Focus Beroepsacademie
Examenreglement 2015-2016
Examenreglement 2014-2015
Inhoudsopgave
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26.
2
Inleiding Begripsbepalingen Algemeen Regeling Eindexamen Geheimhouding Afwijking wijze van examineren Onregelmatigheden Klachten en Commissie van Beroep Focus Dalton Klachten en Commissie van Beroep Focus Calvijn Vrijstellingen bij niet-bevorderen of niet-slagen Materiaal en papier Gedragsregels bij het centraal examen Cijferbepaling centraal examen Uitslag Herkansing centraal examen Het schoolexamen Inrichting van het schoolexamen Registratie van de resultaten van het schoolexamen Beoordeling schoolexamen Praktische opdrachten en handelingsdelen Afronding van het schoolexamen Herkansingen en herexamen van het schoolexamen Het digitale examen Bijzondere omstandigheden Programma van toetsing en afsluiting Nederlands en rekenen Bewaren van het werk van het centraal examen en het schoolexamen Inzage in examenmaterialen centraal examen
3 4 5 5 5 6 6 7 8 9 9 10 10 11 11 12 13 13 14 15 15 16 17 17 17 18 18
Examenreglement 2014-2015
Inleiding In het vmbo begint het schoolexamen in het derde leerjaar. Het eindexamen vmbo bestaat uit een schoolexamen (SE) en een centraal examen (CE). Het schoolexamen doe je door in de loop van het derde en vierde leerjaar je examendossier op te bouwen. Onderdelen van dit examendossier kunnen al in het derde leerjaar worden afgesloten. Het centraal examen blijft in het laatste leerjaar. Je mag alleen aan het centraal examen meedoen als je examendossier voor de betreffende vakken tijdig compleet is. In dit boekje vind je het examenreglement zoals dat op Focus Beroepsacademie geldt. Voor een deel is het examenreglement gebaseerd op het vigerende Eindexamenbesluit van de rijksoverheid, voor een deel is het aangepast aan de situatie op Focus Beroepsacademie. Het Eindexamenbesluit ligt ter inzage op school. Het examenreglement geeft aan welke rechten en plichten de school kent op het gebied van het examen vmbo en welke jij als examenkandidaat hebt. Daarom is het belangrijk dat je dit reglement aandachtig leest en thuis bespreekt. Dit examenreglement blijft van kracht tot een nieuw reglement is vastgesteld. Eventuele wijzigingen worden jaarlijks in een aanvullend schrijven bekend gemaakt. Bij het examenreglement hoort een “Programma van Toetsing en Afsluiting”. Aan de hand hiervan kun je precies nagaan wat er in het komend jaar van je verwacht wordt. Het programma van Toetsing en Afsluiting wordt jaarlijks opnieuw vastgesteld. Wijzigingen worden in een aanvullend schrijven bekend gemaakt.
3
Examenreglement 2014-2015
1. Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: de wet : de Wet op het Voortgezet Onderwijs (WVO) de minister : de minister of staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen het bevoegd gezag : Focus Dalton: het bestuur van de Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden Focus Calvijn: raad van bestuur CVO de inspectie : de inspectie, bedoeld in artikel 113 of 114 van de wet examenbesluit : Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. CvE : College voor Examens rector : algemeen rector van CSG Calvijn directeur : vestigingsdirecteur van Focus Beroepsacademie onderwijsteamleider: onderwijsteamleider van de afdeling examensecretaris : de secretaris van het eindexamen of zijn plaatsvervanger school : Focus Beroepsacademie eindexamen : een examen in het geheel van de voor het desbetreffende eindexamen voorgeschreven vakken examinator : degene die belast is met het afnemen van het examen in een vak vakken : vakken, programma’s en programma-onderdelen kandidaat : een ieder, die door het bevoegd gezag tot het eindexamen wordt toegelaten toetsen : alle door de kandidaat af te leggen onderdelen van het examen PTA : Programma van Toetsing en Afsluiting: een Omschrijving van alle onderdelen van het schoolexamen, de wijze waarop getoetst wordt en het gewicht van de cijfers examendossier : overzicht van alle door de kandidaat afgelegde onderdelen van het schoolexamen en de daarvoor behaalde resultaten toezichthouder : een personeelslid belast met het toezicht tijdens het eindexamen herkansing : het opnieuw dan wel alsnog deelnemen aan een toets van het Schoolexamen (SE) of het Centraal Examen (CE)
4
Examenreglement 2014-2015
2.
Algemeen Regeling Eindexamen
2.1 2.2
2.9
Het eindexamen is geregeld in het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. Het examen bestaat uit een schoolexamen en, voor zover dat in het examenprogramma bepaald is, een centraal examen. Het schoolexamen omvat minstens die exameneenheden die niet in het centraal examen worden getoetst. Het in het examenbesluit voorgeschreven examenreglement wordt vastgesteld door het bevoegd gezag van de school. Het bevat regels met betrekking tot de organisatie van het eindexamen, de gang van zaken tijdens het eindexamen en de samenstelling van de commissie van beroep. De examinatoren nemen onder verantwoordelijkheid van de directeur het eindexamen af. De examensecretaris maakt deel uit van de examencommissie. Voor zover in dit reglement taken aan de directeur zijn toegekend, oefent hij deze uit namens het bevoegd gezag. De directeur wijst een personeelslid aan als secretaris van het eindexamen. De vestigingsdirecteur kan, vanwege bijzondere omstandigheden, afwijken van ingestelde regels betreffende het schoolexamen. Beslissingen van de vestigingsdirecteur zijn bindend.
3.
Geheimhouding
3.1
Een ieder die betrokken is bij de uitvoering van dit reglement en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijk karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van dit reglement de noodzaak tot bekendmaking voortvloeit.
4.
