EVALUATIERAPPORT Natuurbrandoefeningen 10 en 17 april 2010
Datum:juli 2010 Samensteller rapport: Stefan Diehl Opdrachtgever: i-Bridge
KORTE OMSCHRIJVING OEFENING Oefening
:
Regionale natuurbrandoefening
Omschrijving
:
Grootschalige praktijkoefening met betrekking tot de natuurbrandbestrijding. Op 10 en 17 april is 4x een regionale oefening gehouden in samenwerking met defensie, natuurbeheerders en agrariërs. Hierbij is per oefening één brandweercompagnie ingezet met ondersteuning en de bijbehorende staf voor leiding en coördinatie.
Observatoren / evaluatieteam
:
Deelnemers
:
Tijdens de oefeningen zijn alle leidinggevende aan de hand van observatieformulieren waargenomen en geëvalueerd. Alle deelnemers zijn na afloop geïnformeerd waar ze hun persoonlijke op/aanmerkingen konden kenbaar maken. Deze formulieren en persoonlijke reacties van deelnemers, oefenstaf en waarnemers hebben allen bijgedragen bij de totstandkoming van dit rapport. Brandweereenheden uit Gelderland Midden Defensie Natuurmonumenten Agrariërs
Status
:
concept
Versie
:
1
Datum
:
juli 2010
INHOUDSOPGAVE
PAGINANUMMER
1
INLEIDING…………………………………………………………………………………………………...3 2 BESCHRIJVING OEFENING ............................................................................................................ 4 3 DOELSTELLINGEN VAN DE OEFENING ........................................................................................ 5 4 DE EVALUATIEMETHODE .................................................................................................................. 6 5 RESULTATEN, CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN ....................................................................... 7
Evaluatie regionale Natuurbrandoefeningen 2010
-concept versie-
3
1 INLEIDING Aanleiding Natuurbrandoefeningen Het verzorgingsgebied van HGM bevat een aanzienlijk deel natuur bestaande uit bos en heide. Om bij natuurbranden adequaat op te kunnen treden is er binnen HGM een regionale procedure aangaande het grootschalige optreden bij dergelijke incidenten. Conform de regionale afspraak worden er jaarlijks vier grootschalige natuurbrandoefeningen gehouden binnen HGM. Tijdens de oefeningen wordt zoveel mogelijk een realistische situatie nagebootst. Er wordt ook gebruik gemaakt van een interactieve enscenering waarbij wordt ingespeeld/gereageerd op de gedane brandweerinzet/natuurlijke omstandigheden. Buiten de brandweer zijn ook zoveel mogelijk relevante ketenpartners mee geoefend gezien hun cruciale rol bij de natuurbrandbestrijding. Vanuit het project i-Bridge is een systematiek toegevoegd om de verbindingen voor datatransmissie te optimaliseren: een zogenaamd Ad Hoc Mobiel Netwerk. De gebruikte geocollaboratie middelen zijn tijdens deze oefeningen aangesloten op een Ad Hoc Router en hadden daarmee connectiviteit via UMTS, Ad Hoc Wifi en Satellietsystemen. De input voor deze evaluatie is geleverd door de waarnemers, deelnemers en oefenstaf die bij deze oefeningen betrokken waren.
