FONDS VOOR INTERNATIONALE SOLIDARITEIT
PROJECTOPROEP voor projecten inzake ontwikkelingshulp die verband houden met de watersector 2015 REGLEMENT EN PROCEDURE VOOR HET INDIENEN VAN KANDIDATUREN
Deze projectoproep past in het kader van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 mei 2014 betreffende de toewijzing van het deel van de inkomsten afkomstig van de tarifering van water voor doeleinden inzake internationale solidariteit.
1.
CONTEXT........................................................................................................................................ 3
2.
INFORMATIE OVER DE PROJECTOPROEP ............................................................................... 4 2.1. Procedure voor het openen van de projectoproep ....................................................................... 4 2.2. Projectdrager ................................................................................................................................ 4 2.3. Thema's van de projectoproep ..................................................................................................... 5 2.4. Geografische bieden voor de uitvoering van projecten in het kader van deze oproep ................ 6 2.5. Type projecten dat in aanmerking komt ....................................................................................... 7 2.6. Financiering .................................................................................................................................. 8 2.7. Samenstelling van het kandidaatsdossier .................................................................................... 8 2.7.1 Documenten die moeten worden ingevuld en bijgevoegd ..................................................... 8 2.7.2 Andere documenten die moeten worden bijgevoegd ............................................................. 8
3.
ORGANISATIE VAN DE PROJECTOPROEP ............................................................................... 9 3.1. Het Secretariaat ............................................................................................................................ 9 3.2. Selectieprocedure ....................................................................................................................... 10 3.3. Administratieve procedure voor de toekenning van de financiering .......................................... 10 3.4. Administratieve procedure voor de toekenning van de financiering .......................................... 11
4.
ONTVANKELIJKHEIDS- EN SELECTIECRITERIA..................................................................... 12 4.1. Ontvankelijkheidscriteria............................................................................................................. 12 4.2. Selectiecriteria ............................................................................................................................ 13
5.
OPVOLGING VAN DE GESELECTEERDE PROJECTEN .......................................................... 15 5.1. Aan het begeleidingscomité over te leggen documenten .......................................................... 15 5.2. Criteria voor de beoordeling van de uitvoering en het goede verloop van het geselecteerde project ................................................................................................................................................ 15 5.3. Bekendmaking van de beoordeling van de uitvoering en van het goede verloop van het geselecteerde project ........................................................................................................................ 16
6.
INDIENING VAN HET KANDIDAATSDOSSIER EN INLICHTINGEN ......................................... 16
BIJLAGE 1 : Kandidatuurformulier .................................................................................................... 17 BIJLAGE 2 : Budget van het project .................................................................................................. 34 BIJLAGE 3 : Subsidiabele uitgaven ................................................................................................... 36
Pagina 2|
1. CONTEXT Artikel 2 van de ordonnantie van 20 oktober 2006 tot opstelling van een kader voor het waterbeleid bepaalt het volgende: "Het water maakt deel uit van het gemeenschappelijk erfgoed van de mensheid en van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest" en "Iedere persoon heeft het recht om te beschikken over drinkwater van goede kwaliteit en zoveel als nodig is voor zijn voeding, zijn huishoudelijke noden en zijn gezondheid". Om tegemoet te komen aan de internationale bezorgdheden en de wil om de toegang tot drinkwater en de rioleringsvoorzieningen tot een fundamenteel recht te maken1, keurde het parlement van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest unaniem een amendement van artikel 38 van deze ordonnantie goed waarbij de operator voor waterdistributie gevraagd wordt een deel van zijn ontvangsten toe te wijzen aan doeleinden inzake internationale solidariteit. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest toont hiermee duidelijk aan dat het wil bijdragen tot de verwezenlijking van de 7e doelstelling van de Millenniumontwikkelingsdoelstellingen (MOD) die door de Verenigde Naties zijn vastgesteld, namelijk: "tegen 2015 het aantal personen dat geen duurzame toegang heeft tot drinkwater en tot adequate sanering, met de helft terugdringen en daardoor het recht op water voor iedereen bevorderen". Indien mogelijk wil het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ook deelnemen aan de instelling, voor de lokale collectiviteiten van de ontwikkelingslanden en in het kader van hun bevoegdheden, van plaatselijke openbare diensten voor kwantitatief en kwalitatief voldoende water en sanering, waarbij iedereen voor een aanvaardbare en eerlijke prijs toegang krijgt tot deze diensten, die aan de verschillende gebruiksvormen zijn aangepast. Om dit doel te bereiken en in het besef dat de regionale en lokale autoriteiten een steeds belangrijkere rol spelen in de ontwikkelingssamenwerking, wordt een deel van de ontvangsten uit de watertarifering toegewezen aan doeleinden van internationale solidariteit2. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest besliste dan ook een projectoproep te lanceren bij de Brusselse projectdragende organisaties die actief zijn in de watersectoren of die over aantoonbare ervaring beschikken in de uitvoering van projecten met betrekking tot water of sanering. Het Fonds van deze projectoproep bestaat uit ontvangsten uit de watertarifering. De ingediende projecten moeten aansluiten bij zowel de principes van duurzame ontwikkeling, duurzaamheid en toe-eigening door de begunstigden, als de versterking van de bekwaamheid van de plaatselijke actoren. De organisaties waarvoor de projectoproep bestemd is, zijn: verenigingen zonder winstoogmerk met maatschappelijke zetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; overheids-, onderwijs- of onderzoeksinstellingen gevestigd in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; Brusselse representatieve werknemers- of landbouwersorganisaties met maatschappelijke zetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; Representatieve structuren van niet-gouvernementele organisaties voor ontwikkelingssamenwerking met maatschappelijke zetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;; de 19 Brusselse gemeenten.
1
Zie met name Resolutie nr. 64/292 van de Verenigde Naties van 28 juli 2010. Meer bepaald wordt een bedrag van € 0,005 per m³ water die tijdens het vorige boekjaar door HYDROBRU werd gefactureerd, toegewezen aan doeleinden van internationale solidariteit.
2
Pagina 3|
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wil zich toeleggen op de partnerlanden van het Belgisch Ontwikkelingsagentschap of op een van de landen vermeld op de lijst van minst ontwikkelde landen, opgesteld door de Verenigde Naties. Deze projectoproep past de volgende regelgeving toe: artikel 38, §5, van de ordonnantie van 20 oktober 2006 tot opstelling van een kader voor het waterbeleid, gewijzigd door de ordonnantie van 30 januari 2014 tot wijziging van de ordonnantie tot opstelling van een kader voor het waterbeleid teneinde de doelstelling van internationale solidariteit te verwezenlijken; het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 mei 2014 betreffende de toewijzing van het deel van de inkomsten afkomstig van de tarifering van water voor doeleinden inzake internationale solidariteit, hierna "het Besluit" genoemd.
2. INFORMATIE OVER DE PROJECTOPROEP 2.1. Procedure voor het openen van de projectoproep De projectoproep is geopend van 30 juni tot en met 30 september 2015.
2.2. Projectdrager Overeenkomstig artikel 7, § 1, 1°, van het Besluit moet de dragende organisatie tot een van de hierna opgesomde categorieën behoren om een ontvankelijke aanvraag te kunnen indienen: verenigingen zonder winstoogmerk; overheids-, onderwijs- of onderzoeksinstellingen; Brusselse representatieve werknemers- of landbouwersorganisaties; representatieve structuren van niet-gouvernementele organisaties voor ontwikkelingssamenwerking; allen met maatschappelijke zetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. een van de 19 Brusselse gemeenten. De dragende organisatie dient bovendien aan de volgende voorwaarden te voldoen. Voor verenigingen zonder winstoogmerk: - de dragende organisatie is een vereniging zonder winstoogmerk (vzw) naar Belgisch recht die over rechtspersoonlijkheid beschikt; - de vereniging bestaat wettelijk al minimaal twee (2) jaar op de afsluitingsdatum van deze projectoproep; - de internationale ontwikkelingssamenwerking is opgenomen in het maatschappelijk doel van de vereniging; - de vereniging heeft haar maatschappelijke zetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; - de vereniging voert in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een belangrijke activiteit in verband met ontwikkelingsvraagstukken, kan er een daadwerkelijke verankering aantonen en voert er geregeld acties, heel in het bijzonder met betrekking tot sensibilisering voor en informatie over internationale solidariteit en ontwikkeling. Voor overheids-, onderwijs- of onderzoeksinstellingen: - met overheids-, onderwijs- of onderzoeksinstellingen bedoelt men universiteiten, hogescholen of hogere kunstscholen, georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse of de Vlaamse Gemeenschap; Pagina 4|
-
de instelling heeft haar maatschappelijke zetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, kan er een daadwerkelijke verankering aantonen en voert er geregeld acties, heel in het bijzonder met betrekking tot sensibilisering voor en informatie over internationale solidariteit en ontwikkeling.