Afwijking wijze van examineren
4.1
De directeur kan toestaan dat een kandidaat met een beperking het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de directeur de wijze waarop het examen zal worden afgelegd. Hij doet hiervan zo spoedig mogelijk mededeling aan de inspectie. Zie hiervoor Eindexamenbesluit artikel 55 Met ingang van het examen 2013 is het niet meer nodig en niet meer toegestaan dat scholen zelf een vergroting van de examens maken voor dyslectische kandidaten. In 2013 worden namelijk alle (papieren) centrale examens geleverd in Arial puntgrootte 12. Het uitgangspunt van de regelgeving voor dyslectische kandidaten blijft in 2013 ongewijzigd: de directeur kan de wijze van examinering aanpassen mits onderbouwd met een deskundigenrapport.
2.3 2.4
2.5 2.6 2.7 2.8
4.2
5
Examenreglement 2014-2015
5.
Onregelmatigheden
5.1
Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het examen aan enige onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, dan wel zonder geldige reden afwezig is, kan de directeur in overleg met de onderwijsteamleider en/of de examinator maatregelen nemen. De maatregelen bedoeld in het eerste lid, die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid ook in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, zijn: a. de kandidaat krijgt het cijfer 1(één) voor het examenonderdeel; b. de kandidaat krijgt het cijfer 1(één) voor het examenonderdeel en hem wordt deelname aan de herkansing voor het betreffende onderdeel ontzegd; c. de kandidaat mag niet meer deelnemen aan één of meer andere examenonderdelen; d. toetsen of andere examenonderdelen die de kandidaat al heeft gedaan, worden ongeldig verklaard; e. de kandidaat krijgt het diploma of de cijferlijst pas nadat in bepaalde examenonderdelen opnieuw examen gedaan is. Indien het hernieuwd examen bedoeld in de vorige volzin betrekking heeft op één of meer onderdelen van het centraal examen legt de kandidaat het examen af in het volgend tijdvak van het centraal examen, dan wel ten overstaan van de staatsexamencommissie. Ontzegging van verdere deelname aan het schoolexamen houdt ontzegging van deelname aan het centraal examen in. Alvorens een beslissing ingevolge het tweede lid wordt genomen, hoort de onderwijsteamleider de kandidaat. De kandidaat kan zich door een door hem aan te wijzen meerderjarige laten bijstaan. De onderwijsteamleider deelt, na overleg met en besluit van de directeur, de beslissing mede aan de kandidaat, zo mogelijk mondeling en in ieder geval schriftelijk. In de schriftelijke mededeling wordt tevens gewezen op het bepaalde in artikel 6 (Focus Dalton) en artikel 7 (Focus Calvijn) van dit reglement. De schriftelijke mededeling wordt tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de inspectie en aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat, indien deze minderjarig is.
5.2
5.3 5.4
6. 6.1
Klachten en Commissie van Beroep Focus Dalton
De kandidaat kan tegen de genomen beslissing in beroep gaan bij de door het bevoegd gezag van de school in te stellen commissie van beroep. Van de commissie van beroep mogen de directeur en de onderwijsteamleider geen deel uitmaken. Het beroep wordt binnen drie dagen nadat de beslissing schriftelijk ter kennis van de kandidaat is gebracht, schriftelijk gedaan bij de commissie van beroep. De commissie stelt een onderzoek in en beslist binnen twee weken na ontvangst van het beroepschrift, tenzij zij deze termijn gemotiveerd heeft verlengd met ten hoogste twee weken. De commissie stelt bij haar beslissing zo nodig vast op welke wijze de kandidaat alsnog in de gelegenheid zal worden gesteld het eindexamen geheel of gedeeltelijk af te leggen onverminderd het bepaalde in de laatste volzin van het tweede lid. De commissie deelt haar beslissing schriftelijk mede aan de kandidaat, aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat indien deze minderjarig is, aan de directeur en aan de inspectie. 6.2 Indien het centraal examen naar het oordeel van de inspectie niet op regelmatige wijze heeft plaatsgevonden kan zij besluiten dat het geheel of gedeeltelijk voor één of 6.3 Commissie van Beroep Focus Dalton: 6.3.1. De commissie van beroep eindexamen is als volgt samengesteld: 1. voorzitter: een door het bevoegd gezag aan te wijzen onpartijdige persoon 2. leden:
6
Examenreglement 2014-2015 a. een docent van de Focus Beroepsacademie Dalton b. een lid van de oudergeleding van de medezeggenschapsraad van de Focus Beroepsacademie Dalton c. een vakdocent uit de betreffende sectie van Focus Beroepsacademie Dalton Zij kunnen zich laten vervangen door een door het bevoegd gezag aangewezen vervanger. 6.3.2. Het correspondentieadres van de commissie van beroep Dalton luidt: Commissie van Beroep Eindexamen p/a Bestuur OZHW Postbus 408 2990 AK Barendrecht
7.
