Een gezonde koers voor Voerendaal! Lokaal uitvoeringsprogramma 2012-2015
Gemeente Voerendaal December 2011 Kim Voorjans
1
Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Terugblik beleidsperiode 2007-2011 3 Uitgangspunten 2012-2015 3.1 Wat verdient extra aandacht in Voerendaal? 3.2 Gezondheidsambities in relatie tot het gemeentelijk beleid 3.3 Een realistisch perspectief voor 2012 4 Wat gebeurt er in en voor Voerendaal in 2012? 4.1 Gezondheidsbevordering 4.2 Ouderengezondheidszorg 4.3 Advisering aan gemeenten 4.4 Infectieziektebestrijding 4.5 Jeugdgezondheidszorg 4.6 Medische milieukunde 4.7 Hygiëne en Inspectie 4.8 Psychosociale hulp bij ongevallen en rampen 4.9 Epidemiologie 4.10 Verslaglegging en verantwoording
3 4 6 6 7 7 8 8 13 15 16 17 20 22 24 24 25
2
1.
Inleiding
Dit document is het lokale uitvoeringsprogramma van de gemeente Voerendaal dat hoort bij de regionale nota gezondheidsbeleid ‘Een gezonde koers voor ZuidLimburg!’. De reikwijdte van dit uitvoeringsprogramma is gelijk aan de reikwijdte van de Wet publieke gezondheid. Het nu voorliggende uitvoeringsprogramma geeft richting aan de invulling van het gezondheidsbeleid voor de periode 20122015. Voor het kalenderjaar 2012 staan de concrete elementen en bijbehorende afspraken weergegeven. Daarnaast wordt waar mogelijk een doorkijk gegeven naar de jaren 2013, 2014 en 2015. Dit uitvoeringsprogramma wordt jaarlijks geüpdate en waar nodig bijgesteld. Leeswijzer Hoofdstuk 2 omvat een terugblik op de vorige beleidsperiode. In hoofdstuk 3 staan de gezondheidsambities van Voerendaal centraal en worden relaties gelegd met aanpalende beleidsterreinen. Hoofdstuk 4 geeft per wettelijk taakveld aan wat in 2012 in / voor Voerendaal gaat gebeuren. Het betreft hier elementen met een directe zichtbaarheid in de gemeente alsook elementen die in Zuid-Limburg worden gerealiseerd en die voor Voerendaal (op den duur) een bijdrage kunnen leveren aan het gezondheidsbeleid.
3
2.
Terugblik beleidsperiode 2007-2011
Gezondheidsbeleid is niet nieuw in de gemeente Voerendaal. Voor de periode 2007-2011 was de regionale prioriteitennota ‘samen gezond’ de basis voor het beleid in Voerendaal en werden er geen aanvullende lokale ambities geformuleerd. In de gemeente Voerendaal werd de regionale prioriteitennota 2007-2011 vastgesteld als de lokale nota gezondheidsbeleid, waarmee de gemeente zich aansloot bij de wettelijke taken zoals door de GGD uitgevoerd en de regionaal geformuleerde ambities. Naast invulling van de wettelijke taken waren deze ambities gericht op: Een afname van het percentage overgewicht bij jeugd en een stabilisatie van het percentage overgewicht bij volwassenen; Een daling van het percentage rokers; Een vermindering van probleemdrinken bij volwassenen; Een afname van het percentage jongeren dat alcohol gebruik; Een grote bereik van bewezen effectieve interventies op het gebied van depressie; Het percentage diabetes in de pas loopt met de landelijke cijfers. De dienstverlening door de GGD is conform planning uitgevoerd. Ieder half jaar is hierover door de GGD een verantwoording afgelegd. Ter realisatie van de bovengenoemde doelstellingen heeft de GGD vooral ingezet op de doegroep jeugd met onder andere het Actieprogramma Gezonde Leefstijl, pestpreventie, en Realfit. Daarnaast is via schoolslag het programma ‘de gezonde school en genotmiddelen’ ingezet, waarin aandacht is geweest voor de preventie van roken, alcohol en drugs. 2.1
Beleidsprestaties Voerendaal
Hoewel er nooit een één-op-één relatie gelegd kan worden tussen de activiteiten en inspanningen van de afgelopen jaren in kader van het gezondheidsbeleid en de realisatie van de in de vorige paragraaf benoemde ambities, mag verondersteld worden dat de door de gemeente ingezette acties een bijdrage aan de realisatie hebben geleverd. Tabel 1 geeft inzicht in enkele trends en laat een wisselend beeld zien. Het overgewicht bij volwassenen laat een daling zien en het alcoholgebruik bij volwassenen is stabiel en blijft onder het streefpercentage van 7%. In tegenstelling tot het regionale beeld is het percentage rokers (volwassenen) in Voerendaal stabiel en is er geen daling zichtbaar. Roken bij de jeugd is gestegen van 13 naar 18%. Daarentegen laat het schadelijk alcoholgebruik bij 13- en 14jarigen wel een duidelijke daling zien.
4
Tabel 1: Resultaat doelstellingen 2007-2011 (in %) Voerendaal (Jongerenmonitor GGD Zuid Limburg, 2009; Volwassenenmonitor GGD Zuid Limburg, 2009; Ouderenmonitor GGD Zuid Limburg, 2008) Resultaatgebied Doelgroep 2007 2011 Conclusie Overgewicht jeugd1 12 11 stabiel volwassenen3 46 42 daling Roken jeugd2 13 18 stijging volwassenen3 23 21 stabiel Alcohol jeugd1 35 27 daling volwassenen3 6,0 6,9 stabiel Depressie volwassenen onbekend Diabetes volwassenen4 8,6 13,9 stijging 1 2 3
Betreft de 13- en 14-jarigen Betreft de 15- en 16-jarigen Betreft de 20- tot en met 55-jarigen
Concluderend kan gesteld worden dat de ambities uit de beleidsperiode 20072011 deels zijn behaald en dat Voerendaal met name op het gebied van het schadelijk alcoholgebruik bij jongeren een gunstige ontwikkeling te zien is.
5
3.
Uitgangspunten 2012-2015
De regionale nota gezondheidsbeleid ‘Een gezonde koers voor Zuid-Limburg!’ die de gemeenteraad van Voerendaal heeft vastgesteld op 7 juli 2011 vormt het uitgangspunt voor dit lokale uitvoeringsprogramma. Binnen de kaders van de regionale nota is daarnaast de gezondheidssituatie in Voerendaal (beschreven in ‘een gezonde kijk op Voerendaal’) als tweede uitgangspunt leidend voor de keuze van lokale accenten. Een derde uitgangspunt zijn de financiële kaders. De financiële middelen ter realisatie van dit uitvoeringsprogramma zijn in de begroting 2012 van de gemeente versleuteld in de bijdrage aan de GGD Zuid Limburg en aan Meander jeugdgezondheidszorg. Voor de jaren 2013 tot en met 2015 worden voor wat betreft de bijdrage aan de GGD de vastgelegde bedragen uit het gekozen toekomstscenario gehanteerd. De gemeentelijke begroting 2012 voorziet niet in aanvullende middelen voor de financiering van eventuele aanvullende lokale ambities en activiteiten. 3.1
Wat verdient extra aandacht in Voerendaal?
De inwoners van Voerendaal scoren op veel punten beter dan de gemiddelde inwoners van Zuid-Limburg en de leefstijl van veel volwassenen en ouderen in Voerendaal ontwikkelt zich de laatste jaren gunstig. Er wordt steeds minder gerookt, minder zwaar gedronken en meer groenten gegeten en het ernstig overgewicht is gedaald. Onder de jongeren wordt vaker ontbeten en minder (overmatig) alcohol gedronken. Ten opzichte van Zuid-Limburg scoort Voerendaal gemiddeld of positief voor nagenoeg alle leefstijlfactoren. Dit hangt mogelijk samen met het gemiddeld wat hogere opleidingsniveau in Voerendaal. In tegenstelling tot veel gemeenten in Zuid-Limburg bestaan er in de gemeente Voerendaal geen grote verschillen in de gemiddelde sociaal economische status (ses), hetgeen in belangrijke mate gerelateerd is aan de gezondheidssituatie. Daarentegen is bij de jongeren het percentage binge-drinkers erg hoog, wordt er nog altijd te weinig groenten en fruit gegeten, te weinig ontbeten, zijn er meer jongeren gaan roken en is het onveilig vrijen toegenomen. Bij veel volwassenen en ouderen is nog steeds sprake van overgewicht en diabetes. Ouderen missen een sociaal netwerk en willen graag deelnemen aan beweegactiviteiten. Zij geven aan behoefte te hebben aan ondersteuning in en rond het huis en vervoer naar voorzieningen. Veel woningen in Voerendaal hebben een probleem met het binnenmilieu, vooral de ventilatie is onder de maat. De bovenstaande aandachtspunten sluiten goed aan bij de ambities zoals beschreven in de regionale gezondheidsnota ‘Een gezonde koers voor ZuidLimburg’. Met name de gezondheidsproblemen bij ouderen - die ook in het kader van de WMO de aandacht van de gemeente hebben - krijgen de aandacht op lokaal niveau (zie ook hoofdstuk 4). De cijfers over het binnenmilieu legitimeren het stellen van een aanvullende ambitie op het gebied van binnenmilieu. Om de burgers in de gemeente te kunnen ondersteunen bij het verbeteren van hun gezondheid is het voor het nieuwe gezondheidsbeleid belangrijk dat de gemeente bewuste keuzes maakt voor de belangrijkste risicogroepen en passende lokale en/of regionale interventies. Gezondheidsbevorderende en – beschermende maatregelen worden vooral gericht op de kwetsbare jongeren en ouderen.
