Evaluatie Vversterk trainingen Organisatieaspecten tweede tranche
Evaluatie Vversterk trainingen Organisatieaspecten tweede tranche
Opdrachtgever: Sardes Utrecht, november 2008 © Oberon Postbus 1423 3500 BK Utrecht tel. 030-2306090 fax 030-2306080 e-mailadres:
[email protected]
Inhoudsopgave 1
Inleiding .......................................................................................................................................... 3
2
Onderzoeksopzet ........................................................................................................................... 4 2.1 Onderzoeksvraag en gegevensverzameling............................................................................ 4 2.2 Respons ................................................................................................................................... 4
3
Onderzoeksresultaten ................................................................................................................... 5 3.1 Intakeprocedure ....................................................................................................................... 5 3.2 Samenstelling van de trainingsgroepen................................................................................... 6 3.3 Gehanteerde groepsgrootte in de trainingen ........................................................................... 6 3.4 Vervolgtraject ‘coaching op de werkvloer (module 8) .............................................................. 7
4
Conclusies...................................................................................................................................... 9
Oberon – Evaluatie trainingen Vversterk – organisatieaspecten tweede tranche
1
3
Inleiding
Vversterk is een landelijk project dat de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie (VVE) wil versterken door scholing en ondersteuning te bieden aan beroepskrachten die direct of indirect met VVE te maken hebben: leidsters in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, leerkrachten in groep 1 en 2, managers van instellingen, beleidsmakers in gemeenten, opleiders van leidsters en leerkrachten. Aan onderzoeks- en adviesbureau Oberon is gevraagd om de professionaliseringsactiviteiten die worden uitgevoerd in het kader van het project Vversterk te evalueren. Onderdeel van de professionalisering vormt de (na)scholing aan leidsters van peuterspeelzalen en kinderdagverblijven en aan leerkrachten van groep 1 en 2. Leidsters van peuterspeelzalen en kinderdagverblijven en leerkrachten van groep 1 en 2 kunnen deze scholing volgen. De scholing bestaat uit acht bijeenkomsten, met de volgende onderwerpen (modules): 1. introductie van de scholing en informatie over VVE-programma’s en de Taallijn; 2. taal en cijferen; 3. sociaal-emotionele ontwikkeling; 4. motorische ontwikkeling; 5. gebruik van ICT en multimedia; 6. ouderbetrokkenheid; 7. de overgang van voorschools naar basisschool; 8. coaching op de werkvloer. Bij de uitvoering van de trainingen zijn landelijke en regionale educatieve instellingen betrokken, verantwoordelijk voor de organisatie en uitvoering van de scholing. Oberon is door Sardes gevraagd om een evaluatie uit te voeren over de tweede tranche (september 2007- januari 2008) van Vversterk. Deze evaluatie gaat over de wijze waarop de organisatie van de trainingen heeft plaatsgevonden. Over de eerste tranche is in februari 2008 door Oberon gerapporteerd1. Evaluatie vindt plaats op basis van de verantwoordingsverslagen, deze zijn door Sardes aan Oberon ter beschikking gesteld. In de eerste tranche (maart – juli 2007) heeft Oberon de evaluatie uitgevoerd met behulp van verantwoordingsverslagen van de trainende instellingen en vragenlijsten die door individuele trainers van die instellingen zijn ingevuld. In deze vragenlijsten werd onder andere ingegaan op de intakeprocedure. In de tweede tranche is alleen gebruik gemaakt van verantwoordingsverslagen van de deelnemende instellingen. Omdat de vragen over de intakeprocedure in de verantwoordingsverslagen uit de tweede tranche zijn meegenomen is bij de trainers geen vragenlijst meer afgenomen. Organisatieaspecten rondom de groepssamenstelling in module 72, succesbepalende karakteristieken in module 8 en vragen over het aanvullende Vversterk-materiaal zijn hierdoor, in de tweede tranche, vervallen. Leeswijzer In hoofdstuk 2 staat de onderzoeksopzet, in hoofdstuk 3 de onderzoeksresultaten. We sluiten af met enkele conclusies in hoofdstuk 4.
1 2
Zie het rapport ‘Evaluatie trainingen Vversterk: trainers over de eerste tranche/organisatieaspecten eerste tranche (Oberon, februari 2008). In de verantwoordingsverslagen is wel gevraagd naar clustering bij module 7, echter niet alle instellingen hebben hierop geantwoord of de antwoorden waren vaak van te algemene aard. Hierop zijn dan ook geen analyses verricht.
