Erbij horen
Jaargang 24 nr. 1 maart 2013
door Jopy Sol
Diverse mensen hebben antwoord gegeven op onze vragen. Erbij horen… - Wat is dat voor jou? - Wat doet dat met jou? - Wat doe je zelf om erbij te horen? - Wat kan je medemens doen om de drempel van het erbij horen te verlagen? De mensen hoefden niet perse het hele rijtje af te werken, als ze alleen antwoord gaven op de vraag: 'erbij horen dat is voor mij...' vonden we het ook best. De antwoorden lopen uiteen, maar als je alles gelezen hebt staat één ding vast: elke plots- of laatdove voelt zich wel eens buitengesloten. Mensen met een CI lopen vooral buiten de stichting tegen hun grenzen op. Mensen zonder CI hebben het zelfs binnen de stichting soms moeilijk. Dat laatste zou natuurlijk niet moeten mogen, maar gelukkig kunnen we daar zelf iets aan doen. Aangezien we allemaal ervaringsdeskundigen zijn weten we ook wat er gedaan moet worden om iedereen erbij te laten horen. Laten we dat dan ook doen.
'Erbij horen' blz.8 t/m 12 Communiceren doe je samen
In dit nummer o.m.
Plotseling geheel doof worden is een dermate ingrijpende gebeurtenis dat je die, ook als je weer een aantal uren per dag kunt horen met een CI, nooit meer kwijt raakt. Elk etmaal ben je minimaal 6 uur helemaal doof, dus je raakt de plotsdoofheid nooit kwijt. Het is daarom dat ik mij altijd verbonden zal voelen met plotsdoven die geen CI hebben. Die verbondenheid wil ik, en hopelijk ook alle andere plotsdoven, uitdragen door hen tot mijn plotsdove vrienden te rekenen en er ook naar te handelen. De uitspraak: "Of je nu veel, weinig of helemaal niets kunt horen, communiceren doe je samen" staat mij dan ook op het hart geschreven!
pagina 3 Van de voorzitter 4 Paul Verbraak 6 Ineke Scheffel 8 Erbij horen 11 Karin van den Heuvel 13 Column van Cor Toonen 14 Carla Ossenblok 17 Communicatie 18 Column van Michèle Meirlevede 19 Foss 20 Boekrecensie 23 Viewradar 24 Nieuws van de steunpunten 27 Activiteitenkalender 2013
Gerard de Vijlder
De volgende Plotsdoof verschijnt in juni, voor velen het begin van het vakantieseizoen, maar Plotsdoof staat in het teken van werk. Heeft u vragen, verhalen, adviezen… Laat het ons weten.
Nederlands gebarenkoor Het Nederlands gebarenkoor heeft op 12 april haar eerste optreden en wel op het symposium van Tolknet dat 25 jaar bestaat. Er wordt hard gewerkt om de puntjes op de i te zetten. Nieuwe leden zijn overigens van harte welkom. Als u minimaal NmG 2 beheerst, plots-/ laatdoof, zeer slechthorend bent of doof geboren, bent u van harte welkom. We communiceren in NmG en ook de liedjes worden in NmG uitgevoerd.
Informatie vindt u op www.nederlandsgebarenkoor.nl. Aspirant-leden worden altijd eerst uitgenodigd om een keer vrijblijvend naar een repetitie te komen. Daarna beslist u of u definitief lid wilt worden. Aanmelden kan via
[email protected].
Stichting Plotsdoven De Molen 89 a 3995 AW Houten tel/tt/fax: 030 - 69 58 719 www.stichtingplotsdoven.nl
[email protected]
Colofon Plotsdoof is een uitgave van de Stichting Plotsdoven. Donateurs van de stichting ontvangen het blad gratis. Plotsdoof verschijnt vier keer per jaar: in maart, juni, september en december. Redactieadres van Veldekestraat 6a 4819 EP Breda
[email protected] Redactie Jopy Sol, hoofdredacteur Marja Bouma, corrector Opmaak Frans Verkade Aan dit nummer werkten mee: Gerard de Vijlder Peter Raggers Margot Bouwens Paul Verbraak Albert Bouma Ineke Scheffel Anja Korten Conny Kapitein Jacques Hack Gerda Rademaker-Kalis Lydia Blom Thea Gloudemans Karin van den Heuvel Cor Toonen Carla Ossenblok Erna Steingröver Michèle Meirlevede Arend Verschoor Imke Rozema Leontien Peters Emma Bolle Derek van Bockxmeer Plaatsing van brieven betekent niet dat de redactie het met de strekking eens is. De redactie kan brieven weigeren, inkorten of redigeren. Overname van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Sluitingsdatum kopij volgend nummer: 15 augustus Drukwerk en verzending WPS Loskade 4 7202 CZ Zutphen
2
In het kader van het themanummer heeft de redactie een klein maar fijn kunstwerkje aangeboden gekregen. Inclusief de lijst is het 15 x 15 cm groot. We hebben besloten om het schilderijtje te verkopen aan de hoogste bieder, bieden kan vanaf € 15,-. De opbrengst gaat volledig naar het Lex Scheffelfonds. Dat fonds zorgt ervoor dat mensen met wie het financieel niet zo goed gaat, toch mee kunnen doen met de activiteiten van de Stichting Plotsdoven, want ook mensen met een kleine beurs horen erbij. Tot 1 mei kunt u uw bod schriftelijk of per mail indienen bij de redactie. Voor het adres: zie de colofon hiernaast.
Nieuws in het kort Museum voor communicatie Op vrijdag 12 april is het Museum voor Communicatie van 10.00 - 14.00 uur gratis te bezoeken voor iedereen die doof is of slechthorend. (www.muscom.nl) Dit is vanwege het symposium over 25 jaar tolkvoorziening dat 's middag in het museum zal plaatsvinden. Op het symposium zal o.a. de dove Europarlementariër Ádám Kósa spreken over 'communicatie, een bestaansvoorwaarde'. Wil je naar het museum toe, meld je dan bij Tolknet via
[email protected] o.v.v. Museum 12 april 2013. Wil je er graag een tolk bij, dan moet je deze zelf meenemen. Een tolk regelen kan bij Tolknet.
Signaal op de bres voor tekst- en beeldbemiddelingsdienst Eind 2013 komt er een nieuwe telefoonbemiddelingsdienst voor doven en slechthorenden, met zowel tekst - als beeldbemiddeling. Signaal had frequent overleg met het ministerie van Economische Zaken (EZ) en zorgde voor Total Conversation in de wetgeving en het herzien van enkele afspraken. Toch zijn niet alle doelstellingen bereikt. Lees meer op www.toegankelijk.nu/telecommunicatie-3518.htm
Van de voorzitter
Over de Stichting
Peter Raggers
Er zit een nieuwe man, althans gedeeltelijk, achter zijn laptop te typen. Een wereld van geluiden komt over en tot hem. Links is bijna drie maanden geleden een CI- implantaat aangebracht. Op 7 januari is de hoorrevalidatie begonnen. Nu, 4 weken later, kan hij in een rustige omgeving 88% spraakverstaan. Met het hoortoestel erbij op het rechteroor 97%. Een gelukkig man met een zo mogelijk nog gelukkigere echtgenote. Evenwel in het volle besef dat de techniek dit voor hem mogelijk maakt en dat zonder techniek gewoon doof zijn het leven mede bepaalt. Of, zoals een lotgenoot van de week nog zo treffend zei, ook een CI-gebruiker: ”Ik word elke dag minimaal eenmaal weer plotsdoof.” Velen binnen de Stichting Plots- en Laatdoven maken gebruik van een CI. De één met veel, de ander met minder succes. Een ieder is uniek en dat geldt zeker voor de mogelijkheden van de CI. Andere lotgenoten maken bewust geen gebruik van de CI en kiezen voor de wereld van stilte. Daar is zeker ook veel voor te zeggen, maar het is uiteindelijk een bewuste keuze. Dan hebben we nog een kleine groep, maar wellicht de belangrijkste lotgenoten, die niet bewust kunnen kiezen voor het één of ander omdat er medische onoverkomelijke factoren zijn.
Tinnitus Implantaat: remedie tegen oorsuizen? In het Maastricht UMC heeft onlangs de eerste patiënt die aan één kant doof is en aan dat oor ook lijdt aan oorsuizen, een zogeheten Tinnitus Implantaat (TI) gekregen. Het is de bedoeling dat dit TI zodanig wordt afgesteld dat er een stiltecode wordt gevonden waardoor de patiënt verlost is van het oorsuizen. Lees meer op www.azm.nl/hetazm/nieuws/251495
Hoe dan ook: wij zijn en vormen met elkaar de Stichting Plots- en Laatdoven. Waarin we elkaar tot steun kunnen zijn. Communicatie is daarbij van groot belang. Communicatie voor iedereen, in welke vorm dan ook. Hiervan bewust zijn en blijven kan voorkomen dat enkelingen zich verlaten voelen, wellicht in de steek gelaten voelen door de “hoorders” of wellicht andersom. In deze Plotsdoof wordt daar uitgebreid op ingegaan. Maar wat we ook lezen of wellicht geschreven hebben, laten we altijd bewust zijn van het feit dat herkenning en erkenning een zaak is van ervoor uitkomen. Alleen of gezamenlijk. De Molenorganisaties zitten niet stil. Er wordt hard gewerkt aan de vorming van de federatie, de intentieverklaring is getekend, werkgroepen zijn ondertussen druk bezig en op 15 febr. stond de kaderdag in het teken van elkaar beter begrijpen en gezamenlijk denken over de federatie. U leest er meer over. Houd de nieuwsbrief en de website ook in de gaten. De vele activiteiten, meestal 2 keer per maand, lopen weer als gesmeerd; de steunpunten zijn druk bezig. U bent altijd van harte welkom. Wel of geen donateur. Maar liever zien wij natuurlijk dat u - als u vindt wat u zoekt - wel donateur wordt. Voor € 25 per jaar bent u reeds donateur, kunt u aan alles deelnemen en vaak met korting. Bent u reeds donateur, houden zo en probeer iemand anders te motiveren. We zien elkaar hopelijk weer op vele plekken en zoals u wellicht kunt begrijpen en weten: de rode draad voor de Stichting Plots- en Laatdoven is en blijft handhaving en vergroting van de zelfredzaamheid, ook of wellicht juist van uw eventuele partner/vriend.
De Stichting Plotsdoven is de lande lijke organisatie voor belangenbehartiging van plots- en laatdoven. De stichting is opgericht in 1989 en heeft zich de belangenbehartiging van plots- en laatdoven in de ruimste zin ten doel gesteld. Daarbij staat stimulatie van zelfredzaam heid en reïntegratie van de plotsen laatdove in de horende maat schappij voorop. De Stichting Plotsdoven onderhoudt twee mailinglijsten: één voor plotsen laatdoven en één voor partners, familie, vrienden of andere naasten van plots- of laatdoven. De mailinglijsten zijn bedoeld om informatie en ervaringen uit te wisselen m.b.t. het doof worden en/of doof zijn, het omgaan daarmee door naasten, of om vragen te stellen. Kortom, lotgenotencontact op een makkelijke en toegankelijke manier. Voor meer info zie: www.stichtingplotsdoven.nl Bestuur Peter Raggers, voorzitter Gerard de Vijlder, secretaris Albert Bouma, penningmeester Wil van Essen, bestuurslid Mirjam Walraven, bestuurslid Anja Korten, bestuurslid Anneke Meijer, bestuurslid Raad van Advies Drs P.P.B.M. Boermans Dr. J. Mulder Donateurschap Vanaf € 25,- per kalenderjaar bent u al donateur; over te maken op postgiro 82080 t.n.v. Stichting Plotsdoven te Houten
Hoe oorsmeer het zorgdebat beheerste Oorsmeer, beheerste de afgelopen weken het debat over de zorg. Een ziekenhuis en een specialist die een factuur stuurden voor ruim € 1.000 werden publiekelijk ter verantwoording geroepen. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa), aangesteld als toezichthouder in het nieuwe stelsel, kondigde aan met de ziekenhuizen te gaan praten over te hoge rekeningen. Wel een beetje laat, want de NZa weet al jaren dat veel ziekenhuizen te hoge facturen sturen. ‘Upcoden’ heet deze fraude in de zorg.
Geregistreerd bij de Kamer van Koophandel Haaglanden te Den Haag nr. 41155666 ANBI-nummer 816107440 Lex Scheffelfonds Het Lex Scheffelfonds is ingesteld om iedere plots- en laatdove, voor wie dit een financieel bezwaar is, in staat te stellen deel te nemen aan activiteiten die georganiseerd worden door de Stichting Plotsdoven. Voor verdere gegevens zie blz. 23 3
10 vragen aan specialist gehoorverlies Paul Verbraak
door Margot Bouwens
Wat het werk extra leuk maakt, is dat je mensen echt verder kunt helpen. Veel plots- en laatdoven hebben de drive om iets aan hun situatie te doen. We zetten samen een traject in en dan zie je vooruitgang. Je kunt echt iets voor ze betekenen. In de reguliere hulpverlening is de expertise die wij in huis hebben niet aanwezig. Dit maakt dat mensen zich niet gehoord voelen en soms ook gewoonweg niet de informatie krijgen die ze nodig hebben. Die krijgen ze bij ons wel. Dat maakt het werk bijzonder. 3. Kan een plots- of laatdove dit werk ook doen? Ja, die kunnen dit ook prima. Bij GGMD werken verschillende medewerkers die doof, plots- of laatdoof of slechthorend zijn. De organisatie is daarop ingericht. Wat denk ik wel nodig is voor dit werk, is dat ze hun eigen plots- of laatdoofheid een plekje hebben kunnen geven. Pas dan kun je een ander helpen.
Paul Verbraak is specialist gehoorverlies bij GGMD. Hij biedt hulp aan mensen die te maken hebben met plots- of laatdoofheid of gedeeltelijk gehoorverlies. Hij krijgt 1001 vragen. Een hulpvraag die hij regelmatig krijgt, gaat over zich buitengesloten voelen en erbij willen horen. 1. Wat doet een specialist gehoorverlies precies? Samen met de plots- of laatdove bespreek ik de hulpvraag en inventariseer ik welke hulpverlening nodig is. Als dat maatschappelijk werk is, bied ik de hulp zelf. Als maatschappelijk werker heb ik al tien jaar ervaring met mensen die plots- of laatdoof zijn. Is geestelijke gezondheidzorg nodig, dan verwijs ik afhankelijk van de klacht bijvoorbeeld naar onze psycholoog of psychiater. Ik blijf dan wel betrokken omdat ik de hulp ook coördineer. Dat wil zeggen dat ik contact houdt met de cliënt en met de hulpverlener om te kijken of de geboden hulp tegemoet komt aan de vraag en of dat er nog andere vragen zijn. 2. Waarom werk je graag met plots- en laatdoven?
4
4. Wat zijn veelvoorkomende hulpvragen bij plots- en laatdoven? De variëteit aan vragen die ik krijg is enorm. Mensen willen informatie over hulpmiddelen en voorzieningen. Dan geef ik informatie over bijvoorbeeld een schrijftolk, een cursus spraakafzien of NmG (Nederlands ondersteund met gebaren) of flitsapparatuur (wek- en waarschuwingssystemen). Daarnaast willen mensen weten welke vormen van hulp er zijn. Of ze willen hun verhaal kwijt en zoeken een luisterend oor bij een buitenstaander die weet waar het over gaat bij plots- en laatdoofheid. Dat is heel begrijpelijk als de grond zo onder je voeten wordt weggeslagen, je je zintuigen anders moeten leren gebruiken en je op een andere manier moet communiceren. Soms is de familie er ook bij. Dan kan ik bijvoorbeeld duidelijk maken waarom iemand niet meer mee wil naar feestjes of soms weinig energie heeft. Of ik kan het belang van een cursus NmG voor het hele gezin kracht bijzetten. Als hulpverlener ben ik soms een veilige haven, waar mensen tijdelijk terechtkunnen als ze het even niet meer weten. Samen gaan we dan op zoek hoe het systeem (familie, vrienden, collega’s, mensen die ze kennen van de vrijetijdsbesteding etc.) de vraag van de plots- of laatdove weer kan opvangen, hen tot steun kan zijn. Dat is tenslotte een van de doelen van de hulpverlening.