6
3.2
Gezondheidsambities in relatie tot het gemeentelijk beleid
Om de ambities van het gezondheidsbeleid te kunnen realiseren moeten slimme verbindingen met overige beleidsterreinen en projecten worden gelegd. Hierdoor worden initiatieven versterkt. In dit kader kunnen onder andere het Wmo beleidsplan 2012-2015 en de inzet van combinatiefunctionarissen worden genoemd. In hoofdstuk4 zijn deze projecten en initiatieven nader uitgewerkt. 3.3
Een realistisch perspectief voor 2012
De GGD Zuid Limburg geeft namens de gemeente Voerendaal invulling aan alle taakvelden uit de Wet publieke gezondheid. Samen met Meander, die verantwoordelijk is voor de JGZ voor de doelgroep 0 tot 4 jaar, vormen de taken van de GGD de kern van het uitvoeringsprogramma. De gemeente Voerendaal heeft, evenals alle andere Zuid-Limburgse gemeenten, in juni 2011 de voorkeur kenbaar gemaakt voor toekomstscenario 2 voor de GGD Zuid Limburg en heeft daarmee de volgende beleidskeuzes gemaakt (die ook in de regionale nota terug te vinden zijn): Een vernieuwde werkwijze voor JGZ, waarbij de JGZ dichter bij het kind gaat werken, meer gebruik wordt gemaakt van de signaalfunctie van de omgeving en beter wordt ingespeeld op de huidige problemen van de jeugd Investering in infectieziektebestrijding, gericht op een proactieve benadering van infectieziekterisico’s Medische milieukunde in Zuid-Limburg op streefwaardeniveau brengen Een investering in de publieke gezondheid, met name gericht op een verbetering en verbreding van gezondheidsdata en een versterking van de wijk- en schoolgerichte aanpak. Samen met alle andere Zuid-Limburgse gemeenten heeft Voerendaal de keuze gemaakt flinke ambities op het gebied van gezondheid te stellen en tegelijk een financiële taakstelling aan de GGD te geven met een daaraan gekoppelde fasering waarbinnen de financiële taakstelling gerealiseerd moet worden. De consequentie van deze keuze is dat in 2012 weliswaar de eerste stappen op het gebied van vernieuwing worden gezet, maar dat concrete resultaten nog beperkt zichtbaar zijn. De middelen die nodig zijn om de noodzakelijke inhoudelijke impuls te realiseren komen voor een groot deel pas vanaf 2014 en 2015 beschikbaar. Voor 2012 sluit Voerendaal zich aan bij de regionaal gemaakte afspraken. Daarnaast is Voerendaal voornemens om - gekoppeld aan het WMO-beleid - een aantal concrete acties gericht op de doelgroep ouderen en jongeren te realiseren. In overleg met de GGD krijgt het onderwerp binnenmilieu in 2012 extra aandacht.
7
4.
Wat gebeurt er in en voor Voerendaal in 2012?
In de volgende paragrafen staan per wettelijke taak de ambities uit de regionale nota beschreven. De indeling correspondeert met de indeling in de regionale nota gezondheidsbeleid. Per ambitie is vervolgens weergegeven welke afspraken voor 2012 gelden en wat er dus in de gemeente en voor de gemeente Voerendaal gebeurt in 2012. De elementen uit het uitvoeringsprogramma hebben een divers karakter die zich op een glijdende schaal bevinden tussen de uitvoering van het vaststaand en uitgekristalliseerd beleid (veelal uitvoering van wettelijke taken met een grote zichtbaarheid voor de burger, zoals vaccinaties, screening van jongeren op lengte en gewicht), de transitie van een oude naar een nieuwe werkwijze (onder andere bij de jeugdgezondheidszorg) en de ontwikkeling van nieuw beleid op ZuidLimburgs niveau. In de gezondheidsnota 2007-2011 is door alle Zuid-Limburgse gemeenten afgesproken om de methodiek van beleidsgestuurde contractfinanciering toe te passen in de samenwerking met de GGD. Deze methodiek komt in de onderstaande paragrafen tot uiting in de resultaatgerichte formulering van afspraken met de GGD. 4.1
Gezondheidsbevordering
Gezondheidsbevordering is één van de beleidsvrije taken binnen de Wet publieke gezondheid. Aansluitend op het landelijk beleid, waarin geadviseerd wordt om de speerpunten uit de vorige beleidsperiode te continueren, is in het regionaal beleid ambities geformuleerd in het kader van de landelijke speerpunten: depressie, schadelijk alcoholgebruik, roken, seksuele gezondheid en overgewicht. Voorwaarden voor succes De hierboven genoemde speerpunten kunnen alleen succesvol en duurzaam ingevuld worden wanneer aan een aantal voorwaarden wordt voldaan: De bereidheid tot samenwerken (binnen de gemeente en met externe partijen o.a. de huisartsen); Het contextgericht werken (vanuit de wijk/buurt en school); Het inzicht in leefstijl, leefomgeving, voorzieningenniveau, problematiek, en prioriteiten in wijk of dorpskern; Het doen van onderzoek in de praktijk om effecten zichtbaar te maken. Dit betekent dat daar waar nog geen samenwerkingstructuren aanwezig zijn, deze moeten worden opgezet. Wanneer er wel reeds structuren of netwerken bestaan, wordt bekeken of de juiste partners hieraan deelnemen en of de samenwerking goed verloopt. Voor 2012 ligt de focus daarmee in eerste instantie op het invulling geven aan de randvoorwaarden. De GGD neemt op regionaal vlak het initiatief (zie ook hieronder). In Voerendaal zijn reeds een aantal samenwerkingsstructuren ingericht, te weten: • Project ouderenadvisering Cicero Zorggroep verzorgt voor de gemeente Voerendaal het project ouderenadvisering. Ouderenadviseurs (professionals) en ouderenconsulenten (vrijwilligers) gaan op huisbezoek bij de oudere inwoners in de gemeente om samen met hen na te gaan of er al dan niet sprake is van een hulp- c.q. zorgvraag. Samen wordt de zelfredzaamheid in kaart gebracht en wordt nagegaan op welke onderdelen eventuele ondersteuning nodig is. De ouderenadviseurs verwijzen indien dit nodig 8
•
•
wordt geacht de inwoner door naar overige instellingen die de hulpvraag kunnen oppakken. Het betreft een warme overdracht waardoor de samenwerking tussen de ketenpartners wordt geoptimaliseerd. Centrum voor jeugd en gezin Binnen de samenwerking van het CJG is het gezond opvoeden en gezond opgroeien één van de onderwerpen die zowel in het overleg van de projectgroep als in het ketenoverleg structureel wordt behandeld. In 2012 zullen activiteiten op het gebied van alcohol- en drugspreventie worden opgepakt waarbij de GGD een ondersteunende rol vervult. Inzet van combinatiefunctionarissen met ingang van 2012 De combinatiefunctionaris legt verbindingen tussen onderwijs en sport. Verenigingen worden ondersteund in het promoten en stimuleren van de sportbeoefening en het onderwijs wordt ondersteund in het verzorgen van het beweegaanbod tijdens lesuren. Op deze wijze wordt de jeugd gestimuleerd om meer te bewegen hetgeen kan worden beschouwd als het voorportaal van een gezonde leefstijl en leefomgeving.
