Eenzaamheid bij ouderen Thema voor mei
“Ik ben zo eenzaam zonder jou …” Jaren geleden zong Will Tura dit lied en wij zongen het met hem mee. Het was een reuzenhit. We waren toen verliefde tieners of jonge koppels en we herkenden ons in dit eenvoudige lied van onstilbaar verlangen naar de andere, naar die ene andere. Nu, decennia later en een stuk ouder geworden, duikt de eenzaamheid opnieuw op in ons leven. Voor sommigen is ze misschien nooit weg geweest. Maar bij het ouder worden werpt ze steeds vaker haar schaduw over het leven van elke dag. Weinige ouderen ontsnappen eraan, ook al spreken ze er niet zo gemakkelijk over. Soms verduistert eenzaamheid zo sterk het bestaan dat mensen levensmoe worden. Eenzaamheid is de voornaamste reden van de vraag naar euthanasie bij ouderen, vertrouwde mij onlangs een palliatieve arts toe. Het was voor hem een grote zorg, bijna een noodkreet. Ik herken zijn appel: de eenzaamheid van mensen, en vooral de eenzaamheid van vele ouderen in onze samenleving vandaag moet ons aller zorg zijn! Een onderschat probleem Niet iedereen zal (h)erkennen dat vele ouderen eenzaam zijn. Toch zijn de statistieken duidelijk. Uit een recent rapport van de Koning Boudewijnstichting ‘Oud word je niet alleen’ blijkt dat bijna de helft van de Belgische 65-plussers zegt zich soms eenzaam te voelen, een duidelijke toename in vergelijking met eerdere studies. Er worden in gemeentes en verzorgingstehuizen met veel zorg (en soms ook wat professionele zelfvoldaanheid) tal van activiteiten opgezet om de ouderen een bezigheid en gezelschap te geven. Misschien pochen we zelf wel eens: wij hebben geen tijd om ons eenzaam te voelen! Vele vitale gepensioneerden zijn inderdaad druk bezig met de opvang van de kleinkinderen, het volgen van cursussen, het organiseren van bijeenkomsten, het klussen aan hun huis of aan dat van de kinderen, op reis gaan … 17
Als mensen evenwel door ziekte of hoge leeftijd minder mobiel worden, hun partner verliezen, steeds meer leeftijdsgenoten en vrienden moeten missen, en vooral als ze hulpbehoevend worden, klinkt wel een echo van eenzaamheid door voor wie het kan en wil horen. Toch verbergen mensen ook dan nog vaak deze pijn. Ze durven ze niet voelen en zeker niet uiten. Ze stellen hun verwachtingen bij: “Ik heb alles wat ik nodig heb; de kinderen hebben het zwaar en ze doen wat ze kunnen; ik mag niet klagen: ik ben goed verzorgd.” Om de eenzaamheid te herkennen moet je de taal van feiten en cijfers achter je laten en naar binnen keren. Om de eenzaamheid te herkennen moet je naar het hart van mensen gaan en ‘luisteren’ met al je zintuigen. Wie zo luistert zal ontdekken dat eenzaamheid vele gezichten heeft en zeker niet hetzelfde is als alleen zijn. Toch gaat eenzaamheid van ouderen vandaag vaak samen met een verschraling van hun contacten, zowel naar aantal als naar kwaliteit. Maar zij heeft ook te maken – dit is minder evident maar heel belangrijk – met een verdwijnen van de zingeving. We willen elk van deze aspecten kort verkennen. Eenzaamheid heeft vele gezichten. Het meest vertrouwde beeld, ook wel het meest inleefbare voor de buitenwereld, is dat van het sociaal isolement: ouderen die alleen en teruggetrokken leven, verarmd zijn, weinig contacten hebben, verlaten en vergeten lijken door hun omgeving. Zij zijn talrijk en toch vaak onzichtbaar. Hoe anoniemer de samenleving wordt, hoe schrijnender hun situatie wordt. Alleen een samenleving waarin mensen persoonlijk en als gemeenschap aandacht hebben voor de buur, de medemens naast ons, élke medemens, kan het risico op dit soort eenzaamheid verkleinen. Er is ook veel verborgen eenzaamheid bij mensen die het wel goed doen in het leven 18