5. Krijg je veel vragen over zich buitengesloten voelen en erbij willen horen? Ja, dat is wel de belangrijkste hulpvraag en een terugkerend thema in alle gesprekken. Het vermijden van feestjes, verjaardagen en etentjes aan grote tafels. Een veelgehoorde opmerking is dan: ik beleef er geen plezier meer aan, het kost me alleen maar energie. Mensen weten vaak niet hoe ze met plots- en laatdoven kunnen communiceren. En het vraagt om een flinke dosis assertiviteit om mensen constant te vertellen wat jij nodig hebt om goed te kunnen communiceren, mee te kunnen doen. Dat als je keus hebt het bij een etentje fijner is om aan een ronde tafel te zitten en aan een tafel waar een grote lamp boven hangt zodat je het gezicht van mensen goed kunt zien. En dat je in plaats van de hele familie een select gezelschap voor je verjaardag uitnodigt. Die assertiviteit daar zijn speciale cursussen voor; dat is een leerproces. 6. Hoe help je mensen bij deze hulpvraag? Mijn rol is mensen die aanlopen tegen eenzaamheid, of die het gevoel hebben er niet bij te horen of zich buitengesloten voelen, te stimuleren om op zoek te gaan naar oplossingen die haalbaar zijn. Zodat dat nare gevoel vermindert. Daarvoor is het nodig zelf de regie meer in handen te nemen; op een manier die bij je past. Je helemaal afsluiten is geen optie, het is van belang om mensen te blijven ontmoeten. Daar help ik bij. Zo zijn er hulpmiddelen, zoals een schrijftolk. Laatst was ik bij iemand die van het bestaan niet wist. Ik heb haar toen kennis laten maken met een schrijftolk. Er ging een wereld voor haar open. Natuurlijk is het wennen om een schrijftolk mee te nemen, en die heeft dan ook nog een toetsenbord en een scherm bij zich, maar het went snel en het is heel prettig bij een groepsgebeuren. Het is echt niet nodig altijd genoegen te nemen met een minimum aan informatie. En wat in de familie- en vriendenkring goed helpt, is een cursus NmG. Die cursus kan ook thuis gegeven worden zodat iedereen mee kan doen. Bijkomend voordeel is dat het bij alle aanwezigen het bewustzijn vergroot over wat nodig is om te communiceren. 7. Werk je daarbij ook samen met andere disciplines? Ja, zeer zeker. Bijvoorbeeld een gebarendocent die de cursus NmG geeft. Of een trainer die de training 'Opkomen voor jezelf' verzorgt. Meerwaarde van deze training is dat je daar met elkaar praat over hoe je bepaalde situaties kunt oplossen. Verder werk ik samen met een specialist hulpmiddelen, bijvoorbeeld van OORzaken, die mensen kan informeren en van onafhankelijk advies kan voorzien over alle mogelijke hulpmiddelen en voorzieningen. Bij OORzaken kunnen mensen ook apparatuur uitproberen zoals telefoons, ringleidingen, flits- en solo-apparatuur. Of loopbaanbegeleiders die mensen op het werk helpen met eventueel benodigde aanpassingen. Zij helpen ook als er (ander) werk gevonden moet worden. Loopbaanbegeleiders kunnen ook helpen om collega’s te informeren over hoe ze het beste kunnen communiceren. Zodat de plots- of laatdove ook op het werk het gevoel heeft er helemaal bij te horen. En als dat nodig is, werk ik samen met een psycholoog, bijvoorbeeld als mensen depressief zijn geworden. Want dat kan ook een gevolg zijn van het gevoel buitengesloten te worden. Maar over het algemeen komen de mensen zo op tijd dat ze met relatief lichte ondersteuning als een training, loopbaanbegeleiding of maatschappelijk werk
zelf weer verder kunnen. 8. Wat vind je mooi aan je werk als specialist gehoorverlies? Dat ik mensen steun kan bieden zodat ze weer stappen kunnen zetten. Door ze zelf te helpen, een luisterend oor te bieden of door ze in contact te brengen met andere hulpverleners als meer of andere hulp nodig is. Het verbaast me elke keer weer dat plots- en laatdoven in het medisch circuit tegen muren aanlopen. Dat in die kringen naast medische kennis zo weinig kennis is over andere vormen van communicatie of ondersteuning bij het verwerken van het verlies van het gehoor. Dat men die informatie pas krijgt na aanmelding bij een gespecialiseerde organisatie als GGMD. 9. Wanneer raad je iemand aan hulp te zoeken? Als mensen te maken krijgen met plots- en laatdoofheid is zo snel mogelijk hulp zoeken het beste. Dat hoeft niet gelijk hulpverlening te zijn, maar informeer je. Steek je licht op over wat er allemaal mogelijk is bijvoorbeeld qua hulpmiddelen of rouwverwerking, want dat hoort er ook bij. Doe jezelf niet tekort. 10. Heb je nog tips? Durf te vragen of mensen rekening met je houden bij het communiceren. Anderzijds, laat mensen zelf beslissen wat ze in je willen investeren. Plots- en laatdoven hebben vaak het gevoel dat ze al een groot beroep op hun omgeving doen. Ze vullen bijvoorbeeld in gedachte zelf al in dat iemand geen gebarencursus wil doen. Dat is niet terecht, laat de beslissing daar liggen waar die hoort: bij degene die de cursus al dan niet gaat doen. Durf hulp te vragen, dat is geen schande en kan je alleen maar verder helpen. Bij GGMD heb je de regie zelf in de hand. Jij bepaalt wanneer het genoeg is en je weer zelfstandig verder kunt. Zoek contact met andere plots- en laatdoven. Het besef dat je niet de enige bent, en te zien hoe een ander ermee omgaat, helpt je een stapje verder. Dus zoek naast professionele hulp ook de gezelligheid en herkenning bij lotgenoten, bijvoorbeeld bij de Stichting Plotsdoven. Want alle twee is broodnodig.
Betalingsverzoek donateurs Na de oproep in het decembernummer van “Plotsdoof” hebben al veel van u hun bijdrage voor 2013 overgemaakt. Waarvoor dank! Binnenkort versturen wij betalingsverzoeken aan de donateurs die nog niet hebben betaald. Maar u hoeft hier niet op te wachten. U kunt uw bijdrage nu al overmaken op ING rekening 82080 t.n.v. Stichting Plotsdoven te Houten. Vermeld bij uw betaling s.v.p.: “Donatie 2013”. De minimum donatie is € 25,00. Dat is één van de nieuwe subsidie-eisen van het ministerie van VWS. Door vermindering van de subsidie is uw donatie nog belangrijker! Alvast hartelijk dank voor uw bijdrage! Albert Bouma, penningmeester.
5
Interview:
Ineke Scheffel-Maurer
door Jopy Sol
Ineke (64) werd op haar 20e geopereerd aan brughoektumoren, daarna was ze doof en als gevolg van doorgesneden traanklieren hield ze last van haar ogen. Ze is getrouwd, heeft twee dochters en twee kleindochters. Wist je dat je doof zou worden als gevolg van die operatie? Werd je erop voorbereid? Ja, ik werd van tevoren ingelicht door de betreffende neurochirurg. Hoelang van te voren weet ik niet precies meer, maar dacht 2 weken. Ter voorbereiding kreeg ik een “lipleesles” waar ik toen geen enkel benul van had. Was eigenlijk te ziek en te zenuwachtig voor wat er ging gebeuren. Kon me daar nauwelijks een voorstelling bij maken. Ik had twee brughoektumoren, meestal is dit een eenzijdige aandoening. Ik ben een van de weinigen (destijds mondiaal 4%) die de pech hebben dat het dubbelzijdig voorkomt. Hoe komt het dat je traanklieren doorgesneden zijn? Mijn traanklieren werden doorgesneden als gevolg van de grootte van de tumoren, die op zo’n plaats zaten dat mijn aangezichtszenuw, mijn gehoorzenuw en mijn evenwichtszenuw gedeeltelijk verwijderd moesten worden. Het gevolg van de doorgesneden traanklieren is dat ik nagenoeg geen traanvocht meer in beide ogen heb. Links het minst, waardoor mijn oog gedeeltelijk werd dichtgenaaid en mijn traanafvoer werd dichtgeschroeid. Ik moet dagelijks meerdere keren druppelen en links ook zalf inbrengen. De operaties op zich waren al zo verschrikkelijk ingrijpend dat ik die rampen niet eens besefte. Mijn verminkte gezicht (was na de eerste operatie al erg) en het niet meer kunnen horen waren voor mij zo alles overheersend dat dat de aandacht van mijn ogen afleidde. Kun je je nog voor de geest halen hoe je reageerde toen je eenmaal doof was? Hoe reageerden de mensen uit je omgeving? Deze vraag is voor mij ontzettend moeilijk te beantwoorden als je nagaat dat ik ’s morgens, rechts nog horend, om 8.00 uur de operatiekamer inging en ’s avonds bij ’t bijkomen geheel doof was. Toen ik bezoek kreeg van Lex (nu dus mijn man) en mijn zuster heb ik dingen gezegd die ik hier niet wil herhalen. De eerste mensen in mijn directe omgeving waren dus artsen, maar vooral verplegend personeel. De leuke band die ik dacht te hebben met een aantal verpleegsters (ik lag tenslotte al ruim 2 maanden in dat ziekenhuis) was verdwenen omdat ik op geen enkele manier nog ergens in betrokken werd. Gek genoeg kreeg ik daarvoor in de plaats contact met een paar andere verpleegsters. Ik kan me nog herinneren, dat toen ik naar huis mocht, ik bang was om de beschermende omgeving van het ziekenhuis achter te moeten laten. Na mijn thuiskomst heb ik maanden in een soort shock geleefd. Welke personen/hulpmiddelen waren belangrijk voor je om de situatie te aanvaarden? Ook deze vraag is moeilijk te beantwoorden omdat mijn ouders de boodschap mee hadden gekregen van: U zult haar opnieuw moeten opvoeden als een baby! Dat is alle hulp geweest die mijn ouders hebben gekregen. Mijn moeder was dus in eerste instantie voor mij de belangrijkste persoon. Wel heb ik fysiotherapie gekregen om weer te leren lopen, te leren 6
bewegen. Mijn moeder heeft me weer geleerd te eten en te drinken. Enige weken na thuiskomst kwam er dagelijks een logopediste om mij weer te leren articuleren en vooral uiteraard te leren liplezen. Leuk detail is dat deze vrouw later bij mijn huwelijk mijn getuige is geweest. Van enig hulpmiddel was toen nog geen sprake. Heb je nadat je doof bent geworden nog een betaalde baan gehad? Voordat ik opgenomen werd ben ik steeds voor 100% blijven werken, ook al was ik ziek. Na opname ben ik dus de ziektewet in gegaan. Wanneer weet ik echt niet meer, maar ik ben dus op een gegeven moment weer voor 45 tot 55% gaan werken. Dat heb ik tot aan mijn trouwen gedaan. Nadat mijn oudste dochter was geboren, kreeg ik een virusontsteking aan beide ogen. Op het linkeroog zette zich jammer genoeg littekenweefsel vast waardoor mijn zicht steeds minder werd en door het niet hebben van traanvocht was er ook niets aan te doen. Tijdens een keuring bij het toenmalige GAK werd ik daardoor afgekeurd voor 100%. Terugkeer op de arbeidsmarkt was niet meer mogelijk. Als je de situatie van toen vergelijkt met die van nu, wat is voor jou persoonlijk dan de belangrijkste ontwikkeling geweest? De hulpverlening die er nu toch wel enigszins is voor mensen die plotseling doof worden, bv door een hersenvliesontsteking. Het begeleiden of doorverwijzen van mensen naar het NCPLD of Audiologische centra. Hoop echt dat het in Nederland niet meer mogelijk is in zo’n enorm diep gat te vallen als waarin ik gevallen ben. Hoe ben jij in aanraking gekomen met de Stichting Plotsdoven? Ik ben niet in aanraking gekomen met de Stichting Plotsdoven maar in aanraking gekomen met Yvonne Kemink. Zij was
toen met een aantal mensen bezig een vereniging op te richten speciaal voor plotseling en op latere leeftijd doof geworden mensen, omdat de NVVS ons toen niet goed vertegenwoordigde. Mij werd gevraagd of ik mee wilde werken aan het oprichten van die vereniging, wat dus de Stichting Plotsdoven werd, en dat heb ik gedaan. Met andere woorden, ik zat in het eerste bestuur. Heb je je ooit aangemeld voor een CI? Ik heb me nooit aangemeld voor een CI omdat ik uit alle berichtgevingen daaromtrent heel duidelijk wist dat ik er niet voor in aanmerking zou kunnen komen wegens het ontbreken van gehoorzenuwen. Wel heb ik me ooit aangemeld voor een ABI maar na ruim anderhalf jaar een traject doorlopen te hebben, werd door de Engelse professor die zou opereren de boel afgeblazen omdat hij vond dat ik niet operabel was. Vroeger was het simpel: bij de Stichting Plotsdoven zaten op latere leeftijd doof geworden mensen, iedereen was aangewezen op ondersteunende gebaren, vingerspelling en schrijven. Nu overheersen de CI-horenden. Wat betekent dat voor jou? Heel vaak dat ik me niet echt meer thuis voel bij m’n eigen lotgenoten. De onderlinge verhouding is veranderd. Bij gesprekken met meerdere mensen is de interactie van een CI-horende groter dan die van een geheel dove persoon. Ook al kan de één beter “verstaan” dan de ander, daarom is er wel zoveel ondersteunend geluid dat men snel van de ene stem naar de andere kan overschakelen. Een dove zal altijd naar de persoon blijven kijken die het laatst sprak en pas overschakelen als duidelijk wordt dat een ander is gaan praten. Ook al zijn dat luttele seconden, je mist dan vaak toch net die eerst gesproken woorden. En dan de “muziekavonden” in bv de Themaweekends, dat zou vroeger ondenkbaar zijn geweest. Wel hadden we bv dat we liedjes van vroeger ophaalden in een communicatieweek, we leerden daar dan gebaren bij. We deden dat in een grote kring maar zonder “echte” muziek. Ik heb er, zoals dat nu gaat, echt moeite mee. Moet dan ook eerlijk zijn dat het verlies van muziek nog steeds een enorme impact op me heeft, heb dat nooit echt kunnen accepteren of liever gezegd daarmee kunnen leren leven. Wat mij vorig jaar echt heel pijnlijk heeft getroffen is dat er in Plotsdoof en ook via Facebook en het forum opgeroepen werd deel te nemen aan “De Tiende van Tijl” een muziekgebeuren met vooral vocaal gebeuren door een slechthorende tenor. Toen heb ik me echt afgevraagd: Waar is de Stichting in hemelsnaam mee bezig? Wat moet een horende denken van wat doof zijn echt is? Dit had ik bij de oprichting van de Stichting echt niet voor mogelijk gehouden! Regelmatig komt de discussie terug dat er te weinig rekening wordt gehouden met de nog helemaal dove mensen binnen de Stichting. Wat kunnen de CI-horenden doen om de “niet kunners” erbij te blijven betrekken? Wat kunnen de “niet kunners” zelf doen om erbij te blijven horen? Ik geef nu een antwoord uit eigen oogpunt, want het is best mogelijk dat een andere “niet kunner” daar anders over denkt! Het valt me dikwijls op dat CI-horenden vooral sneller, maar ook minder duidelijk, articuleren met elkaar. Voor mij in ieder geval op zo’n manier dat ik het niet meer kan volgen. Als je dan van vroeger praat, na de oprichting van de Stichting, dan moesten we allemaal evenveel moeite doen
om elkaar te begrijpen en dat is dan het punt dat ik zeg: Ik heb nu zo dikwijls het gevoel om weer terug te zijn bij af, zoals toen bij de NVVS met slechthorenden, die met ondersteuning van hun gehoorapparaten sneller waren in begrip en “verstaan” dan ik als geheel dove. Ik kan niet verlangen dat CI-horenden zich weer terugschakelen naar doof zijn om een “niet kunner” er in te betrekken maar mag wel vragen qua snelheid en duidelijkheid van spreken, maar ook gebaren gebruikend, rekening te houden met diegene. Een “niet kunner” kan zich sowieso te allen tijde laten gelden door aandacht te blijven vragen voor het niet kunnen volgen, maar zal zich ook qua gebaren behoorlijk up to date moeten houden. “Erbij horen” in het algemeen (dus niet specifiek binnen de Stichting Plotsdoven), wat houdt dat voor jou in? Dat ik als dove geaccepteerd wordt als volwaardig mens en me volledig en ontspannen op m’n gemak kan voelen. Wat doet het met je als je je buitengesloten voelt? Dat hangt toch wel af van de situatie. De ene keer ben ik verdrietig, voel ik me puur ellendig, de andere keer ben ik heel erg opstandig. Vaak ook voel ik me argwanend/achterdochtig, maar ook zijn er momenten dat ik me minderwaardig voel. Hangt vaak ook af van: Hoe zit ik in m’n vel? Wat doe je zelf om erbij te horen? Wat kunnen anderen doen om de drempel van het erbij horen te verlagen? Het erbij blijven horen begint toch echt wel bij het onderhouden van je contacten. De mogelijkheden daarvoor via computer en mobiel zijn groot, maar ook je persoonlijke contacten zijn heel erg belangrijk. De activiteiten georganiseerd door de Stichting bv, bieden daar kansen genoeg voor wat betreft onze doelgroep. Jammer genoeg doe ik dat laatste te weinig, maar het Themaweekend en het “vrije” weekend in sept/okt laat ik niet snel aan me voorbij gaan. Wat anderen kunnen doen is om me, zover mogelijk, optimaal te betrekken in hetgeen er gebeurt. Met dat laatste doel ik ook op de horende wereld. Nog even over het Lex Scheffelfonds. Hoe en waarom is dat opgericht? Werkt het nog steeds? Het Lex Scheffelfonds is opgericht naar een idee van Cor Toonen met geld dat ingezameld werd als Lex, mijn man, een marathon liep. De allereerste keer dat hij dat deed liep hij om “tolk-geld” op te halen voor bijeenkomsten van de NVVS. Bij een latere marathon zamelde hij geld in voor een computer voor de beginnende Stichting. Het werkt nog steeds hartstikke goed en het is ontzettend fijn je lotgenoten, in minder goede financiële omstandigheden, te kunnen helpen aan een activiteit (ook het Themaweekend en “vrije” weekend) deel te nemen. Heb nog niet gemerkt dat er door de crisis meer mensen een aanvraag doen. Maar vergeet een ding niet: het is niet makkelijk die drempel te nemen om iets te vragen. Mensen schamen zich er zelfs voor, maar ik probeer dan altijd aan te geven dat het fonds door en voor plotsdoven is opgericht. Momenteel hebben we voldoende in kas, zodat we een ieder die dat vraagt kunnen helpen. Natuurlijk blijft het een must dat we gesteund worden, want het is een klein fonds dat regelmatig aangevuld dient te worden. De hulp die we van de Stichting hebben gekregen was super, maar ook de giften van mensen die regelmatig en spontaan geld storten zijn ontzettend hartverwarmend.
