Een uitgave van de CliP-Pers
8 Gemengd zwemmen De stem van cliënten Wwb in gecombineerde raden
Jetske de Jong Wilma Kuiper Ger Ramaekers
Beleefde bejegening
Gemengd zwemmen
De stem van cliënten Wwb in gecombineerde raden
Jetske de Jong Wilma Kuiper Ger Ramaekers
Een uitgave van de CliP-Pers
CliP-Per • 8
Colofon Uitgave van Stichting CliP • Utrecht, april 2010 Gemengd zwemmen De stem van cliënten Wwb in gecombineerde raden ISBN/EAN: 978-90-78353-10-2
Samenstelling Deze publicatie is samengesteld door Jetske de Jong, Wilma Kuiper en Ger Ramaekers.
Vormgeving en druk ARTs Now design • Nathalie Arts • Maastricht Drukkerij Pasklaar • Sittard
Illustraties Stef Ringoot • Lelystad
Bestellen De publicatie kan worden besteld door h 5,00 over te maken op rekeningnummer 4270067 ten name van Stichting CliP onder vermelding van CliPPer 8 ‘Gemengd zwemmen´ en uw adresgegevens*. Prijzen inclusief porto: 5 exemplaren h 22,50 en 10 exemplaren h 40,00. * adresgegevens vermelden ivm toesturen!
Gemengd zwemmen
Deze CliPPer is tot stand gekomen met dank aan:
Liesbeth Anderson Cliëntenraad Drechtsteden Gerrit Azink WMO-raad Lochem Wim Beukelman Cliënten Adviesraad Hardenberg Frouwke de Boer Participatieraad Leidschendam-Voorburg Kees Elzinga Wsw-raad GR Fryslân West Jaap Gouwens Cliëntenraad Nieuwerkerk aan de IJssel Hugo Hazeweijer Kennisadviesteam Sociale Zaken Amstelveen Wim Hijink Overlegorgaan Belangenbehartiging Dronten Raf Janssen Gemeente Peel en Maas Rukize Kesmer Stichting CliP Trix van Kuilenburg Cliëntenraad sociale zaken Hoogeveen Maris van Leeuwen Cliëntenraad Houten Cees Meijer Cliëntenraad Noord Oost Polder Eltjo Meijer Cliëntenraad SoZa Leiden Else Roetering Landelijke Cliëntenraad Lubbert Schenk Cliëntenvertegenwoordiging Werkplein Zwolle Arie van der Staaij Cliëntenraad Veenendaal Jan Timmermann Divosa Ton de Weerd Cliëntenplatform Rhenen Bert Willemsen Cliëntenraad Eindhoven
en alle deelnemers aan de werkgroepen ‘brede raden’ op de vijf Alliantiedagen in 2009
CliP-Per • 8
8
Inhoud
5
Gemengd zwemmen
Colofon 6
Voorwoord
8
Samenvatting
11
Inleiding
15
1. Samenvoegingen
15
1.1 Cliëntenraden samengevoegd door de gemeente
17
1.2 Cliëntenraden die een taak erbij krijgen
22
1.3 Vrijwillige samenvoeging
23
1.4 Uiteindelijk geen samenvoeging
23
1.5 Samenvatting
25
2. Aandachtspunten bij fusies, samenwerking en samenvoegingen
25
2.1 Cliëntenparticipatie
26
2.2 Aandachtspunten bij fusies
27
2.3 Conclusies
29
3. Kansen en bedreigingen bij gecombineerde cliëntenraden
29
3.1 Kansen bij gecombineerde raden
30
3.2 Bedreigingen bij gecombineerde raden
31
3.3 Conclusies
33
4. Aandachtspunten bij het samenvoegen van cliëntenraden
36
Literatuurlijst
37
Bijlage 1. Wettelijke basis van cliëntenparticipatie bij de verschillende wetten die op lokaal niveau worden uitgevoerd
41
Bijlage 2. Regionale samenwerking in cliëntenparticipatie
44
Noten
6
CliP-Per • 8
Voorwoord Bij de titel ‘Gemengd zwemmen’ denk je niet direct aan gecombineerde cliëntenraden. Toch was het die titel die bij ons bleef hangen. Als je als Wwb-raad samengevoegd wordt met bijvoorbeeld een Wmo-raad, lijkt het soms een kwestie van zwemmen of verzuipen. Wij kiezen voor zwemmen. De ontwikkelingen op het terrein van de sociale zekerheid – maatwerk, de cliënt centraal, de 1 loket gedachte en geïntegreerde dienstverlening – leren dat het vanaf nu en in de toekomst toch heel vaak ‘gemengd zwemmen’ zal zijn. De oorsprong van deze CliPPer ligt in de vragen die we kregen van cliëntenraden: ‘De gemeente wil ons laten samengaan met de Wmo-raad. Is dat een goede zaak?’ of ‘We krijgen de Wsw erbij. Hoe doen we dat?’ De vragen zijn eenvoudiger dan het antwoord erop. Tijdens de Alliantiedagen in 2009 hebben veel cliëntenraadsleden hun ervaringen en zorgen met ons gedeeld over het samengaan van cliëntenraden in ‘brede raden’. Er ontvouwde zich een scala aan mogelijkheden hoe gecombineerde of brede raden vorm krijgen. Daar doorheen speelde eigenlijk ook de vraag: wat verstaan we dan onder goede cliëntenparticipatie?. Daarmee dijde het onderwerp nog verder uit. Vanwege de omvang van dat onderwerp hebben we besloten ons te beperken tot de vraag waar je op moet letten als je als cliëntenraad geconfronteerd wordt met de wens tot het samenvoegen van raden. De uiteindelijke vorm is afhankelijk van de lokale situatie en de lokale mensen. Er is daarin geen ‘goed’ of ‘fout’. Het gaat wel om de ruimte die er is en in hoeverre die genomen wordt.
Gemengd zwemmen
7
Deze CliPPer gaat in op de context van het samengaan van cliëntenraden, geeft voorbeelden uit de praktijk, waarschuwingen uit de theorie, benoemt kansen en bedreigingen en besluit met een aantal aandachtspunten. Het is van belang om je als cliëntenraad bewust te zijn dat je eigen belangen en opvattingen ertoe doen: wees erbij, praat op tijd mee en neem stelling. Betrokken zijn bij het proces en gehoord worden op de inhoud reiken verder dan het belang van de cliëntenraad als organisatie. De ontwikkelingen staan niet stil en ons denken over cliëntenparticipatie evenmin. Andere of aanvullende vormen zijn nodig om de ontwikkelingen bij te benen en de invloed van cliëntenparticipatie overeind te houden. We hebben -terecht of onterecht- nogal eens last van koudwatervrees om in het diepe te springen. We hopen u met deze CliPPer in ieder geval een zwembandje toe te werpen! We wensen u veel succes met uw werk!
Wilma Kuiper directeur Stichting CliP
8
CliP-Per • 8
Samenvatting | toelichting op de inhoud
Tijdens de afgelopen jaren zijn in veel gemeenten cliëntenraden samengevoegd of is het takenpakket van cliëntenraden verbreed. Als redenen tot samenvoeging worden genoemd: • De gemeente wil één aanspreekpunt • De cliëntenraad Wwb functioneert niet goed • Er zijn te weinig mensen voor aparte raden • Men zoekt versterking: meer deskundigheid en meer vaardigheden in een raad • Er is overlap in doelgroep(en) of de wetgeving is verwant Er is een aantal ontwikkelingen die de verbreding van het werkterrein van cliëntenraden veroorzaakt. De decentralisatie van de sociale zekerheid zorgt ervoor dat gemeenten op zoek gaan naar samenwerking. Door de verplichting tot het inhoud geven aan cliëntenparticipatie bij elke (nieuwe) sociale zekerheidswet, willen gemeenten het aantal cliëntenraden beperken. Daarnaast spelen de roep om vereenvoudiging van regelingen en de wens om steeds meer tot integraal beleid en integrale dienstverlening te komen ook nog een rol. De centrale vraag in deze CliPPer is: Waar moet een cliëntenraad Wwb op letten bij samenvoeging met andere cliëntenraden? De belangrijkste ervaringen uit de praktijk van cliëntenraden zijn: • De gemeente faciliteert één grote participatieraad beter dan de kleinere adviesraden daarvoor. • De vraag is of een overkoepelende participatieraad meerwaarde heeft, als er deelraden blijven bestaan. • Aandacht voor Wsw of WIJ blijkt geheel afhankelijk van de inbreng van de persoon die daarvoor zitting heeft in de raad. • Door het samenvoegen van deelterreinen komen er veel onder werpen op de agenda. Daardoor kunnen onderwerpen minder aandacht krijgen.
9
Gemengd zwemmen
Volgens CliP is het belangrijk dat de cliëntenraad in zijn geheel verantwoordelijk is voor het totale terrein waarover geadviseerd wordt. Dit kan en mag niet in handen van enkele vertegenwoordigers worden gelegd. De bedreigingen die cliëntenraden zien bij gecombineerde raden gelden in het algemeen voor de kwetsbaarste groep. Zo zien de Wwb-raadsleden zich ondersneeuwen bij de Wmo-raad, maar de Wsw-raadsleden vrezen ondersneeuwen bij de Wwb-raad. Tijdens het proces van samenvoegen moet er voldoende tijd en aandacht zijn voor dat fusieproces. Maar het gaat er eigenlijk om dat cliëntenraden hun taak (kunnen blijven) uitvoeren. Dat kan niet zonder extra tijdsinvesteringen. Dan delft of een succesvolle fusie het onderspit of de reguliere werkzaamheden van de cliëntenraad. De lessen die we uit de literatuur over fusies kunnen leren als cliëntenraden zijn: • Neem de tijd • Maak werkwijze en cultuur van de organisaties bespreekbaar en kom tot een werkwijze die voor iedereen aanvaardbaar is • Bouw aan onderling vertrouwen • Bouw aan gezamenlijke doelstellingen (wekt ook onderling vertrouwen) • Evalueer regelmatig Het belangrijkste advies is: blijf erbij. Wees bij alle gesprekken en wees ook echt een gesprekspartner. Bereid je voor, weet wat je wilt en praat daar intern over. Dan is de kans het grootste dat je bij alle stappen een bewuste keuze maakt.
