Een gezonde omgeving voor dementerenden
Algemeen
Gewone woning
Veiligheid
Woonkamer
Oriëntatie
Slaapkamer
Licht
Zorgcomplex Verblijfplekken
Ontmoetingsplek
Keuken Privéruimte
Akoestiek
Badkamer/toilet
Thuisgevoel Kleur en materiaal
Uitzicht Geur
Buitenruimte Herkenbaarheid
Een gezonde omgeving voor dementerenden
Inhoudsopgave Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
Inleiding Een win-win situatie Een ruimte die goed schoon te houden is, is prettig voor de zorgverlener. Gladde wanden en vloeren zijn bijvoorbeeld makkelijker schoon te maken voor de zorgverlener. Het nadeel van gladde wanden en vloeren is dat ze geluid weerkaatsen. Dat is onprettig voor mensen met dementie. Een echo kan ruis veroorzaken en onrust in het hoofd van iemand die dementeert. Hier kan hij of zij van in paniek raken en reageren door te schreeuwen of te vluchten. Als er tapijt op de vloer ligt is de vloer moelijker schoon te maken, maar wel veel prettiger voor mensen met dementie. Zij raken niet meer zo snel in paniek, waardoor de zorg minder intensief wordt voor de mantelzorger of zorgverlener. Ze hoeven minder vaak gekalmeerd te worden en gaan minder dwalen (op de vlucht). Uiteindelijk is dit dus een win-win situatie voor zowel mensen met dementie als voor degene die hen verzorgen. Kruipen in de huid van mensen met dementie Met deze bril op hebben we materiaal verzameld over waar een ruimte, woning of gebouw aan moet voldoen om door mensen met dementie als prettig te worden ervaren. Er is gekeken hoe je met de indeling en aankleding van de (groeps) woning de gezondheid van mensen met dementie kan bevorderen maar vooral het leven voor hen plezieriger kunt maken. Het hierboven genoemde voorbeeld van schoonmaken is één van de vele complicaties die je tegenkomt bij zorgcomplexen. Naast een goede akoestiek zijn voor het creëren van een gezonde en prettige leefomgeving ook andere zaken van belang: zoals veiligheid, oriëntatie, licht, geur, herkenbaarheid, kleur en materiaal. Per onderdeel gaan we hierop in onder het kopje ‘algemeen’. Mensen met dementie blijven steeds langer thuis wonen. Ook daar kun je met kleine en grotere aanpassingen veel doen om de woning prettig en veilig te maken. Welke aanpassingen kunnen worden gedaan zijn per ruimte benoemd. Bij een zorgcomplex (intramuraal) komen wat meer zaken kijken. Die staan onder het kopje ‘zorgcomplex’.
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
Algemeen
kindersloten, domotica (huisautomatisering) te veel, te weinig prikkels losliggend tapijt of andere objecten Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
1.1 Veiligheid Als mensen met dementie te weinig of te veel prikkels krijgen worden ze onrustig. Ze gaan dan op zoek naar een andere plek, waar de prikkels passen bij hun gemoedstoestand. Dit dwaalgedrag kan tot onveilige situaties leiden. Een sensor die een signaal geeft, als bijvoorbeeld de buitendeur open gaat, kan dit voorkomen. Ook is het belangrijk dat als mensen met dementie niet meer in staat zijn om zelfstandig te koken er een kinderslot op het fornuis wordt gezet of het gasfornuis wordt vervangen door een inductiekookplaat. Domotica kan op een makkelijke manier de veiligheid vergroten. Door toezicht via camera (webcam) of meer geavanceerde tracking systemen kun je zien waar degene die dementeert zich bevindt. Je kunt leef cirkels instellen en een melding geven aan de verzorger als iemand daar buiten komt. Thuis kun je geluidssignalen laten afgaan bij het openen van bepaalde deuren of het verlaten van de tuin. Je kan ook via een App op een mobieltje al vrij goed traceren waar iemand is. Losliggende kleden of andere objecten, waar mensen met dementie over kunnen struikelen of zich aan verwonden, weghalen is een andere makkelijke manier om de veiligheid te vergroten.