7
Plotsdoof, CI en gebaren
thuisgekomen.
Een werkdag op kantoor. Ik hoor bijvoorbeeld het geluid van een printer en weet dat mijn opdracht afgedrukt wordt. In de tijd zonder CI moest ik maar afwachten of de opdracht wel of niet uitgevoerd was. Dat betekende vaak een vergeefse loop… Dat ik dit nu hoor is één van de (kleinere) voordelen van de CI. Maar thuis gekomen vind ik het ook heerlijk om mijn CI af te doen en in volkomen stilte te leven. Met als bijkomend voordeel dat ik me dan moet concentreren op mondbeeld en ondersteunende gebaren.
Van de zomer was ik bij een bijeenkomst voor doven en tolken op je werk. Ik dacht daar een leuk gesprek te hebben met een doof persoon tot ik na het gesprek te horen kreeg van een derde persoon die erbij stond: jij vertrouwt teveel op je gehoor en verstaat veel verkeerd. Bam!
Nu heb ik makkelijk praten, want mijn vrouw Marja is ook plotsdoof, CI-draagster en kiest thuis ook voor de stilte. Dan gebaren we samen… een redelijk unieke situatie. En we werken beiden bij De Gelderhorst, het landelijk centrum voor dove ouderen, waar gebaren maken een “must” is. Er zijn plots- en laatdoven die geen keus hebben tussen stilte of CI-geluid. Dat is voor mij een belangrijke reden om gebaren te gebruiken, zodat deze groep zich niet buitengesloten voelt. En ik vind gebaren mooi, het maakt het allemaal wat levendiger, minder stijf… Gebaren maken heeft ook voordelen bij wat grotere bijeenkomsten, daar is het vaak zo lawaaierig dat je elkaar met moeite verstaat. Dan heb je minder aan je CI. Dan zijn we allemaal even doof en is het heel makkelijk als je ondersteunende gebaren kunt gebruiken. Albert Bouma
Hoe horend ben je met een CI? Zoals veel mensen weten heb ik vrij snel na mijn hersenvliesontsteking mijn CI gekregen. Ik heb wel een cursus spraakafzien gedaan, maar vind het zo ontzettend moeilijk. Ook met NmG red ik me redelijk, maar helaas spreken dat maar weinig mensen. Ik ben dus echt aangewezen op het horen wat ik doe met mijn CI. Een aantal jaren geleden ging ik met mijn toenmalige dove partner en twee horende kinderen op wintersportvakantie. Een groepsreis. Ik had er heel veel zin in, net als de andere leden van het gezin. Ik kwam echter met een grote kater thuis. Mijn toenmalige partner kan heel goed spraakafzien. Mijn kinderen konden heel goed horen en zij vermaakten zich opperbest met alle aanwezigen. De groep was groot, ik verstond niks en voelde me zo ontzettend alleen! Dit was eens maar nooit weer, dacht ik. Afgelopen zomer trok ik weer de stoute schoenen aan. Ik ging met een kleine groep wandelen in de Ardennen (Frankrijk en België). Tijdens het wandelen was er inderdaad leuk contact, 1 op 1 kan ik me goed redden met mijn CI. Maar de maaltijden… Dan zit je met acht mensen aan een tafel en ik kon wederom niks volgen. Weer met heel gemengde gevoelens 8
En nu… Liefst onderneem ik iets met de Stichting Plotsdoven. Of ik zit thuis waar ik weet waar ik aan toe ben. Dus hoe horend ben je met een CI? Anja Korten
Erbij horen… hoe is dat voor mij? Dat is heel simpel om te beantwoorden, dacht ik. Maar nu ik er over nadenk hoe ik dat moet omschrijven, is het een stuk lastiger. Wanneer ‘hoor je ergens bij’? Hoor je er niet bij als je slecht hoort of niets hoort? Het zou niet zo moeten zijn, een mens is meer dan oren/gehoor alleen. Toch moet ik bekennen dat ik mezelf er zonder mijn CI niet bij voel horen. Communicatie is zo’n belangrijk onderdeel van het leven. Ik merk dat als ik gesprekken niet goed kan volgen, ik mij heel onzeker voel. Soms ook verdrietig, als je in een groep bent en weinig kunt volgen, maar de andere mensen ziet praten, lachen enz. Op de dagbesteding neem ik deel aan een gespreksgroepje, een hele uitdaging als slechthorende. Zonder CI zou ik hier helemaal niet aan mee kunnen doen, maar met CI is nog best lastig en mis ik delen van gesprekken, waardoor ik op die momenten niet mee kan doen. Voor de groep hoor ik er dan nog wel bij, maar voor mijn eigen gevoel niet. Pas op het moment dat de begeleiding mij uitleg geeft over het gesprek, zodat ik weet waar het over gaat, ‘hoor ik er weer bij’ en kan ik weer even deelnemen aan het gesprek. Iedereen is wel bekend met mijn hoorhandicap en men probeert er wel rekening mee te houden. Ik verstop mijn CI ook niet. Als mensen kunnen zien dat ik niet goed hoor, kan men er rekening mee houden. Openheid is belangrijk, maar toch vind ik het zelf moeilijk om een gesprek te onderbreken om te vragen wat er gezegd is. Voor anderen is het ook lastig denk ik. Zij weten niet wat ik wel en niet hoor en als ze echt in een gesprek opgaan, kunnen ze er niet steeds aan denken of ik het wel mee krijg. Openheid en opkomen voor jezelf (assertief) zijn, is - denk ik - een belangrijke handreiking om ‘erbij te horen'. Conny Kapitein
Nieuwe perspectieven
Prachtige ervaring
Aan de hand van eigen ervaringen wil ik zgn. lotgenoten graag deelgenoot maken van een bijzonder aspect bij het participeren in rondleidingen, excursies enz.
Ongeveer eens per twee maanden ga ik met een groepje horende vriendinnen naar een museum. We maken er altijd een gezellige dag van. Tot nu toe ging ik nooit mee met de rondleiding, maar op de partnerdag zag ik voor het eerst de mogelijkheid van een mobiele schrijftolk.
Na 3 jaar geleden plotsdoof te zijn geworden, stortte de wereld om mij heen volledig in en dreigde ik in een isolement terecht te komen. Ik was en ben lid van de Probus Club Roosendaal, een serviceclub voor post-actieven (verlengstuk van Rotary). In de situatie waarin ik terecht was gekomen had mijn lidmaatschap geen enkele zin meer. Bijeenkomsten, tijdens welke met elkaar van gedachte werd gewisseld over verschillende onderwerpen, inleidingen door eigen leden of deskundigen op één of ander gebied, excursies met rondleidingen en vakantiereizen, werden plotseling verleden tijd, daar ik vrijwel niets kon verstaan. Ondanks het feit dat door middel van een operatieve ingreep in het EMC in Rotterdam een cochleair implantaat was ingebracht. Om niet in dat isolement terecht te komen heb ik een tolkvoorziening aangevraagd. Menzis heeft erin toegestemd dat ik van de diensten van een schrijftolk gebruik mocht maken, welke behulpzaam was bij het volgen van inleidingen tijdens de club-bijeenkomsten. Door mijn aanwezigheid gingen ook de sociale contacten met mijn medeleden niet verloren.Mijn zorgverzekering staat hier heel positief tegenover. De hulp die ik van mijn schrijftolk, mevrouw Marja Timmermans uit Haastrecht, krijg verloopt voortreffelijk. Gaandeweg in de tijd hebben wij samen ook gesproken over excursies met bezoeken aan bijzondere gebouwen, musea, dagtrips, georganiseerd door de serviceclub. Enthousiast als zij is in het aangaan van nieuwe experimenten, heeft zij nu een methode ontwikkeld waarbij een plateau door middel van draaglinten aan haar rugtas is bevestigd. Op dit plateau staat haar toetsenbord en is er een houder gemonteerd, waarop een scherm is bevestigd. (Alle attributen worden in de rugtas opgeborgen en kunnen dus gemakkelijk worden meegenomen.) Zij kan nu staand of lopend teksten, uitgesproken door inleiders of gidsen, typen welke ik van het scherm af kan lezen. Deze wijze van tolken heeft zij inmiddels enkele keren in praktijk gebracht en het werkt voortreffelijk. Voor mij betekent dit dat er hiermede een aantal mogelijkheden worden geopend welke tot voor kort onbereikbaar waren. Zoals het voor mij “het ei van Columbus” is, zo zal het ook anderen bij toepassing vergaan. Jacques Hack
Na enig zoeken op Tolknet, kwam ik op de website van Gea Duister en zij wilde graag tolken. Het was echt een openbaring voor me, ik heb ervan genoten en het ging moeiteloos. Gea legt op haar website uit hoe ze haar drager heeft gemaakt, ik hoop dat veel schrijftolken haar navolgen en iedereen hiervan gebruik gaat maken. Gerda Rademaker-Kalis
Samen staan we sterk In het gebarenkoor zingen we dit lied, althans we gebaren het. Mooi lied. Een goede vriend van me gaat er bijna van huilen. De vraag is alleen: wat verstaan we onder ‘samen’. Bij mij roept dat ook onmiddellijk een reactie op van gatsie…, maar ‘samen in vrijheid’ roept weer mooie beelden terug. Volgens mij zou ik ‘samen’ in dit geval willen beschrijven als: Jezelf zijn te midden van anderen waarin je jezelf mag en kan zijn. Of zoals ik het vroeger eens heb geleerd: zelfstandig individu binnen een gemeenschap. Waar gemeenschap weer staat voor gezamenlijkheid. Samen staan we sterk. Waar staat dan ‘staan’ voor? Staan in de rij? Afwachten tot je aan de beurt bent? Of staan we ergens in het weiland alleen of, zoals hier, in een kringetje? Je kunt ook gezamenlijk ergens voor staan, er voor gaan. Samen staan, samen gaan, samen doen. Samen staan we sterk. Wie is ‘we’? In ieder geval ik en jij, of ook zij en hen en diegene, of wij allemaal. Denk meer de mensen om je heen, verbonden door gevoel van saamhorigheid. Die ‘we’ vind ik wel mooi. Staat wel goed. Laten we staan! Samen staan we sterk. ‘Sterk’ dat is: sterk, goed sterk verhaal. Of zo: dat is een sterke meid, die tilt zomaar een boom op. Of: die man is sterk, hij blijft maar doorgaan. Mooi als het betekent: sterk in eenheid, doelgericht. Als je door het bovenstaande bent heen geworsteld en je bent er nog, wat zijn dan je gedachtes, je gevoelens? Leg het blad even weg. Pak een kopje thee of wijntje. Neem even de tijd 9
om tot je door te laten dringen wat het is om je ‘samen staan we sterk’ te voelen, te ervaren.
tafel te gooien en er vandoor te gaan. Mijn beleefdheid hield me tegen.
Welkom terug. Iets ervaren? Op dit moment is mijn ervaring heel diepgaand. Het nieuwe horen is aangebroken, ik kan met anderen weer verbaal communiceren. Maar besef terdege dat het techniek is. Mijn echte wezen heeft lang geen geluiden, geen stemmen gehoord. Mooi dat dit nu mogelijk is. Direct werd mijn wezen nog verder ervan overtuigd om omstandigheden zo aan te passen dat meer mensen hiervan zouden kunnen genieten.
Naarmate de tijd verstreek, werd ik steeds bozer. Ik nam het Marjolein en Kootje zeer kwalijk dat zij totaal geen rekening met mij hielden. Soms vroeg ik wel wat de grap was, maar ik hield er al snel mee op, ik kón gewoon niet meer lachen uit pure frustratie. ‘Wat moeten zij mij een zuurpruim vinden,’ dacht ik bij mezelf.
Tot ik na een paar dagen overmoed terugkeerde in de werkelijkheid, in het besef dat dit mijn keuze was geweest, goed voorbereid en gesteund door vrienden, maar toch mijn keuze. Ik besefte ook dat ik een enorme bofkont ben, zoals een goede vriendin me noemde. Dat is waar. Tegelijkertijd besefte ik ook dat er anderen zijn met op dit gebied minder geluk. Of dat er anderen zijn die gewoon geen gedoe aan hun gehoor willen hebben. Die bewust de stilte kiezen. Er zijn ook anderen die wellicht wel zouden willen kiezen voor meer gehoor, maar dat dit niet kan om diverse redenen, o.a. medisch. De mens maakt keuzes of niet. Het is een ingewikkelde boel. Maar wat heel simpel is dat jij kunt en mag bepalen wie je bent, hoe je wilt zijn en wat je wilt. Jij bent belangrijk en jij en jij en jij. Wij samen zijn er voor elkaar. Wij staan voor onszelf ondanks elkaar. Wij zijn sterk verbonden met elkaar. Wij blijven samen sterk verbonden met elkaar. Wij blijven communiceren met elkaar. Het lijkt verdorie de Stichting Plotsdoven en Laatdoven wel. Peter Raggers
Lunchpauze ‘Hahahaha!’ Marjolein en Kootje lagen half over de tafel te schudden van de lach. Er was zojuist blijkbaar een wel héél goede grap opgedist. Ik moet altijd lachen als ik anderen zo vrolijk zie, maar deze keer ging er eveneens een kleine pijnscheut door me heen. ‘Ja, jij HOORT het natuurlijk niet,’ zei Marjolein, ‘dus voor jou is het niet zo leuk…’ en daar gingen ze weer hoor: ‘hahahaha!’
