Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
rolstoelgeschikt
Eisen certificaat B
Inhoudsopgave Woning B1
Goede bereikbaarheid en bezoekbaarheid
B2
Opzet woning; deuren en ramen
B3
Entree en verkeersruimten
B4
Woonruimte en privé-buitenruimte
B5
Kookruimte
B6
Slaapruimten
B7
Toiletruimte en badruimte
B8
Bergruimte en ruimte wassen en drogen
B9
Woning met meer bouwlagen
B10
Installaties
Woongebouw B11
Bereikbaarheid woongebouw en bergingscomplex
B12
Entree en verkeersruimten
B13
Trappen en liften
B14
Deuren
B15
Bergingscomplex
B16
Verlichting
Als algemeen uitgangspunt voor de eisen geldt dat de woning: • geschikt is voor elke ‘gemiddelde’ bewoner; • ook geschikt is voor bewoners met een rollator of een rolstoel; • bezoekbaar is voor bezoekers met een rollator of een rolstoel.
Als uiterste beperking geldt een zelfstandige bewoner die, zowel buiten de woning als in de woning zelf, geheel afhankelijk is van het gebruik van een handbewogen rolstoel.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B1 B.1.1
Woning
rolstoelgeschikt
Goede bereikbaarheid en bezoekbaarheid
Eisen aan de buitenzijde van de entree voor alle typen woningen: • aan buitenzijde voordeur vrije ruimte nagenoeg horizontaal ≥ 1500 x 1500 mm; naast slotzijde deur ≥ 350 mm; • drempel toegangsdeur ≤ 20 mm; • bel: hoogte ≤ 1400 mm.
B.1.2
Bereikbaarheid van de entree van een grondgebonden woning: • verhard pad naar entree: - breedte ≥ 1200 mm; - voldoende stroef (zie bijlage 2); • maximaal niveauverschil 250 mm, te overbruggen met hellingbaan 1:12; • bij niveauverschil ≥ 150 mm én als de helling steiler is dan 1:25 is ook een trap(trede) vereist.
Voor de bereikbaarheid van een appartement in een woongebouw: zie eisen woongebouw B11 en B13
B.1.3
Eisen bezoekbaarheid van de woning: Op niveau van de entree van de woning • is bereikbaar: - de woonruimte; - een privé-buitenruimte; • is aanwezig: - een rolstoelgeschikt toilet (veelal in de badkamer).
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B2 B.2.1
Woning
rolstoelgeschikt
Opzet woning; deuren en ramen
De opzet van de woning dient te voldoen aan de volgende eis: • alle primaire ruimten* zijn gelegen op de bouwlaag waar zich de entree bevindt.
* primaire ruimten in een woning zijn: - woon- en kookruimte - hoofdslaapruimte - hoofdbadruimte
B.2.2
Eisen afmeting, gebruiksruimte en draairichting van deuren: • vrije doorgang deuren ≥ 850 mm (geldt voor deuren van: entree, verblijfsruimten, toiletruimte, badruimte, bergruimte, privé-buitenruimte); • vrije gebruiksruimte aan beide zijden deuren van verblijfsruimten en badruimte ≥ 900 x 900 mm; • toiletdeur: draairichting naar buiten; • badkamerdeur: draairichting naar buiten (of schuifdeur).
B.2.3
Eisen drempels onder deuren: • onder binnendeuren verblijfsruimten: geen drempels; • onder binnendeuren badruimte, toiletruimte en een eventueel aanwezige bijkeuken of binnenbergruimte ≤ 20 mm; • onder buitendeuren entree, privé-buitenruimte en een eventueel aanwezige bijkeuken of buitenbergruimte ≤ 20 mm.
B.2.4
Overige eisen entreedeur: • deurspion of glas in/bij voordeur, zodat gezien kan worden wie er voor de deur staat (vanuit staande en zittende positie!); • bediening entreedeur: slot boven handgreep; deur licht te bedienen (≤ 18 N, of elektrisch maken).
B.2.5
Eventueel aanwezige schuifdeuren (zowel in de woning als aan buitenzijde) zijn licht bedienbaar (≤ 18 N).
