VROM-Inspectie
www.vrom.nl
Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning Verslag van groepsgesprekken met burgers
Artikelcode: 7088
Voorwoord
In samenwerking met het projectbureau ‘Beleid met burgers’ van het ministerie van VROM zijn namens de VROM-Inspectie groepsgesprekken gevoerd met burgers over het onderwerp onrechtmatige bewoning. Het rapport is als volgt opgebouwd. Het eerste hoofdstuk beschrijft kort de achtergrond van het thema onrechtmatige bewoning en de projecten die VROM in dit kader uitvoert. Ook staan in dit hoofdstuk het doel en de opzet van het onderzoek. In hoofdstuk 2 treft u de belangrijkste uitkomsten van het onderzoek aan.
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 2/48
1
Inleiding
4
1.1 1.2
Achtergrond onderzoek Onderzoeksverantwoording
4 5
2
Conclusies
7
Bijlage 1 Onderzoeksvragen
9
Bijlage 2 Checklist gesprekken
10
Bijlage 3 Gespreksverslagen
12
Bijlage 4 Procesevaluatie
45
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 3/48
1
Inleiding
1.1
Achtergrond onderzoek
De aanpak van onrechtmatige bewoning staat sinds het midden van de jaren negentig hoog op de landelijke politieke agenda. De redenen hiervoor zijn divers. Zo is sprake van een gespannen woningmarkt. Door middel van een systeem van toewijzingsregels proberen gemeenten de schaarse woonruimte zo rechtvaardig mogelijk te verdelen. Doordat partijen deze regels ontduiken komt dat systeem onder druk te staan. Los van dit punt kan onrechtmatige bewoning leiden tot leefbaarheidsproblemen (bijvoorbeeld sociale onveiligheid, overlast, onveilige huisvestingssituaties en uitbuiting) en ligt er vaak een relatie met fiscale en/of sociale zekerheidsfraude. Verder is er een verband met de ongewenste huisvesting van illegalen en spoort de G4 (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) de rijksoverheid aan beleid op dit gebied te ontwikkelen en hen effectievere instrumenten te bieden om onrechtmatige bewoning tegen te gaan. Onrechtmatige bewoning Met het begrip onrechtmatige bewoning worden verschillende situaties geduid die ook in combinatie kunnen voorkomen. In de eerste plaats kan het gaan om ‘onrechtmatige bewoning’, dat wil zeggen dat een woning buiten de toewijzingsregels van een gemeente aan een derde wordt verhuurd die hiervoor volgens de regels niet in aanmerking zou komen (publiekrechtelijke aangelegenheid omdat de gemeentelijke Huisvestingsverordening wordt overtreden). De tweede verschijningsvorm is ‘onrechtmatige doorverhuur’. Daarvan is sprake wanneer een woning geheel of gedeeltelijk zonder medeweten en toestemming van de verhuurder wordt doorverhuurd (privaatrechtelijke aangelegenheid). ‘Onrechtmatig gebruik’ is de derde verschijningsvorm. Dit is aan de orde wanneer wonen niet de hoofdactiviteit is en de woning voor andere doelen dan reguliere huisvesting wordt gebruikt. Daarbij kan gedacht worden aan pensionvorming, drugsverkoop enzovoorts (kan zowel een publiek- als privaatrechtelijke aangelegenheid zijn). Vaak gaat dit gepaard met overlast. Andere vormen van onrechtmatige bewoning die in de literatuur worden onderscheiden (zoals bijvoorbeeld het huisvesten van illegalen of seizoensarbeiders en huisjesmelkers1) zijn in feite verbijzonderingen van de hierboven genoemde categorieën. De activiteiten van VROM – in samenwerking met andere departementen en organisaties - zijn gebundeld in het ‘Plan van Aanpak - Tegengaan van onrechtmatige bewoning en verhuur’. Dit plan gaat onder meer in op: • het nakomen van toezeggingen van VROM en Justitie tijdens het Algemeen Overleg in de Tweede Kamer over onrechtmatige bewoning in februari 2006 • sturen van een reactie op de brief van de G-4 uit mei 2006. De G-4 doet hierin een beroep op het Rijk om een aantal instrumenten aan te passen ten behoeve van de bestijding van onrechtmatige bewoning. • aanpak van de huisvesting van tijdelijke arbeiders uit het buitenland. 1
Huisjesmelkerij hoeft overigens niet per definitie illegaal te zijn. VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 4/48
Het ministerie van VROM voert actief beleid om onrechtmatige bewoning tegen te gaan. Door middel van brieven en circulaires worden gemeenten gewezen op de problematiek en vraagt het ministerie hen actie te ondernemen. Ook heeft het ministerie diverse handreikingen en rapporten uitgebracht waarin uitvoerig is beschreven op welke wijze gemeenten onrechtmatige bewoning kunnen opsporen en hoe dat vervolgens is te bestrijden2. Instrumenten om het fenomeen te bestrijden, zijn er in de ogen van het ministerie voldoende3. Afgezien van de vier grote steden lijken gemeenten niet altijd hoge prioriteit te geven aan het bestrijden van onrechtmatige bewoning. Om het thema bij gemeenten hoger op de agenda te krijgen en mogelijke belemmeringen in de aanpak ervan weg te nemen, is de VROM Inspectie het project ‘Onrechtmatige bewoning’ gestart. Project ‘Onrechtmatige bewoning’ Het project ‘Onrechtmatige bewoning’ van de VROM-Inspectie heeft geleid tot een risicomodel aan de hand waarvan per gemeente het risico op het voorkomen van onrechtmatige bewoning is vastgesteld. Met behulp van het model zijn 50 gemeenten met een hoog risico geselecteerd. Op basis van interviews en documentenstudie heeft Research voor Beleid vervolgens fact sheets opgesteld met per gemeente informatie over de aldaar aanwezig zijnde vormen van onrechtmatige bewoning en het door de gemeente gevoerde beleid op dit terrein. Het onderzoek resulteerde in een - op basis van de fact sheets - landelijk overstijgend beeld van het gemeentelijk beleid op het gebied van onrechtmatige bewoning te genereren. In de analyse van het project zijn de resultaten van de groepsgesprekken met burgers (onderhavig onderzoek) betrokken. Bron: ‘Aanpak onrechtmatige bewoning – Inventariserend onderzoek onder gemeen en corporaties’, Vrom-Inspectie 2006
Gezien de prioriteit die het ministerie van VROM geeft aan de aanpak van onrechtmatige bewoning, is dit onderwerp door het projectbureau ‘Beleid met burgers’ geselecteerd als participatieproject. Hiermee beoogt VROM het gevoerde beleid meer af te stemmen op de opvattingen, verwachtingen en wensen van burgers. Door burgerparticipatie streeft VROM een efficiëntere beleidsvoering na en naar verwachting draagt deze aanpak bij aan de legitimatie van het gevoerde beleid.
1.2
Onderzoeksverantwoording
In dit kader heeft het de VROM-Inspectie in een onderzoek laten uitvoeren naar de beleving van burgers met betrekking tot (het tegengaan van) onrechtmatige bewoning. De vraagstelling van het onderzoek luidt als volgt: Hoe beleven burgers onrechtmatige bewoning, wat is hun oordeel hierover en welke maatregelen zien zij om onrechtmatige bewoning tegen te gaan? De onderzoeksvragen die hiervan zijn afgeleid, staan in bijlage 1 en zijn beantwoord door het voeren van 10 groepsgesprekken met burgers. Selectie gemeenten De groepsgesprekken zijn in tien verschillende gemeenten gevoerd, verspreid over de verschillende regionale VROM-Inspecties. De gemeenten zijn geselecteerd uit 50 gemeenten die onderdeel uitmaakten van het onderzoek ‘Onrechtmatige bewoning’. De volgende tabel toont de lijst van geselecteerde gemeenten.
2
3
Het gaat onder meer om de volgende rapporten: • Bestrijding van onrechtmatige bewoning (waarom en hoe); Achtergronden, instrumenten, best-practices, VROM Inspectie, 18 november 2004 • Aanpak onrechtmatige bewoning; Handreiking voor gemeenten, corporaties en particuliere verhuurders, SEV, februari 2005. Brief minister van VROM aan de Tweede Kamer, 10 maart 2005, Kamerstukken 29 800 XI, nr. 107 VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 5/48
Tabel 1.1 Overzicht geselecteerde gemeenten Alkmaar Deventer Diemen Goes Helmond
Leeuwarden Leiden Meerlo-Wanssum Nunspeet Vlaardingen
De gemeenten en corporaties zijn per brief van het onderzoek op de hoogte gebracht en uitgenodigd als toehoorder bij het gesprek aanwezig zijn. Selectie deelnemers Per gesprek zijn 12 personen telefonisch uitgenodigd. Circa 10 daarvan zijn aselect geworven in wijken met een hoge kans op onrechtmatige bewoning. Daarnaast zijn per gesprek circa twee leden van wijkverenigingen en/of soortgelijke organisaties geworven. Ter bevestiging van de afspraak hebben de deelnemers een brief ontvangen met daarin de datum, tijd, adresgegevens en het doel van het gesprek. Ook zijn de potentiële deelnemers op de dag van het gesprek nagebeld hetgeen door hen als zeer positief werd beoordeeld. Uitvoering groepsgesprekken De gesprekken zijn voorgezeten door een gespreksleider vanuit Research voor Beleid. Hierbij is gebruik gemaakt van een checklist (zie bijlage 2). In het begin verliepen de gesprekken open en waren vooral gericht op de kennis en ervaringen van de deelnemers. Hierbij was er vooral aandacht voor de lokale situatie. Vervolgens heeft de projectleider door het stellen van vragen en het voorleggen van voorbeelden, meer verdieping aan het gesprek gegeven. In de gesprekken zijn vooral die vormen van onrechtmatige bewoning besproken die in de gemeente volgens de burgers veelvuldig voorkomen. De volgende thema’s zijn besproken: • bekendheid met onrechtmatige bewoning (definiëring problematiek) • eigen ervaringen • betekenis en gevolgen • vòòrkomen van de problematiek. Per gesprek waren er 8-12 bewoners aanwezig, een vertegenwoordiger van VROM en/of de VROMInspectie en in een enkel geval schoof een vertegenwoordiger van de gemeente en/of de corporatie aan tafel aan. De gesprekken verliepen in een open sfeer en de deelnemers toonden een grote betrokkenheid bij het onderwerp. De leden van wijkverenigingen en soortelijke organisaties speelden een belangrijke rol doordat zij de andere bewoners uitleg konden geven over het fenomeen onrechtmatige bewoning en de bestrijding daarvan in hun gemeente. Om inzicht te krijgen in de beoordeling van de deelnemers van de gesprekken, zijn aan het eind van elk gesprek enkele vragen aan hen voorgelegd (bijlage 4). Hieruit blijkt dat zij zeer te spreken zijn over de organisatie en het verloop van de gesprekken, de mogelijkheid om met ambtenaren van VROM in gesprek te gaan en hun bijdrage aan de gesprekken (zie voor meer informatie bijlage 5). Van elk gesprek is een verslag gemaakt waarin het gesprek op hoofdlijnen is weergeven (zie bijlage 3). Ook zijn enkele citaten opgenomen. Vervolgens zijn de verslagen teruggekoppeld naar de deelnemers aan het gesprek, het ministerie van VROM en de VROM-Inspectie. Los van enkele suggesties en aanvullingen heeft dat niet tot substantiële wijzigingen van de verslagen geleid. Daarna zijn de verslagen gebruikt voor een analyse van de gesprekken. De conclusie die uit de analyse naar voren kwam, is beschreven in onderhavige rapportage.
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 6/48
2
Conclusies
In het onderstaande beschrijven wij de belangrijkste uitkomsten van het onderzoek, zoals deze uit de tien gesprekken naar voren zijn gekomen. 1. Burgers zijn in grote lijnen bekend met onrechtmatige bewoning Alle deelnemers aan de gesprekken hebben een beeld van het fenomeen onrechtmatige bewoning. Enkele deelnemers zijn alleen bekend met onrechtmatige bewoning door verhalen uit de krant, de radio en de televisie. De meeste deelnemers hebben echter eigen ervaringen en/of putten uit de verhalen uit hun directe omgeving. De meeste verhalen van de deelnemers betreffen gevallen dat zij of een bekende geen betaalbare woning kon krijgen en toen tijdelijk woonruimte heeft ondergehuurd. Ook delen enkele deelnemers mee dat er in hun wijk grootschalige wietplantages zijn of dat er onrechtmatige pensionvorming voorkomt. Overigens merken veel deelnemers, ondanks hun bekendheid met onrechtmatige bewoning, op dat zij tijdens het gesprek veel hebben geleerd. 2. Door hun lokale oriëntatie hebben burgers een gefragmenteerd beeld van het onrechtmatige bewoning Doordat bewoners uitgaan van hun eigen situatie verschillen de voorbeelden die bewoners van onrechtmatige bewoning geven per gemeente. In de ene gemeente ligt de nadruk op wietteelt terwijl men in de andere gemeente vooral spreekt over het huisvesten van seizoensarbeiders. De bewoners zijn veelal niet in staat een eenduidige beschrijving te geven van het begrip onrechtmatige bewoning. Bij pogingen daartoe ontstaat er discussie over bijvoorbeeld de noodzaak van inschrijving in de Gemeentelijke Basis Administratie of het voldoen aan de wettelijke eisen omtrent brandveiligheid. Ook is er verwarring tussen de begrippen onderverhuur, doorverhuur en verhuur. In een aantal gevallen wordt verhuur van koopwoningen ook als doorverhuur gezien, terwijl dit in feite doorgaans rechtmatig is. 3. Burgers hebben doorgaans begrip voor onrechtmatige bewoning zolang het hen niet direct raakt Bewoners hebben over het algemeen begrip voor onrechtmatige bewoning. Zij merken op dat bijvoorbeeld onderhuur vaak voortkomt uit nood en hebben in dergelijke gevallen begrip voor degene die onderhuurt. Ook situaties waarin AOW-ers en bijstandsmoeders door onderverhuur extra inkomen vergaren, vinden zij aanvaardbaar. Dat onderhuur leidt tot langere wachtlijsten vinden de bewoners - op een uitzondering na niet verwerpelijk omdat zij niet ervaren dat zij daardoor langer op de wachtlijst staan. Er zijn echter gevallen dat de bewoners wel bezwaar maken. Als onrechtmatige bewoning bijvoorbeeld leidt tot overlast in de vorm van geluid of stank, uitkeringsfraude of een onveilige situatie dan vinden bewoners dat de situatie beëindigd moet worden. Daarnaast vindt een groot deel van de bewoners dat winstbejag op onder- en doorverhuur van woningen en grootschalige wietteelt moeten worden tegengegaan. 4. Onrechtmatige bewoning wordt niet snel gemeld; de gevoelsmatige barrière is hoog In die gevallen dat bewoners onrechtmatige bewoning niet aanvaardbaar vinden, melden zij dit over het algemeen niet snel bij de verhuurder, de gemeente en/of de politie. Dit, omdat zij niet altijd voldoende inzicht hebben in de situatie om te kunnen bepalen of er daadwerkelijk sprake is van onrechtmatige bewoning. Verder vinden bewoners het niet prettig iemand aan te geven die zij kennen, zeker als zij twijfelen of er daadwerkelijk sprake is van een onrechtmatige situatie. Zij willen hun relatie met buurtbewoners, familie en vrienden niet verstoren door melding te maken van bijvoorbeeld onderhuur, VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 7/48
onrechtmatige pensionvorming of wietteelt. Sommige bewoners geven aan dat zij wanneer er een anonieme ‘kliklijn’ is, zij eerder bereid zijn onrechtmatige bewoning te melden. De bereidheid tot melden bij de corporatie, gemeente en/of politie is groter wanneer er sprake is van (extreme) overlast of een voor de eigen woning onveilige situatie. Gemeenten, die veelal alleen na een aangifte van onrechtmatige bewoning actie ondernemen (het zogenaamde ‘piepsysteem’), pakken door deze werkwijze alleen het ‘topje van de ijsberg’ aan. 5. Burgers zien het tekort aan goedkopere woningen als de kern van het probleem Bewoners zien het tekort aan betaalbare woningen als belangrijkste oorzaak van onrechtmatige bewoning. Er is volgens hen sprake van frictie op de woningmarkt. Veel starters kunnen geen passende woning vinden en ook doorstromers (o.a. senioren) ervaren problemen. In veel gesprekken wordt erop gewezen dat na herstructureringsprojecten duurdere woningen worden gebouwd waardoor een deel van de oorspronkelijke bewoners na de bouw niet terug kunnen keren. De bewoners, zowel huurders als eigenaren van koopwoningen, wijzen erop dat er meer betaalbare woningen moeten komen voor starters en doorstromers. 6. De overheid mag/moet bestanden koppelen De bewoners vinden over het algemeen dat de overheid, corporaties, politie, wijkbeheerders en dergelijke zich meer moeten inspannen om onrechtmatige bewoning tegen te gaan. Zij verbazen zich erover dat huurcontracten niet met het GBA vergeleken kunnen worden, omdat zij dit als een goede methode zien om onrechtmatige bewoning aan te pakken. Veruit de meeste bewoners zijn van mening dat de overheid – om onrechtmatige bewoning tegen te gaan - bestanden van verschillende instanties mag koppelen en ook aan de deur om identificatie mag vragen. Een kleine groep vindt onderzoek binnenshuis, bijvoorbeeld het tellen van tandenborstels of het vragen om een identificatiebewijs, niet wenselijk. Over het algemeen kan gesteld worden dat de deelnemers zich geen zorgen maken over de privacywetgeving en een actiever toezicht, ook als hierbij inbreuk wordt gemaakt op de privacy, toejuichen. 7. Bewoners vinden dat gemeenten en corporaties te weinig informatie verstrekken over het functioneren van de woningmarkt Onder de bewoners bestaat onduidelijkheid over het beleid van de gemeente ten aanzien van het functioneren van de woningmarkt, het toewijzigingsbeleid van corporaties en het verkopen van woningen door corporaties. Hierdoor hebben zij – deels onterecht - beelden dat er bijvoorbeeld aan bepaalde personen onterecht urgentie wordt verleend en/of aangeboden woning niet geweigerd kunnen worden omdat je dan weer onderaan de wachtlijst komt te staan. 8. De bewoners waarderen de groepsgesprekken zeer De bewoners waarderen het ten zeerste dat VROM groepsgesprekken heeft gevoerd met burgers over het thema onrechtmatige bewoning. Het onderwerp leeft sterk onder de deelnemers aan de gesprekken. Zij zijn vooral naar de gesprekken gekomen uit nieuwsgierigheid en/of het delen van hun mening met de gemeente/VROM. Tijdens de gesprekken hadden zij het gevoel dat er naar hen werd geluisterd.
