibidem: p. 6. 187 Ibidem: p. 156. 188 Ibidem: p. 5. 189 Ibidem: p. 13.
35
binnen een netwerk van vrienden. In de online omgeving wil iedereen vooral laten zien wie zij zijn. Het gaat om het bouwen van de eigen identiteit door middel van het delen van stukjes informatie.190 Het netwerk dient als een podium. Het is belangrijk om door middel van berichten een positief beeld van de zelf te creë ren. Bij alles wat geplaatst wordt, wordt rekening gehouden met wat de ander daarvan zou kunnen denken.191 Facebook schetst een positief beeld van de zelf opgebouwd uit stukjes informatie gebaseerd op de gedachten van een ander over de zelf. Kortom vrienden dienen ter zelGbevestiging. Ten derde merkt Van Dijck op dat via de sociale media een verschuiving heeft plaatsgevonden van informeel en intiem naar formeel en in het publieke domein. Veel activiteiten, zoals afspreken met vrienden en vakantiefoto’s laten zien, waren aanvankelijk ofGline en werden gedeeld met slechts een selecte groep, nu is dat verschoven naar de online omgeving. Privé en publiek is é én geworden.192 Het delen van informatie is centraal komen te staan. Delen heeft binnen de sociale media echter een dubbele betekenis. Enerzijds verwijst het naar de gebruikers die persoonlijke informatie met elkaar delen, maar aan de andere kant is deze informatie ook toegankelijk voor derden en daarmee publiekelijk.193 De betekenis van delen is dus veranderd van het uitwisselen van informatie tussen twee personen naar delen met iedereen op de wereld.194 Delen is de norm geworden en privacy de uitzondering.195 Hieruit blijkt dat het delen van informatie met een groep van belang is geworden. Ten vierde is ze van mening dat de openheid van de gebruiker wordt misbruikt door het bedrijfsleven. Door de overname is de interactieve sfeer, die het netwerk groot heeft gemaakt, naar de achtergrond verdwenen. Van Dijck vraagt zich af in hoeverre contact op de sociale media een sociale aangelegenheid is als het bedrijfsleven er zoveel mee van doen heeft.196 Hoe meer een bedrijf weet over een gebruiker, hoe meer informatie kan worden doorgespeeld naar derden. Derden kunnen deze informatie gebruiken om advertenties gericht op persoonlijke behoeften van de gebruiker op zijn of haar facebook pagina te zetten.197 Van Dijck geeft als voorbeeld het gebruik van de like-‐knop, waar de interesses van de gebruiker uit kunnen worden opgemaakt. De advertenties verschijnen vervolgens in de vorm van aanbevelingen die gedaan zouden zijn door de vrienden, maar die in werkelijkheid voortkomen uit het eigen like-‐gedrag.198 Kortom vriendschappen worden uitgebuit door het bedrijfsleven mede door het accepteren van advertenties in de persoonlijke ruimte. Zo heeft er een economisering van het begrip vriend plaatsgevonden.
190 Dijck, J. van. 2013: p. 51. 191 http://www.scientias.nl/waarom-‐facebook-‐een-‐deel-‐van-‐ons-‐leven-‐opeist/82210. 192 Dijck, J. van. 2013: p. 7. 193 Ibidem: p. 45. 194 Ibidem: p. 65. 195 http://www.scientias.nl/waarom-‐facebook-‐een-‐deel-‐van-‐ons-‐leven-‐opeist/82210. 196 Dijck, J. van. 2013: p. 155. 197 Ibidem: p. 48. 198 Ibidem: p. 63.