2 BESCHRIJVING OEFENING Het beoefende scenario betrof een natuurbrand op het militair oefenterrein de “Edese heide” tijdens een langdurige droge en warme periode. Het terrein betreft een geaccidenteerd heideterrein met paden en her en der een vliegden. Naast de heide ligt een bos met naaldhout en loofhout Dit jaar heeft defensie als terreindeskundigen deelgenomen aan de oefeningen doordat de oefening op militair terrein plaats vond. Tevens is hebben er een vijftal bevelvoerders van het Infanterie Schiet Kamp meegekeken bij bevelvoerders van HGM m.b.t. het gebruik van het i-Bridge systeem. Vanuit Natuurmonumenten heeft er iedere oefening een terreinopzichter mee geoefend om inzicht te krijgen in de verantwoordelijkheden, overlegstructuur en communicatielijnen die bij een natuurbrand van toepassing zijn. Ten behoeven van de waterwinning hebben er per oefening twee agrariërs deelgenomen en de tankwagen van brandweer Ede is als vooruitgeschoven vulpunt ingezet. Extra aandacht ging dit jaar uit naar het beoefenen van een “realistisch” tijdpad. Doel hiervan is dat het eerste peloton gefaseerd ter plaatse komt waardoor de eerste bevelvoerder en later de flankcommandant zelfstandig moet verkennen/inzetten en in de beginfase beperkte voertuigen/slagkracht tot zijn beschikking heeft. De natuurbrandoefeningen behelzen grootschalige oefeningen gericht op natuurbrandbestrijding. Aan de regionale oefeningen is deelgenomen door twee pelotons ondersteund door de watercontainers, de staffunctionarissen en de VC/COH. Het CoPI is gedeeltelijk geoefend. Aangezien er geen oefendoelen voor de politie, GHOR en voorlichter van dienst waren, hebben deze disciplines niet deelgenomen aan het CoPI. Van de externe ketenpartners hebben deelnemers van defensie en Natuurmonumenten gezamenlijk opgetreden als terreindeskundigen tijdens de CoPI overleggen. Met het oog op het realiteitsgehalte van de oefening is er voor gekozen om een interactieve enscenering te gebruiken. Deze werd bepaald aan de hand van de brandweerinzet in relatie met de geënsceneerde weersomstandigheden en de aard van de begroeiing van het terrein. Als brandhaard werd rood/wit afzetlint gebruikt wat afgerold of ingerold werd naargelang de brandweerinzet. De waterwinningslocaties waren op voorhand vastgesteld aangezien hier vooraf afspraken over gemaakt moeten worden met de terreineigenaren waar de waterwinning zich bevind. Tevens is met het oog op de veiligheid van de deelnemers bepaald dat er geen waterwinning buiten het oefenterrein gebruikt mocht worden. Het oefenterrein wordt omsloten door wegen waar hard gereden wordt. Tijdens de oefening is er voor gekozen om de eenheden pelotonsgewijs ter plaatse te laten komen. In de praktijk zal dit met name in de beginsituatie gefaseerder gaan aangezien de eenheden op vrije instroom ter plaatse zullen komen.
Evaluatie regionale Natuurbrandoefeningen 2010
-concept versie-
4
3 DOELSTELLINGEN VAN DE OEFENING Algemene doelstellingen oefening -
-
Regionale natuurbrandprocedure beoefenen waarbij de nadruk ligt op de grootschalige samenwerking en command and controll (kleinschalig optreden en specifieke competenties vallen onder het oefenprogramma van de lokale korpsen). Bij grootschalig optreden binnen alle lagen testen van de i-Bridge geocollaboratie en Ad Hoc Netwerk technologie systeem bij de natuurbrandbestrijding De tactiek van natuurbrandbestrijding en het logistieke proces van watertransport naar de locatie van de brand
Operationele doelstellingen oefening - De i-Bridge Technologie Suite gebruiken voor eenduidige beeldvorming en voor een deel van de communicatie - Het op een zo’n efficiënt mogelijke manier zoveel mogelijk water naar de plaats van de brand transporteren - Gebruik maken van verschillende waterwinsystemen - Het verkennen van de brand en deze verkenningsbevindingen vertalen naar een actueel plot - Het werken met de aanvangsstructuur, waarbinnen de flankcommandanten de eerste inzet bepalen - De overgang naar de situatie waarin de staf vanuit de CoPI leiding geeft aan de inzet. Doelgroep oefening -
-
Eenheden, flankcommandanten en staffunctionarissen, Commandanten van Dienst en ondersteunende derden die betrokken zijn bij de natuurbrandbestrijding in de regio Gelderland Midden. Liaisons van defensie als terreindeskundige i.v.m. het plaatsvinden van de oefening op militair oefenterrein.
Opdracht oefening Tijdens de oefening wordt een realistische situatie nagebootst waarbij de enscenering zich zo ontwikkeld dat de oefenende eenheden allen nodig zijn voor de bestrijding van de fictieve natuurbrand. De eenheden hebben ieder hun specifieke taak en verantwoordelijkheid binnen de natuurbrandbestrijding conform het multidisciplinair coördinatieplan “natuurbrand en ontruimen en evacueren recreatiegebieden”. Vanuit de hiërarchische lijn worden er specifieke inzet opdrachten gegeven aan de onderliggende functionarissen/eenheden met als doel de geënsceneerde natuurbrand zo effectief en efficiënt mogelijk te bestrijden met de beschikbare middelen. De eerste inzet wordt bepaald door de eerste flankcommandant en de het eerste peloton. Afhankelijk van wanneer de eerste flankcommandant opschaalt, zal het tweede peloton worden gealarmeerd. Indien dit te lang duurt zal de oefenstaf ingrijpen. Na +/- 20 minuten is het CoPI gereed en zullen de staffunctionarissen de verdere coördinatie van de inzet overnemen. Alle deelnemers hadden de i-Bridge Suite en de conventionele communicatieapparatuur ter beschikking. Het was de bedoeling om de communicatie via i-Bridge te laten verlopen. Natuurlijk worden gesprekken gevoerd met de conventionele communicatiemiddelen Zoals C2000 en GSM. (net als in de praktijk).