en misschien zelfs een druk sociaal leven hebben, maar leven met een groot gemis. Vaak is het verlies van een vriend of de geliefde, van de man of de vrouw met wie zij jarenlang intens het leven hebben gedeeld, een niet te stelpen bron van eenzaamheid. Er is de grote leegte van het hart, het gemis van de koestering en de nabijheid, van het ‘mekaar met een half woord verstaan’, van het samen dromen en samen werken. Er zijn ook de talrijke kleine momenten elke dag waarop er geen klankbord is voor je ervaringen, geen wederwoord als je met verhalen van buiten thuis komt. Voor dit verdriet is er gelukkig wel vaak aandacht en meeleven vanuit de omgeving, althans in het begin, maar met de tijd vervagen die en dringt de eenzaamheid pas echt door. Moeilijker te horen is de pijn van de onvervulde wensen binnenin relaties, van allerhande verwachtingen van begrip en bevestiging en warmte die niet ingelost worden. De partner is er nog, de kinderen komen op bezoek, er zijn de kaartnamiddagen, de bijeenkomsten van Adem-Tocht en nog zoveel meer, maar nergens is er oog en oor voor wat hen eigenlijk bezig houdt – althans zo voelen zij het. Eenzaamheid schuilt er ook in het hart van mensen die na het verlies van hun job of een taak, hoe klein ook, het gevoel hebben er niet meer bij te horen, niet meer nuttig te zijn, zonder betekenis voor iets of iemand. Of die zich gewoon vervelen en geen zin meer hebben in het leven van alledag. Eenzaamheid is er bij vele ouderen die zich verloren voelen in de tijd, geen aansluiting meer vinden bij het denken en doen van de huidige generaties. Zij lijden eronder dat de idealen en waarden, waarvoor zij in hun leven zoveel over hebben gehad, nu niet meer gelden of zelfs van tafel geveegd worden. Zij lijden eronder dat zij steeds minder hun eigen geschiedenis kunnen delen met generatie- en geestesgenoten. Zij lijden soms onder het verlies van de ultieme levenszin en voelen zich verloren en eenzaam in het bestaan. Als er zoveel wegvalt dat het leven van een mens zin geeft, als er geen plaats
is in de samenleving voor een bestaan zoals het hunne, voor afhankelijk en kwetsbaar zijn, als zingeving vanuit het geloof in de altijd weer levengevende Liefde die wij God noemen, niet meer vanzelfsprekend is, dan kunnen of willen mensen sterven aan eenzaamheid. Alleen en eenzaam Eenzaamheid heeft vele gezichten en is dus duidelijk niet enkel gekoppeld aan alleen zijn. Je kan je eenzaam voelen te midden van vele mensen, zo erg soms dat je meteen weg wil. Omgekeerd kan je veel alleen zijn en je toch niet eenzaam voelen. Je hebt altijd wel iets te doen of iets om van te genieten. Er is rust in je hart. Je ‘rust’ in het leven, je voelt je er ten diepste in geborgen. Het lijkt erop dat wij vandaag steeds moeilijker op die manier alleen kunnen zijn, ook de ouderen. Wij worden voortdurend geappelleerd, bestookt met boodschappen van buitenaf, en wij zijn zelf ook voortdurend in de weer om onze bekenden via mail en sms en telefoon te contacteren. Netwerken heet dat en daarmee vullen wij een groot