Klachten en Commissie van Beroep Focus Calvijn
7.1
Met betrekking tot het verloop en de uitslag van elk onderdeel van het schoolexamen kan de kandidaat en/of ouder/voogd/verzorger van de minderjarige kandidaat binnen tien dagen nadat de aanleiding van de klacht zich heeft voorgedaan respectievelijk nadat het betreffende cijferoverzicht van de toetsperiode ontvangen is, een klacht indienen bij de directeur, waarop de directeur, na het horen van de kandidaat en/of ouder/voogd/verzorger van de minderjarige kandidaat en de examinator of andere namens de school betrokkene, een beslissing neemt. De kandidaat en/of ouder/voogd/verzorger van de minderjarige kandidaat die zich ten aanzien van enig deel van het centraal examen benadeeld voelt, kan binnen tien dagen nadat de aanleiding van de klacht zich heeft voorgedaan, een klacht indienen bij de directeur, waarop de directeur – na het horen van de kandidaat en/of ouder/voogd of verzorger van de minderjarige kandidaat – een beslissing neemt. Als de beslissing van de directeur als bedoel in artikel 7.1 naar het oordeel van de kandidaat/ ouder/ voogd/ verzorger van de minderjarige kandidaat niet bevredigend is, kan deze beroep aantekenen bij de commissie van beroep. Dit beroep dient binnen drie dagen nadat de beslissing voornoemd bekend is gemaakt, schriftelijk te gebeuren. Het beroepschrift dient te worden gestuurd aan: commissie van beroep, t.a.v. de algemeen rector van Calvijn, Postbus 57613, 3008 BP Rotterdam. In voorkomend geval stelt de rector van Calvijn de commissie van beroep in. De commissie van beroep bestaat uit drie leden: één onafhankelijk voorzitter en twee docenten. Onder onafhankelijkheid wordt verstaan dat de betrokken voorzitter zakelijk noch persoonlijk een belang heeft bij het beroep, dat aan de commissie van beroep wordt voorgelegd. De kandidaat en/of ouder/voogd of verzorger van de minderjarige kandidaat mag/mogen één van de twee docenten aanwijzen. De beide docenten zijn vanuit hun vakgebied niet betrokken bij het beroep. Het beroep wordt binnen zeven werkdagen door de commissie van beroep behandeld, waarna de kandidaat en/of ouder/voogd/verzorger van de minderjarige kandidaat en de rector schriftelijk op de hoogte worden gesteld van de uitspraak en de motivatie van de commissie van beroep. De uitspraak van de commissie van beroep is bindend. De rector deelt de uitspraak van de commissie van beroep mee aan de vestigingsdirecteur, de inspectie en andere betrokkenen. Werkwijze van de Commissie van Beroep Focus Calvijn a. De commissie van beroep gaat over tot een onderzoek naar de toedracht van de feiten waarover wordt geklaagd of waartegen beroep wordt aangetekend. Bij het onderzoek worden in elk geval gehoord de klager/ degene die beroep heeft ingesteld en de directeur. b. De commissie van beroep is in verband met de voorbereiding van de behandeling van de klacht of het beroep bevoegd alle gewenste inlichtingen in te winnen. Zij kan hiertoe
7.2
7.3 7.4
7.5
7.6 7.7 7.8
7
Examenreglement 2014-2015
c. d. e.
f. g. h. i. j.
deskundigen inschakelen en hen zo nodig uitnodigen voor de hoorzitting. Indien hieraan kosten zijn verbonden is vooraf machtiging van de algemeen rector van Calvijn vereist. Partijen worden gehoord in elkaars bijzijn. De zittingen van de commissie van beroep zijn niet openbaar. Ieder die bij een onderzoek betrokken is/wordt, is verplicht om vertrouwelijkheid in acht te nemen met betrekking tot hetgeen tijdens dat onderzoek besproken of aan de orde gesteld is. De algemeen rector van Calvijn is bevoegd om daaromtrent nadere aanwijzingen te geven. De commissie beslist binnen twee weken na ontvangst van het beroepschrift, tenzij zij deze termijn gemotiveerd heeft verlengd met ten hoogste twee weken. Verlenging van de termijn is niet mogelijk wanneer het examen in het gedrang komt. De uitspraak van de commissie van beroep is bindend. De algemeen rector van Calvijn deelt de uitspraak van de commissie van beroep mee aan de directeur, de inspectie en andere betrokkenen. De voorzitter bepaalt de werkwijze van de Commissie van Beroep, met inachtneming van het in dit reglement bepaalde.
8.
Vrijstellingen bij niet-bevorderen of niet-slagen
8.1
Een leerling die niet bevorderd is en het derde leerjaar doubleert, komt niet in aanmerking voor vrijstellingen. Hij neemt deel in het derde leerjaar aan alle onderdelen, ongeacht de reeds eerder behaalde resultaten. Deze komen hiermee te vervallen. Een leerling die niet geslaagd is en het vierde leerjaar overdoet, komt niet in aanmerking voor vrijstellingen. Hij neemt deel in het vierde leerjaar aan alle onderdelen, ongeacht de reeds eerder behaalde resultaten. Deze komen hiermee te vervallen.
8.2
9.
Materiaal en papier
9.1
Het gebruik van boeken, tabellen en elektronische apparatuur is verboden tenzij dit reglementair is toegestaan. Boeken, tabellen, elektronische apparatuur en dergelijke die de kandidaat mag gebruiken, kunnen door de docent/ surveillant worden gecontroleerd. Boeken, tabellen, elektronische apparatuur en dergelijke die de kandidaat mag gebruiken, mogen tijdens het examen niet van of aan anderen worden geleend. Het gebruik van correctievloeistof en het schrijven met potlood zijn niet toegestaan. Grafieken en tekeningen mogen wel met potlood gemaakt worden. Schriftelijke toetsen worden gemaakt op door de school gewaarmerkt papier. Het gebruik van eigen klad/aantekenpapier is niet toegestaan. Kladpapier wordt – tenzij er een speciale regeling geldt – niet ingeleverd. Naar kladpapier kan niet verwezen worden. De kandidaat dient het gebruikte kladpapier direct na het examen van de tafel te verwijderen. Na het inleveren van het examenwerk mag de kandidaat onder geen beding wijzigingen of aanvullingen in het ingeleverde werk aanbrengen. Bij het inleveren van de uitwerkingen het examenwerk moet de kandidaat op het eerste blad hebben vermeld hoeveel blaadjes hij inlevert. Op ieder blad vermeldt de kandidaat het nummer van het betreffende blad. Neemt de kandidaat het officiële werk mee buiten de examenzaal/ het toetslokaal, dan komt dit werk niet meer voor beoordeling in aanmerking.
9.2 9.3 9.4 9.5 9.6
9.7 9.8
9.9
8
Examenreglement 2014-2015
10.
