Fictiedossier Bad boys for life. Vrank Post
Mariska Wijlens Klas: 3T2 Leraar: mevrouw Scholten
1. Zakelijke gegevens Titel: bad boys for life Auteur: Vrank Post Uitgever: Noordhoff uitgevers bv Jaar van verschijnen: 2010 Aantal bladzijden: 125
2. Samenvatting Als op afdeling C van jeugdinrichting Oosterhel een nieuwe dag aanbreekt, moet een groep jongens zich klaarmaken voor de dagindeling. Één van de jongens, Ericson, mag naar huis: de anderen moeten hem helpen zijn spullen te pakken. Als Omar door Ericson gesard wordt dat hij nog twee jaar moet blijven, breekt er een vechtpartij tussen de twee jongens uit. Omar wordt door de leiding in een afzonderruimte opgesloten.Omar wordt vierentwintig uur in de afzondering gehouden, en als hij eindelijk vrijgelaten wordt ontmoet hij de nieuwe jongen Joost. Hij mag niet vertellen waarvoor hij er is, maar Omar vertelt hem wel dat hij beschuldigd werd van bedreiging en dolgraag weg wil, desnoods vluchtend. Het is voetbalavond tussen afdeling A en afdeling C. Dankzij Joost gaat het goed voor afdeling C, maar dat leidt algauw tot een knokpartij waarbij Omar en Joost allebei betrokken zijn. Ze worden allebei naar de afzonderingsafdeling gebracht. Joost gelooft niet dat Omar moslim is en voor zijn volk wil opkomen, maar Omar bedreigt hem en slaat hem bovendien buiten westen. Op zaterdagavond kijken ze eerst samen de film Bad boys en identificeren zichzelf met de hoofdfiguren. Omar vertelt Joost hoe hij vanuit Marokko naar Nederland is gekomen en in de Oosterhel terechtkwam. Buiten roken ze wiet dat Omar binnengesmokkeld heeft. Op school wordt Joost door Omar aan Meriam voorgesteld. Ze schrijft hem een briefje, en als hij weer terug is in het huis schrijft hij haar terug. Omar, Joost en Meriam zitten op het schoolplein te praten over de toekomst, als ze vrijkomen. Omar gaat meisjes versieren en Joost en Meriam kijken hem na en praten over hoe zij het ver zullen schoppen en hoe Omar zal blijven waar hij is. Als op bezoekersdag Omars moeder niet komt opdagen klagen Omar en Joost bij elkaar over hun familie. Omar krijgt verlof om naar zijn familie te gaan, iets dat Joost deprimeert: samen met Omar praat hij over zijn rechtszaak en dat hij bang is om ook niet vrij te komen. Omar geeft al aan dat Nederlanders veel meer gematst worden dan Marokkanen en zegt ook dat hij zodra hij het huis verlaten heeft, niet meer terug zal komen. Op het schoolplein vertelt Meriam aan Joost hoe zij in de Oosterhel is gekomen: ze had een slechte opvoeding en vluchtte uit pleeggezinnen zodat ze uiteindelijk als minderjarige prostituee achter het raam werd opgepakt. Ze vertelt hoe ze werd ingepalmd door Omar, die nog steeds denkt dat ze van hem is. Als Omar hoort dat ze grapt over trouwen met Joost, claimt hij haar weer en Meriam valt hem aan zodat er een vechtpartij uitbreekt. Omar en Joost hebben het over Meriam, dat Omar haar nog steeds opeist terwijl Joost juist verliefd op haar wordt .Omar vertelt Joost dat hij met zijn vlucht uit de Oosterhel rust en vrijheid wil bereiken, meer niet. Joost en Meriam worden steeds hechter, en Joosts advocaat ziet de rechtszaak zonnig in. Als Joost Omar die middag spreekt, heeft hij een string in zijn hand en zegt hij dat die van Meriam is, dat hij met haar naar bed is geweest. Joost wordt woedend en valt Omar aan. Ze worden uit elkaar gehaald en Omar wordt naar een andere afdeling gebracht en mag niet op verlof. Dankzij Omar is Meriam te weten gekomen waar Joost van verdacht wordt, en ze gelooft dat hij schuldig is. Joost probeert haar van het tegendeel te overtuigen, maar ze is woedend en bovendien bang voor hem. Bij een val komt hij bovenop haar te liggen en dat wordt gezien als aanranding. Terwijl Meriam naar begeleid wonen gaat wordt Joost in zijn kamer opgesloten, waar hij uit woede wild tekeer gaat en alles vernielt. Op de dag van zijn rechtszaak wordt Joost in zijn lege kamer wakker, waar hij de afgelopen weken in is opgesloten en privéles krijgt. In de rechtbank vertelt de officier van justitie dat alle bewijzen tegen hem spreken en dat er getuigenissen zijn van mensen uit de Oosterhel. Alles claimt dat Joost schuldig is en er wordt twee jaar behandeling en twee jaar proeftijd geëist.De pizzabezorger komt aan in het