Met betrekking tot het schoolgezondheidsbeleid (Schoolslag/de gezonde en veilige School), zoals dat door de GGD wordt gecoördineerd, wordt bekeken welke vragen scholen en/of gemeenten hebben. Voor elke school wordt, op maat, bekeken welke thema’s prioriteit moeten krijgen en integraal opgepakt kunnen worden. De school geeft hieraan vervolgens zelf invulling. In 2012 zal de focus liggen op het doorvoeren van kwaliteitsverbeteringen, een doorontwikkeling van het bestaande gezondheidsbeleid en het stimuleren van een duurzame werkwijze met scholen. Tevens zal nadrukkelijker de relatie met de aanpak van gezondheid via de wijken/kernen worden gelegd. Omdat het accent hierbij met name ligt op de scholen in de gebieden met een lage sociaaleconomische status, zal dit aspect in Voerendaal in 2012 nauwelijks aandacht krijgen. Wat wordt in 2012 opgepakt op het gebied van depressie? De Zuid-Limburgse ambities focussen op een tijdige signalering van depressie, angsten en eenzaamheid bij ouderen en daarnaast op een verbetering van de doorverwijzing van ouderen naar preventieprogramma’s. Deze ambities sluiten naadloos aan bij de problematiek in de gemeente Voerendaal. De resultaten van huidige projecten als [G]OUD, ‘Zorg uit voorzorg’ en 'Voor Elkaar in Parkstad' worden gebruikt om in de periode 2012-2015 de tijdige opsporing en doorverwijzing van kwetsbare ouderen in Zuid-Limburg te verbeteren. In Zuid-Limburg vindt nog weinig afstemming en samenwerking plaats op het gebied van depressiepreventie. In 2012 gaat de GGD zich richten op het in beeld brengen van de huidige inspanningen en bestaande structuren op het gebied van depressiepreventie. Via de jeugdgezondheidszorg is er aandacht voor psychosociale problemen bij alle 5- 10- en 14-jarigen in de gemeente Voerendaal. Aan de hand van een SDQ vragenlijst (Strengths Difficulties Questionaire) worden kinderen met een verhoogd risico op psychosociale problemen (angst, depressie, gedragsstoornissen, ADHD en problemen met leeftijdsgenoten) gesignaleerd. Bij kinderen met een verhoogd risico wordt aanvullend onderzoek verricht om de ernst van het probleem in kaart te brengen en wordt op basis van hiervan een passende interventie gekozen. Naast deze regionale initiatieven zijn er in Voerendaal enkele lokale initiatieven die een bijdrage leveren aan de preventie van depressie bij met name de doelgroep ouderen. In de paragraaf ouderengezondheidszorg (4.2) staan deze initiatieven beschreven.
9
Afspraken → GGD met Zuid-Limburgse gemeenten
In 2012 maakt de GGD een inventarisatie van de huidige inspanningen en bestaande structuren in Zuid-Limburg op het gebied van depressiepreventie. Eind 2012 wordt hierover gerapporteerd. De volledigheid van de inventarisatie is afhankelijk van de medewerking van partners en de bereidheid om gegevens aan te leveren.
Afspraken → gemeente Voerendaal
De genoemde bestaande samenwerkingsstructuren in de gemeente Voerendaal zullen ook in 2012 in stand worden gehouden dan wel geïntensiveerd worden.
Wat wordt in 2012 opgepakt op het gebied van schadelijk alcoholgebruik? In 2010 is in opdracht van het Zuid-Limburgs Veiligheidsbestuur een regionale stuurgroep ingesteld met vertegenwoordigers van alle ketenpartners (politie, justitie, gemeenten, de veiligheidsregio, horeca, onderwijs, verslavingszorg en GGD). De stuurgroep heeft de opdracht om een regionaal en integraal beleid te ontwikkelen dat Zuid-Limburgse jongeren moet stimuleren op latere leeftijd te beginnen met alcohol drinken. Het doel is het voorkómen van alcoholgebruik bij 16-minners. In de komende beleidsperiode 2012-2015 worden vier beleidsvoorstellen uitgewerkt: 1. integraal samenwerken bij evenementen/feesten op het gebied van handhaving (nieuwe) Drank en Horecawet en preventie door middel van preventief screenen van jongeren bij evenementen; werken met een regionale poule van VWA controleurs. 2. Inzet wettelijke interventiemogelijkheden versterken; 3. Verbeteren nazorg bij comazuipen; 4. Verhogen maatschappelijk draagvlak niet drinken door 16-minners via: basisinterventies via scholen, horeca en een website specifieke interventies gericht op opvoeder en 16-minners. Om de beleidsvoorstellen regionaal en lokaal goed te kunnen uitvoeren is draagvlak, inzet en betrokkenheid van alle samenwerkingspartners essentieel. Een dergelijke intersectorale samenwerking komt niet vanzelf tot stand. Deze dient gericht aangestuurd te worden en gemonitord en geëvalueerd. Voor de nadere concretisering van de beleidsvoorstellen is projectcoördinatie en een werkbudget noodzakelijk. Bij de Provincie Limburg wordt een verzoek gedaan voor aanvullende financiële middelen. Deze middelen zijn een voorwaarde om het project daadwerkelijk goed te kunnen implementeren. Voerendaal sluit zich sowieso aan bij dit regionale initiatief maar zet daarnaast extra hierop in door voorlichting bij scholen en verenigingen te verzorgen ten aanzien van schadelijk alcoholgebruik en roken. De GGD ondersteunt bij het opstellen van een plan. Afspraken → GGD met Zuid-Limburgse gemeenten
Begin 2012 wordt door de werkgroep Regionaal Alcoholbeleid een subsidieverzoek bij de Provincie Limburg gedaan voor aanvullende financiële middelen.
10
Afspraken → gemeente Voerendaal
In het 1e kwartaal van 2012 stellen de GGD en gemeente Voerendaal een plan op ten behoeve van voorlichting bij scholen en verenigingen inzake schadelijk alcoholgebruik en roken. Implementatie is voorzien voor na de zomervakantie 2012.
Wat wordt in 2012 opgepakt op het gebied van overgewicht en bewegen? Omdat bewegen niet alleen een positieve invloed op overgewicht, maar ook positieve effecten heeft op depressiviteit, het de kans op vroegtijdig overlijden, coronaire hartziekten, diabetes type II, verschillende soorten kanker verkleint en bij ouderen valongevallen en dementie kan voorkomen is bewegen vanuit gezondheidsoptiek zeer belangrijk voor de gemeente Voerendaal. De gemeente Voerendaal heeft geen specifiek sportbeleid maar geeft wel ruim aandacht aan sportstimulering door de inzet van combinatiefunctionarissen en subsidiëring en ondersteuning van (sport)verenigingen. Zo kent de gemeente Voerendaal meerdere voorzieningen die zich richten op bewegen voor ouderen. Er zijn vier verschillende ouderenverenigingen in de gemeente Voerendaal die één of meerdere bewegingsactiviteiten aanbieden voor ouderen. Ook is er een zwemvereniging voor ouderen die haar wekelijkse zwemactiviteit in het zwembad ‘de Joffer’ heeft. Ook zorgcentrum ’t Brook biedt een wekelijkse activiteit aan, genaamd ‘meer bewegen voor ouderen’. Dit is in principe bedoeld voor bewoners van ’t Brook, maar niet-bewoners kunnen middels een zorgarrangement ook hier aan deelnemen Het ontbreekt de gemeente Voerendaal dan ook niet aan bewegingsactiviteiten voor ouderen. Toch bestaat er bij ouderen een wens om meer te bewegen. In 2012 worden mogelijkheden verkend om het huidige aanbod beter onder de aandacht te brengen bij de ouderen. Dit kan onder andere door deze activiteiten door de ouderenadviseurs en -consulenten onder de aandacht te brengen en door het opstellen van een beweegkrant. Voor de doelgroep jeugd zal de combinatiefunctionaris in Voerendaal een grote rol gaan spelen op het vlak van bewegen, sport en onderwijs. Deze legt verbindingen tussen de verschillende taakvelden, zoals jeugd, sport, gezondheidsbeleid en Wmo. Daarnaast vindt signalering en doorverwijzing plaats vanuit de jeugdgezondheidszorg. De GGD richt zich in 2012 op het bespreekbaar maken van overgewicht met het betreffende kind en de ouders. Eind 2011 is een begin gemaakt met een samenwerking tussen de GGD Zuid Limburg om bewegen in Zuid-Limburg verder te stimuleren. In 2012 krijgt deze samenwerking meer handen en voeten. De samenwerking zal plaatsvinden op het terrein van de overheid/gemeente, de school en de wijk. De twee partijen zijn erop gericht elkaar expertise beter te benutten, overlap in activiteiten te vermijden en meer gezamenlijk op te trekken in nieuwe trajecten. In 2011 is door de Academische Werkplaats subsidie verkregen voor het project Active Living. Dit is gericht op meer beweging bij kinderen in wijken met een lage sociaaleconomische status en focust op een integrale aanpak hiervan. Omdat de fysieke omgeving een belangrijke invloed heeft op het beweeggedrag van kinderen, wordt dit nadrukkelijk meegenomen in het project dat in afstemming met de gemeente via de scholen zal worden opgepakt. De gemeente Voerendaal doet niet actief mee in de uitvoering van het project, maar wordt regelmatig door de GGD geïnformeerd over de voortgang. Resultaten van het project zijn op den
11
duur wellicht ook bruikbaar voor het gezondheids- en beweegbeleid van Voerendaal. Afspraken → GGD met Zuid-Limburgse gemeenten
In 2012 ligt de focus op het versterken van medewerkers van de JGZ 0 tot 19 jaar zodat overgewicht vroegtijdig gesignaleerd wordt en adequate doorverwijzing naar ketenpartners plaatsvindt. In 2012 worden medewerkers van de JGZ 0 tot 19 jaar getraind in het bespreekbaar maken van overgewicht richting het kind en de ouders. In 2012 bewaakt de GGD de kwaliteit, het bereik en het effect van de cursussen SlimKids en RealFit. De uitvoering van SlimKids is reeds overgedragen naar de thuiszorgorganisaties. De overdracht voor RealFit vindt plaats in 2012. In 2012 vindt vanuit de Academische Werkplaats een analyse plaats naar de deelname van kinderen aan het Sportfonds in Zuid-Limburg.