Voor Brusselse representatieve werknemers- of landbouwersorganisaties: - de representatieve werknemers- of landbouwersorganisatie is erkend; - de organisatie heeft haar maatschappelijke zetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; - de organisatie voert in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een belangrijke activiteit in verband met ontwikkelingsvraagstukken, kan er een daadwerkelijke verankering aantonen en voert er geregeld acties, heel in het bijzonder met betrekking tot sensibilisering voor en informatie over internationale solidariteit en ontwikkeling. Voor representatieve structuren van niet-gouvernementele ontwikkelingssamenwerkingsorganisaties (NGO’s): - de dragende organisatie is een representatieve structuur van NGO’s die erkend wordt overeenkomstig de bepalingen van de wet van 19 maart 2013 betreffende de Belgische Ontwikkelingssamenwerking. De datum van de erkenning of van de vernieuwing/ verlenging valt minimaal 6 maanden vroeger dan de afsluitingsdatum van de projectoproep; - de representatieve structuur van NGO’s heeft haar maatschappelijke zetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, kan er een daadwerkelijke verankering aantonen en voert er geregeld acties, heel in het bijzonder met betrekking tot sensibilisering voor en informatie over internationale solidariteit en ontwikkeling. Voor een Brusselse gemeente: - de gemeente kan geregelde acties aantonen, met name voor sensibilisering voor en informatie over internationale solidariteit en ontwikkeling.
De projectdragende organisatie is actief in de watersector of heeft aantoonbare ervaring in de uitvoering van samenwerkingsprojecten in het geografische gebied waarop het ingediende water- of saneringsproject betrekking heeft. Zij is rechtstreeks verantwoordelijk voor de voorbereiding en het beheer van het project en voor de synergie met haar partner(s). Samenwerking tussen de dragende Brusselse organisatie en een lokale partner in het ontwikkelingsland is noodzakelijk. De geschiedenis van het partnerschap en de concrete modaliteiten voor deze samenwerking zullen beschreven worden in het dossier van het project. De Brusselse projectdragende organisatie zal echter het enige aanspreekpunt zijn voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
2.3. Thema's van de projectoproep Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wenst projecten te steunen die bijdragen tot de verwezenlijking van de 7e doelstelling van de Millenniumontwikkelingsdoelstellingen (MOD) die door de Verenigde Naties zijn vastgelegd, namelijk: tegen 2015 het aantal personen dat geen duurzame toegang heeft tot drinkwater en tot adequate sanering met de helft terugdringen en daardoor het recht op water voor iedereen bevorderen. Het project moet dus passen in een van de volgende domeinen: toegang tot drinkwater en sanering met inbegrip van de sensibilisering en de educatie over deze thema’s. Ter informatie: Het Fonds hanteert de voorwaarden, omschreven door de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) en UNICEF, die, voor het systeem van de Verenigde Naties, de follow-up Pagina 5|
waarborgen van de vooruitgang met betrekking tot streefdoel 10 van de millenniumdoelstellingen. Het gemeenschappelijke programma van WGO/UNICEF berust op de volgende definities3: • • • • •
• •
Drinkwater is water dat gebruikt wordt voor huishoudelijke doeleinden, als drank, voor de keuken en voor persoonlijke hygiëne. Toegang tot drinkwater houdt in dat de bron zich op minder dan een kilometer van de plaats van gebruik bevindt en dat regelmatig minimaal 20 liter water per inwoner en per dag kan worden afgetapt. Drinkwater is water met microbiële, chemische en fysische eigenschappen die voldoen aan de normen van de WGO of aan de internationale normen betreffende de kwaliteit van het drinkwater. De toegang tot drinkwater wordt uitgedrukt als de verhouding personen die gebruikmaken van verbeterde drinkwaterbronnen: aansluiting thuis, openbare aftappunten, boorgaten, beschermde putten, beschermde bronnen, regenwater. Basissanering is de minst dure technologie om uitwerpselen en huishoudelijk afvalwater op hygiënische wijze af te voeren en een hygiënische en gezonde leefomgeving te waarborgen, zowel bij de gebruikers thuis als in hun directe omgeving. De toegang tot de basissaneringsdiensten behelst ook veiligheid en intimiteit tijdens het gebruik ervan. De dekking verwijst naar de verhouding mensen die gebruikmaken van de verbeterde saneringsdiensten: aansluiting op een openbare riolering, aansluiting op een septische put, latrine met spoelinrichting, latrine met septische put, verbeterde latrine met geventileerde put.
2.4. Geografische bieden voor de uitvoering van projecten in het kader van deze oproep Het project wordt uitgevoerd in een van de partnerlanden van het Belgisch Ontwikkelingsagentschap (BTC) of in een van de landen vermeld op de lijst van minst ontwikkelde landen, opgesteld door de Verenigde Naties. De partners van het Belgisch Ontwikkelingsagentschap zijn4: Zuid-Afrika Algerije Benin Bolivia Burundi Ecuador Mali Marokko Mozambique
Niger Oeganda Palestina Peru DR Congo Rwanda Senegal Tanzania Vietnam
De volgende landen zijn opgenomen in de lijst van minst ontwikkelde landen, opgesteld door de Verenigde Naties5:
3
De definities kunnen geraadpleegd worden op de internetsite van de WGO, "Water Sanitation and Health", "Health through safe drinking water and basic sanitation". URL van de internetsite: http://www.who.int/water_sanitation_health/mdg1/en/ Geraadpleegd op 16/12/2014. 4 Lijst van partners op 15/12/2014, ter informatie gegeven. Voor wijziging vatbaar. De selectie van projecten zal gebaseerd zijn op de lijst van partnerlanden van de BTC op 1/6/2015. Lijst op 15/12/2014 geraadpleegd op de internetsite van de BTC: http://www.btcctb.org/nl/theme/water-sanitatie 5 Lijst van de minst ontwikkelde landen, op 15/12/14 opgesteld door de VN, ter informatie gegeven. Voor wijziging vatbaar. De selectie van projecten zal gebaseerd zijn op de lijst van minst ontwikkelde landen van de VN op 1/6/2015.
Pagina 6|
Afghanistan Angola Bangladesh Benin Bhutan Burkina Faso Burundi Cambodja Centraal-Afrikaanse Republiek Tsjaad Comoren Democratische Republiek Congo Djibouti Equatoriaal-Guinea Eritrea Ethiopië Gambia Guinee Guinee-Bissau Haïti Kiribati Laos Lesotho Liberia
Madagaskar Malawi Mali Mauritanië Mozambique Myanmar Nepal Niger Rwanda Samoa Sao Tomé en Principe Senegal Sierra Leone Salomonseilanden Somalië Sudan Oost-Timor Togo Tuvalu Uganda Tanzania Vanuatu Jemen Zambia
Bij de analyse van de kandidaturen, in geval van twee (of meer) gelijkwaardige projecten (zelfde uitslag), zal de voorrang gegeven worden aan projecten die gelegen zijn in landen en gebieden waar het Brussels Hoofdstedelijk Gewest al samenwerkingsverbanden/ partnerschappen voor ontwikkelingssamenwerking heeft opgezet. Die gebieden zijn: - de provincie Katanga in de Democratische Republiek Congo (DRC); - de regio Rabat-Salé-Zemmour-Zaër in Marokko - Wilaya d’Alger in Algerije.
2.5. Type projecten dat in aanmerking komt Met deze projectoproep wil het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: ontwikkelingsprojecten steunen die hoofdzakelijk gericht zijn op concrete realisaties, veeleer dan op het financieren van de normale werking van activiteiten die niet rechtstreeks verband houden met het project; deelnemen aan de invoering en de ontwikkeling van plaatselijke openbare diensten voor kwantitatief en kwalitatief voldoende water en sanering, waarbij iedereen voor een aanvaardbare en eerlijke prijs toegang krijgt tot deze diensten, die aan de verschillende gebruiksvormen zijn aangepast; aansluiten bij zowel de principes van duurzame ontwikkeling, duurzaamheid en toeeigening door de begunstigden, als de versterking van de bekwaamheid van de plaatselijke actoren. Programma's voor humanitaire hulp in noodsituaties worden niet in aanmerking genomen in het kader van deze projectoproep. Lijst op 15/12/14 geraadpleegd op de internetsite van de VN: http://unctad.org/en/pages/aldc/Least%20Developed%20Countries/UN-list-of-Least-Developed-Countries.aspx
Pagina 7|
De uitvoering van het project waarvoor een financiering wordt aangevraagd, mag maximaal 3 jaar duren. Zijn uitgesloten: - projecten voor fondsenwerving; - zuivere voorlichtingsprojecten met betrekking tot samenwerkingsacties.
2.6. Financiering HYDROBRU stelt voor deze projectoproep een totaalbudget van € 304.919,51 ter beschikking van het Fonds. Het selectiecomité zal minimaal drie en maximaal vijftien projecten selecteren. Deze projecten zullen voor 10.000 tot 100.000 euro gecofinancierd worden, binnen de grenzen van de beschikbare bedragen, voor een periode van een tot drie jaar, en voor zover de door dit mechanisme toegekende financiële bijdrage niet hoger is dan 80% van het totaalbudget voor het project. Het project wordt voor minimaal 20% gefinancierd door de organisatie die het project draagt en haar eventuele partners, ofwel via het eigen vermogen, ofwel via openbare steun die niet uitgaat van een gewestelijke openbare instelling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De administratieve kosten zijn beperkt tot 10% van het totaalbedrag van het project. U vindt de lijst van de in aanmerking komende uitgaven in bijlage 3 van dit document.
2.7. Samenstelling van het kandidaatsdossier 2.7.1 Documenten die moeten worden ingevuld en bijgevoegd Het dossier van elke projectdragende organisatie dient de volgende, correct ingevulde bijlagen bij deze projectoproep te bevatten. Bijlage 1: Het ingevulde en ondertekende kandidatuurformulier voor de projectoproep Bijlage 2: Het ingevulde en ondertekende gedetailleerde budget voor de projectoproep Ter informatie: Bijlage 3 van deze projectoproep betreft de subsidiabele en niet-subsidiabele uitgaven met betrekking tot het project.