Evaluatie regionale Natuurbrandoefeningen 2010
-concept versie-
5
4 DE EVALUATIEMETHODE Gekozen evaluatiemethode Tijdens de oefening zijn alle sleutelfunctionarissen op hun verantwoordelijkheden waargenomen door een waarnemer. Dit gebeurde aan de hand van waarnemingsformulieren met daarop per functie een aantal specifieke punten. Na afloop hebben de waarnemers één op één geëvalueerd met de persoon die ze waar hadden genomen. Tijdens en na de oefening heeft de oefenleider de meest relevante punten verzameld. Deze komen van de waarnemers, oefenstaf en deelnemers. Uit deze punten is een aantal kernpunten gedestilleerd welke typerend waren voor deze oefening. Na afloop van de oefening zijn deze punten meegegeven tijdens de algehele evaluatie/afsluiting van de oefening. Na afloop van de oefening hebben alle deelnemers een evaluatieformulier gekregen met het verzoek dit in te vullen. Op basis van de relevante aandachtspunten/opmerkingen vanuit deze formulieren zijn de overige oefeningen bijgesteld of deze worden verwerkt in overige oefeningen en/of planvorming. Na alle de natuurbrandoefeningen zijn de evaluaties en opmerkingen/tips verzameld en doorgenomen.
Evaluatie regionale Natuurbrandoefeningen 2010
-concept versie-
6
5
RESULTATEN, CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN
Resultaten Het resultaat van de inzet van de i-Bridge Suite (geocollaboratie in combinatie met een Ad Hoc Netwerk) is verbluffend te noemen. Zeker wanneer men de uitkomsten vergelijkt met die van de natuurbrandoefeningen van 2009. Uit het evaluatierapport natuurbrandoefeningen 2009: “Gebleken is dat het functioneren van geocollaboratie systemen ten dele afhankelijk zijn van de beschikbare capaciteit van het mobile telefoonnetwerk systemen weren via GPRS). Wanneer er meer data verzonden wordt dan het beschikbare mobile telefoonnetwerk kan verwerken gaat dit ten koste van de snelheid van het systeem. Ook komt het regelmatig voor dat er helemaal geen bereik met een mobiel telefoonnetwerk is (plausibel gezien de huidige dekking in de natuurgebieden) of dat het netwerk (tijdelijk) overbelast is of uitvalt.” Door gebruik te maken van meerdere netwerken: Satellietcommunicatie, GPRS/UMTS/HSUPA en Ad Hoc Wifi wordt de gebruiker bijna altijd connectiviteit geleverd om geocollaboratie mogelijk te maken. De geocollaboratie component van de i-Bridge Suite maakt daarbij gebruik van een Peer-2-Peer technologie (Microsoft Groove) waardoor eenheden via andere nodes data kunnen uitwisselen. Gebruikers in Gelderland Midden maken sinds een jaar of 10 gebruik van ondersteunende middelen bij natuurbrandbestrijding. In al die jaren zijn verbindingen het grootste struikelblok geweest bij oefeningen en operationele inzetten. Tijdens de natuurbrandoefeningen van 2010 is er geen enkele opmerking geweest over het verlies van connectiviteit. Gebruikers konden zich volledig concentreren op hun taak, waarbij geocollaboratiesystemen van ondersteunende dienst waren. En zo hoort het ook. 6
Conclusie en aanbevelingen
Na afloop van de vier grootschalige natuurbrandoefeningen kan geconcludeerd worden dat de i-Bridge Suite de spil is m.b.t. de communicatie tijdens de natuurbrandbestrijding binnen HGM. Het concept van Multilink verbindingen in combinatie met een Ad Hoc Netwerk biedt grote potentie voor gebruik in de OOV-sector. De oefeningen zijn uitgevoerd in een natuurgebied met een gemiddelde bodem en gebiedsstructuur: deels heide, loof- en naaldhout. Aanbevolen wordt om i-Bridge Time Box 4 verdere testen te doen in verschillende typen open ruimte. Tevens is de connectiviteit tussen twee nodes beperkt door de gebruikte frequentie (2.4 GHZ) in diepe naaldbossen zou het gebruik van lagere frequenties mogelijk een oplossing kunnen bieden om grotere afstanden te halen. Ook dit zal onderzocht moeten worden.
Evaluatie regionale Natuurbrandoefeningen 2010
-concept versie-
7