Referentie
Notitie
PST000664: bijlage bij BW09.0147/HdB
Financieel perspectief Toerisme Veluwe
Arnhem, 29 april 2009 Ons kenmerk 1010800-036/hmg/ppa
28 april 2009 Ons kenmerk 1010800-034a/hmg/ppa
Inhoud 1
Inleiding
1
2
Huidige financiële situatie
2
2.1
Vermogen toeristische organisaties
2
2.2 3
Financiële bijdrage gemeenten Begroting nieuwe organisatie
4 5
4
Startkapitaal
7
4.1
Transitiekosten
7
4.2
Frictiekosten
8
4.3
Weerstandsvermogen
4.4
Financiering reguliere activa
10
4.5 5
Inbreng startkapitaal Samenvatting
11 13
Bijlagen 1
Onderverdeling subsidie gemeenten
2
Toelichting omvang transitiekosten
3
Openingsbalans
4
Liquiditeitsprognose
5
Toeristische banen per gemeente
8
1
Inleiding De vorming van de nieuwe organisatie Toerisme Veluwe heeft financiële consequenties. Niet alleen voor de bestaande VVV's, maar ook voor de overheden die de huidige VVV's ondersteunen. In deze perspectiefnota worden deze financiële consequenties uiteengezet. De perspectiefnota bestaat uit drie delen. In het eerste deel van de nota wordt de huidige situatie in kaart gebracht. Hierbij wordt aangegeven hoeveel omzet en vermogen de huidige toeristische organisaties hebben. Tevens wordt per gemeente aangegeven hoe hoog de financiële bijdrage is. In het tweede deel wordt uiteengezet hoeveel kapitaal Toerisme Veluwe bij de start van haar activiteiten nodig heeft en op welke wijze dit startkapitaal wordt opgebracht. Tot slot wordt in deel drie uiteengezet hoe de begroting van de nieuwe toeristische organisatie eruit gaat zien en wat dit betekent voor de bijdrage van de gemeenten. De nota sluit af met een samenvatting van de financiële consequenties.
Pagina 1
2
Huidige financiële situatie 2.1 Vermogen toeristische organisaties In deze paragraaf wordt een samenvatting gegeven van enkele belangrijke financiële kengetallen ten aanzien van de verschillende organisaties die mogelijk samengaan in Toerisme Veluwe. De kengetallen zijn gebaseerd op de jaarrekeningen van 2007. Na de tabel volgt een toelichting ten aanzien van de kengetallen.
Organisatie
Eigen vermogen1
Totaal vermogen2
Omzet
VBT
€ 97.000
€ 297.000
€ 1.427.000
CBV
€ 7.000 -
€ 89.000
VVV Veluwe & Vallei
€ 57.000
€ 1.095.000
VVV Veluwe IJsselvallei
€ 458.000
Resultaat
Eigendom huisvesting
Solvabiliteit
Liquiditeit
EV/TV
Currentratio3
€ 9.000
Nee
0,33
1,46
€ 117.000
€ 7.000 -
Nee
- 0,01
0,93
€ 1.212.000
€ 57.000 -
Nee
0,05
1,07
€ 1.012.000
€ 1.122.000
€ 1.000 -
Nee
0,45
1,82
VVV Veluwe Randmeren € 22.000
€ 97.000
€ 106.000
€ 5000
Nee
0,23
1,28
VVV Nunspeet
€ 50.000
€ 197.000
€ 263.000
€ 2.000
Ja
0,25
161
(€ 65.000)
(€ 300.000)
VVV Elburg
€ 3.000
€ 39.000
€ 78.000
€ 18.000 -
Nee
0,08
1,11
VVV Ermelo
€ 168.000
€ 216.000
€ 161.000
€ 8.000
Ja
0,78
2,11
(€ 167.000)
(€ 286.000)
€ 84.000
€ 215.000
(€ 243.000)
(€ 373.000)
VVV Harderwijk
€ 315.000
€ 341.000
€ 65.000
€ 8.000
Totaal
€ 1.247.000
€ 3.598.000
€ 4.698.000*
€ 29.000 -
(€ 1.420.000)
(€ 3.929.000)
VVV Putten
(0,22)
(0,58) € 147.000
€ 8.000
Ja
0,39
3,26
(0,65) Nee
0,92
13,1
0,35
1,54
(0,36)
* In de omzet zit een dubbeltelling omdat het VBT bijvoorbeeld inkomsten van de andere VVV's ontvangt. De werkelijke 'totale' omzet zal derhalve lager uitvallen.
Uitgangspunt in het businessplan is dat Toerisme Veluwe geen gebouwen in eigendom heeft. De gebouwen van de VVV's in Nunspeet, Ermelo en Putten kunnen worden ondergebracht in een beheersstichting. In de tabel is het vermogen van de drie VVV's gecorrigeerd voor het vermogen dat samenhangt met het bezit van de gebouwen (vermogen inclusief gebouwen tussen haakjes). Hierbij is ervan uitgegaan dat zowel de boekwaarde van de gebouwen als de bijbehorende schulden worden overgeheveld naar de beheerstichting.
1
Het eigen vermogen is het bedrag dat resteert als alle bezittingen worden verkocht en schulden worden afgelost. In de berekening van het eigen vermogen zijn de bestemmingsreserves meegenomen. Bij bestemmingsreserves zet een organisatie geld opzij voor de aanwending van een specifiek doel.
2
Het totaal vermogen bestaat uit het eigen vermogen en de schulden van een organisatie.
3
Currentratio: vlottende activa/vlottende passiva. Een algemene norm is dat de verhouding minimaal 1,5 moet zijn.
Pagina 2
Solvabiliteit Met de solvabiliteit wordt aangegeven in welke mate een organisatie in staat is haar schulden te voldoen. In de bovenstaande tabel is het solvabiliteitsratio berekend door het eigen vermogen te delen door het totale vermogen. Afhankelijk van de opbrengstwaarde van de activa ligt de minimumnorm tussen de 0,25 en 0,5. Uit de tabel komt naar voren dat: de solvabiliteit ontoereikend is bij het CBV, VVV Veluwe & Vallei, VVV Veluwe Randmeren, en VVV Elburg; de solvabiliteit van het VBT, VVV Veluwe IJsselvallei en VVV Nunspeet toereikend is; de solvabiliteit van de VVV's in Ermelo, Putten en Harderwijk hoog is. Liquiditeit Liquiditeit geeft de mate aan waarin een organisatie aan haar lopende betalingsverplichtingen kan voldoen. In de tabel is de liquiditeit bepaald aan de hand van de current ratio. Hierbij worden de vlottende activa gedeeld door de kortlopende schulden. Bij een gezonde organisatie is dit ratio groter dan 1,5. Uit de tabel komt naar voren dat: de liquiditeit laag is bij het CBV, VVV Veluwe & Vallei, VVV Randmeren en de VVV Elburg; de liquiditeit bij de overige organisaties toereikend is. In Harderwijk, Ermelo en Putten is deze zelfs hoog. Conclusie Samen hebben de organisaties een eigen vermogen van € 1.366.000. De gezamenlijke solvabiliteit en liquiditeitsratio vallen met respectievelijk 0,35 en 1,57 binnen de bandbreedtes van een organisatie met een gezonde vermogenspositie. Wel valt op dat de vermogenspositie sterk uiteenloopt. De bovenstaande analyse is gebaseerd op de balans van 31 december 2007. Deze wijzigt door resultaten in 2008 en 2009. Uit de door ons gevoerde gesprekken is naar voren gekomen dat de vermogenssituatie van het VBT stabiel is gebleven in het afgelopen jaar. Het CBV heeft een financieel gezond jaar achter de rug, waardoor de vermogenspositie (solvabiliteit en liquiditeit) bijtrekt. De vermogenspositie van VVV Veluwe IJsselvallei verzwakt waarschijnlijk. Deze organisatie heeft echter een redelijke buffer opgebouwd met een eigen vermogen van € 458.000. De VVV Elburg heeft een verzoek ingediend bij de gemeente om de vermogenspositie te versterken. Op dit moment is nog onduidelijk of dit verzoek wordt gehonoreerd. Daarnaast heeft de VVV Putten geïnvesteerd in een nieuwe winkelinrichting. De overigens zeer goede vermogenspositie zal hierdoor iets verslechteren ten opzichte van de jaarrekening 2007. De verwachting is dat het vermogen in de overige VVV's van de Randmeren min of meer stabiel blijft. Ook bij de VVV Veluwe & Vallei worden geen grote schommelingen verwacht.