2.7.2 Andere documenten die moeten worden bijgevoegd Het dossier van elke projectdragende organisatie dient de volgende documenten te bevatten: een kopie van de statuten (uitgezonderd als een gemeente de projectdragende organisatie is);
Pagina 8|
het curriculum vitae van de persoon/personen die verantwoordelijk is/zijn voor het project; het activiteitenverslag van het jaar dat voorafgaat aan het jaar van de aanvraag voor de representatieve structuren van niet-gouvernementele ontwikkelingssamenwerkingsorganisaties en de verenigingen zonder winstoogmerk. Andere projectdragende organisaties dienen een activiteitenverslag over de thema's van deze projectoproep (zie punt 2.3 van de projectoproep) in voor het jaar dat aan de aanvraag voorafgaat. Naargelang het type van projectdragende organisatie moet het kandidaatsdossier de volgende documenten bevatten. Voor verenigingen zonder winstoogmerk: - een kopie van de bijlage van het Belgisch Staatsblad houdende de afkondiging van de statuten en van al hun eventuele wijzigingen wordt bij dit dossier gevoegd; - een kopie van de bijlage van het Belgisch Staatsblad met de lijst van de bestuurders en effectieve leden, alsook van al haar eventuele wijzigingen, wordt bij dit dossier gevoegd. Voor overheids-, onderwijs- of onderzoeksinstellingen: Nihil Voor Brusselse representatieve werknemers- of landbouwersorganisaties: - een kopie van het Konink Besluit houdende erkenning van de projectdragende organisatie als vakbondsorganisatie wordt bij het kandidaatsdossier gevoegd. Voor representatieve structuren van niet-gouvernementele organisaties voor ontwikkelingssamenwerking: - een kopie van de erkenning, afgeleverd in overeenstemming met het Koninklijk besluit van 25 april 2014 betreffende de subsidiëring van de actoren van de nietgouvernementele samenwerking, wordt bij het dossier gevoegd. Voor een Brusselse gemeente: - de beslissing van het Gemeentecollege en/of de Gemeenteraad om een kandidaatsdossier in te dienen voor deze projectoproep, wordt bij het dossier gevoegd.
3. ORGANISATIE VAN DE PROJECTOPROEP 3.1. Het Secretariaat Het permanente secretariaat van het Fonds wordt waargenomen door HYDROBRU, de operator die verantwoordelijk is voor de distributie en de afvoer van het water in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Ter informatie: Neem voor aanvullende informatie en/of voor de indiening van een dossier contact op met de personen die vermeld worden in punt 6 "Indiening van het dossier en inlichtingen" van deze projectoproep.
Pagina 9|
3.2. Selectieprocedure De ontvankelijkheid van de dossiers zal op basis van specifieke aanvaardingscriteria (zie punt 4.1) onderzocht worden door het selectiecomité waarvan sprake is in artikel 3, §1 van het Besluit. Het selectiecomité deelt kandidaat-organisaties onmiddellijk mee of hun project ontvankelijk is. De ontvankelijk geoordeelde dossiers zullen door het selectiecomité onderzocht worden op basis van specifieke selectiecriteria (zie punt 4.2). Indien nodig kan dit comité aan de projectdragende organisatie aanvullende informatie vragen om het dossier te verhelderen. Het selectiecomité stelt de lijst op van projecten die door het Fonds zullen worden gefinancierd, met vermelding van het bedrag dat hen elk afzonderlijk zal worden toegekend. Tegen het niet-selecteren van een project kan geen beroep worden aangetekend. Ter informatie Het selectiecomité bestaat uit: 1° voor de openbare sector: a) een vertegenwoordiger van het Brussels Instituut voor Milieubeheer (Leefmilieu Brussel); b) een vertegenwoordiger van HYDROBRU; c) een vertegenwoordiger van de minister die bevoegd is voor het waterbeleid; 2° voor de verenigingssector actief in het domein van het water en de internationale samenwerking: a) ten minste een vertegenwoordiger van de Franstalige verenigingssector; b) ten minste een vertegenwoordiger van de Nederlandstalige verenigingssector; 3° voor de sociale partners: twee vertegenwoordigers van de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; 4° de vertegenwoordigers van kandidaat-organisaties voor de projectoproep mogen geen zitting hebben in het selectiecomité. Het voorzitterschap van het comité wordt waargenomen door de vertegenwoordiger van de minister die bevoegd is voor het waterbeleid. Het comité kan zich op het advies van deskundigen baseren bij het formuleren van een voorstel van te financieren projecten. (Artikelen 3, §1 en 6, § 2 van het Besluit).
3.3. Administratieve procedure voor de toekenning van de financiering Na de selectie van de projecten deelt het selectiecomité de uitgekozen projecten en het bedrag van de financiering voor elk project officieel mee aan HYDROBRU. Terzelfder tijd legt het selectiecomité een overeenkomst houdende de toekenningsregels voor de financiering (hierna "de Overeenkomst" genoemd) ter ondertekening voor aan HYDROBRU, Leefmilieu Brussel en de dragende organisaties van de geselecteerde projecten.
P a g i n a 10 |
3.4. Administratieve procedure voor de toekenning van de financiering Het selectiecomité bepaalt in de Overeenkomst de voorwaarden voor de vereffening van de financiering alsook de termijn voor het indienen van de schuldvordering op het Secretariaat. De financiering wordt opgesplitst in twee of drie schijven, naargelang de duur van het project en het bedrag van de toegekende financiering. 1. De eerste schijf moet als een voorschot worden beschouwd. Er zal een schuldvordering voor dit bedrag naar het Secretariaat worden verzonden zodra de Organisatie de officiële beslissing om de financiering toe te kennen, heeft ontvangen en zij de overeenkomst heeft ondertekend en teruggestuurd naar het Secretariaat; 2. indien dat zo bepaald is in de selectiebeslissing, zal de tweede schijf die in deze overeenkomst wordt beschreven, betaald worden na ontvangst van een staat van voortgang van het project en een schuldvordering; 3. het saldo van de financiering wordt betaald wanneer het project voltooid is en het begeleidingscomité in het bezit gesteld is van het specifieke activiteitenverslag voor het project, evenals van een financiële balans met de ontvangsten en uitgaven van het project en hun bewijsstukken. Alle nodige documenten kunnen ter plaatse worden gecontroleerd. Na ontvangst van de schuldvordering zal het nog minimaal een maand duren vóór het bedrag van de financiering op de rekening van de begunstigde wordt gestort. Het volledige bedrag van de toegekende financiering, vermeld in de Overeenkomst, wordt pas vereffend wanneer de begunstigde werkelijk gedane uitgaven kan bewijzen die door het begeleidingscomité zijn aanvaard. Om aanvaard te worden, moeten de uitgaven aan de volgende voorwaarden voldoen: ze moeten rechtstreeks toe te rekenen zijn aan het project; de administratieve kosten mogen niet hoger zijn dan 10% van het totaalbedrag van het project (art. 7, §1, 5°). Daarom is het belangrijk dat u bij het opstellen van het budget aandacht schenkt aan de categorieën van uitgaven waarvoor u de (co)financiering wenst aan te vragen; de uitgaven werden gedaan door de begunstigde van de financiering of de lokale partner(s) ervan; de uitgaven moeten gedaan en hun betaling moet uitgevoerd zijn tussen de begin- en de einddatum van het project; de uitgaven moeten gestaafd worden met bewijsstukken die voldoen aan de formele criteria, vermeld in de lijst van uitgaven die in aanmerking komen (bijlage 3). Naargelang de omvang van de aanvaarde uitgaven heeft de begunstigde recht op het volgende financieringsbedrag: de aanvaarde uitgaven zijn gelijk aan of hoger dan het goedgekeurde financieringsbedrag: de begunstigde ontvangt het volledige bedrag zoals bepaald in de Overeenkomst; de aanvaarde uitgaven zijn lager dan het bedrag van de financiering: het uitbetaalde bedrag zal verlaagd worden tot het bedrag van de aanvaarde uitgaven, na aftrek van de 20% eigen middelen (of die niet uitgaat van een gewestelijke openbare instelling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) en nadat werd gecontroleerd of de administratieve kosten niet hoger zijn dan 10% van de uiteindelijke werkelijke kosten van het project;
P a g i n a 11 |
de aanvaarde uitgaven zijn lager dan het bedrag dat reeds werd vereffend in de eerste schijf. Het deel dat hoger is dan de aanvaarde uitgaven, wordt teruggevorderd van de begunstigde - rekening houdend met de 20% eigen middelen (of die niet uitgaat van een gewestelijke openbare instelling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) en het maximum van 10% voor de administratieve kosten.
4. ONTVANKELIJKHEIDS- EN SELECTIECRITERIA Bij de beoordeling van de ingediende projecten wordt rekening gehouden met: - Ontvankelijkheidscriteria Overeenkomstig artikel 7 van het Besluit kunnen projecten die niet aan al deze criteria en principes voldoen, niet in aanmerking worden genomen voor financiering door het Fonds voor internationale solidariteit; zij worden onontvankelijk verklaard en dus inhoudelijk niet beoordeeld. - Selectiecriteria In het kader van de projectoproep wordt de kwaliteit van de projecten vergeleken volgens de criteria vermeld in artikel 8 van het Besluit en als verder uitgewerkt in dit reglement. Het selectiecomité zal die criteria ook als hulpmiddel gebruiken om de ingediende projecten te rangschikken. Op basis van deze rangschikking zullen de projecten gefinancierd worden binnen de grenzen van de beschikbare budgetten bij het Fonds. Wanneer het budget opgebruikt is, kunnen de minder goed gerangschikte projecten geen aanspraak meer maken op financiering in het kader van de internationale solidariteit zoals bedoeld in het Besluit.
