Management en operationeel plan ‘MEET- EN WEETCEL / EXPERTISECENTRUM’
Jan VERBELEN Deskundige-coördinator
I. Algemene bepalingen 1. Identificatie mandaathouder De heer Jan VERBELEN werd vanaf 1 oktober 2008 aangesteld als deskundige-coördinator voor de Meet- en weetcel/expertisecentrum bij collegebesluit nr. 08/354 van 10 september 2008 en trad in dienst op 1 november 2008. 2. Juridisch kader Het juridisch kader van het managementplan is vastgelegd in collegebesluit nr. 06/42 van 2 februari 2006 houdende wijziging van collegebesluit nr. 94/268 van 20 oktober 1994 houdende organisatie van de administratie van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de regeling van de rechtspositie van het personeel. Art. II 45 van het personeelsstatuut bepaalt dat binnen de 6 maanden na zijn aanstelling de mandaathouder zijn management- en operationeel plan aan het College voorlegt ter goedkeuring. Het managementplan bevat minstens een omschrijving van de algemene opdrachten van de mandaathouder en zijn verplichtingen terzake, de strategische en operationele doelstellingen die hij moet bereiken, beschreven aan de hand van meetbare criteria en de toegekende budgettaire middelen. Het operationeel plan omvat de uitwerking in het raam van een jaarlijks operationeel plan met horizon van drie jaar, van de concrete prestaties voortvloeiend uit de uitvoering van de opdrachten en de strategische en operationele doelstellingen rekening houdende met de budgettaire middelen en de begroting op jaarbasis. 3. Opdracht mandaathouder deskundige-coördinator Meet-en weetcel/expertisecentrum De opdracht van de deskundige- coördinator is bepaald in het competentieprofiel: o
o o o
Een expertisecentrum uitbouwen waar de VGC en haar partners terecht kunnen voor beleidsrelevante informatie over Brussel en in het kader daarvan volgende projecten coördineren: o definiëren van de doelstellingen voor de nieuw op te richten ‘meet- en weetcel’ en expertisecentrum o uitwerken van een ontwikkelingsplan o inventariseren van thema’s voor onderzoek en studie o uitwerken van criteria voor eigen werking en samenwerking met partners Coördineren van onderzoek en monitoring ter voorbereiding van beleidsvoorbereiding en evaluatie Uitbouwen en coördineren van een documentatiedienst Uitbouwen van structurele samenwerkingsverbanden met relevante onderzoeksinstituten en onderhouden van relaties met externe partners en met de administraties van andere bevoegdheidsniveaus om beleidsrelevante feiten en cijfers te verzamelen
4. Periode Dit managementplan geldt voor de duur van het mandaat en wordt minstens eenmaal per jaar en in ieder geval na de goedkeuring van de begroting, aangepast.
1
II. Algemeen beleidskader Het algemeen beleidskader wordt gevormd door het Zomerakkoord van 2004 en aansluitend de management en operationele plannen van de mandaathouders van de administratie van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. De kernelementen uit het zomerakkoord werden reeds uitgebreid toegelicht in het Management en Operationeel plan van de Leidend Ambtenaar, en gebald in vijf kernthema’s (transversaliteit, beleid gebaseerd op onderzoek, evaluatie en meerjarenplanning, zichtbaarheid, toegankelijkheid en gelijke kansen, efficiënte en effectieve organisatiestructuur en een aantrekkelijk personeelsbeleid). In dat zomerakkoord wordt gestipuleerd dat ‘binnen de administratie van de VGC zal een ‘Meet- en Weetcel’ worden opgericht die de diverse beleidsdomeinen moet voorzien van relevante statistische gegevens’. Hiermee wordt ook aangegeven dat de beleidsdomeinen in de eerste plaats de focus van de meet-en weetcel zijn. Uiteraard is dit geen limitatief gegeven en zijn de ondersteunende directies evenzeer partners in het uitbouwen van een meet-en weetcel.