Pagina 3
2.2 Financiële bijdrage gemeenten Een belangrijke inkomstenbron voor de VVV's is de bijdrage van gemeenten. Hieronder wordt op basis van de begroting 2009 aangegeven hoeveel subsidie de VVV's van gemeenten verwachten. Gemeente Apeldoorn Brummen
Subsidie aan
Subsidie lokale
Totale subsidie
Totale subsidie Toerisme
VBT 2009
VVV 2009
2009
Veluwe 20104
70.545
506.997
577.542
583.317
8.851
21.779
30.630
30.936
13.661
48.083
61.744
62.361
Heerde
7.560
34.790
42.350
42.774
Voorst
7.233
70.623
77.856
81.705
Harderwijk
17.421
90.579
108.000
109.080
Ermelo
10.786
68.984
79.770
80.568
Elburg
8.973
34.564
43.537
43.972
11.005
114.632
125.637
126.893
9.419
73.174*
82.593*
83.415
10.011
-
10.011
15.118
4.779
-
4.779
7.711
Epe
Nunspeet Putten Oldebroek Hattem Barneveld
20.800
98.500
119.300
125.559
Ede
42.759
310.696
353.455
356.990
Wageningen
15.706
29.464
45.170
45.622
Nijkerk
7.921
51.557
59.478
60.073
Totaal
267.430
1.481.248
1.739.259
1.850.259
*
Bedragen in de begroting zijn nog niet definitief vastgesteld. In de tabel is uitgegaan van het subsidiebedrag van 2008 met prijscorrectie van 2,5% (gemiddeld over 2008, CBS)
^
Verdeling over VBT en lokale VVV volgens verdeelsleutel van subsidietoekenning 2008
Uit de tabel komt naar voren dat de totale subsidie circa € 1.850.000 bedraagt. Dit is circa 40% van de totale netto omzet van de toeristische organisaties.
4
Er is uitgegaan van een verwachte consumentenprijsindex over 2009 van 1% (CPB informatief, 16 maart 2009)
Pagina 4
3
Begroting nieuwe organisatie In het businessplan is de huidige situatie van de VVV's beschreven. De prognose uit het businessplan is gecorrigeerd voor het huidige prijspeil. Dit vormt de startsituatie van Toerisme Veluwe voor 2010. de netto omzet is naar verwachting circa € 4,7 miljoen; marge op winkelverkopen en overige activiteiten levert een bijdrage op van 26%; bedrijven betalen 13% van de totale kosten; overheden betalen circa 61% van de totale kosten, waarvan 40% voor rekening van gemeenten. In het businessplan is een ambitieus toekomstscenario neergelegd voor de middellange termijn. In dit scenario stijgt de bijdrage van het toeristisch bedrijfsleven van € 600.000 naar € 1.700.000. Ook de retail inkomsten stijgen met € 500.000 van € 1.200.000 naar € 1.700.000. In totaal is de omzet € 5,7 miljoen. Door de sterke stijging van de inkomsten uit het bedrijfsleven kan de bijdrage van de overheid omlaag. In de onderstaande tabel is uitgegaan van een meer behoudend scenario voor de eerste vier jaar van Toerisme Veluwe. Na de tabel volgt een toelichting op de prognose. Kosten
2010
2014
Basispakket
€
Gastheerschap
€ 2.600.000 € 2.890.000
Cafetariapakket
Totaal
440.000 €
440.000
€ 1.680.000 € 1.860.000
€ 4.720.000 € 5.190.000
Inkomsten
2010
Bijdrage gemeenten
€
440.000 €
2014 440.000
Winkelverkopen en overig € 1.260.000 € 1.400.000 Bedrijfsleven
€
Bijdrage gemeenten
€ 1.000.000 € 1.000.000
Provincie
€ 1.000.000 € 1.000.000
Gemeenten
€
410.000 €
410.000
Bedrijfsleven
€
270.000 €
450.000
Totaal
€ 4.720.000 € 5.190.000
340.000 €
490.000
Basispakket: De inkomsten uit het basispakket blijven gelijk. Gastheerschap: Door professionalisering van het gastheerschap stijgen de winkelverkopen en inkomsten uit overige activiteiten van € 1.260.000 naar € 1.400.000. Dit is een stijging van circa 3,5% per jaar. De binding met het lokale bedrijfsleven blijft behouden. Door versterking van het relatiebeheer zal het lokale bedrijfsleven meer producten op maat worden aangeboden. De verwachting is dat hierdoor de inkomsten toenemen met 10% per jaar. De inkomsten stijgen hiermee van € 340.000 naar € 490.000. Cafetariapakket: Meer dienstverlening aan het midden en groot toeristisch bedrijfsleven door inzet accountmanager. De verwachting is dat deze inkomsten toenemen van € 270.000 naar € 450.000. Dit is een stijging van 68% ten opzichte van de huidige inkomsten.
Pagina 5
De bijdrage van gemeenten en provincie blijft gelijk. De provincie investeert tot en met 2010 fors in het imagoproject. Na afloop van het programma kan de projectbijdrage in het cafetariamodel dalen. De verwachting is dat in dat geval ook de kosten gemakkelijk terug kunnen worden gebracht. Voor het project is tijdelijk personeel aangetrokken. Overige effecten: Kostenvoordeel: de verwachting is dat door de samenvoeging van de huidige toeristische organisaties er een kostenvoordeel van 5% is te realiseren door inkoopvoordelen, reductie bedrijfsbureau en hogere arbeidsproductiviteit. Dit kostenvoordeel wordt ingezet om te investeren in relatiebeheer, promotie en marketing. Hiermee krijgen de overheden en bedrijfsleven dus meer producten en diensten voor dezelfde prijs. Inzet bestemmingsreserves: het vermogen van de bestaande toeristische organisaties dat uitstijgt boven het weerstandsvermogen wordt in een bestemmingsreserve ondergebracht. Na instemming van het lokale toeristische platform, wordt deze reserve ingezet voor de financiering van extra lokale projecten. In het overzicht is - voor een zuivere vergelijking - geen rekening gehouden met een jaarlijkse correctie voor loon- en prijsstijgingen. Samenvatting financiële consequenties gemeenten: De jaarlijkse bijdrage van gemeenten blijft gelijk. In bijlage 1 is een overzicht opgenomen van de verdeling van de bijdrage van de individuele gemeenten over het basispakket, gastheerschap en cafetariamodel. Door het realiseren van kostenvoordelen krijgen de gemeenten meer en betere producten diensten voor dezelfde prijs.