B.2.6
Eisen aan ramen: • eisen uitzicht voor woonkamer: hoogte glaslijn ≤ 750 mm over lengte ≥ 1500 mm; een eventuele (balkon)afscheiding voor het raam met uitzicht biedt voldoende doorzicht (≥ 70%); • per verblijfsruimte minimaal 1 raam licht te bedienen (≤ 18 N) en ≤ 1400 mm hoog.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B3 B.3.1
Woning
rolstoelgeschikt
Entree en verkeersruimten
Benodigde vrije ruimte aan binnenzijde voordeur: • ≥ 1500 mm breed en ≥ 1500 mm diep; • naast slotzijde ≥ 500 mm.
B.3.2
Ruimte voor garderobe in of nabij de entree: • plaatsingsruimte ≥ 200 x 800 mm; • strook vrije gebruiksruimte ≥ 900 mm diep.
B.3.3
Verkeersruimten: • breedte ≥ 1100 mm
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B4 B.4.1
Woning
rolstoelgeschikt
Woonruimte en privé-buitenruimte
Eisen aan de woonruimte: • oppervlakte ≥ 19 m2 (excl. een eventuele ruimte voor een open keuken); • zitmat ≥ 3300 x 3000 mm, waarvan 3300 mm evenwijdig aan uitzichtzijde; • eetmat ≥ 2500 x 2500 mm, incl. verkeersstrook ≥ 900 mm; • zitmat en eetmat overlappen elkaar niet
B.4.2
Eisen aan de privé-buitenruimte: • obstakelvrij bereikbaar (let op drempel ≤ 20 mm); • afmeting ≥ 1500 x 2000 mm; • oppervlak: verhard en voldoende stroef (zie bijlage 2).
(n.b. geen eisen inzake situering van de privé-buitenruimte en vanuit welke ruimte deze bereikbaar is)
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B5
Woning
rolstoelgeschikt
Kookruimte
B.5.1
Breedte van de verblijfsruimte met kookfunctie: ≥ 1800 mm.
B.5.2
Eisen aan de kookruimte: • lengte aanrecht ≥ 2500 mm (incl. kooktoestel); • lengte werkvlak aan beide zijden spoelbak ≥ 650 mm; • lengte afzetvlak aan beide zijden kooktoestel ≥ 200 mm; • vrije gebruiksruimte voor het aanrecht: strook ≥ 1200 mm.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B6 B.6.1
Woning
rolstoelgeschikt
Slaapruimten
Eisen aan de hoofdslaapruimte: • ruimte voor 2-persoonsbed 1800 x 2100 mm en linnenkast 1200 x 600 mm; • vrije beweegruimte voor bewoner met rolstoel: vanaf slaapkamerdeur naar 1 lange zijde van bed en naar linnenkast ≥ 900 mm breed, en draaicirkel 1500 mm; • vrije beweegruimte aan de twee overige zijden van het bed ≥ 600 mm breed.
B.6.2
Aan overige slaapruimten worden geen eisen gesteld.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B7 B.7.1
Woning
rolstoelgeschikt
Toiletruimte en badruimte
Eisen toiletruimte • apart toilet vereist bij een woning met meer dan 2 slaapkamers; • afmeting apart toilet ≥ 850 x 1100 mm; • vloer voldoende stroef (zie bijlage 2); • wand voldoende stevig voor het bevestigen van handgrepen.
B.7.2
Benodigde ruimten voor inrichting van de hoofdbadruimte: • ruimte voor closet ≥ 1100 x 1900 mm • ruimte voor douche ≥ 1100 x 900 mm • ruimte voor wastafel ≥ 1100 x 1600 mm
• ruimte aan één zijde naast closet en douchezitje voor rolstoel: 900 mm breed en 1200 mm diep
• ruimte voor draaicirkel rolstoel: 1500 mm
B.7.3
Overige eisen hoofdbadruimte: • (nagenoeg) vlakke douchevloer, d.w.z. geen douchebak of opstaande rand; • vloer voldoende stroef (zie bijlage 2); • douchekraan: thermostatische mengkraan; • douchekop op 900 mm lange glijstang (hoogte van 1200 tot 2100 mm); •
wand voldoende stevig voor het bevestigen van handgrepen, douchezitje en wastafel.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B8 B.8.1
Woning
rolstoelgeschikt
Bergruimte en ruimte wassen en drogen
Bergruimte binnen de woning: minimaal 1,5 m2 op de bouwlaag met primaire ruimten (voor ‘primaire ruimten’ zie B.9.2)
B.8.2
Bergruimte ‘buiten’ de woning: minimaal 4 m2 voor o.a. fietsen of andere vervoersmiddelen, tuinstoelen e.d. Indien deze bergruimte behoort tot het bergingscomplex van een woongebouw geldt tevens een afstand van de woningentree tot de individuele bergruimte ≤ 100 m.