Oberon – Evaluatie trainingen Vversterk – organisatieaspecten tweede tranche
2
4
Onderzoeksopzet
In dit hoofdstuk staat de onderzoeksopzet beschreven: wat was de onderzoeksvraag, hoe verliep de gegevensverzameling en wat was de respons?
2.1
Onderzoeksvraag en gegevensverzameling
De hoofdvraag in deze evaluatie was: ‘Hoe zijn de trainingen in de tweede tranche (september 2007 – januari 2008) van Vversterk georganiseerd’? De deelvragen waren: • Hoe verliep de intakeprocedure? • Hoe zijn de trainingsgroepen samengesteld? • Hoe zag het vervolgtraject van module 8 (‘coaching op de werkvloer’) eruit? Om deze vragen te kunnen beantwoorden zijn gegevens verzameld en geanalyseerd met behulp van de verantwoordingsverslagen van de deelnemende instellingen in de tweede tranche3. De gegevensverzameling vond als volgt plaats. Oberon heeft van Sardes van iedere deelnemende instelling in de tweede tranche de verantwoordingsverslagen ontvangen. Iedere instelling die trainingen in het kader van Vversterk verzorgt, is verplicht om deze voor iedere tranche in te vullen en naar Sardes op te sturen. Het verantwoordingsverslag dient als verantwoording voor de uitvoering van de Vversterk-trainingen. Onderdelen hiervan zijn onder andere de intake, het verloop en uitvoering van de trainingen, financiële verantwoording en een overzicht van de deelnemers/cursisten.
2.2
Respons
In de eerste tranche (maart – juli 2007) zijn met 15 instellingen contracten afgesloten om trainingen te verzorgen in het kader van Vversterk. In de tweede tranche (september 2007 – januari 2008) zijn dit er 25. In totaal zijn er in de tweede tranche 223 trainingen gegeven. In vergelijking met de eerste tranche zijn er 176 trainingen meer gegeven. In dit tweede scholingstraject zijn in totaal 2.520 cursisten geschoold, waarvan 1.276 peuterspeelzaalleidsters, 623 leidsters van kinderdagverblijven en 621 onderbouwleerkrachten. Ter vergelijking: in de eerste tranche zijn in totaal 236 peuterspeelzaalleidsters, 350 leidsters van kinderdagverblijven en 44 onderbouwleerkrachten getraind.
3
Uit de verantwoordingsverslagen is het verloop van de trainingen (volgorde en in de tijd) en het aantal cursisten per trainer niet te achterhalen. Hierover kan dus niet gerapporteerd worden.
Oberon – Evaluatie trainingen Vversterk – organisatieaspecten tweede tranche
3
5
Onderzoeksresultaten
In dit hoofdstuk staan de resultaten van het onderzoek over de organisatie van de trainingen uit de tweede tranche (september 2007 – januari 2008).
3.1
Intakeprocedure
Voorafgaand aan de trainingen vindt bij de deelnemende peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en basisscholen een intake plaats. Deze intake kan door de coördinator van Vversterk worden gedaan, maar ook door bijvoorbeeld een trainer. Het doel van de intake is om onder andere vast te stellen of de leidsters/leerkrachten opgeleid zijn in een VVE-programma. Zo niet, dan volgen ze de basistraining, zo wel dan volgen ze de verdiepingstraining. Voor deze intake is een schriftelijk formulier beschikbaar, te vinden in de trainershandleiding. In deze paragraaf staat hoe de intakeprocedure is verlopen. Bij hoeveel trainingen heeft een intake plaatsgevonden In totaal heeft bij 192 van de 223 trainingen een intake plaatsgevonden. Bij één instelling heeft geen intake plaatsgevonden en één andere heeft niet aangegeven of bij de trainingen een intake heeft plaatsgevonden. Door wie werd de intake gedaan De intakes zijn vooral door de coördinator van Vversterk gedaan. Een enkele keer is de intake door iemand anders gedaan (bijvoorbeeld een locatiemanager of accountmanager). Een soortgelijk beeld kwam naar voren uit de eerste tranche. Bij wie vond de intake plaats Ongeveer tweederde van de intakes vond plaats bij de leiding van de peuterspeelzalen, kinderdagverblijven of basisscholen. De overige intakes vonden op een andere manier plaats, bijvoorbeeld bij de cursist zelf. Dit beeld komt grotendeels overeen met de eerste tranche. Hoe vond de intake plaats De intakes konden plaatsvinden door bijvoorbeeld: • een persoonlijk gesprek; • een telefonisch gesprek; • een intakeformulier van Vversterk (schriftelijk); • een eigen formulier (schriftelijk); • e-mail (schriftelijk). Meerdere antwoorden waren mogelijk, wat een gevarieerd beeld naar voren bracht: uit de analyses bleek dat vrijwel alle combinaties voorkwamen zodat alleen een globale screening is uitgevoerd welk instrument het meeste voorkwam. Veel trainende instellingen hanteerden per cursistengroep meerdere intakemanieren, bijvoorbeeld zowel een persoonlijk gesprek, als het intakeformulier van Vversterk. De meeste intakes vonden plaats middels een telefonisch gesprek, het intakeformulier van Vversterk of e-mail. Een minderheid van de intakes werd gedaan door middel van een persoonlijk gesprek, een eigen formulier of op een andere manier.