Op een dag besefte ik opeens dat de Zwarte Piet niet geheel aan Jut & Jul toebedeeld kon worden, vanwege het simpele feit dat zij domweg niet beseften hoe het is om doof te zijn. Ik mocht hen dus ook niet zonder meer veroordelen omdat ze me (onbewust) buitensloten. Ikzelf zou de eerste stap moeten zetten door hier verandering in te brengen en op een rustig moment vertelde ik de twee dat ik die lunches op vrijdag helemaal niet leuk vond. Kootje reageerde verbaasd: ‘Zo heb ik het nog niet bekeken, ik dacht dat je gewoon een rustig type bent…’ Marjolein ging een stap verder: ‘Hoe kunnen we het voor jou ook leuk maken?’ Na een paar hilarische gebarenlessen tijdens de lunchpauzes aan alle geïnteresseerde collega’s, ging ik op vrijdag weer met plezier naar m’n werk. De lessen gaven naast veel lol eveneens begrip van de mensen op mijn werk. Het begon tot de meesten van hen door te dringen dat ik veel zaken gewoon mis en dat het geen desinteresse is dat ik niets zeg of vraag, maar simpelweg onwetendheid vanwege het doof zijn. Vanaf die tijd zijn de meeste van hen mij actiever gaan betrekken in de groep. Ik heb geleerd dat het belangrijk is er niet vanuit te gaan dat iedereen zomaar snapt hoe met een dove om te gaan. Je moet zélf onwetende mensen om je heen de hand reiken in de communicatie. De lunches op vrijdag werden aanvankelijk iets gezelliger, maar uiteindelijk bleek de ‘stilte’ in dit geval toch best wel even lekker te zijn en besloot ik mezelf geen geweld meer aan te doen: een fijne wandeling in m’n eentje werd een prima alternatief. Lydia Blom
Erbij horen… Ik was nog niet zo lang plotseling doof en had een nieuwe baan gevonden. Marjolein en Kootje waren de twee nog wat kinderlijke collega’s, die elkaar helemaal gevonden hadden in het gek doen. Vooral tijdens de lunch vertelden zij de meest bizarre verhalen – ‘die anderen toch niet snappen’ - aan elkaar. Op vrijdag waren we vaak maar met zijn drieën en dan zat ik dus noodgedwongen bij deze twee lolbroeken aan tafel. Ik voelde me dan zo eenzaam en kwaad worden, dat ik meerdere malen op het punt stond om dramatisch mijn servet op
10
Erbij horen…. dat houdt voor mij in dat ik mee kan/mag doen op een voor mij prettige manier, zonder dat ik me al te veel hoef in te spannen. Thea Gloudemans
Karin: me, myself and I
door Karin van den Heuvel
Mijn ontwikkeling van erbij willen horen naar er ZIJN en een plek hebben Op een mooie dag in mei, op Moederdag (ik was bijna 6 jaar), ging ik samen met mijn zus naar de ouderlijke slaapkamer. Daar sprong ik op het bed van mijn ouders om mijn versje voor Moederdag voor te lezen. Halverwege het versje zei ik: “Mama, ik hoor mezelf niet meer!” Ineens was het geluid weg, helemaal weg. Iedereen was meteen in alle staten, onderzoeken volgden evenals een ziekenhuisopname, maar ze konden niks specifieks vinden. Ik was en bleef doof. Hoewel ik er zelf heel rustig onder bleef en me niet zo bewust was van de consequenties van het doof zijn, kwam ik dit op latere leeftijd wel tegen. Mijn ouders hadden het behoorlijk moeilijk met mijn doofheid. Als kind zag ik veel verdriet en besloot toen op jonge leeftijd dat ik ondanks mijn doofheid toch “horend” en vrolijk door het leven zou gaan. Om er te mogen zijn, erbij te horen. Onmogelijk natuurlijk, maar dat wilde ik toen niet toegeven. Dat heb ik pas een paar jaar geleden aan mezelf toegegeven. Ervoor kiezen om “horend” door het leven te gaan impliceerde ook dat ik HBO/WO opleidingen ging volgen zonder gebruik te maken van welke hulpmiddelen dan ook. Ik leefde voornamelijk in de horende maatschappij, had horende vrienden en deed aan van alles en nog wat mee, zoals het volgen van pianolessen. Het impliceerde ook het afslaan van het aanbod om voor de allereerste CI in aanmerking te komen. Alles in mij verzette zich tegen die, in mijn ogen, onnatuurlijke manier van horen. Ik was er ook nog niet klaar voor. Ik herinnerde mij enerzijds teveel van het echte horen en anderzijds was ik al “horend”. En instinctief reageerde ik ook erg rebels, omdat ik hunkerde naar acceptatie van mijn ouders en zolang zij dat niet konden, weigerde ik om te gaan horen. Ik wilde dus eerst het gevoel krijgen dat ik erbij hoorde. Ik heb het geluk gehad dat ik na mijn opleidingen een baan aangeboden kreeg als projectleider bij een regionale sportorganisatie, door mijn goede resultaten die de regionale pers niet waren ontgaan. Ook in die werksituatie heb ik het jarenlang volgehouden om zonder tolk te werken. Op een gegeven moment had een landelijke sportorganisatie voor mensen met een beperking belangstelling voor mij en vroeg of ik interesse had om voor hen te werken. Dat had ik en daar werd ik na enkele jaren geconfronteerd met een fusie met een andere organisatie, waar een andere dove medewerker werkzaam was die een tolk gebruikte. Tijdens gezamenlijke bijeenkomsten keek ik stiekem naar de tolk en ik ontdekte dat het handig was om daar gebruik van te maken. Sterker nog: ik moest toegeven dat ik er meer door meekreeg dan zonder tolk. Ik heb er toch nog een paar jaar overgedaan om aan mezelf toe te geven dat ik dit ook in mijn werksituatie nodig had. Immers… ik had besloten om “horend” door het leven te gaan. En daar hoorde geen tolk bij… Toegeven dat ik toch een tolk nodig had om optimaal mee te kunnen draaien in de werksituatie, betekende voor mij doof worden. En doof worden betekende een nederlaag voor mezelf. Belachelijk maar waar. Ik had toen nog helemaal niet door dat ik bezig was om mezelf te worden! Ik had het geluk dat ik bevriend raakte met een collega die samen met mij een gebarencursus wilde vol-
gen. En ik vond het leuk! Maar vooral ontdekte ik dat ik gewoon mezelf bleef, niet “dover” werd omdat ik een cursus Nederlands met Gebaren ging volgen. Heel schoorvoetend zette ik een tolk in bij vergaderingen in mijn werksituatie. In plaats van “dover te worden” werd ik steeds meer mezelf. Ik had mezelf dus een horende identiteit opgeplakt. Deze identiteit heb ik nog jaren volgehouden. Toen ik mijn werkplek in de sportwereld verruilde voor de gezondheidszorg nam ik de tolken gewoon mee. Het gebruik van een tolk zorgde er wel voor dat ik er meer bij hoorde, dat ik er meer bij kon zijn. Ik heb het geluk dat ik goed kan liplezen. Nederlands is en blijft mijn moedertaal. Ik ben erg goed te verstaan en soms vragen mensen wel eens of ik uit het buitenland kom, dus blijkbaar horen ze wel iets, maar koppelen dit eerder aan een mogelijke buitenlandse achtergrond (wat niet verbazingwekkend is, ik ben vrij donker) dan aan mijn doofheid. Dit betekent dat ik gemakkelijk contact kan maken met mensen en dus ook goede contacten heb met collega’s. Echter… ik kan het ook heel goed verbergen als ik iets niet goed heb verstaan en kan situaties zodanig naar mijn hand zetten dat mensen niet door hebben dat ik ze niet helemaal verstaan heb. Dat doe ik dus allemaal om erbij te horen. Het tweede moment waarop ik ging nadenken over een CI was vlak voor de geboorte van mijn eerste kind, nu 14 jaar geleden. Ik wilde de eerste schreeuw horen van mijn kind en ik wilde het horen brabbelen en praten. Na wat innerlijk geworstel ben ik het traject in gegaan en heb toen alle onderzoeken gevolgd. Totdat het moment kwam dat het ziekenhuis aangaf dat ik voor de operatie in aanmerking kwam… Nee, ik kon het niet, nog niet en blies de hele zaak af. Blijkbaar was en ben ik er nog niet klaar voor. Misschien komt dat moment ooit. Horend door het leven gaan als dove is een illusie en dus kwam er een moment dat deze illusie als een zeepbel uit elkaar spatte. Ik kreeg een burn-out. Tijdens mijn 11
burn-out kreeg ik ondersteuning van een coach. Met behulp van deze coach leerde ik luisteren naar mijn eigen wensen en behoeften en volgde ik toen de 3 jarige opleiding tot counselor/coach. Op die opleiding heb ik met behulp van NLP en familieopstellingen heel veel geleerd en wilde ik het geleerde ook in de praktijk brengen en andere mensen helpen. Ik keerde ook weer terug in het arbeidsproces als beleidsmedewerker in de gezondheidszorg. Het was ook op deze opleiding dat ik echt in contact kwam met mijn eigen ik en dat ik toen besefte wat ik echt wilde gaan doen, nl. klassiek homeopaat worden. Ik heb toen de 5 jarige opleiding tot Klassiek Homeopaat gevolgd en afgerond. In die tijd heeft mijn gezin een gebarencursus gevolgd, vooral om aan tafel gemakkelijker te kunnen praten met elkaar. Ik heb er, misschien zoals velen onder jullie, een half leven over gedaan om te worden wie ik ben en ook om trots te zijn
op wie ik ben. Ik heb eindelijk het gevoel dat ik er helemaal bij hoor. Ik ben er! En vooral ook om mijn eigen passie te kunnen volgen, nl. klassieke homeopathie. In het kader lees je wat dat precies is. Het mooie aan klassieke homeopathie vind ik dat een klassiek homeopaat echt aandachtig luistert naar jou en jouw klachten en de tijd daarvoor neemt. Jou het gevoel geeft dat je er mag zijn, dat je er met je klachten bij hoort. Dat heb ik altijd een beetje gemist in de reguliere hulpverlening. Het is nu mijn passie en ik wil hierin ook voor de groep mensen met een auditieve beperking iets betekenen. Niet alleen mijn vaardigheden als coach, maar ook mijn kennis van de klassieke homeopathie en vooral mijn ervaringsdeskundigheid wil en kan ik inzetten. Heb je n.a.v. dit artikel vragen, schroom dan niet om contact met mij op te nemen.
Klassieke homeopathie Klassieke homeopathie is een natuurlijke, holistische geneeswijze. Holistisch betekent dat de mens als een geheel wordt gezien en niet naar de afzonderlijke klachten wordt gekeken. Het behandelen van alleen een klacht is niet voldoende. Voor het herstel van de gezondheid moet de oorzaak van de ziekte aangepakt worden. Er wordt dus op een dieper niveau naar de mens gekeken. Er is ruime aandacht voor jou als mens. Er kunnen klachten ontstaan als het lichaam, de geest en het sociaal functioneren niet met elkaar in evenwicht zijn. Het is dan ook belangrijk om de balans te herstellen. Homeopathie gaat er vanuit dat ieder mens een zelfgenezend vermogen bezit. Door het geven van een homeopathisch passend geneesmiddel krijgt het lichaam een prikkel waardoor het zelf de balans kan herstellen. Homeopathische geneesmiddelen werken i.t.t. de reguliere medicatie niet onderdrukkend en kennen geen bijwerkingen. De gezondheid wordt juist vergroot en een langdurige genezing bevorderd. Klassieke homeopathie is niet hetzelfde als complexe homeopathie, zoals de geneesmiddelen van de apotheek. De geneesmiddelen van de apotheek bestaan uit een samenstelling van verschillende homeopathische middelen, in de hoop dat 1 middel daaruit op de klacht van toepassing is. Klassieke homeopathie werkt niet alleen op de klacht, maar op de hele mens. De mogelijkheden van een behandeling • Het behandelen van zowel acute als chronische problemen/klachten. Dit kunnen zowel lichamelijke als psychische klachten zijn. • Het verminderen van de klachten die uit een eventuele aanleg (erfelijkheid) voortkomen. • Het voorkomen van chronische kwalen in de toekomst (preventieve werking). • Het versterken van de weerstand. • Het verhogen van de energie, de levenslust en het algemeen welbevinden. Voor welke klachten? Voorbeelden van klachten zijn: allergieën, astma, burn-out, huidproblemen, gewrichtsklachten, hoofdpijnen, maag, darm en blaasklachten, menstruatie-problemen, overgangsklachten, psychische klachten, reumatische klachten, slaapproblemen, verkoudheden, vermoeidheid, vruchtbaarheidsproblemen, concentratieproblemen, gedragsproblemen, vaccinatie-klachten, enz. Interesse? Ga voor meer informatie naar www.karinvandenheuvel.nl of neem contact op met de praktijk via sms: 06-12218305 of
[email protected].
Binnen het thema ‘erbij horen’, is werken aan je zelf voor een goede balans ook heel belangrijk. In de Ziekenhuiskrant van november 2012 lazen wij drie tips. Wij nemen ze over met de aanpassing dat wij ze van werk- naar leefsfeer hebben omgezet. Leven zonder stress, drie tips voor een ontspannen leefweek Kent u dat? U moet die goede vriendin nog mailen, nog even dat tijdschrift lezen, nog een uurtje sporten, u hebt nog niet gegeten en het is al acht uur ‘s avonds. STRESS!
1 U kunt niet alles doen Het is belangrijk om af en toe dingen te doen die u het meest waardevol vindt, niet altijd die het meest urgent lijken. 2 Schrijf uw hoofd leeg Door in een schrift - of moderner, in een smartphone of tablet – al uw gedachten van u af te schrijven blijven ze niet constant ronddwalen in uw hoofd. 3 Wees niet te serieus Lach minstens één keer per dag voluit! Lachen draagt bij aan de vermindering van hormonen die stress veroorzaken en leidt uw gedachten af van problemen.