bron 2, 7, 8
symbolen, tekens, lampje bij de badkamer, overzichtelijke en herkenbare indeling spiegelende oppervlakten, afleiding tijdens activiteit Inleiding
1.2. Oriëntatie
1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
Mensen met dementie vergeten welke deur voor welke ruimte is. Door symbolen op de deur te plakken kunnen ze de weg beter vinden. Mensen met dementie kunnen bijvoorbeeld wanneer ze moeten zoeken waar de wc is, vergeten dat ze daar naar onderweg waren. Het is belangrijk dat mensen met dementie als zij iets van plan zijn nergens door worden afgeleid en recht op het doel af kunnen Symbolen, tekens of objecten kunnen hierin helpen. Ook kleine dingen als een lampje bij de badkamer kunnen daarvoor helpen. Dit kan er bijvoorbeeld voor zorgen dat ze minder last hebben van incontinentie of minder gefrustreerd raken. In groepswoningen is een heldere overzichtelijke en herkenbare indeling van de groepswoning om die reden erg belangrijk. Voor sommige mensen met dementie is het ook prettig als spiegelende oppervlakten zijn afgedekt. Een dementerende neemt beeld heel direct op en verwerkt deze niet. Als gezonde mensen een spiegeling zien weten ze dat het komt door een weerspiegelend oppervlak. Een dementerende slaat deze bewerking over en krijgt daardoor het gevoel dat er mensen in zijn huis lopen en wordt daardoor angstig of boos. bron 2, 7, 8
daglicht, dag-nacht ritme, rustig lichtspel, ‘s avonds schemeren raam tot de vloer
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
1.3. Licht Mensen met dementie zijn op zoek naar rustige en positieve prikkels. Lichtspel, zoals een rustig draaiende discobol, kan zo’n prikkel zijn. Een ‘zee aan licht’ werkt ook heel positief, want naast dat daglicht gezond is zie je ook je omgeving beter. Een raam tot de vloer geeft mensen met dementie echter het gevoel alsof ze buiten worden gezet. Een raam met borstwering is voor hen prettiger. Bij de avond past schemeren, met schemerlampjes en bijvoorbeeld openhaard vlammetjes.Vlammetjes geven ook visueel veel positieve en rustgevende prikkels. Overdag is het goed om zoveel mogelijk het daglicht te ondersteunen met heldere, daglicht imiterende lampen. Hiermee ondersteun je ook het behoud van het dag-nacht ritme.
bron 2, 8, 11
planten, ruimten in kamers onderverdeeld galm, echo, onrust, zalen
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
1.4. Akoestiek Galm en echo geven veel onnodige prikkels. Dit kan voor mensen met dementie tot verwarring en drukte in hun hoofd leiden, zeker als het om veel verschillende geluiden gaat. Akoestische materialen die dit tegengaan kunnen verwerkt worden in de wand en plafondafwerking, maar ook in het interieur. Planten absorberen heel goed geluid en hebben daarnaast ook andere positieve effecten als een gezonde vochtbalans in de lucht en meer zuurstof. Planten werken ook vaak rustgevend. Mensen die dementeren kunnen ook te weinig prikkels krijgen. Ze kunnen dan gaan schreeuwen omdat ze zich onprettig voelen maar ook omdat de trillingen van hun schreeuw prikkels opleveren. Dit is voor medebewoners of mantelzorgers meestal niet prettig. Door groepsruimten in kamers te verdelen, kunnen dit soort situaties minder onrust veroorzaken. Nog beter is het om goed na te denken welke prikkel (één per keer) wordt aangeboden zodat dergelijk gedrag zoveel mogelijk wordt voorkomen.