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 8/48
Bijlage 1 Onderzoeksvragen
De vraagstelling van het onderzoek luidt als volgt: Hoe beleven burgers onrechtmatige bewoning, wat is hun oordeel hierover en welke maatregelen zien zij om onrechtmatige bewoning tegen te gaan? Van deze vraagstelling hebben we de volgende onderzoeksvragen afgeleid. 1. Zijn de burgers bekend met het fenomeen ‘onrechtmatige bewoning’? 2. Welke vormen van onrechtmatige bewoning onderscheiden burgers? • •
definities indeling in typen
3. Hoe vaak komen deze vormen in hun optiek voor? 4. Welke ervaringen hebben burgers met onrechtmatige bewoning? • • •
men woont zelf onrechtmatig / heeft onrechtmatig gewoond familie / kennissen / bekenden die onrechtmatig wonen / woonden …
5. Welke betekenis heeft onrechtmatige bewoning voor de burgers en waarom? • • • •
begrijpelijk / onbegrijpelijk onvermijdelijk ontoelaatbaar / acceptabel ….
6. Welke gevolgen ondervinden burgers van onrechtmatige bewoning? • • • • •
overlast oneerlijke woonruimteverdeling fraude onveiligheid …
7. Op welke wijze is onrechtmatige bewoning te voorkomen? 8. Welke maatregelen moeten volgens burgers door wie worden genomen om onrechtmatige bewoning tegen te gaan? • • • •
rijk gemeenten corporaties burgers zelf
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 9/48
Bijlage 2 Checklist gesprekken
Checklist Onrechtmatige Bewoning B3206, 18 juli 2006 1. Inleiding ¾ Uitleg onderzoek • • • • •
Doel en opzet onderzoek Beknopte uitleg OB (aangeven als het niet/nauwelijks voorkomt in gemeente!) Anoniem, zo open mogelijk Gebruik resultaten (i.v.m. verwachtingen t.a.v. de gemeente) Verslag gesprek en terugkoppeling uitkomsten
¾ Indeling gesprek ¾ Kennismaking 2. Bekendheid met OB ¾ Verschillende vormen (open/gesloten) ¾ Per vorm frequentie van voorkomen 3. Ervaringen met OB ¾ Eigen ervaringen/ ervaringen uit de directe omgeving ¾ Welke vormen komen voor, welke niet? 4. Betekenis OB ¾ Oordeel over OB algemeen/per vorm en waarom 5. Gevolgen OB ¾ Positief/ negatief ¾ Voor henzelf / voor anderen ¾ Per vorm 6. Voorkomen van OB ¾ Wie (rijk, gemeenten, corporaties, uzelf?) ¾ Welke maatregelen/instrumenten/activiteiten 7. Rondvraag ¾ Opmerkingen/suggesties t.a.v. OB, te nemen maatregelen, het onderzoek? ¾ Korte typering oordeel over thema (OB zelf of te nemen maatregelen)
* Uitdelen incentive + handtekening na ontvangst * Controleren adresgegevens (email) i.v.m. terugkoppeling gespreksverslag
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 10/48
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 11/48
Bijlage 3 Gespreksverslagen
Groepsgesprek Onrechtmatige Bewoning Gemeente Alkmaar Datum gesprek Aantal deelnemers Toehoorder
: : :
29 augustus 2006 10 bewoners, waarvan 2 leden van wijk- of buurtorganisaties Frans van Vessum (gemeente Alkmaar) Jacqueline Hendrikx (VROM – Beleid met burgers)
Bekendheid met OB De deelnemers noemen als vormen van onrechtmatige bewoning onderverhuur, prostitutie, drugspanden en wietplantages. Eén van de deelnemers vraagt zich hierop af wat de criteria zijn voor onrechtmatige bewoning: “Al is iets op zich een criminele daad, zoals heling vanuit je woning, dan nog hangt het van de regels van de gemeente en de corporatie af of je het als onrechtmatige bewoning bestempeld.” Onderverhuur komt in Alkmaar volgens één deelnemer heel veel voor. “Via de wijkraad hoor ik verhalen dat er in de wijk voor 10 à 15% onrechtmatige wordt verhuurd.” Maar onder dit percentage onderverhuur blijkt deze deelnemer ook de rechtmatige verhuur door particuliere eigenaren te laten vallen. Als eigenaren financieel (te) veel profiteren van hun woning(en), vindt de deelnemer dit onrechtmatig. Drie andere deelnemers weten niet hoe vaak onrechtmatige bewoning voorkomt, maar wel dat het met name een probleem is in wijken met oudere corporatiewoningen. Voorbeelden zijn het Schermereiland en het Rode Dorp (= een wijk binnen Alkmaar) waar mensen elkaar goed kennen en familieleden elkaar een woning gunnen. In totaal geven drie deelnemers aan dat in hun buurt wietplantages zijn opgerold. Voorbeelden van onrechtmatige pensionvorming zijn onbekend. Prostitutie komt alleen incidenteel voor. Het is echter de vraag of het hierbij gaat om onrechtmatig gebruik van de woning. Ervaringen met OB In totaal hebben vijf deelnemers het over hun ervaringen met onrechtmatige bewoning. Eén van de deelnemers ziet in haar omgeving vaak onrechtmatige bewoning. “Ik ken iemand die een woning kreeg toegewezen, maar hij laat zijn dochter er wonen. Maar ook al meld ik onderhuur bij de corporatie, er wordt niets tegen gedaan. Een ander geval is een eigenaar van twee koopwoningen die één woning voor veel geld verhuurt.” Een andere deelnemer heeft ook doorverhuur meegemaakt bij haar buurman. “Mijn onderbuurman ging samenwonen en gaf zijn benedenwoning door aan zijn zoon. Ik vind dat jammer want ik heb zelf last van mijn knie, maar maak geen kans op een benedenwoning.” Eén deelnemer had geluidsoverlast van buren in een huurwoning. Zij meldde deze overlast bij de betreffende buren, de corporatie en de gemeente. “Nu is een tweede gezin bij die buren ingetrokken. Sindsdien is het veel rustiger omdat zij bang zijn voor klachten bij de corporatie.” Eén deelnemer weet dat er fouten zijn gemaakt in de toewijzing van nieuwbouw op Schermereiland, maar als de situatie al jarenlang voortduurt, kan er niet meer worden ingegrepen. Een andere deelnemer weet dat een vrouw een seniorenwoning toegewezen had gekregen waar een gezin bij in trok. Nadat de vrouw is overleden, gaat het gezin de woning niet meer uit.
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 12/48
Betekenis OB De deelnemers hebben over het algemeen begrip voor onderhuurders. Ze geven aan dat het voor mensen lastig is om aan woonruimte te komen door het tekort aan betaalbare woningen. Er zijn lange wachtlijsten voor een huurwoning. Eén van de deelnemers heeft een zoon die al zes jaar op een huurwoning wacht. Een andere deelnemer heeft een huis gekocht omdat de wachttijd voor een huurhuis te lang was. Maar eigenlijk had hij eerst een aantal jaar in een huurhuis willen wonen voordat hij een huis kocht. Een andere deelnemers merkt op dat ze onderverhuur ziet als voordringen op de woningmarkt, maar ze heeft er wel begrip voor als bijvoorbeeld studenten een kamer onderhuren. “Een kamer onderhuren is iets anders dan een heel huis doorsluizen aan een familielid.” Een deelnemer zegt het onbegrijpelijk te vinden dat de corporatie huurhuizen te koop aanbiedt, terwijl er zo’n lange wachtlijst voor huurhuizen bestaat. Eén deelnemer wijst erop dat in een minder gewilde wijk wél voldoende aanbod van huurhuizen is. Hij heeft binnen acht maanden een flat gekregen. “Ik ben niet trots op de wijk. Ik wilde liever een eengezinswoning, maar daar kom je niet aan. Ik ben dubbel over onderhuur. Als mij een eengezinswoning in onderhuur wordt aangeboden, zie ik dat als een kans.” Ook de andere deelnemers begrijpen dat mensen creatieve oplossingen zoeken in de krappe woningmarkt zoals onderhuur of het permanent bewonen van een recreatiewoning. Door maatschappelijke ontwikkelingen wonen in Nederland steeds minder mensen in één woning. Na bijvoorbeeld een scheiding zoeken mensen woningen die groot genoeg zijn om ook hun kinderen te kunnen ontvangen. Hier is de woningmarkt in Alkmaar niet op ingericht. Er wordt opgemerkt dat potentiële huurders geen oudere woning kiezen omdat die over het algemeen van een lagere kwaliteit zijn dan nieuwbouwwoningen. De deelnemers hebben geen begrip voor onderverhuurders die door het vragen van hoge huren profiteren van onderverhuurders. Een aantal deelnemers hebben ook geen begrip voor huiseigenaren die hun koopwoning verhuren voor een hoger bedrag dan de hypotheekaflossing. Op een aantal nieuwbouwwoningen is snel winst gemaakt omdat de gemeente geen anti-speculeringbeding had vastgesteld. “Er is wel vraag naar de dure woningen, want kinderen willen in Alkmaar blijven wonen, maar het is uitbuiting.” In het algemeen vinden de deelnemers onder- of doorverhuur van een corporatiewoning wel laakbaarder dan van een koopwoning, omdat bij een corporatiewoning ook de toewijzingsregels worden omzeild. Sommige deelnemers kunnen tijdelijke onderverhuur wel begrijpen. Het is begrijpelijk dat als je gaat samenwonen, je niet direct je huurwoning opzegt. Nu is er niet de cultuur om hierover openlijk afspraken met de corporatie te maken. Een andere deelnemer vindt wel dat je je consequent moet inschrijven op het adres waar je verblijft. “Dat is ook de werkwijze die de sociale dienst hanteert bij een uitkering. Je krijgt een boete als je het samenwonen niet meldt bij de sociale dienst. Je krijgt een half jaar om aan het samenwonen te wennen, daarna moet je je woning opzeggen.” Eén deelnemer vindt het onacceptabel dat mensen een postadres aanhouden om een (hogere) sociale uitkering te krijgen. Twee andere deelnemers hebben hier meer begrip voor. “Mensen die met een minimum inkomen moeten rondkomen, krijgen net iets meer als zij zich in plaats van samenwonend als twee alleenstaanden opgeven.” “Er is met een erg lage uitkering een financiële prikkel voor onderhuur.” Gevolgen OB De deelnemers hebben het meeste moeite met vormen van onrechtmatige bewoning, wanneer dit tot overlast leidt. Eén deelnemer zegt meer moeite te hebben met drugspanden dan met hennepteelt. Volgens een andere deelnemer komt drugshandel in verschillende wijken voor. “Er is drugshandel in het park en in flats van de Vondelwijk. De politie lost de overlast maar kort op. Maar ik weet niet of de handelaren huurders zijn of vreemden.” Een andere deelnemer vindt wietteelt op kleine schaal acceptabel. Maar één deelnemer zegt: “Ik heb in de Bijlmer gewoond en wietplantages leiden daar tot extra verloedering. Het geeft sowieso overlast: het stinkt en er komen meer mensen over de vloer.” Een andere deelnemer vindt hennepteelt ook niet acceptabel. “Mensen met een uitkering rijden in een grote auto. Ik kan daar niet tegen. Het klopt niet. Misschien hebben zij inkomsten uit wiet. Ik werk me te pletter, maar kan me niets veroorloven.” Van andere vormen van ‘nette’ bedrijvigheid in woningen, zoals een naaiatelier of haren knippen, hangt de mate van acceptatie af van de mate van overlast die het meebrengt. De werkzaamheden moeten volgens sommigen niet structureel zijn of onrechtmatige zijn en ook niet tot groot gewin leiden. “Een freelance VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 13/48
journalist kan thuis veel verdienen, maar betaalt wel belasting.” Twee deelnemers zeggen dat iemand die een uitkering ontvangt elke bedrijvigheid thuis mag uitoefenen die hij wil, als hij het maar opgeeft bij de sociale dienst. Een andere deelnemer hanteert als criterium voor het accepteren van bedrijvigheid in een woning, dat de woning niet volledig mag worden onttrokken aan de woningmarkt én geen overlast opleveren. In het Rode Dorp komt onderhuur voor, maar het is een hechte gemeenschap waar mensen willen blijven wonen. Een mindere betrokkenheid bij de buurt, leidt tot verloedering. “Een makkelijke toewijzing van woningen, leidt sowieso tot verloedering. Als acht buitenlanders in een driekamerwoning wonen, is het hek van de dam.” Voorkomen van OB Als iemand een uitkering heeft, vinden de deelnemers dat de sociale dienst de situatie moet controleren in geval van wijzigingen in de woonsituatie. De deelnemers vinden dat de corporatie gerechtvaardigd is corporatiewoningen te controleren. “Bij renovatie op het Schermereiland werden huurders in seniorenwoningen geplaatst. Mensen dachten dat zo’n toewijzing vriendjespolitiek was. Transparantie is heel belangrijk, want als er geruchten zijn, hang je.” De meeste deelnemers vinden controle door de corporatie niet in strijd met de privacy, mits het beleid van tevoren bekend is gemaakt bijvoorbeeld in het huurcontract én er in de buurt vermoedens zijn van onrechtmatige bewoning. Een aantal deelnemers geven aan dat zij geen moeite hebben zich aan de deur te moeten legitimeren, maar het wel als de corporatie ook in huis gaat controleren. “Er wordt jaarlijks onderhoud gepleegd aan de corporatiewoningen. Gelijktijdig zou al stiekem de woonsituatie gecontroleerd kunnen worden.” Twee deelnemers zeggen dat zij zaken gerelateerd aan drugs direct zouden aangeven bij de politie. De meningen zijn verdeeld of de deelnemers onderhuur die leidt tot overlast aangeven. “Mijn buurman verhuurde zijn woning aan meisjes. Maar omdat hij in de war was, kwamen de meisjes ontdaan uit de woning. Ik heb toen de corporatie gevraagd hem te coachen als verhuurder.” Dit had tot gevolg dat de onderverhuurder uit de woning is gezet. Eén deelnemer zegt geen onderscheid te maken in de mensen die zij aangeeft in geval van onrechtmatige bewoning. “Het scheelt wel dat ik alle mensen in de wijk ken. Ik ga er ook op af als iemand in een koopwoning een te hoge huur vraagt. Als het nodig is, bel ik ook met de huisbaas.” Een andere deelnemer is teleurgesteld in het doen van aangiftes. Namen zijn al bekend bij de corporatie, maar er wordt niets mee gedaan. “In het geval van dames van lichte zeden en drugshandel, kregen de betrokkenen binnen twee weken wel een korting op hun uitkering en werden zij uitgezet. Maar daarna verhuizen de mensen naar een andere wijk en beginnen ze opnieuw. Aangeven leidt dus alleen maar tot een verplaatsing van het probleem.” Rondvraag Het is de gemeenteambtenaar bekend dat er veel vraag is naar huurwoningen, maar gemiddeld wordt pas door de vijfde toegewezen persoon de woning geaccepteerd. De 8 jaar wachttijd voor een corporatiewoning, wordt ook door de mensen zelf gecreëerd omdat vrijwel iedereen een eengezinswoning wil. Een deelnemer zou liever levensfasewoningen gebouwd zien worden. Dat zijn woningen die eenvoudig kunnen worden omgevormd voor alle levensfases. Daarnaast zou hij willen dat het speculeren met koopwoningen meer aandacht krijgt. “We leven in een erg elitaire samenleving. Niemand wil zich met aan ander bemoeien. Status speelt een rol.” Een andere deelnemer denkt dat de meningen van bewoners uit Alkmaar uit de wijken die niet bij het gesprek vertegenwoordigd zijn, gelijkluidend zijn. Het wordt door de deelnemers gewaardeerd dat één deelnemer iedereen in haar wijk aanspreekt op misstanden. Deze mevrouw kent iedereen in de wijk. Zij durven zelf geen mensen op hun gedrag aan te spreken omdat zij niet bekend zijn met de mensen die in hun wijk wonen.
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 14/48
Groepsgesprek Onrechtmatige Bewoning Gemeente Deventer Datum gesprek Aantal deelnemers Toehoorder
: : :
17 augustus 2006 12 bewoners, waarvan 3 leden van wijk- of buurtorganisaties Arno de Cock (VROM-Inspectie)
Bekendheid met OB De bewoners zijn bekend met onrechtmatige bewoning. In eerste instantie denken zij aan kraken, wietplantages en aan woningen die worden verbouwd en door huisjesmelkers aan meerdere mensen (o.a. studenten / buitenlandse arbeidskrachten) worden verhuurd. Er ontstaat discussie over wat doorverhuur is en wanneer dit illegaal is. De deelnemers zijn van mening dat je een bekende tijdelijk woonruimte aan mag bieden (tegen betaling) maar vragen zich af wanneer het gaat om onrechtmatig. Hangt dat af van de inschrijving van de onderhuurder bij de gemeente? Of het bedrag dat de verhuurder vraagt? Enkele deelnemers opperen dat als de onderhuurder zich niet bij de gemeente op het adres inschrijft, het onrechtmatig is. Ook wordt geopperd dat als iemand langer dan een half jaar logeert, er sprake is van onrechtmatige bewoning. In elk geval vindt men het onrechtmatige bewoning/gebruik als de situatie tegen de wet- en regelgeving indruist, overlast veroorzaakt en/of onveiligheid teweeg brengt. De deelnemers krijgen de vraag voorgelegd of onrechtmatige bewoning vaak voorkomt in de gemeente Deventer. Zij geven aan dat vooral doorverhuur en onrechtmatig gebruik vaak voorkomt. Zij kunnen meerdere gevallen van pensionvorming en wietteelt noemen. Er is minder zicht op het buiten de toewijzingsregels om verhuren van woningen. Wel denkt een enkeling dat er in de toekomst steeds vaker sprake zal zijn van doorverhuren. “Het is een groeiend probleem. Gescheiden gezinnen, sneller op kamers willen wonen. Ik denk dat het een groeiende groep is die onrechtmatig woont.” Ervaringen met OB Drie deelnemers hebben zelf te maken gehad met onrechtmatige bewoning. In twee gevallen was er sprake van acute woningnood die door het tekort aan goedkope woningen niet op een rechtmatige manier kon worden opgelost. De deelnemers woonden daardoor in bij een bekende en/of verbleven in een gekraakte ruimte. De deelnemers vertellen: “Ik moest mijn woonruimte uit en kon pas na een half jaar passende woonruimte krijgen. Als ik me in zou schrijven voor een woning die niet bij me past, dan was ik al mijn punten kwijt voor tijdelijke woonruimte en zou ik opnieuw problemen ondervinden. Ik ben toen tijdelijk bij een vriend ingetrokken.” “Ik ben gevlucht uit Noord-Holland en kon hier geen woonruimte vinden. Ik had niks: geen geld, geen punten, geen bekenden… Ik heb toen eerst antikraak gewoond maar toen ik daar uit moest had ik nog niks anders. De gemeente vond mijn situatie niet urgent. Ik ben toen uit wanhoop in een kraakwoning gaan wonen. Wat moest ik anders?” Later blijkt tijdens de discussie over vluchtelingen en buitenlandse werknemers dat ook een derde deelnemer ervaring heeft met onrechtmatige bewoning. Zij heeft met drie gezinnen een woonruimte gedeeld. De woonruimte was niet gebouwd voor bewoning door drie gezinnen. Andere deelnemers delen ervaringen van anderen die onrechtmatig gebruik maken van een woning. Er worden verschillende voorbeelden gegeven van pensionvorming, doorverhuur en wietplantages. “Ik heb het wel meegemaakt. Er woonden wel 20 buitenlandse werknemers in de flat boven mij. Ze sloegen met deuren, renden over de trap.” “Ik ben huismeester geweest in een flat. Voor een woning was er een contract voor twee personen. Er woonden er zes. De eigenaar kwam opeens elke maand langs, waarschijnlijk om die extra huur contant op te halen.”