stuk van onze tijd. Soms groeit daardoor een grote verbondenheid met mensen dichtbij en veraf: de wereld wordt ons dorp. Die verbondenheid maakt dat je je niet eenzaam voelt, ook al ben je alleen. Internet met al wat het aan contactmogelijkheden biedt is voor vele senioren een nuttig kanaal om afstanden te overbruggen en vlot verbonden te blijven met velen. Maar vaak wordt die virtuele bedrijvigheid een zuchtig zoeken naar bevestiging, een rusteloos toetsen of de andere er nog wel is en vooral of de andere je niet vergeten is. Mensen zitten elkaar zo wel dicht op de huid, maar ontmoeten zij elkaar wel? Bieden zij elkaar wel geborgenheid? Biedt het leven hen wel voldoende geborgenheid? Daarvoor is er meer nodig. Natuurlijk zijn actief zijn en tussen de mensen zijn belangrijke troeven tegen eenzaamheid. Maar enkel als de activiteit ook als zinvol beleefd wordt en de contacten ook als echte ontmoetingen. Niet alleen elkaar horen of zien maar in dat contact ook toekomen aan wat het hart echt beroert, mogen delen in elkaars dromen en plannen, maar ook in elkaars twijfels en pijn. Ontmoeting vraagt aandacht en aanwezigheid. Ze vraagt tijd om woorden te laten komen. Voor de dingen van het hart en de noden van de ziel zijn de woorden schaars en arm. De eenzaamheid van ouderen heeft vaak te maken met zich niet meer gehoord en begrepen voelen in de meestal goedbedoelde, maar o zo vluchtige en oppervlakkige contacten met de jongere generatie. Er is bij ouderen ook een schroom om die jongeren met hun gevoelens en vragen te belasten. Zo groeit een stille verwijdering, een vereenzaming die inherent lijkt aan het ouder worden en – zo menen sommigen – uiteindelijk ook heilzaam is. Aanwezigheid en tederheid zijn broodnodig Het lijkt mij gevaarlijk de eenzaamheid te snel te spiritualiseren. Mensen hebben 19
andere mensen nodig, zo nodig als brood! Zoals noch eten noch drinken een antwoord kunnen zijn op een tekort aan genegenheid, zo kan ook God niet de leegte vullen na het overlijden van een geliefde. Henriette Roland Holst – van der Schalk verwoordde dit op haar manier ontroerend mooi: Ik weet dat zeker, zo de dood niet is vernietiging, maar overgang, aleer ik verder streve in een wijder sfeer mijn hart zich laven zal van lang gemis en voelen ’t blij hervinden na de scheiding en de vertrouwdheid en de koestering en daarom is voor mij licht-neveling om het uur van de donkere over-glijding. De nood aan de andere is geen afgeleide nood maar een eigensoortig verlangen. Mensen hebben nood aan iemand zien en gezien worden, aan aangesproken worden en zelf mogen spreken, aan kunnen strelen en gestreeld worden, aan geliefd zijn en kunnen liefhebben. Dat is een diepmenselijke ervaring die ook vanuit de wetenschap en de antropologie wordt bevestigd. In het scheppingsverhaal is er die mooie passage waarin God merkt dat Adam in de tuin van Eden toch niet heel gelukkig is totdat hij Eva ontmoet, vlees van zijn vlees … En God zag dat het goed was … De eenzaamheid van vele mensen van alle leeftijden, niet in het minst van ouderen vandaag, moet ons aller zorg zijn. Laat ons een samenleving bouwen waarin ouderen betrokken kunnen en mogen blijven bij het grote gebeuren en niet opgeborgen worden of uit beeld gaan omdat zij stille en kwetsbare mensen geworden zijn. Laat ons niet blijven steken in oppervlakkige activiteiten en vluchtige contacten, maar doorstoten naar het hart van medemensen, vaak zonder woorden, met tederheid en authentieke aanwezigheid. Laat ons bij het ouder worden niet afglijden naar een egocentrisch afwachten of anderen ons komen opzoeken, maar zelf blijven 20