B.8.3
Ruimte voor wassen en drogen: • in de woning kan een wasautomaat en wasdroger aangesloten worden; • plaatsingsruimte beide apparaten (op elkaar) ≥ 600 x 600 mm; • vrije gebruiksruimte gesitueerd vóór de apparatuur: ≥ 600 mm breed en ≥ 900 mm diep.
N.b. voor overige situaties inzake bergruimten zie het hoofdstuk “Toelichtring eisen certificaat B”.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B9 B.9.1
Woning
rolstoelgeschikt
Woning met meer bouwlagen
Eisen aan een binnentrap die naar 1 of meer verblijfsruimten op een verdieping leidt: • trapvorm: recht, met 1 of met 2 kwarten; geen spiltrap; • trapbreedte ≥ 800 mm; • optrede ≤ 200 mm, aantrede ≥ 190 mm; • dichte trap met stootborden; • leuning aan ten minste één zijde.
B.9.2
Aangezien alle primaire ruimten op het niveau van de entree gesitueerd moeten worden (zie eis B.2.1) worden er geen eisen gesteld voor de mogelijkheid tot het installeren van een (trap)lift.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B10 B.10.1
Woning
rolstoelgeschikt
Installaties
De woning voldoet minimaal aan Energielabel niveau C (d.w.z. dat er voldoende isolatie en tochtwering aanwezig is voor voldoende behaaglijkheid).
B.10.2
Het verbruik van gas, elektra en water is per wooneenheid te meten.
B.10.3
Minimaal één rookmelder per bouwlaag.
B.10.4
Eisen elektrische installatie: • verlichting in verband met sociale veiligheid bij entree, prive-buitenruimte (alleen op begane grond en bij appartementen tot en met de 1e verdieping) en bij een eventuele buitenberging; • wandcontactdoos: in woonruimte en hoofdslaapruimte minimaal 1 wandcontactdoos op hoogte 1050 mm; • aansluitpunt voor stoeltjeslift (als er minstens 1 primaire ruimte op de verdieping ligt).
B.10.5
Eisen verwarming: • woonruimte te verwarmen tot 22oC; • hoofdslaapruimte en badruimte te verwarmen tot 20oC.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B11 B.11.1
Woongebouw
rolstoelgeschikt
Bereikbaarheid woongebouw en bergingscomplex
Bereikbaarheid woongebouw • route naar entree verhard, breedte ≥ 1200 mm; • maximaal niveauverschil: ≤ 500 mm, te overbruggen met hellingbaan 1:16; • bij niveauverschil ≥ 150 mm én als de helling steiler is dan 1:25 is ook een trap vereist; • helling: ≥ 1000 mm breed; • trap: rechte trap, ≥ 1000 mm breed; optrede ≤ 180 mm, aantrede ≥ 220 mm; • aan buitenzijde toegangsdeur verharde vrije ruimte nagenoeg horizontaal: ≥ 1500 x 1500 mm; aan slotzijde ≥ 500 mm; • route naar entree –zowel pad, helling als trap- voldoende stroef (zie bijlage 2).
B.11.2
Bereikbaarheid van een eventueel aanwezig bergingscomplex: • het bergingscomplex en de individuele berging in het bergingscomplex is bereikbaar voor een bewoner met een rolstoel; • indien het bergingscomplex niet op maaiveldniveau gelegen is, dan is deze bereikbaar met: - of een kooilift, - of tot een hoogteverschil ≤ 500 mm met een flauwe helling (maximaal 1:16).
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B12 B.12.1
Woongebouw
rolstoelgeschikt
Entree en verkeersruimten
Benodigde ruimte aan de binnenzijde bij (hoofd)toegangsdeur • vrije ruimte ≥ 1500 x 1500 mm; • naast slotzijde ≥ 350 mm (bij een van de gebruiker af draaiende deur); • zitgelegenheid voor 2 personen buiten de vereiste vrije ruimte ≥ 1500 x 1500 mm.