10
CliP-Per • 8
Gemengd zwemmen
11
Inleiding Veel cliëntenraden zijn de afgelopen tijd geconfronteerd met een verbreding van hun werkterrein. Cliëntenraden Wwb (Wet werk en bijstand) gingen op in de adviesraad Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning). Andere cliëntenraden Wwb gingen ook de cliëntenparti-cipatie Wsw (Wet sociale werkvoorziening) erbij doen. En veel cliëntenraden Wwb nemen de cliëntenparticipatie voor de WIJ (Wet investeren in jongeren) voor hun rekening.
Aanleiding De verbreding van het werkterrein van cliëntenraden hangt samen met een aantal inhoudelijke en praktische ontwikkelingen. Cliëntenraden zijn op zoek naar hun positie: Moeten we samengaan met de Wmo-raad? Is het wel verstandig om mee te werken aan het samenvoegen van alle adviesraden zoals de gemeente wil? Wat moeten we doen en hoe moeten we ons opstellen in de discussie? Dit soort vragen vanuit het veld waren de aanleiding om deze CliPPer te schrijven.
Ontwikkelingen in de sociale zekerheid Er is een aantal ontwikkelingen die de verbreding van het werkterrein van cliëntenraden veroorzaakt: a De decentralisatie van de sociale zekerheid b. Wetten verplichten tot cliëntenparticipatie c. Steeds meer integraal beleid en integrale dienstverlening d. Roep om vereenvoudiging van regelingen e. Overwegingen van meer praktische aard
a. Decentralisatie van de sociale zekerheid De lokale overheid krijgt door decentralisatie van wetten steeds meer de verantwoordelijkheid voor de vormgeving en uitvoering van sociale wetgeving. Dat betreft de sociale zekerheidswetgeving zoals de Wwb (2004), de herziening van de Wsw (2008) en de WIJ (2009). De Wmo (2007) is geen sociale zekerheidswet, die gaat over maatschappelijke participatie. Al deze wetten zijn kaderwetten. Het rijk bepaalt het kader en de gemeente legt in verordeningen de wijze vast waarop ze dat wil invullen. In bijlage 1 is een overzicht opgenomen van de wettelijke basis van cliëntenparticipatie bij de verschillende wetten.
12
CliP-Per • 8
b. Cliëntenparticipatie Eén van de zaken die in elk van deze kaderwetten terugkomt is de verplichting om direct betrokkenen bij de vormgeving van het beleid en bij de uitvoering ervan te betrekken: de cliëntenparticipatie. Bij de invoering van de Wwb en de Wmo zetten gemeenten zich vooral in om cliëntenraden te vormen. Bij de herziening van de Wsw wordt op sommige plaatsen deze cliëntenparticipatie toegevoegd aan het werkterrein van de cliëntenraad Wwb. Bij de invoering van de WIJ in 2009 zien we dat het overgrote deel van de cliëntenraden Wwb deze wet ‘erbij’ krijgt.
c. Integraal beleid en integrale dienstverlening Veel gemeenten – en burgers – willen een integraal sociaal beleid en integrale dienstverlening. De vragen van de burger moeten uitgangspunt zijn en niet de afzonderlijke wet- en regelgeving. ‘De cliënt centraal’ is het motto. Het is immers ergerlijk als een en dezelfde burger voor twee of drie verschillende zaken die met elkaar te maken hebben elke keer naar een ander loket moet. Dat betekent dat schotten tussen regelingen en wetten, en ook tussen gemeentelijke afdelingen minder moeten worden. Een veel voorkomende wijze waarop in de praktijk door gemeenten aan die ontschotting gewerkt wordt, is het vormen van één loket voor burgers. Vragen rond zorg en inkomen(sondersteuning) kunnen gesteld worden aan het Wmo-loket. Soms krijgen die loketten een andere naam: Kanspunt, Maatschappelijk Steunpunt (MAST) of Lokaal Loket. Het voeren van integraal beleid door gemeenten wordt ook gestimuleerd door het rijk. Een voorbeeld daarvan is de invoering van de Wet Participatiebudget in 2009. Met het participatiebudget worden de gemeentelijke middelen voor re-integratie (het Wwb-werkdeel), inburgering en volwasseneneducatie gebundeld in één specifieke uitkering voor gemeenten. Gemeenten kunnen met het participatiebudget re-integratievoorzieningen, inburgeringsvoorzieningen, educatieopleidingen en combinaties van deze voorzieningen financieren voor een brede doelgroep van iedereen van 18 jaar en ouder.
•1•
Er is één pot met geld met de bedoeling om mensen beter van dienst te kunnen zijn. Een andere ontwikkeling op het terrein van steeds verdergaande integrale dienstverlening is de vorming van de Werkpleinen. Dat is de samenwerking van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) en de gemeenten in de dienstverlening op het terrein van werk en inkomen. Ook hier geldt een wettelijke verplichting tot cliëntenparticipatie. Dat gaat vooral om samenwerking tussen een districtsraad UWV en één of meer lokale cliëntenraden. Het gaat hier dus niet om samenvoeging van cliëntenraden. In bijlage 2 (punt 5) wordt hier aandacht aan besteed.
Gemengd zwemmen
13
Recentelijk wordt als extra argument voor integraal werken de aangekondigde bezuinigingen aangevoerd. Als er minder middelen zijn zullen die noodzakelijkerwijs dwingen tot meer integraal werken: minder ambtenaren moeten dan meer (verschillende) taken uitvoeren. Bij integraal beleid is advisering over de grenzen van die ene wet gewenst. Cliëntenparticipatie die strak langs de lijnen van de verschillende regelingen georganiseerd is, past daar niet bij. Het samenvoegen van cliëntenraden juist wel. In ieder geval voor gemeenten. Hier ligt ook een uitdaging om te zoeken naar alternatieve vormen, naast (of voorbij?) de vorm van een raad.
d. Vereenvoudiging van regelingen Er wordt met een bepaalde regelmaat nagedacht over het vereenvoudigen van uitkeringen en regelingen. Zo roept Divosa in maart 2010 op tot het nadenken over één regeling in plaats van de Wwb, Wsw en Wajong. Ook politieke partijen en de Baliegroep organiseren discussies over de herziening van de verzorgingsstaat. Het moet eenvoudiger en eenduidiger. Rond de Wsw en sociale werkplaatsen wordt ook ingezet op het uiteindelijk opheffen van speciale werkplekken. Men richt zich meer op begeleid werken bij reguliere bedrijven en organisaties. Daarmee valt de grond onder aparte regelingen weg en zal er meer gekoerst worden op integrale regelingen.
e. Overwegingen van meer praktische aard Er zijn ook praktische redenen om cliëntenraden samen te voegen. Als er meer cliëntenraden zijn, kunnen gemeenten belang hebben bij één aanspreekpunt voor sociaal beleid. Het scheelt tijd van ambtenaren en daarmee geld. Ook kan het functioneren van de cliëntenraad in sommige gevallen ter discussie staan, zowel bij de gemeente als bij de cliëntenraad zelf. Het vinden van cliëntleden voor een cliëntenraad kost vaak veel moeite. Aan de andere kant komt het ook voor dat mensen in meer dan één adviesraad zitting hebben. Die hebben dus eigenlijk al overleg (met de wethouder) over verschillende onderwerpen. Financiële argumenten (crisis, bezuinigingen) zullen zeker worden genoemd bij voorstellen tot samenvoeging.
Vraagstelling Deze ontwikkelingen dwingen cliëntenraden om na te denken over hun toekomst. Er komen steeds meer cliëntenraden die verschillende beleidsterreinen onder hun hoede hebben. En de samenvoeging van cliëntenraden tot één grote gemeentelijke raad is al regelmatig aan de orde. Cliëntenraden zullen zich eveneens af moeten vragen of zij de ontwikkelingen afwachten en pas handelen op het moment dat dit onderwerp zich voordoet. Of willen ze hierin zelf initiatief nemen en stappen zetten op weg naar een nauwere samenwerking?
14
CliP-Per • 8
Het is tijd om na te denken over hoe we de stem van de cliënten kunnen laten klinken, als lokale cliëntenraden een breder werkterrein hebben. En vooral, wat is nodig om cliëntenparticipatie Wwb in die samengevoegde raden of brede raden inhoud te geven. In deze CliPPer staat de vraag waar een cliëntenraad Wwb bij samenvoeging met andere cliëntenraden op moet letten centraal.
We beperken ons in deze CliPPer tot cliëntenraden die samengevoegd worden en tot cliëntenraden die door verbreding van het takenpakket hun gemeente adviseren over meer dan één wet. In deze CliPPer is er geen eindoordeel of een bepaalde vorm van samenvoeging of cliëntenparticipatie ‘goed’ of ‘fout’ is. Wel van belang is of de cliëntenraad naar het oordeel van alle partijen al dan niet goed functioneert.
15
Gemengd zwemmen
Hoofdstuk 1
Samenvoegingen Vaak voegt de gemeente cliëntenraden samen
of verzoekt hen om een ander beleidsterrein erbij te doen. We geven een aantal voorbeelden van cliëntenraden die adviseren op meer dan één beleidsterrein. De ervaringen van die cliëntenraden staan in dit hoofdstuk centraal.
1.1 Cliëntenraden samengevoegd door de gemeente Participatieraad voor alle sociale wetgeving In sommige gemeenten is er één participatieraad die de cliëntenparticipatie van het hele sociale beleid bestrijkt. Vaak wordt dan met deelraden gewerkt waarin toegewezen onderwerpen worden voorbereid. Dat heeft als voordeel dat het werkterrein niet al te breed wordt en dat leden zich kunnen verdiepen en specialiseren in het eigen terrein. Zo blijft er aandacht voor de Wwb en kan de ervaringsdeskundigheid van de cliënten goed benut worden in de deelraden. Een voorbeeld hiervan is de gemeente Leidschendam-Voorburg waar één participatieraad is gevormd.
Leidschendam-Voorburg De gemeente Leidschendam-Voorburg kent sinds 2008 een participatieraad die adviseert op het hele scala van sociale wetgeving en minimabeleid en de velden van de Wmo op lokaal niveau. Er wordt gewerkt met twee deelraden: één voor sociale zaken en één voor maatschappelijke ondersteuning. Het college van Burgemeester en Wethouders en de gemeenteraad gaven de voorkeur aan één raad die hen adviseerde. Men wilde niet meer van alle kanten adviezen: één participatieraad vond men veel handiger. De vorming van deelraden was een compromis. De bestaande adviesraden in Leidschendam-Voorburg voelden niets voor één grote participatieraad. Het instellen van deelraden kwam tegemoet aan de bezwaren van deze adviesgroepen. De deelraden hebben een eigen adviesbevoegdheid en kunnen zelf de wethouder uitnodigen voor overleg.