36
Ten vijfde stelt ze dat tegenwoordig de focus ligt op het in contact komen met mensen online en dit contact te onderhouden via de sociale media. Het netwerk biedt een manier om een brug tussen ruimte en tijd te vormen en helpt mensen op de hoogte te blijven van het leven van hun vrienden.199 Vriendschap wordt voortdurend onderhouden zonder pijn en verlangen bij afwezigheid. Ten zesde vindt Van Dijck dat vriendschap niet alleen meer het resultaat is van spontane interactie tussen mensen, het is ook een resultaat geworden van een geprogrammeerde samenleving. Het netwerk is zo gecodeerd dat keuzes die genomen worden vrij lijken, maar het tegendeel is waar. Facebook hanteert namelijk de methode 'mensen die je misschien kent' en 'vrienden van vrienden', die geprogrammeerd zijn vanuit het netwerk.200 Het is de technologie die het sociale contact tussen mensen heeft gestimuleerd en vergroot.201 Vanuit facebook worden berichten gestuurd met de tekst I miss you bij niet frequent bezoek en ook vrienden vragen zich af waarom je niet op de hoogte bent van wat zich afspeelt in de digitale omgeving.202 Het niet aanwezig zijn op de sites zorgt voor uitsluiting en dat je niet meer op de hoogte bent wat er gaande is in de wereld van je vrienden. Hier vinden de uitnodigingen plaats en hier lees je over feestjes. Er vindt op deze manier uitsluiting plaats van het aantrekkelijke, publieke leven.203 Kennissen en collega's zijn lid van facebook, waardoor de sociale druk enorm hoog is 'om mee te doen'. Dat een groot deel van de communicatie en een groot deel van het leven zich afspeelt via sociale media komt doordat anderen het ook doen. Dit wordt ook wel peer pressure genoemd, de druk van mensen rondom de persoon.204 Communicatie kan daarnaast tegenwoordig altijd en overal. Het gevolg is dat iedereen van elkaar op de hoogte kan zijn. Het leven van veel mensen wordt compleet geleefd via deze media.205 Het netwerk is zo doorgedrongen tot iemands persoonlijke leven, dat het lijkt dat de keuzes die gemaakt worden vrijwillig gebeuren. Vriendschap is geen vrijwillige, persoonlijke keus meer, maar wordt gemanipuleerd vanuit facebook.
!
2.3.3 Alexander Lambert: over de verhouding tussen vriendschap en intimiteit Alexander Lambert is schrijver en onderzoeker op het gebied van nieuwe media verbonden aan de University of Melbourne in Australië .206 Zijn boek Intimacy and Friendship on Facebook is een etnograGisch onderzoek, dat gaat over de invloed van facebook op het dagelijks leven. Begin 2010 heeft hij zes deelnemers aangetrokken voor het onderzoek. Hij werd vrienden met deze
199 Dijck, J. van. 2013: p. 50. 200 Ibidem: p. 51. 201 Ibidem: p. 157. 202 Ibidem: p. 172. 203 Ibidem: p. 50. 204 http://www.scientias.nl/waarom-‐facebook-‐een-‐deel-‐van-‐ons-‐leven-‐opeist/82210. 205 Ibidem. 206 http://www.palgravemacmillan.com.au/palgrave/web/articleIDs/153A0B647D766B07CA257B2300837BFA/
$Gile/May%202013%20Review%20Titles%20Newsletter.pdf. 37
personen op facebook, daarnaast interviewde hij ze, maakte buiten het web afspraken met ze en sprak ze via de e-‐mail.207 Tijdens het onderzoek kwam naar voren dat enerzijds het sociale netwerk kansen bood om het persoonlijke leven te bevorderen en intimiteit genereerde, maar anderzijds de intimiteit complex en problematisch maakte.208 Ten eerste worden volgens Lambert de uitdrukkingen op facebook geplaatst in afwachting van herkenning door anderen. De wens voor een sociale dialoog is een belangrijke factor voor het plaatsen van informatie.209 De nadruk en meteen de kracht van het netwerk ligt in deze interactie met elkaar.210 Er wordt via facebook gecommuniceerd om aan derden de onderlinge relatie te laten zien, zodat deze erkend kan worden in de vorm van externe bevestiging.211 Bijna lijkt het zo te zijn dat je geen vrienden bent met elkaar totdat het wordt uitgedragen dat je vrienden bent geworden.212 Verder biedt het netwerk de mogelijkheid om lange verhalen te delen, waardoor de intimiteit met de groep wordt vergroot.213 Vriendschap is niet meer een relatie tussen twee personen, maar een interactie tussen meerdere leden van een groep. Ten tweede heeft Lambert opgemerkt dat facebook gezien wordt als een middel om verbinding te leggen met mensen die uit hun directe omgeving zijn weggegaan en daardoor op een afstand zijn geraakt. Het kan gaan om verschillende soorten afstand. Te denken valt aan geograGische afstand, de ander kan zich bevinden in een andere sociale omgeving of juist een afstand door tijd. Om deze afstand tussen elkaar op te lossen heeft Lambert twee processen ontdekt, namelijk reclaiming connections en sustaining connections. Zodra een verre connectie wordt toegevoegd aan het netwerk, valt deze onder de eerste vorm. Het gaat dan om iemand die vergeten is of wordt toegevoegd ter observatie, er hoeft geen interactie tussen elkaar plaats te vinden. Bij de tweede vorm is de relatie meer emotioneel. Onder welke vorm een connectie valt heeft te maken met de diepte en betekenis van de onderlinge relatie.214 De verbinding met goede vrienden die uit het oog zijn verloren heeft een positieve invloed, want het verliezen van een vriend kan een tragische ervaring zijn. Goede vrienden en familie zijn zo verbonden met ons eigen leven, dat een ontbinding van zo een vriendschap tegelijkertijd een ontbinding van de zelf is.215 De sociale media hebben ervoor gezorgd dat door de overbrugging van tijd en ruimte vriendschappen kunnen worden voortgezet ondanks veranderende omstandigheden. Ten derde is Lambert gaan inzien dat facebook wordt gebruikt als middel van observatie. Tegenwoordig wordt de vergelijking met anderen gebruikt om de eigen identiteit vorm te kunnen geven216 en om de zelf beter te kunnen proGileren. Hij heeft dit proces prosthetic intimacy 207 Lambert, A. 2013: p. 50. 208 Ibidem: p. 1. 209 Ibidem: p. 58. 210 Ibidem: p. 60. 211 Ibidem: p. 61. 212 Ibidem: p. 67. 213 Ibidem: p. 59. 214 Ibidem: p. 77. 215 Ibidem: p. 80. 216 Ibidem: p. 106.