B.12.2
Aan de buitenzijde van de hoofdtoegangsdeur is aanwezig: • een overzichtelijk bellentableau (hoogte bellen ≥ 900 en ≤ 1400 mm); • een intercom of videofoon, verbonden met elke woning.
B.12.3
Eisen aan verkeersruimten: • breedte ≥ 1500 mm; • vrije ruimte voor de deur van de lift ≥ 1500 x 1500 mm; • de vloer (zowel binnen als buiten bijv. bij een galerij) is voldoende stroef (zie bijlage 2); • duidelijke bewegwijzering.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B13 B.13.1
Woongebouw
rolstoelgeschikt
Trappen en liften
Eisen aan de hoofdtrap in het woongebouw of ten minste één trap: • trapvorm: recht, of met tussenbordes(sen); • trapbreedte ≥ 1000 mm; • optrede ≤ 200 mm, aantrede ≥ 220 mm; • dichte trap met stootborden; • treden voldoende stroef (zie bijlage 2); • leuning aan twee zijden.
B.13.2
Eisen lift: • lift is vereist voor woningen met een entreeniveau hoger dan 500 mm boven maaiveld; • afmeting lift: kooi inwendig ≥ 900 x 1300 mm, indien het een bestaande lift is en deze zelfstandig door mensen in een rolstoel gebruikt kan worden (mede afhankelijk van locatie oproep- en bedieningsknoppen); als er nog geen lift aanwezig is, dan bij voorkeur een brancardlift aanbrengen (1100 x 2100 mm); • liftdeur: vrije doorgang ≥ 800 mm, indien het een bestaande lift is; deur elektrisch bedienbaar (met een open-stand minimaal 8 sec.); • hoogte oproep- en bedieningsknoppen ≤ 1400 mm; • leuning op ca. 900 mm hoog; • opklapzitje bij meer dan 2 stopplaatsen; • spiegel op achterwand.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B14 B.14.1
Woongebouw
rolstoelgeschikt
Deuren
Eisen afmeting deuren en drempels voor toegang tot en in het woongebouw: (betreft alle deuren van entrees, deuren in verkeersruimten, toegang bergingscomplex etc.) • breedte ≥ 850 mm; • onder alle binnendeuren bij voorkeur geen drempels, doch ≤ 20 mm hoog; • onder alle buitendeuren drempels ≤ 20 mm hoog.
B.14.2
Overige eisen entree- en buitendeuren: • deuren licht bedienbaar (≤ 18 N) of elektrisch (met een open-stand minimaal 8 sec.); • deur hoofdentree te ontgrendelen vanuit elke woning; • doorkijkmogelijkheid in of direct naast de deur; • het woongebouw is niet vrij toegankelijk; waar zich postkasten in de entreehal bevinden is uitsluitend deze entreehal vrij toegankelijk..
B.14.3
Overige eisen deuren in verkeersruimten: • deuren licht bedienbaar (≤ 18 N) of elektrisch (met een open-stand minimaal 8 sec.); • doorkijkmogelijkheid in of direct naast de deur.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B15 B.15.1
Woongebouw
rolstoelgeschikt
Bergingscomplex
Indien een bergingscomplex in het woongebouw is opgenomen: • breedte van de bergingsgang ≥ 1100 mm.
B.15.2
Een voorziening voor afvalcontainers voldoet aan de volgende eisen: • bereikbaar voor de bewoners; • locatie kan inpandig of buiten het woongebouw; • afstand van woning tot de voorziening ≤ 100 m.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B16 B.16.1
Woongebouw
rolstoelgeschikt
Verlichting
De verlichtingssterkte voor de buitenverlichting voldoet minimaal aan: • bij entree en alle overige buitendeuren:
50 lux
•
80 lux
bij bellentableau/intercom:
• bij toegangsroute, incl. eventuele helling en trap:
50 lux
• bij een eventueel aanwezige gezamenlijke afvalcontainer: 50 lux
B.16.2
De verlichtingssterkte voor de binnenverlichting voldoet minimaal aan: • in verkeersruimten:
50 lux
• bij trappen en liften:
80 lux
• in een eventueel aanwezig bergingscomplex:
50 lux
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
B
rolstoelgeschikt
Toelichting eisen certificaat B
Algemene technische uitgangspunten bij de eisen voor deze woningen: • maat handbewogen rolstoel
breed 720 mm, diep 1200 mm
• vrije doorgang deur:
≥ 850 mm
• vrije gebruiksstrook bij inrichtingselementen:
≥ 900 mm breed
• draaicirkel handbewogen rolstoel:
1500 mm
• drempels:
≤ 20 mm
Woning B1 B.1.1
Goede bereikbaarheid en bezoekbaarheid De vrije ruimte aan de buitenzijde bij de voordeur is nodig om te kunnen manoeuvreren met een rolstoel. Om die reden moet dit niet hellend uitgevoerd worden (behoudens afschot). Denk bijvoorbeeld aan de bewoner die bij het verlaten van de woning zich om moet draaien om de deur op slot te doen, of die iets vergeten is en weer terug moet etc. Ook een bezoeker met een rolstoel moet om kunnen draaien mocht de bewoner niet thuis blijken te zijn.