4.1. Ontvankelijkheidscriteria Om ontvankelijk te zijn, moet een project aan alle hierna opgesomde voorwaarden voldoen. 1. Het Secretariaat is uiterlijk op 30 september 2015 in het bezit van het kandidaatsdossier, zowel in elektronische versie als op papier. 2. Het dossier bevat alle gevraagde documenten (punt 2.7) en informatie (overzicht van het project, begin- en einddatum, contactgegevens, bankgegevens enz.) voor een snelle beoordeling en opvolging; 3. Het project wordt gedragen door een van de entiteiten die in punt 2.2 worden opgesomd; 4. De organisatie die met het project belast is, heeft haar zetel in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; 5. De projectdragende organisatie is actief in het watersector of heeft aantoonbare ervaring in de uitvoering van projecten met betrekking tot water of sanering. 6. Het project sluit aan bij een van de thema's die in punt 2.3 van deze projectoproep worden aangegeven. 7. Het project wordt uitgevoerd in een van de geografische gebieden die in punt 2.4 van deze projectoproep worden aangegeven. 8. De projectdragende organisatie is rechtstreeks verantwoordelijk voor de voorbereiding en het beheer van het project en de synergie met haar lokale partner(s). 9. Het project begint tussen 1 januari 2016 en 30 juni 2016 en heeft een maximumduur van 3 jaar. P a g i n a 12 |
10. Het project wordt ingediend in het Nederlands of het Frans. 11. Voor de globale financiering van het project wordt rekening gehouden met de interventiemodaliteiten van het Fonds zoals beschreven in de punten 2.6 en 3.4 van deze projectoproep. 12. De dragende organisatie leeft de fundamentele beginselen en rechten inzake arbeid na, die de IAO (Internationale Arbeidsorganisatie) heeft gedefinieerd.
4.2. Selectiecriteria Om geselecteerd te worden, moet het project in overeenstemming zijn met de volgende algemene beginselen: a) bijdragen tot de verwezenlijking van de 7de doelstelling van de Millenniumontwikkelingsdoelstellingen (MOD) die door de Verenigde Naties zijn vastgelegd, namelijk: "tegen 2015 het aantal personen dat geen duurzame toegang heeft tot drinkwater en tot adequate sanering met de helft terugdringen en daardoor het recht op water voor iedereen bevorderen"; b) indien mogelijk deelnemen aan de oprichting of verbetering, voor de lokale besturen van de ontwikkelingslanden en in het kader van hun bevoegdheden, van plaatselijke openbare diensten voor kwantitatief en kwalitatief voldoende water en sanering, waarbij iedereen voor een aanvaardbare en eerlijke prijs toegang krijgt tot deze diensten, die aan de verschillende gebruikers zijn aangepast; c) aansluiten bij zowel de principes van duurzame ontwikkeling, duurzaamheid en toeeigening door de begunstigden, als de versterking van de bekwaamheid van de plaatselijke actoren. Deze algemene beginselen worden ingedeeld in de onderstaande 16 criteria. Voor de rangschikking van de projecten zal rekening worden gehouden met de mate waarin deze criteria in acht worden genomen. Bijdragen tot de verwezenlijking van de 7e doelstelling van de Millenniumontwikkelingsdoelstellingen (MOD) die door de Verenigde Naties zijn vastgelegd, namelijk: de duurzame toegang tot drinkwater en tot adequate sanering en daardoor het recht op water voor iedereen bevorderen. Hiertoe moet het project: - worden uitgevoerd door personen met bekwaamheid en relevante ervaring in dit domein; - rekening houden met de verschillende vormen van watergebruik, zowel sociaal als economisch, in het bijzonder water valoriseren als een mensenrecht en een goed van vitaal belang; - garanderen dat de projecten van algemeen belang zijn, zonder commerciële ontwikkelingsdoelstelling van een of meer private operatoren: - de verbeterde toegang tot drinkwater gepaard laten gaan met bewustmakings- en opleidingsinspanningen rond hygiëne en de terbeschikkingstelling van aangepaste sanitaire infrastructuur; - de fundamentele beginselen en rechten inzake arbeid, die de IAO (Internationale Arbeidsorganisatie) heeft gedefinieerd, naleven. Indien mogelijk deelnemen aan de oprichting of verbetering, voor de lokale collectiviteiten van de ontwikkelingslanden en in het kader van hun bevoegdheden, van plaatselijke openbare diensten voor kwantitatief en kwalitatief voldoende water en sanering, waarbij iedereen voor een aanvaardbare en eerlijke prijs toegang krijgt tot deze diensten, die aan de verschillende gebruikers zijn aangepast; Hiertoe moet het project: -
indien mogelijk, bijdragen tot het globale en geïntegreerde beheer van de waterkringloop door de openbare sector, in het kader van een duurzame ontwikkeling en het algemeen P a g i n a 13 |
-
belang, door verschillende betrokken plaatselijke spelers en actoren hierbij te betrekken; de noden en de middelen van de plaatselijke bevolking precies inschatten; technische en financiële oplossingen voorstellen die zo nauw mogelijk aansluiten bij de lokale noden en middelen;
aansluiten bij zowel de principes van duurzame ontwikkeling, duurzaamheid en toe-eigening door de begunstigden, als de versterking van de bekwaamheid van de plaatselijke actoren. Hiertoe moet het project: - partnerships aangaan met de bevolking, de plaatselijke overheden en hun vertegenwoordigers, met het oog op het garanderen van hun actieve participatie, en modaliteiten voor hun participatie in de investeringen, de levering en het beheer van de diensten en hun tarifering overeenkomen, alsook in de uit te voeren acties van educatie en sensibilisering; - de instelling ondersteunen van een plaatselijk overheidsbeleid en van institutionele kaders die de duurzaamheid, de kwaliteit van de geleverde diensten en het democratische karakter van de besluitvorming garanderen; - water beheren en tegelijk het leefmilieu beschermen en de hernieuwing voor de toekomstige generaties garanderen; - garanderen dat de wateronttrekkingen en de lozingen van afvalwater die tijdens de uitvoering van het project plaatsvinden, de kwaliteit, de natuurlijke functies en het voortbestaan van deze hulpbron niet in gevaar brengen; - regelmatig de resultaten van de projecten beoordelen, om de interventiestrategieën en de investeringskeuzen op de reële, soms evoluerende, noden van de begunstigden af te stemmen; - voorzien in een synergie tussen de dragende organisatie en ten minste een partner afkomstig uit het land waar het project wordt uitgevoerd; - voorzien in een uitwisseling van ervaring tussen de partners van het Noorden en het Zuiden en in een toe-eigening door de plaatselijke partners van die ervaring en het project; - de continuïteit van de beschikbaarheid van water en sanering garanderen door een grotere verantwoordelijkheid van alle betrokken partijen, in het bijzonder de gebruikers, de plaatselijke overheden en de beheerders in het betrokken land.
Er al ook een kwalitatieve beoordeling van het project worden uitgevoerd op basis van de volgende beoordelingscriteria: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
uitvoerbaarheid en relevantie; doeltreffendheid; efficiëntie; beheer; duurzaamheid en engagement; genderdimensie (de integratie van de genderdimensie is veeleer een beginsel en een algemene benadering dan een doelstelling op zich) Voor elk van deze beoordelingscriteria zal een cijfer worden toegekend. De omstandigheid dat: 1. de dragende organisatie blijk geeft van regionale verankering door bewustmaking en voorlichting van de Brusselse bevolking rond internationale solidariteit en ontwikkelingssamenwerking; 2. er een nuttig verband bestaat met andere projecten en initiatieven inzake ontwikkelingssamenwerking (van België of zelfs van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) in de betrokken zone; zal eveneens in aanmerking worden genomen bij de beoordeling van de projecten.
P a g i n a 14 |
5. OPVOLGING VAN DE GESELECTEERDE PROJECTEN Het begeleidingscomité beoordeelt jaarlijks de uitvoering en het goede verloop van de geselecteerde projecten volgens de hierna beschreven modaliteiten. Ter informatie Voor elk van de geselecteerde projecten zal een begeleidingscomité worden opgericht, samengesteld uit: a) een vertegenwoordiger van de minister die bevoegd is voor het waterbeleid; b) een vertegenwoordiger van de minister-president; c) een vertegenwoordiger van de minister die bevoegd is voor internationale betrekkingen; d) een of twee vertegenwoordigers van de projectdragende organisatie; e) een of meer vertegenwoordigers van Leefmilieu Brussel; en f) een of meer vertegenwoordigers van HYDROBRU.
5.1. Aan het begeleidingscomité over te leggen documenten Overeenkomstig artikel 6, §3 van het Besluit aanvaardt de dragende organisatie door de ondertekening van de Overeenkomst de verplichting om de volgende documenten aan het begeleidingscomité te bezorgen: een activiteitenverslag betreffende het ondersteunde project met de frequentie die in de Overeenkomst wordt aangegeven; een financiële balans van de inkomsten en uitgaven van dit project met bewijsstukken, waarbij een controle ter plaatse van alle nodige documenten mogelijk is. De dragende organisatie van het geselecteerde project moet de bovengenoemde documenten afleveren uiterlijk op 30 april van elk jaar volgend op het jaar van uitvoering van het project.