III Management en operationeel plan 1 Analyse van de huidige positie De meet-en weetcel is een nieuw opgericht organisatieonderdeel binnen de VGC en wordt organisationeel gepositioneerd bij diensten van de leidend ambtenaar, onder rechtstreekse aansturing van de leidend ambtenaar. Het collegebesluit nr. 09/56 van 22 januari 2009 bepaalt dat volgende diensten deel uitmaken van de diensten van de Leidend Ambtenaar: - de kanselarij - de auditdienst - de juridische dienst - de preventiedienst, met inbegrip van welzijn op het werk - de meet- en weetcel/expertisecentrum - het stedelijk beleid, met inbegrip van het stedenfonds - ICT en communicatie, omvattende het informatie- en communicatietechnologiebeleid en het communicatiebeleid en de media Het gaat met andere woorden voor de meet-en weetcel/expertisecentrum over de uitbouw van nieuwe activiteiten en de installatie van een structuur van (samen)werking. Dat maakt uiteraard dat een analyse van de huidige positie niet in een swot structuur kan worden beschreven. Er is namelijk nog geen huidige positie die kan worden geanalyseerd. Het voorbereidende werk op de positionering is nog lopende. Wel kan al aangeduid worden waar in de voorbereidende fase bepaalde uitdagingen en/of verbetermogelijkheden worden waargenomen en de behoefte aan ondersteuning door de meet-en weetcel zich duidelijk aftekent. o o o o
Er zit onvoldoende lijn of eenduidige methodiek in de verschillende vormen of manieren van dataverzameling. Daardoor zijn cijfers soms moeilijk te interpreteren momenteel. Er is geen structuur van samenwerken waarbinnen datagerelateerde issues worden aangepakt. Er is een tekort aan onmiddellijk inzetbare kennis en expertise binnen de algemene directies voor wat betreft beleidsevaluatie, onderzoek, dataverzameling en analyse Het ontbreekt momenteel aan aandacht voor datakwaliteitsbeheer
2
o o o o
Vaak worden dezelfde noden aan informatie, data en onderzoek ervaren binnen verschillende diensten en /of directies zonder dit geweten is van elkaar Er is een duidelijke nood aan gegevens die worden gemeten en ontsloten op het juiste niveau: wijk, gemeente, gewest. Processen van dataverzameling en rapporteringnoden zijn niet optimaal afgestemd op elkaar qua niveau. De processen van dataverzameling zijn niet transparant en gedocumenteerd en daardoor zijn ze niet beheersbaar genoeg. De ict tools voor beleidsrapportering en data-analyse zijn momenteel ontoereikend en/of te divers binnen de organisatie om een gestrucureerde methodiek van op gegevens gebaseerde beleidsondersteuning op te enten.
Bovenstaande vaststellingen maken alleszins duidelijk dat een meet-en weetcel uitbouwen de inspanning en bereidheid vragen van een ganse organisatie. Het management en operationeel plan dat voorligt, gaat uit van de huidige personeelsbezetting van de meet-en weetcel. Dat houdt altijd een beperking in. Hiermee werd rekening gehouden in de uitwerking van het management en operationeel plan. De verwachtingen binnen de organisatie liggen erg hoog naar de meet-en weetcel toe. Met de nodige realiteitszin werd gekozen voor een bepaalde structuur van werking en een aanduiding van de prioritaire takenpakketten in functie van de noden en behoeften van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de personeelsbezetting van de meet-en weetcel zoals uitgewerkt in het personeelsplan. Indien deze randvoorwaarden wijzigen, wijzigen ook de werking en activiteiten van de meet-en weetcel zoals uitgewerkt in voorliggend managementplan.