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 15/48
“Bij mij in de wijk zijn er veel wietplantages. Dat kun je goed zien in de winter. Bij mij op het dak ligt dan sneeuw maar bij de overburen niet. Wietplantages zijn niet goed. De geur is vreselijk en de energie wordt afgetapt.” Betekenis en gevolgen onrechtmatige bewoning Over het algemeen kan gesteld worden dat de deelnemers zich niet storen aan onrechtmatige bewoning, indien dit niet gepaard gaat met onveiligheid of overlast. “Ik stoor mij er niet aan. Als ik er geen last van hebt en als het geen onveilige situatie oplevert, vind ik het niet erg. Ik denk dat de doorsnee burger het niet erg vindt.” Enkele deelnemers merken op dat mensen goede redenen kunnen hebben voor onrechtmatige bewoning. Zij stellen dat onderhuurders veelal in een lastige positie zitten en, gezien de krappe woningmarkt, soms noodgedwongen moeten onderhuren. Ook de eigenaar wordt volgens de deelnemers benadeeld aangezien de huurder van het pand contractbreuk pleegt. “Er zijn te weinig betaalbare woningen. De onderhuurder kan er een goede reden voor hebben. Je moet het sociale aspect niet vergeten.” “Kraken is soms de laatste strohalm van iemand en nu willen ze dat verbieden!” “Het gebeurt vaak tegen de regels maar uit nood omdat ze een dak boven hun hoofd moeten hebben. De vraag naar de oorzaak is dan ook van meer belang dan de aanpak van onrechtmatige bewoning.” “Je kunt die mensen wel uit de woning zetten maar het probleem blijft bestaan. Waar moeten ze heen. Er zijn geen woningen voor ze.” Ten aanzien van onrechtmatig gebruik (pensionvorming/wietplantages) en het onderverhuren zelf zijn de deelnemers minder positief. Enkele deelnemers merken op dat dit tot problemen – voor henzelf of voor anderen - kan leiden die voorkomen moeten worden: Pensionvorming “Als er heel veel mensen in een flat wonen dan is dat niet goed. Daar zijn de woningen niet opgebouwd. Dat leidt tot onveilige situaties.” “Het gaat over overlast. Dichtslaande deuren, geren over de trappen. Die 20 mensen zijn uit de flat gehaald omdat er zoveel overlast was.” “Bij studenten is het niet zo’n groot probleem maar asielzoekers worden misbruikt door huisjesmelkers. Zij hebben helemaal geen poot om op te staan!” Wietplantages “Wietplantages zijn een probleem. Vocht, licht, stank en dat afval dat overal wordt gedumpt. Doe het in een kas, niet in een woning.” “Er wordt bij mij in de wijk zoveel energie afgetapt voor wietplantages dat bij mij thuis de lichten knipperen.” Doorverhuur (voorbeeld dat een woning voor een meerprijs van 200 euro wordt onderverhuurd): “Je maakt de woning kunstmatig 200 euro duurder terwijl er al te weinig goedkope woningen zijn!” “De fraude is het probleem, niet het onderverhuren. De onderhuurder kan goede redenen hebben.” De deelnemers discussiëren ook over de gevolgen van onrechtmatige bewoning in de wijk. Er ontstaat discussie of een achterstandswijk onrechtmatige bewoning aantrekt of – omgekeerd - dat onrechtmatige bewoning juist leidt tot achteruitgang van de leefomgeving. Als belangrijke oorzaak van onrechtmatige bewoning wordt in elk geval het tekort aan goedkope woningen gezien. Voorkomen van OB Er ontstaat een lange discussie over de rol van het rijk, gemeenten, corporaties en burgers bij het tegengaan van onrechtmatige bewoning. Vanaf het begin van de discussie is duidelijk dat de bewoners de meeste vormen van onrechtmatige bewoning niet erg vinden en dat er dus vanuit hen gezien niets aan gedaan hoeft te worden. Wel echter aan vormen van fraude die gepaard gaan met onrechtmatige bewoning, zoals bijvoorbeeld onrechtmatig aanhouden van uitkeringen en het vragen van hoge huren. Een aantal deelnemers merkt expliciet op dat om onrechtmatige bewoning tegen te gaan naar de oorzaken ervan gekeken moet worden.
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 16/48
“Je moet kijken naar de oorzaken ervan anders kun je het niet oplossen. Je kunt iemand wel uit zijn huis zetten maar waar moet die heen?” “Er moeten niet nog meer regels komen. Je moet kijken naar de oorzaak. Er is een gebrek aan goedkope woningen” “De overheid trekt zich terug van de woningmarkt. De marktpartijen moeten in het gat springen maar dat doen ze niet. Zij willen geld verdienen en zijn niet bezig met goedkope woningbouw. Daar verdienen ze niks mee.” “Wijkvernieuwingsprojecten maken het probleem erger. Die mensen worden met urgentie in andere woningen geplaatst. De nieuwe woningen die in hun oude wijk terugkomen zijn duurder. Zo wordt de druk op de markt van goedkope woningen steeds groter.” “Ik kon in Enschede ook niks vinden. Nu woon ik bij mijn broer. Soms betaal ik hem 200 euro, soms 150 euro. Het gaat goed, maar je moet wel zo iemand hebben bij wie je kunt wonen. De kamerprijzen zijn zo hoog!” “Oké, 20 Chinezen in een flatje zijn teveel, 16 moeten er weg, maar waarheen?” Er ontstaat een discussie over wat burgers zelf kunnen doen. Deze spitst zich toe op wanneer een deelnemer melding zou maken van onrechtmatige bewoning. “Overlast en veiligheid zijn redenen tot aangifte.” “Je kunt niet zelf bepalen of twaalf niet in een woonruimte kan en acht wel. Of als je er last van hebt kan het niet. Dat is hypocriet. Je moet de wetgeving aanhouden.” “Wiettelers moeten gepakt worden. Huurcontracten moeten gehandhaafd worden. Ik moet ook werken voor mijn geld.” “Burger heeft een stem in te brengen. De burger woont hier. Hij kan een bijdrage leveren.” “Vroeger was de sociale controle groter. Toen was het makkelijker.” “Onrechtmatige bewoning is ook moeilijk te zien. Dan kan je niks doen.” Er wordt ook gekeken naar de rol van de overheid. Enerzijds vinden de deelnemers dat de overheid normen moet stellen en burgers moet beschermen, anderzijds moet de overheid de vrijheid van burgers respecteren. “De overheid laat de boel versloffen en legt dan de vraag bij ons. Dat is makkelijk.” “De overheid moet de norm stellen en prioriteiten bepalen. Dat ze deze bijeenkomst organiseren is lovenswaardig.” “De overheid moet prioriteit geven aan onrechtmatig gebruik, want dat kost woningen.” “De overheid moet woningbouwcorporaties aanspreken op hun taak. Entree is nu ook de duurdere markt op. Gewone man is vergeten.” “Iedereen heeft het recht een fatsoenlijke woning te krijgen. Daar moet beleid op zijn.” “Mensen mogen niet blijven wonen in goedkope woningen.” “Ik ga toch ook niet zeggen dat je in een Mercedes moet rijden als je een Mini zo leuk vindt.”
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 17/48
Groepsgesprek Onrechtmatige Bewoning Gemeente Diemen Datum gesprek Aantal deelnemers Toehoorder
: : :
5 september 2006 10 bewoners, waarvan 2 leden van wijk- of buurtorganisaties Marijn Willems (gemeente Diemen) Jacqueline Hendrikx (VROM – Beleid met burgers) Reina Kors (VROM-Inspectie)
Bekendheid met OB De deelnemers zien onrechtmatige bewoning als wonen zonder ingeschreven te staan, wonen zonder vergunning of het met meerdere mensen in een éénpersoonswoning wonen. Het inschrijven op een postadres voor het ontvangen van een hogere studiefinanciering en permanente bewoning van een recreatiewoning worden ook genoemd. “Veel gemeentes hebben een huisvestingsverordening. Deze verordening stelt een vergunning verplicht voor een huurder met een huur tot 605 euro en voor een eigenaar van een koopwoning tot een bepaalde prijs.” “Een eigenaar van een woning in Amsterdam mag zijn woning alleen verhuren aan iemand die de gemeente heeft aangewezen.” “Het is ook niet toegestaan met meerdere studenten op één kamer te wonen.” “Permanente bewoning van recreatiewoningen komt in Diemen niet voor, maar ik heb er in Lunteren wel ervaring mee gehad.” Onderverhuur komt in Diemen volgens de deelnemers veel voor, maar de cijfers zijn niet bekend. De huurdervereniging krijgt regelmatig meldingen van onderhuur binnen, maar deze meldingen blijken vaak onjuist te zijn. In Amsterdam blijkt uit de actie Zoeklicht dat onderhuur een serieus probleem is. In Diemen verschilt het percentage onderverhuurde woningen per wijk. “In Amsterdam worden 20.000 huizen onrechtmatig bewoond. In Diemen zijn de cijfers onbekend.” “Diemen doet niet onder voor Amsterdam. Maar ik vind het alleen een probleem voor de sociale verhuur. Boven de geliberaliseerde huurgrens vind ik het geen probleem.” “ 9 van de 10 gevallen van meldingen van onderhuur bij de huurdervereniging betreft roddel. Ik schat dat onderhuur in de flats in mijn wijk minder dan 5% voorkomt.” Als oorzaak van onderverhuur wordt de lange wachtlijst voor corporatiewoningen genoemd. Voor starters is de wachttijd 11 jaar, voor doorstromers 21 jaar. De woonmarkt zit vast. De bewoners concluderen dat er te weinig betaalbare woningen zijn. Ervaringen met OB Alle deelnemers hebben ervaring met onder- en doorhuur. De ervaringen uit Amsterdam en Diemen lopen dooreen. “Toen ik ging verhuizen uit Amsterdam uit een particulier huurhuis, vroeg iemand uit de buurt of ik het huis niet wilde doorverhuren. In Amsterdam-Zuid is dat gebruikelijk. Ik ging samenwonen in een koophuis in Diemen. Ik kon niet doorverhuren, omdat ik mij moest inschrijven in Diemen. Ik had mijn Amsterdamse huurwoning opgeknapt, maar ik kon nu niets overdoen aan een nieuwe huurder omdat mijn huisbaas het huis ging verkopen.” “Momenteel ken ik één geval van onderhuur in Diemen. Toen ik in 1998 naar Amsterdam kwam, kreeg ik er zelf mee te maken. Ik kon alleen huurhuizen illegaal in onderhuur krijgen voor €1.000,- tot €1.500,-, terwijl de mensen zelf €300,- huur betaalden. Er was geen alternatief. Ook de woningen in de ViaVia en via Direct Wonen werd illegaal onderverhuurd. Ik werd binnen een jaar opgespoord via de Zoeklicht actie omdat ik me had ingeschreven. Ik heb in Diemen een huis gekocht omdat ik anders een hele hoge huur moest betalen of op een lange wachtlijst kwam.” “Mijn kinderen die in Amsterdam studeerden huurden onder. Eén student had een woning legaal verkregen via urgentie of op punten en daarna wisselde die woning steeds van bewoner.” “Ik woon in Diemen naast studentenhuisvesting en daar wordt heel veel onderverhuurd.” “Ik weet via mijn werk in de Baarsjes dat woningen voor de dubbele en driedubbele huurprijs worden onderverhuurd.” VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 18/48
Betekenis OB De deelnemers hebben over het algemeen begrip voor mensen die onder- en/of doorhuren omdat er geen alternatief is. Er worden te weinig goedkope woningen aangeboden waardoor de in- en doorstroom stokt. Ook het regionale toewijzingsbeleid werkt belemmerend. Het is een probleem als aan mensen uit de regio met een hoog aantal punten goedkope huurwoningen worden toegewezen. Een aantal deelnemers verwachten een extra instroom vanuit Amsterdam omdat daar een aantal wijken gerenoveerd en/of gesloopt gaan worden. Deze mensen krijgen een stadsvernieuwingsurgentie. Maar het blijkt dat urgenties alleen gelden voor de gemeente waar deze urgentie is afgegeven. De mensen met urgentie in Amsterdamse krijgen geen voorrang in Diemen. “Als mensen zolang op een huis moeten wachten, is onderhuur logisch. In Diemen wordt het steeds moeilijker een woning te krijgen. Er worden nu woningen gebouwd, maar dat zijn maar een paar sociale woningen.” “Voor doorstroom wordt naar je woontijd gekeken, maar als je verhuist is een soortgelijke woning veel duurder.” “Op onze galerij met 4 kamerwoningen is de jongste bewoner boven de 65 jaar, maar het is veel te duur om te verhuizen. Het beleidsplan om als senior voor een kleinere 3 kamerwoning in aanmerking te komen is stukgelopen.” “De provincie heeft bepaald dat er nog maar één regionaal woninggebied is. Het klinkt sympathiek, maar daarmee creëer je nog meer schaarste omdat een groter aantal huurders de woningmarkt betreedt.” “Het puntensysteem in Diemen is te gek voor woorden. Bij mijn moeder zijn heel veel mensen uit de omgeving van Diemen met heel veel punten in de sociale woningbouw komen wonen. Deze mensen zijn wel tweeverdieners. Ze hebben de woning toegewezen gekregen en wonen legaal. Misschien hebben zij zich op één naam ingeschreven. Ik heb zelf altijd achter de feiten aangelopen. Ik sta al 24 jaar ingeschreven bij Woningnet, maar ik ben nooit aan de beurt gekomen omdat mijn levensomstandigheden zijn veranderd. Ik snap ook niets van het urgentiesysteem. Toen ik in Amstelveen werkte, wilde ik daar ook wonen, maar ik kreeg geen urgentie. Ik was niet sociaal gebonden, terwijl mij economische gebondenheid doorslaggevend lijkt. ” De deelnemers hebben geen begrip voor onder- of doorverhuurders die met hoge huren profiteren van onderhuurders. “Het is een verschil of je onder- of doorverhuurt om iemand aan woonruimte te helpen of dat je woekerprijzen vraagt.” “Het is asociaal je woning in de sociale verhuur voor veel meer onder te verhuren. Bij een koopwoning mag je wat mij betreft uit liberaal oogpunt wel voor je woning vragen wat je wilt.” Gevolgen OB De deelnemers zien als gevolg van de onder- en doorverhuur een lange wachtlijst en een prijsopdrijvend effect. De doorstroom in de corporatiewoningen is gestagneerd. Het is voor senioren financieel niet aantrekkelijk door te verhuizen naar een woning die duurder is dan de woning die zij verlaten. Daarnaast willen senioren over het algemeen hun 4/5 kamerwoning niet inruilen voor een seniorenwoning met een zorgconcept omdat zij gewend zijn aan hun ruime woning en het sociale netwerk dat zij rondom die woning hebben. Een aantal deelnemers zegt dat nieuwbouwwijken regelmatig niet conform de marktbehoeften worden gebouwd. Voor betaalbare woningen komen dure woningen in de plaats. Volgens de gemeenteambtenaar zit de crux overigens niet in het aanbod van goedkope woningen. In Amsterdam is een overschot aan goedkope huurwoningen én een wachtlijst van 10 jaar. Het probleem is dat de woningbouw niet aansluit op de behoeften van de markt. “Ik heb er wel wat moeite mee als een alleenstaande in een 6 kamerwoning woont. Ze zijn begonnen als gezin en betalen na een lange woontijd een lage huur en krijgen huursubsidie.” “Nieuwe woningen in de stadsvernieuwing zijn veel te duur om de oorspronkelijke bewoners te laten terugkeren.” “Senioren zijn gewend aan hun eigen woning. Om niet het hele huis te hoeven schoonmaken, houden ze liever twee deuren dicht dan te moeten verhuizen. Ik betaal nu 380 euro kale huur zonder servicekosten. Hoe langer je op één adres blijft wonen, hoe minder huurverhogingen kunnen worden doorgevoerd. Bij een verhuizing, wordt de huurprijs in één keer verhoogd. Een volgend huurder betaalt bijna 100 euro meer voor deze woning.”
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 19/48
Voorkomen van OB Alle deelnemers zien onder- en doorverhuur als een probleem dat moet worden aangepakt. Als oplossing voor het probleem wordt genoemd de actie Zoeklicht uit te breiden naar Diemen. Alle deelnemers zijn ervoor als bestanden aan elkaar worden gekoppeld. Deze koppeling zou makkelijker moeten zijn. De meningen zijn wel verdeeld of een corporatie en/of gemeente aangekondigd of onaangekondigd huisbezoeken mag afleggen bij een vermoeden van onrechtmatige bewoning. Daarnaast moeten goedkope woningen worden gebouwd, hoewel in Diemen niet veel ruimte is. De doorstroom kan worden verbeterd, door wijken beter te mengen met verschillende leeftijdscategorieën. “Door zo’n actie Zoeklicht kun je illegale onderhuurders uitzetten en creëer je woningvoorraad.” “De woningvoorraad kan ook worden vergroot door panden die niet optimaal gebruikt worden, te verbouwen. Mensen hebben nu andere woonwensen dan 10 jaar geleden.” “De actie Zoeklicht in Diemen zou de gegevens van huurders die hun huurhuis verlaten omdat zij een woning hebben gekocht, moeten koppelen aan de gegevens van de fiscus om te zien of zij het huurhuis niet doorverhuren.” “Via mijn werk weet ik dat als uit een bestandenvergelijking fraude van huursubsidie of een uitkering blijkt, de uitkering niet wordt opgeschort. De sociale Dienst is wel gerechtigd een huisbezoek te doen.” “De gemeente kan makkelijk constateren of er een dubbele inschrijving is (die noodzakelijk is voor een vergunning) op één adres. Bij een zware verdenking heb je de gegevens al uit de Gemeentelijke Basis Administratie.” “Voordat je binnen een huis onderzoekt, moet je al concrete aanwijzingen hebben. Er worden corporatiewoningen aangeboden in de Via Via en met 06 nummers.” “Ik ben er niet blij mee als in een studentenwoning tandenborstels zouden worden geteld om onrechtmatige bewoning te bewijzen, terwijl er zoveel mensen in- en uitlopen.” “Het is te gek dat je door de privacywetgeving bestanden niet mag koppelen, terwijl het niet zo moeilijk is. Ik heb er geen problemen mee. Ook niet als naar de adressering van de post wordt gekeken en tandenborstels worden geteld.” “Het bouwen in het centrum van Diemen is jarenlang tegengehouden. Ik hoop dat het nieuwe college het bouwen wel toestaat omdat onvoldoende aanbod van goedkope woningen de kern van het probleem is.” De deelnemers geven als privé persoon alleen onder- of doorverhuur aan als dit leidt tot overlast of onveiligheid. Twee deelnemers die werkzaam zijn bij een corporatie en in de schuldhulpverlening, hebben de verplichting onrechtmatige bewoning aan te geven. Een aantal deelnemers zeggen er geen moeite mee te hebben als een bijstandsmoeder uit financiële nood een kamer onderverhuurt. Zij geven een bijstandsmoeder of twee AOW-ers die samenwonen, niet aan omdat zij niet uit winstbejag extra inkomen zoekt, maar om haar eerste levensbehoeften te vervullen. De huurdervereniging heeft een goed inzicht in het bewonersbestand. Van een aantal adressen is bij de huurdersvereniging bekend dat er uit financiële nood onrechtmatige bewoning plaatsvindt, maar uit sociaal gevoel wordt dat niet aangegeven. De huurdersvereniging geeft onrechtmatige bewoning die leidt tot overlast sowieso wél aan. De meningen over aangifte zijn meer verdeeld als het gaat om hennepplantages. Twee deelnemers zeggen wietplantages sowieso aan te geven, anderen alleen in geval van onveiligheid en weer anderen geven het niet aan. “De buren van mijn zus hadden een wietplantage. Het was onplezierig. De buren gingen ’s nachts verhuizen en deden nooit de deur open.” “De opbrengst is 4500 euro netto per jaar per woning. Maar het is gevaarlijk in verband met stroomaftap en overstromingsgevaar.” “Wietplantages zijn een minder groot probleem dan onderhuur. Wiet kan veilig geteeld worden in grote ketels. De markt is geprofessionaliseerd. De teelt moet ook gelegaliseerd worden, net als de verkoop.” De meningen van de deelnemers zijn verdeeld of de gemeente en/of de corporatie de regie moet voeren bij de bestrijding van de onrechtmatige bewoning. “Corporaties werken alleen in opdracht van de gemeente. De gemeente maakt de regels. Een wietplantage moet bij de gemeente worden gemeld. De corporatie heeft wel een signaleringsfunctie, maar sommige corporaties zijn alleen geïnteresseerd of de huur binnenkomt. Het beleid om een huurcontract te ontbinden in geval van onrechtmatige bewoning, wordt soms niet uitgevoerd als uitzetting zielig is, bijvoorbeeld in geval van een bijstandsmoeder.”