Pagina 6
4
Startkapitaal De nieuwe organisatie heeft startkapitaal nodig om haar activiteiten te kunnen ontplooien. Dit startkapitaal dient vier doeleinden: 1. het betalen van de (eenmalige) transitiekosten; 2. het afbouwen van frictiekosten; 3. het opvangen van risico's; het zogenaamde weerstandsvermogen; 4. het financieren van de activa voor reguliere activiteiten. In dit hoofdstuk wordt voor alle vier de doeleinden de omvang van het benodigde kapitaal in kaart gebracht.
4.1 Transitiekosten Bij de transitie naar de nieuwe organisatie zullen er extra, eenmalige uitgaven worden gedaan. In het onderstaande tabel zijn de hiervoor benodigde middelen weergegeven. Transitie
Uitgaven (in € )
Doorlopen transitieproces Kwartiermaker
180.000
Huisstijl
20.000
Opleiding
50.000
Sociaal plan
10.000
Oprichtingskosten
10.000
Gezamenlijke backoffice Inventaris en inrichting
50.000
Locatieonderzoek
20.000
Verhuiskosten Hard- en software
10.000 120.000
Onvoorzien Totaal
50.000 520.000
Het bedrag dat is opgenomen voor hard- en software is een voorlopig bedrag uitgaande van 'het beste systeem'. Eventuele alternatieven worden nog in beeld gebracht, maar voor eenmalige investeringen in hard- en software dient hoe dan ook een substantieel bedrag te worden gereserveerd. Op termijn zullen dit soort investeringen zich ook weer (deels) terugverdienen (lagere beheer- en onderhoudskosten, hogere efficiency in databeheer, betere planning en control). Verder is in 2010 een inhoudelijke kwaliteitsslag voorzien (modernisering, versterking promotie). Toerisme Veluwe stelt hiervoor projectvoorstellen op die voor projectsubsidiering door de Provincie in aanmerking komen. In bijlage 2 zijn bovenstaande bedragen nader onderbouwd en toegelicht.
Pagina 7
4.2 Frictiekosten In de nieuwe organisatie worden de backoffice-activiteiten samengevoegd. Op korte termijn zijn echter niet alle kosten voor de ondersteuning van de huidige organisaties zo maar af te bouwen. Op dit moment worden op vier locaties (Apeldoorn, Ede, Nunspeet en Ugchelen) ondersteunende activiteiten verricht. Navraag leert dat de organisaties voor deze activiteiten alleen meerjarige verplichtingen zijn aangegaan ten aanzien van de lease van printers en de huur van gebouwen. De printers kunnen gewoon ingezet worden in de nieuwe organisatie. Dit betekent dat de frictiekosten vooral betrekking hebben op de huisvestingssituatie. De eenmalige frictiekosten worden als volgt geraamd: afkopen huurcontract Apeldoorn, € 60.000; niet af te bouwen huur Nunspeet, € 10.000 (3 jaar à € 3.500); Ede, ondanks nog meerdere jaren doorlopend huurcontract (regiokantoor) worden de frictiekosten vooralsnog op € 0 ingeschat. Verwacht wordt dat de huurverplichting door andere gebruikers kan worden overgenomen. Voor de onderbouwing van de bedragen wordt verwezen naar bijlage 2. De samenvoeging zal op langere termijn leiden tot een besparing op de overheadkosten. De bedoeling is dat deze besparingen worden geïnvesteerd in professionalisering van het relatiebeheer, promotie van de Veluwe.
4.3 Weerstandsvermogen Toerisme Veluwe heeft vermogen nodig om risico's op te kunnen vangen. Om de omvang te kunnen bepalen is een beknopte risicoanalyse gemaakt. Hierin is voor iedere inkomstenbron en de kosten voor de bedrijfsvoering en de transitie geanalyseerd in welke mate zich risico's voordoen. De indeling en omvang van de inkomsten is overgenomen uit het businessplan. Inkomsten
Totaal
Risico
Omvang
Kans5
Reservering
Basispakket
€ 440.000
Het basispakket wordt verplicht afgenomen door gemeenten. Het risico is nihil.
-
-
-
€ 1.260.000
De retailopbrengsten wordt uit winkelactiviteiten gegenereerd. Het risico beperkt zich tot bedrijfseconomische schommelingen. Uitgegaan is schommelingen van max. 20%.
€ 200.000
Matig
€ 60.000
€ 340.000
Het risico bestaat dat de lokale binding onvoldoende € 63.000 wordt geborgd en dat bedrijven zich niet meer verbonden voelen met de VVV's. In een negatief scenario stapt ca 1/5e van de leden op. Voor de berekening van de contributie wordt verwezen naar bijlage 1.
Redelijk
€ 32.000
€ 270.000
In een negatief scenario lopen de inkomsten van het € 54.000 lokale bedrijfsleven met 1/5e af (zie contributies bedrijfsleven). Voor de berekening van de bijdragen wordt verwezen naar bijlage 1.
Redelijk
€ 27.000
€ 133.000
Ook in de nieuwe organisatie zullen er zich diverse 'moeilijk' te categoriseren opbrengsten voordoen. Hierbij wordt uitgegaan van een beperkt risico.
Beperkt
€ 13.000
Gastheerschap Retailopbrengsten
Contributies bedrijfsleven
Bijdragen activiteiten lokale bedrijfsleven Overige opbrengsten
5
€ 133.000
Als rekenregel voor de reservering zijn de volgende kansen aangehouden: groot risico (70%), redelijk risico (50%), matig risico (30%), beperkt risico (10%).
Pagina 8
Totaal
Risico
Omvang
Kans6
Reservering
Gemeenten
€ 1.000.000
Het risico bestaat dat gemeenten geen of minder gastheerschapactiviteiten afnemen. In een negatief scenario bouwt 1/3 van de gemeenten de bijdragen af. Dit risico is 'matig' door af te spreken dat de eerste 2/3 jaar gemeenten minimaal het huidige pakket afnemen. Indien de gemeenten meerjarige afspraken maken voor de duur van 5 jaar, dan wordt het risico lager.