gebouw en Omar stuurt Joost erop af. Alles gaat goed en Joost slaagt erin de jongen informatie te geven over de gijzeling. Als hij moet kijken of alles veilig is, stuit hij op gewapende maar kogelvrije agenten die het juiste moment afwachten om het vuur te openen. Joost vertelt hoe het hem is gegaan na zijn rechtszaak, hoe hij tot nog twee jaar behandeling in Oosterhel werd veroordeeld en daarmee zijn hele leven kwijtraakte. Altijd werd hij gepest of in elkaar geslagen. Werkgevers wilden hem niet houden, zijn familie accepteerde hem niet meer. Ook Meriam bleef hem als pedofiel beschouwen toen hij haar eindelijk durfde op te zoeken. Zijn leven is allang voorbij.Omar vertelt hoe hij na een lange reis terug kwam in Nederland en zijn leven naar dit moment in de bank kon toewerken. De tijd begint te dringen, en als Joost en Omar een moment van verstandhouding en vriendschap hebben, slaat Joost Omar half buiten westen zodat de bankmedewerkers kunnen vluchten. Met een laatste we ride together, we die together, bad boys for life drukt Joost dan op de knop aan Omars riem en laat de bom afgaan.
3. Over de auteur. Vrank Post is geboren op 18 januari 1965 in Delft. Hij heeft voordat hij schrijver werd gewerkt in een jeugdinrichting in Den Helder. Nu is hij schrijver en projectleider bij het Transferuim Jeugdzorg. Vrank Post woont in Heerhugowaard. Hij is getrouwd en heeft twee kinderen. Bad Boys for life was zijn eerste boek. Dit boek is in 2010 genomineerd voor de Jonge Jury
4. Over het boek A. Welke illustratie staat er op de voorkant van het boek? Leg duidelijk uit wat deze illustratie met het boek te maken heeft. Op de voorkant van het boek staat een foto van een jongen bij een graffiti muur. Waarschijnlijk is dit Omar die in de gevangenis zit. De jongen kijkt somber en heeft spijt van wat hij gedaan heeft. B. Is het boek aan iemand opgedragen? Probeer erachter te komen wie het zijn en wat ze met de schrijver te maken hebben. Het boek is niet aan iemand opgedragen. Het gaat over het leven van Omar en Joost in de gevangenis. C. Beschrijf de plaatsen die voorkomen in het boek. Verklaar waarom de schrijver hiervoor gekozen heeft en wat ze met het verhaal te maken hebben. De gevangenis, daar zitten Omar en Joost gevangen. De bank, daar vond de overval waar Omar aan meegeholpen heeft plaats. D. Vanuit welk perspectief is het verhaal geschreven. Leg uit! Het is geschreven vanuit Omar. Je komt te weten wat Omar denkt en doet in de gevangenis. Ook lees je hoe Omar terugkijkt op de overval. E. Heeft het verhaal een open of gesloten einde? Leg ook dit uit. Het verhaal heeft zowel een open als een gesloten einde. Want Joost is dood, maar Omar leeft nog steeds.
5. Leeservaringen Onderwerp Het onderwerp spreekt me wel aan, ik heb altijd al willen weten hoe het zou gaan in een gevangenis. Dit heeft het verhaal me goed laten zien. Ik ben ook aan het denken gezet wat voor soort mensen er zijn. De mensen waar je het niet van verwacht, doen soms de raarste dingen. Wat ik van tevoren van het verhaal dacht is niet uitgekomen. Ik ben het wel eens met de mening die blijkt uit het verhaal. Ik ben niet anders over het onderwerp gaan denken door dit verhaal. Het onderwerp wordt goed en grondig uitgewerkt. Je komt vanalles te weten over het leven in de gevangenis. De gebeurtenissen in het verhaal zijn niet voorspelbaar, want er gebeurt elke keer wat anders. De onderwerpen in de gevangenis worden uitvoerig besproken, maar het leven van de familie buiten de gevangenis wordt bijna niet genoemd. Ik had nog nooit eerder een verhaal over dit onderwerp gelezen.