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 20/48
Rondvraag De deelnemers vonden het gesprek over het algemeen nuttig en hopen op een vervolgtraject. De gemeenteambtenaar geeft aan al bezig te zijn het protocol van het Amsterdamse Zoeklicht naar Diemen te vertalen. Het College Bescherming Persoonsgegevens is (nog) niet akkoord gegaan met een bestandsvergelijking in Diemen. “Er zijn in Diemen onvoldoende goedkope woningen. De woningen zijn te duur omdat door de hypotheekrenteaftrek en de huursubsidie de prijs wordt opgedreven. Daarnaast is de regelgeving op dit gebied beklemmend. VROM moet hun slogan: ‘Nederland is klein, denk groot’, toepassen op deze problematiek.”
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 21/48
Groepsgesprek Onrechtmatige Bewoning Gemeente Goes Datum gesprek Aantal deelnemers Toehoorder
: : :
7 september 2006 10 bewoners, waarvan 3 leden van wijk- of buurtorganisaties Patrick Simpelaar (gemeente Goes) Jacqueline Hendrikx (VROM-Beleid met Burgers)
Bekendheid met OB De deelnemers noemen als vormen van onrechtmatige bewoning onderhuur, kraken, wietteelt en onrechtmatige pensionvorming. Daarnaast worden het permanente bewonen van een recreatiewoning, doorverhuur, uitkeringsfraude en de huisvesting van seizoensarbeiders aangedragen. Al deze vormen van onrechtmatige bewoning spelen in Goes niet of nauwelijks. Ervaringen met OB De ervaringen van alle deelnemers met de verschillende vormen van onrechtmatige bewoning in Goes, zijn hooguit incidenten. “Ik woon in een corporatiewoning. Als je je kind, een kleinkind of kinderen via de Jeugdzorg in huis neem krijg je snel problemen met de huursubsidie. Je moet nu direct aangeven als je mensen in nood in huis neemt, terwijl je voorheen drie maanden de tijd had aan elkaar te wennen. Als je kinderen in huis neemt, noem ik dat geen onderhuur. Ik vind het wel onderhuur als er op een bepaald adres veel meer mensen wonen dan geregistreerd staan.” “Er waren twee panden in Goes waar iedereen van wist dat jongelui die kraakten.” “In de polder en in Goes-west wordt in de tuinen wiet geteeld. ’s Avonds is een tuin leeggeroofd en dat gaf overlast. De wietteelt vindt ook plaats op zolders.” “In een particuliere recreatiewoning zat een wietplantage. Alles wordt nu opgeknapt.” “Een voormalig café in ons dorp is afgekeurd als hotel voor 10 gasten. Nu zijn er schotten geplaatst en zitten er wel 25 à 30 Polen. Ik begrijp dat niet. De Polen geven geen overlast, maar de huisvesting mag niet brandgevaarlijk zijn.” "Polen moeten zich als eenmansbedrijfjes inschrijven bij de Kamer van Koophandel voor een kortdurende werk- en verblijfsvergunning voor de fruitpluk. Zij overnachten in een caravan op het terrein van de boer. Dat ziet er netjes uit." “Soms wordt een huurwoning tijdens de vakantie doorverhuurd als de huurders op de camping staan.” "Er woont een student tegenover mij. Hij woonde samen met een meisje die een uitwonende studiefinanciering ontving. De student krijgt huursubsidie. Nadat het meisje was vertrokken, wilde zij zich niet uitschrijven. Voor de student was het ellendig omdat hij onterecht voor twee personen gemeentebelasting moest betalen. Pas na 2 maanden werd het meisje van ambtswege uitgeschreven. Na een scheiding of vertrek, zou direct gecontroleerd moeten worden dat iemand niet meer op een adres woont. De procedure is nu te ingewikkeld.” “Ik vond het wel onterecht dat ik verdacht werd van samenleving, terwijl ik een uitkering had. Ik moest toen bewijzen dat het mijn broer was die iedere 14 dagen kwam logeren." Betekenis OB De deelnemers hebben over het algemeen weinig begrip voor het verbieden van permanente bewoning van recreatiewoningen. De deelnemers hebben geen overlast van de permanente bewoning van recreatiewoningen en weten niet waarom dit verboden is. Door permanente bewoning van recreatiewoningen worden de huisjes goed onderhouden. Daarnaast hanteert elke gemeente andere regels in de aanpak van de permanente bewoning van recreatiewoningen. De gemeenteambtenaar zegt dat mensen wel 365 dagen per jaar in een recreatiewoning mogen zijn, maar niet wonen. De gemeente Goes heeft de permanente bewoning een tijdlang niet gecontroleerd. Er is een peildatum gekozen waarop de bestaande bewoners een persoonlijk recht voor permanente bewoning hebben gekregen. Nieuwe bewoners krijgen geen toestemming meer voor permanente bewoning van een recreatiewoning. “De term onrechtmatige bewoning is wel wat zwaar voor het permanent bewonen van een recreatiewoning.” “Het is dus wel legitiem als je naast het permanent bewonen van een recreatiewoning een RWS woning aanhoudt.” “Het permanent bewonen van een recreatiewoning is een grijs gebied. Je mag de woning wel gebruiken als forensenwoning. Daarnaast is het nog van de gemeente afhankelijk of permanente bewoning van een recreatiewoning wordt toegestaan of niet. Er zijn genoeg mogelijkheden de regels te omzeilen. Dan is het VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 22/48
beter de regels af te schaffen. Het enige onderscheid tussen een recreatiewoning en een woonhuis is de prijs.” “De mensen die de regels het beste kennen, kunnen een draai geven aan de permanente bewoning zodat het wel getolereerd wordt. Dit geeft te veel willekeur. Alle mensen moeten gelijke rechten hebben. Nu kan de ene buurman net na de peildatum te laat zijn voor het toestaan van permanente bewoning en de ander niet. De aanschafkosten van een recreatiewoning zijn wel lager dan van een woonhuis, maar de inrichtingskosten van een recreatiewoning zijn soms nog hoger dan van een woonhuis. ” “Als de recreatiewoningen leegstaan is er meer kans op inbraak. Permanente bewoning zorgt voor toezicht.” Gevolgen OB De wachttijd op een corporatiewoning in Goes bedraagt 2 à 2,5 jaar. Als iemand een specifieke woning zoekt, loopt de wachttijd op. Maar onder- of doorverhuur van corporatiewoningen komt slechts incidenteel voor. Voor starters en (alleenstaande) jongeren is de grondprijs in Goes te hoog om een eengezinswoning te kunnen kopen. Veel studenten blijven in de randstad wonen na hun studie. Andere jongeren vertrekken uit Goes als ze geen huisvesting kunnen vinden. "Jan met de pet is afhankelijk van huurwoningen. Maar de wachttijd is lang, iemand verdient te veel inkomen voor een corporatiewoning of de corporatiewoning is niet gerenoveerd, zodat een corporatiewoning niet altijd aantrekkelijk is." Twee deelnemers kennen in hun dorp een pension waar buitenlandse werknemers langdurig verblijven. Zij weten niet of dit illegale huisvesting is, maar het ziet er dubieus uit. "Het ziet er niet uit, met gipsplaat voor het raam waardoor van één ruimte twee kamers worden gemaakt. Zoals zij wonen, wil geen Nederlander wonen." "De huisvesting van deze mensen moet in elk geval gecontroleerd worden door de brandweer." De gemeenteambtenaar zegt dat dit pand bekend is bij de gemeente. Door de opdeling in kamers wordt veel winst gemaakt. Toen de brandweer eisen oplegde voor een gebruiksvergunning en een maximum aantal mensen per vierkante meter, was men snel bereid de investering te doen om aan de voorwaarden van een gebruiksvergunning te voldoen. Voorkomen van OB De meningen over het doen van aangifte over onrechtmatige bewoning zijn verdeeld. Over het algemeen willen de deelnemers zeker weten dat er sprake is van onrechtmatige bewoning. Het moet echter een ernstige vorm zijn en tot overlast leiden, voordat zij aangifte willen doen. Geen van de deelnemers zou twee ouderen aangeven die samenwonen, maar ieder een alleenstaande AOW ontvangen. "Ik zou het niet opgeven, maar ik zou het zelf nooit doen. Ik heb een koopwoning en inwoning zou ik opgeven." "In Nieuw West zie je veel wisselende bewoners, maar misschien is het familie op visite. Ik geef dat niet aan of er moet sprake zijn van overlast." "Burgers moeten elkaar niet controleren of de kliklijn gebruiken." "Je hebt een directe relatie met je buren. Je moet zeker weten dat er sprake is van onrechtmatige bewoning en het heel erg vinden, anders zet je met een aangifte je burenrelatie op het spel." "De hoogte van AOW is zo laag, daar zou ik niets van zeggen. Het is wel wat anders als iemand in twee gemeentes een bijstandsuitkering krijgt." De meeste deelnemers vinden een hoge uitkeringsfraude en veel winst maken op doorverhuur verwerpelijk. Zij vinden dat de gemeente deze zware varianten moet aanpakken. De gemeente moet gebruik maken van de beschikbare ambtenaren. De meeste deelnemers vinden een bestandenvergelijking niet in strijd met de privacywetgeving. Over het algemeen hebben de deelnemers geen moeite met een legitimatie aan de deur en/of het binnenlaten van een controleur. "Ik heb geen probleem met een bestandenvergelijking. Waarom zou je anders zaken registreren? We slaan door in de bescherming van de privacy. Het is bespottelijk als een uitkeringsinstantie niet over alle gegevens van een uitkeringsgerechtigde kan beschikken. Alle bestanden mogen worden gekoppeld. Ik heb ook geen moeite met legitimeren en binnenlaten." "Als handhaver van wetten, moet je gegevens kunnen combineren, maar je wel houden aan regels." "Het is heel vreemd dat als je een lening vraagt bij de bank, alles zichtbaar is als je staat geregistreerd bij de BKR, maar dat een gemeente geen inzage heeft in gegevens." "Laat een controleur maar aantonen waarom er sprake is van onrechtmatige bewoning. Hij mag het dan binnen komen controleren."
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 23/48
De deelnemers zien onrechtmatige bewoning als een landelijk probleem. In Goes speelt onrechtmatige bewoning zo weinig, dat VROM er hier geen aandacht aan hoeft te geven. Eén deelnemer vindt wel dat er ook in Goes aandacht aan onrechtmatige bewoning moet worden gegeven. "In de randstad komt veel onrechtmatige bewoning voor. Alles wat in de randstad gebeurt, komt hier met een vertraging. Het is beter te voorkomen dan te genezen. Het zou wel beter zijn als het ministerie direct zou overleggen met de gemeente voor de lokale problematiek en de provincie zou overslaan." De deelnemers vinden in het algemeen dat er geen extra aandacht nodig is voor de huisvesting van buitenlandse werknemers, maar eerder moet worden gekeken naar de Nederlandse concurrentiepositie tegenover de goedkopere buitenlandse werknemers die bedrijfjes starten. "Sommige buitenlandse weknemers beginnen timmerbedrijfjes en worden concurrenten van de plaatselijke bevolking. Ze zijn goedkoper, maar doen langer over een klus dan Nederlanders." "Degene die aan de Polen verdienen, zijn de ronselaars." Rondvraag De deelnemers vonden over het algemeen het gesprek interessant, ook al is onrechtmatige bewoning niet echt een onderwerp in Goes. Een deelnemer merkt op het gevaarlijk te vinden als een kleine groep mensen (in de groepsgesprekken) beleidsbepalend zijn. Een groepsgesprek kan ook onbewust sturend zijn.
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 24/48
Groepsgesprek Onrechtmatige Bewoning Gemeente Helmond Datum gesprek Aantal deelnemers Toehoorder
: : :
13 september 2006 8 bewoners, waarvan 3 leden van wijk- of buurtorganisaties Bert Valentijn en Eric Verhaye (gemeente Helmond) Eric Beerens (VROM-Inspectie)
Bekendheid met OB De deelnemers noemen als onrechtmatige bewoning illegale pensionvorming, onder- en doorverhuur en wietteelt. Een aantal deelnemers weet uit ervaring dat illegale pensionvorming veel voorkomt in Helmond. Volgens een aantal deelnemers komt ook onder- en doorverhuur regelmatig voor worden er ook af en toe wietplantages opgerold. “Vooral in koopwoningen worden vaak meerdere Polen, Tsjechen en/of asielzoekers die uitgezet moeten worden, gehuisvest in één woning. Als drie of vier gezinnen in één woning wonen, dan geeft dat veel overlast.” “Onder- en doorverhuur is in Helmond aan de orde van de dag, maar de gemeente en de corporatie moeten het zelf onderzoeken. Als jij de verrader bent die het aangeeft, krijg je een steen door je ruit.” “Door de herstructurering is de onder- en doorverhuur iets minder geworden, maar net als in de rest van Nederland, komt het ook in Helmond voor.” “In huurhuizen laat je een wietplantage wel uit je hoofd, maar in grote nieuwe koopwoningen komen wel wietplantages voor. Je kunt niet uit een koopwoning worden gezet.” Ervaringen met OB Een aantal deelnemers heeft ervaring met onrechtmatige bewoning. Vier van de deelnemers zijn actief in een wijkvereniging waar bewoners met klachten over de wijk terecht kunnen. “Ik heb zelf geen last van huisjesmelkers, maar als je de buurman bent daalt de waarde van je koopwoning.” “Door het Helmond Interventieteam (HIT) wordt nu echt opgetreden. Ik werk samen met de gemeente, de politie in de opbouw voor een beheerplan in de wijk. Er is serieus aandacht voor onrechtmatige bewoning.” “Als een huurwoning wordt vol geduwd met Polen kun je nog naar de corporatie gaan. Als een koopwoning als pension wordt gebruikt kun je nu iets makkelijker terecht bij de politie. Tot voor kort was er niets aan te doen.” “Als buurtpreventiecoördinator zag ik drie jaar geleden een verhuizing. Ik werd een week later opgebeld om te vragen waar die mensen naartoe waren verhuisd. Maar ik wist dat niet. Ik ben geen politieagent. Als mensen zijn ingeschreven in de GBA is hun sofi-nummer bekend en zijn ze toch makkelijk op te sporen.” De deelnemers hebben ook direct ervaring met onrechtmatige bewoning. “Toen ik 18 jaar geleden de sleutel van mijn huurhuis kreeg, kwam de politie langs voor drie mensen die stonden ingeschreven op mijn nieuwe adres. Ik kon die mensen niet uit laten schrijven...” “Ik heb zelf illegaal op een zolderkamer gewoond voor 200 euro per maand. Een vriend van mij woont ook illegaal. Ik weet ook dat er in mijn wijk 15 Marokkanen in één huis wonen.” “Mijn nicht krijgt een uitkering. Ze huurt een huis in Nederland en in Italië. Ze is in Italië getrouwd en haar man heeft ook een uitkering. Ze werken zwart en geven het niet op. Ze vangen van alle kanten. Ik erger me dood want ik moet zelf hard werken. Maar het is familie en die ga je niet verlinken.” Betekenis OB Alle deelnemers hebben begrip voor onderhuur vanwege de lange wachtlijst voor een corporatiewoning, maar een aantal deelnemers vindt wel dat onderhuur moet worden opgegeven. Een aantal deelnemers is van mening dat illegale pensionvorming meer geluidsoverlast en vuil geeft dan bijvoorbeeld onderhuur van twee kamers. Onderhuur is voor hen een ondergeschikt probleem. “Er zijn in Helmond 5.000 woningzoekenden bleek op de ledenvergadering van de corporatie, terwijl woningen driekwart jaar leeg staan. Het ligt ook aan je inkomen. Je betaalt soms voor een sociale huurwoning 525 euro huur, terwijl je dan nog onder de huursubsidiegrens zit. De woning is dan voor veel mensen te duur.” VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 25/48
“Onderhuur wordt uit nood geboren. De wachttijd voor een corporatiewoning bedraagt één à anderhalf jaar. Een vrouw met kinderen krijgt sneller een woning, maar voor een alleenstaande is het lastiger. Ik vind onderhuur normaal.” “Zowel de onderhuurder als de onderverhuurder kan een zorgtoeslag en/of een huurtoeslag krijgen en dat moet worden opgegeven.” “Ik zit in een klankbordgroep. Er waren drie huizen opgekocht waar 20 à 25 Polen waren gehuisvest die continu werken. Dat gaf geluidsoverlast omdat de Polen veel dronken en veel troep maakten. De buurt diende toen een klacht in maar de burgemeester kon niet ingrijpen. Nu wordt zoiets aangepakt door het HIT team.” Een gemeenteambtenaar zegt dat het HIT team ongeveer een half jaar gelden is ingesteld ter bestrijding van onrechtmatige bewoning en uitkeringsfraude. Voor zowel huur- als koopwoningen geldt een pensionverordening met een maximum van 5 personen per woning. Als meerdere gezinnen in één woning willen wonen, hebben zowel de eigenaars als de huurders een vergunning nodig. De meeste deelnemers hebben minder begrip voor doorverhuurders dan onderverhuurders. Doorverhuur doorkruist het toewijzingssysteem en de doorstroom stagneert. De corporatie laat soms het voordringen op de wachtlijst toe. Een aantal deelnemers merkt de hapering in de toewijzing na de herstructurering bij drie corporaties op. Eén corporatie in Helmond huisvest na de herstructurering wél adequaat én bouwt sociale huur- en koopwoningen. Maar in het algemeen sluit het dure woningaanbod niet aan op de vraag. “Huurders die verhuizen laten familie, vrienden of kennissen voordringen. Dat gebeurt zowel bij particuliere verhuur als in corporatiewoningen. De nieuwe huurders schrijven zich in bij de GBA en de corporatie keurt de nieuwe huurders goed.” “De toewijzing na de herstructurering loopt bij drie corporaties niet goed. Op een lijst geeft de huurder van wie de woning wordt gesloopt aan waar hij wil wonen, maar de huurder krijgt geen voorrang op de lijst van de corporatie. De huurders willen eigenlijk ook niet verhuizen voor de herstructurering. Als huurders niet worden gedwongen door sloop, blijven zij liever voor een lagere huur in hun oude woning wonen.” “Voor toewijzing van woningen na de herstructureren moet de corporatie het inkomen controleren. Daardoor staan woningen lang leeg en dat geeft frictie onder woningzoekenden.” “Bij het Platform Helmondse Bewonersorganisatie is de algemene klacht dat huurders door onrechtmatige bewoning lager op de lijst van corporatiewoningen komen te staan.” “Een heel laag percentage van de oorspronkelijke huurders keert terug naar hun oude plek. Mensen krijgen een terugkeergarantie, maar de nieuwe woningen worden te duur. Per saldo komen er wel meer appartementen terug dan de woningen die zijn gesloopt, maar het aanbod sluit niet aan op de vraag. Er worden heel veel dure woningen gebouwd. Op het rustige pleintje waar ik woon, komen nu 78 appartementen. Ook al zijn er veel woningzoekenden, de oorspronkelijke bewoners zijn niet blij dat het ten koste van het groen gaat.” Gevolgen OB Pensionvorming in woonhuizen leidt tot overlast. Een aantal deelnemers merkt op dat pensionvorming moet worden toegestaan afhankelijk van het aantal personen en de grootte van de woning. Andere deelnemers die actief zijn in het wijkbeheer merken in hun omgeving dat een pension vaak zonder de benodigde vergunningen wordt gerund. Deze vrijwilligers moeten de klachten namens de bewoners aangeven bij de politie of de gemeente, terwijl zij dat eigenlijk de taak van de professionals vinden. “Ik ken de mensen die verhuren zelf of hun buren. Je ziet de buitenlandse werknemers buiten lopen. Heel vaak heeft het pension geen vergunning aangevraagd. Ik moet als wijkbeheer de klachten aangeven, maar ik ben bang voor zwarte piet te worden uitgemaakt. Het ergert me al jaren dat ik aldoor wijkagentje moet spelen. Ik moet signalen doorgeven aan het HIT team, maar de gemeente en de politie zouden zelf bij huur- en koopwoningen steekproeven kunnen uitvoeren en/of surveilleren. Ik heb voor de herstructurering soms wel tot drie keer per dag overlast gemeld. Het is een voordeel dat ik de wethouder ken en hem direct kan aanspreken.” “De rollen moeten worden omgedraaid. Nu moet je als huurder het verlies van huurgenot aangeven, terwijl de verhuurder aansprakelijk is voor dat verlies.” Voorkomen van OB De deelnemers vinden dat de gemeente en de corporatie moeten samenwerken in de aanpak van onrechtmatige bewoning. De gemeente en politie hebben controletaken en moeten overtredingen signaleren. Momenteel wordt er te veel van de bewoners verwacht. De deelnemers zijn alleen bereid zaken aan te geven als zij overlast hebben. De deelnemers verwachten meer ogen en oren in de wijk van professionals. Behalve politie en corporatie moeten bijvoorbeeld ook welzijnswerkers actief worden. VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 26/48