bron 2, 8, 11
contrasten, oud roze, rustige kleuren, blauw in de badkamer grote oppervlakken zwart, felle kleuren, rood in de badkamer Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
1.5. Kleur en materiaal Felle kleuren zijn intense prikkels. Kleur kan goed werken als oriëntatiemiddel. Herkenbare materialen voor de mensen met dementie zijn materialen die er in hun jeugd ook al waren. Het zicht van mensen met dementie kan ook minder worden. Het is belangrijk om objecten te gebruiken die men kent. Ze kunnen moeilijker objecten van elkaar onderscheiden. Daarom werkt het goed om met kleurcontrasten te werken. Er zijn veel theorieën over welke kleuren het beste zijn voor een dementerende. Zo komt oud roze vaak naar voren in onderzoek als een goede kleur. Het belangrijkste is dat het een rustige kleur is, bijvoorbeeld een pastelkleur. Fellere kleuren geven prikkels en gevoelsmatige associates die je beperkt en bewust kunt inzetten. Rood geeft warmte en blauw geeft verkoeling. Paars wordt gezien als een neutrale kleur. Zwarte vlakken op de grond kunnen worden aangezien voor een gat – zwarte kleden of matten kunnen dus beter worden vermeden.
bron 2, 8
keuken die naar eten ruikt, badkamer ruikt naar zeep keuken die ruikt naar chloor, sterke afzuiging Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
1.6. Geur Geur is voor mensen met dementie een belangrijke prikkel die veel kan oproepen. Geur wordt in de hersenen gekoppeld aan herinneringen en deze koppeling blijft bij mensen met dementie vaak lang in stand. Een geur moet wel passen bij de ruimte of bij de activiteit. De keuken moet ruiken naar eten en niet naar schoonmaakmiddelen. Omdat mensen met dementie prikkels vanuit andere zintuigen slecht verwerken en direct opnemen, kan geur als die niet past bij de situatie erg misleidend zijn en voor verwarring zorgen. Ook de reukzin kan achteruit gaan bij mensen met dementie. Positieve geuren zoals die van eten of in een tuin moeten daarom wel sterk zijn.
bron 2, 8
meubels en apparatuur van 60 - 90 jaar terug moderne verborgen geabstraheerde details,
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
1.7. Herkenbaarheid Mensen met dementie leven steeds verder terug in de tijd en herkennen objecten uit die tijd. Nieuwe objecten zijn niet slecht, maar voelen wel vreemd aan voor een dementerende. Meubels en apparatuur uit de tijd van hun jeugd zijn vaak het meest herkenbaar. Denk ook aan gordijnen in plaats van moderne rolgordijnen of een raam waarvan de kozijnen zichtbaar zijn. Een modern blind bevestigd raam geeft het idee dat er een gat in de wand zit.
bron 2, 8
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
De gewone woning
dagschema, overdag goed verlicht, heldere looplijnen onnodige spullen, vloerkleed
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
2.1. Woonkamer Mensen met dementie zijn erg gevoelig voor prikkels, omdat ze die niet meer kunnen filteren. Maar ook van te weinig prikkels worden ze onrustig. Er is een goede balans nodig tussen activiteit en rust. Ook thuis is dus een goed dagschema met veel structuur belangrijk. Daarbij hoort passende verlichting. De woonkamer moet overdag goed verlicht zijn, zodat mensen met dementie de objecten goed kunnen zien. In rusttijden werkt schemering het best.
Langzaam de ruimte ontdoen van voor de dementerendeoverbodige prikkels kan meer rust geven in het hoofd van mensen met dementie. Een tapijtvloer is ideaal voor mensen met dementie, omdat het positieve prikkels afgeeft. Het is zacht en warm en dempt de geluidsreflecties, waardoor er minder echo ontstaat. Wel is dit moeilijker te onderhouden. Voor mantelzorgers kan het belangrijk zijn dat men een eigen ruimte heeft in huis waar men zich kan terug trekken. Bijvoorbeeld als er andere mensen zijn die zorgen voor het familielid met dementie.