Gedragsregels bij het centraal examen
10.1
De kandidaat zet zijn of haar naam en examennummer aan het begin van elk examen bovenaan het gewaarmerkte papier. Papieren zonder naam worden niet nagekeken. Het werk dient netjes, duidelijk en overzichtelijk te worden ingeleverd. Bij zittingen van het centraal examen zorgt de kandidaat ervoor dat hij 15 minuten voor de aanvang van de examenzitting aanwezig is op de plaats waar de examenzitting plaatsvindt. Komt de kandidaat meer dan een half uur te laat, dan wordt hem de toegang tot de examenzitting ontzegd. De kandidaat meldt zich vervolgens bij de schoolleiding. Bij een geldige reden, ter beoordeling van de directeur, kan de kandidaat voor dat vak deelnemen aan het tweede tijdvak van het centraal examen. Bij een centraal examen mag de kandidaat de zaal niet eerder verlaten dan één klokuur na aanvang. Na dat uur mag de kandidaat, tot een kwartier voor het einde van het examen, het werk samen met de opgaven bij de surveillant inleveren. Het laatste kwartier van de zitting is het niet toegestaan de examenzaal te verlaten. De kandidaat blijft tijdens de zitting op de plaats zitten (behoudens de situatie waarin een surveillant toestemming geeft hiervan af te wijken) en onthoudt zich binnen de examenzaal van elke vorm van communicatie met medekandidaten tot de surveillanten al het werk hebben ingenomen en de zitting formeel is gesloten. Wordt de kandidaat tijdens een examenzitting onwel, dan mag hij onder begeleiding de examenzaal verlaten. In overleg met de kandidaat beoordeelt de secretaris van het eindexamen of na enige tijd het examenwerk hervat mag worden. Het nemen van een pauze tijdens de zitting is niet toegestaan. Tijdens het uitdelen van de opgaven dient er volkomen rust te heersen in de examenzaal. De surveillanten mogen geen mededelingen doen over de opgaven, tenzij het een officiële mededeling betreft. Er mag niets van de grond worden opgeraapt. Heeft een kandidaat nieuw papier nodig of wil hij om een andere reden iets vragen aan een surveillant, dan maakt hij dat kenbaar door zijn hand op te steken. Het meenemen van jassen (e.d.), tassen (e.d.) en elektronische apparatuur (uitgezonderd die apparatuur die voorgeschreven is in het Eindexamenbesluit in de examenzaal is niet toegestaan. Het gebruik van een mobiele telefoon als rekenmachine is niet toegestaan. Als voor een vak het gebruik van elektronische apparatuur is toegestaan, dient de kandidaat zelf zorg te dragen voor een reservebatterij. Het gebruik van een woordenboek is toegestaan. De kandidaat draagt zelf zorg voor het meenemen van een woordenboek. Digitaal afgenomen examens zijn niet beschikbaar voor de kandidaat. Ook mag er na afloop van een digitaal examen geen kladpapier worden meegenomen uit de examenruimte. Mochten zich omstandigheden voordoen die geconcentreerd werken bemoeilijken, dan dient de kandidaat één van de surveillanten direct in te lichten, waarna er passende maatregelen getroffen kunnen worden.
10.2 10.3 10.4
10.5
10.6
10.7
10.8 10.9 10.10 10.11 10.12 10.13
10.14 10.15 10.16 10.17
9
Examenreglement 2014-2015
11.
Cijferbepaling centraal examen
11.1
De cijferbepaling bij het centraal examen wordt geregeld door de CvE. Het werk wordt beoordeeld door de examinator en eventueel een gecommitteerde. De cijfers worden tot op één decimaal nauwkeurig bepaald, evenals bij het schoolexamen.
12.
Uitslag
12.1
Voor vmbo-leerlingen in de basisberoepsgerichte leerweg (bbl) telt het schoolexamen en het centraal examen even zwaar mee. 12.2 De kandidaat is geslaagd als het gemiddelde cijfer voor de vakken van het centrale examen ten minste een voldoende is (onafgerond 5,5). Voor de uitslagbepaling van het vmbo dat vmbo'ers om te slagen voor Nederlands minimaal een 5 moeten halen. Daarnaast is de kandidaat verplicht de rekentoets te maken en deze met ‘voldoende’ af te ronden*. Daarnaast geldt 1 van de volgende voorwaarden. 12.3 De kandidaat is geslaagd als: • alle eindcijfers een 6 of meer zijn; of • één eindcijfer een 5 is en alle andere eindcijfers een 6 of meer; of • één eindcijfer een 4 en de overige eindcijfers een 6 of hoger waarvan ten minste één 7 of hoger; of • voor twee vakken een eindcijfer 5 en de overige eindcijfers een 6 of hoger waarvan ten minste één 7 of hoger. • geen eindcijfer lager is dan 4. 12.4 Bij de berekening van het gemiddelde cijfer van het centraal examen wordt uitgegaan van het onafgeronde cijfer. De kandidaat moet ten minste een 5,5 halen (de 1e decimaal moet een 5 zijn), daarna gelden de overige uitslagbepalingen. Wanneer de kandidaat gemiddeld een 5,4 heeft gehaald, is hij zonder meer gezakt. 12.5 Daarnaast moet de kandidaat minimaal een voldoende hebben gehaald voor de vakken: • lichamelijke opvoeding; • het kunstvak uit het gemeenschappelijke deel; • het sectorwerkstuk in de gemengde en theoretische leerweg 12.6 Het eindcijfer voor het afdelingsvak of een beroepsgericht programma in de beroepsgerichte leerwegen telt als 2 cijfers in de uitslagregeling. 12.7 Geslaagd voor het leerwerktraject Als een kandidaat een leerwerktraject in de basisberoepsgerichte leerweg volgt, geldt dat hij/zij geslaagd is als hij/zij het vak Nederlands en het beroepsgerichte programma met een 6 of hoger afsluit. Ook moet de kandidaat de rekentoets hebben gemaakt. Maar de uitslag van de rekentoets telt (nog)niet mee. Het cijfer van de rekentoets wordt op een bijlage van de cijferlijst vermeld. 12.8 Kandidaten van de basisberoepsgerichte en kaderberoepsgerichte leerweg mogen, indien zij een extra vak naast hun verplichte vakken volgen, het eindcijfer van dat extra vak ter compensatie op hun cijferlijst laten meetellen indien zij daarmee de uitslag positief kunnen beïnvloeden. 12.9 Zodra de uitslag is vastgesteld, maakt de directeur deze tezamen met de eindcijfers schriftelijk aan iedere kandidaat die nog niet geslaagd is bekend onder de mededeling van de mogelijkheid van het afleggen van een herkansing in één algemeen vak. 12.10 De uitslag is definitief indien de kandidaat geen gebruik maakt van de mogelijkheid tot herkansing. 12.11 Een kandidaat die eindexamen heeft afgelegd en die niet voldoet aan de voorwaarden, is afgewezen behoudens de mogelijkheid tot herkansing.