“De politie en de stadswacht zie je nooit en als zij al iets signaleren, rijden ze gewoon door. De politie en de corporatie durven niets te doen.” “We hebben een anoniem meldpunt bij de gemeente nodig.” “Nu komt het allemaal neer op vrijwilligers die er niets voor betaald krijgen. Als je wordt betaald, dan doe je het ook ergens voor. Nu worden we vaak niet gewaardeerd. Ik verwacht stenen door mijn ruit omdat ik dingen bij de politie heb gemeld die niet kloppen, maar ik krijg geen bescherming. Ik geef ook geen familie of buren aan. De politie vraagt mij steeds zaken te melden omdat ze een bepaald aantal meldingen nodig hebben om in te grijpen, maar ik wil het niet meer.” “Ik vind dat we ook niet worden ondergewaardeerd. Ik kreeg een telefoontje van VROM voor de herstructurering om te vragen hoe het ging. Maar ik vind het wel raar dat bewoners zaken zie en de politie niet.” “Er wordt dagelijks gedeald. Ik heb daar geen last van en ik geef het dan ook niet aan.” De meeste deelnemers zien een bestandenvergelijking om meer inzicht te krijgen wie waar woont, niet in strijd met de privacywetgeving. “Nieuwe wetgeving is noodzakelijk om bestandenvergelijking mogelijk te maken. Bij een verhuizing naar Helmond moet iemand zich verplicht inschrijven in de GBA. Het is een kleine moeite de GBA met de corporatie af te stemmen. Daarna kan de hoofdhuurder bij controle zich legitimeren op zijn woonadres.” “Er moeten wel regels zijn op grond waarvan partijen gegevens mogen uitwisselen. Momenteel mag de Sociale Dienst bij een gerechtvaardigd vermoeden een woning bezoeken.” De mening van de deelnemers is verdeeld of een controleur deur aan deur binnengelaten moet worden voor het opsporen van onrechtmatige bewoning. Een aantal deelnemers vindt dat er sprake moet zijn van een zware verdenking en dat er duidelijke regels moeten zijn. Alle deelnemers vinden het terecht dat VROM onrechtmatige bewoning als prioriteit heeft gesteld. Daarnaast vindt één deelnemer dat VROM meer aandacht moet geven aan spreiding in de wijk. “Naast de aanpak van pensionvorming, moet meer worden gelet op spreiding van culturen in de wijk. In mijn buurt kopen Turken alle huizen op één rij op voor woningen en winkels. Niet alleen de huurwoningen moeten worden gespreid, maar ook koopwoningen. Ik heb dit al in het beginstadium gemeld. Nu wonen er nog maar vier Nederlanders in de straat en de rest is Turks.” Rondvraag De deelnemers vonden het gesprek over het algemeen nuttig en hopen op een vervolgtraject. De gemeenteambtenaren vragen de deelnemers hun klachten te blijven melden, desnoods anoniem. De gemeente heeft capaciteit vrijgemaakt voor de aanpak van onrechtmatige bewoning afhankelijk van het aantal klachten. De overlast van de seizoensarbeiders speelt zich ook vaak af in de nachtelijke uren. De gemeente mag dan niet controleren en zijn afhankelijk van signalen uit de buurt. Daarnaast wordt het spanningsveld herkend dat deelnemers moeite hebben de overlastnorm te hanteren. Familie geef je niet aan. Vrijwilligers willen meer ondersteuning en de overheid moet de spelregels zichtbaar hanteren. In de toekomst moet het accent liggen op maatschappelijk en sociaal werk in de buurt. Het is jammer dat de buurtconciërges zijn afgeschaft.
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 27/48
Groepsgesprek Onrechtmatige Bewoning Gemeente Leeuwarden Datum gesprek Aantal deelnemers Toehoorder
: : :
22 augustus 2006 11 bewoners, waarvan 3 leden van wijk- of buurtorganisaties Arend Koender (VROM-Inspectie)
Bekendheid met OB De deelnemers noemen kraken als vorm van onrechtmatige bewoning. Leegstaande woningen worden soms met maar ook zonder toestemming van de corporatie betrokken. De bewoners merken op dat kraken regelmatig wordt gedoogd, zeker als er plannen zijn de woningen te slopen en/of te renoveren. Studenten krijgen soms een tijdelijk contract aangeboden voor sloopwoningen. Soms worden woningen ook aangeboden als wisselwoning (vervangende woonruimte als je eigen woning wordt gerenoveerd en/of gesloopt.) Andere vormen van onrechtmatige bewoning die de bewoners noemen, zijn onderhuur en het bedrijfsmatig gebruiken van een woning. Onderhuur komt niet alleen voor in huurhuizen, maar ook in particulier bezit. Een eigenaar moet een vergunning aanvragen om te mogen verhuren, maar volgens de bewoners is er op koopwoningen weinig toezicht. Vormen van bedrijfsmatig gebruik zijn bijvoorbeeld het telen van wiet of het hebben van een fietsenhandel in een woning. De deelnemers merken op dat dit soort activiteiten in strijd zijn met het bestemmingsplan. Onrechtmatige bewoning in de vormen van kraken, onder- en doorverhuur komt in Leeuwarden vrij frequent voor. “Het is de schuld van de gemeente en de corporatie die in de jaren ‘50 en ‘60 alle kleine woninkjes verkochten door de hele stad. Mensen kochten 10 à 12 woninkjes op rij. De eigenaar woont er niet meer en verhuurt de woningen onder.” Ervaringen met OB Vijf van de elf deelnemers vertellen verschillende ervaringen met onrechtmatige bewoning te hebben gehad. Eén deelnemer weet dat een woning bedrijfsmatig wordt gebruikt. De eigenaar had via internet een fietsenhandel opgezet. Omdat hij in de woning geen fietsen op voorraad had staan, bleek het echter niet te vallen onder detailhandel. Een andere deelnemer noemt dat een kennis van hem werd uitgezonden naar Bosnië en zijn koopwoning gedurende die tijd verhuurde. Hij wilde inkomsten trekken uit zijn woning, maar de huurder handelde in drugs. Die huurder is uit de woning gezet. Een andere deelnemer had eens twee huizen verderop een illegale onderhuurder wonen waar hij soms last van had. “Ik had geen poot om op te staan want ik had geen middelen om de huurders of de eigenaar aan te spreken. Met de onderhuurders viel niet te praten.” Een andere deelnemer vertelt dat een buurmeisje die onderhuurde niet kon klagen omdat zij de volle huur moest betalen terwijl de verhuurder huursubsidie ontving. “Als een onderhuurder officieel klaagt, word hij uit de woning gezet.” Tot slot overweegt één van de deelnemers zelf een onderhuurder in huis te nemen als aanvulling op zijn uitkering en huursubsidie. Een andere deelnemer raadt dat af omdat er over onderhuur nooit goede afspraken te maken zijn. Oorzaken OB De deelnemers vinden dat onrechtmatige bewoning voortkomt uit het tekort in aanbod van goedkopere koop- en huurwoningen in Leeuwarden. Bij nieuwbouwprojecten worden vaak weinig woningen in het goedkopere segment gebouwd. Voor een starter in Leeuwarden is het moeilijk een woning te kopen. Het doorverhuren van woningen door particulieren die woningen opkopen zien zij eveneens als een probleem. “Onrechtmatige bewoning is niet het probleem, maar het symptoom. Het probleem is dat er te weinig sociale woningen zijn, terwijl iedereen moet wonen.” “Het probleem in het middensegment zonder doorstroom is nu opgelost, maar nu is er spanning aan de onderkant van de woningmarkt.” “In Leeuwarden is een tekort aan wijken waar veel variatie is in koop- en huurwoningen. De corporatie onderhoudt woningen goed en dat is een stimulans de koopwoningen in de buurt ook goed te onderhouden.” “Er zijn 3 à 4 bekende namen in Leeuwarden met heel veel woningbezit. Het is niet illegaal, maar het verstoort de woningmarkt wel.” “De mensen die veel huizen hebben opgekocht, kunnen zich veel permitteren.” VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 28/48
Betekenis OB Onderverhuur vinden de deelnemers begrijpelijk als je iemand in nood helpt door onderdak te verlenen. “Maar een alleenstaande die onderhuurt wordt nu harder aangepakt. Als iemand de inwoning niet heeft doorgegeven, maar wel huursubsidie ontvangt, is de pakkans groter geworden.” De deelnemers hebben een andere mening als de onderhuurder winst haalt uit de onderhuur. “Iemand mag geen winstbejag halen uit zijn huurhuis.” Een deelnemer merkt op ook meer moeite te hebben met doorverhuur dan met onderhuur. “Ik vind het een groter probleem als iemand zijn huurwoning aanhoudt om door te verhuren.” In het verlengde daarvan vertelt een deelnemer begrip te hebben voor mensen die uit financiële nood hennep gaan telen. Eén deelnemer zegt meer moeite te hebben met drugshandel vanuit de woning dan met hennepteelt. Meerdere deelnemers vinden dat drugshandel en hennepteelt aangepakt moet worden. “In mijn buurt worden regelmatig drugs verkocht. De wijkagent zei dat hij het gedoogd zodat ze nu weten waar de handelaren zitten. De omgeving heeft er zogenaamd geen last van.” “In één wijk met 50 à 60 gezinnen wordt huis aan huis veel geteeld. Het gebeurt nog steeds, maar de corporatie heeft niet het beleid deze gezinnen uit te zetten.” Studentenhuisvesting is over het algemeen legaal. De corporatie heeft veel studentenwoningen gebouwd, maar het blijft wel moeilijk als studenten alleen in het centrum willen wonen. Gevolgen OB Over het algemeen kan gesteld worden dat de deelnemers zich niet storen aan onrechtmatige bewoning, behalve als dit leidt tot overlast, onveiligheid of afname van het woongenot. “Onderhuurder en krakers voelen zich niet verantwoordelijk voor de buurt en dat leidt tot een neergaande spiraal. Als de buurt eruit ziet als een vuilnisbelt, geeft dat geen sier. Ik durf daar ’s avonds niet met de hond te lopen.” “In bepaalde wijken waar wordt gekraakt, wordt niets gedaan aan de tuin en wordt het afval zo in de tuin gegooid.” “In de tijdelijke wisselwoningen staan altijd een aantal woningen leeg. Behalve kraak is het geen onrechtmatige bewoning, maar er is wel achterstallig onderhoud.” “Achter de kraakbeweging zit een ideologische gedachte. Sommige krakers hebben het netjes geregeld. Anti-kraak wordt wel geaccepteerd omdat dat geregeld wordt, maar krakers en anti-krakers zijn dezelfde mensen. Illegale bewoning leidt tot slecht onderhouden tuinen, maar het probleem ligt daarvoor. Er is te weinig goedkoop woningaanbod. Er is maar weinig inlevingsvermogen als je met weinig geld moet rondkomen.” “Het geeft wel heel veel overlast als je buurman een hennepkwekerij heeft. Overdag slapen de mensen en ’s avonds is er drukte. Er zou wel iets tegen gedaan moeten worden. Maar het gaat om een groter maatschappelijk probleem.” In reactie op bovenstaande citaten merken deelnemers op dat de maatschappij verruwt. “Eén van de oorzaken is dat een paar jaar geleden psychiatrische patiënten niet meer begeleid kunnen wonen, maar op straat worden gezet. We zorgen slecht voor elkaar als buren. Maar ik heb liever een nette kraker naast me wonen dan een legaal die rommel maakt.” Eén van de deelnemers stelt wel dat zij onrechtmatige bewoning niet prettig vindt, ook al leidt het niet tot overlast. “Ik moet ook huur of hypotheek betalen, anders ben je in overtreding.” Voorkomen van OB Eén deelnemer stelt als oplossing voor het tekort aan goedkope woningen voor het hele potentieel aan panden geschikt te maken voor bewoning. “Ook bijvoorbeeld sloopwoningen, garages en kraakpanden kunnen via een centraal woningbureau verhuurd worden, zonodig met tijdelijke huurcontracten. Uit de opbrengst kunnen wijken worden aangekleed. Een woningzoekende bepaalt zelf wat hij bewoonbaar vindt. Het geeft meer ruimte op de woningmarkt. De overheid moet eigenaren aanspreken en panden invorderen. De wetgeving moet hiervoor worden aangepast.” Een deelnemer reageert door op te merken dat VROM bepaalde eisen stelt aan woningen. “In onze claimcultuur wil niemand zijn vingers branden aan de bewoning van een inferieur gebouw.” Een deelnemer brengt daarin dat er wel voldoende woningen worden aangeboden, maar niet de kleine eengezinswoning waar nu juist veel behoefte aan is. Sommige deelnemers laten weten dat de corporatie in een goedkoop segment 26 woningen te koop heeft gezet maar dat die niet worden verkocht omdat die woningen te weinig kwaliteit hebben en te klein zijn. VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 29/48
De deelnemers zien het voordeel van variatie van culturen in de wijk. “Met te veel randgezinnen op één rij zakt de buurt in.” Dat de gemeente onrechtmatige bewoning niet als een probleem ziet, zien sommige deelnemers als een bevestiging van het beeld dat zij van de gemeente Leeuwarden hebben. “Ik heb 3 jaar in de clinch gelegen met de gemeente Leeuwarden omdat zij veel te hoge huurprijzen vragen aan bedrijven en instellingen. Er is corruptie in het vastgoed. Leeuwarden heeft oogkleppen op voor de sociale woningbouw. Het is schrikbarend hoe zij het probleem ontkennen.” “In alle gemeentes verpauperen de oudere wijken, maar het lijkt mij wel dat Leeuwarden dit probleem bagatelliseert. Ik zie geen sociale plannen.” “De gemeente heeft geen cijfers van onrechtmatige bewoning en denkt daarom dat het geen probleem is.” De gemeente beweert dat er 3 maanden wachttijd is voor een corporatiewoning. Eén deelnemer ontkent dit omdat zij iemand kent die al 9 maanden op een 2 kamerwoning wacht en nu illegaal woont. Een andere deelnemer vindt het ook jammer dat de corporatie nu minder invloed meer heeft op de toewijzing van een woning. Voorheen kon de corporatie in een noodgeval urgentie verlenen en was er meer controle op degene die een woning kreeg toegewezen. Corporaties zijn commercieel geworden en hebben volgens de bewoners minder aandacht voor sociale verhuur. De deelnemers vinden dat de macht van de corporatie weer terug moet naar de gemeente. “De beleving van de gemeente Leeuwarden over onrechtmatige bewoning is anders dan onder de burgers. De gemeente moet iets aan dit signaal doen.” “Sommige problemen in de wijk zullen met het verstrijken van de tijd vanzelf oplossen, maar de corporatie zou wel meer macht moeten hebben in het toewijzingsbeleid wie in een woning komt.” “De leefbaarheid van de stad is belangrijk. Op sommige plekken in de Vrijheidswijk moet je niet komen. Als je een woning koopt, kies je voor een veilige buurt, maar sommige mensen hebben geen keuze.” Het merendeel van de deelnemers is tevreden over het contact met de corporatie via de wijkschouwen en wijkpanels. Eén deelnemer geeft aan dat de corporatie niets met de meldingen van overlast doet. De andere deelnemers delen die ervaring niet. Op de vraagt of de bewoners onrechtmatige bewoning aan zouden geven, regeert een deelnemer direct positief. Als hij zou weten dat een huurder is vertrokken en de woning wordt doorverhuurd, dan zou hij dat aangeven. Een andere deelnemer zou het niet aangeven als er geen sprake is van financieel gewin of overlast. “Volgens de wet mag je twee kamers verhuren aan twee personen met één naam, maar bij inwoning mag je geen huursubsidie ontvangen. Het is terecht dat wordt opgetreden tegen inwoning bij fraude van de uitkering.” “Je kunt officieel toestemming krijgen voor inwoning, maar dan worden wel beide inkomens opgeteld.” Rondvraag Eén deelnemer zegt blij te zijn dat zijn woning niet gesloopt is, maar hij de mogelijkheid kreeg de woning te kopen. Een andere deelnemer vindt het jammer dat er in Nederland veel regeltjes zijn om bijvoorbeeld een huis te verbouwen, terwijl het in het buitenland veel makkelijker gaat. Ook merkt een deelnemer op dat je niet ontkomt aan regel- en wetgeving in de woonbehoefte. “Controle op de corporatie is noodzakelijk. De overheid heeft op landelijk niveau geen grip op het lokale niveau behalve via wet- en regelgeving.” Een deelnemer hoort dat er al contact is tussen burgers, gemeente en corporatie, maar wil toch graag worden betrokken bij vervolgacties over dit onderwerp. Tot slot merkt een deelnemer op teleurgesteld te zijn in de opstelling van de gemeente ten aanzien van onrechtmatige bewoning. “Bij de gemeente is in elk geval een aantal mensen op de hoogte van illegale bewoning, maar zij steken de kop in het zand.”