38
genoemd. Lambert heeft verschillende vormen opgemerkt binnen dit proces.217 De eerste vorm is de routine, het niet bewust zijn van het waarnemen van de ander. Door news feed wordt het leven van de ander gepresenteerd, waardoor iedereen automatisch publiek wordt. Zo wordt facebook een gemakkelijke manier om op de hoogte te blijven van de ander zonder moeite ervoor te doen.218 De tweede vorm is de onbepaalde visie, waarvan sprake is als een onverwachts bericht wordt gezien. Bijvoorbeeld als een proGiel van een vriend nader wordt bekeken kan het zijn dat hier onverwachte, schokkende of verrassende berichten op staan.219 De derde is zelGbewuste observatie van de ander om doelbewust informatie in te winnen. Van deze vorm is sprake als de persoon zelf geen deel uitmaakt van de bekeken informatie en zich in die zin niet kan identiGiceren met de connectie. Het is bewust van buiten de privé -‐ruimte inkijken.220 De vergelijking met anderen wordt gebruikt om de zelf vorm te geven. Vrienden worden gebruikt als mal voor het vormen van de zelf en dienen daardoor het eigenbelang. Ten vierde wordt door middel van facebook informatie toegankelijk die normaal gesproken verborgen zou zijn gebleven. Voorheen werd deze informatie via via verkregen, nu kan men zelf oordelen over wat er gezien is.221 Via facebook is het mogelijk door directe toegang tot de feiten een oordeel te vellen over een vriend. Vriendschap is directer geworden. Ten vijfde is uit zijn onderzoek gebleken dat er een viertal soorten vriendschappen zijn ontstaan door de komst van de sociale media met allen verschillende gradaties van intimiteit. De eerste en sterkste vorm staat voor een vriendschap waar veel interactie plaatsvindt en waar het onderhouden van contact als prettig wordt ervaren, zowel online als buiten de virtuele wereld. Verder is er een hechte geschiedenis samen en beschikken de vrienden over dezelfde interesses en waarden. Het tweede niveau staat voor vrienden die minder voor elkaar betekenen. Ze delen een minder hechte geschiedenis samen en staan niet voor dezelfde waarden. Daarnaast wordt er soms met elkaar gecommuniceerd. Facebook wordt gezien als een goede manier om op de hoogte te blijven van elkaar, zonder met de informatie verder iets te doen. Het derde niveau staat niet voor de vriendschap op een intieme manier. Het is een vriendschap, gebaseerd op vlugge ontmoetingen en een goede wil, maar er is geen diepe kennis over elkaar. Er vindt bijna nooit interactie plaats onderling. De vierde vorm van vriendschap is zo zwak, dat de twee bekenden totaal geen betekenis hebben voor elkaar en compleet vergeten worden.222 Hieruit blijkt dat vriendschap tot uiting komt in verschillende gradaties. De relaties staat niet meer voor een permanente, diepe, onderlinge band. Ten zesde merkt Lambert op dat facebook een aanleiding is geweest voor een nieuw fenomeen, namelijk desire not to see. Bij de opkomst van het netwerk voegde iedereen elkaar toe,
