Eindtermen Landbouwbreed examenprogramma per Hands On-module per leerweg
Gemengde leerweg GL - Klantgericht adviseren en verkopen in een tuincentrum • LG/K/13a/IV De kandidaat kan op correcte wijze ‘klanten’ helpen en daarbij inspelen op consumentengedrag. • LG/K/14a/V De kandidaat kan een globale prijsberekening maken. • LB/K/7/28 De kandidaat kent de functie van voedingselementen bij planten en de meststoffen waarin deze voorkomen en kan deze toepassen. Extra • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
LB/K/1 Oriëntatie op de sectoren. LB/K/2/2 De kandidaat kan op adequate wijze klanten helpen. LB/K/2/4 De kandidaat kan op adequate wijze verantwoordelijk handelen. LB/K/2/5 De kandidaat kan op adequate wijze relaties opbouwen en onderhouden. LB/K/2/6 De kandidaat kan op adequate wijze communiceren en zich presenteren, zowel verbaal (mondeling) als non-verbaal. LB/K/2/7 De kandidaat kan op adequate wijze schriftelijk rapporteren. LB/K/2/8 De kandidaat kan op adequate wijze beroepshandelingen uitvoeren. LB/K/2/9 De kandidaat kan op adequate wijze de juiste materialen en middelen inzetten. LB/K/2/10 De kandidaat kan op adequate wijze met problemen omgaan. LB/K/2/11 De kandidaat kan op adequate wijze informatie verwerven en verwerken om iets doelgericht te onderzoeken. LB/K/2/12 De kandidaat kan op adequate wijze reflecteren op eigen toekomstmogelijkheden en interesses. LB/K/2/13 De kandidaat kan op adequate wijze planmatig en doelgericht werken. LB/K/2/14 De kandidaat kan op adequate wijze klanten helpen. LB/K/2/15 De kandidaat kan op adequate wijze zorg dragen voor een goede werkuitvoering en een goede kwaliteit van het eindproduct. LB/K/2/16 De kandidaat kan op adequate wijze volgens instructie en geldende procedures werken. LB/K/2/17 De kandidaat kan op adequate wijze met veranderingen omgaan en zich aanpassen. LB/K/2/18 De kandidaat kan op adequate wijze omgaan met druk en tegenslagen. LB/K/2/19 De kandidaat kan op adequate wijze met productiemiddelen omgaan. LB/K/4/22 De kandidaat kan natuurbeschermingsmaatregelen toepassen. LB/K12/37 De kandidaat kan trends en ontwikkeling in producten en productie noemen en daarover gegevens verzamelen. LG/K/11a/III De kandidaat kan op adequate wijze informatie over de markt, de belangrijkste bedrijfsvormen, verkoopsystemen en eisen aan personeel verwerven en verwerken. LG/K/14a/VI De kandidaat kan regelmatig voorkomende administratieve handelingen op het gebied van beheer uitvoeren. LB/K/17/47 De kandidaat kan kwaliteitseisen toepassen instrumenten hanteren voor kwaliteitsverbetering.
GL - Trendbewust inkopen en presenteren in een tuincentrum • LB/K/12/37 De kandidaat kan trends en ontwikkeling in producten en productie noemen en daarover gegevens verzamelen. • LB/K/2/6 De kandidaat kan op adequate wijze communiceren en zich presenteren, zowel verbaal als nonverbaal • LB/K/2/3 De kandidaat kan op adequate wijze met mensen samenwerken
1
Eindtermen Landbouwbreed examenprogramma per Hands On-module per leerweg Extra • LB/K/2/9 De kandidaat kan op adequate wijze de juiste materialen en middelen inzetten. • LB/K/2/17 De kandidaat kan op adequate wijze met veranderingen omgaan en zich aanpassen. • LB/K/12/36 De kandidaat kan globaal de bedrijfsdoelstellingen en de relatie tussen bedrijfsformule en de aanpak van een bedrijf noemen • LG/K/11a De kandidaat kan op adequate wijze informatie over de markt, de belangrijkste bedrijfsvormen, verkoopsystemen en eisen aan personeel verwerven en verwerken. • LG/K/13a De leerling kan op adequate wijze ‘klanten’ helpen en daarbij inspelen op consumenten gedrag. • LG/K/14a/VI De kandidaat kan regelmatig voorkomende administratieve handelingen op het gebied van beheer uitvoeren, en daarbij een voorraad administratie bijhouden en een begroting maken. • LB/K/2/13 De kandidaat kan op adequate wijze planmatig en doelgericht werken • LB/K/16 De leerling kan verschillende geautomatiseerde systemen toepassen
GL - Verantwoord producten ontwikkelen en produceren in een aardappelverwerkend bedrijf • LB/K/2/11 De kandidaat kan op adequate wijze informatie verwerven en verwerken om iets doelgericht te onderzoeken. • LB/K/2/16 De kandidaat kan op adequate wijze volgens instructie en geldende procedures werken • LB/K/9/31 De kandidaat kan het belang van micro-organismen en additieven bij voeding noemen. • LB/K/9/32 De kandidaat kent de functies van humane voedingsstoffen en de voedingsmiddelen waarin deze voorkomen. • LB/K/17/47 De kandidaat kan kwaliteitseisen toepassen en instrumenten hanteren voor kwaliteitsverbetering. • LB/K/17/48 De kandidaat kent kwaliteitsinstanties, hun werkwijze en de regels waaraan ze uitvoering geven om kwaliteit te borgen. • LG/K/14a/VI De kandidaat kan regelmatig voorkomende administratieve handelingen op het gebied van beheer uitvoeren Extra • LB/K/2/9 De kandidaat op adequate wijze de juiste materialen en middelen inzetten. • LB/K/3/21 De kandidaat kan m.b.v. instrumenten en apparaten schattingen en metingen uitvoeren en maten berekenen.