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 30/48
Groepsgesprek Onrechtmatige Bewoning Gemeente Leiden Datum gesprek Aantal deelnemers Toehoorder
: : :
24 augustus 2006 11 bewoners, waarvan 3 leden van wijk- of buurtorganisaties Jeroen Meijs (VROM – Beleid met burgers) Martin Bakker (VROM-Inspectie)
Bekendheid met OB De bekendheid met het onderwerp onrechtmatige bewoning is groot onder de deelnemers aan het groepsgesprek. Vrijwel alle deelnemers kunnen enkele vormen van onrechtmatige bewoning noemen. Zij noemen spontaan XTC-fabrieken, wietplantages, gekraakte panden, onderhuur en pensionvorming. Enkele deelnemers geven aan weinig zicht te hebben op het voorkomen van onrechtmatige bewoning. Zij hebben zelf geen gevallen meegemaakt. Andere deelnemers geven aan dat vooral onderhuur vaak voorkomt. Wietplantages, gekraakte panden en pensionvorming komen voor maar in beduidend mindere mate dan onderhuur. “Onderhuur betreft naar schatting 5% van de woningen in Leiden maar dat hangt af van de typen woningen. In Noord betreft het wel 10-12% van de woningen. Het is goed dat de gemeente onrechtmatige bewoning als prioriteit heeft gesteld.” “Er zijn ontzettend lange wachtlijsten. Je moet 7 jaar wachten voor een woning.” “Het probleem van pensionvorming valt in Leiden mee. Het komt wel voor maar de mensen gaan altijd weer snel weg.” “Ik heb weinig zicht op onrechtmatige bewoning. Ik lees het wel eens in de krant of hoor het van anderen maar ik heb er zelf geen ervaringen mee.” Ervaringen met OB De groep heeft nauwelijks eigen ervaringen met onrechtmatige bewoning. Een deelnemer vertelt dat hij met 8 mensen op een kamer heeft gewoond in de periode dat hij in de jaren ’60 in Nederland kwam wonen. De groep beseft hierdoor dat het probleem al veel langer speelt. De meeste deelnemers hebben wel ervaring met pensionvorming of wietteelt in de wijk en ook onderhuur is voor hen een bekend gegeven. Oorzaken Als veruit de belangrijkste oorzaak van onrechtmatige bewoning zien de deelnemers het gebrek aan goedkope woningen. Steeds meer betaalbare woningen moeten plaats maken voor dure woningen. De druk op de goedkope woningen groeit daardoor. In Leiden zijn veel studenten op zoek naar goedkope woonruimte. Na hun studie blijven zij ook vaak in Leiden wonen. Voor zowel de studenten, starters als de minima zijn er te weinig betaalbare woningen. “Het woningaanbod sluit niet aan op starters en minima.” “In Noord-Holland wordt er in mijn vriendenkring veel gekraakt. In Alkmaar werd aan mijn vrienden beloofd dat er nieuwe goedkope woningen zouden komen op de plek van hun kraakpand. Dat pand is toen gesloopt en er kwamen dure woningen voor terug. Mijn vrienden hebben toen een nieuwe woning gekraakt. Ze moesten ergens heen.” “Ik woon in een studentenhuis maar de baas zet er nu studenten uit en maakt er appartementen van omdat hij daar meer aan verdient.” “De studenten voeren de druk op. Zij blijven hier in de stad wonen na hun studie.” “Er staan in Leiden veel gebouwen leeg en er is woningnood. Dan kun je je wel aan de regels houden maar dan kom je niet aan een betaalbare woning.” “Als mensen moeten verhuizen vanwege sloop van hun woning dan krijgen ze superurgentie. Maar hoe moet dat dan met de minima? Die hebben daardoor een langere wachttijd!” “Het bouwen van nieuwe Bijlmers schiet niet op maar daar ligt wel de kern. De rest [d.w.z. onderverhuur, fraude, wietplantages, etc.] zijn randverschijnselen.” “Nieuw Leiden, de bouw van dure woningen, gaat tegen de woningbehoefte in. Is dat wel de prioriteit? Het is het paradepaardje van Hillebrand. De gemeente Leiden heeft het tegen protesten in door laten gaan en het ministerie van VROM heeft groen licht gegeven!” “Echt controle is er niet meer op de woningbouwcorporaties. Zij hebben veel geld meegekregen bij de verzelfstandiging en mogen nu zelf bepalen wat ze bouwen.” VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 31/48
In reactie op de inbreng van de VROM-Inspectie geven de deelnemers aan dat zij niet geloven dat duurdere woningen voor een betere doorstroming zorgen, omdat er weinig behoefte is aan dergelijke woningen. Mensen vinden het prettig om relatief goedkoop te wonen. “Nee, de mensen willen goedkoop blijven wonen en kopen gewoon een tweede huis in Frankrijk. Dat vinden ze veel interessanter.” Betekenis en gevolgen onrechtmatige bewoning De deelnemers zien per type onrechtmatige bewoning verschillende gevolgen. Kortweg komt het erop neer dat men XTC-fabrieken, wietplantages en pensions als gevaarlijke vormen van onrechtmatige bewoning zien en onderhuur als fraude. XTC-fabrieken/wietplantages XTC-fabrieken en wietplantages worden als een onwenselijke vorm van onrechtmatige bewoning gezien omdat het gevaren met zich meebrengt, zoals brand en wateroverlast. Naast gevaar worden ook allerlei mensen benadeeld door de eigenaren omdat zij energie aftappen en zwakkere groepen in de maatschappij betrekken bij de teelt van wiet / productie van XTC. Tot slot vinden de deelnemers het problematisch dat er niet gewoond kan worden in de huizen waar plantages/fabriekjes zijn. Dat voert de druk op de woningmarkt nog meer op. “Ik schrok toen er achter mijn huis een XTC-fabriek werd opgerold. Al die chemische stoffen, als dat in de lucht komt! Ook wietplantages zijn gevaarlijk die kunnen voor wateroverlast zorgen.” “Niet iedereen kan wietplantages herkennen. Sommige mensen schrikken zich rot als zij een hoge rekening van de NUON krijgen.” ‘Uitbaters zetten mensen in op xtc-plantages. Die mensen snappen niet dat ze bedonderd worden. Psychiatrische patiënten en drugsverslaafden worden ervoor gebruikt.” “Wietplantages horen buiten. Woningen zijn bedoeld om te wonen.” “Als je woning onttrekt voor wietteelt dan zit er iets fout. We vinden allemaal dat er sprake is van schaarste.” Onderverhuur De deelnemers maken een onderscheid tussen degene die onderverhuurt en de onderhuurders. Voor de laatste groep is er duidelijk begrip omdat onderhuurders vaak geen andere betaalbare woning kunnen vinden. Onderverhuur vindt men minder wenselijk omdat er winst gemaakt wordt ten koste van de huurder. De deelnemers vinden het niet goed als onderhuur leidt tot fraude en het omzeilen van wachtlijsten. “De eigenaar moet je pakken. Niet degene die onderhuurt.” “Denk aan de starters. Denk je dat er voor hen voldoende betaalbare woningen zijn?” “Er zijn ontzettend lange wachtlijsten. Je moet wel 7 jaar wachten op een woning.” “Stel dat twee mensen onverwachts een kind krijgen en willen samenwonen. Dan kunnen ze vaak geen woonruimte vinden. Als ze dan de kans krijgen onder te huren dan moeten ze dat zeker doen!” ‘Het is a-sociaal als je een huis aanhoudt en onderverhuurt en dan ook nog een uitkering op dat adres ontvangt!” “Onderverhuur is veel erger dan onderhuur, vooral in de gesubsidieerde sector.” “Waar ligt de grens tussen logee en onderhuur?” De deelnemers wordt de vraag voorgelegd of er een link is tussen onderhuur en verloedering in de wijk. De meningen zijn hierover verdeeld. “Als er teveel mensen in een huis wonen, wordt dat huis uitgewoond en dan raakt de buurt ook uitgewoond.” “Er is geen link tussen onderhuur en verloedering in de wijk.” Huisjesmelkerij De meningen ten aanzien van huisjesmelkerij zijn verdeeld. Enerzijds vinden enkele deelnemers dat het een keuze van de huurders zelf in een pension te wonen en hebben ze persoonlijk er geen last van. Anderzijds wordt geopperd dat de huurders vaak niet bekend zijn met hun rechten en ze geen geld hebben voor een andere woning. De omstandigheden in de woningen zijn niet hygiënisch en er is meer kans op brand. Sommige deelnemers merken op dat de huizen en wijken door pensionvorming verloederen.
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 32/48
“Ik vind dat niet zo erg. Het is alleen niet zo fris voor die mensen zelf om met zoveel mensen in een kleine ruimte te wonen.” “Het is niet goed dat er geld verdiend wordt aan het verhuren van een woning aan teveel mensen.” “Wat zijn de hygiënische omstandigheden en de veiligheid in zo’n woning. Ik maakte me wel zorgen over die jongens, over de brandveiligheid, vooral toen ik er een keer één door een bovenraam zag klimmen omdat hij geen sleutel had…” “Het zijn hele aardige mensen maar ze worden uitgemolken. Ze kennen hun rechten niet en er zijn geen andere woningen voor ze.” Ten aanzien van buitenlandse huurders wordt opgemerkt dat ze soms schrikken van de prijzen op de huurmarkt. Die kunnen ze niet betalen of willen ze niet betalen omdat ze ook geld willen overmaken aan hun familie in het thuisland. “Een Nigeriaan schrikt zich kapot van een huur van 500 euro.” “Die Nigeriaan wil die 500 euro wel betalen maar wil ook een bedrag naar zijn familie sturen.” Kraken Kraken wordt gezien als een oplossingen voor het gebrek aan betaalbare woningen. Om deze reden staan de meeste deelnemers wel achter het gedoogbeleid ten aanzien van kraken. Vraagtekens worden echter geplaatst bij onveilige gebouwen die worden gekraakt. “In dat kraakpand aan de Haagweg wonen mensen in een brandonveilig pand. Dat is niet goed!” Voorkomen van OB Er ontstaat een discussie over de rol van het rijk, gemeenten, corporaties en burgers bij het tegengaan van onrechtmatige bewoning. De deelnemers merken direct op dat ze zelf een bijdrage kunnen leveren aan het tegengaan van (de gevolgen van) onrechtmatige bewoning. Niet iedereen is het daar overigens mee eens. “Sterrebos heeft een smet. Je moet er als bewoners iets aan doen.” “Er valt te praten met huurders. Ik spreek ze altijd zelf op zaken aan. Dan worden ze bang en lossen ze het probleem op.” “Die Nigerianen zijn hele aardige mensen. Ik had nooit last van ze en anders sprak ik ze erop aan.” “In Noord accepteren bewoners heel veel van elkaar. We bellen daar de politie niet op maar stappen er zelf op af.” “Oude allochtonen ergeren zich aan nieuwe allochtonen. Erover praten met elkaar helpt. Je moet tolerant blijven naar elkaar.” “Het is lastig om iemand aan te geven want eerst moet je zeker weten of wat ze doen illegaal is. Maar als het illegaal is en ook nog gevaarlijk dan zal ik zeker iets aan doen. Fraude is nog lastiger, nog onzichtbaarder. Dat zou ik melden bij Misdaad Anoniem.” “Mensen die anderen aangeven zin verraders!” Daarnaast bespreken de deelnemers de rol van corporaties. Zij vinden dat corporaties harder op moeten treden tegen mensen die onderverhuren of woningen voor wietteelt gebruiken. Ook moeten zij een bijdrage leveren aan het tegengaan van fraude en onderhuurders het recht moeten geven om in een huis te blijven wonen wanneer de onderverhuurder wordt aangepakt. Een strengere aanpak door corporaties is gewenst. Daarnaast vinden de deelnemers dat de corporaties moeten zorgen voor meer goedkope woningen. “Huurders moeten in een huis kunnen blijven wonen als je onderverhuur aanpakt. Waar moeten die mensen anders heen.” “Wie is in staat woningbouwcorporaties aan te spreken op hun taak? Daar zijn de gelden voor goedkope woningen.” “Corporaties zijn teveel bezig met geld verdienen. Zij moeten meer goedkope woningen bouwen.” Van sommige situaties vinden enkele deelnemers het begrijpelijk dat mensen onderverhuren en zij willen graag kijken naar oplossingen voor bijvoorbeeld oudere stellen die willen samenwonen maar dan een deel van hun AOW verliezen. In dergelijke situaties is de rol van de rijksoverheid van belang omdat deze problemen niet op lokaal niveau kunnen worden opgelost. “Oudere stellen gaan soms niet samenwonen omdat ze dan een deel van hun inkomen verliezen. Als je soepeler met de uitkering omgaat dan houden ze dat extra huis niet langer aan. Ik denk dat het in Leiden wel om 60 woningen gaat.” VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 33/48
Er is discussie over het nut van het aanpakken van onrechtmatige bewoning omdat hiermee de oorzaak ervan, namelijk het tekort aan betaalbare woningen, niet wordt aangepakt. Een deelnemer reageert daarop: “Door het tegengaan van onrechtmatige bewoning los je inderdaad niet het probleem op, maar krijg je als overheid wel weer de regie terug.” Tijdens het gesprek laait de discussie op over de inmenging van de overheid in het leven van burgers. In hoeverre mag de overheid mensen dwingen te verhuizen of bijvoorbeeld een huurtoeslag vragen van mensen die in relatie tot hun inkomen te goedkoop huren. De deelnemers vinden echter dat de keuzevrijheid van bewoners niet teveel geschaad mag worden. “Onderhuur is niet uit te sluiten. Je moet niet teveel inbreken op de vrijheid van mensen.” “Scheef wonen moet kunnen.” “Scheefwoners kunnen je er niet uitzetten maar je kan er wel onderzoek naar doen. Bijvoorbeeld naar hoe de kloof tussen vraag en aanbod is ontstaan. Kun je daar niks aan doen? Nieuw-Leiden helpt niet. Dat zijn allemaal grote dure huizen. Dat kun je niet maken?! Je moet iets aan het aanbod doen.” Ten aanzien van de aanpak wietteelt zijn enkele deelnemers tevreden over de situatie in Leiden, anderen vinden het merkwaardig dat de teelt soms op grote schaal voorkomt. Een deelnemer voegt toe dat de huidige straffen niet werken om grootschalige wietteelt tegen te gaan. “In bepaalde wijken is het raak. Je ruikt de wietplantages meteen. Ik bel dan de corporatie op en die gaat er dan gelijk op af.” “Vier flats op een rij die wiet telen. Valt dat dan niemand op?” “Pak die wiettelers op en ze gaan door als ze weer vrij zijn. Pak die Ferrari!”