€ 330.000
Matig
€ 105.000
Cafetariapakket
€ 1.710.000
Het VBT ontvangt veel eenmalige projectgelden. Dit is € 420.000 een kwetsbare inkomstenbron, met een redelijk risico dat inkomsten fors schommelen per jaar. Een groot deel van de inkomsten bestaat uit projectsubsidies van de Provincie. Doordat de Provincie heeft aangegeven om de komende jaren projectvoorstellen te zullen ondersteunen wordt het risico ingeschat op 'matig'. Het is de doelstelling van Toerisme Veluwe om meer budget vrij te maken voor marketing en promotie, zodat meer projectgelden worden binnengehaald. Hierin zit dan ook een kans om in de toekomst de afhankelijkheid van enkele projecten te verlagen. In de berekening wordt vanuit gegaan dat de inkomsten circa 25% kunnen terugvallen gedurende een jaar.
Matig
€ 126.000
Hogere kosten als gevolg van tekortkomingen in de bedrijfsvoering
€ 3.800.000
Het risico bestaat dat de bedrijfsvoeringkosten stijgen (o.a. huisvesting en personeel) zonder dat deze direct kunnen worden doorberekend aan de klanten, subsidiënten of leden. Risico's zijn o.a.: stijging ziekteverzuim; arbeidsconflict; minder vrijwilligers; beperkte administratieve organisatie. Er wordt vanuit gegaan dat er voor een relatief beperkt bedrag risico wordt gelopen. De kans wordt als 'redelijk' beschouwd.
Redelijk
€ 75.000
Matig
€ 60.000
Inkomsten
Tegenvallers bij de transitie
€ 150.000
Op basis van de tot nu toe bestudeerde documenten € 200.000 en gevoerde gesprekken ontstaat het beeld dat de 'backoffice-taken' van de afzonderlijke organisaties redelijk gemakkelijk kunnen worden samengevoegd. Het risico bestaat dat zich hierbij tegenvallers voordoen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de integratie van softwaresystemen of een afvloeiingsregeling voor personeel. De extra kosten worden op maximaal € 200.000 geraamd.
€ 498.000
Totaal
Op basis van de bovenstaande analyse wordt geadviseerd een buffer aan eigen vermogen op te bouwen van circa € 500.000. Bij de bepaling van het weerstandsvermogen is ervan uitgegaan dat Toerisme Veluwe in staat is om bij tegenvallende inkomsten of stijgende kosten snel in te grijpen. In onze ogen is dat ook mogelijk aangezien Toerisme Veluwe maar weinig vaste kosten kent. Zo worden de panden gehuurd en is de waarde van de activa beperkt. De kosten die het moeilijkst zijn af te bouwen, zijn die van personeel.
6
Als rekenregel voor de reservering zijn de volgende kansen aangehouden: groot risico (70%), redelijk risico (50%), matig risico (30%), beperkt risico (10%).
Pagina 9
De totale personeelskosten zijn geraamd op € 2.637.000. Uitgaande van een natuurlijk verloop van 10% per jaar, is het mogelijk om deze kosten binnen een jaar met € 264.000 te verlagen. Om snel in te kunnen spelen op ontwikkelingen is, zoals ook al in het businessplan is aangegeven, een adequaat ingerichte planning & controlcyclus van belang. Het weerstandsvermogen is berekend op basis van een risicoanalyse. Een gangbare norm om de financiële kwetsbaarheid uit te drukken is het solvabiliteitsratio. Veelal wordt als vuistregel gehanteerd dat het eigen vermogen minimaal tussen de 25% en 50% van het totale vermogen dient te zijn. Het totale vermogen van de nieuwe organisatie wordt bij de start geschat op € 1,8 miljoen (voor de berekening zie bijlage 3). Het weerstandsverstandsvermogen is 28% van het vermogen dat nodig is om de totale bezittingen van € 1,8 miljoen te financieren. Hiermee valt het eigen vermogen binnen de bandbreedte.
4.4 Financiering reguliere activa Naast voldoende weerstandsvermogen (solvabiliteit) dient Toerisme Veluwe te beschikken over voldoende liquide middelen (liquiditeit). Dit zijn direct opneembare banktegoeden en kasgelden. In bijlage 4 is een liquiditeitsprognose voor het eerste jaar opgenomen. De resultaten hiervan zijn in de onderstaande figuur weergegeven:
Liquiditeit Toerisme Veluwe € 800.000 € 600.000 € 400.000 € 200.000 €-
Uit de figuur blijkt dat op geen enkele periode in het jaar er een nijpende vermogensbehoefte ontstaat. De omvang van de liquide middelen komt alleen in februari iets onder het niveau van de openingsbalans (van € 200.000). Over de gehele linie laat Toerisme Veluwe een robuuste en stuurbare liquiditeitsontwikkeling zien. In het overzicht is uitgegaan van € 200.000 aan liquide middelen. Indien het weerstandsvermogen dient te worden aangesproken, zal de omvang van de liquide middelen dalen. Een goede manier om in dat geval eventuele liquiditeitsproblemen te voorkomen, is het vooruit verstrekken van subsidiegelden. Hiermee wordt geanticipeerd op een eventuele dip in de liquiditeit in de wintermaanden. Bij voorkeur wordt dan ook de bijdrage van de gemeenten aan het begin van het jaar naar Toerisme Veluwe overgemaakt.
Pagina 10
4.5 Inbreng startkapitaal Op basis van de bovenstaande uitwerking volgt dat Toerisme Veluwe een startkapitaal nodig heeft van € 1.090.000. Het startkapitaal wordt ingezet voor de volgende doeleinden: transitiekosten:
€ 520.000;
frictiekosten:
€ 70.000;
weerstandsvermogen en financiering reguliere activiteiten:
€ 500.000.
Inbreng transitiekosten De transitiekosten worden door de overheden (gemeenten en provincie) betaald. De provincie heeft reeds toegezegd 50% van de kosten te willen bijdragen. Dit betekent dat € 260.000 resteert voor de gemeenten. Via besluitvorming eind 2008 is er voor een deel van de kwartiersmakersfase afgerond reeds € 93.000 toegezegd. Resteert nog een bedrag van € 167.000. In de onderstaande tabel is op basis van de tot dusverre gehanteerde verdeelsleutel aangegeven welke eenmalige aanvullende bijdrage aan de transitiekosten van iedere gemeente verwacht wordt. Gemeente
Verdelingspercentage
Verdeling (in €)
Apeldoorn
23,77%
39.696
Brummen
5,65%
9.436
Epe
8,52%
14.228
Heerde
5,33%
8.901
Voorst
6,93%
11.573
Harderwijk
6,18%
10.321
Ermelo
3,62%
6.045
Elburg
5,22%
8.717
Nunspeet
7,36%
12.291
Putten
2,35%
3.925
Oldebroek
6,18%
10.321
Hattem
3,2%
5.344
Barneveld
3,94%
6.580
Ede
8,42%
14.061
Wageningen
2,34%
3.908
Nijkerk
1,17%
1.954
Totaal
100%
167.300
Inbreng frictiekosten Iedere regio betaalt haar 'eigen' frictiekosten. Inbreng weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen (€ 500.000) wordt vanuit iedere regio naar rato van het aantal toeristische banen ingebracht. Hiervoor wordt in eerste instantie het vermogen van de huidige toeristische organisaties ingezet. Bij elkaar opgeteld is het beschikbare kapitaal vanuit de toeristische organisaties ruimschoots voldoende (€ 1,2 mln). Als verdeelsleutel is gekozen voor het aantal toeristische banen, omdat deze een goede indicatie geeft van het toeristisch belang. Bovendien is de omvang van het aantal toeristische banen betrouwbaar vast te stellen per gemeente. In bijlage 5 is een overzicht opgenomen van het aantal toeristische banen per gemeente.