Heldere looplijnen, die ruim genoeg zijn om moeiteloos in te manoeuvreren, zijn ook belangrijk. Spullen die niet nodig zijn voor het dagelijks leven (zoals bijvoorbeeld verzamelingen en snuisterijen) geven voor mensen met dementie soms teveel prikkels. Daardoor kunnen ze in de war raken of worden afgeleid van de dingen waarmee ze bezig zijn. klik hier voor meer informatie http://www.thuiswonenmetdementie.nl/Woonkamer.aspx
bron 2, 7, 8, 11
niet te hard of te zacht bed, gordijnen, kamers gelijkvloers rolluiken, lage traphekken
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
2.2. Slaapkamer De hardheid van het matras kan invloed hebben op het slaappatroon van iemand met dementie. Een te zacht bed geeft mensen met dementie soms te weinig prikkels en kan hen het gevoel geven dat zij zweven. Dit kan hen angstig maken en daardoor vallen ze niet in slaap. Een te hard bed kan te veel prikkels geven om rustig te worden wat ook het in slaap vallen moeilijker kan maken. Om een goed dag-nacht ritme te ondersteunen zou het slaapkamerraam verduisterd moeten kunnen worden. Bijvoorkeur door dikke gordijnen. Een rolluik of andere vormen van verduistering zijn voor iemand met dementie vreemd en onbekend. Het is van belang een natuurlijk ritme aan te houden zodat het dag- nacht ritme niet wordt verstoord. Zorg voor een veilige trap met goede anti-slip en handgrepen. Een traphek plaatsen werkt ook goed, die moet dan wel hoog genoeg zijn, zodat er niet overheen kunnen vallen of klimmen.
klik hier voor meer informatie http://www.thuiswonenmetdementie.nl/Slaapkamer.aspx
bron 2, 7, 8, 11
keukengerei op duidelijke plek, apparatuur van minstens 60 jaar terug apparatuur waar iemand zich snel aan kan verwonden, oud gasfornuis Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
2.3. Keuken Als mensen met dementie nog in staat zijn om eenvoudige gerechten te bereiden is het goed om in de keuken het keuken gerei op een duidelijke plek neer te zetten. Bijvoorbeeld op een opgeruimd dienblad of naast het koffiezetapparaat. De apparatuur moet herkenbaar zijn voor mensen met dementie een magnetron is vaak al niet te meer te bedienen. Daarbij is het ook verstandig om apparatuur, waar iemand zich snel aan kan verwonden zoveel mogelijk weg te zetten. Voor thuis geld dat koken op inductie het meest veilig is. Hierbij verdwijnt de hitte meteen als de pan van de plaat wordt gehaald. Er zijn ook veilige gastoestellen. Het voordeel is dat die voor mensen met dementie beter herkenbaar zijn. Maar ze kunnen zich wel verwonden aan het vuur. klik hier voor meer informatie http://www.thuiswonenmetdementie.nl/Keuken.aspx
bron 2, 7, 8, 11
lampje bij de deur, antislip vloer, zacht blauwe accentwand veel wit, veel zwart, rood
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
2.4. Badkamer/toilet Vaak zie je dat in een badkamer veel wit wordt gebruikt. Dit kan door hun slechte zicht verwarrend werken voor mensen met dementie. Doordat er geen kleurverschil is gaan objecten samensmelten. Tegelijkertijd is het ook niet verstandig om veel zwart te gebruiken, omdat het gezien kan worden als een gat. Een zwarte wc bril kan wel, maar gebruik waar mogelijk andere contrast kleuren. Een goede kleur is zachtblauw, omdat blauw geassocieerd wordt met water en rustgevend werkt. De vloer moet antislip zijn ook bij de douche. ‘s Avonds kan in het donker een badkamer moeilijk te vinden zijn. Een klein lampje of deur verlichting waar een symbool zichtbaar wordt, versterkt de oriëntatie.