217 Lambert, A. 2013:p. 95. 218 Ibidem: p. 97. 219 Ibidem:p. 98. 220 Ibidem. 221 Ibidem: p. 114. 222 Ibidem: p. 116.
39
er werd niet stilgestaan bij het feit dat de persoonlijke informatie zichtbaar zou zijn voor de minder bekenden. Het gaat om het uitGilteren van informatie die een negatief gevoel met zich meebrengt.223 In tegenstelling tot vroeger, wil je niet niet meer alles van en over je vrienden weten. Ten zevende heeft Lambert opgemerkt dat aanwezigheid op facebook kan leiden tot onzekerheid. Het online netwerk is belangrijk geworden voor het onderhouden van het sociale leven. Iedereen wil herkend worden door zijn of haar vrienden online, maar het publiek is virtueel. Dat houdt in dat het niet zeker is of het publiek jouw berichten opmerkt.224 De onzekerheid online heeft tot gevolg dat men continu berichten blijft plaatsen. Er heerst een continue drang om actief te blijven.225 Om de aandacht van vrienden te trekken en hen tevreden te houden, blijft iedereen berichten plaatsen. Vrienden zorgen daardoor voor een onzeker gevoel.
!
2.4 Conclusie Sociale online netwerken zijn niet meer weg te denken uit de huidige samenleving. Volledig geı̈ntegreerd in het dagelijks leven en zonder de media is het bijna niet meer mogelijk om deel te nemen aan het sociale leven. Het is allemaal begonnen met de opkomst van de computer. Onderlinge verbondenheid zit in de natuur van de mens, dus werd er naar mogelijkheden gezocht om via deze nieuwe uitvinding te communiceren. Vriendschapsvorming verschoof ook naar de online omgeving. Connecties gemaakt op facebook werden van begin af aan vrienden genoemd. Om het begrip nader te belichten is er gekeken hoe drie theoretici denken over deze verschuiving van vriendschapsvorming vanuit het dagelijks leven richting de online omgeving. Naar aanleiding van mijn onderzoek naar het werk van Jensen, Van Dijck en Lambert kunnen we het begrip online vriendschap als volgt kenmerken. Een online vriendschap kan sneller gesloten worden, het is een onmiddellijk resultaat geworden. Door het gemak is het aantal vrienden toegenomen, een vriendschap is kwanti8iceerbaar geworden. Kenmerkend is het vrijblijvende karakter, niets hoeft en alles mag. Daarnaast is door de overbrugging van tijd en ruimte een vriendschap zelfs over een grote afstand normaal voort te zetten. Vriendschap is daardoor virtueel geworden. Verder dient een online vriend het eigenbelang en is vriendschap veel directer geworden. Door de tussenkomst van computer en technologie heeft er een economisering van het begrip vriend plaatsgevonden en kan het manipulatief genoemd worden. Vriendschap is niet meer uitsluitend het gevolg van een persoonlijke keuze. Ook is vriendschap een bron van onzekerheid geworden. Een vriendschap hoeft niet meer te staan voor een vertrouwensband, maar komt in verschillende gradaties. Verder is een vriendschap met een klik te beëindigen. Online vrienden willen niet 223 Lambert, A. 2013: p. 130. 224 Ibidem: p. 132. 225 Ibidem: p. 133.
40
alles meer over elkaar weten. Tegelijkertijd groeit de nieuwsgierigheid: niemand wil iets van de ander missen en iedereen blijft verbonden met zoveel mogelijk vrienden. Vriendschappen zijn tot slot inclusief geworden, het gaat niet meer om het zoeken van diepte maar om het vormen van netwerken.
41
Hoofdstuk 3 Het nieuwe begrip vriend
!