Pagina 11
Het VBT, CBV en de (R)VVV's dragen zorg voor de inleg van het vermogen. In de regio Veluwe & Vallei is onvoldoende kapitaal beschikbaar voor de gevraagde inleg. Er is sprake van een tekort van € 58.000. In eerste instantie zal gepoogd worden om dit tekort te dekken uit de steunstichting van de Vallei. Mocht dit niet lukken of onvoldoende soelaas beden dan zier de vier in Toerisme Veluwe participerende gemeenten aan zet om de inleg van de Valleiregio te realiseren. In dat geval ziet de bijdrage voor de betrokken gemeenten er als volgt uit (verdeling op basis van het aantal banen in de toeristische sector): Gemeente Barneveld
€ 14.519
Gemeente Ede
€ 27.234
Gemeente Wageningen
€
7.764
Gemeente Nijkerk
€
8.483
Het vermogen van de lokale VVV's dat uitstijgt boven de bijdrage van het startkapitaal wordt in een aparte bestemmingsreserve ingebracht. De bestemmingsreserve wordt ingezet voor (extra) activiteiten in het lokale werkgebied van de huidige organisatie. De aanwending van deze reserve geschiedt door Toerisme Veluwe enkel na afstemming met het lokale platform in de desbetreffende gemeente. De consequenties van het bovenstaande voorstel zijn in de tabel weergegeven. Organisatie
Banen toerisme
Bijdrage frictiekosten
Bijdrage weerstandsvermogen
Beschikbaar kapitaal
Tekort: bijdragen gemeenten
Overschot: bestemmingsreserve
VBT
-
€ 100.000
€ 100.000
-
-
CBV
-
€ 20.000
€ 20.000
-
-
Veluwe & Vallei
5.750
€
0
€ 115.000
€ 57.000
€ 58.000
-
Veluwe & IJsselvallei
7.710
€ 60.000
€ 155.000
€ 358.000
-
€ 143.000
Veluwe Randmeren
(5.470)
€ 10.000
€ 12.000
€ 22.000
-
-
VVV Nunspeet
1.190
€ 22.000
€ 50.000
-
€ 28.000
VVV Elburg
440
€ 3.000
€ 3.000
-
-
VVV Ermelo
890
€ 17.000
€ 168.000
-
€ 151.000
VVV Putten
910
€ 17.000
€ 84.000
-
€ 67.000
VVV Harderwijk
2.040
Totaal
18.930
€ 70.000
€ 38.000
€ 313.000
-
€ 275.000
€ 499.000
€ 1.175.000
€ 58.000
€ 664.000
Pagina 12
5
Samenvatting Om de samenvoeging een kans van slagen te geven zullen alle partijen een stap moeten zetten en zullen alle partijen die aan de oplossing bijdragen elkaars aandeel daarin moeten kunnen zien. In dit voorstel zetten de overheden een stap doordat: 1. gemeenten zorgen voor continuïteit door het aangaan van meerjarige afspraken voor de financiering (subsidie) van het basispakket en het gastheerschap; 2. de jaarlijkse bijdrage aan het begin van het jaar wordt overgemaakt; 3. de Provincie Gelderland er voor zorgt dat de komende jaren budgetten beschikbaar zijn voor projectfinanciering van kwaliteitsverbetering in de sfeer van promotie en informatievoorziening; 4. de overheden de transitiekosten betalen en bijspringen daar waar het lastig is om te komen tot een 'evenredige' inbreng van het weerstandsvermogen. De toeristische organisaties zetten een stap door: 1. op te gaan in de nieuwe organisatie 'Toerisme Veluwe'; 2. hun eigen vermogen (exclusief huisvesting) in te zetten voor de dekking van de frictiekosten en het weerstandsvermogen; 3. de resterende reserves beschikbaar te houden voor de financiering van toeristische activiteiten en projecten in het 'huidige werkgebied.
Pagina 13
Bijlage 1 Onderverdeling subsidie gemeenten In de onderstaande tabel is de subsidie van gemeenten voor 2010 verdeelt over de drie pakketten. Uitgangspunt voor het bepalen van de omvang van de subsidie is de door de gemeente verstrekte subsidie in 2009. Deze is opgehoogd met het te verwachten inflatiepercentage van 1% (bron: CPB informatief, 16 maart 2009). Gemeente
Subsidie in 2010
Basispakket
Gastheerschap
Cafetariapakket7
Apeldoorn
583.317
103.655
326.229
153.434
Brummen
30.936
14.052
14.073
2.811
Epe
62.361
21.334
30.939
10.088
Heerde
42.774
11.838
22.381
8.555
Voorst
80.936
16.045
46.772
18.119
109.080
25.210
59.592
24.277
80.568
17.206
44.387
18.975
Harderwijk Ermelo Elburg
43.972
14.606
22.159
7.208
126.893
17.598
73.845
35.451
Putten
83.415
15.104
46.948
21.362
Oldebroek*
15.118
15.118
0
0
Nunspeet
Hattem*
7.711
7.711
0
0
Barneveld
120.493
33.689
63.363
23.441
Ede
356.990
71.789
198.534
86.666
Wageningen
45.622
24.487
19.102
2.032
Nijkerk Totaal
60.073
26.319
33.221
532
1.850.259
435.761
1.001.546
412.952
Met de gemeenten Hattem en Oldebroek is overeengekomen dat het tekort voor de bijdrage aan het basispakket wordt aangevuld door een verhoging van het subsidiebedrag. De bedragen voor het basispakket uit het businessplan zijn hierbij gecorrigeerd vanwege een lagere inflatiecorrectie in 2009.
7
Er is uitgegaan van een verwachte consumentenprijsindex over 2009 van 1% (CPB informatief, 16 maart 2009) m.u.v. de gemeenten Voorst, Hattem en Oldebroek. Deze hebben aangegeven de subsidiebijdragen voor 2010 te verhogen, dit is reeds doorgevoerd in de tabel. Gemeenten hanteren op dit moment verschillende prijsindexsystemen. Bekend is dat een aantal gemeenten uitgaat van het prijsindexcijfer ‘lonen en overige overheid’ , zoals dit door het Centraal Planbureau in het Centraal Economische Plan (CEP-publicatie jaarlijks in april) en in de Macro Economische Verkenning (MEVpublicatie jaarlijks in september) is gepubliceerd. Deze index gaat uit van een aanzienlijk hogere geprognosticeerde prijsinflatie dan de 1% waar hier vanuit is gegaan. In het vervolgtraject van de transitie naar Toerisme Veluwe zal worden nagegaan welk indexcijfers als basis zullen worden gehanteerd.