Gebeurtenissen Er zijn genoeg gebeurtenissen in het verhaal om het boeiend te houden. Ook valt het verhaal niet stil. Dit verhaal gaat zowel over de gevoelens als om de gebeurtenissen. De gebeurtenissen hebben wel indruk op me gemaakt, vooral het appart zetten in een issoleercel. De gebeurtenissen zijn geloofwaardig en kunnen echt gebeurd zijn. De gebeurtenissen zijn niet herkenbaar voor mij. Ik heb zelf nog nooit zoiets meegemaakt en dat wil ik ook liever niet.
Personages De hoofdpersoon is wel iemand die voor het leven gaat. Hij wil zo snel mogelijk de gevangenis uit. De andere personages zijn ook levendig. Ik kan me wel goed verplaatsen in de gedachten van de hoofdpersoon, want als ik in een gevangenis zou zitten zou ik er ook zo snel mogelijk uit willen. Ik zou niet graag op de hoofdpersoon lijken. Ook is hij geen held voor mij. Het gedrag van de hoofpersoon vind ik niet goed. Maar het gedrag is niet voorspelbaar. Geen van de verhaalpersonen heeft me beïnvloed. Het gedrag of de gedachten van de verhaalpersonen hebben me niet aan het denken gezet. Je komt wel genoeg van de personages te weten om hun gedrag te kunnen begrijpen. Over het innerlijk kom je niet heel veel te weten. De personages veranderen niet echt door wat ze meemaken. Ik vind de beslissingen die worden gemaakt niet onbegrijpelijk.
Bouw De gebeurtenissen volgen logisch op elkaar. Het verhaal is ook spannend. Dat komt omdat je niet weet wat er gaat gebeuren. Het verhaal heeft geen ingewikkelde opbouw. Er zit maar een verhaallijn in. Er zitten wel terugblikken in het verhaal. Deze terugblikken gaan naar de overval. Door deze terugblikken ga je het verhaal beter snappen. Het verhaal heeft wel een goed slot wat past bij het verhaal.
Taalgebruik Het verhaal is makkelijk om te lezen. Er staan geen hele moeilijke woorden in. Het verhaal bevat niet veel beschrijvingen. Dit heeft geen gevolgen voor het tempo of de leesbaarheid. Er zitten ook weinig dialogen in het verhaal, daardoor is het verhaal makkelijk te volgen.
6. Verwerkingsopdracht. Zoek twee recensies over het verhaal op internet of in de bibliotheek. Beschrijf de verschillende meningen van de recensenten en hun argumenten. Geef daarna aan met welke recensent je het eens bent en leg uit waarom. Het boek was moeilijk in het begin ik begreep eerst niet dat het om een flashback ging maar later in het boek begreep ik dat. Daarna was het boek heel spannend. Het is leuk om te lezen want je wilt elke keer weten hoe het veder gaat. want als ze met de flashback bezig zijn wil je weer weten hoe het met de gijzeling afloopt en als ze met de gijzeling bezig zijn wil je weten hoe het veder gaat met de flashback. Het lezen over hoe het gaat in de gevangenis met hun is ook leuk. Omar heeft daar heel veel ruzies en dat is best wel spannend. Het is best realistisch want er zijn veel mensen die in de gevangenis zitten. Heftig, rauw relaas van een fatale vriendschap. De hoofdpersonen zijn twee door het leven beschadigde jongens, Omar en Joost. Ze leren elkaar kennen in de jeugdgevangenis. Door een meisje raken ze van elkaar verwijderd, vriendschap slaat om in haat. In het eerste hoofdstuk gijzelt Omar medewerkers van een bank die de oorlog in Afghanistan financiert. Voor het eerst in jaren staat hij weer oog in oog met Joost, die koffiejongen is in de bank. Afwisselend spelen de hoofdstukken in het heden (de gijzeling) en in het verleden (de jeugdgevangenis). Tijdens de gijzeling vertellen Omar en Joost elkaar hoe het hen is vergaan sinds de breuk in hun vriendschap. De auteur, die met dit boek debuteert, was jarenlang werkzaam in een justitiële jeugdinrichting. Hij tekent met name een genuanceerd beeld van de Marokkaanse heethoofd Omar, een jongen met een sterk ontwikkeld eergevoel, die vaak ondoordachte keuzes maakt. Het verhaal is geschreven in een levendige, directe stijl met veel straattaal, die achter in het boek wordt verklaard. Ruim opgemaakte bladspiegel, korte hoofdstukken. Ik ben het het meest met de bovenste recensie eens. In het begin was het lastig om het te snappen, maar als je eenmaal bezig bent wil je niet stoppen. Ook wil je graag weten hoe het afloopt met de ruzies van Omar. Ik vind ook dat het een realistisch verhaal is.