Het begrip vriend is door de jaren heen gevormd, uitgebreid en aangepast. Vriendschap is van alle tijden en persoonlijke relaties maken een persoon tot wie die is, alleen door de komst van het sociale netwerk facebook heeft er wel degelijk een verandering plaatsgevonden binnen het vriendschapsdenken. De denkers uit de vroegere tijden hadden allen een brede deGinitie gevormd rondom het begrip vriend. Alleen spraken ze ook over een speciGieke soort vriendschap. Ze benoemden deze als de deugdelijke of belangrijkste vorm van vriendschap. Uit deze pure vriendschapsvormen is een conclusie getrokken: het oude begrip vriend. De vriendschap wordt gekenmerkt door een wederzijds gevoel en elkaar het beste toewensen zonder daar zelf beter van te willen worden staat centraal. Er is in deze pure vorm geen sprake van eigenbelang. De vriendschap is zeldzaam, aangezien de opbouw ervan tijd en vertrouwen vergt. Het kan gezien worden als een groeiproces om tot de perfecte vorm van vriendschap te komen. Als het hoogste doel is bereikt, hoort er nooit een eind aan de relatie te komen; een band voor het verdere leven is de uitkomst. Mocht onverhoopt toch een beë indiging plaatsvinden, is er nooit sprake geweest van een echte band. Een vriend kan verder gezien worden als een andere zelf, waar gezamenlijke interesses en verantwoordelijkheid voor de ander de boventoon voeren. Een cruciaal onderdeel van de vriendschap is het uitwisselen van vertrouwelijke gedachten. De deugd en het lot zorgen ervoor dat vrienden bij elkaar worden gebracht. De vrije wil vormt een belangrijk onderdeel hierbij, daardoor kunnen vriendschappen met familieleden niet behoren tot de ware vriendschap. Net zoals vriendschap tussen man en vrouw niet mogelijk is. Enerzijds omdat de vrouw het niveau van de deugdelijke gedachten niet haalt, anderzijds omdat de verlangens van de man in de weg zouden kunnen staan van een ware vriendschap en erotische gevoelens de overhand kunnen nemen. Ten slotte draait het bij het begrip vriend vooral om het feit, omdat hij het was, omdat ik het was. Het dient een persoonlijke relatie te zijn, zonder opgelegde regels. Een vriendschap hoort te zijn zoals het is en geen enkele reden mag de relatie kracht bijzetten. Uit de onderzoeken van de hedendaagse theoretici is getracht een deGinitie te vormen voor het begrip online vriend. De vriendschap ontstaat door een wederzijdse acceptatie van een vriendschapsverzoek, net als bij het oude begrip vriend. De relatie is verder in tegenstelling tot vroeger gebaseerd op het eigenbelang, aangezien de ander wordt gebruikt als mal om de zelf vorm te geven. Online vriendschap wordt gekenmerkt door een grote hoeveelheid vrienden, mede omdat de relatie sneller gesloten kan worden. Het gaat niet meer om de kwaliteit, maar om de kwantiteit. Daarnaast is de vriendschap niet meer het resultaat van een lang proces, maar een onmiddellijk resultaat geworden; met een klik op de knop ben je vrienden. Een vriend wordt niet gezien als een andere zelf, maar de vrienden zijn nodig om de zelf beter te laten voelen. Gezamenlijke interesses spelen wel een rol binnen de online vriendschap, alleen is het
42
verantwoordelijkheidsgevoel voor de ander weggevallen en heeft plaatsgemaakt voor het begluren van elkaar. Persoonlijke informatie is openbaar en wordt vrijuit gedeeld, het delen neemt een prominente plaats in binnen de vriendschap. Intimiteit en exclusiviteit zijn naar de achtergrond verdwenen. Vriendschap hoeft niet meer te staan voor een vrijwillige keus, vanuit het netwerk worden namelijk voorstellen gedaan om vrienden toe te voegen. Een vriendschap is daardoor manipulatief te noemen. Ook kunnen familieleden tot de vriendenkring gerekend worden. Vriendschappen tussen mannen en vrouwen zijn ook geaccepteerd, sterker nog door de vele datingsites is het begrip vriendschap geë rotiseerd. Huidige vriendschappen bestaan verder uit diverse gradaties, niet alleen een vertrouwensband hoeft als uitgangspunt te dienen. Ook minder bekenden kunnen als vriend worden geclassiGiceerd. Daarnaast is het nieuwe begrip uitgebreid met een aantal kenmerken. Internet is een medium dat de mogelijkheid biedt om in onvoorziene omstandigheden in contact te blijven met vrienden. In de vroegere tijd betekende reizen of verhuizen het uit het oog verliezen van een vriend. Brieven schrijven was niet efGicië