5.2. Criteria voor de beoordeling van de uitvoering en het goede verloop van het geselecteerde project Voor elk geselecteerd project is het begeleidingscomité belast met de controle op de uitvoering en het goede verloop ervan. Daartoe kan in de Overeenkomst tussen HYDROBRU, Leefmilieu Brussel en de dragende organisatie van het geselecteerde project worden voorzien in ondersteuning door een externe beoordelaar. Het begeleidingscomité keurt het activiteitenverslag en de financiële balans goed die door de dragende organisatie worden ingediend. Het beoordeelt de relevantie, de samenhang, de efficiëntie, de doelmatigheid, de effectieve uitvoering, de transparantie van het beheer en de duurzaamheid van het project naarmate het wordt uitgevoerd en het resultaat aan het einde van de financiering. Het comité komt samen op vraag van een van de partijen van de Overeenkomst en ten minste een keer per jaar. Elke beoordeling wordt uitgevoerd met respect voor de projectdrager en de begunstigde bevolking, volgens criteria aangepast aan het voorwerp van het project en aan zijn kenmerken en via een transparant proces waarin alle standpunten tot uitdrukking kunnen komen.
P a g i n a 15 |
5.3. Bekendmaking van de beoordeling van de uitvoering en van het goede verloop van het geselecteerde project Het begeleidingscomité brengt de beoordeling per brief of via elektronische weg ter kennis van de projectdrager en het selectiecomité.
6. INDIENING VAN HET KANDIDAATSDOSSIER EN INLICHTINGEN Deze projectoproep is geopend van 30 juni tot en met 30 september 2015. De projectoproep is beschikbaar op de internetsites van HYDROBRU (www.hydrobru.be/) en Leefmilieu Brussel (www.leefmilieu.brussels/). De formulieren met betrekking tot deze oproep kunnen vanaf deze sites worden gedownload.
Bij de indiening van de kandidaturen moeten de volgende regels in acht worden genomen. •
Een exemplaar op papier, gericht aan: HYDROBRU - Fonds voor internationale solidariteit Keizerinlaan 17-19 1000 Brussel Het dossier wordt met de post naar het bovengenoemde adres verzonden, waarbij de poststempel op datum van 30 september 2015 of vroeger als bewijs dient, of het dossier wordt uiterlijk op 30 september 2015 om 16.00 u. afgegeven bij het onthaal van het Secretariaat van het Fonds, op het bovengenoemde adres. In dat geval vraagt de afgever een bericht van ontvangst.
•
Een exemplaar in pdf-opmaak wordt uiterlijk op 30 september 2015 per e-mail verzonden, naar het secretariaat van het Fonds
[email protected] met als onderwerp: "Internationale solidariteit - Projectoproep 2015: naam van de organisatie die haar kandidatuur indient". (Een elektronische versie geldt in geen geval als bewijs voor de datum van indiening of de inhoud van het dossier).
Een onvolledig of te laat ingediend dossier wordt niet onderzocht en wordt definitief verworpen
Gelieve voor aanvullende informatie of vragen over deze projectoproep contact op te nemen met Angélique DEQUICK, HYDROBRU, op het nummer 02/518.87.36 of per e-mail :
[email protected]
P a g i n a 16 |
BIJLAGE 1: Kandidatuurformulier
FONDS VOOR INTERNATIONALE SOLIDARITEIT
PROJECTOPROEP voor projecten inzake ontwikkelingshulp die verband houden met de watersector 2015
KANDIDATUURFORMULIER
P a g i n a 17 |
PROJECTOPROEP voor projecten inzake ontwikkelingshulp die verband houden met de watersector 2015
KANDIDATUURFORMULIER
Benaming van de dragende organisatie van het project dat door het Fonds voor internationale solidariteit moet worden gecofinancierd: Benaming van het project: Land waarin het project zal worden uitgevoerd: Vermeld de aard van het geografisch gebied (bv. stedelijk/landelijk gebied, wijk enz.):
Past in het thema:
Ο Duurzame
Gelieve aan te vinken (een combinatie van beide thema's is mogelijk).
Geraamde totale kostprijs van het project: Bedrag van de gevraagde bijdrage (minimaal € 10.000 en maximaal € 100.000)
Ο
toegang tot drinkwater
Duurzame toegang tot adequate sanering
………………………. €
………………………..€
Dossiernummer: (in te vullen door het secretariaat van het Fonds)
P a g i n a 18 |
Waartoe dient dit formulier? Met dit formulier kunt u een financiering aanvragen voor een project dat voldoet aan de voorwaarden, gesteld in de projectoproep die het selectiecomité lanceerde voor projecten inzake ontwikkelingshulp die specifiek zijn voor de watersector.
Tot wie moet deze aanvraag gericht worden? De dragende organisatie moet het dossier bij het Secretariaat van het Fonds voor internationale solidariteit indienen volgens de hierna beschreven regels. •
Een exemplaar op papier, gericht aan: HYDROBRU - Fonds voor internationale solidariteit Keizerinlaan 17-19 1000 Brussel
Het dossier wordt met de post naar het bovengenoemde adres verzonden, waarbij de poststempel op datum van 30 september 2015 of vroeger als bewijs dient, Of het dossier wordt uiterlijk op 30 september 2015 om 16.00 u. afgegeven bij het onthaal van het Secretariaat van het Fonds, op het bovengenoemde adres. In dat geval vraagt de afgever een bericht van ontvangst. En, •
Een exemplaar in pdf-opmaak wordt uiterlijk op 30 september 2015 per e-mail verzonden naar
[email protected], met als onderwerp "Internationale solidariteit - Projectoproep 2015: naam van de kandidaat-organisatie". (een elektronische versie geldt in geen geval als bewijs voor de datum van indiening of de inhoud van het dossier).
Opmerkingen: Bij dit formulier kunnen bewijsstukken worden gevoegd. Deze documenten vervangen het formulier zelf uiteraard niet. Indien er verschillen zijn tussen de papieren en de elektronische versie, wordt het project beoordeeld op basis van de inhoud van de elektronische versie. Een onvolledig of te laat ingediend dossier wordt niet onderzocht en wordt definitief verworpen
P a g i n a 19 |
DEEL 1 - Inlichtingen over de kandidaat-organisatie (gelieve de statuten van de organisatie als bijlage bij te voegen, uitgezonderd als de projectdragende organisatie een gemeente is)
1.1. Organisatie Volledige naam van de projectdragende organisatie Afgekorte naam van de projectdragende organisatie (in voorkomend geval)
1.2. Contactgegevens Adres van de maatschappelijke zetel (zoals aangegeven in de statuten) Postcode (zoals aangegeven in de statuten) Gemeenten (zoals aangegeven in de statuten) Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Internetsite
1.3. Aanvullende gegevens Ondernemingsnummer (zoals aangegeven in het Belgisch Staatsblad) (uitgezonderd als de projectdragende organisatie een Brusselse gemeente is) Taalrol (FR/NL)
FR/NL
P a g i n a 20 |
Bankrekeningnummer: IBAN-CODE Naam van de rekeninghouder
1.4. Statutair doel van de organisatie
1.5. Contactpersoon voor het project Naam van de contactpersoon
Mevr./dhr.
Telefoonnummer (vast) Telefoonnummer (mobiel) E-mailadres
1.6. Gegevens van de lokale partner(s) in het ontwikkelingsland: (kopieer dit kader zoveel keer als er lokale partner(s) zijn) Naam van lokale partner en juridisch statuut Contactpersoon bij de lokale partner
Mevr./dhr.
Adres Telefoonnummer (mobiel) of vast E-mailadres website
P a g i n a 21 |
DEEL 2 - Algemene gegevens van het project 2.1 Benaming van het project Vermeld hier de titel van het project
2.2 Duur Vermeld hier de duur van het project
Opgelet: het project mag niet beginnen vóór de ondertekening van de projectovereenkomst en de duur van het project mag niet meer dan 3 jaar bedragen.
Vermeld hier de geplande begindatum van het project (tussen 1 januari 2016 en 30 juni 2016)
--/--/----
Vermeld hier de geplande einddatum van het project (uiterlijk tussen 31 december 2016 en 31 december 2018): --/--/----
2.3 Locatie Vermeld hier de belangrijkste plaats(en) waar activiteiten zullen worden georganiseerd.
P a g i n a 22 |
2.4 Context waarin het project kadert Leg uit hoe het project in de lokale context past (bestaande of nieuw te creëren partnerschap(pen), noden waaraan het project zal voldoen).
2.5 Rol van de Partner(s) Geef aan welke rol de partners uit het Zuiden spelen in het project.
Beschrijf onder meer de visie en de strategie van de samenwerkingsrelatie op lange termijn, de taakverdeling, de knowhow en de inbreng van elke organisatie, inclusief de partner(s) in het ontwikkelingsland.
P a g i n a 23 |
2.6 Samenvatting Vat het project kort samen. Beschrijf in ieder geval bondig de activiteit, de doelgroep en de doelstelling.
P a g i n a 24 |
DEEL 3 - Gedetailleerde beschrijving van het project Beschrijf hoe u het project zult uitvoeren. Vermeld de aanleiding, de doelstellingen, de verwachte resultaten, de geplande activiteiten, de doelgroep, ... 3.1 Aanleiding
Vermeld hier de aanleiding voor het project Beschrijf kort de problematiek die u met het project wilt oplossen. Licht de relevantie van het project toe in het licht van die problematiek. (Antwoord in maximaal 500 woorden).
3.2 Doelstellingen
Geef een overzicht van de doelstellingen van het project.
Welke doelstelling(en) moet(en) aan het einde van het project bereikt zijn?