2. Visie en doelstelling voor de toekomst De meet en weetcel/expertisecentrum zal instaan voor de uitbouw van activiteiten die het ‘evidence based’ karakter van beleidsvoering sturen en ondersteunen. De Vlaamse Gemeenschapscommissie kiest uitdrukkelijk voor een rationele en wetenschappelijk onderbouwde manier van beleidsvoering en besluitvorming. De kennis en documentatie die met de aard van deze activiteiten gepaard gaat, zal aanleiding moeten geven tot een uitgebouwd expertisecentrum. In het management en operationeel plan van de leidend ambtenaar wordt dit expliciet gekaderd binnen de strategische doelstelling: ‘beleidsvoorbereiding en beleidsevaluatie gebaseerd op feiten en cijfers’. Omdat de meet-en weetcel bij uitstek organisatiebreed is opgevat (een horizontale werking), is de wetenschappelijke onderbouw van beleidsvoering ook een zaak van samenwerking. Zowel samenwerking intern binnen de Vlaamse Gemeenschapscommissie met de verschillende algemene directies en het politieke beleid als met externe partners -zoals relevante onderzoeksinstituten en studiediensten- zijn sterk sturend en bepalend voor de resultaten van de meet-en weetcel. In die optiek wordt ook benadrukt dat de uitbouw van een meet-en weetcel ter schraging van de doelstelling van een evidence based policy, evenzeer belangrijke organisationele aspecten omvat. De meet-en weetcel wordt dan ook opgevat als een ondersteunende cel, met een organisatiebrede werking. De organisatie van de samenwerking met de verschillende beleidsdirecties wordt opgevat als een partnership. De meet-en weetcel profileert zich als een horizontale en ondersteunende dienst en wil een duidelijke meerwaarde genereren voor de VGC via deze samenwerking. Toch wil de meet-en weetcel ook duidelijk erkenning als experten terzake. Het ondersteunende en faciliterende karakter wil evenwel niet zeggen dat de meet-en weetcel een loutere uitvoeringscel is. De meet-en weetcel kan en mag zich niet louter uitvoerend opstellen. De meerwaarde van de meet-en weetcel is net de combinatie van methoden/technieken, procesbegeleiding en inhoudelijke breedte van alle beleidsdomeinen. De meet-en weetcel werkt dus niet alleen op vraag maar ook op eigen initiatief. De synergie zit precies in de (bij)sturing van projecten/processen door beleidsprioriteiten en inhoudelijke beleidskeuzes hand in hand te laten gaan met de meetbaarheid van indicatoren. De meeten weetcel zal initiatief nemen indien dat nodig is om die leemtes die worden ervaren/waargenomen op vlak van gegevens en onderzoek op te vullen.
3
Deze opdrachtomschrijving wordt aangevuld door een trekkersrol binnen de VGC voor wat betreft de samenwerking met relevante externe partners. Het uitbouwen van relaties en het opzetten van constructies van samenwerking is, gezien de schaalgrootte van de VGC enerzijds en anderzijds de huidige personeelsbezetting van de meet-en weetcel (1VTE A2, 1VTE A1), een noodzaak maar ook een wenselijke verankering in het brede beleidsrelevante onderzoeksveld. De meet en weetcel zal worden georganiseerd in functie van de voorbereiding, opvolging en evaluatie van beleid zoals uitgestippeld door de algemene (beleids)directies en door prioriteiten vanuit het politieke beleid. Om de werkzaamheden te structureren worden de activiteiten van de meet-en weetcel gestoeld op de noden, behoeften en verwachtingen vanuit de algemene directies. Deze manier van organiseren is gebaseerd op de aard van de te ontplooien werkzaamheden, niet op de concrete beleidsdomeinen en daarbij horende uitgezette prioriteiten. Dit laatste is namelijk de kerntaak en verantwoordelijkheid