Zo komt u er vanaf:
Veel succes, de gestreste redactie van Plotsdoof
Balanceerkunst…
12
Column van Cor Toonen - Erbij horen Met deze column doe ik een poging in te haken op het thema van deze Plotsdoof editie: ’erbij horen’. Lastig onderwerp dat dagelijks op je bordje komt, zowel in positieve als negatieve zin. Met dit confronterende thema stoeiden wij, de oude garde, een kwart eeuw geleden al op het jaarlijkse themaweekend in Bakkeveen met diverse subtitels van: “hoe pak je dat aan” tot “werken aan jezelf ”. Het is een thema dat veel ambivalente gevoelens oproept. In het “erbij horen” zit zoveel geven en nemen dat je er nooit klaar mee bent. Ik pak een paar onderwerpen die verbonden zijn aan het ‘erbij horen’ van mijn bordje om mijn gedachten een beetje te sturen: Wanneer is het onmogelijk? Hoe kun je zelf voor een goede basis zorgen? Wat moet de andere mens ervoor doen? Wat moet jij zelf ervoor doen? Onmogelijk - Soms kun je er als Plotsdove echt niet ‘bij horen’ omdat je deels of geheel verloren gehoor het nagenoeg onmogelijk maakt. Dan komt er een soort buitensluiting om de hoek kijken die je confronteert met de harde werkelijkheid. Ik lees een citaat van de Duitse filosoof Friedrich Nietzsche (1844-1900): “Zonder muziek zou het leven een vergissing zijn.” Vertaald naar mijn plotsdoof zijn zou dit citaat dan worden: “Zonder gehoor zou het leven een vergissing zijn”… Pfft dat is nogal wat. Toch voel je dit nogal eens zo op momenten dat in je leefsituatie muziek een hoofdrol speelt. Het is dan de kunst om toch nog een stukje ‘erbij horen’ te beleven, door je bijvoorbeeld te concentreren op visuele aspecten van een muzikaal intermezzo. Je zet dus zo goed mogelijk een andere vaardigheid in om er toch nog een beetje ‘bij te horen’. Het is natuurlijk onzinnig om ‘erbij horen’ pogingen te doen als de jouwen naar een CD of MP3 zitten te luisteren. Is er een clip bij of is het een schouwburgoptreden, dan zijn er weer wel kansen. Je moet dus wel keuzes maken waar er nog mogelijkheden zijn voor het ‘erbij horen’. Goede basis - Vaak doen zich situaties voor dat het ‘erbij horen’ kansrijk is als je maar een goede basis creëert voor het ‘erbij horen’. Voorbeeld: Weet je nog van jezelf of zie je het nu bij je kinderen of kleinkinderen: op de kleuterschool heeft men als start van de dag een kringgesprek, iedereen zit dan om de juf heen. Dat doen ze natuurlijk niet voor niets want oogcontact maken is een sterk onderdeel van de sociale vaar-
digheid. Voor ons is een kring de ideale opstelling voor een goede communicatie en face to face contact. Heb je dus met z'n achten een leuk verjaardagsetentje op een donkere avond dan weet je bij voorbaat dat het ‘erbij horen’ synoniem zal zijn aan een goede communicatie. Kom voor jezelf op voor de goede basisvoorwaarden. Reserveer een grote ronde tafel op een goed verlichte plek of met veel extra kaarsen op tafel. Heb je een CI of gehoorapparaat dan is een rustige plek, vrij van te luide achtergrondmuziek, ook belangrijk. Ter plekke schat je zo goed mogelijk in wat voor jouw concentratie en het overzicht de beste tafelplaats zal zijn, die plaats eis je op, zo nodig met een korte uitleg. De ander - Dan komt het echte ambivalente om de hoek kijken om je verjaardagsetentje een feest van het “erbij horen” te laten worden. Enerzijds moeten je gasten jou tegemoet komen in de communicatie en in het blabla naar en onder elkaar. Zij moeten openstaan voor jouw beperking en bereid zijn anders te communiceren. Wanneer je bij voorbaat weet dat dit niet echt gaat lukken omdat je gasten de vaardigheid missen voor goede articulatie, (ondersteunende) gebaren niet kennen of willen gebruiken of dit alles teveel gevraagd is, wat is dan redelijk om van je gasten te vragen? Dit vraagt een afweging van jezelf, zonder vooroordelen naar de ander. Accepteer je voor deze keer dat het niet anders is? Wat water bij de wijn doen, tevreden zijn met de onvermijdelijke grenzen van het ‘erbij horen. Het alternatief is immers thuis achter de geraniums blijven zitten. Jij zelf - zeer zeker vraagt het ‘erbij horen’ van jou ook in alle redelijkheid naar jezelf te kijken. Niet schromen voor de spiegel te gaan staan en jezelf prikkelende vragen te stellen zoals: ben ik voldoende open, maak ik mijn beperking voldoende zichtbaar, laat ik mijn zelfbeschermingstechnieken van ‘het doen alsof ’ even thuis, zorg ik er voor voldoende uitgerust te zijn om zo mijn andere communicatiemogelijkheden volledig te benutten, doe ik ook voldoende om deze andere communicatievaardigheden als spreekvaardigheid, spraakafzien en gebaarvaardigheid te onderhouden? Als je moet erkennen dat het met de vaardigheid van je gasten en jezelf heel lastig zal zijn een goede ‘erbij horen’ situatie te creëren dan moet je misschien andere mogelijkheden toepassen. Overweeg dan een (schrijf)tolk erbij te halen. Hier heb ik bij privé feestjes nog geen ervaring mee, maar van iemand anders kreeg ik wel mee dat dit een geweldige oplossing kan zijn voor het 'erbij horen'. Zelfs bij zoiets als een verjaardagsetentje. Mijn conclusie na veel nadenken en afwegen is dat het ‘erbij horen’ een eindeloos verlangen is van de plotsdove en eigenlijk van iedere mens. Het doet een indringend beroep op je medemensen en vraagt veel wederkerigheid en veerkracht. Hoe doe je dat? Wat mis ik de training tijdens de themaweekends in Bakkeveen! 13
Interview:
Carla Ossenblok-Schol, gebarentaaldocent sinds 2006
Om maar met de deur in huis te vallen, verwacht je in de toekomst werkloos te worden omdat er geen gebarentaal meer wordt gebruikt? Nee, daar is volgens mij geen reden voor. Er worden nog steeds veel cursussen aangeboden. Misschien zou het door veranderingen in de regelgeving van de vergoedingen wat minder kunnen worden, maar volgens mij niet omdat de taal met uitsterven wordt bedreigd. Wat voor cursussen geef je? Ik geef les in Nederlandse Gebarentaal, Nederlands met Gebaren en Vierhandengebaren. Welke cursus wordt aangeboden is meestal afhankelijk van welk advies er voor de cliënten is afgegeven. Zelf heb ik geen echte voorkeur. Ik heb ook niet het idee dat NGT beter is dan NmG. Je kunt het ook niet echt met elkaar vergelijken, volgens mij. Het zijn twee verschillende dingen. NGT is een taal, NmG een ondersteuning bij de taal die je al kent (of aan het leren bent). Hoe kwam je op het idee om gebarentaaldocent te worden? Ik had een keer een boek gezien met het handalfabet en informatie over gebarentaal en dat vond ik interessant. Ik bedacht dat het eigenlijk wel raar is dat wij Nederlanders veel vreemde talen spreken, maar de taal die de dove buurman/ vrouw spreekt niet. Ik wilde die taal leren. Ik ben een beginnerscursus (AB1) gaan volgen. Toen die klaar was wilde ik meer. Een aantal jaren later ben ik de opleiding gaan volgen tot gebarentaaldocent op de HU in Utrecht. Aan hoeveel mensen / groepjes geef je momenteel les? Ik geef momenteel 6 verschillende lessen. Dat zijn toevallig allemaal kleine groepen van ongeveer 5 mensen. Alle leeftijdsgroepen zijn vertegenwoordigd, van jonge gezinnen tot mensen net onder de honderd. Het gaat vooral om gezinssituaties, maar er zit ook een 1 op 1 les bij. Al deze lessen geef ik bij de mensen thuis. Zijn er wachtlijsten? Nu moeten sommige mensen wel wachten, maar of je echt van wachtlijsten kunt spreken weet ik eigenlijk niet. Er moet een docent beschikbaar zijn die de lessen kan geven op het moment dat de cliënt en docent allebei tijd hebben, dus soms moeten mensen dan wachten tot dat het in de planning van beide partijen past. Zijn jouw cursisten plots- en laatdoven? Mijn cursisten vallen in alle categorieën. Vaak hebben ze horende familieleden/mensen in hun omgeving en moeten ze met elkaar leren communiceren in gebarentaal of NmG. Er zijn ook mensen die een cursus volgen omdat ze het verleerd/ vergeten zijn en de tolk nu niet (goed) kunnen volgen.
14
door Jopy Sol Je hoort de laatste tijd regelmatig mensen roepen dat doofgeboren kinderen met een CI geen gebaren moeten leren, omdat ze dan beter leren praten. Ben je het daar mee eens? Nee, daar ben ik het niet mee eens. Iedereen heeft recht om te leren communiceren in een voor hem/haar toegankelijke taal. CI is een hulpmiddel, net als een hoorapparaat. Als dat niet werkt of je draagt het niet, dan wordt het communiceren ineens heel wat lastiger als je alleen bent aangewezen op spraakafzien. Zeker als je daar, doordat de apparatuur die je draagt, minder in getraind bent.
Is het zinvol voor oudere plots- en laatdoven om nog gebarentaal te gaan leren? Ja volgens mij wel. Als ze het willen kunnen ze het echt leren, maar ze moeten er meer moeite voor doen en de motivatie om het te leren is dan dus extra belangrijk. Maar ook de mensen in hun omgeving moeten daar dan tijd in steken en dat lukt niet altijd. Het is prettig als je zelf kunt gebaren, maar de meeste plots-laatdoven hebben juist mensen nodig die dat tegen hen kunnen doen. Met wie moet je communiceren als niemand in je omgeving kan gebaren? Daar win je niks mee. Waar zitten de belangrijkste problemen? Tempo, het tempo voor het standaard aantal lessen is te hoog, dus je hebt een paar lessen extra nodig. Ze moeten zelf heel veel oefenen en er dus veel tijd in steken om alles te kunnen verwerken en te onthouden. Kunnen die mensen spraakafzien als de cursus begint? Hoe communiceer je dan met hen? Sommige mensen hebben lessen gevolgd in spraakafzien en kunnen dan in meer of mindere mate spraak aflezen. Als dat niet werkt kan er een schrijftolk bij de lessen worden ingeschakeld. Dat werkt wat mij betreft prima. Als dat niet kan, is het veel opschrijven en aanwijzen. In de loop van de cursus verbetert de communicatie meestal, niet alleen met mij, maar ook met de rest. Maar het resultaat is per persoon zo verschillend dat je daar eigenlijk geen algemene uitspraken over kunt doen. Voor sommige mensen gaat er echt een wereld voor ze open. Doen de voor de dove 'belangrijke' mensen altijd met de cursus mee? De groepjes bestaan uit ouders, kinderen, buren, medewerkers, collega’s… Het kan allemaal en gebeurt ook. Jammer genoeg zijn er ook mensen die niet mee willen doen, omdat ze geen tijd of zin hebben. Maar dat hoeft geen reden te zijn om er niet aan te beginnen. Gaan de meeste mensen verder of stoppen ze na de eerste module?
Dat is voor elke cursus verschillend, ook afhankelijk met welk doel er is begonnen met de cursus. De meeste cursussen die ik heb gegeven waren beginnerscursussen, was er interesse in een vervolgcursus, dan werd die aansluitend gepland. Maar ook met een pauze er tussen omdat de cliënt dat prettig vindt (eerst verwerken van de eerste cursus voor je aan het vervolg begint). Veel mensen denken dat je een gebarentolk kunt volgen als je de drie modules achter de rug hebt, klopt dat? Dat is moeilijk te zeggen, dat is heel persoonlijk en ook afhankelijk van het gespreksonderwerp. Het is niet zo dat je de tolk niet kunt volgen, maar ook niet dat je alles begrijpt. Dat moet je ook niet verwachten na 3 cursussen denk ik. Dat is een begin van je leerproces. Je hebt een goede basis om op door te bouwen/leren Als je 3 cursussen zou volgen in welke, voor jou vreemde taal dan ook, dan is het niet zo dat je vervolgens op alle niveaus kunt spreken en begrijpen in die taal. Dat zelfde geldt voor gebarentaal en NmG. Je leert verder door veel contact te hebben met andere gebruikers en bijvoorbeeld naar het journaal te kijken met tolk. Als dat te moeilijk lijkt, dan kun je beginnen met het jeugdjournaal. Verder kun je op internet filmpjes bekijken op Corpus en voorbeeldzinnen zien en gebaren opzoeken in het gebarenwoordenboek van het NGC (Nederlands Gebaren centrum). Als je een (jaar)abonnement neemt kun je op internet alles zien wat het NGC in huis heeft. Heeft de cursus ook invloed op het contact tussen de dove cliënt en de mensen uit zijn omgeving?
Dat kan, omdat de cliënt en zijn omgeving op een andere manier met elkaar bezig zijn en ook attent gemaakt worden op bepaalde dingen/situaties die lastig kunnen zijn voor de cliënt en waar de anderen zich niet bewust van zijn/waren. Andersom kan ook. Kunnen alleenstaande dove mensen de cursus ook volgen? Ja hoor, dat kan, maar dat is afhankelijk van via welke stichting ze de cursus aanvragen. De ene stichting doet dat wel, de andere stichting werkt met groepen. Het is alleen wel prettig als er ook mensen uit zijn/haar omgeving meedoen, omdat er dan gelijk geoefend kan worden met elkaar en er ook direct meer contact/communicatie is met anderen. Waar kunnen mensen een cursus aanvragen? Je kunt bijvoorbeeld contact opnemen met de GGMD, Kentalis, een audiologisch centrum, Swedoro, Dorswedo enz. Je kunt daar kijken of ze een cursus hebben gepland waar je je bij aan kunt sluiten. Als je al contact hebt met een stichting kun je via die stichting ook een cursus aanvragen. Als je een indicatie krijgt of als je meedoet met iemand die een indicatie heeft, hoef je geen cursusgeld te betalen, anders wel. De dag en het tijdstip waarop de cursus gegeven wordt, wordt in overleg met de cursisten vastgesteld. Het kan zowel overdag als 's avonds. Sommige docenten geven ook in het weekend les. Al met al kun je gerust stellen dat iedereen die gebaren wil leren, dat kan.
Kerst-Inn 2012, een impressie, samengesteld uit opmerkingen van/door bezoekers van de Kerst-Inn
door Erna Streingröver
Er is een huiselijke sfeer natuurlijk, waardoor automatisch de mensen meer tot elkaar zijn. Dit soort momenten zouden we regelmatiger mee willen maken. Wie weet kunnen wij een volgende keer, over een paar weken of zo, met deze mensen of weer anderen, mekaar weer ontmoeten. En dan hoeft het niet altijd met zulk heerlijk eten te zijn. Maar liever wel. Ja, en eten is ook communiceren! Lekker hoor.
Voor de deur staat een tafel met een pan met glühwein en iemand met een brede glimlach. Bij binnenkomst staat de haard aan, net zo warm als de mensen die in het huis zitten. Vandaag hebben wij de eerste Kerst-Inn van de Stichting Plotsdoven.
Het is ook altijd een feest om, ja, wat dan ook met de Stichting te doen. Eigenlijk omdat we altijd wat met elkaar hebben. Meer dan de postzegelverzamelaarvereniging of zo. En het mooie is dat je steeds weer nieuwe mensen ontmoet. Wij sparen plotsdoven…, plots- en laatdove mensen om ons heen.
Vandaag geen dag alleen zitten, maar doorbrengen met de plotsdove familie en vrienden. O dennenboom, o dennenboom, met gebaren dit keer. Vandaag met een groep de hele dag door elkaar praten en het toch kunnen volgen. De schrijftolk vertolkt alles op een groot scherm. En er is begrip als je eens een vergissing maakt, lachen, ontspannen en lekker eten. Niet meer kunnen roddelen… Is ook wel leuk!
15
Beter door de dag met een gehoorbeperking Het NC PLD (Nederlands Centrum voor Plots- en LaatDoofheid) maakt deel uit van GGMD voor Doven en Slechthorenden.