Oberon – Evaluatie trainingen Vversterk – organisatieaspecten tweede tranche
3.2
6
Samenstelling van de trainingsgroepen
In de trainershandleiding van Vversterk werd verzocht de niveauverschillen in de trainingsgroep zo klein mogelijk te laten zijn en zoveel mogelijk te werken met homogene groepen. Alleen bij module 7 ‘overgang van voorschools naar basisschool’ werd een meer heterogene samenstelling van de trainingsgroep aanbevolen. Hoe was de samenstelling van de trainingsgroepen in de tweede tranche? Van de 223 trainingen waren er 100 wat betreft samenstelling homogeen (45%, zie onderstaande grafiek: eerste 3 kolommen). Iets minder dan de helft (43%) van deze 100 trainingen bestond uit groepen met alleen peuterspeelzaalleidsters. Bij 123 trainingen was sprake van een heterogene groepssamenstelling (55%, zie kolom 4 t/m 7), waarbij de combinatie peuterspeelzaalleidsters met basisschoolleerkrachten het vaakst voorkwam (58 trainingen, 71%). Deze resultaten komen niet helemaal overeen met de resultaten van de eerste tranche. In de eerste tranche waren de meeste trainingen homogeen wat betreft samenstelling: 34 van de 47 trainingen (72%). Daarbij bestond bijna de helft van de homogene trainingen uit groepen met alleen kinderdagverblijfleidsters. Bij trainingen met een heterogene groepssamenstelling, kwam de combinatie kinderdagverblijfleidsters met peuterspeelzaalleidsters het vaakst voor. Grafiek 1 Samenstelling van de trainingsgroepen 2de tranche (aantallen trainingen)
58
60
Alleen KDV
50 40 30
43
Alleen PSZ 34
33
Alleen BO 26
24
PSZ en BO
20 10
5
KDV en BO KDV, PSZ en BO
0
3.3
KDV en PSZ
Gehanteerde groepsgrootte in de trainingen
Een gemiddelde omvang van zes personen per groep wordt in de trainershandleiding van Vversterk aangeraden. Daarnaast wordt in de handleiding uitgegaan van één trainer per zes cursisten, indien er grotere groepen worden samengesteld4. Wat waren de groepsgroottes in de tweede tranche? De gehanteerde groepsgrootte varieerde van 2 tot 23 cursisten per training5. Bij de eerste tranche varieerde de groepsgrootte van 2 tot 21 cursisten per training. Uit de onderstaande grafiek blijkt dat de meest gehanteerde groepsgrootte bij de tweede tranche tussen de 7 en 18 cursisten ligt (160 van de 222). Dit komt overeen met resultaten van de eerste tranche.
4 5
Bij analyses over de groepsgrootte is gebruik gemaakt van vier categorieën: 1-6, 7-12, 13-18 en 19-24. Bij één training bleek het aantal cursisten 35 te zijn. Deze uitschieter is uit de analyses gelaten.