Pagina 1
Bijlage 2 Toelichting omvang transitiekosten In paragraaf 3.1 en 3.2 is een overzicht van het startkapitaal opgenomen. In deze bijlage wordt toegelicht op welke wijze de bedragen die zich opgenomen in het overzicht zijn berekend. 1. Kwartiermaker Voor de eerste helft van 2009 zijn de kosten van de kwartiermaker geraamd op € 90.000. Na positieve besluitvorming kunnen de voorbereidende acties worden verricht, zodat de nieuwe organisatie zo snel mogelijk kan starten. Uitgaande van dezelfde intensiteit bedragen de kosten in de tweede fase € 90.000. In totaal zijn de kosten daarmee geraamd op € 180.000. 2. Huisstijl De nieuwe organisatie zal een eigen huisstijl moeten ontwikkelen. Voor het uitwerken van de correspondentiereeks (visitekaartjes, briefpapier, enveloppen e.d.) wordt uitgegaan van een bedrag van € 20.000. Drukkosten zitten hier niet bij inbegrepen. Ook is ervan uitgegaan dat het logo in eigen beheer wordt uitgewerkt. Indien hiervoor een grafisch ontwerper wordt aangetrokken moet rekening worden gehouden met een bedrag van circa € 20.000 tot € 40.000. Een mogelijk logo is hieronder weergegeven:
3. Opleiding De medewerkers van de verschillende organisaties moeten aan elkaar wennen. Een aantal medewerkers komen op een functie terecht die nieuw voor hen is. In de berekening van het bedrag van € 50.000 is uitgegaan van: begeleiding 2 organisatiebrede bijeenkomsten gericht op het 'elkaar te leren kennen'. Hiervoor wordt rekening gehouden met € 8.000; 12 functiegerichte opleidingen van circa € 3.000 per stuk. 4. Sociaal plan Het opstellen van het sociaal plan wordt betaald uit het budget van de kwartiermaker. Echter bij de uitvoering van het sociaal plan worden ook kosten gemaakt. Hierbij moet worden gedacht aan bijvoorbeeld het laten uitvoeren van een assessment en het instellen van een commissie die de plaatsing van medewerkers regelt. In de omvang van het bedrag is geen rekening gehouden met de mogelijkheid dat medewerkers niet zijn te plaatsen. In dat geval worden outplacementkosten gemaakt en uiteindelijk mogelijk zelfs ontslag.
Pagina 1
5. Oprichtingskosten Het bedrag van € 10.000 betreft een stelpost voor oprichtingskosten, waaronder het opstellen van de statuten van de nieuwe organisatie. 6. Inrichting en inventaris De backoffice-activiteiten worden samengevoegd. In de nieuwe backoffice komen minimaal 25 werkplekken. Voor een deel kan gebruik worden gemaakt voor bestaande inrichting en inventaris. De verwachting is echter dat voor een deel zal moeten worden geïnvesteerd in nieuwe inrichting en inventaris. Hiervoor is een stelpost opgenomen van € 2.000 per werkplek. 7. Locatieonderzoek Voor het selecteren van de locatie is de inzet van een gespecialiseerd bureau noodzakelijk met ervaring en kennis van vastgoed(mogelijkheden) in de Veluwe. In de berekening is uitgegaan van 20 adviesdagen voor € 1.000 per dag. 8. Verhuiskosten Bij de verhuiskosten is uitgegaan van € 400 per werkplek. In de backoffice worden minimaal 25 werkplekken gecreëerd. 9. Hard- en software De VVV Veluwe Randmeren beheert de systemen van alle VVV's die onderdeel uitmaken van deze regio. VVV Veluwe IJsselvallei beheert de systemen in haar regio. Het VBT en CBV maken hier ook gebruik van. Met de VVV Veluwe en Vallei is hierover nog niet gesproken. Overeenkomsten en verschillenanalyse: beheer contacten/ledenadministratie: de VVV Veluwe Randmeren en de VVV IJsselvallei gebruiken hiervoor microsoft office; toeristische informatie: ontwikkeling database in samenwerking met VVV Nederland en de Provincie Gelderland; financieel systeem: de VVV Veluwe Randmeren en VVV Veluwe IJsselvallei hebben beide Exact Globe (alleen de VVV Elburg niet, maar die stapt dit jaar waarschijnlijk over). De VVV Veluwe en Vallei heeft waarschijnlijk een ander systeem; personeelsadministratie: de VVV Veluwe Randmeren koopt dit in bij de accountant. De VVV Veluwe IJsselvallei maakt gebruik van een online toepassing van het ABP; hardware: VVV Veluwe IJsselvallei opereert in een Citrix-omgeving. In de VVV Veluwe Randmeren heeft iedere locatie een eigen server; systeembeheer: de VVV Veluwe Randmeren en de individuele VVV's in de regio Randmeren huren het systeembeheer in. VVV Veluwe IJsselvallei heeft een eigen systeembeheerder in dienst. Voor de integratie van hard- en software is het verschil in ICT-architectuur het grootste knelpunt. In de nieuwe organisatie wordt de administratie, PR en marketing gecentraliseerd. Om de centralisatie te faciliteren en de benodigde formatie voor ICT- en applicatiebeheer te beperken is het noodzakelijk om voor één omgeving te kiezen. Dit betekent dat moet worden gekozen voor ofwel een omgeving waarin iedere locatie een eigen server heeft, ofwel een Citrixomgeving waarbij centraal een server staat en op de afzonderlijke locaties alleen een computer (zonder denkkracht) staat.
Pagina 2
Een keuze voor een Citrix-omgeving ligt hierbij voor de hand. De overwegingen zijn hierbij als volgt: Een Citrix-omgeving is zeker gezien het grote aantal locaties (winkels) van waaruit wordt gewerkt de meest logische keuze. Door met een centrale server te werken ontstaat een betrouwbaar systeem, waarbij iedereen (op welke locatie ook) gebruik kan maken van dezelfde applicaties. Hierdoor is ook agendabeheer, email en documentenbeheer is hierdoor eenvoudiger. Bovendien is de benodigde tijd voor het beheer- en onderhoud beperkter. Zo hoeft de applicatiebeheerder niet meer alle vestigingen af om nieuwe software te instaleren en de decentrale servers te beheren. Met Citrix is het mogelijk om gedurende de transitie de bestaande hard- en software naast de Citrix-omgeving te laten draaien. Hiermee kan de aandacht in de transitie worden gericht op integratie van de administratie en kunnen de overige systemen (zoals mail, en Mircosoft office) nog enige tijd naast elkaar blijven werken. Omdat de VVV Veluwe IJsselvallei al werkt in een Citrix-omgeving kan relatief gemakkelijk de omgeving worden uitgebreid. Bovendien zou het voor deze organisatie een grote desinvestering betekenen als van het concept wordt afgestapt. Op iedere locatie zal weer een eigen server moeten worden neergezet. Het voordeel van de Citrix-omgeving is dat er op de bestaande werkplekken geen nieuwe ICT apparatuur hoeft worden aangekocht. Citrix heeft als nadeel dat de jaarlijkse licenties relatief duur zijn. Door de ICT-infrastructuur te centraliseren kan echter worden bespaard op de kosten voor het beheer en onderhoud. De verwachting is hierdoor dat de jaarlijks terugkerende licentiekosten kunnen worden opgevangen binnen de budgetten van de huidige toeristische organisaties. De eenmalige kosten voor de uitbreiding van de Citrix-omgeving worden geraamd op € 120.000. Deze kosten bestaan voor 50% uit investeringen in hardware en voor 50% uit de inhuur van ICT-specialisten van Citrix. Bij de berekening van dit bedrag zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: 15 nieuwe vestigingen; 40 nieuwe gebruikers; nieuwe serves; geen nieuwe applicaties; zelfde type printers; DSL vestigingen is op orde; werkplekken zijn op orde. 10. Onvoorzien In de berekening is rekening gehouden met 10% - 15% onvoorziene kosten. Frictiekosten De backoffice-activiteiten worden in de nieuwe organisatie samengevoegd. Op dit moment worden op vier locaties (Apeldoorn, Ede, Nunspeet en Ugchelen) backoffice-activiteiten verricht. Navraag leert dat de organisaties alleen meerjarige verplichtingen zijn aangegaan ten aanzien van de lease van printers en de huur van gebouwen. De printers kunnen gewoon ingezet worden in de nieuwe organisatie. Dit betekent dat de frictiekosten vooral betrekking hebben op de huisvestingssituatie.