16
CliP-Per • 8
Onderwerpen die breder zijn dan één van deze terreinen, worden in de gehele participatieraad besproken, zoals de gemeentelijk woningnota en het veiligheidsbeleid. De onafhankelijk voorzitter zit zowel de participatieraad als beide deelraden voor. Dit is een zware taak voor de voorzitter. Nu, na twee jaar, wordt de participatieraad geëvalueerd. Een belangrijke constatering is dat de deelraden erg zelfstandig functioneren. Het meeste werk wordt in de deelraden gedaan. Eigenlijk voegt de participatieraad daar weinig aan toe. Als prettig wordt ervaren dat de participatieraad goede faciliteiten heeft, zoals ondersteuning voor 24 uur per week en een eigen locatie. Dat hadden de voorlopers, de ‘kleine’ adviesraden, niet.
Wmo en Wwb Een andere veel voorkomende vorm van samenvoeging is die van Wmo en Wwb. Volgens de enquête gehouden in opdracht van het Landelijk overleg cliëntenraden Sociale Zekerheid (LocSZ) heeft ruim 15% van de gemeenten plannen om de cliëntenraad Wwb en Wmo-raad samen te voegen. Driekwart daarvan wil één algemene adviesraad en een kwart wil dat de cliëntenraad een werkgroep wordt van de Wmo-raad. •2• In de praktijk zien we vaak dat de cliëntenraad Wwb opgaat in de Wmo-raad. De cliëntenraad Wwb wordt opgeheven en in de Wmo-raad worden één of meer zetels gereserveerd voor de Wwb. Het geheel gaat verder onder de naam Wmo-raad. Dat gebeurde bijvoorbeeld in Lochem en de Noordoostpolder.
Lochem Als de gemeente Lochem in 2008, mede naar aanleiding van het advies van het Cliëntenplatform Lochum (CPL) het minimabeleid heeft vastgesteld, wordt in intensief overleg met de net geïnstalleerde Wmo-raad het cliëntenplatform opgeheven. Het college heeft de wens uitgesproken om de participatie van inwoners van de gemeente Lochem die te maken hebben met de Wmo en de Wwb onder te brengen bij één adviesorgaan: de Wmo-raad. Eén lid van het CPL heeft zitting in de Wmo-raad. De Wmo-raad heeft wat meer body en faciliteiten om activiteiten te organiseren die ook betrekking hebben op minimabeleid. Een verklaring voor het succes kan ook zijn dat Wwb en Wmo aandachtsgebieden zijn van één en dezelfde wethouder. Aandachtspunt blijft om armoedebeleid specifiek op de agenda van de Wmoraad en de gemeenteraad te houden.
Gemengd zwemmen
17
Noordoostpolder De gemeente Noordoostpolder is van mening dat de cliëntenraad Wwb te weinig vernieuwend is en teveel aan individuele belangenbehartiging doet. Eind 2009 hakte de wethouder de knoop door: de cliëntenraad Wwb werd opgeheven en 2 zetels in de Wmo-raad zijn bestemd voor mensen uit de sociale zekerheid (Wwb-zetels). De Wwb-raad vond de kritiek van de gemeente niet terecht: de individuele belangenbehartiging van de cliëntenraad is historisch gegroeid. Uit de individuele belangenbehartiging haalt de Wwb raad signalen om gemeentelijk beleid te kunnen beïnvloeden. Ze willen graag doorgaan met hun werk en hebben het gevoel de 400 mensen die zij op jaarbasis konden helpen in de steek te laten. De gemeente zette echter het subsidie voor de Cliëntenraad Noordoostpolder stop en verwees de mensen naar het spreekuur van het welzijnswerk.
1.2 Cliëntenraden die een taak erbij krijgen
In de afgelopen jaren werd in verschillende gemeenten het takenpakket van cliëntenraden Wwb verbreed. Er werd een wet of regeling aan hun takenpakket toegevoegd. Een recent voorbeeld hiervan is de WIJ. Maar al eerder werd de cliëntenparticipatie Wsw in gemeenten toegevoegd aan de cliëntenraad Wwb.
Wwb en Wsw Sinds de wijziging van de Wsw in 2008 moet er bij de sociale werkvoorziening ook iets gedaan worden aan cliëntenparticipatie. Bijna 14% van de gemeentelijke cliëntenraden Wwb is samengevoegd met de Wsw-raad. Bij regionale cliëntenraden komt dat nog vaker voor: bij 18%, naar eigen zeggen van deze raden. •3•
Houten De gemeente Houten voert de Wsw zelf uit. Met andere woorden, er is geen gemeenschappelijke regeling voor de Wsw. Wel is er contact met SW-bedrijven in de regio. Er is maar een beperkt aantal Wsw-ers in Houten, volgens de gemeente te weinig voor een aparte Wsw-raad. Daarom is de cliëntenraad Wwb gevraagd de cliëntenparticipatie Wsw te doen. Afgesproken werd dat er twee zetels in de cliëntenraad kwamen voor de Wsw. De cliëntenraad vindt dat in ieder geval één zetel bezet moet worden door iemand die Wsw-ge-indiceerd is. Op die manier is in ieder geval één persoon met ervaring en zijn er via deze persoon mogelijkheden voor contact met de achterban. De tweede zetel mag eventueel ingenomen worden door iemand die op een andere manier betrokken is bij de Wsw. Bij voorkeur heeft men twee Wsw-ge-indiceerden.
18
CliP-Per • 8
De bezetting is een probleem in Houten. Op dit moment is slechts 1 zetel voor de Wsw-er bezet. Die wordt ingenomen door iemand die in een opvanghuis werkt, waar ook mensen met een Wsw-indicatie zitten. Hij is zich nu aan het inwerken. Eerder zijn er al een paar mensen geweest voor de Wsw, maar die zijn na korte tijd weer afgehaakt. Omdat het cliëntenraadswerk te moeilijk was en daardoor te zwaar in combinatie met hun psychische handicap. De tweede reden was praktisch: het moeilijk vrijaf kunnen krijgen voor cliëntenraadswerk van de sociale werkplaatsen Utrecht en Zeist. In Houten is het zo geregeld dat de persoon die er voor de Wsw zit, niet hoeft mee te werken aan de Wwb cliëntenparticipatie. De Wsw wordt geagendeerd aan het begin van de vergadering. De bedoeling is dat de Wsw-mensen daarvoor punten inbrengen. Tot nu toe is er weinig besproken omdat de persoon die voor de Wsw in de raad zit zich nog aan het inwerken is.
Gemengd zwemmen
19
Hoogeveen In de gemeente Hoogeveen zijn er in de Cliëntenraad Sociale Zekerheid twee zetels voor vertegenwoordigers uit de Wsw. De cliëntenraad Wwb is akkoord gegaan met uitbreiding van het takenpakket op voorwaarde dat de gemeente de vertegenwoordigers Wsw zou zoeken. De omringende gemeenten van Hoogeveen, waarmee de Wsw wordt uitgevoerd, wilden geen regionale Wsw-raad. De gemeente Hoogeveen voelde weinig voor nog een adviesraad, vandaar dat de Cliëntenraad Sociale Zekerheid gevraagd is om de cliëntenparticipatie Wsw erbij te doen. Op elke vergadering van de Cliëntenraad Sociale Zekerheid wordt gevraagd of er mededelingen vanuit de achterban Wsw zijn. De ervaringen tot nu toe zijn positief. Jammer genoeg wordt er maar één Wsw-zetel bezet. Men hoopt dat er een tweede komt. De vertegenwoordiger vanuit de Wsw heeft een goede inbreng. De voorzitter van de cliëntenraad is van mening dat daarin meespeelt dat de Wsw-vertegenwoordiger ook echt werkzaam is bij het sociale werkbedrijf. Hij is geen vertegenwoordiger van een belangenorganisatie. Daardoor weet hij wat er speelt op SW-bedrijven en in de achterban.
Wwb en WIJ In veel gemeenten is de cliëntenparticipatie van de WIJ in handen gelegd van de cliëntenraad Wwb. Het belangrijkste argument dat genoemd wordt, is dat de WIJ een soort voorloper is van de Wwb, voor jongeren van 18 tot 27 jaar. Tegelijkertijd zien gemeenten dat aparte cliëntenparticipatie onder jongeren niet van de grond komt. En dan vragen ze de Wwb-raad om de WIJ ‘erbij’ te doen. Dat de WIJ een ander uitgangspunt heeft (recht op een werk-leeraanbod in plaats van recht op bijstand) en dat de jongeren vertegenwoordigd worden door grotendeels oudere burgers, wordt voor lief genomen. Hoe hebben cliëntenraden dat opgepakt en wat zijn de ervaringen? In veel gemeenten is de WIJ een nieuwe taak voor de cliëntenraad Wwb. Dat verandert weinig aan de samenstelling van die cliëntenraad. ‘We kunnen geen jongeren vinden die in de cliëntenraad willen zitten’, wordt door gemeenten én cliëntenraden gezegd. Sommige cliëntenraden doen pogingen om deze specifieke achterban te benaderen: ze benaderen scholen, gaan naar het jongerenloket op het Werkplein of gaan naar andere vindplaatsen. Er zijn cliëntenraden die het wel lukt om een jongere te interesseren voor cliëntenparticipatie WIJ.
20
CliP-Per • 8
Hardenberg Na een oproep voor een jongere in de Cliëntenadviesraad Hardenberg (CAR) voor de WIJ is er een reactie gekomen van een 21 jarige die het wel leuk lijkt om mee te draaien in de CAR. Deze dame is wel jong, maar geen vertegenwoordiger van de groep die te maken heeft met de WIJ. Ze studeert namelijk aan een HBO-opleiding. Nu, enkele maanden later is haar belangrijkste vraag: hoe kom ik in contact met mijn achterban? Daar heeft zij, in samenspraak met enkele andere leden van de CAR, nu plannen voor gemaakt. Zij zal bijvoorbeeld contacten gaan leggen met de verschillende jeugdcentra in de gemeente. Na enkele maanden blijkt wel dat de cliëntenparticipatie WIJ geheel afhankelijk is van de inzet van de vertegenwoordiger van de jongeren.
Niet alle cliëntenraden willen cliëntenparticipatie WIJ erbij doen, bijvoorbeeld de regionale cliëntenraad Kromme Rijn Heuvelrug.