B.1.2
Voor mensen die gebruik maken van een rolstoel is een obstakelvrije route zonder opstapjes en een flauwe helling noodzakelijk (geldt zowel voor bewoners als bezoekers). Grotere niveauverschillen in de toegangsroute zijn voor deze mensen ongeschikt wegens een te grote krachtsinspanning. Een klein trapje is nodig omdat niet iedere lopende persoon goed op een wat steilere hellende ondergrond kan lopen, zij verkiezen dan een trapje (bijv. mensen met evenwichtsstoornissen). Een heel klein trapje geeft echter ook weer kans op struikelen; dit is te voorkomen door een heel flauwe helling aan te leggen (1:25).
B.1.3
Als genoemde ruimten niet bereikbaar zijn, kan in de woning geen bezoek met een rolstoel ontvangen worden (=niet bezoekbaar). Bezoekbaarheid betekent in dit verband zonder obstakels bereikbaar voor een bezoeker met een rolstoel. Dit heeft onder meer betrekking op de eisen van deurbreedte en drempelhoogte.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
rolstoelgeschikt
toelichting
B B2 B.2.1
Opzet woning; deuren en ramen Woningen waar de primaire ruimten niet op één bouwlaag aanwezig zijn (of gerealiseerd kunnen worden) zijn per definitie ongeschikt voor deze doelgroep.
B.2.3
De maximale drempelhoogte is voor mensen met loophulpmiddelen of een rolstoel van groot belang. Niet alleen i.v.m. de wielen van de rollator of rolstoel, maar ook om struikelgevaar te voorkomen. Wanneer er om technische redenen (bijvoorbeeld i.v.m. een granito-vloer) problemen zijn, kunt u contact opnemen met de inspecteur van WoonKeur.
B.2.4
Zicht bij de voordeur is belangrijk voor het veiligheidsgevoel. Ook bij een appartement is dit van belang ook al is er bij de hoofdentree van het woongebouw al een videofoon aanwezig.
B3 B.3.1
Entree en verkeersruimten De vrije ruimte aan de binnenzijde is nodig om te kunnen manoeuvreren met rolstoel. De rolstoel moet aan de slotzijde van de deur ‘opgesteld’ kunnen worden om de deur te openen, er van uit gaande dat de deur naar de gebruiker toe draait. Denk ook aan het ophalen van de post uit de brievenbus, boodschappentassen etc.
B.3.3
Vanuit een 1100 mm brede gang is het goed mogelijk om met een rolstoel een (kwart)draai te maken om een gebruik te maken van een deur in de lange wand en deze te passeren.
B4 B.4.1
Woonruimte en privé-buitenruimte De minimale oppervlakte geeft nog juist voldoende gebruiksmogelijkheden. De ‘zitmat’ is de standaard benodigde ruimte, zij het dat deze iets smaller is bepaald dan bij nieuwbouw. De ruimte voor de ‘eetmat’ heeft een verkeersruimte die afgestemd is op de benodigde ruimte voor een rolstoel.