Oberon – Evaluatie trainingen Vversterk – organisatieaspecten tweede tranche
7
Grafiek 2 Gehanteerde groepsgrootte 2de tranche
95
100
1-6 cursisten
80 60
65 7-12 cursisten
48
40 20
13-18 cursisten 14 19-24 cursisten
0
3.4
Vervolgtraject ‘coaching op de werkvloer’ (module 8)
In de verantwoordingsverslagen is de trainende instellingen ook gevraagd naar het vervolgtraject van ‘coaching op de werkvloer’. Het gaat dan om onderstaande thema’s: 1. Welke afspraken zijn gemaakt met betrekking tot coaching? 2. Hoe heeft de coaching in de praktijk plaatsgevonden? 3. Welke vervolgafspraken zijn gemaakt met betrekking tot coaching? 4. Op welke manier heeft kennisoverdracht plaatsgevonden binnen de instelling zelf? Uit de eerste Vversterk-tranche werd de organisatie van module 8 niet helemaal duidelijk. De instellingen gaven veelal algemene informatie op vragen over (vervolg)afspraken en praktijkervaringen. We bespreken hieronder de bevindingen op instellingsniveau uit de tweede tranche. Ad 1: Welke afspraken zijn gemaakt met betrekking tot coaching? Door 24 trainende instellingen waar coaching heeft plaatsgevonden zijn afspraken op locatieniveau (peuterspeelzaal of kinderdagverblijf) gemaakt, met de cursist en/of diens leidinggevende/manager. De gemaakte afspraken zijn niet altijd precies omschreven. Genoemde afspraken zijn: • de trainer bezoekt de locatie; • coaching zal plaatsvinden op basis van individuele leervraag, afgestemd op behoeften; • coaching is onderling verdeeld over trainers; • inventarisatie van vragen ten aanzien van coaching; • er wordt voor de eigen locatie een plan van aanpak geschreven; • cursisten dragen kennis over aan hun collega’s; • de trainer informeert bij de cursisten hoe coaching wordt ingevuld. Deze afspraken komen grotendeels overeen met de afspraken die gemaakt zijn in de eerste tranche. Ad 2: Hoe heeft coaching in de praktijk plaatsgevonden? Uit de verantwoordingsverslagen is niet altijd eenduidig vast te stellen hoe coaching in de praktijk heeft plaatsgevonden gedurende de tweede tranche. De meeste instellingen geven aan dat coaching heeft plaatsgevonden, maar uit de antwoorden blijkt vooral waar en met wie. Onduidelijk blijft hoe de coaching heeft plaatsgevonden, zowel inhoudelijk als procesmatig. In vergelijking met de eerste tranche heeft dus vaker coaching plaatsgevonden. De meeste instellingen verkeerden toen nog in de ‘afsprakenfase’ of gingen nog de locatie bezoeken.
Oberon – Evaluatie trainingen Vversterk – organisatieaspecten tweede tranche
8
Ad 3: Welke vervolgafspraken zijn gemaakt met betrekking tot coaching Met betrekking tot de vervolgafspraken gaven 10 van de 25 trainende instellingen aan dat er geen concrete vervolgafspraken zijn gemaakt. Vervolgafspraken die zijn gemaakt in de tweede tranche gaan over: • presentatie aan het team; • uitvoering van het plan van aanpak; • uitwisselingsbijeenkomsten; • mogelijkheden tot verdieping; • vervolggesprekken om verdere wensen te inventariseren; • scholingstraject; • invullen van format ‘hoe verder met Vversterk’. Drie trainende instellingen geven alleen aan dat er met een aantal cursisten vervolgafspraken zijn gemaakt, maar niet waarover. Ad 4: Op welke manier heeft kennisoverdracht plaatsgevonden binnen de instelling zelf? 19 trainende instellingen gaven aan dat kennisoverdracht aan collega’s plaatsvindt. De manier waarop dit gebeurt varieert enigszins, bijvoorbeeld: • tijdens een teamoverleg/teamvergadering; • via werkgroepen; • in intervisiebijeenkomsten; • Vversterk opnemen in kwaliteitsbeleid; • gebruik maken van een plan van aanpak. Daarnaast geven twee instellingen aan dat overdracht op een andere manier plaatsvindt, door middel van huiswerkopdrachten of door zelf kennis over te dragen. Bij twee instellingen is niet bekend hoe kennisoverdracht plaatsvindt. Ten slotte gaf één instelling aan dat het meer om kennis dan om coaching gaat. De manier van kennisoverdracht komt grotendeels overeen met die in de eerste tranche. Tot slot Op de discussiebijeenkomst met trainers Vversterk op 27 mei 2008 is kort gesproken over ‘coaching op de werkvloer’. Men ziet coaching soms als een vorm van intervisie: het zijn druk bezochte bijeenkomsten waar informatie wordt uitgewisseld over opgedane ervaringen, en er worden tips & tricks aan collega’s en trainers doorgegeven. Daarnaast is coaching vaak nieuw voor peuterspeelzaalen kinderdagverblijfleidsters en durven zij dit nog niet goed aan te gaan. Het aanbieden van een coachingstraject kost trainende instellingen veel tijd en viel soms lastig te organiseren waardoor coaching niet echt van de grond kwam.