GL – Processen analyseren en verbeteren in een aardappelverwerkend bedrijf • LG/K/5a/1 De kandidaat kan binnen de productieketen de relatie leggen tussen productieprocessen en productverwerkingsprocessen. • LG/K/5a/2 De kandidaat kan de relatie leggen tussen de productieketen en het milieu. • LB/K/17/47 De kandidaat kan kwaliteitseisen toepassen en instrumenten hanteren voor kwaliteitsverbetering. • LB/K/9/31 De kandidaat kan het belang van micro-organismen en additieven bij voeding benoemen. • LB/K/9/32 De kandidaat kent de functies van humane voedingsstoffen en de voedingsmiddelen waarin deze voorkomen. • LB/K/15/45 De kandidaat kan meet-, regel- en schakeltechnieken toepassen.
2
Eindtermen Landbouwbreed examenprogramma per Hands On-module per leerweg Extra • LG/K/11a/3 De kandidaat kan op adequate wijze informatie over de markt, de belangrijkste bedrijfsvormen, verkoopsystemen en eisen aan personeel verwerven en verwerken. • LB/K/3/21 De kandidaat kan m.b.v. instrumenten en apparaten schattingen en metingen uitvoeren en maten berekenen. • LG/K/14a/5 De kandidaat kan een globale prijsberekening maken. • LB/K/17/48 De kandidaat kent kwaliteitsinstanties, hun werkwijze en de regels waaraan ze uitvoering geven om de kwaliteit te waarborgen.
GL – Diervriendelijk verzorgen en organiseren op een kinderboerderij • LB/K/8/29 De kandidaat kan dieren verantwoord voeren en verzorgen en daarbij kennis toepassen van : diersoorten en rassen; voedermiddelen; gezondheidskenmerken van dieren. • LB/K/3/21 De kandidaat kan m.b.v. instrumenten en apparaten schattingen en metingen uitvoeren en maten berekenen. Extra • • • • •
LB/K/1 Oriëntatie op de sectoren. LB/K/2/5 De kandidaat kan op adequate wijze relaties opbouwen en onderhouden. LB/K/2/14 De kandidaat kan op adequate wijze klanten helpen. LB/K/2/16 De kandidaat kan op adequate wijze volgens instructie en geldende procedures werken. LB/K/17/48 De kandidaat kent kwaliteitsinstanties, hun werkwijze en de regels waaraan ze uitvoering geven om kwaliteit te borgen. • LB/K/5a/II De kandidaat kan de relatie leggen tussen de productieketen en het milieu.