Kromme Rijn Heuvelrug De regionale cliëntenraad Kromme Rijn Heuvelrug heeft het verzoek om ook cliëntenparticipatie WIJ erbij te doen afgewezen. Ze waren van mening dat zij de belangen van jongeren niet konden behartigen. ‘Ik ben geen jongere meer en ik weet ook niet wat jongeren die in de WIJ terecht komen willen. Dus kan ik geen cliëntenparticipatie WIJ doen en de andere leden dachten daar ook zo over.’
Voor veel gemeenten is het lastig om jongeren van de WIJ te betrekken bij het beleid. Sommigen hebben daartoe een poging gedaan, geconstateerd dat het niet lukt en hebben vervolgens de cliëntenraad Wwb gevraagd om de cliëntenparticipatie WIJ op zich te nemen. Dan is in ieder geval aan de wettelijke verplichting voldaan. Er zijn ook gemeenten die de verantwoordelijkheid om jongeren te vinden delegeren aan de cliëntenraad Wwb. Het is raadzaam om bij cliëntenparticipatie WIJ ook voor andere vormen te kiezen, zoals enquêtes, cliëntenpanels en incidentele bijeenkomsten.
Wwb, Wmo en WIJ De gemeente Rhenen koos voor de combinatie Wwb en Wmo en voegde daar later de WIJ bij.
Gemengd zwemmen
21
Rhenen In de gemeente Rhenen is een cliëntenplatform dat gevraagd en ongevraagd advies geeft over Wwb, Wmo en WIJ. Het cliëntenplatform is vijf jaar geleden gestart als Cliëntenplatform Wwb. Toen was het al de bedoeling om op termijn te gaan adviseren over het brede terrein van het lokale sociaal beleid. Met de invoering van de Wmo is het zwaartepunt bij de Wmo komen te liggen en kwam de Wwb en de aandacht voor minima op de achtergrond. De advisering Wmo bracht een enorme hoeveelheid werk met zich mee. Bovendien hadden de leden meer kennis van en affiniteit met de Wmo. Men wil nu weer meer aandacht voor de Wwb. Er zijn twee werkgroepen geformeerd, één Wwb en één Wmo, zodat beide terreinen weer in beeld komen. Onlangs heeft men ook ja gezegd op het verzoek van de gemeente om de cliëntenparticipatie WIJ te verzorgen. Dat past in de lijn van het gaan adviseren op het brede terrein van het lokale sociaal beleid.
Wwb, Wmo, Wsw en WIJ Er zijn ook gemeenten die er voor gekozen hebben om de cliëntenparticipatie van alle sociale wetgeving door één cliëntenraad te laten doen. Een voorbeeld daarvan is de gemeente Dronten.
Dronten In de gemeente Dronten is er een cliëntenraad die de taak heeft om op het brede terrein van de sociale wetgeving te adviseren. Sinds 2004 is het Overlegorgaan Belangenbehartiging Dronten een formeel adviesorgaan voor de Wwb en de toenmalige Wvg. Later kwam de Wmo in plaats van de Wvg en sinds 2008 doen ze ook de Wsw. Van meet af aan was de bedoeling dat er één raad voor alle sociale wetgeving zou komen. Omdat de terreinen dicht bij elkaar liggen en zelfs overlappen. Sinds kort doet het Overlegorgaan Belangenbehartiging Dronten ook de advisering over de WIJ. De bedoeling is dat van elk beleidsterrein twee cliënten zitting hebben in het Overlegorgaan. Dus twee Wwb-cliënten, twee Wmo-cliënten, twee cliënten werkzaam in een SW-bedrijf en twee Wsw-gerechtigden die op de wachtlijst staan. Daarnaast bestaat het overleg uit een onafhankelijk voorzitter en een onafhankelijk secretaris. Jammer genoeg zijn niet alle zetels bezet: slechts één zetel voor de Wsw is bezet en verder is men op zoek naar leden voor de Wwb en de WIJ.
22
CliP-Per • 8
1.3 Vrijwillige samenvoeging
In het voorgaande ging het over samenvoegingen en uitbreiding van taken van cliëntenraden op verzoek van de gemeente. Het kan ook zijn dat cliëntenraden zelf het initiatief nemen voor het vormen van een gecombineerde raad. We noemen hier Veenendaal en Nieuwerkerk aan de IJssel.
Veenendaal De voorzitter van de Cliëntenraad Wwb Veenendaal is zich aan het oriënteren op samenwerking met de Wsw-raad en de diversiteitsraad. Hij wil de krachten bundelen. Volgens hem kunnen de (cliënten)raden elkaar versterken: samen heb je meer deskundigheid en meer mensen met vaardigheden. Zijn idee is dat de beleidsadvisering dan verbetert. Tegelijkertijd wil hij het contact met de achterban verstevigen. Dat is er nu veel te weinig in zijn ogen.
Nieuwerkerk aan de IJssel De leden van de cliëntenraad in Nieuwerkerk aan de IJssel vonden eind 2008 dat ze te weinig bereikten. Er was vanuit de gemeente alleen nog maar aandacht en geld voor de Wmo. Zou samenvoeging met de Wmo-raad uitkomst bieden? Als voordelen van het opgaan in de Wmo-raad zag men de bundeling van krachten en deskundigheden en dat men werkte met een grotere groep mensen. Bemensing van de kleine Wwb-groep was een voortdurend aandachtpunt. Men zag ook voldoende redenen om het niet te doen: meer vergaderen, een breder werkterrein en het niet meer zelf voor het zeggen hebben. Na oriëntatie en een stevige discussie is een discussienota geschreven, die is aangeboden aan de wethouder en de Wmo-adviesraad. Van de wethouder kwam weinig of geen respons. De Wmo-adviesraad reageerde positief. Men had enige aanvullingen op de discussienota en vervolgens is deze gewijzigde nota, namens beide raden naar de wethouder gestuurd. De gemeente Nieuwerkerk is sinds 1 januari 2010 samen met twee andere gemeenten gefuseerd tot Zuidplas. De cliëntenraad heeft dus nu te maken met een nieuwe situatie en sindsdien ook met twee wethouders: één voor de Wwb en één voor de Wmo. De zaak is nog niet rond, maar er wordt vooruitgang geboekt.
Gemengd zwemmen
23
1.4 Uiteindelijk geen samenvoeging
Begin 2010 stuurde de wethouder sociale zaken van de gemeente Leiden een voorstel naar de gemeenteraad om een gecombineerde cliëntenraad Wsw/Wwb te vormen. De redenering daarbij was dat de sociale zekerheidswetten op het terrein van werk en inkomen en maatschappelijke ondersteuning steeds dichter bij elkaar komen te liggen. In Leiden wilde men ‘de huidige vormgeving van cliëntenparticipatie ten aanzien van werk en inkomen (...) verbeteren’. Daarom gaf de wethouder opdracht voor een onderzoek naar de ‘ideale inrichting van cliëntenparticipatie’ in Leiden. Geconcludeerd werd dat het goed zou zijn om de Wsw-raad en cliëntenraad Wwb samen te voegen. Een zwaarwegend argument voor samenvoeging was de overlap in doelgroep. Nogal wat mensen zouden te maken hebben met zowel de Wsw en Wwb, inclusief minimabeleid. Het werkterrein van de Wmo werd te uitgebreid bevonden om samengevoegd te worden met dat van sociale zaken. •4• Tegen de trend in heeft de gemeenteraad van Leiden besloten om niet in te stemmen met dit voorstel voor samenvoeging. Het draagvlak voor samenvoeging was niet groot. Zowel de Wws-raad als de cliëntenraad waren tegen samenvoeging. Men was het niet eens met de stelling dat er een grote overlap in doelgroep zou zijn. Verder stelt de cliëntenraad Sociale Zaken en arbeidsmarktbeleid dat Wsw-ers een fundamenteel andere relatie hebben met de gemeente dan mensen met een Wwb-uitkering. Beide cliëntenraden hebben geprotesteerd tegen het voorstel. Er was uiteindelijk geen meerderheid in de gemeenteraad en nu is het voorstel van de baan.
1.5 Samenvatting
De redenen tot samenvoeging die naar voren kwamen zijn: De gemeente wil één aanspreekpunt De cliëntenraad Wwb functioneert niet goed Er zijn te weinig mensen voor aparte raden Men zoekt versterking: meer deskundigheid en meer vaardigheden in een raad De lokale sociale wetgeving heeft een overlap in doelgroep of de wetgeving is verwant
• • • • •
De belangrijkste ervaringen van cliëntenraden die zijn samengevoegd of meer dan één beleidstaak hebben: • In het geval van de twee deelraden lijkt het wel alsof er toch twee raden zijn blijven bestaan. De vraag is of de overkoepelende participatieraad een meerwaarde heeft. • De gemeente faciliteert één grote participatieraad beter (dan de kleinere adviesraden daarvoor). • Aandacht voor Wsw of WIJ blijkt geheel afhankelijk van de inbreng van de persoon die daarvoor zitting heeft in de raad. • Door het samenvoegen van twee deelterreinen komen er veel onderwerpen op de agenda. Daardoor kunnen onderwerpen minder aandacht krijgen.
24
CliP-Per • 8
Het valt op dat de verantwoordelijkheid voor een beleidsterrein, bijvoorbeeld de Wsw of de WIJ, bij de vertegenwoordiger van die groep gelegd wordt. Maar is het niet juist de bedoeling dat de hele cliëntenraad verantwoordelijk is voor advisering over het brede pakket? Het kan niet zo zijn dat cliëntenparticipatie van een beleidsterrein afhankelijk is van één of twee personen. Wel de specifieke inbreng of deskundigheid, maar cliëntenparticipatie op het totale terrein is een verantwoordelijkheid van de gehele cliëntenraad. Daarbij heeft de voorzitter ook een belangrijke rol, namelijk bewaken dat alle onderwerpen of beleidsterreinen voldoende aan bod komen. Contact met de achterbannen organiseren om informatie en signalen te krijgen is bij gecombineerde raden van enorm belang. Contact met de achterban is voor alle cliëntenraden belangrijk, maar in een gecombineerde raad nog meer. Stichting CliP vindt het belangrijk om hierbij op te merken dat de hele raad verantwoordelijk is voor het totale terrein waarover geadviseerd wordt. Dit kan en mag niet in handen van enkele vertegenwoordigers worden gelegd.
25
Gemengd zwemmen
Hoofdstuk 2.
Aandachtspunten bij fusies, samenwerking en samenvoegingen Over processen bij fusies in bedrijven en organisaties is veel geschreven. Die literatuur levert ook aandachtspunten op voor cliëntenraden die geconfronteerd worden met een proces van samengaan of samenvoegen.