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 34/48
Groepsgesprek Onrechtmatige Bewoning Gemeente Meerlo-Wanssum Datum gesprek Aantal deelnemers Toehoorder Toehoorder
: : : :
31 augustus 2006 10 bewoners Roeland Cleuren (Wonen Venray) Eric Beerens (VROM-Inspectie)
Bekendheid met OB De deelnemers noemen als vormen van onrechtmatige bewoning onderverhuur, wietplantages, illegale pensions, illegale huisvesting bij boeren en permanente bewoning van recreatiewoningen en campings. Onderverhuur komt in Meerlo-Wanssum in de dorpskern volgens de deelnemers niet voor. “Onrechtmatige bewoning is een groter probleem in steden. In Venray is het al een groter probleem dan in Meerlo-Wanssum. In kleine dorpen is een grote sociale controle. De dorpskrant loopt altijd rond.” Het is bekend dat buitenlandse werknemers (met name Polen, Letten en mensen uit de Oekraïne) permanent worden gehuisvest op campings in de omgeving, bij boeren of in recreatiewoningen. Er is ook een speciaal hotel (de Groene Lantaarn) waar legaal Polen worden gehuisvest. Deze werknemers werken in de landbouw of in de bouw. Er is een uitzendbureau Otto, specifiek gericht op het legaal laten werken en huisvesten van de buitenlandse werknemers. In andere gevallen als veel Polen verblijven op één camping of in een omgebouwde schuur bij een boer, twijfelen de deelnemers of de Polen legaal in Nederland werken. De werknemers komen soms van buiten de EU en hebben niet altijd een werkvergunning. Drie deelnemers weten dat in hun buurt wietplantages zijn opgerold. Het gesprek focuste vooral op het op onrechtmatige wijze huisvesten van buitenlandse werknemers en wietteelt. Ervaringen met OB Het valt iedereen op dat er veel auto’s met Poolse kentekens in het dorp zijn en dat veel Polen in de supermarkt boodschappen doen. De deelnemers hebben allemaal wel eens gezien dat buitenlandse werknemers overnachten bij boeren. Maar niet alle deelnemers weten of buitenlandse werknemers onrechtmatig worden gehuisvest. Drie deelnemers spreken uit ervaring dat de huisvesting van buitenlandse werknemers inderdaad onrechtmatig is. Eén deelnemer weet dat er 2 jaar geleden Polen illegaal bij een kippenboer die hij kent werden gehuisvest. Een andere deelnemer weet dat de illegale huisvesting in caravans nog steeds speelt. De derde deelnemer kent iemand die het niet lukte zijn huis te verkopen. Hij verhuurde het huis toen illegaal aan Polen. In de dorpskernen van Meerlo-Wanssum komt geen onderhuur voor. Eén deelnemer heeft wel ervaring als student met onderhuur in Eindhoven. “Ik huurde bij een particulier een kamer voor 200 euro, maar kreeg geen hulp bij lekkage.” Een aantal deelnemers weten dat er in schuren en woonhuizen in Meerlo-Wanssum in totaal ongeveer 10 keer hennepplantages zijn opgerold. “Eén plantage was midden in het centrum in een kelder van Meerlo. Die jongelui hebben nooit gewerkt maar rijden wel in grote auto’s.” Een aantal deelnemers lezen over onrechtmatige bewoning in de krant maar hebben geen eigen ervaringen. Een aantal deelnemers zien als de twee belangrijkste vormen van onrechtmatige bewoning in Meerlo-Wanssum de huisvesting van buitenlandse werknemers met en zonder werkvergunning. “Er wordt alleen over het probleem gepraat, maar het wordt niet opgelost. Dingen die iedereen al weet hoeven niet verder te worden onderzocht. Doe iets en bouw meer in het goedkope huur- en koopwoningsegment.” Betekenis OB De deelnemers hebben over het algemeen begrip voor de illegale huisvesting van buitenlandse werknemers zolang het veilig is. Boeren en bouwbedrijven zijn gebaat bij de seizoensarbeiders. Ook de middenstand profiteert van hun aanwezigheid. “De plekken om te overnachten zijn best acceptabel, maar ik zou er zelf niet willen slapen.” “Via het uitzendbureau werken de Polen legaal, maar ze verblijven wel met 6 mensen gedurende 6 maanden in een vakantiehuisje. Ze moeten op de bank slapen en dat is niet de Nederlandse norm.” “De Nederlandse jeugd wil het seizoenswerk niet meer doen, ook al zijn ze werkloos. Het is de goedkoopste oplossing voor boeren met gemotiveerde Polen te werken. De politie gaat de campings af om VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 35/48
illegale Polen weg te sturen, maar ze komen zo weer terug. De Polen moeten wel in een fatsoenlijke caravan overnachten, maar Polen zijn ook geen mooie huizen gewend. Ze vinden het niet erg om met z’n tienen op één kamer te slapen.” “Polen komen om te werken en willen geen geld uitgeven aan onderdak.” Maar er is ook een aantal deelnemers die zeggen dat de agrarische sector misbruik maakt van de Polen. Op het gebied van veiligheid, moet je de Polen tegen zichzelf in bescherming moet nemen. “Polen krijgen minder betaald dan jongere Nederlandse werknemers.” “Het uitzendbureau zit ertussen. CAO’s zijn in Nederland gelijk, maar Otto hanteert een andere CAO.” “Deze situatie is historisch gezien gelijk aan de jaren ‘50/’60 toen Turken als gastarbeiders kwamen werken en kleine behuizing hadden. Illegalen worden sowieso onderbetaald en er worden geen sociale lasten voor afgedragen.” “De huisvesting is ook niet altijd veilig. Er is brandgevaar en het risico van koolmonoxidevergiftiging in een volgepakte caravan.” “De overheid legt normen op voor het verblijf en de boeren moeten aan de normen voldoen. De verhuurder van de huisvesting is verantwoordelijk. Strafrechtelijk is het al zo geregeld. De gemeente voert al een huisvestingsbeleid, maar de naleving is een ander punt.” “Boeren moeten verantwoordelijk worden gesteld voor werknemers en die ontwikkeling is al gaande. Boeren moeten voorlichting krijgen dat zij Polen niet in een oude, onveilige caravan mogen huisvesten.” De meningen van de deelnemers zijn verdeeld over het hebben van een wietplantage. “We moeten naar burgemeester Leers luisteren. We moeten wietteelt gewoon legaliseren en in de hand houden. Het is nu een relatief makkelijke manier om veel geld te verdienen.” Ik heb liever dat mensen illegaal hennep kweken, dan zich bezig houden met harddrugs. Sowieso is alcohol het grootste probleem. Voor mij is er een verschil tussen hennepteelt in kassen waar ze bakken met geld verdienen en mensen met schulden die in een klein kamertje telen.” “Als door het aftappen van stroom hennepteelt gevaar oplevert, moet de overheid hard optreden. Maar de mensen hebben vaak het niveau niet om de gevolgen te kunnen overzien. Hun kinderen moeten dan ook worden uitgezet en dat is niet wenselijk.” “Hennepteelt hoort niet en mensen moeten hun eigen verantwoordelijkheid nemen.” “Ik moet ook hard werken, waarom zou je dan op een makkelijke, illegale manier je geld mogen verdienen?” Gevolgen OB De (illegale) huisvesting van buitenlandse werknemers kan tot overlast leiden. De deelnemers merken op dat zij zich niet onveilig voelen door de overlast. Eén deelnemer merkt op dat hij gehoord heeft dat Oekraïners vaak geweldsmisdrijven plegen. Een andere respondent heeft begrepen dat Oost-Europeanen vaker dronken rijden. Deze overlast wordt door de deelnemers ook gerelativeerd. De problemen zijn van alle tijden en door de tijd zijn vaker buitenlanders gekomen naar Nederland om te werken. De komst van buitenlandse werknemers leidt niet per definitie tot meer overlast. “Ik heb nooit last van Polen. Er is wel een inbraakgolf geweest. Er wordt dan vaak gezegd dat het wel de Polen zijn, maar het is niet bewezen.” “Een crimineel kan ook Polen de schuld geven voor zijn daden.” “Elke week lees je in de krant dat de Polen dronken rijden. Ze hebben andere normen.” “De misstanden die in de stad gebeuren, komen ook naar de dorpen en het platteland toe.” “Het is een probleem dat er maar twee politieagenten voor het hele district zijn. Het duurt een half uur voordat de agenten kunnen uitrukken.” “’s nachts is hier meer douane op de weg dan politie.” Voorkomen van OB De deelnemers die de boeren kennen waar buitenlandse werknemers illegaal worden gehuisvest, willen de boeren niet aangeven, omdat er geen alternatief voor de boeren is. Het is voor de meeste deelnemers onbekend of boeren een vergunning hebben voor de huisvesting van buitenlandse werknemers. “De gemeente zou meer mogelijkheden moeten bieden zodat onrechtmatige bewoning niet meer hoeft voor te komen, maar niemand wil een Polenpension naast de deur. Tot nu toe wordt er geen alternatief geboden. Er worden geen bouwlocaties aangeboden of bouwvergunningen verstrekt voor een Polenpension.” Volgens de meeste deelnemers staat de handhaving van het huisvestingsbeleid van de gemeente nog in de kinderschoenen. VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 36/48
“Vorig jaar heeft de gemeente huisvestingsbeleid gemaakt, maar de handhaving kost veel tijd en is lastig. De handhaving is van ondergeschikt belang. De illegale bewoning door buitenlandse werknemers gaat gewoon door.” “Na de ramp in Volendam zijn de zaken wel aangescherpt. De politie moet de caravans controleren.” “Als een werknemer langer dan 14 dagen werkt, is hij verplicht zich te melden bij de gemeente. Het verblijfadres kan dan gecontroleerd worden.” “Een illegaal heeft geen werkvergunning. Zowel de werkgevers als de illegale werknemers hebben geen belang zich aan te melden.” De toehoorder van de VROM-Inspectie zegt dat de Arbeidsinspectie vaak bedrijven controleert. Als een werknemer zonder werkvergunning werkt, krijgen zowel de werknemer als de werkgever een hoge boete. Vanaf de eerste dag dat iemand werkt, moet de werkvergunning aanwezig zijn. In de dorpskernen is geen onderhuur, maar wel krapte in het goedkope woningsegment. Voor jongeren en starters is het moeilijk aan een huur- of koopwoning te komen. Meerlo en Tienray hebben wel een aantal appartementen gebouwd, maar het aanbod is te duur en te beperkt voor starters en jongeren. De provincie bepaalt in welke dorpen gebouwd mag worden. De enige oplossing is extra te bouwen in het lage segment. “In de dorpen zijn maar 5 à 10 % huurwoningen. De jeugd wordt gedwongen naar de stad te verhuizen. Het verenigingsleven in de dorpen gaat zo kapot.” “Huurhuizen hebben een erg lange wachtlijst. Een nieuwe huurder trekt er direct in. Koophuizen zijn ook al vaak onderhands verkocht voordat de woning in de openbare verkoop komt. In steden zijn meer corporatiewoningen, maar de koophuizen in Eindhoven zijn wel twee keer zo duur als in MeerloWanssum.” “Misschien moeten er meer seniorenwoningen worden gebouwd voor meer doorstroom. Een alleenstaande jongere komt er nu niet tussen.” “Ik zou voor de huisvesting van mijn kinderen wel mijn garage willen ombouwen, maar dat mag niet.” “Onder bepaalde omstandigheden mag je wel familieleden huisvesten in een omgebouwde schuur of garage.” “In Eindhoven mogen jongeren leegstaande corporatiewoningen opknappen. Daarna komen zij hoger op de wachtlijst te staan, maar in Meerlo-Wanssum zijn geen leegstaande huur- of koopwoningen.” De meeste deelnemers zouden hennepteelt aangeven als het overlast oplevert of onveiligheid. Het is moeilijk een buurman aan te geven omdat je in de meeste gevallen niet helemaal zeker weet of er sprake is wietteelt en een aangifte de relatie met de buren verstoort. Het werkt niet bevorderlijk, als er niets met de aangifte wordt gedaan. “Ik zou het aangeven als je ziet dat daken schoon zijn bij sneeuw. Een hoog energieverbruik wordt ook snel opgemerkt.”
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 37/48
Groepsgesprek Onrechtmatige Bewoning Gemeente Nunspeet Datum gesprek Aantal deelnemers Toehoorder
: : :
11 september 2006 11 bewoners, waarvan 2 leden van wijk- of buurtorganisaties Jan Hooghordel (VROM-Inspectie)
Bekendheid met OB De deelnemers noemen als onrechtmatige bewoning onderhuur, een wietplantage, permanente bewoning in een caravan of een recreatiewoning en het ombouwen van een schuur of garage tot woning. De deelnemers vragen zich af wanneer er sprake is van onrechtmatige bewoning. “Hoeveel planten mag je hebben voordat er sprake is van een wietplantage?” “Maakt het uit of je een schuur ombouwt voor eigen gebruik of om een paar dagen toeristen te huisvesten?” “Er is sprake van onrechtmatige bewoning als de bewoning in strijd is met de wens van de eigenaar en/of het bestemmingsplan.” Het permanent bewonen van een caravan of recreatiewoning komt volgens de deelnemers in Nunspeet veel voor, maar de cijfers zijn niet bekend. De deelnemers weten direct of indirect van onder- en doorverhuur in Nunspeet. De deelnemers hebben gehoord dat er wel eens ontruimingen zijn van wietplantages in woningen. “In de buurt is wel sociale controle, maar ik ken mensen alleen van gezicht. Als ik een onbekende zie, weet ik niet of hij of zij onrechtmatig woont.” “Er is in Nunspeet minder onderhuur dan in de randstad.” Ervaringen met OB De meeste deelnemers hebben ervaring met onrechtmatige bewoning. “Ik heb eerst op een camping gewoond voordat ik mij inschreef bij een corporatie. We hebben een goedkope huurwoning gekregen, maar inmiddels woon ik nu in een koophuis. Ik zou wel groter willen wonen, maar in Nunspeet kom ik niet in aanmerking voor een woning. Ik had me daarom ingeschreven voor koopwoningen in Dronten maar helaas bleek het financieel niet op te brengen. ” “Ik ben drie jaar geleden gescheiden. Ik hoorde dat je 8 jaar moet wachten op een corporatiewoning. Toen ik mijn eigen huis verliet, had ik geen enkel recht op een woning. Ik ben uitgeweken naar een woning die gesloopt ging worden in Amersfoort. Van daaruit kon ik comfortabel zoeken naar een koopwoning in Nunspeet. Die sloopwoning kwam goed uit. In mijn nood had ik ook gedacht aan het betrekken van een recreatiewoning.” “Ik lig momenteel in scheiding. Mijn huis staat te koop. Ik heb drie kinderen. Ik hoor van de corporatie verschillende antwoorden op de vraag of ik urgentie krijg, maar als ik het niet krijg, moet ik wel uitwijken naar een recreatiewoning.” “De gemeente heeft het 10 jaar gedoogd dat mijn schoonvader in een verbouwde garage woonde. Ik vind dat na een bepaalde tijd van gedogen, de gemeente de bewoning wel moet legaliseren.” “Ik heb gemerkt toen ik iemand een sportpasje wilde brengen, dat degene niet meer op het adres woonde, maar de woning doorverhuurde.” Betekenis OB De deelnemers hebben over het algemeen begrip voor de permanente bewoning van caravans en recreatiewoningen, de verbouwing van schuren en garages en onderhuur omdat er geen alternatief is. Het toestaan van het verbouwen van een schuur of garage voor bewoning, is afhankelijk van de gemeenteambtenaar. “In Nunspeet zijn 230 geregistreerde woningzoekenden, in totaal zijn het er 450 à 500 als je nietgeregistreerde woningzoekenden meetelt. De doorstroom is niet goed. Mensen trekken in een caravan of een recreatiewoning of wijken uit naar een andere plaats.” “De halve Veluwe staat vol op campings omdat de woningnood daartoe noodt.” “Van oudsher ging men al in Nunspeet na het trouwen in een vakantiehuisje wonen. Er zijn meer goedkope woningen nodig, maar projectontwikkelaars bouwen dure woningen omdat de grond duur is.” “Van de ene ambtenaar mag je wel je schuur verbouwen, van de ander niet. Als je zoon komt inwonen en zijn vrouw is in verwachting, mag het wel. Maar als een ambtenaar de pik op je heeft, mag het niet. Het is willekeur van de gemeente.” “Het is beter een verbouwing niet te melden bij de gemeente.” VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 38/48
“Onderhuur wordt in de hand gewerkt omdat je als starter zo sneller een woning kan krijgen dan via de officiële weg.” “De wachtlijst wordt korter door onderhuur.” “Ik heb er wel wat moeite mee dat grote eengezinswoningen nu worden bewoond door alleenstaanden. Deze alleenstaanden verhuren een deel van het huis onder omdat dat wat oplevert. Dat zou wel anders moeten.” Een aantal deelnemers heeft minder begrip voor doorverhuurders omdat dat het toewijzingssysteem doorkruist en de doorstroom stagneert. Een aantal deelnemers vindt het ook laakbaar als een corporatiewoning voor een veel hoger bedrag wordt onder- of doorverhuurd. Eén deelnemer vindt een onderverhuurder juist een slimme ondernemer. “Het kan niet je corporatiewoning door te verhuren. Je houdt dan een woning vast terwijl jongelui ook willen wonen.” “Een slecht onderhouden woning kan gevaarlijk zijn voor onderhuurders. Onder- of doorverhuurders profiteren van de ellende van onderhuurders.” De meeste deelnemers hebben niet zo’n moeite met wietplantages in woningen. De overheid die wel de verkoop van wiet in coffeeshops gedoogt, maar niet de teelt, is niet duidelijk. De teelt kan ook beter gelegaliseerd worden. De meeste deelnemers hebben geen overlast van wietteelt. De deelnemers hebben in het algemeen het meeste moeite met overlast en het is niet altijd duidelijk of er dan ook sprake is van onrechtmatige bewoning. “Het zou beter zijn de wietteelt en verkoop te reguleren, bijvoorbeeld door verkoop via een apotheek.” “De wietplantages zijn meestal gevestigd in schuren of garages en niet in een woonhuis.” “Mijn buren gebruikten hun woning tijdens de vakantie als een hondenpension. De verzorging van die honden gaf veel overlast, maar ik weet niet of dat onrechtmatig was.” Gevolgen OB Het tekort aan betaalbare woningen zien de deelnemers als de oorzaak van onrechtmatige bewoning. Er is wel leegstand in Nunspeet, maar alleen in het dure woningsegment. Er worden te weinig goedkope woningen aangeboden voor starters of mensen in een noodsituatie. In Nunspeet worden 600 woningen gebouwd, maar daarvan is maar 30% sociale woningbouw en dat deel is nog steeds niet betaalbaar voor starters en jongeren. Het geringe goedkope huuraanbod en het blijven wonen in sociale huurwoningen door mensen met een hoger inkomen, stagneert de doorstroom. Het permanent bewonen van een recreatiewoning vindt al jaren plaats. Door gemeente Nunspeet is een peildatum gekozen waarop mensen die op dat moment 8 jaar of langer in een recreatiewoning woonden, een gedoogbeschikking hebben gekregen. De meningen van de deelnemers zijn verdeeld of het terecht is dat na de peildatum recreatiewoningen niet meer permanent bewoond mogen worden, terwijl mensen uit noodzaak een recreatiewoning betrekken. “Mensen met een hoger inkomen blijven in een goedkope huurwoning wonen. Je schrijft je bij de corporatie in met een studiefinanciering en krijgt een goedkope woning toegewezen, terwijl je inmiddels al werkt en een hoger inkomen hebt. Je inkomen wordt na de inschrijving niet meer gecheckt.” “De gemeente Harderwijk had een groot bord bij een recreatiepark geplaatst dat je daar 365 dagen per jaar kon recreëren. De gemeente heeft dat verkeerd aangegeven.” “Maar het is niet terecht dat mensen permanent in een goedkope recreatiewoning wonen tegenover de dure woonhuizen.” Voorkomen van OB De deelnemers vinden dat voordat onrechtmatige bewoning kan worden aangepakt, een alternatief voor betaalbare woningen moet worden geboden. Het merendeel van de deelnemers vindt het acceptabel als Nunspeters zich inschrijven in de GBA en als woningzoekenden bij de corporatie, terwijl zij tijdelijk onderhuren of in een recreatiewoning wonen. Eén deelnemer vindt dat het toestaan van permanente bewoning van een recreatiewoning in een natuurgebied, de natuurwaarden verstoort. “De gemeente maakt regels en de burger heeft weinig inspraak. Als de gemeente faalt in hun beleid, wat kan de burger dan doen? Ik ga onderhuur niet aangeven. Dan zijn ook gewoon mensen.” “Mensen moeten zich wel inschrijven voor een woning zodat ze bekend zijn als woningzoekenden, maar in de tussentijd mogen ze best tijdelijk onderhuren.” “Dat geldt wel voor mensen uit Nunspeet aan de onderkant van de woonmarkt die in het dorp willen blijven wonen, zolang er geen alternatief is. Het gaat niet op voor mensen uit de randstad met een dikke portemonnee.” VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 39/48
“Het gevaar is dat ook al stel je een contract op voor het huren van een recreatiewoning voor maximaal een jaar, mensen liever in de recreatiewoning blijven dan voor een hogere huur doorstromen naar een regulier huurhuis.” De meeste deelnemers geven onder- of doorverhuur niet aan omdat zij niet willen klikken. Bovendien is de onder- en doorverhuur een kleiner probleem dan de permanente bewoning van recreatiewoningen. Eén deelnemer zegt onrechtmatige bewoning wel aan te geven als het je persoonlijk raakt door bijvoorbeeld overlast. Een aantal deelnemers zeggen er geen moeite mee te hebben als twee AOW’ers zich in plaats van samenwonend als alleenstaanden opgeven omdat een AOW uitkering laag is. Andere deelnemers vinden dat een vrijgekomen corporatiewoning in elk geval niet mag worden doorverhuurd. De doorstroom van corporatiewoningen mag door AOW’ers niet worden gestopt. “Ook bij uitkeringsfraude is de drempel heel hoog om iemand aan te geven. Pas als ik iets tegen die persoon heb, zou ik hem pas aangeven.” “Pas ik zelf overlast heb of je vergeefs op een corporatiewoning wacht, ben je genegen de situatie uit te zoeken. Als het nadeel aan jouw kant valt, zou ik de onrechtmatigheid wel aangeven.” De meeste deelnemers vinden dat de gemeente en de corporatie moeten samenwerken in de bestrijding van de onrechtmatige bewoning. “De corporatie kan optreden als eigenaar van een corporatiewoning.” “In geval van bijstandsfraude treden de gemeente en de corporatie ook al samen op.” Een aantal deelnemers ziet het legitimeren aan de deur en/of het binnenlaten van een controleur voor het opsporen van onrechtmatige bewoning, als een inbreuk op hun privacy. Het koppelen van bestanden wordt niet als noodzakelijk gezien omdat onder- en doorverhuur van corporatiewoningen in Nunspeet minder speelt dan het permanent bewonen van recreatiewoningen. “Als iemand aan de deur komt, wil ik me wel legitimeren want ik heb niets te vrezen. Maar ik laat de controleur niet binnen want ik vertrouw een pasje niet.” “Als een ambtenaar om een legitimatie vraagt, gaan we richting politiestaat.” “Ik vind het al irritant dat ik me moet legitimeren bij de bank, ook al werkt dit optreden misschien misstanden weg.” “Misschien moet je onaangekondigd telefonisch privé vragen stellen om achter iemand zijn gegevens te komen.” De meeste deelnemers vinden het terecht dat VROM onrechtmatige bewoning als prioriteit heeft gesteld. Wonen is belangrijk voor burgers en het woonaanbod sluit in Nunspeet al jarenlang niet meer aan op de behoefte. Rondvraag De deelnemers vonden het gesprek over het algemeen nuttig en hopen op een vervolgtraject.