nt, want tegen de tijd dat de brief was aangekomen was het nieuws achterhaald. Tegenwoordig kan het contact altijd onderhouden blijven en kan vriendschap proGiteren van de moderne technologie. Ook is het mogelijk geworden oude vriendschappen nieuw leven in te blazen door elkaar online te benaderen. Inhoud en diepte worden meer losgelaten, enerzijds omdat tegenwoordig een groter aantal vrienden onderhouden dienen te worden, anderzijds wordt er een eenzijdig beeld geschetst van de zelf. Er wordt als het ware een fantasie gecreë erd door de plaatsing van positieve berichten. Niet alle informatie over de ander wil de vriend te weten komen, delen van informatie worden afgeschermd. Dit in tegenstelling tot vroeger, waar een vriend stond voor een echte zielsverwant. Verder zijn de relaties directer geworden, informatie kan meteen worden bekeken zonder dit via via te vernemen. Als laatste heeft het bedrijfsleven zijn intrede gedaan, daardoor heeft er een economisering van het begrip vriend plaatsgevonden. Kortom het nieuwe begrip vriend is egocentrischer, populistischer, directer, relatiever, erotischer, virtueel en manipulatief. Nieuwe vriendschappen worden sneller gesloten, zijn inclusief, kwantiGiceerbaar, geë conomiseerd, emancipatoir en voyeuristisch. Veranderingen gaan vaak gepaard met negatieve connotaties. Zo ook bij de overgang van de traditionele vriendschap naar de vrienden gemaakt via de sociale netwerksites. Onzekerheid ligt hier dikwijls aan ten grondslag. Er wordt een onbekende weg ingeslagen en niemand weet wat de uitkomst zal zijn. Eng is dat, maar zonder verandering blijft alles hetzelfde. Zelf ben ik aan deze scriptie begonnen met de nodige vooroordelen. Dat vrienden een belangrijke plaats innemen binnen het leven is algemeen bekend, maar ik werd huiverig van de sceptische houding die theoretici aannamen ten opzichte van de online vriendschappen. Aanvankelijk ging ik hierin mee, liet me leiden door de heersende tendens. Alleen zelf had ik een ander gevoel ervaren. Een goed gevoel. Het op de hoogte kunnen blijven van vrienden aan de andere kant van de wereld zie ik juist als positief. 43
Net als rond 1800 vindt er ook nu een structurele verandering van begrippen plaats.226 De verandering van het begrip vriend in het bijzonder kan dienen als voorbeeld van hoe internet onze begrippen in het algemeen zal veranderen. Mijn onderzoek heeft uitgewezen dat er onder andere een anomisering, versnelling, popularisering, kwantiGicering, economisering, virtualisering en instrumentalisering van het begrip vriend heeft plaatsgevonden. Wellicht hebben soortgelijke veranderingen ook plaatsgevonden bij andere belangrijke begrippen. Te denken valt aan de anomisering van het begrip samenleving, de economisering van het begrip cultuur, de instrumentalisering van het begrip identiteit, de virtualisering van het begrip werkelijkheid, de relativering van het begrip vrijheid, de kwantiGicering van het begrip onderwijs en de popularisering van het begrip macht. De verschuiving naar de online omgeving is een bijzondere ontwikkeling en waarvan de consequenties nog nauwelijks te overzien zijn.
! ! ! ! ! ! ! ! ! !
226 Volgens Reinhart Koselleck vond er rond 1800 een democratisering, historisering, ideologisering en politisering
van begrippen plaats, zie Koselleck, R. 1972: Einleitung deel I, p. xix-‐xxiv. 44
BibliograBie
!
Literatuur: Beekes, R. Etymological Dictionary of Greek: Volume 1. Leiden: 2009
! Beekes, R. Etymological Dictionary of Greek: Volume 2. Leiden: 2009 ! Bombardieri, M. 'Online adversaries: Rivalry between college-‐networking websites spawns lawsuit’. The Boston Globe. 17 september 2004.
!
Boyd, D.M., N. Ellison. ‘Social Network Sites: DeGinition, History, and Scholarship’. Journal of Computer-‐Mediated Communication. 13, 2008.
!
Broadie, S., C. Rowe. Aristotle Nicomachean Ethics: Translation, Introduction and Commentary. Oxford: 2002
!
Brunner, O., W. Conze, R. Koselleck. 'Einleitung'. Geschichtliche Grundbegriffe. Historisches Lexikon zur politisch-‐sozialen Sprache in Deutschland. 7 Bde. und 1 Registerband in zwei Teilbde. (Stuttgart, 1972-‐1997, Band I und II Nachdruck 1979) Band I, xix-‐xxiv
!
Bukowski, W.M., e.a. 'Using Rating Scale and Nomination Techniques to Measure Friendship and Popularity.' Journal of Social and Personal Relationships. Vol. 11, No. 485, 1994
!