B.4.2
De afmetingen voor de privé-buitenruimte zijn eveneens afgestemd op de benodigde manoeuvreer- en gebruiksruimte voor een persoon met een rolstoel. Waar het realiseren van een lage drempel op technische problemen stuit, kan de opdrachtgever contact opnemen met de inspecteur van WoonKeur.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
rolstoelgeschikt
toelichting
B B5 B.5.1
Kookruimte De minimale breedte van 1800 mm is voldoende voor aanrecht plus ruimte daarachter voor een rolstoel. Een rolstoelgebruiker kan bij het keren gebruik maken van eventueel vrije ruimte onder het aanrechtblad. De draaicirkel van 1500 mm kan dan maximaal 300 mm onder het aanrechtblad uitkomen. Houdt er wel rekening mee dat bij een onderrijdbaar aanrechtblad elders extra kastruimte nodig zal zijn.
B.5.2
De minimale lengte van het aanrecht is in bestaande woningen veelal goed haalbaar. De vrije ruimte van 200 mm naast het kooktoestel is afzetmogelijkheid of extra ruimte voor de steel van steelpan en koekenpan etc.
Een aanbeveling voor wat ruimere kookruimten is het aanbrengen van alle benodigde aansluitingen voor een vaatwasser.
B6 B.6.1
Slaapruimten Uitgangspunt is dat aan één zijde van het bed voldoende ruimte is voor een rolstoelgebruiker (900 mm breed) en aan de overige zijden voor een ‘gewoon lopend’ persoon (600 mm breed). De in het verleden via bouwregelgeving vereiste minimale breedtemaat 2700 mm voor een slaapkamer voldoet dan juist aan de gebruikseisen voor de hoofdslaapkamer.
B.6.2
Overige verblijfsruimten in een woning worden vaak als logeerkamer, hobbykamer of als bergruimte gebruikt. Reden waarom daar geen verdere eisen aan gesteld worden.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
rolstoelgeschikt
toelichting
B B7 B.7.1
Toiletruimte en badruimte De maten zijn in het verleden lange tijd als minimale eis voorgeschreven. Een toilet met deze afmetingen is in het algemeen voldoende bruikbaar ook voor mensen met een rollator. De bewoner of bezoeker die dit toilet niet goed meer kan gebruiken zal van het ruimere toilet in de badkamer gebruik kunnen maken.
B.7.2
De aangegeven maten komen grotendeels overeen met de gebruiksruimten in Zorg in Woningen voor rolstoelgebruikers zonder hulp. De douche bij voorkeur in een hoek situeren, zodat het douchezitje op de ene wand geplaatst kan worden en de douchekraan op de andere wand. De vrije ruimte aan één zijde bij closet en douchezitje zoals op de illustraties aangegeven kan ook in spiegelbeeld uitgevoerd worden! De draaicirkel van de rolstoel mag deels over het vlak van de douche, omdat dit immers geen obstakel is vanwege een nagenoeg vlakke douchevloer.
B.7.3
Het stevig bevestigen van de wastafel verdient extra aandacht omdat op de wastafel zwaar geleund kan worden.
B8 B.8.1
Bergruimte en ruimte wassen en drogen De aangegeven oppervlakte geeft een benodigd minimum aan bergruimte in de woning aan. Hierbij is rekening gehouden met het feit dat in bestaande (kleine) woningen het creëren van extra bergruimte veelal niet mogelijk is.
B.8.2
De genoemde bergruimte ‘buiten’ kan zich bijvoorbeeld in een buitenberging in de tuin bevinden, of in een aangebouwde garage of in een bergingscomplex van een woongebouw. Het is ook mogelijk dat er voldoende ruimte voor is in de woning zelf. Verder beïnvloed de aanwezigheid van een gezamenlijke stallingsruimte de benodigde hoeveelheid individuele bergruimte. Overige oplossingen m.b.t. bergruimte kan de opdrachtgever ter beoordeling voorleggen aan de inspecteur Woonkeur.
B.8.3
Een mogelijkheid voor gebruiksruimte van 900 mm diep vóór de wasautomaat is om daarvoor verkeersruimte te benutten (en bij geopende deur).
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
rolstoelgeschikt
toelichting
B B9 B.9.1
Woning met meer bouwlagen Een woning met alle primaire ruimten op de begane grond kan overige slaapkamers op de verdieping(en) hebben. Daarom gelden ook hier de eisen voor een veilige trap. Een spiltrap en een open trap zijn gevaarlijk; op dit soort trappen gebeuren de meeste ongelukken. Bij de aangegeven trapbreedte is rekening gehouden met de bouwvoorschriften in het verleden. Een trap van 800 mm is goed bruikbaar. De trapbreedte kan in een bestaande woning bijna nooit gewijzigd worden. Er is wel een grens gesteld aan de op- en aantrede omdat nog steilere trappen erg gevaarlijk zijn. Ook hier geldt dat het wijzigen van de op- en aantrede (en daarmee dus de hele trap) in bestaande woningen bijna nooit mogelijk is. Aan overige trappen in de woning (bijv. naar kelder of bergzolder e.d.) worden geen eisen gesteld (al kunnen die natuurlijk wel gevaarlijk zijn!)