Afspraken → gemeente Voerendaal
In het eerste halfjaar 2012 wordt in samenwerking tussen GGD en gemeente Voerendaal een zogenaamde beweegkrant opgesteld. Hierin worden initiatieven van verenigingen en sportaanbieders, maar ook van particulieren en stichtingen opgenomen.
Wat wordt in 2012 opgepakt op het gebied van seksuele gezondheid bij jongeren? Primaire preventie op het gebied van seksuele gezondheid is in de regionale nota opgenomen als speerpunt ten behoeve van gezondheidsbevordering binnen de regio. Binnen de huidige kaders is echter geen ruimte beschikbaar voor primaire preventie. De komende jaren kan niet worden ingezet op het voorkómen van seksuele ongezondheid. Een regionale regiefunctie om het hulpaanbod te laten aansluiten bij de problematiek in Zuid-Limburg kan niet gerealiseerd worden. De Zuid-Limburgse gemeenten hebben andere prioriteiten gesteld, waardoor de focus niet op de preventieve taken in het kader van seksuele gezondheid ligt. Desalniettemin wordt via het Centrum voor Seksuele Gezondheid uitvoering gegeven aan landelijke curatieve taken, die voornamelijk de hulpverlening betreffen wanneer reeds sprake is van seksuele ongezondheid (zie paragraaf 4.2). Wat wordt in 2012 opgepakt op het gebied van roken? Roken gaat gepaard met een slechtere kwaliteit van leven, meer ziekteverzuim en een hoger zorggebruik. In vergelijking met andere leefstijlfactoren is de bijdrage aan de totale ziektelast bij roken hoog. Het verlies aan levensjaren is voor roken het grootst. Op basis van de vraag van scholen wordt rookpreventie meegenomen in het schoolgezondheidsbeleid. Tevens worden de landelijke ontwikkelingen op het gebied van rookpreventie nauwlettend in de gaten gehouden en wordt, waar mogelijk, hierbij aangesloten. Omdat het percentage rokende jongeren in Voerendaal toeneemt, wil Voerendaal de aandacht voor roken door jongeren bij jongeren vergroten. De basisscholen in de gemeente worden daarom benaderd om in hun schoolgezondheidsbeleid aandacht te besteden aan rookpreventie (groepen 7 en 8).
12
Afspraken→ GGD met Zuid-Limburgse gemeenten
In 2012 wordt door de GGD in samenwerking met gemeenten een screening uitgevoerd op het rookgedrag in sportkantines, scholen en cafés.
Afspraken → gemeente Voerendaal
De basisscholen in de gemeente Voerendaal worden benaderd om in hun schoolgezondheidsbeleid aandacht te besteden aan rookpreventie (groepen 7 en 8). Zoals reeds in de paragraaf 'schadelijk alcoholgebruik' is aangegeven, wordt in het 1e kwartaal van 2012 door de GGD en gemeente Voerendaal een plan opgesteld ten behoeve van voorlichting bij scholen en verenigingen inzake schadelijk alcoholgebruik en roken. Implementatie is voorzien voor na de zomervakantie 2012.
4.2
Ouderengezondheidszorg
Ambities uit ‘Een gezonde koers voor Zuid-Limburg!’ Het tijdig signaleren van kwetsbaarheid bij ouderen. Het bevorderen van het duurzaam zelfstandig blijven wonen van ouderen. Verbinden van ouderengezondheidsbeleid vanuit de Wpg met het Wmobeleid. Wat wordt in 2012 opgepakt? In 2008 heeft de GGD Zuid Limburg in haar (epidemiologisch) onderzoek en monitorsystemen voor het eerst aanvullend onderzoek gedaan naar de gezondheidssituatie en zorgbehoeften van ouderen (55-plussers). Het beeld is dat ook bij deze doelgroep relatief veel lichamelijke en geestelijke gezondheidsproblemen zijn die voorkomen kunnen worden. Omdat het taakveld ouderengezondheidszorg een nieuwe taak binnen het gezondheidsbeleid betreft, voeren de Zuid-Limburgse gemeenten en de GGD in 2012 een nadere verkenning uit over wat deze taak moet inhouden. In Zuid-Limburg lopen veel initiatieven (zoals Zorg uit Voorzorg, [G]OUD, Voor Elkaar in Parkstad, Meer Samen in Praktijk Heerlen en Wonen Welzijn Zorg in Munstergeleen) rondom de afstemming en samenwerking op het gebied van wonen, welzijn, zorg en maatschappelijke participatie. Deze initiatieven zijn gericht op vroegtijdige opsporing van risicogroepen, met name ouderen in kwetsbare situaties. Daarnaast richten de initiatieven zich op het langer zelfstandig thuis wonen van ouderen. Eind 2011 bevinden de initiatieven zich nog in verschillende fasen van ontwikkeling. De GGD heeft een rol in alle trajecten. Uit alle initiatieven worden in de loop van 2012-2015 resultaten verwacht, die aanknopingspunten bieden voor de nadere invulling van de ouderengezondheidszorg in de gemeenten in Zuid-Limburg. Ouderen in Voerendaal geven aan behoefte te hebben aan hulp in en om het huis. Als vanuit het perspectief van het gezondheidsbeleid naar de andere beleidsvelden van de gemeente Voerendaal wordt gekeken, is de conclusie dat er een nauwe relatie is met de Wmo. In het Wmo-uitvoeringsprogramma 2011 is reeds een project opgenomen dat voorziet in deze behoefte van ouderen; namelijk het buurtteam. Het doel van dit project is tweeledig. Enerzijds kan dit buurtteam kleine en kortdurende hulpvragen oplossen. Het gaat hier om beperkte en incidentele klussen zoals licht huishoudelijk werk, boodschappen doen, kleine
13
klussen in en om de woning, ondersteuning bij administratieve zaken en begeleiding bij arts/ziekenhuisbezoek hetgeen een positieve invloed kan hebben op de gezondheid (en gevoel van eenzaamheid) van de inwoners die deze hulp nodig hebben. Anderzijds kan het buurtteam incidentele grote klussen verrichten. Te denken valt aan onderhoudsklussen van een (sport)vereniging of een vervoersvoorziening voor minder mobiele mensen in een afgelegen kern naar voorzieningen en activiteiten in overige kernen. Voor de opzet van het buurtteam wordt een groeimodel toegepast. Dit betekent dat op termijn functies en activiteiten kunnen worden aangehaakt. Het buurtteam is vanaf het 1e kwartaal 2012 operationeel. De coördinatie en of uitvoering van deze nieuwe activiteiten vinden plaats vanuit het buurtteam. Een ander document waarin het gezondheidsbeleid direct en indirect aan bod komt is de rapportage die naar aanleiding van de Civil Society Scan in Ransdaal is opgesteld. Uit deze scan is gebleken dat de informele zorg in Ransdaal niet voor iedereen vanzelfsprekend is. Informele zorg en/of een sociaal netwerk is belangrijk voor het gevoel van welbevinden en kan ter voorkoming van eenzaamheid, angststoornissen en depressies dienen. Daarom is besloten om het project ouderenadvisering als eerste in de kern Ransdaal uit te voeren. De ouderenadviseurs en consulenten bezoeken de ouderen thuis in verschillende leeftijdscategorieën, aflopend van 80+ naar 65 jaar. Door middel van deze huisbezoeken wordt geprobeerd te achterhalen of het aanbod van diensten en voorzieningen t.b.v. (zorgbehoevende) ouderen in deze kern al dan niet voldoende is dan wel voldoende bekend en toegankelijk is. Gebleken is dat er een grote mate van zelfredzaamheid in de kern Ransdaal is. Daarnaast is het aanbod van voorzieningen in Ransdaal en/of de hele gemeente Voerendaal voldoende, maar het gebruik kan meer gestimuleerd worden. Hiervoor dient de bekendheid van de voorzieningen te worden vergroot en de toegankelijkheid te worden verbeterd in termen van vervoer. In dit kader wordt in het eerste kwartaal van 2012 een 'zorgkrant', toegespitst op de kern Ransdaal opgesteld en verspreid. Hierin word het aanbod van voorzieningen onder de aandacht gebracht inclusief vervoersmogelijkheden. Daarnaast is uit de resultaten van de Civil Society Scan gebleken dat er behoefte is aan een multifunctioneler gebruik van gemeenschapshuis 't Wouves. Samen met verenigingen in Ransdaal, waaronder de ouderenvereniging, is nagegaan welke behoeften er zijn ten aanzien van het gemeenschapshuis. Hierbij is ook rekening gehouden met de decentralisatie van de AWBZ naar Wmo (overheveling van de functie begeleiding naar gemeenten). Er is een programma van eisen uitgewerkt dat uiteindelijk in 2012 wordt uitgevoerd. Na realisatie beschikt de kern Ransdaal over een gemeenschapsaccommodatie die voldoet aan de lokale behoeften en mogelijkheden heeft om multifunctioneler te gebruiken waardoor ontwikkelingen in de Wmo ook in Ransdaal opgevangen kunnen worden. In 2012 wordt in de kern Klimmen eveneens een Civil Society Scan uitgevoerd. Een van de thema's die in de vragenlijsten en uitwerking aan bod komen is 'ouderen'. Afhankelijk van de resultaten van de scan worden aanbevelingen gedaan en projectvoorstellen gemaakt. Begin 2011 is het project ouderenadvisering gestart. Er bestaan in Voerendaal verschillende voorzieningen en loketten die zich richten op zorg en welzijn. Echter, een oudere die niet in staat is om zijn hulpvraag te stellen maakt hier geen gebruik van en blijft dus buiten beeld. Aangezien dit negatieve gevolgen kan hebben voor de zelfredzaamheid en het gevoel van welbevinden van sommige mensen is het project ouderenadvisering opgericht. Ouderenadviseurs (professionals) en ouderenconsulenten (vrijwilligers) bezoeken de ouderen, onderzoeken de zorgbehoefte en eventuele hulpvragen van deze mensen en maken ze wegwijs in het aanbod van de verschillende voorzieningen. De 14
ouderenadviseurs en -consulenten hebben een informerende, adviserende, bemiddelende, begeleidende, ondersteunende en signalerende functie. Afspraken → GGD en Zuid-Limburgse gemeenten
In het najaar van 2012 wordt de ouderenmonitor uitgezet (zie ook paragraaf 4.7 epidemiologie). In 2012 is er een lijst van activiteiten en voorzieningen die in de gemeente Voerendaal beschikbaar zijn voor ouderen.