van de algemene directies en het politieke beleid. Uiteraard komen de inhoudelijke beleidslijnen en de activiteiten van de meet- en weetcel samen door de meet-en weetactiviteiten zodanig te ontplooien dat ze vanuit hun meet-en weet karakter inspelen op de beleidsdomeinen. Overheen de verschillende beleidsdomeinen en de daarin geëxpliciteerde beleidslijnen, is een clustering van activiteiten duidelijk aangewezen voor de organisatie van de meeten weetcel. De clusters van activiteiten werden gedestilleerd uit de informatie die de stafleden en algemeen directeuren deelden in de aanvangsfase van de opstart der werkzaamheden van de meet-en weetcel/expertisecentrum. In deze voorbereidende gesprekken en inventarisering van verwachtingen, werd ook de prioritaire aandacht gericht naar de op te volgen indicatoren in het kader van de beleidsovereenkomst stedenfonds II. De band met de onderbouw voor het stedelijk beleid van de VGC vormde de eerste invalshoek. Het is van ‘onder uit’ dat de meet-en weetcel wordt georganiseerd. Bij de uitbouw van de voorgestelde activiteiten van de meet-en weetcel zal dan ook in eerste instantie het stedelijk beleid als ‘piloot’ dienen en worden voorzien van de nodige relevante ondersteuning. Deze bottom-up benadering geeft het voordeel van een evenwicht te vinden tussen pragmatische overwegingen en conceptuele benaderingen. De aandacht voor het stedelijk beleid in deze opstartfase betekent uiteraard niet dat de overige beleidsdomeinen geen focus van de meet-en weetcel zijn. Uit de inventariserings-en snuffelronde zijn dan ook heel wat concrete aandachtspunten en te ondernemen acties naar voor gekomen. Op basis van een overzicht van noden en behoeften ten aanzien van de meet-en weetcel zoals weergegeven vanuit de verschillende algemene directies, kunnen drie activiteitenclusters concreet ingevuld worden. Drie grote clusters kunnen worden onderscheiden, die elk een eigen aard van activiteiten en bijhorende takenpakketten tonen. Die clusters zijn: ‘dataverzameling’, ‘wetenschappelijk onderzoek’ en ‘meten en operationaliseren’. Dataverzameling behelst alle activiteiten te maken met registratie en processen van gegevensverzameling. De cluster wetenschappelijk onderzoek behelst de activiteiten die voortspruiten uit het initiëren, opvolgen en ontsluiten van wetenschappelijk onderzoek. Tot slot is de cluster ‘meten en operationaliseren’ de bundeling van activiteiten in verband met de ontwikkeling van meetbare indicatoren en de operationalisering van concepten of begrippen in beleidsplannen. Deze clustering op basis van de aard van activiteiten wordt door twee assen ondersteund en/of doorkruist in de werking. Deze twee assen hebben betrekking op de meer continue en/of projectondersteunende aard van werken ten aanzien van de activiteitenclusters. Zij doorkruisen m.a.w. op constante basis de activiteitenclusters. In concreto betreft het enerzijds de uitbouw van een expertisecentrum gekoppeld aan de vergaarde en gecumuleerde kennis door de output van de meet-en weetcel. En het archiefbeheer. Anderzijds gaat het om de samenwerking met ICT en communicatie. Beide assen zijn ook sterk verweven met elkaar.
In elk geval is het de bedoeling dat de twee ‘ondersteunende assen’ op een continue basis worden uitgebouwd. Er moet een vruchtbare synergie ontstaan uit de samenwerking met ICT en Communicatie. Naast het ondersteunende karakter kan gerust gesteld worden, dat deze samenwerking een kritische succesfactor is voor een vlotte uitbouw van diverse activiteiten van de meet-en weetcel. Precies daarom doorkruist deze as ook de activiteitenclusters.