B.9.2
Voor een bewoner in een rolstoel die geen beenfunctie meer heeft en die dus ook in de woning afhankelijk is van het gebruik van een rolstoel worden geen eisen voor een liftvoorziening gesteld, omdat immer alle primaire ruimten op 1 bouwlaag worden vereist. Voor rolstoelgebruikers die nog enige beenfunctie hebben kunnen andere afwegingen gemaakt worden (bijvoorbeeld stoel-traplift of klein-plateaulift t.b.v. een tripple-stoel). Dit is echter niet binnen de uitgangspunten voor de eisen van certificaat B van WoonKeur Bestaande Bouw. Zo’n woning is overigens met een stoeltraplift wel geschikt te maken voor een bewoner met een rollator.
B10 B.10.1
Installaties Een minimumeis voor behaaglijkheid is in de eisen opgenomen om te voorkomen dat een woning die geen drempels etc. heeft een certificaat krijgt terwijl het een tochtig en ongeïsoleerde woning betreft. Voor bestaande woningen is Energielabel C een redelijke eis.
B.10.2
Het verbruik per wooneenheid is een belangrijke kwaliteitseis, mede om hoog (gezamenlijk) energieverbruik te voorkomen. Een voorbeeld: bij een gezamenlijke cv-ketel kan het verbruik m.b.v. warmtemeters geregistreerd worden.
B.10.4
Een hoger stopcontact is handig voor een bewoner die niet goed meer kan bukken (denk aan stofzuigen, strijken etc.).
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
rolstoelgeschikt
toelichting
B Woongebouw B11 B.11.1
Bereikbaarheid woongebouw en bergingscomplex Het hoogteverschil is begrenst tot maximaal 500 mm i.v.m. de anders te grote krachtsinspanning. De hellingverhouding is volgens de eisen voor Nieuwbouw, omdat de helling anders niet bruikbaar is voor de doelgroep en daarmee het woongebouw plus alle woningen erin niet goed bereikbaar is.
Voor de bereikbaarheid van een woongebouw is ‘parkeren’ ook een onderdeel. Aan algemene parkeerplaatsen voor de bewoners worden geen eisen gesteld. Wanneer een bewoner een beperking krijgt, kan hij een indicatie aanvragen bij de gemeente voor een invaliden-parkeerplaats. Wanneer de indicatie akkoord is zal de gemeente deze invalidenparkeerplaats aanleggen, met een bord ‘invaliden-parkeerplaats’ plus een onderbord met het kenteken van de auto van de betreffende bewoner. Bij appartementengebouwen met grote parkeerterreinen is het aan te bevelen om bij meer dan 50 parkeerplaatsen één algemene invalidenparkeerplaats bij de gemeente aan te vragen. Deze parkeerplaats is dan bedoeld voor bezoekers met een beperking.
B.11.2
Het is voor de bewoner prettig als hij zelf zonder hulp bij zijn eigen individuele berging kan komen.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
rolstoelgeschikt
toelichting
B B12 B.12.1
Entree en verkeersruimten De vereiste ruimten zijn afgestemd op personen met een rolstoel. De hoogtematen zijn zowel op lopende als zittende persoenen afgestemd, omdat beiden er gebruik van moeten kunnen maken. De ruimte naast de slotzijde van de entreedeur is nodig om de rolstoel ‘op te stellen’ bij het openen van de deur (er van uitgaande dat de deur naar de gebruiker toe open draait). Door het bellentableau aan de buitenzijde te houden, wordt voorkomen dat onbevoegden zich in de hal van het gebouw op kunnen houden. Daarom is het ook aan te bevelen dat er doorwerp-postkasten in de buitengevel zijn. Dit wordt echter niet vereist omdat er in bestaande situaties veelal onvoldoende ruimte voor is. De zitgelegenheid in de hal is voor bewoners/bezoekers die bijvoorbeeld op de taxi moeten wachten.