Oberon – Evaluatie trainingen Vversterk – organisatieaspecten tweede tranche
4
9
Conclusies
De hoofdvraag in dit onderzoek was: ‘Hoe zijn de trainingen in de tweede tranche (september 2007 januari 2008) van Vversterk georganiseerd’? Om deze vraag te kunnen beantwoorden zijn gegevens verzameld en geanalyseerd op basis van de verantwoordingsverslagen van de deelnemende instellingen in de tweede tranche (totaal 25 instellingen). In de eerste tranche (maart – juli 2007) heeft Oberon de evaluatie uitgevoerd met behulp van verantwoordingsverslagen van de deelnemende instellingen en vragenlijsten die door individuele trainers van die instellingen zijn ingevuld. In deze vragenlijsten werd onder andere ingegaan op de intakeprocedure. In de tweede tranche is alleen gebruik gemaakt van verantwoordingsverslagen van de deelnemende instellingen. Omdat de vragen over de intakeprocedure in de verantwoordingsverslagen uit de tweede tranche zijn meegenomen is bij de trainers geen vragenlijst afgenomen. Organisatieaspecten rondom de groepssamenstelling in module 7, succesbepalende karakteristieken in module 8 en vragen over het aanvullende Vversterk-materiaal uit de evaluatie van de eerste tranche zijn hierdoor komen te vervallen. Intakeprocedure In totaal heeft bij 192 van de 223 trainingen een intake plaatsgevonden. De intakes zijn vooral door de coördinator van Vversterk gedaan. Een enkele keer is de intake door iemand anders gedaan (bijvoorbeeld een locatiemanager of accountmanager). Ongeveer tweederde van de intakes vond plaats bij de leiding van de peuterspeelzalen, kinderdagverblijven of basisscholen. De overige intakes vonden op een andere manier plaats, bijvoorbeeld bij de cursist zelf. De meeste intakes vonden plaats middels een telefonisch gesprek, het intakeformulier van Vversterk of e-mail. Een minderheid van de intakes werd uitgevoerd middels een persoonlijk gesprek, een eigen formulier of op een andere manier. Dit beeld komt grotendeels overeen met de eerste tranche. Organisatieaspecten Er zijn ongeveer evenveel leerkrachten basisonderwijs als leidsters van kinderdagverblijven geschoold in deze tweede tranche (beide ruim 600). Verreweg de meeste cursisten waren peuterspeelzaalleidsters (bijna 1.300). Wat betreft de samenstelling van de trainingen bleek dat van alle gegeven trainingen (223) zo’n 45% een homogene samenstelling had en 55% een heterogene samenstelling. Homogene trainingsgroepen bestonden het vaakst uit alleen peuterspeelzaalleidsters (43%). Trainingen met een heterogene samenstelling bestonden vaak uit een combinatie van peuterspeelzaalleidsters en basisschoolleerkrachten (71%). Deze resultaten komen niet helemaal overeen met de resultaten van de eerste tranche. In de eerste tranche waren namelijk de meeste trainingen homogeen wat betreft samenstelling, namelijk 34 van de 47 trainingen. Daarbij bestond bijna de helft van de homogene trainingen uit groepen met alleen kinderdagverblijfleidsters. Bij trainingen met een heterogene groepssamenstelling, kwam de combinatie kinderdagverblijfleidsters met peuterspeelzaalleidsters het vaakst voor. De groepsgroottes waren vrij gevarieerd, van slechts enkele cursisten tot meer dan 20 per trainingsgroep. Dit is vergelijkbaar met de groepsgroottes in de eerste tranche. Uit de verantwoordingsverslagen van de tweede tranche werd de organisatie van module 8 (‘coaching op de werkvloer’) niet helemaal duidelijk. Dit gold ook voor de eerste tranche. Instellingen hebben wel vaker coachingsactiviteiten ontplooid dan in de eerste tranche, maar hoe de coaching er nu in de praktijk uitziet, en wat het resultaat is, blijft toch grotendeels onduidelijk. Er werd wederom vrij algemene informatie gegeven op vragen over (vervolg)afspraken en praktijkervaringen.