GL – Omgevingsgericht beheren en communiceren op een kinderboerderij • LB/K/4/22 De kandidaat kan natuurbeschermingsmaatregelen toepassen • LB/K/2/5 De kandidaat kan op adequate wijze relaties opbouwen en onderhouden • LB/K/2/14 De kandidaat kan op adequate wijze klanten helpen Extra • LB/K/17/48 De kandidaat kent kwaliteitsinstanties, hun werkwijze en de regels waaraan ze uitvoering geven om kwaliteit te borgen • LG/K/14a/6 De kandidaat kan regelmatig voorkomende administratieve handelingen op het gebied van beheer uitvoeren • LB/K/2/11 De kandidaat kan op adequate wijze informatie verwerven en verwerken om iets doelgericht te onderzoeken • LG/K/13a/IV De kandidaat kan op correcte wijze ‘klanten’ helpen en daarbij inspelen op consumentengedrag • LB/K/2/6 De kandidaat kan op adequate wijze communiceren en zich presenteren, zowel verbaal (mondeling) als non-verbaal • LB/K/1/1 De kandidaat heeft inzicht in: werkvelden en doelgroepen binnen de groene sector; eigen toekomstmogelijkheden; de maatschappelijke functie van de groene sector; technologische vernieuwingen en de veranderingen die daarmee samenhangen in de groene sector. • LB/K/5a/II De kandidaat kan de relatie leggen tussen de productieketen en het milieu • LB/K/2/16 De kandidaat kan op adequate wijze volgens instructie en geldende procedures werken • LB/K/2/11 De kandidaat kan op adequate wijze informatie verwerven en verwerken om iets doelgericht te onderzoeken. 3
Eindtermen Landbouwbreed examenprogramma per Hands On-module per leerweg
Kaderberoepsgerichte leerweg KB – Medewerker kwekerij • LB/K/1/1 Oriëntatie op de sectoren. • LB/K/2/4 De kandidaat kan op adequate wijze verantwoordelijk handelen. • LB/K/2/11 De kandidaat kan op adequate wijze informatie verwerven en verwerken om iets doelgericht te onderzoeken. • LB/K/2/15 De kandidaat kan op adequate wijze zorg dragen voor een goede werkuitvoering en een goede kwaliteit van het eindproduct. • LB/K/2/19 De kandidaat kan op adequate wijze met productiemiddelen omgaan. • LB/K/5/24 De kandidaat kan milieumaatregelen nemen om negatieve gevolgen voor het milieu te beperken. • LB/K/5/25 De kandidaat heeft kennis van de relatie tussen voedselproductie en teeltmaatregelen en de milieueffecten (regionaal en mondiaal) die daarbij optreden. • LB/K/6/26 De kandidaat kan generatieve en vegetatieve vermeerdering toepassen. • LB/K/6/27 De kandidaat kan het teeltmedium onderhouden en daarbij de juiste materialen en middelen inzetten. • LB/K/7/28 De kandidaat kent de functie van voedingselementen bij planten en de meststoffen waarin deze voorkomen en kan deze toepassen. • LB/K/10/34 De kandidaat kan de basale verzorgingshandelingen voor planten uitvoeren. • LB/K/11/35 De kandidaat kan op adequate wijze informatie over de markt, de belangrijkste bedrijfsvormen, verkoopsystemen en eisen aan personeel verwerven en verwerken. • LB/K/15/45 De kandidaat kan meet-, regel- en schakeltechnieken toepassen.
KB – Medewerker voeding • • • • • • • • • • • • • • •
LB/K/2/2 De kandidaat kan op adequate wijze beslissen en activiteiten uitvoeren. LB/K/2/3 De kandidaat kan op adequate wijze met mensen samenwerken. LB/K/ 2/14 De kandidaat kan op adequate wijze klanten helpen. LB/K/2/15 De kandidaat kan op adequate wijze zorg dragen voor een goede werkuitvoering en een goede kwaliteit van het eindproduct. LB/K/2/16 De kandidaat kan op adequate wijze volgens instructies en geldende procedures werken. LB/K/2/19 De kandidaat kan op adequate wijze met productiemiddelen omgaan. LB/K/9/30 De kandidaat kan voedingsproducten vervaardigen en conserveren. LB/K/9/31 De kandidaat kan het belang van micro-organismen en additieven bij voeding noemen. LB/K/9/32 De kandidaat kent de functies van humane voedingsstoffen en de voedingsmiddelen waarin deze voorkomen. LB/K/10/33 De kandidaat kan verschillende productiemiddelen onderhouden. LB/K/17/47 De kandidaat kan kwaliteitseisen toepassen en instrumenten hanteren voor kwaliteitsverbetering. LB/K/17/48 De kandidaat kent kwaliteitsinstanties, hun werkwijze en de regels waaraan ze uitvoering geven om de kwaliteit te borgen. LB/K/14/41 De kandidaat kan een globale kostprijsberekening maken. LB/K/5/24 De kandidaat kan milieumaatregelen nemen om negatieve gevolgen voor het milieu te beperken. LB/K/5/25 De kandidaat heeft kennis van de relatie tussen voedselproductie en teeltmaatregelen en de milieueffecten (regionaal en mondiaal) die daarbij optreden.