Bunting, J.M. 'New Facebook Feature Could Out Students. Undergrads may wish to conceal sexual orientation from high school site users'. The Harvard Crimson. 2 maart 2006
! Callaghan, B. ‘Aelred of Rievaulx. Way London Society of Jesus. Vol. 38, 1998. (375-‐387) ! Carroll, P. ‘Aelred of Rievaulx: On Spiritual Friendship’. Spirituality. September-‐October 1996 ! Chan, D.K.S., G.H.L. Cheng. ‘A comparison of ofGline and online friendship qualities at different stages of relationship development.’ Journal of Social and Personal Relationships. Vol. 3, No. 21, 2004: (305-‐320)
!
Cooper, J. M. ‘Aristotle on the Forms of Friendship’. The Review of Metaphysics. Vol. 30, No. 4, June 1977
!
45
Dijck, J. van. The Culture of Connectivity: A Critical History of Social Media. New York: 2013
!
Dijck, J. van. ''You have one identity': performing the self on Facebook and LinkedIn.' Media Culture Society. 35:199, 2013 Graaff, F. Michel de Montaigne: Over vriendschap. Amsterdam: 2010
!
Grynbaum, M.M. 'Online Facebook Solicits New Ads: With expansion in full swing, owner say site is not for sale’. The Harvard Crimson. 7 mei 2004.
! Hammond, N., H. Scullard. The Oxford Classical Dictionary. Oxford: 1970 ! Hupperts, C., B. Poortman. Aristoteles: Ethica Nicomachea. 2005 ! Jensen, S. Dag vriend! Intiem kapitaal in tijden van Facebook, GeenStijl en WikiLeaks. Rotterdam: 2012
! Kaplan, K.A. 'Facemach Creator Survives Ad Board’. The Harvard Crimson. 19 november 2003 ! Keith, A.L. ‘Cicero’s Idea of Friendship’. The Sewanee Review. Vol. 37, No. 1, januari 1929 ! Kirkpatrick, D. The Facebook Effect: The Real Inside Story of Mark Zuckerberg and theWorld's Fastest-‐Growing Company. 2010
! Krug, L.L. 'Student Site Stirs Controversy’. The Harvard Crimson. 8 augustus 2003 ! Lackner, B.K. ‘On Spiritual Friendship by Aelred of Rievaulx; Mary Eugenia Laker’. Church History. Vol. 44, No. 4, december 1975
! Lambert, A. Intimacy and Friendship on Facebook. London: 2013 ! Mews, C.J. ‘Cicero and the boundaries of friendship in the twelfth century’. Medieval and Renaissance Studies. Vol. 38 (2), 2007
!
Neyfakh, L. 'Columbia Rebukes thefacebook.com: Members of Columbia’s rival online site CUcommunity launch "Google bomb” at Harvard’. The Harvard Crimson. 9 maart 2004
!
O’Reilly, T., J. Battelle. ‘Web Squared: web 2.0 Give years on.’ The Digitale Divide: arguments for and Against Facebook, Google, Texting, and the Age of Social Networking. Londen: 2011 46
! Palfrey, J., U. Gasser. Born Digital: Understanding the Zirst generation of digital natives. New York: 2008
! Powell, J. Cicero: On Friendship and The Dream of Scipio. Wiltshire: 1990 ! Rheingold, H. The virtual community: homesteading on the electronic frontier. Boston: 1993 ! Rigolot, F. ‘Friendship and Voluntary Servitude: Plato, Fincino, and Montaigne’. Texas Studies in Literature and Language. Vol. 47, No. 4, The Culture of Early Modern Friendship: 2005
!
Rosen, C. ‘Virtual friendship and the new narcissism’. The Digitale Divide: arguments for and Against Facebook, Google, Texting, and the Age of Social Networking. Londen: 2011
!
Ross, D. The Nicomachean Ethics of Aristotle: Translated with an Introduction by Sir David Ross. London: 1975
!
Schneider, A.P. 'Facebook Expand Beyond Harvard: Stanford, Columbia join network, with Yale next in line.’ The Harvard Crimson. 1 maart 2004
!
Schwartz, B.M. 'Hot or Not? Website BrieGly Judges Looks’. The Harvard Crimson. 4 november 2003
! Solodow, J. Latin Alive: The survival of Latin in English and the Roman Languages. New York: 2010 ! Sorokin, E. 'Internet Boosts Social Scene: Student Gind friends on new sites such as thefacebook.com.’ The Harvard Crimson. 10 juni 2004
! Squire, A. Aelred of Rievaulx: A Study. Londen: 1981 ! Tabak, A.J. 'Hundreds Register for New Facebook Website’. The Harvard Crimson. 9 februari 2004 ! Teller, S. 'Facebook.com Gets Facelift, New Features: Fresh add-‐ons include high school version and personal photo pages’. The Harvard Crimson. 16 september 2005
!