Pagina 3
Apeldoorn De huur van het pand dat de VVV Veluwe IJsselvallei inzet voor de huisvesting van de ondersteunende medewerkers bedraagt € 29.500 per jaar. Daarnaast worden ook nog een aantal parkeerplaatsen afgenomen. De kosten hiervoor bedragen € 3.700 per jaar. Het contract loopt door tot en met mei 2013. De parkeerplaatsen zijn gewild en gemakkelijk over te dragen aan andere gegadigden. Voor de afkoop van de huurovereenkomst zal onderhandeld moeten worden met de eigenaar. In de berekening is rekening gehouden met de doorbetaling van 2 jaar huur: € 59.000. Ede In Ede is een meerjarige huurovereenkomst afgesloten. In het gesprek met de gemeente Ede is echter aangegeven dat de gemeente zelf graag zou willen uitbreiden. De verwachting is dat hierdoor de desintegratiekosten beperkt zullen blijven. De gemeente Renkum heeft gekozen om voor de VVV activiteiten aan te sluiten bij de KAN regio. In een interview is aangegeven dat de VVV Veluwe & Vallei nog wel een vestiging heeft in Oosterbeek. Hiervoor is een meerjarige huurovereenkomst tot en met 2009 aangegaan. De verwachting is dat hierdoor geen frictiekosten ontstaan. Nunspeet In de nieuwe situatie huurt Toerisme Veluwe het pand in Nunspeet van de beheerstichting. In het pand zit de VVV Nunspeet (benedenverdieping) en de VVV Randmeren (bovenverdieping). 2
Op de bovenverdieping zijn 3 tot 4 werkplekken ingericht (50 tot 60 m ). De huurkosten bedragen voor de VVV randmeren circa € 3.500 per jaar. Deze zijn moeilijk af te bouwen omdat de ingang wordt gedeeld met de winkel. Een andere huurder ligt niet voor de hand. Voor de werkplekken zal dus een nieuwe bestemming moeten worden gevonden. In de berekening is ervan uitgegaan dat de eerste drie jaar er sprake is van frictiekosten. Dit betreft frictiekosten van € 10.000. Ugchelen In Ugchelen wordt een verdieping gehuurd door de VVV Veluwe IJsselvallei. Ook het VBT en CBV maken hier gebruik van. De huur is inclusief de inrichting bureaus, stoelen e.d. De huurovereenkomst loopt tot 1 januari 2010. Het opzeggen van het huurcontract levert geen desintegratiekosten op.
Pagina 4
Bijlage 3 Openingsbalans Voor het verrichten van haar activiteiten heeft de nieuwe organisatie bezittingen (activa) nodig. In totaal wordt op basis van een analyse van de jaarrekeningen 2007 ervan uitgegaan dat Toerisme Veluwe voor het uitvoeren van haar reguliere activiteiten circa € 1,8 miljoen aan bezittingen nodig heeft. Dit bedrag is als volgt berekend: Vaste activa De nieuwe organisatie zal geen panden in haar bezit hebben (uitgangspunt businessplan). Dit beperkt de omvang van het benodigde vermogen. De activa en passiva die samenhangen met de panden worden ondergebracht in een aparte beheerstichting. Verder is het uitgangspunt dat investeringen op het gebied van automatisering, inventaris tegen boekwaarde zullen overgaan naar de nieuwe organisatie. De boekwaarde van deze middelen was op 1 januari 2008 € 48.000. Vlottende activa Uitgangspunt is dat voorraden tegen boekwaarde zullen overgaan naar de nieuwe organisatie. De boekwaarde van deze middelen was op 1 januari 2008 € 777.000. Voor de reguliere bedrijfsvoering zal Toerisme Veluwe vorderingen hebben uitstaan. Denk hierbij aan een project dat nog niet is afgerond. De vorderingen waren in 2007 bij de huidige organisaties in totaal € 939.000 waard. Uitgegaan wordt van een gelijkblijvende omvang. Voor het afronden van transacties zijn liquide middelen nodig (o.a. wisselgeld kassa's). In deze berekening wordt ervan uitgegaan dat het daarvoor benodigd bedrag beperkt is. Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen is berekend op 500.000. Voor de berekening wordt verwezen naar paragraaf 4.2. Vreemd vermogen Uitgangspunt is dat de schulden tegen boekwaarde worden ingebracht in Toerisme Veluwe. De bovenstaande uitgangspunten leveren de volgende balans op: Activa Materiële vaste activa
Passiva €
48.000
€
777.000
vorderingen Liquide middelen
€
931.000
Totaal
€ 2.830.000
Vlottende activa voorraden
Weerstandsvermogen
€
500.000
Voorziening
€
172.000
Langlopende schulden
€
9.000
Kortlopende schulden
€ 2.150.000
Totaal
€ 2.830.000
€ 1.074.000
Pagina 1
De startbalans heeft een totaal vermogen van € 2.830.000. Bij bestudering van de balans valt op dat de omvang van de vlottende activa en liquide middelen, maar ook de kortlopende schulden behoorlijk hoog zijn. De reden hiervoor is dat VVV's aan het eind van het jaar veel irischeques en vvv-bonnen inkopen (zie ook liquiditeitenprognose) en dat er bij franchise van ANWB winkels gewerkt wordt met sale-paketten die twee keer per jaar verrekend worden. Als gevolg hiervoor is de balanspositie aan het eind van het jaar behoorlijk omvangrijk (momentopname). De balanspositie is te beperken door de volgende twee maatregelen. De afzonderlijke organisaties houden nu ieder apart voorraden aan. Door de gezamenlijke organisatie kan de omvang van de voorraden worden verkleind. Uitgegaan wordt van een voorraad van € 621.000. Dit verlaagt tevens de kortlopende schulden met € 156.000. De nieuwe organisatie kan met haar liquide middelen de omvang van haar kortlopende schulden verlagen. Uitgegaan wordt van een aflossing van € 874.000. Op basis van de bovenstaande aanpassingen is de balans de volgende: Activa Materiële vaste activa
Passiva €
48.000
€
621.000
vorderingen Liquide middelen
€
931.000
€
200.000
Totaal
€ 1.800.000
Vlottende activa voorraden
Weerstandsvermogen
€
500.000
Voorziening
€
172.000
Langlopende schulden
€
9.000
Kortlopende schulden
€ 1.119.000
Totaal
€ 1.800.000
Pagina 2