4
Eindtermen Landbouwbreed examenprogramma per Hands On-module per leerweg KB – Dierverzorger • • • • • • • • • • • • • • •
LB/K/1 Oriëntatie op de sectoren. LBK/2/2 De kandidaat kan op adequate wijze beslissen en activiteiten uitvoeren. LBK/2/3 De kandidaat kan op adequate wijze met mensen samenwerken. LBK/2/4 De kandidaat kan op adequate wijze verantwoordelijk handelen. LBK/2/8 De kandidaat kan op adequate wijze beroepshandelingen uitvoeren. LBK/2/10 De kandidaat kan op adequate wijze met problemen omgaan. LBK/2/13 De kandidaat kan op adequate wijze planmatig en doelgericht handelen. LBK/2/14 De kandidaat kan op adequate wijze klanten helpen. LBK/2/15 De kandidaat kan op adequate wijze zorgdragen voor een goede werkuitvoering en een goede kwaliteit van het eindproduct. LBK/2/16 De kandidaat kan op adequate wijze volgens instructie en geldende procedures werken. LBK/2/19 De kandidaat kan op adequate wijze met productiemiddelen omgaan. LBK/8/29 De kandidaat kan dieren verantwoord voeren en verzorgen en daarbij kennis toepassen van: diersoorten en rassen; voedermiddelen; gezondheidskenmerken van dieren. LBK/10/34 De kandidaat kan de basale verzorgingshandelingen voor dieren uitvoeren. LBK/5/24 De kandidaat kan milieumaatregelen nemen om negatieve gevolgen voor het milieu te beperken. LBK/5/25 De kandidaat heeft kennis van de relatie tussen voedselproductie en de teeltmaatregelen en de milieu effecten(regionaal en mondiaal ) die daarbij optreden.
KB – Medewerker tuincentrum • LB/K/1 Oriëntatie op de sectoren. • LB/K/2/3 De kandidaat kan op adequate wijze samenwerken. • LB/K/2/6 De kandidaat kan op adequate wijze communiceren en zich presenteren, zowel verbaal (mondeling) als non-verbaal. • LB/K/2/11 De kandidaat kan op adequate wijze informatie verwerven en verwerken om iets doelgericht te onderzoeken. • LB/K/2/13 De kandidaat kan op adequate wijze planmatig en doelgericht werken. • LB/K/5/24 De kandidaat kan milieumaatregelen nemen om negatieve gevolgen voor het milieu • te beperken. • LB/K/5/25 De kandidaat heeft kennis van de relatie tussen productie en maatregelen en de milieueffecten (regionaal en mondiaal) die daarbij optreden. • LB/K/11/35 De kandidaat kan op adequate wijze informatie over de markt, de belangrijkste bedrijfsvormen en eisen aan personeel verwerven en verwerken. • LB/K/12/36 De kandidaat kan globaal de bedrijfsdoelstellingen en de relatie tussen bedrijfsformule en de aanpak van een bedrijf noemen. • LB/K/12/37 De kandidaat kan trends en ontwikkeling in producten en productie noemen en daarover gegevens verzamelen. • LB/K/14/39 De kandidaat kan een winkelpresentatie verzorgen, artikelen verkoopklaar maken en goederen ontvangen en verwerken. • LB/K/14/42 De kandidaat kan regelmatig voorkomende administratieve handelingen op het gebied van beheer uitvoeren.
5
Eindtermen Landbouwbreed examenprogramma per Hands On-module per leerweg
Basisberoepsgerichte leerweg BB – Medewerker kwekerij • LB/K/1 Oriëntatie op de sectoren. • LB/K/2/4 De kandidaat kan op adequate wijze verantwoordelijk handelen. • LB/K/2/11 De kandidaat kan op adequate wijze informatie verwerven en verwerken om iets doelgericht te onderzoeken. • LB/K/2/15 De kandidaat kan op adequate wijze zorgdragen voor een goede werkuitvoering en een goede kwaliteit van het eindproduct. • LB/K/2/19 De kandidaat kan op adequate wijze met productiemiddelen omgaan. • LB/K/5/24 De kandidaat kan milieumaatregelen nemen om negatieve gevolgen voor het milieu te beperken. • LB/K/6/26 De kandidaat kan generatieve en vegetatieve vermeerdering toepassen. • LB/K/6/27 De kandidaat kan het teeltmedium onderhouden en daarbij de juiste materialen en middelen inzetten. • LB/K/7/28 De kandidaat kent de functie van voedingselementen bij planten en de meststoffen waarin deze voorkomen en kan deze toepassen. • LB/K/10/34 De kandidaat kan de basale verzorgingshandelingen voor planten uitvoeren. • LB/K/11/35 De kandidaat kan op adequate wijze informatie over de markt, de belangrijkste bedrijfsvormen, verkoopsystemen en eisen aan personeel verwerven en verwerken. • LB/K/15/45 De kandidaat kan meet-, regel- en schakeltechnieken toepassen.