anderen tegemoet treden, gevoelig voor het appel dat van hen uitgaat. Laat ons steeds minder bezig zijn met wat wij van het leven kunnen krijgen, zegt A. Heschel, en steeds meer met wat wij aan het leven kunnen bieden. De eenzaamheid als spirituele weg Eenzaamheid is een pijn die kan verlicht worden door begripsvolle nabijheid. Maar eenzaamheid kan nooit helemaal weggewerkt worden. Ze behoort tot ons menselijk bestaan op elke leeftijd. Altijd weer voelt de mens zich op zichzelf teruggeworpen, altijd weer hunkert het hart naar diepere eenheid. Meestal wordt dit verlangen weggeduwd onder drukke activiteit of vlucht naar buiten. Toch is er geen andere weg naar echte levensvervulling dan die existentiële eenzaamheid toe te laten en te leren dragen. Hoe ouder je wordt, hoe meer dit een ontwikkelingstaak wordt. Die diepe eenzaamheid wordt de motor achter het zoeken van de weg naar binnen, de weg naar die ene Andere die wel een antwoord bieden kan. Nu is die ene andere niet meer de jongen of het meisje van mijn dromen, maar het levensmysterie dat wij God noemen. “Onrustig is mijn hart”, zegt Augustinus, “totdat het rust in U.” Die Aanwezigheid ervaren is wat monniken vroeger zochten in de woestijn of vandaag zoeken in de stilte van het contemplatieve leven. Die Aanwezigheid kunnen ook ouderen ontdekken in hun soms gedwongen eenzaamheid. De weg naar binnen – een weg die om afzondering vraagt – is een kostbare weg. Hij laat je eindelijk toekomen aan wie je echt bent, aan de gevoelens, gedachten en herinneringen die je innerlijke wereld bevolken. Er is geen nood meer noch een noodzaak om je in de buitenwereld te bewijzen. Je mag gewoon zijn wie je ten diepste bent. Je hebt ook genoeg aan de vreugde van de gewone dingen, aan de
21
vrijheid om te zeggen waar het voor jou op aankomt. Het urenlang mijmeren hoeft dus niet altijd verveling te zijn. Het kan evenzeer een stil verwijlen zijn bij het wonder van het leven dat stilaan zijn geheim openbaart. Het is moeilijk om hiervoor woorden te vinden. De dichter Timmermans reikt er ons aan. “En luister nu, hoe alle dingen zingen, en alles zingend in elkaar vervliet, de mensen en de dingen, de vreugd, het kwaad en het verdriet, lijk duizend schoon akkoorden van een en ’t zelfde lied! O zalig uur, waarop de ziel, gerijpt van zangen , zonder beeld of woorden, Gods wil begrijpt! Ook kardinaal Suenens spreekt van die ervaring in zijn memoires: “Het zien versmelten van heden, verleden en toekomst in de eeuwigheid van God, die ten volle ‘aanwezig’ is. Ik voel sterk de actualiteit van het verleden dat ik in mij draag – de actualiteit van de mirabilia van God voor mij – de actualiteit van elke etappe van het verleden. Ik voel dat mijn heden gevoed
wordt door dit alles, dat het leven krijgt door de werkzame tederheid van God. Ik voel ook dat de toekomst reeds daar is, dat de eeuwigheid een aanvang genomen heeft ...” (p.291) . Eenzaamheid is als de woestijn, een desolate plek van verlatenheid en nood maar ook de plek waar God spreekt tot het hart van de mens, niet met veel gedruis, maar als een zachte bries … Eenzaamheid laat je toe en nodigt je uit naar binnen te keren. Dit leidt geenszins tot isolement maar verbindt je met alles en allen. Gerotranscendentie noemen gerontologen deze levenshouding. Op elk moment en in je beperkte levensruimte draag je als oudere de wereld en de mensen in je hart. Maar ze verstoren je niet meer. Je blijft doorheen alles één en geborgen, rustend in jezelf, rustend in God. Ria Grommen Ria Grommen is lid van de redactie AdemTocht en schreef o.m. samen met Marc Desmet Moe van het moeten kiezen. Op zoek naar een spiritualiteit van de zelfbeschikking.
VRAGEN TER BESPREKING 1. Wat heeft je geraakt in deze tekst? 2. Wat heb je herkend? Wat was nieuw voor je? 3. Vergroot onze manier van denken en leven vandaag de eenzaamheid van de ouderen? 4. Wat kan onze groep van Adem-Tocht doen om eenzaamheid te zien en erop in te spelen? 5. Ervaar ik ook kracht in het alleen zijn?
22