B.12.3
De breedte van verkeersruimte ≥ 1500 mm, maakt het mogelijk dat in gangen en op galerijen voldoende passeerruimte is voor mensen met een rolstoel en lopende mensen. Ook het passeren van een rollatorgebruiker en een rolstoelgebruiker is goed mogelijk. Overigens is diezelfde breedte ≥ 1500 mm ook nodig bij de entree van een woning, zie B.1.1. Bedenk wel dat wanneer veel bewoners met een rolstoel van eenzelfde verkeersruimte gebruik moeten maken dat problemen op zal leveren, omdat voor het onderling passeren van twee rolstoelgebruikers de verkeersruimte wel heel erg krap is.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
rolstoelgeschikt
toelichting
B B13
Trappen en liften
B.13.1
De meeste bestaande trappen zullen aan de gestelde eisen voldoen.
B.13.2
Aangegeven is een bestaande lift die geschikt is voor een persoon met een rolstoel in het dagelijkse gebruik. Dit betekent wel dat in noodsituaties (brancard) deze kleine lift niet voldoende is. Een grotere lift in zo’n situatie wordt niet geëist omdat het zeer ingrijpende technische gevolgen heeft, zoals een grotere schacht over de volledige hoogte, wijzigen van dakopbouw en liftput, grotere vrije voorruimte voor de liftdeuren op elke verdieping. Als daar al ruimte voor is en het technisch kan dan zijn de kosten ervan heel erg hoog. De lift dient door personen in een rolstoel zelfstandig gebruikt te kunnen worden. Als de bedienings-knoppen voor de rolstoelgebruiker niet bereikbaar zijn, bijvoorbeeld die in de kooilift om de liftdeur te openen, dan is of een andere lift noodzakelijk, of kunnen de woningen niet aan certificaat B voldoen. Waar verwacht wordt of bedoeld is dat in een woongebouw daadwerkelijk veel rolstoelgebruikers komen te wonen dan voldoet een bestaande lift met binnenafmetingen 1100 x 1400 mm beter. Indien er in een woongebouw in het geheel nog geen lift is, is het direct plaatsen van een brancardlift aan te bevelen. Waar dit technisch problemen oplevert kan de opdrachtgever contact opnemen met de inspecteur WoonKeur.
B14 B.14.1
Deuren De vereiste minimale deurbreedte zal vrijwel nergens een probleem opleveren. De maximale drempelhoogte is bijna altijd een lastig op te lossen probleem, maar voor bewoners met een rolstoel of rollator wel van essentieel belang.
B.14.2/3
Ook het aanpassen van deuren met zware drangers zodanig dat ze gemakkelijker te bedienen worden is voor de doelgroep belangrijk. Doorkijkmogelijkheid is van belang zodat gezien kan worden of er iemand juist achter de deur staat bij het openen. De voorkeur gaat uit naar een niet vrij toegankelijk woongebouw, maar omdat er niet altijd ruimte in de buitengevel is voor postkasten (zie eis B12) kunnen postkasten in de entreehal voorkomen. In die gevallen is dan uitsluitend de entreehal met postkasten vrij toegankelijk. Dit geeft risico dat ongewenste personen zich in de entreehal op kunnen houden.
juni 2010
Handboek WoonKeur Bestaande Bouw
rolstoelgeschikt
toelichting
B B15 B.15.1
Bergingscomplex Bij een smallere bergingsgang dan 1100 mm is er voor een bewoner in een rolstoel te weinig ruimte om een deur in de lange wand te kunnen gebruiken/passeren. Eventueel kan dan verbrede deurdoorgang uitkomst bieden. Een gangbreedte van 1100 mm is voldoende voor een rolstoelgebruiker , maar zal te smal zijn voor een scootmobiel. Voor het parkeren (en opladen) van scootmobielen kan een gezamenlijke fietsenberging een oplossing zijn.
B16 B.16.1/2
Verlichting Voldoende verlichting is zowel van belang voor de sociale veiligheid, het voorkomen van inbraak, als om goed te kunnen zien bij bellen, trapjes e.d. Voor ouderen is een wat hoger verlichtingsniveau op gevaarlijke punten (struikelen) als waar gelezen moet worden (bellen) belangrijk.
juni 2010