4
3. Strategische en operationele doelstellingen
De strategische doelstelling van de meet-en weetcel is het ondersteunen van de beleidsvoorbereiding, de beleidsuitvoering, de beleidsopvolging en beleidsevaluatie van de Vlaamse Gemeenschapscommissie aan de hand van relevante feiten en cijfers. Het uiteindelijke doel is te komen tot een organisatie waar de beleidsvoering en besluitvorming volgens het principe van ‘evidence based policy’ worden geoptimaliseerd. Aansluitend bij de missie van de Vlaamse Gemeenschapscommissie zoals omschreven in het management en operationeel plan van de leidend ambtenaar, zal de meet-en weetcel activiteiten ontwikkelen en voortzetten in functie van bovenstaande strategische doelstelling. Binnen deze strategische doelstelling passen alle operationele doelstellingen die hieronder worden geformuleerd. Omdat het strategische kerndoel van de meet-en weetcel zodanig organisatiebreed is, kunnen ook een aantal relaties worden blootgelegd met de relevante strategische doelstellingen in het management en operationeel plan van de leidend ambtenaar. De formuleringen van deze strategische doelstellingen worden voor de leesbaarheid dan ook overgenomen uit het management en operationeel plan van de Leidend ambtenaar. Het strategische kerndoel wordt gericht omgezet in bijhorende operationele doelstellingen en een aanduiding van ermee gepaard gaande belangrijke acties.
Strategische kerndoelstelling meet en weetcel: beleid gebaseerd op onderzoek, evaluatie en meerjarenplanning Operationele doelstelling 1 Uitwerken van geschikte instrumenten of herwerken van minder geschikte bestaande instrumenten ter opvolging van het beleid Belangrijke acties: o Uitwerken van een standaardwijze van rapportering in functie van betrouwbaarheid van de cijferrapporten ism de verschillende directies o Tabellen en grafieken vorm geven o Cijferreeksen eenduidig voorstellen o Duiding van de cijfers standaardiseren o Afspraken maken over de sets van indicatoren en de timing verbonden aan de ontsluiting van de cijfers o Wat moet worden gemeten en waarom? o Welke tijdslijn wordt aan de cijfers verbonden ifv up-to-date cijferreeksen o Wat is de bron die gehanteerd wordt?
5
Operationele doelstelling 2 Registratiesystemen ontwikkelen en/of bestaande systemen herwerken in functie van harmonisering overheen verschillende beleidsdomeinen Belangrijke acties: o Inventarisering van de bestaande registratie instrumenten aan de hand van procesanalyses van de processen van dataverzameling (dwz een punctuele procesbeschrijving van bij de bron tot aan de ontsluiting van een cijfer afkomstig van registratie-instrumenten binnen de VGC) o Harmonisering van de bestaande registratiewijzen in functie van vergelijkbare sets van gegevens (doorheen tijd en overheen beleidsdomeinen) voor rapportering o Mee sturen van de ontwikkeling van het registratie-instrument gemeenschapscentra o Mee sturen van de ontwikkeling van de databankopbouw geënt op de planon software binnen de AD Facility en Ondersteuning Operationele doelstelling 3 Aansturen van wetenschappelijk onderzoek ter ondersteuning van het VGC-beleid, in het bijzonder in functie van beleidsvoorbereiding en beleidsevaluatie Belangrijke acties: o Inventariseren van heersende thema’s en noden voor wetenschappelijk onderzoek o Opmaak van een wetenschappelijk onderzoeksprogramma, op korte termijn in het kader van het stedenfonds, op langere termijn een meer algemene planning die het stedenfondskader overstijgt o Uitwerking van een formaat (handleiding opstellen) om een openbare aanbesteding voor wetenschappelijk beleidsondersteunend onderzoek vorm en eenduidigheid te geven Operationele doelstelling 4 Ondersteunen en mee aansturen van de ‘meet- en analyse-activiteiten’ binnen de VGC Belangrijke acties: o Ondersteunen van de opmaak van beleidsplannen: meetbare indicatoren vastleggen bij de operationalisering van beleidsdoelstellingen, timing metingen bepalen. o Actieplan armoede o De beleidsplannen van de verschillende beleidsdirecties o.m. Sportbeleidsplan Lokaal sociaal beleid