10
Examenreglement 2014-2015 * Rekenen is een nieuw vak in het voortgezet onderwijs. In schooljaar 2015 – 2016 gaat de rekentoets voor het eerst voor bijna alle leerlingen meetellen voor diplomering. Alleen voor de leerlingen van de beroepsgerichte leerweg (bbl) gaat het resultaat pas vanaf schooljaar 2016 – 2017 meetellen De staatssecretaris van onderwijs heeft in december 2014 een brief gestuurd naar alle scholen voor voortgezet onderwijs waarin hij schrijft dat hij gedurende de eerste jaren een opklimmende slaagcesuur zal gaan hanteren. Deze periode wordt de transitieperiode genoemd. Er wordt, gedurende de transitieperiode, een opklimmende slaagcesuur gehanteerd die in het voordeel van de leerlingen werkt. Het advies is om vanwege de opklimmende slaagcesuur het geven van cijfers los te laten en in plaats daarvan met vaardigheidsscores te werken en die te vermelden op de cijferlijst. Leerlingen moeten in het eerste jaar van de transitieperiode (schooljaar 2015 – 2016) ten minste een vaardigheidsscore behalen die gelijk staat aan het cijfer van een 4,5 om de toets te halen. De vaardigheidsscore waarmee een leerling de rekentoets behaalt, loopt in de transitieperiode op naar de vaardigheidsscore die gelijkstaat aan een voldoende op de referentiecesuur, dus een vaardigheidsscore die gelijk staat aan het cijfer 5,5.
13.
Herkansing centraal examen
13.1
Kandidaten die van het recht op herkansing gebruik wensen te maken, doen daartoe een schriftelijk verzoek aan de directeur. Voor degenen die om een herkansing verzoeken, heeft de uitslag een voorlopig karakter. Bij herkansing van het centraal examen blijven de resultaten van het schoolexamen onveranderd. Het hoogste van de cijfers behaald bij de herkansing en bij het eerder afgelegde centraal examen geldt als definitief cijfer voor het centraal examen. Na afloop van de herkansing wordt de uitslag definitief vastgesteld en aan de kandidaat meegedeeld. Een kandidaat VMBO- basisberoepsgerichte leerweg en -kaderberoepsgerichte leerweg heeft naast de bovengenoemde herkansing ook het recht om (sub)onderdelen van het CSPE van het beroepsgerichte vak of intrasectorale of van het intersectorale programma te herkansen. Bij de scorebepaling van de herkansing het CSPE worden de scores van de herkanste onderdelen in de plaats gezet van de oude scores. De scores van alle onderdelen worden opgeteld (er mag niet ‘gesprokkeld’ worden: oude en nieuwe scores vermengen). De oude totaalscore en de nieuwe totaalscore worden vergeleken. De hoogste totaalscore vormt de eindscore van de herkansing.
13.2 13.3 13.4 13.5 13.6
13.7
14.
Het schoolexamen
14.1
Het schoolexamen is dat deel van het examen dat door de school wordt georganiseerd en bestaat uit een aantal dossiertoetsen, praktische opdrachten en handelingsdelen. Het schoolexamen begint in het derde leerjaar. Het wordt uiterlijk een week voor de aanvang van het centraal examen afgerond. Een vak waarin geen centraal examen wordt afgelegd, kan ook eerder worden afgesloten. Afwezigheid en te laat komen bij het schoolexamen
14.2 14.3 14.4
14.4.1 De kandidaat is verplicht tijdens toetsen van het schoolexamen aanwezig te zijn. 14.4.2 Als een kandidaat door ziekte, ingrijpende familieomstandigheden of om andere zwaarwegende redenen niet aanwezig kan zijn, geeft de ouder/ voogd/ verzorger van de minderjarige kandidaat of geeft de meerderjarige kandidaat zelf een uur voor de aanvang van het schoolexamen door aan de dat er een toets voor het schoolexamen gemist zal worden.
11
Examenreglement 2014-2015 •
• •
•
•
•
Afspraken met de tandarts of dokter en dergelijke, evenals een examen voor een rijbewijs, worden niet als zwaarwegende redenen aangemerkt bij de toetsweken, aangezien de data van de toetsweken via het programma van toetsing en afsluiting al in een vroegtijdig stadium zijn meegedeeld. Eenmaal gemaakt en ingeleverd werk kan achteraf niet meer met het argument van ziekte of andere persoonlijke omstandigheden ongeldig worden verklaard. Indien er bijzondere persoonlijke omstandigheden zijn waardoor de kandidaat niet aan een onderdeel van het schoolexamen kan deelnemen, neemt de ouder / voogd/ verzorger, dan wel de meerderjarige kandidaat zelf, ruim van tevoren contact op met de onderwijsteamleider / studiecoördinator om daarover te overleggen. Het niet maken van een toets om een reden die naar het oordeel van de vestigingsdirecteur ongeldig is, wordt beschouwd als een onregelmatigheid. De vestigingsdirecteur kan maatregelen nemen (zoals bedoeld in artikel 6.4 van het examenreglement) die kunnen leiden tot ontzegging van verdere deelname aan het schoolexamen. Dit houdt tevens in dat deze kandidaat is uitgesloten van deelname aan het centraal examen in het betreffende vak. Een kandidaat die te laat komt, mag tot uiterlijk een kwartier na de aanvang van de toets worden toegelaten. Hij dient echter zijn werk uiterlijk op het officieel vermelde tijdstip waarop de zitting eindigt in te leveren, net als de kandidaten die wel op tijd kwamen. Bij een kijk/luistertoets kan de kandidaat in principe niet na het startmoment worden toegelaten. De kandidaat wordt bij een geldige reden van afwezigheid, ter beoordeling door de vestigingsdirecteur, in de gelegenheid gesteld de kijk/luistertoets op een ander tijdstip alsnog te maken. Afhankelijk van de reden van absentie, kan dit ten koste gaan van een herkansingsmogelijkheid, zulks ter beoordeling van de vestigingsdirecteur.