Bij GGMD werken specialisten gehoorverlies. Vakmensen die de gevolgen van plots- en laatdoofheid kennen én met u kunnen communiceren. Het NC PLD helpt u met: • informatie en advies over hulpmiddelen en voorzieningen • training ‘Leven met plots- en laatdoofheid’ • communicatietrainingen zoals spraakafzien en NmG (Nederlands ondersteund met gebaren) • loopbaanbegeleiding • individuele hulpverlening
NC PLD Telefoon Teksttelefoon Sms E-mail Chat
0800 - 337 46 67 (gratis) 0800 - 337 48 57 (gratis) 06 - 10 908 606
[email protected] [email protected] (via (Windows Live) Messenger / MSN)
Heeft u hulp nodig? Aarzel niet en meld u aan. Na aanmelding bespreekt een specialist gehoorverlies uw hulpvraag met u. Vervolgens beslist u samen welke hulpverlening daar voor u het beste bij past. Indien gewenst is bij de gesprekken een gebaren- of schrijftolk aanwezig.
www.ggmd.nl
Geestelijke Gezondheidszorg en Maatschappelijke Dienstverlening voor doven en slechthorenden
16
De communicatie binnen en buiten de Stichting In dit artikel wil ik proberen om drie onderwerpen tegelijkertijd te vangen en wel: Communicatie – Verbondenheid – Federatie. Communicatie Er wordt wel eens gezegd dat je mens bent door communicatie. Ofwel: mensen kunnen met elkaar gedachtes en gevoelens delen door middel van de rede. Deze rede kan op vele manieren herkend worden: door gesproken woorden, geschreven woorden, woorden in gebaren. Ik noem het verder de vorm. Met deze vorm is alles over te brengen en het maakt niet uit in welke vorm, hoewel de ene wellicht op een bepaald moment beter van toepassing is dan de andere. B.v. de geschreven vorm is ook later na te zoeken. Het gesproken woord kan voortdurend bijgesteld worden. Gebaren drukken de emoties goed uit. Deze vormen kunnen tot in de kleinste details gedachtes en gevoelens uitdrukken. Maar zeker ook zeer rationeel zijn. Toch kan het zijn dat een bepaalde boodschap die je over wilt brengen niet begrepen wordt of zelfs geheel anders wordt begrepen, terwijl je denkt dat de ander het volledig begrijpt zoals jij het bedoelt. Hierdoor kunnen heel vervelende dingen ontstaan, ik durf zelfs te beweren dat de meeste misverstanden hierdoor ontstaan. In volle onschuld geef je een mening, probeer je een boodschap over te brengen naar iemand, maar die pakt niet de intentie op. Meestal ook zonder kwade bedoelingen. Voor je het weet is er een conflict ontstaan. Niemand zal lang hoeven na te denken om bovenstaande te herkennen in de eigen situatie. Ja maar, zo heb ik het niet bedoeld. U maakt er een heel ander verhaal van, enz. enz. Ofwel: communicatie is zeker niet alleen de vorm waarin men de boodschap overbrengt, wellicht is dit het kleinste onderdeel van het begrip communicatie. Het belangrijkste doel van communicatie is de boodschap zo over te brengen dat de ander begrijpt wat ik bedoel. De enige manier om dat te controleren is dat degene die de boodschap ontvangt deze herhaalt en zeker de intentie van de boodschap herhaalt. Pas als dit weer bevestigd wordt door degene die de boodschap overbrengt, weet men zeker dat men het over hetzelfde heeft. Lastig? Jazeker, maar het is nog veel lastiger, omdat elk mens ook vaak zijn eigen gedachtes heeft en zijn eigen wensen en doelen. Soms, zo niet vaak, kan het niet begrijpen van de boodschap je veel beter uitkomen. Tegenstellingen kunnen zo uitvergroot worden, met uiteindelijk resultaat dat er niets gebeurt of er ontstaat zelfs ruzie. Het totaal tegengestelde van wat de bedoeling was. De mens is een ongelofelijk inspirerend, maar tevens een eveneens ongelofelijk moeilijk in te schatten iets. Oprechtheid, eerlijkheid, gedrevenheid, gewenst gedrag, dubbele boodschappen, dit zijn slechts kleine deeltjes van de kenmerken die invloed hebben op het willen en kunnen begrijpen van een in beginsel eenvoudige boodschap. Als die eenvoudige boodschap dan ook nog eens in verschillende vormen, dus in gesproken woord, in gebaren of in een combinatie daarvan, wordt overgebracht is dit nog moeilijker.
door Peter Raggers
Federatie Vandaar dat binnen het streven naar een federatie extra inspanningen dienen te worden verricht om de boodschappen helder over te brengen. De intentie van de boodschap te bevestigen en eventueel weer opnieuw over te brengen net zolang tot het duidelijk is. Een proces dat inspanning vereist, dat duidelijkheid vereist en vooral wederzijds vertrouwen en respect vereist. Onmogelijk? Zeker niet. Het is heel goed mogelijk en dat wordt ook aangetoond in het federatieproces. Maar ingewikkeld kan het wel zijn. Werelden van geschiedenis, van culturen en gerichtheden dienen helder te worden en te blijven. Bestaande doelgroepen binnen alle organisaties zijn van belang en dienen gerespecteerd te worden. Er zijn veel overeenkomsten binnen veel doelgroepen. Een voorbeeld binnen onze eigen Stichting Plots/laatdoven: Wij hebben donateurs die laatdoof zijn, maar ook plotsdoof. Die oorsuizingen hebben, duizelig zijn, overlast van geluid hebben. Die al de combinaties hebben die hierin te bedenken zijn. Wij hebben donateurs met brughoektumoren en aangezichtsverlammingen. Een groot deel van onze donateurs zijn al dan niet geslaagde CI-gebruikers, die al dan niet ook gebruik maken van een hoortoestel. Maar er zijn ook donateurs die alleen hoortoestellen gebruiken. En tot slot, maar wellicht de meest authentieke plotsdoven, die niets van dit alles hebben en die om medische of andere redenen geen technische hoorhulpmiddelen gebruiken of kunnen gebruiken. Maar helemaal bovenaan staat de boodschap die zo helder is als glashelder water: Wie je ook bent en wat je ook hebt, als donateurs van de Stichting Plots- en Laatdoven zijn we met elkaar verbonden. Verbonden in het besef dat we elkaar willen begrijpen om elkaar een steuntje te geven op onze weg in en naar zelfredzaamheid. Verbondenheid Als de zeven organisaties zich volledig richten op verbondenheid en de vele, vele overeenkomsten zien en willen delen, staat er iets heel moois te gebeuren. Dan ontstaat er een positieve kracht die niet alleen de samenhang maar ook de eigen “culturele” groep versterkt. Een federatie die recht doet aan de zeven organisaties, ieder met de eigen doelgroepen, kent horizontale verbindingen tussen de organisatie, die zorgen voor de wederzijdse verankering. Het gezicht naar buiten toe van de federatie wordt gevormd door professionele en ervaringsdeskundigen, die een eenheid vormen. Efficiënt en effectief. Zowel individuele leden als de groepen moeten zich in deze deskundigen kunnen herkennen. Als dat het geval is zal ook voor de “buitenwereld” duidelijk zijn dat er met ons niet te spotten valt. Dat we niet tegen elkaar uitgespeeld kunnen worden en dat wij daadwerkelijk opkomen voor de belangen van onze donateurs en leden maar tegelijkertijd ook voor al degenen die nog niet aangesloten zijn. Juist zij, de niet aangeslotenen, kunnen dan overgehaald worden om mee te doen. Maar dit kan alleen als verbondenheid en respect voor elkaars doelgroepen er- en herkend worden. Wij, de stichting Plots- en laatdoven, geloven erin. 17
Column van Michèle Meirlevede - Erbij horen... soms wel, soms niet Erbij horen... wie wil dit niet? Daar heb ik eerlijk gezegd jááren over gedaan. Zoals jullie weten was ik 18 jaar toen ik volledig doof werd. Jong, nog wat puber en het leven stond nog voor me. Op die leeftijd wil je mooi zijn, pronken, uitdagen, de bloemetjes buiten zetten etc. Maar als je plotseling doof wordt, dan lijkt dit niet meer zo gemakkelijk te lukken. Contacten leggen, nieuwe vrienden maken was niet meer zo eenvoudig. Ik woonde in die tijd op kamers en had gelukkig goed en veel contact met andere huis- en leeftijdsgenoten. Ze hadden met mij te doen en bleven me trouw. Ik had niet écht het gevoel dat ze medelijden met me hadden, al snel accepteerden ze me zoals ik was. Ik ben dan ook iemand die niet snel en lang bij de pakken neer blijft zitten. Jong en naïef als ik was, wou ik de medemens tonen dat ook IK, het best kan, “Yes, I can!”. Mijn leuze was: “Ik zal jullie nog wel wat laten zien!”. Na één week afwezig te zijn geweest op school, werk en kamers was ik weer present. Met vallen en opstaan ging ik mijn gekozen pad op. Gemakkelijk was het niet, maar al bij al deed ik het nog zo slecht niet. Mijn diploma tandtechniek heb ik behaald en ik vond vrij snel vast werk. Het werk op zich beviel me wel, doch de communicatie onder de collega’s verliep nog wel eens moeizaam. Met mijn mannelijke baas ging het helemaal mis. Hij had geen geduld met me en snapte niet veel van wat (plots)doof zijn eigenlijk inhield. Hij deed ook geen moeite om wat meer inzicht te krijgen. In een mum van tijd kreeg ik mijn ontslag. Toen heb ik wel even gepanikeerd... waar zal ik nog ander werk vinden? Blijkbaar stond het geluk ook wel een beetje aan mijn zijde, want snel had ik weer werk. Mijn nieuwe baas was een vrouw en ze had (in ieder geval in de beginperiode) meer geduld met me. De eerste jaren verliepen vrij goed en ik zat goed in mijn vel. Ik voelde mij er grotendeels wel bij horen. Af en toe niet, zoals bij de lunchpauzes etc. Dan was het voor sommige collega’s toch wel lastig om steeds te herhalen etc. Gelukkig had ik vrienden en steun van de familie, zodat ik me hieraan kon optrekken en toch nog het gevoel van “erbij horen” kende. Op een gegeven moment was er de economische crisis. De opdrachten daalden, de zenuwen werden getest en de stress werd steeds groter. Bij gebrek aan opdrachten werd ik technisch werkloos en mijn ontslag lag binnen handbereik. Hierna ben ik naar Nederland verhuisd. Het kostte mij behoorlijk veel moeite en energie om me hier wat thuis te voelen en mij aan te passen aan jullie cultuur. Ook al is België een buurland, er is toch een groot mentaliteitsverschil en ook de taal is anders. Sommige woorden kende ik niet en sommige woorden kenden jullie niet. Sommige woorden hadden hier een andere betekenis en hierdoor werd ik soms volledig verkeerd begrepen. Dat gaf soms hilarische momenten en soms fiks ongenoegen. Binnen een jaar vond ik weer werk, maar dan in een andere
18
categorie, namelijk administratie. Voor mij een uitdaging en ook dit gaf me weer een goed gevoel. Ik hoopte hierdoor sneller ingeburgerd te raken en contacten te leggen. Bij aanvang vlotte dit ook weer prima en ik kende een fantastische tijd. Doch na enkele jaren begonnen de problemen. De ene reorganisatie kwam na de andere en ik belandde steeds op een andere afdeling. Steeds opnieuw beginnen en alweer die communicatieproblemen. Hulpapparatuur had ik niet, ook geen tolk bij vergaderingen. Ik moest naast de notuliste gaan zitten, maar dat was helemaal geen oplossing. Ze noteerde in verkort handschrift en steno, voor mij was dat bijna onleesbaar. Wanneer ik de notulen dan uitgeprint kreeg... tsja, dan was het besluit al genomen en kon ik mijn mening misschien wel geven, maar dan was dit te laat. Ik voelde me hierbij eigenlijk wel opzij geschoven. In die tijd had ik geen notie van wat er allemaal bestond qua hulp of hulpapparatuur. ‘s Avonds was ik zó moe dat ik geen energie had om het uit te zoeken. Internet bestond nog niet echt en computers deden net hun intrede in zowel het zakelijke als privé leven. Ik kreeg het steeds moeilijker op kantoor en het ging me echt niet goed af. Totdat er bij mij eigenlijk een grens werd bereikt. Ik begon te beseffen dat ik “anders” was. Ik ben doof en Belg tussen horende Nederlanders. Ook al voel ik me nu evenzeer Belg als Nederlandse. Ik begon me in te leven in die ander en zo kon ik dan toch ook wat begrip opbrengen. Ik begon ook meer te lezen en één zin is me bijgebleven. Door die zin kreeg ik een andere kijk op veel dingen. Door de manier waarop je naar dingen kijkt, veranderen de dingen waarnaar je kijkt. Die zin was: “Wie en waar je ook bent... iedereen hoort bij het geheel. We zijn allemaal mensen met onze eigen ideeën en creativiteit. Iedereen is uniek, iedereen hoort erbij en heeft zijn rechten! Wie zijn zij om je een stempel op te drukken?” Pas toen dit goed tot me doordrong, had ik minder angst en durfde ik meer stappen te ondernemen. Wanneer ik het gevoel had er NIET bij te horen, dan herhaalde ik dat zinnetje. Dat maakte me sterk om door te gaan en niet op te geven. Ik heb natuurlijk een partner en nu een gezin met hond. Zij aanvaarden mij zoals ik ben en dat geeft een heel goed gevoel. Hier vrienden maken is en blijft moeilijk. Na 23 jaar heb ik nu wel enkele vrienden en een paar goede kennissen. En dat is goed zo. Ik besef ook dat wanneer je ouder wordt, je vriendschappen ook anders zijn. Het is niet meer zoals vroeger, toen je nog jong was. Dat kent iedereen, ook horenden. Wat een ander mens nu van mij denkt... nou ze denken maar! Ik blijf mezelf, doe mijn ding. Als iemand mijn pad kruist en mij aanvaardt dan is dat mooi meegenomen. Iedereen kent wel eens het gevoel er niet bij te horen. Bij de ene persoon wat meer dan de andere, maar zoals hierboven verteld: We zijn allen een deel van één geheel... we horen er allemaal bij. Ik probeer en blijf het mooie van het leven zien en probeer zoveel mogelijk van de dag te genieten. “Carpe diem!”