Daar is nog maar weinig over geschreven. Wel is er aardig wat literatuur over fusies en daarvan kunnen ook cliëntenraden in de sociale zekerheid leren. Het samenvoegen van cliëntenraden heeft veel van een fusie. Ook cliëntenraden kunnen te maken krijgen met een ‘gedwongen fusie’, als de gemeente zo heeft beslist. Maar het komt ook voor dat cliëntenraden er vrijwillig toe besluiten. Als we kijken naar de aandachtspunten bij fusies van organisaties, moeten we natuurlijk wel in de gaten houden dat cliëntenraden geen bedrijven of organisaties zijn. Cliëntenraden hebben een specifieke taak, het behartigen van de belangen van Wwb-cliënten en het gevraagd en ongevraagd advies geven. Bovendien zijn het vrijwilligersorganisaties. Bij het gebruiken van aandachtspunten bij fusies zullen we steeds die eigenheid van cliëntenraden in acht moeten nemen. In dit hoofdstuk staan we eerst kort stil bij het doel en de taak van cliëntenraden en de eigenheid van deze cliëntenraden. Vervolgens kijken we wat er in de literatuur gezegd wordt over problemen, aandachtspunten en zaken waar je op moet letten bij fusies. Bij het vertalen naar de praktijk van cliëntenraden trekken we daar lessen uit.
2.1 Cliëntenparticipatie
Bij cliëntenparticipatie gaat het om het betrekken van cliënten bij het uitvoering van de wet. •5• Cliëntenraden hebben tot taak om het college van Burgemeester en Wethouders gevraagd en ongevraagd te adviseren over het gemeentelijk beleid en de uitvoering van een bepaalde wet. In ons geval de Wwb. Voor Stichting CliP gaat het bij cliëntenparticipatie om beleidsbeïnvloeding vanuit cliëntenperspectief. De Landelijke Cliëntenraad (LCR) schrijft in haar visiedocument: ‘cliëntenparticipatie is de beïnvloeding van beleid en uitvoering, vanuit het perspectief en de ervaringsdeskundigheid van de cliënt’. •6• Daarmee worden de elementen cliëntenperspectief en ervaringsdeskundigheid expliciet benoemd. Dat stelt eisen aan
26
CliP-Per • 8
die beïnvloeding van het beleid. Ervaringsdeskundigheid wordt in de sociale zekerheid vooral gebruikt voor het hebben van ervaring als cliënt of gebruiker. Cliëntenparticipatie door cliënten van de sociale dienst zelf en eventueel door vertegenwoordigers van cliënten. •7• Onder cliëntenperspectief verstaan we dat er uitgegaan wordt van de ervaring en het perspectief van de mensen waar het beleid op gericht is. Dat is de eerste oriëntatie voor een cliëntenraad, en niet het perspectief of de belangen van de sociale dienst, belangenorganisaties of andere deskundigen. Het gaat om het perspectief en de ervaring van de cliënten. In dat cliëntenperspectief is de afhankelijke positie van de cliënt ten opzichte van de sociale dienst een belangrijk gegeven. •8• Jij bent niet in een gelijkwaardige positie, de een is voor zijn inkomen afhankelijk van de ander. Maar je wordt wel geacht gelijkwaardig met elkaar om te gaan. Wie nooit in die afhankelijke positie heeft verkeerd, zal zich er nooit helemaal in kunnen verplaatsen wat zoiets met je doet, of kan doen. Het referentiekader van waaruit je praat en denkt verschilt erg en dat maakt communiceren en elkaar echt begrijpen moeilijk. Een ander element is armoede en sociale uitsluiting: cliënten, vooral zij die langere tijd afhankelijk zijn van de sociale dienst, hebben te weinig geld om mee te kunnen doen in de samenleving. Cliëntenraden zijn adviesorganen met de opdracht om de stem van de cliënt te laten horen bij advisering over beleid en uitvoering aan de gemeente. Bij het samenvoegen en samengaan moet er oog zijn voor de voorwaarden waaronder deze taak, onder de gewijzigde inspraakomstandigheden, goed uitgevoerd kan blijven worden.
2.2 Aandachtspunten bij fusies
Het fusieproces moet niet onderschat worden. Bij het begin van fusies in het bedrijfsleven en bij non-profit organisaties blijken er grote verwachtingen te zijn. Die worden niet vanzelf werkelijkheid, daar moet hard voor gewerkt worden. Bij fusies gaat het minimaal om een inhoudelijk en een sociaal aspect. De inhoud betreft doelen, werkplannen, prioriteiten stellen, maar ook meningen en de zienswijze van de leden van de organisatie. Bij het sociale gaat het om de intermenselijke verhoudingen: liggen mensen elkaar, kunnen ze samenwerken en is er de wil om samen iets te bereiken? De chronische onderschatting van het fusieproces, is de ondertitel van een boek over fusies in de non-profit sector. •9• En dat is ook de boodschap van de schrijver. Hij stelt dat fusies populair zijn, terwijl de kans op succes niet zo heel groot is. Het lijkt heel mooi voordat men begint. De voordelen die men dacht te behalen met de fusie, blijken vervolgens niet bewaarheid te worden. De aanpak van de fusie blijkt niet de juiste en vooral in het proces gaat het mis.
‘De wijze waarop het fusieproces verloopt en wordt gestuurd bepaalt welke meerwaarde er op termijn in de gefuseerde organisatie zal optreden.’ •10•
Gemengd zwemmen
27
Oorzaken van problemen bij samenvoeging
• Tijdsdruk
•
•
•
Vaak is de tijd om te wennen aan de beslissing tot een fusie te kort. Het accepteren van de nieuwe situatie vergt nog meer tijd. Omdat er te weinig tijd is om te wennen, en omdat men niet genoeg mag meedenken en meepraten over het proces van samenvoeging, houdt iedereen weerstand. Nieuwe structuren zijn nooit perfect De nieuwe structuur, werkwijzen en procedures zullen nooit perfect zijn en boven dien nooit naar tevredenheid van iedereen. Iedere organisatie heeft zijn eigen werkwijze Die werkwijzen zullen op elkaar afgestemd moeten worden en dat kost tijd en inzet. Iedere organisatie heeft zijn eigen cultuur. Die cultuurverschillen zijn vaak niet expliciet, maar des te meer aanwezig. Hoe vergaderen we? Hoe gaan leden met elkaar om en wat gebeurt er bij verschillen van mening? Het is moeilijk om daar van te voren afspraken over te maken, maar het is wel een belangrijk aandachtspunt bij goed samenwerken. •11•
Een belangrijke voorwaarde voor een succesvol proces is: aandacht voor de tegenstelling tussen de beide fusiepartners. Als de tegenstellingen tussen mensen, in belangen, of in de overtuiging hoe en waaraan gewerkt moet worden erg groot zijn, veroorzaakt dat grote problemen. •12• Een kernelement bij fusies is: vertrouwen. •13• Als er geen vertrouwen is, wordt het niets. Vanaf het begin moet er gewerkt worden aan het vertrouwen in de fusie en in de mensen die erbij betrokken zijn. Met twee kampen die elkaar niet vertrouwen is het slecht fuseren en (samen)werken. Regelmatig evalueren en zo mogelijk bijstellen wordt genoemd als één van de succesfactoren bij het fusieproces. •14• Want werkende weg ziet het er natuurlijk anders uit dan toen je begon. De evaluatie stimuleert de open communicatie: er is gelegenheid om stil te staan en te bespreken hoe het gaat. In de literatuur worden verschillende fases van het fusieproces genoemd en wat er in die fases gedaan zou moeten worden. In de praktijk lopen deze processen natuurlijk door elkaar. Wat we daarvan kunnen leren: maak een stappenplan en ga planmatig te werk bij de samenvoeging. Het kan heilzaam zijn om gewoon aan het werk te gaan. Als je voortdurend stilstaat bij hoe het is en was, en maar blijft praten over het hoe en wat van de samenvoeging, dan schiet je je doel ook voorbij. In het laatste hoofdstuk presenteren we een lijst met aandachtspunten.
2.3 Conclusies
Cliëntenraden hebben de taak om te adviseren over het beleid van de gemeente. Daarvoor is het nodig dat een cliëntenraad goed functioneert. Dat betekent plannen maken, adviezen opstellen, discussies voeren en goed samenwerken. Dat zijn voorwaarden om de stem van de cliënt te laten horen bij advisering aan de gemeente.
28
CliP-Per • 8
Tijdens het proces van samenvoegen moet er voldoende tijd en aandacht zijn voor dat fusieproces. Maar het gaat er eigenlijk om dat cliëntenraden hun taak (kunnen blijven) uitvoeren. Dat kan niet zonder extra tijdsinvesteringen. Dan delft of een succesvolle fusie het onderspit of de reguliere werkzaamheden van de cliëntenraad. De lessen die we uit de literatuur over fusies kunnen leren als cliëntenraden zijn: 1. Neem de tijd 2. Maak werkwijze en cultuur van de organisaties bespreekbaar en kom tot een werkwijze die voor iedereen aanvaardbaar is 3. Bouw aan onderling vertrouwen 4. Bouw aan gezamenlijke doelstellingen (wekt ook onderling vertrouwen) 5. Evalueer regelmatig De belangrijkste boodschap uit de literatuur is dat een fusieproces niet onderschat moet worden en dat het goed is om daar de tijd voor te nemen.
29
Gemengd zwemmen
Hoofdstuk 3
Kansen en bedreigingen bij gecombineerde cliëntenraden In dit hoofdstuk bekijken we de kansen en bedreigingen bij samenvoeging en bij uitbreiding van adviestaken. Daarvoor putten we uit de ervaringen van cliëntenraden. Hier geven we een overzicht van de kansen en bedreigingen die zijn geïnventariseerd en besproken tijdens de Alliantiedagen 2009 in de werkgroepen over brede cliëntenraden.
3.1 Kansen bij gecombineerde raden Het bundelen van krachten en kwaliteiten Krachten worden gebundeld in een gecombineerde raad, waardoor er betere afstemming en samenwerking tot stand komt. Als in een gecombineerde raad genoeg (ervarings)deskundigen zijn, kunnen taken gedelegeerd worden en kan men zich richten op specialismen. Er is minder menskracht nodig voor de bezetting van de gecombineerde raad. Het vinden van vrijwilligers voor dit werk kan lastig zijn. Een gecombineerde raad kan kwaliteiten bundelen door het werk samen te voegen. En er kan efficiënter gewerkt worden: er zijn maar één voorzitter, één secretaris en één penningmeester nodig. Een gecombineerde raad vertegenwoordigt een bredere achterban. Signalen kunnen daarmee van verschillende kanten komen en informatie kan breder verspreid worden.