klik hier voor meer informatie http://www.thuiswonenmetdementie.nl/Badkamer.aspx
bron 2, 7, 8, 11
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
Zorgcomplex
goed daglicht, obstakel vrij, huisdieren, kleinere kamers, huiselijke sfeer niet teveel anderen in een ruimte
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
3.1.Verblijfplekken Verblijfsplekken als de groepsruimte/woonkamer moeten goed daglicht hebben en obstakel vrij zijn. Mensen met dementie krijgen meestal ook steeds meer lichamelijke klachten, waardoor hun bewegingen niet meer zo controleerbaar zijn. Objecten in de ruimte moeten daarom goed zichtbaar zijn. De verblijfplekken moeten een rustige en huiselijke sfeer hebben. De verblijfsruimten moet echter ook niet te klein zijn omdat er ruime looproutes nodig zijn. Naast objecten die in de ruimte prikkels geven zoals zicht op de tuin of een vissenkom, geven kinderen en huisdieren voor mensen met dementie, prettige prikkels.Vooral dieren geven heel direct zintuigelijke prikkels. Dieren reageren daardoor ook goed op een dementerende. De huiskamer in een zorggebouw kan als hij wat groter is beter onderverdeeld worden in een aantal kleinere kamers. Hierdoor blijft het voor mensen met dementie een herkenbare en overzichtelijke ruimte met niet teveel andere mensen. Gezonde mensen kunnen stemmen filteren, een dementerende hoort een lawine van geluid. bron 2, 8
raam in het deur deurbel, verkeersruimte in ‘open’ verbinding met de woonkamer Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
3.2. De hal -verkeersruimten Een deurbel kan zorgen voor onrust. Ook verkeersruimten die in ‘open’ verbinding staan met de woonkamer geven onrust. Een raam in de deur kan ervoor zorgen dat mensen met dementie kunnen zien wie er voor de deur staat. Dit geeft een veiliger gevoel.
klik hier voor meer informatie http://www.thuiswonenmetdementie.nl/Gangen%20en%20trappen.aspx
bron 2, 7, 8, 11
eigen ruimte, eigen spullen, herkenbare objecten vreemde objecten
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
3.3. Privéruimte Het is belangrijk dat mensen met dementie een eigen ruimte hebben met eigen spullen. Een geborgen plek waar ze zich in kunnen terug trekken en waarin ze zich veilig in voelen. Het is belangrijk dat in deze ruimte herkenbare objecten staan, waar ze vertrouwd mee zijn.Voor de mantelzorger is het soms ook fijn om met zijn of haar familielid alleen te kunnen zijn.
bron 2, 8
plek voor visite, opgeruimd, ruimten van huiselijke schaal ziekenhuis sfeer, eetzalen
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
3.4. Thuisgevoel Een omgeving die mensen met dementie herkennen zorgen voor een thuisgevoel. Als een ruimte volstaat met vreemde moderne meubels voelen mensen met dementie zich niet op hun plaats. Er moet ook plaats zijn voor bezoek. De bekende mensen om je heen kunnen een thuisgevoel creëren, als deze geen plek hebben kan dat ook het thuisgevoel verstoren. Gasten fatsoenlijk kunnen ontvangen is erg belangrijk. De ruimten moeten opgeruimd zijn, maar mogen niet ogen als een ziekenhuis. Het moet ogen als een ruime woonkamer, eetkamer of keuken. Niet als een restaurant of eetzaal. De schaal van de ruimte is daarbij dus zeer van belang, naast het aantal objecten in een ruimte. Ook al zijn er ruimten die mensen met dementie moet delen, ze moeten zich er wel thuis voelen. Dit kan alleen als de ruimten ogen als ruimten van een ‘gewoon’ huis. bron 2, 8