15.
Inrichting van het schoolexamen
15.1 15.2
Het schoolexamen heeft de vorm van een (digitaal) examendossier. Het examendossier omvat de cijfers voor toetsen en de praktische opdrachten, alsmede een beoordeling van de handelingsdelen. Op grond van het Eindexamenbesluit stelt het bevoegd gezag jaarlijks voor 1 oktober een programma van toetsing en afsluiting vast. In het PTA worden tenminste aangegeven welke onderdelen van het examenprogramma in het schoolexamen worden getoetst, de inhoud van de onderdelen van het schoolexamen, de wijze waarop het schoolexamen plaatsvindt, de tijdvakken waarbinnen de toetsen van het schoolexamen aanvangen, de herkansing daaronder mede begrepen, de wijze van herkansing van het schoolexamen, alsmede de regels voor de wijze waarop het cijfer voor het schoolexamen voor de kandidaat tot stand komt. De schriftelijke toetsen voor het schoolexamen worden zowel tijdens de lesperioden als in toetsweken afgenomen. Aan praktische opdrachten en handelingsdelen kan zowel tijdens de lessen als buiten schooltijd worden gewerkt. Het sectorwerkstuk wordt voor 1 maart in het laatste examenjaar afgerond. Hiervan kan afgeweken worden na toestemming van de directeur.
15.3
15.4 15.5 15.6
12
Examenreglement 2014-2015
16.
Registratie van de resultaten van het schoolexamen
16.1
De cijfers van de dossiertoetsen en praktische opdrachten worden samen met hun gewichten digitaal opgeslagen. Eindproducten van praktische opdrachten van omvangrijke aard, zoals maquettes en technische ontwerpen, mogen door de leerling bewaard worden door middel van foto’s of video-opnamen. De cijfers van herkansingen en herexamen worden overeenkomstig gearchiveerd. Aan het eind van iedere periode worden de kandidaten en de ouder/ voogd/ verzorger geïnformeerd over de behaalde resultaten en vorderingen. Uiterlijk vijf werkdagen voor de aanvang van het centraal examen krijgt de kandidaat ter controle: • de eindcijfers, behaald voor het schoolexamen en de vakken waarin hij tevens centraal examen zal afleggen; • de eindcijfers behaald voor het schoolexamen in de vakken waarvoor geen centraal examen wordt afgelegd; • de beoordeling van vakken, onderdelen van vakken en activiteiten waarvoor geen cijfer wordt vastgesteld; • de beoordeling van ckv en lichamelijke opvoeding. • en tekent voor akkoord, dan wel tekent de ouder/voogd/verzorger bij minderjarigheid van de kandidaat voor akkoord. Indien de kandidaat, dan wel de ouder/voogd/verzorger binnen twee werkdagen na ontvangst niet heeft getekend of heeft gereclameerd, gelden de door de school vastgestelde cijfers.
16.2 16.3 16.4 16.5
17.
Beoordeling schoolexamen
17.1
Aan de hand van de beoordelingen drukken examinatoren in een vak hun eindoordeel over kennis, inzicht en vaardigheid van een kandidaat uit in een eindcijfer voor het schoolexamen. Daarbij gebruiken zij een schaal van cijfers lopende van 1 tot en met 10, met de daartussen liggende cijfers met één decimaal. Bij een onderdeel dat schriftelijk wordt geëxamineerd, stelt de examinator het cijfer vast op basis van een normeringsvoorschrift. Het schoolexamen omvat tenminste die exameneenheden die niet in het centraal examen worden getoetst. Het cijfer van iedere toets die voor het bepalen van het eindcijfer per vak meetelt, wordt door de examinator zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk tien werkdagen na de toets aan de leerling meegedeeld. De leerling heeft het recht het gemaakte werk in te zien en te reclameren t.a.v. het cijfer en er is voor de examinator de mogelijkheid het werk met de leerlingen te bespreken. Daarna wordt het eindcijfer definitief. Uitsluitend cijfers, behaald voor de in het programma van toetsing en afsluiting (PTA) vermelde toetsen en praktische opdrachten, tellen mee voor het bepalen van het eindcijfer van een vak. Het gewicht van de cijfers in de verschillende onderdelen van het schoolexamen bij het bepalen van het eindcijfer schoolexamen wordt per vak vermeld in het PTA. De onderlinge verhouding van toetsen en praktische opdrachten wordt per vak vermeld in het PTA. Als het gewogen gemiddelde van de toetsen of het gewogen gemiddelde van de praktische opdrachten een getal is met meer dan één decimaal achter de komma wordt het rekenkundig op één decimaal achter de komma afgerond. Als bij het bepalen van het eindcijfer van het schoolexamen het gewogen gemiddelde van de dossiertoetsen en de praktische opdrachten een getal is met meer dan een decimaal achter de komma, wordt op één decimaal afgerond en wel naar beneden als de tweede decimaal 4 of kleiner
17.2 17.3 17.4
17.5 17.6 17.7 17.8
17.9
13
Examenreglement 2014-2015
17.10
17.11 17.12
17.13 17.14 17.15
18. 18.1
is, en naar boven als de tweede decimaal 5 of groter is. De derde decimaal oefent geen invloed uit op de afronding. Indien voor een vak geen centraal examen plaats vindt, wordt het cijfer voor het schoolexamen overeenkomstig het vorig lid afgerond op één decimaal en vervolgens rekenkundig afgerond naar een geheel getal. CKV en lichamelijke opvoeding worden beoordeeld met “voldoende” of “goed”. Indien de beoordeling “onvoldoende” is, kan de kandidaat niet deelnemen aan het centraal examen. Indien de kandidaat in een onderdeel door twee of meer examinatoren wordt beoordeeld, bepalen deze examinatoren in onderling overleg het eindresultaat voor dit onderdeel van het schoolexamen. Kunnen zij niet tot overeenstemming komen, dan wordt voor dit onderdeel het cijfer bepaald op het rekenkundig gemiddelde van de beoordelingen door ieder van hen. Indien de kandidaat bezwaar maakt tegen de uitslag van een toets, neemt de kandidaat hierover eerst contact op met de docent. Daarna indien nodig met de onderwijsteamleider. Indien de kandidaat niet tot overeenstemming komt met de docent of de onderwijsteamleider, bespreekt de onderwijsteamleider deze situatie met de directeur, waarna een maatregel volgt. Indien de kandidaat en/of ouder/ voogd/ verzorger van de minderjarige kandidaat het niet eens is/zijn met de maatregel kan hij/ kunnen zij bezwaar aantekenen bij de commissie van beroep.