Eén aanspreekpunt voor de gemeente Een gecombineerde raad kan optreden als hèt aanspreekpunt van de gemeente op verschillende onderwerpen die van belang zijn voor kwetsbare burgers. Doordat er een centraal aanspreekpunt is kunnen contacten met de gemeenten en politiek kortere lijnen krijgen omdat men elkaar vaker tegenkomt en over verschillende onderwerpen in gesprek is.
30
CliP-Per • 8
Integrale adviezen bij integraal beleid: de cliënt centraal! Als de gemeente integraal beleid uitvoert is het ook eenvoudiger om integrale adviezen aan te leveren. Tussen verschillende wetten bestaan raakvlakken. In één persoon kunnen zo vier wetten samenkomen. Neem de participatie van een nieuwkomer met een handicap en een laag inkomen op zoek naar een aangepaste werkplek. De reden dat het participatiebudget bij gemeenten is ingevoerd heeft te maken met die raakvlakken en de wens tot ontschotting. Zo kan het integraal benaderen van kwetsbare mensen veel meer centraal gesteld kan worden. Het mag duidelijk zijn dat deze kansen niet automatisch gegarandeerd zijn bij het samenvoegen van cliëntenraden. Veel is afhankelijk van de wijze waarop mensen samenwerken, inzet tonen en betrokken zijn bij de onderwerpen. De kansen kunnen uitwerken tot voordelen voor het cliëntenraadswerk
3.2 Bedreigingen bij gecombineerde raden
Naast de kansen wordt er ook een aantal serieuze bedreiging ervaren. Cliëntenraden ervaren één heel grote bedreiging bij het samenvoegen van meerdere beleidsterreinen: ondersneeuwen van het thema armoede.
Het thema armoede sneeuwt onder Met name bij de combinatie van Wmo-raad met cliëntenraad Wwb dreigt het gevaar van ondersneeuwen. De Wmo en Wwb zijn heel verschillende wetten en er is verschil in de belangen die vertegenwoordigd worden. De Wmo is met name gericht op (vrijwillige) participatie in de samenleving, terwijl de Wwb gaat over inkomensvraagstukken en toeleiding naar arbeid. Door het verschil in mensen die de verschillende (cliënten)raden bezetten voelen mensen uit de Wwb-raden zich dan ook snel ondergewaardeerd en niet uit de verf komen. De Wmo-raden worden in het algemeen bezet door behoorlijk mondige mensen en vaak ook professionals. Met negen prestatievelden is het werkterrein van de Wmo van zichzelf al breed. En die velden kennen elk nog hun eigen accent. Van voorzieningen voor mensen met beperkingen, de positie van mantelzorgers, tot participatie in de wijken en de maatschappelijke opvang van verschillende groepen. Vanuit de verschillende prestatievelden en invalshoeken worden onderwerpen behandeld, maar hoe wordt geborgd dat het ‘armoedebeleid’ en de uitvoering van de sociale zekerheid met regelmaat op de agenda staan? Wat als de belangen van de mede-cliëntenraadsleden meer gericht zijn op de organisatie van de thuiszorg, aanbestedingen en mantelzorg? Kortom, wat als de belangen binnen de (cliënten)raad (te) zeer verschillen? De ervaring van mensen in sommige gecombineerde Wwb-Wmo-raden is dat het onderwerp armoede dan in de verdrukking komt.
Te grote en te brede deskundigheid gevraagd Het terrein waar men kennis van moet hebben, wordt te breed. In een brede raad moet je over van alles mee kunnen praten, terwijl mensen meer specialisten zijn op een deelgebied. Als je het hele terrein ‘moet’ behappen stelt dat hoge eisen aan de leden van de cliëntenraad, waardoor het weer moeilijker zal worden om nieuwe mensen te vinden.
Gemengd zwemmen
31
Daarnaast kunnen de problematieken van de verschillende wetten zoals Wwb, Wsw, WIJ en Wmo onderling erg verschillen. En als een specialist op een deelterrein vertrekt, zul je je extra in moeten spannen om weer een specialist terug te krijgen.
Grotere afstand tot cliënten Het gevaar dreigt om op grotere afstand van cliënten en hun inbreng te komen. De inbreng bij cliëntenparticipatie gaat in de kern om de ervaringen van cliënten die zij tegenkomen in de uitvoering van het beleid dat op hen van toepassing is. Die ervaringen moeten centraal staan. Het kost echter moeite om de ‘echte cliënten’ in de cliëntenraad te krijgen en te houden (verloop). De continuïteit in een cliëntenraad wordt vaak gewaarborgd door vertegenwoordigers van belangenorganisaties of maatschappelijke instellingen en de oudere cliënten. De praktijk bij veel cliëntenraden is echter dat zij hun adviesfunctie invullen met het reageren op beleidsnota’s van de gemeente; ‘een goed advies sluit immers aan op het niveau van het beleidsvoorstel’. Dit brengt het risico met zich mee dat de cliëntenraadsleden semi-ambtenaren worden. Waar blijven dan de ervaringen van de cliënt?
Samengaan moet te snel Een intern proces van samengaan heeft tijd nodig. De cliëntenraad Drechtsteden heeft twee jaar in de voorbereidingsfase van de regionale samenwerking gestoken. Cliëntenraden moeten opnieuw hun positie bepalen en dat gegeven geldt ook bij het samenvoegen van cliëntenraden op meerdere beleidsterreinen. Er zal naast het bespreken van de inhoudelijke onderwerpen ook aandacht moeten blijven voor het proces van samengaan.
3.3 Conclusies
De bedreigingen die cliëntenraden zien bij gecombineerde raden gelden in het algemeen voor de kwetsbaarste groep. Zo zien de Wwb-raadsleden zich ondersneeuwen bij de Wmo-raad, maar de Wsw-raadsleden vrezen onder te sneeuwen bij de Wwb-raad. Er moet dus voldoende aandacht zijn voor de verschillende posities en omstandigheden. Voor het slagen van een fusieproces van twee raden is een werkwijze waarin ook kwetsbare groepen hun inbreng kunnen leveren essentieel. Deze conclusie sluit nauw aan bij de conclusie uit de literatuur in het vorige hoofdstuk. De werkwijze en cultuur van de organisaties zullen bespreekbaar gemaakt moet worden om te komen tot een werkwijze die voor iedereen aanvaardbaar is. Vaak betekent dat expliciete aandacht voor die doelgroep en dat onderwerp. Dat kan vorm krijgen in een aparte deelraad, werkgroep of kamer. Of er kan gekozen worden voor andere vormen van cliëntenparticipatie. Zo kan er vertrouwen groeien dat ook het onderwerp armoedebeleid genoeg aandacht krijgt. En dat kost ook tijd.
32
CliP-Per • 8
33
Gemengd zwemmen
Hoofdstuk 4
Aandachtspunten bij het samenvoegen van cliëntenraden In dit hoofdstuk informatie waar cliëntenraden op moeten letten bij samenvoeging en bij verbreding van het takenpakket. Dit als een antwoord op de centrale vraag die we in de inleiding hebben geformuleerd: Waar moet een cliëntenraad Wwb op letten bij samenvoeging met andere cliëntenraden?
Bij alle overwegingen voor samenvoegen en taakverbreding is het goed om na te gaan of je je kerntaak als cliëntenraad kunt blijven doen. Dat is de stem van de cliënt van de Wwb te laten horen om zo invloed te hebben op beleid en uitvoering. Door het verbreden van het pakket van de cliëntenraden en door samenvoegingen is de kans van ondersneeuwen van de stem van Wwb-cliënten reëel aanwezig. Het belangrijkste is: blijf erbij. Wees bij alle gesprekken en wees ook echt een gesprekspartner. Bereid je voor, weet wat je wilt en praat daar intern over. Dan is de kans het grootste dat je bij alle stappen een bewuste keuze maakt. Bediscussieer met elkaar waarom je juist wel of juist niet zou willen samengaan tot een gecombineerde raad. Zet de argumenten voor en tegen op een rij.
Vragen daarbij: • Hebben de leden vertrouwen in samenwerking en samengaan en denken ze hun taak nog goed te kunnen doen? Wat is er nodig om die taak goed te kunnen doen? Welke twijfels leven er? • Welke voorwaarden/mogelijkheden zijn er om armoede en de belangen van Wwb-cliënten op de agenda te houden? En hoe is dat voor cliëntenparticipatie van jongeren (WIJ) of van de Wsw-ers? Geeft dat volgens de leden voldoende garanties om het werk te kunnen blijven doen? • Wat zijn de redenen dat de cliëntenraad akkoord gaat met de samenvoeging? • Wat moet in ieder geval gegarandeerd zijn, voordat je kunt gaan samenwerken? Deze voorwaarden zijn leidraad voor een eerste gesprek met de wethouder en de andere raden.
34
CliP-Per • 8
Wees zelfbewust; weet wat je advies en inbreng waard is Ga na waar jullie als cliëntenraad goed in zijn. Wat zijn de sterke punten, en wat de zwakke(re) punten? Wat leveren adviezen op? Je bent een sterkere gesprekspartner als je zelfbewust bent.
Bereid je voor op het gesprek met de wethouder en/of andere cliëntenraden
Bedenk van te voren wat je wilt behouden. Zet op een rij wat je wilt regelen, wat (nu nog) niet hoeft te worden vastgelegd, en welke voorwaarden je stelt.