De FOSS is er voor u én uw kind!
door Arend Verschoor
Historisch overzicht van de FOSS in vogelvlucht De FOSS werd in 1973 opgericht door de ouderraden van scholen voor slechthorende kinderen (sh) en kinderen met spraak-taalmoeilijkheden (esm). De oprichting kwam voort uit een sterk groeiend besef dat ouders zelf moeten opkomen voor de belangen van hun kind. Niet alleen individueel, maar zeker ook in het land voor de hele groep. De FOSS is in de loop der jaren een vereniging geworden waar door ministeries en andere instanties goed naar geluisterd wordt. Dit wordt nog versterkt door de maatschappelijke ontwikkeling dat het steeds belangrijker wordt gevonden dat gehandicapten en hun ouders zelf keuzes kunnen maken voor de invulling van zorgverlening en onderwijssituatie. Informatieverstrekking De FOSS geeft in eigen beheer informatiemateriaal uit, zoals folders en boeken. Het kwartaalblad "FOSSTAAL" geeft actuele informatie en gaat in op de Arend Verschoor is als achtergronden van het nieuws. In dit blad is beleidsmedewerker in dienst bij verder plaats voor meningen en discussies, tips de FOSS vanaf november 1985. en adviezen. Veel informatie wordt gegeven aan In die periode is er veel veranouders, studenten en professionals die indivi- derd, denk alleen al aan de dueel contact opnemen met de FOSS. komst van internet. In die periode is ook merkbaar geworden dat leden van de FOSS meer Kernprobleem: Communicatie Belangenbehartiging. De groep slechthorende kinderen en de groep De FOSS is actief op veel uiteenlopende terrei- individueel gericht zijn. Toch zijn kinderen met spraak-/taalstoornissen hebben nen. We maken ons sterk voor een goede hulp- de vragen en zorgen van ouders als gemeenschappelijke beperking de verstoorde middelenverstrekking. Juist voor kinderen moet in essentie dezelfde gebleven: communicatie met hun omgeving. Het gevaar het allerbeste beschikbaar zijn zonder dat “Hoe kan mijn kind zich zo goed mogelijk ontwikkelen!” van een niet goed verlopende sociaal-emotioneouders hoge eigen bijdragen hoeven te betalen. le ontwikkeling is vervolgens levensgroot aanDe FOSS richt zich ook op meer ondertiteling wezig. Gedragsproblemen, vereenzaming, een gering zelfvan tv-programma’s. In het Samenwerkingsverband beeld, het komt nog wel eens voor bij de kinderen. Ondertitel Alle Programma’s! (SOAP!) werken we met andere organisaties, zoals de Stichting Plotsdoven, samen om Het niet kunnen hanteren van de taal is erg ingrijpend. In de dit doel te bereiken. moderne samenleving is taal steeds belangrijker geworden. Bovendien zijn taal en spraak belangrijke middelen bij het We zijn onder andere actief op het gebied van kwaliteitsbedenken en ordenen. Kinderen die de taal onvoldoende vordering van zorg en onderwijs, op het verkleinen van de beheersen zijn vaak angstige kinderen omdat hun eigen bureaucratie en het verminderen van wachtlijsten, op maatdenkwereld en de wereld om hen heen zo weinig houvast schappelijke participatie van kinderen en jongeren, op het biedt. Piet Grijs schreef ooit: “Echt arm zijn niet de mensen landelijk beleid voor cochleaire implantatie bij kinderen, op met weinig guldens, maar zij, die bijna geen woorden hebsamenwerking op Europees niveau, en nog veel meer. ben”. Er is dus veel aan gelegen om zo snel mogelijk en intensief te werken aan de taalontwikkeling, juist ook in de Vroegtijdige onderkenning wetenschap dat de taalgevoelige leeftijd vooral tussen de 0 en De handicaps van kinderen met een gehoorstoornis en van 8 jaar ligt. kinderen met een spraak-/taalstoornis zijn onzichtbaar. Velen zien het daarom over het hoofd of weten er geen raad mee. Dit geldt ook voor de ouders. “Mijn kind praat nog steeds niet Zelfstandigheid goed, komt dat nog vanzelf op gang?”. Vroegtijdige onderkenVoor ouders is steeds de vraag hoe je kind een plek kan krijning is essentieel voor een juiste aanpak van de taalontwikkegen in de maatschappij en hoe je kind kan opgroeien tot ling én voor een juiste beeldvorming van ouders over hun zelfstandigheid. Deskundige hulpverleners, pedagogen en kind. Zolang ouders niet weten wat er met hun kind aan de leerkrachten die rekening houden met de opvoedkundige hand is liggen onbegrip en irritaties op de loer. Niet alleen visie van de ouders zijn bij het vinden van antwoorden zeer tussen ouder en kind, maar ook tussen ouders onderling, of welkom. met de familie en niet te vergeten tussen het kind en de Het gaat uiteindelijk om zoveel zaken: stimulering van de broertjes en zusjes. Ouders vertellen ons: “Als ik het nou taalontwikkeling, sociaal gedrag, schoolkeuze, vrienden, parallemaal eerder had geweten, dan had ik ook beter op de situticipatie op een (sport-)club, zelfstandig naar een winkel atie kunnen inspelen en was ik niet zo ongeduldig geweest”. gaan of op reis gaan, en nog veel meer. 19
Bovendien komen er weer nieuwe uitdagingen voor de jongeren: werk vinden, uit huis gaan, een relatie krijgen, etc. Met een communicatieve handicap is dit allemaal niet vanzelfsprekend, er moet veel moeite voor gedaan worden. In de praktijk wonen nog veel jong-volwassenen thuis bij hun ouders. Dat is een dilemma voor zowel de ouders als voor hun kind. Ouders moeten leren hun kind op tijd los te laten en de maatschappij moet openstaan voor mensen met een handicap. De FOSS zal ook in de komende jaren prioriteit stellen bij het oplossen van knelpunten die de weg naar zelfstandigheid in de weg staan. Dat is voor onze kinderen essentieel, want
Boekrecensie:
zwakke groepen krijgen vaak de minste kansen. Samenwerking met de Molenorganisaties De FOSS wil graag intensiever samenwerken en staat ook van harte achter de intentieverklaring om te komen tot een federatie van de Molenorganisaties. Er is veel wat ons bindt en samen kunnen we echt meer voor elkaar krijgen. Belangrijk in het proces naar de federatie is dat we elkaar wederzijds respecteren en dat we elkaar kunnen vertrouwen. Als we dat kunnen opbrengen ligt er een mooie toekomst te wachten waar onze gezamenlijke achterbannen veel aan zullen hebben.
‘Verhaal halen bij doven’ een geschiedenis
door Cor Toonen
De auteur Peter van Veen (1965) reisde het hele land door om met doven over hun leven te praten. Het resultaat is een boeiend en zeer leerzaam boek waarin nu eindelijk eens de doven zelf aan het woord komen. Tussendoor maakt de lezer op een beknopte wijze kennis met geschiedenisfragmenten over de dove mens van ruim voor onze jaartelling tot heden. Een groot aantal doven tussen de 50 en 90-plus vertelt in gespreide fragmenten over hun leven, de frustraties, de beperkte ontplooiingskansen, de betutteling, de vooroordelen maar ook over de vreugde in hun leven. Omdat er in elk hoofdstuk belevingsfragmenten van de doven zelf staan leest het boek voor mijn gevoel heel prettig. Nu ken ik aardig wat van de geïnterviewde personen door persoonlijk contacten. Je beseft daardoor nog indringender hoe groot de veerkracht en trots van deze mensen is en hoe ze ondanks alle beperkingen die ze opgelegd kregen veelal toch iets moois van hun leven maakten. Het is een boek dat je niet alleen veel inzicht geeft, maar je ook beter in staat stelt om je in de wereld van de doofgeboren en vroegdove medemens te verplaatsen. Kortom, in deze tijd dat we op weg zijn naar een federatie van 1,5 miljoen Nederlanders met een gehoorbeperking, een waardevol boek vol egodocumenten om inspiratie uit te putten voor het naar elkaar toe groeien. Tekenend voor de inleving van de auteur is zijn reactie op mijn vraag over de naamgeving van het boek. Ik citeer daarover. Vraag: Wat mij bezig houdt is de naamkeuze van het boek. Waarom deze naam? "Verhaal halen" is toch een term voor: "ter verantwoording roepen"? Ik lees het boek als een getuigenis en als "luisterboek" met achtergrondinformatie over de dove senioren van nu. Het is voor mij meer een "luisteren naar dove senioren”. Vandaar de vraag naar het waarom van de titel. Antwoord: De belangrijkste betekenis van de titel is dat ik het verhaal van doven heb willen opschrijven. Er zijn al verschillende boeken over de geschiedenis van doven, maar dat zijn veelal boeken geschreven door de doveninstituten, waarbij ze vooral hun eigen rol (hun eigen successen) belichten. Ik wilde een boek schrijven waarin doven zelf aan het woord komen en
20
de geschiedenis beschrijven vanuit hun perspectief. Daarom de titel 'Verhaal halen bij doven'. Er zit echter ook een andere betekenis achter 'verhaal halen'. U constateert terecht dat je hiermee doven zelf ter verantwoording roept. De vraag is dan echter: waarvoor roep je ze ter verantwoording. Uit de geschiedenis blijkt dat je doven niet of nauwelijks ter verantwoording kunt roepen. Reden is dat ze geen verantwoordelijkheid kregen, vaak zelfs niet over hun eigen leven. Daar zit, volgens mij, ook zoveel verdriet bij doven. Ze wilden over zichzelf beslissen en niet ongelijkwaardig behandeld worden.
Als je het vanuit dit perspectief bekijkt heeft de titel iets cynisch. Maar, wat hierboven staat moet iets genuanceerd worden. Ik constateer namelijk dat doven onderling ook nogal eens van mening verschilden over wat een 'echte dove' is. In de dovengemeenschap was/is de sociale controle groot, wordt in hokjes gedacht en bestaan er verwachtingen hoe je je dient te gedragen (zoals je dat in iedere gemeenschap ziet). Ik heb doven gesproken die zeiden dat, in mijn ogen andere doven, geen echte doven waren omdat ze geen dove ouders hadden. Mijn uitgangspunt is dat je in de eerste plaats een mens bent met een naam en dan pas horend of doof. Dat betekent dat iedereen gelijkwaardig is en je mensen niet mag uitsluiten of veroordelen wanneer ze zich niet als 'echte dove' (wat dat dan ook moge zijn) gedragen.
de geschiedenis van hun leven. En nog weet je aan het eind van dit boek niet helemaal hoe het vandaag de dag gesteld is met doven. Dankzij de emancipatiestrijd kwamen er wel betere voorzieningen, mochten doven een eigen taal gaan gebruiken, maar zijn zij zich hierdoor ook beter gaan voelen? Hoe kan een horende eigenlijk zijn visie geven op doof-zijn?
Voor allen die naast ons staan is het ook een zeer aan te bevelen ‘gebruiksboek’, omdat achter in het boek naast een uitgebreid notitie overzicht, ook een bibliografie, zakenregister, personenregister en een website overzicht is opgenomen.
Opmerking: gelijk met het boek is de website www.verhaalhalenbijdoven.nl gelanceerd. Hier kun je ingestuurde verhalen lezen en filmpjes bekijken. Ook kun je er je eigen verhaal/verhalen opzetten of aan de auteur aanbieden voor plaatsing. Een unieke kans, ook voor de plotslaatdoven
En dan nog een fragment uit de toelichting op de omslag van het boek: ‘Laten wij elkaar aankijken, onszelf in de ander zien en in een taal spreken die wij beiden begrijpen.’ Hoe lang is ’t geleden dat doven op hun vingers getikt werden omdat ze gebaren gebruikten? Hoe is de relatie doof – horend? Hoe lukte het doven in de loop der tijd te emanciperen? Eeuwenlang zagen horende mensen doven immers als minderwaardig, zielig of onaangepast. In dit boek schetst hij
Aan het slot van het boek komt de auteur met verrassende uitspraken. U kunt het boek kopen of bestellen via de boekhandel of bij bol.com en ook via Van Tricht uitgeverij. Informatie: boek 21,5 bij 15,5 cm, 232 pag. omslag in kleur, binnen zwart wit met veel foto’s. Auteur: Peter van Veen ISBN 9789077822555 Verkoopprijs € 22,50
www.hoortoestelbatterijen.nl Nu goedkope hoortoestelbatterijen via internet
vanaf
1.39 euro per blister van 6 stuks (ook voor CI)
BatterijTotaal vanaf 1,39 euro
Rayovac vanaf 2,49 euro
Power One vanaf 2,49 euro
Voordelen via internet:
- Uw bestelling wordt gratis verzonden - binnen 48 uur bij u op de mat - betalen na ontvangst (geen risico) - niet goed: geld terug garantie Probeert u het eens! U zult er geen spijt van hebben.
Ook voor cochleair implantaat (o.a. Power One Ci-batterijen)
21
De Gelderhorst Nieuwe website van De Gelderhorst De Gelderhorst heeft een nieuwe website. De komende tijd kunt u zien dat de website nog verder wordt uitgewerkt. Bijvoorbeeld met folders die nu in tekst beschikbaar zijn, zullen binnenkort als filmpjes op de website te zien zijn. Komt u dus regelmatig even kijken op www.gelderhorst.nl
4e Nederlandse Ouderendag voor Doven Op 21 juni vindt de 4e Nederlandse Ouderendag voor Doven plaats. De Gelderhorst is organiseert deze dag. Om aanwezig te kunnen zijn, is opgeven noodzakelijk. Opgeven kan via onze website www.gelderhorst.nl
De Gelderhorst is het landelijk centrum voor oudere Doven. Wij zijn een jong en dynamisch centrum en bieden huisvesting, zorg, verpleging en dienstverlening aan oudere Doven. Tevens verhuren we 81 appartementen aan oudere Doven voor zelfstandig wonen. De Gelderhorst organiseert ook dagrecreatie in: Ede, Rotterdam, Dordrecht, Eindhoven, Zoetermeer, Soesterberg, Hoogeveen, Heerhugowaard en Leiden.