Praktische opdrachten en handelingsdelen
De toetsing van vaardigheden vindt plaats door middel van praktische opdrachten en handelingsdelen. 18.2 Bij de praktische opdrachten wordt zowel het proces als het geleverde product beoordeeld. 18.3 Het vakinhoudelijke onderwerp van de praktische opdrachten wordt bepaald door de betrokken sectie. 18.4 De sectie stelt beoordelingscriteria voor de vakinhoudelijke vaardigheden vast voor de praktische opdrachten. 18.5 De praktische opdrachten (PO) worden beoordeeld met een cijfer van 1.0 tot en met 10.0. 18.6 Vooraf wordt schriftelijk aan de kandidaat meegedeeld wat de beoordelingscriteria zijn. Indien een kandidaat een opdracht niet op de einddatum heeft afgerond, volgt er direct puntaftrek bij de beoordeling. Tevens worden ouders schriftelijk op de hoogte gebracht. Voor de eerste twee dagen dat de kandidaat de PO later inlevert dan de oorspronkelijke inleverdatum zal er een halve punt aftrek plaatsvinden, aansluitend zal elke volgende schooldag dat het PO te laat ingeleverd wordt een halve punt aftrek zijn. Via de brief aan de ouders wordt een sluitingsdatum afgesproken, die minimaal tien werkdagen later ligt dan de dagtekening van de brief aan de ouders. Is de opdracht op dat moment nog niet ingeleverd dan verzoekt de docent de onderwijsteamleider het werk met het cijfer 1 te beoordelen. 18.7 Een handelingsdeel bestaat uit opdrachten waarvan per kandidaat door de examinator wordt vastgesteld of deze voldoende zijn uitgevoerd. 18.8 Voor handelingsdelen worden geen cijfers gegeven. 18.9 Handelingsdelen kunnen bij alle vakken voorkomen. 18.10 Inleveren van (handelings)opdrachten In het programma van toetsing en afsluiting (PTA) kunnen data zijn opgenomen waarop (handelings)opdrachten afgerond moeten zijn. De kandidaat levert het werk op de gestelde data in bij de docent. 18.11 Als de kandidaat in gebreke blijft, meldt de docent dit bij de studiecoördinator en/of de examensecretaris. Deze bespreken het in gebreke blijven met de kandidaat en zo nodig met de
14
Examenreglement 2014-2015 onderwijsteamleider en/of de vestigingsdirecteur, waarna deze een maatregel neemt die moet leiden tot herstel van het gebrek.. 18.12 Als de kandidaat zich aan de bij 18.11 genoemde maatregel onttrekt, is het betreffende onderdeel van het schoolexamen niet afgerond en kan de kandidaat in het betreffende vak geen centraal examen doen en dus niet slagen. Is de kandidaat niet in staat het werk persoonlijk in te leveren, dan dient hij er zelf voor te zorgen dat het op een andere wijze gebeurt, eveneens uiterlijk op de in het PTA vastgestelde datum.
19.
Afronding van het schoolexamen
19.1
De kandidaat heeft het schoolexamen afgerond indien: a. b. c.
de vakken ckv en lichamelijke opvoeding beoordeeld zijn met “voldoende” of “goed” (voor Calvijn moet ook Godsdienst voldoende worden afgerond) en de praktische opdrachten en toetsen van vakken uit het gemeenschappelijk deel als aangegeven in het PTA zijn afgelegd en voor deze vakken een eindcijfer is verkregen en het sectorvak en het door de kandidaat gekozen vak behorende bij de gekozen sector zijn getoetst als aangegeven in het PTA en alle handelingsdelen voldoende zijn afgerond. kandidaat kan niet aan het centraal examen deelnemen als het schoolexamen niet is afgerond.
19.2
d. De
20.
Herkansingen en herexamen van het schoolexamen
20.1
De kandidaat komt in aanmerking voor herkansing van PTA-toetsen en praktische opdrachten onder de hieronder genoemde voorwaarden: a. b. c.
20.2
in het derde leerjaar mag een kandidaat maximaal twee als herkansbaar aangemerkte dossiertoetsen herkansen; per periode in het vierde leerjaar mag één dossiertoets of praktische opdracht van het totaal aantal dossiertoetsen en praktische opdrachten in die periode herkanst worden; het stapelen van herkansingsmogelijkheden is niet toegestaan.
De toetsing van vaardigheden vindt plaats door middel van praktische opdrachten en handelingsdelen. a.
b.
c. d.
Deze geschieden aansluitend aan de voorafgaande toetsperiode; de herkansingen van een toets in een periode moeten op de herkansingsdag in de eerste week van de nieuwe periode zijn gemaakt door de kandidaat. Dit om betreffende periode officieel te kunnen afronden. Indien een kandidaat om een geldige reden, zulks ter beoordeling van de directeur, afwezig is bij één of meer toetsen voor het schoolexamen, wordt hem / haar in de eerstvolgende SE-periode de gelegenheid geboden gebruik te maken van de inhaalmogelijkheid voor die toets. Voor het inhalen van gemiste toetsen in de laatste periode wordt door de directeur een datum vastgesteld met inachtneming van de wettelijke bepalingen. De directeur, de secretaris van het eindexamen en de betrokken examinator bepalen in onderling overleg of een herkansing mondeling of schriftelijk zal worden afgenomen.