Maak een overzicht met je eigen doelstellingen en voorwaarden
Als besloten is om mee te werken met de samenvoeging of de verbreding, is het goed om een overzicht met de eigen doelstellingen te maken: • Wat je wilt bereiken en hoe: doel en koers. • Hoe je aandacht wilt houden voor inhoudelijke zaken én voor de menselijke kant • Wat je nodig hebt aan informatie en ondersteuning • Hoe je open communicatie wilt bereiken en wanneer tussentijdse evaluaties gepland worden • Hoe zo precies mogelijk het tijdpad voor het proces van samenvoeging of verbreding moet verlopen
Ga het gesprek aan om het proces van samengaan vorm te geven
Wat je voor je eigen cliëntenraad van belang vindt, geldt ook voor de andere raad. Zoek de gezamenlijke doelstellingen op en wissel veel informatie uit over werkwijzen. Begin met kleine stappen en bouw die langzamerhand uit:
• Wat is het gezamenlijke doel van de gecombineerde raad? • Hoe is de samenstelling van de cliëntenraad: zijn er voldoende ervarings deskundigen? • Hoe wordt het contact met de achterban geregeld? • Welke structuur komt er in de nieuwe raad, werkgroepen, deelraden? • Tijdspad, met daarin ook de planning van tussenevaluaties • Maak werkwijze en cultuur van de cliëntenraad / cliëntenraden bespreekbaar en kom tot een werkwijze die voor iedereen aanvaardbaar is • Bouw aan onderling vertrouwen Ga gewoon aan het werk
Blijf niet praten over het wel en wee van de samenvoeging en hoe het voorheen was. Daarmee bereik je niets voor cliënten. Blijf doelgericht op het belang van het onderwerp en het belang van cliënten bij een goed beleid en een goede uitvoering. Ruim wel regelmatig tijd in voor tussenevaluaties over knelpunten en verbeterpunten.
Gemengd zwemmen
35
Houd contact met de achterban
Maak een plan om contact met de achterban te houden. Je hebt signalen nodig en bespreekpunten voor de agenda van de cliëntenraad en de overlegvergadering. Tip Het kan nuttig zijn om het proces van samengaan te laten begeleiden door een onafhankelijke partij.
36
CliP-Per • 8
Literatuur Barten, Juul en Raf Janssen. Intergemeentelijke samenwerking en de belangen van cliënten. Stichting CliP Utrecht, 2006 Beschikbaar als download: www.stichtingclip.nl/ watdoenwe/publicaties/clipper# 2
Bultsma, Jan. Focus op fusie in de non-profit sector. De chronische onderschatting van het fusieproces. Assen, 2004
Galan, Willem de, Carla Seifert en Rob Thijsse. De Paradijsvogel. Over de implementatie van fusies en acquisities. Amsterdam/Antwerpen, 2002
Gemeente Leiden. Raadsvoorstel 10.0009. Beschikbaar op www.clientenraad-leiden.nl/documenten
Ipso Facto, Meccano. Evaluatie Cliëntenparticipatie Wwb. Een landelijk beeld van de lokale vormgeving. (Opdrachtgever: Ministerie van SZW), 2007 (p. 21) www.ipsofacto.nl
Landelijke Cliëntenraad. Goede raad op het Werkplein zie: http://werkplein.landelijkeclientenraad.nl
LocSZ. Lokale cliëntenraden in beeld. April 2009 Beschikbaar via: www.locsz.nl
37
Gemengd zwemmen
Bijlage 1.
Wettelijke basis van cliëntenparticipatie bij de verschillende wetten die op lokaal niveau worden uitgevoerd In het lokaal sociaal beleid moet er, volgens verschillende wetten, cliëntenparticipatie geregeld worden. In deze bijlage gaan we na wat er geregeld moet worden voor cliëntenparticipatie volgens die verschillende wetten.
Wwb
De Wwb is van kracht sinds 1 januari 2004. In artikel 47 wordt de gemeente verplicht om een verordening cliëntenparticipatie op te stellen.
Artikel 47. Verordening cliëntenparticipatie De gemeenteraad stelt bij verordening regels over de wijze waarop de personen bedoeld in artikel 7, eerste lid (personen die algemene bijstand ontvangen, personen met een ANW-uitkering en niet-uitkeringsgerechtigden bij arbeidsinschakeling en personen die recht hebben op aanvullende bijstand), of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van deze wet, waarbij in ieder geval wordt geregeld de wijze waarop: 1. Periodiek overleg wordt gevoerd met deze personen of hun vertegenwoordigers. 2. Deze personen of vertegenwoordigers onderwerpen voor de agenda van dit overleg kunnen aanmelden. 3. Zij worden voorzien van de voor een adequate deelname aan het overleg benodigde informatie. Volgens de Wwb moeten gemeenten regelen hoe zij cliënten betrekken bij de uitvoering van deze wet. Daarbij moet geregeld worden hoe zij periodiek overleg voeren met cliënten of hun vertegenwoordigers. Verder moet bepaald hoe cliënten onderwerpen op de agenda van dit periodiek overleg kunnen krijgen en hoe de cliënten informatie krijgen om goed te kunnen meedoen met dit overleg. Hoewel de wet dat niet voorschrijft, kiest 94% van de gemeenten voor een cliëntenraad. •15•
Wmo
Sinds 1 januari 2007 is de Wmo van kracht. In artikel 11 krijgt het college van burgemeester en wethouders de opdracht om haar burgers bij de voorbereiding van het beleid te betrekken.
38
CliP-Per • 8
Artikel 11 Wmo 1. Het college van burgemeester en wethouders betrekt de ingezetenen van de gemeente en in de gemeente een belang hebbende natuurlijke en rechtspersonen bij de voorbereiding van het beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning, op de wijze voorzien in de krachtens artikel 150• van de Gemeentewet vast gestelde verordening. 2. Het college van burgemeester en wethouders stelt ingezetenen van de gemeente en in de gemeente belang hebbende natuurlijke en rechtspersonen vroegtijdig in de gelegenheid zelfstandig voorstellen voor het beleid inzake maatschappelijke ondersteuning te doen. 3. Het college van burgemeester en wethouders verschaft informatie die nodig is ter uitvoering van het bepaalde in het eerste en tweede lid. 4. Onverminderd het eerste lid vergewist het college van burgemeester en wethou- ders zich bij de voorbereiding van het beleid tevens van de belangen en behoeften van ingezetenen die hun belangen en behoeften niet goed kenbaar kunnen maken. •Artikel 150 gemeentewet 1. De raad stelt een verordening vast waarin regels worden gesteld met betrekking tot de wijze waarop ingezetenen en belanghebbenden bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid worden betrokken. We zien dat het bij de Wmo anders geformuleerd is dan bij de Wwb. Hier is de groep die betrokken moet worden bij de voorbereiding van het beleid breder dan de groep mensen die gebruik maakt van de voorzieningen uit de wet. Belanghebbenden, maar ook andere ingezeten van de gemeente zouden volgens de wetgever betrokken moeten worden bij de voorbereiding van het beleid. Verder regelt de wet dat mensen die betrokken worden bij het beleid daartoe ook de gelegenheid moeten krijgen: ze moeten geïnformeerd worden en de mogelijkheid krijgen om zelf voorstellen voor beleid te doen. Bijzondere aandacht is er voor ‘kwetsbare burgers’. Juist voor de belangen en behoeften van deze mensen, die hun belangen en behoeften niet goed kenbaar kunnen maken, moet de gemeente oog hebben.
Wsw
De Wsw is sinds 1 januari 2008 gewijzigd. Vanaf die datum moeten Wsw-gerechtigden advies kunnen geven over gemeentelijk Wsw-beleid en de uitvoering daarvan. De kern van de wetswijziging is dat Wsw-gerechtigden meer zeggenschap krijgen. Dat betekent onder meer dat er een vorm van cliëntenparticipatie moet komen. Elke gemeente kan zijn eigen vorm van cliëntenparticipatie kiezen. Artikel 2, lid 3 Wsw De gemeenteraad stelt bij verordening regels over de wijze waarop de ingezetenen die geïndiceerd zijn of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van deze wet, waarbij in ieder geval wordt geregeld de wijze waarop:
Gemengd zwemmen
39
1. Periodiek overleg wordt gevoerd met deze ingezetenen of hun vertegenwoordigers 2. Deze ingezetenen of vertegenwoordigers onderwerpen voor de agenda van dit overleg kunnen aanmelden. 3. Zij worden voorzien van de voor een adequate deelname aan het overleg benodigde informatie. Dit artikel is hetzelfde geformuleerd als het artikel over cliëntenparticipatie in de Wwb. Alleen de groep die betrokken moet worden verschilt. Bij de Wsw zijn dat alle mensen die geïndiceerd zijn. Dat zijn mensen die werkzaam zijn bij SW-bedrijven, maar ook zij die op de wachtlijst staan.
WIJ
De WIJ is van kracht sinds 1 oktober 2009.
Artikel 12. Opdracht gemeenteraad 1. De gemeenteraad stelt bij verordening regels met betrekking tot: a. De inhoud van een werkleeraanbod; b. Het verlagen van het bedrag van de inkomensvoorziening, bedoeld in artikel 41, eerste lid c. Het bestrijden van misbruik en oneigenlijk gebruik van deze wet; d. De wijze waarop jongeren, of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van deze wet; e. Het verhogen en verlagen van de norm, bedoeld in artikel 35 2. De regels, bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, hebben in ieder geval betrekking op de wijze waarop: a. Periodiek overleg wordt gevoerd met de jongeren of hun vertegenwoordigers. b. De jongeren of vertegenwoordigers onderwerpen voor de agenda van dit overleg kunnen aanmelden. c. De jongeren of vertegenwoordigers worden voorzien van de voor een adequate deelname aan het overleg benodigde informatie. Deze formuleringen zijn overeenkomstig die in de Wwb en de Wsw.
Werkpleinen
Cliëntenparticipatie op de werkpleinen is nog weer een andere tak van sport. Veel cliënten, van de sociale dienst en het UWV, krijgen te maken met het Werkplein. Vanaf 2009 is het de bedoeling dat op het Werkplein de intake voor uitkeringen Wwb en WW gedaan wordt. Verder wordt de dienstverlening op het terrein van re-integratie van UWV en sociale dienst op de Werkpleinen uitgevoerd. Daarmee vindt een deel van de uitvoering van hun ‘werkterrein’ plaats op het Werkplein en kunnen cliëntenraden Wwb er niet omheen. Cliëntenparticipatie op het Werkplein is geregeld in de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (Wet SUWI). •16• Artikel 10, Dienstverlening in locaties werk en inkomen, lid 1 - 3 1. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen en de colleges van burge meester en wethouders dragen zorg (…) rekening houdend met de regionale arbeidsmarkt en het daarbij gezamenlijk vormgeven van de cliëntenparticipatie.