goed onderhouden tuin, een ruimte waar beesten leven druk verkeer dichtbij de woning
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
3.5. Uitzicht Een ideaal uitzicht is een leeg strand waar rustige golven breken. Zo nu en dan een meeuw. Prikkels de niet bedreigend zijn en constant in beweging blijven. Nu kan dat natuurlijk niet altijd. Een vijvertje met een fonteintje of een watervalletje kan dezelfde prikkels geven. Ook rustig voorbijgaand verkeer kan positieve prikkels geven, zolang het niet te dichtbij de verblijfsruimte is. De natuur geeft veel rustige positieve prikkels. Een goed onderhouden tuin, waar vogels fluiten en kippen worden onderhouden, creëert voor het gevoel een veilig leefgebied. Deze dieren zoeken ook zelf de veiligheid op. Een ruimte waar deze beesten leven vertelt dus dat het een veilige plek is. De geluiden die deze beesten produceren zijn niet bedreigend en een bevestiging van de veilige ruimte. bron 2, 8
buitenprikkels, zoals de wind, geur, beweging van planten en rustig lopen open tuin, waar dementerenden weg kunnen lopen slechte looppaden Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding
3.6. Buitenruimte Voor mensen met dementie zijn ook buitenprikkels – indien gedoseerd in bijvoorbeeld een tuin erg prettig. Wind, geur, beweging van planten en zelf rustig lopen. Het is ook een goede manier om aan de prikkel en beweegbehoefte van mensen met dementie te voldoen. Dit vraagt wel goede looppaden en een afgesloten tuin zodat het veilig is. Ook naar vogels kijken wordt door mensen met dementie als prettige prikkel ervaren.
klik hier voor meer informatie http://www.innovatiekringdementie.nl/Artikel/Relaxen-in-de-belevingstuin.aspx
bron 2, 8
Bronvermelding Boeken 1) Dimensie voor dementie, Jarno Nillesen, Stefan Opitz, 2013 Wiegerinck architectuur stedenbouw ISBN: 978-90820173-0-4 2) De wondere wereld van dementie, Bob Verbraeck, Anneke van der Plaats, tweede druk, tweede oplage Reed Business Education, Amsterdam 2013 ISBN: 978 90 352 3425 3 3) Een thuis voor mensen met dementie, Erik Stroobants en Patrick Verhaest, Tweede druk: februari 2013, uitgeverij EPO, ISBN: 978 94 91297 12 0 4) Zorg voor mens en omgeving, Ir Iris Bakker en ir Jan de Boon, uitgave van Aedes-Actiz Kenniscentrum WonenZorg 2012 ISBN 978-90-819712-0-1 5) Healing Environment, Anders bouwen voor betere zorg, Stagg, Noor Mens en Cor Wagenaar, Uitgeverij THOTH Bussum 2009, ISBN 978 90 6868 513 8 Sites 6) www.alzheimer.nl 7) https://www.alzheimer.nl/over-alzheimer/verzorging/veilige-omgeving 8) http://www.loc.nl/documenten/dossiers/bouw/de_wondere_wereld_van_de_dementie.pdf 9) http://www.innovatiekringdementie.nl/Artikel/Relaxen-in-de-belevingstuin.aspx 10) http://www.zorgvisie.nl/Kwaliteit/Nieuws/2011/5/Strandkamer-voor-dementerenden-ZVS011388W/ 11) www.thuiswonenmetdementie.nl
Inleiding 1. Algemeen 1.1.Veiligheid 1.2. Oriëntatie 1.3. Lucht en licht 1.4. Akoestiek 1.5. Kleur en materiaal 1.6. Geur 1.7. Herkenbaarheid 2. Gewone woning 2.1. Woonkamer 2.2. Slaapkamer 2.3. Keuken 2.4. Badkamer/toilet 3. Zorgcomplex 3.1.Verblijfplekken 3.2. Ontmoetingsplek 3.3. Privéruimte 3.4. Thuisgevoel 3.5. Uitzicht 3.6. Buitenruimte Bronvermelding