15
Examenreglement 2014-2015 20.3 20.4 20.5
Het hoogste cijfer behaald bij het herkansen van een onderdeel en bij het eerder gemaakte werk, geldt als eindcijfer van dat onderdeel. Herkansing vindt plaats op door de school vastgestelde momenten. Als een kandidaat bij een herkansing zonder geldige reden, zulks ter beoordeling door de directeur, niet verschijnt, verspeelt de kandidaat daarmee het recht op deze herkansing.
21.
Het digitale examen
21.1
Moment van afname van het digitaal examen. De school bepaalt de afnamemomenten van het digitaal centraal examen, tenzij het CvE (College voor Examens) anders voorschrijft. In het algemeen geldt, dat het centraal examen in een algemeen vak pas plaatsvindt als het schoolexamencijfer is vastgesteld. Het definitieve rooster wordt tijdig door de directeur schriftelijk aan de kandidaten meegedeeld. De procedure van afname. De opgaven zijn na afloop van het examen niet ter beschikking van de kandidaat. Bij het verlaten van de examenzaal mogen geen examendocumenten worden meegenomen. Ook kladpapier geldt in dit geval als zodanig. Moment en wijze van beslissing over herkansing. Na de bekendmaking van de uitslag van het examen stelt de directeur het moment van herkansing vast. Bij de keuze van het afnamemoment is beslissend dat de kandidaat de gelegenheid heeft om zijn recht op herkansing uit te oefenen. Beschrijving van de inhaalprocedure. Indien de kandidaat bij een zitting met een wettige reden afwezig was, bepaalt de directeur op welk moment de zitting wordt ingehaald. Procedure bij een mislukte afname. Een mislukte afname wordt door de directeur vastgesteld; op grond van deze beslissing geldt het examen als niet gemaakt en wordt het ook niet beoordeeld. De kandidaten krijgen de gelegenheid om het examenonderdeel opnieuw te maken. Correctie van het digitale examen. De correctie van de digitale examens gaat grotendeels via automatische scoring door de computer. Na afloop van de examenperiode kan door gecommitteerden van de staatscommissie een controlecorrectie worden uitgevoerd. Procedure voor inzage van het gemaakte werk. Inzage van het gemaakte werk na correctie is toegestaan, mits dit onder toezicht gebeurt. Er mogen tijdens de inzage geen aantekeningen gemaakt worden. Uitslag van het digitale examen. De vaststelling van de uitslag van het digitale examen vindt plaats, zodra de normen bekend zijn gemaakt door het CvE.
21.2
21.3
21.4
21.5
21.6
21.7
21.8
16
Examenreglement 2014-2015
22.
Bijzondere omstandigheden
22.1 22.2
In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de directeur. De kandidaten worden ten spoedigste op de hoogte gesteld van eventuele wijzigingen, die na publicatie in dit reglement worden aangebracht.
23.
Programma van Toetsing en Afsluiting
23.1 23.2
Bij de praktische opdrachten wordt zowel het proces als het geleverde product beoordeeld. Voor 1 oktober van ieder jaar verschijnt per leerjaar het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA). Het PTA vormt een aparte bijlage bij dit examenreglement.
24.
Nederlands en rekenen
24.1
Nederlands Vanaf schooljaar 2014-2015 worden de eindexamens Nederlands aangepast. De eindexamens Nederlands (schoolexamen en centraal examen) worden dan afgestemd op de referentieniveaus. Vanaf schooljaar 2013-2014 mogen vmbo leerlingen niet lager dan een vijf voor Nederlands halen. Rekenen Vanaf schooljaar 2013-2014 komt er een verplichte rekentoets die naast het centraal schriftelijk examen wordt afgenomen. Het cijfer voor rekenen is vanaf 2013-2014 op de cijferlijst geplaatst. De kandidaat is vrijgesteld van de rekentoets als hij het schooljaar 2012-2013 heeft deelgenomen aan een toets die is afgenomen en beoordeeld volgens de regels die gelden voor de rekentoets na inwerkingtreding van o.a. artikel II (Wijziging Eindexamenbesluit VO) van dit besluit en hij voor deze toets ten minste het cijfer 5 heeft behaald. Als aan de kandidaat vrijstelling is verleend op grond van zijn resultaat voor de bij 24.3 bedoelde toets wordt het voor deze toets behaalde cijfer vermeld op de cijferlijst van de kandidaat behorend bij het eindexamen Nederlands en rekenen Voor vmbo is er vanaf 2013-2014 sprake van een aanscherping voor Nederlands: het eindcijfer mag niet lager zijn dan een vijf. Voor het leerwerktraject (lwt) blijft in 2013-2014 en 2014-2015 de eis gelden dat tenminste een zes voor Nederlands en het beroepsgerichte vak moet worden behaald. Vanaf 2015-2016 geldt ook voor het lwt dat wanneer leerlingen één vijf hebben voor Nederlands of de rekentoets, het cijfer voor het andere vak ten minste een zes moet zijn.
24.2
24.3
24.4
24.5
17
Examenreglement 2014-2015
25.
Bewaren van het werk van het centraal examen en het schoolexamen
25.1
Bewaartermijn centraal examen De school moet het werk van het centraal examen bewaren tot minimaal 6 maanden na de uitslag. Dit geldt ook voor de bijbehorende cijferlijst. De school moet dit doen voor iedereen die eindexamen heeft gedaan. Bij het werk horen ook de opgaven die de leerling gebruikte bij de centrale examens. Bewaartermijn schoolexamen De school hoeft het schoolexamenwerk niet langer dan 6 maanden te bewaren. De school legt hiervoor een examendossier aan. Hierin bewaart de school:
25.2
• • • •
de cijfers van toetsen; praktische opdrachten; handelingsopdrachten; werkstukken.
Na vastlegging bepaalt de school wat er met de toetsen en werkstukken gebeurt.
26.
Inzage in examenmaterialen centraal examen De leerling en de ouders of wettelijke vertegenwoordigers mogen het werk en de lijst op school inzien. Hierbij moet altijd iemand van de school aanwezig zijn.
18
Examenreglement 2014-2015
19
Focus Beroepsacademie Dierensteinweg 4 2991 XJ Barendrecht 0180 613900
[email protected] www.focusberoepsacademie.nl