40
CliP-Per • 8
2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld omtrent de dienstverlening in, de inrichting van en de cliëntenparticipatie bij de locaties werk en inkomen(…). 3. Onze Minister kan, indien hij met betrekking tot de uitvoering van dit artikel ernstige tekortkomingen vaststelt, aan het Uitvoeringsinstituut werknemersver zekeringen of het college van burgemeester en wethouders een aanwijzing geven met betrekking tot de uitvoering van de taken op grond van dit artikel. (…) Indien Onze Minister van oordeel is dat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen of het college van burgemeester en wethouders na afloop van deze termijn niet aan de aanwijzing heeft voldaan, kan Onze Minister de noodzakelijke voorzienin- gen treffen. De gemeente en het UWV hebben samen de verantwoordelijkheid om iets te regelen op het terrein van cliëntenparticipatie. Hoe en wat er geregeld moet worden, is niet vastgelegd.
41
Gemengd zwemmen
Bijlage 2.
Regionale samenwerking in cliëntenparticipatie Cliëntenparticipatie overstijgt het lokale niveau als gemeenten regionaal gaan samenwerken met buurgemeenten. Volgens het principe dat cliëntenparticipatie moet gebeuren op het niveau waar de besluiten genomen worden is het logisch dat dan ook de cliëntenparticipatie regionaal vorm krijgt.
In de praktijk zien we: • Regionale Wwb raad met plaatselijke deelraden • Regionale Wwb raad zonder plaatselijke deelraden • Cliëntencommissies arbeidsadviseurs • Regionale Wsw raad • Cliëntvertegenwoordiging op de Werkpleinen (in opbouw)
De regionale Wwb-raad met deelraden
Bij een Intergemeentelijke Sociale Dienst (ISD) worden in het kielzog van het samenvoegen van sociale diensten in een regio ook de cliëntenraden samengevoegd. Als er in elke plaats eerst een eigen cliëntenraad functioneerde, is het afhankelijk van de keuze van de betreffende gemeenten om de lokale Wwb-raad in stand te houden. Dat kan wenselijk zijn, want deze lokale raad staat immers dichter bij de burgers uit de eigen plaats en kan wellicht sneller signalen oppikken. Ook kunnen deze lokale raden de lokale politici informeren. En zolang het gemeentelijke (armoede)beleid nog bepaald wordt in de eigen gemeente, kan de lokale cliëntenraad daar de vinger aan de pols houden.
Drechtsteden De zes gemeenten rond Dordrecht werken samen in de Sociale Dienst Drechtsteden (SDD). Dordrecht is de centrumgemeente, die ook een beroepskracht in dienst heeft ten behoeve van zowel de lokale als de regionale cliëntenraad. Deze houdt zich bezig met de advisering aan de SDD. De lokale cliëntenraden zijn vooral actief op het gebied van individuele belangenbehartiging. Alle cliëntenraden die deel uitmaken van de regionale cliëntenraad hebben, ongeacht de grootte van de gemeente, een gelijkwaardige stem.
42
CliP-Per • 8
De regionale Wwb-raad zonder deelraden
Het vormgeven van een ISD kan evengoed de aanleiding zijn om de lokale raden op te heffen en te werken met plaatselijke vertegenwoordigers in een regionale raad. De binding met de lokale achterban wordt vaak minder, tenzij de vertegenwoordigers zich extra inspannen om hun lokale contacten goed te onderhouden ten behoeve van het cliëntenraadswerk.
Walcheren De Intergemeentelijke Sociale Cliëntenraad Walcheren omvat drie plaatsen die gezien de regio nogal ver uit elkaar liggen. In Middelburg houdt de cliëntenraad twee keer per week een spreekuur. Voor mensen uit Veere is er een eigen ‘steunpunt’ dat gebeld of gemaild kan worden voor een afspraak.
Cliëntencommissies rond de arbeidsadviseurs
De onafhankelijke arbeidsadviseurs geven sinds 2004 onafhankelijk advies aan cliënten die een re-integratietraject volgen of mensen die op zoek zijn naar een baan. Om de arbeidsadviseurs feedback te geven zijn er voor de looptijd van het project een tiental cliëntencommissies in het leven geroepen die advies kunnen geven op het terrein van re-integratie en de (kwaliteit van de dienstverlening van de) arbeidsadviseurs. In de huidige praktijk zijn veel van deze cliëntencommissies ook bezig en betrokken bij de cliëntenparticipatie op de Werkpleinen, omdat daar het accent ligt op arbeid en re-integratie. Het project arbeidsadviseurs zal in zijn huidige vorm afgerond worden op 31 december 2010. Daarmee komt dan ook een einde aan de cliëntencommissies. Die vorm van cliëntenparticipatie is niet wettelijk geregeld, maar gekoppeld aan het project. Misschien gaan (sommige) cliëntencommissies dan wel op in de cliëntenvertegenwoordiging op de Werkpleinen?
De regionale Wsw-raad
Openbare lichamen kunnen bepaalde belangen behartigen in een gemeenschappelijke regeling (GR). Gemeenten doen dat bij Intergemeentelijke Sociale Diensten, maar ook bij de uitvoering van de Wsw. Het werkvoorzieningschap (ook wel Schap genoemd) is dan regionaal georiënteerd. Afhankelijk daarvan adviseert de Wsw-raad aan de afzonderlijke gemeente of aan de GR.
Wsw-raad Caparis Caparis voert de Wsw uit voor acht gemeenten in Friesland. De Wsw-raad heeft dan ook te maken met de verordeningen en het beleid van de deze GR en het beleid van Caparis met zijn verschillende vestigingen en werksoorten. De Wsw-raad adviseert dan ook alleen de GR en niet de afzonderlijke gemeenten. Deelnemers van de Wsw-raad zijn werknemers van Caparis,
Gemengd zwemmen
43
Wsw geïndiceerden op de wachtlijst en vertegenwoordigers van belangenorganisaties. De raad staat onder het voorzitterschap van een onafhankelijke voorzitter.
Cliëntenparticipatie op de Werkpleinen
Cliëntenparticipatie op de Werkpleinen is sinds de invoering van de Werkpleinen in 2009 sterk in ontwikkeling. Daar is en wordt veel over geschreven. Hier beperken we ons tot de hoofdlijn. In de cliëntenparticipatie op de Werkpleinen komen twee soorten cliëntenraden bij elkaar. Door de fusie van CWI en UWV schoven de cliëntenraden van die twee organisaties in elkaar. De vorming van 100 Werkpleinen in Nederland brengt de dienstverlening van UWV en de gemeentelijke sociale dienst bij elkaar, en uiteindelijk ook onder één dak, het Werkplein. Als in een Werkplein vijf gemeenten samenwerken, hebben die vijf lokale cliëntenraden en de districtsraad UWV daarmee te maken. Het vraagt wel afstemming om tot één gesprekspartner te komen die vanuit het cliëntenperspectief adviseert over de gezamenlijke dienstverlening. De LCR volgt en stimuleert de cliëntenparticipatie op de Werkpleinen in een project ‘Goede Raad op het Werkplein’. Gestreefd wordt naar overlegafspraken op elk Werkplein tussen het management van het betreffende Werkplein en een cliëntenvertegenwoordiging, met daarin een vertegenwoordiging vanuit de districtsraad UWV en de Wwb-raad of Wwb-raden uit de betrokken gemeente(n).
Werkplein Zwolle Er zijn acht gemeenten uit Overijssel en Gelderland, die samenwerken in het Werkplein in Zwolle. Om de cliëntenparticipatie vorm te geven hebben het Provinciaal Overleg Cliëntenraden Overijssel en de Stichting Gelderse Aanpak het initiatief genomen om in een vroeg stadium met het management te gaan praten over cliëntenparticipatie. Er is een convenant opgesteld waarin geregeld is dat een cliëntenvertegenwoordiging vanuit de districtsraad UWV en de Wwb-raden minimaal 2 x per jaar overlegt met het management en voorzien wordt van relevante informatie.
44
CliP-Per • 8
Noten •1• www.gemeenteloket.szw.nl •2• LocSZ, 2009. •3• LocSZ, 2009. •4• Raadsvoorstel 10.0009, gemeente Leiden. •5• Het betrekken van cliënten geldt in ieder geval voor de Wwb en Wsw. Bij de Wmo is het anders geformuleerd, namelijk dat belanghebbenden – personen en organisaties – betrokken moeten worden bij de voorbereiding van beleid. Deze groep beperkt zich dus niet tot mensen die gebruik maken van de Wmo. Zie verder bijlage 1 •6• Landelijke Cliëntenraad. Visie op cliëntenparticipatie. 2009 •7• We gaan hier niet in op de vraag hoe moeilijk het is om cliënten te vinden die mee kunnen en willen doen met een cliëntenraad of andere vormen van cliëntenparticipatie. Het gaat hier om een positiebepaling: wat is cliëntenparticipatie en het belang van het cliëntenperspectief hierbij. •8• Natuurlijk zijn er verschillende groepen cliënten met verschillende belangen en perspectieven, zoals ouderen, alleenstaande ouders met kinderen, gezinnen en jongeren. •9• Bultsma, 2004. Focus op fusie in de non-profit sector. De chronische onderschatting van het fusieproces •10• Bultsma, 2004, p. 3 •11• Gebaseerd op de oorzaken voor moeilijkheden bij fusies genoemd in: Galan, Willem de, Carla Seifert en Rob Thijsse, 2002, p. 14. De Paradijsvogel. Over implementaties van fusies en acquisities. •12• Bultsma, 2004, p. 81 •13• Bultsma, 2004, p. 74 en www.samenwerkentussenorganisaties.nl •14• www.samenwerkentussenorganisaties.nl •15• Ipso Facto, Meccano, 2007, p. 21 •16• De Wet is aangepast met ingang van 2009 met het instellen van de Werkpleinen.
Deze brochure is een uitgave van stichting CliP. CliP is een landelijke organisatie die groepen en organisaties ondersteunt om vanuit cliëntenperspectief inhoud te geven aan lokaal sociaal beleid. Naast de publicaties in deze reeks CliPPers verzorgt CliP ook trainingen voor diverse raden. Vaak gaat het om cliëntenraden Wwb, een lokaal sociaal platform of een anti-armoedegroep. Ook Wsw-raden kunnen bij CliP terecht voor scholing en ondersteuning. Vraag gratis een exemplaar van onze folders aan: scholingsaanbod 2009|2010 of cursuswerk op maat voor Wsw-raden. U bent u niet op zoek naar een training? Ook voor inleidingen, begeleidingstrajecten of het leiden van discussies
kunt u bij CliP terecht. Wilt u maandelijks op de hoogte gehouden worden van ontwikkelingen? Meld u dan aan voor de gratis digitale NieuwsCliP op www.stichtingclip.nl.
Stichting CliP Postbus 133 3500 AC Utrecht T 0321 - 339063
[email protected] www.stichtingclip.nl