P a g i n a 25 |
3.3 Verwachte resultaten
Geef een overzicht van het resultaat van het project. Welke producten, diensten of processen moeten worden verwezenlijkt om de doelstelling(en) te bereiken?
3.4 Projectactiviteiten Geef aan via welke activiteiten uw organisatie de doelstelling(en) wil bereiken.
Vul de tabel hieronder in. Geef een overzicht van de projectactiviteiten, hun planning, een korte beschrijving van elke activiteit en het nodige personeel en materiaal. Het is de bedoeling dat dezelfde activiteitnummers worden gebruikt in het budget van het project (zie bijlage 2).
P a g i n a 26 |
Tabel 1: Planning van de activiteiten Indien nodig kunt u regels toevoegen. Het is de bedoeling dat de planning van deze activiteiten zo goed mogelijk overeenstemt met de posten van het budget van het project zoals aangegeven in bijlage 2.
Activite it nr.
1 1.1 1.2 1.3 1.4 2 2.1
Benaming van de activiteit
Beschrijving
Activiteit begin (maand jaar)
Activiteit Einde (maand jaar).
3.5 Doelgroep
Geef aan welke doelgroep(en) u voor ogen hebt. Beschrijf de doelgroep(en) die u voor ogen hebt in uw project. Wie wilt u bereiken (jongeren, gezinnen, doelgroepen met een multiplicatoreffect) en hoe wilt u dit doen? (maximaal 150 woorden).
Geef aan in welke mate de doelgroep rechtstreeks betrokken is bij de voorbereiding, de uitvoering en de evaluatie van het project. (maximaal 250 woorden).
3.6 Genderdimensie
Beschrijf hoe de genderdimensie in uw project geïntegreerd zal worden. (antwoord in maximaal 250 woorden).
3.7 Risicoanalyse
Vermeld de belangrijkste risicofactoren die u kunnen verhinderen de doelstellingen van het project te bereiken.
Geef de maatregelen aan die genomen worden om deze risico's te vermijden of te beheersen.
P a g i n a 29 |
3.8 Monitoring
Geef aan hoe (de inhoud van) het project zal worden opgevolgd tijdens zijn uitvoering.
3.9 Evalueerbaarheid
Geef aan in welke mate uw project zal worden geëvalueerd.
Licht de evaluatieprocedure toe die u in het kader van het project zult gebruiken. Hoe en wanneer zult u controleren of de beoogde doelstellingen daadwerkelijk bereikt zijn? Vermeld de indicatoren die u zult gebruiken.
P a g i n a 30 |
3.10
Projectervaring
Vermeld in welke mate uw organisatie ervaring heeft in de uitvoering van (soortgelijke) projecten in de regio's (of bij uitbreiding de landen) waarop deze projectoproep betrekking heeft.
Vermeld ook de behaalde resultaten. (maximaal 3 projecten - maximaal 250 woorden).
3.11
Financiering
Geef aan of dit project gesteund of gesubsidieerd wordt door andere autoriteiten
Door welke autoriteiten, voor welk bedrag en voor welke periode?
Opmerking: tot de ontvankelijkheidscriteria behoort het volgende: "het project wordt voor minimaal 20% gefinancierd door de organisatie die het project draagt en haar eventuele partners, ofwel via het eigen vermogen, ofwel via openbare steun die niet uitgaat van een gewestelijke openbare instelling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. de administratieve kosten zijn beperkt tot 10% van het totaalbedrag van het project" (artikel 7, §1, 5° van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 mei 2014).
P a g i n a 31 |
DEEL 4 - Volledigheid van het aanvraagdossier
Bij elke financieringsaanvraag moeten de hierna vermelde documenten worden gevoegd. Contr ole
Bijlage
Verplichte documenten
1
De ingevulde en ondertekende aanvraag betreffende de oproep voor projecten inzake ontwikkelingshulp die verband houden met de watersector (bijlage 1).
2
Het budget van het project (bijlage 2).
3
Een kopie van het curriculum vitae van de persoon/personen die verantwoordelijk is/zijn voor het project.
4
Een activiteitenverslag van het jaar dat voorafgaat aan het jaar van de aanvraag voor de representatieve structuren van niet-gouvernementele organisaties voor ontwikkelingssamenwerking en de verenigingen zonder winstoogmerk. Andere projectdragende organisaties dienen een activiteitenverslag over de thema's van deze projectoproep (zie punt 2.3 van de projectoproep) in voor het jaar dat aan de aanvraag voorafgaat.
5
Voor vzw's: een kopie van de bijlage van het Belgisch Staatsblad houdende de afkondiging van de statuten en van al hun wijzigingen. Een kopie van de bijlage van het Belgisch Staatsblad met de lijst van de bestuurders en effectieve leden, en van al haar wijzigingen. Voor Brusselse representatieve werknemers- of landbouwersorganisaties: een kopie van het Koninklijk Besluit houdende erkenning van de betrokken organisatie. Voor representatieve structuren van niet-gouvernementele ontwikkelingssamenwerkingsorganisaties: een kopie van de erkenning, afgeleverd in overeenstemming met het Koninklijk besluit van 25 april 2014 betreffende de subsidiëring van de actoren van de niet-gouvernementele samenwerking. Voor de Brusselse gemeenten: een kopie van de beslissing van het Gemeentecollege en/of de Gemeenteraad om een kandidaatsdossier in te dienen voor deze projectoproep. Overheids-, onderwijs- of onderzoeksinstellingen: nihil.
6
een kopie van de statuten (uitgezonderd als een gemeente de projectdragende organisatie is); Andere nuttige documenten:
7
……………………………………………………………………… ……………………………………………………………………
8
………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………
P a g i n a 32 |
Deel 5 – Ondertekening
Door dit aanvraagformulier te ondertekenen, bevestigt de aanvrager dat alle gegevens correct zijn en dat het project zal worden uitgevoerd zoals het beschreven wordt in het aanvraagdossier.
Datum:
Naam en handtekening van de verantwoordelijke persoon van de kandidaat-organisatie:
Dit invulformulier is beschikbaar op de internetsites van HYDROBRU (www.hydrobru.be/) en Leefmilieu Brussel (www.leefmilieu.brussels/) en kan op deze adressen worden gedownload. Het kan ook worden aangevraagd op het Secretariaat van het Fonds voor internationale solidariteit (
[email protected] - 02/518.87.36).
P a g i n a 33 |
BIJLAGE 2: Budget van het project Bijlage 2: budget Naam van de projectdragende organisatie: Naam van het project: Kostprijs van het project:
A) Financiële bijdragen aan het project
€
Andere Subsidie Fonds voor Eigen inbreng subsidies/financieringsbron nen internationale van de Totaalbedrag solidariteit organisatie Bedragen Bronnen van het project
€
-
€
-
€ €
-
€
-
€
-
B) Budget van het project Vul de tabel hieronder in om een algemeen overzicht te schetsen van het projectbudget. Het is de bedoeling dat de posten van het budget zo goed mogelijk overeenstemmen met de planning van de activiteiten die op het aanvraag-/kandidatuurformulier wordt ingevoerd. Bijlage 3 geeft een overzicht van de subsidiabele uitgaven. Er kunnen regels worden toegevoegd
Budget 1. Werkingskosten
Activiteitnummer 1. 1.1 1.2 ….
JAAR 1
JAAR 2
Totaalbedrag project (jaar 1+2+3) (*)
JAAR 3
Totaalbedrag financiering door Fonds (**)
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0 € 0,00
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0 € 0,00
€ 0,00 € 0,00 € 0,00 € 0,00 € 0,00 € 0,00 € 0,00 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
Subtotaal
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
€0 €0 €0 €0 €0 €0 €0 €0
Totaal van alle kosten
€0
€0
€0
€0
€0
Subtotaal 2. Personeelskosten
Subtotaal 3. Investeringskosten
Subtotaal 4. Algemene kosten
(maximaal 10% van het bedrag van de subsidie)
(*) Totaalbedrag uitgetrokken voor de activiteit (**) Aandeel van de financiering door het Fonds dat is toegewezen aan de betrokken activiteit
P a g i n a 34 |
Dit invulformulier (Excel-bestand) is beschikbaar op de internetsites van HYDROBRU (www.hydrobru.be/) en Leefmilieu Brussel (www.leefmilieu.brussels/) en kan op deze adressen worden gedownload. Het kan ook worden aangevraagd op het Secretariaat van het Fonds voor internationale solidariteit (
[email protected] - 02/518.87.36).
P a g i n a 35 |
BIJLAGE 3: Subsidiabele uitgaven Financiële principes 1. De uitgave moet identificeerbaar en controleerbaar zijn. 2. De uitgave moet aangegeven zijn in een bewijsstuk. Deze regel is niet van toepassing op uitgaven die tot de "algemene kosten" behoren.
Een bewijsstuk van een uitgave wordt aanvaard als het aan de minimale vormvereisten voldoet. Het bewijsstuk dient minimaal de volgende informatie te bevatten: het bedrag, de datum van de uitgave, de leverancier en een gedetailleerde beschrijving van het goed of de dienst. Het bewijsstuk moet begrijpelijk en leesbaar zijn. De boekhoudkundige bewijsstukken moeten worden ingediend overeenkomstig het aanvaarde budget waarnaar verwezen wordt: - de rubrieken van de uitgavenstaat moeten dezelfde benaming hebben als de rubrieken van dit budget; - de bewijsstukken die bij de afrekening ter staving worden voorgelegd, moeten op dezelfde manier gerangschikt en genummerd zijn als de rubrieken van het budget. "Verklaringen op erewoord" worden niet aanvaard als bewijsstuk van een uitgave. 3. Alleen uitgaven die rechtstreeks bijdragen tot het bereiken van de doelstellingen, worden aanvaard.