BB – Medewerker voeding • • • • • • • • • • • •
LB/K/2/2 De kandidaat kan op adequate wijze beslissen en activiteiten uitvoeren. LB/K/2/3 De kandidaat kan op adequate wijze met mensen samenwerken. LB/K/2/14 De kandidaat kan op adequate wijze klanten helpen. LB/K/2/15 De kandidaat kan op adequate wijze zorg dragen voor een goede werkuitvoering en een goede kwaliteit van het eindproduct. LB/K/2/16 De kandidaat kan op adequate wijze volgens instructies en geldende procedures werken. LB/K/2/19 De kandidaat kan op adequate wijze met productiemiddelen omgaan. LB/K/5/24 De kandidaat kan milieumaatregelen nemen om negatieve gevolgen voor het milieu te beperken. LB/K/9/30 De kandidaat kan voedingsproducten vervaardigen en conserveren. LB/K/9/31 De kandidaat kan het belang van micro-organismen en additieven bij voeding noemen. LB/K/9/32 De kandidaat kent de functies van humane voedingsstoffen en de voedingsmiddelen waarin deze voorkomen. LB/K/10/33 De kandidaat kan verschillende productiemiddelen onderhouden. LB/K/17/47 De kandidaat kan kwaliteitseisen toepassen en instrumenten hanteren voor kwaliteitsverbetering.
BB – Dierverzorger • • • • • • • •
LB/K/1 Oriëntatie op de sectoren. LBK/2/2 De kandidaat kan op adequate wijze beslissen en activiteiten uitvoeren. LBK/2/3 De kandidaat kan op adequate wijze met mensen samenwerken. LBK/2/4 De kandidaat kan op adequate wijze verantwoordelijk handelen. LBK/2/8 De kandidaat kan op adequate wijze beroepshandelingen uitvoeren. LBK/2/10 De kandidaat kan op adequate wijze met problemen omgaan. LBK/2/14 De kandidaat kan op adequate wijze klanten helpen. LBK/2/15 De kandidaat kan op adequate wijze zorgdragen voor een goede werkuitvoering en een goede kwaliteit van het eindproduct.
6
Eindtermen Landbouwbreed examenprogramma per Hands On-module per leerweg • • • •
LBK/2/16 De kandidaat kan op adequate wijze volgens instructie en geldende procedures werken. LBK/2/19 De kandidaat kan op adequate wijze met productiemiddelen omgaan. LBK/5/24 De kandidaat kan milieumaatregelen nemen om negatieve gevolgen voor het milieu te beperken. LBK/8/29 De kandidaat kan dieren verantwoord voeren en verzorgen en daarbij kennis toepassen van: diersoorten en rassen; voedermiddelen; gezondheidskenmerken van dieren. • LBK/10/34 De kandidaat kan de basale verzorgingshandelingen voor dieren uitvoeren.
BB – Medewerker tuincentrum • LB/K/1 Oriëntatie op de sectoren. • LB/K/2/3 De kandidaat kan op adequate wijze samenwerken. • LB/K/2/6 De kandidaat kan op adequate wijze communiceren en zich presenteren, zowel verbaal (mondeling) als non-verbaal. • LB/K/2/11 De kandidaat kan op adequate wijze informatie verwerven en verwerken om iets LB/K/2/13 De kandidaat kan op adequate wijze planmatig en doelgericht werken. • doelgericht te onderzoeken. • LB/K/5/24 De kandidaat kan milieumaatregelen nemen om negatieve gevolgen voor het milieu te beperken. • LB/K/11/35 De kandidaat kan op adequate wijze informatie over de markt, de belangrijkste bedrijfsvormen en eisen aan personeel verwerven en verwerken. • LB/K/12/36 De kandidaat kan globaal de bedrijfsdoelstellingen en de relatie tussen bedrijfsformule en de aanpak van een bedrijf noemen. • LB/K/14/39 De kandidaat kan een winkelpresentatie verzorgen, artikelen verkoopklaar maken en goederen ontvangen en verwerken.
7