Teller, S. 'Smile! You're on Facebook! Photo feature fuels trafGic; Zuckerberg brainchild now most popular site on net'. The Harvard Crimson. 25 oktober 2005
!
47
Teller, S. 'Zuckerberg To Leave Harvard IndeGinitely: Looking for employees, facebook.com creator visits campus.’ The Harvard Crimson. 1 november 2005
!
Teller, S. 'Facebook Open to Cubicle Crowd'. 4 mei 2006 Tucker, T.G. A Concise Etymological Dictionary of Latin. Halle: 1931
! Vaan, M. de. Etymological Dictionary of Latin and Other Italic Languages. Leiden: 2008 ! Weller, B. ‘The Retoric of Friendship in Montaigne’s Essais’. New Literary History. Vol. 9, No. 3. Rhetoric I: Rhetorical Analyses: 1978
!
Internet: DIGITAL TRENDS, geraadpleegd op 8 augustus 2013, www.digitaltrends.com/features/the-‐ history-‐of-‐social-‐networking
!
ENCYCLOPAEDIA BRITTANICA, geraadpleegd op 8 augustus 2013, www.brittanica.com/ EBchecked/topic/1235171/The-‐WELL
! ETYMONLINE, geraadpleegd op 12 april 2012, www.etymonline.com ! FACEBOOK, geraadpleegd op 8 augustus 2013, www.newsroom.Gb.com/Key-‐Facts ! FACEBOOK, geraadpleegd op 15 november 2013, www.facebook.com/help/friends/requests ! FACEBOOK, geraadpleegd op 15 november 2013, www. facebook.com/communitystandards/ ! FACEBOOK, geraadpleegd op 15 november 2013, www.facebook.com/friends/requests ! FACEBOOK US, geraadpleegd op 2 september 2013, www.thefacebook.us ! FOLIA WEB, geraadpleegd op 10 maart 2014, http://www.foliaweb.nl/medewerkers/jose-‐van-‐ dijck-‐menselijk-‐maar-‐griezelig-‐goed-‐georganiseerd/
! INL, geraadpleegd op 12 april 2012, www.inl.nl ! GBT, geraadpleegd op 12 april 2012, www.gbt.inl.nl !
GUTENBERG, geraadpleegd op 21 februari 2013, www.gutenberg.org 48
! LIBELLE, geraadpleegd op 10 december 2013, http://www.libelle.nl/libelle-‐magazine/stine-‐ jensen-‐sociale-‐media-‐en-‐vriendschappen.html
!
NU, geraadpleegd op 14 augustus 2013, http://nutech.nl/internet/3550207/acht-‐tien-‐dagelijks-‐ facebook.html
!
PALGRAVE MACMILLAN, geraadpleegd op 21 april 2014, http://
www.palgravemacmillan.com.au/palgrave/web/articleIDs/
153A0B647D766B07CA257B2300837BFA/$Gile/May%202013%20Review%20Titles %20Newsletter.pdf
!
SCIENTIAS, geraadpleegd op 10 maart 2014, http://www.scientias.nl/waarom-‐facebook-‐een-‐ deel-‐van-‐ons-‐leven-‐opeist/82210
! STINE JENSEN, geraadpleegd op 10 december 2013, http://www.stinejensen.nl/biograGie.php ! NU, geraadpleegd op 8 augustus 2013, www.nutech.nl/internet/3550207/acht-‐tien-‐dagelijks-‐ facebook.html
!
TROUW, geraadpleegd op 1 februari 2014, http://www.trouw.nl/tr/nl/5116/FilosoGie/article/ detail/1866432/2011/03/28/Intimiteit-‐in-‐tijden-‐van-‐Facebook-‐en-‐Wikileaks.dhtml
!
UVA, geraadpleegd op 10 maart 2014, http://www.uva.nl/over-‐de-‐uva/organisatie/ medewerkers/content/d/i/j.f.t.m.vandijck/j.f.t.m.van-‐dijck.html.
!
AZbeelding voorblad: COLLEGE MAGAZINE, geraadpleegd op dinsdag 15 juli 2014, http://www.collegemagazine.com/ userFiles/FCK/articles/3803/images/AddFriendFB-‐300x73.jpg
!
GIRLTHINKS, geraadpleegd op dinsdag 15 juli 2014, http://girlthinks.wordpress.com/ 2012/09/08/louie-‐i-‐think-‐this-‐is-‐the-‐beginning-‐of-‐a-‐beautiful-‐friendship/
49