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 40/48
Groepsgesprek Onrechtmatige Bewoning Gemeente Vlaardingen Datum gesprek Aantal deelnemers Toehoorder
: : :
15 augustus 2006 10 bewoners, waarvan 1 lid van wijk- of buurtorganisaties Leo Buckers (VROM-Inspectie) Jacqueline Hendrikx (VROM – Beleid met burgers)
Bekendheid met onrechtmatige bewoning De respondenten noemen als vormen van onrechtmatige bewoning: onderverhuur, kraken, een bedrijfspand (of kerk) gebruiken als woning, een woning onrechtmatig gebruiken als hennepkwekerij of als postadres om fraude te kunnen plegen. De respondenten hebben weinig zicht op hoe vaak onderverhuur zonder medeweten van de corporatie in Vlaardingen voorkomt. In de krant wordt soms wel het oprollen van een hennepkwekerij gemeld. De respondenten hebben veel koopwoningen en eengezinswoningen in de omgeving, terwijl volgens hen met name portiekflats zich lenen voor onderhuur. Onrechtmatige bewoning is voor de respondenten niet echt zichtbaar. De respondenten denken dat er in Vlaardingen weinig huisjesmelkers zijn die woningen tegen extreem hoge bedragen verhuren aan studenten omdat studenten zich liever in Rotterdam dan in Vlaardingen vestigen. Eén van de respondenten vindt dat je via de woonpunten redelijk snel aan de beurt komt voor een corporatiewoning zodat er weinig reden is voor onderverhuur. Een andere respondent weet wel dat er krapte is op de woningmarkt voor starters. Een starter heeft al snel een te hoog inkomen en komt daarmee niet in aanmerking voor 2-kamerwoningen, die leeg blijven staan. Deze respondent moest uitwijken naar particuliere verhuur. De deelnemers merken op dat het woningaanbod niet voldoende aansluit op de vraag. Ervaringen met onrechtmatige bewoning Drie respondenten kennen gevallen van onderhuur in Vlaardingen. In twee gevallen gaat het om bekenden van de respondent, in het derde geval houdt de voorzitter van de bewonerscommissie toezicht. De bewonerscommissie voert regelmatig een wijkschouw uit. Als er iets verdachts wordt waargenomen zoals lakens die 2 à 3 weken voor een raam hangen, wordt de corporatie ingelicht. Een aantal respondenten kent een verpauperd pand aan de markt waar veel Polen in stapelbedden verblijven. De Polen werken in het Westland. De deelnemers denken dat het hier gaat om illegale pensionhouderij. De leegstand van winkels en bedrijven leidt tot kraken. Panden die gesloopt gaan worden en leegstaan, worden soms gekraakt maar kunnen ook legaal worden verhuurd voor tijdelijke, goedkope huurcontracten. Door de sloop in Hoogvliet is er een enorme instroom geweest vanuit Rotterdam. In de lokale politiek wordt Vlaardingen als het afvoerputje van de regio afgeschilderd. Twee respondenten hebben geen overlast in de wijk ervaren en vinden het geen probleem als de samenstelling van de bevolking verandert. Twee andere respondenten vinden leegstand van winkels vervelend omdat het ook tot verloedering leidt. De respondenten weten niet hoe vaak bedrijfspanden of winkels gebruikt worden als woonpanden. Eén respondent zegt dat sommige kantoorpanden jarenlang leegstaan en het zou goed zijn die panden om te bouwen tot woningen. Een andere respondent weet dat je bij de gemeente toestemming kunt vragen winkels te bewonen in de Hoogstraat. Zij kent mensen die in een winkelpand wonen. De gemeente voert niet veel winkelbeleid, maar de gemeente kan de winkelpanden ook niet opkopen. Oorzaken onrechtmatige bewoning De bewoners zien het gebrek aan goedkope woningen als de belangrijkste oorzaak van onrechtmatige bewoning.
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 41/48
Betekenis en gevolgen van onrechtmatige bewoning Onrechtmatige bewoning zien de bewoners niet zozeer als een probleem, zolang het onrechtmatige bewonen/gebruik maar niet leidt tot winst voor de verhuurder/gebruiker. Wel zien de bewoners dat onrechtmatige bewoning problemen kan geven omdat het leidt tot onveiligheid of overlast. De meeste respondenten vinden het onplezierig als eigenaren panden niet bijhouden en laten verloederen. Zij zijn van mening dat de onrechtmatige huurders niet betrokken zijn bij de wijk. Er is wel vertrouwen dat de gemeente maatregelen treft op het gebied van brandveiligheid. Eén respondent weet dat de gemeente convenanten sluit met corporaties en particuliere eigenaren zodat er geen misstanden in het onderhoud zijn. Eén respondent zegt: “Het is onbekend of je buurman illegaal woont. Daar heb je geen last van. Het geeft alleen overlast als het leidt tot rommel op straat.” Een andere respondent heeft een lange juridische procedure moeten volgen tegen een koopwoning die was opgedeeld in kamertjes. Dat gaf veel overlast. De rechter stelde haar in het gelijk. De gemeente had met deze zaak geen bemoeienis. De respondenten hebben begrip dat het zoeken van huisvesting kan leiden tot onderhuur. De oneerlijke woonruimteverdeling op zich wordt niet als een probleem gezien. Eén respondent zoekt al twee maanden woonruimte, maar wil niet onderhuren. Een andere respondent wilde in het verleden ook niet onderhuren omdat je dan geen rechtspositie hebt. Eén respondent heeft ondergehuurd buiten Vlaardingen. Ze wist dat het illegaal was want ze kon zich niet bij de gemeente inschrijven, maar ze wilde het huis uit en vanwege krapte op de woningmarkt was dit de enige manier. Eén respondent werkt in de hulpverlening en vindt dat er met name in de grote steden een slecht landelijk beleid wordt gevoerd voor jongerenhuisvesting. In een noodsituatie trekt een jongere bij een andere huurder in als overgangsfase. Er is begrip dat iemand vanwege slechte financiële omstandigheden niet zijn woning uit wil en daarom iemand in huis neemt. Antillianen schijnen inwoning niet als inbreuk op de privacy te ervaren. Als veel Antillianen in één woning wonen, kan dat wel tot problemen leiden. “In de 30 jaar dat ik in de buurt woon, heb ik de buurt achteruit zien gaan en verloederen. Mensen die steeds wisselen van woonplek, voelen geen binding met de buurt. Dat geeft steeds meer zwerfafval op straat, maar dat heeft niets met onderhuur te maken.” “Onderhuurders geven juist zo min mogelijk ruchtbaarheid en geven geen overlast.” Uitkeringsfraude wordt door de meeste respondenten als onacceptabel ervaren. Het is bekend dat studenten een postadres aanhouden om studiefinanciering te ontvangen. Eén respondent kent uit haar omgeving een krakend stel met een kind die zich beiden onterecht als alleenstaande ouder lieten registreren om een hogere uitkering te kunnen krijgen. De indruk bestaat dat de gemeente Vlaardingen nu meer dan voorheen achter onterecht verstrekte uitkeringen aanzit. De gemeente is nu zelf verantwoordelijk voor de uitkeringen in plaats van het Rijk. Vlaardingen valt onder de stadregio Rotterdam. Rotterdam heeft interventieteams opgesteld ter bestrijding van uitkeringsfraude. Vlaardingen heeft ook interventieteams. Hierover wordt soms geschreven in de krant. Voorkomen van onrechtmatige bewoning De corporatie treedt op tegen onrechtmatige bewoning. “De corporatie is zich bewust van haar maatschappelijke plicht, maar in de Indische buurt heeft de corporatie bewust panden laten verloederen.” Een reden voor bewuste verloedering is dat het soms goedkoper is huizen te slopen en nieuwbouw te plaatsen dan woningen te renoveren. De corporatie geeft 2 keer per jaar een bewonersblad uit en een overkoepelend orgaan geeft een nieuwsbrief uit. Onrechtmatige bewoning is soms een onderwerp in deze publicaties. Ook in het particuliere huurcontract staat dat onderverhuur niet is toegestaan. In de krant staat dat de gemeente Vlaardingen hard optreedt tegen hennepteelt. Een respondent leest wekelijks in de krant dat een hennepplantage is opgerold. De respondenten zouden zelf aan de bel trekken als onderverhuur leidt tot overlast, niet vanwege de oneerlijke woonruimteverdeling. Het voordringen op de woningmarkt komt voort uit een onmachtsituatie. Als je al iemand kent die onderhuurt, ken je de situatie en heb je daar begrip voor. “De extra tijd die je moet wachten door onderhuur is niet te meten, dat is heel betrekkelijk.” Bijstandsfraude, onveiligheid en wietplantages zijn wel redenen om te reageren. Als het om een corporatiewoning gaat kun je met de wijkbeheerder of de corporatie bellen, anders met de kliklijn of de wijkagent. Bij een particulier pand moet de eigenaar de overlast aanpakken. De respondenten vinden het logisch dat VROM zwaar tilt aan het onderwerp onrechtmatige bewoning, maar zelf vinden de respondenten het niet zo’n probleem. VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 42/48
“VROM heeft een voorbeeldfunctie”. “De Rijksoverheid moet handhaven, een andere vraag is of de burger er last van heeft.” “Dit is geen taak voor het Rijk want het gaat over de lokale woonomgeving.” “Het zou beter zijn als het onderliggende probleem wordt aangepakt. De corporatie moet het aanbod en de vraag naar woningen beter afstemmen. Er is behoefte aan woningen waar je direct in kan.” “Er moeten voldoende panden met lage huur zijn voor jongeren.” “Leegstand van winkels moet worden voorkomen.” “Met de herstructurering worden minder huizen dan voorheen teruggebouwd en relatief veel koopwoningen en dure huurwoningen.” “Er is weinig doorstroom in huurwoningen omdat je als je in een goedkope huurwoning woont, geen behoefte hebt weg te gaan.” De respondenten maken wel onderscheid tussen onderhuur uit een noodsituatie of onderverhuur om jezelf te verrijken. Dat laatste vinden de bewoners uitdrukkelijk een probleem, het eerste niet. Wel vinden de bewoners dat de situatie in Amsterdam waar 20% van de sociale woningen wordt doorverhuurd, niet vergelijkbaar is met de situatie in Vlaardingen. De meeste respondenten vinden het goed dat op grond van overlast en onveiligheid in bepaalde wijken veegacties worden gehouden. Eén respondent hecht meer aan haar privacy dan aan het belang van een veegactie. De interventieteams in Vlaardingen controleren overigens alleen verdachte adressen. De situatie in Vlaardingen is minder ernstig dan die in Rotterdam. Ook al is niet overal in Vlaardingen sociale cohesie, toch wordt over het algemeen wel sociale controle ervaren. “Vlaardingen oogt als een stad, maar woont als een dorp.”
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 43/48
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 44/48
Bijlage 4 Procesevaluatie
Evaluatie groepsgesprek Onrechtmatige bewoning Gemeente : Leiden Datum : 24 augustus 2006 Organisatie groepsgesprek 1.
Wat vind je van de zorgvuldigheid van de benadering (telefonische uitnodiging en schriftelijke bevestiging)? 1 2 3 4 5 -5
2.
Was vooraf duidelijk wat het doel was van het groepsgesprek? 1 2 3 -5
3.
2 3 -5
2 3 -5
ja, dat was duidelijk nee, dat was niet zo duidelijk nee, dat was helemaal niet duidelijk weet niet / geen mening
Ben je tevreden over de uiteindelijke terugkoppeling (brief en verslag van het gesprek)? 1 2 3 4 5 -5
6.
ja, dat was duidelijk nee, dat was niet zo duidelijk nee, dat was helemaal niet duidelijk weet niet / geen mening
Was aan het eind van het gesprek duidelijk wanneer er een terugkoppeling zou plaatsvinden? 1
5.
ja, dat was duidelijk nee, dat was niet zo duidelijk nee, dat was helemaal niet duidelijk weet niet / geen mening
Was vooraf duidelijk welke inbreng van je verwacht werd? 1
4.
zeer goed goed niet goed / niet slecht slecht zeer slecht weet niet / geen mening
zeer tevreden tevreden niet tevreden / niet ontevreden ontevreden zeer ontevreden weet niet / geen mening
Wat vond je van de locatie waar het groepsgesprek werd georganiseerd? 1 2 3
zeer goed goed niet goed/ niet slecht
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 45/48
4 5 -5
7.
slecht zeer slecht weet niet / geen mening
Kan je een rapportcijfer geven voor de totale organisatie van het groepsgesprek? 1 -5
………………. (cijfer 1 tot/met 10) weet niet / geen mening
Het groepsgesprek 8.
Wat waren je motieven om deel te nemen aan het groepsgesprek? (meerdere antwoorden mogelijk) 1 nieuwsgierigheid 2 interesse in het onderwerp 3 mening en/of ervaring delen met de gemeente 4 mening en/of ervaring delen met woningbouwcorporatie 5 mening en/of ervaring delen met het ministerie van VROM 6 mening horen van gemeente 7 mening horen van woningbouwcorporatie 8 mening horen van het ministerie van VROM 9 anders, namelijk …………………………………………………………………………………………………… -5 weet niet / geen mening
9.
Wat vond je van het verloop van het groepsgesprek? 1 2 3 4 5 -5
zeer goed goed niet goed / niet slecht slecht zeer slecht weet niet / geen mening
10. Wat vond je van de wijze waarop het gesprek is voorgezeten? 1 2 3 4 5 -5
zeer goed goed niet goed / niet slecht slecht zeer slecht weet niet / geen mening
11. Heb je voldoende eigen ideeën en ervaringen kunnen inbrengen? 1 2 3 4 5 -5
ruim voldoende voldoende niet voldoende / niet onvoldoende onvoldoende ruim onvoldoende weet niet / geen mening
12. Ervoer je dat er waardering was voor de inbreng van de deelnemers? 1 2 3 -5
ja, dat was duidelijk nee, dat was niet zo duidelijk nee, dat was helemaal niet duidelijk weet niet / geen mening
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 46/48
13. Wat vond je van de aanwezigheid van medewerkers van VROM / de VROM-Inspectie?
(meerdere antwoorden mogelijk) 1 2 3 4 -5
Het was prettig mijn mening direct over te kunnen brengen. De medewerkers hadden een goede inbreng. De deelname van de medewerkers was voor mij niet belangrijk. anders, namelijk …………………………………………………………………………………………………… weet niet / geen mening
14. Wat vond je van dit initiatief van VROM? 1 2 3 4 5 -5
heel nuttig nuttig nuttig / niet nuttig niet nuttig helemaal niet nuttig weet niet / geen mening
15. Als je nog verbeterpunten hebt ten aanzien van het verloop van het gesprek, het onderzoek en/of het
beleidsterrein onrechtmatige bewoning, kun je deze hieronder noteren. ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………… Hartelijk dank voor het invullen van deze vragenlijst!
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 47/48
Bijlage 5 Procesverslag
Inleiding In deze procesevaluatie beschrijven we de waardering van de deelnemers voor de proceskant van de groepsgesprekken over onrechtmatige bewoning. Hierbij focussen we op het proces. Voor een beschrijving van de organisatie van het participatieproces en de voorbereiding van de gesprekken verwijzen we naar paragraaf 1.2. Organisatie groepsgesprekken Vrijwel alle deelnemers vinden de gekozen benaderingswijze (zeer) zorgvuldig. Zij waarderen de combinatie van een telefonische uitnodiging en de schriftelijke bevestiging. Ook over de locaties van de gesprekken zijn de deelnemers (zeer) tevreden. Het rapportcijfer voor de totale organisatie van het groepsgesprek is een 8+. Voor de meeste deelnemers was vooraf het doel van het gesprek wel duidelijk maar voor sommigen de inbreng die van hen werd verwacht, niet. Ook was het niet voor iedereen duidelijk wanneer de beloofde terugkoppeling zou plaatsvinden. Motivatie deelnemers De motieven waarom de deelnemers hebben deelgenomen aan het groepsgesprek lopen sterk uiteen. Ruim de helft komt uit nieuwsgierigheid en/of interesse in het onderwerp. Bijna de helft wil graag zijn mening en/of ervaring delen met de gemeente en/of met VROM. Een enkeling wil dit juist uitwisselen met de woningbouwcorporatie. Circa een derde wil graag de mening van de gemeente en/of VROM horen over het onderwerp. Verloop groepsgesprekken De meeste deelnemers zijn (zeer) tevreden over het verloop van het gesprek. Zij ervoeren de wijze van voorzitten als (zeer) positief. De meeste deelnemers hebben het gevoel dat zij hun ideeën en ervaringen voldoende hebben kunnen inbrengen en dat daar ook waardering voor was. Met betrekking tot de medewerkers van VROM en de VROM-Inspectie vindt de helft van de deelnemers dat het prettig was hun mening direct aan deze medewerkers te kunnen overbrengen, de andere helft gaf aan dat zij de aanwezigheid van de medewerkers waardeerden omdat zij een goede inbreng hadden. Vrijwel alle deelnemers hebben het gesprek als zeer nuttig ervaren. Vervolg en terugkoppeling Tijdens de bijeenkomsten hebben enkele deelnemers reeds aangegeven zeer benieuwd te zijn naar de wijze waarop de uitkomsten van het onderzoek worden verwerkt. Zij wensen over het vervolgtraject op de hoogte te worden gehouden. Inmiddels zijn de gespreksverslagen aan de deelnemers teruggekoppeld. De deelnemers zijn hierover positief. Aan de deelnemers is toegezegd dat hen de eindrapportage van het onderzoek zal worde toegezonden. De begeleidingscommissie van het onderzoek heeft zich voorgenomen op een later tijdstip aan de deelnemers terug te koppelen op welke wijze de resultaten van het onderzoek zijn gebruikt. In verband met de privacywetgeving draagt Research voor Beleid zorg voor de verzending van een eventueel bericht aan de deelnemers over de wijze waarop de resultaten van het onderzoek zijn verwerkt in beleid.
VROM-Inspectie Eindrapport Burgers en onrechtmatige bewoning
Pagina 48/48