Beleidsplan onderwijs o Aanleveren van relevante cijfers in functie van vragen/noden/behoeften o Uitvoeren en ondersteunen van analyses en advisering over meetinstrumenten o De omgevingsanalyses binnen de gemeenschapscentra o De tevredenheidspeiling personeel o Risicoanalyse psychosociale aspecten Operationele doelstelling 5: De uitbouw van een organisatiebreed meet-en weetplatform Belangrijke acties: o Oprichting van een task force meet-en weet VGC. Het gaat om de opstart van een tijdelijke structuur van taakgerichte samenwerking met de verschillende algemene directies waarvan de meet-en weetcel trekker is. o Ontwikkelen van een permanente structuur van (projectmatig) samenwerken in een meet-en weetplatform VGC o Voorzien in opleiding en vorming voor het gebruik van statistische software o Voorzien in opleiding en vorming techniek van beleidsevaluatie o Het uitwerken van dataprotocollen waarin alle stappen en verantwoordelijkheden worden geëxpliciteerd
6
Operationele doelstelling 6 Concipiëren en implementeren van de juiste ICT tools en databankbeheer in functie van rapportering en databeheer Belangrijke acties: o Aanschaf statistische software voor analyse van databestanden o Uitwerken van een rationeel databankbeheer in functie van beleidsrapportering aan de hand van datawarehouse gebaseerde technieken en de implementatie van business intelligence tools o Automatisering van de dataverzameling/registraties aan de hand van een webapplicatie die organisatiebreed kan worden ingezet en gemoduleerd o De uitwerking van een projectplan meet-en weet in samenwerking met de informaticadienst o Het optimaliseren van de datakwaliteit en rapporteringsmogelijkheden van de subsidiedatabank en de organisatiedatabank met aandacht voor de koppeling tussen beide databanken Operationele doelstelling 7 Het uitbouwen van een kennis en documentatiecentrum Belangrijke acties: o Centralisering van wetenschappelijke kennis/cijfermateriaal, resultaten onderzoek bevattelijke ontsluiting ervan op internet en intranet o Opmaak van een webstek voor het expertisecentrum o Opmaak van een referentieplaats op intranet o Tot (structurele) samenwerking komen met externe relevante externe partners en met de administraties van andere bevoegdheidsniveaus om beleidsrelevante feiten en cijfers te verzamelen o.m. o BRIO o Brussels Hoofdstedelijk gewest (ATO, directie externe betrekkingen, BISA, …) o Brussels observatorium voor welzijn en gezondheid o Studiedienst Vlaamse regering o Kenniscentrum Vlaamse steden o Instituut voor de overheid o … o Het integreren en onstluiten van relevante informatie van het archief en het documentatiebeheer. o Continue update en selectie van de informatie o Duiding van de informatie
en
7
Inbedding binnen de strategische doelstellingen van het management en operationeel plan van de Leidend ambtenaar Zoals eerder aangehaald werd gekozen om gericht het strategische kerndoel uit te werken. Gezien de organisatiebrede impact van de uitwerking van dat strategische kerndoel, wordt hier kort de relatie met de overige strategische doelstellingen en bijhorende operationele doelstellingen van het management en operationeel plan van de Leidend ambtenaar aangeraakt.
1. Maximaal invoeren van de principes van transversaliteit. Omdat de meet-en weetcel sowieso gericht is op het ontplooien van activiteiten die organisatiebreed worden uitgevoerd, is het noodzakelijk om een projectmatige structuur van samenwerking te organiseren. Door de aard van de activiteiten is de meet-en weetcel per definitie aangewezen op transversaal overleg. De uitwerking hierboven onder operationele doelstelling 5 (de uitbouw van een organisatiebreed meet-en weetplatform) illustreert dit.
2. Verhogen van doelmatigheid en resultaatgerichtheid. De meet-en weetcel richt zich onder meer op de optimalisering van de processen van dataverzameling en de structuur van samenwerken errond. Het spreekt voor zich dat de uittekening van deze processen en hun optimalisering de doelstelling van doelmatige en resultaatgerichte rapportering zullen schragen.