De Gelderhorst, Landelijk centrum voor oudere Doven - Willy Brandtlaan 40 - 6716 RK EDE Telefoon 0318-698100 - Fax 0318-698120 - Teksttelefoon 0318-698130
[email protected] - www.gelderhorst.nl
22
‘Viewradar’, een universitair onderzoek
door Cor Toonen
Vanaf april tot december 2012 heeft Jannes Lohmeijer, student Industrieel Ontwerpen, voor zijn Bachelor opdracht in opdracht van - en in samenwerking met de Gelderhorst en de Wetenschapswinkel van de Universiteit Twente - een studie verricht naar de haalbaarheid van een 'Viewradar'. De Viewradar is een idee van Cor Toonen, adviseur technische voorzieningen van de Stichting Plotsdoven. Vooraf hebben alle Houtense organisaties een gezamenlijke verklaring uitgegeven waarin zij dit project ‘belangrijk’ verklaren. Ook heeft de NOVU (Nederlandse Orde van Uitvinders), als voorselectie, het idee op zijn waarde positief beoordeeld. Een groep van ruim 30 plots-laatdoven heeft meegewerkt aan dit onderzoek door een uitgebreide vragenlijst in te vullen. Op 13 februari heeft de student zijn onderzoek toegelicht en verdedigd tijdens een besloten examensessie. Hierbij waren de bestuurder van De Gelderhorst, Jan Tempelaar, en de externe projectbegeleider, Cor Toonen, aanwezig. In een later stadium hopen we verslag te doen van het eventueel vervolg ofwel de bouw van enkele prototypes van de Viewradar. Samenvatting van enkele fragmenten uit het nog niet vrij gegeven onderzoeksverslag: Fietsen is een toegankelijke manier van transport en zorgt tevens voor recreatie en ontspanning. Dit laatste geldt niet voor mensen met een auditieve beperking. Zij horen niet wat er van achteren nadert en voelen zich daarom onveilig. Uit de resultaten van de vragenlijst “Fietsen met een Auditieve Beperking” blijkt het volgende: De auditief beperkte fietser schrikt van voorbij scheurende wielrenners en brommers/ scooters. Hierdoor is deze gespannen en past zijn rijgedrag aan. Een enkele respondent stapt niet meer op de fiets. Huidige hulpmiddelen zijn niet toereikend en bovenal stigmatiserend. Een fietsspiegel heeft zijn nadelen en beperkingen in het gebruik. Het door de Nederlandse Vereniging Voor Slechthorenden (NVVS) ingevoerde Slecht Horend bordje (S|H) heeft geen effect omdat dit onbekend is. Er is daarom behoefte aan een nieuwe oplossing. Cor Toonen, zelf doof, kwam met het idee 'Viewradar'; een apparaatje dat ziet dat er een object nadert en de fietser waarschuwt. De aanname is dat een dergelijk product het gevoel
van onveiligheid van de auditief beperkte fietser wegneemt of beperkt. De opdracht was om de technische haalbaarheid van het idee te toetsen. Daarnaast is de gebruiksvriendelijkheid van het voorgestelde idee onderzocht. Volgens de techniekfilosofie kan men een product pas goed gebruiken als men de techniek 'inlijft'. Men ervaart de werkelijkheid dan via de techniek, terwijl de techniek zelf in de achtergrond is geplaatst. Het principe van de “Viewradar” gaat uit van het waarschuwen van de gebruiker. De verwachting is dat een waarschuwing de gebruiker afleidt van het fietsen zelf, met alle gevolgen vandien. Deze hypothese is slechts te toetsen met behulp van gebruikstesten. Als detectiesysteem komt een Dopplerradar in combinatie met een Ultrasoonsensor als beste naar voren. Als feedbacksysteem is gekozen voor een tactiel trilsysteem bijvoorbeeld in de vorm van een polsbandje met trilelement. Dit systeem kan zowel absolute (waarschuwing) als proportionele (informatief) feedback geven. Uit de resultaten van de vragenlijst blijkt dat men ook graag een visuele bevestiging wil. De conclusie is dat de 'Viewradar' zeker haalbaar is. Belangrijkste aanbeveling is om bij vervolgonderzoek de praktijk als uitganspunt te nemen. Gebruikstesten leiden tot stapsgewijze veranderingen van de 'Viewradar'. Dit ontwerptraject resulteert in een prototype dat voldoet aan alle eisen en wensen. Pas dan kan gedacht worden aan massaproductie. De tweede fase van dit project, keuzes en prototype maken, kan pas ingaan als wij de fondsen voor de vervolgstudie hebben verworven. Hier wordt nu hard aan gewerkt. We hopen dat de Universiteit Twente het project als masterstudie kan vervolgen. Geduld en volharden is nu de opgave. 23
Nieuws van de steunpunten in het land Stadswandeling Amsterdam
Vriendelijkheid is een taal die blinden kunnen zien en doven kunnen horen. Mark Twain
De manier waarop we communiceren, met anderen én onszelf, bepaalt uiteindelijk de kwaliteit van ons leven. Anthony Robbins
Stoute schoenen, Vrij vertaald bijbelfragment naar Marcus 10.50:
“ De (plots)dove trok zijn stoute schoenen aan, sprong overeind en begon de berg van vooroordelen te beklimmen” CoTo jan. 2013
Zaterdag 23 februari was de eerste wandeling van dit jaar. En voor het eerst een stadswandeling wat meteen al voor verwarring zorgde. Een aantal mensen verwachtte een gids. Op zich een idee voor een volgende stadswandeling, maar daar zijn ook kosten aan verbonden en tot nu toe zijn de wandelingen gratis op je eigen consumpties na. Maar ik zal er zeker over nadenken. Nu wierp Peter zich op als gids en wist een aantal leuke dingen te vertellen over o.a. de 9 straatjes, de ramen in de herenhuizen, het Portugees en Joods museum, Anne Frankhuis, Nooit meer Auschwitz (monument van Jan Wolkers), Turks koffiehuis (daar ook heerlijk warm wat gedronken) en nog veel meer. We hadden een grote groep voor de wandelin-
gen, 15 personen die mee liepen door het prachtige maar o zo koude Amsterdam. Het grootste deel van de mensen waren nieuwe mensen voor mij. Ik heb zelf weinig van de omgeving gezien maar des te meer lopen kletsen en gebaren. We eindigden in de bibliotheek van Amsterdam. Hier was een open podium met gebarentolk! Velen hebben hier nog zitten kijken. Linda, Annette, Rudi, Wendy, Frits, Xavèr, Myrthe, Jorieke en vriend, Ton, Jopy, Betty en Peter bedankt voor de gezelligheid en hopelijk tot een volgende keer weer. Erik en Anja
Landelijke dag Dit jaar wordt de landelijke Plotsdovendag op zaterdag 25 mei gehouden. In januari is er een werkgroep gevormd waar 5 studenten van de HU aan meewerken. Verder zitten Wil van Essen en ondergetekende in deze voorbereidingscommissie. Een eerste bijeenkomst hebben we al gehad en we zijn razend enthousiast aan de gang gegaan. Medio april krijgen alle donateurs een uitnodiging en zal het ook op de site van de Stichting Plotsdoven te zien zijn. Houd de site en/of uw brievenbus rond die tijd in de gaten. Gerard de Vijlder
24
Activiteiten 2e kwartaal 2013 Wandeling over het Griendmuseumpad (Hollandse Biesbosch) - Steunpunt Rijnmond Zaterdag 13 april De Hollandse Biesbosch is een natuurgebied dat ingeklemd ligt tussen de Nieuwe Merwede en de Beneden Merwede. Samen met de Brabantse Biesbosch maakt het deel uit van het Nationale Park de Biesbosch. De Biesbosch biedt rust en voedsel aan bevers en tienduizenden watervogels. Ook roofvogels zoals de zeearend gebruiken de Biesbosch graag als winterverblijf. We maken een wandeling van ongeveer 5 km over het Griendmuseumpad. Grienden zijn vochtige akkers waarop tot ca. 1960 wilgenhout werd verbouwd. De wandeling voert ons door twee polders. De eerste polder is al helemaal teruggegeven aan de natuur, de tweede polder wordt bewust gecultiveerd. We volgen grotendeels de waterlopen die de polders drooghouden. Onderweg zien we naast diverse wilgensoorten ook vele andere bloemen en planten. We worden tijdens de wandeling begeleid door de meeste uiteenlopende vogelgeluiden. Programma: 10.30 - 11:00 Verzamelen op Dordrecht CS. 11.00 Lopen richting Merwedekade. 11.45 De Waterbus over de Merwede naar de Biesbosch. 12.00 Aankomst. Korte wandeling naar het restaurant voor een koffie/thee- pauze 13.15 Start wandeling bij het Biesboschcentrum Koffie/thee-pauze na afloop 17.10 Waterbus terug naar Dordrecht 17.30 Aankomst Dordrecht CS. Tips: De waterbus kan met OV-chipkaart betaald worden, retour ca. € 4. Kom op tijd, want hij vaart maar één keer per uur! Rubberlaarzen of stevige hoge wandelschoenen zijn handig voor deze tocht. Je kunt ze het beste zelf meenemen in een aparte tas. Rubberlaarzen zijn ook te huur aan het loket van het botenhuis naast het bezoekerscentrum. Neem iets te drinken en te eten mee. Tijdens de wandeling is niets te krijgen. NB Bij extreem hoog water kunnen we de wandeling niet maken, maar er zijn dan genoeg andere (wandel-)mogelijkheden. Bij het Biesboschcentrum kunnen we op een elektronische peilschaal zien hoe hoog het water staat. Bij terugkomst in Dordrecht kunnen wij ergens gaan eten, maar dat is vrijblijvend. Opgeven Graag opgeven bij Emma, haar e-mailadres is:
[email protected]
Mosterdfabriek Doesburg - Steunpunt Zuid Zaterdag 27 april Er op uit met Steunpunt Zuid naar de Mosterdfabriek. Ook altijd al willen weten waar Abraham de mosterd vandaan haalt? Vandaag krijgen we hier antwoord op. Waar: Bushalte Meipoort te Doesburg Hoe laat: 13.00 uur verzamelen Kosten: entree museum € 2,00 p.p. Tolk: Aanwezig Voor wie: Iedereen, maar maximaal 2 student tolken i.v.m. de grootte van de groep Opgave:
[email protected]
De Mosterdfabriek Het verstilde oude stadje Doesburg aan den IJssel herbergt binnen zijn veste een uniek fabriekje, tevens museum. In 1974 is het oude fabriekje uitgebreid tot een "werkend" museum. Van diverse verdwenen oude mosterdfabriekjes kunt u de oude molens met de bijbehorende apparatuur bedrijfsklaar bezichtigen. Tevens kunt u zien hoe nu nog door de ouderwetse "boeren" mosterd wordt gemaakt. http://www.doesburgschemosterd.nl/ OV Per trein: tot Arnhem, daarna per bus lijn 27 of 29 Richting Doetinchem. Uitstappen in Doesburg bij halte "MEIPOORT" Park De Hoge Veluwe - Activiteiten Commissie Vrijdag 10 mei Op deze vrijdag na Hemelvaart gaan we weer naar De Hoge Veluwe, een park met vele mogelijkheden om ons te vermaken. We maken een Themawandeling o.l.v. een gids en natuurlijk een tolk NmG er bij. De wandeling zal ongeveer twee uur duren. Voor degenen die niet mee gaan wandelen is er genoeg te doen: fietsen in het uitgestrekte gebied, een bezoek aan Museonder, Kröller-Müller museum met de beeldentuin, het Jachtslot St. Hubertus enz. Later zien we elkaar dan weer terug om samen nog wat te drinken. Kom ook gezellig! We spreken af om 11 uur bij de ingang in Otterloo, Houtkampweg 9. Vandaar gaan we wandelend of op de witte fiets naar Café De Koperen Kop in het centrum van het park, waar we eerst koffie en/of…. drinken. 25
Technische voorzieningen Cor Toonen Stuiverstede 9 5431 RT Cuijk tt: 06 - 43 02 89 95 tt:
[email protected] fax: 0847 - 12 40 05 (ma t/m do na 20.30 u.)
[email protected]
CI-lotgenotencontact Wil van Essen-Verhoef Ernst Casimirlaan 31, 6824 SG Arnhem
[email protected]
Gebarencursussen GGMD voor Doven en Slechthoren den NmG coördinatoren te bereiken via:
[email protected]
Ondertiteling TV Frans Vercammen Vincent van Goghlaan 5, 5246 GA Rosmalen tel: 073 - 641 95 01
[email protected]
Website Lex Wassenberg Anton van der Horst
[email protected]
Redactie Internet (inhoudelijke zaken website) Erna Steingröver (Hoofd) Gerard de Vijlder Yvonne Chu
[email protected]
Wandeling o.l.v. de gids zal om 13 uur beginnen. Mensen die met eigen auto of met de bus naar het centrum gaan zien we daar tegen ongeveer 11.30 uur. Bus 106 stopt in het centrum. Toegang Park € 8,40. Inclusief Museum Kröller-Müller is het € 16,80. Informatie bij Jan Commandeur:
[email protected] Wandeling Utrechtse Heuvelrug - Act. Commissie (NS-wandeltocht 8-14 km) Zaterdag 1 juni We beginnen de wandeling bij station Driebergen-Zeist om 11.00 uur en eindigen na 14 km op station Maarn. Of je kunt de bus in Austerlitz nemen na 8 km, richting Zeist. In het landgoed Bornia wisselen bos, heide en zandverstuivingen elkaar af. Het tweede gedeelte van de wandeling gaat een stukje door boswachterij Austerlitz. Op de langere variant (14 km) loop je in het landgoed Den Treek langs de 'Koepel van Stoop'. De statige beukenlanen geven dit gebied een bijzondere charme. Beginstation: Driebergen-Zeist Eindstation: Maarn LAW:Trekvogelpad De routebeschrijving is eveneens verkrijgbaar bij Natuurcafé La Porte op station DriebergenZeist en bij de balies op de stations Utrecht Centraal en Arnhem. Honden: Het begrazingsgebied Heidestein is verboden voor honden. Een alternatieve route wordt getoond op de kaart.
NC PLD Cornelis Houtmanstraat 19-2h 3572 LT Utrecht tel: 0900 - 337 36 63 tt: 030 - 271 61 72 fax: 030 - 271 98 09 www.ncpld.nl
[email protected]
26
Wie gaat er mee? Iedereen is welkom zoals altijd. Echter maximaal 2 studenttolken dit i.v.m. de grootte van de groep en omdat de tolken anders overheersen. Opgave is prettig, dan houden wij er rekening mee dat je komt. Denk aan goede schoenen, kleding afgestemd op het weer, voldoende eten en drinken en wat geld om samen wat te kunnen drinken. Opgave mag naar
[email protected]
Struisvogelboerderij Boerakker Steunpunt Noord Zaterdag 15 juni We komen bij elkaar aan het begin van de middag bij Imke, vanaf 12.30 uur, waar we eerst gezellig kunnen bijkletsen met soep en broodjes. Om 14.30 uur worden we verwacht op de struisvogelboerderij, waar we een rondleiding krijgen over de struisvogels, de eieren en hun producten. Ontvangst met koffie of thee (2x) en 1 grote struisvogel-eierkoek, met een korte presentatie over de nandoes, emoes en alpaca’s. Voor een NmG tolk zal worden gezorgd. Toegang € 7.50 Adres struisvogelboerderij Fam. W. de Kreij Noorderweg 35a 9361 TC Boerakker Opgave en info bij Imke:
[email protected] Weekend 2013 - Activiteiten Commissie Vrijdag 27 t/m maandag 30 september Voor het 12e jaar wordt er weer een gezellig weekend georganiseerd! Locatie: Stadshotel Ootmarsum, Ootmarsum Prijs: €142,50 pp op basis van een 2 persoons kamer.(excl. annuleringverzekering, inclusief toeristenbelasting) 1 persoons-toeslag: € 7.50 Arrangement bestaat uit: 4 dagen, 3 nachten 3x ontbijt, 3x diner ’s avonds een lekker borrelhapje. Aanmelden is op het ogenblik niet meer mogelijk. Als er plaatsen vrijkomen wordt dit via de website en facebook bekend gemaakt. Jan Maarten en Françoise van Dongen Kuiperijhof 21 4902 DB Oosterhout e mail
[email protected] PS: Denk ook aan het Lex Scheffelfonds als de prijs een probleem mocht zijn. Voor 1 juni moet er een aanbetaling gedaan worden van € 50,- pp op rekeningnummer.: 669359505 tnv JM en F van Dongen. Het restantbedrag wordt na afloop betaald, samen met de drankjes die je genuttigd hebt..
Onze activiteitenkalender voor 2013 Zo. 6 januari Zo. 20 januari
West Zuid
Nieuwjaardag borrel in Amsterdam. Bezoek Basiliek van Oudenbosch
Za. 9 februari Za. 23 februari
Noord Act. Comm.
Vlinderparadijs Papiliorama, Havelte Amsterdam wandeling
Vr/zo 8-10 maart Bestuur Za. 23 maart West
Themaweekend Workshop foto’s bewerken
Za. 13 april Za. 27 april
Rijnmond Zuid
Waterboot naar en wandeling in De Biesbosch Mosterdfabriek te Doesburg
Vr. 10 mei Za. 25 mei
Act. Comm. Bestuur
De Hoge Veluwe Landelijke Plotsdovendag
Za. 1 juni Za. 8 juni Za. 15 juni Za. 29 juni
Act. Comm. Bestuur Noord West
Utrechtse Heuvelrug wandeling Jaarvergadering Stichting Plotsdoven Huiskamerbijeenkomst Drachten + Struisvogelboerderij Stoomgemaal en wandeling Cruquius
Za. 13 juli Za. 27 juli
Zuid Act. Comm.
Bootje varen in Breda Vughtse Lunetten wandeling
? augustus
Act. Comm.
Wadlopen
Za. 14 september Rijnmond Vr/ma 27-30 sept. Act. Comm.
Rondvaart Schiedam en Jenevermuseum 12e Gezellig weekend
Za. 12 oktober Za. 26 oktober
Contactdag Meijendel (Landgoed Clingendael) wandeling
Bestuur Act. Comm.
Za. 23 november West
Hermitage Amsterdam
Zo. 15 december Zuid Wo. 25 december Act. Comm.
Traditionele jaarafsluiting met Bowlen en Chinees eten- tje, Nijmegen/Beuningen Kerst-Inn te Geldrop
Let ook op de informatie op www.stichtingplotsdoven.nl. Als u maandelijks per e-mail op de hoogte gehouden wilt worden van de activiteiten van de steunpunten, mail dan naar
[email protected]
Steunpunten Steunpunt Noord Imke Rozema Langewijk 72 9202 CR Drachten tt/fax: 0512 - 51 47 41
[email protected] Steunpunt West Georgie Onsoe Burg. v.d. Stadtstraat 17 1501 SB Zaandam
[email protected] Steunpunt Zuid Frans Vercammen Vincent van Goghlaan 5, 5246 GA Rosmalen tel: 073 - 641 95 01
[email protected] Steunpunt Rijnmond Emma Bolle Saharapad 6 2622 CD Delft
[email protected] Contactpersonen Kees Twilt,
[email protected] Wil van Essen,
[email protected] Veronica Korpershoek, vkorpers
[email protected] Contactpersoon Jongeren Wouter Bolier,
[email protected]
Coördinator Steunpunten Leontien Peters
[email protected]
Landelijke Activiteitencommissie Emma Bolle Jan Commandeur Kerkweg 231 1964 KJ Heemskerk
[email protected]
Lex Scheffelfonds Ineke Scheffel sms:06 - 41 35 66 90 tel: 020 - 690 88 17 fax: 020 - 465 10 10
[email protected] Gironummer: 7500036 t.n.v. I. Scheffel-Maurer te Amsterdam Wandeling Utrechtse Heuvelrug 27
Freestyle
's Werelds eerste waterdichte, spraakprocessor. Draag ‘m op de manier die u wilt, bij iedere activiteit, om zorgeloos te horen! Meer informatie vindt u op: www.advancedbionics.com