Werken, diensten en/of producten waarvoor de uitvoerder van het project een bewijsstuk indient, moeten duidelijk gekoppeld worden aan een taak/deel van het project. Wanneer het verband tussen het project en de gekochte goederen/diensten/werken niet duidelijk blijkt op de factuur, maakt de uitvoerder van het project een begeleidende nota op die dit verband toelicht.
4. Alleen uitgaven, uitgevoerd tijdens de periode die is vastgesteld in de overeenkomst tussen het Instituut, de Operator en de projectdragende Organisatie, worden aanvaard. Het is de periode van de prestatie die als criterium geldt, en niet de datum van het bewijsstuk van de uitgave. 5. De uitgaven worden uitgedrukt in de munteenheid waarin ze werden gedaan, en vervolgens omgerekend in euro. De gebruikte wisselkoers moet worden vermeld in en aangetoond door een bewijsstuk. 6. In het budget mogen bedragen enkel tussen uitgavenrubrieken worden overgedragen (uitgezonderd algemene kosten) met de voorafgaande toestemming van HYDROBRU. De schriftelijke aanvraag tot overdracht moet voldoende argumenten bevatten om de overdracht te verantwoorden. Bovendien dient duidelijk vermeld te worden dat de doelstellingen van het project niet gewijzigd worden.
P a g i n a 36 |
7. Opdrachten van welke aard ook voor bedragen vanaf 8.500 euro (excl. btw) moeten worden toegewezen in het kader van een aanbestedingsprocedure met minimaal drie offertes.
Subsidiabiliteit van de uitgaven De administratieve kosten zijn beperkt tot 10% van het totaalbedrag van het project. (art. 7, §1, 5° van het besluit)
1. Werkingskosten De werkingskosten van een project zijn de kosten die rechtstreeks betrekking hebben op het bereiken van de doelstellingen van het project. Uitgaven die aanvaard worden: Reiskosten Vliegtuig: de ten laste neming is beperkt tot het meest voordelige vliegtuigtarief in "economy class" (op basis van de prijs die doorgaans wordt toegepast voor de betrokken bestemming, incl. belastingen). Trein: de ten laste neming is beperkt tot het treintarief in 2de klas.
Bewijsstukken: deze kosten worden verantwoord met een gekwiteerde factuur, een vervoerbewijs en een kopie van de boardingpass.
Verblijfskosten in het buitenland -
Hotel:
voor de hotelkosten gelden maxima per persoon en per overnachting
Bewijsstukken: deze kosten moeten verantwoord worden met een gekwiteerde factuur die duidelijk de naam van de overnachtende persoon en de datums van de gefactureerde overnachtingen vermeldt. -
Dagvergoeding P a g i n a 37 |
-
De dagvergoeding omvat, naast de kosten van maaltijden en versnaperingen, de kosten van lokaal vervoer (taxi, autobus enz.) in het land, wasserijkosten, fooien, communicatiekosten, dagbladen, ...
Elke dagvergoeding moet verantwoord worden met een door de begunstigde ondertekend ontvangstbewijs dat duidelijk zijn naam en adres, de datums, de plaats en het voorwerp van de opdracht vermeldt.
-
Voor dagvergoedingen geldt een maximum per persoon en per dag
-
De berekening van de dagvergoeding wordt altijd verantwoord in het projectvoorstel en bij de afrekening.
-
De toekenning van een dagvergoeding wordt niet aanvaard tijdens de opdracht van een persoon van wie de vergoeding al ten laste wordt genomen door het project.
Andere kosten -
Vaccins: de prijs van de vaccins die nodig zijn om in het land van bestemming te verblijven, kan ten laste worden genomen.
-
De kosten voor het aangaan van een verzekering "bijstand (en bagage)" in het buitenland, kunnen ten laste worden genomen.
Te verantwoorden met een gekwiteerde factuur die duidelijk de naam van de persoon en de door de verzekering gedekte periode vermeldt. - De prijs van een internationaal paspoort (gewone procedure) en een visum kan ten laste worden genomen. - Uitgaven die niet aanvaard worden: -
Representatiekosten, fooien, aankopen van reiskleding, reiskoffers en -tassen, mobiele telefoons, geschenken, alcohol, tabak enz. worden niet in aanmerking genomen voor het budget van het project.
-
Geneesmiddelen.
-
Dagvergoeding voor het plaatselijk personeel van de organisatie op het terrein en de leden van de doelgroep die meewerken aan de activiteiten van het project.
-
Belgische en buitenlandse bankkosten met betrekking tot de overdracht van middelen zijn werkingskosten en dienen verantwoord te worden.
2. Personeelskosten -
Eventuele andere salaris- of prestatiekosten worden becijferd en gedetailleerd in het ingediende budget.
P a g i n a 38 |
-
De eventuele prestatiekosten van de operator van het project en van het "noordpersoneel" zijn inbegrepen bij de rubriek "Algemene kosten" (zie punt 4: Algemene kosten).
-
De toekenning van een dagvergoeding wordt niet aanvaard tijdens de opdracht van een persoon van wie de vergoeding al ten laste wordt genomen door het project.
Bewijsstukken: in het geval van een prestatievergoeding moet een kopie van de loonfiche 281.10 of van de gekwiteerde factuur van de dienstverlener worden afgeleverd, met vermelding van diens exacte en volledige identiteit.
3. Investeringskosten Investeringskosten zijn kosten die gemaakt worden met het oog op de aanschaf van duurzame goederen met een vermoedelijke levensduur van meer dan een jaar en een eenheidswaarde hoger dan 250 euro. Voorbeelden: machines en uitrusting, meubilair, computerhardware (pc, printer, scanner, ...) of elektronische kantoorapparatuur, bepaalde software enz. - Aangezien dit materiaal bestemd is voor uitvoer buiten de Europese Unie wordt het btwbedrag niet in aanmerking genomen. De ngo moet vrijstelling van btw aanvragen bij de bevoegde instanties. - De ngo moet in het projectvoorstel verduidelijken welke bestemming aan de investeringen zal worden gegeven wanneer het project voltooid is. De verantwoording wordt als bijlage bij de overeenkomst gevoegd en vermeld bij de afrekening. Bewijsstukken: iedere aankoop van materiaal wordt verantwoord met een gekwiteerde factuur of een factuur en het overeenkomstige betalingsbewijs.
- Uitgaven die niet aanvaard worden: Investeringskosten voor de bouw of de aanschaf van gebouwen of de aanschaf van gronden, worden niet aanvaard.
4. Algemene kosten De algemene kosten van een organisatie die niet aan een specifieke activiteit kunnen worden toegerekend maar die nodig zijn voor de werking van een project. De kosten worden echter gedetailleerd in het ingediende budget. -
Beheer en opvolging van het project. Beheers- en evaluatiekosten.
P a g i n a 39 |
-
Eventuele kosten voor personeel dat instaat voor sensibilisatie en ontwikkelingseducatie over het project in België (“noordpersoneel”). Loonadministratie. Wettelijke aansprakelijkheidsverzekering. Beroepskleding. Onderhoud. Verwarming, verlichting, water, gas, elektriciteit en telefoon. Postzegels. Verzekeringen. Kleine verplaatsingen en overnachting. Specifiek materiaal: kleine kantoorbenodigdheden, inktpatronen voor printers, ... Promotie en reclame als die niet zijn goedgekeurd als afzonderlijk kostenelement.
Plafond De algemene kosten kunnen maximaal 10% van het projectbudget voor hun rekening nemen. Bewijsstukken: Voor algemene kosten zijn geen bewijsstukken vereist. Voor het overige volgt het Fonds voor internationale solidariteit, opgericht met toepassing van artikel 38, §5 van de ordonnantie van 20 oktober 2006 tot opstelling van een kader voor het waterbeleid de principes van de al dan niet subsidiabele uitgaven die worden toegepast door de hierna genoemde Belgische Ontwikkelingssamenwerking (uit een projectoproep van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking6).
LIJST VAN SUBSIDIABELE EN NIET-SUBSIDIABELE UITGAVEN De tabel hieronder geeft een overzicht van de (niet-)subsidiabele uitgaven en de bewijsstukken die nodig zijn om de uitgaven te verantwoorden. Deze lijst is informatief en niet-uitputtend. Alle hieronder verwijzingen naar de DGD moet beschouwd worden als verwijzing van het Fonds voor internationale solidariteit. Wanneer kosten als niet-subsidiabel worden beschouwd, betekent dat niet dat de organisatie ze niet mag maken. De DGD beslist echter dergelijke kosten niet te financieren. Van deze lijst kan afgeweken worden in uitzonderlijke gevallen en wanneer de DGD hiervoor uitdrukkelijk toestemming geeft. Een uitgave kan voor financiering in aanmerking komen als zij: -
bijdraagt tot het bereiken van de doelstellingen van het project;
6
http://diplomatie.belgium.be/nl/Beleid/Ontwikkelingssamenwerking/Wat_doen_we/Thema/Ontwikkelingseducatie/Projectoproep/
P a g i n a 40 |
-
-
opgenomen was in het ingediende subsidiedossier; daadwerkelijk door de organisatie werd gedaan tijdens de periode, vastgesteld door het Koninklijk Besluit; identificeerbaar en controleerbaar is; zichtbaar is in de boekhouding van de organisatie; bij een controle op de zetel van de organisatie moet zij worden gestaafd door een originele factuur die zeven jaar ter beschikking wordt gehouden van de DGD; niet ten laste wordt genomen door andere schenkers; in overeenstemming is met artikel 4 van de wet van 24 december 1993 inzake de overheidsopdrachten, waarin bepaald wordt dat deze wet van toepassing is op iedere instantie met rechtspersoonlijkheid waarvan de activiteiten voor meer dan 50% gesubsidieerd worden door de autoriteiten of door openbare instellingen zoals omschreven in datzelfde artikel. (De tekst preciseert onder meer dat minimaal 3 offertes moeten worden gevraagd voor aankopen en bestellingen).