Afspraken → gemeente Voerendaal
In 2012 wordt in de kern Klimmen een Civil Society Scan uitgevoerd waarbij het thema 'ouderen' in de vragenlijsten en uitwerking wordt opgenomen. Afhankelijk van de resultaten van de scan worden aanbevelingen gedaan en projectvoorstellen gemaakt. In 2012 worden de projecten naar aanleiding van de Civil Society Scan Ransdaal concreet uitgevoerd, te weten: opwaarderen gemeenschapshuis 't Wouves en het opstellen en verspreiden van een zorgkrant welke is toegespitst op de kern Randsdaal. In het eerste kwartaal 2012 is het buurtteam operationeel. Dit team verzorgt onder andere incidentele en beperkte klussen bij (hulpbehoevende) ouderen in en rondom de woning. Tevens verzorgt het buurtteam een vervoersvoorziening om voorzieningen en activiteiten bereikbaar te houden. Het project ouderenadvisering wordt in 2012 voortgezet.
4.3
Advisering aan gemeenten
Ambities uit ‘Een gezonde koers voor Zuid-Limburg!’ Gemeenten toetsen hun bestuurlijke besluiten op gevolgen voor de publieke gezondheid. De GGD geeft (on)gevraagd advies aan haar gemeenten op het vlak van de publieke gezondheid. Wat wordt in 2012 opgepakt? In nauw overleg tussen de GGD Zuid Limburg en de Zuid-Limburgse gemeenten zullen in 2012 de mogelijkheden verkend worden om een (nieuwe) methodiek te ontwikkelen voor het systematisch toetsen van gemeentelijke besluiten op gevolgen voor de publieke gezondheid. Hierbij zal het proces van gevraagd en ongevraagd adviseren over toekomstig en of bestaand gemeentelijk beleid nadrukkelijk worden meegenomen. Het streven is om deze methodiek als pilot uit te testen in 2012 en in de jaren daarna de brede toepassingsmogelijkheden te verkennen. Dit is uiteraard afhankelijk van de resultaten van de verkenning. Nadere afspraken hierover worden na uitwerking van de verkenning gemaakt. Lokale invulling is hierbij niet noodzakelijk. Voerendaal is - met het oog op de beperkt beschikbare ambtelijke capaciteit binnen de gemeente voor gezondheid – niet voornemens om deel te nemen aan een pilot in 2012. Afspraken→ GGD met Zuid-Limburgse gemeenten
De GGD richt in 2012 in samenwerking met een afvaardiging van gemeenteambtenaren een werkgroep in voor een verkenning van een mogelijke methodiek voor het systematisch toetsen van gemeentelijke
15
besluiten op gevolgen voor de publieke gezondheid. In 2012 biedt de GGD de gemeenten een voorstel aan waarin de resultaten van de ambtelijke werkgroep zijn uitgewerkt. Op basis van het voorstel wordt in 2012 gestart met een pilot in één of meerdere gemeenten.
4.4
Infectieziektebestrijding
Waar op andere gezondheidsthema’s het Rijk en gemeenten gezamenlijk beleid maken, is op het gebied van infectieziektebestrijding beperkte beleidsruimte voor de gemeenten. De uitvoering van de infectieziektebestrijding is door de ZuidLimburgse gemeenten geheel opgedragen aan de GGD Zuid Limburg. Het beleid wordt veelal op landelijk niveau gemaakt; de regionale context is bepalend voor de invulling hiervan. Ambities uit ‘Een gezonde koers voor Zuid-Limburg!’ Het verbeteren van voorbereidingsmogelijkheden om uitbraken van infectieziekten in Zuid-Limburg te beperken en te voorkomen. Het ontwikkelen van aanvullend beleid om proactiever om te gaan met infectieziektebestrijding. De gemeenten in Zuid-Limburg hebben gekozen voor toekomstscenario 2. Dit betekent dat in 2015 meer middelen beschikbaar komen voor de taak infectieziektebestrijding. Als gevolg daarvan worden bovenstaande ambities vanaf 2015 opgepakt. Wat wordt in 2012 opgepakt? 24-uurs infectieziektebestrijding Op het gebied van de 24-uurs infectieziektebestrijding ontvangt de GGD meldingen van infectieziekten in Zuid-Limburg. De GGD is 24 uur per dag paraat om meldingen af te handelen en passende maatregelen te treffen conform het Kwaliteitsprofiel Infectieziektebestrijding. Daarnaast vindt ook bron- en contactopsporing plaats bij vermoedens van geïnfecteerde personen. Besmettelijke bronnen worden hierbij tijdig geëlimineerd. De GGD houdt zich tevens bezig met het beantwoorden van vragen van burgers en geeft voorlichting en begeleiding op het gebied van infectieziekten. Tevens vervult de GGD een consultatiefunctie voor medische professionals op grond van de beschikbare expertise. Gemeenten kunnen een beroep doen op de GGD daar waar dat nodig is. Inzet van de GGD bij bijvoorbeeld een uitbraak van de Q-koorts is via deze dienstverlening geregeld. Seksuele gezondheidszorg De GGD screent in Zuid-Limburg op de 5 belangrijkste soa (chlamydia, gonorroe, syfilis, hiv en hepatitis B) en draagt zorg voor de behandeling van deze soa. Aan jongeren onder de 25 jaar wordt aanvullende seksualiteitshulpverlening en voorlichting geboden bij hulpvragen over anticonceptie, onbedoelde zwangerschappen, seksueel geweld en seksualiteitsproblematiek. De GGD is tevens actief op het gebied van outreach-preventie gericht op het bereiken van risicogroepen en kwetsbare groepen in het kader van seksuele gezondheid. De primaire preventie op het gebied van seksuele gezondheid komt verderop in dit document aan bod.