Bijlage 4 Liquiditeitsprognose Balanspositie VVV Veluwe Voor de balanspositie van de samengevoegde organisaties van Toerisme Veluwe is gebruik gemaakt van de uitgangspunten zoals zijn verwoord in de bijlage 1 van deze nota. Resultatenrekeningen VVV Veluwe Om de liquiditeitspositie van de samengevoegde VVV Veluwe te berekenen is gebruik gemaakt van beschikbare historische cijfers. Om een realistisch beeld te geven van de prognose is besloten de navolgende resultatenrekeningen over 2007 samen te voegen om een samengesteld liquiditeitsbeeld te kunnen scheppen: Veluws bureau voor Toerisme (VBT); Congresbureau Veluwe (CBV); Veluwe & Vallei; Veluwe IJsselvallei; Veluwe Randmeren; Nunspeet; Elburg; Ermelo; Harderwijk; Putten. Aangezien de diverse jaarrekeningen gebruik maken van verschillende omschrijvingen voor kostenposten en inkomstenbronnen is gebruik gemaakt van een aantal hoofdposten. Om de berekening inzichtelijk te houden is in bijgevoegde tabel weergegeven welke posten uit de diverse jaarrekeningen onder de hoofdpost vallen. Op deze wijze zijn alle posten uit de genoemde jaarrekeningen verwerkt in de prognose resultatenrekening. De gebruikte posten en de gehanteerde bedragen zijn de volgende: Omzet
€ 10.112.871
Winkelverkoop
€ 5.411.005
Activiteiten en evenementen
€ 1.067.373
Subsidies
€ 1.817.676
Projecten
€ 1.476.012
Contributies
€
Inkoopwaarde
€ 6.789.575
Personeelskosten
€ 2.354.507
Huisvestingskosten
€
376.658
Overige bedrijfskosten
€
580.451
331.805
Timing kostenposten in het jaar Naast de hoogte van de inkomsten en kostenposten is voor een inschatting van de liquiditeit de timing van de kosten van belang. In gesprek met een VVV medewerker die in deze materie thuis is en gebaseerd op de maandoverzichten die hierbij konden worden ingezien is een procentuele verdeling van de kosten over het jaar gemaakt.
Pagina 1
Op deze wijze wordt het zwaartepunt van de kosten op piekmomenten en opbrengsten op dalmomenten meegenomen in de liquiditeitsprognose. Per omzet en kostenpost is de timing over het jaar uiteengezet. In een grafische weergave levert deze timing de procentuele zwaartepunten gedurende het jaar op die zijn weergegeven in de onderstaande grafiek.
In de gehanteerde verdeling ligt het merendeel van de omzet in de zomermaanden van het jaar, onder invloed van het hoogseizoen voor buitenactiviteiten. De inkoopwaarde en kosten pieken aan het einde van het jaar. Het grillige verloop van de kosten gedurende de rest van het jaar worden voornamelijk veroorzaakt door de personeelskosten die met pieken als vakantiegeld, pensioenafdracht en dergelijke enkele pieken kent. Door de bedragen van 2007 te combineren met de procentuele verdeling over het jaar is een extrapolatie te maken van de mogelijke resultatenrekening in 2010 en verder. Het resultaat is een liquiditeitsprognose voor de komende jaren die in de volgende paragraaf wordt behandeld. Als grondslag voor de prognose van 2010 zijn enkele inflatiecorrecties toegepast en is het beeld van 2007 omgezet naar een kostenneutrale operatie. Er wordt daarbij geen winst, maar ook geen verlies gemaakt. Liquiditeitsprognose 2010 en verder De liquiditeitspositie van de VVV Veluwe is onderstaand grafisch weergegeven. Uit de figuur blijkt dat in het geschetste scenario (dat gebaseerd is op een regulier bedrijfsjaar van alle onderdelen van toerisme Veluwe) op geen enkel punt een nijpende vermogensbehoefte ontstaat. Logischerwijs is het begin en het einde van het jaar het laagste punt in de liquiditeit, echter de liquiditeit komt nauwelijks onder het niveau van de openingsbalans (€ 200.000) en is daarmee goed te noemen. Over de gehele linie laat Toerisme Veluwe een robuuste en stuurbare liquiditeitsontwikkeling zien.
Liquiditeit Toerisme Veluwe € 800.000 € 600.000 € 400.000 € 200.000 €-
Pagina 2
Noot Een zeer goede manier om een eventueel liquiditeitsprobleem op te heffen is het vooruit verstrekken van subsidiestromen. Van enkele subsidieverstrekkers is reeds een harde toezegging ontvangen dat het gehele subsidiebedrag reeds voor het begin van het kalenderjaar kan worden overgemaakt. Op deze wijze is met slagkracht bij te sturen op de dip in wintermaanden. In deze prognose is hiermee geen rekening gehouden. Dit mag dus worden beschouwd als 'upside potential' en extra zekerheid dat er sprake is van stuurbare liquiditeit.
Pagina 3
Bijlage 5 Toeristische banen per gemeente De verdeling van de inbreng van het weerstandsvermogen vind plaats naar rato van het aantal toeristische banen. In de onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van het aantal toeristische banen per gemeente. Gemeente
Aantal toeristische banen
In % van het totaal
Apeldoorn
5.200
27,0
Barneveld
1.440
7,5
Brummen
450
2,3
2.700
14,0
Elburg
440
2,3
Epe
820
4,3
Ermelo
890
4,6
Ede
Harderwijk
2.040
10,6
Hattem
310
1,6
Heerde
350
1,8
Nijkerk
840
4,4
Nunspeet
1.190
6,2
Oldebroek
300
1,6
Putten
910
4,7
Voorst
590
3,1
Wageningen
770
4,0
19.240
100,0
Totaal
Tabel 1: Overzicht aantal toeristische banen per gemeente in 2008
Het aantal toeristische banen is gebaseerd op cijfers van de Provincie Gelderland, Bureau Economisch Onderzoek. Bron is de Provinciale Werkgelegenheidsenquête 2008. Op basis van een selectie van branches, volgens de Standaard Bedrijfsindeling 1993 van het CBS, is de toeristische sector afgebakend. De sector valt uiteen in de onderdelen logiesverstrekking, horeca, onderdelen van de detail- en groothandel, onderdelen van het vervoer, cultuur, recreatie en amusement, sport en een categorie overig. Het aantal inwoners is gebaseerd op cijfers van het CBS. Het betreft de bevolkingssamenstelling op 1 januari 2008.
Pagina 1