3. Ontwikkelen van moderne beheer – en controle-instrumenten Omdat de meet-en weetcel de processen van dataverzameling en rapportering transparant en beheersbaar wil maken met de nodige ict tools, onderschrijft ze mee deze strategische doelstelling De relevante operationele doelstellingen van dit mangementplan zijn in dit verband: Operationele doelstelling 2 (registratiesystemen ontwikkelen en/of bestaande systemen herwerken in functie van harmonisering overheen verschillende beleidsdomeinen), operationele doelstelling 5 (de uitbouw van een organisatiebreed meet-en weetplatform) en de operationele doelstelling 6 (het concipiëren en implementeren van de juiste ICT tools en databankbeheer in functie van rapportering en databeheer)
4. Invoeren van kennismanagement Aangezien de uitbouw van het expertisecentrum en de brede ontlsuiting van kerngegevens een gecentraliseerde vorm van kennis- en informatiebeheer is, sluit de meet-en weetcel/expertisecentrum in se aan bij dit strategische doel. Tevens is het voorzien in vorming en opleiding in beleidsevaluatie en data-analyse een manier om expertise en kennis binnen de organisatie te verhogen én te verspreiden in de directies. Bovendien wordt die kennis en expertise collectief samengebracht in een op te richten platform om kennisdeling te optimaliseren. De acties binnen de volgende operationele doelstellingen verbijzonderen dit: operationele doelstelling 5 (de uitbouw van een organisatiebreed meet-en weetplatform), operationele doelstelling 7 (het uitbouwen van een kennis en documentatiecentrum)
8
Lexicon van centrale begrippen •
Dataverzameling, proces van dataverzameling
Het vergaren van informatie op een gestructureerde wijze met een bepaald doel en een daartoe gehanteerd instrument. Het proces van dataverzameling is het verloop in de tijd via de verschillende stappen die de informatie die wordt verzameld doorloopt. Het gaat om een procesbeschrijving van bij de bron van de informatie tot aan de opslag/bewaring ervan.
•
Data warehouse
Een data warehouse is een soort database waarin data/gegevens uit verscheidene operationele systemen worden gedupliceerd om in dit gecombineerde ‘gegevenspakhuis’ bijvoorbeeld patronen te ontdekken of op andere manieren analyses uit te voeren. De structuur van de gegevensopslag is geoptimaliseerd voor het snel terugvinden of verwerken van de opgeslagen gegevens. Het betreft dus een manier van databeheer en rapportering die verschillende gegevens combineert vanuit verschillende contexten of situaties. Een data warehouse is complementair aan alle andere systemen die vaak in de eerste plaats dienen om operationele bedrijfsprocessen te ondersteunen, zoals financiële software, software om infrastructuurwerkzaamheden en logistieke werkprocessen te ondersteunen, … Het data warehouse geeft de mogelijkheid om op een hoger overschouwend niveau te rapporteren en analyseren. •
Registratiewijze
Elke manier waarop gericht informatie wordt verzameld van een doelpubliek, organisatie, cliënteel. Dit kan eenmalig zijn of volgens vaste herhaalde tijdstippen en meer of minder gestructureerd verlopen. •
Task Force
Een ‘task force’ is een tijdelijke eenheid of een tijdelijke formatie die wordt opgericht om een duidelijke activiteit of werkzaamheid (of cluster van duidelijk samenhangende activiteiten) uit te voeren of een probleem taakgericht op te lossen. Het betreft met andere woorden een tijdelijke manier van organiseren rond een duidelijk afgebakend doel. Vaak heeft dit het karakter van een ‘ad hoc comité’. •
Dataprotocol
Een samenhangend geheel van regulerende afspraken over de manier waarop gegevens worden behandeld, en wie op welk moment in het proces verantwoordelijk is voor de kwaliteit, van bron tot ontsluiting van de gegevens.
9