16
Tuberculosezorg De GGD ziet er op toe dat er bron- en contactopsporing plaats vindt wanneer er nieuwe ziektegevallen of recente infecties van tuberculose zijn. Daarnaast voert zij actieve opsporing van tuberculose uit onder risicogroepen middels röntgenonderzoek of een huidtest. Kinderen van immigranten en reizigers worden gevaccineerd tegen tuberculose. Wanneer tuberculosepatiënten langdurig behandeld worden ontvangen zij begeleiding van de GGD. Afspraken→ GGD met Zuid-Limburgse gemeenten 24-uurs infectieziektebestrijding In 2012 ontvangt de GGD Zuid Limburg 24 uur per dag meldingen van infectieziekten en zet hier gerichte actie op volgens landelijk ontwikkelde professionele richtlijnen. In 2012 vindt bron- en contactopsporing plaats bij vermoedens van geïnfecteerde personen en besmettelijke bronnen worden tijdig geëlimineerd. In 2012 worden vragen van burgers en professional beantwoord en voorlichting en begeleiding gegeven op het gebied van infectieziekten. Seksuele gezondheidszorg In 2012 verzorgt het Centrum voor seksuele gezondheid aanvullende seksuele gezondheidszorg conform de regeling Publieke Gezondheid. Deze bestaat uit screening en behandeling van risicogroepen met een soa en aanvullende seksualiteitshulpverlening voor jongeren onder de 25 jaar. In 2012 worden outreach-activiteiten uitgevoerd om risicogroepen en kwetsbare groepen te bereiken voor zorg en preventie. Tuberculosezorg In 2012 vindt bron- en contactopsporing plaats wanneer er nieuwe ziektegevallen of recente infecties van tuberculose zijn in de regio. In 2012 verzorgt de GGD actieve opsporing van tuberculose onder risicogroepen middels röntgenonderzoek of een huidtest. In 2012 worden alle kinderen van immigranten en reizigers gevaccineerd tegen tuberculose. In 2012 ontvangen tuberculosepatiënten begeleiding van de GGD tijdens langdurige behandeling.
4.5
Jeugdgezondheidszorg
Ambities uit ‘Een gezonde koers voor Zuid-Limburg!’ Implementatie van de visie op de uitvoering van de jeugdgezondheidszorg. Opstellen van een gemeentelijke visie op de integrale jeugd(gezondheids)zorg op de schaal van Zuid-Limburg. Vanaf 2012 wordt gewerkt aan de implementatie van de nieuwe visie op de jeugdgezondheidszorg. Binnen deze visie worden drie onderdelen van een nieuwe werkwijze onderscheiden: het CJG-arrangement, basiszorg en risicozorg. In 2011 is een ambtelijke en bestuurlijke stuurgroep ingericht met als doel in 2012 een visie op integrale JGZ te presenteren. De werkgroep bestaat uit een vertegenwoordiging van de gemeenten: Maastricht, Heerlen, Sittard-Geleen, Kerkrade, Stein, Vaals en Gulpen-Wittem. In de Wet publieke gezondheid worden de wettelijke taken op het gebied van de jeugdgezondheidszorg benoemd. De uitvoering van deze taken hebben
17
gemeenten in handen van de thuiszorgorganisaties (JGZ 0 tot 4 jaar) en de GGD Zuid Limburg (JGZ 0 tot 19 jaar) gelegd. In dit uitvoeringsprogramma zijn de afspraken met de GGD voor 2012 uitgewerkt. De afspraken met de JGZ 0-4 worden apart met de thuiszorgorganisaties gemaakt. Meander JGZ verzorgt een uniform deel van het basistakenpakket, een maatwerk deel van het basistakenpakket, prenatale zorg en levert een bijdrage aan het Digitaal Dossier JGZ. Uniform deel: • Contactmomenten met ouders en kind • Herhaling hielprik • Herhaling neoanatale gehoorscreening • Spreekuren • Huisbezoeken • Consulten Maatwerk deel: • Inloopspreekuren peuterspeelzaal • Huisbezoeken peuter • Huisbezoeken zuigelingen • Deelname aan netwerkoverleggen (Zorg Advies Team) • Zorgcoördinatie
Wat wordt in 2012 opgepakt? Vanaf 2012 wordt gewerkt aan de implementatie van de nieuwe visie op de jeugdgezondheidszorg ‘De jeugd dichtbij’. Binnen deze visie worden drie onderdelen van een nieuwe werkwijze onderscheiden: het CJG-arrangement, basiszorg en risicozorg. CJG-arrangement In het CJG-arrangement zijn activiteiten opgenomen om de signaalfunctie van de omgeving en de sluitende aanpak rondom het kind te versterken. Binnen een CJG-arrangement is de deelname aan zorgadviesteams, casusoverleggen en leerling-besprekingen geregeld, alsmede de invulling van de informatie- en adviesfunctie. Basiszorg In de basiszorg zijn de contactmomenten op belangrijke transitiemomenten in de groei en ontwikkeling van kinderen ondergebracht. Daarnaast vinden hierbinnen de noodzakelijke vaccinaties plaats. Risicozorg Kinderen waarbij mogelijke risico’s zijn gesignaleerd, worden via de risicozorg extra in de gaten gehouden. Op grond van de signalen zorgt de JGZ 4 tot 19 jaar voor een probleeminventarisatie en risicotaxatie, zet gerichte acties uit en leidt toe naar passende zorg. De JGZ 0 tot 4 jaar (thuiszorg) en de JGZ 4 tot 19 jaar (GGD) in Zuid-Limburg maken gebruik van hetzelfde digitale dossier (mlCAS). De overdracht van de thuiszorg naar de GGD vindt plaats vanaf 4-jarige leeftijd. De thuiszorg verleent de GGD dan toegang tot het digitale dossier van het kind. Risico’s die reeds gesignaleerd zijn bij kinderen in de leeftijdsperiode 0 tot 4 jaar komen automatisch beschikbaar voor de GGD.
18
Algemeen Vanaf 2012 vinden er ten behoeve van de implementatie van de nieuwe werkwijze minimaal vijf leertuinen plaats. Deze zijn bedoeld om de implementatie van een onderdeel van de werkwijze voor te bereiden en uit te testen. Vanaf 2012 zijn medewerkers van de GGD erop gericht een constante verbinding te leggen tussen beleid, onderzoek en praktijk ter ondersteuning van de nieuwe werkwijze. Dit komt tot uiting in de uitvoering van en deelname aan onderzoeken. Jaarlijks start er minimaal één onderzoek. Maatschappelijke ontwikkelingen worden op de voet gevolgd en leiden tot een voortdurende evaluatie en noodzakelijke bijstelling en/of innovatie binnen de JGZ (waaronder het maken van andere keuzes ten aanzien van zorgdomeinen en het implementeren van nieuwe richtlijnen). Afspraken→ GGD met Zuid-Limburgse gemeenten CJG-arrangement Eind 2012 is een procedurebeschrijving gereed waarin beschreven staat hoe het CJG-arrangement tot stand komt. Het streven is om in 2012 in twee CJG-werkgebieden te komen tot een convenant. In 2012 is een format gereed over hoe men komt tot school- en wijkprofielen. In 2012 neemt de JGZ deel aan zorgadviesteams, buurtnetwerken en/of casusoverleggen (voor zover deze aanwezig zijn in de gemeente Voerendaal). Eind 2012 is er een registratiesysteem waarin de aard en aantallen van binnengekomen vragen van ouders, jongeren en ketenpartners aan de JGZ worden geregistreerd. Vanaf 2013 rapporteert de JGZ hierover aan de gemeenten. Basiszorg In 2012 vindt in de dialooggroepen JGZ verslaglegging plaats over de voortgang van de digitale vragenlijst gekoppeld aan online dienstverlening. In 2012 is de procedure en werkinstructie ‘afsluiting dossier’ gereed en zijn er criteria opgesteld ten behoeve van de archivering en overdracht naar relevante ketenpartners. Vanaf de tweede helft van 2012 wordt een dossiercheck uitgevoerd bij alle 4jarigen in de gemeente Voerendaal. Alle 5-jarigen uit Voerendaal en alle leerlingen uit de gemeente Voerendaal van klas 2 in het voortgezet onderwijs worden vanaf 2012 uitgenodigd voor een PGO. In 2012 worden alle 9-jarigen kinderen uit de gemeente Voerendaal uitgenodigd voor een BMR-/DTP-vaccinatie en alle 12-jarige meisjes worden uitgenodigd voor een HPV-vaccinatie. Tevens wordt degenen die verhinderd zijn een inhaalvaccinatie aangeboden. Alle 10-jarigen in de gemeente Voerendaal worden in 2012 uitgenodigd voor een screening. Risicozorg In 2012 ontvangen de Zuid-Limburgse gemeenten een rapportage met aanbevelingen in het kader van de risicozorg. Op basis van deze aanbevelingen worden vervolgkeuzes gemaakt voor de komende jaren. Hierin is per zorgdomein opgenomen: welke registraties in het Digitaal Dossier JGZ worden gezet om prevalentie van gezondheidsproblemen te duiden; -welke kinderen ‘at risk’ zijn; -welke signaleringsinstrumenten kunnen worden ingezet om kinderen ‘at risk’ te kunnen identificeren;
19
-welke interventies kunnen worden ingezet ten behoeve van de risicokinderen zijn; -welke instrumenten kunnen worden ingezet om risicokinderen te signaleren; -welke interventies kunnen worden ingezet ten behoeve van de risicokinderen. In 2012 krijgt elk kind in de gemeente Voerendaal dat binnen de risicolijn valt een aanbod op maat. Vanaf 2012 wordt gezondheidsgerelateerde opvoedondersteuning aangeboden conform de methodiek van Triple P. In 2012 zijn de meldcode kindermishandeling en het standpunt VGV (Voorkoming Genitale Verminking) geïmplementeerd.