P a g i n a 41 |
AARD VAN DE UITGAVE
SUBSIDIABILITEIT
BEWIJSSTUKKEN
1. Investeringen 1.1 Aankoop van roerende en onroerende kapitaalgoederen
Niet subsidiabel • Aankoop gebouw, auto, camera, pc enz.
2. Werkingskosten 2.1 Auteursrechten
Subsidiabel • Auteursrechten op kunstwerken, foto's, muziek enz. die niet reeds gefinancierd werden door de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
2.2 Financiële kosten
Niet subsidiabel • Btw op goederen en diensten die kan worden teruggevorderd door de begunstigde
2.3 Huurkosten
•
Belastingen (federaal, gewestelijk, provinciaal, gemeentelijk enz.)
•
Debetrente ten gevolge van het aangaan van leningen (inclusief wegens de laattijdige storting van subsidies)
•
Hypotheekrente, terugbetaling van de hoofdsom van hypotheekleningen, onroerende voorheffing op het kadastraal inkomen
•
Verzekeringen
Subsidiabel • Huur van technisch materiaal, een zaal, een tent, een bus, films enz. Niet subsidiabel • Onderhuur van alle types voor eigen rekening •
Garanties en borgstellingen
•
Kopie van de voldoende gedetailleerde en gedateerde factuur op naam van de organisatie, met vermelding van de titel van het project
•
Kopie van de voldoende gedetailleerde en gedateerde factuur op naam van de organisatie, met vermelding van de titel van het project en de huurperiode
•
Eventueel het bewijs dat men een beroep heeft gedaan op de concurrentie
2.4 Klein materiaal
Subsidiabel • De aankoop van klein materiaal voor activiteiten die verband houden met het project (workshops enz.) wordt uitsluitend in gegronde uitzonderingsgevallen gefinancierd.
•
Kopie van de voldoende gedetailleerde en gedateerde factuur op naam van de organisatie, met vermelding van de titel van het project, of kopie van het voldoende gedetailleerde en gedateerde kasticket.
2.5 Prijzen en geschenken
Subsidiabel • Prijzen uitgereikt in naam van de DGD, indien relevant in het kader van het project.
•
Kopie van de voldoende gedetailleerde en gedateerde factuur op naam van de organisatie, met vermelding van de titel van het project
•
Eventueel het bewijs dat men een beroep heeft gedaan op de concurrentie
•
verplaatsingskosten: overzicht van gedane verplaatsingen met vermelding van de personen, de redenen, de datums en de trajecten, alsook het aantal afgelegde kilometers bij gebruik van een privé- of dienstvoertuig.
•
2.6 Reis- en verblijfkosten
Geschenken die de deelnemers aan en/of medewerkers van het project (Tshirts, balpennen enz.) aangeboden krijgen, worden enkel in uitzonderlijke gevallen en onder bepaalde voorwaarden gefinancierd (bv. met het logo van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking duidelijk zichtbaar).
Subsidiabel • Internationale reizen/ verplaatsingen in België: de kosten voor vervoer, verblijf en visum worden enkel (gedeeltelijk) gefinancierd in gegronde uitzonderingsgevallen. Uitzonderlijk: de maximale toelage voor verblijfskosten die jaarlijks per land wordt bepaald (neem contact met ons op als u de bedragen wilt kennen).
Openbaar vervoer: kopie van het vervoerbewijs.
Verplaatsingen met een privé- of dienstvoertuig worden terugbetaald volgens het tarief van de minst dure vorm van openbaar vervoer. Als blijkt dat het niet mogelijk is het openbaar vervoer te gebruiken of het gebruik van een privé- of dienstvoertuig voordeliger is, kunnen de kosten van verplaatsingen in een privéof dienstvoertuig gesubsidieerd worden. De vergoeding bedraagt in dat geval 0,3456 EUR/km. Niet subsidiabel • Reizen in eerste klas of business class.
2.7 Levensmiddelen en stimulerende middelen
•
Uitgaven tijdens internationale reizen of dagvergoedingen om kosten tijdens internationale reizen te dekken (uitgezonderd hotel en internationaal vervoer).
•
Vaccinaties of andere medische kosten
Privé- of dienstvoertuig: kopie van de schuldvordering of kopie van de verklaring op erewoord dat de betrokken persoon door de organisatie vergoed werd voor de reiskosten die in het kader van het project werden gemaakt. •
Verblijfskosten: voldoende gedetailleerde en gedateerde factuur van het hotel.
•
Visumkosten: kopie van een voldoende gedetailleerd betalingsbewijs en kopie van het visum.
• Paspoorten Niet subsidiabel • Dranken, maaltijden, alcohol, tabak enz.
P a g i n a 43 |
2.8 Opleidingen
Niet subsidiabel • Opleidingen van welke aard ook
3. Human Resources 3.1 Personeelskosten
3.2 Diensten van derden
Subsidiabel • Brutolonen inclusief alle verplichte wettelijke werkgevers- en werknemersbijdragen die niet hoger zijn dan de loonschalen die zijn toegekend door het federaal administratief openbaar ambt of door een collectieve arbeidsovereenkomst.
•
Een overzicht van het tewerkgestelde personeel, zijn specifieke taken en het aantal uren dat daadwerkelijk werd gepresteerd in het kader van het project.
•
•
Kopie van de loonfiche of de loonlijst
•
Kopie van de voldoende gedetailleerde en gedateerde factuur op naam van de organisatie, met vermelding van de titel van het project, de geleverde diensten en de periode gedurende dewelke de diensten werden geleverd.
•
Om prestaties van natuurlijke personen te kunnen aanvaarden: kopie van de overeenkomst.
•
Voor vrijwilligers: door de vrijwilliger ondertekende en gedateerde nota van de organisatie + kopie van de schuldvordering of de verklaring op erewoord waaruit blijkt dat de betrokken persoon van de organisatie een vergoeding heeft ontvangen voor diensten die werden geleverd in het kader van het project.
•
Eventueel het bewijs dat men een beroep heeft gedaan op de concurrentie
De door de DGD gefinancierde personeelskosten mogen maximaal 50% bedragen van het bedrag van de toegekende en verantwoorde subsidie.
Niet subsidiabel • Extralegale voordelen die niet voortvloeien uit een collectieve arbeidsovereenkomst • Zitpenningen Subsidiabel • Door derden verleende diensten, bijvoorbeeld honoraria van externe deskundigen, voor zover deze uitgaven niet hoger zijn dan 500 EUR (excl. btw) per daadwerkelijk gepresteerde werkdag. •
Gages van muzikanten, vergoeding van sprekers, presentatoren enz.
Niet subsidiabel •
•
Onderaanneming in de vorm van overeenkomsten voor diensten of advies ten behoeve van een personeelslid, een lid van de Raad van Bestuur of de Algemene vergadering van de organisatie. Vergoedingen voor de vrijwilligers indien de organisatie en de vrijwilliger voldoen aan alle bepalingen van de wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers, en haar uitvoeringsbesluiten. De organisatie moet de vrijwilliger dus een organisatienota bezorgen waarin zij onder meer verklaart een verzekering te hebben gesloten voor aan het vrijwilligerswerk verbonden risico's en die ook de terugbetalingsregels bepaalt, en met name of de vrijwilliger de werkelijke kosten dan wel een forfaitaire vergoeding krijgt toegekend. Zie de site van de FOD Sociale Zekerheid voor de maximale vergoeding die de
P a g i n a 44 |
vrijwilliger per dag en per jaar kan ontvangen. http://www.socialsecurity.fgov.be/fr/specifiekeinfo/vrijwilligers/vrijwilligerswerk.htm •
Uitbesteding van taken die tot de corebusiness van de organisatie behoren.
•
Juridische diensten om een rechtsvordering in te stellen of zich ertegen te verweren.
•
Boekhoudkundige diensten
•
Zitpenningen
4. Andere kosten 4.1 Administratieve kosten
Niet subsidiabel • Telefoon- en internetkosten, kantoorbenodigdheden enz. •
4.2 Valorisaties Niet subsidiabel • Personen met een vrijwilligerscontract • Terbeschikkingstelling van een zaal, materiaal, ...
4.3. Kosten die niet rechtstreeks verbonden zijn met de uitvoering van de inhoud van het project
Het budget mag valorisaties bevatten, maar die moeten gedekt worden door andere financieringsbronnen en ze mogen niet meer bedragen dan 5% van het goedgekeurde budget.
Niet subsidiabel • Structurele kosten (verwarming en elektriciteit in het gebouw van de organisatie enz.). •
Uitgaven bestemd om de institutionele continuïteit van de organisatie te waarborgen
•
Tekorten van andere projecten van de organisatie
•
Boetes
•
Franchises
•
Representatiekosten
•
Voorzieningen
P a g i n a 45 |
•
Bijdragen en schenkingen aan andere organisaties
•
Activiteiten voor fondsenwerving
P a g i n a 46 |