Algemeen In 2012 vinden er leertuinen plaats op de thema’s PGO groep 2, dossiercheck, online dienstverlening, CJG-arrangement en schoolverzuim. In 2012 start via de Academische Werkplaats één onderzoek ten behoeve van de verbinding tussen beleid, onderzoek en praktijk ter ondersteuning van de nieuwe werkwijze In 2012 worden gemeenten over dit onderzoek op de hoogte gehouden via de dialooggroepen JGZ
4.6
Medische milieukunde
Ambities uit ‘Een gezonde koers voor Zuid-Limburg!’ De uitvoering van de wettelijke basistaken op het vlak van de medische milieukunde verruimen en aanscherpen. Het (on)gevraagd adviseren van gemeenten op het gebied van de medische milieukunde Stimuleren van een gezond binnenmilieu in scholen, op het werk en in huis. Wat wordt in 2012 opgepakt? Met de inwerkingtreding van de Wet publieke gezondheid en de nieuwe Wet veiligheidsregio’s is het verantwoordelijkheidsgebied van de medisch milieukundige zorg vergroot. De daadwerkelijke uitvoering is echter nog niet aangepast aan de veranderende wettelijke taken en staat daarmee onder druk. Het streven is om volgens de “waakvlamnorm” te opereren om zo het absolute minimum van de wettelijke taakstellingen te kunnen realiseren. De GGD levert onder andere inzet op de hieronder beschreven taakvelden. Het verzamelen, registreren en analyseren van milieu- en gezondheidsgegevens Op verzoek van de gemeenten geeft de GGD een actueel beeld van de milieugezondheidssituatie in de regio. Hiervoor verzamelt en analyseert de GGD eigen gegevens, data van andere gemeentelijke diensten en van derden. In 2013 rapporteert de GGD over de milieugezondheidssituatie en brengt zij de gemeente op de hoogte bij signalering van dreigende gezondheidsrisico’s als gevolg van het milieu. De GGD voert tevens proactief onderzoek uit op eigen initiatief of van derden, wat leidt tot betere inzichten over het preventief handelen in de praktijk. Beleidsadvisering De GGD adviseert gemeenten op verzoek bij het opstellen van beleidsplannen op het gebied van de medisch milieukundige zorg. Hieronder valt ook het opstellen van een milieuparagraaf in de nota gezondheidsbeleid en een bijdrage over
20
gezondheid in het milieubeleidsplan. In het geval van ongewenste situaties adviseert de GGD de gemeente ongevraagd over beleidswijzigingen. De GGD gaat tevens de mogelijkheden onderzoeken om de samenwerking van de GGD met de gemeentelijke afdelingen ruimtelijke ordening te versterken, zodat bij aanvang van bouwplannen het aspect gezondheid wordt meegenomen. Dit zal worden meegenomen in het traject dat beschreven staat in paragraaf 4.1. Advisering bij milieu-incidenten Deze taak overlapt gedeeltelijk met de werkzaamheden van de GHOR (veiligheid). Activiteiten die noodzakelijk zijn ter voorbereiding op een effectieve advisering en ondersteuning bij incidenten en rampen. Hieronder valt een actieve participatie in het regionale netwerk voor rampenbestrijding. De medisch milieukundige zorg draagt tevens zorg voor een bereikbaarheidsdienst voor urgente advisering over de gezondheidsrisico’s van gevaarlijke stoffen die vrijkomen als gevolg van een incident, ongeluk of ramp, zoals eind 2010 bij de brand in het gemeentehuis in Voerendaal. Ook zet zij zich in bij activiteiten die gericht zijn op nazorg bij incidenten en rampen, waaronder het doen van metingen, gezondheidsonderzoek en voorlichtingsactiviteiten. Afspraken→ GGD met Zuid-Limburgse gemeenten Beleidsadvisering In 2012 voert de GGD waar nodig gezondheidkundige beoordelingen uit van plannen op het gebied van lucht, bodem en ruimtelijke ordening. Advisering bij milieu-incidenten De GGD beoordeelt risicokaarten. De GGD neemt deel aan oefeningen ter voorbereiding op incidenten en rampen. Er vindt deskundigheidsbevordering van (hulpverlenend) personeel plaats De GGD draagt bij aan het ondersteunen, begeleiden en opleiden van GHORfunctionarissen. De GGD levert een bijdrage aan het opstellen van rampenbestrijdingsplannen. De GGD houdt kennis, gegevensbronnen, documentatie en faciliteiten op peil. De GGD adviseert bij het opstellen van draaiboeken, scenario’s en protocollen voor de Gezondheidskundig Adviseur Gevaarlijke Stoffen (GAGS). De medisch milieukundige zorg binnen de GGD heeft een 24-uurs telefonische bereikbaarheid binnen 15 minuten en is beschikbaar om ter plaatse te zijn. De GGD levert een bijdrage aan voorlichting en risicocommunicatie in de nazorg van incidenten en calamiteiten.
Vragen, gezondheidsklachten en meldingen De GGD beantwoordt vragen van de gemeente en haar burgers over milieugezondheidsaspecten bij de uitvoering van gemeentelijk beleid. Tevens organiseert de GGD tijdens kantooruren een bereikbaarheidsdienst voor het aannemen en afhandelen van vragen, gezondheidsklachten en meldingen (ten behoeve) van individuele burgers. Urgente vragen worden onmiddellijk in behandeling genomen. Preventieve voorlichtingsactiviteiten Preventieve voorlichtingsactiviteiten betreffen collectieve activiteiten die gericht zijn op de preventie van gezondheidsschade door milieufactoren. Het ontwikkelen en uitvoeren hiervan gebeurt op basis van de lokale doelgroepen en omstandigheden. Jaarlijks levert de GGD een bijdrage aan het opstellen van bovenregionale voorlichtingsplannen in het kader van overlast door de eikenprocessierups en wanneer er aanhoudende hoge temperaturen zijn.
21
Binnenmilieu basisonderwijs De GGD zal tot 2013 aansluiten bij een landelijke project om gemeenten en onderwijs in de regio te informeren over het belang van een gezond binnenmilieu en te stimuleren dat dit structureel wordt ingebed in ‘de gezonde en veilige school’. Scholen worden door de GGD bezocht en tijdens dat bezoek wordt de school gescreend, wordt voorlichting gegeven aan de directie en leerkrachten en ontvangt de school een advies. Daarnaast ontvangt de school €1.500,- om aanpassingen aan het binnenmilieu uit te kunnen voeren. Alle basisscholen in Voerendaal zijn in juni 2011 geïnformeerd. Afspraken → GGD met Zuid-Limburgse gemeenten Vragen, gezondheidsklachten en meldingen De GGD behandelt in 2012 vragen met betrekking tot milieugezondheidsaspecten van mensen uit de gemeente Voerendaal. In 2012 is de medisch milieukundige zorg tijdens kantooruren telefonisch bereikbaar voor vragen, gezondheidsklachten en meldingen van burgers en instanties in de gemeente Voerendaal. Preventieve voorlichtingsactiviteiten In 2012 levert de GGD een bijdrage aan het opstellen van een bovenregionaal voorlichtingsplan op het gebied van de eikenprocessierups en (wanneer nodig) het hitteplan. Binnenmilieu basisonderwijs In 2012 worden de basisscholen in Voerendaal bezocht die geïnteresseerd zijn in het landelijk project op het gebied van binnenmilieu. Afspraken → gemeente Voerendaal
De cijfers over het binnenmilieu zoals opgenomen in de regionale gezondheidsnota ‘Een gezonde koers voor Zuid-Limburg’ en toegespitst op Voerendaal legitimeren het stellen van een aanvullende ambitie op het gebied van binnenmilieu. Om onder andere het belang van een goede ventilatie van woningen te benadrukken wordt in het eerste kwartaal van 2012 in de editie van het informatieblad van de gemeente Voerendaal (Magazine) een artikel hierover opgenomen. GGD levert hiervoor de benodigde informatie aan. Ook kan ervoor worden gekozen om een losse folder over dit onderwerp huis-aanhuis te laten verspreiden.
4.7
Hygiëne en Inspectie
Het takenpakket van Hygiëne en Inspectie bestaat voor een groot deel uit periodieke inspecties, beoordelingen en rapportages ten aanzien van de veiligheid, hygiëne en pedagogische kwaliteit. Het werkterrein is uitgebreid en divers en is gebaseerd op verschillende wetgeving. De inspectie van seksinrichtingen wordt uitgevoerd op basis van gemeentelijke verordeningen die vanuit de Wpg zijn opgesteld. Ook de advisering bij publieksevenementen komt voort uit deze wet. De Wet Kinderopvang en de beleidsregels kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen betreffen het toezicht op de kwaliteit van de kinderopvang en de inspecties van peuterspeelzalen. Deze inspecties beslaan het grootste deel van het werk en worden uitgevoerd in opdracht van de Zuid-Limburgse gemeenten. Op basis van het Warenwetbesluit Hygiënevoorschriften tatoeëren en piercen worden de inspecties bij bedrijven voor tatoeage, piercing en permanente make-
22
up uitgevoerd waarna een vergunning verleend wordt, indien wordt voldaan aan de gestelde eisen. Ambitie uit ‘Een gezonde koers voor Zuid-Limburg!’ De ambitie is om inspecties in het kader van hygiënezorg uit te breiden bij organisaties met een verhoogd risico op verspreiding van infectieziekten. Deze regionale ambitie wordt lokaal ingevuld. Wat wordt er in 2012 opgepakt? Inventarisatie instellingen met verhoogde kans op verspreiding van infectieziekten In 2012 maakt de GGD in nauw overleg met de gemeente Voerendaal een overzicht van instellingen met een verhoogde kans op de verspreiding van infectieziekten. Deze lijst is aanvullend op de lijst van organisaties waar reeds periodieke inspecties worden uitgevoerd. Het betreft hier onder andere groepsaccommodaties en kinderboerderijen in de gemeente. Gelet op het feit dat infectieziekten zich niet aan gemeentegrenzen houden, wordt hierin actief de samenwerking met de omliggende gemeenten opgezocht. De GGD adviseert deze instellingen vervolgens over de mogelijkheden op het gebied van bouw, inrichting en organisatie van de activiteiten om het risico op verspreiding van infectieziekten te verkleinen. Periodieke inspecties Op plaatsen waar grote, kwetsbare groepen mensen gebruik maken van (collectieve) voorzieningen, voert de GGD periodiek inspecties uit, waarbij de technische hygiëne en veiligheid gecontroleerd worden. Ook wordt advies gegeven over noodzakelijke hygiënemaatregelen en is er aandacht voor veiligheid en milieuhygiënische zorg. Voorbeelden van deze zogenaamde collectieve voorzieningen zijn zorgcentra, seksinrichtingen, scholen, campings en grote evenementen. Binnen de kinderopvang en de peuterspeelzalen worden jaarlijks inspecties uitgevoerd op basis van de Wet kinderopvang en de beleidsregels kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen. Er worden tevens inspecties uitgevoerd bij bedrijven voor tatoeage, piercing en permanente make-up, waarna een vergunning verleend wordt indien voldaan is aan de gestelde eisen. Controles hygiëne en veiligheid seksinrichtingen in APV Naar verwachting zal in 2012 de kaderwet Regulering Prostitutie ingevoerd worden, waardoor gemeentelijke verordeningen herzien dienen te worden. In de gemeente Voerendaal zijn de controles op hygiëne en veiligheid door de GGD reeds opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening. Afspraken→ GGD met Zuid-Limburgse gemeenten
In 2012 ligt er een overzicht van risicovolle collectieve voorzieningen, die buiten controles van andere instanties vallen bij de gemeente Voerendaal. Eind 2012 wordt hierover gerapporteerd. In 2012 worden alle instellingen in de kinderopvang in gemeente Voerendaal ingedeeld in risicoprofielen op basis van bevindingen in 2012 en eerder in het kader van risicogestuurd toezicht in de kinderopvang. De gemeente Voerendaal wordt in 2012 via rapportages geïnformeerd over de kwaliteit van alle geïnspecteerde kinderopvang instellingen/peuterspeelzalen en worden zij tevens geïnformeerd over instellingen in de kinderopvang/peuterspeelzalen die niet voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen en daarmee niet worden opgenomen in het Landelijk Register Kinderopvang/Peuterspeelzalen.
23
4.8
Psychosociale hulp bij ongevallen en rampen
Ambities uit ‘Een gezonde koers voor Zuid-Limburg!’ Het in stand houden en verder optimaliseren van een regionaal psychosociaal hulpverleningsnetwerk voor nazorg bij ongevallen en rampen. Wat wordt in 2012 opgepakt? In 2011 is een tijdelijk hulpverleningsnetwerk in het leven geroepen. Vanaf 2012 wordt gewerkt aan het verder optimaliseren, uitbreiden en verankeren van het netwerk. Binnen de GGD-organisatie worden procesleiders en kernteamleiders PSH (psychosociale hulp) benoemd en opgeleid om in tijden van crisis leiding te kunnen geven aan het kernteam PSH en hun rol te vervullen in het crisisteam van de GGD. In 2012 wordt het kernteam PSH nader vormgegeven en getraind in het kader van het OTO (Opleiden Trainen Oefenen)-jaarplan GROP (GGD Rampen Opvang Plan). Het kernteam PSH zal bestaan uit vertegenwoordigers van de instellingen voor slachtofferhulp, geestelijke gezondheidszorg en maatschappelijk werk. Afspraken→ GGD met Zuid-Limburgse gemeenten
In 2012 worden procesleiders en kernteamleiders PSH benoemd en opgeleid ten behoeve van het kernteam PSH en het crisisteam van de GGD. In 2012 vindt de invulling, vormgeving en training van het kernteam PSH plaats.
4.9
Epidemiologie
Ambities uit ‘Een gezonde koers voor Zuid-Limburg!’ De regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning verder uitwerken en verdiepen zodat gemeenten hier meer beleidsinformatie uit kunnen halen. Wat wordt in 2012 opgepakt? Gezondheidscijfers Gemeenten hechten veel waarde aan gezondheidscijfers. Daardoor zijn zij immers beter in staat om kwetsbare groepen te definiëren en gerichte gezondheidsinterventies mogelijk te maken. In het najaar van 2012 worden de volwassenenen ouderenmonitor uitgezet. In overleg met gemeenten wordt bepaald op welke schaalgrootte deze wordt uitgevoerd en welke informatie de monitor moet opleveren. De GGD treedt hiertoe in overleg met de gemeenten. In het najaar van 2013 wordt de jongerenmonitor uitgezet. Het streven is om zoveel mogelijk informatie te halen uit het digitaal dossier JGZ. In overleg met gemeenten wordt besproken welke informatie er aanvullend nodig is. De GGD treedt hierover te zijner tijd in overleg met gemeenten. Gezondheidsinformatie bundelen Niet alleen de GGD en de gemeente beschikken over gezondheidsinformatie over de inwoners van Zuid-Limburg, ook bij andere organisaties zoals thuiszorg, de huisartsen en de GGZ is belangrijke informatie beschikbaar. Met deze (en andere) relevante partners wordt in 2012 en 2013 contact gezocht met de vraag te verkennen welke bijdrage deze organisaties kunnen leveren aan een integraal beeld van de gezondheid in Zuid-Limburg. Dit alles is gericht op de nieuwe versie van de regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning in 2014: ‘Een gezonde kijk op Zuid-Limburg’.
24
Data- en kennisnetwerk Om over de aanpak van gezondheidsvraagstukken effectief beleid te kunnen voeren is meer integrale kennis nodig en een brede beschikbaarheid van data. De kennis en data zijn vaak wel voorhanden maar is versnipperd aanwezig bij verschillende organisaties. Samenwerking in een data- en kennisnetwerk is daarom noodzakelijk. Afspraken→ GGD met Zuid-Limburgse gemeenten
In de eerste helft van 2012 treedt de GGD in overleg met gemeenten over de schaalgrootte van de monitors (jongeren, volwassenen en ouderen) en over welke informatie deze moet opleveren. In het najaar van 2012 wordt de volgende volwassenen- en ouderenenmonitor uitgevoerd (zie ook paragraaf 4.9 ouderengezondheidszorg). De GGD legt in 2012 een voorstel neer waarin, op basis van overleg met gemeenten en andere ketenpartners, duidelijk wordt welke informatie in de regionale VTV 2014 komt te staan aanvullend op de informatie uit de regionale VTV 2010. Het Regionaal Kompas wordt in 2012 uitgebreid met informatie over minimaal 6 nieuwe gezondheidsthema’s. Eind 2012 is er door de GGD een visie en een model ontwikkeld voor de inrichting van het data- en kennisnetwerk en is een convenant gesloten met relevante partijen voor implementatie en verdere doorontwikkeling.
4.10
Verslaglegging en verantwoording
De in dit uitvoeringsprogramma beschreven taken - voor zover deze betrekking hebben op de GGD Zuid Limburg gelden tevens als dienstverleningsafspraken met de GGD Zuid Limburg, waarover jaarlijks (in april) wordt gerapporteerd; zowel inhoudelijk als financieel. Rapportage vindt plaats congruent aan de schaalgrootte van de afspraak. Regionale afspraken worden op regionale schaal verantwoord, lokale zaken worden lokaal verantwoord. Op basis van de jaarlijkse verslaglegging kan bijsturing plaatsvinden.
25